2 minute read

Prinsjes H

et begon allemaal met een boek dat mijn dochter per se wilde meenemen uit zo’n boekenkastje dat je langs de weg vindt. Het hippe meisjeskookboek: jammie recepten voor echte keukenprinsesjes, zo luidde de titel. Het was knalroze. Ik stribbelde tegen. “Oei”, zei ik. “En prinsjes dan?” vroeg ik haar. “Mogen die dan niet koken?” “Natuurlijk wel!”

En dus gingen we thuis aan het verbeteren, met een dikke alcoholstift vulden we de titel aan: Het hippe kinderkookboek: jammie recepten voor echte keukenprinsesjes en keukenprinsen. En keukenkoning Sam – dat laatste was speciaal voor de papa.

Een tijdje later lazen we Dries en de weerwolf van Annie M. G. Schmidt. Dat verhaal gaat over een reuzewolf die een dorp terroriseert, waarna alle sterke mannen hem proberen te bedwingen – spoileralert: Dries slaagt erin, met een stukje kauwgom. Maar in dat boek heb ik er telkens sterke mannen en vrouwen van gemaakt, en sommige figuurtjes gaf ik lang haar. Want vrouwen mogen dan in het echte leven in de minderheid zijn als het land verdedigd moet worden, ze zijn er wel, dus waarom zou je ze niet in fictie laten zien?

Voorbeelden doen ertoe. Tenminste, als we willen dat kinderen echt vrij kunnen kiezen wat ze later worden. Want vanaf het moment dat ze beseffen dat iets enkel voor meisjes dan wel voor jongens is, moeten ze al een erg sterk karakter hebben om niet aan de norm te willen voldoen.

Hetzelfde geldt voor studenten. In een experiment van psychologe Sapna Cheryan aan de Washington University toonden vrouwelijke studenten die in een eerder nerdachtig ingericht lokaal onthaald werden – denk aan Star Trek-posters aan de muur, gameconsoles en junkfood –beduidend minder interesse hadden in een IT-job dan mannelijke studenten. Wanneer de inrichting anders was – een kunstposter aan de muur, flesjes water in plaats van junkfood en tijdschriften rond allerlei onderwerpen – toonden ze evenveel interesse als de mannelijke studenten.

We willen wel vrouwen – en andere minderheidsgroepen – aannemen, maar ja, we vinden ze gewoon niet: hoe vaak hoor je bazen dit niet verzuchten? Ook daarom is representatie belangrijk. Het doet ertoe of mensen zich thuisvoelen – en niet alleen om ergens te beginnen werken, ook om er vervolgens te blijven.

Mooie promofilmpjes alleen gaan de wereld natuurlijk niet redden, net zomin als ouders die op eigen initiatief teksten in kinderboeken veranderen dat zullen. Toch doet het me plezier om te weten dat we intussen met velen zijn. Zo draaien actrice, regisseur en auteur Maaike Neuville en hoofdcommentator van De Morgen Bart Eeckhout bij het voorlezen van Jip en Janneke systematisch de rollen van de ouders om, want anders staat de moeder de hele tijd af te wassen. Al die tijd was er al een stille revolutie aan de gang, na het tandenpoetsen en voor het slapengaan.

Alle beetjes helpen, is mijn levensmotto. Niet alleen opdat onze eigen kinderen zich later gesterkt voelen om hun echte interesses te volgen en een beroep te kiezen dat bij hen past. Ook omdat iedereen er wel bij vaart, straks. Kwestie van met de vergrijzing genoeg mankracht te vinden bij het leger én in de zorg. ■

This article is from: