MijnStadMijnDorp Historisch Tijdschrift Overijssel, april-mei 2010

Page 1

MIJN

MIJN

STAD DORP

HISTORISCH TIJDSCHRIFT OVERIJSSEL

N0

1

APRIL-MEI 2010 | €5,95

Ad van Liempt:

Voor het vuurpeloton:

Oorlogsvermisten

De levenswil van Selma Wijnberg, overlevende van Sobibor.

‘Als je deze brieft ontvangt, liefste vrouw, dan zal ik er al niet meer wezen.’

DNA-onderzoek biedt hoop. Eerste resultaten.

En verder: Kolff. Kampen. Kunstnier • Fabrikante en feministe Molkenboer • V-2 zaait dood en verderf in Luttenberg • En meer...

Oorlog in Overijssel historischcentrumoverijssel


2 advertentie

Hier had uw advertentie kunnen staan.


Op de voorpagina: de Duitse fotograaf Otto Kropf, die in mei 1940 onderweg was met een eenheid van de Duitse propagandadienst, maakte ook foto's in Staphorst.

3

Van uitgever en redactie

MijnStadMijnDorp O

verijssel zit vol geschiedenis.Van nul en ver daarvoor tot nu, van IJssel tot Dinkel, van Linde en Reest tot Schipbeek, op een oppervlakte van 3.421 vierkante kilometer. De ruim

1.1 miljoen inwoners van deze provincie hebben allemaal hun eigen verleden, hun eigen herinneringen, hun eigen verhaal, hun eigen stad, hun eigen dorp. Ze zijn hier geboren en getogen, net als hun voorouders misschien; of ze komen van over de grens. Hoe dan ook, ze wonen in één van de tegenwoordig 25 Overijsselse gemeenten. Of ze zich daarmee ook Overijsselaar willen noemen, is een andere vraag. Maar de geschiedenis kan er zeker aan bijdragen, dat ze zich hier thuis voelen of thuis gáán voelen. Tegelijkertijd kan die geschiedenis oude banden, met

Een opening, ergens in een stad of een dorp in Overijssel. Onder de lezers of lezeressen die deze foto kunnen plaatsen en dateren, en daarover nadere informatie kunnen verschaffen, worden drie abonnementen op MijnStadMijnDorp verloot.

elders of met een andere tijd, aanhalen en bevestigen. Geschiedenis is een wezenlijk onderdeel van het menselijk bestaan en raakt aan je wortels. Je kunt dat ook uitdrukken in termen als ‘roots’ of ‘identiteit’. En net als met muziek heb ook met geschiedenis verschillende soorten en smaken, genres. MijnStadMijnDorp Historisch Tijdschrift Overijssel wil aan dit alles vorm en inhoud geven. De hoofdtitel laat zien dat het plaatselijk element in het nieuwe blad een belangrijk accent zal krijgen, maar zonder daarbij de bredere context te vergeten. Personen of plaatsen, gebeurtenissen, ontwikkelingen, ideeën: ze staan nooit op zichzelf. Al is het natuurlijk niet altijd mogelijk of wenselijk om dat te laten zien. Maar toch, een verhaal over Overdinkel of Kuinre, Buurse of Oldemarkt - om maar eens de meest oostelijke, westelijke, zuidelijke en noordelijke plaatsen van Overijssel te noemen – kan ook de moeite waard zijn voor lezers van een andere plek. Zelfs als hun belangstelling niet direct is gericht op de geschiedenis.

Geschiedenis leeft! Het gaat hier dan ook om een publiekstijdschrift, dat, in en buiten de provincie, nieuwe belangstelling wil wekken voor het verleden van Overijssel. Het zal regelmatig terugkerende en vaste rubrieken kennen, wisselende thema’s, advertenties, aankondigingen en mededelingen, verwijzingen naar relevante websites en waar mogelijk aansluiten bij de actualiteit, onderwerpen op de agenda zetten, het wil opiniërend zijn. Het is nadrukkelijk de bedoeling van uitgever en redactie om liefhebbers van de Overijsselse geschiedenis een stem te geven en ze waar mogelijk bij het tijdschrift te betrekken. En zo te laten zien dat ‘Geschiedenis leeft!’

I


4 inhoud

1e jaargang april - mei 2010

10 6

18

Thema levenswil van Selma 6 DeWijnberg

Rubrieken

Selma Wijnberg (1922) overleefde, als één van de zeer weinigen, vernietigingskamp Sobibor.

9 18

Ad van Liempt en de geschiedenis ná zijn eindexamen

de werkplaats van de geschiedenis 10 In- Oorlog in filmblik. - Oorlogserfgoed ontsloten. - Als je deze brief ontvangt, liefste vrouw, dan zal ik er al niet meer wezen.’

- Op weg met de Canon van Overijssel. de klas 17 Met Een tentoonstelling maken. de plek van 21 Naar De V-2 in Luttenberg.

Historicus van het jaar.

fascinatie van 22 De Herman Broers en professor Kolff.

Oorlogsvermist

de beeldbank 24 Uit Vermoord: drie kwartier voor het einde van de oorlog.

DNA-onderzoek biedt hoop.

dan… 25 Als… Een ‘vergeten’ codewoord.


5

Wim Coster, hoofdredacteur

Eerste nummer

B

ijna 65 jaar na het einde van de Duitse bezetting van Nederland staat de Tweede Wereldoorlog nog volop in de belangstelling. Nog steeds komt nieuwe informatie naar voren uit archieven, via nooit eerder vertelde verhalen, door nieuwe onderzoekstechnieken; nieuwe inzichten ook, soms van direct betrokkenen. De oorlog en haar doorwerking, ‘de oor-

log na de oorlog’, is bij uitstek een terrein dat laat zien hoe geschiedenis leeft en ons bestaan mede bepaalt. Met de aanstaande viering van 65 jaar bevrijding leek het de redactie van het nieuwe MijnStadMijnDorp Historisch Tijdschrift Overijssel dan ook een terechte gedachte het eerste nummer van de eerste jaargang aan de Tweede Wereldoorlog te wijden. En zo krijgen de lezers alvast een vooruitblik op het boek dat Ad van Liempt, historicus van het jaar 2009, schreef over een bijzondere vrouw: Selma Wijnberg, 93 inmiddels. Zij overleefde de verschrikkingen van Sobibor en de opstand in dit Poolse vernietigingskamp. Het boek zal op 12 april verschijnen. Ook de recente zoektochten naar oorlogsvermisten, met behulp van DNA-onderzoeken, komen

28

aan de orde; mede naar aanleiding van het proefschrift Op een onbekende plaats begraven van Truus de Witte. Schrijnend zijn de brieven die Jacobus van den Kerkhoff schreef aan zijn vrouw en zijn zoon, slechts enkele uren vóór hij in oktober 1942 als gijzelaar werd gefusilleerd. De brieven zijn, met vele andere, te vinden in de collectie oorlogsmateriaal van het Historisch Centrum Overijssel. Een instelling die archieven beheert vanuit en voor de provincie Overijssel. Het HCO komt daarom in deze eerste aflevering uitgebreid voor het voetlicht, zoals dat in volgende afleveringen het geval zal zijn met collega-instellingen, musea, verenigingen, stichtingen, kringen, kortom: organisaties met de geschiedenis van Overijssel als werkterrein. Maar al is het hoofdthema dan ‘de oorlog’, er komen in dit nummer ook andere onderwerpen aan de orde; zoals dat steeds het geval zal zijn, al dan niet in een

26

Biografie

regelmatige rubriek. Enkele van die rubrieken komen nu reeds voorbij. Een vaste

Hermanna Elisabeth Molkenboer-Trip: fabrikante en feministe.

plaats is er bijvoorbeeld voor ‘De werkplaats van de geschiedenis’, ‘De fascinatie van’, ‘Biografie’, de agenda, de signalering van nieuwe historische boeken en andere media. Zo mogelijk wordt meer informatie aangeboden via

28

Dwarsverbonden: geschiedenis en de kunsten

www.historischcentrumoverijssel.nl. Suggesties van lezers en lezeressen zijn altijd

Een podium voor Van der Capellen.

van harte welkom, want MijnStadMijnDorp wil een tijdschrift zijn vóór en dóór

30

Op reis door de provincie

32

Overijssels boek van het jaar

34

Uitgelicht

35

Agenda

36

Mededelingen van de IJsselacademie en de VORG

iedereen die de geschiedenis van Overijssel een warm hart toedraagt!

Op reportage in de Noord-Westhoek.

Reacties: msmdhto@historischcentrumoverijssel.nl Zie ook: www.historischcentrumoverijssel.nl

Tien genomineerden.

Op een onbekende plaats begraven.

I


6

Selma Wijnberg anno 2009 in haar woning in Bradford, nabij New York, samen met haar kleindochter Tagan. En Nederland op de achtergrond.

Inzet pagina 7: hotel Wijnberg, Veemarkt 23 Zwolle, na de oorlog.

De levenswil van Selma Wijnberg (1922) overleefde, als één van de zeer weinigen, vernietigingskamp Sobibor. In april 2010 verschijnt in de Holocaust Bibliotheek van Uitgeverij Verbum in Laren haar levensverhaal, geschreven door programmamaker/auteur Ad van Liempt. Hier een impressie van zijn onderzoek en van zijn verhaal.


Door Ad van Liempt

7

Foto: Nanda Plasschaert

T

achtig jaar geleden kwam ze als klein meisje

steeds beklemmender maakten. Selma werkte nog

van zeven jaar met haar ouders vanuit

enige tijd in de huishouding bij een echtpaar in

Groningen in Zwolle wonen. Haar vader en

Apeldoorn en besloot in september 1942 onder te

moeder begonnen er een hotel, eerst aan de

duiken. Ze kwam in De Bilt terecht, en bleef maar een

tegenwoordige Harm Smeengekade, twee jaar later

paar maanden uit handen van de nazi’s. Ze werd het

aan de Veemarkt. Het hotel was koosjer, gericht op

slachtoffer van verraad. Hoe precies is niet meer te

joodse veehandelaren. De familie Wijnberg was zelf

achterhalen, maar het is wel zeker dat ze werd opge-

joods. En dat heeft het leven van de kleine Selma (die

pakt door de uiterst actieve jodenjagers van de

toen nog Saartje werd genoemd) volledig bepaald. Nu

Utrechtse politie, die onder leiding van hoofdrecher-

woont ze al sinds de jaren vijftig in de Verenigde

cheur Jan Smorenburg stad en omgeving afstroopten

Staten: Selma Wijnberg, de enige Nederlandse vrouw

op zoek naar onderduikers.

die een half jaar in het vernietigingskamp Sobibor

Selma belandde via het politiebureau van Utrecht in

heeft doorgebracht en er levend uitgekomen is.

de gevangenis van Amsterdam en van daaruit in con-

Ze is niet erg bekend in Nederland. Ze heeft Zwolle -

centratiekamp Vught, waar ze ruim een maand lang in

en dus Nederland - in het begin van de jaren vijftig

de wasserij werkte. Eind maart 1943 ging ze op trans-

verlaten met gevoelens van bitterheid over de manier

port naar Westerbork. Ze kwam er terecht in barak

waarop ze hier na de oorlog was behandeld. Ze wilde

57, de strafbarak. Een week later ging ze op transport,

niets meer met haar vaderland te maken hebben. Dat

met 2019 anderen, naar Sobibor, in Oost-Polen, dicht-

is eigenlijk nog steeds zo, maar op het eind van haar

bij de grens met de Sovjet-Unie.

leven wil ze toch nog een keer haar levensverhaal vertellen.

Met Chaim in Sobibor

En zo zit ik in september 2009 tegenover haar, in haar

Sobibor is een synoniem voor de dood. Vrijwel alle

favoriete kamer in het elegante houten huis in het

joden werden vanuit de treinwagons direct in de gas-

stadje Branford, twee uur rijden van New York City.

kamer van het kamp gedreven en vermoord. Bij som-

Ze vertelt in een vermakelijk mengsel van Engels en

mige transporten werden enkele tientallen gevange-

Nederlands, ze klaagt over haar beperkte geheugen,

nen uit de rijen geplukt en geselecteerd voor werk.

en merkt tegelijkertijd dat haar steeds meer flarden te

Dat waren de klussen die de SS’ers van Sobibor zelf

binnen schieten. Herinneringen aan haar jeugd in

niet wilden doen: de lijken uit de gaskamers halen en

Zwolle, waar ze na school vier keer in de week naar

naar het verbrandingsrooster brengen, of, zoals in het

een joodse bijbelschool moest. En aan het hotel, waar

geval van Selma, de kleding van de vermoorde joden

ze haar broer Bram moest assisteren bij de danslessen

selecteren.

die hij aan de Zwolse jeugd gaf.

Op transport na verraad Zwolle had een levendige joodse gemeenschap waarvan hotel Wijnberg in veel opzichten het middelpunt was. Daar was dan ook duidelijk de dreiging te voelen toen de Duitsers binnengevallen waren en, vanaf begin 1941, de anti-joodse maatregelen het leven

Selma Wijnberg Zij overleefde Sobibor


8

Selma achter de kassa in Amerika.

slechts enkele tientallen joodse gevangenen uit

inkomsten, en overal gevaar. Pas in mei 1945 ontstond

Sobibor ontvlucht; van hen hebben er 47 de oorlog

de mogelijkheid naar de Zwarte Zee door te reizen en

overleefd, onder wie Chaim Engel en Selma

vandaar, per boot, terug naar Nederland te gaan.

Wijnberg.

Onderweg sloeg het noodlot opnieuw toe: hun toen tien maanden oude zoontje Emiel overleed aan boord

Dat werk heeft Selma ruim een half jaar moeten

Overleven in Polen

doen. Ze ontmoette er de Pool Chaim Engel, met wie

In het van antisemitisme vergeven Polen van 1943

ze bevriend raakte. ‘Chaim heeft mijn leven gered, hij

moesten zij zien te overleven. Chaim had in het kamp,

Van Zwolle naar Amerika

heeft me er doorgesleept’, zegt Selma herhaaldelijk.

met gevaar voor eigen leven, goud en diamanten uit

In juni 1945 waren Chaim en Selma terug in Zwolle, in

In het onmenselijke regime van Sobibor was geen

kleding van vermoorde joden kunnen achterhouden.

het hotel aan de Veemarkt. Ze voelden zich allesbe-

gevangene zijn of haar leven zeker. De kampbewakers

Daarmee kon hij een onderduikplek betalen, een zol-

halve welkom, zeker toen er problemen ontstonden

hadden volmacht om iedereen te mishandelen, te

der boven een paardenstal, waar Chaim en Selma in

rond de verblijfsvergunning van Chaim. Diep teleur-

martelen en te doden. Zonder enige reden, en zonder

negen maanden niet vanaf mochten komen. Ze zaten

gesteld verlieten ze Nederland. Ze gingen hun geluk

enige controle. Wie ziek was, werd direct gedood.

daar in een paradoxale situatie: de situatie was onein-

beproeven in Israël. Maar ook daar konden ze niet

Toen Selma typhus kreeg was ze ten dode opgeschre-

dig slecht, met weinig eten, ondraaglijke jeuk door

aarden - Chaim wilde er weg. Ze emigreerden naar de

ven, maar Chaim en enkele vriendinnen hielden haar

schurft, overal ratten en muizen - en tegelijk waren ze

Verenigde Staten, waar ze hun twee kinderen hebben

zo goed mogelijk verborgen voor de bewakers.

verliefd op elkaar geworden. Selma, die aan de situa-

grootgebracht en samen een nieuw leven hebben

Chaim Engel was betrokken bij de groep Russische en

tie ten onder dreigde te gaan, besloot haar gedachten

opgebouwd - het enige paar dat de hel van Sobibor

Poolse joden die uit wanhoop een opstand ontketen-

op te schrijven. Die papiertjes heeft ze altijd bewaard

heeft overleefd.

den, op 14 oktober 1943. Ze lokten verschillende

en kort geleden aan het Washington Memorial

SS’ers naar rustige plekken in de barakken en sloegen

Museum geschonken. Deze aantekeningen zullen in

In 2003 overleed Chaim Engel. Selma lijdt onder de

ze dood met bijlen of staken ze neer met messen.

april in Nederland worden gepubliceerd.

eenzaamheid, maar haar levenswil is ongebroken. Het

Aan het eind van de middag, toen het donker begon

In juni 1944 werden de nazi’s uit het oosten van Polen

onderhoud van de uitgestrekte tuin rond haar huis

te worden, vluchtten de gevangenen de poort uit. De

verjaagd door de Russen. Er brak voor het jonge paar -

doet ze nog altijd zelf. ‘Oma’, zegt haar kleindochter

overgebleven SS’ers openden het vuur, en bovendien

ze zijn toen getrouwd en Selma verwachtte een baby

Tagan, ‘Oma is een character.’

stapten veel gevangenen op een mijn. Daardoor zijn

- opnieuw een moeilijke tijd aan. Geen opvang, geen

van het schip.

I


9

Door Wim Coster

Ad van Liempt en de geschiedenis ná zijn eindexamen hef Geschiedenis’ stond er op zijn visite-

C

nalatigheid van Nederlandse mariniers, omkwamen in

kaartje van de NPS. Toch had Ad van Liempt

een oververhitte trein. Van Liempt ging naar

(1949), vorig jaar verkozen tot ‘historicus van

Indonesië, interviewde daar overlevenden en in

het jaar’, op het gymnasium een bloedhekel

Nederland ook de man die verantwoordelijk werd

aan het vak. Maar dat had alles te maken met de aan-

gesteld. ‘Gruwelijke klassejustitie, die militaire recht-

pak van zijn geschiedenisleraar, een man die alleen

spraak’, was zijn conclusie. In 2002 verscheen het

maar dicteerde en zijn leerlingen blauwe vingers

boek Kopgeld, met de veelzeggende ondertitel

bezorgde. Het kwam allemaal goed.

Nederlandse premiejagers op zoek naar joden, 1943.

Na een klein jaar klassieke talen in Utrecht en de nodi-

Bij de televisie was hij eindredacteur bij uitzendingen

ge sollicitaties kwam hij in 1968 terecht bij de regiona-

van grote evenementen als verkiezingen en herdenkin-

le krant Het Centrum, later opgegaan in het Utrechts

gen, inzamelingen en grote sportgebeurtenissen van

Nieuwsblad. Hij eindigde er als chef nieuwsdienst. In

Olympische Spelen tot WK Voetbal. Aan het eind van

1982 stapte hij over naar de NOS, sinds 1995 de NPS,

de eeuw ruilde hij de actualiteit in voor de geschiede-

en werd er chef, eind- en hoofdredacteur bij het

nis. Hij bedacht en ontwikkelde het toonzettende en

Journaal, NOS-laat en NOVA. De overgang van

inmiddels dubbel onderscheiden programma Andere

Utrecht naar Hilversum betekende ook een overgang

Tijden. De samenleving had volgens hem behoefte aan

van woord naar beeld.

geschiedenis. Hij kreeg gelijk. In 2008 werkte hij mee

Ondertussen ontwikkelde zich zijn belangstelling

aan het multimediale project Verleden van Nederland.

voor geschiedenis, vooral door te lezen. Zoals hij dat

Toen de NPS en de VPRO in 2009 een omroepoverstij-

deed voor zijn eindexamen in 1967. Bij geschiedenis

gende geschiedenisafdeling startten, kreeg Van Liempt

zou het deels gaan over het fascisme. Kort voor hij op

de leiding. De redacties van Andere Tijden, OVT, het

moest, las hij een net verschenen, spraakmakend

digitale kanaal Geschiedenis TV en de website

boek over Hitler. Tijdens het mondeling verwees hij

Geschiedenis kwamen onder zijn leiding. Met de

losjes naar deze vuistdikke biografie van Trevor Roper.

negendelige serie De oorlog, sloot hij per 1 januari

De truc werkte. ‘De gecommitteerde schoot omhoog.

2010 zijn carrière bij de omroep af. Eind vorig jaar werd

“Wat, heb je dat boek gelezen?” Toen ging het alleen

hem voor zijn bijzondere bijdrage aan de ontwikkeling

nog maar daarover’, vertelde hij onlangs in NRC

van de Nederlandse televisie al de Beeld en Geluid

Weekblad. ‘Wat goed uitkwam, de rest had hij niet

Oeuvre Award toegekend.

geleerd.’ Het werd een negen. Hij noemt het een ‘mis-

Hij was voor zijn pensionering al bezig aan een boek

schien wel typerend verhaal.’

over het joodse meisje Selma Wijnberg. Op de pagi-

Sinds de jaren negentig combineerde hij zijn werk bij

na’s 6, 7 en 8 geeft hij een voorbeschouwing op deze

de tv met het schrijven van boeken. Hij schreef een

publicatie, die op 12 april 2010 zal worden gepresen-

geschiedenis van het Journaal, de biografie Bernhard

teerd in Herinneringscentrum Kamp Westerbork. De

1911-2004, en ook - in 2008, vijftig jaar na het lands-

makers van MijnStadMijnDorp Historisch Tijdschrift

kampioenschap - DOS, het wonder van Utrecht. Zijn

Overijssel zijn bijzonder verheugd, dat hij, samen met

andere boeken handelen over zwarte periodes uit de

anderen, ook wil gaan optreden als columnist voor

vaderlandse geschiedenis. De Lijkentrein uit 1997 gaat

het nieuwe medium! Een eerste bijdrage zal in mei

over 47 Indonesische gevangenen die in 1947, door

verschijnen in nummer 2.

I


10 in de werkplaats van de geschiedenis

Terugblikken vanuit Het fragment, 1.23 minuut lang, werd gemaakt met de camera van een Zwolse vader die zijn twee kinderen filmde, op 10 mei 1940. Zonder geluid. Op de achtergrond zijn marcherende Duitse soldaten te zien. Alles verloopt heel ordelijk. Fietsers passeren. Alsof er niets aan de hand is. Zo wordt Zwolle bezet op die eerste oorlogsdag. Het stukje film dook zo maar op uit een particuliere verzameling.

et bevond zich in de collectie beeld en geluid

H

Want het geeft een heel intiem beeld van een joods

ter niet precies bekend was wat er nu allemaal in zat.

van het HCO. Vanuit het project Oorlog in

familieleven in een bijzondere periode.’ De bedoeling

Hoewel er al het nodige van de collectie was vertoond

blik kwamen nog meer films en geluidsopna-

is, al het oorlogsmateriaal op één website te gaan plaat-

via uitzendingen van RTV Oost. De Stichting werd

mes uit de Tweede Wereldoorlog binnen.

sen. De totale collectie van het HCO telt inmiddels

opgeheven en per 1 januari 2004 werden materiaal en

‘Het is één van de kanalen waarlangs bij ons nieuw

zo’n 6.700 items aan bewegend beeld en circa 3.200

apparatuur ondergebracht bij het HCO. Ook de film-

audiovisueel materiaal binnenkomt’, vertelt Roland de

geluidsdocumenten.

collectie van het voormalige Gemeentearchief Zwolle

Jong van het HCO. ‘Nog zo’n voorbeeld. Na een oproep

werd aan dit geheel toegevoegd.

tijdens een filmfestival kwam een mevrouw uit Hattem

Via ADO naar HCO

Die collectie kwam onder beheer van Roland de Jong,

aan met tien 16-mm films van een joodse familie, die in

De basis werd gelegd in 1995, toen het Audiovisueel

wiens loopbaan daarmee een nieuwe wending kreeg,

de jaren dertig naar Nederland was gekomen. Haar

Documentatiecentrum Overijssel, het ADO, werd

zoals dat ook was gebeurd in 1995. Hij kwam toen als

moeder was het kindermeisje van deze bankiersfamilie,

opgericht door de Overijsselse Bibliotheekdienst, RTV

‘laatste erkend gewetensbezwaarde’ en net afgestu-

die afkomstig was uit Mannheim en ging wonen in

Oost en het toenmalige Rijksarchief in Overijssel.

deerd in de Engelse taal- en letterkunde, terecht bij

Amsterdam. Niemand heeft zich er meer voor gemeld.

Jarenlang struinden directeur Dick ter Harmsel en zijn

het Rijksarchief in Overijssel. Vervolgens vond hij zijn

Op de films zijn onder andere beelden te zien van

vrijwilligers alles af, op zoek naar nieuw materiaal. En

weg in het archiefwezen. Het Engels praktiseert hij

vakanties in Duitsland, Frankrijk en Marokko, maar toe-

ook naar apparatuur om het allemaal te kunnen afspe-

sindsdien vooral als zanger en gitarist van de band

vallig ook van Bad Boekelo. Of we deze collectie zelf

len. Het werd een bonte verzameling van VHS, VCC,

Zinc. Zijn belangstelling voor audiovisuele techniek

opnemen of elders gaan onderbrengen, moeten we

Betacam, 8, 16 of 35 mm films en nog veel meer. Toen

heeft te maken met zijn muziekachtergrond, maar er

nog bekijken. Van Bad Boekelo maken we natuurlijk een

Ter Harmsel in september 2003 met pensioen ging,

valt voor hem nog steeds heel veel te leren, vertelt hij

kopie. Het belangrijkste is, dat dit materiaal is gered.

liet hij een waardevolle collectie achter, waarvan ech-

eind december 2009. ‘Er gebeurt zo veel in die wereld


Voor Oorlog in blik werkt het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) samen met alle regionale audiovisuele archieven, het Filmmuseum en het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid. Via www.oorloginblik.nl of telefonisch via 020 – 4196838 kan materiaal worden aangemeld.

Door Wim Coster

11

filmblik

Roland de Jong, audio-visueel archief HCO.

en in de samenwerking met mensen als filmresear-

blik. Iedere partner zou daarvan een deel krijgen. We

Blik in de toekomst

cher Gerard Nijssen en door contacten met collega’s

hebben als HCO eerst gekeken wat we al in huis hadden

De hoeveelheid werk zal de komende jaren alleen

hoor je natuurlijk ook steeds weer nieuwe dingen.’

aan oorlog gerelateerd materiaal. Het bleken zo’n 170

maar verder toenemen, blikt De Jong in de toekomst.

Het audiovisueel team is in de nieuwe situatie alleen

items te zijn. Originele films en beeld en geluid uit de

‘We krijgen steeds meer collecties binnen, zoals in

maar verder gegroeid, evenals het aantal vrijwilligers. In

oorlog en uit de jaren daarna. Maar ook dat kon voor

recente jaren van het Stadsarchief en de Athenaeum

de loop der jaren zijn er zo’n 25 geweest. Momenteel

een deel worden meegenomen, net als de jaren vóór de

Bibliotheek (SAB) in Deventer, de gemeentearchieven

zijn er twaalf aan het werk. Het werk is heel gevarieerd.

oorlog, want het ging uiteindelijk om de periode 1933-

van Enschede en Hengelo, de Lokale Omroep Raalte-

Er zit een technische kant aan, films en geluidsbanden

1950. We kregen € 65.000 en zijn nu druk bezig met de

Heino of van particulieren. Maar ook historische ver-

moeten bijvoorbeeld worden geprepareerd om te kun-

uitvoering. Het materiaal komt straks, de bedoeling is

enigingen kunnen bij ons terecht. Wij bewaren en

nen worden gescand, maar al die banden moeten ook

vanaf de herfst van 2010, beschikbaar via de website van

digitaliseren het materiaal en de eigenaren krijgen dan

worden bekeken en beschreven. Arbeidsintensief, maar

het HCO, het digitale platform MijnStadMijnDorp en de

een cd of een dvd terug. Het mooie is, dat via

iedere keer zijn er weer verrassingen.

website oorloginblik.nl. Het project Oorlog in blik sloot

MijnStadMijnDorp ook heel veel beschikbaar komt

naadloos aan bij een subsidie van € 150.000 van de

voor het grote publiek. Want de originelen liggen dan

Digitaliseren

Provincie Overijssel voor de digitalisering van ander

wel bij ons in het depot, de beelden en geluiden gaan

‘Heel belangrijk’, vertelt De Jong, ‘is NORAA, het

materiaal uit de audiovisuele collectie van het HCO.

de wereld in!’

Nationaal Overleg Regionale Audiovisuele Archieven,

Ook dat materiaal moet dus worden ontsloten, gepre-

waarbij een vijftiental instellingen kennis en informatie

pareerd en gedigitaliseerd. De bedoeling is om het ook

uitwisselen. Iedere instelling vroeg afzonderlijk, maar

op locatie beschikbaar te stellen, bijvoorbeeld via een

wel in nationaal overleg, subsidie aan voor Oorlog in

lokale historische vereniging of een Filmhuis.’

I


12 in de werkplaats van de geschiedenis

Historicus Jan ten Hove en medewerker Paul Harmens (HCO) bekijken en bespreken objecten uit de collectie Zwolle 1940-1945.

Oorlogserfgoed ontsloten H Een Jodenster, een klimaapje met het gezicht van Hitler, een bordspel met de naam ‘Laf en flink

tijdens Hinkepink’, voorwerpen uit de Collectie Zwolle 1940-1945 in het Historisch Centrum

Overijssel. De naam ‘Hinkepink’ sloeg op Arthur

et grootste deel van deze collectie wordt echter gevormd door de ruim

1.300 documenten en circa 1.500 foto’s. Ze zijn in de loop van 25 jaren bijeengebracht door Paul Harmens (46), sinds 2003 medewerker van het

HCO. De rijke collectie wordt nu geïnventariseerd, beschreven en digitaal

toegankelijk gemaakt door de historicus Jan ten Hove. Hij kon aan het werk dankzij een subsidie uit het project ‘ Erfgoed van de oorlog’ van het ministerie van VWS, dat ook verdere ontsluiting van de filmcollectie van het HCO mogelijk maakte. Eén van de vaak bijzondere onderwerpen is het schrijnende verhaal over Jacobus

Seyss-Inquart, de manke Rijkscommissaris die

(‘Koos’) van den Kerkhoff, die in mei 1942 als gijzelaar terechtkwam in het kleinse-

Nederland in de oorlog bestuurde; het spel was

zijn vrouw en zoon zijn in kopie aanwezig in de collectie.

een soort Ganzenbord met oorlogsthema.

minarie Beekvliet te Sint-Michielsgestel. De tientallen brieven die hij schreef aan I


Door Michael Amsman en Wim Coster

Onder: de laatste woorden van vader Koos aan zoon Boy van den Kerkhoff, 16 oktober 1942.

13

‘Als je deze brief ontvangt, liefste vrouw, dan zal ik er al niet meer wezen.’ n mei en juli 1942 werden door de bezetters ruim

I

ters met deze gijzelingen was, door te dreigen met het

laars gefusilleerd bij Woudenberg (Utrecht) - samen

1.200 mannen als gijzelaar opgepakt en gevangen

ter dood brengen van gijzelaars, Nederlanders te weer-

met twaalf verzetsstrijders uit het Polizeiliches Durch-

gezet in de gebouwen van de katholieke semina-

houden van het plegen van verzets- en sabotagedaden.

gangslager Amersfoort, ditmaal als vergelding voor ver-

ries Beekvliet (bij Sint-Michielsgestel) en het

Twee keer werd het dreigement uitgevoerd.

zet en sabotage in Oost-Nederland. Het ging bij de drie

eveneens Noord-Brabantse Haaren. De opgepakte

Waarschijnlijk omdat de Nederlandse bevolking ver-

gijzelaars om Jan Haantjes (1894) uit Enschede, Hein

mannen kwamen uit alle lagen van de bevolking.

ontwaardigd reageerde op deze executies, zijn verder

Vrind (1913) uit Almelo en Jacobus van den Kerkhoff

Opvallend was wel dat relatief veel gijzelaars een voor-

geen gijzelaars meer om het leven gebracht. Tussen

(1898) uit Zwolle. De 44-jarige Zwollenaar was opge-

aanstaande positie innamen in de Nederlandse samen-

december 1942 en september 1944 werden de meeste

pakt, omdat hij als vakbondsman had geweigerd met

leving. Daarnaast hadden de bezetters de gijzelaars

gijzelaars vrijgelaten, maar voordien hadden acht van

het nazistische Nederlands Arbeidsfront samen te wer-

vooral gezocht in kringen die aan bepaalde Duitse plan-

hen het leven gelaten.

ken. De mannen werden met elkaar opgesloten en die

nen hun medewerking geweigerd hadden. Velen waren

Op 15 augustus 1942 werden vijf gijzelaars gefusilleerd

nacht was er één bewaker die hen moreel bij moest

lid van de Nederlandse Unie of hadden zich actief ver-

in een bos bij Goirle (Noord-Brabant), als vergelding

staan, de Duitser Willy Engbrocks. Ook voor deze man

zet tegen de gelijkschakeling van de Nederlandse vak-

voor een aanslag op een Wehrmacht-trein in Rotter-

werd het een lange en uiterst moeilijke nacht, maar hij

beweging in 1940 en 1941. De bedoeling van de bezet-

dam. Op 16 oktober 1942 werden nog eens drie gijze-

kon het navertellen. En dat deed hij ook.

Jacobus ‘Koos’ van den Kerkhoff (1898-1942).


De Genestetstraat 21 in Zwolle. Na de dood van haar man stelde de weduwe Van den Kerkhoff haar huis beschikbaar voor het stencillen van het illegale blad De Stem van Londen. In een kelder onder de kruipruimte van de keukenvloer stond de stencilmachine.

14

Een drama binnen een drama

er zo langs en grijpt er gewoon één uit en zegt: zo, dat

In memoriam

Engbrocks, een geboortige Duitser uit het Limburgse

is de vijftiende!’

‘In 1898 te Rotterdam in een eenvoudig gezin gebo-

Tegelen, vertelt in een boek uit 1980 en in een docu-

Als ‘een soort wraak’ van zijn chef moest Engbrocks

ren, heeft onze vriend Van den Kerkhoff niet altijd

mentaire hoe het allemaal was gegaan. Hij was de

de vijftien mannen, de drie die waren overgebracht

een gemakkelijk leven gehad’, schreef kampgenoot

‘Karteiführer’, de man, in Kamp Amersfoort, die de

uit Beekvliet en de twaalf uit Amersfoort, in de nacht

J.A.H.J. van der Dussen uit Hengelo over hem in

boekhouding voerde over alle gijzelaars in den lande.

voor hun executie bewaken. Ze vroegen hem of ze

een ‘in memoriam’. Hij was timmerman geworden

‘Ik had die lijst’, vertelde hij, ‘en moest die kaarten uit-

brieven mochten schrijven en hij bezorgde ze papier

en al vroeg politiek actief geworden. In 1925 trouw-

zoeken. Ik pak één van die kaarten – de naam ben ik

en schrijfgerei. ‘Tegen de morgen stond professor Van

de hij en hij ging met zijn vrouw in Velsen wonen.

vergeten – en toen zie ik dat die man vijf kinderen

Dam uit Wageningen op en zei: “Jongens we zijn

Het jaar daarop werd hun zoon geboren, die de

had. En toentertijd had ik er ook vijf en ik dacht: een

Nederlanders.” En ze zongen het Wilhelmus. Maar

roepnaam Boy kreeg. Van de Kerkhoff maakte

gijzelaar pakken… een man vader van vijf kinderen,

goed, toen hoorden wij wagens komen - twee wagens

bestuurlijk carrière en werd in 1939 in Zwolle aan-

dat kan niet!’ Hij ging naar zijn directe baas; die werd

- en toen zei ik: “jongens, nu zal het tijd worden.” Het

gesteld als districtsbestuurder van de Algemeene

kwaad. Hij besloot naar Den Haag te bellen. Daar wil-

was zeven uur …’

Nederlandsche Bouwarbeidersbond. Hij weigerde

den ze eerst bellen naar Berlijn, maar uiteindelijk lie-

De brieven verdwenen in handen van de chef, zonder

met het Nederlandsch Arbeidersfront mee te wer-

ten ze de beslissing in Amersfoort, bij de chef van

dat Engbrocks, overleden in 1983, ooit heeft geweten

ken en daarom werd hij op 4 mei 1942 gearresteerd

Engbrocks.

of ze bij de nabestaanden terecht waren gekomen.

en overgebracht naar het gijzelaarskamp Beekvliet

‘Hij sloeg met z’n vuist op mijn lessenaar… Toen zegt

Het gebeurde wel. De twee brieven van Van den

in St. Michielsgestel. Op het ‘bedektelijk gedaan

hij: maar er moet nu een ander gezocht worden uit

Kerkhoff, één aan zijn zestienjarige zoon Johan, met

aanbod van onmiddellijke vrijlating, wanneer hij

het kamp. Het aantal moet kloppen! En die ander

de koosnaam Boy, en één aan zijn vrouw, bevinden

alsnog met het N.A.F. wilde samenwerken’, ging hij

bestem jij.’ Engbrocks durfde te weigeren, waarop zijn

zich in kopie in de Collectie Zwolle 1940-1945 op het

niet in. Het werd zijn dood.

baas zelf de keuze maakte. Er kwam een stapel kaar-

HCO. Samen met tientallen andere die hij hun, ‘port-

ten op tafel, ‘met de achterkant naar boven en hij gaat

vrij’, tussen mei en oktober schreef.

Nog twee Overijsselaars Samen met Van den Kerkhoff zaten er in Beekvliet

Op 30 oktober 1945 vond op begraafplaats Kranenburg in Zwolle de herbegrafenis van Van den Kerkhoff plaats.

nog twee Overijsselaars gevangen. Jan Haantjes, geboren in Balk (Fr.) in 1894, was typograaf en vakbondsman. Zijn werk voor de Algemene Nederlandse Typografenbond bracht hem uiteindelijk naar Enschede. Daar werd hij tevens gekozen in de gemeenteraad, namens de Sociaal-Democratisch Arbeiders Partij (SDAP). In 1928 werd hij fractie-voorzitter, in 1937 wethouder. Hij vertegenwoordigde de SDAP ook in de Provinciale Staten van Overijssel. Hein Vrind, geboren in 1913 in Zullchow (Duitsland), uit een gemengd Nederlands-Duits huwelijk, studeerde rechten in Leiden. Hij was actief in de jeugdbeweging, de drankbestrijding en de vredesbeweging. Hij zat wegens dienstweigering drie maanden gevangen. Als advocaat in Almelo, sinds 1937, was hij onder meer adviseur van het Bureau voor Arbeidsrecht van het Nederlands Verbond van Vakverenigingen (NVV). Nadat het NVV in juli 1940 onder nationaal-socialistisch toezicht was geplaatst, bleef hij deze functie aanvankelijk vervullen. In juni 1941 legde hij haar echter neer. Beide mannen werden op 13 juli 1942 gegijzeld in Haaren en op 16 oktober 1942 samen met Van den Kerkhoff gefusilleerd in de bossen bij Woudenberg.


De informatie over Engbrocks is ontleend aan: Armando, Hans Verhagen, Maud Keus: Geschiedenis van een plek, Amsterdam 1980, 92-93. Informatie over de gijzelaars c.a. is afkomstig van Stichting Beekvliet en Haaren.

Twee brieven ‘Als je deze brief ontvangt liefste vrouw dan zal ik er al niet meer wezen’, begint de brief van 16 oktober 1942 aan zijn vrouw Bregittha Engelina. ‘O schat het valt me zo ontzettend zwaar afscheid van jullie te moeten nemen, ik had nog zo graag wat bij jou en de jongen gebleven.’ Zijn celgenoten zeggen, dat hij zich ‘als een kerel moet gedragen’, maar hij kan het niet. ‘Ik kan het niet schat, ik kan het niet! Ik denk teveel aan jou m’n liefste vrouw. 17 jaar zijn wij nu getrouwd en al hebben we wel eens wat met elkander gehad, van betekenis is dit niet geweest, gelukkig mag ik zeggen. We hebben het altijd goed met elkander kunnen vinden en daar ben ik nu blij om Moeder.’ Hij zit tegenover Vrind, die hij al kende van zijn vakbondswerk. ‘Hij houdt zich goed en kan nog glimlachen.’ Zijn horloge is hem afgenomen, maar als ze het nog mocht krijgen, dan is het voor hun jongen. Verschillende vrienden mogen een keuze maken uit zijn boeken, als een persoonlijke herinnering. Hij krijgt een kop koffie en een sigaret en wordt wat rustiger. Ook de foto van zijn vrouw is hem afgenomen, maar, schrijft hij, ‘eigenlijk hoeft dat ook niet, want ik zie je zo levendig voor me!’ ‘Lieve vrouw’, vraagt hij nog, ‘mocht ik je op de een of andere wijze iets misdaan hebben, vergeef het me dan. Lieve, lieve vrouw, gedag, mijn laatste gedachten zijn bij jou hoor, in gedachte voor de laatste keer innig omhelsd en gekust door je liefhebbende …’ De laatste woorden zijn nauwelijks leesbaar. De inkt is uitgelopen, vermoedelijk door de tranen. Ook zoon Boy kreeg een brief. ‘De laatste brief van je vader m’n jongen, als jij dit briefje ontvangt, ben ik er niet meer. Ons afscheid van 4 mei is dus een definitief afscheid geweest.’ Zijn vader drukte hem op het hart, zich niet door verdriet te laten overmannen en goed voor zijn moeder te zorgen. In eerdere brieven had hij vol vreugde gereageerd op de goede rapportcijfers van zijn zoon, die daarvoor een rijksdaalder kreeg toegezegd. Hij was ook blij dat zijn zoon zich kwijt kon in zijn hobby’s, vliegtuigen vooral. ‘Dag m’n zoon, dag mijn lieve kerel’, eindigde hij, ‘nogmaals, zorg voor je Moeder, tracht alle verdriet ver van haar te houden, dat maakt mij het sterven gemakkelijker. Dag kerel, je Vader.’

I

15


16 in de werkplaats van de geschiedenis

Onder: Ewout van der Horst, projectleider bij de IJsselacademie van de Canon van Overijssel

Door Wim Coster

Op weg met de Canon van Overijssel D

e presentatie van de Canon van Nederland in 2006 bleek op verschillende plaatsen en manieren een prima trekker voor de geschiedenis. Ook in Overijssel. Sinds maart 2009 loopt hier een canonproject van de IJsselacademie in Kampen. Doel is plaatselijke en regionale canons met

elkaar te verbinden en zo weer te komen tot een Canon van Overijssel. Het project wil het historisch bewustzijn van de inwoners van de provincie vergroten. Maar het moet ook de samenwerking op het gebied van geschiedenis en cultuur versterken en belangstellenden een gezamenlijk platform bieden. Bovendien krijgt de nationale Canon daarmee een regionale invulling en dat is weer een nuttige aanvulling voor het geschiedenisonderwijs. Er is dan ook veel aandacht voor een ‘vertaling’ van de canons naar leerlingen in de leeftijd van acht tot veertien jaar. De canon beweegt zich langs twee sporen. Het hoofdproject is de website met de provinciale en locale en regionale canons. Daarnaast zijn er deelprojecten. De locale canons staan op zichzelf en kennen ieder hun eigen traject, dat uiteindelijk weer moet leiden naar de Canon van Overijssel. De educatieve bewerking is een ander deeltraject. Projectleider is de historicus Ewout van der Horst. Deze Dalfsenaar van geboorte (1979), die opgroeide in Heino en woont in Olst, is er zo’n twintig uur per week en vol ambitie mee bezig. De start van het project voor het land van Vollenhove en Salland vond plaats op 3 april 2009, de aftrap in Twente op 27 november. Vrijwel alle historische verenigingen uit deze landstreek waren vertegenwoordigd. ‘Het enthousiasme was groot’, constateert Van der Horst tevreden. De invalshoek geschiedenis op zich is te beperkt, vindt hij, ook de cultuur hoort er nadrukkelijk bij. ‘Om maar eens een voorbeeld te noemen, de “Poaskearls” in Ootmarsum doen wat mij betreft dus wel degelijk mee. Ze horen echt bij die plaats en geven daar kleur aan.’ Of het nu canons per gemeente moeten worden of dat daarbinnen de verschillende steden en dorpen ieder hun eigen versie krijgen, moeten de historische verenigingen, de musea en andere plaatselijke organisaties en particulieren zelf maar bepalen. Van der Horst noemt Deventer als een goed voorbeeld. Naast de stad willen daar de kernen Diepenveen en Bathmen ook een eigen canon

De Provincie Overijssel treedt op als

maken. ‘En dat is prima.’ Het uiteindelijke doel is een goed

subsidiënt van het hoofdproject en het

gevulde website met locale en regionale canons en een

deelprojecten ‘Een canon in je klas’.

echte Canon van Overijssel. Maar ook die zal, eenmaal

Gemeenten wordt om steun gevraagd

gereed, weer verder trekken en nieuwe ideeën losmaken. De

voor het deelproject Canoniseer je

eerste canon staat inmiddels op de website www.canonvan-

buurt en gedeeltelijk ook voor Een

overijssel.nl. Nieuwleusen, al twee eeuwen gelegen aan de

canon in je klas. Aanvullende financie-

Dedemsvaart, beet op 27 november 2009 het spits af!

I

ring wordt gezocht bij particuliere fondsen.

Uit de Canon van Nieuwleusen.


@ Meer informatie: www.historischcentrumoverijssel.nl

Door Marlies Mencke, educatieve dienst HCO

Wilt u met uw klas komen? Stuur een mail naar: a.rijkhoff@historischcentrumoverijssel.nl.

met de klas 17

De activiteiten van de educatieve dienst van het Historisch Centrum Overijssel staan in het voorjaar traditiegetrouw in het teken van de Tweede Wereldoorlog. Sinds een aantal jaren kunnen basisscholieren uit Zwolle en omgeving in die periode een tentoonstelling komen bezoeken. Steeds is die tentoonstelling gemaakt door een klas uit Overijssel en is het onderwerp een aspect van de oorlog in de eigen omgeving. Van 8 maart tot en met de meivakantie zijn basisschoolklassen uit Zwolle en omgeving én alle andere belangstellenden van harte welkom om te komen kijken naar de tentoonstelling ‘Vóór de vrede’. Opnieuw is er lesmateriaal bij gemaakt.

Klas 2A2 Wetenschapsoriëntatie, Thorbecke Scholengemeenschap Zwolle.

Een tentoonstelling maken over de Tweede Wereldoorlog ‘Waarom mogen we deze tentoonstelling eigenlijk niet zelf afmaken?’, vroeg een leerling van de Zwolse Thorbecke Scholengemeenschap op een herfstachtige vrijdagmiddag. Het dringende verzoek, want dat was het, kwam niet uit de lucht vallen.

A

l geruime tijd na de zomervakantie van 2009 stapten iedere vrijdag om

thema’s, nagebouwde ramen om de verduistering uit te kunnen leggen, zelfge-

kwart voor één veertien tweedeklassers bij het Historisch Centrum

maakte surrogaatkoffie, naar een beschrijving uit het archief ... Het thuisfront dacht

Overijssel van hun fiets. Twee uur lang waren zij dan te vinden op de stu-

ook goed mee: Frederikes oma bleek een ‘bevrijdingsrok’ te hebben, de overgroot-

diezaal en in de handbibliotheek. Steeds zochten zij in boeken, kranten en

vader van Jeroen had nog een dagboekje en Valery kon foto’s aanleveren, die bij

archiefmateriaal naar geschikte informatie over Zwolle tijdens de Tweede

een bezoek aan een concentratiekamp waren gemaakt.

Wereldoorlog. Het dagelijks leven, de Jodenvervolging, collaboratie en verzet en de

Maar hoe zorg je er nu voor dat kinderen van grofweg tien tot en met twaalf in een

Hongerwinter, daar wilden ze meer over weten. Aanvankelijk was het de bedoeling

tentoonstelling een beeld krijgen van hun woonplaats tijdens de oorlog? Dat is

dat deze tweedeklassers het historisch onderzoek zouden doen, waarna een andere

vooral héél veel keuzes maken. Er is zoveel dat je niet kunt vertellen!

klas met hun gegevens een tentoonstelling zou bouwen. Een expositie voor de

Na een paar weken bedachten de tweedeklassers, dat ze het wel heel erg jammer

groepen 7 en 8 van het primair onderwijs moest het worden.

zouden vinden als ze hun ‘hun’ project niet zelf konden afronden. Ze gingen daarom aan de slag met een docente Culturele en Kunstzinnige Vorming (CKV) van hun

Voorwerpen, foto’s, filmbeelden, archiefstukken, het kwam allemaal boven drijven.

school. Zo leerden ze hun kennis over de oorlog om te zetten in een tentoonstel-

Hoe verder de leerlingen kwamen, hoe meer ze ontdekten dat er heel wat is te vin-

lingsvorm. Leerlingen uit de derde klas met het vak Moderne Media in hun pakket

den en te vertellen. Ze hadden ook veel ideeën. Een zuil met verwijzingen naar alle

verzorgden het beeldmateriaal. Zij compileerden filmbeelden en vulden die per invalshoek aan met interviews met ooggetuigen. Zo ontstond de tentoonstelling ‘Vóór de vrede. Zwolle ’40-’45. De keuze van scholieren’, waar de leerlingen die er aan meewerkten stuk voor stuk trots op zijn.

Uitersten uit het leven in de Tweede Wereldoorlog. Links en midden twee pakjes surrogaten. Rechts een kinderboek over Adolf Hitler.

I


www.documentatiegroep40-45.nl www.erepeloton.nl www.hubertweb.net/~engelsewerk

18

@ www.nationaalarchief.nl @ www.ogs.nl @ www.oranjehotel.org

www.rodekruis.nl www.vermistepersonen.nl

Af en toe wordt ergens in het land een compleet of gedeeltelijk skelet opgegraven van een onbekend persoon. Soms kan dan op basis van spullen die bij het stoffelijk overschot worden aangetroffen of via gebitsgegevens een identiteit worden vastgesteld. Maar in veel gevallen blijft het bij een DNA-profiel, waarvan de gegevens worden opgeslagen in de databank met Vermiste Personen. In een enkel geval krijgt een onbekende zo dan toch een naam en een meestal een gezicht. Johannes van Oene, IJsselmuiden

Frits Loep, Hengelo

Antonius Haselbekke, Tubbergen

Oorlogsvermist Foto Ab Hakeboom, de Stentor.

