parkstad als parkstad HANNA PRINSSEN
2
3
HANNA PRINSSEN 19-06-2015 AFSTUDEERRAPPORT LANDSCHAPSONTWERP VAN HALL LARENSTEIN VELP BEGELEIDERS Adrian Noortman Ivar Branderhorst Renzo Veenstra Cees Zoon
parkstad als parkstad
4
VOORWOORD Voor u ligt het afstudeerrapport ‘Parkstad als parkstad’. Het rapport is tot stand gekomen in het kader van de afstudeerfase van de opleiding tuin- en landschapsinrichting aan Van Hall Larenstein. In het rapport worden de verschillende fases van het planproces toegelicht. Ik wil Adrian Noortman, Ivar Branderhorst, Renzo Veenstra en Cees Zoon bedanken voor de vakkundige begeleiding. Zij hebben mijn voorstellen bekritiseerd en geholpen het ontwerp naar een hoger niveau te tillen. 19-06-2015
5
6
SAMENVATTING Zuid-Limburg staat bekent om het prachtige heuvelland waar jaarlijks vele toeristen het stukje on-Nederlands Nederland gaan bekijken. Parkstad is het tegenovergestelde van het Zuid-Limburgse beeld. Het is een verstedelijkt gebied van aan elkaar gegroeide dorpen met daartussen overige groengebieden. Parkstad is een nieuwe benaming voor de vroegere oost-mijnstreek die slaat op deze ruimtelijke structuur. Deze naam geeft hoge verwachtingen aan het gebied, die deze nog niet nakomt.
De opgave die gesteld wordt ligt op de overgang van stad naar landschap. Deze overgang is nu heel hard, de identiteit van een parkstad is hier ver te zoeken. De opgave is dan ook om hier een entree van Parkstad vorm te geven die de identiteit van Parkstad vastlegt, duurzaam is en dit voor de bewoner en bezoeker beleefbaar maakt. De toekomstige identiteit van Parkstad komt voort uit de naam. Namelijk een samenwerking tussen stad en landschap. Voorbeelden hiervan zijn stadslandbouw, stadsparken, etc. Deze samenwerking wordt geopend naar de infrastructuur waardoor het als Parkstad waardige entree wordt ervaren. Samenwerkingsverbanden die hier worden toegepast zijn: • Een oud industrieterrein met veel asfalt vlakken wordt getransformeerd tot een stadslandbouw gebied. De verharding wordt vervangen door een productie landschap. Zo ontstaat er een balans tussen stad (industrie) en landschap (landbouw) • Een wijk die aan een beek ligt wordt hiermee verbonden door het maken van groene stroken de wijk in. Deze krijgen
een water afvoer functie waardoor de stad (wijk) gaat samenwerken met het landschap (water) • De nu verborgen kastelen worden geopend naar de stad en infrastructuur toe. Hierdoor gaan stad en landschap samenwerken doormiddel van zichtrelaties. In de deeluitwerking wordt de samenwerking tussen stad en water verder vormgegeven. Doordat er krimp in dit gebied speelt is het mogelijk om woningen in te ruilen voor groen. Er worden brede verbindingslijnen de stad in getrokken die de stad in relatie brengen tot het landschap. Deze lijnen vangen het water op vanuit de omliggende woonwijken. Het regenwater wordt afgekoppeld van het riool en gaat richting deze lijnen. Hierin wordt het water zo lang mogelijk vastgehouden waardoor de wateroverlast in de lagere gebieden minder wordt. Op deze manier ontstaat er een parkstad die duurzaam is, open staat naar de infrastructuur, een identiteit heeft en dit beleefbaar maakt voor de bezoeker en bewoner.
7
Voor het detail wordt er een verbindingslijn verder vormgegeven. In de gekozen strook wordt wonen gecombineerd met de water- en groen functie. Daarnaast vormt dit gebied een tweede entree vanuit Maastricht. Door het toepassen van hoogbouw wordt op deze plek de stad al zichtbaar. In deze strook opent het landschap zich steeds meer richting de stad en snelwegen. Waardoor de bezoeker de identiteit van een parkstad beleeft, waarin stad en landschap op een duurzame manier samenwerken.
8
INHOUDSOPGAVE VOORWOORD SAMENVATTING H1. OPGAVE 1.1 inleiding
4 6 10 12
1.2 locatie
14
1.3 problematiek en opgave
16
duurzaamheid als ruimtelijke ontwerpopgave IBA opgave
ligging en ontstaan landschappelijke situatie kenmerken Parkstad
problematiek ruimtelijke opgave
H2. MASTERPLAN 2.1 analyse
18 20
2.2 concept
24
2.3 masterplan
26
parkstad stedelijke kenmerken landschappelijke kenmerken conclusie
samenwerking stad en landschap watersysteem bebouwingstructuur infrastructuur
duurzame entree beleefbaarheid kastelen en stad water en stad landbouw en stad
10
27 500
12
1000
2500 m
31
9
H3. DEELUITWERKING 3.1 analyse en visie
huidige situatie watersysteem groenstructuur stadstructuur infrastructuur hoogte
3.2 deeluitwerking groene verbindingen ingrepen zonering functies stadswater modern wijkpark kinderpark zorgpark centrum Welten wonen recreatie
34 36
H4. DETAIL 4.1 locatie
50 52
4.2 detail
54
BRONVERMELDING
62
locatie concept
bebouwing infrastructuur watersysteem vegetatie
40
BIJLAGE
masterplan 1:20.000 deeluitwerking 1:5.000 detail 1:1.000 detail 1:200
52
41
48
56
HOODSTUK 1.
HET ONZICHTBARE PARKSTAD
1. OPGAVE
PARKSTAD ZICHTBAAR MAKEN
12
1. OPGAVE
1.1 INLEIDING ‘Duurzaamheid als ruimtelijke ontwerpopgave’ luidt het afstudeerthema voor de tuin-en landschapsarchitectuur 2015. Het begrip duurzaamheid is een heel breed begrip dat gaat over de ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden ,zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen. Duurzaamheid in het vakgebied van de landschapsontwerper is wat centraal staat in de ontwerpopgave en gaat nader verkent en geconcretiseerd worden in dit afstudeerraport. IBA OPGAVE IBA staat voor Internationale Bau Ausstellung. Het is een acht tot tien jaar durende manifestatie over een locatie, stad of streek. Het bestaat onder andere uit vernieuwende bouwprojecten, bijzondere tentoonstellingen, symposia en innovatieve plannen. Het fenomeen IBA is in Duitsland ontstaan en uitgegroeid tot een creatieve aanpak met een economische impuls voor gebieden die in verandering zijn. Met als gegarandeerd tastbaar resultaat een fysieke verandering in het gebied. Maar minstens zo belangrijk: een cultuuromslag in denken en werken en waardering voor een gebied. Een hernieuwde trots, die uitnodigt om te investeren. Succesvolle buitenlandse IBA’s zoals IBA Emscherpark, IBA SachsenAnhalt, IBA Hamburg en de IBA’s in Berlijn bewijzen dat een IBA gebieden daadwerkelijk op de kaart kan zetten. IBA Parkstad is de eerste nietDuitse IBA. De Internationale Bau-ausstellung is in Duitsland een fenomeen dat al 100 jaar bestaat.
toonaangevende projecten. IBA Parkstad staat voor de transformatie en transitie van Parkstad en moet de aanzet geven voor een structureel beter woon-, werk- en leefklimaat. Belangrijk is dat Parkstad een attractieve regio blijft, dynamisch en met veel veerkracht. Kenmerkend voor IBA Parkstad is de open innovatie-gedachte. Iedereen wordt uitgenodigd om kleine of grote IBA-projecten aan te reiken die de verandering van Parkstad slimmer, sneller en zichtbaarder maken.
Tot 2020 functioneert IBA Parkstad als laboratorium en als een motor voor vernieuwende en figuur 1.1.1 ligging Parkstad
1. OPGAVE
13
14
1. OPGAVE
1.2 LOCATIE Parkstad is de gemeenschappelijke naam van de 8 gemeentes Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Brunssum, Nuth, Voerendaal, Simpelveld en Onderbanken in Zuid Limburg. De naam ‘Parkstad’ verwijst naar de karakteristieke, ruimtelijke ordening van de aan elkaar gegroeide dorpen (mijnkoloniën) waartussen veel groene eilanden en groenstroken zijn ontstaan. LIGGING EN ONTSTAAN Parkstad ligt in het zuidoosten van ZuidLimburg en is grotendeels ontstaan door de mijnindustrie. Wat begon als een paar kleine boeren gehuchten in een beekdal landschap met vruchtbare akkerbouw en graslandgronden. Is nu uitgegroeid tot één stad met circa 255.000 inwoners. Doordat hier rond 1900 steenkool in de grond werd gevonden trok de steenkoolmijnenindustrie
naar dit gedeelte van Zuid-Limburg. Dit trok veel werkgelegenheid waardoor grote mijnkoloniën ontstonden en de dorpen aan elkaar begonnen te groeien. Hierdoor is de groene ruimte tussen de oude dorpen steeds smaller geworden, maar nog steeds te herkennen in het stedelijke weefsel. Hierdoor is ook de naam Parkstad ontstaan.
De naam ‘Parkstad’ staat voor de vele groene eilanden en groenstroken die door de stad lopen. LANDSCHAPPELIJKE SITUATIE Naast deze grote economische ontwikkeling die Parkstad heeft gevormd tot een industrie landschap staat de omgeving bekent als het stukje buitenland van Nederland. Dit wordt ook wel het heuvelland genoemd dat ten westen van Parkstad begint. Het heuvellandschap is in feite een hoger gelegen plateau, doorsneden door rivieren beekdalen. Eigenlijk is het dus een dalenlandschap. Deze beekdalen zijn redelijk diep ingesneden en meanderen door de lager gelegen graslanden. In dit beekdallandschap zijn twee opvallende landschapselementen te zien: holle wegen en graften. Holle wegen
figuur 1.2.1 historische kaart
1. OPGAVE
zijn diep ingesleten wegen die zijn ontstaan door eeuwenlange erosie van een weg in de zachte ondergrond. Graften zijn terrasachtige hellingen. Ze zijn ontstaan door een combinatie van vroegere landbouwmethoden en erosie. Graften zijn meestal begroeid met struiken en bomen. In de beekdalen bevinden zich de kastelen en hoeves. Deze gebruikten de beek om energie op te wekken, als drink water en als water voor in de gracht. De lager gelegen graslanden werden gebruikt als hooilanden. Op de plateau’s ligt een afwisselend landschap met dorpjes, boomgaarden, hoeves, akkers, tuinbouwgrond en weilanden.
figuur 1.2.2 hoogte kaart
Parkstad kent twee belangrijke beekdalen; de Geleenbeek, die langs de West rand van de stad ligt en de Caumerbeek die door de stad loopt. Deze komen ten noorden van Hoensbroek bij elkaar en gaan via Roermond richting de Maas. KENMERKEN PARKSTAD Parkstad staat voor de bezoeker vooral bekent om zijn jaarlijks terugkerende evenement Pinkpop in Landgraaf, Snowworld, de Brunssummerheide en Gaiazoo. Parkstad is bereikbaar via de A76 vanuit het noorden en Duitsland, A79 vanuit Maastricht en de N281 die een belangrijke entree functie heeft voor het gebied.
figuur 1.2.3 topografische kaart
15
16
1. OPGAVE
1.3 PROBLEMATIEK EN OPGAVE Parkstad Limburg staat bekent als een probleemgebied als het gaat om krimp. Veel bewoners trekken naar het Westen van Nederland, omdat daar wel werkgelegenheid is. De vraag is of dit daadwerkelijk een probleem is. Krimp heeft juist een positief effect op de omgeving, het creëert ruimte en een interesante opgave voor de landschapsontwerper. PROBLEMATIEK De mijnindustrie had een positieve impuls op de economie en groei van Parkstad, maar toen plots de mijnen werden gesloten raakte deze aan elkaar gegroeide stad in de problemen. Er was geen werk meer dus mensen vertrokken uit het gebied. Hierdoor staat Parkstad bekent als gebied met veel krimp. Dit is economisch gezien een groot probleem van Parkstad Limburg. De opgave vanuit IBA gaat in op dit probleem en probeert door het aantrekken van nieuwe ontwikkelingen het gebied weer impuls te geven. RUIMTELIJKE OPGAVE Ruimtelijk gaat het meer om de beleefbaarheid en aantrekkelijkheid van het gebied. Door dit gebied de naam Parkstad te geven zorg je al voor een nieuwe aantrekkingskracht, namelijk een park waarin gewoond en gewerkt wordt. Dit gevoel is er wel als je eenmaal in Parkstad bent, zoals bijvoorbeeld op de Brunssummerheide en het dal van de Caumerbeek waar je je even niet in de stenige stad bevindt.
Het ruimtelijke probleem ligt bij de entree (rond de N281 en A76) van Parkstad. Hier is de identiteit ‘parkstad’ ver te zoeken. Vanaf de snelweg ervaar je helemaal niks van het omliggende landschap en de recreant wordt geblokkeerd door het plotselinge stedelijk weefsel. Op deze overgang van stad naar landschap ligt dan ook de opgave om een entree van Parkstad vorm te geven die de identiteit van Parkstad vastlegt, duurzaam is en dit voor de bewoner en bezoeker beleefbaar maakt.
figuur 1.3.1 N281, omsloten door boomstructuren
De naam ‘parkstad’ nog niet beleefbaar voor de bezoeker en bewoner figuur 1.3.2 Caumerbeek middenin Parkstad
1. OPGAVE
BRUNSSUMERHEIDE
HA
RD
EG
RE
K
EE
B ER
UM CA
NS
H
AR
D
E
G
RE
N
HEUVELLAND
500
1000
ямБguur 1.3.3 problematiek
2500 m
S
17
HOOFDSTUK
K 2. MASTERPLAN
HET ZICHTBARE PARKSTAD
20
2. MASTERPLAN
2.1 ANALYSE Parkstad Limburg heeft een ruimtelijke identiteit nodig rond de N281 waar het zich gaat etaleren. De naam zelf geeft al een belangrijke identiteit, maar is deze ook zichtbaar in het huidige landschap. Wat is een parkstad precies en welke kenmerken daarvan zijn al aanwezig? PARKSTAD Parkstad als begrip is een half landelijk, half verstedelijkt gebied. Het heeft dus stedelijke kenmerken, zoals bebouwing en infrastructuur en landschappelijke kenmerken zoals groen en water. In een parkstad gaat het om de samenwerking tussen de landschappelijke en stedelijke kenmerken. STEDELIJKE KENMERKEN Een stad kenmerkt zich aan bebouwingstructuren en wegenetwerken. Zo kent de bebouwingstructuur in parkstad
500
1000
2500 m
ďŹ guur 2.1.1 bebouwingstructuur .
een dicht netwerk met hier en daar stukjes groen ertussen. De stad heeft zich uitgebreid over de N281 in de wijk Welten en het industrieterrein De Beitel ten zuiden. Het verschil tussen de stad en het landelijke gebied is goed zichtbaar. Het landelijke gebied bestaat vooral uit dorpjes met bebouwing en het stedelijke gebied is meer een lap van bebouwing. Het wegennetwerk verspreidt zich over het hele plangebied. Het volgt de hoogtelijnen van het Limburgs landschap. Kenmerkend voor de stad is dat het bestaat uit een
500
1000
2500 m
ďŹ guur 2.1.2 infrastructuur
2. MASTERPLAN
binnenringweg en een buitenringweg die Parkstad in de toekomst beter gaan ontsluiten. LANDSCHAPPELIJKE KENMERKEN Het landschap rond en in Parkstad is kenmerkend aan de beekdalen van de Geleenbeek en de Caumerbeek. Dit zijn de lijdende structuren in en rond de stad. Langs deze dalen liggen ook de hoeves en kastelen die een belangrijke rol spelen in het typisch Limburgs Landschap. Dit landschap wordt pas ervaren ten westen van de N281. Hier begint het Heuvelland zich te openen door de landschappelijke kenmerken van het Geleenbeekdal.
Deze beek is deels ontwikkeld tot een stadspark waarin een parkstad wordt ervaren. Ook in deze omgeving ligt de bekende Brunssumerheide waar veel bewoners gebruik van maken als stadspark/achtertuin.
De Caumerbeek is een stukje Zuid-Limburg in de stad.
500
1000
2500 m
ďŹ guur 2.1.3 waterstructuur
500
1000
2500 m
ďŹ guur 2.1.4 groenstructuur
21
22
2. MASTERPLAN
CONCLUSIE Als de landschappelijke en stedelijke kenmerken van het huidige Parkstad over elkaar worden gelegd ontstaan er twee aparte werelden. Aan de west kant de wereld van het Heuvelland met veel landschappelijke kenmerken, zoals dorpjes, hoeves, kastelen, beekdalen, graslanden en akkerlanden. Dit is de wereld waar de recreant naar toe wilt als er gepraat wordt over Zuid-Limburg. De oostkant is de wereld van de stad, dit bestaat uit ringwegen, stedelijke centra, bedrijventerreinen, theaters en hoog bouw. Hierin zijn af en toe landschappelijke kenmerken te vinden, zoals het Caumerbeekdal en de Brunssummerheide. Het huidige Parkstad in het plangebied is helemaal geen parkstad. 500
Het zijn twee gescheiden werelden met aan de ene kant de stad en de andere kant het landschap.
2500 m
1000
ďŹ guur 2.1.5 conclusie
LANDSCHAP
De opgave die hier ligt is om op deze locatie waar stad en landschap samen komen een parkstad te ontwerpen. Daarnaast dient het als belangrijke entree voor de bewoners en bezoekers van Parkstad. Als die bewoner en bezoeker eenmaal over de entree is gereden dan wordt er wel een parkstad ervaren door groengebieden als de Brunssumerheide en het Caumerbeekdal. Dit entree punt is dus een cruciaal moment, waarop parkstad zich moet etaleren.
STAD
ďŹ guur 2.1.6 scheiding tussen stad en landschap
LANDSCHAP
STAD
LANDSCHA
2. MASTERPLAN
ďŹ guur 2.1.7 Brunssummerheide
23
24
2. MASTERPLAN
2.2 CONCEPT Van een toekomstig Parkstad is nog weinig te herkennen. De landschappelijke en stedelijke kenmerken zijn niet met elkaar geïntegreerd. Juist op de locatie rond de N281 ligt de overgang van stad naar landschap, hier ligt dan ook de potentie om deze twee componenten met elkaar te laten samenwerken. LANDSCHAP
STAD
LANDSCHAP
SAMENWERKING STAD EN LANDSCHAP Op de stadsrand tussen en langs de N281 en A76 ligt een gebied dat geen ‘parkstad’ LANDSCHAP STAD STAD LANDSCHAP LANDSCHAP STAD allure kent. Er is een verdeling ontstaan van landschap-stad-landschap-stad in noord-zuid richting. Deze componenten liggen tegen elkaar aan. 2.2.1 concept samenwerken Juist door de samenwerking op te zoeken tussen stad en landschap ontstaan er nieuwe Beek Beek Beek duurzame ontwikkelingen die onder de Bebouwing watervastgehouden wordt vastgehouden bij hevige Bebouwing waarwaar water wordt en bij hevigeen pieken STAD Bebouwing waar naar water vastgehouden bij hevigelangs piekende beek wordt afgevoerd dewordt bebouwing langs deen beek. LANDSCHAP pieken wordt afgevoerd naar de bebouwing identiteit van een parkstad vallen. Als stad wordt afgevoerd de bebouwing langsrelatie de beek. Bebouwing langsnaar de beek die een directe krijgen met de beek, langs dediebeek die directe relatie Bebouwing devastgehouden beek een directe relatie krijgen met dekrijgen beek, erBebouwing wordt veellangs water in eneen om dit type bebouwing waarin en landschap gaan samenwerken ontstaat er er wordt veel watergaan vastgehouden en om dit type bebouwing stad en de landschap samenwerken. met beek, er wordt veelinwater vastgehouden inwaarin en stad en landschap gaan samenwerken. een duurzaam systeem dat de naam Parkstad om dit type bebouwing waarin stad en landschap gaan samenwerken. waarmaakt en Parkstad een aantrekkelijke entree geeft. WATERSYSTEEM In het watersysteem wordt de omliggende bebouwing betrokken bij de Geleenbeek, zo ontstaat er een samenwerking tussen beide. In Zuid-Limburg is het belangrijk om zo veel mogelijk water vast te houden, hoe meer water je hier vasthoudt hoe minder water en wateroverlast er in de benedenloop is. Om dit water te laten samenwerken met de stad wordt er water vastgehouden in de stad. Dit wordt langzaam vervoerd richting de bebouwing rond de beek, hier wordt het weer vastgehouden en uiteindelijk gaat het de Geleenbeek in. Op deze manier versloom je het proces van waterafvoer, ontstaat er een duurzaam watersysteem en versterkt je de relatie tussen water en bebouwing.
Beek Bebouwing waar water wordt vastgehouden en bij hevige pieken wordt afgevoerd naar de bebouwing langs de beek. Bebouwing langs de beek die een directe relatie krijgen met de beek, er wordt veel water vastgehouden in en om dit type bebouwing waarin stad en landschap gaan samenwerken.
500
1000
2.2.2 watersysteem
2500 m
STAD
2. MASTERPLAN
BEBOUWINGSTRUCTUUR De bebouwing gaat samenwerken met het landschap op een productieve en duurzame manier doormiddel van stadslandbouw en het watersysteem. Ook de kastelen gaan met elkaar, met het landschap en met de stad samenwerken. Ze worden weer zichtbaar in het landschap en worden verbonden door zicht relaties en groenstructuren.
INFRASTRUCTUUR De infrastructuur laag kent veel dwars verbindingen die Parkstad met het Heuvelland verbindt en andersom. Hierdoor verdwijnen de twee snelwegen in het landschap, wat een positief effect heeft op de beleving van de entree vanuit het Heuvelland. Vanaf de snelweg komen er meer zichtrelaties naar de samenwerkingsontwikkelingen tussen stad en landschap.
DeN281 N281 en A76 die onzichtbaar in hetliggen, landschap De en A76 die onzichtbaar in het landschap vanafdeze deze snelwegen je wel goed op de vanaf snelwegen heb jeheb wel goed zicht op dezicht omgeving.
liggen, omgev-
ing.
De verbindt Parkstad met Maastricht en vormt een DeA79 A79 verbindt Parkstad met Maastricht enoost-west vormt een verbinding van heuvelland naar Parkstad.
Bebouwing die die gaatgaat samenwerken met het landschap. Bebouwing samenwerken met het landschap.
Zorginstellingen, ziekenhuis en scholen Zorginstellingen, ziekenhuis en scholen die gaan die gaan samenwerken metmet het landschap. samenwerken het landschap. Kastelen en Kastelen enhoeves. hoeves.
oost-west verbinding van heuvelland naar Parkstad.
De verbindingen die de binnen buiten ringweg van Deoost-west oost-west verbindingen die deenbinnen en buiten Parkstad vormen.
De verbindingen die Parkstad met het heuvelland Deoost-west oost-west verbindingen die Parkstad met hetverbinden. heuvelSpoor dat ook een oost-west verbinding vormt tussen het heuvelland Spoor dat ook een oost-west verbinding vormt tussen het en Parkstad
heuvelland en Parkstad
Bebouwing die gaat samenwerken met het landschap. Zorginstellingen, ziekenhuis en scholen die gaan samenwerken met het landschap.
De N281 en A76 die onzichtbaar in het landschap liggen, vanaf deze snelwegen heb je wel goed zicht op de omgeving.
Kastelen en hoeves.
De A79 verbindt Parkstad met Maastricht en vormt een oost-west verbinding van heuvelland naar Parkstad.
Groene verbindingen (zichtrelaties, recreatieve verbindingen) tussen de kastelen en hoeves.
De oost-west verbindingen die de binnen en buiten ringweg van Parkstad vormen. De oost-west verbindingen die Parkstad met het heuvelland verbinden. Spoor dat ook een oost-west verbinding vormt tussen het heuvelland en Parkstad
2.2.3 bebouwingstructuur
ring-
weg van Parkstad vormen. land verbinden.
