2 minute read
Interview Glen Mitchell over A Bad Penny Always Comes Back
Frank Westerman
Een boemerang keert altijd terug
Advertisement
Het Engelstalige kinderboek A Bad Penny Always Comes Back van Glen Mitchell vertelt het bijzondere en waargebeurde verhaal van Operatie Manna. In april 1945 vlogen Britse RAFpiloten in samenwerking met Canadezen in bommenwerpers over het nog bezette deel van Nederland om voedseldroppings uit te voeren. Zo werd een deel van de bevolking alsnog gered van de hongerdood.
Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog was het westen van Nederland nog bezet gebied. Er waren veel bombardementen, uitgevoerd door zowel Duitse als geallieerde zijde, maar ook waren alle transportwegen geblokkeerd. De inwoners van met name Zuid- en Noord-Holland hongerden simpelweg dood. Om deze humanitaire crisis tegen te gaan, besloot de Britse RAF, de Royal Air Force, voedseldroppings te organiseren. In deze ‘Operatie Manna’ werden de piloten bijgestaan door hun Canadese, Australische,
KRISTEN GALLERNEAUX
Nieuw-Zeelandse en Poolse collega’s. A Bad Penny Always Comes Back gaat over de crew van een Canadese Avro Lancaster bommenwerper, die als eerste over bezet gebied vloog, maar weer veilig terugkwam. Een bad penny laat zich dan ook vertalen als ‘boemerang’. In dit geval kreeg het vliegtuig deze bijnaam omdat het zo’n bijzondere missie was.
Operatie Manna
Over het ontstaan van het boek vertelt Mitchell: ‘Zelf ben ik na de oorlog geboren, dus ik heb het niet uit de eerste hand. Een Canadese soldaat die aan het eind van de oorlog in Nederland was, vertelde mij eens het verhaal van een Nederlandse jongen, Peter. Later is Peter naar Canada verhuisd en heeft een bedrijf opgezet. Een van mijn vrienden woont in Windsor, een plaatsje in Canada op de grens met de Verenigde Staten, en las in de plaatselijke krant een artikel over deze Peter. Hij had een grote afbeelding van een Lancaster bommenwerper aan de muur hangen, als eerbetoon aan de vliegtuigen die hem het leven hadden gered. ‘Zo kwam ik op het idee om het verhaal te schrijven van de Canadese Lancaster-piloot die als eerste boven Nederland vloog om te kijken of de Duitsers op hem zouden schieten. Het verdrag dat de geallieerden toestond om boven bezet gebied te vliegen, was namelijk nog niet getekend. En de RAF wilde natuurlijk niet direct honderd vliegtuigen de lucht insturen met alle risico’s van dien. De “Bad Penny” keerde gelukkig veilig terug en Operatie Manna startte. Begin jaren 2000 kon Peter in Windsor de bemanningsleden van die eerste missie ontmoeten, heel bijzonder!’
Nederlands-Canadese band
De auteur vond dat dit verhaal niet vergeten mocht worden. ‘Ik vond een aantal studenten van een creatieve opleiding die bereid waren om de illustraties bij mijn verhaal te maken. Verder kwam het verhaal in verschillende kranten en werd ik op veel scholen uitgenodigd om te komen vertellen. Lokale organisaties in het hele land lieten me presentaties houden. In het zuiden van de provincie Ontario is een groot deel van de bevolking van oorsprong Nederlands. Ieder jaar vieren ze in mei Bevrijdingsdag, daar leeft dit verhaal nog een beetje extra. ‘In 2007 ben ik in Nederland geweest. Op een middelbare school in Apeldoorn heb ik met leerlingen gesproken en een toer door het gebied gemaakt waar de voedseldroppings hebben plaatsgevonden. Ook nu, 75 jaar na de bevrijding, merk ik dat er veel interesse is in de Canadese militairen vanuit de Nederlanders. Ze helpen de geschiedenis en herinnering levend te houden. In Windsor in het Verenigd Koninkrijk staat overigens een replica van een Lancaster en op het International Hamilton Airport in Ontario is nog een origineel exemplaar te bewonderen.’