Doolhof rond gevaarlijke stoffen

Page 1

Veiligheid 17

NIEUWSBLAD TRANSPORT 10-16 FEBRUARI 2016

Doolhof rond gevaarlijke stoffen MALINI WITLOX

Steeds meer gemeenten stappen af van aparte routes voor gevaarlijke stoffen. De Kamer debatteerde al over het onderwerp.

I

n het basisnet maken de rijksoverheid, gemeenten, provincies en het bedrijfsleven afspraken over de routes waarover gevaarlijke stoffen vervoerd mogen worden. Het probleem zit hem met name in de routes bij gemeentes, zo constateerde CDA-Kamerlid Martijn van Helvert. ‘Elke gemeente mag zelf bepalen via welke route gevaarlijke stoffen vervoerd moeten worden. Ze doen dat heel enthousiast, maar sluiten niet op elkaar aan. Het komt daardoor heel vaak voor dat een gemeente een vrachtwagen een bepaalde kant opstuurt die aan het einde van de gemeentegrens helemaal niet aansluit op een weg die een andere gemeente heeft bestempeld als weg voor gevaarlijke stoffen. Soms moet een vrachtwagen met gevaarlijke stoffen tientallen en soms zelfs meer dan honderd kilometer omrijden, terwijl we die gevaarlijke stof juist zo kort mogelijk op de weg willen hebben. Kan de minister daarin een coördinerende rol spelen?’ Minister Melanie Schultz heeft aan verladersorganisatie EVO gevraagd in kaart te brengen waar de knelpunten optreden, omdat ze gemeenten die het wel goed geregeld hebben niet wil lastigvallen, maar wel wil weten welke gemeenten de routering veranderen. ‘Ik bekijk of wij zelf ingrijpen of dat we de provincies een coördinerende rol geven op het terrein van de routering. Het vervoer van gevaarlijke stoffen moet sowieso de bebouwde kom mijden, tenzij men daar echt iets te zoeken heeft, zoals bijvoorbeeld bij de bevoorrading van tankstations.’

Navigatie Vrachtwagens met gevaarlijke stoffen zijn altijd welkom op het hoofdwegennet. Als ze dat traject verlaten, hebben ze een ontheffing van de betreffende gemeente nodig. Thomas Reitsma, beleidsadviseur gevaarlijke stoffen bij EVO: ‘Vroeger waren straatnaambordjes soms niet aanwezig of niet kloppend. De regels rondom ontheffingen zijn ontstaan in de tijd dat chauffeurs per ongeluk in een woonwijk belandden. Doordat steeds meer chauffeurs een navigatiesysteem hebben, komt dat zelden voor.’ Reden voor verschillende gemeentes om de regels af te schaffen. In 2012 stapte Wassenaar van de aparte routes af, een jaar later volgde Heiloo en in 2015 heeft Maastricht de routering vervoer gevaarlijke stoffen uit 1999 opgeheven, onder meer omdat door infrastructurele wijzigingen deze route sterk verouderd was. Bovendien was ook hier de bewegwijzering niet meer compleet. Anno 2016 houdt ongeveer de helft van de gemeentes nog vast aan de vastgestelde routes.

Beeldbewerking: Erik Straver

Schultz beloofde werk te maken van een centraal meldpunt. Inmiddels heeft ook de RDW (Dienst Wegverkeer) zich met de zaak bemoeid. Logistiek dienstverleners die een ontheffing willen voor extra zware voertuigen of extra lange voertuigen moeten zich al bij deze dienst melden. Reitsma: ‘De RDW gaat nu kijken of ze ook het vervoer van gevaarlijke stoffen en ontheffingen kan oppakken. Het voordeel hiervan is dan dat transporteurs bij een centraal loket terechtkunnen. Nu moeten ze zich nog bij iedere gemeente apart melden.’ De chauffeurs die een navigatiesysteem gebruiken, stellen vaak de hoofdroute in. Er is nog altijd geen apart na-

vigatiesysteem voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Beurtvaartadres deed in het verleden een poging om de informatie op te nemen in een app, maar stuitte op problemen rondom eenduidige informatieaanlevering. Manager Operations Bernadette den Uyl: ‘Iedere gemeente levert dat op aan andere manier aan. De een doet dat digitaal, de ander schrijft iets op een velletje. Bovendien is de informatie snel verouderd, bijvoorbeeld door wegopbrekingen. De app met naslaginformatie wordt nu eens in de twee jaar geüpdatet, je zou dat dan dagelijks moeten gaan doen.’