Groene verbindingen (zichtrelaties, recreatieve verbindingen) Groene verbindingen (zichtrelaties, recreatieve verbindintussen de kastelen en hoeves. gen) tussen de kastelen en hoeves.
25
2.2.4 infrastructuur
m
26
2. MASTERPLAN
2.3 MASTERPLAN Het masterplan vormt een duurzaam samenwerkingsverband tussen stad en landschap. Op de stadsrand wordt de identiteit van een parkstad geëtaleerd op drie verschillende manieren van een samenwerking tussen stad en landschap. Een oud industrie terrein gaat samenwerken met landschap, een woongebied met het watersysteem en de kastelen worden weer zichtbaar. DUURZAME ENTREE De opgave die gesteld is gaat over een duurzame entree die de identiteit van Parkstad vastlegt en dit beleefbaar maakt voor de bezoeker en de bewoner. Deze duurzame entree wordt gezocht door de samenwerking tussen stad en landschap. De duurzaamheid wordt bereikt door het watersysteem aan te passen naar de huidige en toekomstige behoefte, waarin de waterproblemen in Parkstad en in het rivierengebied worden verminderd door zo veel mogelijk water vast te houden aan de bron. Ook het industrieterrein de Beitel doet mee aan een duurzame entree, waarin de bebouwing wordt hergebruikt en ingericht als stadslandbouwgebied. Dit voldoet aan de voedselbehoefte in de toekomst. BELEEFBAARHEID Parkstad als parkstad wordt beleefbaar voor de bezoeker en de bewoner. Zo wordt de recreant Parkstad ingetrokken over groene verbindingen van de kastelenzone en de waterstructuur in Welten. De auto op de snelweg wordt zich ook even bewust van de identiteit van Parkstad door de samenwerking ook aan de oostkant van de N281 op te zoeken. Waardoor de automobilist door een parkstad rijdt die zich af en toe opent. Op deze manier wordt het gebied aantrekkelijker, onthouden mensen het en willen er weer mensen en bedrijven zich gaan vestigen in
Parkstad. Door het ruimtelijke probleem op te lossen en het een aantrekkelijk gebied te maken met een eigen identiteit, los je ook deels het economische en krimp probleem op. LEGENDA BEEKDAL VAN GELEENBEEK
Het krijgt een open uitstraling waarin de beek weer zichtbaar wordt. Er ontstaat een parkachtige ruimte met weide beplanting, boomgroepen, bossen en waterretentie gebieden.
WELTEN LANGS DE GELEENBEEK
Hier gaat parkstad samenwerken met de stad, want er wordt zo veel mogelijk water vastgehouden in de stad zelf waar het valt. De woningen rondom de beek krijgen een directe relatie met het water, omdat er retentiegebieden in hun tuin komen. In de wijk zelf komen kleine beekjes die met een soort schotten systeem water vasthoudt
DE N281
Door in het ontwerp bos te verwijderen en het watersysteem in de stad te laten doorlopen creër je een open beeld vanaf de snelweg. Zo ervaar je Parkstad ook vanaf de snelweg.
INDUSTRIETERREIN DE BEITEL
Het industrieterrein gaat volgens de plannen van IBA gesloopt worden. Door de gebouwen te recyclen en om te vormen naar stadslandbouw creër je een duurzame en nieuwe ontwikkeling die geld oplevert en het gebied aantrekkelijk maakt. Een nieuwe vorm van samenwerking tussen stad en landschap.
DE KASTELENZONE In het ontwerp worden de kastelen weer zichtbaar in het landschap. Vanuit vroeger is het logisch dat de kastelen open in het landschap stonden, zo hadden ze zicht op hun land en hun vijand. Door dit weer terug te brengen worden de karakteristieken van dit kastelenlandschap weer zichtbaar en krijgt Parkstad een Limburgse uitstraling.
DE LANENSTRUCTUUR
Deze structuur verbindt de kastelen met elkaar, zo weet de bezoeker wanneer hij of zij richting een kasteel gaat, dit geeft oriëntatie in het gebied. Deze lanen verbinden ook de stad met de kastelen en het landschap.
HANNA PRINSSEN 19-06-2015 MASTERPLAN ‘PARKSTAD ALS PARKSTAD’ 1:20.000
NOORD
2. MASTERPLAN
500
2.3.1 masterplan
1000
2500 m
27
28
2. MASTERPLAN
KASTELEN EN STAD In het noorden van de entree liggen veel kastelen aan de Geleenbeek en de zijtakken daarvan. Deze kastelen liggen nu heel verstopt in het landschap, terwijl ze vanuit vroeger juist heel open in het landschap lagen om hun trots uit te stralen en alles te kunnen overzien. Door dit grotendeels weer terug te brengen worden deze karakteristieken weer zichtbaar voor de bezoeker en bewoner en benadrukt dit de parels van Parkstad. De kastelen worden met elkaar verbonden door de beek en door laanstructuren te planten langs bestaande wegen. Op deze manier ontstaat er oriëntatie voor de bezoeker en bewoner.
figuur 2.3.2 kastelen en stad
500
1000
figuur 2.3.3 kastelen verstopt
2500 m
2. MASTERPLAN
figuur 2.3.4 kasteel Terworm
figuur 2.3.5 kastelen open
29
30
2. MASTERPLAN
WATER EN STAD De stad rond de beek gaat samenwerken met het water, zoals in het watersysteem wordt beschreven. Groene aders die door het stedelijk weefsel lopen zorgen ervoor zo veel mogelijk water vast te houden en dit te verzamelen rond de bebouwing aan de beek. Op deze manier komt de beek echt de stad in en ontstaat er een parkstad.
ďŹ guur 2.3.6 water en stad
500
1000
2500 m
ďŹ guur 2.3.7 geen relatie tussen beek en wijk
2. MASTERPLAN
figuur 2.3.8 hekken in het Geleenbeekdal
figuur 2.3.9 relatie tussen beek en wijk
31
32
2. MASTERPLAN
LANDBOUW EN STAD Het industrie terrein de Beitel ligt in het zuiden van de entree en vormt daarmee ook de entree vanuit Duitsland. Dit industrieterrein gaat volgens de plannen van IBA gesloopt worden, maar door het juist te hergebruiken en te gaan laten samenwerken met landschap ontstaat er een nieuwe vorm van een Parkstad en dus een nieuwe ontwikkeling. In dit stadslandbouw industrieterrein gaan de nu plakkaten asfalt ingewisseld worden voor landbouw. Dit gebied loopt ook door aan de oostkant van de snelweg, waardoor deze samenwerking ook vanuit de weg wordt ervaren. ďŹ guur 2.3.10 landbouw en stad 500
1000
2500 m
ďŹ guur 2.3.11 industrieterrein met veel verharding Ab illam sequi re porit, esere cuptat.
2. MASTERPLAN
figuur 2.3.12 voorbeeld van stadslandbouw op een industrieterrein
figuur 2.3.13 stadslandbouw op het industrieterrein
33
HOOFDSTUK 3. DE WATER ALS KAMELEON
DEELUITWERKING
36
3. DEELUITWERKING
3.1 ANALYSE EN VISIE De deeluitwerking bevindt zich in de uitbreidingswijk Welten en aan de oostkant van de N281. Hier moet het stedelijk weefsel gaan samenwerken met het landschap doormiddel van het watersysteem. Het water moet leidend zijn in het ontwerp en moet zo veel mogelijk water vasthouden in de stad. Daarnaast brengt het een vergroeing met zich mee van de infrastructuur en de stad. HUIDIGE SITUATIE Het uitwerkingsgebied ligt ten westen van Heerlen en ten oosten van het Heuvelland. Het ligt op de overgang van stad naar landschap en is daarom een interessante plek om de samenwerking op te zoeken. De wijk Welten is een uitbreidingswijk die Parkstad over de snelweg heeft getild. De wijk bestaat vooral uit oudere woningen en villa’s. Dit komt mede doordat het ziekenhuis en andere zorgcomplexen dichtbij liggen. Daarnaast ligt er een onderwijszone ten noorden van Welten, waarin middelbare, basis en hoger beroeps onderwijs wordt gegeven. De wijk Welten wordt gescheiden met Heerlen doormiddel van het Geleenbeekdal. Hier meandert de Geleenbeek en zorgt voor een groene ruimte tussen twee stedelijke gebieden. Langs deze beek bevinden zich een aantal oude hoeves en watermolens die de beek verfraaien.
een middel om de stad met het beekdal te verbinden. Water gaat dominant worden in de stad en gaat een belangrijke rol spelen in de waterhuishouding van Parkstad.
N281
CENTRUM
A76 SCHOLEN
A79
Een stukje Zuid-Limburg dat door Parkstad loopt.
CENTRUM WELTEN
ZIEKENHUIS& ZORG
Het probleem hier is dat het stedelijke weefsel totaal geen relatie heeft met die stukje Zuid-Limburg terwijl het er midden in ligt. Voor de deeluitwerking wordt er gezocht naar ďŹ guur 3.1.1 huidige situatie
3. DEELUITWERKING
WATERSYSTEEM Het huidige watersysteem bestaat uit de Caumerbeek en de Geleenbeek. Dit zijn op zichzelf staande beken die zichzelf voeden met grondwater. In een parkstad gaat de beek zich ook voeden met regenwater vanuit de wijken. Het regenwater wordt dus afgekoppeld van het riool en gaat doormiddel van een aantal belangrijke aders richting de beken. In deze aders wordt zo veel mogelijk water vastgehouden zodat het kan infiltreren in de grond. Op deze manier wordt de druk op de beken minder en verminderd het de wateroverlast in Parkstad.
van de twee beekdalen. Deze zijn niet met elkaar verbonden en vormen twee aparte ecosystemen. In een parkstad worden de groenstructuren met elkaar verbonden. Deze verbindingen worden door het stedelijk weefsel gehaald waardoor de ecologische waarde van de stad wordt verhoogd.
GROENSTRUCTUUR De huidige groenstructuur in de stad bevindt zich vooral in noord-zuid richting doormiddel
figuur 3.1.4 Dit gidsmodel geeft een samenvatting voor de klimaatbestendige waterstructuur en groenstructuur van een stedelijke omgeving in het heuvelland.
figuur 3.1.2 watersysteem
figuur 3.1.3 groenstructuur
37
38
3. DEELUITWERKING
STADSTRUCTUUR Door het ontstaan van deze groen en waterstructuren in de stad gaan ook de stadsranden veranderen. Er ontstaan randen die een relatie hebben met het groen en watersysteem. Deze randen vormen de perfecte balans tussen park en stad en zijn het voorbeeld van een parkstad.
INFRASTRUCTUUR De twee snelwegen N281 en A79 gaan de entree vormen voor Parkstad Limburg. Door deze te vergroenen passen ze in het landschap en zijn ze voor de bewoner minder storend. Voor de bezoeker ervaar je een eigen identiteit die parkstad als begrip uitstraalt.
figuur 3.1.4 stadstructuur
figuur 3.1.5 infrastructuur
In plaats van dat de recreant alleen maar naar het heuvelland gaat, moeten zij parkstad worden ingetrokken. Doormiddel van het creëren van routes over de groene structuren ervaar je Parkstad als parkstad en wordt de recreant het gebied ingetrokken. Zo wordt de recreant uitgenodigd om verder Parkstad te ontdekken en bijvoorbeeld een bezoekje te brengen aan de Brunssumerheide.
3. DEELUITWERKING
HOOGTE Het hoogte verschil is heel belangrijk in ZuidLimburg. Voor de deeluitwerking wordt het watersysteem aangepast aan de hoogtes. De waterstructuren van hoog naar laag. Door dit als middel in te zetten bij het watersysteem ontstaat er een duurzaam systeem dat past in het reliëfrijke landschap.
figuur 3.1.6 hoogtekaart
39
40
3. DEELUITWERKING
3.2 DEELUITWERKING Het ontwerp laat een samenwerking zien tussen stedelijke en landschappelijke componenten waardoor Parkstad een parkstad wordt. Dit wordt beleefbaar gemaakt voor de bezoeker vanaf de snelwegen en het heuvelland en voor de bewoner die in relatie komt met de groene verbindingen. GROENE VERBINDINGEN In het masterplan wordt dit deelgebied beschreven als een stad die samenwerkt met water. In de deeluitwerking is ruimtelijk vormgegeven aan deze samenwerking waarbij gekozen is voor een aantal bredere verbindingen.
Uit het onderzoek naar vergroeninstrategieën in woonbuurten is gebleken dat het ecologisch waardevoller is om een aantal bredere stroken aan te leggen dan een heleboel smallere.
Dit principe is toegepast in de deeluitwerking waarbij er ook een verbinding is gelegd met het Caumerbeekdal en het Heuvelland. WATERSYSTEEM Het watersysteem van deze aders bestaat uit een begin en een eind punt (zie figuur 3.2.1). Het begin wordt vormgegeven als bron en daar ontstaat een natuurlijk bronbos met vegetatie als de els, es, goudveil en veldkers. Het watersysteem eindigt in het beekdal van de Geleen- of Caumerbeek. Hierin wordt een extra retentiegebied aangelegd om het water nog meer vast te houden voordat het de beek in gaat.
LEGENDA figuur 3.2.1
watersysteem deeluitwerking CENTRAAL GELEENBEEKDAL Dit bestaande beekdal wordt versterkt door het behouden van de kamerstructuur. Hierin wordt het water vervoerd naar het lagere noorden. Vanuit de omliggende woonwijken wordt het water verzameld in retentiegebieden in het beekdal waarna het de Geleenbeek in kan gaan. CAUMERBEEKDAL Dit beekdal loopt door de stad. Doormiddel van groene stroken wordt het dal van de Caumerbeek verbonden met het Geleenbeekdal. Dit draagt bij aan het verbeteren van de ecologie in de stad. ZIEKENHUIS & ZORG Door dit zorg gebied ligt het Geleenbeekdal, dit ligt nu vrij opgesloten tussen de zorg complexen in. Door dit dal te te verbinden met het ziekenhuis en de andere zorg complexen ontstaat er een zorgpark. GROENE STROKEN Door middel van het maken van groene stroken die de stad in lopen ontstaat er een relatie tussen de stad en het Limburgse landschap (Geleenbeekdal). In deze stroken wordt water vastgehouden dat gevoedt wordt vanuit de omliggende wijken. Dit water komt uiteindelijk in de Geleenbeek.
HANNA PRINSSEN 19-06-2015 DEELUITWERKING ‘PARKSTAD ALS PARKSTAD’ 1:5.000
NOORD
3. DEELUITWERKING
ямБguur 3.2.2 deeluitwerking
41
42
3. DEELUITWERKING
INGREPEN Om de groene verbindingen te maken moeten er een aantal woningen worden verwijderd. De plekken voor deze verbindingen zijn strategisch gekozen door aan te takken op bestaande groen gebieden en op de functies in de omgeving. Op deze manier wordt er zo min mogelijk verwijderd en wordt er strategisch gesloopt. Parkstad is een gebied met krimp en dus veel leegstand waardoor deze ingrepen mogelijk zijn. Naast woningen worden er ook wegen verwijderd en/of omgelegd. Uit het onderzoek naar vergroeninstategieën blijkt dat een groene verbinding ecologisch waardevoller is als er geen onderbrekingen zijn in de verbinding. Door onderbrekingen als wegen te verminderen in de groene verbindingen wordt het mogelijk voor de flora en fauna om zich te verplaatsen.
ZONERING FUNCTIES Zoals eerder genoemd is de beek leidend in het ontwerp. Hij past zich aan naar de functies in de omgeving, waardoor er een variatie in beeld ontstaat. Daar waar de beek het centrum in gaat wordt het een stadsbeek, daar waar de beek een verbindend element moet zijn wordt het recreatief gebruikt, daar waar de beek rond het ziekenhuis ligt is het een goed voor de gezondheid etc. Het is dus een dynamische beek die zich aanpast aan de functie en behoeftes uit de omgeving.
R
E AT SW
AD ST
IE AT
RE
EC
N/R
RE
LIE
O CH
S
L
A TRA CEN K PAR
IJK
RW
RN
DE
MO
EN
OO KV
PAR
N WO
L
A TRA CEN K PAR
IJK
RW
OO KV
PAR
RK
G PA
ZOR
0
500 m
figuur 3.2.3 ingrepen
0
500 m
figuur 3.2.4 zonering
EEL
RSP
DE
KIN
K
PAR
3. DEELUITWERKING
STADSWATER Het water dat door het centrum loopt maakt een verbinding tussen de Geleenbeek en de Caumerbeek. Voor de ecologie is deze verbinding minder interessant het gaat hier meer om de beleving van het water. Een goed voorbeeld hiervan is de Hezelstraat (zie figuur 3.2.5) in Nijmegen waar het water zichtbaar wordt afgevoerd doormiddel van een open molgoot. In het centrum van Parkstad wordt dit ook toegepast, waarbij de bestaande situatie waarin het water in lijngoten wordt vervoerd veranderd wordt in een open molgoot. Het regenwater dat in de stad gaat vallen wordt hierin vervoerd naar de beekdalen.
figuur 3.2.5 Hezelstraat Nijmegen
Ook heeft deze stadsbeek een bron punt die zich bevindt op het centrale plein van de Sint-Pancratiuskerk. Hier wordt het bron punt beleefbaar gemaakt op een stadse manier met fonteinen op het plein.
figuur 3.2.6 huidige winkelstraat
figuur 3.2.8 stadsbeek
figuur 3.2.7 toekomstige winkelstraat
43
44
3. DEELUITWERKING
MODERN WIJKPARK Het moderne wijkpark is een belangrijke verbinding tussen de Caumerbeek en de Geleenbeek. Dit is voor de ecologie een belangrijke verbindingsroute. De beek krijgt hierin dan ook een natuurlijk uiterlijk. Wel krijgt het moderne vormen die aansluiten bij de rechte lijnen van het bestaande groen. De beek krijgt een hoekige loop waarnaast een wandelpad ligt, zo wordt het toegankelijk voor de bezoeker en de bewoner. Een goed voorbeeld hiervan is het Catharina Amalia park in Apeldoorn, waar het water een natuurlijk uiterlijk heeft en het voetpad een strak uiterlijk.
figuur 3.2.9 modern wijkpark
figuur 3.2.10 Catharina Amalia park
figuur 3.2.11 huidige groen structuur in de wijk
figuur 3.2.12 toekomstig beek park in de wijk
3. DEELUITWERKING
KINDERPARK Het kinderpark sluit aan op de school die zich in de groenstructuur bevindt. De beek wordt op een speelse manier verbeeld, waarin de bovenloop bebost is, de loop rond de school heel erg meandert en uiteindelijk op een steilere helling sneller naar beneden loopt. Zo ervaren de kinderen verschillende gezichten van een beek. Ook wordt er op het schoolplein speels omgegegaan met de beek. Het water van het schoolgebouw wordt over het plein afgevoerd naar de beek waarin kinderen kunnen spelen, dammen kunnen maken en water kunnen drinken.
figuur 3.2.14 huidig schoolplein, bos en woningen.
figuur 3.2.15 toekomstig speels schoolpark
figuur 3.2.13 kinderpark
45
46
3. DEELUITWERKING
ZORGPARK Het zorgpark bestaat uit verschillende kleinere water loopjes die aansluiten op het bestaande beekdal. Dit beekdal is rond het ziekenhuis smaller, maar heeft nog steeds een belangrijke ecologische waarde. Door het ontstaan van groene gebieden rond de zorgcomplexen hebben de patiënten meer ruimte om buiten te lopen langs kleinere en grotere beekstructuren. Op deze manier zien ze meer groen en zijn ze meer buiten waardoor ze sneller beter worden. In de doorsnede (figuur 3.2.17) is de huidige situatie te zien waarin de patiënten vooral uitkijken op een stenige parkeerplaats. Het toekomstige beeld bevat een beekloop die de parkeerplaats verstopt en een groen beeld geeft voor de patiënten in het rechter gebouw.
figuur 3.2.16 zorgpark
De afwatering loopt over de parkeerplaats richting de beek, waar het water in de beek valt. Dit is een duurzame manier van waterafvoer waarbij het ook nog eens mensen geneest.
figuur 3.2.17 huidige parkeer situatie
figuur 3.2.18 toekomstige situatie met beekloop en waterafvoer naar deze beek
3. DEELUITWERKING
CENTRUM WELTEN Deze beekloop is een park voor de wijk en het einde van de beek geeft een nieuwe identiteit mee aan het centrum van Welten. Het is een steile beekloop die doormiddel van haakse beplanting wordt geremd. Het centrum plein bestaat nu uit een parkeerplaats en een smalle wandelstrook wat als ingang voor de supermarkt dient. Door dit plein te gebruiken als water opvang plek ontstaat er een ontmoetings ruimte waarin mensen bewust worden van het water systeem. Daarnaast draagt het bij aan een parkstadwaardig centrum voor de wijk Welten.
figuur 3.2.20 huidige situatie, parkeerplein
figuur 3.2.21 toekomstige situatie, waterplein
figuur 3.2.19 centrum Welten
47
48
3. DEELUITWERKING
WONEN In deze strook blijft de functie wonen bestaan en wordt er gewoond een parkachtige omgeving met een beekloop. De bestaande woningen worden vervangen door het zelfde aantal alleen dan in een 6 tal hogere flats. Deze flats zijn zichtbaar vanaf de snelweg waardoor het een parkstad uitstraling heeft waarin groen en wonen samenkomt. In het detail wordt deze groenstrook verder uitgewerkt.
figuur 3.2.23 huidige situatie met verouderde woningen
figuur 3.2.24 toekomstige situatie, waarbij gewoond wordt in een park
figuur 3.2.22 wonen
3. DEELUITWERKING
RECREATIE Deze verbinding is heel belangrijk voor de recreant vanuit het heuvelland. Deze komt binnen door het volgen van een beek die uitkomt in het beekdal van de Geleenbeek. Daar opent zich de wereld van Parkstad met landschappelijke kwaliteiten van het beekdal, de hoeves en stedelijke kenmerken van de snelwegen en de hoge bebouwing. Daarnaast is het een belangrijke verbindingsroute voor de scholieren die vanuit het centrum naar school fietsen door een groene omgeving. Dit gebied bestaat nu uit veel te grote achtertuinen die samen één grote achter tuin gaan vormen voor iedereen. De paden structuur hierin is heel belangrijk en het beekdal geeft een extra ecologische waarde aan het gebied.
figuur 3.2.26 huidige situatie met grote achtertuinen
figuur 3.2.27 toekomstige situatie als één grote achtertuin
figuur 3.2.25 recreatie
49
HOOFDST
FDSTUK 4. DETAIL WONEN IN EEN PARKSTAD
52
4. DETAIL
4.1 VISIE Het detail bevindt zich op de groene verbinding van de functie wonen. Deze grenst aan de A79 vanuit Maastricht en vormt hierdoor een tweede entree. Doordat er gewoon wordt in deze groenstrook is er ruimte om een parkstad te ontwerpen met een duurzaam watersysteem en een park voor de omgeving. LOCATIE De locatie van het detail is gekozen vanwege de entree functie en de combinatie tussen wonen en groen. In de deeluitwerking is een voorstel gedaan om de bestaande verouderde oudere woningen te verwijderen en deze in hetzelfde aantal van 168 woningen weer terug te plaatsen in de vorm van hoogbouw. Tussen deze bebouwing meandert een beek die ontspringt op het hoogste punt. Deze beek eindigt in het Geleenbeekdal dat het grote doorlopende park vormt.
4.1.2 verouderde oudere woningen
De opgave is om hier een woonomgeving te creĂŤren waarin stad en landschap samenwerken. Dit woonlandschap moet tegelijkertijd een entree vormen voor de bezoeker vanaf de A79.
4.1.3 gesloten entree vanaf de A79
4.1.1 locatie
4.1.4 Geleenbeekdal
4. DETAIL
CONCEPT De entree gaat zich langzaam openen hoe dichter de stad nadert. De stadse ervaring wordt nu pas ervaren vanaf de A97 als de bezoeker onder de N281 door is. Terwijl hiervoor al de wijk Welten ligt. Door het toepassen van hogere bebouwing wordt de bewoner bewust van de stadsgrens. Deze hogere bebouwing is in het eerste deel heel erg verstopt in de bossen waardoor de bezoeker nieuwsgierig wordt naar deze woonomgeving. Dit gedeelte van het woonpark past zich daarop aan en krijgt een gesloten sfeer. Het tweede gedeelte na de brug opent zich meer naar het landschap, waardoor de bebouwing meer zichtbaar is en de bezoeker de parkstad ervaart. Deze woonomgeving krijgt daarom een half open sfeer. Naarmate je het Geleenbeekdal nadert wordt het steeds meer open en ervaar je het beekdal dat onder de weg doorloopt.
OPEN HALF OPEN
GESLOTEN
4.1.5 concept
53
54
4. DETAIL
4.2 DETAIL Wat begint als een gesloten gevoel met het uitschieten van bebouwing eindigt in een open ruimte waarin de Geleenbeek zichtbaar is met op de achtergrond de stad met de N281. Het begrip parkstad wordt maximaal beleefbaar voor de bezoeker en bewoner van Parkstad.
C
B
A B’ C’ D
4.2.1 detail
A’
4. DETAIL
LEGENDA BRONGEBIED Dit is de bron van de beek. Het is een moerasachtig gebied dat een halve meter lager ligt dan het bestaande maaiveld. De vegetatie die er voorkomt bestaat vooral uit elzen en natte kruiden soorten, zoals de goudveil.
LEGENDA
DE BEEK Deze beek is de hoofdbeek voor de afwatering LEGENDA van de wijk ten zuiden. Doormiddel van kleinere stroompjes uit BRONGEBIED de wijk wordt het regenwater afgekoppeld en de Geleenbeek Dit is de bron vaningestuurd. de beek. Het isDeze een moBRONGEBIED erasachtig gebied dat een halvehet meter lager ligt beek stuwsysteem waarbij zich Ditwerkt is de met broneen van Het is eenDemodande hetbeek. bestaande maaiveld. vegetatie die er steeds dieper insnijdt. Op deze manier wordt voorkomt bestaat vooral uit elzen enhet natte erasachtig gebied dat een halve meter lager ligt kruiden soorten, de er goudveil. water vastgehouden enzoals staat vaker water danlanger het bestaande maaiveld. De vegetatie die er in de beek. bestaatDEvooral BEEK uit elzen en natte kruvoorkomt Deze beek is de hoofdbeek voor de afwatering iden soorten, zoals dewijk goudveil. van de ten zuiden. Doormiddel van kleiNIEUWE BEBOUWING nere stroompjes uit de wijk wordt het regenwater BEEKoudere woningen afgekoppeld enworden de Geleenbeek ingestuurd. Deze De DE huidige verwijderd beek werkt met een stuwsysteem waarbij het zich Deze beek isdaarvan de hoofdbeek voor de aantal afwatering en in de plaats komt hetzelfde steeds dieper insnijdt. Op deze manier wordt het van de terug. wijk ten zuiden. Doormiddel van woningen Deze nieuwe woningen worden water langer vastgehouden en staatkleier vaker water nere stroompjes uitde6-tal de wijk het regenwater in beek. geconcentreerd in een flatswordt die uitsteken afgekoppeld de Geleenbeek Deze boven het groen.enHierdoor wordt deingestuurd. bezoeker en NIEUWE BEBOUWING beek werkt een stuwsysteem waarbij hetverwijderd zich bewoner vanaf met de snelweg zich van de De huidige ouderebewust woningen worden en in de plaats daarvan komt hetzelfde dieper insnijdt. Op deze manier wordtaantal het stadsteeds en stadsrand. woningen terug. Deze nieuwe woningen worden water langer vastgehouden en staat er vaker water geconcentreerd in een 6-tal flats die uitsteken ENTREE A79het groen. Hierdoor wordt de bezoeker en in de VANAF beek. DEboven bewoner de snelwegzich zich bewust van de Doordat in het ontwerp hetvanaf landschap steeds en stadsrand. meer opent naar destad snelweg ontstaat er een enNIEUWE BEBOUWING ENTREE DEworden A79 bebouwing treeDe vanhuidige Parkstad. Hierin isVANAF de nieuwe oudere woningen verwijderd Doordat in het ontwerp het landschap zich steeds zichtbaar met het groene park eromheen. en in de plaats daarvan aantal meer opentkomt naar dehetzelfde snelweg ontstaat er een enwoningen terug.tree Deze nieuweHierin woningen worden van Parkstad. is de nieuwe bebouwing zichtbaar met hetflgroene park eromheen. geconcentreerd in een 6-tal ats die uitsteken boven het groen. Hierdoor wordt de bezoeker en bewoner vanaf de snelweg zich bewust van de stad en stadsrand. ENTREE VANAF DE A79 Doordat in het ontwerp het landschap zich steeds meer opent naar de snelweg ontstaat er een entree van Parkstad. Hierin is de nieuwe bebouwing zichtbaar met het groene park eromheen.
WATERVAL Om het hoogte verschil van 6,5 meter op te vangen wordt er een waterval gemaakt aan het einde van de beek. Deze waterval is vanaf de snelweg een eyecatcher en opject voor de entree van Parkstad. Voor de recreant biedt dit een plek om uit te kijken over Parkstad en verder te gaan dan alleen het Heuvelland. GELEENBEEK
WATERVAL het verschil einde van van6,5demeter beek ligt een waterretentie Om Aan het hoogte op te vanWATERVAL gen wordt er een gemaaktvan aan het gebied in waterval het beekdal deeinde Geleenbeek. Hier OmDeze het waterval hoogteisverschil van 6,5 meter op te vanvan de beek. vanaf de snelweg wordt het water nog langer vastgehouden en een eyecatcher en opject entree van gemaakt Parkgen wordt ervoor eendewaterval aan het einde deomGeleenbeek. stad.uiteindelijk Voor de recreantgeleidt biedt dit naar een plek uit te vanParkstad de beek. Deze waterval is vanaf de snelweg kijken over en verder te gaan dan alleen een eyecatcher en opject voor de entree van Parkhet Heuvelland.
HANNA PRINSSEN stad. Voor de recreant biedt dit een plek om uit te 19-06-2015 GELEENBEEK kijken over Parkstad en verder te gaan dan alleen DETAIL ‘PARKSTAD ALS PARKSTAD’ Aan het einde van de beek ligt een waterretentie het 1:1.000 NOORD gebied in hetHeuvelland. beekdal van de Geleenbeek. Hier 10 HANNA PRINSSEN
wordt het water nog langer vastgehouden en uiteindelijk geleidt naar de Geleenbeek.
50GELEENBEEK
100 M
Aan het einde van de beek ligt een waterretentie 19-06-2015 DETAIL ‘PARKSTAD ALS PARKSTAD’ gebied in het beekdal van de Geleenbeek. Hier 1:1.000 NOORD 10
50
wordt het water nog langer vastgehouden en uiteindelijk geleidt naar de Geleenbeek. 100 M
HANNA PRINSSEN 19-06-2015 DETAIL ‘PARKSTAD ALS PARKSTAD’ 1:1.000
D’
10
50
NOORD 100 M
55
56
4. DETAIL
BEBOUWING Uit de deeluitwerking komt de vraag naar een samenwerking tussen de woonfunctie en de groenfunctie. In het detail maken de verouderde oudere woningen plaats voor een 6-tal nieuwe bebouwing blokken van 168 woningen. Deze blokken hebben een afmeting van 15x24 meter en zijn 7 verdiepingen hoog. Dit maakt dat ze uitsteken boven de bomen en zichtbaar zijn vanaf de snelweg. Zo wordt stad beleefbaar daar waar die daadwerkelijk begint. De 6 nieuwe bebouwingsblokken passen zich aan naar het concept. In het gebied met de gesloten sfeer speelt de bebouwing een belangrijke rol en is het landschap onderdanig aan de bebouwing. Door ze aan de noordkant van de beek te leggen ontstaat er een entree voor de bebouwing met een bomenlaan en een brug. De woningen in de halfopen sfeer passen zich aan naar het landschap. Ze staan aan de zuidkant van de beek waardoor het mogelijk is om een ondergrondse parkeerplaats te maken. Dit zorgt voor minder parkeervakken langs de randen en creĂŤert zo een open sfeer. Daarnaast duikt het landschap naar de parkeergarage waardoor de bebouwing in het heuvellandschap past. INFRASTRUCTUUR Ook de infrastructuur doet mee aan de verschillende sferen. Zoals het verschil in parkeren waarbij in de gesloten sfeer het parkeren in het landschap gebeurd en in de half open sfeer het parkeren verstopt wordt onder de bebouwing. Daarnaast zorgt de John F Kennedylaan (weg die in noord-zuid richting over de snelweg gaat) voor een belangrijke scheiding tussen de twee sferen. Daar waar het park begint stopt de bomenlaan en opent het landschap zich
waardoor de sferen beleefbaar zijn vanaf deze weg. Vanaf de A79 worden ook de verschillende sferen beleefbaar doordat het talud van heel dicht beplant naar half open en dan open gaat. De nieuwe bebouwing in het park wordt ook steeds beter zichtbaar waardoor het begrip parkstad beleefbaar wordt voor de bezoeker.
