Liftbouw 01 2012

Page 1

Everything that moves you in buildings

Vaktijdschrift over lift- en roltraptechniek I jaargang 7 I nummer 1 2012

PĂŠron van Stralen schudt liftbranche wakker PĂŠron van Stralen jolts lift industry awake Reco-lift PP: Compact verpakt in een containerframe Reco-lift PP: Compactly packed in a container frame Lohr Liften introduceert zeer grote platformlift Lohr Liften introduces very big platform lift



Reco Special Products

De betrouwbare tijdelijke personenlift

Reco Special Products biedt de oplossing bij alle liftproblemen. Om bewoners tijdens renovatie- en moderniseringswerkzaamheden van uw inpandige lift niet tot last te zijn, kunt u de tijdelijke Reco-lift inzetten. Onze tijdelijke personenliften zijn veilig, betrouwbaar, comfortabel en makkelijk in gebruik. Door de ruime drempelloze entree zijn de tijdelijke liften uitermate geschikt voor minder validen. Kijk voor meer informatie op onze website.

www.reco-lift.eu


synergy BLUE ad_v1.4_omgezet.indd 1

27-2-2012 15:47:07


Voorwoord

Stoute dromen Ja, daar was die weer. Één week lang verscheen het nieuws prominent op steeds weer andere internetsites. De zeer grote Japanse aannemer Obayashi Corporation beweert vóór 2050 een Space Elevator te bouwen. De moeder aller liften met een opvoerhoogte van 36.000 km. Dat zijn 45.000 Burj Dubai’s boven op elkaar. Een ruimte-lift betekent het ultieme, duurzame antwoord op de altijd onzekere rakettechnologie. Bij een raket blijft het de vraag: “Doet ie het of doet ie het niet?” Bij liften heb je daar geen last van. Mits die mega-lift op tijd gekeurd is door een Notified Body natuurlijk. Of heb ik dit aspect van de liftregelgeving niet 100% goed begrepen? Lees over alle ins & outs van liften keuren en liften onderhouden snel het boeiende interview met liftadviseur Péron van Stralen (zie pagina 33). Een Space Elevator is ideaal voor het vervoeren van zware payloads naar de ruimte. Het belooft vooral een mega-goederenlift te worden. Zelfs Mitsubihi Elevator Europe kan daar nog een puntje aanzuigen. Daar zijn de twee immense nieuwe goederenliften van MEE voor het Utrechtse Muziekpaleis kinderspel bij (zie pagina 20). Al sinds eind negentiende eeuw denkt de wetenschap na over de superlift. Aanstaande zomer is de volgende Space Elevator Conference in het Microsoft Conference Center, Redmond, Washington, USA. Natuurlijk, de bouw zou miljarden en miljarden kosten, maar een ruimtelift maakt het ontsnappen aan de zwaartekracht in etappes mogelijk. Eerst per lift naar de geostationaire baan en dan per ruimteschip verder. Een tweede optie om eenvoudiger de zwaartekracht te overwinnen is een ruimtestation op de maan. Zo’n maaninstallatie begroot de NASA op meer dan één biljoen dollar. Meer dan vier Griekse defaults. Steek dat geld dan liever in iets wat aan de aarde vast zit. Feitelijk is een ruimtelift niet meer dan een kabel, een kooi en een gewicht. Een bijna 75 duizend kilometer lange liftkabel hangt snaarstrak aan de middelpuntvliedende kracht van een compact tegengewicht dat nog een 36 duizend km hoger dan de geostationaire baan door de ruimte suist. Sinds kort zijn ultralichte en ultrasterke kabels van koolstofnanobuisjes mogelijk. Over die kabel beweegt zelfstandig de liftcapsule door zonne-energie aangedreven. Met een hefsnelheid van 200 km/uur breekt deze liftkooi alle liftrecords. Toch heeft de ruimtekooi ruim een week nodig om bij de eerste en enige stopplaats te belanden. Het lijkt onwerkelijk, maar mocht het ooit gebeuren, dan leest u het vast in de Liftbouw. Als eerste.

Wild dreams Yes, there it was again. For a whole week the news had been featuring prominently on website after website. Japanese construction giant Obayashi Corporation is claiming it will build a Space Elevator by 2050. The mother of all elevators with an elevation of 36,000 km. That's 45,000 Burj Dubai’s on top of one another. A space elevator means the ultimate, sustainable answer to the ever uncertain rocket technology. With a rocket the question is always: “Will it or won't it work?” In the case of elevators you don't have that problem. Provided the mega elevator is approved on time by a Notified Body, of course. Or have I not completely understood this aspect of the elevation regulations? Read about all the ins & outs of inspecting and maintaining elevators as well as the exciting interview with elevator consultant Péron van Stralen (see page 33). A Space Elevator is ideal for transporting heavy payloads into space. Above all it promises to be a mega goods lift. Even Mitsubishi Elevator Europe could learn a thing or two from this. In comparison, the two immense new goods lifts produced by MEE for the Utrechtse Muziekpaleis are a piece of cake (see page 20).

Liftbouw appears four times a year to provide information about current developments in the lift sector. Liftbouw is a publication of Louwers Uitgeversorganisatie BV and is an independent trade magazine that is distributed to architects, firms of consulting engineers, contractors, commissioning authorities, sector organisations, suppliers and related organisations.

Since as early as the end of the nineteenth century, the scientific community has been racking their brains over the superlift. This coming summer the next edition of the Space Elevator Conference will be held in the Microsoft Conference Center, Redmond, Washington, USA. It goes without saying that the construction work would cost billions and billions, but a space elevator will make it possible to escape the earth's gravitational pull in stages. First to the geostationary orbit and then continuing by spaceship. A second option for overcoming gravitational pull is a space station on the moon. NASA estimates that such a moon base would cost in excess of one billion dollars. More than four Greek defaults. Far better to invest that money in something stuck to the earth. In effect, a space elevator is nothing more than a cable, an elevator car and a weight. A nigh on 75,000 km-long elevator cable is suspended as taut as wire due to the centrifugal force of a compact counterweight whizzing through space some 36,000 km higher than the geostationary orbit. Recently, ultralight and ultrastrong cables made of carbon nanotubes have become possible. The elevator capsule moves along this cable independently driven by solar energy. With a lifting velocity of 200 kph (124 mph), this elevator car will break all elevator records. Nevertheless, the space elevator will still require a week to get to the first and only stopping site. It seems fantastical, but should it ever happen, then you'll definitely be reading about it in the Liftbouw. First.

Liftbouw

5


Vaktijdschrift over lift- en roltraptechniek

Toepassing

Jaargang 7 | Nummer 1 2012 Verschijnt 4 x per jaar ISSN 1872-650x

Uitgever

Schatbeurderlaan 6 Postbus 249, 6000 AE Weert T +31 (0)495 450095 F +31 (0)495 521335 E info@louwersuitgevers.nl W www.louwersuitgevers.nl

08

Redactie adres

Schatbeurderlaan 6 Postbus 249, 6000 AE Weert T +31 (0)495 450095 F +31 (0)495 521335 E redactie@louwersuitgevers.nl W www.louwersuitgevers.nl

Redactiemedewerkers

Willem Ruyters, Jerry Helmers, Johan Godschalk Caspar van der Laak, Da Vinci Vertalingen

Bladmanagement

12

Jörgen Verboom E j.verboom@louwersuitgevers.nl

Secretariaat

Manuela Depenbrock

Advertenties

Online aanleveren: http://ftp2.louwersuitgevers.nl Username: liftbouw, Wachtwoord: gast Postbus 249, 6000 AE Weert, Nederland T +31 (0)495 450095 E info@louwersuitgevers.nl

Abonnementsprijs

08

Minister Spies (BZK): "Kijken hoe 'goed' nog beter kan" Minister Spies (BZK): "See if 'good' can be better"

10

Roltrappen van ThyssenKrupp Liften: “Veel dieper dan Nieuw Amsterdams Peil” Escalators from Thyssenkrupp Liften: “Into the deep”

€ 55,- per jaar excl. BTW ING 41 71 65 t.n.v. Louwers Uitgeversorganisatie BV o.v.v. Liftbouw magazine Informatie over abonnementen: T +31 (0)495 450095

12

Adreswijzigingen

Twee muzikale zwaargewichten van MEE in Utrecht Elevator shafts as big as rooms

Schriftelijk tenminste drie weken voor verhuizing naar: Postbus 249, 6000 AE Weert

Opzeggingen

Indien twee maanden voor het verstrijken van de abonnementsperiode geen schriftelijk bericht van op­­zegging is ontvangen, wordt het abonnement auto­matisch met een jaar verlengd.

DOELGROEP

Verspreiding vindt plaats via abonnementen en via gerichte distributie aan architecten, aannemers, opdrachtgevers, projectontwikkelaars, zorginstellingen, woningbouwverenigingen en gebouweigenaren, functionarissen van (semi-)overheidsinstellingen en binnen de liftbranche waaronder brancheorganisaties, fabrikanten, adviseurs, certificering instanties, toeleveranciers en verwante organisaties.

Vormgeving / Art Direction Logo Reclame- Ontwerpbureau BV T +31 (0)495 450065 E info@logobv.nl

Niets uit deze uitgave mag worden over­genomen of ver­menig­ vuldigd zonder uitdruk­kelijke toestemming van de uitgever en zon­der bronvermelding. Hoewel dit blad op zorg­­vuldige wijze en naar beste weten is samen­gesteld kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledig­heid van de informatie. Zij aan­vaar­den dan ook geen enkele aansprake­lijkheid voor schade, van wel­ke aard ook, die het gevolg is van hande­lingen en/of beslis­singen die gebaseerd zijn op deze informatie.

6

Liftbouw

30

Op de kleintjes letten in Moergestel Energy-efficient KONE Monospace: “When it's not in motion, everything is switched off”

18

25

In het nieuws In the news

29

Alderik Bos: “Aanbestedingen remmen innovatie” Alderik Bos: “Tenders inhibit innovation”

30

1 schacht; 2 liften; 0 wachtenden 1 shaft; 2 lifts; 0 crowds

37

Péron van Stralen schudt liftbranche wakker Péron van Stralen jolts elevator industry awake

40

Specials voor het Rijks Customized lifts for Rijksmuseum


Inhoud

44

46

40 44

Bureau Veritas: "Alles op één plek te vinden!" Bureau Veritas: "All you need on one spot!"

46

Lohr Liften introduceert platformlift met grote hefcapaciteit Lohr Liften introduces platform lift with considerable lifting capacity

48

Compact verpakt in een containerframe Compactly packed in a container frame

53

NLB branchepagina: 6 vragen aan John van Deelen van Van Deelen Liften NLB page: 6 questions for John van Deelen, Van Deelen Liften Everything that moves you in buildings

JA ARGANG 7 I NUMMER 1 I APRIL 2012

Vaktijdschrift over lift- en roltraptechniek I jaargang 7 I april 2012

54

Het Liftinstituut reikt veiligheidsinformatie aan Het Liftinstituut issues safety information

60

Aboma: Harry Hertsenberg voortaan statutair directeur van Aboma Aboma: Harry Hertsenberg henceforth Managing Director of Aboma Péron van Stralen schudt liftbranche wakker Péron van Stralen jolts lift industry awake Reco-lift PP: Compact verpakt in een containerframe Reco-lift PP: Compactly packed in a container frame Lohr Liften introduceert zeer grote platformlift Lohr Liften introduces very big platform lift

Coverfoto MS Amacerto, Interlift Techniek in combinatie met Lödige Benelux. Deuren Fermator Beeld: Thomas Uithol

62

XPO pagina's met nieuws van - Ergolift - Interlift - NK Liftinterieur - LiftTech - Wittur

71

Wie doet wat Who does what

Liftbouw

7


Interview

Minister Liesbeth Spies (BZK):

“Kijken hoe ‘goed’ nog beter kan” De moeilijke tijden die de bouw in Nederland doormaakt, gaan minister Spies van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) zeer aan het hart. Niet voor niets heeft ze als een van haar eerste acties nadat ze minister Donner opvolgde, een Bouwteam in het leven geroepen. Daarvan verwacht ze een deskundig advies voor de toekomst van de bouw. Toch zal het meeste uit de sector zelf moeten komen, is haar oordeel, want: “Ik heb geen toverstafje.” Maar dat de sector er weer bovenop zal komen, staat voor haar vast. En daar zal ze naar vermogen aan bijdragen. Zo’n dertig jaar geleden nam de bouw in het dagelijks nieuws een vooraanstaande plaats in. Projecten kwamen niet van de grond, bouwen was een beladen politiek onderwerp. We spreken dan over een periode die gedomineerd werd door namen als Marcel van Dam, Jan Schaefer, Hans Gruijters, Gerrit Brokx. Verschil met de huidige malaise in de bouw is vooral de hoogte van de hypotheekrente. Die bedroeg eind jaren zeventig tien procent en meer. Sindsdien is het betrekkelijk rustig geworden op de bouwmarkt. Dat de financiële en aansluitende economische crisis van 2008 ook aan de bouw niet voorbij zouden gaan, was te verwachten. Dat de klappen zo hard aankomen als ze nu doen, is voor menigeen toch een onplezierige verrassing.

Trots zijn op sector Minister Spies: “Dat het zo lang relatief zo rustig is geweest, is ook wel een compliment voor de sector. Als er weinig over je gesproken wordt, gaat er kennelijk een heleboel goed en zijn de zorgen niet zo groot. Als ik zie wat er de afgelopen decennia gerealiseerd is, hoeveel ondernemers daarmee hun brood hebben verdiend en hoeveel mensen er in de sector aan de slag zijn, dan vind ik dit een sector om trots op te zijn en te koesteren. Vandaar het Bouwteam om te kijken hoe ‘goed’ nog beter kan. Want de bouw moet ook mee met toekomstige ontwikkelingen. Dat de wereld van de woning- en utiliteitsbouw van morgen er anders zal uitzien dan 30 jaar geleden, is een gegeven. Ondanks het feit dat er de komende twintig jaar nog zo’n 600.000 woningen bijgebouwd zullen moeten worden, zal dat niet meer in die grote stromen gaan als we met de Vinexwijken hebben gezien. Daarbij zullen we ons veel meer moeten concentreren op de bestaande voorraad en zal nieuwbouw veel meer gerealiseerd moeten worden in bestaand stedelijk gebied. Dat vraagt een andere manier van omgaan met de omgeving en dus andere expertises.” Energiebewust bouwen is een terrein waaraan de minister zelf grote prioriteit geeft. “Ook dat vraagt voor sommigen in de bouwwereld nieuwe vaardigheden. Daar is een wereld te winnen, zeker in de bestaande bouw. Daarom verwacht ik ook veel van het Bouwteam. Juist zij zijn volgens mij in staat aan te geven op welke stip op de horizon we moeten afkoersen. Nieuwe dingen uitvinden, kijken wat je met innovaties kunt doen. En vooral ook kijken wat je van elkaar kunt leren. Kijk bijvoorbeeld eens wat er aan de TUDelft allemaal voor nieuwe ontwikkelingen tot stand komen.”

8

Liftbouw

Vernieuwing uit de sector zelf Natuurlijk moeten de meeste vernieuwingen uit de sector zelf komen. Daarom is de minister ook blij met het enthousiasme van Bouwend Nederland over de komst van het Bouwteam. “Het is ook zeker niet mijn bedoeling geweest om plompverloren iets over de sector uit te storten. Andersom is het voordeel voor de sector van een actie als deze dat er wellicht aanbevelingen uitkomen waarmee ook het rijk iets zal moeten doen. De aanbevelingen kunnen natuurlijk nooit vrijblijvend zijn als de minister opdracht heeft gegeven tot het Bouwteam. Maar het Bouwteam heeft bij de start ook aangegeven dat de eerste verantwoordelijkheid bij de bedrijfstak zelf ligt. Daar ligt de aanzet tot verandering. Een sector die zoveel werkgelegenheid biedt en zoveel uitdagingen in termen van vakmanschap en bovendien qua aandeel in het Bruto Nationaal Product zo vooraanstaand is, heeft immers eigen verantwoordelijkheden. Tegelijkertijd is het niet uit te sluiten dat overheden, financiële instellingen en bewonersorganisaties ook belang kunnen hebben bij de aanbevelingen van het Bouwteam. Met andere woorden: een royale en brede opdracht aan de voorkant, maar niet de garantie dat er per definitie getekend wordt bij het kruisje aan de achterkant.” Vrij vertaald mag de sector in financiële zin van de minister dus niet al te veel verwachten. “Maar daar gaat het in de kern ook niet om. Het gaat erom de markt weer op gang te brengen. Kijk naar de startersmarkt. Het aanbod is enorm, de prijzen aantrekkelijk, met een lage overdrachtsbelasting en een lage hypotheekrente. En toch wagen starters de stap niet. De markt moet dus zelf met nieuwe oplossingen komen. En wellicht kan het Bouwteam daar iets voor verzinnen. Vanuit de overheid kunnen we helpen met stimulansen, zoals we nu in het Bouwbesluit doen met regels voor het vergroenen van de energieprestatie. Het is aan de markt om die maatregelen dan ook in concrete, aantrekkelijke oplossingen om te zetten.” Nederland heeft de komende decennia behoefte aan nog eens 600.000 nieuwe woningen. Op de vraag hoeveel daarvan er in 2020 gerealiseerd zullen zijn, zegt de minister: “Het huidige tempo is laag. Dus de totaalopgave zullen we dan zeker niet gerealiseerd hebben. Gezien het huidige tempo zou het mooi zijn als we dan op de helft zijn. Dat vraagt al een forse inspanning, maar het is om te beginnen wel een goede ambitie.”


Minister Liesbeth Spies

Met overtuiging aan de slag Je kunt minister Spies niet verwijten dat ze sinds haar aantreden, medio december vorig jaar, heeft stilgezeten. Zo kondigde ze aan dat woningcorporaties driekwart van hun woningen aan de zittende huurder te koop moeten aanbieden, een verruiming van de mogelijkheid tot tijdelijke verhuur bij onverkoopbaarheid en het stopzetten van het experiment met flexibele huurprijzen (‘huur op maat’). Maatregelen die niet overal met open armen zijn ontvangen. Zelf blijft ze nogal nuchter onder de kritiek: “Als je minister wordt in ’t idee dat iedereen zal applaudisseren voor alles wat je doet, ben je per definitie ongeschikt voor dit vak. Gelukkig heb ik er al een aantal dienstjaren opzitten in de politiek. Die maken dat je weet met welke programmapunten je met overtuiging aan de slag zult moeten gaan. Dat je dan tegenwind krijgt, weet je. Dat hoort bij het vak. De kritiek is hier en daar voorbarig. Zo ligt het voorstel over het kooprecht nog bij de Raad van State voor advies. Daarna ga ik er ook nog met de sector over praten. Uiteindelijk is het de opdracht van een minister om in de Tweede en Eerste Kamer een meerderheid te vinden voor de voorstellen die hij of zij doet. Mij is er veel aan gelegen om de agenda die ik zelf nog deels kan bepalen, en die deels ook is ingezet door mijn voorganger, tot een goed einde te brengen.” De minister realiseert zich dat haar ‘wittebroodsweken’ in het kabinet er intussen op zitten. “Maar ik kijk nog steeds optimistisch de wereld in. En dat wil ik maar zo houden.” Dat geldt niet alleen voor de portefeuille ‘bouwen en wonen’, maar ook voor al die andere opdrachten die ze heeft meegekregen. Zoals de zorg voor de Koninkrijksrelaties of voor het vastleggen van het verbod op het ‘dragen van gezichtbedekkende kleding’. Onderwerpen die de nodige polemiek veroorzaken. “Ik vind het een voorrecht dat ik me met zoveel uiteenlopende onderwerpen mag bemoeien. Ik ben altijd al een generalist geweest. Ik heb rechten en economie gestudeerd, omdat ik niet goed kon kiezen. En ook in de tijd dat ik vice-fractievoorzitter van het CDA in de Tweede Kamer was, had ik de neiging me gevraagd en ongevraagd overal tegenaan te bemoeien. En in deze portefeuille vind ik ook voldoende diversiteit om met een frisse blik naar allerlei verschillende onderwerpen te kijken.”

Woningmarkt staat niet op zich Wat het rijk doet, moet ondersteunend zijn aan de ontwikkelingen in de markt zelf, meent minister Spies. Dat betekent bijvoorbeeld een herschikking in de huursector, zodanig dat de relatief goedkope corporatiewoningen ook daadwerkelijk beschikbaar zijn voor mensen met lagere inkomens. Maar de ontwikkelingen in de woningmarkt staan niet op zich. Ze maken deel uit van een totaalpakket waarvoor het huidige kabinet zich nu geplaatst ziet. Maar dat diezelfde overheid niet in z’n eentje tot een goed einde kan brengen. Spies: “De overheid kan veel, maar heeft geen toverstafje waarmee we simsalabim de hele Europese crisis, waar we nu eenmaal deel van uitmaken, kan oplossen. De woningmarkt maakt onderdeel uit van die crisis, maar ook niet meer dan dat.” Ook de ontwikkelingen op de verschillende Europese woningmarkten zijn geen aanwijzing die Nederland één-op-één kan gebruiken. Zo groeide de Belgische nieuwbouwmarkt het afgelopen jaar, maar stagneerde die in zuidelijke landen. “Helaas is er niet één rode draad te trekken analoog aan een ander Europees land. We kunnen niet met één druk op de knop het beleid van een ander land kopiëren. Daarvoor zijn de randvoorwaarden te verschillend. Niet alleen tussen landen onderling, maar zelfs in Nederland zelf. Maar dàt de markt weer vlotgetrokken gaat worden, staat voor mij wel vast. Niet meer grootschalig als in het verleden, maar wel gericht, vraaggestuurd en voor specifieke doelgroepen. Daar zullen niet alleen bouwers zich van bewust moeten worden, maar ook provincies, gemeenten en projectontwikkelaars.”  Bron: Bouwend Nederland Podium

Liftbouw

9


ď ł

Primeur

Veel dieper dan Nieuw Amsterdams Peil ThyssenKrupp Liften mag 91 roltrappen, 4 hellingbanen en 25 liften voor de Noord/Zuid-lijn leveren. Sommige van die 91 roltrappen worden de langste roltrappen van Nederland totnogtoe. Het is indrukwekkend hoeveel verticale transportinstallaties de Amsterdamse Noord/Zuid-lijn nodig heeft. Alle liftfabrikanten van naam en faam dongen dan ook naar deze prestigieuze opdracht. ThyssenKrupp Liften, de zelfstandige Nederlandse dochteronderneming van ThyssenKrupp Elevator, presenteerde het beste voorstel. Leo van der Schelling accountmanager roltrappen van ThyssenKrupp Liften is blij met de verkregen opdracht. Het mag bekend worden verondersteld. De Amsterdamse Noord/Zuid-lijn loopt van Station Noord in Amsterdam-Noord onder het IJ en Amsterdam door om te eindigen bij Station Zuid in de middenberm van de A10. Tussen

deze twee bovengrondse eindstations komen zes tussenstations, waarvan vijf ondergronds en 1 bovengronds. Van de 9,7 km lange metrolijn bevindt zich 7,1 km ondergronds. Voor het ondergrondse traject is op grote diepte in

de slappe Amsterdamse grond onder meer 3,8 km aan tunnel geboord om de bebouwing van het stadscentrum en de Pijp te ontzien. Een ambitieus infrastructuurproject dat barst van de Nederlandse primeurs.

De roltrappen van ThyssenKrupp Liften maken deel uit van de architectuur van de metrostations. Zoals hier in het Centraal Station

10

Liftbouw


Metrostation De Pijp ligt 26,5 m onder de Ceintuurbaan. De roltrappen gaan in één steek van de perrons naar de verdeelhal

Langste opvoerhoogte Volgens Leo van der Schelling van ThyssenKrupp Liften bieden ook de roltrappen een Nederlandse primeur: “Station Rokin komt op 21,5 m onder N.A.P., Station Vijzelgracht op 26 m en Station De Pijp ligt zelfs 26,5 m diep onder de straat. Zeker voor Nederlandse begrippen erg diepe metrostations. Zo diep wil je niet trappenlopen. 26,5 m is vergelijkbaar met negen etages. Geen wonder dat de roltrappen in Station De Pijp met bijna 20 m de roltrappen met de grootste opvoerhoogte van Nederland worden.” Bijna alle metrostations van de Noord/Zuid-lijn maken gebruik van een ondergrondse verdeelhal direct onder het straatniveau. Van der Schelling stelt: “De roltrappen maken onlosmakelijk deel uit van de architectuur van de stations. Per station is de ideale maat en locatie van de benodigde roltrappen in overleg met architect BenthemCrouwel vastgesteld. Van de langste roltrap van 19,56 m tot de kortste roltrap van 2,4 m. Meestal met een tredebreedte van 1000 mm, soms van 800 mm. Allemaal afgewerkt in RVS met glasbalustraden conform de styling van de stationarchi-

tectuur. Soms met speciale brandwerende bekleding aan de onderzijde van de trap.”

Hamburg De Amsterdamse Dienst Noord/Zuid-lijn heeft de opdracht voor het afbouwen van de metrostations in september 2011 definitief gegund aan bouwcombinatie VIA, een samenwerkingsverband van de bedrijven Visser & Smit

“Één keer gemaakt is ook standaard” Bouw en Imtech Building Services. De afbouw betreft het realiseren van het spoorsysteem inclusief alle voorzieningen zoals roltrappen en liften, verlichting en andere installaties. ThyssenKrupp Liften is door VIA aangetrokken als leverancier van alle horizontale en verticale transportinstallaties. Van der Schelling weet: “Een aardige opdracht voor de roltrappenfabriek van ThyssenKrupp Elevator in Hamburg. We gaan vanaf medio 2012 over vier jaar verspreid afleveren, al naar gelang

het beste uitkomt voor de afbouw. ThyssenKrupp Fahrtreppen Hamburg, waar alle roltrappen en rolpaden geproduceerd worden, haalt overigens een jaarproductie van 1000 roltrappen. In Hamburg wordt geproduceerd volgens het principe ‘Één keer gemaakt is ook standaard’. Met andere woorden heeft een klant specifieke wensen dan bekijkt de engineering-afdeling de mogelijkheden, daarna wordt de oplossing opgenomen in het productieproces en kan desgewenst zo weer gebruikt worden bij andere projecten.”

Energieprestaties Bij de aanbesteding scoorde VIA als beste mede dankzij de uitstekende energieprestaties van de roltrappen van ThyssenKrupp Elevator. Van der Schelling legt uit: “We installeren energiezuinige aandrijvingen met frequentiegeregelde omvormers die ervoor zorgen dat de installaties zo min mogelijk energie verbruiken. Maar ook de liften van het type synergy® BLUE dragen hun steentje bij dankzij de energiebesparende E.COR® besturing en RPI regelaar.” 

Liftbouw 11


Innovatie

Op de kleintjes letten in Moergestel Textielhandelaar Gerard Poirters besloot in 2010 zijn eigen winkel/woonpand aan de Oude Markt in Moergestel van de grond af te herontwikkelen. Fraaie nieuwbouw in traditionele architectuur. Op de begane grond een nieuwe winkelruimte en enkele appartementen voor de verkoop op de etages. Poirters wilde per se een lift in het nieuwe appartementencomplex. “Een lift is comfortabel en houdt de appartementen op termijn goed verkoopbaar. Bovendien woon ik zelf op de bovenste etage.” Hij besloot in samenspraak met architect Wolfs uit Oisterwijk dat het een machinekamerloze lift van KONE moest worden. Alles leek in kannen en kruiken, tot sales manager Roland van Gameren van KONE regio Zuid Poirters benaderde met een voorstel,… Roland van Gameren was als sales manager van KONE regio Zuid betrokken bij de opdracht in Moergestel. Wat een standaard machinekamerloze lift leek te worden, draaide uit op een volgende innovatieve stap naar meer energiezuinigheid. Hij vertelt: “Bij KONE liepen we rond met het idee een Monospace door te ontwikkelen speciaal voor energiezuinige toepassing in de laagbouw. Een lift voor lage hefhoogtes maar toch met een A label.” Sinds 2009 bestaat er een methode om het energieverbruik van liften uit te drukken in energielabels. A = zeer energiezuinig. Gemeten wordt er volgens de VDI 4707 norm. 

KONE Monospace® in standby, wachtend op passagiers. Het stroomverbruik is op dit moment bijna nul

12

Liftbouw


Foto's arjan stadhouders fotografie, Wolfs architectuur

Het hele team voor het pand aan het Sint Jansplein, vanaf links: • John van Dinteren (Commercieel Technisch Adviseur KONE) • Harry Hertsenberg (Algemeen Directeur Aboma) • Marinus Wolfs (Architect Wolfs Architecten) • Gerard Poirters (Opdrachtgever/ liftgebruiker) • Gerrie Poirters (Opdrachtgever/ liftgebruiker) • Bert Huisman (Coördinator Aboma) • André van der Sterre (Directeur KONE Regio Zuid) • Jeroen Lommers (Supervisor nieuwbouw KONE) • Peter Janssen (Directeur Aannemersbedrijf Janssen) Midden voor: Roland van Gameren (Sales Manager Regio Zuid) met de certificaten Energielabel A 7

8

6

9

N

straatkolk

B

A

C

10

02

03

5

01

18.234 4.700

5.800 3.200

04 11

1.474

10.524

2.520

340

386

2.538

300

386

2.538

300

10.524 350

2.250 70 1.410 70

300 350

2.170 300

2.170

300

900

100

4

340

300

2.580

150

3.580

240

1.170

390

1.170

340

Merk-E1

7.500

7.500

7.500

7.500

390

390 1.500

1.955

100

4.400 100

2.700

4.400

B

390

390

1.500

Aansluitpunt brandslanghaspel. Haspel te plaatsen door derden afhankelijk van gebruiksvergunning.

100

Doorgang. 300

Merk-6

1.955

4.350

Merk-E1

Opp: 2,29 m2

0.10

Berging.

KK

390

Containers t.b.v. appartementen.

Opp: 2,29 m2

Merk-E1

c.v. m.v.

0.11

Berging.

Merk-1

w.c. 0.6

Toilet.

g.s.

0.9

Traphal.

Opp: 9,44 m2

Merk-2

m.k.

Merk-2

m.k.

Merk-2

Merk-1

Opp: 12,79 m2

300

Verlaging in de betonnen 1e verdiepingsvloer.

2.450

2.450

Lift.

Machinekamerloze lift toe passen.

Aansluitpunt brandslanghaspel. Haspel te plaatsen door derden afhankelijk van gebruiksvergunning.

300

300

Liftdeur.

2.750

Merk-6

C

h.w.a.

m.k.

Merk-2

Opp: 13,79 m2

Merk-4 0.7

Entree.

Merk-1 300

0.5

Meterkast algemene voorzieningen.

30.530

Opp: 1,35 m2

Merk-3 m.k. m.k.

3.750

KK

Kruipluik.

Kruipluik.

Pantry

Peil = 0.

Merk-3

0.2

Pantry

alg.m.k.

m.v.

g.s.

c.v.

100

Merk-1

Merk-2

f.

Toilet.

h.w.a.

Merk-F

f.

Merk-2

0.3

m.k.

g.s.

Opp: 2,30 m2

Opp: 9,68 m2

Verbrandingstoestel t.b.v. commerciele ruimte met een capaciteit < 130 KW. h.w.a.

Bordes.

± 2026 mm= P=0.

Merk-3

w.c.

Waterput

Essent.

Opp: 3,82 m2

Toegang tot waterput onder inloopmat.

Merk-G

Container com. ruimte.

1

1.715 100 1.715 390 390

1.500

0.8

Werkkast.

100

4.400

Wanden van de traphal uitvoeren in kalkzandsteen, 300/150 mm dik. Kalkzandsteen is volgens NEN 6064 onbrandbaar.

Intercom.

Meterkast Essent t.b.v. de appartementen. Kast voorzien van een slot van Essent. 100

straatkolk

2 Merk-E1

0.12

Berging.

Opp: 4,32 m2

6.150

B D

4.510

Merk-E1

Opp: 4,32 m2

Berging.

900

6 Meterkast t.b.v. de appartementen.

4.510

3

Merk-E1

1.715 100 1.715 7.500

7.500

100

7.500

Berging.

Opp: 4,32 m2

0.13

Verbrandingstoestel t.b.v. commerciele ruimte met een capaciteit < 130 KW.

4.510

12

Berging.

Opp: 4,32 m2

0.14

C

Leidingschachten: Wanden uitvoeren in 100 mm kalkzandsteen. Standleidingen akoestisch omkleden.

straatkolk

0.15

240 4.510

340

h.w.a. Buitenkraan.

6.020

340

150

300

300

Schachtwand 100 mm kalkzandsteen. Standleidingen akoestisch omkleden.

stdl

15.470

0.1

0.4

Commerciele ruimte.

17.520

Overbouwde poort.

17.520

18.300

Schachtwand 100 mm kalkzandsteen. Standleidingen akoestisch omkleden. stdl

Commerciele ruimte.

Opp: 100,53 m2 Bezettingsgraad: B2

Opp: 106,45 m2 Bezettingsgraad: B2

12.720

15.470

Bestaande bebouwing.

Schachtwand 100 mm kalkzandsteen. Standleidingen akoestisch omkleden.

150

De verlichitingsinstallatie van de lift dient te zijn aangesloten op een voorziening van noodstroom.

18.300

1.950

17.850

23.030

1.650

300

stdl 300 Wanden van de liftschacht uitvoeren in kalkzandsteen, 300/214 mm dik. Kalkzandsteen is volgens NEN 6064 onbrandbaar.

Unit 1. E

Unit 2.

Compact en efficiënt ontworpen entreepartij

394

Merk-B

6.946

150

150

h.w.a.

Merk-D

6.080

Poort.

390

10.080

5.800

4.700 18.450

A

±0

02

C

01

03

6.020

Inrit.

390

390

h.w.a.

150

240

1.020

240

04

B

1.690

3.950 5.900

Begane grond.

- Bovenkant afgewerkte begane grondvloer Peil =0. - Ventilatiesysteem commerciele ruimten: balansventilatiesysteem. - Ventilatiesysteem volgens berekening en tekening leverancier installatie. - Ventilatie liftschacht volgens berekening leverancier lift-installatie.

Slechts lage schacht-uitbouw op het dak was nodig, want KONE Monospace ® is een machinekamerloze lift

Liftbouw 13

330

Merk-B

1.450

390

390

390

Buitenspouwblad 10 mm terug laten springen.

Regenwater a t.b.v. loggia.

330

h.w.a.

330

330

h.w.a.

330

A

h.w.a.

Merk-2 m.k.

Merk-A

Merk-C

330

Luchtgordijn boven entree door huurder in het werk aan te brengen.

KONE scoort A-label met Monospace voor laagbouw Merk-A

Kruipluik.

Hekwerk.

Inloopmat.

Luchtgordijn boven entree door huurder in het werk aan te brengen.

Kruipluik.

Merk-2 m.k.

390

Inloopmat.

Brievenbussen (8 stuks).

Mogelijke scheidingswand t.b.v. het opsplitsen van de commerciele ruimte in twee afzonderlijke units.

330

Front van het pand aan het St Jansplein. Entreepartij met lift ligt aan achterkant

A

Brievenbus met brievenkast t.b.v.de kranten. Brievenbus voorzien van een hardsteen frontplaat.


KONE introduceerde halverwege de jaren negentig als eerste de machinekamerloze lifttechniek

14

Liftbouw


Op het kooidak; op de onderste stopplaats. Zo gering is de opvoerhoogte. Je kunt de schachtkop boven bijna aanraken

Besturing ingebouwd in kozijn van bovenste stopplaats. Vooral slimmere besturing maakt van de KONE Monospace® een Energielabel A lift

“Zo weinig, dat valt haast niet te meten” Van Gameren weet van de hoed en de rand over de meetmethode: “Bij het uiteindelijk vaststellen van het gerealiseerde energielabel bestaat een onderscheid op basis van de gebruiksintensiteit van de lift. Bij een lage gebruiksintensiteit van de lift wordt de lift ingedeeld in gebruikscategorie 1 van de VDI 4707. Dit betekent dat het standby verbruik zwaar meetelt en het verbruik tijdens de rit nauwelijks. De lift is namelijk relatief weinig in gebruik. Liften in de gebruiksklassen 3 tot en met 5 van de VDI 4707 behalen bijna altijd een A-label dankzij terugvoeding aan het net. Juist door het beperkte aantal verdiepingen bij een laagbouwlift, is het lastig om terugvoeding van remenergie te realiseren. Des te uitdagender om toch in laagbouw een A label te verdienen.”

Slechts twee etages Van Gameren zette het proces in gang: “Ik ben geboren en getogen in Moergestel. Mijn eerste lange broek kocht ik ooit bij Poirters. We stelden hem daarom voor zijn lift als prototype te benutten. Hij zag het hele idee direct zitten. Onze volgende stap was een Monospace lift door te ontwikkelen. Dit type machinekamerloze liften is zeer geschikt voor middelgrote tot grote appartementcomplexen. 

Liftbouw 15


Facts & Figures Type lift Monospace速 (bouwjaar: 2011) Hefcapaciteit 630 kg (of 8 personen) Hefhoogte 6450 mm Hefsnelheid 1 m/s Ophanging 2:1 Balancering 49% Snelheidsregeling ja, frequentieregeling Teruglevering aan net nee Lastfactor 0,7 (VDI 4707-1; balancering 40-50%) Geleiding leidsloffen Aantal stopplaatsen 3

Subtiele tableauverlichting gaat alleen aan wanneer nodig

16

Liftbouw


“Als ie stil staat, staat alles, maar dan ook alles uit” Ideaal voor hefhoogtes tot tien verdiepingen. In hoogbouw was al een A label gehaald. Die slechts drie stopplaatsen van het woongebouw In Moergestel. Dat maakte het lastig.”

Start/stop systeem Van Gameren schetst de overwegingen: “Bij grote hefhoogtes win je remenergie terug op de liftmotor. Die herwonnen energie leid je naar het elektriciteitsnet. Bij een licht belaste lift win je zelfs remenergie terug bij het stijgen op het tegengewicht. Maar als je weinig hoogte hoeft te overwinnen dan is remenergie terugwinnen onmogelijk. Sterker nog, terugleverunits maken de lift duurder, terwijl het positieve energie-effect nihil is.” Hoe heeft KONE het dan voor elkaar gekregen? Van Gameren: “Onze focus lag op het terugbrengen van het standby-verbruik. Het toepassen van LED-verlichting en het terug- of totaal uitschakelen van de verlichting in standby is al bijna standaard. En levert onvoldoende energiewinst op. We gingen veel verder. Alle apparatuur die maar energie verbruikt, is door onze handen gegaan. Zodra de lift stilstaat, gaan nu de besturing en de hefmachine automatisch in slaapstand. Vergelijk het met een start/stop systeem van automotoren. Vroeger wachtte een lift op vol vermogen tot de rit verder ging. Dat is voltooid verleden tijd.”

“Zo weinig, dat valt haast niet te meten” De lift is zo energiezuinig dat keuringsinstituut Aboma problemen ondervond met het meten van het energieverbruik. Hans Nijdam, manager techniek Aboma weet: “Eerder gebruikten we stroomtangen die gekalibreerd zijn voor meting van bepaalde stroomsterktes. Goed voor vrij grove vermogens. Nu moesten we nieuwe tangen aanschaffen en kalibreren om überhaupt de verfijnde waardes te kunnen meten, die in Moergestel gerealiseerd zijn. De oude stroomtangen gaven tijdens de meting onder het laagste bereik een onacceptabele afwijking..” En het resultaat? Een magnetron in de keuken verbruikt meer energie dan dit type KONE lift. Aboma kwam tot een verbruik vergelijkbaar met een gloeilampje. Op jaarbasis (365 dagen) bedraagt het nominaal berekend verbruik van de lift 442 kWh, omgerekend is dit slechts 0,05 kW per uur. 

“When it's not in motion, everything is switched off” In 2010, textiles dealer Gerard Poirters decided to redesign his own shop/residential premises on the Oude Markt in Moergestel from scratch. Handsome new-build property in traditional architecture with a new shop space on the ground floor and a few new flats for sale on the two floors above. Poirters was adamant that he wanted an elevator in the new apartment block. “An elevator is comfortable and preserves the saleability of the flats in the long run. What's more, I live on the top floor myself.” In consultation with architect Wolfs from Oisterwijk, he decided that it would have to be a machine room-less elevator from KONE. An existing Monospace elevator was converted. This type of machine room-less elevator is suitable for mediumsized to large apartment blocks and is commonly used by housing associations. Ideal for lift heights up to ten storeys. In high-rise situations the KONE Monospace had already attained an A label. However, the residential building in Moergestel only has three stops. This makes it tricky. In the case of sizeable lift heights you can recover braking energy from the elevator motor. You then feed this reclaimed (braking) energy back to the building's electricity grid. But if you do not have a great height to overcome, then recovering braking energy is not a possibility. In fact, return units make a system more expensive, whereas the positive energy effect will be zero. How did KONE manage it then? The focus was on reducing standby consumption. Using LED lighting and reducing or completely switching off the lighting in standby mode have been the most normal things in the world for years now. And so they also proved to produce insufficient energy returns. We went a step further. All energy-consuming equipment passed through our hands. As soon as the elevator is motionless, the controller and the lift machine automatically go into sleep mode. Compare this with a start/stop system used by modern car engines. An elevator used to remain on full power until the ride continued. This is now a thing of the past. The result: a microwave in the kitchen consumes more energy than this type of KONE elevator. Aboma produced a consumption level comparable with a light bulb. On an annual basis (365 days) the nominal calculated consumption of the elevator comes to 442 kWh, which converts to a mere 0.05 kW per hour. 

