Meet Music Magazine 317, juli-augustus 2015

meet music magazine afgifte kantoor voor belgië / TURNHOUT p509335

28e jaargang – Juli-Augustus 2015 28ième année – Juillet-Août 2015

GR ATIS IT GR ATU

maandblad voor de Benelux muzikant – menuel pour le musician Benelux

Nr.317

HILITES • • • •

Guitar Bass Keyboards Drums & Percussion

PAISTE PST X

Korg Havian 30

MM317 Cover.indd 1

James Neligan EZR-D & EZR-OMCFI

Music Man

BH500 en 810 BS 14-07-15 13:50

www.voerman.nl

ads MMM317.indd 2

14-07-15 15:27

INHOUD - SOMMAIRE

HILITES product news .......................................4

KEYBOARD INSTRUMENTS Korg Havian 30 digital ensemble piano .......16

DRUMS & PERCUSSION Paiste PST X cymbals .............................8

GUITAR James Neligan EZR-D & EZR-OMCFI acoustic guitars ..................................22

BASS Music Man BH500 en 810 BS head en speakercabinet ........................12

DRUMS & PERCUSSION 2Box TrigIt acoustic drumtriggers ..........24

MAANDBLAD VOOR DE BENELUX MUZIKANT - MENSUE L POUR LE MUSICIEN BENELUX ABN Amro Bank IBAN: NL70ABNA0432038949 BIC: ABNANL2A Directie/Gestion Erk Willemsen, Ronald Willemsen, Marcel Willemsen Meet Music Magazine is een uitgave van/ est une édition de: Keijser 18 Mediaproducties bv Postbus 11497 • 1001 GL Amsterdam Bezoekadres: Rozenstraat 206 • 1016 PA Amsterdam, +31 20 675 5308 info@meetmusic.com, www.meetmusic.com

Druk/Impression Mediacenter Rotterdam De auteursrechten van deze uitgave en van alle artikelen, die erin verschijnen, worden door de uitgever voorbehouden / La reproduction, même partielle, de ce numéro est strictement interdite sans l’autorisation écrite de l’éditeur.

Uitgever/Editeur Erk Willemsen Redacteuren/Redacteurs Dennis Boxem Diederik Van Lembergen Luc Henrion Stijn Deldaele Tim Van Roy Vertalingen/Traductions Jean-Pierre Irgel Michel Van den Bosch

Sales/marketing: Ronald Willemsen Sales: Keijser 18 Mediaproducties, Ronald Willemsen, Ollie Schmitz, Erk Willemsen ads@k18.nl, +31 20 675 5308 Vormgeving/Conception Marcel Willemsen, Cyril Koopmeiners Boekhouding /Comptabilité Vanja van Dam factuur@k18.nl

ADVERTEERDERSLIJST | LISTE DES ANNONCEURS MEET MUSIC MAGAZINE Voerman ................... 2

Highlite.................... 15

Tipbook Company ...... 10

Amptec ................... 19

Sound Service .......... 11

DrumDrieDaagse ...... 21

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 MM317 Inhoud.indd 3

Muziekblad op je mat .. 26

www.meetmusic.com

3

14-07-15 13:53

Steven Faber

Hilites

Steve Pisani, executive vice president D’Angelico

Guitar

Guitare

Akoestische gitaarlijn D’Angelico Sinds de wederopstanding van het legendarische D’Angelico in 2011 heeft het bedrijf 38 modellen uitgebracht, met als doel voor elke muziekstijl een model in zijn catalogus te hebben. En dus horen daar ook akoestische gitaren bij. Dat D’Angelico niet van half werk houdt blijkt wel uit het feit dat ze gelijk zeven nieuwe modellen presenteren, waaronder een basgitaar.

Om deze akoestische lijn te introduceren had D’Angelico samen met importeur Face de pers uitgenodigd naar Barcelona te komen waar Steve Pisani, executive vice president van D’Angelico, de nieuwe instrumenten introduceerde.

De namen van de gitaren verwijzen naar bekende plekken in New York en ze zijn alle voorzien van de karakteristieke D’Angelico kop, een Fishman INK4systeem, een brug waarin het getrapte motief terugkomt en koperen brugpennen voor een heldere klank. Op de sapele modellen na zijn ze volledig massief.

Er zijn twee grand auditorium-modellen, de Mercer SG-100 en Gramercy SG-200. Ze hebben een sitka sparren top en een respectievelijk sapele en palissander zij- en achterkant. Dan zijn er drie dreadnoughts, de Lexington SD-300 (sapele), Brooklyn AS D-400 (mahonie) en Bowery AS D-500 (palissander).

Ook hier is de top van sitka, dit keer voorzien van een getrapte slagplaat. De Lexington onderscheidt zich door de bodyvorm zonder cutaway. Ten slotte noemen we de Madison SJ-600 jumbo met sitka top en zij- en achterblad van gevlamd esdoorn en de Mott SBG-700 basgitaar, waar we dezelfde houtsoorten terugvinden. www.face.be en www.dangelicoguitars.com

Ligne de guitares acoustiques D’Angelico Depuis la résurrection de D’Angelico, la firme légendaire, en 2011, ses ateliers ont sorti 38 modèles, avec le but avoué de proposer dans leur catalogue un modèle pour chaque style de musique. Et donc, les guitares acoustiques sont aussi de la fête ! Le fait que D’Angelico ne compte pas faire de demi-mesure se confirme par le fait qu’ils présentent rien moins que sept nouveaux modèles en même temps, dont une guitare basse.

Afin de lancer cette ligne d’acoustiques, D’Angelico avait, en partenariat avec l’importateur Face, invité la presse à venir à Barcelone, où Steve Pisani, le vice-président de D’Angelico, présentait les nouveaux instruments.

Les noms des guitares font référence à des lieux bien connus de New York, et elles sont toutes construites avec la tête caractéristique de D’Angelico, un système de préampli Fishman INK4, un chevalet où se retrouve le motif en paliers, et des chevilles de chevalet en cuivre pour obtenir un son plus clair.

A part les modèles en sapeli, les instruments sont tous en bois massif.

Il y a deux modèles de type Grand Auditorium : la Mercer SG-100 et la Gramercy SG-200. Ils ont une table d’harmonie en épicéa de Sitka, et respectivement, des éclisses et un fond en sapeli ou en palissandre. Ensuite, il y a trois dreadnoughts, la Lexington SD-300 (en sapeli), la Brooklyn AS D-400 (en acajou), et la Bowery AS D-500 (en palissandre). Ici aussi, les tables sont en épicéa de sitka, agrémentées cette fois d’une plaque de protection à motif en paliers. La Lexington se distingue du lot par la forme de son corps qui n’a pas de pan coupé. Enfin, signalons la jumbo Madison SJ-600, toujours avec une table d’harmonie en épicéa de Sitka, mais avec des éclisses et un fond en érable flammé, ainsi que la Mott SBG-700, une guitare basse où se retrouvent les mêmes essences de bois. www.face.be et www.dangelicoguitars.com

Palmer tremolo Het Duitse Palmer heeft in zijn MI Pocket serie effectpedalen de Tremolo uitgebracht. Het pedaal is eenvoudig van opzet, met regelaars voor speed, intensity en shape. Vooral door die laatste kun je veel verschillende

4

www.meetmusic.com

MMPSL 317 MM Hilites.indd 4

Tremolo Palmer Le constructeur allemand Palmer vient de sortir un Tremolo qui fait partie de sa série de pédales d’effets MI Pocket. La conception de cette pédale est simple, avec des réglages pour speed, intensity et shape. C’est surtout

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 13:59

Line 6 Helix

Guild Westerly Collection

soorten tremolo-effecten instellen, van het geleidelijke karakter van een sinus tot de stotter van een blokgolf. De tremolo werkt op een 9-volts batterij of externe voeding. www.palmer-germany.com LINE 6 HELIX Helix is een nieuwe effectprocessor van Line 6 die verkrijgbaar is als pedaal en als 19-inch rackunit met losse footcontroller. Line 6 spreekt niet meer van HD-modeling, maar gebruikt nu de term HX om de kwaliteit van de geluiden te omschrijven die door de dubbele DSP-processor worden geleverd.

Helix is gemaakt voor de tourende gitarist, dus mogen we wat verwachten van de stevigheid. Naast twaalf drukgevoelige voetschakelaars en een expressiepedaal vind je een groot kleuren LCD-scherm voor het instellen van je effecten. Onder de aansluitingen zijn vier effectloops, zodat je je favoriete pedalen kunt integreren in je set-up. Zo wordt Helix het controlecentrum van je rig. www.line6.com GUILD WESTERLY COLLECTION Guild laat met de Westerly Collection akoestische gitaren oude tijden herleven. De naam Westerly slaat op plaats in Rhode Island waar het bedrijf tussen de jaren zestig en negentig was gevestigd. De collectie bestaat uit de 120, 140 en 150 serie, wat respectievelijk staat voor volledig mahonie gitaren, modellen met sparren bovenblad in combinatie met mahonie zij- en achterblad, en modellen met sparren top en zij- en achterkant van palissander. Binnen de serie vind je de modellen concert, orchestra, dreadnought en jumbo (6- en 12-snarig). Ook aan de bassist is gedacht met de B-140E akoestische basgitaar.

Bij alle modellen vinden we een brugzadel en topkam van been, een topkambreedte van 1,75 inch en een slagplaat met schildpadmotief. www.gitaarbizz.nl

BASS TECH 21 NYC VT BASS 500 Het VT Bass-circuit, dat zowel een Ampeg flip-top als SVT van hetzelfde merk kan simuleren, lijkt nog lang niet uitgemolken en is razend populair onder bassisten. Na onder meer het normale pedaal, de Deluxe, de DI-versie, de rekversie en de 1000W-versterker, komt Tech 21 uit New York met de VT Bass 500. De compacte versterker is goed betaalbaar, doet qua uiterlijk erg aan de modellen van Tecamp denken en levert, zoals de naam al doet vermoeden, 500 watt, mét dat fijne randje van het VT-circuit. www.tech21nyc.com NIEUWE IBANEZ BASSEN De Ibanez GWB35FDBKF is de niet echt sexy naam voor de gefrette versie van de zeer betaalbare signature van meesterbassist Gary Willis. Net als de reeds bestaande, fretloze versie komt de bas met onder meer speciale Gary Willis-elementen en stemmechanieken en een afneembare ‘ramp’. Helemaal nieuw is de ANB1006, waarbij AN voor Adam Nitti staat.

Nitti is onder meer solobassist, maker van onlinebaslessen en veelgevraagd sessiemuzikant.

De bas wordt helemaal met de hand gebouwd in Japan en zit met een prijs van $ 7000,- op bijna tien keer die van een Gary Willis.

De bas heeft onder meer een extra grote

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 MMPSL 317 MM Hilites.indd 5

cette dernière commande qui permet d’obtenir quantités d’effets de tremolos différents, allant du caractère progressif d’une sinusoïde aux soubresauts d’une onde carrée. La pédale fonctionne via une pile de 9 volts ou une alimentation externe. www.palmer-germany.com LINE 6 HELIX Le Helix est un nouveau processeur d’effets de Line 6 ; il est disponible en version pédale, mais aussi en rack de 19” complété par un contrôleur au pied séparé.

Line 6 ne parle plus de modélisation HD, mais utilise le terme HX pour décrire la qualité des sonorités qui sont émises par le double processeur DSP. Helix est destiné au guitariste qui fait des tournées, on peut donc s’attendre à une robustesse exemplaire. En plus de douze interrupteurs à pied sensibles au toucher et d’une pédale d’expression, on trouvera également un grand écran LCD en couleur pour régler les effets. Parmi les connexions, signalons quatre boucles d’effets, qui permettent donc d’intégrer vos pédales favorites dans votre installation, dont le Helix devient un véritable centre de contrôle. www.line6. com GUILD WESTERLY COLLECTION A travers sa Westerly Collection, Guild redonne vie aux guitares acoustiques des temps passés. Le nom Westerly fait d’ailleurs référence à un endroit de Rhode Island où l’entreprise était localisée entre les années soixante et nonante. Cette “collection” se compose des séries 120, 140 et 150, ce qui correspond à différentes caractéristiques qui sont, respectivement : les modèles tout en acajou, ceux avec une table d’harmonie en épicéa et des éclisses et un fond en acajou, et enfin, ceux avec une table d’harmonie en épicéa et des éclisses et un fond en palissandre. Au sein de chaque série, on trouve des modèles de type concert, orchestra, dreadnought et jumbo, à 6 et à 12 cordes. La firme a aussi pensé aux bassistes, avec la guitare basse acoustique B-140E. Sur tous les modèles, on remarque que les sillets (de chevalet et de tête) sont en os. La largeur au sillet de tête est de 1,75 pouce, et la plaque de protection affiche un motif de type “tortue”. www.gitaarbizz.nl

BASSE TECH 21 NYC VT BASS 500 Le circuit VT Bass 1000 Bass, qui simule aussi bien un Ampeg flip-top qu’un SVT de la même marque, ne semble pas encore avoir livré tous ses secrets et reste incroyablement populaire auprès des bassistes. Après, parmi d’autres, la pédale normale, la Deluxe, la version avec DI, la version en rack et l’ampli de 1.000 watts, voici que Tech 21 déboule de New York avec ce VT Bass 500. Cet ampli compact est financièrement abordable, son apparence fait fortement

penser aux modèles de Tecamp, et comme le suggère son nom, il développe une puissance de 500 watts, et bien sûr, avec ce splendide côté un peu rêche du circuit VT Bass 1000. www.tech21nyc.com NOUVELLES BASSES IBANEZ L’Ibanez GWB35FDBKF est le nom - pas vraiment sexy ! - donné à la version frettée de la basse, très abordable, signée par le maître-bassiste Gary Willis. Tout comme la version fretless existante, cette basse est équipée entre autres des micros et des mécaniques spécifiques à Ga ry Willis, ainsi que d’une “rampe” amovible.

Toute nouvelle, voici l’ANB1006, où les initiales AN signifient Adam Nitti. Nitti >>

www.meetmusic.com

5

14-07-15 13:59

Hilites >> snaarafstand van 18 mm, een custom made voorversterker en twee Bartolinielementen. www.ibanez.com NIEUW VAN MARKBASS Markbass veranderde de behuizing van de TTE 800 van Anthony Jackson. In plaats van een vogelkooi is het nu meer vintage.

Een versie met 500 watt wordt snel leverbaar. Zeker niet vintage maar wel heerlijk gedurfd is de Little Mark Ninja. Het exemplaar dat we op de Musikmesse was nog een prototype en we hopen dat de felgroene kleur blijft. De versterker op de Messe levert 600 watt, maar volgens de Italianen gaat dat binnenkort naar 1000 watt. De versterker wordt samen met en voor Richard Bona ontworpen, en er zijn meteen twee bijpassende speakerkasten met 1x12 of 2x12 inch speakers. De Nano Mark 300 is een nieuwe, fijne, kleine en rode lichtgewicht versterker. www.markbass.it

est, entre autres, un “bassiste soliste”, un créateur de leçons de basse en ligne, et un musicien de studio très demandé. Cette basse est totalement construite à la main, au Japon, et son prix avoisine les 7.000 dollars, pas loin de dix fois le prix de celle de Gary Willis ! Cette basse se caractérise entre autres par une distance entre cordes très importante de 18 mm, un préampli customisé et deux micros Bartolini. www.ibanez.com NOUVEAU CHEZ MARKBASS Markbass a modifié le boîtier de l’ampli TTE 800 d’Anthony Jackson : au lieu d’un look de “cage à oiseau”, la tendance est à présent plus ‘vintage’.

Une version de 500 watts sera rapidement disponible. Quant au Little Mark Ninja, lui n’est vraiment pas ‘vintage’, mais plutôt ... magnifiquement audacieux ! L’exemplaire que nous avons vu à la Musikmesse de Francfort était encore un prototype, et nous espérons que sa couleur vert vif sera conservée ! L’ampli présent à la Musikmesse avait une puissance de 600 watts, mais selon les concepteurs italiens, elle va très vite passer à 1.000 watts. Cet ampli a été conçu avec - et pour - Richard Bona, et deux enceintes dédiées ont été créées en même temps : une 1 x 12” et une 2 x 12”.

Quant au Nano Mark 300, il s’agit d’un nouvel ampli : joli, petit, rouge et poids plume ! www.markbass.it

DRUMS & PERCUSSION

DRUMS & PERCUSSION

ZILDJIAN LOW VOLUME EN K CUSTOM DARK Op de Musikmesse gaf Zildjian al aan dat het een aantal nieuwe producten in de pijplijn had zitten. De jaarlijkse zomereditie van de NAMM show in Nashville bleek een mooie gelegenheid dit nieuws te laten zien: de Low Volume bekkenserie en de 19” en 20” K custom Dark crashes.

De 19” en 20” K Custom Dark Crashes zijn niet meer of minder dan twee extra grote varianten op de al bestaande crashes in deze reeks. Belangrijk verschil is echter dat de beide nieuwe bekkens een relatief wat grotere cup hebben, die zorgt voor iets meer snijkracht en volume.

Aan de andere kant van het volumespectrum vinden we de nieuwe Low Volume bekkens.

Deze bekkenreeks is gebaseerd op de Gen-16 buffed bronze bekkens, maar wordt geleverd zonder de elektronische pickups. De bekkens hebben tot 80 procent minder volume dan een normaal bekken en dat maakt ze ideaal voor thuisgebruik, bijvoorbeeld in combinatie met een drumkit met gaasvellen. Oefenen was nog nooit zo stil!

De Low Volume bekkens zijn verkrijgbaar in drie sets. De kleinste bestaat uit een 13” hihat en een 18” crash/ride, de tweede set omvat dezelfde bekkens en is uitgebreid met een 14” crash. Set nummer drie bestaat uit een 14” hihat, 16” crash en 18” crash/ride.

Europese prijzen zijn nog niet bekend, maar de kleinste set kost in Amerika net geen 200 dollar. Heel betaalbaar dus! www.zildjian.com

ZILDJIAN LOW VOLUME ET K CUSTOM DARK Lors de la Musikmesse, Zildjian a annoncé qu’il avait déjà un certain nombre de nouveaux produits en préparation. L’édition annuelle du NAMM Show d’été à Nashville leur a donc semblé une belle opportunité pour montrer ces nouveautés au grand jour, à savoir : la série des cymbales Low Volume et les crashs K custom Dark de 19” et de 20”.

Ces crashs K custom Dark de 19” et de 20”ne sont ni plus ni moins que deux variantes de plus, très grandes, basées sur les crashs déjà existantes dans cette série. Par contre, la différence importante est que ces deux nouvelles cymbales ont une cloche relativement plus grande qui est censée apporter plus de tranchant et de volume.

En termes de volume, à l’autre extrémité, voici donc les nouvelles cymbales Low Volume. Cette série de cymbales est basée sur les cymbales ‘Gen-16 buffed bronze’, mais elle est livrée sans les micros électroniques. Ces cymbales produisent jusqu’à 80 % de volume en moins par rapport à une cymbale normale, et cela les rend parfaites pour l’usage à domicile, par exemple pour compléter une batterie équipée de peaux maillées. S’exercer sur une batterie n’avait encore jamais fait aussi peu de bruit !

Ces cymbales Low Volume sont disponibles en trois ensembles. Le plus petit se compose d’un charley de 13” et d’une crash/ride de 18” ; le second comprend les deux mêmes cymbales, mais est complétée par un crash de 14”. Et le troisième set comprend un charley de 14”, une crash de 16”, et une crash/ride de 18”. Les prix en Europe ne sont pas encore connus, mais le plus petit de ces sets coûte aux Etats-Unis un peu moins de 200 dollars : ils sont donc très abordables ! www.zildjian.com

SAKAE PAC-D Kleine drumkitjes zijn hip, en ook het Japanse Sakae haakt bij de hype aan met de Pac-D drumkits. Opvallend aan de Pac-D is de stevig uitziende bassdrumriser waar de 16”x16” bassdrum in staat. De 10”x7” tom monteer je aan een bekkenstandaard en de 13”x11” floortom staat gewoon op zijn eigen pootjes.

De meegeleverde snaredrum

6

www.meetmusic.com

MMPSL 317 MM Hilites.indd 6

SAKAE PAC-D Les petits sets de batterie sont à la mode, et le constructeur japonais Sakae tâche de prendre le train en marche via ses batteries Pac-D. Ce qui frappe immédiatement quand on voit un Pac-D, c’est l’apparence de solidité que dégage la grosse caisse de 16” x 16”. Le tom de 10” x 7” se monte sur un pied de cymbale standard, et le floortom de 13” x 11” est simplement soutenu par ses propres pieds. La caisse claire livrée avec le set mesure 12” x 5½”. Le Pac-D est disponible en six couleurs et il est livré avec un ensemble d’accastillage adapté. Le tout coûte 803,25 euros. http://sakaedrums.com

CLAVIERS YAMAHA - CLAVIERS ARRANGEURS Voici trois nouveaux claviers arrangeurs de Yamaha ! Le PSR-S970 est le vaisseau-amiral de la série S : il cumule toutes les fonctionnalités des autres

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 13:59

Yamaha PSR-S970 arranger keyboard

meet 12”x5½”. De Pac-D is verkrijgbaar in zes kleuren en wordt geleverd met een bijbehorend hardwarepakket. Het geheel kost € 803,25.http://sakaedrums.com

KEYBOARDS YAMAHA ARRANGER KEYBOARDS Drie nieuwe arranger keyboards van Yamaha! De PSR-S970 is het vlaggenschipmodel van de S-serie en combineert alle functionaliteit van de andere modellen in de reeks met krachtige speelkenmerken, waaronder veelzijdige effecten afkomstig van de Tyros 5, externe beeldweergavemogelijkheden en een programmeerbare vocal harmony-functie.

De PSR-S770 is uitgerust met een groot aantal krachtige speelkenmerken, flexibele audioweergavefuncties en een microfoon/gitaar-ingang, waardoor hij ideaal is voor livegebruik op het podium, in de studio en thuis.

De PSR-S670 is een performance-keyboard met nieuwe voices, stijlen en dj-functies. www.yamaha.nl NOVATION MORODERNOVA De Novation MiniNova is een lekker compacte maar zeer uitgebreide digitale synthesizer met achttien stemmen, drie oscillatoren per stem, meerdere filters, effecten en een ingebouwde arpeggiator en vocoder. Giorgio Moroder is een legendarische producer die Donna Summer haar discosound gaf, soundtracks maakte voor films als Top Gun en Scarface en onlangs nog samenwerkte met Daft Punk. Giorgio schijnt nogal gecharmeerd te zijn van de Mininova en daarom is er nu een ‘signature’ MiniNova: de MoroderNova.

Signature-gitaren worden er aan de lopende band gemaakt, maar op het gebied van toetsen is het een zeldzaamheid. Behalve in het uiterlijk (Moroders snor en zonnebril-logo), onderscheidt de MoroderNova zich trouwens alleen in de presets met typische Moroder-sounds. www.novation.com KAWAI DIGITALE PIANO’S De topserie van Kawai krijgt uitbreiding met de CA67 en CA97 modellen. De klank van deze nieuwe digitale piano’s wordt bepaald door de samples van de 9’ Shigeru Kawai EX Concert Grand en de 6’5” SK5 Chamber Grand. Deze vleugels kun je nu op het Grand Feel II klavier met houten toetsen bespelen en weergeven met het nieuw ontwikkelde luidsprekersysteem of via de nieuwe SHS koptelefoontechnologie. De lengte van de toetsen van het nieuwe Grand Feel II en van het Grand Feel klavier (van de voorkant van de toets tot aan de pen van de waagbalk) is langer dan bij iedere andere digitale piano. Alle achtentachtig zwarte en witte toetsen zijn compleet van lange houten delen vervaardigd. De piano’s bieden allerlei opties voor opnemen en afspelen van muziek. www.kawai.de

modèles de la série, avec des caractéristiques de jeu très puissantes, dont des effets particulièrement versatiles en provenance du Tyros 5, des possibilités de reproduction d’images externes, et une fonction d’harmonies vocales programmables.

Le PSR-S770 est équipé d’un grand nombre de caractéristiques de jeu puissantes, de fonctions de reproduction audio très flexibles, et d’une entrée pour micro et/ ou guitare ; cela le rend idéal pour un usage en direct sur un podium, en studio ou à domicile.

Quant au PSR-S670, il s’agit d’un clavier orienté vers la prestation ‘live’, avec de nouvelles voix, de nouveaux styles, et de nouvelles fonctions pour DJ. www.yamaha.nl NOVATION MORODERNOVA Le Novation MiniNova est un synthé digital agréablement compact mais néanmoins très complet, avec 18 voix, trois oscillateurs par voix, de nombreux filtres, des effets, un arpégiateur et un vocoder. Giorgio Moroder est un producteur légendaire, qui a créé le son typiquement disco de Donna Summer, qui a composé des musiques de films comme Top Gun et Scarface, et qui a, plus récemment, travaillé avec Daft Punk. Notre Giorgio semble passablement charmé par le MiniNova, c’est pourquoi il existe à présent un MiniNova qui porte sa signature : le MoroderNova.

Il faut savoir que si les guitares signées sont monnaie (plus que) courante, dans le domaine des claviers, c’est un événement rare ... A part son aspect extérieur (un logo avec la moustache et les lunettes de soleil de Moroder), ce MoroderNova se distingue uniquement par le choix de ses présélections, avec des sons typiques de Moroder. www.novation.com LES PIANOS DIGITAUX DE KAWAI La série la plus aboutie de Kawai s’enrichit des modèles CA67 et CA97. Le son de ces nouveaux pianos digitaux est basé sur les échantillons du modèle 9’ Shigeru Kawai EX Concert Grand et du 6’5” SK5 Chamber Grand. Les sons de ces pianos à queue se retrouvent maintenant sur un clavier Grand Feel II, avec des touches en bois, et ils sont diffusés par un nouveau système de haut-parleurs ou par la nouvelle technologie SHS pour casque. La longueur des touches des nouveaux claviers Grand Feel II et Grand Feel (du bord de la touche à l’autre extrémité) est plus grande que celle de n’importe quel autre piano digital. Les 88 touches, noires comme blanches, sont finies avec de longues couches de bois.

Ces pianos proposent toute une série d’options pour l’enregistrement et la restitution de la musique. www.kawai.de

Kawai CA 97 digital piano

Novation MoroderNova

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 MMPSL 317 MM Hilites.indd 7

www.meetmusic.com

7

14-07-15 14:00

DRUMS & PERCUSSION

Paiste PST X cymbals Dennis Boxem

Er was wat gemor onder de Paiste-fans op het internet, toen het merk vorig jaar de Swiss crashes uit de catalogus schrapte. Afgelopen januari bleek echter – met de introductie van de PST X-serie – waarom de Zwitsers dat toen deden.

Paiste heeft een lange traditie op het gebied van bijzondere bekkens. Al in de jaren zestig kon je bij het merk terecht voor bijzonder klinkende effectbekkens, en ook de afgelopen jaren maakten de Zwitsers van alles op het gebied van gruizig, kort en venijnig. Ook de Swiss crashes uit de Alpha-reeks voldeden prima aan die omschrijving. Kennelijk hoorden de productontwikkelaars bij Paiste echter meer dan alleen crashsounds in de Swiss modellen, en dat resulteerde dus in de PST X-serie: een flinke stapel bekkens vol gaten, aangevuld met twee aluminium bellen, die nu verkrijgbaar zijn in de meer betaalbare PST-reeks.

CONCEPT Als je de hele PST X-reeks naast elkaar zet, valt meteen op dat de blauwdruk voor alle verschillende modellen inderdaad bij de Swiss crashes ligt. De gatenpatronen van de bekkens zijn verschillend, maar ieder bekken van dezelfde maat heeft hetzelfde gatenpatroon, en je kunt bijvoorbeeld alle 16”-modellen op elkaar leggen zonder dat de gaten een millimeter ten opzichte van elkaar verschuiven.

Paiste maakt binnen de PST X-reeks gebruik van maar liefst drie verschillende metalen. De bekkens zijn over het algemeen gemaakt van B8-brons, maar in de stacks en hihats wordt dat gecombineerd met een bekken van messing. De beide Pure bells zijn gemaakt van aluminium.

CRASHES De PST X Swiss crashes verschillen nauwelijks van de gelijknamige bekkens uit de Alpha-serie. De Thin-variant is verkrijgbaar in 14”, 16” en 18”, en er is ook een iets dikkere 18” Medium-variant verkrijgbaar. De drie dunne bekkens spreken razendsnel aan en geven een beheerste trashy crashklank die niet al te overheersend is. De klank van de crashes is beduidend langer en cleaner dan die van een china, maar wel veel gruiziger dan van een normale crash. Afhankelijk van de band waarin je speelt klinken de crashes kort, of heel kort. De 18” Thin heeft behoorlijk wat body en klinkt lekker vol. Wil je meer power en iets meer bite, dan is de Medium een goede optie. Dit bekken is maar ietsjes dikker, en daardoor spreekt het nog net zo gemakkelijk aan maar je krijgt wel iets meer venijn, en dat is in een wat luidere band best prettig.

FLANGER CRASH De 14” Flanger crash heeft langs de rand een knik. Dat maakt hem uitermate flexibel. Je krijgt er een onevenwichtige crashklank door, inderdaad een beetje als een flanger-effect. De klank is lichter en dunner dan die van de crashes, maar heeft meer body dan die van de splash. Als je een trashy crashklank voor laagvolumesituaties zoekt, zit je bij dit bekken goed.

Stapel een messing hihatbekken en de Flanger crash op elkaar, en je hebt de extreem kort kuchende Flanger stack. Deze stack is prima te controleren en heeft een beheersbaar volume. Los op elkaar ‘gestackt’ is de klank al behoorlijk kort, maar draai je de bekkens strakker aan dan is de bijtende aanslag echt extreem snel uitgeklonken.

CONCEPT Quand on dispose tous les composants de la série PST X les uns à côté des autres, on remarque immédiatement que les différents modèles s›inspirent en effet des crashs suisses. L›implantation des trous dans les cymbales est différente, mais chaque cymbale de la même taille répond au même «motif» de base : par exemple, on peut superposer tous les modèles de 16» sans que la position des trous ne diffère d›un millimètre d›une cymbale à l›autre. Dans cette série PST X, Paiste recourt à pas moins de trois métaux : la plupart des cymbales sont en bronze de type B8 ; mais pour les stacks et les charleys, on constate une combinaison avec une cymbale en laiton ; quant aux deux cloches (Pure Bells), elles sont en aluminium.

CRASHS Les crashs suisses PST X se différencient à peine des cymbales de même nom de la série Alpha. La version ‹Thin› est disponible en 14», 16» et 18», et il existe en plus une variante un peu plus épaisse, la 18» Medium. Les trois cymbales minces réagissent au «quart de tour» et produisent un son de crash contrôlé et de type ‹trash› qui n›est pas trop dominant. Le son de ces crashs est beaucoup plus long et plus clair que celui d›une china, mais tout en étant cependant beaucoup plus graveleux que le son d›une crash normale. Selon la formation dans laquelle on joue, ces crashs seront ressentis comme courts, voire très courts. La 18» Thin propose beaucoup de corps et sa sonorité est très ample. Si l›on veut un peu plus de puissance et de «mordant», la variante medium constitue une bonne option : cette cymbale est juste un fifrelin plus épaisse, et grâce à cela, sa réponse est encore presqu›aussi immédiate, mais on a droit à une dose de «venin» en plus, et dans un groupe qui joue un peu plus fort, ce sera une excellente chose.

FLANGER CRASH La crash 14» Flanger possède une brisure le long du bord, ce qui la rend extrêmement flexible : elle produit un son de crash «déséquilibré», et en effet, cela fait penser à un effet de flanger. Le son est plus léger et plus fin que celui des crashs, mais il a plus de corps que celui d›une splash. Si vous recherchez un son de crash de type «trash» en situation de volume modéré, cette cymbale vous donnera satisfaction.

Si l›on superpose une cymbale de charley et la Flanger crash, on arrive au Flanger Stack, dont le son est extrêmement court. Ce stack est très aisé à contrôler et il est très facile d›en gérer le volume. Juste posés l›un sur l›autre sans les fixer,

Dennis Boxem

Dennis Boxem

HIHATS Er is in het verleden al eens eerder geëxperimenteerd met hihats vol gaten, maar meestal was dit geen succes. Paiste doet het met de Swiss hats wél goed, want hoewel de drie verschillende hihats niet de meest veelzijdige zijn, scoren ze qua

On a constaté quelques rouspétances parmi les fans de Paiste, l’année passée sur Internet, quand la marque a supprimé les crashs suisses de son catalogue. Mais en janvier dernier, lors du lancement de la série PST X, la raison pour laquelle les Suisses avaient pris cette décision devenait plus compréhensible. Paiste possède une longue tradition en matière de cymbales très particulières. Déjà dans les années 60, on trouvait dans la gamme de la marque des «cymbales à effets», et ces dernières années, les Suisses n’ont certainement pas été en reste dans le domaine des sonorités graveleuses, courtes et vénéneuses. Les crashs suisses de la série Alpha correspondaient eux aussi très bien à cette description.

Manifestement, les développeurs de produits de Paiste ont entendu beaucoup plus que de simples sonorités de crashs dans les modèles suisses, ce qui a donc débouché sur la série PST X : une bonne grosse flopée de cymbales, la plupart pleine de trous, la série étant complétée pare deux cloches en aluminium, et qui sont maintenant disponibles dans la série PST, plus abordable financièrement.

8

www.meetmusic.com

MMPSL 317 Paiste PST X.indd 8

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 14:05

Dennis Boxem

funfactor wel heel hoog. De 10” hihat is scherp bijtend en ultra kort; hij snijdt heerlijk en is super gemakkelijk te controleren. De klank is kort en hoog. Beide bekkentjes zijn behoorlijk dun , wat ervoor zorgt dat ze lekker vlot en makkelijk reageren. Half open geven ze een mooie hoeveelheid ruis zonder de wat lompe rammel die je bij kleine hihats vaak hebt.

De 14” is een mooie hiphophihat met een brede, crunchy aanslag en een lekkere tik. Half open bespeeld heb je een ruige ruis die net genoeg body heeft.

De 16” hihat is wat dat betreft iets geheel anders. Met de bekkens op elkaar heb je een prachtige volle chuck die in elke hippe muzieksoort op zijn plek is. Half open accenten zijn, zeker voor dit formaat, razendsnel. Half open bespeeld verwatert de klank echter in een rechte ruis. Zelfs bij een langzame kwartengroove is er geen enkel onderscheid meer te horen tussen de verschillende klappen. Alle drie de hihats zijn ideaal om als tweede hihat in te zetten. Ze vormen een prachtig modern contrast met een wat meer traditionele hihatklank. Wil je ze als primaire hihat inzetten, dan kies je voor een heel specifieke en uitgesproken klank.

SPLASH Ook voor een splash vol gaten kun je bij de PST X-reeks terecht. De 10” splash is flinterdun en razendsnel. Het volume is beperkt, en daardoor klinkt hij inder-

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 MMPSL 317 Paiste PST X.indd 9

le son est déjà assez court, mais si on les fixe mieux, l›attaque mordante disparaît vraiment très rapidement.

CHARLEYS Dans le passé, certaines expériences ont déjà été tentées avec des charleys à trous, mais pour la plupart, ce ne fut pas couronné de succès. Néanmoins, Paiste réussit pas mal avec ses charleys suisses, car, malgré le fait que ses trois charleys différents ne soient pas des plus polyvalents, leur côté «fun» est un atout majeur.

Le charley de 10» est mordant, et même, tranchant ; il est superbement incisif et se contrôle très facilement. Le son est court et haut perché. Ces deux petites cymbales sont assez fines, ce qui a pour conséquence qu›elles réagissent vite et bien, ce qui est fort agréable. En position semi-ouverte, elles produisent un beau son où l›abondance ne manque pas, sans pour autant souffrir de l›effet «cliquetis grossier» souvent rencontrés face aux charleys de petite taille.

La version de 14» est une belle réussite dans le genre ‹hip-hop-hi-hat›, avec une attaque ample et crunchy, agrémentée d›un joli «tic». En position semi-ouverte, on obtient un son bien rugueux, avec assez bien de corps.

Quant au charley de 16», il est, de ce point de vue, tout à fait différent. Avec les cymbales l›une sur l›autre, on est gratifié par un joli ‹chuck› ample qui sera à

www.meetmusic.com

>>

9

14-07-15 14:05

DRUMS & PERCUSSION

Paiste PST X

>> daad behoorlijk splashy. De klank is echter ranziger en percussiever. Prima te gebruiken als los effect, of in een grotere set-up als variatie op een gewone splash.

Pure bells De 9” en 10” aluminium Pure bells zijn een beetje de vreemde eend in de PST X-bijt. Niet alleen qua looks, maar ook qua klank. Waar alles binnen deze reeks kort klinkt, klinken de Pure bells extreem lang. Het 10” exemplaar had maar liefst 32 seconden nodig om compleet uit te klinken, al is de sound binnen de muziek natuurlijk veel sneller verdwenen. Beide bells geven een volle en prachtig ronde bellklank met een glasheldere sustain. Ondanks het kleine verschil in maatvoering maakt de toonhoogte een flinke stap.

Conclusie De PST X is zeker geen alledaagse bekkenserie; het is een verzameling sounds die je eigenlijk aan iedere bestaande bekkenset-up kunt toevoegen. Zoek je een bijzonder accent, of juist een hippe basis om je grooves aan op te hangen, dan zijn de PST X bekkens het uitproberen meer dan waard. De prima prijs-kwaliteitverhouding is daarbij een mooie bonus.

+ –

• bijzondere klanken • keurige afwerking • niet altijd even veelzijdig

+ –

• Sons particuliers • Finition soignée • Pas toujours polyvalent

Paiste PST X series Thin crash 14” ................... € Thin crash 16”......................... € Medium crash 16”.................... € Thin crash 18”......................... € Medium crash 18”.................... € Hats 10”................................. € Hats 14”................................. €

100,138,138,172,172,135,214,-

Hats 16”................................. € 275,Splash 10”.............................. € 69,Flanger crash 14” ................... € 100,Flanger stack 14”..................... € 201,Bell 9”..................................... € 64,Bell 10”................................... € 68,-

sa place dans tous les types de musiques ‹hip›. En position semi-ouverte, les accents «sortent» avec une rapidité incroyable, en tout cas pour un tel format. Mais dans cette même position semi-ouverte, le son se «désagrège», on n›a plus que du ... bruit ! Même dans un groove lent «en quatre», on n›entend même plus la moindre nuance entre les différents temps.

Ces trois charleys sont idéaux en temps que seconds charleys : ils proposent un contraste moderne intéressant, avec un son de charley un peu plus traditionnel.

Mais si l›on veut les utiliser en tant que charley principal, c›est que l›on recherche un son tout à fait spécifique.

Splashs La série PST X propose même une splash, elle aussi dotée de trous. Cette splash de 10» est aussi fine que réactive ; son volume est limité, et le son obtenu correspond, en effet, à une sonorité typique de splash. Mais le son est un peu plus «rance» et percussif. C›est impeccable en tant qu›effet séparé, ou dans un setup plus «fourni», en tant qu›alternative à une splash «normale».

Pure Bells Ces «Pure Bells» de 9 et 10 pouces en aluminium semblent être une sorte de «cygne noir» dans cette série PST X. Non seulement au niveau de leur look, mais aussi de leur son. Alors que tout, dans cette série, «envoie» des sons courts, les Pure Bells résonnent très longtemps ! Le modèle de 10» a «tenu» la bagatelle de 32 secondes avant de ne plus émettre le moindre son, mais dans un environnement musical, le son disparaît évidemment beaucoup plus vite. Ces deux «cloches» donnent un son ... de cloche, plein, agréable et rond, avec un sustain pur comme celui du verre. Et malgré la petite différence de taille, il existe une différence étonnante de hauteur de son.

Conclusion La série PST X n›est pas une série que l›on utilisera tous les jours ; elle constitue un ensemble de sonorités que l›on peut ajouter à loisir, en sus de tout setup déjà existant. Si vous êtes à la recherche d›un accent particulier, ou simplement d›une base ‹hip› pour corser vos grooves, alors, il est grand temps pour vous de tester les cymbales PST X ! Et le rapport qualité / prix constitue un «plus» très intéressant.

eTipboek 3.0

Helemaal nieuw, helemaal goed en helemaal digitaal. De nieuwe generatie Tipboeken. Download de gratis app op je iPad, Android of Kindle tablet, bekijk de dik vijftig pagina’s tellende preview en maak jezelf lekker met de rich-media brochures van onze sponsors en de talloze kleurenfoto’s in het boek. eTipboek kopen? Dat doe je vanuit diezelfde app.

Druk op de knop, en voor € 6,99 weet je alles over je favoriete instrument - van aanschaf tot onderhoud en intonatie. Doen. En het papieren Tipboek? Dat blijft natuurlijk gewoon te koop, in winkels en online!

www.tipbook.com

www.tipbook.com – www.tipbook.com/apps

10

www.meetmusic.com

MMPSL 317 Paiste PST X.indd 10

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 14:06

ads MMM317.indd 11

14-07-15 15:27

BASS

Music Man BH500 en 810 BS head en speakercabinet Na meer dan 30 jaar afwezigheid zijn ze terug van weggeweest, de Music Man versterkers, cabinets en combo’s. Het is een samenwerking geworden tussen de firma’s Ernie Ball, die Music Man bezit, en Markbass, de gekende firma die bassisten zeker kennen van hun lichte, portabele en kwalitatieve basversterkers en cabinets. Marco de Virgiliis, de topman moet blijkbaar nog goede herinneringen koesteren van deze Music Man versterkers want het was in een telefoongesprek met Sterling Ball die in vijf minuten beklonken was om deze gegeerde versterkers en cabinets van weleer weer uit te brengen. De originele Music Man versterkers van weleer zijn minder en minder terug te vinden, als bijna niet, op de tweedehands markt. Of velen zitten ergens onder het stof bedolven. Tijd om weer wat stof te doen oplaaien!

Stijn Deldaele

Après plus de trente ans d’absence, ils sont de retour ! Qui ? Les amplis, les enceintes et les combos de ... Music Man ! Marco de Virgiliis, créateur de Markbass ... Lui, il semble qu’il ait encore des souvenirs très précis de ces amplis Music Man, car ce fut lors d’une conversation téléphonique avec Sterling Ball qu’en cinq minutes, un accord fut conclu pour rééditer ces amplis et ces enceintes de jadis, encore tant convoités ... Les amplis originaux Music Man sont de moins en moins nombreux, voire inexistants, sur le marché de l’occasion. Ou encore, beaucoup d’entre eux restent oubliés sous une épaisse couche de poussière ! Il était donc temps de les faire “mettre le feu” à nouveau !

CONCEPT Het was bij de overname van Music Man door de firma Ernie Ball in 1984 dat de productie van geluidsversterking voor gitaar en bas werd stilgelegd. Music Man, het tweede bedrijf dat de legendarische Leo Fender oprichtte werd vooral populair met zijn Stingray basgitaren. Maar daarnaast waren de Music Man versterkers ook wel vrij gegeerd materiaal, vooral bij de gitaristen. Ik heb in mijn prille carrière alleszins nog een goede ouwe Music Man gitaarcombo mogen aanschouwen en horen. Sindsdien heb ik deze dan niet meer tegengekomen op mijn pad. De versterkers worden terug weer gemaakt volgens de originele schema’s als weleer, met hier en daar een kleine verbetering waar nodig van iets betere en moderne componenten. Als je de heads vergelijkt van vroeger en nu zijn deze identiek dezelfde. Markbass en Ernie Ball stonden blijkbaar allebei erop dat deze heruitgave van de Music Man versterker weer hetzelfde geluid en prestige als weleer konden naar voor brengen.

CONCEPT Ce fut lors de la reprise de Music Man par la firme Ernie Ball, en 1984, que la production des appareils d›amplification pour guitares et pour basses avait été stoppée. Music Man, la deuxième firme fondée par le légendaire Leo Fender, devint populaire avant tout grâce à ses basses Stingray. Mais à côté de cela, les amplis Music Man étaient eux aussi très prisés, et avant tout par les guitaristes.

Dans ma (encore courte) carrière de musicien, je n›ai encore eu l›occasion qu›une seule fois de contempler et d›entendre un bon vieux Music Man : c›était un combo pour guitare. Depuis, plus jamais mon chemin n›a croisé l›un de ces appareils ... Mais aujourd›hui, ces amplis sont donc réédités, et selon les schémas originaux de l›époque, avec, de ci, de là, quelques améliorations, juste là où c’est utile, via de meilleurs composants, plus modernes.

Si on compare les têtes d›amplis d›alors et d›aujourd›hui, elles sont absolument identiques. Il semble que Markbass et Ernie Ball étaient d›accord sur le fait que cette réédition des amplis Music Man était à même de fournir le même son et le même prestige ! - que par le passé.

BOUW De look van de jaren 70 zijn bij de versterkers en cabinets volledig bewaard gebleven. Zoals het wordt vermeld in de catalogus “back to the future” is het eigenlijk wel zo, maar met dan kleine aanpassingen. De bouw van deze producten zien er heel sterk en robuust uit, maar dan zonder het overmatig gewicht. De versterker zelf weegt slechts 6,2 kg en de speakercabinet van 8 x 10 inch speakers slechts 40kg! Het is de eerste keer in mijn leven dat ik een 810 cabinet heb kunnen opheffen en verplaatsen in mijn eentje. Een pluim voor de makers die toch tegemoet gekomen zijn om een draagbare set-up te maken zonder dat je moet sleuren. De behuizing van de versterker als van de cabinet zijn overtrokken met een stevige semi-leren bekleding. Bij beide zijn ook metalen hoekbeschermers aangebracht. De regelknoppen op de versterker zijn dezelfde als in de jaren 70, maar wees gerust ze kraken niet als je eraan draait, het zijn wel degelijk nieuwe potmeters. De versterker is een volledige transistorversterker, zowel de voorversterker als de eindversterker. Deze soort van basversterkers werden vooral ook in de jaren 80 en 90 geproduceerd door verschillende gerenommeerde fabrikanten (Trace Elliot). Deze levert een vermogen van 500 watt bij 4 ohm.

CONSTRUCTION Le look des années 70 a été totalement conservé, tant pour les amplis que pour les enceintes. Comme cela a été annoncé dans le catalogue, ‹Back to the Future› est le mot d›ordre, mais à quelques petites adaptations près. La construction de ces produits paraît particulièrement robuste, mais par contre, sans poids excessif.

L›ampli lui-même ne pèse que 6,2 kilos, et l›enceinte de type 8 x 10», «seulement» 40 kilos ! C›est la première fois dans ma vie que j›ai pu soulever et déplacer tout seul une enceinte de type 810 ! Voilà une plume à mettre au chapeau des concepteurs, car ils ont quand même réussi à construire un ensemble transportable, sans qu›on doive le traîner !

Le boîtier de l›ampli, tout comme l›enceinte, sont tous deux recouverts par un solide revêtement en similicuir. Tous deux sont également équipés de coins de protection en métal. Les boutons de réglage de l›ampli sont les mêmes que ceux des années 70, mais soyez rassurés : ils ne «craquent» plus quand on les tourne !

Ce sont de nouveaux potentiomètres, et de qualité. L›ampli est un «tout transistors», tant pour le préampli que pour l›étage de puissance. Ce type d›amplis pour basses fut lui aussi produit avant tout dans les années 80 et 90, par différents constructeurs

12

www.meetmusic.com

MMPSL 317 Musicman BH500-810BS.indd 12

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 14:08

De speakercabinet geeft zijn pluimgewicht vooral te danken door het gebruik van custom neodynium speakers. De revelatie waarmee Markbass meer dan 10 jaar geleden de markt heeft veroverd. Deze heeft een vermogen van 1200 watt en 4 ohm weerstand. Zowel op de speakercabinet als op de versterker zijn er stoffen beschermingsplaten aangebracht.

Op de versterker dient het vooral voor de 70’s look en als je goed kijkt zie je dat er een ongebruikte ruimte is beneden de versterker.

Het zou misschien wel handig geweest zijn mocht er achteraan de versterker een klep zitten die je kan openmaken om eventueel kabels en dergelijke in op te bergen.

Zo wordt die ruimte dan ook benut en heb je alles ineens mee. Op de cabinet beschermt deze stoffen afdekplaat de speakers. Deze afdekplaat is eenvoudig te verwijderen en terug aan te brengen dankzij een velcro systeem. De speakercabinet heeft aan de bovenzijde nog een metalen handvat en beneden twee wielen om op deze manier de cabinet gemakkelijk te verplaatsen door hem wat naar achteren te kantelen en dan te verrijden. De versterker heeft een stevige, plooibaar handvat om hem te verplaatsen.

Er zijn enkele bouwstenen bij de versterker en de speakercabinet die je ook kan terugvinden bij de Markbassproducten zoals de ventilator achteraan de versterker, de groene combi jack/speak-on aansluitingen en de regelbare tweeter. Zoals we gewend zijn van Markbass is hier ook niets op aan te merken qua bouw en afwerking. Alles is naadloos in mekaar gestoken.

HANDLEIDING EN TOEBEHOREN Op dit vlak scoort dan de Music Man wat povertjes. Er is nog weinig informatie terug te vinden over deze Music Man versterkers en cabinets op het net. Op wat Duitse sites vond ik wat meer info en de importeur heeft ook nog meer info toegestuurd. Een handleiding is niet meegeleverd maar wel een kaartje met een verwijzing waar je de handleiding digitaal kan terugvinden. Op dit moment zijn er blijkbaar op de site van Music Man nog geen handleidingen aanwezig, maar na een vriendelijk mailtje naar DVmark in Italië, de makers van deze producten, kreeg ik binnen een uurtje de handleiding toegestuurd. Hij schreef erbij dat de handleiding op de site van Music Man verschijnt binnen de kortste keren. Dank aan de goeie service! De handleiding is heel mooi en duidelijk opgesteld met de aansluit- en regelmogelijkheden en de functies. Daarnaast is er nog een elektriciteitssnoer meegeleverd. Speakerkabels zal je zelf moeten aanschaffen. Er hangt nog een bepaalde mysterieuziteit omtrent deze Music Man producten maar hopelijk maken ze een opmars zodat de nevel snel verdwijnt.

AANSLUITMOGELIJKHEDEN Aan de voorzijde van de versterker hebben we een instrument-ingang die zowel voor actieve, als passieve basgitaren bestemd is. Er is geen clipledje aanwezig die aangeeft wanneer je de voorversterker overstuurt, dus je gehoor zal hier van toepassing moeten zijn. Iets verder hebben we nog een footswitch aansluiting om de 5-bands equalizer aan en uit te schakelen. Aan de achterzijde hebben we een jack als aparte speak-on speaker-out uitgang. Op de speak-on uitgang is nochtans ook een jack aansluiting mogelijk. Een tuner jack output is ook aanwezig om een extern stemapparaat op aan te sluiten. Een effectloop circuit met send en return jack ingang is ook aanwezig. Deze is zoals gebruikelijk bij Markbass in parallel geschakeld. Dit heeft het voordeel als er een effectpedaal defect is dat je toch nog kan doorspelen. Je signaal wordt dan nog steeds doorgestuurd naar de eindversterker op deze manier.

Bij een serie loopcircuit heb je de mogelijkheid dat je signaal afgesneden wordt

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 MMPSL 317 Musicman BH500-810BS.indd 13

renommés comme Trace Elliot. Celui-ci possède une puissance de 500 watts sous 4 ohms.

Quant à l›enceinte, elle doit sa légèreté à l›emploi de haut-parleurs customisés en néodymium, une véritable «révélation» qui a permis, voici dix ans, à Markbass de conquérir ses parts de marché. Elle peut supporter une puissance de 1200 watts, et son impédance est de 4 ohms. Tant sur l›ampli que sur l›enceinte, on retrouve le même tissu de protection.

Sur l›ampli, il sert avant tout à respecter le look des années 70, et si on regarde bien, on constate qu›il y a un espace inutilisé en dessous du châssis de l›ampli. Cela aurait peut être été bien pratique si l›on avait pensé à poser un couvercle à l›arrière de l›ampli, de façon à pouvoir l›ouvrir et y mettre éventuellement des câbles ou d›autres accessoires. Ainsi, cet espace aurait eu une utilité, et tout se trouvait regroupé ...

Pour ce qui est de l›enceinte, le tissu sert à protéger les haut-parleurs. Cette surface de protection est très facile à enlever et à remettre en place grâce à des bandes Velcro. L›enceinte a encore, sur sa face supérieure, une poignée en métal, et en dessous, deux roulettes pour pouvoir ainsi la déplacer facilement : en l›inclinant, elle repose sur les roulettes. De son côté, la tête d›ampli possède une solide poignée flexible pour le transport.

Il y a également quelques composants dans l›ampli et l›enceinte que l›on retrouve aussi sur les produits Markbass, comme le ventilateur à l›arrière de l›ampli, le connecteur vert de type combiné (jack et Speak-on), ainsi que le tweeter réglable. Comme Markbass nous y a habitués, il n›y a rien à redire au niveau de la construction et de la finition : tout est impeccablement en place !

NOTICE D›EMPLOI ET ACCESSOIRES A ce niveau, le score de Music Man n›est pas terrible : peu d›informations sont disponibles sur le Net à propos des ces amplis et de ces enceintes. Sur certains sites allemands, j›ai trouvé un peu plus d›infos car l›importateur a ajouté lui-même de la matière. Il n›y a pas de «vraie» notice d›emploi à la livraison, juste une petite carte qui explique où l›on peut se procurer la notice d›emploi sous forme digitale.

Ceci dit, pour l›instant, il semble qu›il n›y ait encore aucune notice d›emploi sur le site de Music Man, mais suite à un mail amical à DVMark en Italie, les constructeurs de ces produits, on m›a envoyé ... dans l›heure une notice d›emploi ! Le mail disait aussi que cette notice d›emploi allait paraître sur le site de Music Man dans les plus brefs délais. Eh bien ça, c›est du service !

Cette notice d›emploi est très jolie, et elle montre clairement les possibilités des connexions et des réglages. A part cela, il y a aussi un câble d›alimentation secteur ; quant aux câbles pour les haut-parleurs, il faudra les acheter vous-même.

On plane encore dans une certaine ambiance de mystère concernant ces produits Music Man, mais espérons que la marque va se décider pour que ce «brouillard» se dissipe rapidement.

CONNEXIONS Sur la face avant de l›ampli, il y a une entrée pour instrument qui est destinée aussi bien aux basses actives que passives. Et pas la moindre trace de LED de niveau qui s›allumerait quand on sature le préampli ... Il faut donc se fier à son oreille sur ce plan. Un peu plus à droite, il y a aussi une connexion pour mettre l›égalisation à 5 bandes en et hors service.

En face arrière, nous avons un jack en plus de la sortie séparée Speak-on pour aller vers les haut-parleurs. A noter que la sortie Speak-on, combinée, peut aussi recevoir un jack. Une sortie est aussi prévue pour un accordeur, afin de raccorder un appareil externe. Une boucle d›effets, avec ses jacks ‹Send› et ‹Return› sont aussi présent.

Comme c›est l›habitude chez Markbass, ce circuit est branché en parallèle, ce qui a pour avantage que lorsqu›une pédale d’effet est déficiente, on peut néanmoins continuer à jouer : de cette manière, le signal continue a arriver à l›étage de puissance. Par contre, lorsqu›un circuit de boucle d›effets est monté en série, il peut arriver que le signal soit interrompu à cause d›une panne de l›effet ; mais l›avantage, c›est que le signal traité est un peu plus en évidence que quand il est en parallèle.

www.meetmusic.com

>>

13

14-07-15 14:08

BASS

MUSIC MAN BH500 EN 810 BS

>> bij een defect maar het effectsignaal is wel iets meer present dan bij een parallel circuit. Om af te sluiten op de versterker heb je dan een gebalanceerde XLR DI uitgang voorzien van een ground lift switch als je last hebt van slechte aarding en een prepost/post switch om je signaal rechtstreeks met of zonder de instellingen van de versterker te sturen naar een P.A. of opnamesysteem. Bij de speakercabinet heb je twee speak-on/ jack aansluitingen voor een mono 4 ohm of een stereo 8 ohm aansluiting.

REGELMOGELIJKHEDEN Met de gain regelknop kunnen we het inkomend signaal van je bas afregelen.

Door de afwezigheid van een clipledje moet je dus extra voorzichtig zijn dat je de voorversterker niet overstuurt. Dan moet je luisteren hoe het signaal klinkt, begint het signaal vervormd en overstuurd te klinken draai je dan best deze knop dan wat terug. Daarnaast hebben we een bass- en treble-frequentie regelknop om de hoeveelheid van de lage en hoge frequenties te regelen. Er is dan nog een 5-bands equalizer aanwezig waarmee je volgende frequenties mee kan boosten; 67 Hz, 184 Hz, 510 Hz, 1,4 Hz en 3,8 Hz. De knoppen werken zoals je een equalizer hebt met schuivertjes. Je kan deze frequenties elk apart uitschakelen of toevoegen en regelen qua volume. Een vrij beknopte maar zeer effectieve equalizing.

Om af te sluiten hebben we nog een volume regelknop om het uitgaand signaal van de eindversterker af te regelen naar de speakercabinet toe. Op de speakercabinet zelf zit er nog een regelbare tweeter die je qua volume kan afregelen om zo meer of minder hoge frequenties aan je sound toe te voegen.

SOUND De sound die deze Music Man set-up genereert klinkt zeer vertrouwelijk. Het is de gekende sound van transistorversterkers die vooral in de jaren 80 en 90 veel gebruikt werden bij bassisten. Ze klinken zeer warm maar toch gedefinieerd. De warme klank van de transistorversterkers mis ik soms op de nieuwe moderne digitale versterkers die soms heel scherp klinken in vergelijking met deze versterker. Hoewel deze versterker door de mannen van Markbass worden gemaakt, heb ik niet gevoel dat ik met een Markbass kloonversterker en set-up ben aan het spelen. De 70’s look heeft daar natuurlijk ook wel iets mee te maken. Hoewel hij beknopt is qua regelmogelijkheden vind ik het toch een zeer effectieve versterker om je sound te bepalen. Met de bass en treble regel je de twee hoofdfrequenties af en dan met de 5-bands equalizer kan je de sound boosten en equalizen in alle richtingen.

Gaande van een boomy reggae, dub sound tot een agressieve metalklank of een jazz-fusion, funk, pop… Kortom je hebt veel mogelijkheden met een beknopte toonregeling waarbij je met weinig omwegen jouw sound zal vinden. Alsook de speakers klinken warmer en net iets minder punchy dan de 10 inch speakers van een Markbass cabinet. Het is verbazingwekkend hoe dicht deze sound ligt bij een goeie ouwe Trace Elliot set-up van eind jaren 80 waarop ik onlangs nog speelde. De openingszin “back to the future” is hier alweer ook zeker van toepassing.

BUDGET En wat mag deze “back to the future” set-up dan wel kosten? Voor de versterker, de BH 500 betaal je € 899,- incl. btw en voor de 810 BS speakercabinet betaal je € 1499,- incl. Btw. Niet meteen goedkoop, maar in vergelijking met de kwaliteit die hier wordt afgeleverd wel een rechtmatige prijs. Deze set-up is dan ook de bedoeld voor de serieuze bassist die volume nodig heeft.

CONCLUSIE We mogen ons verheugen dat deze Music Man versterkers en cabinets weer het levenslicht hebben gezien. De samenwerking tussen Markbass en Ernie Ball is een schot in de roos. Als je op zoek bent naar een vintage,

14

www.meetmusic.com

MMPSL 317 Musicman BH500-810BS.indd 14

Et pour en terminer avec les connexions, il y a une sortie directe (DI au format XLR), accompagnée d›un interrupteur de mise à la terre, bien utile quand ce contact est de mauvaise qualité, ainsi qu›un inverseur pre/post pour que le signal sortant de la DI soit influencé ou non par les réglages de l›ampli quand on le transfère vers une sono ou un système d›enregistrement. Sur l›enceinte, on trouve deux connecteurs combinés jack/Speak-on. On peut opter pour du mono sous 4 ohms, ou de la stéréo sous 8 ohms.

POSSIBILITÉS DE RÉGLAGE Le bouton de réglage du gain permet de régler le signal entrant de la basse.

Comme il n›y a pas de LED de niveau, il faut donc un peu plus d›attention afin de ne pas saturer le préampli. Il faut ensuite écouter ce que donne le son : s›il commence à se déformer et à saturer, il faut diminuer ce potentiomètre. Nous avons ensuite des boutons de réglage pour les basses et les aiguës, qui permettent de régler la quantité de graves et d›aiguës que l›on désire.

Et enfin, il y a encore une égalisation à 5 bandes qui permet de booster les fréquences centrales suivantes : 67 Hz, 184 Hz, 510 Hz, 1,4 Hz et 3,8 Hz. Les boutons fonctionnent exactement comme s›il s›agissait de petits curseurs rectilignes.

On peut donc éliminer, ajouter et régler le volume de chacune de ces fréquences séparément. Voilà une égalisation des plus sommaires, mais pourtant très efficace !

Pour terminer, nous avons encore droit à un bouton de réglage de volume qui règle le signal de sortie vers l›étage de puissance avant que celui-ci ne soit transmis aux haut-parleurs. Sur l›enceinte elle-même, signalons encore un tweeter réglable, dont le volume peut être réglé suivant que l›on désire plus ou moins de fréquences aiguës dans le son.

SON Le son produit par cet ensemble Music Man a le don de mettre en confiance : il s›agit du son bien connu des amplis à transistors qui ont été utilisés avant tout par les bassistes des années 80 et 90. Ils ont un son très chaud, mais néanmoins très défini. Cette chaleur caractéristique des amplis à transistors, elle me manque parfois un peu sur les nouveaux amplis plus modernes, de type digital : parfois, leur son est tranchant par rapport à ces vieux amplis.

Bien que l›ampli en test ait été construit par les équipes de Markbass, je n›ai absolument pas le sentiment de jouer sur un clone d›un ampli et d›une enceinte Markbass.

Naturellement, le look des années 70 a forcément quelque chose à voir là-dedans.

Bien que l›ampli soit limité au niveau des possibilités de réglage, je trouve qu›il s›agit d›un ampli très efficace quand il s›agit de déterminer le son que l›on veut. Avec les potentiomètres de basses et d›aiguës, on règle les deux plages de fréquences principales, et ensuite, avec l›égalisation à 5 bandes, on peut augmenter et régler le son «tous azimuts» !

Cela peut aller d›un son très profond de type reggae, à un son ‹dub›, et jusqu›à un son «metal» agressif, mais on peut aussi produire des sons de jazz-fusion, de funk, de pop ...

Bref, on se trouve face à un vaste choix malgré des réglages de tonalité modestes, mais qui permettent de trouver le son désiré sans trop de manipulations. De même, les haut-parleurs ont un son chaud et un peu moins ‹punchy› que les haut-parleurs de 10» d›une enceinte Markbass. C›est vraiment étonnant d›entendre comme ce son est proche du bon vieil ampli Trace Elliot de la fin des années 80 sur lequel je joue encore de temps à autre. Ici aussi, la

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 14:09

warm klinkende set-up die toch nog zijn mannetje staat in de muziekwereld van nu dan is deze Music Man wel een aanrader. De oude vertrouwde klank van de transistorversterkers die ik mij herinner uit de jaren 80 en 90 kan je terugvinden in deze versterker, maar dankzij de eenvoudige en effectieve toonregeling heb je een breed klankpallet zonder al te veel omwegen. In het begin is het volume van deze set-up impressionant maar bij wonder is hij gemakkelijk te transporteren dankzij het lichte gewicht van de versterker en de speakercabinet. Je moet er wel eventjes ervoor dieper in je buidel tasten maar je krijgt meer dan waar voor je geld. Hoewel hij ontwikkeld en geproduceerd wordt door de mannen van Markbass, heb je niet het gevoel dat je met een Markbass set-up speelt maar met een volwaardige Music Man set-up. Mocht ik nog een verbetering aanbrengen dan zou ik onderaan de versterker een openklapbare plaatje voorzien om de lege ruimte van de behuizing onder de versterker te benutten om kabels in op te bergen. Hopelijk krijgt deze Music Man set-up binnenkort de nodige aandacht en kan de reeks uitgebreid worden met kleinere speakercabinets en versterkers.

Zodanig dat dit prachtmateriaal niet weer in de koelkast verdwijnt. Zoek je een stoer en volumineuze uitziende set-up maar zonder dat je later last hebt van een hernia binnen 5 jaar dan is deze Music Man wel een aanrader.

+ –

• • • •

ook L Sound Gebruiksvriendelijk Gewicht volgens omvang

•W einig informatie omtrent deze nieuwe producten.

• Prijs niet voor iedereen weggelegd

+ –

• • • •

L e look.

Le son.

La facilité d›emploi.

Le poids restreint, tenant compte du volume.

•L e peu d›informations sur ces nouveaux produits.

•P ayer un tel prix n›est pas donné à tout le monde.

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 MMPSL 317 Musicman BH500-810BS.indd 15

phrase au début de cet article - ‹Back to the Future› -, est plus que jamais d›application.

Prix Bon, et que coûte donc cette installation du genre «Back to the Future» ? Pour l›ampli BH 500, il faut compter 899 euros TVAC, et pour l›enceinte 810 BS, 1.499 euros TVAC. Ce n›est pas vraiment bon marché, mais si on tient compte de la qualité qui est proposée, ces prix sont amplement justifiés. Quoi qu›il en soit, cette installation a pour public cible le bassiste sérieux qui a besoin d›un volume confortable.

Conclusion Nous ne pouvons que nous réjouir du fait que ces amplis et enceintes Music Man aient été rappelés à la vie ! La collaboration entre Markbass et Ernie Ball est un coup de maître ! Si vous êtes à la recherche d›un matériel ‹vintage›, au son particulièrement chaud et qui sait s›imposer dans le contexte de la musique d›aujourd›hui, alors, ce Music Man est fait pour vous ! Cette ancienne sonorité à transistors dont je me souviens et qui date des années 80 et 90 se retrouve dans cet ampli, mais grâce à des réglages de tonalité simples et efficaces, on dispose d’une large palette de sonorités sans trop de manipulations.

Au départ, la taille de cet ensemble est impressionnante, mais par miracle, il est facile à transporter grâce au poids raisonnable de l›ampli et de l›enceinte.

Bien sûr, il vous faudra creuser un peu plus profondément dans votre bourse, mais vous aurez beaucoup en retour pour l›argent dépensé : bien que ce produit ait été développé et produit par les équipes de Markbass, on n›a pas l›impression de jouer sur du matos Markbass, mais bien sur une installation Music Man à 100 % !

Si je pouvais encore ajouter une amélioration, je prévoirais un couvercle amovible pour la partie inférieure de l’ampli, afin d’utiliser l’espace vide sous l’ampli pour y ranger des câbles. Il reste à espérer que ce matériel Music Man éveille rapidement une attention suffisante, et que la série puisse être enrichie par des enceintes et des amplis plus modestes. C›est important pour que cet excellent matériel ne disparaisse pas une nouvelle fois du paysage musical ... Si vous recherchez un matériel robuste et volumineux mais qui vous évitera une hernie dans les 5 ans, ce Music Man est fait pour vous !

www.meetmusic.com

15

14-07-15 14:10

KEYBOARD INSTRUMENTS

Korg Havian 30

digital ensemble piano Luc Henrion Havian, Havian… zegt die naam jou iets? Bij mij doet het niet meteen een belletje rinkelen. Ik heb dan maar wat research gedaan op het net, maar het enige dat ik kon vinden was… een slagerij in Anderlecht! Ik durf sterk te betwijfelen dat Korg zijn inspiratie daar heeft gehaald. Nu ja, vandaag de dag schrik ik nergens meer van. Kijk maar naar Renault met hun “Koleos”. Ofwel kennen ze daar geen Grieks, ofwel zit er iemand met een ondeugend gevoel voor humor tussen.

Veel plezier met het vinden van de vertaling van dit Griekse woord! Alle gekheid op een stokje, volgens sommige internetgebruikers spreekt “Havian 30” wel beter aan dan iets als “PA388” (zoals ooit de “PA588”), omdat het in werkelijkheid een PA300 is, maar dan voorzien van een klavier met 88 toetsen. Maar dat is niet alles!

Havian, Havian… ça vous dit quelque chose ce nom-là ? Moi pas ; strictement rien du tout. J’ai donc fait une petite recherche sur le Net, mais tout ce que j’ai trouvé, c’est … une boucherie à Anderlecht ! Je doute fort tout de même que ce soit cela la source d’inspiration de Korg. Quoique, de nos jours il faut se méfier, tout est possible, regardez Renault avec leur « Koleos » : soit aucun des ingénieurs de Renault ne connaît le grec, soit il y a parmi eux un esprit facétieux, je vous laisse le plaisir de trouver la traduction du mot grec… ! Mais trêve de plaisanteries, d’après certains internautes, ce Havian 30 aurait plutôt dû s’appeler quelque chose comme « PA388 », (comme autrefois le PA588) vu que, en réalité, il s’agit grosso modo d’un PA300 agrémenté d’un clavier de 88 notes.

Mais pas uniquement.

CONSTRUCTIE De Havian 30 is dus een digitale piano, geen keyboard. Hij is zwart en zeer mooi afgewerkt met twee stroken (nep?)hout. De speakers zitten achter een donkergrijs rooster. Zo’n afwerking misstaat in geen enkele woonkamer, maar ook op het podium ziet hij er puik uit. In tegenstelling tot bij huiskamerpiano’s is de meubelvoet niet meegeleverd, maar hij kan wel gemonteerd worden. Dat bewijst meteen de veelzijdigheid van de Havian 30. Ook op vlak van het gewicht is gedacht aan de mobiliteit: nauwelijks 15 kg. Dat is makkelijk te tillen, zelfs voor iemand met zo weinig spieren als ikzelf. De afmetingen: ongeveer 131 cm breed, 14 cm hoog en slechts 38 cm diep, ondanks de aanwezigheid van de speakers op het bovenpaneel.

Nu we het er toch over hebben, de versterker levert 2 x 25 W, de speakers zijn twee 10 inches die met bass-reflex worden gebruikt. Dat is ongeveer het dubbele ten opzichte van de PA300. We verwachten dus wel een goed geluid.

Laten we de bovenkant eens snel inspecteren. Helemaal achteraan vinden we een sleuf voor een pupiter. Alvast goede punten! Helemaal links zien we eerste een mini-joystick. Dat heeft hij ongetwijfeld geërfd van de Korg synths en niet zozeer van de piano’s. We moeten wel opmerken dat hij veel kleiner is dan die op de PA300. Korg heeft hem hier ook op het bovenpaneel geplaatst en niet links van het klavier zoals in het PA-gamma. Weer een goed idee! De joystick zal hier waarschijnlijk minder gebruikt worden in combinatie met het klavier dan bij een kleine synth.

CONSTRUCTION Le Havian 30 se présente donc comme un piano numérique et non comme un keyboard, d’une très belle finition essentiellement noire, mis à part deux bandeaux de (simili ?) bois et un gris profond pour la grille des haut-parleurs. Le genre de finition qui ne déparera aucun salon, mais qui sera tout aussi présentable sur une scène. Contrairement à des pianos « de salon » exclusivement destinés à un usage à domicile, les pieds en forme de meuble ne sont d’ailleurs pas fournis d’origine : la polyvalence du Havian 30 est donc d’emblée bien affirmée. Son poids est d’ailleurs en accord avec le principe de mobilité : à peine plus de 15 kilos, il est donc très facile à transporter, même par une personne seule et pas plus musclée que moi. Ses dimensions sont contenues également : environ 131 cm en largeur sur 14 cm de haut et une profondeur de 38 cm seulement, malgré la présence des baffles sur le panneau supérieur. Puisqu’on parle de l’amplification, profitons-en pour préciser qu’elle fait 2 x 25 W, que les haut-parleurs sont des doubles cônes de 10 cm de diamètre et qu’ils sont utilisés en « bass-reflex ». En clair on a quasiment doublé la mise par rapport au PA300 et on est donc en droit d’attendre du bon son !

Un petit tour d’horizon de la face supérieure à présent : l’arrière dispose d’une fente pour accueillir un pupitre fourni d’origine, c›est un bon point. A l’extrême gauche on découvrira d’abord un mini-joystick, ce dernier est évidemment hérité des synthés et arrangeurs Korg et non pas de leur gamme de pianos. Remarquez qu’il s’agit bien d’un modèle miniaturisé par rapport au PA300 et que Korg a eu

16

www.meetmusic.com

MMPSL 317 Korg Havian 30.indd 16

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 14:11

Nu we toch bij het klavier zijn aanbeland: de Korg komt uit de fabriek in Italië. En dat is te merken. Het is een typisch Italiaans klavier. Het is een gecompenseerd klavier waarbij je het verschil voelt tussen de lage noten (zwaarder) en de hoge noten (lichter), net als op een echte piano. Zoals zo vaak het geval is, is er ook hier geen aftertouch, maar wel snelheidgevoeligheid (of slagkracht, wat hetzelfde is).

Zij die de PA300 kennen, zien meteen de familietrekjes als ze naar het bedieningspaneel van de Havian 30 kijken. We vinden er ook een groot kleuren touchscreen van 5 inch. Maar deze keer staat het, om plaats te winnen, niet boven de commandknoppen. Het staat ertussen. Eronder zitten slechts zes knopjes: start/stop, vier “STS” selecties (waarop ik dadelijk terugkom) en sync start/stop.

We gaan nu even van links naar rechts over het bedieningspaneel. Eerst zijn er de twee draaiknoppen die we kennen van op de PA300: volume en balans (tussen klavier en begeleiding). Zij staan boven de knoppen van de “chord sequencer”. Je hebt de keuzen tussen “accomp”, “memory” en “man bass”.

Verder naar rechts zit er de modeselector: style play, song play of sequencer.

Gevolgd door de knoppen “global” (algemene instellingen), “media” (via de beschikbare USB-poort) en tot slot “record”. Iets lager zit de “autofill” en de keuzes van “style”, “sound”, “songbook” en “song”, gevolgd door “track select”. Het laatste rijtje bestaat uit: “intro” (3 verschillende), “variation (4), “break” en “rending” (3).

Aan de andere kant van het scherm zit de grote knop “value” omringd door de knoppen “search”, “shift”, “exit” en “menu”. Verder naar rechts zitten drie tempotoetsen: plus, min en een vergrendelknop. Verder een knop “split”, en twee knoppen “transpose”. Net daarboven de knoppen “marker”, “lyrics”, “score” en de powerknop.

De onderste rij geeft toegang tot de modi “ensemble” of “piano”. Er zijn zes knoppen “performance” voor directe toegang in de sounds: akoestische piano, elektrische piano, orgel, strijkers, blazers, gitaren of synths. Dan blijven enkel nog de tranposeknoppen over om per octaaf te transponeren en dan zijn we rond. Door dit extreem goed gevuld bovenpaneel lijkt de achterkant wel érg kaal. Oordeel zelf: twee USB (to device en to host), een aansluiting voor een sustainpedaal, een uitgang voor hoofdtelefoon (die ook dienst kan doen als lineout) en een aansluiting voor de adapter (pas op! 19 volt, dus niet standaard).

That’s it! Geen midi, dus. De USB-aansluiting zal deze taak op zich nemen.

MOGELIJKHEDEN Dus wat is het verschil tussen de Havian 30 en de PA300 op het vlak van geluiden?

Niet zoveel, eigenlijk. Behalve als we naar de piano’s kijken (let op het meervoud).

Er is niet alleen de stereo grand piano, maar ook een buffetpiano. Allebei verfraaid met iets wat Korg “Damper Resonance” noemt. Met andere woorden: een reproductie van de resonantie die het geluid van een akoestische piano zo warm maakt. Voor de rest is het allemaal erg vergelijkbaar met de PA300: een groot aanbod aan standaardgeluiden (meer dan 950), waaronder een verzame-

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 MMPSL 317 Korg Havian 30.indd 17

la très bonne idée de le déplacer sur le panneau supérieur et non à gauche du clavier, comme c’est le cas de la gamme PA. C’est de nouveau un bon point, étant donné que ce joystick sera probablement moins utilisé en compagnie d’un clavier de 88 touches de type piano qu’avec un petit clavier léger de type « synthé ».

A propos du clavier, comme le Havian 30 provient de la division Korg Italy, il va de soi que le clavier est de la même origine : italienne. Il s’agit d’un modèle à compensation de toucher entre le grave (plus « lourd ») et l’aigu (plus « léger »), comme sur un vrai piano. Comme souvent dans ce cas, il n’y a pas d’aftertouch, mais uniquement la sensibilité à la vélocité (ou force de frappe, ce qui revient au même). Ceux d’entre vous qui connaissent le PA300 remarqueront tout de suite un air de famille très affirmé pour le panneau de commandes du Havian 30. On y retrouve notamment un grand écran tactile et en couleurs de 5”, mais cette fois, pour gagner en profondeur, il ne surplombe pas les commandes, il est placé au milieu de celles-ci. Seuls 6 boutons sont placés en dessous : « start/stop », les quatre sélections « STS » (j’y reviendrai) et « synchro start/stop ». Parcourons à présent ce panneau de gauche à droite : on retrouve les deux potentiomètres rotatifs du PA300 : volume et balance entre le son du clavier et l’accompagnement. Ceux-ci surplombent les types de « chord sequencer », on a le choix entre accomp., memory, et man.bass. Plus à droite, la sélection de mode : style play, song play ou sequencer, suivi des sélections de « global » (paramètres généraux) et « media » (référence au port USB disponible), et enfin de la touche « record ».

Une rangée plus bas, on a le déclenchement de « autofill » et la sélection de style, sound, songbook et song, suivi de « track select ». Et la dernière rangée est subdivisée en « intro » (3 différents), « variation » (4), « break » et « ending » (3).

Passons de l’autre côté de l’écran avec le gros bouton « value » entouré des boutons « search », « shift », « exit » et « menu ». Plus à droite les 3 touches de tempo : +, - et un cadenas indiquant qu’il est verrouillé. On a encore une touche « split » et deux touches « transpose ». Juste au-dessus, des boutons « marker » pour « lyrics » et « score » et le bouton d’allumage. La rangée du bas donne accès à un mode « ensemble » ou « piano » et à six touches de « performance » pour accès rapides à des sonorités de type piano acoustique, piano électrique, orgue, cordes, vents et guitare ou synthé. Il reste à mentionner les touches de transposition par octave et nous aurons fait le tour de la question. Un panneau supérieur extrêmement bien rempli donc, et par contraste, le panneau arrière, lui, est très dépouillé, jugez plutôt : deux prises USB (to device & to host), une prise pour pédale de soutien, une sortie écouteurs, qui fera aussi office de sortie ligne le cas échéant, et la prise pour le transfo d’alimentation (attention : 19 volts, donc non standard). Et c’est tout. Pas de MIDI donc : ce sera la prise USB qui devra remplir ce rôle.

POSSIBILITÉS Alors, qu’est-ce qui distingue le Havian 30 du PA300 sur le plan des sonorités ?

Pas grand-chose mais tout de même quelque chose d’essentiel : les sons de piano.

Notez le pluriel : c’est qu’il y a non seulement un son de piano de concert stéréo, >>

www.meetmusic.com

17

14-07-15 14:12

KEYBOARD INSTRUMENTS

KORG HAVIAN 30

>> ling sounds compatibel met GM2 en niet minder dan 64 drumkits. Je kan ook 256 variaties van deze sounds en 128 variaties van drumkits opslaan. Verder zijn er wat synthmogelijkheden aanwezig zoals enkele filters. Als je erin geïnteresseerd bent, je kan erg ver gaan in klanksynthese. We vinden namelijk parameters terug die je eerder op een workstation vindt: attack, decay, cutoff, resonance, enzovoort. Maar, je bent natuurlijk niet verplicht om daarmee te spelen. Alles is zo ontworpen dat je eigenlijk maar te kiezen hebt tussen de vele stijlen en mogelijkheden. 420 styles zitten er standaard in en 1040 (!) opslagmogelijkheden. Elke style heeft acht sporen: drie voor de ritmesectie (bas, drums en percussie) en vijf voor de melodische instrumenten (piano, gitaar, strijkers, enzovoort). Het moment is aangebroken om het over de fameuze STS (Single Touch Settings) te hebben. Dit zijn geheugenbanken die direct toegankelijk zijn. Ze bevatten alle ingestelde settings: mix van de geluiden, effecten, enzovoort. Je gaat een bepaald nummer spelen? Je drukt op de juiste knop en je instrument staat volledig ingesteld voor dat nummer.

Eigenlijk is er nog een eigenschap die de Havian 30 van de PA300 onderscheidt: er zijn niet alleen een MIDI-sequencer en een MP3-speler aan boord, maar ook een MP3-recorder. De enige beperking is dat je niet tegelijk een MP3 kan afspelen en opnemen. Om even bij de MP3-player te blijven, ook hier vinden we nog een functie van de PA300 terug die nog altijd vrij zeldzaam, om niet te zeggen uniek, is: de mogelijkheid om met het tempo (+/- 30%) en de toonhooge (+6 of -5 halve tonen) van MP3’s te spelen. We hebben het hier dus over “time stretching” en “pitch shift”, functies die je normaal alleen terugvindt in erg goed uitgeruste studio’s. Het heeft geen zin om op de voordelen hiervan in te gaan als we nog bezig zijn aan de opsomming van de mogelijkheden: polyfonie van 128 noten, vier blokken effects en een driebands-EQ voor elke toon (tot drie stapelbaar een de rechterkant en één aan de linkerkant als de splitfunctie “split) ingeschakeld is).

RESPONS EN SOUND Eerst het klavier. Persoonlijk vind ik het prima! Uiteraard is dit een kwestie van smaak en gewoonte. Sommigen zijn gewend aan een bepaald soort aanslag, anderen willen dan weer hun vertrouwde gevoel. Ik ben er alleszins heel tevreden over. Stevig, maar niet te zwaar. Je kan er perfect thrillers mee spelen, voelt heel goed aan. Ik kan er echt niets slecht over zeggen. En dat is eerder zeldzaam.

Vooral als je rekening houdt met de lage gewicht van het instrument, is dit echt een succes. Akkoord, er is geen aftertouch. Maar laten we eerlijk zijn, dat is nog altijd erg schaars en eigenlijk zeer relatief op een klavier met 88 toetsen. Ik moet zeggen dat het klavier, in combinatie met het pianogeluid, van de Havian 30 een instrument maakt dat een plezier is om te bespelen.

Ik moet toegeven dat ik geen fan ben van de “arranger” keyboards. Als klassiek geschoolde muzikant ben ik nooit aangetrokken geweest door dit type keyboards die ik altijd een beetje als speelgoed heb beschouwd. Ik moet zeggen dat de eerste generatie van dit soort keyboards, ik spreek over het einde van vorige eeuw, maar weinig goeds in huis hadden. Hun sound was cheap. Ik zou er nooit mee op een podium gaan staan. De enige oplossing om een geloofwaardige begeleiding te hebben was in die tijd een sequencer en/ of multitrack. Het was een ander tijdperk. De technologie er is sindsdien met rasse schreden op vooruit gegaan. Met de Havian 30 zitten we ver, héél ver, van die tijd. De PA keyboards hadden het al. Ook hier is zelfs de look erg professioneel. Kleine anekdote: afgelopen zaterdag werd ik gevraagd om een paar zangers te begeleiden op het openingsfeest van een gerenoveerd theater. De eerste zong iets van Nougaro met enkel piano.

OK, geen probleem. Zijn vaste pianist is erg goed, maar met wat moeite ben ik er wel geraakt. Toen kwam er een jonge zangeres die me gevraagd had om mee te spelen op iets van Marley. Ik wilde best wel een bas, een gitaar of een keyboard meenemen, maar niet allemaal tegelijk. Dus ik stond op het punt om beleefd te weigeren. Maar, toen ik zag hoe ontgoocheld de zangers was, heb ik alle moed bijeengeraapt en besloten me te verdiepen in automatische begeleiding. Ik had de Havian toen nog niet en ik heb me beholpen met mijn eigen digitale piano.

Ik had de functie nog nooit gebruikt, maar ik moet toegeven dat het best meeviel en dat het resultaat goed was. Maar als ik de Havian toen al had gehad, was het ongetwijfeld nog veel beter geweest. Het mag duidelijk zijn, met de

18

www.meetmusic.com

MMPSL 317 Korg Havian 30.indd 18

mais il y a également un son de piano droit, tous deux agrémentés de ce que Korg appelle « Damper Resonance », autrement dit une reproduction de la résonance par sympathie qu’on trouve dans les pianos acoustiques. Tout le reste est très similaire aux possibilités sonores du PA300 : d’innombrables sonorités d’usine (plus de 950 !), y compris un ensemble de sons compatibles GM2 et pas moins de 64 kits de percussions. Vous pouvez aussi mémoriser 256 variations de ces sonorités et 128 kits de percussions, car de puissantes fonctions de synthèse sont disponibles : filtres avec résonance inclus. Si vous en avez l’envie, le Havian 30 vous permet d’aller très loin dans la synthèse sonore : on trouve des paramètres plutôt comparables à ceux auxquels on a droit dans une « workstation », tels attack, decay, cutoff, resonance, etc. Mais rien ne vous y oblige évidemment.

Tout est pensé pour que vous n’ayez qu’à choisir parmi les innombrables styles, séquences et autres : 420 styles d’usine, jusqu’à 1040 ( !) mémoires à votre disposition, chaque style compte 8 pistes : trois pour la rythmique (basse, batterie, percussion) et cinq pour divers instruments mélodiques (claviers, guitares, cordes, etc.). C’est le moment de parler de ces fameux « STS », abréviation de « Single Touch Settings », autrement dit des mémoires complètes accessibles immédiatement : toutes les sonorités choisies pour tel ou tel style seront rappelées, y compris le mixage entre les sons, les effets, etc. En clair, pour tel ou tel morceau, vous êtes instantanément prêt à jouer en sachant que tout ce que vous avez effectué comme modifications pour votre mixage sera mémorisé et reproduit tel quel.

En fait il y a encore un élément qui distingue le Havian 30 du PA300 : non seulement, comme celui-ci, on vous propose un séquenceur MIDI et un lecteur MP3, mais cette fois il y a également à bord un enregistreur MP3. Seule restriction : vous ne pouvez pas utiliser à la fois la fonction de lecture MP3 et celle d’enregistrement. Pour continuer dans le registre du MP3, on y retrouve une fonction du PA300 qui est assez rare encore, voire unique : la possibilité de jouer – individuellement - sur le tempo (+/- 30%) ou sur la transposition (+6/-5 demi-tons) des fichiers MP3, autrement dit des fonctions de « time-stretching » ou de « pitch-shifting » telles que celles dont ne disposaient, récemment encore, que les studios bien équipés !

Inutile de passer davantage de temps à l’énumération des possibilités, mentionnons encore une polyphonie – royale – de 128 notes et 4 blocs d’effets ainsi qu’une égalisation 3 bandes pour chacune des sonorités (jusque 3 superposables à droite, et une à gauche du clavier, en cas de « split ») RÉPONSE ET SONORITÉS Tout d’abord le clavier. Personnellement je le trouve excellent. Bien sûr il y a dans ce domaine une affaire de goût, et parfois d’habitude : certains ont l’habitude d’un certain type de toucher, d’autres d’un toucher très différent.

Moi, il me plaît beaucoup. Ferme mais pas trop lourd (on y exécute des trilles sans difficulté), bien régulier, je ne lui trouve vraiment aucun défaut, et c’est rare ! Surtout si on tient compte du poids très réduit de l’instrument, c’est vraiment une réussite. Bien sûr il n’y a pas l’aftertouch, on l’a dit, mais avouons-le : c’est une denrée rare et qui n’est tout de même que d’une utilité relative sur clavier de 88 touches. Je dois dire que, couplé au son de piano, qui est lui aussi une très belle réussite, cela fait de ce Havian un instrument très plaisant à jouer.

Je dois le confesser : je ne suis pas un fanatique des claviers « arrangeurs ».

Etant de formation classique, et ayant courageusement fait mes gammes - et les faisant toujours ! – j’ai rarement eu une attirance pour ce que je considérais un peu comme des claviers « jouets »… Il faut dire aussi que les premiers claviers de ce genre - je parle de la fin du siècle dernier… - avaient peu d’atouts pour séduire : leur son faisait « plastique », « cheap », bref, je n’aurais jamais osé grimper sur une scène avec ce genre d’instruments. La seule solution à l’époque pour avoir un accompagnement crédible était la case séquenceur et/ou studio multipiste.

C’était une autre époque : la technologie a bien évolué depuis ! On est loin, très >> loin de compte avec ce Havian. On l’était déjà avec les précédents claviers PA

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 14:12

Meer voor muzikanten en producers.

www.slagwerkkrant.nl | www.gitarist.nl | www.debassist.nl | www.interface.nl | www.musicmaker.nl

Deze uitgaven van Keijser 18 Mediaproducties kun je bestellen via

www.muziekbladopjemat.nl

ads MMM317.indd 19 K18 Meet Music 2015-06.indd 1

15:27 14-07-15 12:05

KEYBOARD INSTRUMENTS

KORG HAVIAN 30

>> begeleiding en sounds van deze Korg moet je niet beschaamd zijn.

Maar er is meer: de geïntegreerde versterking doet het uitstekend. De diepte van het geluid is echt verbazingwekkend: de bas is zeer aanwezig en je kan het volume flink de hoogte injagen. Toch uitzonderlijk voor dit soort keyboards. Jammer genoeg is er een, naar mijn mening, groot minpunt: het aansluiten van de hoofdtelefoon mute zoals gebruikelijk het geluid van de speakers.

Niet erg op zich, maar deze output doet ook dienst als line-out. Dus als je die op het podium gebruikt, verlies je alle voordelen van je geïntegreerde versterking. En dat is jammer…

Rekening houdend met de prijs snap ik wel dat er op bepaalde zaken bespaard moet worden, maar ik vind dat Korg hier toch een vrij ongelukkige keuze heeft gemaakt. Bij de PA300 kon ik dat nog door de vingers zien omdat de prijs nog lager is en omdat de ingebouwde versterking daar ook minder krachtig was. Hier betreur ik het echt. En het vreemde is dat je in het menu wel het outputniveau van de line kan kiezen. Het was handig geweest dat je in datzelfde menu “speaker aan/uit” zou kunnen kiezen. Het zit jammer genoeg niet in de software. En nu we het toch over de minpunten hebben, een andere kostenbesparende maatregel is het weglaten van de MIDI-aansluitingen. Dit vind ik al minder erg. Als deze aansluitingen alleen maar dienen om een computer aan te sluiten, dan doet de USB-poort prima zijn werk. Maar als je andere generators of een tweede klavier wil aansluiten, gaat dat niet.

Dat is nu niet meteen een drama als je ziet hoeveel mogelijkheden de Havian zelf al in huis heeft.

PRIJS Korg heeft al eerder keyboards met 88 toetsen uitgebracht (de 588 bijvoorbeeld), maar die hadden altijd een nogal aanzienlijk prijskaartje.

Deze keer blijven ze flink onder de 2.000 euro en zelfs onder de 1.500 euro. Het is nog altijd bijna het dubbele van de de PA300, maar naar mijn mening rechtvaardigen de mogelijkheden en de geluidskwaliteit dat ruimschoots. In deze prijsklasse had ik alleen maar iets meer aansluitmogelijkheden verwacht.

CONCLUSIE Ik heb in mijn woonkamer verschillende stijlen en geluiden getest. Mijn vrouw zei meteen: “zo’n keyboard moet je kopen!” Het is de eerste keer dat ik haar niet moest overtuigen om iets te kopen. Ik denk dat je het wel begrijpt: het verdict is positief. Of je nu componeert, thuis speelt of ermee op het podium staat, de Havian blijft overeind. En dat tegen een zeer rechtvaardige prijs. Het enige wat nu nog rest is het mysterie van zijn naam.

+

– 20

• klavier en pianosounds keyboard van hoog niveau • stevige en degelijke versterking • afwerking en look • geen aftertouch • geen MIDI • één aansluiting voor hoofdtelefoon en line

+

–

www.meetmusic.com

MMPSL 317 Korg Havian 30.indd 20

• Clavier et sons de piano Arrangeur de haut niveau • Amplification puissante et de qualité • Finition et look • Pas d’aftertouch • Pas de MIDI • Prise unique pour écouteurs/sortie ligne

mais ici, même le look fait très « professionnel ».

Anecdote : pas plus tard que samedi passé, lors d’une fête organisée pour la rénovation d’une salle de spectacle, on m’a demandé d’accompagner quelques chanteurs.

L’un chantait du Nougaro : OK, rien qu’avec du piano, c’est possible ; Maurice Vander est un fameux pianiste, mais avec un peu de travail j’y suis arrivé. Puis vint un jeune chanteur qui m’a demandé de l’accompagner sur « Marley » de Danakil. Du Reggae/pop donc. Bon, là, je veux bien prendre une basse, ou une guitare, ou un clavier, mais pas les trois en même temps ! Je m’apprêtais donc à refuser poliment mais en voyant la mine déconfite du chanteur, je me suis résigné à explorer les arcanes d’un accompagnement automatique… Ne connaissant pas du tout le Havian, je n’ai pas risqué le coup et me suis contenté de mon propre piano numérique dont je n’avais jamais encore utilisé cette fonction.

Force m’est de reconnaître que cela a très bien fonctionné, mais aussi, après un essai à domicile, que si j’avais utilisé le Havian, c’eût été beaucoup, beaucoup mieux encore !

Clairement donc, les styles et sonorités de ce piano Korg n’ont pas à rougir face à la concurrence. Détail piquant : c’est à sa division « made in Italy » que Korg est redevable de pouvoir concurrencer ses compatriotes japonais…

Mais il y a mieux encore : une fois n’est pas coutume, l’amplification intégrée rend vraiment justice à la qualité des sons. La profondeur du son est très étonnante : les graves sont bien présents et le volume très conséquent pour un clavier de ce type. Malheureusement il y a un assez gros bémol selon moi : la prise écouteurs, comme souvent, coupe le son des haut-parleurs. Jusque là rien de grave ni d’anormal. Seulement voilà : cette même prise doit aussi faire fonction de sortie ligne. Du coup, si vous êtes sur scène et que vous vous raccordez à la sono, vous perdez tout le bénéfice de l’amplification intégrée. C’est trop dommage. Certes le prix de l’instrument imposait de réaliser des économies mais pour ma part, j’estime que c’est un choix assez regrettable de la part de Korg. Autant pour le PA300, je trouve cela relativement admissible étant donné le budget plus serré et l’amplification beaucoup moins puissante, autant sur cet instrument je le regrette. Et le plus étrange c’est qu’il est possible de sélectionner un niveau de sortie « ligne » ou « écouteurs » dans le menu Global. Il eût été si simple d’y sélectionner également « haut-parleurs actifs/inactifs ». Mais il ne s’agit probablement pas d’un choix logiciel, plutôt d’un simple jack de coupure, donc tant pis. Et tant qu’on est au chapitre des regrets : l’autre mesure d’économie est la suppression des prises MIDI. Ici je serai beaucoup moins critique : il est exact que la plupart du temps, ces prises ne servent plus guère actuellement qu’à raccorder un ordinateur, donc l’USB est un bon choix (on fait l’économie d’un adaptateur MIDI/USB), mais du coup l’utilisation d’autres générateurs de sons ou d’un second clavier s’en trouve compromise. Ce qui n’est pas un drame vu l’étendue des possibilités internes du Havian.

PRIX Korg avait déjà proposé des arrangeurs avec clavier de 88 notes par le passé (le 588 par exemple) mais à un prix assez élevé. Cette fois, on est largement passé en dessous des 2000 €, et même de 1500 € ! Bon, c’est tout de même près du double du PA300, mais à mon avis, la qualité du clavier et des sons de piano justifient pleinement cet écart. A ce budget-là, j’aurais juste aimé un peu plus de connexions.

CONCLUSION J’étais donc en train de tester les divers styles et sons du Havian 30 dans le salon.

Réaction de ma femme : « mais tu devrais t’acheter ce genre de clavier, non ? ».

C’est bien la première fois que ce n’est pas moi qui lui dis que je dois en acheter un !!! Je suppose que vous aurez tout de suite compris que la conclusion est éminemment positive : considérez-le comme un piano de salon, ou un piano de scène, ou un arrangeur performant, dans tous les cas, ce Havian a tout pour séduire. A un prix très compétitif. Reste l’énigme du nom…

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 14:12

Cesar Zuiderwijk’s Music Station en Slagwerkkrant presenteren

Drie dagen lang clinics en privégroepen van o.a.

Gabor Dörnyei – Chris Strik – Cesar Zuiderwijk - Bruno Meeus Olaf Fase – Toon Oomen – Koen Herfst – Kim Weemhoff Avondprogramma: Concert met Letz Zeppelin – Sessie met The Smart En het vaste lerarenteam: Fred Cohen, Mark Eeftens, Sarah Lavinia Feenstra, Gerben de Bruijn, Dennis Boxem, Tim Koning, Peter-Jan Eusman, Erk Willemsen

Reserveer nu! Er kunnen maar 72 drummers meedoen.

7-8-9 augustus, Musicon Den Haag, Soestdijksekade 345

DRIE DAGEN DEMO’S EN LESSEN – DRIE DAGEN DRUMMEN Als je je inschrijft voor de Haagse DrumDrieDaagse krijg je drie dagen lang lessen, lezingen, lesmateriaal, sessies, lunches en heel veel lol: all-in voor € 235,-. Schrijf je nu in op

www.drumdriedaagse.nl

<< De clinic en lessen van Gabor Dörnyei worden mede mogelijk gemaakt door Zildjian en Remo De Drumdriedaagse is een initiatief van

Cesar Zuiderwijk

Musicstation De DrumDrieDaagse wordt mede mogelijk gemaakt door

ads MMM317.indd 21 46 D3D2015SWK188.indd

14-07-15 13:25 15:27 10-06-15

GUITAR

James Neligan EZR-D & EZR-OMCFI acoustic guitars

ONTWERP Hoewel de vormen verschillend zijn hebben beide gitaren vrijwel dezelfde specificaties. Het bovenblad is van cederhout met een mooie sunburstafwerking. De zij- en achterkant zijn uit gelamineerd sapeli gemaakt, wat een vergelijkbare tint heeft als mahonie maar met een andere structuur. De hals is van mahonie met een palissander toets en op de 12e fret zien we een creatieve inleg van abalone.

Beide modellen zijn afgewerkt met witte bindingen. Om het klankgat zien we een zwart met witte rozet. Voor topkam en zadel is er gekozen voor been; dit wordt gezien als de beste keus omdat het een hele mooie toon en sustain geeft. De algehele afwerking ziet er verder erg netjes uit.

James Neligan gitaren worden altijd geleverd met D’Addario EXP snaren, die keurig op stemming worden gehouden door de vernikkelde gegoten stemmechanieken.

De EZR-OMCFI heeft een ingebouwde voorversterker. De preamp die James Neligan voor alle cutawaymodellen van de EZR serie heeft gekozen is de Fishman ISYS-301.

Je kunt er volume en EQ mee instellen en er zijn ook een faseschakelaar en een handig chromatische stemapparaatje.

La nouvelle série Ezra de James Neligan, forte de cinq nouveaux modèles, se lance dans la “bagarre” qui a pour créneau le meilleur rapport qualité - prix. Ces instruments sont-ils simplement jolis, ou ont-ils quelque chose de particulier ? James Neligan, une “émanation” de Stagg, qui jouit d’une belle popularité tant chez les débutants complets que chez les vrais professionnels, travaille d’arrache-pied sur différentes séries dans les catégories de prix inférieures. La marque ne semble pas s’arrêter en si bon chemin, et après quatre séries, voici encore une nouvelle série, nommée Ezra, dont les modèles se caractérisent par une table d›harmonie en cèdre massif. Nous allons examiner deux modèles à la loupe : une dreadnought et une auditorium à pan coupé.

PROJET Bien que les formes soient différentes, ces deux guitares ont des caractéristiques pratiquement identiques. La table d’harmonie en cèdre est dotée d’une belle finition de type ‘sunburst’. Les éclisses et le fond sont en sapeli laminé, une essence qui présente une teinte voisine de celle de l’acajou, mais d’une structure différente. Le manche est en acajou, et la touche, en palissandre.

A hauteur de la douzième frette, il y a une incrustation originale en abalone. Les deux modèles sont agrémentés de filets de couleur blanche.

Le pourtour de la rosace est aussi embelli par des incrustations blanches.

Pour les sillets de tête et de chevalet, la firme a opté pour de l’os. Dans son ensemble, la finition est vraiment très réussie. Les guitares James Neligan sont toujours livrées avec des cordes D’Addario EXP, dont la justesse reste précise grâce aux mécaniques moulées en nickel.

Le modèle EZR-OMCFI possède un préampli intégré ; et le préampli que James Neligan a choisi pour équiper tous les modèles à pan coupé de la série EZR, c’est le Fishman ISYS-301. Il permet de régler le volume et l’égalisation, et il y a également un inverseur de phase, ainsi qu’un accordeur chromatique, bien pratique.

CONFORT DE JEU ET SON Contrairement à leur construction semblable, le contact et le son des deux guitares est très différent. Commençons par l’EZR-D, la dreadnought. Un volume de bois plus important donne plus de son, c’est un fait bien établi. Mais au plus il y a de bois, au plus il est difficile

James Neligan EZR-D

De nieuwe Ezra serie van James Neligan met vijf nieuwe modellen gaat de strijd aan voor de beste prijs-kwaliteitverhouding. Zijn ze gewoon heel slim of offeren ze er iets voor op? Het uit Stagg voortgekomen James Neligan, populair bij zowel de maagdelijke beginner als de echte professional, werkt hard aan verschillende series in de lagere prijsklasse. Het merk lijkt niet te stoppen en heeft na vier series wéér een nieuwe reeks uitgebracht, Ezra genaamd, met modellen met een massief cederhouten bovenblad. We nemen een dreadnought en een auditorium met cutaway onder de loep.

Lars de Rijck

BESPEELBAARHEID EN GELUID In tegenstelling tot hun constructie is de speelervaring en de klank van beide gitaren erg verschillend.

Laten we beginnen met de EZR-D, de dread-

22

www.meetmusic.com

MMPSL 317 James Neligan.indd 22

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 14:14

CONCLUSIE Beide gitaren zien er sexy uit en zijn mooi afgewerkt.

De OMCFI is meer toegankelijk voor de gemiddelde gitarist dankzij de vorm en de hals. Ook hoef je minder hard te werken om het karakter uit de gitaar te halen. Als je een echte slaggitaarsound wilt hebben en al een natuurlijke harde aanslag hebt, dan is de dreadnought een hele fijne gitaar. Qua prijs/kwaliteit (de EZR-D kost € 349,-, de OMCFI € 464,-) is het bijna eng goed!

+ – + –

• bespeelbaarheid • prijs/ kwaliteitsverhouding • geen

• Le confort de jeu.

• Le rapport qualité - prix.

• RAS

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 MMPSL 317 James Neligan.indd 23

James Neligan EZR-OMCFI

nought. Een groter stuk hout maakt meer geluid, dat is een feit. Maar hoe meer hout hoe lastiger het is om een mooie balans te krijgen tussen de hoge, midden- en lage frequenties. De EZR-D projecteert net als de meeste dreadnoughts een hoop geluid en de balans zit aan de donkere kant. Wat opvalt is dat het karakter pas tevoorschijn komt als je krachtig aanslaat. Hierdoor is de gitaar wellicht het best geschikt voor slaggitaar en wat minder voor tokkelen.

Door het ceder bovenblad en de sapeli zij- en achterkant ontstaat er een plezant romig geluid; elke noot klinkt vol en diep, maar mist misschien net dat frisse wat je gewend bent van een sparren bovenblad. De hals is vrij standaard en geschikt voor vrijwel ieder type hand.

De actie is aan de hoge kant, maar dit zorg wel voor de volle toon.

Aan de andere kant hebben we de EZR-OMCFI, die van hetzelfde hout is, maar een andere vorm heeft waardoor de hogen tonen meer aanwezig zijn. De projectie is uiteraard minder hard, maar wel mooi in balans. Ik zou zeggen dat voor de fingerpickers onder ons de OMCFI zeer comfortabel is. De hals voelt iets platter aan waardoor kleinere handen het makkelijker hebben.

d’obtenir une bonne balance sonore entre les fréquences aiguës, médianes et graves. Cette EZR-D a une projection du son semblable à celle de la plupart des dreadnoughts : un «mur» de son, avec une balance sonore un peu sombre.

Ce qui frappe, c’est que le caractère de l’instrument ne devient évident que lorsqu’on joue fort. Par conséquent, la guitare sera sans doute le mieux à sa place pour des parties rythmiques, et un peu moins pour jouer des mélodies. Vu la présence de la table d’harmonie en cèdre, ainsi que des éclisses et du fond en sapeli, c’est un son agréable et «crémeux» qui surgit ; chaque note a un son plein et profond, mais il manque peut être un peu la touche de brillance que l’on entend d’habitude avec une table d’harmonie en épicéa. Le manche est vraiment «standard», et il conviendra à tous les types de mains.

L’action est un peu haute, mais cela favorise le côté «plein» du son.

Passons à l’autre modèle, l’EZR-OMCFI, qui est composée des mêmes bois, mais qui présente une autre forme qui favorise la mise en avant des fréquences aiguës.

Bien entendu, la projection sonore est moins imposante, mais l’équilibre entre les fréquences est bon. Je dirais que pour les amateurs de fingerpicking, jouer sur cette OMCFI devrait être très confortable. Le manche semble un peu plus plat, ce qui rendra la tâche plus facile aux petites mains.

CONCLUSION Les deux guitares ont un look sexy et sont joliment finies.

L’OMCFI est plus accessible pour le guitariste moyen en raison de la forme du manche. Et il faut jouer avec moins d’énergie pour faire ressortir le caractère de l’instrument. Mais si vous désirez un vrai son de guitare rythmique, et que votre attaque des cordes est naturellement puissante, la dreadnought est une guitare très intéressante. Au niveau du rapport qualité - prix, on n’a vraiment pas à se plaindre, puisque l’EZR-D coûte 349 euros, et l’OMCFI, 464 euros.

www.meetmusic.com

23

14-07-15 14:14

DRUMS & PERCUSSION

2Box TrigIt acoustic drumtriggers Dennis Boxem

2Box maakte met de DrumIt Five een paar jaar geleden een meer dan prima indruk. Maar op een aantal software-updates na was het lang wachten op nieuws van het kleine Zweedse merk. Vorig jaar werd het wachten beloond en nu is het nieuws ook volop leverbaar: de 2Box TrigIt akoestische-drumtriggers.

Dat 2Box met een reeks akoestische-drumtriggers komt zal de echte kenners niet verrassen. 2Box-directeur Bengt Lilja was tenslotte ook het meesterbrein achter de elektronische drums van ddrum. De TrigIt triggers lijken uiterlijk echter totaal niet op de kenmerkende rode triggers die je van ddrum kent. Ze hebben een stevige metalen bovenkant die de kunststof behuizing met gevoelige elektronica daaronder beschermt. Die metalen bovenkant is afgewerkt in een vrij neutrale, geborstelde finish. Daardoor vallen ze van een afstandje eigenlijk nauwelijks op, en dat is volgens 2Box precies de bedoeling. Het is wel een flink contrast met de vrolijk oranje gekleurde pads en module waarmee de Zweden zich tot nu toe in de kijker speelden.

Triggers De TrigIts zijn verkrijgbaar in twee varianten: een trigger voor toms en snaredrum met afzonderlijke pick-ups voor vel en spanrand, en een bassdrumtrigger die slechts een pick-up heeft voor het vel.

De veltrigger zelf is een piezo van ongeveer een centimeter doorsnee die door een stukje schuimrubber tegen het vel gedrukt wordt. Dit dempt de klank van het vel wel enigszins, maar het is minder ingrijpend dan de werking van een stukje tape of moongel. In de meeste gevallen zul je dus meer dan genoeg klank overhouden. De trigger voor de velrand krijg je niet te zien. Die zit ergens weggeborgen in de behuizing.

Je monteert de triggers door ze simpelweg over de spanrand van je trommel te schuiven en vervolgens met een drumsleutel een boutje aan te draaien. Bij de toms is dat redelijk hufterproof. Bij de bassdrum moet je even voor ogen houden dat het wel een houten rand is, waar je het ding op bevestigt. De klauwtjes waar-

24

www.meetmusic.com

MMPSL 317 2Box.indd 24

Il y a quelques années, 2Box avait fait forte impression grâce à son DrumIt Five.

Mais à part quelques mises à jour de softwares, il a fallu attendre longtemps pour avoir des nouvelles de la petite firme suédoise. Et l’année passée, notre attente fut récompensée ! Il y a du nouveau, et il est disponible à volonté : il s’agit des 2Box TrigIt, des capteurs pour fûts acoustiques.

Le fait que 2Box présente une série de capteurs pour fûts acoustiques ne sera pas une surprise pour les vrais connaisseurs : après tout, Bengt Lilja, le directeur de 2Box, était aussi la tête pensante qui a conçu les batteries électroniques ddrum. Toutefois, vus de l’extérieur, les capteurs TrigIt ne ressemblent absolument pas aux capteurs rouges caractéristiques de ddrum. Ils ont une solide face supérieure en métal qui protège le boîtier en matière synthétique abritant l’électronique, délicate par nature. Cette protection supérieure possède une finition très neutre, en métal brossé. Grâce à cela, ils sont à peine visibles, et selon 2Box, c›est précisément le but recherché. Il faut admettre que cela fait un fameux contraste avec les modules et les pads orange par lesquels les Suédois se sont fait remarquer jusqu›à présent ...

Capteurs Les TrigIt sont disponibles en deux variantes : un capteur pour les toms et la caisse claire, avec des micros séparés pour la peau et le bord du fût, et un capteur pour la grosse caisse, qui n’a qu’un seul micro, pour la peau.

Le capteur pour la peau est un micro piézo d’environ un centimètre de diamètre que l’on appuie sur la peau via un petit morceau de mousse. Cela étouffe quelque peu le son de la peau, mais c’est moins audible que d’y poser une pièce de papier collant ou de Moongel. Dans la plupart des cas, le son restera donc largement suffisant. Quant au capteur pour le bord, il n’est pas visible puisqu’il est dissimulé dans le boîtier.

On monte les capteurs en les glissant simplement sur le bord du fût, et ensuite, on les boulonne avec une clef de batterie. Pour les toms, cela est assez facile,

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 14-07-15 14:15

mee je de triggers vastzet zijn voorzien van een beschermrubber, maar draai je de spanbout onnodig hard aan, dan bestaat de kans dat je het hout beschadigt.

De triggers werken met standaard 1/2” stereojackkabels en daardoor zijn kabels gemakkelijk te vinden. Verder hebben ze een redelijk vlak profiel, waardoor ze niet heel erg uitsteken ten opzichte van de drums. Je zou er dus zomaar voor kunnen kiezen om de triggers tijdens vervoer te laten zitten.

Net zoals de meeste triggers die je op een spanrand moet zetten kan het bij de 2Box triggers wel voorkomen dat de geïsoleerde ophangbeugel van de trommel in de weg zit.

Updates De DrumIt Five module gaat alweer een tijdje mee, maar door de genoemde software-updates is er de afgelopen jaren heel wat toegevoegd aan functionaliteit en sounds. 2Box maakt updaten heel gemakkelijk, want je hangt de module gewoon met een usb-kabeltje aan je computer, en een softwareprogrammaatje doet de rest. Wil je de triggers met de module gaan gebruiken, dan is updaten een slimme zet, want met de laatste versie van de software levert 2Box ook de presets van de triggers mee. En dan wordt aansluiten een kwestie van inpluggen, de juiste trigger kiezen en klaar.

Wil je de triggers met een ander merk module gebruiken, dan vergt het, afhankelijk van het merk waar je op speelt, iets meer werk. Bij een test met modules van zowel Yamaha als Roland blijkt dat de triggers met beide merken meteen werken, maar dat je net zoals bij elke trigger toch best nog even bezig bent om de respons en de gevoeligheid goed af te stellen.

Respons De respons van de triggers is ontzettend goed. Ze pikken heel nauwkeurig op waar en hoe je op het vel slaat. Met de juiste instellingen in je module worden ook rimshots of rimclicks keurig vertaald. Ook gebruik met gaasvellen is geen enkel probleem. De bassdrumtrigger heeft weinig last van na- of dubbeltriggering. Zelfs al heb je een wat nerveuze rechtervoet, dan is dubbeltriggeren heel makkelijk met de verschillende parameters te ondervangen.

De 2Box triggers zijn los verkrijgbaar of als vijfdelige set. Die laatste is natuurlijk aanzienlijk goedkoper. De 2Box triggers zitten net zoals de triggers van Roland en ddrum in de wat hogere prijsklasse. Dankzij de prima respons en de stevige bouw zijn de TrigIts hun geld zeker waard.

Conclusie De TrigIts zijn probleemloze triggers die gemakkelijk in het gebruik zijn. Ze zijn nauwkeurig en snel, en ze hebben een prima dynamisch verloop. Met 2Box eigen DrumIt Five module werken ze natuurlijk vlekkeloos, maar ook met iedere andere module zijn ze goed te gebruiken. De redelijk neutrale look zal de meeste drummers aanspreken, vooral ook omdat het niet botst met de looks van een gewone akoestische kit.

+ –

• nauwkeurige respons • stevige bouw •g eïsoleerde ophangbeugel van de drums zit in de weg bij montage

+ –

• Réponse précise.

• Robustesse de la construction.

•L e système de suspension isolante des fûts gêne lors du montage.

MEET MUSIC MAGAZINE 2015/317 MMPSL 317 2Box.indd 25

mais pour la grosse caisse, il faut garder à l’esprit le fait qu’il s’agit d’un bord en bois qui reçoit l’appareil. Les pinces avec lesquelles on fixe les capteurs sont équipées d’un mousse de protection, mais si l’on serre trop fort, il se peut que l’on endommage le bois.

Les capteurs fonctionnent avec des câbles à jacks stéréo standard d’1/2», il est donc très facile de trouver des câbles appropriés. De plus, ils ont un profil relativement plat, et donc, ils ne «ressortent» pas beaucoup de la forme des fûts.

On pourrait donc être amené à choisir de laisser les capteurs montés pendant les déplacements. Comme pour la plupart des capteurs que l’on doit fixer sur le bord d’un fût, il peut arriver aux capteurs 2Box d’avoir «dans le chemin» le système isolant de suspension du fût.

Mises à jour Le module DrumIt Five «date» un peu, mais ces dernières années, grâce aux mises à jour du software, la firme y a ajouté pas mal de choses en termes de fonctionnalités et de sons. 2Box rend ces mises à jour très faciles, car il suffit de relier le module à un ordinateur via un câble USB et le petit programme du software fait le reste. Si l’on veut utiliser les capteurs avec le module de la marque, faire les mises à jour est particulièrement intéressant, car via la dernière version, 2Box donne aussi les présélections des capteurs. Du coup, la mise en route se résume à présent à se brancher, choisir le capteur concerné ... et on est prêt !

Par contre, si l’on désire utiliser les capteurs avec un module d’une autre marque, cela exige un peu plus de travail, indépendamment de la marque sur laquelle on joue. Lors d’un test avec des modules Yamaha et Roland, il semble que les capteurs fonctionnent immédiatement avec les deux marques, mais que, comme pour n’importe quel capteur, il faut pas mal de boulot pour régler convenablement la réponse et la sensibilité.

Réponse La réponse des capteurs est vraiment très bonne. Ils identifient très précisément où et comment on frappe la peau. Si le module est bien réglé, la restitution des rimshots et des rimclicks est elle aussi impeccable. L’utilisation avec des peaux maillées ne pose aucun problème non plus. Le capteur de grosse caisse n’a que peu de problème par rapport à une double réponse ou une réponse après la frappe. Même si vous avez le pied droit un peu nerveux, une double réponse est très facile à corriger via les différents paramètres existants.

Les capteurs 2Box peuvent être achetés séparément ou en tant qu›ensemble de cinq pièces. Evidemment, cette dernière solution est nettement meilleur marché.

Tout comme les capteurs de Roland et de ddrum, ceux de 2Box appartiennent à une catégorie de prix assez élevée. Ceci dit, quand on regarde leur excellente réponse et leur solide construction, les TrigIt valent largement leur prix.

Conclusion Les TrigIt sont des capteurs qui ne posent aucun problème et qui sont faciles à utiliser. Ils sont précis et rapides, et l’étendue de leur dynamique est impeccable.

Avec le module DrumIt Five propre à la marque, ils fonctionnent naturellement sans la moindre faille, mais leur usage est aussi excellent avec n’importe quel autre module.

Leur look très neutre plaira sans doute à la plupart des batteurs, mais probablement aussi parce qu’ils s’intègrent parfaitement dans un ensemble acoustique usuel.

2Box Trigit Tom/snaredrumtrigger...................................................... € 66,Bassdrumtrigger............................................................... € 77,TrigIt triggerset................................................................ € 299,-

www.meetmusic.com

25

14-07-15 14:16