4.2.2 huidige situatie waarbij de weg tussen bomen ligt
4.2.3 toekomstige situatie waarin het landschap zich opent
57
4. DETAIL
A’ A
4.2.4 doorsnede gesloten sfeer
B’
B
4.2.5 doorsnede half open sfeer
C
C’
4.2.6 doorsnede scheiding, beek duikt onder de bestaande weg
58
4. DETAIL
WATERSYSTEEM Het detail geeft een beeld van het watersysteem dat in de omliggende wijken van de Geleenbeek, het regenwater gaat afkoppelen van het riool. Vanuit de wijk wordt op straatniveau het water afgekoppeld doormiddel van een open molgoot, dit gaat via bestaande groene lijnen uit de wijk richting de grotere beek. Al deze stroompjes uit de wijk komen in de grotere beek die in verbinding staat met de Geleenbeek. Deze grotere beek kent een trappensysteem (zie figuur 4.2.10). Door het toepassen van dit systeem wordt het water gestuwd afgevoerd naar de Geleenbeek waardoor het water langer wordt vastgehouden en kan infiltreren in de bodem. Ook zorgt dit systeem ervoor dat er vaker water in de beek staat, zodat het meer wordt ervaren als beek. De beek snijdt zich steeds verder in in het landschap, dit betekend dat de bron bestaat uit een moerasachtig gebied, omdat het hoogte verschil met het bestaande maaiveld maar 0,5 meter is. Aan het einde van het gestuwde systeem ontstaat een hoogte verschil van 6,5 meter waardoor hier een waterval ontstaat die tegelijkertijd een belangrijk object is voor de entree van Parkstad. Dit watersysteem is een voorbeeld van een samenwerking tussen stad en landschap. Waarbij stad en landschap verbonden zijn en samen een duurzaam systeem vormen dat bijdraagt aan een aantrekkelijker Parkstad.
D
4.2.10 lengteprofiel met trappen systeem
A’
A 4.2.7 lengte profiel waterval
108 105,5
B
98
4.2.8 profiel uitkijkpunt
4.2.9 waterval Loenen
106
B’
59
4 .DETAIL
B
A’
A
LEGENDA WATERVAL De waterval vangt een hoogte verschil van 6,5 meter op, waarin het water in trappen naar beneden valt. Hij is zichtbaar vanaf de snelweg en zorgt voor een eyecatcher van Parkstad. UITZICHTSPUNT Dit punt kijkt uit over de waterval en het beekdal van de Geleenbeek met op de achtergrond de stad. Dit geeft een beeld van de karakteristieken voor Parkstad waardoor het voor de recreant aantrekkelijker maakt om Parkstad in te gaan. TRAPPEN
trappen maken het mogelijk om vanaf het B’ De uizichtspunt naar een hoogte van 103,5 meter af te dalen en langs de waterval te wandelen.
4.2.11 detail waterval
HANNA PRINSSEN 19-06-2015 DETAIL ‘PARKSTAD ALS PARKSTAD’ 1:200 2 10 M
LEGENDA WATERVAL NOORD De waterval vangt een hoogte verschil van 6,5 meter op, waarin het water in trappen naar beneden valt. Hij is zichtbaar vanaf de snelweg en zorgt voor een eyecatcher van Parkstad. UITZICHTSPUNT Dit punt kijkt uit over de waterval en het beekdal van de Geleenbeek met op de achtergrond de stad. Dit geeft een beeld van de karakteristieken voor Parkstad waardoor het voor de recreant aantrekkelijker maakt om Parkstad in te gaan. TRAPPEN De trappen maken het mogelijk om vanaf het uizichtspunt naar een hoogte van 103,5 meter af te dalen en langs de waterval te wandelen.
4.2.12 referentie stenen die het water tegenhouden
HANNA PRINSSEN 19-06-2015 DETAIL ‘PARKSTAD ALS PARKSTAD’ 1:200 2 10 M
NOORD
D’
60
4. DETAIL
VEGETATIE De vegetatie van de beek bestaat uit een bronbos, eikenhaagbeukenbos en graslanden. Het bronbos is een Elzen/essenbronbos, deze komen voor als kleine bosfragmentjes rond het brongebied en langs oevers van de bovenlopen van beken. De bodem is er nat tot zeer nat. Zwarte els (Alnus glutinosa) en gewone es (Fraxinus excelsior) zijn dominant, enkele andere soorten komen sporadisch voor. De struiklaag is matig ontwikkeld en soortenarm. De kruidlaag is goed ontwikkeld met veel lentebloeiers die proďŹ teren van het bronwater. De kruidlaag bestaat uit planten zoals, paarbladig goudveil, bittere veldkers, pinksterbloem, grote brandnetel en de kruipende boterbloem.
4.2.14 streefbeeld Geleenbeekdal
4.2.13 bronbos
Het eikenhaagbeukenbos komt voor op valleibodems en hellingen in de vorm van beekbegeleidende bossen. Deze bestaat vooral uit de haagbeuk (Capinus betulus) en de zomereik (Quercus robur). Ook de
4. DETAIL
gewone es (Fraxinus excelsior), de winterlinde (Tilia cordata) en de zoete kers (Prunus avium) komen voor in dit type bos. Er staan weinig struiksoorten in dit beekdal, zodat er doorkijkjes ontstaan in de kamerstructuur. Door begrazing van schapen en runderen wordt dit streefbeeld (afbeelding ..??) behaald. De kruiden die er voorkomen zijn dalkruid, ruige veldbies, bosanemoon, grote muur, witte klaverzuring, knopig helmkruid, bleeksporig bosviooltje, gewone salomonszegel en gele dovenetel. Het grasland dat voorkomt is blauwgrasland, dit komt voor op natte gronden in de beekdalen. Deze graslanden zijn rijk aan talloze zeldzame planten en dieren en vormen een belangrijk voedselgebied voor doortrekkende en overwinterende vogels. Belangrijke soorten zijn de zegge, veldbies ,gestreepte witbol, boterbloem, knoopkruid, pinksterbloem, rode klaver, beemdlangbloem en uitenkruid. Om de bezoeker vanaf de snelweg het beekdal te laten ervaren wordt de graslandbeplanting toegepast op het talud van het halfopen gedeelte.
61
62
BRONVERMELDING SITES http://www.zabel-group.de/D.80+M5d637b1e38d.0.html begrip duurzaamheid, De Wereldcommissie voor milieu en ontwikkeling
http://www.iba-parkstad.nl/nl http://www.geologievannederland.nl/landschap/landschappen/heuvellandschap http://gidsmodellen.nl/gidsmodellen/heuvelland/ gidsmodel heuvelland in de stad, hoe om te gaan met het water.
www.limburg.nl www.parkstad-limburg.nl www.ahn.nl www.limburgsekastelen.nl BOEKEN VergroeningstrategieĂŤn in woonbuurten die bijdragen aan het ecologisch netwerk onderzoeksrapport Stephanie Mullaart, Jasper Klaassen en Hanna Prinssen
Bosgemeenschappen S. van der Werf
Landschapsvisie Zuid-Limburg Wageningen universiteit en provincie Limburg
Grote historische atlas Limburg Uitgeverij Nieuwland
63