Spui 41

Page 1

Uva alumni magazine 02 / 2014

41

TERRORISTEN PASSEN NIET IN EEN HOKJE

MISVATTINGEN RADICALISERING ONTZENUWD

p 04

mannen mogen wel komen kijken

WEIJERS & VAN SAARLOOS p 22

KLAAS HELLINGWERF WINT ENERGIE UIT ALGEN

SPIN-OFFS UVA VEROVEREN de MARKT p 10

CORRESPONDENT BRAM VERMEULEN WIL VERHALEN VERTELLEN

p 14


02 INHOUD

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

p 04 gesprek Alle terroristen zijn gek. Drie experts over de meest

colofon

voorkomende misvattingen omtrent radicalisering.

p 07 post Alumnus Tim Gooris volgde zijn Noorse geliefde

Uitgever Alumnirelaties en Universiteitsfonds UvA

en vond een betere werk/leefbalans.

Redactie Albert Goutbeek (hoofdredacteur), Laura Erdtsieck, Daan Meijer,

VA-GESCHIEDENIS p 13 U 125 jaar Amsterdamse Universiteits-Vereniging:

Carolyn Wever Redactieraad Frank Aarts, Astrid Helstone, Ron Plattel, Aleid Truijens, Fione Zonneveld Ontwerp en beeldredactie Mattmo Fotografie/illustraties Marco Baiwir, Roger Cremers, Dirk Gillissen, Kees Hummel, Yuki Kho, Monique Kooijmans, Hanne Nijhuis, Jeroen Oerlemans, Laureen van Rijckevorsel-Klok Op de cover Klaas Hellingwerf bij installatie Photanol, zie p10 (foto Roger Cremers) Druk Habo DaCosta Aan dit nummer werkten verder mee Marieke Buijs, Han Ceelen, Lea Dyer, Tim Gooris, Shirley Haasnoot (eindredactie), Ben Haveman, Jacqueline Hoefnagels, Bennie Mols, Marion Rhoen, Michiel Röling, Claudia Ruigendijk, Ellen Stoop, Pauline van de Ven, Robin van Wechem Reacties SPUI, Alumnirelaties en Universiteitsfonds UvA, Postbus 94325, 1090 GH Amsterdam. SPUI @uva.nl ISSN 667-939X De redactie heeft ernaar gestreefd de rechthebbenden van de foto’s te achterhalen. Degenen die desondanks menen rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich wenden tot Alumnirelaties en Universiteitsfonds UvA. SPUI is een magazine voor, door en over alumni en vrienden van de Universiteit van Amsterdam. SPUI verschijnt twee keer per jaar in druk in een oplage van 95.000 exemplaren en wordt toegestuurd aan alle UvA-alumni (van wie het adres bekend is). Daarnaast wordt zes keer per jaar een mailing verstuurd aan alumni. alumni.uva.nl

een geschiedenis van verbondenheid met en giften aan de universiteit.

Louise Gunning Herinnering levend houden 2014 Is een bewogen jaar geweest, met successen en tegenslagen. Veel van onze wetenschappers boekten succes met hun onderzoek en het verwerven van subsidies. Zowel nationaal – een recordaantal van negentien UvA-onderzoekers ontving een Vidi-toekenning van NWO – als internationaal. Zo verwierf Pernette Verschure een Europese Horizon2020-subsidie van 2,8 miljoen euro voor onderzoek naar resistentie tegen hormonale therapie bij borstkanker. U leest over haar project EpiPredict in dit nummer. Ook de universiteit zelf deed het goed in de onderlinge competitie. De UvA steeg opnieuw in de internationale ranglijsten en blijft de hoogst genoteerde Nederlandse universiteit in de QS World University Rankings. We moeten ons niet blind staren op dit soort lijstjes, toch is het goed nieuws. De Amsterdamse Universiteits-Vereniging vierde het 125-jarig bestaan op 8 november met een extra feestelijke AUV-dag. Historicus James Kennedy nam zijn publiek mee in de geschiedenis van de AUV, die in 1889 ontstond uit het initiatief om fondsen te werven voor een nieuwe aula. In de loop der tijd steunde de alumnivereniging tal van academische doelen en verstrekte zij vele beurzen aan studenten. Kennedy memoreerde dat de AUV onder meer investeerde in de laboratoria van de latere Nobelprijswinnaars Zeeman en Van der Waals. Nog altijd draagt de AUV bij aan academisch succes: afgelopen jaar lanceerde het bestuur een wervingsactie voor een Amsterdam Excellence Scholarship, een beurs voor een talentvolle internationale student. Tijdens de AUV-dag nam Willem F. Korthals Altes afscheid als AUV-voorzitter. Vanwege zijn jarenlange inzet mocht ik hem onderscheiden met de Middelgrote Sta-penning van de UvA. Willem, dank voor alles! Tegelijkertijd verwelkomden wij de energieke nieuwe voorzitter, Carina Benninga. Ik kijk ernaar uit met haar samen te werken aan de verdere versterking van de alumnigemeenschap. Ondanks al dit mooie nieuws blijft 2014 omgeven met een rouwsluier, vanwege de ramp met vlucht MH17. Dit drama raakte heel Nederland en onvermijdelijk ook de academische gemeenschap van de UvA. Het is wrang dat de toonaangevende wetenschapper Joep Lange en zijn partner Jacqueline van Tongeren, die hun professionele leven in dienst stelden van de strijd tegen dodelijke infectieziekten, het slachtoffer werden van een strijd waaraan zij part noch deel hadden. Ook jonge leden van onze gemeenschap lieten het leven, zoals masterstudente Sacha Meijer en de vorig jaar afgestudeerde Laurens van der Graaff. Wij herdachten hen bij de opening van het academisch jaar en ook op deze plek wil ik bij hen stilstaan. Laten wij de herinnering levend houden aan hen die ons inspireerden. Louise Gunning-Schepers is voorzitter van het College van Bestuur van de Universiteit van Amsterdam

VA IN BEWEGING p 16 U 100.000 titels toegevoegd aan online bibliotheek door Google, KB en UvA.

ROEFSCHRIFT p 17 P Moet de vrijheid van meningsuiting worden begrensd? Esther Janssen promoveerde op een onderzoek naar hate speech.

ETENSCHAP p 18 W Hoe krijg je ontspoorde cellen weer terug op de rails? Pernette Verschure leidt een project om het probleem van hormoonresistentie bij therapie tegen borstkanker aan te pakken.

ETENSCHAP p 20 W Kort nieuws: startende juf en meester gestrest, keizerspinguïn en mensaap bedreigd.

24 p 25 overledenen N MEMORIAM p 26 IPieter Adriaan van Zwieten, ‘vader’ van ruim

personalia p

zeventig promovendi, citeerde graag collega professor Prlwytzkofsky.

MSTERDAMSE UNIVERSITEITSp 27 A VERENIGING EN KRINGEN Jarige AUV geeft Manon Becher AUV-alumnusprijs vanwege initiatief Starters4Communities.

LUMNIVARIA p 29 A Vijftig jaar Theaterwetenschap aan de UvA. MSTERDAMS UNIVERSITEITSp 30 A FONDS Hoe is het om een prestigieuze studiebeurs te ontvangen? Twee internationale talenten over hun Amsterdam Excellence Scholarship.

VA-SCHRIJVER p 31 U Pauline van de Ven kwam als journalist iets op het spoor en besloot op haar 34ste Economie te gaan studeren.


03 P 10

Spui

HOOFDZAAK

SPUI AFGESLANKT

Onvermoede toepassingen Microbioloog Klaas Hellingwerf zet algen aan het werk om zonlicht en CO2 om te zetten in energie en zuurstof. Een duurzaam idee, waarmee zijn collega’s en hij de aandacht wekten van subsidieverstrekkers én het bedrijfsleven. Zo zijn er meer onvermoede toepassingen van academische kennis, die in de vorm van spin-offs op de markt komen en oplossingen bieden voor allerhande problemen. En, niet onbelangrijk, ook nog eens geld opleveren.

Alleen maar vrouwen: Weijers & Van Saarloos streven betere sekseverdeling na in het debat

U had het misschien al in de gaten toen u deze SPUI van de mat raapte: het magazine is een maatje kleiner geworden. Het formaat is een slag verkleind, het aantal pagina’s is omlaag gebracht en het papier is een tikkeltje dunner dan voorheen. Deze aanpassing levert een mooie besparing op papier en druk- en verzendkosten op, terwijl de redactie inhoudelijk weinig concessies heeft hoeven doen. De meeste vertrouwde rubrieken treft u ook in dit nummer weer aan, hoewel sommige iets zijn afgeslankt. Ook staan er iets minder nieuwsberichten in het blad. De activiteitenkalender komt geheel te vervallen: het bleek steeds lastiger activiteiten een half jaar vooruit te overzien én er een zinvolle selectie uit te maken. Wie de agenda op de website bekijkt, ziet dat er op een gemiddelde werkdag aan de UvA zomaar vijf of meer verschillende bijeenkomsten kunnen zijn: promoties, oraties, bijeenkomsten in SPUI25 en van o.a. alumnikringen. Voor een actueel overzicht van activiteiten en voor het meest recente nieuws verwijzen wij u dan ook graag naar de website: alumni.uva.nl. Voor het overige hopen wij dat u SPUI er niet minder om zult lezen. Reacties zijn welkom via SPUI@uva.nl.

– WERK P 22 –

P 14

LOOPBAAN

Periferie van het wereldnieuws Bram Vermeulen houdt niet van plekken waar hij veel collega’s tegenkomt. Hij trekt er liever op uit om verhalen op te tekenen over mensen en hun verdriet, ambities, succes en falen. Zijn collega Rena Netjes haalde zelf het nieuws, toen zij in Egypte werd aangeklaagd wegens samenzwering en hulp aan terroristen en het land halsoverkop moest verlaten. Twee correspondenten over de keerzijden van hun beroep.

P 08

STUDIE

Onderduiken bij Unica Aan de Reguliersgracht staat het dispuutshuis van Unica, een eigenzinnig dispuut dat ooit aan de wieg stond van het corps maar zich daar in de jaren zeventig van afscheidde. Hugo Heymans, emeritus hoogleraar Kindergeneeskunde en voormalig directeur van het Emma Kinderziekenhuis, vertelt over de roerige historie, samen met Reowin Renkema, huidige bewoonster van het huis en ‘koning’ van het dispuut.

CONTACT

Wilt u zich aanmelden of juist afmelden voor ontvangst van SPUI? Zijn uw adresgegevens onjuist? Ontvangt u wel de gedrukte SPUI, maar niet het digitale UvA-alumninieuws? Heeft u een vraag over de Universiteitsdag? Wilt u lid worden van de Amsterdamse Universiteits-Vereniging? Heeft u een goed idee voor het Amsterdams Universiteitsfonds? Is uw adres gewijzigd? Als alumnus of vriend van de Universiteit van Amsterdam, lid van de AUV of donateur van het universiteitsfonds kunt u met uw vragen en opmerkingen terecht bij het Bureau Alumnirelaties en Universiteitsfonds van de Universiteit van Amsterdam: alumni.uva.nl/contact, alumni@uva.nl. Wij zijn u graag van dienst! Uw reacties op SPUI magazine zijn van harte welkom, per post of via e-mail (adressen: zie colofon). De redactie behoudt zich het recht voor ingezonden reacties ingekort of helemaal niet op te nemen.


04 GESPREK

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

‘ Ook terroristen lezen de krant’

Misverstanden over radicalisering ontzenuwd

vlnr: Willemijn Aerdts, Bertjan Doosje, Amy-Jane Gielen


05 tekst • Claudia Ruigendijk beeld • Marco Baiwir

Met de gewelddadige opmars van IS in het MiddenOosten, neemt ook in Nederland de angst voor terrorisme toe. Lopen we gevaar? Wat doet de overheid om ons te beschermen? Wie zijn de mensen die radicaliseren en wanneer gaan ze geweld gebruiken? Drie radicaliseringsexperts in gesprek over de actualiteit, hun onderzoek en de meest voorkomende misvattingen. ‘Het is een groot misverstand te denken dat terroristen gek zijn.’ Is de terroristische dreiging gegroeid? Amy-Jane Gielen, onderzoeker en adviseur radicalisering: ‘De dreiging zelf kun je niet kwantificeren. Twee jaar geleden is er onderzoek gedaan naar de voedingsbodem voor polarisering en radicalisering. Daar kwam uit dat negen procent van de autochtone jongeren en zestien procent van de moslimjongeren bereid is geweld te gebruiken om hun idealen te verwezenlijken. Tien jaar geleden, in een onderzoek in Amsterdam, was dit nog maar twee procent. Die stijging konden ze twee jaar geleden niet goed verklaren, maar als je ziet wat er nu gebeurt, dan was er kennelijk toch al iets aan het sluimeren. Inmiddels weten we dat zo’n 2500 mensen uit Europa naar Syrië en Irak zijn vertrokken, en uit onderzoek blijkt dat zo’n een op de negen strijders bij terugkeer geweld kan gebruiken.’ Willemijn Aerdts, onderzoeker terrorismebestrijding en internationale organisaties: ‘De ervaring van dreiging is in ieder geval groter dan eerst. Maar ik zou mezelf niet thuis opsluiten uit angst voor een aanslag. Een dag na de aanslagen in Canada eind oktober viel het me op dat heel Amsterdam geel zag van de politiejasjes. Je laat daarmee zien dat de straat van ons is, en niet van de mensen die ons angst willen aanjagen.’

aantrekkelijk voor andere moslims die zich miskend voelen.’ Aerdts: ‘Het is ook makkelijker geworden om mee te doen. Je hoeft bij wijze van spreken het vliegtuig naar Turkije maar te pakken en je bent er. En via internet kun je heel eenvoudig in contact komen met strijders daar. Die zijn op hun beurt weer heel goed in het verspreiden van hun gedachtegoed, ze zijn heel mediageniek.’ Doosje: ‘De filmpjes van de onthoofdingen, ik weet niet of die zo mediageniek waren. Samen met de Vrije Universiteit heb ik een media-analyse van fora van sympathisanten gemaakt, en we zien dat de mening over IS sinds die filmpjes beduidend negatiever is geworden.’ Niet alle sympathisanten kiezen voor geweld… Doosje: ‘Zeker niet. Dat zie je ook in andere groeperingen. Neem de krakers van vroeger, die waren eerst geweldloos, ketenden zich hooguit aan gebouwen vast. Tot het moment dat een deel van de groep besloot harder te gaan terugvechten. Dan splitst zo’n groep zich op.’

De gemiddelde moslim zal zeggen dat de islam wordt misbruikt voor dit doel, dat seksslavernij en onthoofdingen niet kunnen worden gerechtvaardigd. Maar IS en ook andere organisaties claimen zich wel te baseren op de islam, op een heel strikte en extreme interpretatie daarvan.’ Aerdts: ‘Het laat goed het probleem zien dat hier speelt: als je steeds wordt aangezien als onderdeel van een groep waarbij je je helemaal niet betrokken voelt, neemt je vertrouwen in de maatschappij af en neemt de polarisering toe.’ Gielen: ‘Je moet je voorstellen dat sinds 9/11 een hele generatie moslimjongeren de puberteit in ging en die hele periode continu is aangekeken op het moslimzijn, terwijl uit gesprekken die ik met ze voerde bleek dat ze voorheen helemaal niet zo bezig waren met de islam. En de Nederlandse jongeren zagen "hun" dorpen en steden steeds meer veranderen door de komst van moslims. Dat versterkte allemaal dat wij-zijgevoel.’ Volgens de AIVD telt ons land inmiddels duizenden sympathisanten, en van de miljoen moslims zijn er naar schatting 150 geradicaliseerd. Maar om terrorist te worden, heb je toch meer nodig dan alleen radicale ideeën? Doosje: ‘Het trappenhuismodel van de bekende Amerikaanse psycholoog Fathali Moghaddam laat zien hoe een in wezen ongevaarlijk persoon zich vanaf “de begane grond” in zes “verdiepingen” kan ontwikkelen tot terrorist. Dat is een populair model, het is plausibel dat zoiets in fases gaat.’ Gielen: ‘Er zijn voorbeelden van mensen die in vier weken alle fases doorliepen, of zelfs “traptreden” oversloegen. Maar over het algemeen gaat er wel wat tijd overheen.’

Bertjan Doosje, bijzonder hoogleraar Radicaliseringsstudies: ‘IS is een succesvolle groep. Het is ze al gelukt om bepaalde gebieden te claimen, waar ze zich kunnen uiten, zichzelf kunnen zijn. Dat is natuurlijk erg

Gielen: ‘Een mooi voorbeeld hiervan zag ik laatst op Facebook, van een zogeheten gematigde moslim. Hij deelde een foto van de Ku Klux Klan, met daaronder de vraag: moet ik alle christenen vragen hier afstand van te nemen? Met andere woorden: de meeste moslims identificeren zich helemaal niet met IS.

Wat is er voor nodig om naar boven te klimmen? Doosje: ‘In ieder geval een groep. Niet alleen praktisch, maar ook psychisch. Je moet worden klaargestoomd om geweld te plegen, daar heb je anderen bij nodig. De zogenaamde lone wolves, mensen die in

Willemijn Aerdts – 1983

Bertjan Doosje – 1966

Amy-Jane Gielen – 1984

W.J.M.Aerdts@uva.nl

E.J.Doosje@uva.nl

www.agadvies.com

• 2007 Internationaal publiekrecht, UU

• 1990 Sociale psychologie, RUG

• 2007 Politicologie, cum laude

• 2008 Internationale betrekkingen, UU

• 1995 promotie op proefschrift over stereotypering, UvA

• 2007-heden docent en onderzoeker Politicologie

• 2009-2011 onderzoeker Ministerie van Buitenlandse Zaken

• 1995-heden onderzoek naar emoties van mensen als

• 2010-heden docent Ad de Jonge Centrum voor Inlichtingen en Veiligheidsstudies, UvA • 2011-heden Global Shaper World Economic Forum • 2012-heden co-voorzitter Worldconnectors

groepslid, zoals boosheid of schuld, achtereenvolgens als post-doc, universitair docent en universitair hoofddocent • 2005-heden onderzoek naar de vraag waarom mensen radicaliseren en of het te voorkomen is • 2012-heden bijzonder hoogleraar Radicaliseringsstudies (Frank J. Buijs leerstoel) • Publicaties: In iedereen schuilt een terrorist (2006, met Roel Meertens en Yvonne Prins); Aanpak van radicalisme (2010, Arjan de Wolf); ‘Radicalization process of Islamic youth in the Netherlands: The role of uncertainty, perceived injustice and perceived group threat’ (2013, artikel met K. van den Bos en A. Loseman)

(vanaf 2009 via gastaanstelling); eigen onderzoeksen adviesbureau op het gebied van jeugd, welzijn en integratie, A.G. Advies • 2008 publicatie Radicalisering en identiteit. Radicaal rechtse en moslimjongeren vergeleken • 2012-heden projectmanager Radicalisation Awareness Network (opgericht door Europese Commissie) • 2012 co-redacteur Wat werkt nu werkelijk? Politiek en praktijk van sociale interventies • vanaf 2015 promovendus aan het Amsterdam Institute for Social Science Research (AISSR), UvA


06 GESPREK hun eentje een aanslag plegen zoals Anders Breivik, zijn echte uitzonderingen. Meer dan 95 procent van de aanslagen wordt voorbereid door groepen, niet door eenlingen.’ Gielen: ‘Radicalisering is een heel sociaal proces. Rechtse radicalen die ik interviewde voor mijn boek spraken over kameraden; moslims over hun “broeders” en “zusters”’. Doosje: ‘Onzekerheid speelt ook een rol, en vaak hebben ze dingen meegemaakt waardoor ze vatbaarder zijn voor extreme ideeën en zwart-witdenken. Maar terroristen zijn psychisch vaak heel normale mensen. Het is een groot misverstand te denken dat terroristen gek zijn; mensen vinden het moeilijk te geloven dat dat niet zo is.’ Gielen: ‘Het is natuurlijk ook een heel geruststellend idee als ze gek zijn, en niet die aardige buurman, want dan is ineens iedereen verdacht.’ Aerdts: ‘Het is heel logisch dat we ze graag in hokjes plaatsen. Voor het antiterrorismebeleid zou het ontzettend handig zijn als alle terroristen in hetzelfde profiel pasten. En dat maakt ons werk ook zo lastig.’ Gielen: ‘Een groot deel is man, jong en heeft een crimineel verleden, maar er vertrekken ook vrouwen en kinderen naar het Midden-Oosten.’ De overheid werkt hard om dit te voorkomen en om haar burgers te beschermen, maar diezelfde burgers voelen zich steeds onveiliger. Aerdts: ‘Dat komt omdat sommige mensen het gevoel hebben dat diensten als de Algemene Inlichtingenen Veiligheidsdienst (AIVD) weinig doen. Maar zij kunnen successen nooit claimen, en misstappen worden meteen door de media opgepikt. De AIVD doet het meeste in het geheim, het zou gevaarlijk zijn om alle werkwijzen en verijdelde aanslagen naar buiten te brengen – ook terroristen lezen de krant.’ Doosje: ‘Waarom komen sommige dingen dan wel naar buiten, en andere niet?’ Aerdts: ‘Soms is dat een strategie, want je moet af en toe laten zien dat je een ramp hebt kunnen voorkomen, zodat mensen zich veilig voelen. Maar het is vaak ook toevallig: als iemand zijn buurman opgepakt ziet worden en de krant belt, dan is het al te laat.’ Er wordt dus meer voorkomen dan we eigenlijk weten. Worden de maatregelen ook steeds effectiever? Gielen: ‘De inlichtingendiensten zijn erg gericht op de mensen die terugkeren, dus ook het beleid is vooral daarop gericht. Maar op dit moment kom je Syrië of Irak helemaal niet meer uit, zelfs niet als je het heel graag wilt. Ze zouden zich in mijn ogen nu dus meer moeten focussen op de mensen die willen vertrekken. Maar het is een misvatting om te denken dat er een boekje is met effectieve interventiemaatregelen om dit probleem aan te pakken. Er is in de eerste plaats

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

weinig onderzoek gedaan naar interventies, en daarbij: hoe stel je vast dat je terrorisme hebt voorkomen? Sinds 2004 hebben wij niet meer te maken gehad met een aanslag op eigen bodem. Is dat dankzij al die maatregelen?’ Aerdts: ‘Wel hebben we geleerd van eerdere fouten. Achteraf bleek dat de mensen die aanslagen pleegden, altijd eerder waren opgevallen. Ze vertoonden dan afwijkend gedrag: ze waren nerveus, kwamen bij elkaar in groepjes en gingen dan weer uit elkaar. En een aanslag pleeg je niet van de ene op de andere dag.

hebben we gewoon recht op een privéleven. En je moet je afvragen waarom die diensten gegevens van je willen hebben, en wat ermee gebeurt als ze in verkeerde handen vallen.’ Maar moet je kwaad dan met kwaad vergelden, met militair ingrijpen en met harde maatregelen? Gielen: ‘Militair ingrijpen is wel begrijpelijk; met praten ga je het in Syrië en Irak niet redden. Tegelijkertijd brengt het veel risico’s met zich mee, ook voor Europa. Maar als we het hebben over de terugkeerders, dan heb je in Nederland twee aanpakken: de

‘Veel jongeren hebben spijt, maar terugkeren betekent dat je je paspoort kwijt bent en opgesloten wordt’ Dus iemand die dat van plan is, gaat eerst zijn doel bepalen, het gebied verkennen, contact leggen met medestanders. Met de juiste technieken kun je zo iemand volgen.’ Gielen: ‘Er is heel slimme software die kan zien: diegene heeft al drie keer een rondje om Borssele gelopen. En de mensen achter de camera’s worden goed getraind om afwijkend gedrag te herkennen.’ Komt daarmee niet ook de privacy van gewone burgers in het geding? Aerdts: ‘Dick Engelen van de voormalige Binnenlandse Veiligheidsdienst heeft dat in de jaren zeventig al mooi gezegd in het kader van de treinkapingen toen: we kunnen wel overal infiltreren, en zo iedereen in de gaten houden en alles voorkomen, maar moeten we dat willen? Dat is ook de afweging die de geheime diensten nu maken. Er hangen niet overal camera’s en niet alle telefoons worden afgetapt. Er moet wel een reëel vermoeden zijn.’

harde en de zachte. Paspoort afpakken en in een gesloten inrichting plaatsen, of in gesprek gaan. Een combinatie daarvan het meest effectief, denk ik. Je wil iemand natuurlijk wel straffen, maar er is bijna altijd een onderliggende reden dat iemand zo geworden is. En dat is je aanknopingspunt voor therapie.’ Doosje: ‘In Denemarken hebben ze een omgekeerde aanpak. Daar zoeken ze nu contact met mensen die vertrokken zijn, voor zover dat lukt, en dan vragen ze: waarom ben je naar Syrië gegaan? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat je terugkomt? Dat is natuurlijk erg soft, en er kwam veel kritiek op, maar het idee is interessant – het is een positieve benadering.’

Doosje: ‘Terroristische aanslagen zorgen er natuurlijk wel voor dat politici denken: die vrijheid en privacy kan misschien wel wat ingeperkt worden. Die telefoon aftappen of die bankrekening bekijken vinden we niet zo erg als we zo een terrorist kunnen opsporen.’

Gielen: ‘In Denemarken staan ze je nog net niet met een spandoek op te wachten. Maar zij waren ook het eerste land dat contact legde tussen degenen die vertrokken waren en hun families die achterbleven. Het resultaat daarvan is dat deze families echt het gevoel hebben dat de overheid hen helpt. En die verhalen vertellen de jongeren in Syrië elkaar ook weer. Veel jongeren hebben spijt dat ze erheen gegaan zijn, maar terugkeren naar Nederland of België betekent dat je je paspoort kwijt bent en opgesloten wordt. Wat de Denen doen, zou hier niet kunnen vanwege de publieke opinie - er is ook iets als vergelding. Maar die harde aanpak alleen werkt wel weer heel polariserend.’

Aerdts: ‘Grappig dat je dat zegt. Mijn eerstejaarsstudenten zeggen dat ook: “Ik heb niets te verbergen hoor”. Natuurlijk hebben ze wel iets te verbergen. Want als ik vraag wat het laatste sms’je aan hun vriendje of vriendinnetje was, dan willen ze dat niet laten lezen. En hun pincode geven ze ook niet. Maar belangrijker nog: in een democratische rechtsstaat

Aerdts: ‘De belangrijkste vraag is voor mij: wat wil je als overheid bereiken? Gezien het huidige politieke klimaat denk ik dat er nu weinig ruimte is voor de Denemarken-aanpak; die zou hier op veel verzet stuiten. Als mensen besluiten terug te keren, wil je ook aan je landgenoten laten zien dat je niet zomaar pikt wat zij hebben gedaan.’ •


Tim Gooris www.sometim.nl

POST

07

www

tekst en beeld • Tim Gooris

NOG STEEDS EEN RAAR ACCENT —

Tim Gooris – 1984 www.sometim.nl, tim.gooris@gmail.com • 2009-2011 residence assistant voor internationale studentenhuisvesting in Amsterdam, UvA • 2011 Psychologie, specialisatie Training and Development • 2011 junior trainer Sociale

Het noordelijke avontuur begon in Amsterdam. Ik studeerde Sociale psychologie en volgde de master Training and Development. In die periode woonde ik in een internationaal studentenhuis van de UvA. Daar ontmoette ik Katrine, een Noorse uitwisselingsstudente die haar master Politicologie aan de UvA deed. Toen onze relatie serieus werd, gaf ik al aan dat naar Noorwegen verhuizen me een spannend avontuur leek. Wel wilde ik eerst werkervaring in Nederland opdoen. Ik richtte mij op een baan die mijn kansen in Noorwegen zou vergroten en tegelijkertijd raakvlakken had met mijn opleiding. Undutchables was het antwoord, een bedrijf dat gespecialiseerd is in recruitment op het gebied van internationals. Ruim twee jaar heb ik er met plezier gewerkt en in diezelfde periode leerde ik mezelf Noors. De Noorse taal beheersen is in Noorwegen erg belangrijk. Iedereen kent Engels, maar ze spreken het liever niet. Zelfs in een groot internationaal bedrijf als Capgemini is in Noorwegen het Noors noodzakelijk. Het leuke van het beheersen van de Noorse taal is dat ik nu ook redelijk goed met Zweden kan babbelen. Zij verstaan mijn Noors, en ik hun Zweeds. Schriftelijk Zweeds is een stuk lastiger. Het geschreven Deens gaat me beter af, maar een gesprek in het Deens volgen is uiterst moeilijk. Eind december verhuisde ik naar Noorwegen. De meeste mensen associëren Noorwegen met een koud land ver in het Noorden, maar het weer is hier eigenlijk beter dan in Nederland. Het regent en waait minder, waardoor je in de zomer sneller buiten op het terras zit, en in de winter echt van de sneeuw kan genieten. Na bijna drie maanden banenjacht vond ik mijn baan als recruiter bij Capgemini. Het was een schot in de roos. Ik ben voornamelijk bezig met het headhunten

‘ Noorse les onder werktijd is geen probleem, want de taal leren vinden mijn werkgevers heel belangrijk’

psychologie, UvA • 2011-2013 recruitment consultant, Undutchables Recruitment Agency, Amsterdam • 2014-heden recruitment consultant, Capgemini Norge

van IT’ers. Dit sluit goed aan bij de ervaring die ik had opgedaan bij Undutchables, maar nu werk ik in-house. Het leuke daarvan is dat de mensen die ik rekruteer en ontmoet in interviews, later mijn collega’s zijn. Om mijn Noors een impuls te geven heb ik privéles Noors genomen. Noorse les onder werktijd is geen probleem, want de Noorse taal leren vindt mijn werkgever heel belangrijk. Wel heb ik nog steeds een ‘raar accent’, maar dit is een goede ijsbreker voor de stugge Noren om een gesprek te starten. Op het werk krijg ik veel ruimte en vrijheid om zelf te bepalen wat ik doe, zolang er maar resultaat is. Tijdens mijn opleiding heb ik geleerd de juiste vragen te stellen, kritisch naar processen te kijken, te weten wat statistiek wel en niet zegt, en zo objectief mogelijk te kunnen oordelen. Die zaken gebruik ik nu in mijn functie. Een groot voordeel in Noorwegen is de flexibiliteit op het werk. Een normale werkdag is eigenlijk van acht uur ’s morgens tot vier uur ’s middags. Maar als ik een uurtje later kom, zal niemand raar opkijken. Hetzelfde geldt als je om drie uur naar huis gaat. Mijn ervaring is dat Noren minder tijd op kantoor doorbrengen, en er veel waarde aan hechten om de kinderen op te halen. Als de kinderen in bed liggen, pakken ze de laptop en proberen de verloren tijd op het werk in te halen. Zo wordt het kantoor steeds meer een plek om te ontmoeten, en niet de enige plek om te werken.

Hoewel Noorwegen een van de rijkste landen ter wereld is, merk je dat niet direct. De architectuur is niet uitbundig, de Noren lopen er niet extravagant bij en vallen niet graag op. De mode is erg eenzijdig, iedereen heeft het liefst kleding of een tas van hetzelfde merk. Dit zie je ook terug in Noorwegen als land. Er zijn geen boulevards volgebouwd met casino’s, nachtclubs en dure hotels zoals in veel andere oliestaten. De Noren gaan het liefst naar een hutje ver weg van de stad waar ze tijd in de natuur doorbrengen. Prachtig vind ik dit. De Noren zijn eigenlijk best kneuterig. Ze hechten veel waarde aan tradities, familierituelen en eigen Noorse producten. Ze zijn fan van Noorse wol (ik nu ook) en Italiaanse salade met echte Noorse kool. Wat ik mis aan Amsterdam? De internationale atmosfeer, de cafés, bitterballen en het fietsen door een openluchtmuseum. Wat krijg ik er voor terug? Een betere werk/leef-balans, beter weer en niet te vergeten de oneindig uitgestrekte natuur. •


08 STUDIE

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Hugo Heymans

‘Over de oorlog werd niet gepraat’

Huis vol verhalen

Nest Ik woonde vlakbij, in de Utrechtsestraat. In het huis hoefde ik niet zo nodig een kamer, ik had mijn eigen stek, fijn onafhankelijk. Contact was er genoeg: op de sociëteit van het corps, waar we een beetje vreemd dispuut waren, en tijdens de dinsdagen vrijdagavonden. Dinsdagavond somberen in café Schiller, vrijdagavond eten in Die Port van Cleve, een toetje in Hotel Polen en daarna een slechte film. In huis kwam ik ook vaak. Er woonden toen geen vrouwen, alleen ‘broeders’, zoals we zeiden.

Slijpsteen voor de geest Op zolder van het huis werden discussies georganiseerd, af en toe moest je een referaat houden. Dat eindigde altijd in heftige woordenwisselingen. Het cultiveren van een probleem was deel van het spel. Mensen verstoorden die referaten met een bepaald soort humor. Sommige leden waren veelweters, hoor. Een van hen was gek van trams, een ander van de Tour de France. Had een spreker het over de Mithrasdienst, klonk het ineens: ‘Heb je het dan over de winterdienst of over de zomerdienst?’

Schuilplek Vele jaren nadat ik actief lid was, vertelde een honorair lid: weten jullie dat… Toen kwam het verhaal. Wat mij intrigeert is dat toen ik werkend lid was, er niet over de oorlog werd gepraat, dat was een soort code. Terwijl ik precies wist wie in de straat van mijn ouders goed was geweest en wie fout. Het is belangrijk om van het oorlogsverleden van het huis te weten. Ook omdat het duidelijk maakt dat je iets anders kunt doen dan de meerderheid.

Hugo Heymans – 1947 • 1966-1970 werkend lid Westersch Litterarisch Genootschap UNICA • 1970 kandidaats

Spelen Van het spel om lid te worden kun je een film maken. Zó leuk. Zat je hier in huis te wachten om een kamertje in te gaan. Steeds gingen daar mensen in, maar die kamer bleef leeg, dat zag je vanuit de gang! Was het jouw beurt, bleek iedereen onder de tafel te zitten, en jij moest erbij. Je kunt dat spielerei noemen. Maar ik denk dat het een functie heeft, zo vrij dingen kunnen bedenken. Het vormt je.

Geneeskunde • 1970-1975 Geneeskunde, coschappen en doctoraal in Haifa (Israël) • 1976-1981 specialisatie Kindergeneeskunde en aanstelling UvA • 1981-1987 kinderarts Binnengasthuis Amster-

Koning De koning was bij alle activiteiten aanwezig. Ik vermoed dat hij ook tradities kon starten. Maarten van Traa was koning in mijn tijd. Hij kon behoorlijk maf praten en doen. Een keer heeft hij, ik kan je niet meer vertellen waarom, mijn bed in de dakgoot van mijn kamer gezet, en nog wat spullen. Het was een hele toer alles weer naar binnen te manoeuvreren. Ook omdat enige hoogtevrees mij parten speelde.

dam, na een jaar hoofd van de kinderafdeling gastro-enterologie; docent Kindergeneeskunde UvA • 1984 promotie • 1987-1995 hoogleraar Kindergeneeskunde, Rijksuniversiteit Groningen, directeur Beatrix Kinder-

Klussen

ziekenhuis Groningen

Eind jaren zestig werd het huis onder handen genomen. De honoraire leden hadden daar geld voor gestort. Ik was de klos met klussen. Beitsen heb ik gedaan, dat moest met een speciaal soort beits. Ja, hier op zolder, deze balken! Je zou zweren dat het er nog op zit. •

• 1995-2011 hoogleraar Kindergeneeskunde UvA, directeur Emma Kinderziekenhuis AMC, Amsterdam


09 tekst • Marion Rhoen beeld • Kees Hummel

Reguliersgracht 34 is de thuishaven van Unica. Dit dispuut uit 1850 stond mede aan de wieg van het Amsterdams studentencorps, maar is sinds 1974 een zelfstandige vereniging. De historie van het pand is roerig, zijn bewoners kleurrijk. Twaalf onderduikers overleefden er de oorlog. Hugo Heymans (1947) en Reowin Renkema (1991) geven een rondleiding.

Reowin Renkema

‘Er zitten geen sloten op de deuren’ Nest In 1974 scheidde Unica zich af van het corps. Sindsdien is het huis, dat sinds de jaren twintig van de vorige eeuw wordt bewoond door tien leden, de kern van Unica, de ziel. Hier sluit je vriendschappen voor het leven. Broederschap noemen we het. Drie jaar woon ik hier nu. Mensen gaan weg omdat ze bijvoorbeeld meer privacy willen – er zitten geen sloten op de deuren. Of ze willen wat afstand: het dispuutsleven gaat op de gracht 24/7 door.

Slijpsteen voor de geest Er zijn in totaal dertig leden. Op maandagavonden houden we om de beurt een lezing. Ik hield er een over het boek Job. Niet dat we zo religieus zijn, ik koos voor een meer poëtische uitleg. Omdat Job leidde tot een hevige discussie, hebben we het Bijbelboek geïntroduceerd. Telkens schrijft iemand daar iets in over een bijbelverhaal. Er komen vaak literaire analyses uit, vaak ook onzin. We zijn ook veel bezig met het verleden van Unica. Herman Gorter was lid; we hebben dit jaar zijn hele Mei gelezen, tijdens een wandeling door Bergen.

Schuilplek Twee keer hebben we nu meegedaan aan de Open Joodse Huizendag. Dan stellen we het huis open voor bezoekers en vertellen we wat hier is gebeurd. De familie van een van de onderduikers is twee jaar geleden voor deze dag overgekomen uit Israël. Het is een ongelooflijk verhaal dat twaalf mensen hier vijf jaar hebben gewoond, onder leiding van Ivo Schöffer, de latere hoogleraar Geschiedenis. Hij was achttien toen de oorlog begon en werd geholpen door onder meer zijn zus Lydia. Ivo was verschrikkelijk streng tegen de onderduikers. Dat moest wel, om niet ontdekt te worden.

Spelen

Reowin Renkema – 1991

Lid worden gebeurt in één nacht. Die staat me nog heel helder voor de geest. Aan het eind dacht ik: als ze me niet aannemen, is het om wie ik bén. Ik had me helemaal blootgegeven. Weet je wat het is: de mensen die je hier ontmoet, zijn allemaal echt. Eerlijk en open, ook over moeilijke dingen. Dat vormt je.

• 2010-heden werkend lid

Koning

Westersch Litterarisch Gezelschap UNICA • 2010-2011 student Wiskunde en Natuuren sterrenkunde • 2011-heden bewoner UNICA-huis

Wanneer krijg je nou de kans om ergens koning van te worden? En als vrouw helemaal. Dus ja, ik wilde graag. Het is een erebaan. Als je wil mag je in de koningskamer, aan de gracht. Unicisten hebben de neiging om verantwoordelijkheden te negeren, als koning ben je de enige die dat niet kan. Je hebt weinig invloed en veel werk te doen. Het leukste is contacten onderhouden, met werkende leden en met oud-leden.

• 2011-2013 hoofdredacteur Het Woord, periodiek

Klussen

UNICA

We doen veel zelf aan het huis. Lampen vervangen, de boel witten. Nu moet er een nieuwe fundering komen, het dak moet gerenoveerd. Van Monumentenzorg moet de marmeren vloer in de hal aangepakt. De stichting die het huis beheert heeft wel geld, maar nog niet genoeg. De vergunningen zijn er al, wij huisbewoners wachten gelaten op wat komen gaat. Financiële hulp is welkom. •

• 2012-heden student Europese studies • mei 2014-heden koning (voorzitter) UNICA


10 HOOFDZAAK

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Winstgevend idealisme Opkomst van de hoogleraar-ondernemer


Innovation Exchange Amsterdam www.ixa.nl

www

11

tekst • Marieke Buijs beeld • Roger Cremers

Wetenschappers die hun onderzoek ook toepassen in apps, zoekmachines, leerprogramma’s, energie producerende algen of oplosbaar plastic. Het is nog zeldzaam, maar als het aan de UvA ligt, komt daar verandering in. Het op de markt brengen van kennis levert namelijk geld op, en dat is nodig nu de Haagse investering in onderzoek steeds verder opdroogt. Het levert bovendien spannende en vernieuwende bedrijfjes op.

‘Het leukste spel vind ik eentje waarin je rietstengels ziet met gezichtjes. Uit die belovend in tijden van energieschaarste. Is dat geldwolfbeeld dan onterecht? Gaat rietstengels komen praatwolkjes en daarin moet je de som oplossen. En als je dat Hellingwerf niet rijk worden met Photanol? ‘Dat weet ik niet, ik kan niet in de goed doet krijg je muntjes, waarmee je bijvoorbeeld een beker voor in je prijzenkast toekomst kijken,’ antwoordt hij met Fries accent en dito nuchterheid: ‘Maar als je kunt kopen.’ De achtjarige Julio vertelt enthousiast over Rekentuin, een online re- vraagt of ik daarop zit te wachten? Nee. Het streven naar duurzaamheid en een lankenspel, gemaakt door UvA-psychologen waar hij op school en thuis mee werkt. Het getermijnperspectief voor de wereld is al sinds mijn promotieonderzoek naar de spel biedt kinderen uitdagende rekenspelletjes, leraren overzichtelijke voortgangs- energiehuishouding van bacteriën een thema voor mij. Die betrokkenheid vertaalt grafieken van hun pupillen en het voorziet de betrokken UvA-onderzoekers van zich vanzelfsprekend ook in de toepassing van mijn onderzoek. En dus houd ik me onderzoeksdata over de som-oplossende kinderen. bezig met de koolstofcyclus, omdat Westerse landen met overmatig verbruik van Het spel is een succes: ‘Trots! Onze 400 miljoenste opgave is zojuist gemaakt!’ twit- fossiele brandstoffen de CO2-concentratie in de lucht hebben opgedreven.’ terde het bedrijf op 23 september. ‘Dat is een schat aan data waar ik niet van had De concrete aanleiding om Photanol op te zetten was echter van pragmatischer aard. durven dromen toen ik acht jaar geleden voor mijn promotieonderzoek handmatig Hellingwerf wilde fotosynthese-onderzoek dat twintig jaar in de koelkast had gede schriftjes van basisschoolleerlingen stond te kopiëren!’, zegt initiatiefnemer staan nieuw leven in blazen, maar vermoedde dat het moeilijk zou worden daar een Marthe Straatemeier. beurs voor binnen te slepen. Daarom besloot hij met Teixeira de Mattos de UvAEr schuilen onvermoede toepassingen in academische kennis en daarom bombar- Holding te benaderen voor een start-up-investering. Dat bleek een goede zet. Ze deerde de UvA valorisatie in 2011 tot derde pijler van de universiteit. Ze spoort haar kregen budget voor een klein onderzoeksteam en merkten al gauw dat die wetenschappers aan zich naast veldbedrijvigheid de aandacht trok van werk, onderwijs, congresbezoek, het andere subsidieverstrekkers. Inmiddels doorploegen en schrijven van onder‘Het streven naar duurzaamheid en heeft ook cleantech-bedrijf Icos Capital zoeksartikelen ook bezig te houden met in het bedrijf geïnvesteerd en werkt een langetermijnperspectief voor het verspreiden van kennis buiten de Photanol samen met multinational spreekwoordelijke ivoren toren van de AKZO Nobel in een poging algen te de wereld is al sinds mijn promotie- maken die duurzame grondstoffen voor academie. Door beleidsadvies te geven, boekrecensies te schrijven, hulpverleonder meer verf produceren. onderzoek een thema voor mij’ ners in een wijkcentrum te adviseren, én Die fondsaanzuigende werking, dat is door hun onderzoek naar de markt te precies waarom de UvA inzet op valoribrengen en een onderneming te starten. Het pas tot Innovation Exchange Amster- satie, onderstreept ook Hans Amman, vicevoorzitter van het college van bestuur en dam herdoopte Bureau Kennistransfer en de UvA Holding bieden daarbij een steun- portefeuillehouder valorisatie. ‘Valorisatie helpt de UvA contact te houden met de tje in de rug met respectievelijk advies en financiering. Toch loopt het nog niet storm regio. Denk bijvoorbeeld aan de spin-off UvA Minds, waar ze kinderen met ADHD met die spin-offs. In 2013 stonden er dertien bij de UvA Holding geregistreerd. van de pillen af helpen met mindfulness therapie. Dat draagt bij aan het beeld Hoe vergaat het de onderzoekers die de markt al opgingen? Wat doen ze? En wat van een universiteit die midden in de samenleving staat, en daarmee halen we steeds drijft hen? vaker regionale, maar ook Europese subsidies binnen.’ Zo klinkt het valoriseren toch vooral als een pragmatische zet, als iets voor de bühne en niet als een ideologische keuze de maatschappij te verrijken met wetenschappelijke innovatie. ‘Ik zal het niet mooier maken dan het is,’ geeft Amman toe. ‘We kunnen het ons niet perGeldwolf De ervaringen zijn niet onverdeeld positief, zo blijkt tussen de imposante buizensys- mitteren te zeer afhankelijk te zijn van het immer slinkende Haagse budget voor temen in een kassencomplex op het Science Park. Hier bevindt zich algenfabriek hoger onderwijs en onderzoek en moeten ons geld dus elders vandaan halen. En Photanol, het geesteskind van hoogleraar microbiologie Klaas Hellingwerf en zijn zowel voor ontwikkelingspotjes van de regionale overheden als voor de grote Eurocollega Joost Teixeira de Mattos. Hellingwerf heeft vandaag zijn buik vol van het pese beursverstrekkers is het benutten van wetenschappelijke inzichten een belanguniversitair ondernemerschap. ‘Sommige collega-onderzoekers benaderen me alsof rijk criterium.’ Hij voegt er direct aan toe: ‘Dan gaat het om valorisatie in de breedik een geldwolf ben,’ verwoordt hij het stigma dat kleeft aan de ondernemende on- ste zin van het woord. Dus niet alleen om het opstarten van een bedrijf, maar ook derzoeker. Photanol draait om de algen die door de buizensystemen spoelen, en om het geven van voorlichting, het adviseren van overheden of het inrichten van een zonlicht en koolstofdioxide (CO2) omzetten in energie en zuurstof. Dat klinkt veel- tentoonstelling.’


12

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Bij de start-ups komt daar de durfkapitalist of het bedrijfsleven als mogelijke geldschieter bij. Via de uitvindersregeling profiteert de wetenschapper persoonlijk van zo’n commercieel succes, maar ook de UvA-Holding, die volledig eigendom is van de UvA, en de faculteit strijken ieder een derde deel op.

Algoritme

Ondernemingsplannen

‘In de wetenschap vind je mensen die de wereld vooruit willen helpen en niet per se voor het grote geld kiezen’

Hoewel de UvA dus vooral zakelijk naar valorisatie kijkt, zijn de universitaire ondernemingen vaak nuttig, duurzaam, helend of leerzaam. Dat geldt voor Photanol, UvA Minds, het wateroplosbaar plastic van chemici Gadi Rothenberg en Albert Alberts, en voor Rekentuin van psychologen Marthe Straatemeier en Han van der Maas. Die laatste wijt dat idealistische aan de initiatiefnemende wetenschappers. ‘In de wetenschap vind je mensen die de wereld vooruit willen helpen en niet per se voor het grote geld kiezen, anders hadden ze wel een ander vak gekozen. Nu ik een succesvolle start-up heb, bespreken collega’s hun ondernemingsplannen met me en die staan inderdaad bol van het idealisme. Dat is mooi, maar vervolgens is het goed dat een partij als de UvA-Holding het bedrijfsplan puur zakelijk bekijkt, anders gaat de zaak ten onder aan de geflopte idealistische ondernemingen.' Rekentuin ontstond toen Straatemeier als promovenda besefte dat ze nooit genoeg betrouwbare data bij elkaar zou krijgen als ze gebruik moest blijven maken van gekopieerde rekenschriftjes. Ze besloot een online rekenprogramma te ontwikkelen waar zowel kinderen als leerkrachten met plezier mee zouden werken en spendeerde de eerste jaren van haar promotie aan het schrijven van de ‘spaghetticode’ voor de eerste versie van Rekentuin. Toen in no-time twintig scholen ermee werkten, realiseerde promotor Van der Maas dat ze iets waardevols in handen hadden. En ook de UvAHolding was gauw overtuigd en bereid te investeren. Dat was een uitkomst, want Van der Maas vermoedt dat ze geen reguliere uitgever zo ver hadden gekregen geld te steken in hun plan. ‘Te vergezocht en te technisch.’ Inmiddels hebben tweehonderdduizend kinderen op dertienhonderd scholen een licentie van € 3,20 per jaar. Moederbedrijf Oefenweb bekostigt er negen volledige arbeidsplaatsen van en de gebruiksgegevens stromen overvloedig binnen. Promovendi gebruiken die bijvoorbeeld om in kaart te brengen wanneer kinderen een som intuïtief oplossen en wanneer ze bewust rekenen. Maar de voornaamste winst ziet Straatemeier in de lol die kinderen met het programma hebben. ‘Om goed te worden in iets ingewikkelds als rekenen, moet je gemotiveerd zijn om veel te oefenen en je moet gerichte feedback krijgen. Deliberate practice wordt dat genoemd. Met de programma’s Rekentuin en het jonge zusje Taalzee implementeren wij dat principe in het onderwijs.’ De sleutel daarbij is adaptiviteit: op basis van de prestatie van de gebruiker put het programma uit een verzameling oefeningen op iemands eigen niveau. Zo hebben zwakke leerlingen, voor wie reguliere lessen vaak demotiverend werken, ook succes en krijgen ze meer zelfvertrouwen. Ook de goede rekenaars, die tijdens een les gauw verveeld raken, worden uitgedaagd. Straatemeier: ‘Ik hoor van veel leerkrachten dat het werkt. Laatst hoorde ik over een zeventienjarige jongen die enthousiast liet zien hoe mooi zijn tuintje erbij stond. Zo’n jongen behoort niet tot onze doelgroep, maar toch maakt het me hartstikke trots als ons programma ook bij hem aanslaat.’

Een zelflerend computerprogramma, dat is ook wat hoogleraar Fonetiek en beginnend ondernemer Paul Boersma voor ogen heeft met de Good Vibrations Company waarvan hij mede-eigenaar is. Op zijn werkkamer in het Bungehuis tovert hij zijn iPhone tevoorschijn. Op het scherm verschijnt een witte cirkel waar

de woorden ‘vrolijk’, ‘verdrietig’, ‘gespannen’ en ‘ontspannen’ omheen staan. ‘Vandaag heb ik een brief naar Google gestuurd’, zegt Boersma in de microfoon. In de cirkel slaat een blauwe wijzer uit. Ergens tussen ‘vrolijk’ en ‘gespannen’ komt hij tot stilstand. Wanneer er feedback op het scherm verschijnt, schakelt Boersma zijn telefoon gauw uit. ‘Dat is nog even geheim.’ De hoogleraar is met collega’s op zoek naar een techbedrijf dat interesse heeft in hun concept, het wil overkopen of wil investeren in de verdere ontwikkeling. De basis van de app is een algoritme dat Boersma heeft ontwikkeld. Op grond van zo’n twintig eigenschappen als volume, spraaksnelheid, intonatie en complexere parameters als de duur dat de stembanden gesloten zijn, maakt het algoritme een inschatting van iemands gemoedstoestand. Momenteel is het vooral een concept, maar Boersma ziet legio toepassingen. Een app bijvoorbeeld, die gedurende de dag het gemoed van de gebruiker peilt en eventueel suggesties doet om een negatieve stemming te doorbreken, met een mooi filmpje, opbeurende muziek of een afleidend puzzeltje. Of een app die sporters helpt in de juiste stemming te komen voor een wedstrijd. ‘Waar het om gaat,’ vat Boersma de ideeën samen, ‘is dat we een veel natuurlijker interactie tussen mensen en apparaten kunnen ontwikkelen als apparaten emotie in spraak herkennen.’ Aan de interacties met apparaten ontkomen we niet, denkt Boersma. ‘De robots komen eraan en ik wil bijdragen aan de kwaliteit van leven

Euvision overgenomen door Qualcomm Euvision Technologies BV is overgenomen door Qualcomm, internationaal marktleider in next-generation mobiele chips. UvA-spin-off Euvision, opgericht om wetenschappelijke ideeën op de markt te brengen, levert software die ‘uitrekent’ wat er op digitale foto’s en video’s is te zien. Bij grote hoeveelheden digitaal beeld biedt dat uitkomst voor bedrijven, onderzoekers, politie en particuliere gebruikers. De software kan beelden sorteren, maar bijvoorbeeld ook beslissingen nemen.

door de interactie tussen mens en robot meer te laten verlopen zoals die tussen mensen onderling.’ Het ondernemerschap vindt Boersma leerzaam. ‘Ik leer andere mensen, met andere beweegredenen kennen en verdiep me ineens in hoe bedrijven zijn georganiseerd. Dat is verrijkend.’ Maar wat als uit zijn wetenschappelijk onderzoek blijkt dat de algoritmen waarop hij zijn app gebouwd heeft het humeur toch niet goed inschatten? Publiceert hij die gegevens dan? Brengt het ondernemerschap de wetenschappelijke integriteit niet in het geding? Boersma is daar niet zo bang voor. ‘Als wetenschapper sta je voortdurend voor dilemma’s. We willen allemaal veel publiceren om carrière te maken, maar toch doet bijna iedereen dat op een integere manier, zonder plagiaat, datamanipulatie of andere fraude. Zo’n bedrijfsbelang is niet wezenlijk anders.’ Ook collegelid Hans Amman gelooft dat onderzoekers eerlijke keuzes maken bij het valoriseren en er bijvoorbeeld voor zorgen dat wetenschappelijke vragen leidend zijn. ‘We zijn een universiteit en geen consultancy. Maar als er binnen dat wetenschappelijk kader ruimte is voor valorisatie, moeten wetenschappers daar werk van maken. Veel meer dan nu gebeurt.’ Amman heeft er vertrouwen in dat dat gaat lukken nu wetenschappers om zich heen zien dat valorisatie zijn vruchten afwerpt in de vorm van onderzoeksgeld. ‘Ondernemen zal meer gemeengoed worden op de universiteit en dan ook dat geldwolvenstigma kwijtraken. Dat is echt niet meer van deze tijd.’ •


13

UVA GESCHIEDENIS

Binding en beurzen 125 jaar Amsterdamse Universiteits-Vereniging De Amsterdamse Universiteits-Vereniging (AUV) viert haar 125-jarig bestaan. Naast de onderlinge verbondenheid zijn giften aan de universiteit en beurzen voor studenten terugkerende elementen in de geschiedenis van de vereniging.

A Koninklijk In 1889 wordt de Amsterdamse UniversiteitsVereniging (AUV) opgericht, met Koninklijke goedkeuring (beeld A). In 2014 bestaat de vereniging 125 jaar. Salaris Giften, schenkingen en legaten (beeld B) bieden de vereniging financiële armslag, waardoor zij subsidies kan verstrekken. Aanvankelijk is het de bedoeling dat de vereniging alle kosten van de universiteit voor haar rekening neemt, behalve het salaris van de hoogleraren.

C

D

Beurzen Al in 1895 bestaan er bepalingen voor de ondersteuning van onvermogende studenten met reis- en studiebeurzen (beeld C). In 1911 wordt het Studiefonds Gouda-de Vries opgericht, bedoeld voor protestantse studenten. Uit meerdere deelfondsen verstrekt de AUV in 1938 31 studiebeurzen aan noodlijdende studenten – slechts een fractie van de aanvragen. In 1965 zijn er zes deelfondsen waaruit studiebeurzen worden bekostigd. Anno 2014 keert het fonds op jaarbasis zo’n tweehonderd reisbeurzen uit.

E

Nobelprijs De AUV vult gemeentelijke investeringen aan voor onder meer de laboratoria van natuurkundigen Pieter Zeeman (beeld D) en Johannes Diderik van der Waals (beeld E). Zo draagt de vereniging in 1900 bij aan een instrument waarmee de verklaring van het Zeeman-verschijnsel kan worden bevestigd. Zeeman wint de Nobelprijs in 1902, Van der Waals in 1910. Cadeau Het AUV-jubileumgeschenk 2014, een bijdrage voor de Amsterdam Excellence Scholarships (zie ook pagina 32), is niet het eerste cadeau van de vereniging aan de universiteit. Ter ere van het vijftigjarig bestaan schenkt de vereniging het schilderij ‘Na de promotie’ van Nicolaas van der Waay (beeld F). Het schilderij uit 1896 toont een stoet hoogleraren die de toenmalige aula van de Gemeentelijke Universiteit bij de Oudemanhuispoort verlaat. De AUV koopt in de loop der tijd meerdere schilderijen en schenkt deze aan de universiteit. •

B F


14 LOOPBAAN

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Rena Netjes – 1966 @RenaNetjes • 1988 propedeuse Arabisch, Radboud Universiteit Nijmegen • 1992 Arabisch, UvA

CORRESPONDENT WORDEN AAN DE UVA

• 1998-2002 duoraadslid CDA in stadsdeel De Baarsjes, Amsterdam • 2006-2009 raadslid CDA centrale stad, Amsterdam • 2010 verhuizing naar Egypte • 2014 bij verstek veroordeeld tot tien jaar cel

tekst • Han Ceelen beeld • Kees Hummel

Nooit meer naar Egypte Rena Netjes haalde dit jaar alle voorpagina’s toen ze in Egypte tot tien jaar gevangenisstraf werd veroordeeld wegens ‘hulp aan terroristen’. Hoewel ze het land niet meer in mag, is ze vastbesloten erover te blijven berichten. Voor Rena Netjes is de interviewafspraak op Schiphol een pijnlijke herinnering aan het feit dat haar bewegingsvrijheid ernstig is ingeperkt. ‘Ik kan alleen nog veilig reizen binnen West-Europa’, zegt ze. ‘Daarbuiten loop ik de kans om te worden aangehouden op verzoek van de Egyptische autoriteiten.’ Netjes werd begin dit jaar in één klap wereldberoemd toen ze door de Egyptische regering werd aangeklaagd wegens ‘samenzwering en hulp aan terroristen’. Netjes wachtte haar proces niet af en vluchtte het land uit. In juni werd ze bij verstek veroordeeld tot tien jaar cel. Hoewel iedereen het erover eens was dat het proces een farce was (‘Knettergekkistan’, reageerde ze zelf op Twitter), betekent het waarschijnlijk dat ze Egypte nooit meer in kan. Verbanning Die verbanning was voor Netjes extra wrang omdat haar journalistieke carrière net op stoom begon te komen. Sinds ze zich in 2010 in Caïro vestigde, was ze een van de weinige westerse correspondenten in de stad die vloeiend Arabisch sprak. Behalve voor Het Parool, BNR en de NOS werkte ze ook

voor buitenlandse media als de BBC. ‘Die taal was echt mijn kracht,’ zegt ze. ‘Ik had geen vertaler of fixer nodig. Ik kon snel werken, en had overal toegang. Voor mensen die MiddenOostencorrespondent willen worden, heb ik één advies: ga Arabisch studeren. De journalistieke vaardigheden kun je later sneller bijleren.’ Wiedergutmachung Bij Netjes, opgegroeid in Overijssel, kwam de keuze voor haar studie op een opmerkelijke manier tot stand. Tijdens haar jeugd ontvingen haar ouders regelmatig groepen Israëlische jongeren die in het kader van de Wiedergutmachung naar Duitsland reisden. ‘Als dank voor hun gastvrijheid kregen ze van de gemeente Tel Aviv twee vliegtickets aangeboden. Zo kon ik met een vriendinnetje naar Israël. Ik werd verliefd op het land, en besloot Hebreeuws te gaan studeren aan de Radboud Universiteit Nijmegen.’ Omdat Hebreeuws in Nijmegen alleen nog als bijvak werd gegeven, koos Netjes als hoofdvak Arabisch. Na haar propedeuse verhuisde ze naar de UvA, waar ze een paar jaar later afstudeerde als arabist. ‘Ook in Amsterdam heb ik al mijn bijvakken volgestopt met Hebreeuws. Ik was echt heel fanatiek met die talen bezig. Ik deed aanvullende cursussen in Tel Aviv, Caïro, Beirut, Damascus. Ik heb me ook een aantal dialecten eigen gemaakt.’ Na haar studie begon Netjes een talenschool, en werd ze duoraadslid voor het CDA in Amsterdam. De eerste stap pakte goed uit, de tweede minder. Politiek bleek haar niet echt te liggen,

rena netjes

‘Ze denken dat we allemaal spionnen zijn’ en in 2009 raakte ze in opspraak toen ze een interview gaf aan de radicale islamitische website Al-yaqeen. ‘Stom, had ik niet moeten doen,’ blikt ze nu terug. ‘Maar de kritiek die ik kreeg van mensen als Afshin Ellian was totaal niet gebaseerd op feiten. Ongelooflijk dat die man voor Elsevier mag werken.’ Mediastorm Vijf jaar later is Netjes voor de tweede keer onderdeel van een mediastorm. Zelf gaat ze ervan uit dat ze werd aangepakt vanwege haar contacten met de Egyptische Al Jazeera-journalist Mohammed Fahmy. Maar eigenlijk doet de aanleiding er volgens haar niet toe. ‘Iedere journalist in Egypte loopt gevaar, zeker buitenlanders. Vier jaar geleden heetten de mensen ons welkom, nu denken ze vanwege de regeringspropaganda dat we allemaal spionnen zijn. Het is ongelooflijk hoe snel de stemming in het land is omge-

slagen. Door Egypte ben ik pas echt gaan begrijpen hoe dat in nazi-Duitsland moet zijn gegaan.’ Haar aanvaring met de Egyptische autoriteiten had ingrijpende persoonlijke gevolgen. Ze moest haar bezittingen in Caïro achterlaten en zag de relatie met haar Egyptische partner op de klippen lopen. Maar vanwege alle publiciteit (die ze zelf ook opzoekt) is ze professioneel drukker dan ooit. Ze wordt gevraagd voor radio- en televisiedebatten, verzorgt presentaties, schrijft een boek over haar ervaringen, en werkte onlangs mee aan een stuk in de New York Times. Kan ze dat ook op lange termijn blijven volhouden? Netjes: ‘Ik hoop het. Ik heb natuurlijk al 25 jaar ervaring in dat gebied. Ik heb mijn bronnen, en mijn netwerk is alleen maar groter geworden. Het nieuws volg ik ook vanaf hier op de voet. Ik word zenuwachtig als ik geen Arabische zenders heb.’ •


