5 minute read

Het menselijk aspect

Next Article
De armen wijd open

De armen wijd open

Een ras Rotterdammer is Dirk Zwartenbol (71). Geboren en getogen op Zuid, vlakbij Feijenoord, woont hij als enig kind lang bij zijn ouders. Hij werkt zijn hele leven als onderhoudsschilder. Als zijn vader veel te vroeg overlijdt, kan Dirk het niet over zijn hart verkrijgen zijn moeder alleen te laten. Tot zijn 48ste blijft bij haar wonen. Later koopt hij een huis in Krimpen aan de IJssel om weer bij zijn moeder in de buurt te wonen. Tot zij vijf jaar geleden overlijdt, Dirk mist haar nog elke dag. Hij is alleen, maar zeker niet eenzaam. Dirk komt overal met zijn poedel en maatje Neo.

Vooroorlogs Rotterdam

‘Ik kan slecht tegen onrecht, zou willen dat de rijkdom en het geluk van de wereld eerlijker verdeeld was. Vroeger zag je het aan de kleren als iemand arm was, nu is er veel verborgen armoede. Veel ouderen moeten naar de voedselbank. In de jaren zeventig werkte mijn moeder bij de Van Nelle-fabriek voor extra inkomsten. Zo kon ze sparen voor een kleurentelevisie. Tegenwoordig moet je wel z’n tweeën werken, anders red je het niet.

Toen mijn vader in 1979 overleed, liet hij een grote verzameling na over vooroorlogs Rotterdam. Boeken, foto’s, kaarten. Mijn moeder en ik besloten dit aan de gemeente te schenken. De rest van ons bezit gaat naar het Leger des Heils, besloten we, een goede organisatie die iedereen helpt zonder aanziens des persoons. Ze kijken niet naar je geloof, afkomst of seksuele geaardheid. Zelf ben ik niet religieus, het gaat me om het menselijk aspect. Kort na het overlijden van mijn moeder zag ik een documentaire over een nalatenschap aan het Leger des Heils. Ik liet mijn testament aanpassen: alles, inclusief de verzameling van mijn vader, gaat naar het Leger. En ze regelen ook mijn begrafenis.’

Aan het denken gezet door deze verhalen? Neem een kijkje op legerdesheils.nl/helpen/nalaten. Daar lees je meer over de mogelijkheden van een nalatenschap aan het Leger des Heils.

Oude muts op een motor

‘Nog elke dag heb ik het er moeilijk mee dat mijn moeder er niet meer is. Het was altijd gezellig. We gingen samen op vakantie, ik haalde haar elke zaterdag op. Tot haar 82e zat ze bij me achterop de motor. In Gouda parkeerde ik de motor eens bij een bushalte waar vier bejaarden zaten te wachten. Toen ze afstapte en haar helm afzette, zag ik de monden openvallen. Een oude muts op een motor, dat hadden ze niet verwacht, haha.

Mijn moeder overleed aan kanker. Tot het einde heb ik haar met liefde verzorgd. Al mijn spullen deed ik weg, om mijn moeders spullen in huis te halen. Eigenlijk woon ik nu in haar huiskamer. Is ze toch een beetje bij me.’

Intussen in de ReShare

aar leven vliegt op en neer sinds zij op haar veertiende op straat in Stockholm werd gescout. Marlies

Smedinga uit Leeuwarden zette de stap en is nu fulltime fotomodel, én heilssoldaat.

Een bijzondere combi, model en heilssoldaat. Hoe ziet je leven eruit?

‘Geen dag is hetzelfde. In Nederland ben ik graag thuis en met mijn vriend Erik. We maken uitstapjes als we daar maar even tijd voor hebben. In het buitenland werk ik vooral: van castings en sollicitaties tot fotoshoots, buiten of in de studio. Lange dagen en ja, ik mis mijn familie dan zeer. Gelukkig kan ik ’s avonds facetimen met Erik en mijn ouders.’

Je werd heilssoldaat, samen met je vriend ben je ingezegend in het korps Leeuwarden. Wat betekent het Leger des Heils voor jou?

‘Veel, daar ben ik nu wel achter.

