BALDAKIJN Een baldakijn of (troon)hemel is een neerhangende overdekking boven graf, troon of altaar. Deze overkappingen komen zowel in steen, hout als stof voor en kunnen rusten op zuilen of neerhangen van het plafond. Baldakijnen worden op verschillende plaatsen in de architectuur gebruikt: Baldakijnen vind je achter of boven het hoofdaltaar, de belangrijkste plaats van de kerk. Tijdens de Kruistochten werd het baldakijn door bedevaarders gespot in het oosten en later ook in de westerse kerken geïntroduceerd. Een baldakijn was naast een mooie decoratie ook heel praktisch, het beschermde namelijk het hoofdaltaar tegen neervallend stof. De abdij van Park, Rome De meest voorkomende en gekende vorm van een baldakijn is in de Gotische Bouwkunst. Heilligenbeelden aan Gotische kerken staan meestal op een voetstuk, de console, en worden gewoonlijk beschermd door een rijk gebeeldhouwd baldakijn. Een mooi voorbeeld hiervan zie je op de gevel van het stadhuis te Leuven. De verschillende belangrijke figuren voor de Leuvense stad krijgen op deze gevel een vip behandeling door ze onder een baldakijn aan het Leuvense publiek te presenteren. Het baldakijn kreeg naast een vaste plaats in de architectuur ook een prominente rol tijdens processies (hier krijgt het baldakijn ook soms de naam processiehemel). Onder de vaak rijkversierde, kostbare stof van de overkapping liep de priester met het belangrijkste reliek van de processie. Op deze manier werd het reliek niet alleen beschermd, maar werd het ook aangeduid als belangrijkste plaats van de processie, de gekleurde en rijke stof viel namelijk goed op in een grote massa. Boven het hoofd van een pasgekroonde koning werd ook steeds een baldakijn gehouden als statusteken en bescherming. Ook de troon van een koning of een lagere regerende vorst staat vaak onder een baldakijn. Het baldakijn is in de etiquette van de koninklijke hoven een hoger rangteken dan een troonzetel. In feite is de troon in het protocol niet meer dan een stoel als anderen. Het is het baldakijn boven de stoel dat van die stoel een troon maakt. Vaak droegen deze baldakijnen een speciale wapenmantel met hierop het symbool van de koningen. De Belgische koningen beschikken nog altijd in hun paleis in Brussel over een reusachtig baldakijn. Dat een baldakijn hét statussymbool bij uitstek was, kan je zien aan het gebruik van een speciaal type van baldakijn: het conopeum (lat.) of ombrellino (it.), een baldakijn in de vorm van een parasol. Deze vind je in belangrijke basilieken naast het altaar. Enkel wanneer de paus een kerk de titel ‘basilliek’ gaf had deze het recht om een conopeum in het koor te plaatsen. Wanneer een Paus een basiliek bezoekt wordt het conopeum hem tegemoet gedragen en het conopeum verschijnt ook op zegel en wapen van de basiliek.