7 minute read

W ide Vercnocke

Wide Vercnocke

‘ I K H E B N O O I T I N E E N P L A N B G E LO O F D, E R WAS M A A R É É N D I N G DAT I K W I L D E .’

Advertisement

Illustrator en stripmaker Wide Vercnocke heeft zopas zijn vierde boek uit. ‘Drieman’ is gebaseerd op een stukje familiegeschiedenis, waarvoor hij samen met zijn vader op zoek ging naar het duistere verleden van zijn grootvader. Wide werkt op het raakvlak tussen strip, poëzie en illustratie en maakt ook (live) tekeningen, muurschilderingen en boek- en afficheontwerpen.

© Andrew Snowball

Je vierde boek, ‘Drieman’, is net uit. Waarover gaat het precies? Het gaat over de zoektocht naar het duistere verleden van mijn overleden grootvader, een Vlaams nationalist die zijn schrijfkunst tijdens de Tweede Wereldoorlog ten dienste van de Duitse bezetter stelde. Het is gebaseerd op wat mijn vader ontdekte over het verleden van zijn vader. Samen blikten we terug op wat er fout is gelopen, op de foute kant van de geschiedenis.

Waar komt de nood om dit thema te behandelen vandaan? Ik wilde al lang iets met deze familiegeschiedenis doen en was er al mee bezig nog voor mijn derde boek af was. Ik wilde het verhaal van mijn grootvader echt in handen nemen. In mijn werk vertrek ik altijd vanuit een eigen noodzaak om iets te vertellen. De bedoeling was een loutering voor mijn familie teweeg te brengen. En ik denk wel dat dat gelukt is, zowel mijn vader als zijn zus kunnen

zich erin vinden. Het is ook wel wat angstaanjagend: een deel van onze geschiedenis wordt plots naar buiten gebracht. Voor mijn vader betekent het echt een steentje dat uit z’n rugzak is gehaald.

Je werkte er maar liefst vijf jaar aan. In 2015 is mijn grootmoeder gestorven, het is dan dat mijn vader zijn zoektocht is gestart. Ik vind het uiteindelijk wel goed dat het zo een lang proces was. Het gaat over een vraagstuk, het Vlaamse vraagstuk, dat zich op het scherpst van de snee bevindt. Ik wilde hierbij een juiste stelling innemen. Wat betekent dat voor mij? Wat begrijp ik? Wat veroordeel ik? In mijn boek cirkel ik rond die vragen. Het is gefictionaliseerde realiteit. Sommige passages heb ik letterlijk overgenomen uit de gesprekken met mijn vader, voor andere heb ik mezelf meer vrijheid gegund. →

Wide Vercnocke voor De Standaard

Hoe verloopt de samenwerking met je uitgever? En hoe belangrijk is de steun van Literatuur Vlaanderen? Bries is een van de grote alternatieve stripuitgeverijen in België. Met Ria van Bries heb ik een heel persoonlijk contact. Ze toont veel respect voor de maker, zorgt voor een minutieuze eindredactie en geeft me de nodige vrijheid om keuzes te maken. Bries bestaat ondertussen 20 jaar, heeft een naam in het buitenland en fungeert echt als een kwaliteitslabel. Dus ik ben blij dat die naam op mijn boeken kleeft. Van Literatuur Vlaanderen kreeg ik drie jaar op rij een beurs om aan mijn strip te werken. Dat gaf me ademruimte, waardoor ik minder opdrachten hoefde aan te nemen en verder kon werken aan het boek. Bries heeft ook steun van Literatuur Vlaanderen gekregen voor de productie van het boek. Helaas zijn de productiesubsidies voor 2020 weggevallen.

Hoe moeilijk is het om van je job te leven? Ik heb nooit in een plan B geloofd, er was maar één ding dat ik wilde doen. In 2010 ben ik afgestudeerd en drie jaar later kwam mijn eerste boek uit. Er kwam iets in beweging, ik kreeg opdrachten. Ik ben eigenlijk pas echt zelfstandige geworden in 2018. Dat was een grote stap, zowel professioneel als mentaal. Sindsdien neem ik mezelf serieuzer. Nu ben ik echt bezig met mijn inkomsten en uitgaven. Ik durf nu ook opdrachten

aannemen die niet ideaal zijn. Vroeger kon ik me afvragen of mijn werk het waard was om voor betaald te worden. Na al die jaren ben ik gelukkig niet meer zo onzeker over mijn werk.

Ben je ook bezig met het commerciële aspect? Daar kan je eigenlijk niet omheen. ‘Drieman’ moet ik promoten. Mijn boek verdient het om een zo groot mogelijke verspreiding te krijgen. Ik heb er vijf jaar aan gewerkt. Er loopt een expo (helaas uitgesteld wegens de coronacrisis, red.) en ik organiseerde een boekvoorstelling, waarvoor ik sprekers heb uitgenodigd. Dus dat hoort erbij. Soms voelt het wel aan alsof ik met mijn boek moet gaan leuren. Nochtans heeft het zijn bestaansrecht. Als je onder je eigen naam werkt, moet je die ook promoten en dat is lastig. De manier waarop Eva Mouton haar merk bewust heeft uitgebouwd, daar kijk ik wel naar op.

‘Stripmakers zijn gedoemd om zowel creatieveling als ondernemer te zijn’, zei Lectrr onlangs. Hoe kijk jij daar tegenaan? Ik zal zo blij zijn als de oplage waarop Drieman is gedrukt, verkocht is. Je kan in Vlaanderen niet leven van strips. Daarvoor is de markt te klein. ‘Heeft het dan wel zin?’, vroeg ik me vroeger af. Maar uiteindelijk ben je dan bezig met de zin en onzin van kunst. Je moet echt een →

ondernemer zijn. Tien jaar geleden zei ik tijdens mijn jurering in het laatste jaar op school: ‘Ik hoop dat ik zal kunnen rondkomen door te tekenen.’ Dat is toch maar mooi gelukt.

Wat heb je geleerd in de afgelopen jaren? Dat je zoveel mogelijk plezier moet hebben in wat je doet. Dingen die achterblijven in je hoofd, waarvan je gefrustreerd raakt, wil ik vermijden. Elke keer als er een boek af is, denk ik dat ik zoiets nooit meer zal kunnen bolwerken. Het lijkt onmogelijk tot het effectief gebeurd is. Je moet het ook gewoon blijven doen, zodat je ervaring opbouwt. Daarnaast heb ik veel geduld gehad. De eerste jaren verdiende ik amper iets. Gelukkig had ik geen verantwoordelijkheden zoals een gezin, dus kon ik me dat enigszins ‘permitteren’. En geloven in jezelf, dat is natuurlijk ook superbelangrijk.

Heb je het gevoel ooit gefaald te hebben in de afgelopen jaren? Na mijn derde boek werd ik wat depressief. Toen het gedrukt was, vond ik het niets meer waard. Het is pas achteraf dat ik beseft heb dat ik te laat in gang was geschoten, waardoor ik niet helemaal het gevoel had er alles voor gedaan te hebben. Bij sommige opdrachten kan ik ook het gevoel hebben dat ik mijn ziel niet genoeg in mijn werk heb gelegd. Dat voelt als falen aan. Ik krijg dat ook als het te veel bandwerk wordt.

Hoe belangrijk is netwerking voor jou? Ik wil daar niet naïef in zijn, dat is heel belangrijk. Je hebt een netwerk nodig om je in te enten. Ik ben daar niet bewust mee bezig. Het is eerder iets dat zich natuurlijk ontplooit, vanuit mijn interessesfeer. Ik maak ook contact met mensen waarmee ik niet per se wil samenwerken. Ik heb zelfs geen visitekaartjes, maar als ik er eentje nodig heb, dan teken ik dat ter plekke.

Hoe anders is het werken in opdracht en je eigen verhalen brengen? Ik wil beide zo dicht mogelijk bij elkaar houden, ik zie ze als een tweeling. Er is beïnvloeding, zoals technieken of composities die je bij het ene ontdekt en bij het andere gebruikt. Opdrachten voor klanten hebben meestal korte deadlines. Daardoor kan je maar tot een bepaald punt gaan, maar daardoor zit er een gevoel van ‘Sturm und Drang’ in. Wat dan weer leidt tot nieuwe dingen. In de stress van het moment een gekke oplossing vinden, met andere woorden (lacht).

Je begeeft je op heel wat andere domeinen, zoals theater, muziek en literatuur. Voedt die interactie jou? Ja, op die manier kan ik uit de bubbel van het tekenen komen. Ten tijde van ‘De Sprekende Ezels’ (een experimenteel laagpodium voor woord, muziek, comedy en hamsterslingeren, red.) heb ik veel mensen leren kennen, die ondertussen professioneel gegroeid zijn. Ik heb dat altijd als een verrijking gezien. Dat zorgt er nu ook voor dat ik opdrachten doe waarbij ik niet aan mijn tekentafel moet zitten, maar op of rond een podium kan zitten, zoals voor de live tekeningen. Dat soort opdrachten is als een lopend vuurtje gegaan. Die live tekeningen vormen een derde van mijn inkomen.

Wat zijn je verdere plannen? Ik had gehoopt even een pauze te kunnen nemen en het wat rustiger aan te kunnen doen na de drukte van de laatste maanden, maar het stopt niet. En ik wil aan mijn volgende boek beginnen. Ik weet wat te doen. Ik word ook papa binnenkort. Zolang ik hier thuis kan werken met Albert (de kat des huizes, red.) vind ik het allemaal prima. Ik hou wel van die stabiliteit en gemoedsrust. Laat me maar verder tekenen en nu en dan een boek uitbrengen. Dan ben ik content.

WIDE VERCNOCKE ° 1985 Heeft ondertussen vier strips op zijn palmares staan: Drieman (2020), Narwal (2016), Wildvlees (2014) en Mijn muze ligt in de zetel (2013), uitgegeven bij Bries. Maakt in opdracht (live) tekeningen, muurschilderingen en boek- en afficheontwerpen. Werkt(e) o.a. samen met en voor Stoomboot, Het Nieuwstedelijk, Bregje Hofstede, Muntpunt en De Standaard.

Tekst: Mies Van Roy

Dit interview verscheen eerder in het online magazine van Flanders DC, het aanspreekpunt voor ondernemers in de creatieve sector.

flandersdc.be

This article is from: