2 minute read

Column Vief

Angela is moeder van twee studerende kinderen (20 en 21), partner van Wilko en eindredacteur annex coördinator bij Springlevend024. Als columnist schrijft ze hier over haar belevenissen als vijftigplusser. Ze voelt zich helemaal niet oud, juist Springlevend of Vief, om maar een lekker ouderwets woord te gebruiken. Bovendien: ‘The best is yet to come’. Toch?

Opvliegers

Advertisement

De overgang. Getver, wat een smerig ondere werp. Eerlijk gezegd, ooit had ik me voore genomen: daar ga ik het nóóit en te nimmer over hebben. Sterker, ik was ook vast van plan er gewoon niet aan mee te doen.

Maar dan, inmiddels begin vijftig, jaaah daar gaan we het toch beleven. Jeetje mina. Lichte twijfel. Het zal toch niet… Heb ik stemmingswisselingen? Nee hoor, dat ligt niet aan mij, de hele wereld loopt me gewoon wat extra te f*cken. Het zit gewoon een bee tje tegen, dat heeft niks te maken met de overgang. Ik ben een keer extra chagrijnig. Nou en? Al lijkt het er wel op dat ik steeds vaker ’s nachts wakker word omdat het plotseling erg warm is. Of vergis ik me nou? Opvliegers? Ik? Vast niet, niks aan de hand.

Negeren lukt niet langer als mijn man op een dag ongevraagd met een potje pillen thuis komt: ‘brede ondersteuning bij verschijnselen die kunnen ope treden voor of na de overgang’, lees ik op het etiket. Geheel op natuurlijke basis. Prima spul. Lief van hem? Neeeh!! Grrrrr!

Toch maar geprobeerd. En warempel. Het lijkt wel of het werkt. Kan dat? Wat zit er eigenlijk in? Hoofde bestanddeel: duindoornbes, 38 procent. Nooit van gehoord. Kun je daar gebrek aan hebben? Heeft een mens dat überhaupt nodig? Nou blijkbaar. Het is trouwens niet goedkoop maar het bewaren van de lieve vrede mag wat kosten. Dus een week of vier later, snel een grootverpakking besteld.

Desalniettemin… Het gaat los. De bestrijding is niet waterdicht. De eerste paar keer dat het zweet me overdag zomaar van top tot teen uitbreekt, gooi ik het nog op een hittegolf. Als ik mezelf er ’s ochtends een keer op betrap dat ik begin na te denken over het materiaal van de kleding die ik wil aantrekken, schrik ik me rot. Jakkes, dit is het, ik heb serieus last van de overgang. Alleen al van het idee krijg ik het heet, of is het weer een opvlieger?

Hoe dan ook: balen. Tot ik op een mooie avond van een vijfgangenmenu zit te smullen in een restaue rant met een ster en de ober mij bij gang twee een ingewikkeld gerecht voorzet: kreeft van de bbq met een saus van duindoornbes. Pardon, wát zegt u? Duindoornbes meneer? Ja, mevrouw. Snel proef ik. Lekker? Ja, het smaakt nog goed ook! Eureka, hier ga ik voortaan elke week eten. Dineren met sterren, ik kan er niks aan doen, het moet, ik heb het gewoon nodig, medisch voorschrift. Zijn die opvliegers toch nog ergens goed voor.

De eerste paar keer dat het zweet me overdag van top tot teen uitbreekt, gooi ik het nog op een hittegolf.

This article is from: