mm333

meet music magazine afgifte kantoor voor belgië / TURNHOUT p509335

31e jaargang – Juni-Juli 2017 31ième année – Juin-Juillet 2017

GR ATIS IT GR ATU

maandblad voor de Benelux muzikant – menuel pour le musician Benelux

Nr.333

PRS 2017 SE CUSTOM 24 REVIEW

Roland System-8

Gretsch Renown

Fender

Precision Bass V

INHOUD - SOMMAIRE

p.8 Gretsch Renown review EVENTS ��������������������������������������������� 4 Musikmesse review Guitar Bass Drums & Percussion Keyboard Instruments

EVENTS MIPA-PIPA Awards �������������������������������� 15

DRUMS & PERCUSSION Gretsch Renown ������������������������������������� 8

KEYBOARD INSTRUMENTS Roland System-8 ���������������������������������� 18

BASS Fender American Professional Precision Bass V ������������������������������������������������ 16

GUITAR PRS 2017 SE Custom 24 ���������������������� 12 MAANDBLAD VOOR DE BENELUX MUZIKANT - MENSUE L POUR LE MUSICIEN BENELUX ABN Amro Bank IBAN: NL70ABNA0432038949 BIC: ABNANL2A Directie/Gestion Erk Willemsen, Ronald Willemsen, Marcel Willemsen Meet Music Magazine is een uitgave van/ est une édition de: Keijser 18 Mediaproducties bv Postbus 11497 • 1001 GL Amsterdam Bezoekadres: Rozenstraat 206 • 1016 PA Amsterdam, +31 20 675 5308 info@meetmusic.com, www.meetmusic.com

Druk/Impression Mediacenter Rotterdam De auteursrechten van deze uitgave en van alle artikelen, die erin verschijnen, worden door de uitgever voorbehouden / La reproduction, même partielle, de ce numéro est strictement interdite sans l’autorisation écrite de l’éditeur.

Uitgever/Editeur Erk Willemsen Redacteuren/Redacteurs Dennis Boxem Luc Henrion Stijn Deldaele Tim Van Roy Vertalingen/Traductions Jean-Pierre Irgel Michel Van den Bosch

Sales: Keijser 18 Mediaproducties, Ronald Willemsen, Ollie Schmitz, Erk Willemsen ads@k18.nl, +31 20 675 5308 Vormgeving/Conception Nils Jonkers (LandGraphics), Marcel Willemsen (Keijser 18 Mediaproducties) Boekhouding /Comptabilité Vanja van Dam factuur@k18.nl

Sales/marketing: Ronald Willemsen

ADVERTEERDERSLIJST | LISTE DES ANNONCEURS MEET MUSIC MAGAZINE Adam Hall – Gravity �����������������������23 Sennheiser ����������������������������������21 Highlite ����������������������������������������14 Sound Service ������������������������������10 PRS ���������������������������������������������7 Voerman ���������������������������������������2

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

www.meetmusic.com

3

EVENTS

Nord Stage 3

Musikmesse Frankfurt report Jean-Louis Gayet, Dennis Boxem, Chris Dekker, Steven Faber

In april vond de Musikmesse Frankfurt plaats. De laatste jaren brengt deze beurs minder nieuwigheden ten opzichte van NAMM show in LA. Véél nieuws is er wel bij het Prolight + Sound gedeelte van de beurs, zie ons verslag aan de ­andere zijde van dit magazine. Wat er wél aan nieuws was hebben we in de Musikmesse verslag verzameld!

KEYBOARD INSTRUMENTS CLAVIA NORD STAGE 3 Bij de splinternieuwe Nord Stage 3 is veel veranderd ten opzichte van versie 2.

De afdeling piano’s is sterk uitgebreid en biedt nu 2GB aan geheugen. De polyfonie is opgevoerd naar 120 stemmen en er is een filtersectie bijgekomen. Maar de Stage 3 is ook veelzijdiger geworden met de integratie van een Nord Lead A1 modeling synth, voorzien van een eigen oled-display en de mogelijkheid om samples af te spelen, én de CD2 orgelsimulatie voor allerlei toonwiel- en transistororgels. De drie soundengines kun je gelijktijdig gebruiken en het is mogelijk twee piano’s, orgels (met Leslie-simulatie) of synths te layeren. Natuurlijk is er een uitgebreide effectsectie en het omschakelen van sounds verloopt naadloos.

Er komen versies met 88 toetsen (weighted hammer), en 76 of 73 toetsen. www.clavia.se KORG KRONOS LS EN NIEUWE PIANO’S De Korg Kronos LS heeft 88 toetsen met lichte synth-action, weegt minder dan 18kg – dat is 6,3kg lichter dan de Kronos-88 – en laat zich dus gemakkelijk ver-

4

www.meetmusic.com

C’est en avril que s’est déroulée la foire de Francfort.

Ces dernières années, cette foire présente moins de ­nouveautés par rapport au NAMM Show de Los Angeles.

Par contre, il y a beaucoup plus de nouvelles dans la section Prolight + Sound de la foire, comme en témoigne notre compte rendu situé de l’autre côté de ce magazine. Ceci dit, les quelques nouvelles importantes de la Musikmesse, nous les avons rassemblées pour vous dans les lignes ci-dessous.

INSTRUMENTS A CLAVIER CLAVIA NORD STAGE 3 Sur le Nord Stage3, beaucoup de changements par rapport à la version 2 ! La section pianos a été fortement étoffée puisqu’elle compte à présent 2 GB de mémoire. La polyphonie a été étendue à 120 voix, et une section “filtres” a été ajoutée. Mais le Stage 3 est aussi devenu plus polyvalent grâce à l’intégration d’un module synthé, le Nord Lead A1, équipé d’un écran OLED séparé et de la possibilité de lire des échantillons. Et il ne faut pas oublier l’adjonction du module CD2, qui donne accès à toutes sortes de simulations d’orgue, qu’il s’agisse de modèles à roues phoniques ou à transistors. L’utilisateur a la faculté de faire fonctionner en même temps les 3 générateurs sonores, et il est aussi possible de “superposer” 2 pianos, 2 orgues (avec simulation de Leslie) ou 2 synthés ! Naturellement, on a aussi droit à une section d’effets très riche, et le passage d’une sonorité à l’autre se fait sans “cassure” au niveau son. Il y aura

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

voeren. De kleur van de behuizing is diep donkerbruin (Umber), en de zij­ panelen zijn uitgevoerd in sunburst hout. De firmware is ook geüpdatet met ­onder meer nieuwe Quick Layer/Split-functies.

Met de G1-serie introduceert Korg een keyboard met drie concertvleugels en ingebouwde versterkers en luidsprekers. Verder komt er een gelimiteerde uitgave van de SV-1 stagepiano in metallic rood. www.korg.com KAWAI NOVUS NV10 De Novus NV10 is een hybride digitale piano met de Millenium III grand piano keyboard action. Hierbij zijn de 88 vilten hamertjes vervangen door kunststof exemplaren die van formaat veranderen van laag naar hoog. In plaats van snaren heeft de NV10 optische sensors die de aanslag exact meten. Maar het klavier heeft ook een echt dempermechanisme voor een ultra-reralistisch speelgevoel.

De NV10 bevat een digitale versie van de Shigeru Kawai SK-EX concertvleugel, voor elk van de 88 toetsen individueel gesampled en tot leven gebracht met de Harmonic Imaging XL engine en Acoustic Rendering resonantie modeling. De D-A conversie en versterking is afkomstig van High-end audiofabrikant Onkyo. www.kawai-global.com

GUITAR LINE 6 HELIX LT Gegeven het enorme succes van de Helix was het slechts een kwestie van tijd voordat Line 6 de serie zou uitbreiden. De Helix LT heeft minder aansluitingen, maar is gunstig geprijsd met behoud van dezelfde formidabele rekenkracht. Een belangrijk verschil in de LT-versie betreft de voetschakelaars. Die hebben wel hun kleurcodes en aanraakgevoeligheid behouden, maar hun functie is nu af te lezen op een 6,2-inch scherm. Andere aanpassingen zijn een chassis van aluminium in plaats van staal en de vermindering van het aantal aansluitingen voor FX-loop send- en return, koptelefoon en expressie out. Er is ook geen microfoonvoorversterker met XLR-aansluiting en CV out. Het aantal HX modellen en de enorme hoeveelheid geluiden van de Helix zijn echter hetzelfde gebleven, nog uitgebreid met de nieuwste firmware updates. Hierdoor zijn er nu 56 amps, 30 kabinetten, 16 microfoons en 95 effecten.

De prijs van de Helix LT komt op 999 euro, ruim 200 euro minder dan de ­gewone Helix. www.line6.com NEXI INDUSTRIES PEDALBOARD Het Nederlandse NEXI Industries heeft een heel nieuw concept pedalboard ontwikkeld, de Solution genaamd. Om af te zijn van klitteband, tie wraps, kabeltjes en voedingen, is dit een plug and play oplossing met enkele slimme eigenschappen.

De Solution biedt plaats aan acht NEXI pedalen, waarvan er in totaal veertien beschikbaar zijn, allemaal analoog en true bypass. Deze kan je vastklikken op het pedalboard zonder dat het nodig is kabeltje en voedingen aan te sluiten.

Overigens kan je ze ook op de conventionele manier op een gewoon pedalboard aansluiten. In de Solution zit een ingebouwde drietraps booster (7, 12 of 20 dB), versterkerkanaalselectieschakelaar, tuner en laadaansluitingen voor twee mobiele apparaten. Bovendien is hij spatwater bestendig, dus geen paniek als er bier overheen gaat. Er zijn twee pedalen die door hun grootte twee plaatsen innemen, de Wah en het Volumepedaal, de overige effecten hebben genoeg aan een

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

Korg Kronos LS

3 versions : 88 touches (touches lestées et à marteau), ainsi que 76 et 73 touches. www.clavia.se KORG : KRONOS LS ET DE NOUVEAUX PIANOS Le Korg Kronos LS dispose de 88 touches “légères” (de type synthé). Il pèse moins de 18 kilos - soit 6,3 kilos de moins que le Kronos-88 - et est donc facile à transporter. La couleur du boîtier est un brun très foncé (Umber), et les panneaux latéraux son en bois, de finition sunburst. Le firmware a lui aussi été mis à jour, avec, entre autres, de nouvelles fonctions Quick Layer/Split. Passons à la série G1, qui permet à Korg de présenter un clavier doté des sonorités de 3 pianos à queue différents, ainsi que d’amplis et de haut-parleurs intégrés. Enfin, signalons une édition limitée du SV-1, un piano de scène, en rouge métallisé. www.korg.com KAWAI NOVUS NV10 Le Novus NV10 est un piano digital hybride doté du mécanisme de clavier ­Millenium III, réservé aux pianos à queue. Dans le cas présent, les 88 petits ­marteaux en feutre ont été remplacés par des exemplaires en matière synthétique, dont la forme se modifie de bas en haut. En lieu et place des cordes, le NV10 ­utilise des capteurs optiques qui mesurent précisément l’attaque. Mais ce clavier dispose également d’un vrai mécanisme de feutres afin de donner une sensation ultra-réaliste pendant que l’on joue. Le NV10 renferme une version digitale du grand piano à queue Shigeru Kawai SK-EX : chacune des 88 notes a été échantillonnée individuellement et c’est le générateur sonore Harmonic Imaging XL qui lui a donné vie, assisté par la modélisation de résonance Acoustic Rendering.

La conversion D-A et l’amplification viennent en droite ligne d’Onkyo, le constructeur bien connu pour ses composants audio de tout premier ordre. www.kawai-global.com

GUITARE LINE 6 HELIX LT Etant donné l’énorme succès de l’Helix, c’était juste une question de temps avant que Line 6 n’enrichisse cette série … Voici donc l’Helix LT : il a moins de

www.meetmusic.com

5

>>

Cort GB-serie

>>

plek. Een starterspakket bestaat uit de Solution plus het overdrivepedaal, wat je kan uitbreiden met effecten naar wens. www.nexi.eu

BASS HÖFNER 500/18 De nieuwe serie van Höfner, de 500/18, levert in de Chinese serie de wat grotere, populaire Verythin Bass en de dikke President. Vanuit de Duitse werkplaats levert het merk alleen de compacte Vioolbas en de Club. De Federal, een bas met een dikke jazzbody en uitsluitend in zwart leverbaar, was een gelimiteerd model, maar nu komen de Duitsers weer met een grote bas in het Duitse standaardassortiment.

De geheel holle bas heeft een 17” body, die wat dikker is dan de Verythin/Verithin. De 500/18 is short scale, heeft twee humbuckers en is standaard voorzien van flatwounds. Het zal geen goedkope jongen zijn, maar mooi is ie wel. www.hofner.com CORT GB-SERIE De GB-serie van Cort biedt instrumenten met een vintage karakter, zonder dat het direct kopieën worden van dat ene merk, beginnend met een ‘F’. In de serie vind je vier- en vijfsnarige instrumenten, al dan niet met een tweeband equalizer.

De bassen zijn er met twee J-elementen of met een J in het midden en een MMtype humbucker bij de brug. Per juni is de serie vernieuwd en verbeterd, met prijzen vanaf ongeveer 400 euro. www.cortguitars.com RADIAL LX-2 De LX-2 is een nieuwe, passieve line splitter en attenuator. Dit houdt in dat je één signaal naar bijvoorbeeld twee versterkers of tafel en versterker kunt sturen, zonder ruis en met behoud van je signaalsterkte. Het werkt met XLR en jack en een Jensen-transformator van hoge kwaliteit zorgt ervoor dat je signaal top blijft. www.radialeng.com

DRUMS & PERCUSSION SONOR SQ-1 Sonor wil met de nieuwe SQ-1 een set bieden die in verhouding met de custom SQ-2 sets iets beter te betalen is, maar die toch dezelfde kwaliteit ketels biedt. De SQ-1 is geheel in Duitsland gemaakt en heeft volledig berken ketels. De bassdrums zijn tien lagen en tien millimeter dik, toms en snaredrums zijn met zeven lagen en zeven millimeter keteldikte iets lichter.

Het opvallendst aan de SQ1 is de nieuwe tomophanging. De tommounts zitten vast aan zogenaamde Sound Sustainers; een soort rubber bus die direct aan de ketel is gemonteerd. De tomrozet zit aan deze Sustainer vast, en de Sustainer zit aan de ketel vast, maar tomrozet en ketel raken elkaar op geen enkele manier en zo heb je toch een geïsoleerd opgehangen ketel.

Sonor SQ-1

connexions, mais son prix est plus accessible alors qu’on dispose toujours des mêmes – formidables ! - capacités de calcul. Une différence importante de cette version LT a trait aux interrupteurs à pied : ils ont bien conservé leurs codes de couleur et leur sensibilité au toucher, mais à présent, leur fonction est affichée via un écran de 6,2 pouces. Parmi les autres modifications, citons le châssis, qui est en aluminium au lieu d’être en acier, et la diminution du nombre de connexions pour la boucle d’effets (send & return), le casque et la sortie Expression.

Il n’y a plus non plus de préampli micro à connecteur XLR, ni de sortie CV. Par contre, le nombre de modèles HX et l’énorme quantité de sons de l’Helix sont restés intacts, et même, via la nouvelle mise à jour du firmware, ils ont encore augmenté : à présent, on dispose de 56 amplis, de 30 enceintes, de 16 micros et de 95 effets ! Le prix de l’Helix LT arrive à 999 euros, soit largement 200 euros en dessous de l’Helix original. www.line6.com NEXI INDUSTRIES : PÉDALIER ‘SOLUTION’ NEXI Industries, la firme néerlandaise, a développé un pédalier dont le concept est tout nouveau, à tel point que le nom choisi est … Solution ! Pour en être quitte avec les bandes adhésives, les rubans Velcro, les câbles de signaux audio et d’alimentation, voici une … solution, donc, de type plug and play, dotée de quelques caractéristiques très “futées”. Le pédalier Solution peut accueillir jusqu’à 8 pédales NEXI, la série complète se composant en fait de 14 pédales, toutes analogiques et de type ‘true bypass’. Elles se “clipsent” et se connectent automatiquement sur le pédalier sans recourir à des câbles, que ce soit pour le ­signal ou pour l’alimentation. Par ailleurs, on peut aussi les fixer et les raccorder de manière conventionnelle sur un pédalier “normal”. Sur le pédalier Solution se trouvent un booster à 3 niveaux (7, 12 ou 20 dB), un inverseur pour la sélection des canaux de l’ampli, un accordeur et un système de chargement pour 2 appareils mobiles. De plus, il est protégé contre les projections d’eau, donc, pas de panique si vous renversez une bière ! Il y a 2 pédales qui, de par leur taille, requièrent 2 emplacements : celle de wahwah et celle de volume. Toutes les autres pédales se contentent d’un seul emplacement. Un ensemble de départ est proposé, incluant le pédalier plus la pédale d’overdrive. On peut évidemment le compléter selon ses propres souhaits. www.nexi.eu

BASSE HÖFNER 500/18 Nouvelle série chez Höfner, la 500/18, parmi ses séries construites en Chine, qui comprend la très populaire - et de gabarit un peu supérieure - Verythin Bass, ainsi que la President, plus épaisse. Quant à sa production construite en Allemagne, il ne s’agit que de la “basse violon” et de la Club. La Federal, un instrument doté d’une épaisse caisse de jazz et uniquement disponible en noir, était un modèle à tirage limité, mais voici qu’à présent, la firme allemande propose de nouveau une basse de grande taille dans son assortiment allemand standard. Cette basse, creuse à 100 %, possède un corps de 17” qui est un peu plus épais que celui de la Verythin/Verithin. La 500/18 a un diapason court, 2 humbuckers, et elle est équipée de série de cordes à filets plats. Elle ne sera pas bon marché … mais qu’est-ce qu’elle est belle ! www.hofner.com SÉRIE GB DE CORT La série GB de Cort propose des instruments affichant un caractère vintage, sans que l’on puisse pourtant parler de vraiment “copier” la marque qui commence par un “F”. Dans cette série, on trouve des instruments à 4 et 5 cordes équipés (ou non) d’une égalisation à 2 bandes. Il y a des basses avec 2 micros de type J, ou une combinaison entre un J côté manche et un genre MM (Music Man) côté chevalet. En juin, la série a été revue et améliorée, avec des prix qui démarrent à environ 400 euros. www.cortguitars.com RADIAL LX-2 Le LX-2 est un nouveau “splitter” de signal passif, ainsi qu’un atténuateur de volume. Ce dispositif consiste, par exemple, à amener un seul signal vers 2 amplis différents, ou encore, vers un ampli et une table de mixage, sans bruits parasites et en respectant la force de votre signal. L’appareil fonctionne via des connecteurs XLR et jack, mais surtout via un transfo Jensen de très grande ­qualité, ce qui permet au signal de rester parfaitement intact. www.radialeng.com

6

www.meetmusic.com

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

BATTERIE & PERCUSSION

Er zijn drie driedelige shellsets verkrijgbaar die je naar wens kunt uitbreiden met extra trommels. Een Fusion-opstelling met een 20 inch bassdrum, een ­Studio-opstelling met een 22 inch bassdrum en een Rock-versie met een 24 inch bassdrum. www.sonor.com YAMAHA TRIGGERS Triggers voor je akoestische drums, in snaredrum en bassdrumuitvoering!

De DT50k en DT50s zijn beide even simpel als doeltreffend. Het zijn het type trigger dat je in een handomdraai op de spanrand van je bassdrum (k) of snaredrum (s) bevestigt. Een snoertje naar de module, en je bent klaar om te spelen.

Yamaha heeft echter begrepen dat het oog misschien ook wat wil, en daarom zitten de triggers in een prachtig verchroomde gestileerde metalen behuizing.

Vastzetten gaat met een simpele draaiknop, dus je hoeft ook niet eerst op zoek naar een stemsleutel. Fijn!

Natuurlijk werken de beide triggers met alle huidige Yamaha modules, maar ook op een module van een ander merk zullen ze zonder problemen te gebruiken zijn.

Daar moet je alleen even zelf de triggerinstellingen instellen, waar het bij een Yamaha module met de nieuwste software een kwestie van een enkele druk op de knop is. www.yamaha.com

SONOR SQ-1 En concevant sa nouvelle batterie SQ-1, Sonor avait pour objectif, par rapport à son set custom SQ-2, de proposer un set au prix plus abordable, mais qui pourrait offrir la même qualité de fûts. Cette SQ-1 est entièrement construite en Allemagne, et ses fûts sont entièrement en bouleau. Les grosses caisses sont constituées de 10 couches et ont 10 mm d’épaisseur, tandis que les toms et les caisses claires sont un peu plus légers : 7 couches et 7 mm. Ce qui frappe le plus quand on regarde cette SQ-1, ce sont les nouvelles suspensions des toms : les fixations des toms sont montées sur des ‘Sound Sustainers’, une sorte de boîte en caoutchouc qui est montée directement sur le fût. Les attaches sont fixées à ces Sustainers, et les Sustainers étant fixés aux fûts, les attaches et les fûts ne se touchent donc à aucun endroit : de cette manière, on obtient par conséquent un fût suspendu qui est acoustiquement isolé. Il existe 3 sets de fûts de 3 pièces que l’on peut étendre à loisir avec des fûts supplémentaires. A savoir, une configuration Fusion (avec grosse caisse de 20”), une configuration Studio (avec grosse caisse de 22”), et une configuration Rock (avec grosse caisse de 24”). www.sonor.com CAPTEURS YAMAHA Voici des capteurs pour votre batterie acoustique, des versions pour la caisse claire et la grosse caisse ! Les capteurs DT50k et DT50s sont aussi simples qu’efficaces.

Il s’agit du type de capteurs que l’on fixe en un clin d’œil au cercle de la grosse caisse (k) ou de la caisse claire (s). Un petit câble vers le module sonore, et on est prêt à jouer ! Yamaha a bien compris que l’aspect visuel des choses est important aussi, c’est pourquoi ces capteurs sont présentés dans un boîtier en métal chromé d’un très beau style. Pour les fixer, il y a juste un simple bouton à tourner, donc, même pas besoin d’aller chercher une clé d’accordage. Super ! Bien entendu, les 2 capteurs sont compatibles avec tous les modules actuels de Yamaha, mais ils fonctionneront également sans le moindre problème avec un module d’une autre marque. Dans ce cas, vous devrez procéder vous-même au réglage des capteurs, alors qu’avec l’un des modules Yamaha, grâce à leur nouveau software, il suffit simplement de pousser - une seule fois - sur un bouton ! www.yamaha.com

Yamaha DT50 triggers

advertentie

No Excuses

© 2017 PRS Guitars

We sweat the details so nothing stands in between you and what you have to say. PRS SE guitars are built to sound great and play smoothly so your musical voice can flow. With a PRS SE, there are no excuses to keep you from writing that next song or that solo that leaves you feeling on top of the world.

“Whether you are a student or a master, every one of these guitars pulls at your heart strings.”

- Carlos Santana

“An incredibly special instrument.”

- Mark Holcomb of Periphery

DRUMS & PERCUSSION

Gretsch Renown acoustic drums

Dennis Boxem

Stilstand is achteruitgang en wie gaat dáár nou voor! Gretsch in ieder geval níet: zo kan het gebeuren dat de Renown kit – een paar jaar geleden nog een (gedegen) middenklasser – inmiddels met een paar updates lijkt te zijn uitgegroeid tot een betaalbaar professioneel werkpaard. En dan blijkt ook nog dat de in het Verre Oosten gemaakte set Amerikaanse trekjes heeft!

Qui n’avance pas recule : “ Attention, Danger ” pour qui se laisse aller … Mais tel n’est certes pas le cas de Gretsch : c’est justement à cause de cette attitude que le kit Renown – qui était, voici quelques années, un (très sérieux) candidat dans la catégorie des batteries de niveau intermédiaire – semble depuis s’être hissé, grâce à quelques améliorations, au rang d’une bête de somme infatigable, de qualité professionnelle, mais néanmoins financièrement abordable.

De plus, il semble que ce set – fabriqué en Extrême-Orient – ait gardé quelques traits … typiquement américains !

De Renown ‘anno nu’ neemt de plaats in van de duurste en beste Gretsch kit die nog in het Verre Oosten wordt gemaakt. De New Classic is namelijk uit de catalogus verdwenen en de Renown hoeft nu alleen nog de in Amerika gemaakte Brooklyn, Broadkaster en USA Custom boven zich te dulden. Dat zijn alle drie drumkits die qua prijs meteen fiks duurder zijn. De Brooklyn, de goedkoopste van de drie Amerikanen, is in eenzelfde uitvoering als de testset ruim duizend euro duurder, en dat kun je qua prijs nauwelijks meer vergelijkbare sets noemen.

Toch heeft de Renown heel wat features van zijn Amerikaanse broers geleend.

La modèle Renown actuel remplace le kit Gretsch le plus cher (mais aussi le meilleur !) qui est encore construit en Extrême-Orient : en effet, le set New ­Classic a disparu du catalogue de la marque, et à présent, la Renown n’a plus “ au-dessus ” d’elle que les modèles Brooklyn, Broadkaster et USA Custom, tous construits aux Etats-Unis. Mais ce sont des batteries qui, au niveau de leur prix, sont beaucoup plus chères. La Brooklyn, la moins chère de ces 3 “ américaines ”, dans la même exécution que notre set en test, coûte plus de 1.000 euros en plus, et donc, d’un point de vue strictement financier, on ne peut plus vraiment parler de sets comparables. Et pourtant, la Renown a hérité de certaines caractéristiques de ses consœurs américaines.

ZILVER De Renown heeft een ketel die is opgebouwd uit zeven laagjes esdoorn, en ­daarmee wijkt de set duidelijk af van de Amerikaanse kits. Die zijn namelijk ­gemaakt van esdoorn in combinatie met ofwel gumwood ofwel populierenhout.

Wél zijn de Renowns net als de Amerikaanse sets voorzien van de beroemde ­Silver Sealer verf aan de binnenkant van de ketel. Over de mogelijke invloed die deze verf op de klank is in het verleden al veel geschreven, maar het mag duidelijk zijn dat het aanbrengen van een dikke laag zilverkleurige verf aan de binnenkant van de ketel in ieder geval íets doet met de klank. Daarnaast geeft zo’n zilveren verflaag de Renown ‘instant credibility’ – een échte Gretsch is zilver vanbinnen.

ARGENTÉ La Renown possède des fûts qui se composent de 7 couches d’érable, et de ce point de vue, ce set se distingue clairement des kits américains. En effet, ceux-ci combinent l’érable soit avec du gumwood, soit avec du peuplier.

Mais par contre, la Renown, tout comme les sets américains, est bien ­pourvue, sur la face intérieure de ses fûts, de la célèbre couleur Silver Sealer.

Dans le passé, beaucoup d’encre a coulé quant à savoir quelle était l’influence de cette couleur sur le son, mais il paraît évident de dire que la pose d’une épaisse couche de couleur argentée à l’intérieur des fûts doit en tout cas faire “ quelque chose ” au son. Indépendamment de cela, opter pour une telle couleur à cet endroit confère à la Renown une sorte de “ crédibilité immédiate ” : une “ vraie ” Gretsch, c’est argenté à l’intérieur !

Nous avons souvent écrit que la pose d’un set de peaux de frappe professionnelles entraînait un monde de différence sur le son d’une batterie … et c’est précisément l’option qu’a choisie Gretsch pour la Renown : pour les peaux de résonance, il s’agit de peaux Remo asiatiques meilleur marché, mais tous les fûts sont équipés de peaux de frappe Remo américaines de qualité professionnelle. Les toms ont des peaux Emperor transparentes à 2 couches ; sur la caisse claire, c’est une ­Ambassador à simple couche avec un coating ; et sur la grosse caisse, c’est une Powerstroke 3. Cet investissement est amplement amorti par la qualité du son qui en résulte, car avec de telles peaux professionnelles, on entend réellement ce qu’une batterie a “ dans le ventre ”, et c’est tout à fait ce qui se passe avec la Renown.

Les toms et les caisses claires sont équipés de cercles Gretsch 302, au look vintage. Sur leur face supérieure, ces cercles de 2,3 mm d’épaisseur ne sont pas amincis vers l’extérieur, mais sont tout droits. Quand on exécute des rimshots sur la caisse claire, cela demande manifestement plus d’énergie dans le coup de baguette, mais cela a moins d’influence au niveau des toms. Ces cercles 302 sont vraiment hauts, ce qui entraîne du pour et du contre : d’un côté, cela permet un accordage on ne peut plus facile, car il est facile d’avoir la même ­tension partout ; de l’autre, cela induit le risque que les boulons ne vibrent plus rapidement …

We hebben regelmatig geschreven dat een setje professionele slagvellen op een drumkit een wereld van verschil maakt. En laat dat nu precies zijn wat Gretsch bij de Renown heeft gedaan. De resonansvellen zijn de goedkopere Aziatische Remo vellen, maar aan de slagkant van alle trommels vind je gewoon professionele Amerikaanse Remo’s. De toms hebben dubbellaags transparante Emperors, op de snaredrum zit een gecoate enkellaags Ambassador en de bassdrum heeft een Powerstroke 3. Die investering betaalt zich dubbel en dwars uit in klank,

DENNIS BOXEM

8

www.meetmusic.com

DES GROGNEMENTS Les toms ont une attaque pointue, avec une sorte de grognement, et un sustain maîtrisé. Les suspensions isolées font remarquablement leur boulot, car le son est joliment ouvert et il n’y a pas d’interférence entre les fûts. Le spectre sonore est très large : avec un accordage bas, le son est pansu et gras, alors qu’avec un accordage haut, il est jazzy et aigu, mais il donne toujours satisfaction. Le floortom a un son norme : profond et bien rond, et grâce à la qualité de son isolation (via ses excellents pieds en caoutchouc), il possède un sustain impressionnant.

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

DENNIS BOXEM

want met de professionele vellen hoor je echt wat zo’n set in huis heeft, en dat is in het geval van de Renown heel wat.

De toms en snaredrums zijn voorzien van Gretsch’s vintage ogende 302 spanranden. Deze 2,3 millimeter dikke spanranden zijn aan de bovenkant niet naar buiten gevouwen, maar staan rechtop. Dat vreet bij het spelen van rimshots op de snaredrum aanzienlijk wat meer stokken, maar bij de toms maakt dit niet ­zoveel uit. De 302 spanranden zijn vrij hoog, en dat maakt ze stug. Aan de ene kant zorgt het voor een heel makkelijk stemgedrag, want het is makkelijk de ­vellen rondom gelijk te krijgen; aan de andere kant loop je wel kans dat de ­spanbouten sneller lostrillen.

GROMMEND De toms hebben een puntige, wat grommende attack en een beheerste sustain.

De geïsoleerde ophanging doet zijn werk uitstekend, want de sound is mooi open en er is geen overspraak tussen de trommels onderling. Het stembereik is groot: laag gestemd klinken ze buikig en vet, hoog gestemd jazzy en hoog, ­altijd met voldoende karakter. De floortom klinkt gigantisch: diep en rond, en dankzij de prima isolerende rubber voeten heeft hij een grootse sustain.

De bassdrum is buikig en rond, met een heel duidelijke push. De aanslag is donker en drukkend. De beide vellen op de bassdrum hebben een ingebouwde dempring. Voeg je hier verder geen extra demping aan toe, dan is zelfs met een dicht voorvel de klank nog heel goed te beheersen. Met een resonansvel met een klein microfoongat wordt de klank aanmerkelijk puntiger en strakker, maar de lekkere bottom-end blijft prima overeind.

La caisse claire de 14” x 6½” fait montre d’une solidité exceptionnelle, et sous tension moyenne, elle émet un magnifique crack. Aux Etas-Unis, on appelle ce son de caisse claire … ‘meat and potatoes’, un son puissant sur lequel on peut s’appuyer, et c’est précisément ce que cette caisse claire propose. En accordage bas, le fût a besoin d’un peu d’amortissement externe : le couac bien sec que cela entraîne se retrouve sur pratiquement toutes les ‘ballads’ des années 80. Avec la peau de frappe tendue comme un tapis de billard, on arrive à produire un son vénéneux et tranchant, mais qui, en soi, n’a pas un volume très élevé. Les

DENNIS BOXEM

De 14”x6½” snaredrum is heerlijk stevig en geeft vanaf een middelhoge stemming een prima crack. In Amerika noemen ze zo’n snaredrumklank ‘meat and potatoes’, een stevige hap waar je op kunt bouwen, en dat is precies wat deze snaredrum biedt. Met een lage stemming heeft de trommel een beetje extra demping nodig.

De droge kwak die dit oplevert is op vrijwel iedere eighties-ballad terug te horen.

La grosse caisse projette un son pansu et bien rond, avec un push très clair. ­L’attaque est sombre et pesante. Les 2 peaux de la grosse caisse ont un anneau d’amortissement intégré. Si on n’ajoute rien pour assourdir le son, on arrive encore à le contrôler très bien avec une peau de résonance close. Et si celle-ci possède un petit orifice pour micro, le son devient nettement plus pointu et plus ferme, alors que la profondeur des graves reste bien présente.

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

www.meetmusic.com

9

>>

Genre-overstijgende sounds.

Grenzeloze creativiteit.

Als gitarist weet je hoe belangrijk het is de vrijheid en flexibiliteit te hebben om je eigen sound te ontwikkelen. Met de Zoom G3Xn Multi-Effects Processor staat je hierbij niets meer in de weg.

De G3Xn is een genre-overstijgende multi-effectprocessor met de nodige veelzijdigheid om met nieuwe

Lorem ipsum

sounds en verschillende stijlen te kunnen experimenteren. Met het geïntegreerde expressiepedaal, de 80-seconden looper, de natuurgetrouwe amp/kabinet emulators en een grote verscheidenheid aan effecten en patches, is de G3Xn een onmisbare aanvulling op elk pedaal. Met de G3Xn verleg je spelenderwijs grenzen en ontwikkel je een geweldige sound.

We’re Zoom. And We’re For Creators.

www.zoom.co.jp

Sound Service European Music Distribution www.sound-service.eu | info@sound-service.eu

DENNIS BOXEM

rimshots deviennent très pointus, avec un focus très marqué. Si on joue beaucoup, et qu’on frappe régulièrement sur les cercles, on peut “ foutre en l’air ” une paire de baguettes en une soirée ! Les rimclicks ont un son cool, magnifiquement ­décontracté, sans qu’ils ne manquent de corps.

>>

Met het slagvel op standje biljartlaken krijg je een venijnige kets die scherp is, maar niet per se heel luid. Rimshots klinken heel gefocust en puntig. Speel je veel, dan schrijf je op de randen gemiddeld in één avond een setje stokken af.

Rimclicks klinken heerlijk lijzig en koel, zonder dat het dun wordt.

NIET ZO VERRE NEEFJE Amerikaanse Gretsch kits hebben een eigenzinnige klank die ze duidelijk onderscheidt van andere high-end esdoornen kits. Ze zijn iets gespierder, hebben wat meer focus, zijn wat ingetogener in het mid en meer uitgesproken in het laag.

Gretsch is er, ondanks het verschil in ketelconstructie, ook bij de Renown in ­geslaagd een deel van dit karakter te vatten.

Dat komt natuurlijk ook omdat er veel overeenkomsten zijn met de Amerikaanse sets. De draagranden staan net als bij de Amerikaanse sets onder een iets flauwere hoek van dertig graden, waardoor er meer contact is tussen vel en ketel. Maar ook de eerder genoemde Silver Sealer, het gemonteerde type spanranden en de geïsoleerde tomophanging zijn gegevens die daarbij een rol spelen. De Renown is zeker geen Amerikaanse Gretsch, maar op z’n minst toch het niet-zo-verre neefje ervan.

OVERDRIVE Gretsch had eind jaren negentig geen beste reputatie op het gebied van de ­hardware. De afgelopen tien jaar werden daar flinke stappen gemaakt, en het lijkt erop dat het merk nu in de overdrive gaat. De tomarmen en floortompoten zijn zo’n beetje de dikste en stevigste die er ooit zijn gemaakt. De poten zijn ­gekarteld, en ook in de rozet zijn die kartels aangebracht; op het moment dat die in e­ lkaar grijpen, hangen de toms muurvast op hun plek.

De afwerking van de Renown is vlekkeloos. De draagranden zijn keurig, het chroomwerk is als een spiegel en de finish is prachtig. De testset is afgewerkt in een mooi matte Satin Tobacco Burst kleurenbeits. Daarnaast heb je keuze uit nog drie gelakte en drie beklede finishes.

KORTOM De Gretsch Renown zit qua prijs ruimschoots onder de Amerikaanse kits, maar weet toch heel wat van het Amerikaanse karakter te behouden. Ben je op zoek naar een professionele, karaktervolle drumkit die qua budget nog goed te behappen is, dan verdient de Renown zeker een plaats op je shortlist.

DE FEITEN • 7-laags esdoornen ketel bij toms en bassdrum • 10-laags esdoornen ketel bij snaredrum • geïsoleerde tomophanging • Gretsch 302 spanranden • professionele Remo slagvellen, Aziatische Remo resonansvellen

UNE COUSINE PAS TELLEMENT ÉLOIGNÉE Les kits Gretsch américains ont un son qui leur est propre et qui les distingue clairement des autres kits en érable de haut niveau. Ils sont un peu plus “ musclés ”, ont un peu plus de focus, un peu plus de retenue dans les médiums et un peu plus de puissance dans les graves. Tout cela pour dire que, malgré les différences dans la construction des fûts, Gretsch a réussi à conserver une partie de ces caractéristiques dans la Renown.

Mais naturellement, cela vient aussi du fait qu’il existe de nombreuses ­similitudes avec les sets américains. Les chanfreins, comme sur les sets américains, ont un angle un peu moins marqué, de 30 degrés, ce qui augmente la surface de contact entre la peau et le fût. Mais cela est aussi dû aux Silver Sealer, les cercles déjà évoqués plus haut, ainsi que la suspension des toms. Toutes ces données jouent un rôle sur le son. Bien sûr, la Renown n’est pas une Gretsch américaine, mais elle est, au minimum, l’une de ses proches cousines !

EXAGÉRATION A la fin des années 90, Gretsch n’avait pas la meilleure réputation qui soit au ­niveau de son accastillage. Mais ces 10 dernières années, des pas de géant ont été faits, et il semble qu’à présent, la marque verse presque dans … l’exagération !

Les attaches des toms et les pieds des floortoms sont les plus épais et les plus ­solides qui aient jamais été faits. Les pieds sont dentelés, et ainsi que les attaches : de ce fait, dès que les éléments sont fixés les uns aux autres, ils restent en place sans bouger d’un millimètre !

La finition de la Renown est impeccable. Les cercles sont parfaits, leur aspect chromé est aussi net qu’un miroir, et la finition est élégante. Notre set de test possède une jolie finition matte appelée Satin Tobacco Burst. En plus de celle-ci, on peut aussi choisir entre 3 autres finitions laquées et 3 finitions avec revêtement.

EN BREF Au niveau des prix, la Renown se situe nettement en dessous des kits américains, mais elle a su garder pas mal de caractéristiques de ses cousines américaines.

Si vous êtes à la recherche d’une batterie résolument professionnelle, pleine de caractère et d’un prix abordable malgré tout, la Renown mérite une des premières places dans la liste de vos choix possibles.

LES FAITS • Fûts en érable de 7 couches pour les toms et la grosse caisse.

• Fût en érable de 10 couches pour la caisse claire.

• Suspension isolée pour les toms.

• Cercles Gretsch 302.

• Peaux de frappe Remo professionnelles, peaux de résonance Remo asiatiques.

Set de test.

• Toms de 10” x 7” et de 12” x 8”.

• Floor tom de 16” x 14”.

• Grosse caisse de 22” x 18”.

Prix : 1.746 euros.

- Caisse claire de 14” x 6½”.

Prix : 326 euros.

La Renown est livrée sans statifs, étant donné que Gretsch ne construit pas de statifs et de pédales lui-même. L’ensemble de l’accastillage livré (voir photo), de marque Gibraltar, coûte 418 euros.

testset • 10” x7” en 12”x8” toms • 16”x14” floortom • 22”x18” bassdrum • prijs: € 1.746,• 14”x6½” snaredrum • prijs: € 326,De Renown wordt geleverd zonder standaards, aangezien Gretsch zelf geen standaards en pedalen maakt. Het meegeleverde Gibraltar hardwarepakket op de foto kost € 418,-­.

­

+

•S tugge spanranden ­zorgen soms voor ­rammelende span­ bouten

+ –

•B on rapport qualité – prix.

• Beaucoup de ­caractéristiques ­américaines.

DENNIS BOXEM

–

•g oede prijs-kwaliteit­ verhouding • veel Amerikaanse ­features

•L e type de cercles ­provoque parfois des ­vibrations dans les ­boulons.

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

www.meetmusic.com

11

GUITAR

PRS 2017 SE Custom 24 electric guitar Voor 2017 hebben de PRS SE modellen met een esdoorn top diverse veranderingen ondergaan. Wij kregen de ­vernieuwde SE Custom 24 ter test, adviesprijs € 999,-.

Het klassieke PRS model is de Custom, een chic ogende doublecut met een esthetische bodyvorm. We kunnen wel zeggen dat dit model inmiddels zijn plaats in de geschiedenis heeft opgeëist naast de Stratocaster, Telecaster en Les Paul. Naast de Amerikaanse Core en S2 series staan de betaalbare uit Korea afkomstige SE modellen. Vanaf dit jaar siert de handtekening van Paul Reed Smith ook de kop van deze modellen en staat de naam van het model op het afdekplaatsje van de halsstelpen. Een grotere verandering vinden we in de elektronica, want de twee humbuckers op dit model zijn gemaakt naar de specificaties van het populaire PRS 85/15 model. Dit element werd in 2015 uitgebracht voor het 30-jarige bestaan van PRS en is een nieuwere versie van de originele 1985 PRS humbucker, vandaar de naam.

Ten slotte is ook de layout van de regelaars en elementschakelaar overgenomen van de Amerikaanse Custom. Met andere woorden: een SE lijkt nu wel erg veel op zijn Amerikaanse broer.

ONTWERP Wat wel verschilt is het hout van de hals: bij nieuwe SE is dat esdoorn, terwijl voor de Amerikaanse modellen mahonie wordt gebruikt. De hals heeft overigens

12

www.meetmusic.com

Steven Faber

Pour l’exercice 2017, les modèles PRS SE possédant une table d’harmonie en érable ont subi différentes modifications.

Nous avons reçu en test la nouvelle SE Custom 24, dont le prix conseillé est de 999 euros.

Le modèle classique chez PRS, c’est la Custom, un modèle chic, à double pan coupé et doté d’un corps à l’esthétique particulièrement élégante. On peut affirmer sans risque de se tromper qu’avec le temps, ce modèle a revendiqué - et trouvé sa place dans l’histoire, aux côtés des Stratocaster, Telecaster et autres Les Paul.

Par rapport aux séries américaines Core et S2, les modèles SE, en provenance de Corée, sont financièrement bien plus accessibles. Depuis cette année, la signature de Paul Reed Smith orne également ces modèles, et le nom du modèle est apposé sur la petite plaque qui cache l’accès à la barre de renfort du manche. Mais un changement plus conséquent se situe au niveau de l’électronique, car sur ce ­modèle, les 2 humbuckers sont construits suivant les spécifications du modèle PRS 85/15, très prisé. Ce micro est sorti en 2015, à l’occasion des 30 ans d’existence de PRS, et c’était en fait une version plus récente du modèle 1985 PRS, le humbucker des origines, ce qui explique son nom.

Notons enfin que l’implantation des potentiomètres de réglage et du sélecteur de micros provient de la Custom américaine. Autrement dit :

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

une SE ressemble à présent vraiment beaucoup au modèle américain qui lui correspond …

CONCEPTION Ce qui, par contre, est une différence de taille, c’est l’essence de bois choisie pour le manche : sur les nouvelles SE, c’est de l’érable, alors que sur les modèles américains, c’est de l’acajou qui est utilisé. Par ailleurs, ce manche est de type ‘wide thin’, et tout comme la face arrière du corps, il est recouvert d’une ­peinture noire brillante. Passons à la touche en palissandre, sur laquelle ont été posées 24 frettes, ce qui correspond au chiffre présent dans le nom de cette guitare, et les repères de position sont en forme d’oiseau. Au fait, saviez-vous qu’il s’agit de toutes sortes d’oiseaux différents ? Sur le site de PRS, vous pourrez trouver de quelles races d’oiseaux il s’agit, et dans quelle case du manche elles sont présentes.

Le corps en acajou est surmonté d’une table d’harmonie en érable : la finition est un placage d’érable flammé qui confère une allure très chic à l’instrument.

Comme le bord de l’érable n’a comme finition qu’un vernis transparent, le résultat est une sorte de filet qui a la couleur du bois. Les humbuckers déjà évoqués (des 85/15 ‘S’) sont de type ‘zebra’ (un bobinage blanc et un noir). Sans doute cela tranche-t-il quelque peu vis-à-vis du look très stylé de cette guitare, mais en tout cas, cela plaira aux rockers ! Pour sélectionner les micros, on dispose d’un sélecteur à 3 positions. Le réglage de volume se trouve suffisamment près du chevalet pour permettre les effets de ‘violoning’, et derrière se trouve le réglage de tonalité, avec un inverseur intégré de type push-pull pour avoir accès à un fonctionnement en simple bobinage. Pour ce qui est du tremolo, il s’agit du ­modèle PRS standard, qui, tout comme les mécaniques, sont nickelées.

het ‘wide thin’-profiel en is net als de achterkant van de body voorzien van zwarte hoogglanslak.

Op de palissander toets vinden we de 24 frets uit de naam van deze gitaar en de positiemarkering in de vorm van vogels. Wist je trouwens dat dit allemaal verschillende soorten vogels zijn? Op de PRS-site kun je vinden welke soort op welke positie zit, dan wel vliegt.

De mahonie body heeft een top van esdoorn die is afgewerkt met een fineer van gevlamd esdoorn voor een chic uiterlijk. Door het esdoorn aan de zijkant alleen van transparante lak te voorzien, ontstaat een houtkleurige binding. De genoemde 85/15 ‘S’ elementen zijn als zebrahumbuckers uitgevoerd.

Dat doet wellicht wat af aan de verder stijlvolle uitstraling van deze gitaar, maar zal rockers juist aanspreken.

Om de elementen te selecteren is er een

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

CONFORT DE JEU ET SON Invariablement, la première chose dont on prend conscience quand on joue sur une nouvelle guitare, c’est de son manche. “ Tombe ”-t-il facilement dans le creux de la main ? Quel genre de toucher a-t-il ? Le jeu est-il souple, ou doit-on faire un effort pour obtenir un résultat ?

Pour ce dernier point, PRS se doit de préserver sa réputation, car ses guitares sont toujours bien réglées et se jouent sans le moindre effort. Et fort heureusement, c’est aussi le cas de cette SE Custom 24. Le profil ‘wide thin’ est idéal par rapport à la manière contemporaine de jouer, et il est encore plus facile de jouer à toute vitesse. Ceci dit, si vous êtes un guitariste qui, comme Jimi Hendrix, utilise volontiers le pouce sur la touche, ce profil ne sera pas le meilleur pour votre technique favorite.

La finition des frettes est impeccable, et les bords de la touche sont joliment arrondis. Grâce à l’encoche inférieure du corps, même la 24ème frette est accessible sans le moindre effort.

Seul le vernis brillant paraît manquer un peu de naturel …

Le son n’est pas encore aussi ouvert que sur un instrument sur lequel on a déjà joué un certain temps, mais l’équilibre sonore et le sustain sont au rendez-vous. Branchés à un ampli, on entend que les micros sont d’excellente qualité. Les PRS ont parfois un son compact, avec beaucoup de médiums. Dans le cas présent, les bas médiums sont un peu bridés, de sorte que l’ensemble paraît plus clair. Chaque attaque est puissamment restituée, et que l’on joue du jazz ou du rock, tout “ passe ” à merveille ! En soi, le micro manche n’est pas trop sombre … et le micro chevalet, pas trop perçant. Ce dernier fait entendre une bien belle “ pêche ” qui fonctionne très bien quand on joue avec de la distorsion. Les positions en simples bobinages sont également très intéressantes : elles sont encore assez

www.meetmusic.com

13

>>

>>

driestandenschakelaar. Daarvoor zit de mastervolumeregelaar, dicht genoeg bij de brug voor zweleffecten, en verder naar achteren vinden we de toonregelaar met push-pullfunctie voor de enkelspoelsstanden. Als tremolo is het standaard PRS model gemonteerd, dat net als de eigen stemmechanieken is vernikkeld.

BESPEELBAARHEID EN GELUID Het eerste wat je merkt bij het bespelen van een nieuwe gitaar is steevast de hals.

Hoe ligt ie in je hand? Hoe voelt hij aan? Speelt hij soepel of moet je flink werken voor je resultaat? Op dat laatste punt heeft PRS een naam hoog te houden, want de gitaren zijn altijd goed afgesteld en spelen als boter. Dat is bij deze SE Custom 24 gelukkig niet anders. Het wide thin profiel is ideaal voor een moderne manier van spelen en maakt snelle lijnen nog wat makkelijker te spelen. Ben je een gitarist die graag met zijn duim over de hals speelt a la Jimi Hendrix, dan ligt dit profiel je waarschijnlijk niet het lekkerst in de hand. Het fretwerk is uitstekend uitgevoerd en de toetsranden zijn mooi afgerond. Dankzij de uitsparing in de onderste hoorn van de body is zelfs de 24e fret moeiteloos te pakken. Alleen die hoogglanslak voelt wat onnatuurlijk aan.

De klank is nog niet zo open als bij een goed ingespeeld instrument, maar wel goed in balans en met een mooie sustain. Versterkt hoor je hoe goed deze elementen zijn. PRS had nog weleens een compacte dichte klank met veel midden.

Hier zijn de lage middentonen wat getemperd, zodat het geheel helderder wordt.

Elke aanslag wordt krachtig weergegeven en of je nu jazz of rock speelt, dat is altijd fijn. Het halselement is op zichzelf niet te donker en de brughumbucker niet te schel. Deze laatste heeft een lekkere knauw die heel goed werkt als je met oversturing speelt. De enkelspoelsstanden zijn ook heel bruikbaar; ze klinken nog steeds krachtig, niet te dun en laten nog steeds die duidelijke attack horen.

Bij de tremolo hadden we graag gezien dat de handel wat dikker was, of à la Fender een verdikt uiteinde had, maar dat is ook de enige kritiek op dit systeem, dat verder erg goed werkt en goed op stemming blijft.

CONCLUSIE De PRS SE Custom 24 is een gitaar die heerlijk speelt, maar dat hadden we niet anders verwacht. Wel verrassend zijn de nieuwe 85/15 ‘S’ elementen, die deze gitaar wel heel aantrekkelijk maken voor zijn prijs.

puissantes, pas trop fluettes, et on entend encore clairement une attaque bien nette.

Au niveau du tremolo, on aurait aimé que la barre soit un peu plus épaisse, ou, comme chez Fender, qu’elle s’épaississe à l’extrémité, mais ceci dit, c’est vraiment la seule critique à émettre sur cette pièce, d’autant plus qu’elle fonctionne bien et que l’accordage reste stable.

CONCLUSION La PRS SE Custom 24 est une guitare qui possède de splendides qualités, mais il faut admettre que nous n’en attendions pas moins ! La - très ! – bonne surprise, ce sont les micros 85/15 ‘S’, qui rendent cette guitare très attractive quand on se souvient de son prix.

advertentie

EVENT

MIPA en PIPA Awards uitgereikt op Musikmesse Frankfurt

Prix (MIPA et PIPA Awards) décernés lors de la Musikmesse de Francfort.

Awards voor beste instrumenten en gear gekozen door internationale pers

Il s’agit de prix attribués à des instruments et du ­matériel d’exception, et qui ont été choisis par la presse internationale.

Voor de 18e keer werden tijdens de Musikmesse in Frankfurt de ‘mipa Musikmesse International Press Awards’ en voor de 4de keer de ‘pipa Prolight + Sound International Press Awards’ uitgereikt. Meer dan honderd gespecialiseerde bladen uit de hele wereld, waaronder de titels uit onze uitgeverij, Meet Music en Pro Sound & Light, Gitarist, Interface, Slagwerkkrant, De Bassist, en Musicmaker, kozen de beste producten van het afgelopen jaar in maar liefst veertig categorieën.

ROLI BLOCKS

Roli’s Sarah Yule

MIPA WINNERS Best innovative product (musical ­instruments) ROLI BLOCKS

Acoustic Bass Taylor GS Mini Bass Acoustic Drums DW 45th Anniversary Drumset

Acoustic Guitar Taylor Academy Series

Acoustic Guitar Amp Boss Acoustic Singer ACVS Pro Arranger Workstation Korg Pa4X

Audio Processor (Hardware) iZotope Neutron

Bass Amplifier Darkglass Microtubes 900

Cymbals Meinl Pure Alloy Cymbals

Digital Audio Workstation Controller Presonus FaderPort 8

DJ Controller Roland DJ-808

DJ/Producing Tool Native Instruments Traktor Pro

Drum Accessories Remo Classic Fit Drumheads

Electronic Drums Roland V-Drums TD-50

Electric Bass Fender American Professional ­Precision & Jazz Bass

Electric Guitar Fender American Professional Series Field Recorder Zoom F8 MultiTrack Field Recorder

Guitar Accessories Elixir Optiweb

Guitar Amplifier Mesa/Boogie JP-2C John Petrucci Signature Model

Guitar Effects Positive Grid Bias Pedal Distortion

Mixing Desk PreSonus StudioLive Series III

Mobile Music App Steinberg Cubasis 2

Percussion Instrument Meinl Cajon Drumset

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

Lors de la Musikmesse de Francfort, pour la 18ème fois, les ‘MIPA Musikmesse International Press Awards’ ont été attribués, tandis que pour les ‘ Prolight + Sound International Press Awards’, il s’agissait de la 4ème fois. Plus de 100 revues spécialisées en provenance du monde entier - dont les revues que nous éditons (Meet Music et Pro Sound & Light, mais aussi, Gitarist, Interface, Slagwerkkrant, De Bassist, et Musicmaker), ont choisi les meilleurs produits de l’année, répartis selon pas moins de 40 catégories.

Les produits suivants faisant partie de notre domaine de prédilection ont donc obtenu un prix MIPA lors de la Musikmesse 2017 :

Recording Software Steinberg Cubase Pro 9

Software-Instruments Native Instruments Komplete 11

Stage Keyboards Clavia Nord Piano 3

Synthesizer (Hardware) Arturia MatrixBrute

PIPA WINNERS

Portable Sound JBL EON One

Live Microphone/IEM Sennheiser Digital 6000

Stage Technology RESBIG One

Lights JB Lighting Varyscan P7 CMY Spot

Concert Sound L-Acoustics LA12X

Controlling Lights ChamSys MQ500 Stadium

Mixing System (Studio/Broadcast) Lawo mc2 56XC

Studio Microphone Mojave Audio MA-1000 Signature Series

Studio Monitor Genelec 8340A

Mixing System (Live) Avid Venue S6L Light FX Ayrton MagicBurst

Video Projection Devices Panasonic PT-RZ31

Media Control Systems Blackmagic Design ATEM ­Television Studio HD JBL EON One JB Lighting Varyscan P7 CMY Spot Zoom F8 MultiTrack

Field Recorder L-Acoustics LA12X

www.meetmusic.com

15

BASS

Fender American Professional electric bass

De American Standard-serie van Fender heeft plaatsgemaakt voor de nieuwe American Professional-serie. Maar het gaat hier om meer dan alleen een naamsverandering. We testen een vijfsnarige Precision Bass uit de nieuwe serie, adviesprijs € 2019,-.

Fender introduceert drie nieuwe kleuren met de komst van de American Professionalserie: sonic gray, mystic seafoam en antique olive. Van deze nieuwe kleuren is alleen antique olive te zien op de Precision-bassen, terwijl Fender bij de American Professional Jazz-bassen enkel sonic gray als nieuwe kleur aanbiedt. Op onze testbas is door de polyurethaan-glanslak heen, de fraaie tekening van de elzen body te zien.

HOOFDONTWERPER De nieuwe American Professional Precision verschilt in een aantal opzichten van de vorige vijfsnarige Precisions uit de American Standard-serie. De belangrijkste verandering zit hem in het element. De nieuwe Precision is uitgerust met een gesplitst ­V-Mod-enkelspoelselement dat is ontworpen door elementenspecialist Michael Bump. Bump werkt al bijna dertig jaar bij Fender en werkte zich in die tijd op van leerling tot ‘senior master builder & manager’ van de ontwikkelingsafdeling en is sinds twee jaar een van Fender’s hoofdontwerpers.

SPANNING Het V-Mod-element is een aangepaste versie van Fender’s klassieke vintage Precisionelement en maakt gebruik van Alnico 5-magneten aan de kant van de hoge snaren en Alnico 2’s bij de lage snaren. Hiermee denkt Fender het geluid meer in evenwicht en beter te krijgen. Daar zit wat in. Alnico 5 staat bekend om het mooie en heldere hoog, terwijl Alnico 2 wat meer warmte zal doorgeven.

Onze testbas heeft een palissander toets op een esdoorn hals, die met vier schroeven aan de body bevestigd is. Er zit zijdelak op de achterkant van de hals en er is gekozen

16

www.meetmusic.com

Martine Sipma

La série American Standard de Fender a cédé la place à la nouvelle série American Professional. Mais on se trouve en fait en présence de bien plus qu’un simple changement de nom. Dans ces lignes, nous testons une Precision Bass à 5 cordes, issue de cette nouvelle série et dont le prix conseillé est de 2.019 euros.

Fender a profité de l’arrivée de cette série American Professional pour ajouter 3 nouveaux coloris : sonic gray, mystic seafoam et antique olive. Parmi ces nouvelles couleurs, seule l’antique olive est reprise pour la finition des basses Precision, alors que pour les American Professional Jazz Bass, Fender ne propose que le sonic gray.

Quant à la basse de notre test, sa finition est un vernis brillant en polyuréthane, ce qui permet d’admirer les splendides nervures de son corps en aulne.

CONCEPT DE BASE Cette nouvelle American Professional Precision se distingue des basses à 5 cordes précédentes issues de la série American Standard. La différence la plus importante se situe au niveau du micro, car cette nouvelle Precision est équipée d’un modèle V-Mod splitté, un micro à simple bobinage qui a été conçu par un spécialiste en la matière, Michael Bump. Cela fait presque 30 ans que ce dernier travaille chez Fender, et avec le temps, celui qui était “ étudiant ” au départ de sa carrière s’est élevé au rang de ‘senior master builder & manager’ dans le département du développement, et depuis 2 ans, il est devenu l’un des concepteurs en chef de Fender.

TENSION Le micro V-Mod est une version modifiée du micro vintage de la Precision, un grand classique de Fender : il a recours à des aimants en Alnico 5 du côté des cordes aiguës, tandis qu’il s’agit d’Alnico 2 du côté des cordes basses. Grâce à cette combinaison, Fender pense arriver à un meilleur équilibre sonore … et il y a certainement de l’idée dans une telle approche ! En effet, l’Alnico 5 est apprécié en

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

Precision Bass V De bas heeft een lekker ronkend Precision-geluid, waarbij elke toon strak en levendig klinkt La basse projette un superbe son, un ronronnement typique des Precision, où chaque note est aussi ferme et qu’alerte.

voor het ’63 C-halsprofiel, dat volgens Fender door velen als ‘de gouden standaard’ wordt beschouwd. De P-bassen uit de American Standard-serie hadden twintig medium jumbo frets, maar de American Pro-basgitaren zijn voorzien van ‘narrow tall’frets, die iets smaller en hoger zijn. De American Standards hadden een topkam van synthetisch been, maar de nieuwe Pro-bassen hebben een echte benen topkam. Ook de stemmechanieken zijn vernieuwd: de open exemplaren op onze testbas hebben een snaaras die aan de bovenkant een stuk breder is dan aan de onderkant, waardoor de windingen van de snaren vanzelf onderaan de as blijven. Dit zou meer sustain en een betere stemmingsvastheid moeten opleveren. Sommige bassisten zijn van mening dat een langere mensuur een strakkere lage B-snaar oplevert, maar de B-snaar van deze bas met de standaard 34 inch (long scale) mensuur blijft ook bij ­lagere stemmingen goed op spanning.

GLEUFJES De American Pro Precision V heeft een High Mass Vintage-brug, waarbij je kunt kiezen of je de snaren door de body laat lopen of achter de brug vasthaakt. De brugzadels van de B-, de E- en de A-snaar hebben drie gleufjes waar je de snaar in kunt leggen, zodat je zelf de ideale afstand tussen de snaren kunt bepalen. De zadels van de D- en de G-snaar hebben zelfs vier van deze gleufjes.

Verder is de bas voorzien van een mintgroene drielaags-slagplaat en standaard knoppen voor volume en toon. De esdoorn hals is verstevigd met Posiflex grafietstaven die onder de toets zijn ingelegd, waardoor het hout van de hals beter bestand is tegen kromtrekken. De American Professional Precision Bass V wordt geleverd in een mooie, nieuwe Elite Molded Hardshell-koffer met stevige sluitingen en opbergvakjes.

VOL & VET Het ’63 C-halsprofiel voelt op deze vijfsnaar inderdaad erg prettig aan. De hals is lekker plat en speelt snel, waar de zijdelak zeker aan bijdraagt. Het is fijn dat de bas al goed afgesteld uit de doos komt en het lijkt erop dat het indrukken van de snaren nét wat makkelijker gaat dankzij de nieuwe ‘narrow tall’-frets. De bas heeft een lekker ronkend Precision-geluid, waarbij elke toon strak en levendig klinkt. Het volume is prima in balans en de algehele klank is vol en vet. De bas leent zich goed voor plectrumspel en heeft een fijne sound voor onder meer pop, funk en rock.

TOP-OF-THE-LINE Met deze vijfsnarige uitvoering van de Oerbas kun je alle kanten op. Het instrument zit goed in elkaar, is keurig afgewerkt, speelt gemakkelijk en heeft een lekker stevige klank.

Het is het soort bas dat je nooit in de steek zal laten. Het halsprofiel en de nieuwe VMod-elementen zijn vernieuwingen die erg goed uitpakken en waardoor deze American Professional Precision terecht een top-of-the-line Fender genoemd mag worden.

De nieuwe Precision V komt in vier kleuren, waaronder het nieuwe antique olive La nouvelle Precision V est disponible en 4 coloris, dont le nouveau ‘antique olive’.

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

raison des jolies aiguës claires qu’il produit, tandis que l’Alnico 2 a tendance à ­produire un son plus “ chaud ”.

La basse de notre test dispose d’une touche en palissandre qui est posée sur un manche en érable, ce dernier étant fixé au corps par 4 vis. La finition du manche est en vernis satiné, et pour sa forme, la marque a opté pour un profil de type C de 1963.

Selon Fender, ce profil est considéré par beaucoup de musiciens comme le Saint-Graal en la matière … Dans la précédente série (American Standard, donc), les Precision possédaient 20 frettes de type ‘medium jumbo’ ; par contre, les basses de la série American Pro sont munies de frettes qualifiées de ‘narrow tall’, qui sont donc à la fois plus étroites et plus hautes. Par ailleurs, la série American Standard avait un sillet de tête en matière synthétique, alors que les nouvelles Pro bénéficie d’un sillet en os véritable. Les mécaniques sont également renouvelées : les exemplaires de type “ouvert” de notre basse de test ont un axe qui est nettement plus large en sa partie supérieure. Grâce à ce stratagème, quand on tourne les cordes, elles s’enroulent en s’orientant automatiquement vers les bas de l’axe. De plus, cela est censé apporter plus de sustain au son et une meilleure stabilité de l’accord. Certains bassistes sont d’avis qu’un diapason plus long donne plus de fermeté au SI grave, mais sur notre basse en test, cette corde se contente du diapason standard (34”), ce qui ne l’empêche pas de garder une tension correcte si on l’accorde plus bas.

DES ENCOCHES …

Cette American Pro Precision V possède un chevalet de type High Mass Vintage : il permet de choisir si on fixe les cordes après les avoir fait passer à travers le corps, ou si on les fixe directement au chevalet lui-même. Les pontets des cordes SI, MI et LA sont dotées de 3 encoches chacune dans lesquelles peuvent venir se loger les cordes : cela vous permet de déterminer l’écart idéal entre ces cordes. Quant aux cordes de RE et de SOL, elles ont même … 4 encoches de ce type ! A noter aussi que la basse porte une plaque de protection de couleur “ vert menthe ” à 3 couches, ainsi que les boutons habituels pour le volume et la tonalité. Le manche en érable est renforcé par des tiges Posiflex en graphite qui se trouvent sous la touche, une excellente protection pour éviter de se déformer suite à la tension des cordes. Précisons aussi que l’American Professional Precision Bass V est livrée dans un nouveau coffre (Elite Molded ­Hardshell) qui est muni de solides serrures et de compartiments de rangement.

UN SON PLEIN ET BIEN “ GRAS ” Le profil ’63 C de ce manche à 5 cordes propose un contact vraiment très agréable : il est bien plat et permet de jouer à toute vitesse, ce qui doit indéniablement beaucoup à la finition en verni satiné. Une bonne chose aussi, c’est le fait que la basse sort de son emballage en étant déjà bien réglée, et il semble que quand on appuie sur les cordes, cela paraît plus facile grâce aux frettes de type ‘narrow tall’. La basse projette un son typique de Precision, une sorte de délicieux ronronnement dont chaque note est aussi ferme qu’alerte. Le volume est bien équilibré, et l’ensemble sonore est à la fois plein et bien gras. Cette basse se prête bien au jeu au médiator, et sa jolie ­sonorité fera merveille, entre autres, pour la pop, le funk et le rock.

VAISSEAU-AMIRAL Cette version à 5 cordes de la “ Mère de toutes les basses ” donne entière satisfaction, quel que soit le domaine envisagé. L’instrument est bien monté, sa finition est soignée, en jouer est facile, et le son est agréable et puissant : bref, c’est la sorte de basse qui ne vous laissera jamais dans le pétrin ! Par ailleurs, le profil du manche et les micros V-Mod sont des nouveautés qui fonctionnent tellement bien que cette American Professional Precision peut être qualifiée, et à juste titre, de vaisseau-amiral des basses de la marque.

www.meetmusic.com

17

KEYBOARD INSTRUMENTS

Roland System-8 keyboardsynthesizer Waar Korg met volle overtuiging analoge synthesizers ­uitbrengt, Yamaha onverstoorbaar fantastische maar ­wereldvreemde synths produceert, volgt Roland zijn eigen weg. Het nieuwste product van de Roland-benadering is de ­System-8, adviesprijs € 1499,-.

Hoewel er sprake lijkt te zijn van een enorme ontwikkeling, bespeur je op een bepaalde manier ook conservatisme bij producenten én gebruikers van synthesizers. Roland gaat onverschrokken door op het pad van digitale modeling van analoge componenten. Zowel in de Boutique-reeks als met hun grotere instrumenten, zoals de hier nu voor ons liggende Roland System-8 synthesizer.

En Roland doet dat nogal slim, want in één hardwaresynthesizer kun je een hele familie van legendarische Roland synths huisvesten!

PLUG-OUTSYNTHS En zo moeten we denk ik ook de System-8 hardware zien. Als huisvesting voor Roland’s softwarematige herscheppingen van z’n klassiekers. De System-8 hardware is in feite een computer in de behuizing van een synthesizer, waarbij de ­lay-out is ontworpen voor een moderne virtueel-analoge synth: de System-8. ­Tegelijk kun je via een drukknop deze softwaresynth vervangen door een van de plug-outsynths die Roland heeft ontwikkeld.

Plug-out is een beetje een slappe woordspeling op plug-in; een verwijzing naar de softwaresynthesizers die je in je daw gebruikt. De creaties van Roland kun je ook in je daw gebruiken; je hebt dus een plug-insynthesizer en een

18

www.meetmusic.com

Allard Krijger

Là où Korg continue à produire avec une pleine conviction des synthés analogiques, là où Yamaha, imperturbable, continue à produire des synthés fantastiques mais qui ­surprennent le monde entier, Roland, lui, continue sur la voie qu’il s’est tracée. Le dernier produit en date issu de l’approche Roland s’appelle le System-8, dont le prix ­conseillé est de 1.499 euros.

Bien qu’un tel nom laisse augurer d’un développement conséquent, vu sous un certain angle, on observe aussi chez les constructeurs de synthés une ­tendance au conservatisme … tout comme c’est le cas aussi des utilisateurs.

Sans sourciller le moins du monde, Roland continue son petit bonhomme de chemin : celui de la modélisation digitale de composants analogiques. Et que ce soit dans leur série Boutique, ou pour leurs instruments plus imposants, comme c’est le cas ici pour le synthé Roland System-8, qui se trouve sous nos yeux. Mais attention : Roland se la joue intelligemment, car sous le capot d’un seul et même synthé hardware (“ en dur ”) se cache toute une famille de synthés Roland légendaires !

SYNTHÉS “ PLUG-OUTS ” Et nous pensons que c’est aussi de cette manière qu’il faut envisager ce qui se trouve dans le boîtier du System-8 : c’est-à-dire, comme un réceptacle qui abrite des softwares de rééditions de ses propres classiques. Le hardware de ce

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

­ ardware variant die identiek zijn, en deze woont zowel in je computer als in h de System-8 hardware. Er zijn inmiddels al diverse plug-outsynths te krijgen, en met de System-8 krijg je er twee cadeau; de Jupiter-8 en de Juno-106. Tijdens de test was de laatste nog niet geïnstalleerd, maar in het kader lees je meer over de Juno-106 plug-out. Andere plug-outsynths zijn: de SH-2, SH-101 en ProMars.

Op termijn zijn deze dan ook beschikbaar voor in de System-8.

En hoewel dit op zich eigenlijk een heel erg leuk en zinvol idee is, werkt het voor mijn gevoel maar gedeeltelijk zoals je zou willen. En dat komt voornamelijk omdat synthesizers niet alleen van elkaar verschillen voor wat betreft welke componenten er gebruikt zijn en welke modules en zo, maar ook hoe de bediening in elkaar zit, waar de knoppen zitten en hoe het allemaal voelt en werkt.

Dat laatste is met de plug-outtechniek niet goed op te vangen.

TRADITIONEEL Ik ga deze keer geen stap-voor-stapbespreking van alle functies doen. Dat is niet nodig, want er zit alles op en in wat je kunt verwachten. En dat is het.

Het eerste wat ik gedaan heb na het uitpakken van de synth – waarbij opviel dat ie helemaal niet zwaar is – was de groene verlichting rond de knoppen uitzetten.

Daarmee oogt de System-8 ineens een stuk rustiger. Ik kon er anders niet mee werken. Tegelijkertijd heb ik mezelf zo een enorme handicap bezorgd, want juist die verlichting geeft aan welke knoppen en faders er actief zijn voor de synthesizer die je gebruikt. Bij de System-8 software zijn ze alle knoppen actief, maar bij de Jupiter-8 is een aantal knoppen onverlicht; die hebben bij dat instrument dus geen functie. Op zich een werkbare oplossing, ware het niet dat de groene verlichting erg aanwezig is.

De lay-out van de System-8 is zo universeel en traditioneel mogelijk gehouden.

Van links naar rechts zien we lfo, oscillators, filter met daaronder de bijbehorende

Juno-106 plug-out Tijdens het schrijven van deze review kwam er een update van het operating system uit. Daar zat ook de Juno-106 plug-out in, dus snel de update in de System 8 geladen; wat op zich makkelijk ging. Ik was daarmee wel mijn zelfgemaakte geluiden kwijt, want er moest ook een factory reset aan te pas komen om de presets voor de Juno106 te laden. Die presets klinken wel duidelijk anders dan wat er tot nu toe in dit instrument te vinden was; wat meer analoog, meer vintage. Een deel van de presets van de Juno plug-out zijn replica’s van de oorspronkelijke fabriekspresets van de echte Juno-106, waarbij ze dan ook dingen als velocity en de effecten hebben weggelaten.

Deze zijn duidelijk herkenbaar als Juno-sounds, en klinken overtuigend. Het blijft een beetje vreemd om een relatief beperkte synthesizer als de Juno-106 – toch voornamelijk populair geworden vanwege zijn scherpe prijsstelling; liever had je destijds een Jupiter 8 – in een uitgebreide synth als de System-8 te willen stoppen. Immers, je kunt er minder mee, niet meer. Maar misschien is dat juist wel wat er leuk aan is, de eenvoud en de beperkingen. En natuurlijk krijg je zo gemakkelijk de bekende Juno-geluiden voor het geval je iets detailgetrouw wilt namaken. En hoewel de uitstekende basisklank van de System-8 en zijn plug-outs toch min of meer hetzelfde blijft, heb je wel meerdere invalshoeken van waaruit je kunt gaan werken. Iets wat de creativiteit alleen maar ten goede kan komen.

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

Plug-out Juno-106 Pendant la rédaction de ce banc d’essai est arrivée une mise à jour du système d’exploitation. Et cette fois, le plug-out correspondant au Juno-106 était bien présent. Donc, nous avons rapidement chargé cette mise à jour dans le System-8, ce qui s’est déroulé très facilement. Ce faisant, j’ai perdu les sonorités que j’avais créées moi-même, car il fallait aussi faire un ‘factory reset’ pour charger les présélections du Juno-106. Ces présélections ont effectivement un son très différent de ce qui se trouvait dans cet instrument jusqu’à présent : des sons un peu plus analogiques, plus vintage. Une partie des présélections du plug-out Juno sont des répliques des présélections usine du “ vrai ” Juno-106, dont on a laissé tomber des éléments comme la vélocité et les effets. Ces sons sont très reconnaissables en tant sons typiques du Juno, et ils sont très convaincants ! Cela reste un peu bizarre de vouloir charger un synthé relativement limité comme le Juno-106 (qui était surtout devenu très populaire en raison de son prix très étudié, car à l’époque, on lui préférait le Jupiter 8) dans un synthé très évolué comme le System-8. En effet, on peut en faire moins, mais pas plus ! Mais peutêtre est-ce ce qu’il y a d’amusant dans cette démarche, la simplicité et les limites. Et naturellement, le fait aussi qu’on dispose des sons Juno bien connus, au cas où on voudrait absolument travailler “ à la virgule près ”. Par ailleurs, bien que les sons de base impeccables du Système-8 et de ses plug-out restent plus ou moins semblables, on dispose ainsi de plusieurs angles d’attaque depuis lesquels on peut se mettre à travailler. Et ça, indéniablement, cela ne peut que favoriser la créativité.

système est en fait un ordinateur sous la forme d’un synthétiseur, et dont les commandes sont conçues pour faire fonctionner des synthés “ virtuellement analogiques ” modernes : le System-8 … c’est ça ! D’une simple pression sur un bouton, on peut passer d’un de ces softwares à un autre, grâce aux synthés “ plug-outs ” que Roland a développés. “ Plug-out ”, voilà un mot peut-être un peu maladroit et calqué sur “ ­plug-in ” : cela renvoie aux synthés qui existent sous forme de softwares, et que l’on utilise via une DAW. Les créations de Roland peuvent être également utilisées via une DAW : on se trouve alors en présence d’un synthé plug-in et d’une variante hardware qui sont identiques, et celle-ci se trouve aussi à l’aise dans votre ordinateur que dans le hardware du System-8. Déjà actuellement, différents synthés plug-out sont disponibles, et le System-8 vous offre 2 ­cadeaux : le Jupiter-8 et le Juno-106. Pendant notre test, ce dernier n’était pas encore installé, mais dans l’encadré, vous aurez plus de détails sur le ­plug-out de ce Juno-106. Les autres synthés plug-out prévus sont les SH-2, SH-101 et ProMars. A terme, ils seront aussi disponibles pour faire partie du System-8.

Et en fait, bien qu’en soi, tout ceci fasse partie d’une idée aussi réjouissante que pleine de sens, selon mon sentiment, cela ne fonctionnera en partie que dans la mesure où vous le voudrez bien. Et je m’explique : cela vient principalement du fait que les synthés ne diffèrent pas seulement les uns des autres suivant les composants et/ou les modules utilisés, mais aussi suivant la manière dont l’utilisation a été “ pensée ” : où les boutons se trouvent, comment tout cela

www.meetmusic.com

19

>>

>>

envelope, versterker met daaronder de bijbehorende envelope, en effecten helemaal rechts. Rechts (meteen boven het toetsenbord) vinden we de sequencer, en links (boven de arpeggiator) en daaronder (direct boven het toetsenbord) de knoppen voor de pitchbender/modulatie-pook. Helemaal zoals het hoort, dus.

Dat is handig, want zo is de indeling ook enigszins compatible met de andere synthesizers die je in het apparaat kunt downloaden.

UNIEK Bij ons testexemplaar waren er twee verschillende synthesizers beschikbaar in de System-8: de moderne System-8 synth en de vintage Jupiter-8. Ik heb beide uitvoerig doorgenomen en beluisterd. Waar je dan natuurlijk op gaat letten is: wat zijn de verschillen? Ik vind die vrij subtiel. Bij de Jupiter-8 zijn de presets duidelijk meer behoudend; ik herken ook een aantal fabriekspresets van de oorspronkelijke Jupiter-8. Het klinkt bedaagder, rustiger, warmer in vergelijking met de System-8 synth. Die is hard, fel, modern. Gehaast, zou ik bijna zeggen, maar dat is een rare vergelijking.

Zowel met de Jupiter als met de System-8 is het een beetje lastig om heel ­analoog klinkende klanken te maken. Het klinkt altijd mooi en er is veel variatie mogelijk, maar analoog is het niet. Is dat erg? Helemaal niet! Als je een analoge synth wilt, moet je die kopen. Met deze Roland haal je een modern en uniek ­instrument in huis. De System-8 is een mooie, bruikbare, muzikale synthesizer.

Zoals ik al aangaf, is het een beetje lastig een rustige warme klank te maken, maar wilde, penetrante, drukke en scherpe klanken gaan heel goed. De sequencer helpt daarbij zeker, en deze is makkelijk te bedienen met veel direct toegankelijke functies.

OVERWEGINGEN De System-8 is 8-stemmig polyfoon; eigenlijk wel een beetje mager voor een moderne digitale synth. Goedgenomen zou polyfonie geen issue meer moeten zijn.

Daartegenover staat dan weer dat de System-8 meteen ook een vocoder is, een sequencer heeft en hij eigenlijk een soort shapeshifting synthesizer is dankzij de

20

www.meetmusic.com

fonctionne et quel “ feeling ” cela procure. Or, ce dernier point est difficile à atteindre via la technique du plug-out.

TRADITION Cette fois, je ne vais pas procéder en décrivant toutes les fonctions une par une : ce n’est pas nécessaire, il suffit de savoir que tout ce qu’on est en droit d’attendre est bel et bien présent ! Point-barre ! La première chose que j’ai ­faite après avoir déballé le synthé, et où j’ai eu l’occasion de constater qu’il n’était pas très lourd, c’est de désactiver l’éclairage vert qui entoure les ­boutons. De cette manière, le System-8 a l’air nettement plus … reposant. Je n’aurais pas pu travailler autrement. Mais en même temps, je me suis imposé un énorme handicap, car c’est justement cet éclairage qui indique quels sont les boutons et les curseurs qui sont actifs pour le type de synthé que l’on est en train d’utiliser ! Pour le software du System-8, tous les boutons sont actifs, mais pour le Jupiter-8, une série de boutons ne sont pas éclairés, car ils n’ont aucune fonction sur cet instrument. En soi, c’est une solution praticable, si ce n’est que cet éclairage vert est vraiment très présent.

L’implantation des commandes du System-8 est restée la plus universelle et la plus traditionnelle possible. De gauche à droite, on découvre le LFO, les oscillateurs, le filtre avec son enveloppe dédiée, l’ampli lui aussi avec son enveloppe dédiée, et les effets, qui se trouvent tout à fait à droite. A droite ­(juste au-dessus du clavier) se trouve le séquenceur, et à gauche (au-dessus de l’arpégiateur) et en-dessous (directement au-dessus du clavier) se trouvent les boutons pour le pitch bend et la modulation. Bref, tout est donc comme cela … a lieu d’être ! C’est pratique, car ainsi, l’implantation des commandes est aussi compatible avec celle des autres synthés que l’on peut charger dans l’appareil.

UNIQUE Sur notre exemplaire de test, 2 synthés différents étaient donc disponibles dans le System-8 : le synthé moderne propre au System-8, et le synthé vintage

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333

>>

Raise your voice.

XS Wireless 1 & 2 microphone systems.

As a singer, speaker or instrumentalist, you want to connect with your audience. Focus on your message – not on the equipment. Be confident. To meet those demands, Sennheiser created the XS Wireless microphone system.

Thanks to its intuitive, one-touch scanning and synchronization, XS Wireless 1 combines exceptional ease of use with great sound quality. If you’re ready to take the next step, XS Wireless 2 offers additional control, flexibility and ruggedness to withstand the toughest live conditions. It’s time to raise your voice.

For all microphone options visit sennheiser.com/xs-wireless

Jupiter-8. J’ai examiné en détail et bien écouté ces deux synthés. Et ce à quoi on se doit immanquablement de faire attention, c’est évidemment de déceler les différences. Je les trouve très subtiles … Sur le Jupiter-8, les présélections sont clairement plus “ conservatrices ”. Je reconnais également un certain nombre de présélections d’usine du Jupiter-8 des origines. Cela semble plus “ daté ”, plus calme et plus chaud par rapport au son du synthé du System-8.

Ce dernier est dur, intense, moderne. On dirait presque … pressé, même si c’est une comparaison bizarre. Que ce soit avec le Jupiter ou le System-8, c’est un peu pénible de construire un son qui “ sonne ” entièrement comme un son analogique. Ceci dit, le son est toujours beau et beaucoup de variations sont possibles … mais cela ne “ sonne ” pas analogique ! Oui mais : est-ce grave ?

Absolument pas ! Si on veut un synthé analogique, on n’a qu’à l’acheter. Alors que ce Roland est un instrument aussi moderne qu’unique. Le System-8 est un synthé qui peut être qualifié de beau, utile, et musical. Comme cela a déjà été dit, c’est un peu difficile de bidouiller un son chaud et calme, mais aucune difficulté, par contre, pour créer des sons sauvages, pénétrants, pesants et incisifs ! Dans cette optique, le séquenceur est une aide précieuse, et en plus, il est facile à utiliser, notamment grâce à des fonctions directement accessibles.

>>

al genoemde plug-outtechnologie. Dus al met al is het een zeer compleet apparaat. Met als bonusklap op de vuurpijl een cv/gate-uitgang waarmee je een modulaire synth of een oude analoge synth kunt aansturen met het toetsenbord of de sequencer van de System-8. Ook vinden we verborgen in de System-8 wat klankbouwstenen terug uit de V-Synth (sidebandfilter), een van de topsynths uit de Roland-stal van weleer. En ook fijn aan deze synth is het grote aantal knoppen , die erg overzichtelijk geplaatst zijn, en het aanslaggevoelige toetsenbord laat zich uitstekend bespelen. Aftertouch ontbreekt weliswaar, maar goed, je kunt niet alles hebben.

Enerzijds begrijp ik de System-8 wel, en qua programmeerbaarheid en bediening is hij erg compleet. Aan de andere kant zit ik ook wel een beetje met vragen. De plug-outtechniek is leuk, maar ik weet niet of dat voor mij een reden zou zijn om een System-8 aan te schaffen. Als ik een plug-in wil, dan draai ik die wel op mijn computer. Meenemen als hardwaresynth voor live is weer wel supertof, maar waarom dan alleen plug-outversies van analoge Roland synths?

Dan zou ik juist ook die dingen willen die er nog niet of nauwelijks zijn op ­hardwaregebied, zoals een granulaire synth, of zoiets als de Modal 2 in een ­Roland-variatie.

Op een bepaalde manier is de System-8 een voortborduren op de V-Synth, waarin je ook een D-50 kon inladen. Dat was hetzelfde idee. Bediening was daarbij wel een issue. Meteen die D-50 in de System-8 zou heel fijn geweest zijn, maar de lay-out van de System-8 biedt daar weinig kans op; de structuur van de D-50 zal zich daar moeilijk in laten persen, vrees ik. Verder is de Analogue Circuit Behaviour modelingtechniek veelbelovend. Het klinkt heel goed, daar niet van, maar dat doet een Roland JP-8000 ook, en een Nord Lead 2 of een Yamaha AN1x ook. En dan vergeet ik bijna de Acces Virus te noemen. Samenvattend vind ik het jammer dat Roland denkt zich te moeten beroepen op allerlei marketingtechnieken om de potentiële koper te verleiden. Dat hebben Roland en deze System-8 niet nodig; het is gewoon top wat ze maken. En als je ervoor kiest digitaal te gaan, ga daar dan ook voor.

CONCLUSIE De System-8 is een bijzondere, krachtige synth die meer kan dan hij in eerste instantie laat zien. En misschien in de toekomst nog veel meer, dankzij het plugoutsysteem. Jammer vind ik wel dat het concept momenteel meer terugkijkt dan vooruit. Ondanks dat is het een moderne synth, die zomaar hét geluid van 2017 kan worden. Of misschien van een decenniumpje later; dat is Roland immers wel vaker overkomen.

+ –

22

• v eelzijdige, moderne synthesizer • overzichtelijke bediening, ook als het ingewikkeld wordt • plug-outtechnologie veelbelovend • slechts 3 plug-out slots • plug-outs passen niet altijd optimaal in lay-out hardware

www.meetmusic.com

CONSIDÉRATIONS DIVERSES Le System-8 possède une polyphonie à 8 voies … en fait, c’est un peu maigre pour un synthé digital moderne. Tous comptes fait, la polyphonie ne devrait plus figurer au menu des problèmes à régler ... Par contre, il est vrai que le System-8 est en même temps aussi : un vocoder, un séquenceur, et c’est aussi une sorte de ‘shapeshifting synthesizer’ en raison de sa technologie plug-out précédemment expliquée. Donc, dans l’ensemble, il s’agit d’un appareil très complet, avec comme cerise sur le gâteau, une sortie cv/gate avec laquelle on est à même de piloter un synthé modulaire ou un vieux synthé analogique, et ce, via le clavier ou le séquenceur du System-8. A noter que l’on retrouve aussi, dissimulé dans les entrailles de ce System-8, quelques éléments sonores en provenance du V-Synth (sidebandfilter), un des meilleurs synthés dans les anciens modèles de Roland. Et ce qui est bien aussi dans ce synthé, c’est le grand nombre de boutons, qui sont placés de manière très organisée, ainsi que le clavier sensitif, extrêmement agréable à jouer. Il est vrai qu’il n’y a pas d’aftertouch, mais bon, on ne peut pas tout avoir … D’une part, je comprends aisément le System-8, et au niveau de la programmation comme de l’utilisation, il est très complet. Mais d’autre part, je me pose aussi une série de questions. La technique plug-out, c’est sympa, mais je ne sais pas si ce ­serait une raison décisive pour que j’achète un System-8. Car si je veux un plug-in, je peux tout aussi bien le faire “ tourner ” sur mon ordinateur. Le prendre comme synthé pour monter sur scène, de nouveau, c’est super sympa, mais alors, pourquoi se limiter exclusivement à des versions plug-out de ­synthés analogiques Roland ? Et je voudrais aussi disposer sur un tel clavier de choses qui n’existent pas encore - ou alors à peine – sous forme de hardware, comme un synthé granulaire, ou quelque chose comme le Modal 2 dans une version Roland.

D’une certaine manière, le System-8 est basé sur le V-Synth, dans lequel on pouvait aussi charger un D-50 : l’idée était donc la même. Mais à ce moment, l’utilisation restait problématique. Il aurait été très intéressant de pouvoir charger un D-50 dans le System-8, mais le lay-out du System-8 y est peu favorable : j’ai bien peur que la structure du D-50 s’y prête difficilement. Ceci dit, la technique ‘Analogue Circuit Behaviour’ est très prometteuse. Le son est très bon, il n’y a rien à redire. Mais cela, un Roland JP-8000 le fait aussi, ou un Nord Lead 2, ou encore un Yamaha AN1x. Et puis, voilà que j’oublie presque de mentionner l’Acces Virus. En résumé, je trouve dommage que Roland se sente obligé de s’occuper de toutes sortes de techniques de ­marketing afin de séduire l’acheteur potentiel. Roland et le System-8 n’ont pas besoin de cela : ce qu’ils font, c’est juste … au top ! Et si vous préférez le digital, vous pouvez leur faire confiance aussi !

CONCLUSION Le System-8 est un synthé puissant, un peu particulier dans le sens où il peut faire plus de choses que ce qu’il laisse paraître à première vue. Et peut-être encore beaucoup plus dans le futur, grâce au système plug-out. Malheureusement, je trouve regrettable que momentanément, le concept regarde plus vers le passé que vers l’avenir. Malgré cela, nous sommes bien face à un synthé moderne, qui pourrait incarner LE son de 2017. Ou peut-être, LE son dans une petite ­décennie : d’ailleurs, c’est déjà arrivé à Roland plus souvent qu’à son tour …

+ –

• Synthé moderne et polyvalent.

• Utilisation claire, même si elle est un peu compliquée.

• Technologie plug-out très prometteuse.

• Il n’y a que 3 slots de plug-out.

• Les plug-out pas toujours au mieux au lay-out du hardware.

MEET MUSIC MAGAZINE 2017/333