Liftbouw 17


Toepassing

Twee muzikale zwaargewichten in Utrecht Muziekpaleis Vredenburg Utrecht gaat van twee zalen naar vijf zalen. Misschien vanwege de beperkte ruimte in de Utrechtse binnenstad stapelde Architectuurstudio HH de nieuwe concertzalen min of meer op elkaar. De bovenste zaalvloer bevindt zich op liefst 42 m boven straatniveau. Vergelijkbaar met twaalf etages hoog. Veel te hoog om trap te lopen. Liftenfabrikant Mitsubishi Elevator Europe (MEE) uit Veenendaal greep de kans om twee zeer grote goederenliften te mogen leveren, met beide handen aan. Nee, account manager Patrick Frencken van Mitsubishi Elevator Europe hoeft het niet na te kijken. De twee zeer grote goederenliften in Utrecht staan wat hefcapaciteit betreft bovenaan op de recordlijst van liften die MEE in de 60-jarige bedrijfshistorie geleverd heeft. Als nummer één en als nummer drie van de lijst. Frencken stelt dan ook: “Het lijkt wel alsof liften steeds groter en zwaarder worden. Net verleden jaar hebben we onze grootste lift totnogtoe geleverd aan het Neuman-complex in Zwolle. Dat was een hydraulische lift van 8765 kg hefcapaciteit met twee stopplaatsen. Mede uitzonderlijk vanwege de extreem diepe kooi van 12 m. Diep genoeg om een auto plus aanhangwagen in één keer te transporteren. En nu krap één jaar later gaan we in Utrecht daar ver overheen, want hier praat je over twee  zeer grote tractieliften bij een hefhoogte van liefst 42,5 m. Nog spectaculairder.”

Facts & Figures 2 goederenliften Type Special-T Nominale last 7.000 kg of 75 personen en 12.300 kg of 155 personen Kooiafmeting (bxdxh) 4.000 x 2.537 x 3.000 mm en 4.000 x 4.967 x 3.000 mm Deuropening (bxh) 3.800 x 2.600 mm Hefhoogte 42 m Stopplaatsen 9 Hefsnelheid 0,5 m/s Aandrijving Tractie door wormwormwieloverbrenging met frequentieregeling. Opgesteld in een machinekamer, direct boven de schacht Ophanging 1:4 met omloopwielen op de kooi, op het tegengewicht en in de schachtkop Kooiuitvoering Plafond: vlakke plaat voorzien van inbouw TL-verlichting Wanden: RVS Vloer: bekleed met RVS tranenplaat Extra voorzieningen: RVS buisleuningen en hardhouten stootlijsten

18

Liftbouw


It giet oan! Van staalprofiel tot complete liftkooi geproduceerd op locatie Veenendaal

Plafond van goederenliften bestaat uit één gelaste staalplaat

Beide goederenliften gingen zo vroeg mogelijk naar binnen; Tijdens de (ruwe) afbouw fungeren ze als bouwlift. Dit is de “kleinste” van de twee op 28 oktober 2011. De grootste volgde enkele weken later (Foto Peer Maas).

Liftbouw 19


De deuraandrijving is in een uitsparing van het plafond weggewerkt vanwege de gewenste deurhoogte versus de maximaal gewenste kooihoogte (2600 mm versus 3000 mm)

Een zaal van een liftschacht. Alleen aan details als de deurdrempels zijn de enorme omvang en de grote maten af te lezen. De hefmachine is al geplaatst, de diverse kabels volgen nog

20

Liftbouw


goede routing van de bezoekersstromen een grote rol is weggelegd voor de verticale transportinstallaties. Van enkele roltrappen, meerdere personenliften tot en met een paar zeer grote goederenliften.

Glazen schachtkop Frencken beschrijft allereerst hoe de bezoekers boven komen: “Ingenieursburo Linssen (Amsterdam) stelde het bestek en de specificaties op. Voor de ontsluiting van de concertzalen op hoogte heeft het adviesbureau gekozen voor meerdere middelgrote liften per zaal. Bij de personenliften gaat het om vijf machinekamerloze Elenessa’s met elk een nominale last van 1600 kg bij hefhoogtes tot ruim 40 m. Vijf liften zijn voldoende voor alle bezoekers en personeel. De vijf zijn verdeeld over twee stijgkernen met een tweegroep en een driegroep. Een vrij standaard installatie. Wel krijgt de lift naar de hoogst gelegen jazz-zaal een speciaal detail mee naar een idee van Architectuurstudio HH. Net zoals de andere liften start deze lift op het entreeplein bene-

Liftschachten zo groot als zalen

5 personenliften en 2 goederenliften Het bestaande Muziekpaleis aan het centrale Vredenburgplein is bijna compleet gesloopt voor de realisatie van een nieuw concertgebouw met vijf concertzalen. Alleen de Grote Zaal voor klassieke muziekuitvoeringen is gehandhaafd en ondergaat een renovatie. Architectuurstudio HH (Herman Hertzberger/Patrick Fransen) ontwierp de hoofdopzet voor de nieuwbouw. Aan de nadere architectonische uitwerking van de vier nieuwe hoog opgestapelde concertzalen tekent steeds een ander architectenbureau. Daaronder Jo Coenen Architects, NL Architects, Thijs Asselbergs en Architectuurstudio HH zelf. De kleinste zaal (voor kamermuziekuitvoeringen) bezit al een omvang van tweehonderd toeschouwers. Op een willekeurige avond draaien in de vijf verschillende zalen meerdere muziekuitvoeringen. Het belooft daarmee een zeer dynamisch cultuurgebouw te worden, dat iedere avond van de week grote aantallen bezoekers verwerkt. Het mag duidelijk zijn dat voor een

den in een geheel gesloten betonschacht, om echter op de hoogste stopplaats in een transparante volglazen schacht te eindigen. Vooral voor de mensen buiten op straat zal dat een bijzondere aanblik geven. Die zien steeds weer verlichte liften aankomen en vertrekken. De kooi van deze lift is overigens gewoon gesloten net zoals bij de andere Elenessa’s.”

Volumineuze muziekinstrumenten Meest bijzonder binnen het areaal aan liften dat MEE- aan het Muziekpaleis levert, zijn de twee zeer grote goederenliften die de podiumstukken en muziekinstrumenten naar de concertzalen transporteren. Ze dienen tevens voor het incidentele vervoer van personeel en de crew van de artiesten. Frencken vertelt: “Twee tractieliften met een heuse uitdaging. Één lift met een nominale last van 7.000 kg bij een hefhoogte van 42 meter en één met een nominale last van liefst 12.300 kg bij dezelfde hefhoogte. De zeer hoge nominale lasten van de twee goederenliften ontstaan vanwege de zeer grote kooiafmetingen van respectievelijk 4000x2300mm en 4000x4700mm. Twee gigantisch extreme bakken. Bijna onvoorstelbaar. Groot genoeg voor 175 man tegelijk. Al zullen ze dat maximaal toelaatbare gewicht bijna nooit tillen. Muziekinstrumenten en zeker decorstukken zijn eerder volumineus dan zwaar.” 

Liftbouw 21


Gezellige drukte dertig meter boven het entreeplein

De Catharijnesingel verdween in de jaren zeventig bij de bouw van Hoog Catharijne maar keert terug. Voor een extra romantische setting van het Muziekpaleis? (Š Architectuurstudio HH/UBIKmh)

Facts & Figures 5 personenliften Type Elenessa Nominale last 1.600 kg of 21 persoenen Kooiafmeting (bxdxh) 1.400 x 2.400 x 2.400 mm Deuropening (bxh) 1.200 x 2.300 mm Hefhoogte Tot 44 m Stopplaatsen 8 tot 11 Hefsnelheid 1,6 m/s Aandrijving Tractie door gearless machine met PM motor Opgesteld boven in de schacht Ophanging 2:1 underslung Kooiuitvoering Plafond: vlakke plaat voorzien van inbouw LED spots Wanden: bekleed met Formica Vloer: bekleed met vinyl Extra voorzieningen: spiegel, RVS buisleuningen en hardhouten stootlijsten Varia Schachtkop van de lift naar de jazz-zaal helemaal bovenin bestaat uit een transparante staalconstructie met glasbezetting.

Vrachtwagens duiken onder het maaiveld en maken zo ruimte voor een entreeplein

Foyer kronkelt omhoog door het hele gebouwvolume met de beide liftkernen als vaste punten. Zowel constructief als logistiek (Tekeningen Š Architectuurstudio HH/UBIKmh).

22

Liftbouw


Wibi Soerjadi Frencken weet dat MEE met deze extreme liften opvalt binnen de Nederlandse liftenmarkt: “MEE is blij zich, mede dankzij de eigen productiefaciliteiten in Veenendaal, telkens te kunnen onderscheiden op de markt. Vanuit de aangereikte bestekspecificaties hebben we met eigen engineering de werktekeningen voor de goederenliften opgesteld. Die zijn vervolgens gecontroleerd en goedgekeurd.” Bij de grootste goederenlift bleek de precieze plaatsing van het tegengewicht belangrijk. Frencken stelt: “Het leeggewicht van de kooi is 11.500 kg. Het tegengewicht weegt daarom 17.650 kg. In een samenstelling van plaatstaal profielen en gietijzeren broodjes. Het is passen en meten om in de schacht voor al dat ijzer een efficiënte plek te vinden. Het contragewicht is prefab op het werk aangevoerd. Daar is één man een dag bezig geweest om 14 ton aan gietijzeren broodjes aan te brengen.” Vanzelfsprekend past MEE uitsluitend componenten van topleveranciers toe. In dit geval meest Duitse fabrikanten zoals ZiehlAbegg aandrijving, Weber besturing en deu-

ren van Meiller. Frencken beaamt: “Mitsubishi Electric Japan verlangt van onze liftspecials een hoog kwaliteitsniveau. Op onze specials prijkt tenslotte het Mitsubishi-logo. Zij hebben daarom een lijst met preferred suppliers opgesteld.” Bijzonder aan de liftkooien is de samenstelling van het kooiplafond uit één staalplaat. Beide goederenliften zijn doorloopliften; de deuraandrijvingen bevinden zich niet op het kooidak maar in een verdiept aangebrachte stalen bak onder het plafond. Frencken legt uit: “De liftkooien mochten niet te hoog worden omdat de architect de schachtuitloop boven op het dak van het gebouw in de hand wilde houden.” In het overleg tussen Ingenieursburo Linssen, Architectuurstudio HH en hoofdaannemer Heijmans Rosmalen voerde de functionaliteit (en dus gebruik van de liften) de boventoon. Frencken vertelt als kenmerkende anekdote: “We hebben zelfs gesproken over het versmallen van de drempelspleet voor het schokloos inrijden van de spreekwoordelijke concertvleugel van Wibi Soerjadi. Een schokje te veel houdt opnieuw stemmen in. Dat tijdverlies wil je voorkomen.”

Ook andere specials van MEE mogen er zijn. Zoals een liftkooi van melkglas inclusief een constructief lastige dubbele overhoekse kooitoegang. De meeste techniek bevindt zich onder de kooi. Geheel geproduceerd bij MEE in Veenendaal en in 2010 geleverd aan Mitsubishi Electric UK voor project 40 Bank Street (architect Cesar Pelli & associates) op Canary Wharf London

Avondzon Als eerste zijn de goederenliften in de twee betonschachten ingehesen; het kleinste exemplaar in het derde kwartaal van 2011. De grootste lift volgde in de loop van december 2011. Beide liften gaan tijdens de anderhalve jaar tot de bouwkundige oplevering eind 2013 als bouwlift fungeren. De installatie van de vijf personenliften volgt nog voor de tweede helft van 2012. Alle twee de goederenliften zullen in de dagelijkse praktijk van het Muziekpaleis zeer frequent gebruikt worden, want alle bevoorrading van de vier nieuwe zalen gebeurt vanaf een ruim transportplein onder maaiveld. Door de vrachtwagens een niveau te laten zakken, komt er meer ruimte in de gebouwplint voor de bezoekersentree en zelfs voor een heus muziekplein voor uitvoeringen buiten. Zullen de Utrechters over een paar jaar beseffen als ze buiten in de avondzon naar een concert van Die Vier letzte Lieder van Strauss luisteren, dat ze die ervaring mede danken aan twee goederenliften van Mitsubishi Elevator Europe uit Veenendaal? 

Elevator shafts as big as rooms Muziekpaleis Vredenburg Utrecht goes from two to five rooms. Perhaps due to limitations in terms of space, architects' studio HH has heaped the new concert halls on top of one another. The floor of the upper hall is no less than 42 m above street level. Far too high for taking the stairs. Consequently, the Muziekpaleis will be having a relatively high number of elevators installed, which will be supplied by elevator manufacturer Mitsubishi Elevator Europe from Veenendaal. Engineering firm Linssen (Amsterdam) drew up the specifications. For the purposes of opening up the concert halls, the consultancy firm has opted for several medium-sized elevators for each hall. Ultimately this will involve five machine room-less Elenessas each with a nominal load of 1600 kg (22 persons) with lift heights of over 40 m. This is sufficient for all visitors and staff. In order to transport the stage pieces and musical instruments, there will be another two extremely capacious goods elevators. Also from MEE. Two traction elevators that present a real challenge. One elevator has a nominal load of 7,000 kg at a lift height of 42 metres and one has a nominal load of over 12,300 kg at the same lift height. Unsurprisingly, the two goods elevators have exceedingly large car dimensions, measuring 4000x2300mm and 4000x4700mm respectively. Two gigantic, extreme cabs. From the perspective of the specifications issued, MEE has prepared the working plans for the goods elevators using its own engineering. These were then checked and approved. In the case of the largest goods elevator, the precise position of the counterweight was important. The empty weight of the car alone is 11,500 kg. For that reason, the counterweight weighs 17,650 kg. That's a lot of twisting and turning to get things right in the shaft with all that iron. It goes without saying that MEE will only be using components from top suppliers. In this case German manufacturers such as Ziehl-Abegg for the drive, Weber for the controller and doors from Meiller. Both elevators are dual-access; the door drives are not on the car roof but in a steel box under the ceiling. The elevator cars could not be too high because the architect wanted to keep control of the shaft extension on top of the roof of the building. During the consultation between engineering firm Linssen, architects' studio HH, primary contractor Heijmans Rosmalen and MEE Veenendaal there was even talk of reducing the gap in the threshold to allow Wibi Soerjadi's concert grand piano in without a jolt. One jolt too many and the whole piano would have to be retuned. And loss of time is something everyone wants to prevent. 

Liftbouw 23


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.