psl332

meet music magazine afgifte kantoor voor belgië / TURNHOUT p509335

SOUND PRO

&.L.I.G.H.T maandblad over materiaal voor klank en licht mensuel sur le matériel de son et lumière

31e jaargang – April-Mei 2017 31ième année – Avril-Mai 2017

GR ATIS IT GR ATU Nr.332

NAMM/ISE SPECIAL NAMM SHOW 2017 REPORT ISE 2017 REPORT ISE & DANTE

Recording & ­Producing NAMM Neumann monitors

Live Sound NAMM Harman Connected PA

Light Gear NAMM American DJ Boombox FX

INHOUD - SOMMAIRE

NAMM show 2017 Special 10 pages • Recording & Producing • Live Sound • DJ Gear • Light Gear .......................................... 4

ISE 2017 Report ............................. 16 Audinate Dante ................................ 20 Prolight+Sound preview .................... 23

MAANDBLAD OVER MATERIAAL VOOR KLANK EN LICHT MENSUEL SUR LE MATÉRIEL DE SON ET LUMIÈRE ABN Amro Bank IBAN: NL70ABNA0432038949 BIC: ABNANL2A Directie/Gestion Erk Willemsen, Ronald Willemsen, Marcel Willemsen Pro Sound & Light is een uitgave van/est une édition de: Keijser 18 Mediaproducties bv Postbus 11497 • 1001 GL Amsterdam Bezoekadres: Rozenstraat 206 • 1016 PA Amsterdam • +31 20 675 5308 info@meetmusic.com , www.prosoundlight.net

Druk/Impression Mediacenter Rotterdam De auteursrechten van deze uitgave en van alle artikelen, die erin verschijnen, worden door de uitgever voorbehouden / La reproduction, même partielle, de ce numéro est strictement interdite sans l’autorisation écrite de l’éditeur.

Hoofdredacteur/Editeur Erk Willemsen Redacteuren/Redacteurs Andy “DJ ND” Vercauteren Hans Lauwens Ludo Lauwens Kevin “A.L.F.” Jaspar Luc Henrion Roger Roland Vertalingen/Traductions Jean-Pierre Irgel Michel Van den Bosch

Sales/marketing: Ronald Willemsen Sales: Keijser 18 Mediaproducties, Ronald Willemsen, Ollie Schmitz, Erk Willemsen ads@k18.nl, +31 20 675 5308 Vormgeving/Conception Nils Jonkers (LandGraphics), Marcel Willemsen (Keijser 18 Mediaproducties) Boekhouding /Comptabilité Vanja van Dam factuur@k18.nl

ADVERTEERDERSLIJST | LISTE DES ANNONCEURS PRO SOUND & LIGHT Highlite...................................... 2 Adam Hall.................................. 7 Pro Sound & Light.................... 10

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

Prolight+Sound......................... 15 Heremans............................... 18

www.prosoundlight.net

3

NAMM 2017

NAMM show 2017 Report Hans Lauwens, Jean-Louis Gayet, Peter Hoeks, Erk Willemsen

De NAMM Show in Anaheim, Los Angeles, richt zich als vanouds vooral op alles wat met muziekinstrumenten te maken heeft. De afdeling pro audio en licht is veel en veel kleiner dan die op afdeling Prolight+Sound op Messe Frankfurt. Toch worden ook op de NAMM Show tal van producten op het gebied van pro audio en licht gelanceerd. Lees op deze pagina’s een selectie van nieuws dat we op de beurs tegenkwamen.

RECORDING & PRODUCING PRESONUS Presonus StudioLive 16 biedt veel functies van de net uitgebrachte Studiolive 32.4.2 Serie III, maar is bedoeld voor een 19” rack . Er zijn zestien analoge ingangen met acht xlr’s en acht mic/line-combo’s. Intern zijn er 32 audiokanalen die onafhankelijk van de analoge inputs via avb of usb bereikbaar zijn. De Presonus Fat Channel is natuurlijk ingebouwd, maar in een herziene en verbeterde versie.

De touch-sensitive faders zijn gemotoriseerd en je kunt direct op sd-kaart opnemen. De StudioLive 16 kan dus zonder computer werken, maar je krijgt er niet­ temin een leuke bundel software bij.

Bij Presonus zagen we ook twee nieuwe betaalbare usb2.0-audio-interfaces.

De Studio 2|6 en de Studio 6|8 gaan tot 192kHz bij 24-bit, bevatten twee preamps en midi-in/uit. De mic-inputs met fantoomvoeding kunnen ook voor lijnsignalen en gitaren gebruikt worden. De 2|6 heeft verder vier gebalanceerde jackoutputs; de 6|8 heeft nog twee extra lijn/instrument-inputs en s/p-dif-i/o. Je krijgt er ­Studio One Artist software bij.

ROLAND Roland liet de Go:Mixer zien, een draagbare minimixer vooral voor mobiele ­apparaten met drie stereo inputs, mic-in en gitaar-in, en een stereo-out.

De voeding komt uit de usb-bus.

4

www.prosoundlight.net

Depuis bien des années, le NAMM Show qui a lieu chaque année à Anaheim (Los Angeles) a pour centre de gravité tout ce qui touche avant tout les instruments de musique.

La section réservée à l’audio et à l’éclairage professionnels est beaucoup, beaucoup plus modeste que la foire Prolight+Sound qui à lieu à la foire de Francfort. Néanmoins, au NAMM Show sont aussi présentés une foule de produits qui appartiennent aux domaines de l’audio et de l’éclairage professionnels. Vous découvrirez dans les lignes qui suivent une sélection de nouveautés que nous avons remarquées pendant la foire.

RECORDING & PRODUCING PRESONUS La table de mixage Presonus StudioLive 16 propose une flopée de fonctions ­issues de la Studiolive 32.4.2 Serie III qui vient de sortir, mais cette version se présente sous forme d’un rack de 19”. Elle dispose de 16 entrées analogiques, dont 8 avec des connecteurs XLR et 8 (micro / ligne) avec des connecteurs ­combinés. En interne, il y a 32 canaux audio qui sont indépendants des entrées audio et qui sont accessibles via AVB ou USB. Le Presonus Fat Channel est ­évidemment à bord, mais dans une version revue et améliorée. Les curseurs ­tactiles sont motorisés, et l’utilisateur peut enregistrer directement sur une carte SD. La StudioLive 16 peut donc fonctionner sans ordinateur, mais il est quand même livré avec un ensemble de softwares très intéressants.

Nous avons également vu chez Presonus deux nouvelles interfaces audio USB 2.0. La Studio 2|6 et la Studio 6|8 vont jusqu’à 192 kHz et 24 bits, possèdent deux préamplis et des connexions (entrée et sortie) MIDI. Les entrées micros, dotées d’alimentation fantôme, peuvent être également utilisées pour des signaux ligne et des guitares. Le modèle 2|6 est muni de 4 jacks de sortie symétriques,

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

Tascam Acoustic Control Filter

alors que la 6|8 a deux entrées ligne / instrument en plus, ainsi que des connexions S/P-Dif (entrée et sortie). Le software Studio One Artist est livré avec les appareils.

ROLAND Roland a présenté son Go:Mixer, un mini-mixer portable destiné avant tout aux appareils mobiles, avec 3 entrées stéréo, des entrées pour un micro et une guitare, ainsi qu’une sortie stéréo. L’alimentation est assurée par la liaison USB. Roland a aussi présenté une nouvelle série d’interfaces USB-audio, sous le nom de Rubix. Il existe 3 modèles : la 22 (2 entrées et 2 sorties), la 24 (2 entrées et 4 sorties) et la 44 (4 entrées et 4 sorties). Toutes sont munies de préamplis pour micro, d’une entrée à haute impédance, de prises MIDI (entrée et sortie), ainsi que d’un compresseur / limiteur “ en dur ” intégré pour les modèles 24 et 44.

WARM AUDIO Le WA12 MKII de Warm Audio est une nouvelle version de ce préampli pour micro. Il possède une entrée à haute impédance pour guitare, est entièrement construit sur base de composants de premier ordre, et il est doté d’un double transfo. Ce MKII affiche des spécifications encore meilleures que celles de son prédécesseur grâce à ses composants de meilleure qualité. Le modèle plus petit (WA12-500 MKII), de format ‘Lunchbox’, a été amélioré de la même manière.

TASCAM Tascam a présenté Track Factory, un système complet de production. L’ensemble est construit sur base d’un mini-ordinateur super-compact (NUC, 2,7 GHz Core i5, 8 GB RAM et 256 GB SS-drive), avec un port pour écran, HDMI, Ethernet, Wifi, Bluetooth et 4 connexions USB 3.0. Sur cette machine est installée une version Windows 10 Home Edition optimalisée pour la production musicale.

Cakewalk Sonar est déjà installé aussi, et même déjà réglé pour travailler au Roland introduceerde een nieuwe lijn usb-audio-interfaces onder de naam Rubix.

Er zijn drie modellen de 22 (2i/2o), de 24 (2i/4o) en de 44 (4i/4o); allemaal met mic-preamps, hi-Z-input, midi-i/o en ingebouwde hardware compressor/limiter in de 24 en 44.

Roland Rubix 44

WARM AUDIO De WA12 MKII van Warm Audio is een nieuwe versie van deze microfoon­ voorversterker. Hij heeft een hi-Z-ingang voor gitaar, is volledige vervaardigd met discrete onderdelen, en heeft een dubbele trafo. MKII heeft nog betere specificaties dan zijn voorganger dankzij componenten van betere kwaliteit. Zijn compactere broer de WA12-500 MKII, in Lunchbox-formaat is op vergelijkbare wijze verbeterd.

TASCAM Tascam presenteert met Track Factory een compleet productiesysteem. Het pakket is opgebouwd rond een supercompacte Intel NUC minicomputer (2,7GHz Core i5, 8GB ram en 256GB ss-drive) met display port, hdmi, ethernet, wifi, bluetooth en vier usb3.0-aansluitingen. Hierop draait een voor muziekproductie geoptimaliseerde versie van Windows 10 Home Edition. Cakewalk Sonar is al geïnstalleerd en helemaal afgesteld op de Tascam US-2x2 usb2.0-interface, die ook in het pakket zit. Verder krijg je er een Tascam TM-80 condensatormicrofoon, een Tascam TH-02 koptelefoon, tutorial video’s en een online personal training van 20 minuten bij.

Bij Tascam zagen we ook een betaalbare kleinmembraan-condensatormicrofoon met nierkarakteristiek: de TM-60. Deze kan zijn voeding halen uit een interne batterij, wat stroom spaart als je met een mobiele recorder of iPad opneemt.

Hij weegt 225 gram, heeft een aan/uit-schakelaar en je krijgt er een plopkap, ­tafelstatief, kabel en opberghoes bij. Daarnaast zijn er de TM-280 en TM-180; ­beide grootmembraan-condensatormics met nierkarakteristiek inclusief opbergdoos en shock mount. Ze hebben een laag-af-filter en een -10dB padschakelaar.

RME De RME Fireface UFX II is een 60-kanaals 192kHz usb2-interface van RME. Die 60 kanalen bestaan uit twaalf analoge (vier met mic-preamp), zestien adat

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

Warm Audio WA12 MKII

www.prosoundlight.net

5

>>

NAMM 2017

>>

en 2 kanalen aes in- en outputs, dus 30-in/30-uit totaal. Daar komen nog wordclock-i/o en 2x midi-in/out bij. De converters, analoge in/outputs, koptelefoonaansluitingen en mic-inputs zijn helemaal nieuw ontworpen. De UFX II is vergelijkbaar met de UFX+, maar dan zonder madi, thunderbolt en usb3. De UFX II heeft ook Durec (direct usb recording); op de voorkant zit een slot voor usb-sticks en thumb drives. Als optie kun je de nieuw Advanced Remote Control, de ARC USB aansluiten voor meer bedieningscomfort. De ARC USB werkt trouwens met alle RME interfaces gemaakt sinds 2001! Verder leuk om te weten dat de eerder aangekondigde Digiface USB interface nu ook echt verkrijgbaar is.

UNIVERSAL AUDIO De UA Apollo Twin MKII is de nieuwe versie van de Apollo Twin Thunderbolt audio-interface. Deze heeft meer rekenkracht, extra voorzieningen voor de monitorcontroller en betere ad- en da- converters, vergelijkbaar met die in de Apollo 8 en 16. Men heeft een talkback-mic ingebouwd plus dim, mono, mute en alt monitoringfuncties. De Apollo Twin MKII heeft twee mic/line-inputs met unison-enabled preamps, een hi-Z-input, stereo monitor uit, twee line-outputs en een hoofdtelefoonaansluiting. Je krijgt er de Realtime Classics UAD plug-in bundle bij.

FOCUSRITE De Focusrite Clarett OctoPre en OctoPre Dynamic zijn beide 8-kanaals nieuwste generatie, Scarlett mic/line-preamps met veel headroom, wordclock-in/out en een adat-aansluiting. Twee inputs zijn geschikt voor instrumenten en elke input heeft een pad-switch en een 5-segments levelindicator. De ad-converters werken met 24bit, 96kHz of vier kanalen bij 192-kHz. De OctoPre Dynamic heeft als extra een adat-input en een eenvoudige softknee analoge compressor voor elk kanaal.

NEUMANN Neumann kennen we natuurlijk vooral van hun uiterst professionele en kwalitatieve microfoons. Maar in de betere studio-omgeving heb je natuurlijk meer nodig dan een micro. Het principe van een microfoon en dat van een luidspreker zijn eigenlijk gelijk, dus waarom zou Neumann bijvoorbeeld niet goed zijn in het ontwikkelen van luidsprekers? Wel ja, de nieuwe studio-monitoren van Neumann lijken alleszins op papier hele mooie hebbedingetjes. De KH80 DSP is een tweeweg bi-amplified near-field monitor met 4”/1” driver-combinatie en netwerk control, geschikt voor de betere studio, voor de broadcast industrie of zelfs ook voor thuisgebruik Met behulp van de bijbehorende software kan de KH-80 zichzelf kalibreren op de akoestiek van de luisterruimte. De gebruiker kan dat natuurlijk ook handmatig doen. De communicatie met de software verloopt via een lan. Dankzij onder meer de MMD waveguide levert de KH-80 een rechte weergave met een brede sweet spot. De monitor bevat een 4” woofer en een 1” tweeter met waveguide en 120cq en 70W versterkers.

LEWITT Het Oostenrijkse Lewitt toonde in LA de LCT 440 Pure grootmembraan, cardioïde condensatormicrofoon. Onder het motto ‘de best mogelijke klank met maximaal gebruiksgemak’ biedt deze mic de beste eigenschappen van de LCT-serie in een stevig compacte behuizing. De Pure levert een zeer gedetailleerde klank met minimale ruis. Inclusief shockmount, popfilter, magnetisch windscherm en opbergetui gaat de LCT 440 PURE zo’n 270 dollar kosten.

Nog goedkoper is de LCT 240 PRO, een instapmodel cardioïde condensator mic, voor zo’n 150 dollar.

Ook was bij Lewitt de al eerder geïntroduceerde LCT 640 TS te zien; een condensatormicrofoon met dual outputmode. Hierbij wordt het signaal van de twee membranen afzonderlijk verwerkt. Na de opname kun je met de bijbehorende ­Polarizer plug-in kiezen voor omni, wide, cardiod, supercardiod, figure-8 en alles

Focusrite Clarett OctoPre family

Universal Audio booth

mieux avec l’interface Tascam US-2x2 USB 2.0, qui fait aussi partie de la livraison.

L’utilisateur reçoit également un micro à condensateur (Tascam TM-80), un casque (Tascam TH-02), une vidéo didactique et une formation personnelle en ligne de 20 minutes !

Chez Tascam, nous avons aussi remarqué un micro à condensateur d’un prix très accessible, à petite membrane et à directivité cardioïde : le TM-60. Celui-ci est à même de puiser son alimentation depuis une pile interne, ce qui épargne de l’énergie quand on enregistre avec un enregistreur mobile ou un iPad. Il pèse 225 grammes, a un interrupteur de mise en et hors service, et est livré avec un bonnet anti-plop, un statif de table, un câble et une housse de rangement. A signaler aussi les modèles TM-280 et TM-180 : tous deux sont aussi des micros à condensateur cardioïdes, mais à grande membrane, livrés avec leur housse de rangement et leur support antichocs. Ils possèdent un filtre pour limiter les graves et un atténuateur de -10 dB. RME La Fireface UFX II de RME est une interface à 60 canaux (192 kHz, USB2).

Ces 60 canaux se répartissent en 12 analogiques (dont 4 avec des préamplis pour micro), 16 Adat et 2 canaux pour les entrées et les sorties AES, donc, 30 entrées et 30 sorties au total. A cela s’ajoutent l’entrée et la sortie wordclock et des entrées et sorties MIDI doublées. Les convertisseurs, les entrées et sorties analogiques, les connexions pour casque et les entrées pour micro : tout cela a été entièrement revu ! L’UFX II est comparable à l’UFX+, mais sans Madi, Thunderbolt et USB3. L’UFX II dispose néanmoins de DURec (direct USB ­recording), et en face avant, il y a un port pour des clefs USB. En option, on peut acquérir le nouvel Advanced Remote Control et raccorder l’ARC USB pour profiter d’un meilleur confort d’utilisation. Cet ARC USB fonctionne d’ailleurs avec toutes les interfaces RME construites depuis 2001 ! Et c’est d’autant plus agréable de savoir que les interfaces Digiface USB mentionnées précédemment sont encore disponibles actuellement.

UNIVERSAL AUDIO La UA Apollo Twin MKII est la nouvelle version de l’interface audio Apollo Twin Thunderbolt. Cette version possède une puissance de calcul supérieure, des fonctions supplémentaires pour le contrôle des moniteurs et de meilleurs convertisseurs AD-DA, comparables à ceux qui se trouvent à bord des Apollo 8 et 16. Un micro est intégré pour le talk-back, en plus des fonctions (dim, mono, mute et alt) pour le monitoring. L’Apollo Twin MKII possède 2 entrées micro / ligne avec des préamplis ‘unison-enabled’, une entrée à haute impédance, des sorties moniteurs stéréo, 2 sorties lignes et une connexion casque. L’ensemble des plug-ins Realtime Classics UAD fait partie de la livraison.

FOCUSRITE Les Focusrite Clarett OctoPre et OctoPre Dynamic sont tous deux des appareils à 8 canaux de dernière génération, équipés de préamplis micro / ligne Scarlett disposant d’une grande réserve de gain, de wordclock (entrée et sortie) et d’une connexion Adat. Deux entrées sont prévues pour des instruments, et chaque ­entrée possède son ‘pad-switch et son indicateur de niveau à 5 segments. Les convertisseurs AD fonctionnent en 24 bits à 96 kHz, ou en 4 canaux à 192 kHz. L’OctoPre Dynamic dispose en plus d’une entrée Adat et d’un compresseur ­analogique simple (avec soft knee) pour chaque canal.

NEUMANN Naturellement, Neumann est connu avant tout pour ses micros, de qualité ­professionnelle à 100 %. Mais évidemment, dans l’environnement d’un studio de haut niveau, on ne peut pas se contenter d’un micro ! En fait, le principe du micro et celui du haut-parleur est semblable, donc, pourquoi Neumann ne serait-il pas aussi bon pour concevoir, par exemple, des haut-parleurs ? Eh bien voilà, c’est

6

www.prosoundlight.net

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

>>

NAMM 2017

>>

daartussenin. Het is ook mogelijk om met één LCT 640 TS stereo- of m/s-stereo-opnamen te maken.

DYNAUDIO De meeste monitors zijn tegenwoordig tweewegsystemen, maar Dynaudio brengt een nieuw driewegsysteem uit: de LYD 48 voor nearfield en midfield. Deze heeft een 8” woofer, 4” mid en een 1” tweeter met 80, 50 en 50 watt Class D versterkers.

Met het Bass Extension-systeem kies je voor maximaal laag of maximaal volume, en Sound Balance is een tiltfilter om de toonbalans aan te passen zonder invloed op het fasegedrag. De LYD 48 heeft tulp- en xlr-aansluitingen, en de gevoeligheid kan tussen -6, 0 en +6dB worden aangepast.

STEINBERG Steinberg laat weten dat ze binnenkort nieuwe versies uitbrengen van een aantal producten. Halion 6 heeft er een nieuwe wavetable synthese-afdeling bij gekregen, en met de nieuwe sample-editor kun je samples opnemen, mappen en direct bespelen in het programma zelf. Daarnaast kunnen gebruikers hun eigen gui ontwerpen, en de Library Creator maakt het mogelijk om je eigen instrumenten in een standaard vst-instrument om te zetten. Verder is het programma nu 64-bit aax-compatibel en bevat het ook Halion Sonic 3. Halion Sonic 3 heeft er 25GB aan samples bij gekregen, waaronder strings, brass, twee vleugels en twee wavetable/granulaire synths. Ook de collectie effecten is groter geworden, dankzij de komst van Resonator, Vintage Compressor, Tube Saturator, REVerence convolutiegalm en de VST amp-simulation. Absolute 3 is een suite van software instruments waaronder de nieuwste versies van Halion, Halion Sonic, Groove Agent, Padshop, Retrologue en diverse sample-libraries: Hypnotic Dance, Triebwerk, Dark Planet en Zero Gravity.

AKG Met de AKG P5i zet Harman de eerste stap naar het Harman Connected PA ecosystem. Hierbij herkennen compatibele producten (microfoons, luidsprekers, mixers en di-boxes) elkaar, en kunnen ze met elkaar verbonden worden, waarbij userpresets worden overgenomen, zie ook het itme Harman bij Live Sound. De AKG P5i is gebaseerd op de zeer betaalbare AKG P5 dynamische vocalmicrofoon met super-cardioïde karakteristiek en geïntegreerd windscherm; alles in een stevige metalen behuizing.

Met de nieuwe AKG C636 borduurt AKG voort op het legendarische studiogeluid van de AKG C535. Deze herontworpen topklasse zangmicrofoon bevat moderne technieken als double shock suspension en multilayer pop noise protection om feedback, handling- en popnoise tegen te gaan. Het resultaat is een ongeëvenaarde geluidkwaliteit en een microfoon met een extreem lineaire cardioïde richtingskarakteristiek over het gehele frequentiebereik.

JBL Uiteraard is ook JBL van de partij op de NAMM dit jaar. In het licht van de innovaties binnen de Harman group, bracht JBL Professional de nieuwe actieve PRX800W Series mee naar Anaheim. Zij zijn uitgerust met de nieuwe Harman Connected PA technologie (zie het Harman-item bij Live Sound), en vormen daardoor toch wel enigszins een blikvanger. Maar ook op andere vlakken is JBL enige belangstelling waard. Zo werden onder andere ook de nieuwe actieve 7 Series studiomonitoren voorgesteld. Uitgerust met de voor de M2 Master referentiemonitor ontwikkelde technologieën, wil JBL met de twee modellen een compacte doch zeer performante oplossing bieden voor de kleinere tot middelgrote postproductiestudio’s en opname-omgevingen. Model 705P beschikt over een 5” woofer. De grote broer, 708P, doet het met een 8” woofer. Beide in tweeweg-ontwerp, met de 2409H driver voor het hoog. De woofers halen een enorme excursie, het systeem kan stevige volumes neerzetten, beschikt over enkele interessante EQ-instellingen,

Steinberg HaLion 6

fait ! Les nouveaux moniteurs de studio de Neumann semblent, en tout cas sur ­papier, être de bien jolies “ douceurs ”. Le KH80 DSP est un moniteur nearfield à 2 voies (woofer de 4” et tweeter de 1”), bi-amplifié et pouvant être contrôlé via un réseau. Il est destiné aux studios de haut niveau, à l’industrie de la radio et même, éventuellement, à un usage domestique. En s’aidant du software qui lui est dédié, le KH-80 est à même de se calibrer lui-même en fonction de l’acoustique de la ­pièce en présence. Naturellement, l’utilisateur peut aussi procéder à ces réglages manuellement. La communication avec le software s’opère via un LAN (Local Area Network, réseau local). Grâce (entre autres) à un diffuseur d’ondes MMD, les enceintes KH-80 fournissent une restitution sonore neutre, avec un ‘sweet spot’ d’écoute très large. Ces moniteurs renferment un woofer de 4” et un tweeter de 1” avec son diffuseur d’ondes, 120 CQ et un amplificateur de 70 watts.

LEWITT A Los Angeles, la firme autrichienne Lewitt a présenté son micro à condensateur LCT 440 Pure : il est équipé d’une large membrane et sa directivité est cardioïde.

Le mot d’ordre étant “ Le meilleur son possible couplé à une facilité d’utilisation maximale ”, ce micro propose les meilleures caractéristiques de la série LCT dans un boitier aussi solide que compact. Ce modèle Pure propose un son ­extrêmement détaillé et un bruit de fond minime. Inclus à la livraison : suspension antichocs, filtre anti-pop, filtre magnétique contre le souffle, et housse de rangement.

Le LCT 440 PURE coûte environ 270 dollars.

Mais le LCT 240 PRO est encore nettement moins cher, environ 150 dollars pour un micro cardioïde à condensateur d’entrée de gamme.

Nous avons aussi eu l’occasion de voir le modèle LCT 640 TS, que Lewitt avait déjà eu l’occasion de présenter précédemment : il s’agit d’un micro à condensateur possédant une double sortie. En effet, le signal des deux membranes en présence est traité séparément. Après l’enregistrement, via Polarizer, le plug-in dédié, on peut choisir le type de directivité : omnidirectionnel, large, cardioïde, super-cardioïde, en forme de 8, et toutes les possibilités intermédiaires. Il est aussi possible, avec un seul LCT 640 TS, de réaliser des prises stéréo ou m/s stéréo.

DYNAUDIO A l’heure actuelle, la plupart des moniteurs sont des systèmes à 2 voies, mais voici que Dynaudio propose un nouveau système à 3 voies : le LYD 48, destiné à des usages nearfield et midfield. L’enceinte est équipée d’un woofer de 8”, d’un midrange de 4”, et d’un tweeter de 1”, avec des amplis de Classe D, et ­respectivement, de 80, 50 et 50 watts. Via le système Bass Extension, on peut ­opter pour un maximum de basses ou de volume, et le Sound Balance est un ­filtre destiné à adapter la balance du son sans exercer d’influence sur les phases.

Ce LYD 48 possède des connexions de type Cinch et XLR, et sa sensibilité peut être réglée à – 6, 0 ou + 6 dB. STEINBERG Steinberg signale que dans peu de temps, ils vont sortir de nouvelles versions d’un certain nombre de produits. Halion 6 comporte à présent une nouvelle section (wavetable synthesis), et grâce au nouvel éditeur d’échantillons, on peut enregistrer, assigner et jouer directement les échantillons dans le programme lui-même. De plus, les utilisateurs peuvent développer leur propre interface graphique, et le ­‘Library Creator’ permet de transformer vos propres instruments en instruments VST standard. Le programme est maintenant compatible avec les normes AAX 64 bits et contient également Halion Sonic 3. Halion Sonic 3 possède 25 GB d’échantillons, dont des cordes, des cuivres, deux pianos à queue et deux synthés (wavetable / granulaire). La collection d’effets a aussi été renforcée grâce à l’arrivée d’effets comme Resonator, Vintage Compressor, Tube Saturator, REVerence (réverbe), ainsi que la simulation d’amplis VST. Quant à Absolute 3, il s’agit d’une suite d’instruments (softwares) dont font partie les dernières versions en date de Halion, Halion Sonic, Groove Agent, Padshop, Retrologue et diverses librairies d’échantillons : Hypnotic Dance, Triebwerk, Dark Planet et Zero Gravity.

AKG Via son AKG P5i, Harman fait son premier pas vers le ‘Harman Connected PA eco-system’. Au sein de ce système, les produits compatibles (micros, haut-parleurs, tables de mixage et boîtes de direct) se reconnaissent entre eux, peuvent être connectés les uns aux autres, et des présélections peuvent être mémorisées. A ce sujet, voyez aussi notre chapitre ‘Harman’ dans la section ‘Sonorisation’. L’AKG P5i est basé sur l’AKG P5, un micro chant dynamique, au prix très abordable, à directivité super-cardioïde et à filtre anti-souffle intégré, le tout étant logé dans un solide boîtier en métal.

Via son nouveau AKG C636, AKG capitalise sur le légendaire son de studio de l’AKG C535. Ce micro chant de top niveau, totalement revu, renferme de nouvelles techniques comme la suspension ‘double shock’ et la protection ‘multilayer pop noise’ afin de lutter au mieux contre les bruits parasites (feedback, bruits de mains et de bouche). Le résultat est une qualité sonore inégalée et un micro possédant une directivité cardioïde extrêmement linéaire sur l’entièreté du spectre sonore.

JBL Bien entendu, JBL était lui aussi de la partie au NAMM Show de cette année. A la lumière des innovations au sein du groupe Harman, la branche JBL Professional

8

www.prosoundlight.net

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

Soundcraft Ui24R

AKG P5i: Harman Connected PA mic Launch Harman Connected PA

over analoge en digitale AES/EBU aansluitingen en zou gerust kunnen gelden als een nieuwe referentie binnen de wereld van compacte studio-monitoren. De kast is dusdanig ontworpen dat de speakers horizontaal en verticaal kunnen worden opgehangen aan muur of plafond. Of je plaatst ze natuurlijk gewoon als bookshelf, zoals je zelf wenst.

SOUNDCRAFT Met het nieuwe Ui24R digital mixing en multitrack recordingsysteem, borduurt Soundcraft voort op de kleinere Ui12 en Ui16, maar met een ruimer palet aan mogelijkheden: 24 inputs waarvan 20 Studer-design mic-preamps, acht xlr-outputs, dual-path multitrack recording (32-in/32-out usb-recording-interface én usb storage) en ingebouwde dual-band wifi (2,4GHz én 5GHz) voor een draadloze bediening gelijktijdig vanaf een maximum van tien iOS-, Android-, Windows-, MacOS- en/of Linux-apparaten via een html 5 interface. De Ui24R is compatibel met het Harman Connected PA eco-systeem. Samen met de Connected PA app herkennen apparaten elkaar automatisch en wisselen userpresets met elkaar uit (zie het Harman-item bij Live Sound).

LIVE SOUND HARMAN Ooit gedroomd dat je een PA-installatie gaat opzetten waarbij alle componenten zich automatisch met elkaar ‘verbinden’? Waarbij ieder toestel in de keten elkaar ‘herkent’? Wel, die droom is dan nu in zekere zin werkelijkheid geworden. Op de NAMM presenteerde de Harman Group hun Connected PA systeem, onder de merknaam van Harman zelf. Het voordeel van de Harman group is dat zij enkele merknamen bezitten die samen een heel groot gedeelte van de markt betekenen.

We denken bijvoorbeeld aan JBL, Soundcraft, AKG, DBX etc. Wanneer Harman dus een innovatieve oplossing uit de mouw tovert die betrekking heeft op zowat al hun merken, dan mogen we er van uit gaan dat dit toch wel voor enige beweging zorgt. En geef toe, wanneer je het opzet kent, kan je eigenlijk alleen maar blij worden. Heel kort samengevat komt het er eigenlijk op neer dat we bijvoorbeeld een AKG microfoon op een Soundcraft mixer gaan kunnen aansluiten, met daarop een actieve JBL-set geprikt, en dat automatisch alle ideale instellingen worden geconfigureerd, aan de hand van de bijhorende app en op basis van het principe dat de aangesloten toestellen elkaar herkennen. Uiteraard kan je als eindgebruiker zelf nog de nodige aanpassingen doen, maar de manier van werken kan er wel voor zorgen dat je echt in no time een complete installatie hebt opgezet. Wat een tijdswinst… En ook voor leken misschien een ideale oplossing om zonder al te veel kennis toch tot een professioneel resultaat te komen. Dat laatste is misschien wel het belangrijkste aspect: ongeacht de kennis van de gebruiker, toch een perfect resultaat bekomen. De technologie die aan de basis van het Connected PA systeem ligt, werd ioSYS gedoopt. Bij de lancering werd er reeds een beperkt aantal producten met de nieuwe technologie uitgerust. Later volgt er uiteraard meer moois… Momenteel zijn de Soundcraft Ui12, Ui16 en Ui24R digitale mixers uitgerust met het systeem, evenals de nieuwe JBL PRX800W Series luidsprekers, de DBX DI1 actieve DI box en de AKG P5i microfoon. De overdracht van de nodige data gebeurt via de standaard analoge kabels in combinatie met wifi, om te komen tot een overzicht waarop alle geconfigureerde analoge verbindingen zichtbaar zijn.

Aan de hand van model en serienummer van de aangesloten apparatuur, kan Harman Connected dan bijvoorbeeld automatisch het ingangskanaal van de mixer configureren, de juiste presets tevoorschijn toveren of zelfs opgeslagen instellingen

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

a présenté à Anaheim la nouvelle série active PRX800W. Ces enceintes supportent la nouvelle technologie Harman Connected PA (lisez aussi notre chapitre ­‘Harman’ dans la section ‘Sonorisation’), et de ce fait, elles constituaient un point d’intérêt majeur. Mais dans d’autres domaines, JBL valait qu’on lui réserve aussi la meilleure attention : ainsi, la nouvelle Série 7, des moniteurs actifs pour le studio.

Equipés des technologies développées pour les moniteurs de référence M2 ­Master, JBL veut, à travers ces deux modèles, proposer une solution compacte, mais néanmoins très performante pour les studios de post-production de petite et moyenne taille et pour les environnements comportant des enregistrements. Le modèle 705P possède un woofer de 5”, alors que le plus grand modèle (708P) passe à un woofer de 8”. Tous deux sont des engins à 2 voies dotés d’un tweeter 2409H pour les aiguës. Les bobines des woofers ont une excursion très importante et le système est à même de développer un volume important. Ils disposent de quelques réglages d’égalisation intéressants, de connexions analogiques et ­digitales (AES/EBU), et pourraient facilement revendiquer le statut de nouvelle référence dans le petit monde des moniteurs de studio compacts. L’enceinte a été conçue de sorte que les haut-parleurs puissent être fixés aux murs et aux ­plafonds, tant en position horizontale que verticale. Mais évidemment, on peut aussi les poser simplement sur une étagère, comme on le désire.

SOUNDCRAFT Via son nouveau Ui24R (digital mixing and multitrack recording system), ­Soundcraft capitalise sur ses plus petits modèles (Ui12 et Ui16) en y injectant une palette de possibilités plus étendue : 24 entrées dont 20 dotées de préamplis micro (de design Studer) ; 8 sorties XLR ; ‘dual-path multitrack recording’ ­(interface USB d’enregistrement à 32 entrées et 32 sorties, plus stockage USB) ; wifi intégré dual band (2,4GHz et 5GHz) permettant l’utilisation sans fil d’un maximum de 10 appareils en même temps (appareils sous iOS, Android, ­Windows, Mac-OS et/ou Linux) via une interface HTML 5. L’Ui24R est ­compatible avec l’éco-système Harman Connected PA. En l’associant à l’app ‘Connected PA’, les appareils se reconnaissent automatiquement entre eux et ­utilisent des présélections communes (lisez aussi notre chapitre ‘Harman’ dans la section ‘Sonorisation’).

LIVE SOUND HARMAN Avez-vous jamais rêvé d’une installation de sonorisation où tous les appareils se “reliaient” automatiquement entre eux ? Où chaque appareil présent dans la chaîne “reconnaissait” l’autre ? Eh bien, ce rêve est devenu à présent une réalité totalement opérationnelle ! Lors du NAMM Show, le groupe Harman a présenté son système ‘Connected PA’, et sous le nom de la marque Harman même.

L’avantage du groupe Harman, c’est qu’il possède quelques marques qui, ­ensemble, représentent une partie importante du marché. Nous pensons, par exemple, aux marques JBL, Soundcraft, AKG, DBX etc. Donc, quand Harman sort une solution innovante de sa manche, cela concerne pour ainsi dire toutes ses marques, et nous sommes donc en droit de supposer que cela va provoquer pas mal de “ mouvements ”. Et, avouons-le, quand on sait de quoi il s’agit, on ne peut être que content ! En résumant très fort, il s’agit, par exemple, de brancher un micro AKG sur une table de mixage Soundcraft, elle-même raccordée à un set d’enceintes actives JBL. Le système permet de configurer automatiquement les réglages idéaux pour chaque appareil. Ils sont pilotables via l’app qui est

www.prosoundlight.net

9

>>

NAMM 2017

QSC demos

>>

voor een bepaalde performer oproepen. Hetzelfde geldt voor de aangesloten luidsprekers, waarbij dan automatisch de gains worden afgeregeld, de EQ-instellingen en noem maar op. De controle-app werd ontwikkeld voor iOS, Android Mac OS en Windows. Heel veel mogelijkheden dus, waar we ongetwijfeld nog vaak zullen van horen…

QSC Vorig jaar pronkte QSC met hun nagelnieuwe E-Series. Waarschijnlijk zal de passieve speakerserie zichzelf intussen hebben bewezen, want QSC koos de NAMM 2017 om 2 nieuwe E-modellen voor te stellen: de E215 en de E218SW. De eerste is een tweeweg ontwerp, geladen met twee woofers van 15” met 3,5” voice coil, een slordige 1200W continu belastbaar en in staat om tot 40Hz naar beneden te ‘duiken’. Bedoeld dus voor gebruikers die uit hun fullrange kast wat extra power in het laag willen halen. Voor zij die nog meer power wensen, biedt de E218 sub soelaas. Hij werd immers voorzien van twee woofers van 18” met 4” voice coil, 1800W continuous belastbaar, goed voor 132dB SPL. Stevig! Het voordeel van de nieuwe subs is dat je hen makkelijk op elkaar kan stacken, onder meer door de goed geplaatste handvaten die tevens dienst doen als een soort ‘vergrendeling’.

Over subs gesproken… QSC stelde eveneens een nieuwkomer binnen de alom geprezen K-Series voor. Het betreft een cardioïde sub, voorzien van twee woofers van 12” met hoge excursie, geplaatst in een zesde orde bandpass kamer, waardoor er vooraan een 15-tal dB winst wordt gemaakt. Je kan dus stellen dat je laagweergave het publiek bereikt langs de ‘juiste’ zijde, in plaats van nodeloos energie te verspillen aan de achterkant… De nieuwe K-telg wordt aangedreven door een DSP gestuurde 1000W klasse D module.

­ édiée au système, sur base du principe que tous les appareils branchés se d ­reconnaissent entre eux. Bien entendu, en tant qu’utilisateur, on peut toujours effectuer les adaptations nécessaires, mais cette manière de travailler débouche sur le fait qu’en un rien de temps, une installation complète est (bien) réglée.

Vous parlez d’un gain de temps ... Et pour les profanes, c’est sans doute aussi une solution idéale pour arriver à un résultat de qualité professionnelle sans avoir les connaissances requises dans le domaine. Ceci est même peut-être l’aspect le plus important : quelles que soient les connaissances de l’utilisateur, arriver malgré tout à un résultat impeccable ! La technologie qui est à la base de ce système Connected PA a pour nom ioSYS. Lors de la présentation, il y avait un assortiment limité de produits qui étaient déjà équipés de cette nouvelle technologie. La suite nous promet encore de bien belles choses à venir ... Pour l’instant les tables de mixage digitales Soundcraft Ui12, Ui16 et Ui24R sont équipées de ce système, tout comme la nouvelle série de haut-parleurs JBL PRX800W, la boîte de direct active DII de DBX, et le micro AKG P5i. La transmission des données utiles a lieu via des câbles analogiques standard et via le Wifi, de manière à arriver à une vue d’ensemble où toutes les connexions analogiques configurées deviennent ­visibles. En ayant connaissance du modèle et du numéro de série des appareils reliés au système, Harman Connected PA est capable, par exemple, de configurer automatiquement le canal d’entrée du mixer, de concevoir les présélections correctes et même, d’appeler les réglages mémorisés pour un utilisateur déterminé. Ce processus est aussi valable pour les haut-parleurs raccordés au système, où les gains sont donc automatiquement réglés, les égalisations, et ainsi de suite.

L’app de contrôle a été conçu pour iOS, Android Mac OS et Windows. Bref, énormément de possibilités, et dont nous entendrons encore souvent parler ...

QSC L’année passée, QSC montrait fièrement sa série E, flambante neuve. Sans doute la série de haut-parleurs passifs se sera-t-elle entretemps imposée d’elle-même, car QSC a choisi le NAMM de 2017 pour présenter deux nouveaux modèles E : le E215 et le E218SW. Le premier est un projet à 2 voies, muni de 2 woofers de 15” avec une bobine de 3,5”, d’une solide capacité d’encaisser 1.200 watts en continu, et d’une bande passante qui peut “ plonger ” jusqu’à 40 Hz. Il est donc conçu pour ceux qui veulent “ sortir ” un peu de puissance supplémentaire d’une enceinte fullrange. Pour ceux qui veulent encore plus de puissance, c’est ce que propose le sub E218. Il renferme 2 woofers de 18” munis d’une bobine de 4”, peuvent encaisser 1.800 watts en continu et projettent 132 dB SPL ! Du costaud, quoi ! L’avantage de ces nouveaux subs, c’est qu’on peut les empiler ­facilement les uns sur les autres, entre autres grâce à des poignées bien placées et qui, quand on les utilise, constituent une sorte de “ verrouillage ”. Tant qu’on parle de subs … QSC a aussi présenté un nouveau venu dans la série K, appréciée de tous. Il s’agit d’un sub cardioïde, équipé de 2 woofers de 12” à grande excursion, placés dans une chambre à bande passante filtrante, ce qui leur donne un bénéfice d’environ 15 dB. On peut donc compter sur le fait que les basses arrivent vers le public du “ bon ” côté, au lieu de gaspiller inutilement de l’énergie à l’arrière du caisson … Ce nouveau rejeton de la série K est amplifié par un module de Classe D de 1.000 watts et est piloté par un DSP.

SENNHEISER Voici des nouvelles d’Allemagne ! Sennheiser a apporté un nouveau système de SENNHEISER micro sans fil au NAMM. Et naturellement, c’est toujours passionnant, car on Nieuws uit Duitsland! Sennheiser bracht een nieuw draadloos microfoonsysteem peut supposer d’avance que cela va se vendre comme des petits pains … Mais mee naar de NAMM. En dat is natuurlijk altijd boeiend, want je kan op voorhand c’est assez logique quand on sait que ces nouveaux systèmes de micros (XS al wel inschatten dat er heel wat exemplaartjes over de toonbank zullen gaan… wireless 1 et XS wireless 2) sont des solutions très économiques, bien que la Logisch ook, als je weet dat de nieuwe XS wireless 1 en XS wireless 2 mi­firme n’ait pas fait de concessions sur la qualité des produits. Le XS1 crofoonsystemen zeer budgetvriendelijke oplossingen zijn, waarbij se compose de 6 combinaisons de micros différentes, où les toch niet op kwaliteit werd bespaard. XS1 bestaat uit zes ver­émetteurs et les petits micros sont traités pour résister à la schillende microfooncombinaties, waarbij de transmitters en transpiration. On peut utiliser jusqu’à 10 systèmes ensemble. de microfoontjes resistent zijn tegen zweet. Er kunnen tot A noter que Sennheiser a opté pour une évidente facilité tien systemen samen worden gebruikt. Sennheiser heeft d’emploi : même si vous êtes inexpérimenté, vous gekozen voor een opmerkelijk gebruiksgemak. Je kan pouvez, en quelques secondes, goûter aux plaisirs ook als leek in no time het nodige plezier beleven de la série XS ! Un “ chercheur de fréquences ” aan de XS series. Er werd een automatische ‘freintégré choisit automatiquement pour vous. quentiekiezer’ ingebouwd, wat inhoudt dat je Autrement dit, vous vous contentez de brancher simpelweg de microfoon en de ontvanger inschasimplement le micro et le récepteur, et par la kelt, waarna het systeem zelf de beste frequentie suite, c’est le système qui détermine lui-même Sennheiser HD 200 PRO toewijst. Plug en play dus! De XS2 serie komt la meilleure fréquence. Du vrai ‘plug and later dit jaar op de markt, en zal nog steeds heel play’, donc ! La série XS2 arrivera plus tard vriendelijk geprijsd zijn, maar zal iets steviger cette année sur le marché. Elle aussi proposera uitgevoerd worden en zal met een aantal features un prix très attractif, mais sa construction sera worden uitgebreid. Een klein trapje hoger op de un peu plus solide et elle proposera un peu plus ladder dus. De behuizingen van de handmicro’s en de fonctions utiles. Donc, elle se situera un peu de zakzenders zullen in metaal worden uitgevoerd. plus haut dans l’échelle des prix. Les boîtiers des De XS2 bevat twee tuners en is dus een true divermicros à main et des émetteurs seront en métal. sity systeem. Microfoons zullen ook tegen zweet beLe XS2 contient 2 tuners et est donc un vrai stand zijn. Sennheiser wil met de XS series eigenlijk ­‘diversity system’. Les micros seront aussi protégés hun alom geprezen kwaliteit aanbieden, zowel op vlak contre la transpiration. A travers sa série XS, van hoogfrequent alsook klankmatig, maar dan inge­Sennheiser veut en fait proposer sa qualité reconnue pakt in een uiterst overzichtelijk en handig jasje en voordans le monde entier, tant pour la construction que

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

www.prosoundlight.net

11

>>

NAMM 2017

pour le son, mais tout en “ emballant ” le tout dans une enveloppe claire et ­pratique, et avec un prix super-intéressant. Du Sennheiser à des prix d’entrée de gamme, c’est incontestablement une formule à succès !

Cerwin Vega CVX Powered Speakers

>>

al met een super interessant prijskaartje. Sennheiser aan instapprijzen, ongetwijfeld een succesformule!

CERWIN VEGA Cerwin Vega komt met een compleet nieuwe serie actieve speakers. En compleet mag je hier gerust letterlijk nemen! De nieuwe CV serie bestaat immers onderling nog eens uit drie geheel nieuwe lijnen: de CVE, de CVX en de CVXL! Op hun beurt biedt iedere lijn dan nog de keuze uit enkele modellen. Om het overzicht niet te verliezen, vatten we het even kort samen. Wat misschien belangrijk is om weten? Cerwin Vega stelt dat we het verschil tussen de verschillende lijnen niet zo zeer moeten gaan zoeken op vlak van kwaliteit, maar eerder op vlak van de specifieke noden waarvoor de speakers ontwikkeld zijn. De CVE lijn is bijvoorbeeld de meest compacte binnen de nieuwe CV serie. CVE biedt vier modellen. Drie fullrange tweewegontwerpen met 10”, 12” en 15” woofer, en een 18” geladen sub.

De CVE-lijn richt zich zowel op de installatiemarkt als op het mobiele PA-gebruik.

Er zijn riggingpunten voorzien en er zijn ook ophangbeugels beschikbaar. Cerwin Vega geeft mee dat de speakers ook als monitor gebruikt kunnen worden (uitgezonderd de sub uiteraard, tenzij als drumfill). Ideaal voor dj’s, voor het kleinere werk, om het zo uit te drukken. Voor het middelgrote werk kiezen we beter de CVX reeks. Hier kregen de kasten een “touring-finish” en werd alles wat zwaarder uitgevoerd. Hoewel de kasten zelf nog redelijk lichtgewicht blijken te zijn, liggen de prestaties wel wat hoger dan bij de CVE lijn. Er zijn twee fullrange tops beschikbaar, beide tweeweg ontwerpen, met respectievelijk een 10” en een 15” woofer. De bijhorende subs zijn single 18” en 21” geladen. Dat klinkt dus al wat stevi-

Allen & Heath dLive C

CERWIN VEGA Cerwin Vega nous arrive cette année avec une série complète de haut-parleurs actifs. Et quand je dis ‘complète’, vous devez le prendre à la lettre ! En effet, la nouvelle série CV se compose en fait de trois lignes complètement séparées : la CVE, la CVX et la CVXL ! Et à leur tour, chaque ligne propose le choix entre différents modèles. Pour ne pas perdre le fil, nous allons résumer tout cela brièvement : car en fait, qu’est-il important de savoir ? Cerwin Vega nous informe que nous ne devons pas tellement chercher les différences entre les différentes lignes au niveau de la qualité, mais plutôt au niveau des besoins spécifiques par rapport auxquels les haut-parleurs ont été conçus. A titre d’exemple, la ligne CVE est la plus compacte parmi les 3 nouvelles lignes CV. Elle propose 4 modèles. D’abord, 3 modèles fullrange à deux voies, ­respectivement avec un woofer de 10”, de 12” et de 15”, plus un sub équipé d’un 18”. Cette ligne CVE est destinée tant au marché des installations fixes qu’à celui des sonorisations mobiles. Des points d’attache et des attelles de suspension sont disponibles. Cerwin Vega signale que ces haut-parleurs ­peuvent aussi être utilisés comme moniteurs, à l’exception du sub, sauf si c’est pour la batterie. C’est l’idéal pour les DJ, disons, pour des prestations dans des salles pas trop grandes. Pour des manifestations d’ampleur moyenne, il est plus sage de choisir la ligne CVX, qui bénéficie d’une finition de type “ tournées ”, et où tout est construit en plus lourd, donc plus solide. Bien que les enceintes semblent encore appartenir au domaine des “ poids légers ”, leurs prestations sont un peu supérieures à celles de la ligne CVE. Deux ­satellites fullrange sont disponibles, avec, respectivement, un woofer de 10” et de 15”. Les subs assortis renferment un woofer de 18” ou de 21”. Cela ­paraît donc clairement déjà plus costaud … Mais s’il vous en faut encore plus, tournez-vous de préférence vers la ligne CVXL, où vous trouverez un 12”, un 15” et un double 15” pour les fullranges, soutenus dans les graves par un sub de 18” et un sub double de 18”. Que ce dernier modèle n’ait aucune difficulté à faire trembler les jambes de votre pantalon ne me semble pas ­requérir d’explications complémentaires …

ALLEN & HEATH Allen & Heath s’est employé à étoffer sa gamme de consoles et de mixers en rack dLive : les petits nouveaux font partie de la série dLive de Classe C. ­Cette nouvelle série se compose de 3 racks (CDM32, CDM48 et CDM64) et de 3 ‘control surfaces’ (C1500, C2500 et C3500). Cette Classe C est basée sur les mêmes principes que ceux de la série de top niveau, la Classe S, mais elle est beaucoup plus compacte. Le plus petit modèle, le C1500 est même de ­format 19” classique. Ce serait un travail impossible que de résumer toutes les fonctionnalités des consoles dLive. Pour en avoir une bonne idée générale, je conseillerais de faire une petite visite sur le site web de la marque. La série Classe C est particulièrement bien armée pour fonctionner dans des ­environnements où il y a peu de place, mais où un certain nombre de possibilités sont demandées. Je pense ici, par exemple, à des événements qui ont lieu dans les centres culturels. Là-bas, on a souvent besoin d’un grand nombre de canaux d’entrées, mais cela implique que la table de mixage ne peut être logée en régie, et donc, une rangée - voire plusieurs rangées ! - de places assises sont “ sacrifiées ”, tout simplement pour donner place à cette table de mixage !

Dans de telles situations, un mixer digital offre bon nombre d’avantages. Une machine très compacte fait l’ensemble du boulot … De plus, les consoles dLive sont très accessibles et le mixage peut entièrement être réalisé depuis un iPad : dans ce cas, vous n’avez besoin que de votre rack, une ‘control ­ surface’ devient inutile !

LD SYSTEMS Chez Adam Hall, à chaque foire, il y a toujours quelques informations à ­glaner. En ce qui concerne la marque LD Systems, les MAUI 11 et MAUI 28 ont bénéficié d’une mise à jour. Depuis quelques temps, c’est presque ­devenu une tradition que la mention ‘G2’ soit ajoutée à la dénomination type.

Cela est surtout dû au fait que le système est un peu modifié et bénéficie d’un petit “ plus ”. Cette fois encore, il en va de même, bien qu’il faille ­admettre que certains aspects très intéressants ont été ajoutés. Entre autres, on a encore réussi à diminuer le poids en séparant en deux la colonne du système MAUI 11. Et afin de vivre avec son temps, les fonctionnalités ­Bluetooth ont été également ajoutées. Mais l’innovation la plus significative se trouve sans doute dans le fait qu’à partir de maintenant, si on le désire, la colonne peut aussi être pilotée indépendamment du sub. C’est ainsi que, par exemple, il y a aussi du matériel de montage à disposition, ce qui fait dès lors des MAUI des partenaires parfaits pour envisager une installation fixe.

Dans les éditions précédentes, nous avions déjà eu l’occasion de tester certains systèmes MAUI. Et à chaque fois, nous découvrions de bonnes surprises.

Le son n’avait certainement pas de quoi rougir face à celui des “ marques chères ”, alors que les prix pratiqués par LD Systems étaient toujours des plus intéressants ! En tout cas c’est certainement un avantage pour la

12

www.prosoundlight.net

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

­ euxième génération des MAUI 11 et MAUI 28 de s’écarter du principe où d le sub et le top sont “ scellés ” ensemble : les séparer ouvre quantités de ­portes. Voilà qui est malin …

SHURE C’était à prévoir, Shure fête son 50ième anniversaire en proposant une nouvelle version de son micro iconique, le SM58. Ce SM58-50A Limited Edition est semblable au modèle original, mais sa finition est argentée et avec une mention de ce jubilé. Il y a également un SM58-50A Artist Edition qui est liée à une action pour une bonne cause.

MATERIEL D’ECLAIRAGE

Shure SM58-50A Limited Edition

ger… Wil je nog meer, dan schakel je best over op de CVXL reeks, waar we een 12”, een 15” en een dual 15” ontwerp terugvinden voor wat betreft de fullrangers, in het laag ondersteund door een single 18” en een dual 18” sub. Dat die laatste je broekspijpen kan doen wapperen, behoeft waarschijnlijk geen extra uitleg…

ALLEN & HEATH Allen & Heath zorgde voor een uitbreiding van hun dLive consoles en mixracks: de dLive C-klasse. De nieuwe reeks bestaat uit drie racks (CDM32, CDM48 en CDM64) en drie control surfaces (C1500, C2500 en C3500). De C-klasse is opgebouwd rond dezelfde processing als de flagship S-klasse, maar is heel wat compacter. De kleinste telg, de C1500, werd zelfs op 19” formaat uitgevoerd. Het zou volkomen onbegonnen werk zijn om de functionaliteiten van de dLive consoles samen te vatten. Om daar een goed overzicht van te krijgen, raad ik aan om een bezoekje te brengen aan de website. De C-klasse is bijzonder geschikt voor gebruik in omgevingen waar weinig plaats is, maar waar wel heel wat mogelijkheden gevraagd worden. Ik denk daarbij bijvoorbeeld aan evenementen in culturele centra.

Vaak heb je daar een groot aantal ingangskanalen nodig, maar brengt dat met zich mee dat de mengtafel niet past in ‘de regie’, waardoor er een rij (of erger, meerdere rijen) zitplaatsen opgeofferd dient te worden puur en alleen om de mengtafel plaats te geven. Een digitale mixer biedt in dergelijke situaties sowieso al heel wat voordeel. Een uiterst compacte machine maakt het helemaal af… dLive consoles zijn bovendien zeer toegankelijk en er kan ook volledig van op de iPad worden gemixt, waarbij je dus enkel je mixrack nodig hebt, zonder control surface.

CAMEO Cameo, autrement dit, la “ marque d’éclairage ” du groupe Adam Hall, a apporté dans ses valises deux nouvelles moving heads à LED de haute puissance au NAMM : les AURO 300 et 400. Ce sont les vaisseaux-amiraux de la série. Dans les informations disponibles, on ne donnait pas la puissance des LED, mais de visu, on se rendait bien compte qu’il s’agissait de “ candidats ” très sérieux ! A première vue, les deux appareils proposent toutes les fonctionnalités que l’on est en droit d’attendre d’une moving head moderne. Un point bien pratique, c’est que l’écran est alimenté par pile, ce qui permet une configuration en offline.

Ce n’est pas neuf, mais néanmoins très utile … Car dès qu’on a affaire à une ­installation d’une certaine taille, cela occasionne toujours une énorme perte de temps de ne pouvoir configurer tous les appareils que quand ils sont raccordés à l’alimentation secteur. Grâce aux piles, on peut très simplement sélectionner les réglages corrects sur chaque appareil juste avant d’aller le fixer à son emplacement, sur la superstructure tubulaire. Par après, on peut tout câbler à son aise et démarrer dès que c’est fait. Oui, c’est vraiment génial !

ADJ Après une année couronnée de nombreux succès et remplie de nouveautés, voici qu’ADJ propose aussi quelques nouveaux produits en 2017. Trois d’entre eux ont été dévoilés au grand public à Anaheim. Le premier s’appelle la POW-R BAR65, une sorte de bloc multiprises - pour le dire de manière peut être pas très

Cameo Auro 400

LD SYSTEMS Ten huize Adam Hall valt op iedere beurs telkens wel wat nieuws te rapen. Onder merknaam LD Systems kregen de MAUI 11 en de MAUI 28 een update. Het is intussen een beetje traditie geworden dat de ‘G2’ aan de type-benaming wordt toegevoegd. Dat houdt meestal in dat het systeem lichtjes hertekend wordt en wat meer pit krijgt. Dat is deze keer niet anders. Hoewel er toch enkele erg interessante aspecten werden toegevoegd. Onder meer het gewicht kon nog worden gereduceerd, mede door de topzuil van het MAUI 11 systeem op te splitsen. Om met de tijd mee te gaan, werd er ook bluetooth functionaliteit toegevoegd. En de belangrijkste vernieuwing vinden we misschien wel in het feit dat de topzuil vanaf heden, indien gewenst, ook onafhankelijk van de sub kan worden aangestuurd. Zo is er bijvoorbeeld ook montage-hardware ter beschikking, wat de MAUI nu ook de perfecte partner maakt voor het installatiewerk. Wij mochten in het verleden reeds enkele MAUI systemen testen. Ze konden ons eigenlijk keer op keer positief verrassen. De klank hoefde toen zeker niet onder te doen voor deze van vergelijkbare systemen van ‘dure merken’, terwijl het prijskaartje door LD Systems altijd enorm interessant werd gehouden. Het is zeker een voordeel dat de tweede generatie MAUI 11 en MAUI 28 afwijken van het vaste sub-top principe. De opsplitsing opent heel wat deuren. Slimme zet!

SHURE Het was te verwachten, Shure viert z’n 50ste verjaardag met een nieuwe versie van de iconische SM58 microfoon. De SM58-50A Limited Edition is gelijk aan het originele model, maar is in zilver uitgevoerd en met een melding van het jubileum.

Er is ook een SM58-50A Artist Edition die is gekoppeld aan een actie voor het goede doel.

LIGHT GEAR CAMEO Cameo, zeg maar het ‘lichtmerk’ van de Adam Hall group, bracht twee nieuwe high power LED moving heads mee naar de NAMM: de AURO 300 en AURO 400. Het zijn de ‘flagships’ van de serie. In de beschikbare informatie wordt geen led-vermogen opgegeven, maar zien we wel dat het om serieuze jongens gaat. De beide heads bieden op het eerste gezicht alle functionalitei-

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

www.prosoundlight.net

13

>>

NAMM 2017

Tec Awards 2017 Jaarlijks is de uitreiking van de Tec Awards een van de grootste happenings tijdens de NAMM Show. Ze worden door de pro-audiogemeenschap toegekend aan personen, bedrijven en technische innovaties die van belang zijn voor opnametechniek, live optredens, film, televisie, videogames en andere media. Behalve voor bedrijven die de grenzen van geluid verleggen, is er ook oog voor bedenkers van innovatieve producten, en de muzikanten en producers die ze tot leven brengen. Een paar van de winnaars van dit jaar: • • • • • • • • • • • • • • • • • • •

>>

Amplification hardware - studio & sound reinforcement: Crown XLS Drivecore 2 Ancillary equipment: Rupert Neve Designs RNHP Audio apps & hardware/peripherals for smartphone/tables: Avid Pro Tools Dock Computer audio hardware: Universal Audio Apollo Twin DJ production technology: Native Instruments Traktor Kontrol S5 Headphone /earpiece technology: Sennheiser Hd 25 Plus Large format console technology: Solid State Logic System T Microphone preamplifiers: AMS Neve 1073DPX Microphones - recording: Schoeps ORTF-3D Microphones - sound reinforcement: Shure KSM8 Dualdyne Signal processing hardware: Warm Audio WA-2A Signal processing hardware (500-series modules): API 512V Signal processing software (dynamics/eq/utilities): Izotope Ozone 7 Advanced Signal processing software (effects): Soundtoys 5 Small format console technology: Solid State Logic Sigma Delta Sound reinforcement loudspeakers: Meyer Sound mjf-208 Studio monitors: Genelec 8430a IP SAM Wireless technology: Sennheiser Evolution Wireless G3 A-1 Band Workstation technology: Avid Pro Tools 12.3

Tec Awards 2017 Chaque année, l’attribution des ‘Tec Awards’ est l’un des événements les plus important du NAMM Show. Ils sont décernés par la communauté des professionnels de l’audio à des personnes, des entreprises et des innovations techniques estimées comme très importantes pour des domaines comme les techniques d’enregistrement et de scène, les films, la télévision, les jeux vidéo, ainsi que d’autres médias. En plus des prix attribués aux entreprises qui repoussent les limites dans le domaine du son, on se penche également sur le cas des créateurs de produits innovants, ainsi que des musiciens et des producteurs qui les mettent en évidence en leur “ donnant vie ”. Voici quelques-uns des vainqueurs de cette année :

ten die we van een moderne moving head mogen verwachten. Een handig puntje is het batterij-gestuurde display, wat een offline configuratie mogelijk maakt. Dit is niet nieuw, maar wel erg nuttig… Bij een wat grotere setup is het immers steeds een immens tijdverlies om alle fixtures met vaste voeding te gaan configureren. Door de batterij kan je heel eenvoudig voor je gaat riggen de juiste instellingen selecteren. Nadien kan je alles makkelijk bekabelen en kan je meteen van start gaan. Ja, dat is tof!

AMERICAN DJ Na een zeer succesvol jaar vol nieuwigheden, stelt ADJ ook in 2017 enkele nieuwe producten voor. 3 daarvan werden in Anaheim op het publiek losgelaten. Als eerste is er de POW-R BAR65, een soort goed doordachte en vooral stevig uitgevoerde stekkerdoos, om het misschien net iets te oneerbiedig te zeggen. Er zijn zes stopcontacten beschikbaar, in combinatie met een viervoudige usb 3.0 hub en een extra usb-poort om bijvoorbeeld je smartphone op te laden. De behuizing is dusdanig uitgevoerd dat je een smartphone kan plaatsen in de daarvoor voorziene ruimte. De POW-R BAR aansluiten doe je met Powercon. Daarnaast bracht ADJ ook twee instap lichteffecten mee: de BOOM BOX FX1 en BOOM BOX FX2. Het zijn betaalbare oplossingen voor de moderne dj die een beetje variatie wil brengen zonder er al te veel tijd en geld in te steken. De gemiddelde dj kunnen we dus stellen… De beide effecten

American DJ Boom Box FX1

à son avantage - bien pensé et avant tout, très solide. Six prises de courant sont disponibles, ainsi qu’un hub USB 3.0 à 4 prises et un port USB supplémentaire pour, par exemple, recharger un smartphone. Le boîtier est conçu de telle manière qu’on puisse y placer un smartphone dans un espace réservé à cet effet. Raccorder la POW-R BAR au secteur se fait via un connecteur Powercon. A part ça, ADJ a aussi présenté deux jeux de lumière d’entrée de gamme : le BOOM BOX FX1 et le BOOM BOX FX2. Il s’agit de solutions financièrement intéressantes pour les DJ modernes qui veulent apporter un peu de variété dans leur set, mais sans pour cela dépenser trop d’argent. Nous pouvons donc parler de DJ “ moyen ” …

En fait, ces deux effets sont une combinaison de 4 mini-effets lumineux, mais ils sont logés l’un à côté de l’autre, dans un même boîtier. Le FX1 propose un effet de fleur, un ‘laser cluster’ vert / rouge, 8 pièces de LED d’un watt pour obtenir un effet wash, et un mini-effet de beam. Sur le FX2, l’effet de fleur est remplacé par un ensemble de gobos. Ces appareils sont équipés de solides pieds en ­caoutchouc et d’une attelle de suspension très pratique.

MATERIEL POUR DJ AKAI Akai lance 2 nouveaux MPC (séquenceurs-échantillonneurs) qui fonctionnent de manière autonome, donc, sans ordinateur. Le MPC Live semble identique au MPC Touch déjà existant, mais fonctionne donc aussi sans qu’on doive lui adjoindre un ordinateur. Il est équipé d’un écran tactile en couleur de 7”, de 16 pads rétroéclairés et de divers encodeurs. Il renferme 2 GB de mémoire RAM pour les échantillons et 16 GB de mémoire de stockage, et il est aussi possible d’y raccorder directement des disques durs SATA de 2,5”. Point très pratique : en plus d’une alimentation externe, il y a aussi un accu intégré et rechargeable à bord. Signalons aussi des entrées ligne stéréo, une entrée phono, 2 paires de connexions MIDI (entrées et sorties), ainsi que 3 connexions USB 3.0 pour ­raccorder des clefs USB et des contrôleurs.

La seconde machine, le MPCX, est encore un peu plus complète. Elle possède un magnifique écran multi-touch escamotable de 10,1”, 16 pads et 16 encodeurs

14

www.prosoundlight.net

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

zijn eigenlijk telkens een combinatie van vier mini lichteffectjes, naast elkaar geplaatst in één behuizing. De FX1 biedt een flower-effect, een groen/rode cluster laser, 8 stuks 1W led’s voor een washeffect en een mini beam-effectje.

Bij de FX2 werd het flower-effect vervangen door een gobo-wisselaar. De apparaten werden voorzien van stevige rubber pootjes en een handige ophangbeugel.

Akai MPCX

DJ GEAR AKAI Akai introduceert twee nieuwe MPC’s die standalone – dus zonder computer – gebruikt kunnen worden. De MPC Live ziet er hetzelfde uit als de reeds bestaande MPC Touch, maar werkt dus ook zonder computer. Er is een 7” kleurentouchscreen, zestien verlichte pads en diverse encoders. Hij bevat 2GB sampling-ram en 16GB opslaggeheugen. Het is ook mogelijk om 2,5” satadrives direct aan te sluiten. Erg handig is dat er behalve een externe voeding ook een ingebouwde, oplaadbare accu in zit. Verder vinden we stereo line-inputs, phono-input, 2x midi-in/out en drie usb3.0-connectors voor aansluiten van thumb-drives en controllers.

Een stuk uitgebreider nog is de tweede machine, de MPCX. Deze heeft een fraai opklapbaar 10,1” multi-touchscherm, zestien pads en zesten draai-encoders met minidisplay. Verder heeft ie alles wat de MPC Live heeft, inclusief MPC software 2.0, met als extra’s nog cv/gate-outputs (!), 4x midi-in en 4x midi-out.

PIONEER Pioneer gebruikte al een analoog filter van Dave Smith in hun SP-16 sampler, maar nu komen ze in samenwerking met Smith met een complete analoge synth, die Toriaz AS-1 heet. Deze monofone synth, gebaseerd op de DSI Prophet-6, heeft een touchpadkeyboard, een slider en zeven effecten. Er zijn twee vco’s met drie continue variabele golfvormen plus noise, twee vcf ’s (lp en hp), twee envelopes, een lfo en een arpeggiator/stepsequencer. Alle parameters zijn programmeerbaar en er zijn 495 presets plus ruimte voor 495 eigen sounds. De AS-1 heeft stereo outputs, koptelefoonaansluiting, midi-in/out/ thru, usb en een triggerinput.

rotatifs avec mini-écran. A cela près, le MPCX dispose des mêmes caractéristiques que celles du MPC Live, y compris le software MPC 2.0, avec en prime des ­sorties CV / Gate ( !), ainsi que de quadruples entrées et sorties MIDI. PIONEER Pioneer avait déjà eu recours à un filtre Dave Smith pour leur échantillonneur SP-16, mais à présent, voilà que la marque, toujours en collaboration avec Smith, débarque avec un synthé analogique complet et dont le nom est Toriaz AS-1. Ce synthé monophonique, basé sur le DSI Prophet-6, est équipé d’un ­clavier ‘touchpad’, d’un curseur et de 7 effets. Il renferme aussi 2 VCO avec des formes d’ondes variables en continu (plus une source de bruit), 2 VCF (LP et HP), 2 générateurs d’enveloppes, un LFO et un arpégiateur / stepséquenceur.

Tous les paramètres sont programmables, et il y a 495 présélections usine, plus de l’espace mémoire pour 495 sonorités utilisateur. L’AS-1 dispose de sorties ­stéréo, d’une sortie casque, de prises MIDI (In, Out et Thru), d’une connexion USB et d’une entrée ‘trigger’.

advertentie

4 –7. 4. 2017 Frankfurt am Main

Let’s master it.

On stage with the stars of the event technology sector!

At Prolight + Sound 2017 you can meet all the industry’s key players, gain a decisive knowledge edge and discover the technology trends of the future. Here you’ll find the latest innovations and products – in the exhibition halls and open air.

Tickets and information: prolight-sound.com

Experience innovation and expertise at the most important date in the event industry calendar. info@messefrankfurt.be Tél. +32 (0) 2 880 95 88 info@messefrankfurt.nl Tel. +31 (0) 70 262 90 71

64200-015_PLS_Allgemein_MeetMusicMagazine_190x128_GB • FOGRA 39 • CMYK • tg: 13.12.2016

DU:10.01.2017

Belgien - GB

EVENT

ISE 2017 Report Het beursseizoen is in volle gang. Op de NAMM Show is er een beperkt repertoire pro audio en licht, en overheerst het recording & producing gamma. Op de ISE (Integrated Systems Europe) staan er 14 hallen boordevol met een enorm breed spectrum van apparatuur en software (audiovisuele- en ­systeemintegratie, oplossingen biedend voor digital signage, narrowcasting, touchscreens, projectoren et cetera voor ­onder meer (buiten)reclame/-bewegwijzering, retail, infor­ matiedoeleinden, gaming en presentatie) en is er één hal die voorbehouden is aan pro audio. Maar ook hier hielden sommige fabrikanten kaarten de kaarten nog op de borst, in aanloop naar Prolight+Sound in Frankfurt, 4 tot 7 april.

We noemen op deze pagina’s een aantal van de pro audio highlights en we nemen Dante onder de loep. Want het was overal op de ISE ‘Dante spoken here’ dat de klok sloeg.

ADAM HALL Adam Hall presenteerde op de ISE beurs het ondertussen welbekende productengamma, met onder anderen hun verschillende zeer interessante actieve LD Systems speakerreeksen (waarvan we er reeds een aantal mochten testen en hier bespreken in het verleden). We waren steeds opgetogen over de erg hoge kwaliteit/prijs verhouding van deze producten. Het compacte Curve-systeem, dat ons bij de test zeer kon bekoren met zowel de klank als de flexibiliteit waarbij de piepkleine topkastjes als een bouwdoos met elkaar en de woofer konden gecombineerd worden, krijgt nu een uitbreiding voor ‘conference toepassingen’ in de fix-install markt, wat uiteraard helemaal past in de geest van de ISE gedachte.

Bijkomende productiefaciliteiten in Azië hebben er toe geleid dat het reeds indrukwekkende Adam Hall programma het gezelschap krijgt van nog meer producten.

Nieuwe zendmicrofoons bijvoorbeeld. Maar misschien was het meest in het oog springende nieuwtje toch de nieuwe LD Systems DSP 44 K vermogensversterker die op de beurs in première ging. Deze eindversterker werd ontwikkeld in samenwerking met Ram Audio, toch wel een gekende telg in audioland als we over versterkers praten. Bijzondere kenmerken vroeg je? Wel ja… Dante netwerk integratie.

Adam Hall booth

16

www.prosoundlight.net

Ludo Lauwens

La saison des foires bat son plein. Du côté du NAMM Show est exposé un assortiment limité de d’appareils “ son et lumière ” professionnels, où prédominent les domaines de l’enregistrement et de la production. Tandis que du côté de l’ISE (Integrated Systems Europe), il n’y a pas moins de …

14 halls bourrés d’appareils (“en dur” et sous forme de ­softwares) faisant partie d’un spectre d’appareils extrêmement large : audiovisuel et intégration des systèmes, solutions pour toutes formes d’applications digitales, ‘narrowcasting’, écrans tactiles, projecteurs, etc. Les métiers ciblés sont nombreux, comme, entre autres , la publicité, la vente au détail, les technologies de l’information, les jeux et les présentations. Ceci dit, un seul hall est réservé à l’audio ­professionnel. Mais ici aussi, certains constructeurs ont ­gardé un certain nombre de “cartouche”s en réserve, en prévision de la foire Prolight+Sound de Francfort, qui se ­tiendra du 4 au 7 avril. Dans les lignes qui suivent, nous vous présentons pourtant certaines “sorties” dignes d’intérêt dans le domaine de l’audio professionnel, et nous passons le système Dante au crible ! Car incontestablement, cette foire ISE aura vécu sous le signe d’une petite phrase omniprésente : ‘Dante s ­ poken here’ (NdT : (‘Ici, on parle le Dante’).

ADAM HALL Lors de la foire ISE, Adam Hall a présenté sa gamme de produits, qui, avec le temps, commence à être bien connue, et notamment, entre autres, sa très ­intéressante série d’enceintes actives LD Systems, dont nous avons eu l’occasion de tester plusieurs modèles dans les éditions précédentes. A chaque fois, nous étions impressionnés par le rapport qualité /prix exceptionnel de ces produits. Le système compact Curve, lors d’un test, nous avait vraiment convaincu, tant par la qualité de son excellent son que par sa flexibilité, où les minuscules satellites, comme dans un jeu de construction, pouvaient être combinés entre eux et avec le woofer. Et en voici à présent un prolongement dans le domaine des conférences, et donc des installations fixes, un créneau qui est tout à fait dans l’esprit de la foire ISE. Les facilités de production inhérentes à l’Asie ont abouti au fait que le programme d’Adam Hall, déjà très impressionnant, s’étoffe toujours de plus en plus de produits.

Comme par exemple de nouveaux micros émetteurs. Mais ce qui était le plus ­frappant parmi toutes les nouveautés, c’était le nouvel amplificateur de puissance LD Systems DSP 44 K, qui était présenté pour la première fois lors de la foire. Cet étage de puissance a été conçu en collaboration avec Ram Audio, un opérateur bien connu dans le petit monde de l’audio, en tout cas en matière d’amplification.

Avec des caractéristiques particulières, demandez-vous ? Eh bien oui … l’intégration du réseau Dante ! LD Systems saute donc lui aussi dans le train – nommé Dante - en marche. Cela ne vous étonnera pas de savoir que cet amplificateur possède un p ­ rocesseur de signal digital à son bord : on ne s’attend pas à autre chose de nos jours, et surtout pas quand le nom du produit contient les lettres ‘DSP’. Ceci dit, les processeurs utilisés par LD Systems sont vraiment très puissants. L’ampli peut être utilisé en mode 2 ou 4 canaux, et il délivre une puissance vraiment impressionnante de 4 x 1.000 watts sous 4 ou 2 ohms. Et si vous désirez de temps à autre commettre un impair vis-à-vis des normes de niveau sonore, vous pouvez aussi “ bridger ” ­l’appareil pour arriver à 2 x 2.000 watts, et à ce moment, sous 8 ou 4 ohms. Le DSP se préoccupe de la fiabilité des étages de puissance et des hautparleurs, et on lui a aussi adjoint un software qui lui permet de calculer le niveau des filtres (FIR et IIR) adéquat. FIR (ou Finite Impulse Respons filtering), voilà qui n’est pas rien dans cette branche, car voici encore quelques années, seules les grandes (et chères !) marques pouvaient se targuer d’avoir des appareils disposant de ces algorithmes extrêmement intéressants. Bien entendu, on trouve aussi à bord les choses “ normales ”, comme des fonctions d’égalisation et de retard. Via USB ou Ethernet, cet ampli travaillera la main dans la main avec votre ordinateur, d’où vous pourrez tout régler grâce au software de contrôle. Il y a aussi une bibliothèque des présélections pour les séries de haut-parleurs construits par LD Systems. Ce qu’il y a de bien dans ce genre d’amplis, c’est que, dans la pratique, d’une part, on peut opérer une quantité très importante de réglages via un ordinateur, et que, d’autre part, un utilisateur “ ­standard ” ne serait pas aussi à l’aise pour effectuer ces

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

LD Systems springt hier dus ook op de Dante kar. Het zal je niet verwonderen dat de versterker digitale signaalprocessing in huis heeft. Je verwacht niet anders tegenwoordig, zeker al niet als de typebenaming de letters DSP bevat, maar de LD Systems processoren zijn toch wel vrij krachtig. De versterker kan met 2 of met 4 kanalen gebruikt worden en hij levert droogweg een toch wel indrukwekkend vermogen van 4 x 1000 Watt in 4 Ohm of in 2 Ohm belastingen. Wil je de geluidsnormen af en toe een hakje zetten, dan kan je hem ook bridgen, wat 2 x 2000 Watt oplevert, uiteraard dan in 8 Ohm of in 4 Ohm belastingen. De DSP bekommert zich over de veiligheid van de eindtrap en je speakers, en hij heeft ook software binnengelepeld gekregen die hem zowel FIR filtering als IIR filtering laten berekenen. FIR, of Finite Impulse Respons filtering, het is niet niets in deze branche, want nauwelijks enkele jaren geleden waren het toch enkel de grote dure merken die uitpakten met deze zeer interessante algoritmes. Aan boord vinden we uiteraard ook de ‘gewone’ dingen als equalising en een delay functie. De versterker is via USB of Ethernet goede maatjes met je computer, van waaruit je bij middel van de controle software alles kan instellen. Er zit ook een preset-bibliotheek voor de eigen LD luidsprekerreeksen in. Het leuke aan dit soort versterkers is in de praktijk dat je enerzijds via je pc erg uitgebreide instellingen kan maken, terwijl anderzijds de ‘gebruiker’ achter je rug om niet zo makkelijk aan die instellingen kan zitten prutsen, tenzij hij natuurlijk ook die software zou hebben, maar dat is al vergezocht.

L-ACOUSTICS Waar de meeste PA-georiënteerde fabrikanten op de ISE redelijk mysterieus bleven over de echte nieuwigheden (trucje om ons binnenkort naar Frankfurt te lokken), pakte L-Acoustics toch uit met Syva, een nieuw high power speaker systeem. Het meest opvallende aan dit systeem is de zuil, waarin 6 midrange speakers samenwerken met 3 tweeters in het midden van de zuil, en dat alles in een redelijk opvallende elegante vormgeving: een zuil met een soort (vrouwelijk aandoende?) J-shaped kronkel. Die zuil wordt normaliter gemonteerd bovenop de baskast. L-Acoustics wil dus duidelijk meespelen in de steeds groter wordende markt van de zuil-gebaseerde PA-systemen. Een erg handig alternatief overigens, voor wie in niet al te reusachtige ruimtes toch op een handige en vlot opstelbare wijze het voordeel van line-array afstraling wil meepikken zonder meteen levensechte arrays te moeten gaan riggen.

Voor de ietwat speciale en in het oog springende opstelling van de speakers werd de naam ‘segment source’ bedacht. De afstraling gebeurt horizontaal over een brede 140° hoek, terwijl de verticale bundeling nominaal op 26° uitkomt. Daardoor bereik je een mooie uniforme horizontale covering (overigens veel uniformer dan met trapeziumvormige kastjes die naast elkaar opgesteld staan) terwijl de verticale bundeling zorgt voor een reikwijdte van 35 meter. Dat is natuurlijk allemaal strikt verbonden met de wetten van de fysica en dergelijk reikwijdte krijg je dan ook slechts met zuilsystemen van deze grootte orde.

Laat dat duidelijk zijn: het systeem speelt in een andere liga dan sets die met aanzienlijk kleinere zuiltjes werken. We hebben Syva uiteraard nog niet in realiteit kunnen beluisteren (leverbaar vanaf juni 2017) maar met een dergelijk systeem moet het ‘op zicht’ toch mogelijk zijn om heel wat PA situaties en ook geluidsversterkingen in culturele centra en dergelijke met de van L-Acoustics bekende kwaliteitsmaatstaven onder de knie te krijgen. Het modern ogende design zal daarbij zeker ook bijdragen tot de goede perceptie. De bijbehorende baskasten heten Syva Low en Syva Sub. De fabrikant claimt een maximaal haalbaar niveau van 142 dB SPL, wat ons theoretisch een redelijk realistische inschatting lijkt als we even vergelijken met praktijkervaringen met andere systemen van dergelijk kaliber. Syva Low is bewoond door 2 stuks 12” drivers die in de kelder afdalen tot 40 Hz. Syva Sub doet het met 1 enkele 12” driver. Je kan beide combineren en door de mutuele koppeling van beide modules zakt de weergavegrens dan tot een lekkere 27 Hz. Een LA4X versterkte controller is in staat om maximaal 4 Syva behuizingen de poweren. Het gebruik van ‘slechts’ 12” woofers doet dus duidelijk niets af aan de bascapaciteiten van het systeem, omdat de samenwerking van meer dan 1 woofer uiteraard akoestisch leidt tot de genoemde mutuele koppeling, maar 12” woofers zorgen natuurlijk wel voor een mooi slank design dat netjes past bij het zuilconcept van de ‘bovenbouw’. Voor toepassingen in bijvoorbeeld culturele centra is dat een optisch aspect dat toch ook vaak mee in overweging genomen wordt. Geheel in die denkwereld is er trouwens ook een RAL-kleuren programma voorzien, zodat ook qua kleur het Syva systeem geheel in elke architectonische omgeving naadloos kan passen. Voor de montage van LD Systems DSP 44 K

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

L-Acoustics Syva 1

réglages, à moins, bien e­ ntendu, qu’il ne dispose de ce software, mais là, ce serait “ pousser le bouchon ” un peu loin …

L-ACOUSTICS Là où la plupart des constructeurs orientés surtout vers la sonorisation restaient ­assez mystérieux lors de la foire ISE sur leurs “ vraies ” nouveautés (un petit truc pour nous attirer sous peu à la foire de Francfort), L-Acoustics a débarqué avec Syva, un nouveau système de haut-parleurs de haute puissance. L’élément le plus en vue dans ce système, c’est sa colonne, où 6 haut-parleurs de médiums travaillent avec 3 tweeters logés au milieu de la colonne, le tout étant présenté sous le couvert d’une esthétique élégante, apte à capter tous les regards : une colonne avec une sorte de courbe en forme de ‘J’. Cette colonne est normalement montée sur le ­caisson des graves. Il est donc clair que L-Acoustics entend pleinement jouer un rôle dans le marché, toujours plus important, des systèmes de sonorisations basés sur les colonnes. C’est d’ailleurs une alternative des plus pratiques, quand on ­désire, dans des lieux pas très spacieux, bénéficier des avantages de la dispersion ­sonore des line arrays sans pour autant devoir monter de véritables arrays “ grandeur nature ”, mais au contraire, en utilisant un matériel monté aussi facilement que ­rapidement ! En ce qui concerne la dispersion sonire, à la fois un peu spéciale et ­intrigante, la firme a imaginé le nom ‘segment source’ pour la désigner. La ­dispersion horizontale est de 140°, alors que le faisceau vertical arrive à une valeur nominale de 26°. Grâce à ces caractéristiques, on obtient une belle couverture ­horizontale – en tout cas beaucoup plus uniforme qu’avec des enceintes de forme trapézoïdale placées les unes à côté des autres – tandis que le faisceau vertical ­atteint une portée de 35 mètres. Tout cela est évidemment lié aux lois immuables de la physique acoustique, et une telle portée ne peut être atteinte qu’avec un ­système de colonne de cet ordre.

Soyons bien clairs à ce sujet : ce système appartient à une autre catégorie, ­nettement supérieure à celle des sets qui fonctionnent avec des colonnes nettement plus petites ! Bien entendu, nous n’avons pas encore eu l’occasion d’entendre Syva en réalité, puisque ces haut-parleurs ne seront disponibles qu’à partir de juin 2017.

Mais avec un tel système, rien qu’en l’estimant de visu et en tenant compte des normes de qualité bien connues de L-Acoustics, il doit être possible de maîtriser bon nombre de situations, tant dans le cas de sonorisations de concerts que des ­systèmes d’amplifications adéquats dans des centres culturels et d’autres lieux ­semblables. Et le design, qui affiche un look moderne, contribuera certainement à la bonne impression générale. Les caissons de basses assortis ont pour nom Syva Low et Syva Sub. Le constructeur promet un niveau maximum de 142 dB SPL, ce qui nous paraît une estimation aussi raisonnable que réaliste, si nous la comparons à d’autres systèmes de calibre similaire rencontrés en pratique, dans l’exercice de notre métier. Syva Low renferme 2 haut-parleurs de 12” qui “ descendent dans la

www.prosoundlight.net

17

>>

>>

EM Acoustics ESP-series

Axiom ED23

de zuiltjes op de basunit is er een AutoConnect plug-and-play koppeling voorhanden, maar je hoeft niet eens de zuiltjes op de subs te monteren, want er zijn ook voorzieningen voorhanden om de zuiltjes aan de wand op te hangen, te vliegen, op een statief op te stellen of op de grond (of podium) te plaatsen met een vloerplaat.

cave ”, jusqu’à 40 Hz, alors que Syva Sub se contente d’un seul haut-parleur de 12”. On peut les combiner ensemble, et en couplant les deux modules, on arrive même à une délicieux “ frontière ” qui assure la restitution jusqu’à … 27 Hz ! Un contrôleur amplifié LA4X est capable d’alimenter un maximum de 4 enceintes Syva. Le fait de n’utiliser “ que ” des woofers de 12” n’affecte donc aucunement les capacités de restitution des basses du système, car acoustiquement, la présence de plus d’un woofer résulte bien entendu en un “ couplage ” des sources sonores, mais le choix de haut-parleurs de 12” permet aussi d’assurer un design relativement étroit qui s’associe à merveille au concept des colonnes choisies pour la partie ­supérieure. A titre d’exemple, dans un centre culturel, l’aspect visuel du système est une composante qui est quand même souvent prise en considération. D’ailleurs, toujours dans le même ordre d’idées, tout un programme basé sur les couleurs RAL est prévu, de sorte qu’au niveau des couleurs, le système Syva puisse, d’un point de vue architectural, s’intégrer harmonieusement dans n’importe quel ­environnement. Pour le montage des colonnes sur les unités de basses, un système de connexions (AutoConnect plug-and-play) est disponible, mais il n’est même pas indispensable de monter les petites colonnes sur les subs, car plusieurs accessoires sont aussi à votre disposition : pour fixer les colonnes au mur, pour les suspendre, pour les monter sur un statif, ou encore, pour les poser au sol (ou sur un podium), sur une plaque de sol stabilisatrice.

QSC QSC greep de ISE beurs aan om hun nieuwe Q-SYS I/O-8 Flex Channel Expander voor te stellen. De naam uitspreken vergt wellicht enige oefening, maar het systeem is wel interessant. Het gaat eigenlijk over een uitbreiding van het Q-SYS softwareplatform, dat loopt op een standaard Dell server. Hiermee mikt men vooral op de audiovisuele markt, waarbij de gebruiker zowel audio als video als andere signalen onder handen krijgt voor diverse hardware. De doelgroep situeert zich dus in de wereld van de conferentiezalen. De fysische afmetingen van het basistoestel zijn gelijk aan de QSC versterkers uit de SPA reeks. Er zijn 8 flexibele audio inputs/outputs beschikbaar die door de gebruiker gemakkelijk per kanaal kunnen worden geconfigureerd als een volledig gebalanceerde mic/line input met fantoomvoeding of als een uitgang op lijnniveau. Er wordt gebruik gemaakt van een door QSC ontwikkelde technologie die reeds eerder gelanceerd werd in de Q-SYS Core 110f processor van QSC. De gebruiker kan die configuratie doen via de Q-SYS Designer Software.

Interessant kan ook het feit zijn, dat er een DC power input op zit die bij stroomuitval voor een redundantie kan zorgen. De Expander voorziet eigenlijk in een locale omzettingsmogelijkheid van Audio naar USB, zodat een integratie mogelijk wordt met soft codec applicaties zoals bijvoorbeeld Skype for Business of GoToMeeting enz. Tevens is er aansluiting voorzien voor GPIO en RS232, wat in de praktijk mogelijkheden opent voor het creëren van push-to-talk of push-to-mute functies met bijbehorende sturing van een idicatieLEDje op de microfoon van de betrokken spreker, zoals bij elk zichzelf respecterend conferentiesysteem. Bovendien is het systeem aansluitbaar op elk apparaat dat werkt met een seriële controle interface. Op die manier vervalt de noodzaak aan een bekabeling tussen de units via kabeltjes met meerdere geleiders. Een standaard netwerkkabel neemt die taak over.

EM ACOUSTICS EM Acoustics zal bij de meeste audiomensen misschien niet direct een belletje doen rinkelen, maar deze onafhankelijke Britse boxenfabrikant is niettemin een specialist in line arrays en luidsprekersystemen die in eerste instantie bedoeld zijn voor cultuadvertentie

QSC QSC est venu à la foire ISE afin de présenter son nouveau système, Q-SYS I/O-8 Flex Channel Expander. D’accord, prononcer un tel nom demande un peu de ­pratique, mais le système n’en est pas moins intéressant ! En fait, il s’agit d’un ­nouveau développement de la plateforme du software Q-SYS, qui fonctionne sur base d’un serveur Dell standard. A travers ce dispositif, la firme cible avant tout le marché de l’audiovisuel, où l’utilisateur doit composer avec des signaux audio, vidéo et autres, destinés à divers matériels. Le groupe-cible se situe donc dans le monde des salles de conférences. Les dimensions physiques de l’appareil de base sont semblables aux amplificateurs QSC de la série SPA. On dispose de 8 entrées et sorties audio très flexibles et qui peuvent être facilement configurées par l’utilisateur, par canal : soit comme une entrée micro / ligne parfaitement symétrique avec son alimentation fantôme, soit comme une sortie de niveau ligne. A cet effet, la firme fait appel à une technologie qu’elle avait elle-même déjà développée auparavant et qu’elle avait lancée via son processeur Q-SYS Core 110f. L’utilisateur est à même d’assurer cette configuration via le software Q-SYS Designer. Autre caractéristique qui peut aussi être intéressante, le fait qu’il y a une entrée pour une alimentation en courant continu : cette dernière peut prendre le relais en cas de coupure de courant.

En fait, via une possibilité de conversion locale, l’Expander prévoit le passage de l’audio vers l’USB, de sorte qu’une intégration devient possible dans le cadre d’applications Soft Codec, comme par exemple Skype for Business ou GoToMeeting, etc. De plus, des connexions sont prévues via GPIO et RS232, ce qui, dans la pratique, ouvre des possibilités pour créer des fonctions ‘push-to-talk’ ou ‘push-to-mute’ en les associant à une gestion via des indicateurs à LED sur le micro de la personne concernée, comme cela existe sur tous les systèmes de conférence qui se respectent.

De plus, ce système peut se connecter à n’importe quel appareil qui dispose d’une interface de contrôle s­ érielle. De cette manière, la nécessité d’un câblage entre les appareils via de petits câbles à plusieurs conducteurs devient superflue : un câble de réseau standard peut prendre le relais pour assurer cette tâche.

EM ACOUSTICS Pour la plupart des gens qui exercent un métier dans l’audio, le nom EM Acoustics ne fera sans doute pas ‘tilt’ directement, mais cela n’empêche pas ce constructeur d’enceintes, britannique et indépendant, d’être néanmoins un spécialiste dans le ­domaine des line arrays et des systèmes de haut-parleurs qui sont destinés en priorité aux centres culturels, aux salles de spectacles, etc. Ces enceintes anglaises ont également toujours eu bonne presse auprès des fans de hifi, et donc, cela induit un certain niveau d’exigences. D’ailleurs, le constructeur possède quelques séries d’excellents haut-parleurs dans son assortiment. En tout cas, EM Acoustics a choisi la foire ISE 2017 pour lancer sa nouvelle série ESP. Il s’agit d’un trio d’enceintes actives et multifonctionnelles, destinées à des applications live, trio composé de l’ESP-8, de l’ESP-12 et de l’ESP-15S. L’ESP-8 et l’ESP-12 (oui, oui, vous avez déjà

18

www.prosoundlight.net

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

rele centra, spektakelzalen enz. Engelse boxen hebben ook bij de hifi fanaten altijd al een goede naam gehad, dus dat zet toch bepaalde verwachtingen. De fabrikant heeft overigens enkele zeer knappe luidsprekerlijnen in het programma. EM Acoustics koos ISE 2017 uit voor de lancering van hun nieuwe ESP serie. Een stel van drie actieve multifunctionele luidsprekerkasten voor live toepassingen, dat bestaat uit de ESP-8, de ESP-12 en de ESP-15S. De ESP-8 en de ESP-12 (jaja, de luidsprekerafmetingen kan je al raden) zijn opgebouwd rond een coaxiaal design. Dat concept is niet nieuw, maar we zagen het in het verleden al wel vaker gebruikt (o.a. ook door Tannoy, landgenoot van EM Acoustics) en haast bij al dit soort ontwerpen bekomt men een echte point-source uitstraling wat toch weer net een ander rustig klankgevoel realiseert dan veel combinaties die aparte woofers en tweeters inzetten. Alleen al daarom is het vermeldenswaard dat EM dit soort ontwerpen op de markt zet. De uitstralingshoek van de ESP-8 en de ESP-12 is door het coaxiale concept mooi uniform en ligt bij 100° conisch, dus de horizontale spreiding en de verticale spreiding zijn gelijk. Geen line array gedrag, maar wel een erg mooi off-axis klankbeeld. Dit maakt deze speakers tot een ideaal alternatief voor toepassingen in niet al te grote zalen waar de draagkracht van een line array niet nodig is. Vooral bij spraakweer­ gave, of ook als front fill luidspreker, of eventueel zelfs als compacte monitor kan dit fraaie resultaten opleveren. De ingebouwde versterkermodules zijn moderne klasse D ontwerpen en werden voorzien van de tegenwoordig onvermijdelijke DSP processing. Een goede limiter maakt het werk af. De ESP-15S is dan de bijbehorende compacte subwoofer die op een klassiek basreflex principe steunt. Een onderste weergavegrens van 45 Hz is misschien niet spectaculair te noemen, maar het voldoet voor de genoemde toepassingen prima. Er zitten trouwens 4 presets in voor de DSP, wat de subwoofer perfect aanpasbaar maakt bij elke systeemconfiguratie.

AXIOM Het is niet de eerste keer dat we belangstellend op een beurs naar Axiom speakers stonden te kijken. Daar maakten we reeds eerder melding van. De invoerder (Heuff) is bovendien bekend om de zorg waarmee merken als Axiom maar ook Proel en ­Fohhn in de markt geplaatst worden. Axiom presenteerde op ISE, naast zuilen, ook een luidsprekerlijn die bedoeld is voor de install-markt. Speciaal is toch wel de hoorn die onderaan breder uitstraalt en bovenaan een smallere uitstralingshoek bezit. Bij een gepaste, wat gekantelde ophanging, bekom je daarmee een ideale combinatie waarbij de bredere uitstraling onderaan voor een uniform verdeeld nearfield veld zorgt, terwijl de meer gerichte uitstraling van het bovenste deel van de hoorn de draagkracht verhoogt en dus eigenlijk far field werkt. Voor toepassingen waarbij we niet willen terugvallen op gecompliceerde ‘grote’ systemen, is dit een merkwaardige en efficiënte oplossing bij vast in zalen opgehangen luidprekers. Axiom heeft ook goed nagedacht en wéét dat bij dit soort toepassingen de gebruiker niet gediend is met supergrote frontoppervlakken. Het moet vaak optisch ook nog mooi integreren in de ruimte. Daarom werd de basreflex opening op de achterzijde aangebracht, zodat het frontje alweer een fractie kleiner kon blijven. Voor pakweg 3000 euro per ‘kant’ heb je bij Axiom een actief systeem met een 12” 2 weg topkast en een 18” sub. Dat is geen discount prijs, maar voor de geboden kwaliteit is het toch best wel een koopje. De kleine passieve ED23P is een box die je in ‘liggend’ formaat kan gebruiken, en daarbij blijft hij lekker laag van hoogte, zodat hij ook voor frontfill toepassingen vooraan op een podium erg geschikt is. De nominale impedantie van 32 Ohm maakt, dat je er verschillende gewoon in parallel kan aansluiten zonder dat je versterker daarvan gaat zweten. Dat is op zich ook al een argument om toch eens naar Axiom te surfen.

FOHHN Deutsche Grundlichkeit, ja, het bestaat nog steeds bij een aantal luidsprekerfabrikanten, en Fohhn is er daar eentje van. Misschien ken je wel de majestueuze hoge en forse klankzuilen van dit merk, waarbij per computer aan actieve beamsturing kan gedaan worden? Elke speaker apart aansturen met een uitgekiende delay en correctie, en het resultaat is een geluidsbundel die precies daar landt waar je hem wil hebben.

Maar Fohhn maakt ook meer ‘conventioneel’ ogende kasten. Opmerkelijk is bijvoorbeeld het PT-70 systeem, waarbij een soort schuif op de achterzijde er voor zorgt dat je de afstraling van de box kan regelen tussen het stralingspatroon dat we gewend zijn van een gewone basreflexbox en een cardioïde patroon. Dat laatste is mogelijk omdat de uitstraling aan de achterzijde bij geopende schuif zodanig is berekend dat ze samen met de frontale uitstraling in fase gehoord wordt door het publiek in de zaal, terwijl de afstanden zodanig gedimensioneerd zijn dat voor een luisteraar die zicht achter de box bevindt, de ruguitstraling van lagere tonen grotendeels in tegenfase loopt met de frontuitstraling, waardoor het daar in dat basbereik relatief rustig en stil blijft.

Dit cardioïde stralingspatroon is bovendien continu regelbaar, omdat je dat luik achteraan uiteraard meer open of toe kan schuiven. Een 2x12” tweewegsysteem, met een 1,4” hoog-driver zorgt bovendien voor een krachtig geluid. Je koopt het systeem best met een bijbehorende Fohhn versterker die, wat dacht je wel…, de meest geschikte en op de kast afgestemde DSP processing aan boord heeft.

Q-SYS I/O-8 Flex Channel Expander.

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

deviné la dimension de leurs woofers !) sont conçues sur base d’un design coaxial : ce concept n’est pas nouveau, mais dans le passé, il était utilisé plus souvent (entre autres par Tannoy, compatriote d’EM Acoustics). Et comme c’est le cas de pratiquement tous ces types d’enceintes, l’auditeur bénéficie d’une diffusion venant d’une source qui semble unique, ce qui provoque une sensation auditive tout autre que celle diffusée par des woofers et des tweeters séparés. Déjà rien que pour cela, il est utile de signaler qu’EM Acoustics propose des projets de ce type. L’angle de dispersion de l’ESP-8 et de l’ESP-12, grâce au concept coaxial, est joliment uniforme et a la forme d’un cône de 100°, donc, les dispersions horizontale et verticale sont identiques. Pas de sensation de type line array, mais une très belle image sonore ‘off-axis’. Cela fait de ces haut-parleurs une alternative idéale pour des applications situées dans des salles pas trop grandes et où la portée d’une line array n’est pas ­nécessaire. Ils peuvent donner d’excellents résultats, avant tout pour la transmission de la parole, mais aussi comme haut-parleur de façade, ou même éventuellement, comme moniteur compact. Les modules d’amplification intégrés sont de Classe D, de conception récente, et ils sont équipés d’un processeur DSP, incontournable de nos jours, tandis qu’un bon limiteur parachève le “ menu ”. Passons à l’ESP-15S, qui est donc le sub compact assorti et qui est basé sur le principe classique du bass reflex. Sa restitution sonore atteint les 45 Hz dans les graves, ce qui n’est peut-être pas très spectaculaire, mais cela conviendra parfaitement aux applications évoquées ci-dessus. Par ailleurs, le DSP contient 4 présélections, ce qui rend ce sub ­parfaitement adaptable à n’importe quel type de configuration de système sonore.

AXIOM Ce n’est pas la première fois que nous nous trouvons à une foire, en train de ­regarder avec grand intérêt des enceintes Axiom, comme nous l’avons d’ailleurs déjà mentionné auparavant. En plus, Heuff, l’importateur, est connu pour le soin avec lequel il a choisi de distribuer sur le marché des marques comme Axiom, mais aussi comme Proel et Fohhn. Lors de cette foire ISE, Axiom a aussi présenté, à côté de ses colonnes, une ligne de haut-parleurs qui est destinée au marché des ­installations fixes. Caractéristique tout à fait spécifique : la trompe des enceintes, dont l’angle de dispersion est plus large en bas qu’en haut ! Grâce à cela, à condition de suspendre l’enceinte suivant une inclinaison adéquate, on arrive à une combinaison idéale : la dispersion plus grande en dessous permet une diffusion uniforme dans un champ ‘near field’, alors que la dispersion du dessus de la trompe, plus concentrée, augmente la portée et fonctionne donc en ‘far field’. Pour des applications où ­l’utilisateur ne veut pas se lancer dans de “ grands systèmes compliqués ”, voici une solution intéressante et efficace si l’on installe de tels haut-parleurs à demeure dans une salle. A noter qu’Axiom a bien réfléchi : la firme sait pertinemment bien que pour ce genre d’application, l’utilisateur n’est pas porté à choisir des surfaces “ frontales ” conséquentes, et qu’il faut aussi, très souvent, intégrer une réflexion “ optique ”, donc esthétique, pour équiper un tel espace. C’est pourquoi la firme a opté pour un évent bass reflex situé en face arrière, de manière à ce que la face avant puisse rester un peu plus petite.

Pour environ 3.000 euros par “ côté ”, Axiom peut vous fournir un système actif composé d’un satellite de 12” à 2 voies et d’un sub de 18”. Bien sûr, il ne s’agit pas de prix ‘discount’, mais par rapport à la qualité offerte, on peut affirmer que cela reste une “ affaire ” ! Passons à l’ED23P, une petite enceinte passive qui peut être utilisée en position “ couchée ”, et qui propose ainsi une hauteur qui reste modeste, de sorte qu’on peut l’utiliser aussi en façade de manière très adéquate. Son impédance nominale de 32 ohms permet de raccorder plusieurs exemplaires en parallèle sans que l’ampli n’en souffre pour autant. En soi, voilà un argument de plus pour aller visiter le site web d’Axiom …

FOHHN La ‘Deutsche Gründlichkeit’ (NdT : la ‘rigueur allemande’) , oui, cela existe encore chez un certain nombre de constructeurs de haut-parleurs, et Fohhn est l’un d’entre eux. Peut-être connaissez-vous les colonnes sonores de la marque, majestueuses, tout en hauteur et en puissance, et que l’on peut régler par ordinateur, via beam steering ? Avec la capacité de gérer chaque haut-parleur séparément, en lui assignant un retard et des corrections appropriés … Et le résultat ? Eh bien, un ensemble ­sonore qui fait exactement ce que vous vouliez faire ! Mais Fohhn construit aussi des enceintes plus conventionnelles. Par exemple, voyez le remarquable système PT-70, avec son espèce de “ glissière ” en face arrière : elle sert à régler la dispersion de l’enceinte entre une dispersion à laquelle nous sommes habitués, celle d’une enceinte à bass reflex, et une dispersion de type cardioïde. Cette dernière est possible, car la dispersion en face arrière quand la glissière est ouverte est calculée de telle manière que le public qui se trouve dans la salle l’entend en phase avec la dispersion frontale, alors que les écarts sont dimensionnés de telle façon que, pour un auditeur qui se trouve derrière l’enceinte, la dispersion arrière des sonorités graves est en grande partie en inversion de phase par rapport à la dispersion de la face avant. Le résultat, c’est que, à cet endroit, le registre des basses est relativement calme. De plus, cette dispersion de type cardioïde est réglable en continu, car bien entendu, la glissière à l’arrière peut être plus ou moins ouverte. Par ailleurs, l’enceinte est équipée d’un système à deux voies : 2 woofers de 12” et un driver d’aiguës de 1,4”, de quoi a­ ssurer un son des plus solides ! L’idéal est d’acheter le système avec un ampli F ­ ohhn assorti, qui, vous vous en doutiez … est présenté comme étant le mieux adapté et possèdant à son bord un DSP dont le processing est spécialement réglé pour convenir au mieux aux enceintes en question.

www.prosoundlight.net

19

LIVE SOUND

Audinate: Dante spoken here Ludo Lauwens

Dante kende aanvankelijk een slow start, maar is inmiddels helemaal ‘up and running’. Op de ISE-beurs in februari, in de Rai, Amsterdam, was het zelfs de ‘talk of the town’. Bij vrijwel iedere stand in de audiohal was het bordje ‘Dante spoken here’ te vinden. De firma achter deze software, Audinate, lanceerde op ISE 2017 de volgende stap: de Dante Domain Manager.

Het lijkt intussen al een kleine eeuwigheid geleden, dat de geluidsmensen sprakeloos stonden te kijken naar digitaal werkende mengtafels. Fascinerend leek het: je kon bijvoorbeeld bij een PA zomaar op elk kanaal elke beschikbare bewerking doen, zonder dat je een loodzwaar en peperduur side-rack moest meezeulen naar de FOH-plaats. IJverig werd er werk van gemaakt om het nieuwe digitale speeltje te installeren in een stevige flightcase, waarbij de onvermijdelijke multikabel tussen het podium en de zaal van de aloude analoge mengtafel verhuisde naar de digitale tafel. En kijk, nauwelijks was de rekening betaald, of daar kwamen de fabrikanten alweer met een nieuw idee: in plaats van al je analoge signalen van het podium naar de zaal (en terug) te leiden via die dure en onhandige multicore, kon je toch beter je microfoon preamps op het podium in een rack opstellen, en ter plaatse digitaliseren.

Dan transporteer je heel je audio-verhaal via een handige seriële datastroom.

Het dwingende feit dat de preamps vanzelfsprekend correct moeten uitgestuurd worden (gain-regeling) werd opgelost door deze analoge headamps een digitaal aanstuurbare gainregeling te geven, en als die sturing mee in de seriële datastroom wordt opgenomen, dan volstaat toch een eenvoudige verbinding tussen podium en FOH om alle signaaltransport in het digitale domein te houden. Analoge audiosignalen blijven beperkt tot het podium.

Au départ, Dante a connu un début assez lent, mais après depuis temps, le voici tout à fait ‘up and running’. A la foire ISE de février, dans les locaux du RAI d’Amsterdam, c’était même le sujet sur toutes les lèvres. Vraiment : sur chaque stand présent dans le hall audio, le mot d’ordre était : “ici, on parle ... Dante” ! La firme qui est à l’origine de ce software, Audinate, avait lancé lors de l’ISE de 2017 la phase suivante : le Dante Domain Manager.

Cela paraît à présent s’être passé il y a des siècles : tous les techniciens-son restaient sans voix, les yeux écarquillés devant les tables de mixages qui fonctionnaient sur base de la technologie digitale. Cela paraissait même fascinant : par exemple, lors d’une sonorisation, on pouvait, sur n’importe quel canal, effectuer n’importe quelle manipulation, sans que l’on doive pour autant disposer d’un rack - aussi lourd par son poids que par son prix – à proximité du poste central de sonorisation.

On avait alors beaucoup travaillé pour installer ce nouveau jouet digital dans un flight-case, opération au cours de laquelle l’incontournable multicâble reliant la scène à la salle n’arrivait plus vers une table de mixage analogique, mais où il “ déménageait ” vers une table digitale. Et vous savez quoi ? Cette dernière était à peine payée que les constructeurs débarquaient encore une fois avec une nouvelle idée : au lieu de faire transiter les signaux audio du podium vers la salle et vice-versa via ce coûteux câble ‘multicore’, ce serait bien plus facile de placer les

NETWERKEN Aanvankelijk was het voor de hand liggend dat hierbij peer-to-peer gewerkt werd (van een brontoestel naar een ontvangend toestel), zoals bij het MADI idee, maar al snel begreep de audio-industrie dat netwerken een veel interessanter perspectief boden. Een overtuiging die overigens binnen de sector na-

20

www.prosoundlight.net

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

dien ook navolging vond in de videowereld en bij lichtsturingen.

De keuze voor een fysische verbinding was niet moeilijk: ethernet-based systemen kunnen immers rekenen op een wijde verspreiding van reeds bestaande hardware. We denken dan aan bijvoorbeeld routers en CAT-5 kabel etc. Dingen die door de massaproductie heel goedkoop op de markt waren en zijn, en die hun strepen reeds verdiend hadden in de computer- en ICT-wereld. Hierdoor vermeden de fabrikanten de dure en vaak moeizame ontwikkeling van een nieuwe ‘digitale audio-interface’, want uiteindelijk maakt het niet uit wat de betekenis is van de getransporteerde data. Audio, video, iets anders… het zijn tenslotte allemaal gewoon nullen en eentjes die op reis moeten.

DANTE CONTROLLER Hiermee barstte de wedloop los, waarbij fabrikanten op de proppen kwamen met een bepaald protocol, een ‘manier’ waarop de seriële datastroom moest opgebouwd worden. Uiteraard zijn de verschillende hersenspinsels op dat vlak niet compatibel met elkaar. De meesten onder ons zullen al wel ergens wat namen tegen gekomen zijn, zoals Ethersound, CobraNet, AES50, etc.

De Australische firma Audinate gooide zo ‘haar’ oplossing op de markt: DANTE. Al snel bleek dit in de praktijk een bijzonder gebruiksvriendelijk protocol te zijn. Dat is belangrijk, want voor veel gebruikers in de pro-audio sector was (en is) netwerking niet echt hun ding, en het configureren van een netwerk is niet de core-business van deze mensen. Zij willen met audio ‘spelen’. Liefst zo ongecompliceerd mogelijk, maar graag ook met alle mogelijkheden die een netwerk biedt. Daartoe leverde Audinate een ‘Dante Controller’, een stukje software dat je op je computer installeert en waarmee je die PC als het ware integreert in het netwerk. Op die wijze ontstond een heel simpele tool om binnen je netwerk te gaan bepalen welke input van welk ­toestel er nu precies met welke output van welk toestel moet kunnen praten.

DANTE DOMAIN MANAGER Op ISE 2017 pakte Audinate nu uit met de lancering en een demonstratie van de logische verderontwikkeling van de Dante Controller: de Dante Domain Manager. De DDM maakt audionetwerking veiliger, meer schaalbaar en ­beter te managen. De bedoeling is, om ook bij grote installaties met verschillende locaties en verschillende betrokken personen, overzichtelijk te kunnen omspringen met de configuraties en de wijzigingen die hierin aangebracht kunnen worden. Het systeem is servergebaseerd en iedere gebruiker dient zich met een unieke username en een password aan te melden, waarna hij toegang krijgt tot de acties die voor hem vrijgegeven werden. Zo kan niemand dingen gaan her-patchen of wijzigen, waar hij of zij in feite beter zou afblijven, en men kan ook op elk moment nagaan wie wanneer welke verandering heeft ingesteld. Daartoe komt in het vierde kwartaal van dit jaar nog een uitbreiding bij de DMM in verband met de directe checkmogelijkheden, rapporten en alarmen. Op deze wijze kunnen grote complexe systemen, die

préamplis micro dans un rack qui resterait sur la scène … et de tout digitaliser sur place ! Ensuite, il suffirait de transporter tout ce “ tintouin audio ” via un flux de données sériel, des plus pratiques ! Une difficulté se présente, celle, évidente, qui exige que le gain de chaque préampli soit, bien entendu, réglé correctement. Mais ce problème se règle facilement en équipant ces préamplis analogiques d’un réglage de gain pilotable digitalement. Et une fois que cette fonction est intégrée dans le flux de données sériel, il suffit alors de créer une simple connexion entre le podium et la sonorisation pour conserver tous les transports de signaux dans le domaine digital. Bref, les signaux audio restent “ cantonnés ” à la scène …

RÉSEAUX Au départ, il semblait évident qu’il fallait travailler en ‘peer-to-peer’ (donc, d’un appareil source vers un appareil récepteur), comme c’est le cas du concept MADI, mais assez rapidement, l’industrie de l’audio a compris que l’utilisation de réseaux offraient des perspectives nettement plus intéressantes. Une conviction qui, une fois acquise dans ce secteur, s’étendit tout aussitôt vers les domaines de la vidéo et de l’éclairage. Le choix d’une connexion physique n’était pas possible : les systèmes basés sur Ethernet doivent compter une grande dispersion de matériel déjà existant. Pensons dans ce cas aux routers, aux câbles CAT-5, etc. Toutes choses qui étaient (et sont encore) très bon marché de par leur production en masse, et qui avaient gagné leurs galons depuis longtemps dans le petit monde des ordinateurs et des TIC. C’est pourquoi les constructeurs ont évité la conception, toujours chère et souvent compliquée, d’une nouvelle interface “ digital-audio ”, car finalement, la nature des données transportées n’était pas importante : que ce soit de l’audio, de la vidéo, ou autre chose … finalement, ce n’était jamais que de petits “ zéros ” et de petits “ uns ” qui se déplaçaient …

LE CONTRÔLEUR DANTE C’est ainsi que commença la course à qui trouverait la meilleure solution : chaque constructeur débarquait avec un protocole déterminé, une certaine “ ­manière ” suivant laquelle le flux de données sériel devait être agencé … mais bien entendu, les différents programmes n’étaient pas compatibles ! La plupart de nos lecteurs auront sans doute croisé des noms tels que Ethersound, CobraNet, AES50, etc. C’est alors que la firme australienne Audinate lança “ sa ” solution sur le marché : DANTE était né ! Assez vite, dans la pratique, il apparut que ce protocole était particulièrement facile d’emploi. Ce qui est très important, car pour beaucoup d’utilisateurs dans le secteur audio “ pro ”, travailler via un réseau n’était pas (et n’est toujours pas !) leur “ tasse de thé ” ; d’ailleurs, configurer un réseau ne fait pas partie du ‘core business’ de ces techniciens. Leur “ truc ”, c’est l’audio ! Si possible, de la manière la moins compliquée qui soit, mais néanmoins en profitant de tous les avantages que permet un réseau. A cette fin, Audinate a conçu un ‘Dante Controller’, un petit software que l’on installe sur son ordinateur et grâce auquel ce PC se trouve intégré dans le réseau en question. C’est ainsi qu’est né un outil très simple qui permet, au sein de votre réseau, de déterminer précisément que telle entrée de tel appareil va pouvoir

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

www.prosoundlight.net

21

>>

Dante Domain Manager

“ converser ” avec telle sortie de tel appareil …

>>

zich ook in verschillende ruimtes kunnen bevinden, zinvol ingedeeld worden in domeinen, waarbij de geschikte personen toegang krijgen tot de voor hen relevante acties.

DANTE SPOKEN HERE Het belang van deze ontwikkeling werd overigens op ISE 2017 subtiel in de verf gezet. Op veruit het merendeel van de standen die ‘ergens’ iets met audio te maken hadden, vond je het bordje ‘Dante spoken here’. Het eerste Dante product werd in 2008 op de markt gebracht via een upgrade voor de firmware van de Dolby Lake Processor. Vrij snel volgden nieuwe toepassingen binnen de strikt professionele audio- en broadcastwereld, eerst binnen de fabrikanten rond de Lake groep, maar nadien ook door talloze andere ­ontwikkelaars en merken. De groep van constructeurs die al snel een Dante adept werden (Allen & Heath, Ashly Audio, Behringer, Bosch, Bose, BSS Audio, DiGiCo, Dolby, Electro-Voice, Focusrite, JoeCo, Lab-gruppen, Peavey, Shure, Soundcraft, Solid State Logic, Symetrix, Telex, Whirlwind, Presonus, Yamaha,...) is momenteel aangegroeid tot een indrukwekkende lijst van vaak tot de verbeelding sprekende merknamen. De doorbraak is op verschillende domeinen een feit, ook buiten de eigenlijke PA-wereld. Zo ook bijvoorbeeld bij de conferentiesystemen die de grote microfoonmerken ons aanbieden.

IP-GEBASEERDE IMPLEMENTATIES Dante heeft van in het begin gewerkt met volledig IP-gebaseerde implementaties, omdat het Dante protocol niet alleen de IEEE 1588-2002 standaard gebruikt (dat is een standaard voor synchronisatie) maar ook UDP/IP voor het audiotransport. Dante speelde ook vrij direct in op de nieuwe standaarden die ontwikkeld werden voor netwerken, op het moment van het op de markt verschijnen van Dante. Audinate ontwikkelde dus bijvoorbeeld versies van Dante die gebruik maken van het (toen) nieuwe AVB protocol bij Ethernet, en ook van de IEEE 802.1AS standaard voor synchronisatie en RTP transport protocols.

Voor wat betreft de audio datastroom is het Dante protocol origineel ont­ worpen voor ofwel 512 x 512 audiokanalen (dus telkens 512 kanalen in de twee transportrichtingen) met een samplerate van 48kHz bij 24bit woordlengte ofwel voor 1024 bi-directionele kanalen audio. In een formaat 96kHz/24bit wordt dan dit maximum mogelijke aantal kanalen gehalveerd.

De toepassingen zijn echter nog ruimer. Kijken we bijvoorbeeld naar de ­Mackie DL32R mixer, dan zien we dat de Dante verbinding met de nieuwe Hardware Controller DC16 (testbericht volgt) in wezen dient voor commandogebonden dataoverdracht, want de uiteindelijke audio signaalverwerking blijft in de rackmixer zelf, op het podium dus. Een ontwikkeling die elke ­audiowerker dus zeker moet volgen: Dante spoken here.

22

www.prosoundlight.net

DANTE DOMAIN MANAGER Lors de l’ISE de 2017, Audinate s’est donc présenté pour lancer, démonstration à l’appui, ce qui paraît être la suite logique du Dante Controller : le Dante Domain Manager. Ce DDM confère une meilleure fiabilité quand on travaille avec de l’audio via un réseau, est plus souple et est plus facile à gérer. L’objectif est, même si on a affaire à de grandes installations dispersées en plusieurs endroits et à différentes personnes concernées, de pouvoir garder une vue générale et ­ordonnée, et de pouvoir “ jongler ” avec les configurations et les modifications qui sont utilisées. Le système est basé sur un serveur, et il suffit à chaque ­utilisateur de se connecter via un nom d’utilisateur et un mot de passe, ce qui lui donne accès aux manœuvres pour lesquelles il a reçu une autorisation. De cette manière, personne ne peut modifier des domaines qui ne le concernent pas, mais en plus, en permanence, on peut vérifier qui a opéré telle modification à tel moment. En “ prime ”, dans le courant du dernier trimestre de l’année, il y aura un développement supplémentaire du DDM dans le domaine axé sur les contrôles immédiats : vérifications, rapports et alarmes. De cette manière, des systèmes complexes et de grande taille, qui peuvent se trouver dans différentes pièces, ­seront répartis, après mûre réflexion, en différents domaines où les personnes adéquates n’auront accès qu’aux opérations pour lesquelles elles sont prévues. “ ICI, ON PARLE … DANTE ” !

L’importance de ce développement a été subtilement mise en lumière lors de l’ISE 2017. La majorité – et de très loin ! – des stands qui avaient “ quelque chose à voir ” avec l’audio affichaient un petit panneau sur lequel était inscrit “ Dante spoken here ” ! Le premier produit Dante a été commercialisé en 2008, via une mise à jour pour le firmware du processeur Dolby Lake. Très vite, de nouvelles applications ont vu le jour dans le monde très fermé de l’audio et de la radio professionnels, tout d’abord dans le cercle des constructeurs proches du groupe Lake, mais par la suite, également pour d’innombrables autres concepteurs et marques. Le groupe de constructeurs qui sont rapidement devenus des adeptes de Dante (Allen & Heath, Ashly Audio, Behringer, Bosch, Bose, BSS Audio, ­DiGiCo, Dolby, Electro-Voice, Focusrite, JoeCo, les groupes de Lab, Peavey, Shure, Soundcraft, Solid State Logic, Symetrix, Telex, Whirlwind, Presonus, ­Yamaha, etc.) est encore en train de s’étoffer pour devenir une liste de marques impressionnante, défiant l’imagination ! Cette extraordinaire “ percée commerciale ” est à présent un fait, et dans différents domaines, même en dehors du monde de la sonorisation. A titre d’exemple, c’est aussi le cas des systèmes utilisés pour les conférences que nous proposent les grandes marques de micros.

IMPLÉMENTATIONS BASÉES SUR DES IP Dès le départ, Dante a fonctionné avec des implémentations totalement basées sur des IP, et ce, non seulement parce que le protocole Dante utilise le standard IEEE 1588-2002 (il s’agit d’un standard de synchronisation), mais en plus, il ­utilise aussi la norme UDP/IP pour le transport de l’audio. Dante eut aussi une influence assez directe sur les nouveaux standards qui ont été développé pour les réseaux, dès le moment où il fit son apparition sur le marché. Audinate développa donc, par exemple, des versions de Dante qui faisaient appel au nouveau (à l’époque) protocole AVB pour l’Ethernet, ainsi qu’au standard IEEE 802.1AS pour la synchronisation, sans oublier les protocoles de transport RTP. En ce qui concerne le flux des données audio, le protocole Dante, à l’origine, avait été conçu soit pour 512 x 512 canaux audio (donc 512 canaux de transport dans les deux sens), sur base d’une vitesse d’échantillonnage de 48 kHz et une longueur de mot de 24 bits, soit pour 1.024 canaux audio bidirectionnels. Si l’on opte pour un format de type 96 kHz et 24 bits, ce maximum de canaux possible est réduit de moitié. Le champ d’application en est d’autant plus vaste. Si nous examinons, par exemple, la table de mixage Mackie DL32R, nous constatons que la connexion Dante sert en fait à opérer des transferts de données avec le nouveau Hardware Controller DC16 (un test suivra bientôt), car le traitement final du ­signal audio se fait dans le mixer (au format rack), donc sur le podium même.

Il s’agit donc d’une évolution que toute personne et/ou firme concernée par l’audio se doit de suivre attentivement : “ Dante spoken here ” !

EVENTS

Prolight+Sound Frankfurt 4-7 april 2017

Prolight+Sound is de grootste internationale vakbeurs voor evenement- en communicatietechniek, audiovisuele producties en entertainment. De beurs is onderverdeeld in de volgende productgroepen: * audio technology * lighting technology * communication technology * theatre and stage technology * media technology * video communications * systems integration.

Prolight+Sound vindt plaats van dinsdag 5 tot en met vrijdag 8 april 2016. De hallenverdeling tussen het Musikmesse-deel en het Prolight+Sound deel wordt dit jaar geheel op de schop genomen. Eigenlijk wisselen ze gewoon stuivertje.

Omdat de licht en geluid markt hard groeit is er meer ruimte nodig voor Prolight+Sound. Musikmesse vindt plaats van donderdag 7 tot en met zondag 10 april.

De Prolight+Sound hallen zullen als volgt ingedeeld worden: Hall 3.0 - Light + Stage * Hall 3.1/4.1 – Audio + Sound * Hall 4.0 - Light + Multimedia * Hall 4.1 - Audio + AV-Systems * Hall 5.0 - Light + Enertainment * Forum.0 – Education + Associations * Grote systemen zullen in de openlucht gedemonstreerd worden.

ProLight + Sound est la plus grande foire internationale spécialisée pour les techniques d’événements et de communication, ainsi que pour les productions audiovisuelles et de loisirs. La foire est répartie selon les groupes de produits suivants : * la technologie de l’audio * la technologie de l’éclairage * la technologie de la communication * la technologie du théâtre et de la scène * la technologie des médias * les communications par la vidéo * les systèmes d’intégration.

ProLight + Sound aura lieu du mardi 05 au vendredi 08 avril 2016. Cette année, la répartition entre la partie réservée à la Musikmesse et à ProLight + Sound a été complètement “chamboulée”. En fait, il s’agit tout simplement d’un changement d’approche : étant donné que les marchés de l’éclairage et de la sonorisation sont en pleine croissance, la foire ProLight + Sound a besoin de plus de place. Du coup, la Musikmesse aura lieu du jeudi 07 au dimanche 10 avril inclus.

Les halls réservés à la foire ProLight + Sound seront répartis comme suit : Hall 3.0 Light + Stage * Hall 3.1/4.1 – Audio + Sound * Hall 4.0 - Light + Multimedia * Hall 4.1 - Audio + AV-Systems * Hall 5.0 - Light + Enertainment * Forum.0 – Education + Associations * Les systèmes de très grande ampleur feront l’objet de démonstrations en plein air.

Tal van belangrijke spelers zullen aanwezig zijn, zoals Adam Hall, Altman, Amptown, Audio-Technica, Ayrton, Chain Master, Chauvet, Clay Paky, Coda Audio, dbTechnologies, Digico, DPA Microphones, ETC – Electronic Theatre Controls, FBT Elettronica, Gerriets, GLP German Light Products, JB-Lighting, Klotz, L-Acoustics, Lawo, MA Lighting, Martin Professional, Meyer Sound, Monacor International, Music & Lights, nivtec-flexibel, Panasonic, Prolyte Group, Riedel, ROBE Lighting, Sennheiser en SGM Light. Ook zullen de PIPA’s weer uitgereikt worden, de Prolight + Sound International Press Award (PIPA), waaraan Meet Music Magazine/Pro Sound & Light ook meewerkt.

De awards worden 7 April 2016 bekendgemaakt en uitgereikt in de ‘Europa’ room (Hall 4.0) na afloop van de beursdag.

Une kyrielle d’intervenants importants seront présents, comme Adam Hall, Altman, Amptown, Audio-Technica, Ayrton, Chain Master, Chauvet, Clay Paky, Coda Audio, dbTechnologies, Digico, DPA Microphones, ETC – Electronic Theatre Controls, FBT Elettronica, Gerriets, GLP German Light Products, JB-Lighting, Klotz, L-Acoustics, Lawo, MA Lighting, Martin Professional, Meyer Sound, Monacor International, Music & Lights, nivtec-flexibel, Panasonic, Prolyte Group, Riedel, ROBE Lighting, Sennheiser et SGM Light. Les ‘PIPA’ seront de nouveau attribués : ils s’agit des ‘Prolight + Sound International Press Award’, donc PIPA en abrégé. Ces distinctions honorifiques seront révélées le 07 avril 2016 et remises dans la salle ‘Europa’ (Hall 4.0), à l’issue de la foire.

www.pls.messefrankfurt.com

www.pls.messefrankfurt.com

PRO SOUND & LIGHT 2017/332

www.prosoundlight.net

23