Geen interesse In de zomer van 2014 deed TNO een nieuwe poging. Het ging op zoek naar innovatieve ondernemers in het mkb, die perspectiefvolle productideeën verder willen ontwikkelen en commercialiseren. Er bleek echter niemand interesse te hebben om deze routeplanner met actuele gegevens over routes voor vervoerders van gevaarlijke stoffen op te pakken, aldus Erik Ham, programmadirecteur mkb bij TNO. ‘De database is sindsdien niet meer geactualiseerd, de oproep staat nog wel online, maar die gaan we weghalen.’

CENTRAAL MELDPUNT OP KOMST

WAT ZEGT DE WET?

Er komt een centraal overheidsmeldpunt voor incidenten met gevaarlijke stoffen. Dat zei minister Schultz tijdens een debat van de vaste Kamercommissie voor Infrastructuur en Milieu, na vragen van CDA-kamerlid Martijn van Helvert. Nu is het nog zo dat er melding moet worden gedaan bij de regionale milieudienst, de Inspectie Leefomgeving en Transport, de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en/of Rijkswaterstaat, afhankelijk van de plaats en de aard van een incident. Dat is onnodig ingewikkeld, waardoor het melden van incidenten nog niet optimaal verloopt. Van Helvert: ‘Er is een landelijk meldpunt bij de ILT, maar als je het daar gemeld hebt, moet je nog een hele determinatietabel aflopen om alles precies te melden. Zullen we de bedrijven waar iets misgaat zich laten concentreren op het ongeval met de gevaarlijke stof in plaats van ze te laten uitzoeken wie ze allemaal moeten bellen? Kan de minister die taak niet beter bij de ILT leggen?’ Schultz beloofde werk te willen maken van één centraal overheidsmeldpunt voor incidenten met gevaarlijke stoffen. Zij zei dat de ‘éénloketgedachte’ een logische drempelverlagende stap is. Dit meldpunt moet bij de ILT komen, die de melding vervolgens doorzet naar andere relevante overheidsdiensten.

De Wet Vervoer Gevaarlijke Stoffen zegt het volgende: ‘Degene die met een voertuig over de weg gevaarlijke stoffen vervoert, is verplicht de krachtens de Wegenverkeerswet 1994 als zodanig aangeduide bebouwde kommen van gemeenten te vermijden.’ Daarbij wordt wel rekening gehouden met vervoerders die binnen de bebouwde kom moeten laden of lossen. ‘Hoe komt het plaatselijke benzinestation anders aan de nodige brandstof en hoe komt het ziekenhuis aan de middelen die benodigd zijn voor patiëntenzorg?’, aldus Astrid de Haes, beleidsadviseur gevaarlijke stoffen bij TLN. Indien er redelijkerwijs geen route buiten de bebouwde kom beschikbaar is, mag de bebouwde kom worden gebruikt. Gemeentes, Rijk en provincies hebben de wettelijke bevoegdheid – geen verplichting – om wegen aan te wijzen voor routering voor het vervoer van deze zogenoemde ‘routeplichtige’ gevaarlijke stoffen. Deze wegen worden aangeduid met de bekende oranje bewegwijzeringsborden. ‘Als je in de bebouwde kom een routeplichtige stof moet laden of lossen is een ontheffing vereist. Een dergelijke aanvraag verloopt per gemeente anders. Ook bepaalt iedere gemeente zelf hoe lang de ontheffing geldig is, of deze alleen geldt voor een bepaald voertuig of voor verschillende voertuigen en wat de kosten zijn voor de ontheffing, want voor niets gaat de zon op.’


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.