LiveXS mei t/m september 2019

Page 14

7 podiumdieren: “werk aan de venue” LiveXS organiseerde op woensdag 13 maart in Melkweg-café MILK de eerste openbare LiveXS interviewsessie, met directieleden en programmeurs van een zevental poppodia. Schuif aan en luister wat deze smaakmakers te zeggen hebben over verleden, heden en de nabije toekomst van het livecircuit in Nederland. tekst Mark van Schaick | foto Ka-Ho Pang

DE PROGRAMMEURS

Tinka Hoek programmeert pop in P60 in Amstelveen en Imad Ahammar is verantwoordelijk voor de danceprogrammering van de ECI Cultuurfabriek in Roermond. Zij delen de tafel met oude rotten John van Luyn en Frank Satink. De eerste is sinds jaar en dag verbonden aan de Melkweg in Amsterdam, de tweede heeft maar liefst drie podia onder zijn hoede: Metropool in zowel Enschede als Hengelo en Victorie in Alkmaar.

FESTIVALS VS PODIA

Voelen jullie als programmeurs concurrentie van festivals? Of is de festivalmarkt juist een voedings­ bodem voor de clubs? Frank: “Beide wel, in mijn geval. Ik doe ook wat festivals in het oosten. Ik kan daar kleine acts neerzetten ter kennismaking, die ik dan later in de clubs kan programmeren. Maar ik heb ook dat ik eind mei, juni, juli last heb van de festivals, omdat je bepaalde acts die op de festivals spelen niet meer kunt krijgen.” Imad: “Ik sluit me daarbij aan. Wat je duidelijk ziet is dat festivals bepalen welke acts er op dit moment hot zijn. Niet alleen in de boekingen, maar ook omdat er op een festival iets kan ontstaan dat de rest van het jaar voedt.” Tinka: “P60 is een regiogebonden poppodium in de 020-zone. Wij hebben in augustus een algehele zomerstop, omdat het lastig is gebleken om dan bands naar je venue te krijgen. Dan kun je maar beter op het najaar focussen, op de clubtours die in oktober weer starten. Langere, warmere zomers zijn voor de festivals heel fijn, maar voor een club lastiger programmeren.” John: “De Melkweg heeft geen zomerstop. Ik ben eerlijk als ik zeg dat festivals mijn werk ook leuk maken, aangezien ik voor enkele festivals werk. Als ik alleen in de Melkweg zou werken zou ik dat toch een beetje saai vinden. Tja, er komen steeds meer festivals bij. De concurrentieslag win je niet, want mensen willen lekker naar buiten, zoals Tinka ook al zegt. Nu zitten we in Amsterdam in een luxepositie, er komt altijd wel iets aan bezoekers binnen. Maar de technici zijn blij dat het 14 LiveXS mei 2019

in de zomertijd wat minder is, dan kunnen ze eindelijk het noodzakelijke onderhoud aan de zalen te doen.” We horen vaak over uitverkochte festivals. In hoeverre is uitverkopen voor de zaalprogrammeur een focuspunt? Tinka: “Je werkt naar break even toe. Je onderhandelt met de boeker en maakt een berekening. Hoeveel mensen gaat het optreden trekken? P60 heeft een tamelijk grote zaal (capaciteit 600, red.) en Amsterdam hijgt in onze nek. Een uitverkochte zaal is heel fijn, maar onze break ligt vaak lager. Met minder mensen kunnen we best tevreden zijn.”

‘ Ik vind dat alle zalen in Nederland met een te hoge capaciteit werken’ Imad: “Ik spreek nu even als danceprogrammeur: wij zitten in de ECI Cultuurfabriek in een iets andere situatie dan P60, want het is bij ons een tijdje niet zo goed gegaan. We werken met de blik vooruit, maar iedere ‘tegenslag’ die we hebben, en dan bedoel ik dus een zaal die niet uitverkoopt, weegt zwaarder dan in Tinka’s voorbeeld.” Tinka: “Metal doet het goed in Amstelland, tribute bands doen het goed, maar je wilt als poppodium toch ook vernieuwend bezig zijn. Dus als je een heel goede tribute band hebt in een uitverkochte zaal, kun je vervolgens iets neerzetten met meer risico.” Frank: “Je hebt te maken met cijfers die je moet presenteren, aan de gemeente bijvoorbeeld. Dus mooie bezoekersaantallen over het hele jaar zijn belangrijk. Wij werken met een costing, die moet break even zijn,

of meer dan dat. Maar voor het totaalprofiel van je podium vind ik dat je af en toe dingen moet doen waarvan je denkt: ‘Dat gaan we waarschijnlijk niet redden’. Die moeten we toch bieden in ons programma.” En jij hebt te maken met verschillende podia. Is daar nog verschil tussen? “In Enschede is Metropool nog in de opbouwfase. Hengelo is een andere stad, met een andere bevolkingsopbouw. Voor Victorie in Alkmaar en Metropool Hengelo maak ik zo’n beetje dezelfde afwegingen. Het zijn beide middelgrote steden en daar kun je af en toe wel spannende dingen doen, maar ook niet té spannend. Want dan blijft je zaal gewoon leeg.” Hoe spannend mag jij het maken, John? “De break halen is voor mij niet heilig, zeker niet als het gaat om artiesten waarvan je weet dat hun publiek gemiddeld 12 euro de man uitgeeft. Dat moet je stiekem meerekenen: je kunt onder de break blijven en toch geld verdienen. Verder vind ik dat alle zalen in Nederland met een te hoge capaciteit werken. Het is voor mij helemaal niet leuk om naar een uitverkocht concert te gaan, ook niet in mijn eigen zaal. Overal is het te druk. En je weet dat de artiest na die uitverkochte zaal een grotere zaal zal opzoeken. Doe mij dan maar duizend man (capaciteit van de Max is 1250, red.), dan kun je ze nog een tweede keer programmeren voor ze naar iets groters gaan.”

DANCE EN/OF POP

Verschuift de verhouding tussen dance en pop nog, de komende jaren? Imad: “Zelf ben ik nog maar kort programmeur, dus ik vind het lastig daarover te oordelen. Wat ik zie is dat de danceprogrammering ervoor zorgt dat jongeren die niet zo gauw met livemuziek in aanraking komen, toch je zaal bezoeken. Wij willen niet dat het ‘dance versus pop’ wordt, maar dat we met de dance- en popprogrammering (ECI’s popprogrammeur is Johan Cortooms, red.) samen een publiek bereiken dat de weg naar ons podium weet te vinden.”


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.