I

n Nederland staan anno 2010 bijna 1.100 personen als vermist geregistreerd. In 585 gevallen gaat het daarbij om soldaten en verzetslieden uit de oorlogsjaren, maar ook om gewone burgers,

waar de namen van al sinds die tijd bij het Rode Kruis bekend zijn. Toch ging pas in 2007 de landelijke Werkgroep Vermiste Personen Tweede Wereldoorlog van start. Deze werkgroep doet, onder het motto ‘vermist is erger dan de dood’, onderzoek naar mannen en vrouwen die in Nederland tijdens de oorlog spoorloos zijn verdwenen. In Overijssel lopen in dat verband momenteel naast elkaar drie onderzoeken naar vermiste oorlogsslachtoffers. Bekendmaking: synoniem voor de dood, ook met een fout geschreven naam.


Door Jan Willem Tuinman

Jan Willem Tuinman is technisch rechercheur bij de regiopolitie IJsselland. Hij is één van de medeoprichters van de Werkgroep Vermiste Personen Tweede Wereldoorlog en tevens vrijwilliger van het Nederlandse Rode Kruis, Afdeling Oorlogsnazorg.

Drie onderzoeken in Overijssel

kwamen uit verschillende plaatsen in Overijssel.

Willem Johannes Bakkeren (35), die beiden in het

In 2005 ging op kleine schaal een onderzoek van start

Johannes van Oene (37) uit IJsselmuiden werd op de

Kamp Amersfoort hebben vastgezeten en sindsdien

door de Berging- en Identificatiedienst van de

late avond van 2 mei 1943 veroordeeld. In de vroege

worden vermist.

Koninklijke Landmacht (BIDKL), de regiopolitie

ochtend van 3 mei 1943 werd hij opgehaald vanuit het

Het bewijs dat onderzoek succesvol kan zijn, werd

IJsselland en het Nederlandse Rode Kruis. Het betrof

politiebureau te Hengelo en zeer waarschijnlijk in de

geleverd op 23 december 2009. Toen werd via DNA-

de zoektocht naar de identiteit van een onbekende

directe omgeving van Hengelo gefusilleerd. Het von-

onderzoek de identiteit van de verzetsstrijder

man die in Raalte was begraven, na een beschieting

nis tegen Antonius Hermanus Haselbekke (25) uit

Gerardus Marinus Theodorus Putter (31) uit

van een voertuig op 24 maart 1945. Bij dit onderzoek

Tubbergen werd op 4 mei 1943 uitgesproken. Die

Amsterdam vastgesteld. Hij lag begraven op het ere-

werd gebruik gemaakt van lijsten met namen van oor-

avond werd hij volgens het dagrapport van de politie

veld Loenen van de Oorlogsgravenstichting. Op 12 en

logsvermisten, maar ook van dagboeken die in de

Hengelo om 20.00 uur opgehaald van het politiebu-

13 mei 2009 waren daar al de stoffelijke resten van 28

Collectie Zwolle 1940-1945 op het HCO waren gevon-

reau daar en, naar wordt aangenomen, in de omge-

onbekenden opgegraven, waarna hun DNA veilig

den en waarin over deze zaak werd gesproken.

ving gefusilleerd. Frederik Martinus ‘Frits’ Loep (36)

werd gesteld. Van hen was bekend dat ze zijn gefusil-

uit Hengelo trof hetzelfde lot. Op 4 mei 1943 na 21 uur

leerd op de Waalsdorpervlakte en dat ze vermoede-

Andre van der Veer, Nijmegen

Wim van der Veer, Nijmegen

Anthonius Fredericks, Nijmegen

Werner Tölke, Veessen

Dick Folmer, Zeist

Wim Bakkeren, Delft

Een tweede onderzoek richt zich op de Duitse ver-

werd hij gefusilleerd. Alle zes deze mannen werden

lijk allemaal hebben vastgezeten in het Oranjehotel te

zetsman Werner Tölke, die op 3 oktober 1944 in Olst

ter dood gebracht door het 1e peloton van het 28e

Scheveningen. Van een achtiental families is inmiddels

werd gearresteerd. Zeer waarschijnlijk werd hij in de

Polizeiregiment Todt.

DNA afgenomen en naar de overige families wordt

omgeving van park het Engelse Werk in Zwolle nog

Behalve veel archiefonderzoek is er in deze zaak ook

nog gezocht. Maar het eerste resultaat is geboekt, 67

dezelfde dag door de Duitsers vermoord. Zes ande-

veldonderzoek gepleegd in de omgeving van Delden,

jaar na een vermissing! Samen met de familie werd op

ren zijn daar toen ook doodgeschoten en werden aan-

omdat het vermoeden bestond dat daar mensen

27 januari 2010 een steen met naam geplaatst op het

vankelijk ter plaatse begraven. Eveneens in het HCO,

waren gefusilleerd en begraven. Van nabestaanden

graf van Putter in Loenen.

in het archief van de Politieke Inlichtingen

van vijf van de zes vermisten (drie mannen uit

Dienst/Politieke Recherche Afdeling (POD/PRA), werd

Overijssel en drie uit Gelderland) die zich bij het Rode

Oproep

een verklaring gevonden, opgetekend uit de mond

Kruis hadden gemeld of die door de Werkgroep wer-

De Werkgroep Vermiste Personen Tweede

van Piet Richard Cieraad. Deze beruchte Zwolse SD-

den opgespoord, is DNA opgenomen in de databank.

Wereldoorlog is in het bijzonder op zoek naar nabe-

er had aangegeven waar mogelijk iemand begraven

Ook familieleden van de gebroeders Van der Veer zijn

staanden van vermisten waar bekend van is dat zij op

zou liggen. Bij de stukken met zijn verklaring zat ook

bekend. Van de zesde persoon, Anthonius Lambertus

de Waalsdorpervlakte zijn gefusilleerd, maar ook naar

een plattegrond met nadere aanwijzingen. Onder

Fredericks (22) uit Nijmegen, is geen directe familie

inlichtingen over de genoemde vermisten in

andere met behulp van een grondradar werd hier

meer in leven.

Overijssel. Contacten verlopen via het Rode Kruis. Per post: Nederlands Rode Kruis, afdeling Oorlogsnazorg,

begin februari 2010 verder onderzoek verricht. De resultaten daarvan worden nog nader onderzocht.

Eerste resultaten

Postbus 28120, 2502 KC Den Haag. Per mail:

De Overijsselse onderzoeken bieden veel aankno-

vermistepersonenWO2@redcross.nl

Bij het derde onderzoek gaat het om zes vermiste

pingspunten, maar hebben tot dusverre nog geen

slachtoffers van de April-Meistaking in 1943, naast de

concrete resultaten opgeleverd. Toch denken de

Februaristaking van 1941 en de Spoorwegstaking van

onderzoekers zeker succes te krijgen. Bovendien

1944, één van de drie grote stakingen in de Tweede

betekent alleen al het feit dat er veel moeite wordt

Wereldoorlog. Drie van de slachtoffers waren afkom-

gedaan om hun dierbaren op te sporen of te identifi-

stig uit Nijmegen en werden speciaal naar Hengelo

ceren, vaak een grote steun voor de nabestaanden. In

gebracht om daar te worden berecht en op een onbe-

deze provincie is DNA afgenomen in het onderzoek

kende plaats gefusilleerd en begraven. De andere drie

naar de vermissing van Dirk Willem Folmer (35) en

19


20

Het leven ging door...


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.