15 Bram Vermeulen – 1974 bramvermeulen.com; @bramvermeul • 1996 School voor Journalistiek, Tilburg • 1998 Internationale betrekkingen, UvA • 2001 correspondent NRC Handelsblad, NOS, Zuidelijk Afrika • 2008 Journalist van het Jaar • 2009 boek Help ik ben blank geworden • 2009 correspondent Istanbul • 2011-2012 VPRO-series In Turkije en Langs de grenzen van Turkije • 2013 winnaar Lira-correspondentenprijs, Dick Scherpenzeel Prijs. Correspondent Zuid-Afrika • 2014 VPRO-serie Dwars door Afrika

Bram Vermeulen

‘Hoe langer ik weg ben, hoe leuker ik Nederland vind’ Verhalen vertellen over mensen Bram Vermeulen werkt niet graag op plekken waar hij veel collega’s tegenkomt. Hij jaagt niet op die ene quote, maar wil verhalen vertellen, over verdriet, ambities, succes, falen. Ondanks zijn nachtvlucht uit ZuidAfrika ziet Bram Vermeulen er monter uit als hij het luchthavenrestaurant binnenwandelt. Een kwestie van gewenning, verklaart hij, nadat hij zijn kloeke reistas heeft geparkeerd. ‘Ik heb jarenlang in de driehoek Amsterdam, Istanbul, Kaapstad geleefd. Dan worden die vluchten onderdeel van je leven.’ Ook in een verder verleden was Vermeulen trouwens al gewend om nachten door te halen. Tijdens zijn studie Internationale betrekkingen

aan de UvA werkte hij ’s nachts bij de NOS-radio. ‘In Hilversum was ik rond achten klaar, en een uur later schoof ik in Amsterdam aan voor een college van Kees van der Pijl of Gerd Junne.’ Vermeulen bewaart goede herinneringen aan zijn Amsterdamse studietijd, die hij als verdiepend ervoer na vier jaar School voor Journalistiek in Tilburg. ‘Inhoudelijk stelde die school niet zo veel voor, dus ik was blij dat ik nog twee jaar kritisch heb leren nadenken. Al moet ik er bij zeggen dat ik betwijfel of onderwijs wel zoveel invloed heeft. Misschien is de belangrijkste functie van opleidingen wel dat ze mensen bij elkaar brengen die hetzelfde willen. Veel collega’s met wie ik nog steeds dagelijks contact heb, zoals Arjen van der Horst en Ron Linker (NOS-correspondenten in respectievelijk Washington en Parijs; ook Linker studeerde later aan de UvA, red.), heb ik in Tilburg ontmoet.’

Zolder Journalistiek, vindt Vermeulen, is een vak dat je vooral leert in de praktijk. Hij begon daar vroeg mee. Op de lagere school in het Gelderse Wamel won Vermeulen al opstelwedstrijden, en een paar jaar later knutselde hij met wat vriendjes op de zolder van het ouderlijk huis een eigen radiostudio in elkaar. ‘Onze zendapparatuur was een soort babyfoon. We hadden een bereik van drie huizen en draaiden de hele dag hetzelfde plaatje: Tarzan Boy.’ Tijdens zijn studies ging hij op dezelfde voet verder: ‘Ik liep stages, schreef voor lokale kranten, werkte freelance voor de Wereldomroep. Ik verdiende niks, maar dat kon me niets schelen.’ Na zijn afstuderen wilde Vermeulen weg uit Nederland. Als student was hij twee keer in Zuid-Afrika geweest, en hij had zich heilig voorgenomen daar eens terug te keren als correspondent. ‘Dus ben ik maar brieven gaan schrijven en chefs gaan bellen met de boodschap: “Hallo, ik ben Bram Vermeulen, hebben jullie een correspondent nodig?”’ Keer op keer kreeg hij nul op het rekest, tot NRC Handelsblad in 2001 een vacature plaatste voor een correspondent in Zuid-Afrika. ‘Daar heb ik op gereageerd, en hoewel ik de jongste was en de minste ervaring had, hebben ze toen de fout gemaakt mij te nemen.’ (lacht) Zowel als schrijvend journalist als (later) televisiemaker nam Vermeulens loopbaan een hoge vlucht. Hij werd in 2008 journalist van het jaar, publiceerde in 2009 een boek over ZuidAfrika, en verhuisde naar Turkije,

waar hij voor de VPRO twee veelgeprezen televisieseries maakte. Eind 2013 keerde hij terug naar zijn oude standplaats Kaapstad. Periferie Het werken in landen die zich in de periferie van het wereldnieuws bevinden, bevalt Vermeulen uitstekend. ‘Ik houd niet van plekken waar ik veel collega’s tegenkom. Ik zou nooit in Den Haag willen werken. Hier is ook nieuws genoeg, en ons werk is in wezen overal hetzelfde. Je moet verhalen vertellen over mensen: over verdriet, ambities, succes, falen. En die verhalen moeten iets betekenen voor het publiek thuis. Dat is het. Niet meer en niet minder.’ De goede correspondent onderscheidt zich volgens Vermeulen door er veel op uit te gaan. ‘Het gaat echt om being there, om dingen met eigen ogen te zien. Dat geldt trouwens ook voor wetenschappers, vind ik. Praat niet je collega’s na, maar ga zelf kijken.’ Dat het correspondentschap ook keerzijden heeft, ondervond Vermeulen toen zijn Afrikaanse vriendin niet kon aarden in Turkije, en met hun dochter terugkeerde naar huis. ‘Dat was even doorbijten,’ geeft hij toe. Maar intussen is ‘het universum weer hersteld’ en is het contact met zijn dochter goed. Een veelgenoemde valkuil is dat je te vergroeid raakt met je standplaats. Maar daar heeft Vermeulen geen last van. Over een tijdje ziet hij zichzelf best terugkeren naar Amsterdam. ‘Hoe langer ik weg ben, hoe leuker ik Nederland vind.’ •


16 UVA IN BEWEGING Nieuwe opleiding brengt politicologie, psychologie, recht en economie samen Dit studiejaar is de eerste lichting studenten begonnen aan de Engelstalige bacheloropleiding Politics, Psychology, Law and Economics (PPLE). De internationaal georiënteerde opleiding verbindt de vier vakgebieden en plaatst grote maatschappelijke vraagstukken centraal. Uit meer dan vierhonderd aanmeldingen zijn zo’n honderd talentvolle studenten geselecteerd.

Opening Advanced Research Center for Nanolithography OCW-staatssecretaris Sander Dekker en ASMLpresident Martin van den Brink openden het Advanced Research Center for Nanolithography (ARCNL). Dit onderzoekscentrum op het Amsterdam Science Park is een publiek-private samenwerking tussen de Stichting voor Fundamenteel Onderzoek der Materie (FOM), de UvA, de VU en ASML, producent van lithografiemachines voor de chipindustrie. ARCNL verricht fundamenteel onderzoek op het gebied van de nanolithografie, in het bijzonder voor toepassingen in de halfgeleiderindustrie. In eerste instantie richt het centrum zich op de fysische en chemische processen die cruciaal zijn voor lithografie met extreem ultraviolet licht.

UvA-master Logic ‘het beste programma’

UvA lanceert site over campusontwikkeling

De master Logic aan de UvA heeft de status excellent toegekend gekregen van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO). Het visitatiepanel van de NVAO beoordeelt Logic ‘als een van de beste, zo niet het beste programma op het gebied van logica ter wereld’.

Op campus.uva.nl vinden geïnteresseerden informatie over de laatste ontwikkelingen rondom de bouw en ontwikkeling van de Binnenstadscampus en de Roeterseilandcampus. In films wordt verteld waarom de UvA de campussen bouwt, hoe de werkzaamheden verlopen en hoe de campus er straks gaat uitzien. De disciplines Sociologie, Antropologie, Sociale geografie en planologie, Politicologie, Onderwijskunde en Pedagogiek, en Communicatiewetenschap van de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen hebben afgelopen zomer hun intrek genomen in de nieuwe gebouwen op de Roeterseilandcampus.

Huawei en UvA lanceren ‘Telecom Seeds for the Future’-programma Ict-dienstverlener Huawei is in samenwerking met de UvA begonnen met het eerste ‘Telecom Seeds for the Future’-programma in Nederland. Dit programma biedt studenten de kans hun vaardigheden en branchekennis in de ict te bevorderen en tegelijkertijd ervaring op te doen bij het Chinese bedrijf. Vijftien excellente studenten op het gebied van Science & Ict en Economics & Business reisden deze zomer naar China. Aan de Beijing University of Language and Culture kregen zij les in de Chinese taal en cultuur. Vervolgens deden ze een week praktijkervaring op bij het hoofdkwartier van Huawei in Shenzhen.

Google, KB en UvA voegen 100.000 titels toe aan online bibliotheek De UvA haakt aan bij de succesvolle samenwerking tussen de Koninklijke Bibliotheek (KB) en Google, die 235.000 titels uit de collectie van de KB voor iedereen online toegankelijk hebben gemaakt. De komende twee jaar zal Google honderdduizend unieke, vaak eeuwenoude boeken van de bibliotheek van de UvA digitaliseren. Alle boeken komen online voor iedereen wereldwijd gratis beschikbaar via Delpher en Google.

UvA opnieuw beste Nederlandse universiteit in QS World University R ankings Net als de afgelopen vier jaar is de UvA de hoogst genoteerde Nederlandse universiteit in de QS World University Rankings. De UvA stijgt in de overall ranglijst naar een wereldwijde vijftigste plaats. Vorig jaar stond de UvA nog 58ste. Ook in de Faculty Area Rankings, de beoordeling per wetenschappelijke discipline, zit de UvA in de lift. Drie wetenschapsgebieden bezetten dit jaar een positie in de internationale top-50. Vooral Life Sciences & Medicine maakt een sprong, van plaats 58 in 2013 naar plaats 37 dit jaar. Social Sciences & Management is wereldwijd 42ste (vorig jaar 48ste) en Arts & Humanities staat 46ste (vorig jaar 50ste). Verder klimt Natural Sciences van plaats 116 naar 100 en Engineering & Technology van 159 naar 137. In de World University Rankings 2014-2015 van Times Higher Education stijgt de UvA naar de 77ste plaats. Vorig jaar stond de UvA nog op plek 83.

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Krachten bundelen in big data en stedelijke problematiek De UvA en de VU gaan samenwerken met het nieuw opgerichte Amsterdam Institute of Advanced Metropolitan Solutions (AMS), een initiatief van TU Delft, Wageningen UR en het Massachusetts Institute of Technology (MIT) en partners. In eerste instantie worden de krachten gebundeld op het gebied van big data en social sustainability.


17

PROEFSCHRIFT

HATE SPEECH ‘ In Nederland zijn we de laatste jaren opgeschoven naar de Amerikaanse interpretatie van uitingsvrijheid’ Ze leverde een vuistdik proefschrift af waarin ze meer dan honderd rechtszaken over hate speech onderzocht. Esther Janssen vindt dat de vrijheid van Meningsuiting duidelijker moet worden begrensd.

Esther Janssen – 1980 E.H.Janssen@uva.nl • 2000 propedeuse Franse taal- en letterkunde • 2004-2006 juridisch adviseur Nederlandse Vereniging voor Journalisten • 2007 Nederlands recht • 2007-2008 juridisch medewerker Van Kaam Advocaten • 2014 promotie op proefschrift Faith in Public Debate, an Inquiry into the Relationship between Freedom of Expression and Hate Speech pertaining to Religion and Race in France, the Netherlands and European and International Law

?@!#%$ !#$?@

Wat heeft u precies onderzocht? ‘Mijn onderzoek gaat over de verhouding tussen de vrijheid van meningsuiting en discriminatie op grond van religie en ras. Het is vaak niet duidelijk waar het vrije publieke debat, bijvoorbeeld over immigratie, integratie of de islam, overgaat in hate speech. Hate speech omvat alle uitlatingen die minderheden stigmatiseren en beledigen en die aanzetten tot intolerantie, haat en discriminatie. Het is een term uit het internationale recht voor delicten die in verschillende landen op verschillende manieren in het rechtssysteem zijn ingebed.’ Verschilt het verbod op hate speech per land? ‘Tot op zekere hoogte wel ja. Veel landen hebben internationale verdragen ondertekend waarmee ze zich verplichten hate speech te beperken, maar daar vloeit geen heldere verplichting tot strafbaarstelling en vervolging uit voort. Ik heb het Nederlandse recht vergeleken met het Franse recht en daar zitten grote verschillen in. In Nederland hebben we twee delicten: ten eerste groepsbelediging en ten tweede aanzetten tot haat, discriminatie en geweld op basis van ras en religie. De rechter heeft veel ruimte om deze delicten te interpreteren. In de zaak tegen Geert Wilders in 2008 heeft de rechter het belang van het publieke debat, en zijn rol als politicus daarin, zwaarder laten wegen dan de discriminerende inhoud van zijn uitlatingen. In Frankrijk zal dat niet snel gebeuren. Daar zijn meer delicten in de wet vastgelegd, die de rechter strikt moet toepassen. Behalve groepsbelediging en aanzetten tot haat en discriminatie kent het Franse rechtsstelsel ook nog groepssmaad en Holocaustontkenning.’ Is het Franse stelsel beter? ‘Frankrijk heeft wel een wat paternalistische opvatting van de uitingsvrijheid. Racistische uitlatingen in het publieke debat worden niet getolereerd, omdat ze indruisen tegen de menselijke waardigheid die is vastgelegd in de grondwet. In Nederland zijn we de laatste jaren een beetje opgeschoven naar de Amerikaanse interpretatie. Dat is ook in de rechtspraak gebeurd zonder dat er democratisch over is besloten. In Amerika dient de overheid zich neutraal op te stellen.

tekst • Robin van Wechem beeld • Mattmo

Uitlatingen mogen niet zomaar worden verboden op grond van hun racistische strekking. De grenzen moeten in het vrije debat zelf worden vastgesteld, omdat het debat de democratie legitimeert. De grens van de vrijheid van meningsuiting wordt pas bereikt als de openbare orde in gevaar komt, als er geweld dreigt.’ Is het een probleem dat we in Nederland zijn opgeschoven naar de Amerikaanse interpretatie? ‘We hebben hier wettelijke beperkingen van de uitingsvrijheid omdat we racistische uitlatingen willen verbieden, net als in Frankrijk. Die delicten moeten effectief worden gehandhaafd. Als we dat niet meer willen, omdat we tegenwoordig meer belang hechten aan de uitingsvrijheid, dan moeten we de hate speechbepalingen uit de strafwet halen. Ik ben daar geen voorstander van, omdat dat ingaat tegen onze internationale verdragsverplichtingen.’ Vindt u dat Geert Wilders in 2008 onterecht is vrijgesproken? ‘De rechter motiveerde de vrijspraak met een zeer ruime interpretatie van religiekritiek. Bij religiekritiek is de scheidslijn tussen kritiek op de ideeën en praktijken van een religie en kritiek op personen niet altijd helder. De uitspraak dat Marokkanen op basis van hun religie inherent crimineel zijn, is gek genoeg beoordeeld als een vrij debat over religie. Nu wordt Wilders waarschijnlijk vervolgd voor zijn uitspraak over minder Marokkanen. Als je op basis van etnische of nationale afkomst negatieve eigenschappen aan een groep toedicht of een bepaalde politiek wilt voeren, is dat discriminatie. Ik denk dat hij in deze zaak wel veroordeeld kan worden.’ Wat is de uiterste grens aan de vrijheid van meningsuiting? ‘De uiterste grens is bereikt als iemand zijn eigen vrijheid van meningsuiting misbruikt om de grondrechten van anderen te vernietigen. Dat schendt het beginsel van menselijke waardigheid. In Nederland hebben we dat beginsel nog niet vastgelegd in de grondwet, al ligt er wel een wetsvoorstel voor. Ik denk dat dat een kompas kan zijn voor de rechter bij het beoordelen van hate speech.’ •


18 WETENSCHAP

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

tekst • Bennie Mols beeld • Sebastian Kaulitzki

Therapie op maat tegen borstkanker

Borstkanker is de meest voorkomende kankersoort bij vrouwen. Jaarlijks krijgen ongeveer dertienduizend vrouwen in Nederland borstkanker. Tumoren zijn nooit identiek, vandaar dat er talloze soorten borstkanker bestaan. De meest voorkomende vorm is verantwoordelijk voor zeventig procent van alle borstkankergevallen en heet ER+ (estrogen receptor positive). Deze vorm is redelijk goed behandelbaar. Nadat de tumor is weggehaald, krijgt de patiënt jarenlang een hormoontherapie om ervoor te zorgen dat tumorcellen zich niet opnieuw vermenigvuldigen. Helaas reageert veertig tot vijftig procent van de vrouwen na een aantal jaren niet meer op de hormoontherapie. Pernette Verschure van het Swammerdam Institute for Life Sciences (SILS) van de UvA heeft het Europese project EpiPredict opgezet om het ontstaan van die resistentie op basis van de zogeheten ‘epigenetica’ te onderzoeken. Epigenetica gaat over veranderingen van genfuncties zonder dat het DNA daar zelf voor zorgt. Het project EpiPredict gaat officieel op 1 januari 2015 van start (zie kader). ‘Kunnen we op basis van de epigenetica voorspellen hoe resistentie tegen hormoontherapie ontstaat? Dat is de grote uitdaging’, zegt Verschure. ‘Binnen het Europese project gaan wij die uitdaging aan door op celniveau te onderzoeken waarom cellen niet binnen hun normale epigenetische programma blijven en hoe we ze weer terug op de rails kunnen krijgen. Technisch gezien stelt dat hoge eisen: we hebben instrumenten nodig die binnen een enkele cel nauwkeurig kunnen meten hoeveel er van een bepaald molecuul aanwezig is. Bovendien willen we de epigenetische samenstelling van die cellen kunnen veranderen. Ik realiseerde me

dat ik deze uitdaging het beste samen met Europese partners kon aanpakken.’ Hongerwinter Cruciaal in het onderzoek van Verschure en haar Europese team is de rol van epigenetica in het aanen uitzetten van genen. Terwijl elke lichaamscel precies dezelfde genetische informatie bevat, wordt in ieder celtype (bijvoorbeeld hersencellen of hartcellen) een unieke set genen afgeschreven. Het relatief jonge vakgebied van de epigenetica bestudeert hoe epigenetische factoren ervoor zorgen dat genen worden in- en uitgeschakeld in verschillende delen van het lichaam. Verschure: ‘Er is een soort extra informatielaag die over het DNA heen ligt en die genfuncties stuurt via het opvouwen van het genoom in de kern van de cel. Verschillende omgevingsfactoren zoals stress, beweging en voeding kunnen de epigenetische aansturing van genen veranderen. Ik ben geïnteresseerd in de moleculaire mechanismen die deze epigenetische laag aansturen in gezonde cellen en in situaties waarin cellen ontsporen.’ Epigenetica werkt generaties lang door. Het is bijvoorbeeld de oorzaak van het merkwaardige feit dat het nageslacht van hongerwintermoeders tijdens de Tweede Wereldoorlog een veranderde epigenetische samenstelling vertoont. De kinderen en kleinkinderen van hongerwintermoeders die honger hebben geleden in een heel vroeg stadium van hun zwangerschap, blijken een verhoogd risico te hebben op ziekten zoals hart- en vaatziekten, obesitas en diabetes. Kennelijk kan ondervoeding van de zwangere moeder leiden tot

Europees Project EpiPredict Het project EpiPredict ontving een Europese Horizon 2020-subsidie van 2,8 miljoen euro voor onderzoek naar oorzaken en oplossingen van resistentie tegen hormonale therapie bij borstkanker. Het project gaat in januari 2015 van start en heeft een looptijd van vier jaar. EpiPredict is een initiatief van Pernette Verschure. Zij is ook verantwoordelijk voor de coördinatie. In totaal doen vijftien instellingen uit acht landen mee (waaronder de prestigieuze universiteiten Imperial College London, het Deutsches Krebsforschungszentrum, de University of Milano-Bicocca en ETH Zürich). Twaalf promovendi zullen hun onderzoek binnen EpiPredict verrichten. Drie van hen komen aan de UvA te werken. Naast wetenschappelijk onderzoek verzorgt EpiPredict de opleiding van de promovendi, waarin naast academische vaardigheden ook bedrijf en ondernemerschap, debatteren en het uitdragen van bevindingen naar de maatschappij worden onderwezen.


19 UvA-onderzoeker Pernette Verschure leidt een nieuw Europees project, dat de rol van epigenetica bij het probleem van hormoonresistentie bij borstkanker wil blootleggen: EpiPredict. ‘De grote uitdaging is of we kunnen voorspellen hoe die resistentie ontstaat. Waarom ontsporen cellen, en hoe krijgen we ze terug op de rails?’

Pernette Verschure – 1965 P.J.Verschure@uva.nl • 1990 Medische biologie, UvA • 1995 promotie Biomedische wetenschappen, Radboud Universiteit Nijmegen • 1996-1997 gastonderzoeker Smith Kline Beecham Pharmaceuticals, Philadelphia (VS) • 1996-1998 postdoc onderzoeker E.C. Slater Instituut, UvA • 1998-2003 hoofdonderzoeker (NWO-PULS fellow), Swammerdam Institute for Life Sciences (SILS), UvA • 2000-2001 gastonderzoeker Dept Cell-Structural Biology, University of Illinois, Urbana (VS) • 2003-2007 hoofdonderzoeker (NWO-VIDI fellow), SILS, UvA • 2007-2013 universitair docent (NWO-Meervoud fellow), SILS, UvA • 2013-heden universitair hoofddocent, SILS, UvA • 2014 EU Horizon2020-subsidie voor EpiPredict

een veranderde epigenetische aansturing van genen in de ongeboren vrucht, die generaties lang wordt doorgegeven. Het ontstaan van hormoonresistentie bij borstkanker wordt al langer bestudeerd, maar de invalshoek van de epigenetica is relatief nieuw. Verschure geeft aan dat epigenetica ook een rol speelt bij de resistentie die cellen in de borst kunnen ontwikkelen tegen de hormoontherapie die borstkankerpatiënten krijgen. ‘Het zou kunnen dat enkele cellen al van begin af aan ongevoelig waren en dat het aantal ongevoelige cellen tijdens de hormoontherapie gestaag toeneemt.

De kans op borstkanker Vrouwen hebben een kans van 1 op 8 om gedurende hun leven borstkanker te krijgen. Die kans hangt echter sterk af van de leeftijd. Voor een dertigjarige vrouw is de kans op borstkanker voor de komende tien jaar 1 op 192. Voor een vrouw van vijftig is die kans gestegen naar 1 op 35. Driekwart van de vrouwen die borstkanker krijgen is ouder dan vijftig. Borstkanker kan ook bij mannen voorkomen, maar dat is zeldzaam: in Nederland krijgen jaarlijks zo’n honderd mannen de ziekte. (Bron: KWF Kankerbestrijding)

Het zou ook kunnen dat de epigenetische regulatie van alle cellen geleidelijk verandert van niet-resistent naar resistent.’ Multidisciplinair Behalve de epigenetica heeft het Europese project EpiPredict nog twee andere belangrijke componenten. Verschure: ‘In het project willen we een aanzet maken tot het voorspellen van resistentie tegen hormoontherapie op basis van individuele patiënten met hun eigen epigenetische samenstelling, ofwel personalized medicine. We weten nu niet waarom sommige

‘We weten nu niet waarom sommige vrouwen wel en andere niet resistent worden’ vrouwen wel en andere niet resistent worden.’ De andere belangrijke component van het EpiPredictproject is wat wetenschappers systeemgeneeskunde noemen. Verschure: 'We weten dat veel ziekten heel complex gereguleerd zijn. We kunnen ons niet meer beperken tot één gen. Verreweg de meeste ziekten zijn zo complex dat je ze op verschillende niveaus moet bestuderen: de epigenetische laag, de mate van afschrijven van de genen, de mate van eiwitten in de cel, maar ook de hormoonhuishouding en stof-

wisseling. We gaan bio-informatica gebruiken om de metingen op verschillende niveaus van informatie aan elkaar te koppelen en om de statistische informatie uit grote hoeveelheden data te halen. We proberen het systeem als geheel te begrijpen uit de wisselwerking tussen die niveaus.’ De expertise van de onderzoeksgroep van Verschure ligt behalve op het terrein van de epigenetica ook in het begrijpen van de werking van de genetische en epigenetische samenstelling van individuele cellen. ‘Al jaren onderzoek ik met mijn team wat er gebeurt als we kleine stukjes DNA met belangrijke regelfuncties integreren in het genoom van een cel. We bestuderen de epigenetische veranderingen tot op het niveau van enkele moleculen. Naast de experimentele metingen simuleren we de epigenetische regelmechanismen met computermodellen. Dat heeft als voordeel dat we kunnen aanpassen wat we maar willen, ook dingen die we in een biologisch experiment niet kunnen veranderen of niet kunnen meten.’ De combinatie van biologische experimenten met computermodellen en bio-informatica toont het multidisciplinaire karakter van het moderne borstkankeronderzoek. Dat de vierjarige looptijd van het EpiPredict-project kort is, realiseert Verschure zich. ‘Ik hoop dat we aan het einde van het project een model hebben dat gebruikt kan worden om de kans op resistentie tegen hormoontherapie bij borstkanker op basis van de epigenetica te voorspellen. Hoe dat er in de praktijk uit gaat zien? Het mooiste zou zijn als we dat op basis van een eenvoudige test zouden kunnen meten. Daar ligt wat mij betreft de toekomst.’ •


20 WETENSCHAP Spui —

kort nieuws De wetenschappelijke kennis neemt dagelijks toe. Onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam dragen daaraan bij met proefschriften, papers en andere publicaties. Een selectie van recente resultaten.

GEESTESWETENSCHAPPEN

Concurrentiedrift verklaart ontstaan actualiteitenrubriek

Gemengd huwelijk geen maatstaf voor culturele integratie

Wie nu naar de Nederlandse televisie kijkt, struikelt bijna over de actualiteitenrubrieken. Hoe is dit journalistieke genre ontstaan? Concurrentiedrift en het streven naar machtsbehoud bleken belangrijke drijfveren voor journalistieke innovatie. Dat blijkt uit promotieonderzoek van Mirjam Prenger. Zij verdiepte zich voor haar proefschrift Achter het nieuws en de geboorte van de actualiteitenrubriek in de geschiedenis van Achter het nieuws, het toonaangevende en spraakmakende journalistieke televisieprogramma van de VARA in de jaren zestig, en KRO’s Brandpunt, de grote concurrent.

Een gemengd huwelijk heeft een grotere kans van slagen als de partners onderlinge verschillen weten te overbruggen. Dat stelt Leen Sterckx in haar promotieonderzoek Trouwen met een vreemdeling, naar jonge Turkse en Marokkaanse Nederlanders die een gemengd huwelijk sluiten. De meeste Nederlanders van Turkse en Marokkaanse afkomst zoeken een partner binnen eigen kring. Sterckx richtte zich juist op degenen die dit patroon doorbreken. Zij ontdekte dat gemengd gehuwden naar hun omgeving toe vooral hun gelijkwaardigheid benadrukken. Onder hoogopgeleiden is dat hun gelijke opleidings-, denk- of ambitieniveau; onder medegelovigen hun gelijkwaardige religieuze beleving. Ondanks de gemeenschappelijkheid binnen de relatie, wordt het verschil met de buitenwereld juist benadrukt. Daarmee bevordert een gemengd huwelijk niet per definitie culturele integratie.

MAATSCHAPPIJ- EN GEDRAGSWETENSCHAPPEN

Leiding NSB wist knokploegen niet te beheersen

Startende juf en meester in stad voelen zich gestrest

De NSB-leiding was nauwelijks in staat om haar weerkorpsen – extreemrechtse knokploegen – te beheersen. De politieke stroming leed daarom vooral in Amsterdam sterk onder de gezagloosheid van de aanhang. Dit blijkt uit het proefschrift Weerkorpsen. Extreemrechtse strijdgroepen in Amsterdam, 1923-1942 van Gertjan Broek. De Amsterdamse weerkorpsleden stelden er een eer in het politieke debat te smoren in geweld. De draagwijdte van het radicalisme en de antiburgerlijke gezindheid onder deze fascisten van eigen bodem is duidelijk onderschat. Deze onderschatting leidde ten onrechte tot het idee dat hun geweld van weinig betekenis is geweest.

Veel beginnende basisschoolleraren die in een grote stad werken, voelen een hoge werkdruk en ervaren veel stress. De problemen waarmee zij te maken krijgen, hangen in grote mate samen met de samenstelling van de leerlingenpopulatie op hun school. Dit blijkt uit het proefschrift Supporting Beginning Teachers in Urban Environments van Lisa Gaikhorst. Zij onderzocht hoe een beginnende leraar beter toegerust kan worden op het lesgeven in het basisonderwijs in een grootstedelijke omgeving. Gaikhorst, die zelf enkele jaren lesgaf op een basisschool in de Amsterdamse Bijlmer, vroeg leraren van verschillende typen ‘stadse’ scholen in Amsterdam en Utrecht naar de problemen waar ze tegenaan liepen. Dat waren onder meer onveilige situaties in en rond de school en de omgang met een cultureel diverse leerlingensamenstelling. Goede begeleiding van de beginnende leerkracht is juist in deze specifieke stadse situaties van groot belang.

Westers vijandbeeld in Egypte niet geradicaliseerd In islamistische vertogen in Egypte is er geen sprake van een radicalisering van het vijandbeeld over het Westen. Dit concluderen onderzoekers van het Amsterdam Centre for Middle Eastern Studies (ACMES) van de UvA in een studie naar de beeldvorming over het Westen in het publieke debat in Egypte na de val van president Mubarak in 2011. Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Veiligheid en Justitie en Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). In alle vertogen – zowel liberaal, conservatief, islamistisch als links-revolutionair – geldt dat het Westen hypocrisie wordt verweten. Amerika, de Europese Unie of simpelweg het Westen, wordt voorgesteld als entiteit die zich tooit met aantrekkelijke idealen als democratie, mensenrechten en vrijheid, maar deze niet in de praktijk brengt in het Midden-Oostenbeleid.

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Invloed situatie op uit de hand lopen jeugdgeweld groter dan gedacht De kans dat jongeren buitensporig geweld plegen en daar volledig in opgaan, is groter als slachtoffers op de grond belanden. Dit concludeert UvA-socioloog Don Weenink na het analyseren van 159 geweldssituaties in Nederland. Ook als familieleden aanwezig zijn in de groep waartoe de daders behoren, of als er veel omstanders aan de kant van de geweldplegers staan, kan geweld makkelijker escaleren.

Aandacht voor ‘ bezetenheid door geesten’ kan helpen bij behandeling trauma Culturele verklaringsmodellen en aandacht voor lokale systemische interventies kunnen helpen bij de behandeling van patiënten met dissociatieve klachten, toegeschreven aan bezetenheid door geesten. Dit is een van de conclusies in het onderzoek van Marjolein van Duijl naar de relatie tussen bezetenheid door geesten, dissociatieve symptomen en traumatiserende ervaringen in Oeganda. Van Duijl probeert bezetenheid door geesten te begrijpen als manier waarop mensen in Oeganda uitdrukking geven aan hun problemen. Op die manier wil zij de kloof overbruggen tussen de westerse psychiatrie en lokale verschijnselen en verklaringen.


UvA-nieuws alumni.uva.nl /nieuws

www

21

Katalyse in nanobolletjes Bij het Van ’t Hoff Institute for Molecular Sciences is het chemici gelukt om homogene katalyse uit te voeren bij uitzonderlijk hoge katalysatorconcentraties. In het wetenschappelijke tijdschrift Angewandte Chemie beschrijven ze hoe ze dat met moleculaire nanobolletjes voor elkaar kregen. Ze verwachten dat hun aanpak tot nieuwe chemische omzettingen zal leiden.

MEDISCHE WETENSCHAPPEN

Adem van IC-patiënt verraadt longschade Intensive care-patiënten die aan de beademing liggen, hebben vaak een infectie of acute schade aan de longen. Het is moeilijk dit gevaar in een vroeg stadium op te sporen om vervolgens gericht te kunnen behandelen. Door uitgeademde lucht te analyseren, lijkt een vroege diagnose wel mogelijk. Lieuwe Bos promoveerde op een onderzoek in het AMC naar deze nieuwe vorm van diagnostiek om longinfecties en acute longschade op te sporen.

Inenten tegen diabetes Diabetes type 2 (ouderdomsdiabetes) is te herleiden tot een ontsteking. Zogeheten gram-negatieve bacteriën worden al twintig jaar in verband gebracht met het ontstaan van deze aandoening. Het was echter onbekend om welke soort het gaat. Om de boosdoener te vinden, richtte internist Max Nieuwdorp zich op de vraag hoe mensen met overgewicht diabetes krijgen. Hij ontdekte dat zij ontstoken buikvetweefsel hebben. Er bleken meerdere soorten gram-negatieve bacteriën aanwezig in dit weefsel, maar de meest voorkomende was de Ralstonia Pickettii. Hoe meer Ralstonia er in de darmen zat, hoe groter de aanwezigheid van de bacterie in het buikvetweefsel. En hoe meer de patiënt in kwestie kampte met insulineresistentie en het metaboolsyndroom, dat gekenmerkt wordt door veel buikvet, een verhoogde bloeddruk, veel vetten in het bloed en een stijging van de bloedsuikerspiegel. In vervolgonderzoek bekijkt Nieuwdorp onder meer of obese mensen kunnen worden beschermd tegen diabetes door hen tegen de Ralstonia-bacterie te vaccineren

Cultuur bepaalt kraamzorg Niet-westerse allochtonen maken minder gebruik van kraamzorg dan autochtone Nederlanders. Dat blijkt uit de langlopende ABCD-studie van het AMC en de GGD Amsterdam, onder zo’n vierduizend moeders en hun pasgeboren kinderen. De verschillen in gebruik van de professionele zorg lijken consequenties te hebben voor de gezondheid van de baby’s. In gezinnen waar geen professionele zorg kwam, werd bijvoorbeeld significant vaker binnenshuis gerookt en werd minder borstvoeding gegeven. Van de autochtone moeders uit de onderzoeksgroep blijkt 95 procent de eerste weken na de geboorte professionele hulp van een kraamverpleegkundige te hebben gekregen. Onder allochtone moeders schommelde dat percentage tussen 70 procent voor bijvoorbeeld Ghanese vrouwen, 79 procent voor Marokkaanse moeders en 85 procent voor Antilliaanse moeders.

Toekomst mensapen in Afrika bedreigd door palmolie Het veelgebruikte palmolie zou in de toekomst een grote bedreiging voor mensapen zoals gorilla’s en chimpansees kunnen worden. Gebieden in Afrika waar in de toekomst palmolie wordt gewonnen, bedekken namelijk ongeveer zestig procent van het leefgebied van deze apen. Dat blijkt uit de eerste globale analyse van een internationaal onderzoeksteam onder leiding van Serge Wich, hoogleraar aan de UvA en de Liverpool John Moores University. De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het vakblad Current Biology. Volgens de onderzoekers is het noodzakelijk om richtlijnen voor de uitbreiding van oliepalmen te ontwikkelen, zodat de negatieve effecten op apen worden beperkt.

NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA

Voortbestaan keizerspinguïn op glad ijs Aan het eind van deze eeuw zal de wereldwijde populatie van keizerspinguïns als gevolg van klimaatverandering drastisch zijn gedaald. Deze bevinding van een internationaal onderzoeksteam met onder anderen UvA-hoogleraar Hal Caswell onderschrijft de noodzaak de keizerspinguïn te erkennen als bedreigde diersoort. De onderzoeksresultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Climate Change. De onderzoekers analyseerden algehele populatietrends van de keizerspinguïn (Aptenodytes forsteri) onder de invloed van veranderingen in condities van zee-ijs, vastgesteld door aan elkaar gekoppelde klimaatmodellen van het Intergovernmental Panel on Climate Change.

Sterbevingen oorzaak van kleine magnetar-uitbarstingen Een team van astronomen, onder wie Anna Watts en Daniela Huppenkothen van de UvA, heeft met NASA’s gammatelescoop Fermi signalen ontdekt van sterbevingen op een magnetar. De astronomen ontdekten de signalen met behulp van een nieuwe analysemethode van de waargenomen gamma- en röntgenstraling. Essentieel voor dit onderzoek was de analysetechniek die is ontwikkeld door Huppenkothen. Hiermee was het mogelijk om de zwakke signalen te vinden in een sterk en snel variërend signaal.


22 WERK

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Geen excuusvrouwen meer ‘ Mannen mogen wel komen kijken’ Bij de talkshow Weijers & Van Saarloos zijn uitsluitend vrouwen te gast. De interviewsters, beiden schrijfster, streven een betere sekseverdeling in het publieke debat na. ‘Ik geloof dat Jeroen Pauw echt nog niet door heeft dat hij heel anders tegen vrouwen praat.’ Niña Weijers en Simone van Saarloos zijn moeilijk bij elkaar te krijgen voor een gesprek. Het zijn hectische tijden, zegt Weijers, die twee maanden in Maastricht zit als writer-in-residence bij de Jan van Eyck Academie. Van Saarloos is net terug uit Amerika en schrijft een column in nrc.next, zit in panels, organiseert debatten en lezingen en werkt aan een roman. Weijers schrijft voor De Groene Amsterdammer, is redacteur van De Gids en publiceerde onlangs haar debuutroman De consequenties, waarvoor zij de Anton Wachter-prijs kreeg. Samen organiseren en presenteren ze de tweemaandelijkse seksistische talkshow Weijers & Van Saarloos. De lat ligt hoog, in ieder geval voor Weijers: ‘Ik ben heel traag met alles en moet overal eerst over nadenken, Simone is juist snel.’ Inderdaad, Weijers is al helemaal 27, een ‘oude lap’ zegt ze lachend.

Simone van Saarloos – 1990

Niña Weijers – 1987 ninaweijers.nl

nrc.nl/simone • 2009 bachelor Literatuur• 2011 bachelor Literatuurwetenschap • 2012 bachelor Wijsbegeerte cum laude • 2012-heden publicist, o.a. recensies de Volkskrant en columns nrc.next; fictie in De Revisor, Das Magazin en De Correspondent • 2013-heden talkshowhost Weijers & Van Saarloos

wetenschap cum laude • 2009-2014 programmamedewerker academischcultureel centrum SPUI25 • 2012-heden publicist, o.a. De Groene Amsterdammer en De Gids • 2013-heden talkshowhost Weijers & Van Saarloos • 2014 debuutroman De consequenties (Atlas Contact), Anton Wachter-prijs • 2014 writer-in-residence Jan van Eyck Academie, Maastricht

Simone van Saarloos (l), Niña Weijers

Van Saarloos is 24. Weijers’ opmerking klinkt dan ook koket, maar zo lijkt ze het niet te bedoelen. Is dat de hoge druk om te scoren die er op de huidige jonge generatie schijnt te staan? ‘Die druk heb ik als student niet zo gevoeld’, zegt Weijers. Van Saarloos: ‘Ik ook niet. Van wat ik hoor, ligt die nu hoger.’ Ze halen simpelweg beiden graag uit het leven wat er in zit. Van Saarloos: ‘Ik organiseerde tijdens mijn studie al culturele avonden, of ging er zelf opuit en zei op college vaak tegen medestudenten: vanavond is er debat zus of lezing zo, dat is leuk, kom ook. Maar ik heb die gezichten nooit gezien op die avonden. Dat snap ik niet zo goed.’ Weijers ging Literatuurwetenschap studeren uit liefde voor boeken, voor geen goud bleef ze in Nijmegen hangen. Ze had een romantisch idee van een kamer aan de gracht in Amsterdam waar ze dan zou


23 tekst • Jacqueline Hoefnagels beeld • Yuki Kho

zitten tussen veel boeken. De locatie van de VU bleek niet bij dat beeld te passen. Bij de UvA zag ze als eerste de Oudemanhuispoort, helemaal goed, en bovendien trof ze daar als docent meteen Mieke Taat, die vol vuur over de literatuur sprak. Zo werd het de UvA en een heel klein kamertje. Zonder internet, douchen bij de hospita en niet aan de gracht, maar verder klopte alles. Hartstochtelijk Van Saarloos wilde Taal en communicatie gaan doen. ‘Want dat is tenminste half praktisch, literatuur kun je niet studeren, dacht ik destijds. Toen ik mijn lerares Nederlands vertelde wat ik wilde gaan doen zei ze: ‘Wat?! Nee, je móet iets met literatuur gaan doen.’ Ik ben toen toch een dag gaan meegelopen bij Literatuurwetenschap. Het ging over discoursanalyse en ik begreep het niet, dus ik wist meteen: dit is het.’ Mieke Taat heeft ook op haar indruk gemaakt. ‘Ze rookte in de klas en was behoorlijk onaangepast. Helemaal jaren zeventig. Een echt vrije denker. En ze bedreef de literatuurwetenschap hartstochtelijk. Solange Leibovici was er ook een van dat slag. Jammer dat die generatie weg is nu. De jongere generatie docenten clashte daarmee, die had andere ideeën over hoe een opleiding eruit moet zien, meer gereguleerd, het was al gauw te veel en te gek. Meer doen dan noodzakelijk was niet vanzelfsprekend, maar je kon er ook zelf veel van maken.’ Van Saarloos is er later Filosofie bij gaan doen, ze heeft een dubbele bachelor.

‘ Ik werd galant behandeld door alfamannen Freriks en Van Rossem’ Geen master, net als Weijers. Ze waren allebei nog niet klaar met student zijn, maar na een jaar in Dublin (Weijers) en New York (Van Saarloos) wel met studeren aan de UvA, en ze werkten al veel. Weijers was in dienst bij academisch-cultureel centrum SPUI25, Van Saarloos schreef recensies voor de Volkskrant. En er was weinig animo om een scriptie te schrijven, ‘met al die voetnoten’. Weijers: ‘Mijn moeder was oprecht teleurgesteld. Ik dacht eerder zelfs dat ik zou promoveren, en docenten zeiden ook dat ik dat moest doen.’ Van Saarloos: ‘Dat is echt het probleem van gepubliceerd hebben, waarbij je een groot publiek hebt bereikt. Zo’n masterscriptie wordt door één persoon gelezen, die er misschien ook nog eens geen zin in heeft om het na te kijken. Niet dat ik mij niet ergens in wil verdiepen, maar dat kan ook door een roman te schrijven. Mijn boek gaat onder meer over een moleculair bioloog die de marathon van New York wil lopen in een burka. Ik wil zelf ook moleculair bioloog zijn, maar niet die lange weg aan de universiteit afleggen. Voor dit boek bezoek ik nu laboratoria en andere plekken om te kijken wat die mensen doen. Dat is ook een manier om je ergens in te verdiepen.’ Weijers beaamt: ‘Door te schrijven kun je research doen zonder dat het vervelend wordt.’ Belachelijke opmerking Ze kennen elkaar niet van de studie. ‘We hadden elkaar wel eens gezien in het culturele circuit en konden elkaar wel luchten’, zegt Van Saarloos, ‘maar we raakten later pas echt in gesprek na een avond in de Rode Hoed. Daar maakte Maxim Hartman een

belachelijke seksistische opmerking over een vrouw op het podium. Het viel mij op dat iedereen dan maar meelacht, ook de vrouwen, want als je daar niet om kunt lachen ben je een chagrijnige trut. Ik maakte me er echt druk over en was teleurgesteld in mezelf dat ik niet was opgestaan om er wat van te zeggen.’ ‘Na afloop bleek Niña er net zo over te denken. We hadden het er ook over dat we allebei wel eens worden uitgenodigd voor panels enzovoort, maar dat we dan nooit het heft zelf in handen hebben. En we weten heus dat we wel eens als excuusvrouw worden gevraagd.’ Weijers: ‘Zo is het idee voor een seksistische talkshow ontstaan. We interviewen alleen vrouwen, dus pure uitsluiting op basis van sekse. Mannen mogen wel komen kijken.’ Van Saarloos: ‘Ik heb een keer meegedaan aan De slimste mens, overigens maar één ronde, en was toen de enige vrouw. Na afloop zeiden mensen: wat jammer dat je eruit ligt, want het was juist leuk dat er een vrouw in zat. Terwijl dat niet interessant zou moeten zijn. Ik zat daar ook als enige heel lang in de make-up, en ik werd galant behandeld door alfamannen Freriks en Van Rossem.’ Weijers: ‘Het is nog niet zo lang geleden dat het niet eens opviel als er alleen maar mannen op het podium zaten. Ook als programmamaker bij SPUI25 merkte ik dat, dan werden er interessante mensen op een rijtje gezet over een onderwerp en dan dacht ik: hallo, dat zijn weer vijf mannen.’ Twee octaven omhoog Van Saarloos: ‘Toen ik als student naar debatten ging, viel het mij ook nog niet bewust op dat er zo weinig vrouwen zaten. Het bewustzijn daarover groeit wel snel in de maatschappij, net als over het aandeel niet-autochtonen. Toch geloof ik dat Pauw echt nog niet doorheeft dat hij heel anders tegen vrouwen praat. Ik merk zelf dat mijn stem twee octaven omhoog gaat als er een klein kind aan komt lopen, misschien vinden we dat over honderd jaar ook discriminatie. Wat ik maar zeggen wil: de witte man is niet de vijand, daar gaat het niet om. Het gaat om het veranderen van gedragingen.’ Denk kortom bij Weijers & Van Saarloos niet aan een show waarin het gaat over het invriezen van eicellen ten behoeve van de carrière of hoe erg mannen zijn. Dat iemand vrouw is, is simpelweg geen onderwerp; de helft van de mensen is het, dus waarom moet je het daar over hebben? Het gaat uitsluitend om de nieuwsgierigheid naar de gast. Van Saarloos: ‘We hebben nu zes shows gedaan en zijn nog hard bezig met uitvinden wat interviewen voor publiek eigenlijk is.’ Weijers: ‘Ik moet mezelf wel iedere keer overwinnen, ik vind interviewen echt heel moeilijk. Het vergt een soort nederigheid, de geïnterviewde moet centraal staan maar intussen moet je het gesprek wel dragen. Ik leer sinds mijn boek uitkwam ook veel omdat ik zelf geregeld word geïnterviewd.’ ‘Nu we naar de Rode Hoed zijn verplaatst – de ruimte van SPUI25 werd te klein – krijgen we wat meer ondersteuning, maar het is hard werken, want we doen alles zelf en we verdienen er niets mee. Het oorspronkelijke plan van een maandelijkse show hebben we daarom losgelaten. We worden nu soms als duo ergens voor gevraagd, bijvoorbeeld voor het interviewen van Lena Dunham (Girls) voor Opzij in De Duif. Helaas verdienen we daar ook al weer niks mee. Hoe dan ook willen we niet het duo worden dat altijd overal iets wil komen zeggen over seksisme’, zegt Weijers. Van Saarloos: ‘ Het is sowieso niet de bedoeling dat we een vast duo worden. Maar het is wel een leuke dynamiek om samen iets te doen, schrijven is natuurlijk een solitaire aangelegenheid. Juist in de samenwerking ben ik meegaander en zit ik niet meteen met mijn mening klaar. Soms is het lastig als de een wil doorvragen en de ander op een ander onderwerp over wil gaan. Je kunt niet alleen op je eigen intuïtie varen. Niña houdt bijvoorbeeld veel beter de tijd in de gaten…’ Weijers: ‘En ik moet dan oppassen dat ik niet alleen maar daar mee bezig ben. Het is net een relatie wat dat betreft.’ Met deze show, vinden ze beiden, schudden ze de laatste academische veren af. Van Saarloos: ‘We hebben allebei de neiging om snel abstract te worden. Het blijkt heel verfrissend om simpelweg aan mensen te vragen hoe hun werkdag eruit ziet.’ • Op 28 januari 2015 vindt een alumni-editie plaats van de seksistische talkshow van Weijers & Van Saarloos, in academisch-cultureel centrum SPUI25. Aanmelden: www.spui25.nl.


24 PERSONALIA Elio Baldi

Letterkunde 2013 cum laude, ontving de tweejaarlijkse scriptieprijs van de Werkgroep Italië Studies; evenals Rixt Woudstra, Kunstwetenschap 2013 cum laude. Johan van Benthem

Wijsbegeerte 1972 cum laude, Wis- en natuurkunde 1973 cum laude, promotie 1977, is bij zijn afscheid als universiteitshoogleraar Zuivere en toegepaste logica aan de UvA benoemd tot ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw, vanwege zijn leidende en inspirerende rol binnen de academische gemeenschap.

inspanningen om de Franse juridische cultuur in Nederland uit te dragen.

Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst).

Hans Docter

Ernst Hirsch Ballin

Nederlands recht 1991, Nederlands ambassadeur in Ghana, is benoemd tot speciale ebola-gezant; Piet de Klerk, Natuurwetenschappen 1978, voormalig ambassadeur in Jordanië en mensenrechtenambassadeur, tot speciaal gezant terrorismebestrijding; en Marriët Schuurman, Vertaalwetenschap 1996, tot speciaal vertegenwoordiger bij de NAVO voor vrouwen, vrede en veiligheid.

Nederlands recht 1974 cum laude, promotie 1979 cum laude, hoogleraar Rechten van de mens aan de UvA en hoogleraar aan de UvT, is benoemd tot lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Ook ontving hij de Franse onderscheiding Officier in de Orde van het Legioen van Eer, en de NJV-prijs 2014.

Carsten de Dreu Stan Bentvelsen

Theoretische natuurkunde 1989, promotie 1994 cum laude, hoogleraar Large Hadron Collider Physics, is directeur van Nikhef, het Nationaal instituut voor subatomaire fysica.

Promotie Psychologie, rug 1993 cum laude, hoogleraar Arbeidsen organisatiepsychologie, ontving de Kurt Lewin Medal voor zijn gehele wetenschappelijke oeuvre en de William Owens Scholarly Achievement Award voor een artikel over de conflictcultuur in organisaties.

ANNA BEUKENHORST

bachelor Bèta-Gamma 2013, is winnaar van de ‘Robbert Dijkgraaf Essayprijs’ 2014 met haar essay over het thema ‘scepsis’. Het winnende essay verschijnt binnenkort in Folia Magazine, Het Parool en New Scientist. Beukenhorst kreeg een kunstwerk overhandigd tijdens het Gala van de Wetenschap op 25 november 2014. Wieteke de Boer

Physics 2008, promotie 2013 cum laude, postdoc aan Columbia University in New York, won de Simon Stevin Gezel-prijs (5.000 euro) voor haar promotieonderzoek naar verbeterde zonnecellen. Tijs Bol

Sociologie 2008 cum laude, promotie 2013, postdoc aan de UvA, kreeg de VOR-VFO dissertatieprijs voor zijn proefschrift Why does education pay off?, waarin hij het verband onderzoekt tussen opleidingsniveau en kansen op de arbeidsmarkt. Arnoud Boot

promotie Economie, University of Indiana 1987, hoogleraar Ondernemingsfinanciering, ontving de ICLON Economie Onderwijsprijs vanwege zijn inzet voor vernieuwing van het onderwijs in de economie. Diana Dankers-Hagenaars

promotie Rechtsgeleerdheid 2000, universitair hoofddocent Privaatrecht, is door de Franse president benoemd tot ‘Chevalier dans l’Ordre National du Mérite’, vanwege haar

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Jan-Willem Duyvendak

promotie Politicologie 1992, hoogleraar Sociologie, is benoemd tot de vierde faculteitshoogleraar aan de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen. Marens Engelhard

Vrije studierichting letteren 1986, Archiefwetenschap 2012, is benoemd als algemeen rijksarchivaris en algemeen directeur van het Nationaal Archief. Hij was directeur van het Stadsarchief Amsterdam en gemeentearchivaris.

Elly Jans

Klassieke taal- en letterkunde 1970 cum laude, en Charles Hupperts, Klassieke taal- en letterkunde 1981 cum laude, promotie 2000, ontvingen de OIKOS publieksprijs 2014 vanwege hun bijdrage aan vele schoolmethoden klassieke talen voor het voortgezet onderwijs. Jim Jansen

Pedagogische wetenschappen 1999, is hoofdredacteur van tijdschrift New Scientist. Hij was sinds 2007 hoofdredacteur van Folia Magazine. John Kastelein

Geneeskunde 1981, promotie 1991, hoogleraar Inwendige geneeskunde, ontving de Huibregtsenprijs 2014 van 25.000 euro voor de eerste geregistreerde gentherapie ter wereld.

Mariëtte Hamer

Nederlandse taal- en letterkunde 1988, voormalig lid van de Tweede Kamerfractie van de PvdA, is door het kabinet benoemd tot voorzitter van de Sociaal-Economische Raad. Huib Henrichs

Wis- en natuurkunde 1976 cum laude, promotie 1982, kreeg bij zijn emeritaat als hoogleraar Sterrenkunde een planetoïde naar zich vernoemd.

Politicologie 1983 cum laude, is sinds november minister van Buitenlandse Zaken. Hij volgde Frans Timmermans op, die eurocommissaris werd. Olaf Köndgen

promotie Geesteswetenschappen 2013, directeur van het European Youth Centre in Boedapest, ontving de Dissertationspreis van de Deutsche Arbeitsgemeinschaft Vorderer Orient (DAVO), een verband voor Midden-Oostenstudies aan de Universiteit van Keulen.

Anglo-Irish Studies, promotie UU 1986, Akademiehoogleraar Europese studies, in het bijzonder moderne Europese letteren, ontving een eredoctoraat van de Universiteit van Boekarest in Roemenië. Marcel van der Linden

promotie Sociologie 1989 cum laude, bijzonder hoogleraar Geschiedenis der sociale bewegingen en onderzoeksdirecteur IISG, ontving de Bochumer Historikerpreis (25.000 euro). Giulia De Luca

promovendus aan de UvA, is met haar techniek om levende cellen nog scherper te bekijken de winnaar van de Amsterdam Science & Innovation Award 2014 (5.000 euro). Henriëtte Maassen van den Brink

Psychologie 1988 cum laude, promotie Economie 1994 cum laude, hoogleraar Onderwijs- en arbeidseconomie, is per 1 januari voorzitter van de Onderwijsraad, het hoogste adviesorgaan van regering en parlement op het terrein van onderwijs.

voormalig uitwisselingsstudent Rechten aan de UvA, is de nieuwe premier van België. Luuk van Middelaar

promotie Geesteswetenschappen 2009, stopt als speechschrijver van de voorzitter van de Europese Raad van Regeringsleiders Herman Van Rompuy en wordt opnieuw columnist van NRC Handelsblad. Huib Modderkolk

Politicologie 2007, Journalistiek en media 2007, stapt als journalist over van NRC Handelsblad naar de Volkskrant.

Titia de Lange

promotie Wis- en natuurwetenschappen 1985 cum laude, Leon Hess hoogleraar aan de Rockefeller University, NYC (VS), ontvangt de Canada Gairdner International Award (100.000 Canadese dollars), Canada’s hoogste wetenschappelijke onderscheiding, voor haar onderzoek op medisch gebied.

Wendela Hingst

Sociologie 1996, is de nieuwe directeur van de landelijke artsenfederatie KNMG (Koninklijke

Joep Leerssen

Charles Michel Bert Koenders

Arnon Grunberg

is benoemd tot honorary fellow (een tijdelijk eredocentschap) aan de Faculteit der Geesteswetenschappen. Tot 1 februari is er een tentoonstelling over hem bij de Bijzondere Collecties van de UvA.

médaille de la Francophonie’ van de Académie française, vanwege zijn bijdrage aan het bevorderen van de Franse taal.

Fouad Laroui

docent Franse taal en cultuur aan de UvA en schrijver, ontving een ‘Grande

Marente de Moor

Slavische talen en hun letterkunde 1998, won met twaalf andere ‘nieuwe en aanstormende auteurs in Europa’ de literatuurprijs van de Europese Unie (5.000 euro). Erik van Muiswinkel

kandidaats Nederlandse taal- en letterkunde 1985, cabaretier en televisiepresentator, won de cabaretprijs Poelifinario vanwege zijn voorstelling Schettino!.


Personalia alumni.uva.nl /personalia

www Boris Noordenbos

Ad Rutten

Jan de Vries

promotie Filosofie RUG 2013, docent Slavistiek en Literatuurwetenschap aan de UvA, ontving de Keetje Hodshon Prijs 2014, een aanmoedigingsprijs van 12.000 euro voor literatuurwetenschappers.

Nederlands recht 1988, werd bij zijn afscheid als executive vice-president van de Schiphol Group benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau, vanwege zijn betrokkenheid bij organisaties als het Leger des Heils en Hospice Bardo.

Kunstgeschiedenis 1977, universitair docent Kunstgeschiedenis, ontving de erepenning van de Faculteit der Geesteswetenschappen vanwege zijn inzet voor het onderwijs; evenals Jan Don, universitair hoofddocent Nederlandse taalkunde.

Humberto Tan

Hans Westerhoff

Nederlands recht 1991, presentator van talkshow RTL Late Night, is tijdens de jaarlijkse uitreiking van de Televizierring gekozen tot televisieman van het jaar. Hij won de Zilveren Televizier-Ster Man.

Scheikunde 1977 cum laude, promotie 1983, hoogleraar Systeembiologie, is benoemd tot Fellow van de International Society for Systems Biology.

Marina Notrima

bachelor Liberal Arts and Sciences 2014, won op het Nederlands Film Festival de Pitch Award (5.000 euro) voor de korte film I do. Do you? Charlotte van Rappard-Boon

Kunstgeschiedenis 1972, onder meer voormalig hoofdinspecteur van de Inspectie voor Cultureel Erfgoed, ontvangt een eredoctoraat van de UvA vanwege haar rol in de ontwikkeling van Nederlands erfgoedbeleid betreffende roofkunst en illegale kunsthandel. Ook astrofysicus Chryssa Kouveliotou krijgt een eredoctoraat.

Wijsbegeerte 2007 cum laude, docent Europese studies, ontving de Banningprijs 2014 voor zijn essay ‘Het denkdeficit. Waarom we ons belang in Brussel niet zien’.

Internationaal en Europees recht 2011, promovendus aan de UvA en winnaar van de UvA-scriptieprijs 2011, maakte de documentaire ‘Burden of Peace’, over Claudia Paz y Paz, hoofd van het Openbaar Ministerie in Guatemala.

Nienke Venema

Martijn Wokke

Politicologie 2014, is directeur van de Stichting Democratie en Media.

Psychologie 2006 cum laude, promotie 2013, cognitief neurowetenschapper aan de UvA, won de Creatieve Geest Prijs 2014, een initiatief van de Freek en Hella de Jonge Stichting.

Paul Teule

Nanda Rea

sterrenkundige aan de UvA, ontving van het Comité voor Ruimteonderzoek COSPAR en de Russische Academie van Wetenschappen een Zeldovichmedaille voor haar onderzoek naar magnetars (neutronensterren). Sanne Reusch

Communicatiewetenschap 2014 cum laude, won de SWOCC Scriptieprijs voor de beste masterscriptie over merken en communicatie. Jasper Rijpma

Geschiedenis 2012, geschiedenisdocent aan het Hyperion Lyceum in Amsterdam, is uitgeroepen tot Leraar van het Jaar 2014 in het voortgezet onderwijs. Piet de Rooy

Geschiedenis 1972, promotie 1979, emeritus hoogleraar Nederlandse geschiedenis, kreeg de Prinsjesboekenprijs voor het beste politieke boek van 2014 met zijn boek Ons Stipje op de Waereldkaart.

A

Sander Wirken

Martin Vinck

promotie Natuurwetenschappen 2013, postdoc cognitiewetenschap aan de Universiteit van Yale (VS), ontving de Heineken Young Scientist Award; evenals Alexander Vlaar, promotie Geneeskunde 2010, onderzoeker bij het AMC. Tsvi Vinig

universitair hoofddocent aan de Amsterdam Business School, is benoemd tot honorair hoogleraar aan de Jilin University School of Economics in China. Rien de Vos

overledenen Lydia Hartman 1984, Algemene cultuurwetenschappen 2012 (16 mei)

Michael Arnold Brenninkmeyer 1932, Germaanse taal- en letterkunde 1961, jezuïet (23 mei)

Arie Leijen 1933, bijzonder hoogleraar Betrekkingen tussen christendom en wijsbegeerte UvA (27 mei)

Bob Kramer 1949, Economie 1975, werkte ruim veertig jaar bij ABN AMRO (6 juni)

Gerrit-Jan te Riele 1922, emeritus hoogleraar Epigrafie UvA, oprichter Archeologische School der Nederlanden te Athene (6 juni)

Mireille Steinmetz 1945, Nederlands recht 1981, advocaat (14 juni)

Hans Jozef Pos 1958, Nederlands recht 1986, regisseur en filmproducent (17 juni)

David Truong 1945, oud-medewerker UvA, anti-oorlogsactivist (26 juni)

Mieke Zaanen

Nederlands recht 1990, secretaris van de Universiteit van Amsterdam, is per 1 februari 2015 algemeen directeur van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.

Arthur Olof 1957, Nederlandse taal- en letterkunde 1989, programmamaker en directeur Concertzender (29 juni)

Willeke van Teeffelen 1955, Nederlandse taal- en letterkunde 1981, docent (29 juni)

Pavel Zorin-Kranich

promotie Wiskunde 2013, won de Stieltjes Prijs, de prijs voor het beste wiskundeproefschrift van de Wiskunde Onderzoeksschool.

promotie Geneeskunde 1999, voormalig voorzitter Domein Gezondheid aan de Hogeschool van Amsterdam, is vanaf 2015 voorzitter stafafdeling Onderwijssupport bij het Academisch Medisch Centrum.

B

25

Marja Meulblok 1964, postmaster Accountancy 1998, manager Amphia Ziekenhuis (1 juli)

Gerrit den Boef 1926, Scheikunde 1952, promotie 1985, oud-rector magnificus UvA, emeritus hoogleraar Analytische scheikunde, Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw (8 juli)

Cornelis Dubbink 1914, Nederlands recht 1936, promotie 1947, oud-president Hoge Raad der Nederlanden, oud-lid Raad van State, lid KNAW, commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw (8 juli)

In beeld A Johan van Benthem B Charlotte van Rappard-Boon

Meer personalia De meest recente personalia vindt u op alumni.uva.nl/personalia. Zelf een nieuwe functie? Kent u iemand die iets bijzonders deed of een mooie prijs won? Tips zijn welkom via spui@uva.nl

Gerard van Wissen 1943, Rechtsgeleerdheid 1974, promotie 1982, emeritus hoogleraar Vergelijkend staatsrecht, Ridder in de Orde van Sint Silvester (14 juli)

Laurens van der Graaff 1984, Nederlandse taal- en cultuur 2013, docent Geert Groote College Amsterdam (17 juli)

Erik van Heijningen 1960, Vrije studierichting Economie 1984, manager Nationale-Nederlanden Bank (17 juli)


26 in memoriam Joep Lange 1954, Geneeskunde 1978, promotie 1987, hoogleraar Infectieziekten UvA, internist en wetenschapper AMC (17 juli)

Sascha Meijer 1989, bachelor Media en cultuur 2011, masterstudent Journalistiek en media (17 juli)

Anelene Misran 1972, Accountancy & control 2012 (17 juli)

Jacqueline van Tongeren 1949, hoofd communicatie Amsterdam Institute for Global Health and Development (17 juli)

Jeroen Wals 1967, Natuurkunde 1991, promotie 1996, CTO Sleep & Respiratory Care Philips (17 juli)

Fons Knebel 1934, voormalig pedel UvA, ontving bij zijn afscheid de Grote Sta-Penning (19 juli)

Jan Delvigne 1943, Fysische geografie 1969, mede-oprichter Museum Wierdenland, Ridder in de Orde van Oranje Nassau (21 juli)

Uwe Becker 1951, Algemene politieke en sociale wetenschappen 1979, ruim 38 jaar universitair docent Politicologie UvA (22 juli)

Piet Vriens 1942, kandidaats Theologie 1970 TiU, voormalig studentendecaan UvA, oud-bestuurslid alumnikring Andragologie (22 juli)

Leneke Visser 1950, Algemene literatuurwetenschappen 1983, voormalig directeur Utrechts Universiteitsfonds (23 juli)

Tilly Jonker-van Zanten 1929, Geneeskunde 1957, promotie 1967, chirurg (25 juli)

Risto Heijmans 1940, Wis- en natuurkunde 1968, promotie 1987, universitair hoofddocent Econometrie en statistiek UvA (27 juli)

Elsje van Hulsteijn 1943, ruim 35 jaar bibliothe caris en vakreferent Neerlandistiek UvA (26 juli)

Wouter Steffelaar 1952, Nederlandse taalen letterkunde 1983, ruim 25 jaar werkzaam op de OU (2 augustus)

Gatske van der Meer 1924, Engelse taalen letterkunde 1957, oudconservator Rijksmuseum Het Koninklijk Penningkabinet, Officier in de Orde van Oranje-Nassau (9 augustus)

Ton Timman 1948, Econometrie 1975, schaker (10 augustus)

Nico Nibbering 1938, Wis- en natuurkunde 1964, promotie 1968, emeritus hoogleraar Chemische massaspectometrie UvA, lid KNAW (25 augustus)

Toon van der Hoorn 1947, promotie Economie 1983, emeritus hoogleraar Verkeers- en vervoerseconomie UvA, adviseur-specialist Rijkswaterstaat (1 september)

Dirk Harting 1923, Wisen natuurkunde 1953, promotie 1964, emeritus hoogleraar Experimentele natuurkunde UvA, één van de grondleggers Nikhef (1 september)

Irene Weterman 1927, Geneeskunde 1963, maag-, darm- en leverarts LUMC (6 september)

Frank Schuurmans 1955, Geschiedenis 1988, promotie Universiteit van Wisconsin 1995 (17 september)

Arthur Fonville 1990, Geneeskunde 2013, wedstrijdloper UvA/HvADamloopteam (21 september)

Maarten Boasson 1943, Informatica UM 1995, emeritus hoogleraar Informatica UvA, cellist (26 september)

Wouter Gortzak 1931, Vrije studierichting aardrijkskunde 1965, voormalig redacteur De Groene Amsterdammer en hoofdredacteur Het Parool, ontving de zilveren medaille van de stad Amsterdam (26 september)

Hubert Vreeken 1949, Vrij doctoraal letteren 1982, promotie 2010, conservator kunstnijverheid Amsterdam Museum en Museum WilletHolthuysen (30 september)

Max Rubinstein 1921, Sociale psychologie en pedagogiek 1960, organisatieadviseur (2 oktober)

Jan Haverkort 1951, Andragologie 1989, voormalig gemeenteraadslid en wethouder Haarlem (11 oktober)

Johan Kleiterp 1933, Economie 1958, commissaris van o.a. Koninklijke Kampert, Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw (4 oktober)

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

tekst • Ben Haveman

Albert Liem Tik Kie 1930, Geneeskunde 1960, huisarts in ruste (6 oktober)

Graca de Oliveira 1956, Bibliotheektechnisch medewerker Centre for Latin American Research and Documentation UvA (10 oktober)

Jan Folkert Nietard Klazinga 1944, Notarieel recht 1968, notaris, zeiler (11 oktober)

Matthias Giebler 1958, ruim 25 jaar in dienst bij UvA en HvA, o.a. als gebouwbeheerder (20 oktober)

Pieter Adriaan van Zwieten 1937-2014

Frits Groeneveld 1938, Nederlands recht 1967, predikant, journalist NRC Handelsblad (26 oktober)

Jan Westdorp 1945, Nederlands recht 1972, lid raad van toezicht en financiële commissie Jeugdbescherming (28 oktober)

Christina Oudshoorn 1938, Scheikunde 1972, oud-docente van CSG Jan Arentsz in Alkmaar en Hogeschool Leiden (7 november)

Kees van der Wolf 1944, Opvoedkunde 1972, promotie 1984, voormalig bijzonder hoogleraar Opvoedkunde UvA (9 november)

Sarah Katherine van Walsum 1955, Nederlands recht 1986, promotie EUR 2000, hoogleraar Migratierecht en familiebanden VU (9 november)

Nico Out 1952, Geneeskunde 1982, promotie 1994, chirurg OLVG Amsterdam (14 november)

Gerlinde Tuijp 1968, Actuariële wetenschappen 1991 (15 november)

Hendrik Jacob Doll 1920, Geneeskunde 1950, psychiater (15 november)

Jan Reints 1943, voormalig bibliotheekmedewerker UvA, lid AUV-kring UvA-senioren (21 november)

Vanzelfsprekend werd hij in toga gecremeerd. Hoogleraar Farmacologie en farmacotherapie Pieter Adriaan van Zwieten was aan decorum even gehecht als aan de begeleiding van zijn ruim zeventig promovendi. Die bleven zijn kinderen, daar zorgde hij voor in een meester-gezelrelatie. Hij was autoritair, daagde ze uit tijdens gevreesde proefpromoties en duldde geen tegenspraak. Van Zwieten studeerde scheikunde aan de UvA en geneeskunde in Kiel. Hij promoveerde in 1961. Na een grand tour langs de universiteiten van Wenen, Kiel en Gotenburg kreeg hij als 34-jarige hoogleraar Farmacotherapie aan de UvA de leiding van het laboratorium dat uitgroeide tot toonaangevend onderzoekscentrum. Zijn team was betrokken bij mondiale ontwikkeling van medicijnen tegen hoge bloeddruk. Het zou hem internationale erkenning en twee eredoctoraten in China opleveren. Een zware klap was dan ook de opheffing van de subfaculteit in 1985, als gevolg van een politieke beslissing waarbij laboratoriumonderzoek meer in handen kwam van de farmaceutische industrie. Met het in zijn ogen ‘cryptocommunistische’ universiteitsbestuur onderhield Van Zwieten een moeizame verstandhouding. Toen in de roerige jaren zestig en zeventig zelfs de conciërge en schoonmaaksters opeens inspraak bleken te hebben op eindeloos durende faculteitsvergaderingen, citeerde Van Zwieten graag zijn hooggeleerde collega professor Prlwytzkofsky uit de Bommel-strip van Marten Toonder: ‘Schadelijke wezens moeten ontbonden worden. Dit is ja gans onwetenschappelijk.’ Gevreesd om zijn gemopper, werd Van Zwieten met ontzag bejegend omdat hij als een echte geleerde gold; het prototype van de na-oorlogse professor. Hij verhuisde met een deel van zijn staf naar het AMC, waar hij zich richtte op farmaceutische patiëntenzorg, wekelijks visite liep en samenwerkte met cardiologen en hartchirurgen. Hij liet ruimte voor het stellen van vragen, minder voor dialoog. Medicijncursussen voor ‘snijders’ uit het hele land begonnen ’s ochtends vroeg, dan was men nog ‘fris en fruitig’. Hij zag over het hoofd dat deelnemers van buiten de Randstad de avond tevoren ruim de geneugten van Amsterdam hadden genoten, zodat soms cursisten indommelden. Pieter van Zwieten, jarenlang waarnemend rector-magnificus, hechtte aan beschaafde omgangsvormen en correcte kleding. ‘Er was een zekere distantie met het dagelijks leven’, meent Bas de Mol, hoogleraar Cardio-thoracale chirurgie, Van Zwietens laatste leidinggevende. ‘Hij was een character die volgens sommigen in zijn eigen academische en culturele zonnestelsel figureerde.’ Oud-promovendi (acht werden er hoogleraar) kwamen thuis bij hem eten. Polyglot Van Zwieten, ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw, sprak Frans, Engels en Italiaans. Hij was fier op zijn voorgeslacht, van wie Gerard van Swieten het tot hofarts van de Oostenrijkse keizerin Maria Theresia had gebracht, en diens zoon Freiherr Gottfried bevriend was met Mozart, Haydn en Beethoven. Hij verzamelde politieke prenten, had vriendinnen, maar trouwde nooit. Hij leed aan kanker, en overleed in zijn slaap. •


AUV alumni.uva.nl /auv

27

AUV en kringen

www

NIEUWE PRIJS, VOORZITTER EN KRINGEN

Manon Becher krijgt AUValumnusprijs

Feestelijke jubileumeditie AUV-dag Met bijna achthonderd leden en andere genodigden vierde de Amsterdamse Universiteits-Vereniging op zaterdag 8 november 2014 het 125-jarig bestaan met een extra feestelijke editie van de AUV-dag. In de Aula overhandigde scheidend voorzitter Willem F. Korthals Altes de AUV-alumnusprijs aan Manon Becher vanwege haar initiatief Starters4Communities. Vervolgens werd Korthals Altes, die tien jaar lang zitting had in het AUVbestuur, door UvA-collegevoorzitter Louise Gunning toegesproken. Als blijk van waardering voor zijn jarenlange enthousiaste en vrijwillige inzet voor de AUV en de Universiteit van Amsterdam overhandigde zij hem de Middelgrote Sta-penning (beeld C). Nadat de nieuwe AUV-voorzitter

Carina Benninga aan de leden was voorgesteld, hield hoogleraar Nederlandse geschiedenis James Kennedy de lezing ‘De Nederlandse vereniging: Roemrijk verleden, luisterrijke toekomst?’. Kennedy liet zien dat ontelbare verenigingen eind negentiende eeuw gezamenlijk een motor voor de Nederlandse samenleving vormden, maar dat de komst van de verzorgingsstaat en later de fragmentering van de samenleving de betekenis van de vereniging op losse schroeven zetten. In de Oudemanhuispoort konden bezoekers in twee ronden tal van lezingen en debatten volgen. De vrijwilligers van de alumnikringen hadden sessies georganiseerd over uiteenlopende onderwerpen als minderheidstalen, de participatiesamenleving, kosmolo-

gische inflatie, bakfietsburgers en paleo-ecologie. De interdisciplinaire benadering van diverse onderwerpen werd door de bezoekers positief gewaardeerd. Tijdens de drukbezochte borrel in het Atrium werden vier nieuwe kringen opgericht, waarmee het aantal alumnikringen binnen de AUV op dertig komt: Biologie, Biomedische wetenschappen, Italiaanse taal en cultuur en een kring voor de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica. De dag werd feestelijk afgesloten met een buffet en een feest in het Atrium. DJ Chris Mills draaide singles van vinyl met muziek uit de studietijd van diverse generaties alumni.

Manon Becher (beeld B) ontving tijdens de AUV-dag 2014 de eerste editie van de AUV-alumnusprijs voor haar project Starters4Communities (www.starters4communities.nl). De prijs is ingesteld als aanmoediging voor jonge alumni die met een maatschappelijk project een bijzondere bijdrage aan de maatschappij leveren en anderen daarmee inspireren. De jury ontving vijftien voordrachten, die zijn beoordeeld op originaliteit, maatschappelijke impact van het project en de specifieke bijdrage van de kandidaat. Winnaar Manon Becher (Comparative Asian Studies 2007 cum laude) heeft zich de problemen aangetrokken waar alumni na het afstuderen op de krappe arbeidsmarkt tegenaan lopen en de aanpak daarvan gecombineerd met de toenemende maatschappelijke betrokkenheid die de overheid van de burger verwacht. Bij Starters4Communities gaan recent afgestudeerden samen met bewoners actief aan de slag om sociale wijkinitiatieven te versterken en om de goede ideeën van buurtbewoners om te zetten in concrete projecten. De AUV-alumnusprijs bestaat uit een geldbedrag van drieduizend euro, dat de winnaar in haar project investeert. Kijk voor een interview met Manon Becher op alumni.uva.nl/becher.

Carina Benninga nieuwe voorzitter AUV

A

B

C

Carina Benninga (beeld A) heeft tijdens de AUV-dag het voorzitterschap van de vereniging overgenomen van Willem F. Korthals Altes. Benninga studeerde Nederlands recht aan de UvA (1987) en is voormalig hockeyster. Als aanvoerder won ze een wereldkampioenschap en ze nam driemaal deel aan de Olympische Spelen. Benninga heeft een eigen coaching- en consultingbureau en is sinds 2014 algemeen directeur van Van Ede & Partners, een bureau voor talentontwikkeling, outplacement, loopbaanbegeleiding en coaching. Naast voorzitter van de AUV is zij voorzitter van de Bezwarencommissie van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Een filmpje waarin Benninga zich als voorzitter voorstelt, is te zien op alumni.uva.nl/auv.


28

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Impressie AUV-dag 2014 beeld • Monique Kooijmans

VOORDEEL MET DE AUV-PAS Allard Pierson Museum Gratis toegang

Hotel Résidence Le Coin UvA-gastentarief

Amsterdamse Academische Club Korting op lidmaatschap

Bibliotheek van de UvA Gratis lenerspas en toegang tot JSTOR

Universitair Sport Centrum Korting op fitness-jaarkaart en cursussen

UvA Talen Korting op cursussen en vertaalwerk

Athenaeum Boekhandel Incidentele aanbiedingen

Amsterdam City Walks Korting op rondleidingen en stadswandelingen

Amsterdam University Press Incidentele aanbiedingen

CREA Korting op concerten, voorstellingen, lezingen, cursussen

Foam Korting op toegang en incidentele aanbiedingen

De Hortus Korting op toegang

Hermitage Amsterdam Korting op toegang

Kring UvAsenioren voor oudmedewerkers UvA

Holland Festival Incidentele aanbiedingen

Open UvA-Colleges Verschillende kortingen

Nieuwe Kerk Amsterdam Korting op toegang

Oppascentrale Kriterion Korting op contributie

In 2012 is onder de vlag van de AUV de Kring UvA-senioren opgericht, in samenwerking met het College van Bestuur van de UvA en de Universitaire Commissie voor Lokaal Overleg (UCLO), waarin vertegenwoordigers van het universitaire personeel zijn verenigd. De kring biedt gepensioneerde UvA-werknemers een platform, zodat oud-collega’s elkaar in een informele sfeer kunnen blijven ontmoeten en betrokken kunnen blijven bij ontwikkelingen aan de UvA. De kring organiseert regelmatig lezingen in onder meer de Amsterdamse

Academische Club en excursies naar plekken als het nieuwe CREAonderkomen op het Roeterseiland en de Artisbibliotheek. De activiteiten worden afgesloten met een gezellige borrel. Ook wordt in december een kerstlunch georganiseerd. Verder brengt de kring een digitaal orgaan uit, de Uitdienstbode, met onder meer verslagen van bijeenkomsten. De kring telt inmiddels bijna driehonderd leden. Gepensioneerde UvA-medewerkers die nog geen lid zijn, kunnen zich gratis aanmelden via alumni.uva.nl/ aanmelden.

Home Academy Incidentele aanbiedingen

UvA Shop Korting in de online shop

Toneelgroep Amsterdam Incidentele kortingen op reprises

Blue Boat Company & Amsterdam Canal Cruises Korting op rondvaarten

alumni.uva.nl/auvpas


29

VARIA Vijftig jaar Theaterwetenschap aan de UvA Op 1 juli 1964 aanvaardde Benjamin Hunningher zijn benoeming aan de Universiteit van Amsterdam als hoogleraar Dramaturgie en de geschiedenis van de dramatische kunst (later Theaterwetenschap). Zijn benoeming betekende het officiële begin van de theaterwetenschap in Nederland. Honderden studenten hebben na hun opleiding in de panden aan de Nieuwe Doelenstraat hun weg gezocht in het Nederlandse theaterveld. Vijftig jaar later, op 24 en 25 oktober 2014, kwam een aantal van hen even terug om bij te praten, feest te vieren, en te luisteren naar een keur van sprekers. Onder de titel ‘Stukken Stijlen Stelsels’ was op initiatief van Kati Röttger, de zevende hoogleraar Theaterwetenschap, een conferentie georganiseerd die een klassieke en een avontuurlijke dag kende. Op de openingsdag voerden onder meer Johan Simons en Christopher Balme het woord. De eerste hield een pleidooi voor een glazen theater; de tweede analyseerde de crisis waarin het theater zich vandaag de dag bevindt en wees op de consequenties die de theaterwetenschap daaraan zou moeten verbinden. Ook was er een masterclass onder leiding van Erasmusprijs-winnaar Frie Leysen. Zij ging in gesprek met jonge, internationaal opererende alumni van de Amsterdamse opleiding. Op de tweede conferentiedag was het gebouw aan de Nieuwe Doelenstraat gevuld met theatermakers, beleidsmakers, theaterwetenschappers en andere professionals, van verschillende generaties. Vijftig van

Internationale alumni

hen verdedigden in 6 minuten en 40 seconden een stelling die te maken had met het theater tussen 1964 en 2014. Vooral de mix van praktijk en wetenschap en van jong en oud bleek garant te staan voor een avontuurlijk programma. Zo avontuurlijk en vruchtbaar dat de staf zich inmiddels heeft voorgenomen om volgend jaar nogmaals een dag volgens deze formule te organiseren. Bij het jubileum verscheen een boek onder de titel Theaterwetenschap aan de Amstel. U kunt het boek voor € 39,95 bestellen door een e-mail te sturen aan s.l.altingvangeusau@uva.nl. Zie voor meer informatie www.50jaartheaterwetenschapamsterdam.nl. Op deze website zijn ook stellingen, filmpjes en foto’s van het jubileum te bekijken. Voor het project ‘In reprise’ kunt u laten weten wat uw favoriete Nederlandse toneelstukken zijn.

BEDANKT! De internationale masterstudenten die dit jaar aan de UvA studeren met een Amsterdam Excellence Scholarship bedanken iedereen die daaraan heeft bijgedragen: het Athenaeum Illustre Fonds, het Ribbink-van den Hoek Familiefonds en de donateurs van het Jaarfonds (via het Amsterdams Universiteitsfonds), en de AUV-leden die bijdroegen aan het jubileumgeschenk 2014. De Amsterdam Excellence Track 2014-2015 wordt mede mogelijk gemaakt door de Koninklijke Industrieele Groote Club, Job Voorhoeve/Amrop, Mercuri Urval, Profi-Sec Security en Shell International.

De Universiteit van Amsterdam blijft graag contact houden met haar internationale alumni. Dat doet zij onder andere via de UvA Alumni Chapters, lokale verbanden van vrijwilligers die worden ondersteund door de UvA. In september 2014 is het initiatief genomen voor een UvA Alumni Chapter in Sint Petersburg (Rusland). Op 20 november vond daar de eerste activiteit plaats, een bezoek aan de opening van de tentoonstelling ‘Time is Ticking’ van kunstenaar Marijke van Warmerdam in het beroemde Hermitagemuseum, en een netwerkborrel. Eerder werden al Chapters opgericht in China en de Verenigde Staten. In Beijing en Shanghai vonden afgelopen najaar voor de tweede keer netwerkbijeenkomsten plaats, in New York hield universiteitshoogleraar Alexander Rinnooy Kan een lezing voor de alumni en studenten ter plaatse. Naast de bijeenkomsten van Chapters worden ook incidentele alumnibijeenkomsten georganiseerd, bijvoorbeeld als UvA-medewerkers ergens op werkbezoek zijn. Begin december was dit het geval in Berlijn, waar de UvA deelnam aan de Master Messe en daarna een gezamenlijke alumnibijeenkomst met de Universiteit Leiden en Universiteit Utrecht organiseerde. Bureau Alumnirelaties en Universiteitsfonds informeert alumni ter plaatse over dit soort bijeenkomsten. Dat kan alleen als bij de UvA bekend is waar alumni verblijven. Woont u in het buitenland maar betwijfelt u of de UvA over uw juiste gegevens beschikt? Via alumni.uva.nl/contact kunt u uw gegevens doorgeven. Heeft u specifieke vragen over activiteiten buiten Nederland, neem dan contact op met Christina Ceulemans, alumni officer: c.t.ceulemans@uva.nl.

De bursalen poseren met rector magnificus Dymph van den Boom (midden) in de Agnietenkapel.

Bijeenkomst UvA Alumni Circle Beijing, 30 oktober 2014


30 UNIVERSITEITSFONDS ‘Het voelt als het winnende lot’

spui 41 02 | 2014 alumni.uva.nl

Koester de kracht van kennis Met de Amsterdam Excellence Scholarships wil de Universiteit van Amsterdam meer internationaal toptalent aantrekken. Dankzij de Amsterdam Excellence Scholarships volgen bijzonder getalenteerde en gemotiveerde studenten van buiten de Europese Unie een masteropleiding aan de UvA. Zo kunnen zij een grote stap zetten in hun academische vorming en persoonlijke ontwikkeling.

Lionel Newman – 1987

Parika Ganeriwal – 1985

Nationaliteit Amerikaanse en Thaise Opleiding Research Master Brain and Cognitive Sciences

Nationaliteit Indiaas Opleiding Master European and International Labour Law

De aanleiding Ik ben geïnteresseerd in wat taal ons kan vertellen over het brein, hoe het brein betekenis geeft aan de dingen om ons heen zoals taal, rituelen en symbolen. Maar wat gebeurt er als het patroon van betekenis geven door een ziekte of depressie verstoord wordt? En is daar iets aan te veranderen?

De aanleiding Na mijn bachelor heb ik in India een aantal jaren bij een advocatenkantoor gewerkt waar ik in contact kwam met Europese klanten. Zij stelden vragen over hun rechtssysteem, dat mij onbekend was. India valt, net als veel voormalige Engelse gebiedsdelen, onder de Common Law, waarbij de rechtspraak veel met precedenten werkt, in tegenstelling tot het Europese Civil Law waarbij alles met wetten is geregeld. Dit inspireerde me om me te specialiseren in een ander juridisch systeem.

Waarom de UvA De UvA is een van de weinige universiteiten waar je neurowetenschap op je eigen manier kunt combineren met taalwetenschap, psychologie en filosofie. Deze disciplines vormen een geheel waarmee we niet enkel wetenschappelijk kunnen uitleggen hoe onze hersenen informatie verzamelen en verwerken, maar ook wat dat betekent voor het geluk van mensen. Presteren De beurs motiveert me extra om zoveel mogelijk tijd te besteden aan studeren. Het feit dat deze beurs mede door alumni mogelijk wordt gemaakt, geeft me een extra duw in de rug om het programma succesvol af te ronden. Deze beurs maakt dat ik me speciaal voel, het voelt als het winnende lot. Amsterdam Het leven op deze nieuwe plek heeft tot gevolg dat ik me weer kind voel: steeds ervaar ik nieuwe dingen en leer daardoor elke dag zoveel! Toekomst Ik wil niet per se terug naar de Verenigde Staten. Mijn droom is om iets te doen op het snijvlak van etnografie, antropologie en cognitie – verschillen tussen culturen hebben me altijd getrokken. Gelukkig heb ik in mijn researchmaster twee stages van elk vier maanden, zo kan ik me nog oriënteren. Ik houd nog even alle deuren open.

Waarom de UvA De UvA is een van de weinige universiteiten ter wereld die de master ‘European and International Labour Law’ aanbiedt. Bovendien heb ik een vrije hand in het invullen van mijn programma, het is echt helemaal tailor made. Presteren De beurs geeft een behoorlijke druk om te presteren, maar het is ook een enorme boost voor mijn zelfvertrouwen. Zonder deze beurs had ik mijn droom om mezelf zo uit te dagen nooit kunnen verwezenlijken. Dit geeft mij de kans om me niet alleen academisch te ontwikkelen, maar ook om op persoonlijk vlak te groeien. Ik ben de UvA dan ook zeer dankbaar dat ik hier mag studeren. Amsterdam De openheid van de mensen hier spreekt mij aan. Iedereen staat klaar om te helpen en past zich aan door Engels te spreken. Vrienden die in andere Europese steden studeren, lopen tegen allerlei muren op. Ik merk dat Nederlanders juist deuren openen. Toekomst Na de studie wil ik graag mijn nieuwe kennis in Civil Law in de praktijk brengen. Daarom wil ik graag in Europa blijven en in ieder geval een paar jaar bij een internationale organisatie werken.

Internationaal en ambitieus Buitenlands talent geeft een impuls aan het internationale karakter van de universiteit en draagt bij aan een ambitieus studieklimaat. Bovendien brengt het kennis, inzichten en ervaringen mee die studenten voorbereiden op een mondiale arbeidsmarkt. Daar profiteren alle studenten van. Over grenzen heen Om de beursstudenten aan te moedigen het beste uit zichzelf te halen, biedt de UvA hen behalve het curriculum van de gekozen opleiding een programma naast de studie: de Amsterdam Excellence Track. Hierin maken zij samen met Nederlandse studenten kennis met de Amsterdamse samenleving en verdiepen zij zich in bedrijven en organisaties. Zo ontstaat een community van toptalent die vakgebieden en nationale grenzen overstijgt en verbonden blijft met Amsterdam. Volledige beurs Een Amsterdam Excellence Scholarship dekt de kosten van collegegeld en van levensonderhoud. De beurs bedraagt vijfentwintigduizend euro voor een eenjarige masteropleiding of maximaal vijftigduizend euro voor een researchmaster van twee jaar. De UvA is de enige universiteit in Nederland die zo’n volledige beurs verstrekt. Per jaar ontvangen vijftien studenten een beurs. Geef studenten een duwtje in de rug Wilt u excellente studenten aanmoedigen het beste uit zichzelf te halen en zich in te zetten voor Amsterdam? Wilt u dat de UvA aantrekkelijk blijft voor uitzonderlijk talent van over de hele wereld? Help studenten een eerste stap te zetten op weg naar hoogwaardige internationale kennisuitwisseling en een langdurige relatie met Amsterdam. Heeft u een idee, of een vraag? Neem dan contact op met Bureau Alumnirelaties en Universiteitsfonds van de Universiteit van Amsterdam: Ingrid Janssen, senior-relatiemanager ambassadeurs en schenkers, ingrid.janssen@uva.nl; 020-525 2676 of Jochem Miggelbrink, relatiemanager fondsenwerving, j.j.m.miggelbrink@uva.nl; 020-525 2076.

Jaarfonds 2014: doelen gehaald Veel alumni, vrienden en medewerkers van de Universiteit van Amsterdam hebben het Jaarfonds 2014 met hun donaties tot een succes gemaakt. In januari is de exacte opbrengst van de campagne bekend. Nu al is zeker dat de vier projecten die in de campagne centraal stonden, kunnen worden gerealiseerd. Het Allard Pierson Museum kan de ArcheoHotspot inrichten, Maartje Stols-Witlox kan de gevolgen van oude restauratierecepten onderzoeken, studenten in de biologische wetenschappen kunnen zich in een stagelab voorbereiden op de arbeidsmarkt en een internationale student ontvangt een Amsterdam Excellence Scholarship. Namens de studenten en onderzoekers: hartelijk dank!


UVA-SCHRIJVER

DE WEG TERUG

Pauline van de Ven – 1956 paulinevandeven.nl • 1979-2001 redacteur en columnist, o.a. NRC Handelsblad, Trouw en Intermediair • 1984 eerste artikel in Nederlandse krant over opkomst internet (NRC Handelsblad) • 1995 doctoraal Economie • 1997 romandebuut bij uitgeverij Balans • 2001-heden schrijver en digitaal kunstenaar • 2005 oprichter Stichting Auteursdomein • 2006 ontwerper eerste hyperroman (met Eisjen Schaaf en partner Paul Vitányi) • 2014 Halewijnprijs (literaire oeuvreprijs) en derde prijs digitaal schilderwerk Museum of Computer Art (MOCA), New York

Wat onderwijs betreft kwam ik laat tot inkeer. Hoewel onze leraren zich uitsloofden om ons bij de les te houden – Frans was met roombrie en Rhônewijn bij chansons van Barbara en Moustaki – lagen we liever te niksen langs de Jeker. Mijn hoofd stond niet naar educatie en thuis moest ik wennen aan de uitbreiding van ons gezin met een pleegmoeder. Onder schooltijd spaarde ik mijn krachten voor het leven erbuiten, ik droomde weg naar garagefeesten met visnetten en druipkaarsen, mijn eerste kus in het gras langs de oever van het Julianakanaal. Na twee keer doubleren met een twee en een vier voor algebra werd ik van het atheneum gedegradeerd naar de havo. Mijn beide ouders hadden een universitaire opleiding, mijn jonggestorven moeder was zelfs cum laude afgestudeerd. Ik geloof dat toen in de verte de deur van de universiteit dichtviel, mijn vader moeite had het laatste flakkerende sprankje in mij gevestigde hoop brandend te houden. Na het eindexamen begon het leven met werkloos rondhangen in cafés, vervolgens kranten verkopen, en schadeformulieren invullen. Achter de ramen van het verzekeringskantoor was een stukje lucht te zien ter grootte van een sloop. Na een halfjaar kon ik aan de kleur vrij precies het uur van de dag bepalen, een van blauw naar grijs verlopend spectrum van verveling. De weg terug liep via de toehoorderskaart, een shortcut naar Canossa die vandaag niet meer bestaat. Een college bij het Instituut voor Perswetenschap bracht binnen enkele maanden een gedroomd voltijdsbaantje als leerling-journalist bij een vakblad voor kruideniers – een springplank naar Trouw en later NRC Handelsblad. Weliswaar op de economieredactie en niet op de kunstredactie, maar ik was ontsnapt aan kantoor en zo blij als een hond met zeven staarten. In de faillissementsgolf van 1980-1984 heb ik gemerkt dat iets waar je je in verdiept, op den duur vanzelf leuk wordt. Hoe langer je kijkt, hoe meer je ziet. Na vier jaar bij de krant zag ik iets dat me enorm

Pauline van de Ven paulinevandeven.nl

www

31

tekst • Pauline van de Ven

opwond en dat me bijna tien jaar heeft beziggehouden. Het was een optelsom van onbeduidende voorvallen, misschien vooral zichtbaar op de economieredactie. Daar vulde de prullenmand zich met een heleboel kleine bedrijfjes die in het kielzog van elk nieuwswaardig faillissement werden meegesleurd. Vaak waren ze alleen in moeilijkheden gekomen omdat ze een grote vordering moesten afschrijven. Uit de failliete boedel kregen ze haast nooit iets terugbetaald; de geleverde goederen werden geveild en van de opbrengst werd met voorrang de bankschuld van het failliete bedrijf voldaan. Als de toeleverende bedrijfjes ondergingen, herhaalde zich dat proces. De hypothese lag voor de hand dat de faillissementspraktijk de heersende crisis versterkte. Ik had het gevoel dat dat erg belangrijk was. Iets dat zo diep ingreep in zoveel mensenlevens als welvaart en crisis, daar wilde ik alles van weten. Ik begon boeken te kopen over macro-economische theorieën en zette die gewichtig in het kastje achter mijn bureau. Smith, Marx en Friedman. Mijn kat werd vernoemd naar een voorloper van Keynes, de Engelse econoom Hobson, schrijver van The Physiology of Industry (1889). Een werk naar mijn hart waarin een theorie ter verklaring van economische neergang wordt gebaseerd op leveranties tussen bedrijven onderling. Waren de oudste denkers nog te volgen, tot moderne handboeken had je als leek geen toegang, ze stonden vol formules. Economie bleek een exact vak geworden. Je bent gek, zei mijn partner, toen ik aankondigde dat ik wilde gaan studeren. Paul is wiskundige, hij weet dat ik geen aanleg voor exacte vakken heb, zelfs licht cijferblind ben. Bovendien was ik 34. Ik waagde het toch. Het patroon dat niemand anders had gezien dan ik alleen, dreef me door een avondcursus wiskunde-A, een colloquium doctum en zeven moeizame studiejaren. Wat ik te weinig had aan aanleg, had ik teveel aan motivatie en ook aan ambitie. Een fijne onderzoekstijd met Pieter Lakeman leidde tot Failliet op Krediet en versterkte mijn verlangen het cascade-idee macro-economisch verder uit te werken. Leermeesters als Rick van der Ploeg, Bernard van Praag, Joop Hartog en Sweder van Wijnbergen waren heel inspirerend. Invloedrijke economen met wie je ook nog eens, vooral met Bernard, goed kon lachen. Geen vrouwen, helaas. Geschiedenis van Geert Reuten was een heerlijk vak. Een bont corso van conflicterende inzichten werd aan ons voorgeleid. In Smith, Schumpeter en Keynes kon je de economie van de praktijk, van de krant herkennen. Eén keer mocht ik de ontroering van een simpele, zuivere waarheid ondergaan die het voorrecht van wiskundigen schijnt te zijn. Dat was toen ik de Wet van Say* begreep. Na een poos ging ik overdag college volgen. Niemand controleerde het, en als je gepast van je sterfelijkheid doordrongen bent, is tien jaar avondstudie belachelijk. Helaas beheerste een ongeïnteresseerde minderheid de massale hoorcolleges. Honderd van de vierhonderd studenten brachten koffie en broodjes mee, kraakten met de krant, praatten elkaar bij of zetten de transistorradio aan, terwijl in de diepte iemand vruchteloos iets probeerde uit te leggen. Na de zeven jaar die destijds gemiddeld voor de studie Economie stond, haalde ik in 1995 mijn doctoraal, met een negen voor statistiek. Voor één specialisatie had ik toestemming moeten vragen van het faculteitsbestuur en privéles gekregen van professor Lambooy, want dat vak werd halverwege de studie opgeheven. Vreemd genoeg was dat milieueconomie. Mijn voornemen om thuis te raken in de grafentheorie en netwerken van toeleverende bedrijven te onderzoeken, is op niets uitgelopen. Ik ben een weg ingeslagen die ik lang vóór de economie had willen nemen, maar die destijds niet openlag. • *) Ongeacht de arbeidsextensiteit van de productie genereert de opwerking van grondstof naar eindproduct een koopkracht die gelijk is aan de verkoopwaarde van het eindproduct (vrije formulering PvdV).


Uitgeverij AUP NAJAARS SALE: MEER DAN 50% KORTING OP BIJNA 200 TITELS Van €235,- / Voor

€115,-

Van €19,95 / Voor

€10,-

Van €19,95 / Voor

€10,-

Van €14,95 / Voor

€5,-

Tot en met januari 2015 heeft Uitgeverij AUP bijna 200 boeken spectaculair in prijs verlaagd.

Ga naar www.aup.nl voor het volledige aanbod.

Illustere School: studeren voor gevorderden Geef met de feestdagen een stoel cadeau Een stoel bij de Illustere School betekent een academische ervaring rijker. Kijk op is.uva.nl/cadeaubon om te zien welke collegereeks of bijeenkomst u met de feestdagen cadeau kunt geven.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.