Naar een andere kerk gaan zou nooit in mij opkomen, het Leger hoort bij onze familie. Ik zing en speel er zondags trombone in het muziekkorps, net als mijn opa trouwens die op zijn 85ste nog altijd speelt. Maar ook mijn ouders en zusje, iedereen doet wel iets bij het Leger. Het geeft betekenis aan ons leven. Voor mij werd dat intenser na een ervaring die ik een paar jaar geleden had op het muziekkamp met alle jongeren uit de Leger des Heils-korpsen. Het was tijdens de heilavond aan het slot van een intense week, iedereen was kapot, zo moe. We bespraken hele persoonlijke dingen, er kwam van alles los. Ik vind het moeilijk te beschrijven, maar ik voelde dat God bij me was. Ik kreeg er rillingen van, zo bijzonder was dat. Na die zomer volgde ik de heilssoldaatcursus, de rekrutering, gegeven door mijn oma.’

Kan het, als ‘werelds’ model een goede heilssoldaat zijn?

‘Juist! Het steunt mij, ook in mijn werk. Ik kan altijd bij het Leger terecht, ook in het buitenland. Of het nou in Londen is of Sydney – de mensen bij het Leger voelen als familie. Als heilssoldaat ben je belijdend lid van de kerk van het Leger des Heils; je zet je daar in je vrije tijd voor in. En kunt dus gewoon een baan hebben, zoals ik; ik kan het goed combineren. En de beloften die ik heb gedaan, zoals geen alcohol en drugs, niet roken, daarmee heb ik geen enkele moeite. Daarbij ben ik heel trots op het Leger, het goede werk dat zij doen voor daklozen en verslaafden. Hier in Nederland en in de rest van de wereld.’

Wat doe jij voor het welzijn van mensen?

‘Ik hoop dat ik binnen mijn werk sparkle. Dat zegt mijn moeder, sparkle wherever you go. Ik vind het belangrijk om iemand te helpen.’

Marlies en ReShare

‘Ik ken de kledingwinkels van ReShare van mijn vader die voor het Leger des Heils werkt; hij is zelf met dit nieuwe concept gekomen. Ik shop er graag en het share­idee vind ik mooi: het is zonde om kleding weg te gooien als je er een ander blij mee maakt. Wat ik niet meer draag, gaat naar mijn zusje of naar de kledingbak. De mooie spullen gaan rechtstreeks naar ReShare. De principes van ReShare vind ik goed passen bij het Leger des Heils: sociaal en duurzaam, en lokaal­voor­lokaal. Dat springt er voor mij uit! Iets in je eigen stad doen voor mensen in die stad, dat is toch mooi? Mooi dat dat bij ReShare gebeurt. Van mij mogen er meer van dit soort goede ontwikkelingen komen.’

ReShare store

Al sinds 1885 zamelt het Leger des Heils kleding in voor mensen die het goed kunnen gebruiken. Toen met een voddenkar; inmiddels haalt het Leger jaarlijks 25 miljoen kilo textiel op. Daarmee is het de grootste textielinzamelaar van Nederland. Een groot deel van de kleding gaat naar tweedehands winkels in Nederland en daarbuiten. Naast de korpswinkels, gerund door vrijwilligers vanuit de kerk, kent het Leger de meer eigentijdse

ReShare Stores. Met nog steeds lage prijzen en werkgelegenheid voor vrijwilligers en mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Groningen had de primeur met een pilotstore voor het nieuwe concept. Daarna volgden er ReShare Stores in Den Haag, Rotterdam, Breda, Arnhem, Nijmegen, Alkmaar, Eindhoven en Tilburg (zie reshare.nl voor de adressen).

Mee helpen inzamelen?

Je kast opruimen? Doneer je kleding aan het Leger des Heils. Kijk op www.reshare.nl waar de kledingbakken staan. Tijdens openingstijden van de ReShare Store kun je ook kleding doneren in de winkel. En wil je meer doen? Help dan mee met de inzameling, bijvoorbeeld door op je werk of in de kantine van de sportclub een inzamelbox, de Rebox, te plaatsen. ReShare zorgt voor het legen van de boxen en zet de textielopbrengst om in cadeaubonnen voor mensen met een smalle beurs. Voor de Rebox kijk op: reshare.nl/actie.

This article is from: