BELGIQUE-BELGIE P.P - P.B. 4700 EUPEN 1 BC 30805
Het automagazine van de beHeerders
MMM BUSINESS MEDIA - Zeswekelijks informatietijdschrift - DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 - Nederlandstalige uitgave - Kantoor : Eupen 1 - P205029
I www.fleet-business.com I
I Nr 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
Dossier Fleetauto van de toekomst
DEBAT FLEET MANAGERS HET VERANDERDE AUTOLANDSCHAP
MERCEDES B-KLASSE ZUINIG MAAR DYNAMISCH
FISCALITEIT BEDRIJFSWAGEN 2012 WINNAARS EN VERLIEZERS
Member of
Network
Fleet & Business organiseert op 21 juni 2012 de Fleet & Business Awards. Voor meer info en om zich kandidaat te stellen, ga naar pagina 16.
EDITO
INHOUD FOCUS 05 Dossier Fleetauto van de toekomst Nieuwe aandrijvingen, nieuwe uitrustingen, nieuwe technologieën… Het autolandschap ondergaat een serieuze gedaanteverwisseling. Samen met de fleet managers van de constructeurs trachten we een beeld te schetsen van hoe de toekomstige fleetauto eruit zal zien. Voorts vindt u in dit dossier een vooruitblik op het Salon van Brussel.
30 32
38
44
47
ACTUA Fleet Echo’s p.30 Fleet Management - De nieuwe fiscale regels voor de bedrijfswagens: wat gaat p.32 dat kosten? - Remarketing Event 2011 p.36 Fleet Partner: - De overname van ING Car Lease door Alphabet, een gesprek met CEO p.38 Jan van Roon - Fleet & Business Academy Expert Session 2011 p.40 - Anne Steuns, Fleet Manager Citroën Belux p.42 Fleet-owner: Sandra Devleeschouwer, CTG p.44
AUTO Nieuw: Mercedes B-Klasse, Peugeot 3008 Hybrid4, Range Rover Evoque, Ford Transit p.47
Steven SCHOEFS Hoofdredacteur
Verandering, maar geen fundamentele wijzigingen Sinds begin dit jaar hebben we te maken met een nieuwe autofiscaliteit, die vooral op de berekening van het voordeel van alle aard voor de gebruiker van de firmawagen een weerslag heeft. Tal van firmawagenbestuurders zullen voortaan wat meer moeten afstaan voor het privégebruik van de firmawagen, omdat de berekening van dat voordeel vanaf nu gedomineerd wordt door de catalogusprijs en de CO2-uitstoot van de wagen. Deze maatregel zal voor vele bestuurders en werkgevers zijn gevolgen hebben, want een berekening leert ons dat de gemiddelde bestuurder zo’n 450 euro per jaar extra zal moeten neertellen, dat is 37,5 euro per maand. Toch is het onze inschatting dat het wagenpark hierdoor niet fundamenteel zal wijzigen. Wat wel betreurenswaardig is, is de abruptheid waarmee de maatregel wordt ingevoerd en dat er van een overgangsperiode geen sprake is. Rest mij nog om mee te geven dat ik bij deze afscheid neem als hoofdredacteur van Fleet & Business. Ik heb inderdaad beslist om mijn carrière een nieuwe wending te geven en wel als hoofdredacteur van het magazine Fleet Europe. De fakkel bij Fleet & Business wordt overgenomen door Tony De Mesel, hoofdredacteur, en Stijn Phlix, adjunct-hoofdredacteur. Ik twijfel er niet aan dat het magazine daarmee in goede handen blijft. Mag ik nog van de gelegenheid gebruik maken om iedereen te bedanken die gedurende al die jaren een bijdrage heeft geleverd om van Fleet & Business te maken tot wat het nu is: een alom gewaardeerd blad dat de geïnteresseerden op de hoogte houdt van de ontwikkelingen uit de fleet- en leasewereld. Tot slot wens ik u een fantastisch, succesvol en dynamisch 2012.
EDITORIAL TEAM Editor in chief: Steven Schoefs (sschoefs@mmm.be) Team: Stijn Phlix (Final Editor), Ferre Beyens, Frédéric De Backer, Charles Demoulin, Olivier Maloteaux, Koen Mortelmans, Jos Sterk, Michaël Vandamme, Julie Widart. Experts: Professor Peter Cooke (University of Buckingham), Daniel Debrouwer (EuroFleet Consult), Benny Gers (Progressio), Paul Gestels (Experts4Fleet), Danny Meulenberghs (Partes), Frank Vancamp (KPMG), Bart Vanham (Fleet&DriverCare), Joeri Van Mierlo (Vrije Universiteit Brussel), Michel Willems (Mobilitas). SALES & MARKETING TEAM Sales Director: Marleen Neukermans (mneukermans@mmm.be) Sales Manager: David Baudeweyns (dbaudeweyns@mmm.be) Sales assistants: Patricia Lavergne (plavergne@mmm.be), Romina De Gregorio (rdegregorio@mmm.be) Marketing: Kathleen Hubert (khubert@mmm.be)
EDITOR Development Director: Caroline Thonnon Managing Director: Thierry Degives Editor/CEO: Jean-Marie Becker
SUBSCRIPTIONS www.fleet-business.com/shop Price: 65 EUR - 1 year Parc Artisanal 11-13 - 4671 BLEGNY-Barchon (Belgium) Phone: 00 32 (0)4 387 88 18 Sophie Demeny (sdemeny@mmm.be) © Reproduction rights (texts, advertisements, pictures) reserved for all countries. Received documents will not be returned. By submitting them, the author implicitly authorizes their publication.
PRODUCTION Head: Sonia Counet
MMM BUSINESS MEDIA sa/nv Complexe Arrobas Parc Artisanal 11-13 4671 BLEGNY-Barchon (Belgium) Phone: 00 32 (0)4 387 87 87 Fax: 00 32 (0)4 387 90 87 info@mmm.be www.mmm-businessmedia.com
3
DOSSIER
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
Autolandschap in volle verandering De aanvang van een nieuw jaar achtten we als het geschikte moment om onze blik vooruit te werpen op de ontwikkelingen die zich voordoen in de automotive- en fleetsector. Want met de komst van nieuwe aandrijvingen, nieuwe uitrustingen en nieuwe technologieën zal de auto van morgen een geheel andere aanblik krijgen. Alternatieve mobiliteitsbehoeften en de veranderde fiscaliteit stellen bovendien fabrikanten en de INHOUD fleetsector voor gigantische uitdagingen om het 06 Debat met Fleet Managers diensten- en productenaanbod ten aanzien van de D’Ieteren, Opel, Peugeot en Toyota bedrijfswereld aan te passen. In dit dossier vindt u 12 Debat met Fleet Managers BMW, dan ook de weerslag van twee debatten die we Land Rover, Mercedes en Volvo hieromtrent hielden met fleet managers van de 17 De ‘intelligente’ auto constructeurs. Voorts brengen we een overzicht 20 Het Salon van Brussel: van de belangrijkste fleetmodellenn die op het Salon van Brussel te zien zullen zijn. een vooruitblik Stijn PHLIX
25
Het vlootbeleid bij ICT-bedrijven IBM en Capgemini
Het veranderde autolandschap zal de constructeurs en de fleetsector moeten doen nadenken hoe hun dienstenen productenaanbod aan te passen.
DHL goes CNG
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
28
5
DOSSIER
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
Rondetafel: van fabrikant naar consultant De opkomst van hybride en elektrische aandrijvingen, de grotere belangstelling voor benzine en de stijgende behoefte naar mobiliteitsalternatieven zijn maar enkele van de evoluties die een onmiskenbare invloed zullen hebben op de fleetstrategieën van de constructeurs. Dat viel op te maken uit een rondetafelgesprek dat we hadden met de fleet managers van D’Ieteren, Opel, Peugeot en Toyota in het bijzijn van Maarten Matienko van mobiliteitsorganisatie VAB.
“W
e leven in boeiende tijden”, aldus Stefano Petralia van Toyota Belgium en “we zitten op een belangrijk schakelmoment”, volgens Roeland Vriens van Opel Belgium. Het zijn maar twee korte quotes die we tijdens het debat noteerden en die aangeven dat het autolandschap inderdaad een serieuze
gedaanteverwisseling aan het ondergaan is. Niet alleen zijn er de hybride en elektrische aandrijvingen die langzaam maar zeker aan de oppervlakte komen. Ook de veranderde mobiliteitsbehoeften van vooral de jonge generatie werknemers en de wetgeving die onder impuls van Europa meer en meer de fijn stof-problematiek zal aanpakken, zijn
gegevens die constructeurs voor nieuwe uitdagingen stellen. Zo zou ook het rijk van Koning Diesel wel eens uit kunnen zijn in ons land? “De kans bestaat inderdaad dat diesel minder attractief wordt ten gunste van benzine”, zegt Maarten Matienko van automobielorganisatie VAB. “De overheid hoeft de dieselaccijnzen nog maar eens te ver-
hogen. Bovendien zijn de moderne dieselmotoren qua NOx vervuilender dan hun voorgangers en is de integratie van de technologie om de nakende Euro 6-norm te halen, bij dieselwagens duur en complex. Vergeet ook niet dat Europa Vlaanderen op de vingers heeft getikt wegens een teveel aan kankerverwekkend fijn stof. De wetgeving zal dus
V.l.n.r.: Maarten Matienko (VAB), Roeland Vriens (Opel), Alain Frenay (D’Ieteren), Harald Pluym (Peugeot) en Stef Petralia (Toyota).
6
Alain Frenay (D’Ieteren): “de wagenkeuze zal in de toekomst rationeler gebeuren: minder attractieve opties, minder brandstofverbruik en meer veiligheid.”
van de benzineprijs aan de pomp zal ook tot gevolg hebben dat benzinewagens aantrekkelijker worden op de tweedehandswagenmarkt, waardoor de restwaardes zullen stijgen. Wat dit soort wagens dan weer interessant maakt voor de B2B-business.” “Met dien verstande dat de leasingsector naar mijn mening vrij traag reageert”, aldus Stef Petralia. “Leasingmaatschappijen leggen nu al de restwaardes vast voor verkopen die binnen 4 à 5 jaar gerealiseerd worden, terwijl we dan al met de Euro 6-norm zitten…” “Ja, maar de overheid zou daar ook wat duidelijker in moeten zijn”, aldus Maarten Matienko. “Leasingmaatschappijen weten vandaag de dag niet wat de restwaarden zijn over 4 jaar omdat de overheid in haar fiscale regelgeving niet consequent is en halfslachtige maatregelen neemt zoals het clicquetsysteem dat zogezegd gericht is om minder te verbruiken. Niet dus. Het fiscale autobeleid in ons land is tot nader order gericht om geld binnen te rijven. Ecologische motieven spelen weinig of geen rol.” Roeland Vriens stemt hiermee in: “Kijk alleen maar naar hoe LPG en CNG in het verleden ondersteund of beter gezegd niet ondersteund werden. Eigenlijk heel bizar omdat het hier bij uitstek gaat om groene alternatieven.”
Evangelist En zo krijg je het gegeven dat de keuze tussen benzine of diesel voor de constructeurs toch nog dansen op een slappe koord blijft. Zo worden de Opel Insignia en de Peugeot 508 gelanceerd met respectievelijk een 1.4 en een
“De dieselhybride technologie is perfect implementeerbaar op benzinemotoren”, aldus Harald Pluym (Peugeot Professional).
1.6 benzinemotor. “Helaas is er vanuit de bedrijfswereld geen vraag naar en evenmin krijgen we ondersteuning van de leasingmaatschappijen”, aldus Harald Pluym. Stef Petralia legt zich daar niet bij neer. “Al jaren probeer ik leasingmaatschappijen warm te maken voor het hybride verhaal. Want er is gewoonweg een gebrek aan kennis. Vandaar dat ik binnen Toyota al herdoopt ben tot de hybride evangelist (lacht). Recent heeft VAB samen met VITO een test georganiseerd met een Toyota Auris in drie brand-
stofvarianten (benzine, diesel, hybride). Waarom hebben we ons gericht op de end-user? In de hoop dat de leasingmaatschappijen dit zullen oppikken. Wat niet wegneemt dat leasingmaatschappijen nu eenmaal commerciële bedrijven zijn die vooreerst rekening moeten houden met de korte termijnresultaten.” Alain Frenay: “Ik geef Stef gelijk maar leasingmaatschappijen zitten nu eenmaal met het remarketing-vraagstuk. Momenteel is er weinig vraag naar hybride en elektrische wagens. Dat is de realiteit
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
meer en meer gericht zijn om deze problematiek aan te pakken.” “Wat Maarten zegt, klopt volledig”, aldus Stef Petralia van Toyota. “De wetgeving zal zodanig veranderen dat diesel fiscaal minder interessant wordt. Toch verwacht ik hierin eerder een evolutie dan een revolutie. Waarom? De dieseltechnologie is de laatste 20 jaar spectaculair geëvolueerd. En de constructeur zal er toch alles aan doen om de gedane R&D-investeringen terug te verdienen.” Harald Pluym van Peugeot sluit daarop aan: “Als Franse constructeur die zijn pijlen richt op de Euopese markt heeft Peugeot een rijke dieselhistoriek. Daarom dat we nu de dieselhybride technologie lanceren op de 508 en de 3008. Wel is het zo dat deze technologie net zo goed implementeerbaar is op benzinemotoren.” “De enorme verbetering van de dieseltechnologie waar Stef op alludeert, is inderdaad een feit en laat toe om minder brandstof te verbruiken”, aldus Alain Frenay van D’Ieteren. “Maar in ieder geval moeten we de komende jaren andere oplossingen vinden dan fossiele brandstoffen. Vooral voor de grotere modellen denk ik dat we moeten evolueren naar de hybride of de e-trontechnologie.” Roeland Vriens is ervan overtuigd dat de shift van diesel naar benzine zich wel eens sneller zou voltrekken dan iedereen denkt. “Er is de fiscale sturing op paramaters NOx en fijn stof, zoals al aangegeven. Maar ook het besef bij bestuurders dat dieselpartikelfilters problemen kunnen geven bij korte afstanden, speelt een rol. Een verandering
7
DOSSIER waar verhuurders nu eenmaal mee te maken hebben.” “Binnen 4 à 5 jaar zal het autolandschap er toch héél anders uitzien als je ziet welke aandrijvingen er op ons af gaan komen”, aldus Stef Petralia. “Niet vergeten dat een groot deel van de einde contract leasewagens in ons land naar Oost-Europa verhuist maar tegelijk worden daar ook veel nieuwe wagens gekocht. Je krijgt daar dus een plaatselijke occasiemarkt wat de vraag naar onder meer onze einde contracten kan doen afnemen.”
Informeren De introductie van nieuwe autotechnologieën heeft voorts tot gevolg dat constructeurs de consument zul-
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
len moeten gaan informeren. Zeker in het besef dat het vaak de leasebestuurder is die nog altijd beslist over de wagenkeuze. “Daar ligt inderdaad een bijzondere grote uitdaging voor ons”, aldus Roeland Vriens. “En daarbij speelt het dealernetwerk een cruciale rol. Want het zijn de dealers die de boodschap moeten voortzetten naar de eindklant.” Bij Opel gebeurt dit onder meer via het onlangs geopende Ampera Center dat testritten met de Opel Ampera aanbiedt. “Intussen hebben we daar 350 testen afgenomen en wat je merkt is dat 99% deelnemers na afloop een totaal ander idee hebben over elektrisch rijden”, zegt Roeland Vriens. Maarten Matienko treedt de stelling bij
“Ik probeer al jaren de leasingmaatschappijen warm te maken voor het hybride verhaal.” Stef Petralia (Toyota Belgium)
“De shift van diesel naar benzine zou zich wel eens sneller voltrekken dan iedereen denkt”, aldus Roeland Vriens (Opel Belgium).
8
dat dealers de rol van consulent moeten vervullen. “We merkten dit enkele jaren geleden toen er met het invoeren van de roetfilter soms problemen optraden tijdens de pechverhelping. Bij navraag bleken niet alle dealers even goed geïnformeerd te zijn over de gebreken die de roetfiltertechnologie vertoonde. De constructeurs zullen er overigens alleen maar wel bij varen want een bestuurder die problemen krijgt met de roetfilter zal in eerste instantie foeteren op het merk. Daar ligt dus ook nog wat missioneringswerk te doen voor de constructeurs (lacht).” Al die nieuwe aandrijvingen brengen met zich mee dat ook het bepalen van het bestuurdersprofiel nog belangrijker wordt dan voorheen. Alain Frenay: “Inderdaad, de klant die weinig kilometers maakt en diesel rijdt, moet duidelijk gemaakt worden dat er hybride en elektrische alternatieven voorhanden zijn. En het is onze verantwoordelijkheid om de verkopers zodanig op te leiden dat ze de juiste oplossingen kunnen aanbieden.” Stef Petralia: “Welke afstand legt de bestuurder af? En vooral, in welke omstandigheden? Is dat in een stadsomgeving, bijvoorbeeld? Allemaal vragen waar de klant vandaag een antwoord op moet krijgen.” “Er zijn bovendien omstandigheden die we nog niet kennen…”, vult Maarten Matienko aan. “Ik denk aan het invoeren van milieuzones in steden, zoals die nu al bestaan in Duitsland en die dus schonere technologieën een streepje voor zullen geven.” Roeland Vriens: “de klant duidelijk informeren zal meer dan ooit een must zijn. Het ene elektrische voertuig is het andere niet. Kijk alleen maar naar de rij-autonomie tussen een volelektrisch voertuig en een elektrisch voertuig met range extender.” “De actieradius is overigens volgens mij niet het grootste obstakel”,
aldus Maarten Matienko. “De oplaadsnelheid is momenteel een grotere hindernis. Ik merk dat bij VAB waar we twee elektrische wagens hebben aangekocht. Vaak is het zo dat bij de voertuigenwissel de batterij niet voldoende opgeladen is. En dan zit je met een probleem.” “Volgens mij is er ook nog een lange weg af te leggen inzake de productie en recyclage van de batterij”, voegt Alain Frenay eraan toe. “Toch zie ik opportuniteiten voor de elektrische voertuigen als je in rekening neemt dat we in ons land voornamelijk in een stedelijke omgeving zitten: 70% legt nog altijd minder dan 30km per dag af. Daartegenover staat dat je oplaadinfrastructuur nodig hebt. En op dat vlak zou de overheid wat meer uit haar schelp mogen komen…”, zegt Harald Pluym.
Verwend “Feit blijft dat de mentaliteit toch zal moeten veranderen”, aldus Alain Frenay die refereert naar een oplossing die D’Ieteren Lease al 7 jaar geleden aanbood waarbij bestuurders een kleine wagen werd aangeboden terwijl ze voor de vakantiemaanden een grotere wagen ter beschikking kregen. “Maar dat was geen succes, hè. De slogan ‘mijn wagen, mijn vrijheid’ blijft toch nog altijd overeind.” Maarten Matienko: “op dat vlak zijn mensen met een bedrijfswagen in ons land verwend. We beseffen niet welke kosten er verbonden zijn aan het autogebruik, maar we zullen in de toekomst meer bewust moeten omgaan met onze mobiliteit. Jammer van de nieuwe fiscaliteit op de bedrijfswagens die er zit aan te komen … (dit gesprek vond plaats voordat de regering Di Rupo haar maatregelen had bekendgemaakt, red) die een eenzijdige belastingverhoging is die niet de bedoeling heeft om mobiliteitsturend te zijn.
DOSSIER Het bezit, niet het gebruik wordt getaxeerd.” Stef Petralia: “Het zou inderdaad wel eens kunnen zijn dat bedrijfswagens voor bedrijven onbetaalbaar gaan worden en dat we in navolging van Groot-Brittannië evolueren van een systeem van ‘company car’ naar ‘finance allowance’…”
Mobiliteit Een nieuw gegeven is dat vooral jonge – werknemers naast de auto op zoek gaan naar mobiliteitsalternatieven. Een evolutie die zijn gevolgen zal hebben voor het businessmodel van de constructeurs, niet? Harald Pluym: “Onze rol zal inderdaad moeten evolueren van fabrikant naar consultant. Peugeot biedt nu al het Mu by Peugeot-programma aan waarbij de klant een aantal mobiliteitsdiensten zoals een fiets of scooter wordt aangeboden. Deze service kan op termijn ook interessant worden voor de leasebestuurder. Ik denk bijvoorbeeld aan een gedeelte van de maandelijkse
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
leasingprijs door te storten om een bredere mobiliteit te garanderen." Stef Petralia: “Ook Toyota heeft al te kennen gegeven dat het niet alleen de rol van constructeur maar ook die van mobiliteitsprovider zal gaan spelen. Waarbij wel moet toegevoegd worden dat we in de eerste plaats economische entiteiten zijn. Voorwaarde om die rol van mobiliteitsprovider op te nemen, is wel dat de toekomstige omzet gevrijwaard blijft. Het moet nog altijd gaan om een toegevoegde waarde.”
Rationele keuze Tot slot wilden we weten hoe de gesprekspartners de fleetauto ziet evolueren in de komende vijf jaar. Alain Frenay: “Geen gemakkelijker vraag omdat de fiscaliteit dit voor een stuk zal bepalen. En wat met de technologie? Hoe gaat die nog evolueren? Wat wel vaststaat is dat de wagenkeuze rationeler zal gebeuren: minder luxe, minder attractieve opties, meer veiligheid en minder brandstofverbruik. De
wagen zal in eerste instantie dienen om van punt A naar punt B te gaan.” Roeland Vriens denkt dat de toekomstige firmawagen niet zal inboeten aan comfort. “Want dat is nu eenmaal wat de fleetmarkt vraagt. Persoonlijk denk ik wel dat de range extenders en hybrides de komende vijf jaar grote vooruitgang zullen boeken.” “Ik denk ook dat we over 5 jaar een grotere diversificatie in aandrijvingen zullen kennen”, aldus Stef Petralia. “Cijfers wil ik daar niet op vastpinnen maar de dieselpenetratie zoals we die nu kennen zal zeker en vast minder groot zijn.” Bij Peugeot wordt volop ingezet op de dieselhybridetechnologie, en bij uitbreiding de benzinehybrides. “HYbrid4 is momenteel brandend actueel, maar intussen werken we ook op drie andere domeinen aan een zo milieuvriendelijk mogelijk aanbod: de verdere ontwikkeling van klassieke verbrandingsmotoren, volledig elektrisch aangedreven voertuigen én alternatieve mobili-
teitsprogramma’s zoals Mu by Peugeot”, aldus Harald Pluym. Maarten Matienko voorspelt dat er een moment gaat komen dat we met zijn allen onze mobiliteit rationeler moeten gaan benaderen. “We gaan minder automobiel worden, om meer mobiel te kunnen zijn. En daar zie ik een toekomst voor bijvoorbeeld car sharing of mobiliteitspakketten die worden aangeboden. Het zal wel de overheid, weze het federeaal of regionaal, zijn die de nodige randvoorwaarden moet creëren. En op dat vlak hollen we in ons land toch nog wat achter de feiten aan.” Stijn PHLIX en Steven SCHOEFS
TECHNOLOGISCHE STRATEGIEËN Is de toekomst elektrisch? Niet onmiddellijk, als we kijken naar de verschillende strategieën van de constructeurs zoals aangegeven door de deelnemers aan het rondetafelgesprek. Alain Frenay, Group Fleet Manager D’Ieteren (Audi, SEAT, ŠKODA en Volkswagen) • Hybride versie voor alle merken in nabije toekomst • Elektrische versie in nabije toekomst bij SEAT, ŠKODA en VW • Op termijn E-gas-technologie bij Audi Harald Pluym, Fleet Manager Peugeot Professional • Verdere ontwikkeling zuinigere, propere klassieke verbrandingsmotoren • Elektrische voertuigen met nu al de iOn • Dieselhybride technologie die in 2012 wordt gelanceerd en met plug-in in 2013 • Alternatieve mobiliteit met het programma Mu by Peugeot Stefano Petralia, Business Sales Manager Toyota Belgium • Plug-in hybride Prius en volelektrische versie van de IQ in 2012 • Hybride versie in elk segment van het ganse gamma tegen 2020 • Brandstofceltechnologie tegen 2015
Roeland Vriens, Fleet Manager Opel Belgium • Verdere ontwikkeling zuinigere klassieke verbrandingsmotoren, diesel en benzine • Focus op verdere ontwikkeling alternatieve brandstoffen zoals LPG en CNG • Op elektrisch vlak focus op versie Range Extender • In 2015-2016: commercialisatie van wagens met brandstofcellen en op waterstof Maarten Matienko, Woordvoerder VAB “2012 is het jaar waarin de elektrische wagen effectief zijn eerste stap zal zetten in de markt. De nieuwe producten zullen zijn ingang vinden in de leasingmarkt maar niet vergeten dat de particuliere consument geïnteresseerd zal zijn om dit soort voertuigen, onder welke vorm dan ook (range extender, hybride en volelektrisch), te leren kennen. Vandaar dat VAB beslist heeft om die elektrische ontwikkeling voluit te steunen. Zo hebben we onlangs zelf 2 elektrische Citroën C-Zero aangekocht en zal er bij onze Verkiezing van de Gezinswagen van het Jaar, een ‘elektrische’ versie kunnen gekozen worden.”
11
DOSSIER
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
“Groene golf speelt in ons vo Begin december 2011 vond een geanimeerd debat plaats over de toekomst van de premiumwagen. Protagonisten Wim Rommel (Mercedes-Benz & smart), Filip Verstreken (Jaguar & Land Rover), Alain Peers (Volvo Cars) en Kris Verleye (BMW & MINI) discussieerden tussen de gegratineerde oester, de tempura van krab, de fazant met witloof en de chocolademousse, over het hoe en waarom van luxe in de auto, de toekomst van de modellen en de mogelijke impact van de fiscaliteit. Op uw gezondheid!
H
eren, allereerst willen we weten welk model en motorisatie vandaag het meest verkocht wordt aan bedrijven. Alain Peers: De V50 was en is het meest verkochte fleetmodel, maar de recente V60 begint sterk op te rukken. Hun fleetaandeel ligt nu op ongeveer op dezelfde hoogte. De populairste motor is onze DRIVe 1.6 diesel van 115 pk met een CO2-uitstoot van 99 g/km in de V50 en 119 g/km in de V60. Kris Verleye: Bij BMW is het meest verkochte fleetmodel de 5-Reeks. Voor 80% gaat het om
520d versies, verdeeld over berline en touring. Met de lancering van de nieuwe 1- en 3-Reeks zal dat in 2012 weer verschuiven. Bij MINI is het de klassieke Hatchback die twee derde van de fleetverkoop voor zijn rekening neemt, al begint nu ook de Countryman zijn weg naar de fleet te kennen. Filip Verstreken: Voor Land Rover is de Range Rover Sport het populairst in de fleet. Maar nu is er de Evoque, een nieuw model in een nieuw segment en we merken nu al dat de interesse van bedrijven opvallend groot is. De Range Rover
Evoque is beschikbaar met een dieselversie van slechts 129 g/CO2, wat voor Range Rover toch spectaculair is. Voor Jaguar ben ik tevreden dat we een 2.2 4-cilinder dieselmotor kunnen aankondigen in de XF. Wim Rommel: Bij MercedesBenz is het meest verkochte fleetmodel nog steeds de CKlasse in breakversie, maar naar de nabije toekomst verwachten we dat de gloednieuwe B-Klasse wel eens de overhand kan nemen. Vooral de B-Klasse 180 CDI met 114 g/CO2 wordt een erg interessant product voor bedrijven.
V.l.n.r. Alain Peers (Volvo Cars), Kris Verleye (BMW & MINI), Filip Verstreken (Land Rover & Jaguar) en Wim Rommel (Mercedes).
12
n De milieuvriendelijk golf heeft geleid tot een rationalisering van de wagenkeuze. Merken jullie dat? Kris Verleye: We zien inderdaad dat de cilinderinhoud van de bestelde motoren in fleetverkoop steeds kleiner worden. Dit omwille van de fiscale wetgeving. Daartegenover staat dat de uitrusting wordt verhoogd. Het bedrag aan opties gaat elk jaar omhoog, al kan dit in 2012 door de nieuwe fiscale reglementeringen veranderen. Maar hoe je ook draait of keert, mensen kiezen eerder voor comfortopties.
ordeel”
Filip Verstreken: Ik sluit me daarbij aan. Wat je merkt, is dat bedrijven steeds meer werken met een budget aangevuld met een CO2-limiet. Bestuurders besteden het teveel aan budget aan comfortopties om de wagen rijkelijk uit te rusten. Vroeger was dat net omgekeerd. Toen werd vooral voor een zo sterk mogelijke motor gekozen en waren de andere opties eerder bijkomstig. Wim Rommel: Ook bij Mercedes wordt meer en meer voor basismotorisaties geopteerd. De instapmotorversie is de meest populaire in fleet. Daarnaast laten we de klant de keuze tussen twee uitrustingsniveaus, eentje die de auto compleet maakt via een basispakket en daarnaast een ‘luxe’- pakket dat een serieuze upgrade vertegenwoordigt. n Downsizing is dus de trend,
maar wat met downgrading? Wim Rommel: Aangezien wij allemaal goede CO2-waarden kunnen voorleggen, valt de
daling in modelgrootte goed mee. Het is inderdaad zo dat de grootste auto’s zoals Mercedes S-Klasse, Jaguar XJ, BMW X5 en Volvo XC90 steeds minder in de car policies passen, maar dat is altijd een nichesegment geweest. In de andere segmenten speelt die downgrading niet echt een rol. n Maar is die groene tendens voor jullie premiummerken commercieel gezien toch geen handicap? Kris Verleye: Integendeel, we zijn echte ingenieursbedrijven met een technologische voorsprong ten opzichte van de niet-premiummerken. Dat maakt dat die groene golf voor ons zelfs een voordeel is. We hebben goede producten, met goede restwaarden, prima onderhoudsintervallen, uitstekende CO2-cijfers en een prima kwaliteitsimago, en dat legt ons geen windeieren. Ik denk zelfs dat het aandeel van de premiummerken elk jaar nog stijgende is in de leasewereld.
Wim Rommel: Commercieel gezien is het geen moeilijke oefening, maar technisch gezien blijft het een huzarenstuk. Je moet het altijd maar weer doen, hé. Ik geloof dat Daimler elk jaar ongeveer 5 miljard euro in R&D investeert. Je moet dat bedrag elk jaar ook maar weer kunnen neerleggen hé. n Wat zijn volgens jullie de opties van vandaag die morgen standaard in de wagen terug te vinden zijn? Alain Peers: In ons geval is dat het City Safety systeem, wat betekent dat de wagen tot een snelheid van maximum 30 km/u automatisch vertraagt als een hindernis of object waargenomen wordt. Wij bieden dat als enige al standaard aan. Xenonlichten maken ook kans, zeker met de autosnelwegen die veel sinds een tijd minder verlicht worden. Filip Verstreken: De GPS zal over een paar jaar toch wel standaard zijn. We zien dat steeds meer mensen dit nu al
nemen. Daarnaast denk ik aan de automatische versnellingsbak die zeker in premiumvoertuigen de standaard zal worden. Wij bieden vandaag al uitsluitend een automaat in sommige modellen aan. Kris Verleye: Bluetooth en USB-aansluiting zijn ook zo’n opties die snel standaard zullen worden. Wim Rommel: Het zullen toch die opties zijn waar de klant in sé het voordeel van ziet en het logisch vindt dat dit er standaard op zit. Anderzijds zijn er de veiligheidsopties. Een dodehoekverklikker is nuttig voor iedereen, dus dat zou standaard kunnen. Alain Peers: Het zou inderdaad best zijn dat dit standaard wordt, want als optie worden die veiligheidsuitrustingen niet vaak gekozen. Een bestuurder wil de extra som die hij heeft aan comfort en luxe uitgeven. Kris Verleye: Daar waar de klant niet voor wil betalen maar wat toch nuttig is, kan standaard. De rest blijft een optie.
“Veiligheidsuitrustinge n worden op termijn best standaard”, zegt Alain Peers.
Filip Verstreken: “Leasebestuurders besteden hun budget aan comfortopties om de wagen rijkelijk uit te rusten. Vroeger was het net omgekeerd.”
13
DOSSIER
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
“De groene golf speelt in het voordeel van de premiummerken “, aldus Kris Verleye.
Zou het kunnen dat jullie in de toekomst minder auto’s in België gaan verkopen? Filip Verstreken: Nee, wij gaan veel meer auto’s verkopen omdat we bij Jaguar en Land Rover de volgende jaren veel nieuwe modellen uitbrengen waardoor onze volumes zeker zullen stijgen. Wim Rommel, Alain Peers en Kris Verleye in koor: Wij ook, al moeten we met de gewijzigde autofiscaliteit in 2012 toch een slag om de arm houden. Wim Rommel: Nee serieus, ik denk niet dat we minder auto’s op de weg gaan zetten, want de rotaties zullen steeds sneller gebeuren omdat de technologie zo snel evolueert. Daarnaast worden ‘oude’ auto’s meer en meer gerecycleerd, dus de rotatie is ecologisch gezien ook geen probleem.
n
Wim Rommel: “Aangezien wij met z’n allen goede CO2waarden kunnen voorleggen, valt de daling in modelgrootte zeer goed mee.”
n Hoe kijken jullie naar de autofiscaliteit waar de bedrijfswagenbestuurder steeds harder wordt aangepakt? * Filip Verstreken: In België worden lonen nog steeds zeer zwaar belast en dat is een voordeel voor de bedrijfswagen. Maar als daar iets gaat gebeuren, kan het inderdaad zo zijn dat aantallen en volumes verschuiven. Alain Peers: Elke constructeur probeert vandaag wel in zo goed als alle segmenten aantrekkelijke voertuigen aan te bieden. Dus als er een downsizing gebeurt, is het zaak om de klant toch in het gamma te houden. Wim Rommel: Je mag ook niet vergeten dat hoe hoger je gaat in segment hoe minder dat dit Voordeel van Alle Aard relatief doorweegt. Bovendien sla-
gen we er ook in die segmenten in om gunstige CO2-waarden aan te bieden en dus fiscaalvriendelijke voertuigen af te leveren. Kris Verleye: Misschien moeten we wel rekening houden met de ontwikkeling van alternatieve financieringsvormen. In Engeland zijn onder invloed van de fiscaliteit tal van dienstwagens ingeschreven als privéwagen. Ik hoop niet dat dit zich hier doorzet maar het is iets waar we wel rekening mee moeten houden. n Wat verwachten jullie voor jullie merk in 2012? Kris Verleye: Als de overheid de spelregels niet fundamenteel verandert, gaan we denk ik allemaal een mooi jaar tegemoet. We komen allemaal uit met nieuwe modellen,
Range Rover Evoque, BMW 3, Mercedes A- en B-Klasse, Volvo V60 Plug-in Hybrid en we geloven allemaal in de kwaliteiten van ons merk. Alain Peers: Zoals je zegt, Kris, àls de overheid de spelregels niet verandert… want als de CO2-grenzen verstrengd worden, kan het fleetplaatje plots wel ingrijpend veranderen. Steven SCHOEFS en Stijn PHLIX
* Dit gesprek vond plaats nog voor de verhoogde belastingen op de bedrijfswagen bekend waren, zie pagina 32 voor de nieuwe autofiscaliteit.
HET BELANG VAN HET SALON VAN BRUSSEL Van 12 tot 22 januari vindt de 11de editie plaats van het Salon van Brussel. De deelnemers van het debat over het belang van het Salon en welke nieuwe modellen er mogen verwacht worden. Kris Verleye (BMW & MINI): Voor ons als fleet manager is dat een schitterende periode, omdat we dat graag doen en we de kans hebben om heel veel contacten te leggen. Het is een prima forum. Bij ons staat de nieuwe BMW 3-Reeks in quasi wereldpremière en is er de voorstelling van de elektrische BMW e3. Alain Peers (Volvo Cars): We ontvangen veel mensen en we zien dit als een mooi netwerkplatform. Blikvangers zijn de V60 Plug-in Hybrid en C30 full electric die in première worden voorgesteld.
14
Filip Verstreken (Jaguar & Land Rover): Het Autosalon is ook voor ons ontzettend belangrijk. Ieder merk wordt er op gelijke hoogte geplaatst wat een voordeel is, kleiner volumemerk als we zijn. Op het Salon pakken we uit met de Range Rover Evoque en het studievoertuig voor de nieuwe Defender. Wim Rommel (Mercedes-Benz & smart): Uiteraard biedt het Salon de kans om te netwerken. Maar belangrijker is dat heel wat car policies wachten op de salonvoorwaarden en er daarna heel wat voertuigen vernieuwd worden? We kunnen dus een rol vervullen in de begeleiding naar de aanschaf van nieuwe vlootvoertuigen. De B-Klasse is op onze schitterende stand natuurlijk het uithangbord dit jaar.
DOSSIER
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
De auto wordt intelligent De auto past zich voortdurend aan. De boordelektronica maakt er een leuk kantoor van, zodat hij permanent kan communiceren met de buitenwereld. En meteen de veiligheid en het vlootbeheer verbetert. Ook internet ontbreekt niet De bluetooth (draadloos systeem om een draagbare telefoon aan te sluiten aan het voertuig) is nu gemeengoed geworden. De functie maakt het ook mogelijk muziek in streaming te beluisteren, dankzij de verenigbare baladeur. Maar de nieuwe mode is de auto aan te sluiten op het internet... Zoals op het recentste salon van Frankfurt
te kijk stond. Meer en meer constructeurs leveren dat systeem, met een speciale doos, voorzien van een 3G-aansluiting, of met een 3G slimme telefoon die aangesloten is op de wagen. Daarmee kunnen de inzittenden op internet surfen, al rijdend of als zij stilstaan, naargelang van de merken. Een studie van Bitkom de Duitse federatie van ondernemingen in de spitstechnologische sector, geeft een idee
Het Mobileye antiaanrijdingsysteem kan ook aangesloten worden op de programma’s voor vlootbeheer.
van de bij de chauffeurs populairste diensten. Dat zijn in rangorde de diensten van lokalisering, de raadpleging van e-mails en de aansluiting op de sociale netten.
Afstandsbediening De aansluiting op de slimme telefoons maakt tevens nieuwe diensten mogelijk, die het voertuig van op afstand controleren. Applicaties voor iPhone en Android slimme telefoons hebben inderdaad functies als de lokalisering van het voertuig, de vergrendeling van deuren en ramen van op afstand, de controle van de vloeistoffen (verbruik, overblijvende brandstof enz.) de diagnose van de auto (con-
De applicaties voor slimme telefoons maken het mogelijk de auto van op afstand te controleren.
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
D
e auto’s van vandaag stellen zich niet tevreden met een passieve rijstijl. Ze krijgen volop “intelligente” functies, die vooruitlopen op de gevaren en ons permanent verbinden met de buitenwereld. Die toebehoren krijgen een plaatsje dankzij een combinatie van technologieën; het GPS navigatiesysteem, de draadloze 3G verbinding en de camera’s en radarsystemen.
17
DOSSIER trole van de peilen, de lichten enz. of nog een boodschap als het alarm werkt! Eerder speciale instrumenten zijn eveneens beschikbaar voor de vlootbeheerders, om het gebruik van de wagens beter te controleren en het bijpassend budget te beheren. Dat is zo voor de Save Driver kit (SDC) van de firma Fleet Driver Care. Hij is gekoppeld aan een software, die het mogelijk maakt het gedrag van de chauffeur (rijstijl, verbruik) en zijn trajecten (stad, weg, snelweg)) te ontleden, zonder echter informatie over de privésfeer te geven (geen juist adres waar de wagen stopt). De firma TechnoFleet levert eveneens een software, die de gegevens van het voertuig en het rijgedrag centraliseert en drie interfaces bevat: één voor de chauffeur, één voor de vlootbeheerder en één voor TechnoFleet.
Veiligheid bespaart De boordelektronica maakt het daarnaast mogelijk de chauffeur bij te staan in zijn
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
taak en dus de ongevallenrisico’s te beperken. Maar goed, meerdere experten voelen niets voor het idee veiligheidssystemen op basis van een interface tussen de auto en een extern toestel (slimme telefoon of andere), omdat die kan “crashen”. Volgens McAfee, gespecialiseerd in informaticaveiligheid, “zullen hackers die nieuwe systemen wel eens kunnen aanvallen, wat de veiligheid van de automobilist in gevaar kan brengen.” Dat is ook de reden waarom de rijbijstandssystemen op termijn nog steeds gebaseerd zouden moeten zijn op boordtechnologieën als camera’s en radars.
Altijd één oog op de weg De op camera’s en radars gebaseerde veiligheidsuitrusting mag dan democratischer geworden zijn, niet alle modellen kunnen ermee uitgerust worden. De firma Mobileye kan die uitrusting nu ook na de verkoop installeren. De Mobileye C-270 heeft overi-
Surfen in je auto? Dankzij de 3G-aansluiting kan het al.
gens de Fleet Industry Award gekregen. Het systeem tegen aanrijdingen is gebaseerd op een “intelligente” camera op de voorruit in het interieur van de wagen. Het omvat een waarschuwing van frontale botsing met een voetganger (het detecteert ook fietsen); een alarm van frontale aanrijding) op snelwegen en in stadsverkeer, ook detectie van motorfietsen); een alarm van onvrijwillige overschrijding van de rijstrook en een systeem dat de veiligheidsafstanden controleert. De Mobileye C-270 kan tevens aangesloten worden op de verschillende systemen voor vlooten informaticabeheer. “De installatie gebeurt in twee uur en is dankzij de risico’s die het voorkomt rendabel na 4 tot 18 maand”, aldus de fabrikant.
Schade beter beheren Sommige elektronische systemen kunnen ook de feiten van ongevallen opnieuw samenstemmen. Dat geldt
tevens voor de Video Event Data Recorder, “een soort van ‘zwarte doos’ die gemakkelijk geïnstalleerd kan worden in gelijk welke auto,” aldus Paul De Knibber van de firma GBS in Oosterzele. “Het systeem registreert enorm snel automatisch wat er gebeurt op het ogenblik van het ongeval. De chauffeur kan ook zelf het registreren opstarten. Met die gegevens kan de vlootverantwoordelijke bij het indienen van het schadedossier beter onderhandelen met de verzekeringsmaatschappijen.
Automatische noodoproep De elektronica die aan de GPS is gekoppeld, kan ook ingezet worden in het kader van het Europees e-call project. Dat systeem is gebaseerd op een interne boordcomputer in het voertuig. Het belt automatisch het Europees noodnummer (112) als er een ongeval is gebeurd. De juiste gegevens van de plaats van het voertuig worden dan via de GPS doorgeseind. De hulpdiensten kunnen dus snel ter plaatse komen. Dat systeem zou bijna 2.500 levens van de 39.000 Europese inwoners die elk jaar op de weg sterven, kunnen redden. De leden van de vervoerscommissie van het Europees Parlement hebben in september een voorstel goedgekeurd om het e-call systeem verplicht in alle in Europa verkochte auto’s en lichte bedrijfsvoertuigen te installeren. Wordt ongetwijfeld vervolgd. Zeker is hoe dan ook dat onze auto alsmaar meer voor zijn inzittenden waakt... Olivier MALOTEAUX
18
DOSSIER
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
Auto & Moto Salon van Bruss “Alternatieve” editie Het Salon van Brussel legt dit jaar de nadruk op de alternatieve energieën. Zo is er bijvoorbeeld een testpiste voor elektrische modellen. Maar ook bij de conventionele auto’s is er heel wat nieuws. Een beknopt overzicht maakt het duidelijk.
V
oor zijn 90ste uitgave kijkt het salon van Brussel naar de mobiliteit van morgen. De afdeling “Cleaner Mobility” toont het publiek de meest ecologische oplossingen voor zijn verplaatsingen. Je vindt er informatie over de elektrische wagens en hun oplaadsystemen, de voertuigen die op aardgas (CNG) rijden en andere vervoerssystemen die specifiek toegespitst zijn op de stadsmobiliteit. Buiten is een speciale testpiste aangelegd voor de elektrische voertuigen. Daar kunnen nieuwsgierigen modellen testen als de Chevrolet Volt, Citroën C-Zero, Mercedes Klasse A E-CELL, Mitsubishi i-Miev, Nissan Leaf, Opel Ampera, Peugeot iOn, Renault Twizy ZE, Renault Fluence ZE, smart Electric, Volvo C30 Electric en VW Golf Blue emotion. Daarmee staan de recentste nieuwigheden op het salon, met Belgische, Europese en zelfs wereldpremières. Wij geven u een kort overzicht van de nieuwe Fleetmodellen.
Het 90e salon van Brussel legt de nadruk op de mobiliteit van morgen en wordt dus vermoedelijk een massaal succes.
20
el: What’s new? Audi A1 Sportback Naast de bijgewerkte A4 staat op het salon ook de nieuwe A1 Sportback, uitsluitend geassembleerd in de Audifabriek van Vorst. De achterdeuren vergemakkelijken het instappen op de tweede rij, waar de klant de keuze heeft uit twee afzonderlijke zetels en een bank met drie plaatsen. De vrije hoogte is iets groter dan de versie met drie deuren. De koffer daarentegen verandert niet, net als trouwens de motoren. De Sportback kan je nog steeds kopen met felle kleurpaletten, maar ook zijn dak kan mooi geschilderd worden.
BMW 3 Reeks De vedette op de stand van BMW en het fleetnieuws van het jaar! De nieuwe 3 Reeks is 9,3 cm langer geworden. Hij wordt dus ook ruimer, maar
tevens lichter (tot 40 kg minder) en is voortaan leverbaar met drie koetswerkmodellen (Sport, Modern en Luxury). Je kan hem krijgen met de achttraps automaat en de Eco Pro-functie, die het verbruik beperkt. De versie 320d EfficientDynamics Edition van 163 pk verbruikt slechts 4,1 l/100 km of 190 g CO2/km. De 316d en 318 komen tegen de lente in de showrooms.
Citroën DS5 Hij knoopt weer aan met de eigen originaliteit van de constructeur... De DS5 is korter (- 25 cm) dan de C5, maar wil ook jonger en origineler zijn. De sfeer binnenin is stijlvol. Zo zijn er een indrukwekkende middenconsole en een “cockpit”-dak, dat zijn inspiratie in de vliegwereld kreeg. De DS5 is verkrijgbaar met de 1,6 eHDi 110 BMP (114 g CO2/km); de 2 l HDi 135 of 160 pk en als hybride diesel
(2 l HDi 163 pk + een elektrische motor van 37 pk die de achterwielen aandrijft) van slechts 99 g CO2/km.
Ford B-MAX Concept Ford kent wel iets van eenvolumers. Na de zeer gestileerde S-MAX, de zeer ruime Galaxy en de recente (Grand) C-MAX, wordt het gamma binnenkort naar onder toe uitgebreid met de B-MAX, waarvan het prototype in Brussel zal staan. Dit model is iets langer dan 4 m en valt op door zijn glijdende achterdeuren en het ontbreken van een centrale stijl, wat het instappen erg vergemakkelijkt. De serieversie, die in de loop van volgend jaar op de markt moet komen, zal dat ook meekrijgen.
Hyundai/KIA i40/Optima De Koreaanse broers uit dezelfde groep tonen in Brussel hun nieuwe gezinsber-
line. De Hyundai i40 en KIA Optima zijn op dezelfde basis gebouwd en krijgen beide de recente 1,7 CRDi van 115 of 136 pk. De Hyundai i40 Wagon is al een paar maanden in ons land verkrijgbaar.
Mercedes B-klasse De nieuwe B-klasse wordt lager (- 4,6 cm in de hoogte), maar ook langer (+ 8,6 cm). Je klimt niet meer aan boord, maar daalt erin af, omdat er nu geen vloer met dubbele grond meer is. Het model staat nog altijd halfweg tussen break en eenvolumer en kreeg nu een glijdende achterbank. De nieuwe diesel van 1,8 liter is leverbaar met 109 pk (180 CDI of 136 pk (200 CDI). Hij is gekoppeld aan een stop- en startsysteem, verkrijgbaar met een zeventraps automaat met dubbele koppeling... en 80% aftrekbaar (behalve de 200 CDI met automaat).
Audi A1
BMW 3 Reeks
Citroën DS5
Ford B-MAX Concept
Hyundai i40
Mercedes Classe B
21
DOSSIER
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
Peugeot 508 RXH
Renault Grand Scénic
Opel Zafia Tourer
Toyota Prius +
Opel Zafira Tourer Vergeleken met het vorige model (dat in de cataloog blijft) is de nieuwe Zafira Tourer 20 cm langer. Hij heeft dus de grootte van een... Renault Espace! Het koetswerk is gestileerd, net als trouwens het interieur, dat voortaan verkrijgbaar is met een panoramische voorruit en een glazen dak. De achterzetels zijn nu afzonderlijk geplaatst, verlengbaar in de lengte en de hellingshoek. De zetels van de derde rij verdwijnen nog steeds in de vloer, maar worden wel in optie gefactureerd. De motoren zijn dezelfde, de 2 l CDTI 130 ecoFLEX stoot slechts 119 g CO2 per km uit.
Peugeot 508 RXH De vedette van de stand wordt de 508 RXH, een verhoogde break in SUV-stijl met een hybride motor. Die combi-
Volkswagen up!
neert de 2 l HDi 163 pk met een elektrische motor van 37 pk, die de achterwielen aandrijft. De 508 RXH is daarmee een vierwielaandrijver: zijn uitstoot blijft beperkt tot 109 g CO2/km. In de herfst van 2012 komt hij bij ons op de markt De nieuwe 3008 Hybrid4 diesel is geplant voor januari, met dezelfde motor als de 508 RXH.
Renault Scénic Collection 2012 De facelift van de Scénic is een heuse wereldpremière voor Brussel. De stijl van de compacte eenvolumer is verfijnder en de motoren zijn “properder”. De 1,5 dCi Energy 110 pk bijvoorbeeld stoot slechts 105 g CO2/km uit. De Scénic krijgt ook een nieuwe uitrusting, waaronder het Visio System (detectie van onvrijwillig overschrijden van de rijstrook en automatische lichten), richtingaanwijzers met
HET SALON PRAKTISCH • Datum: donderdag 12/1 tot zondag 22/1 • Adres: Brussels Expo, Belgiëplein, 1020 Brussel • Open: 10 tot 19 u. Nocturne tot 22 u op vrijdag 13/1, maandag 16/1 en vrijdag 20/1 • Prijs: volwassenen: 12,50 euro, kaart voor 10 dagen: 65 euro, kinderen van 6 tot 12 jaar: 6,50 euro, gratis voor de minder dan 6 jaar.
22
Volvo V60 plug-in
impuls en bijstand voor het starten op hellingen. Renault toont daarnaast zijn elektrische gamma Fluence, Kangoo en Twizy.
Toyota Prius+ De Prius zal de koning van de stand zijn. Buiten de verfijning van het model en zijn herlaadbare hybrideversie (Plug-in) is er ook zijn nieuwe eenvolumerversie Prius+, die halfweg 2012 op de markt komt. Die heeft de techniek van de klassieke Prius, mar de “+” is 15,5 cm langer, waarvan 8 cm winst voor de wielbasis. Het model heeft tot 7 inzittenden. Toyota geeft een uitstoot van 99 g CO2/km op.
Volkswagen up! De vervanger van de Lupo en Fox, de kleine “up!” heeft een frisse stijl en is 3,54 m lang. Hij zal eerst op de markt komen met drie deuren, maar een vijfdeurs versie komt eraan in 2012. De koffer is vrij groot en er is plaats voor vier inzittenden, al is er geen glijbank. Onder de motorkap is maar één motor beschikbaar: de driecilinder 1 l benzine van 60 of 75 pk en 105 of 108 g CO2/km. De nieuwe Passat CC wordt ook getoond.
Volvo V70 FL & V60 Plug-in Op de Zweedse stand staan de nieuwe versies van de S80 en V70. De versie 1,6 DRIVe gaat van 110 naar 115 pk, heeft nu zes versnellingen en een stop & start-systeem. Zijn grote gezinsversies stoten slechts 119 g CO2/km uit. Op de stand van Volvo staat ook het V60 hybride herlaadbaar prototype, dat een 2,4 l diesel van 215 pk combineert met een elektrische motor van 710 pk. Einde 2012 in de showrooms. Olivier MALOTEAUX
DOSSIER
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
IBM en Capgemini: elk hun CO2-benadering Wanneer de car policies van IBM en Capgemini doorgelicht worden, blijkt aandacht voor de CO2-uitstoot een centrale pijler te zijn. Wat op zich niet hoeft te verwonderen. Het interessante zit hem echter in de manier waarop ze gestalte geven aan deze bekommernis. Bij Capgemini - leidde dit tot een aanpassing van de budgetten, waarbij aan het principe van budgetten en een erg ruim keuzerecht niet geraakt wordt. Bij IBM was de aanpak anders: zij maakten komaf met keuzerecht en gingen voor een standaardmodel voor alle werknemers. Beide vlootverantwoordelijken lichten hun respectievelijke aanpak toe.
I
BM en Capgemini. Er is iets wat beide bedrijven bindt. En nee, we hebben het hier niet over respectievelijke achtergronden, activiteiten en meer hiervan. De paralellen – of beter dé parallel – situeert zich op het vlak van vlootbeheer. Hij kan in drie letters – twee letters en één cijfer, om precies te zijn – worden samengevat: CO2. Sinds jaren de rode draad inzake de fiscaliteit rond bedrijfswagens.
En van het vlootbeleid van alle twee de ondernemingen.
Sustainability “Binnen ons bedrijf gaat een bijzondere aandacht naar sustainability”, legt Geert Bruyninckx, Procurement & Facility Manager bij Capgemini, uit. “Ook inzake fleetbeleid was dit altijd een belangrijk vertrekpunt. 2005 is op dat vlak een kantelmoment geweest. Toen hebben we de
CO2-taks in de budgetten verrekend. Want werken met budgetten is en blijft onze aanpak. Die CO2 is natuurlijk een fiscaal gegeven – steeds meer. Maar dat trekken we open. Er zijn ecologische elementen die spelen. Een lagere CO2 betekent ook dat men inzake verbruik beter scoort, beiden gaan hand in hand. Steunend op deze bekommernis hebben we altijd de meest moderne motoren in huis, wat
nog eens leuk is voor onze mensen. Nu, als we het over CO2 hebben: men spreekt er altijd over, maar beduidend minder over NOx of fijnstof. Precies omdat het groene een welgemeende bekommernis is, betreuren we dat de hele kwestie tot een puur CO2verhaal beperkt wordt. Jammer, maar dat is nu eenmaal de realiteit waarmee we allen geconfronteerd worden.”
Dirk Vandenauweele (IBM): “Kiezen voor één enkel model zorgt onder meer ook voor een schaalvoordeel. Grotere bestellingen, betekent betere kortingen.”
KUNST VAN HET HAALBARE “The proof of the pudding is in the eating”, zegt Dirk Vandenauweele, Business Process Delivery – HR Delivery BeLux. “We staan open voor alle alternatieven, voor zover ze de proef met de haalbaarheid doorstaan. In die zin onderzochten we al het hybride verhaal. Maar dit werd te licht – begrijp: te duur – bevonden. Met IBM Belux hebben we een vloot van 1.700 voertuigen. Daartegenover staat een stevig vlootbudget. Als we gaan voor een alternatief, dan moeten we zeker zijn dat dit ook financieel een verstandige keuze is.”
25
DOSSIER Mercedes als norm “Ook wij plaatsten de CO2 stelt Dirk centraal”, Vandenauweele, Business Process Delivery – HR Delivery BeLux, bij IBM. “Precies daarom namen we enkele jaren een drastische keuze. We maakten komaf met de vele modellen die in onze vloot zaten en gingen naar één standaardmodel: een Mercedes C200, zij het met enige flexibiliteit. Het basisprincipe is dat elke werknemer die recht heeft op een bedrijfswagen net dit voertuig ontvangt. Toch bestaat er zekere ruimte om het op te waarderen. Men kan gaan voor een zwaardere motorisatie of voor meer opties. Maar dan draagt men daar wel de volle kost voor. Op de toewijzing van dit ene model bestaat welgeteld één uitzondering. Wie om familiale redenen behoefte heeft aan een monovolume kan voor een Renault Grand Scénic 1.5 DCI kiezen. Geen andere. We zien trouwens erg nauwgezet toe of deze familiale redenen werkelijk gegrond zijn. Andere uitzonderingen, hob-
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
by's bijvoorbeeld, worden niet weerhouden. Hoe we net bij dit merk en model kwamen? Eenvoudig: er werd een tender uitgeschreven. Hoeft het gezegd dat de CO2-uitstoot hiervan een belangrijke component was? De beslissing was met andere woorden TCO-gerelateerd. Bovendien merk je dat het model toch in de smaak valt bij onze mensen. Aan de keuze voor dat ene model zit nog een ander financieel voordeel. We plaatsen grotere bestellingen, wat zich in aantrekkelijkere kortingen vertaalt.”
Cultuurschok En hoe verliep de aanvaarding? “Eerlijk gezegd: aanvankelijk was dit geen sinecure”, antwoordt Dirk Vandenauweele. “Zeker niet bij diegenen die al een tijdje bij het bedrijf werkten. Voor hen was het een heuse cultuurschok. Ze waren gewoon om met budgetten te werken, en dan krijg je plots die standaardisatie. Maar inmiddels zijn we 3 jaar verder en is de aanvaarding
Geert Bruyninckx (Capgemini): “Is vlootbeleid mobiliteitsbeleid geworden? 'Ja, maar', luidt mijn antwoord.”
26
groot, om niet te zeggen unaniem. Ik tracht de mensen ook duidelijk te maken dat deze aanpak steunt op een bepaald gelijkheidsbeginsel dat wij hoog in het vaandel dragen. Over de functies heen rijdt iedereen met nagenoeg dezelfde wagen; dat is toch een belangrijk signaal.” “Dat is dan toch één verschilpunt (lacht)”, merkt Geert Bruyninckx op. “Wij blijven met budgetten werken, waardoor zowat alle mogelijke wagens kunnen. Enkele extremen buiten beschouwing gelaten; dat is een gekend verhaal.”
Zelfde vrijstelling De term 'gelijkheidsbeginsel' viel daarnet. Speelt dit ook bij de aanpak van veiligheid en bij de manier waarop met schadegevallen omgesprongen wordt? “Beslist, we trekken de lijn door”, beklemtoont Dirk Vandenauweele.”Wie de verantwoordelijkheid draagt voor schade betaalt een franchise van 300 euro. Altijd en voor iedereen. Het is een regel
waar slechts één uitzondering op bestaat: de eerste keer... Ook hier zie je dat gelijkheidsbeginsel terugkeren, dat klopt. Maar laten we het ook functioneel bekijken. Moet je onder je mensen gaan differentiëren? De ene woont verder dan de andere van zijn werk. Het traject van de ene is dan weer anders dan dat van zijn collega. Er zijn ook mensen die hun wagen voor het werk nodig hebben. Wanneer je op het vlak van ongevallen onderscheiden begint te maken, ben je nooit klaar. De regel die we vandaag hebben bestaat trouwens al sinds mensenheugenis.” “Naast CO2 is veiligheid een belangrijke pijler van onze car policy”, legt Geert Bruyninckx, uit. “Dit gaat gepaard met de rijstijl van de mensen. En net daar spelen we op in. Dit vertaalt zich in een beleid waarbij wie meer schade veroorzaakt, daar ook voor moet betalen. Een bonus/malus systeem dus. En eigenlijk gaat dit verder dan de klassieke bonus/malus. Want wie drie jaar schadevrij rijdt, krijgt daar-
Bij Capgemini is veiligheid een belangrijke pijler in het vlootbeleid. Daarom wordt gewerkt met een bonus/malus systeem: wie meer schade veroorzaakt, betaalt daarvoor.
voor een beloning in de vorm van een verlaagde vrijstelling voor als het eens fout gaat.”
Volwaardige mobiliteit Het klinkt als een boutade, maar wel een die de laatste jaren steeds vaker weerklinkt: vlootbeleid is in wezen mobiliteitsbeleid geworden. Is dit iets waar jullie in kunnen terugvinden? “Mijn antwoord is 'ja, maar'”, beklemtoont Geert Bruyninckx. “Kijk, ik zou me er makkelijk vanaf kunnen maken en wijzen naar de specifieke sector waarin wij actief zijn. Onze mensen werken in grote mate bij de klant. En die klant wil hem ook daadwerkelijk zien, wat sowieso de mogelijkheden van thuiswerk – toch wel dé oplossing voor het mobiliteitsvraagstuk – beperkt. Dit neemt niet weg dat we ermee bezig zijn. Ad hoc rege-
lingen zijn er trouwens. Werk je een tijdje bij een klant waar je makkelijker via het openbaar vervoer geraakt, dan grijpen we als bedrijf die kans met beide handen, laat daar geen twijfel over bestaan. Maar er is een groot verschil tussen dergelijke ad hoc oplossingen waarvoor we zorgen en het openbaar vervoer gebruiken als structureel alternatief.” “Wat Geert zegt klinkt me erg bekend in de oren”, vult Dirk Vandenauweele aan. “Mobiliteit is een beetje de kunst van het haalbare. Is het openbaar vervoer een alternatief, dan bieden we dit graag aan. Alleen zijn dat slechts uitzonderlijke gevallen. Van het invoeren van een mobiliteitsbudget is bij ons vooralsnog geen sprake.” Michaël VANDAMME
“TWEE SOORTEN WERKNEMERS” “Er zijn natuurlijk verschillende soorten mensen, maar vanuit mijn invalshoek als vlootverantwoordelijke, deel ik ze wel eens in twee groepen op”, legt Geert Bruyninckx, Procurement & Facility Manager bij Capgemini, uit. “Aan de ene kant diegenen die een eerder functionele kijk op hun bedrijfswagen hebben. Voor hen is een wagen een vervoersmiddel, zonder meer. Maar ze zijn ook een minderheid (lacht). Want aan de andere kant heb je een groep werknemers die tal van gevoeligheden rond een bedrijfswagen in zich dragen. Zij hebben een levendige belangstelling voor het merk. En voor de uitrusting. Ze vormen de meerderheid, laat daar geen twijfel over bestaan. Automatisch creëert dit verplichtingen inzake vlootbeleid. Soms kan de verleiding ontstaan een bedrijfswagen als een zuiver financieel product te benaderen. Alleen betekent dit vaak heel veel voor werknemers, wat voor een gezond tegengewicht zorgt.”
“JUISTE ANTWOORD OP DE CRISIS?” “De looptijd van wagens verlengen is haast een automatisme geweest tijdens de crisis”, stelt Geert Bruyninckx, Procurement & Facility Manager bij Capgemini, vast. “Op zich kan ik deze reflex best begrijpen, hoor. Tijden zijn onzeker en men wil de kosten onder controle houden. Maar berust deze beslissing wel op de juiste berekening? Uiteindelijk moet je uitgaan van een Total Cost of Ownership (TCO). Sneller van voertuig veranderen, betekent ook steevast dat je wagens met een lagere CO2 én verbruik in je vloot krijgt. We hebben er een zekere ervaring mee. Welnu, het beleid, destijds ingevoerd, dat erin bestond de looptijd in te korten heeft ons op het einde van de rit geen windeieren gelegd.”
27
DOSSIER
FLEETAUTO VAN DE TOEKOMST
DHL trekt voluit de CNG-kaart DHL Express zet stevig in op CNG. Het koerierbedrijf streeft op termijn naar een vloot die 100% op gecompresseerd aardgas rijdt. Nu al is dat het geval voor de terminal in Aartselaar. En wij die dachten dat CNG bij gebrek aan tankinfrastructuur en de weinige aandacht van de overheid ten dode opgeschreven was…
M
omenteel telt Vlaanderen inderdaad slechts een handvol tankinfrastructuren wat een doorbraak van CNG als alternatieve brandstof natuurlijk niet bevordert”, aldus Tom Verstraelen, Transport Manager bij DHL Express Belux. “Met onze CNG-plannen willen we het verhaal van het kip en het eidoorbreken. We hopen in elk geval dat andere spelers in de logistieke sector zullen volgen, zodat er ook meer tankstations worden opgericht. Zelf hebben we bedrijven waaronder Coca-Cola en Dockx Rental gecontacteerd om over te schakelen op CNG.” DHL Express legt de lat hoog. Op termijn streeft het naar een bestellervloot die geheel op CNG rijdt. “Onze terminal in Aartselaar bestaat sinds kort reeds volledig uit voertuigen op aardgas.
“
In 2008 kochten we 4 Opel Combo’s aan. Dit jaar zijn er daar 16 Mercedes-Benz Sprinters NTG bijgekomen. De komende 14 maanden worden, verspreid over onze 13 vestigingen, nog eens 90 voertuigen vervangen. Indien mogelijk zal het gaan om CNG-versies, afhankelijk van de beschikbaarheid van tankinfrastructuur. Zoals het nu naar uitziet zullen er volgend jaar 15 CNG-voertuigen bijkomen.” In Aartselaar werd intussen ook een fast filltankstation geïnstalleerd. “We huren de installatie bij Green Point Supplies, een West-Vlaams bedrijf dat mobiele CNG-tankstations levert aan bedrijven”, zegt Tom Verstraelen. Bovendien rekent DHL op DATS 24. Het dochterbedrijf van Colruyt baat nu al 4 CNG-tankstations uit in Halle, Ninove, Antwerpen en Antwerpen-havengebied
en wil er op termijn nog een 25-tal openen.
En de overheid? Het zijn dus de bedrijven die aan de CNG-kar trekken. Maar wat met de overheid? “In onze contacten hebben we toch gemerkt dat de belangstelling miniem is, al staat Vlaams minister Joke Schauvliege er wel open voor. Zij is zich dan ook bewust van de fijne stof-problematiek die de gezondheid van de bevolking aantast”, aldus Tom Verstraelen die het betreurt dat de overheid voertuigen op CNG nog altijd classificeert als benzinevoertuigen. “Terwijl een benzinemodel nog altijd lager scoort in de ecoscore als een CNG-model. Wel is het zo dat CNG-voertuigen sinds kort beschouwd worden als ‘alternatieve voertuigen’. Dat maakt dat ze bijvoorbeeld van vrijstelling genieten in
de nieuwe reglementering omtrent de piekpollutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.”
Waterstof DHL ging niet over één nacht ijs bij zijn keuze voor CNG. “De beslissing namen we samen met de Karel De Grote Hogeschool in Antwerpen die CNG zag als een van de meest rendabele en technisch haalbare oplossingen.” Maar CNG voor DHL is niet het eindstation. “De CNG-motoren zijn hybride waardoor ze ook kunnen werken op CO2neutrale biogas of in de toekomst zelfs op waterstof met zero-emissie“, aldus nog Tom Verstraelen. Met de Universiteit van Gent zijn er alvast contacten om waterstof om te zetten in e-gas (een procedé waar ook constructeur Audi al mee bezig is). Stijn PHLIX
FIJN STOF
DHL streeft ernaar zijn bestellervloot volledig op CNG te laten rijden.
28
Via het GoGreen-milieuprogramma wil DHL tegen 2020 zijn totale CO2-uitstoot met 30% verminderen. De promotie van CNG past in het behalen van die doelstellingen. “CNG zorgt voor 30% minder broeikasgassen ten opzichte van een traditionele dieselmotor. Wellicht nog belangrijker is dat CNG 95% minder fijn stof uitstoot. In een land waar de luchtkwaliteit danig te wensen overlaat, een niet te verwaarlozen gegeven”, aldus Tom Verstraelen.
FLEET ECHO’S
FLEET PEOPLE Emilio Herrera is aangesteld als Managing Director van Kia Motors Belgium. Tot voor kort stond Herrera aan het hoofd van Fiat Auto Belgio. Hij volgt Danny Olemans op die de functie ad interim waarnam nadat Benoît Morrenne naar voetbalclub STVV was vertrokken. Danny Olemans blijft bij Kia als Head of Sales. Hyundai Belux heeft Luc Sano benoemd tot Corporate & Fleet Sales Manager. De vorige jaren was Sano Europees actief, respectievelijk als Corporate Sales Manager bij Jaguar en Land Rover en als Manager European Fleet Operations bij Saab. André Bonnel is sinds 1 september 2011 Commercieel Directeur bij BMW concessiehouder Monserez in Kortrijk. Voordien werkte André Bonnel bij leasemaatschappij Westlease waar hij dezelfde functie uitoefende. Bij Westlease werd hij opgevolgd door Kristof Janssens. CG Car-Garantie Versicherungs-AG (afgekort CarGarantie) maakte bekend dat Luc Baetens de nieuwe directeur voor de volledige Benelux wordt. Baetens beschikt over heel wat ervaring, want in 2002 was hij als adviseur al betrokken bij de oprichting van de Belgische vestiging.
Veel interesse voor elektrische modellen op KBC Fleet Experience Day
De Brabanthal in Leuven vormde dit jaar het fraaie decor voor de 8ste editie van de KBC Fleet Experience Day.
De KBC Lease Groep heeft aan de Brabanthal in Leuven op 20 oktober 2011 een 500-tal aanwezigen verwelkomd op haar jaarlijkse Fleet Experience Day (FED). In totaal werden 174 testvoertuigen van 28 merken ter beschikking gesteld, waaronder 16 elektrische en 6 hybride exemplaren. Daaronder bevonden zich 4 avant-premières en 9 premières voor de Belgische fleetmarkt. Bestuurders konden de rij-eigenschappen van de gekozen testwagens vergelijken en wisselden elkaars ervaringen uit. De FED maakte nog maar eens duidelijk dat de fleetwereld steeds meer rekening houdt met ecologische argumenten. In totaal werden 111 hybride en 250 elektrische testritten afgelegd. n
Dexia Auto Lease viert 10.000ste wagen in leasing Dexia Auto Lease rondde vorig jaar de kaap van 10.000 wagens in leasing. De leasemaatschappij had voor deze gelegenheid haar klanten uitgenodigd op een exclusieve happening die plaatsvond op 7 en 10 oktober op het Circuit van Zolder. Tijdens het academische gedeelte maakte gedelegeerd bestuurder Vincent Beckers duidelijk dat Dexia Auto Lease op het gebied van duurzame ontwik-
keling een belangrijke rol wil blijven spelen. Beckers refereerde onder meer naar het Cleaner Car Contract-programma waarvoor Dexia Auto Lease zich van bij aanvang heeft geëngageerd. Nadien ging het richting circuit waar de genodigden konden deelnemen aan vier workshops rond “duurzaam maar tegelijk verantwoord rijden”. n
Albéric Chopelin (35) is benoemd tot Managing Director van Peugeot en Citroën in de Benelux. Hij start op 1 januari 2012 in zijn nieuwe functie. Chopelin is momenteel Managing Director van Peugeot Nederland. In zijn nieuwe positie zal hij leiding geven aan twee Peugeot Country Directors en twee Citroën Country Directors, die elk de verantwoording dragen voor hun merk in Nederland of België/Luxemburg. Jean-Francois Cotro blijft aan als Peugeot Director België/Luxemburg. Ook Vicente Loustau blijft Director Citroën België/Luxemburg. De klanten van Dexia Auto Lease kregen de kans om alternatieve vervoersmiddelen zoals elektrische auto’s en scooters tot zelfs segway’s toe te testen.
30
Alle fle etactua liteit vindt u www.f leet-bu op siness .com
Renault Kangoo Z.E. is International Van of the Year 2012
Chinese wagens flink stuk veiliger
De Renault Kangoo Z.E. is verkozen tot ‘International Van of the Year 2012’. Dat heeft een jury van 22 Europese journalisten, gespecialiseerd in bedrijfsvoertuigen, beslist. Het is de eerste keer dat een elektrische wagen de titel in de wacht sleepte. De jury liet zich overtuigen door ‘het emissievrije karakter van de
De Chinese auto’s hebben op vlak van veiligheid een reuzensprong gemaakt. Dat blijkt uit de laatste resultaten van de laatste NCAP-veiligheidstest. De Chinese modellen MG6 en Emgrand EC7 haalden een prima score van 4 sterren. Tot voor kort raakten de Chinezen aan nauwelijks 2 sterren. Volgens Touring is het duidelijk dat de Chinese constructeurs volop investeren in hun nieuwe voertuigen om de Europese markt te bereiken. De mobiliteitsorganisatie verwacht dat dit tegen 2013 zal n gebeuren.
bestelwagen, maar ook door zijn functionele en economische kwaliteiten die perfect beantwoorden aan de marktverwachtingen’. De Kangoo Z.E. haalde het voor de Iveco Daily, de Fiat Ducato en de VW Caddy. De trofee werd overhandigd op het internationale Trailern salon in Kortrijk.
Voor het eerst haalde een elektrische bestelwagen de titel van International Van of the Year.
De Chinese modellen MG6 en Emgrand EC7 haalden tijdens de laatste NCAP-veiligheidstest een prima score van 4 sterren.
Dieselwagens worden pas financieel interessant voor wie minimum 25.000 kilometer per jaar rijdt. Dat is de conclusie van mobiliteitsorganisatie VAB na een vergelijkingstest tussen een aantal benzine- en dieselmodellen van de laatste generatie zoals de Toyota iQ, de Peugeot 3008 en de Volkswagen Golf. Volgens VAB ligt de gebruikskost (brandstofverbruik, onderhoudskost en aankoopprijs) van een dieselwagen hoger dan die van een benzinewagen, bij wie vaak kortere afstanden (minder dan 20 km) aflegt en wie vaak in de file staat. “De belangrijkste oorzaken daarvoor zijn de EGR-klep en de roetfilter, onderdelen die de schadelijke uitstoot van een dieselmotor moeten beperken. Die hoogtechnologische onderdelen maken de dieselwagen storings- en onderhoudsgevoelig, zegt VAB. “Ook blijkt dat voor wie geen 15.000 km per jaar doet of vaak in de file staat, de dieselwagen tot 12 eurocent per kilometer meer kost in vergelijking met een gelijkwaardige benzin newagen”, aldus nog VAB.
VAB: “Wie jaarlijks minder dan 25.000 km aflegt, kiest beter voor benzine.”
WORD LID VAN ONZE FLEET & BUSINESS-PAGINA OP Al bijna 1.000 leden telt onze Fleet & Business-pagina op LinkedIn. De redactie van Fleet & Business zal via dit kanaal de communicatie met haar doelgroep blijven intensifiëren. U vindt er de laatste actualiteit uit de fleet- en leasesector terwijl we op geregelde tijdstippen interactieve discussies lanceren. Wilt u ook deel uitmaken van deze community, dan nodigen we uit om zich in te schrijven. Surf hiervoor naar LinkedIn en typ in het zoekveld de trefwoorden Fleet & Business Belgium. Eén druk op de knop en u bent lid!
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
“Diesel pas interessant vanaf 25.000 km“
31
FLEET MANAGEMENT
DE NIEUWE FISCALE WETGEVING
Het plukken van de gans Het heeft wat voeten in de aarde gehad. Maar uiteindelijk heeft de regering Di Rupo de nieuwe fiscale regels voor bedrijfswagens bepaald, lees verstrengd. Of wat had u gedacht? Want als Vadertje Staat op zoek is naar centen, kun je d’er gif op innemen dat de bedrijfswagens worden geviseerd. Fiscaal expert Bart Vanham overloopt met ons de genomen maatregelen…* oewel onze wagens ook wel heilige koe worden genoemd zou men de maatregelen inzake firmwagens vermeld in het regeerakkoord toch kunnen omschrijven met een uitspraak inzake belastingen van JeanBaptiste Colbert, een Franse minister in de 17de eeuw: “de kunst van het belasting heffen, is het grootst mogelijk aantal pluimen te bekomen met het minst mogelijke kabaal van de gans”. Immers de voorgestelde maatregelen zullen op zich gemiddeld genomen geen grote verschuivingen teweegbrengen in de fleetwereld. Er zijn zoals steeds (beperkte) winnaars en (meerdere) verliezers. Wel is het zo dat de geplande maatregelen tesamen met de brandstofprijsverhogingen en de aangekondigde verhogingen van omniumverzekeringen een grote impact zullen hebben en de reeds ingezette trends van downsizing en driver management zullen versterken.
H
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
Het regeerakkoord – even recapituleren
32
Ter herinnering, in het regeerakkoord werd vermeld dat er een 200 miljoen EUR zal worden ‘gehaald’ bij de firmawagens, 100 miljoen bij de werknemers en 100 miljoen bij de werkgevers. Voor de werknemers komt dit neer op een verandering van de formule voor het bepalen van het voordeel van alle aard (VAA) wegens het privé-gebruik van een firmawagen. Vanaf 2012 zou dit gelinkt worden aan de cataloguswaarde van het betreffende voertuig, inclusief opties en btw zonder rekening te houden met verkregen korting. Er wordt dus géén rekening meer gehouden met de werkelijke afstand woon-werk verkeer. Het VAA wordt bepaald door een percentage, afhankelijk van de CO2-uitstoot.
Bart Vanham: “De werknemer van een gemiddelde bedrijfswagen zal zo’n 450 EUR bruto per jaar meer moeten betalen voor het privé-gebruik.”
Dit start op 5.5% en wordt vermeerderd of verminderd met 0.1% per gram CO2 boven of onder 95 gr CO2/km voor diesel en 115 gr CO2/km voor benzinevoertuigen met een minimum van 4% en een maximum van 18%. Het aldus bekomen voordeel dient voor 2012 vermenigvul-
digd te worden met 6/7de en dient minimaal 1200 EUR/jaar te bedragen.
De werknemer: winnaars en verliezers Een aantal berekeningen laat zien dat diegenen die op meer dan 25 kilometer van hun werk wonen en een CO2vriendelijke wagen besturen (CO2<130 gr/km) met een catalogusprijs van minder dan 30.000 EUR er niet slechter van worden. Zij die dichter dan 25 km van hun werk wonen, betalen bijna altijd meer. Het zijn vooral de grotere CO2-uitstoters, genre luxewagens en SUV’s (meestal ook gelinkt aan een hogere cataloguswaarde), die het VAA fiks zullen zien stijgen. In vele gevallen spreken we van jaarlijkse meerbedragen van 7.000 à 8.000 euro. Zo bedraagt het VAA van een Audi Q7 6.0 TDI 815 euro per maand tegenover 132 euro (afstand tot werk < 25 km) en 199 euro (afstand > 25 km). Voor een BMW 530d gaat het om 184 euro per maand tegenover 66 euro (afstand tot werk < 25 km) en 99 euro (afstand tot werk > 25 km). Maar de belangrijkste conclusie is misschien wel dat een werknemer in een gemiddeld wagenpark (ik veronderstel een CO2-uitstoot van +/- 136 gr/km en een cataloguswaarde van +/- 32.500 EUR) gemiddeld +/- 450 EUR bruto per jaar meer zal moeten betalen voor het privé-gebruik (zie voorbeeld in kader voor >25km woon-werkverkeer, impact voor <25km = 1062.39 EUR verschil). Hij zal dus voor +/- 2650 EUR bruto per jaar nog steeds met een firmawagen kunnen rijden, alle (of bijna alle) kosten betaald door de werkgever. De impact van deze gemiddelde stijging is mijns inziens niet voldoende om de aantrekkelijkheid van firmawagens in het gedrang te brengen. Uiteraard zijn er extremen die wel een gedragswijziging zullen teweegbrengen. Werknemers die dicht bij hun plaats van tewerkstelling wonen, kunnen de firmawagen in vraag stellen. Anderzijds zullen werknemers
Ook de werkgever deelt in de klappen. Voor een gemiddeld wagenpark zal deze jaarlijks per bedrijfswagen een 200 euro extra aan belastingen moeten neertellen.
die een CO2-onvriendelijk voertuig besturen (met hoge catalogusprijs) kunnen overschakelen naar een CO2-vriendelijk voertuig, zelfs voor het einde van hun lease-termijn.
De werkgever Ook de werkgever deelt in de klappen. 17% van het bekomen VAA voor de werknemer wordt bijkomstig bij de reeds bestaande verworpen uitgaven geteld in de vennootschapsbelasting. Voor een gemiddeld wagenpark betekent dit een extra belastingkost van +/- 170 EUR/jaar (zijnde +/- 500 EUR/jaar *34%). Dit vertegenwoordigt gemiddeld een 2% à 2.5% van de TCO van de vloot. Ook deze impact op zich zal geen significante wijzigingen met zich meebrengen. Gecombineerd met de impact van hogere brandstofprijzen (van 1,1 EUR naar 1,5 EUR in 2011…) en de aangekondigde stijgingen van de omniumverzekeringen zullen de fleetkosten van een onderneming al snel met meer dan 10% gestegen zijn of stijgen. In het huidige klimaat zal de werkgever vermoedelijk inspanningen vragen van de werknemer om deze kostenstijging te minimaliseren. Keuzelijsten van wagens zullen meer dan ooit ingevuld worden door CO2-vriendelijke voertuigen waarbij de combinatie CO2-vriendelijk nu ook wordt gemaakt met gunstige catalogusprijs. De bestuurders zullen gevraagd worden uitstekend rijgedrag te vertonen om brandstofbesparingen en verminderde schadestatistieken te bekomen.
Minder opties Verder leren de ons omliggende landen dat in systemen waarbij de belasting afhankelijk is van de cataloguswaarde inclusief opties, de wagens met minder opties worden uitgerust (zoals in Nederland) en er inderdaad andere financieringsproducten aan de oppervlakte komen zoals de “Employee car ownership plans” in de UK. Het feit dat de opties meetellen in de cataloguswaarde heeft overigens gevolgen voor werkne-
WAT ZIJN DE EXTRA KOSTEN VOOR WERKNEMER EN WERKGEVER? Werknemer Voordelen van alle aard 2011 versus 2012 - dieselvoertuigen Afstand woon-werkverkeer (enkel) CO2-uitstoot van wagen in gr/km Catalogusprijs in EUR (aanschafwaarde+opties+BTW zonder rekening te houden met korting) VAA 2011 CO2-uitstoot * 0,00237 * 5000/7500 km=
30 km 136gr/km 32500 EUR
2417,4 EUR
VAA 2012 Cataloguswaarde * 5,5% (+/- 0,1% per gram meer of minder dan 95 gr) * 6/7 = 2674,29 EUR Netto (50%) 1337,14 EUR Verschil/jaar 2011 vs 2012 Netto verschil(50% tarief)/jaar
256,89 EUR 128,44 EUR
En de werkgever?... Extra kost werkgever/jaar VAA 2012 * 17%=
454,63 EUR
33
FLEET MANAGEMENT
DE NIEUWE FISCALE WETGEVING
Het Voordeel van Alle Aard van de grote CO2-uitstoters, genre luxewagens en SUV’s stijgt in de nieuwe regeling met 7.000 à 8.000 euro per jaar.
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
mers die vroeger kozen voor een CO2gunstige wagen en in ruil opties konden verkrijgen. Ze worden in de nieuwe regeling extra getroffen…
34
ging voor de aftrek van btw in prinicipe niet. Deze en andere vraagtekens zijn duidelijk voer voor specialisten die nog mening inkt hierover zullen laten vloeien.
BTW-aftrek?
Vlaamse BIV
Begin november 2011 was er ook even opschudding toen er een adminstratieve beslissing werd gepubliceerd die de aftrek van btw voor firmawagens voortaan à rato van het werkelijke beroepsgebruik zou zetten en dit met terugwerkende kracht tot 1/1/2011. Door de heisa en de vele vraagtekens rond de wettelijkheid van deze actie, werd deze al snel weer ingetrokken. De minister kondigde echter aan nog een nieuwe regeling te publiceren voor nieuwjaar. Indien de basisregels worden behouden zou dit betekenen dat voortaan (buiten enkele uitzonderingsgevallen) er geen btw meer moet worden gerekend op het VAA. Anderzijds zou de aftrek van btw ten belope van het (bewezen) beroepsgebruik beperkt worden met een maximum van 50%. Dit betekent een kostenvermindering (namelijk geen btw op het VAA meer) voor vloten waar voornamelijk meer dan 50% beroepsgebruik is. Vloten waarbij de wagens minder dan 50% beroepsgebruik hebben zullen hun kosten door een verminderde btw-aftrek en een verhoogde administratie dan weer zien toenemen... Het wordt afwachten of een dergelijke interpretatie er komt. Wegens de “standstill” clausule kan een feitelijke verstren-
De Vlaamse regering kondigde al in november 2011 aan de Belasting op de Inverkeerstelling (BIV) te linken aan milieunormen van de voertuigen. Hierbij werd gekozen om rekening te houden met de CO2-uitstoot, de euronorm, leeftijd en brandstoftype van het betreffende voertuig en niet langer met het vermogen van de motor of de cilinderinhoud (fiscale vermogen). Kranten hebben reeds uitvoerig geschreven over de mogelijke impact voor verschillende categorieën. Samenvattend kan gezegd worden dat dit algemeen een verhoging van de BIV tot gevolg heeft tenzij de consument zijn aankoopgedrag verandert (de consument is in deze vooralsnog diegene die in het Vlaamse landsgedeelte woont of gevestigd is en die de wagen aankoopt). Belangrijk, voor leasewagens blijft het oude regime van toepassing. De nieuwe Vlaamse BIV heeft bijgevolg geen rechtstreekse invloed op de leasewagens. Gezien ook het merendeel van de eindeleasewagens in het buitenland worden verkocht zal ook de mogelijke impact op de residuele waarde eerder beperkt zijn. Wegens de verschillen in BIV zal leasing voor bepaalde wagens aantrekkelijker
worden. Voor andere wagens zal een inschrijving op naam van de privé-persoon of de firma aantrekkelijker zijn dan vandaag. Wie het nieuwe BIV-tarief wil berekenen kan dit via www.belastingen.vlaanderen.be. De Vlaamse overheid stelt er een calculatietool ter beschikking. Bovenstaande maatregelen hebben vooralsnog twee dingen gemeen; ze zijn geen van allen definitief en ze veroorzaken allen extra kosten. Er worden echter geen grote wijzigingen verwacht aan de voorgestelde maatregelen, eerder verduidelijkingen in de marge. Wordt vervolgd... U bent alvast verwittigd: pluimen zal u verliezen maar net niet voldoende om firmwagens de rug toe te keren...
Bart VANHAM Specialist Autofiscaliteit
* De definitieve regelingen omtrent de BTW-aftrek en de Vlaamse BIV evenals de definitieve teksten van de genomen begrotingsmaatregelen rond de bedrijfswagen waren bij het ter perse gaan niet bekend. Voor een laatste stand van zaken verwijzen we graag naar onze website www.fleetbusiness.com waar we alles op de voet volgen.
FLEET PARTNER
REMARKETING EVENT
Remarketingsector staat voor grote uitdagingen Op 15 november 2011 hebben zo’n 140 professionelen uit de automotive-, lease- en remarketingsector present getekend op de eerste editie van het Remarketing Event in Brussel. Organisator EXPOMotion zorgde in het Diamond Business Center in Brussel voor een welgevuld programma waarbij de aanwezigen tijdens een aantal expertsessies op de hoogte werden gebracht van de meest recente tendensen in de remarketingsector.
D
e sessie van de heer Maarten Baljet van restwaarde-specialist bf forecast maakte meteen duidelijk dat de tweedehandswagenverkoop in ons land voor een aantal pittige uitdagingen staat. “De restwaarde van een auto wordt vastgelegd bij het begin van een contract”, aldus Maarten Baljet. “Ideaal is dat die waarde zo dicht mogelijk bij de reële marktwaarde ligt op het einde van het contract. Er wordt gestreefd naar een maximale afwijking van 2%. Maar dat is geen sinecure en is vooral gebleken tijdens de voorbije jaren, zeg maar vanaf 2008 omdat er heel wat onvoorspelbare factoren zijn gaan mee-
spelen. Er is niet enkel de financiële crisis maar ook het feit dat bepaalde exportlanden steeds hogere eisen gaan stellen voor auto’s die worden geïmporteerd. Daarbij wordt rekening gehouden met voornamelijk de Euro-norm en de CO2-uitstoot. Andere onvoorspelbare factoren zijn de wisselkoers tegenover de Euro en de evolutie van de brandstofprijzen. Los van deze onvoorspelbare factoren kunnen andere factoren precies wel in rekening worden gebracht om de marktwaarde te benaderen. We denken daarbij aan parameters zoals werkloosheid, inflatie, economische groei en de verkoop van nieuwe auto’s. Het voor-
Professionelen uit de remarketingsector bliezen verzamelen tijdens de eerste editie van het Remarketing Event in Brussel.
spellen van de marktwaarde wordt ook makkelijker bij modellen en automerken met een constante historiek. Zo is het makkelijker om de marktwaarde van een Volkswagen Golf in te schatten dan die van een Alfa Romeo Giulietta. Nieuwe uitdagingen zijn er ook voor het inschatten van de marktwaarde van elektrische voertuigen.” In een andere sessie schetste Pieter Libberecht van adviesbureau FIER Automotive een toekomstbeeld van de remarketingsector na 2017 in België en Europa. Volgens Libberecht hebben constructeurs en merkdealers zich ten opzichte van 10 jaar geleden danig geprofessionaliseerd in de tweedehandswagenbusiness wat een goede zaak is. Want hoe groter de handel in occasies, hoe hoger de restwaardes. Maar met de komst van specialisten als Cardoen is het aan de merkdealers om waakzaam te blijven en zich verder te bekwamen in de occasiebusiness, onder meer door het opzetten van onlinekanalen.
BIV De nieuwe BIV-regeling in Vlaanderen stond nog in de steigers op het moment van het Remarketingevent maar dat belette Philippe Decrock en Jean-François Dinant van FEDERAUTO niet erop te wijzen op de eventueel kwalijke gevolgen ervan voor de tweedehandsmarkt. Ten eerste is de nieuwe berekening zeer
36
complex omdat er rekening wordt gehouden met nieuwe criteria zoals de CO2-uitstoot, de Euro-norm, de leeftijd van het voertuig en brandstoftype. FEDERAUTO ontwikkelde alvast de webtool Auto-i (www.auto-i.be) waar de nieuwe BIV voor elke nieuwe en tweedehandse wagen kan berekend worden. Voorts werd geopperd om de nieuwe BIV niet alleen voor particulieren maar ook voor bedrijven en andere rechtspersonen gefaseerd in te voeren. Dit om de tweedehandsmarkt niet te verstoren.
Debat Het Remarketing Event werd afgesloten met een plenair debat waarbij twee stellingen werden voorgelegd. Moderator Rob Henneveld van Global Automotive Consultancy en presentatrice Véronique De Kock peilden naar de meningen van het publiek of diesel nog een toekomst heeft in ons land nu er een stijgende bekommernis is omtrent de luchtkwaliteit. Aansluitend werd van gedachten gewisseld over welke toekomst is weggelegd voor de elektrische voertuigen. Stijn PHLIX Tony DE MESEL
PUBLIREPORTAGE
VAB gelooft in elektrische voertuigen E Dat VAB duidelijk de elektrische kaart trekt, uit zich op vele vlakken. Zo wordt de VAB Gezinswagenverkiezing uitgebreid met een derde categorie 'elektrisch'. Ook twee specifieke proeftuinprojecten van de Vlaamse regering kunnen op de steun van VAB rekenen. Maar de meest uitgesproken manifestatie van deze keuze vindt men terug in de pechverhelpingsactiviteiten.
r worden twee mogelijkheden aangeboden voor de pechverhelping van elektrische voertuigen. Het eerste, klassieke, concept bestaat erin het voertuig naar een laadpaal te slepen. Wanneer een elektrische wagen met lege batterij naast de weg staat, zal die naar de eindbestemming of dichtstbijzijnde laadpaal getakeld worden. De sleepafstand bedraagt ongeveer 20 à 30 km, terwijl de interventietijd gemiddeld 50 minuten in beslag neemt. Niet onbelangrijk om weten: in 2012 zal in 70 gemeenten laadinfrastructuur aanwezig zijn en zullen de 34 grootste treinstations uitgerust worden met laadpalen. Hierdoor zal de interventietijd herleid worden.
Mobiele snellader
VAB zet alles in op de pechverhelping van elektrische voertuigen.
VAB biedt ook een nieuw concept aan: de mobiele snellader. Omdat de snelheid van interventie cruciaal is, wordt het gebruik van zo'n snellader noodzakelijk. Een dergelijk interven-
REFERENTIE IN BIJSTAND VOOR B2B SEGMENT Een hele weg werd afgelegd sinds de Vlaamse Automobilisten Bond (VAB) in 1924 boven de doopvont werd gehouden. De doelstellingen waren duidelijk: de verkeersveiligheid en de verbetering van het wegennet stimuleren. Vandaag heeft VAB zijn dienstenaanbod flink uitgebreid. 6 Business units telt de organisatie met onder meer Bijstand, VAB Rijschool en Fleet Services. De VAB groep telt in totaal 1.070 medewerkers. De omzet bedroeg in 2010 160 miljoen euro. Als professionele dienstverlener richt VAB zich allang niet meer uitsluitend tot particulieren. Ook bedrijven kunnen meegenieten van de ervaring en knowhow van de organisatie. Meer dan de helft van alle bijstandsactiviteiten gebeurt binnen een B2B-omgeving. Doorheen de jaren groeide VAB dankzij haar hoge herstelgraad en de geboden flexibiliteit uit tot dé referentie in de B2B markt voor bijstand. Het partnerschap met bedrijven wordt à la carte ingekleed. Welke incidenten zijn gedekt? Gaat men voor het dichtstbijzijnde afsleepadres, of heeft de klant de vrije keuze? Moet een VAB-vervangwagen worden voorzien? Stuk voor stuk zijn dit parameters voor heus B2B-maatwerk. VAB kan bovendien uitgebreide management informatie bezorgen over de geleverde dienstverlening. Deze informatie is uiterst nuttig voor een optimaal beheer van het wagenpark.
tievoertuig bestond niet, wat de uitdaging voedde om dit zelf in België te ontwikkelen en te bouwen. Deze werkwijze sluit aan bij het concept 'Go no tow' dat voor VAB heilig is. VAB tracht steeds een voertuig langs de kant van de weg te herstellen. Dit is de meest economische én meest aangewezen oplossing voor de klant, want hierdoor wordt een sleep en vervangwagen uitgespaard. Door gebruik te maken van deze snellader kan de interventietijd tot 20 minuten beperkt worden. De snellader zal worden ingeschakeld in 2012.
Elektrische voertuigen Niet toevallig kocht VAB twee elektrische voertuigen aan. “Op zich is dit een goede zaak voor het milieu”, legt Koen Snoeys, B2B Manager VAB, uit. “Maar meer nog is het de bedoeling het eigen personeel en het management in reële omstandigheden kennis te laten maken met de huidige generatie elektrische voertuigen.” VAB kiest voor een operationeel apparaat met eigen wegenwachters en niet voor outsourcing naar plaatselijke depanneurs. “Volgens ons de beste manier om een kwalitatieve dienstverlening te bieden.” Geheel in deze filosofie, heeft opleidingscentrum VAB Training & Consult een erkenning op zak als opleidingsinstituut voor de opleiding en certificatie van technici die werken aan elektrische en hybride voertuigen. “De opleidingen zijn bedoeld voor de eigen wegenwachters maar ook voor de invoerders.”
FLEET PARTNER
JAN VAN ROON, CEO ALPHABET BELUX
“De top 3 is een tussenstap” Sinds 30 september 2011 is de overname van ING Car Lease door Alphabet een feit. Het nieuwe Alphabet heeft internationaal meer dan 460.000 wagens in beheer, is operationeel in 18 landen en groeit uit tot een van de vijf grootste leasebedrijven op de Europese markt. Ook in België richt het nieuwe Alphabet zich naar de leasetop, met nu reeds meer dan 35.000 vlootwagens in beheer. “Via onder meer een doorgedreven klantenservice en het aanbieden van mobiliteitsoplossingen moet dit in 2012 al leiden naar een top 3-positie”, zegt CEO Jan van Roon.
“V
olgend jaar verwachten we een groei van de operationele leasemarkt in België met 1,7%, maar wij zullen sneller groeien. We zullen dit doen door de bestaande klanten een optimale service te blijven garan-
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
Jan van Roon: “Volgend jaar verwachten we een groei van de operationele leasemarkt in België met 1,7%, maar wij zullen sneller groeien.”
38
deren. Daarnaast leggen we de focus op het aantrekken van nieuwe klanten, met als doel de top 3 van de operationele leasemarkt te behalen in 2012. Onze sterke financiële background vormt daarvoor een belangrijke basis.
n Is dit allemaal wel realistisch, want u moet in de eerste plaats de integratie van ING Car Lease en het ‘oude’ Alphabet in goede banen leiden? Jan van Roon: “Wij zijn realistisch maar ook ambitieus.
Internationaal is besloten dat de integratie in de diverse landen in verschillende fases zal gebeuren, afhankelijk van de lokale situatie en de grootte van de wagenparken. Er zijn drie priority landen benoemd die al op 30 juni 2012 geïntegreerd moeten zijn, en dat zijn Spanje, Belux en Nederland. De andere landen hebben maximaal 18 maanden integratietijd. n Een integratie wekt altijd wat onrust. Hoe stelt u het personeel en de klanten gerust? Jan van Roon: “De klanten en onze medewerkers reageren zeer positief. We hebben een sterke aandeelhouder die toekomstgericht denkt. Het is ook zeer belangrijk dat je continu en duidelijk communiceert. Bestaande klantenrelaties worden gecontinueerd. De key account managers zullen hun contacten verderzetten, al kunnen er in overleg met de klant lichte wijzigingen plaatsvinden. Er
“De ING Car Lease-tools zullen gebruikt worden binnen het nieuwe Alphabet.”
Alphabet wil een voortrekkersrol spelen op mobiliteitsvlak.
zijn bijvoorbeeld klanten die zowel bij ING Car Lease als bij Alphabet klant waren, dit gaan we vanzelfsprekend stroomlijnen. Uitgangspunt is dat de klant blijft genieten van de gewenste service. Ook alle arbeidsplaatsen blijven behouden. Sterker nog, we zullen nieuwe competente medewerkers moeten aantrekken om onze groeiambities waar te maken. Het nieuwe Alphabet telt nu ruim 35.000 vlootwagens. Internationaal gezien wordt ook een serieuze stap vooruit gezet. Zal de klant kunnen genieten van de schaalvoordelen die gecreëerd worden? Jan van Roon: “Het spreekt voor zich dat de gecreëerde schaalvoordelen doorgerekend worden naar de klant. Dus het antwoord is ‘ja’.” Het nieuwe Alphabet wil een voortrekkersrol op mobiliteitsvlak spelen. Kunt u dit concreet maken? Jan van Roon: “De mobiliteitspiste was al aanwezig, maar wordt verdergezet met een stevige ondersteuning door BMW Group. Op termijn brokkelt de identificatie van een persoon met het bezit van een wagen af. Dat betekent dat je naar een ander model van autogebruik evolueert, een model waar flexibiliteit centraal staat. BMW Group wil in die flexibele mobiliteit een voortrekkersrol spelen en Alphabet is de ideale partij om deze mobiliteitsdiensten te
n
faciliteren. We spreken namelijk over de integratie van verschillende actoren met een nood aan een performante ondersteuning. Er lopen al enkele lokale proefprojecten, zoals het car sharing-project AlphaCity in Duitsland, die een vervolg zullen krijgen in andere landen. n Kijkt u ook naar nieuwe klantenprofielen, zoals de particuliere klant? Jan van Roon: “Dat zou kunnen, maar het financiële en fiscale plaatje moet ook kloppen. Ons Sales2 Driver verhaal, waar we leaseauto’s verkopen aan de particulier, is zeer succesvol en kan in principe gemakkelijk uitgebreid worden met een financiering, verzekering of onderhoudscontract. Alleen moet het goed georganiseerd worden en moet het een passende formule zijn voor de klant en voor ons.”
n Het nieuwe Alphabet zal in Aartselaar gevestigd worden, in de kantoren van ING Car Lease Belgium. U bent CEO van het nieuwe Alphabet, Marc Vandenbergh is Sales Director, Wim Batens is Finance Director, Erik Swerts is Operations Director en Ann Massart is verantwoordelijk voor Marketing. Ward Martens is benoemd tot Director Marketing, Business Development en Distribution Channels. De meesten zijn allemaal ING Car Lease gezichten. Het lijkt erop dat in België ING Car Lease Alphabet heeft overgenomen in plaats van omgekeerd. Jan van Roon: “Neen, dat is niet zo. Alphabet deelde tal van diensten met BMW Group en meer specifiek met BMW Financial Services, terwijl ING
Car Lease altijd dedicated teams heeft gehad voor haar klanten. Dat is bijvoorbeeld ook de reden waarom we de ING Car Lease-tools zullen gebruiken binnen het nieuwe Alphabet. Die sluiten beter aan bij de reporting- & communicatienoden van het fleetpubliek. De Distribution Channels, onder verantwoordelijkheid van Ward Martens, zijn voor ons zeer belangrijk. Binnen BMW Group heeft men veel ervaring met het distributienetwerk, en dit zal in de toekomst zeker benut worden. Zo zal ING België onze producten blijven verkopen via het bankkanaal.” Steven SCHOEFS
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
n
39
FLEET PARTNER
FLEET & BUSINESS ACADEMY
Bestuurdersprofiel wordt ess Met de stijgende brandstofprijzen en de zwaardere fiscale aanpak van firmawagens, is het voor vlootbeheerder en bestuurder meer dan ooit zaak om bedachtzaam te zijn bij de keuze van het brandstoftype van de vlootwagen. Ook het sturen van het bestuurdersgedrag is cruciaal voor het beheersen van de totale gebruikskost of TCO. Dat werd duidelijk tijdens de Fleet & Business Academy Expert Sessie die op 1 december werd gehouden in de gebouwen van Toyota Motor Europe in Evere.
Z
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
o’n 75 fleet professionals waren opgedaagd voor de Fleet & Business Academy Expert Sessie die dit jaar draaide rond het thema 'brandstofbeheer en nieuwe voertuigtechnologieën'. Diverse experten deelden hieromtrent hun inzichten met als doel om het vlootbeheer te sturen naar meer kostenefficiëntie en een verdere vergroening. Voorts werd dieper ingegaan op de aangepaste mobiliteitsdiensten die een plaats trachten te veroveren in de bedrijfsvloten. Deze Expert Sessie viel samen met de bekendmaking van de begrotingsmaatregelen die de regering Di Rupo inzake de firmawagen heeft genomen. Onnodig te zeggen dat de uitleg die fiscaal expert Bart Vanham daarbij gaf, de zaal muisstil maakte (op pagina’s 32 t/m 34 in dit magazine vindt u een overzicht van de genomen fiscale maatregelen).
40
Brandstofprijs Het was Managing Director Daniel Debrouwer van consultancyspecialist Eurofleet Consult die de debatten opende met de stelling dat door de stijgende brandstofprijzen het maandelijkse budget van een gemiddelde fleetwagen (30.000 km en een verbruik van 6l/100 km) gestegen is van 150 euro per maand tot 203 euro per maand, oftewel een stijging van 7% in de totale gebruikskost van de wagen. Die impact op de kostenstructuur van een vlootbeheer zal enkel nog groter worden. "Wanneer is nog niet geweten, maar het ziet ernaar uit dat we naar een
petroleumprijs van 2 euro per liter evolueren", aldus Daniel Debrouwer, die liet weten dat voertuigkeuze en bestuurdersgedrag bijkomende belangrijke factoren zijn in de beheersing van de kosten. “20 gram meer CO2-uitstoot betekent qua verbruik een extra kost van 26 euro/maand terwijl de CO2-bijdrage voor de werkgever in dat geval met 17 euro stijgt. Reken daar de extra belasting bij, die het gevolg is van de verworpen uitgaven (12 à 18 euro/maand) en je zit al gauw aan een potentiële meerkost van 70 à 100 euro, oftewel een stijging van 8 à 13% van de TCO.” Een strategisch vlootbeheer vandaag is een beheer dat terdege rekening houdt met de energetische evoluties. Guido Schouteet van Fleet&DriverCare goochelde met nagenoeg dezelfde cijfers en concludeerde daaruit dat het bestuurdersgedrag en
voertuigmanagement absolute prioriteit verdient. “Zowel bij de keuze als tijdens het gebruik van de wagen, is het de vooral vlootverantwoordelijke die daarbij initiatief moet nemen”, aldus Schouteet. Als voorbeeld gaf hij het feit aan dat ruim 8 op de 10 bestuurders niet met de juiste bandenspanning rijdt wat per 100 km al een extra brandstofverbruik oplevert van ruim 0,5 liter.
TCO Als we naar de kostenstructuur van een traditionele dieselwagen in de vloot kijken, merken we dat de financiering met 45% nog steeds het grootste stuk van de kostentaart uitmaakt. Maar de brandstofkost rukt op en bedraagt vandaag tussen 20% en 30% van de TCO. Een tweede element dat aan een opmars bezig is, is het fiscale luik (zo’n 15%) met het CO2-gegeven
Daniël Debrouwer van Eurofleet Consult: “Naast de brandstofprijs zijn voertuigkeuze en bestuurdersgedrag bijkomende belangrijke factoren in de beheersing van de kosten.”
entieel
Smart grids Joost Kaesemans, Directeur Communicatie van FEBIAC, gaf een bijzonder interessante presentatie rond de elektrificatie van het wagenpark en gelooft dat de aanwezigheid van EV’s in bedrijfsvloten de aanvaarding ervan in onze maatschappelijke mobiMet steun van:
liteit kan stimuleren. Joost Kaesemans stelde dat van alle nieuwe aandrijftechnologieën de hybride en elektrische voertuigen op termijn wellicht de mooiste toekomst voor zich hebben. De elektrificatie van de mobiliteit verandert de relatie tussen de gebruiker en het product auto en ze vraagt een nog persoonlijkere aanpak van de autosector om de gebruiker goed te bedienen. Volgens Joost Kaesemans is het niet ondenkbeeldig dat de overheid haar gevestigde ambitie om iedereen toegang te geven tot de aanschaf van een wagen moet wijzigen naar de ambitie om voor iedereen een geschikte mobiliteit te garanderen. Daarnaast zal de integratie van elektrische wagens nieuwe, interessante business modellen met zich meebrengen. Zeker met de ontwikkeling van smart grids of slimme elektriciteitsnetwerken die het mogelijk maken voor EV's om niet alleen stroom op te slaan maar deze ook ter beschikking te stellen. De elektrische wagen als stroomleverancier, dus. "Via smart grids zullen EV's goedkoop elektriciteit kunnen opslaan op dalmomenten, om die daarna op piekmomenten tegen een hogere prijs weer te verkopen." Nog niet meteen voor vandaag. Hoewel, bij Siemens is al een zogeheten micro grid – een smart grid in het klein, zeg maar - in proef. Daarvoor werd recent ingestapt in het Volt-Air-platform, één van de proeftuinprojecten die de Vlaamse regering heeft opgezet ter promotie van elektrische voertuigen in wagenvloten. Rob Custers: “We hebben elektrische Volvo’s C30 en smarts in ons wagenpark opgenomen. Deze zijn aangesloten op twee
Een 70-tal professionals uit de fleetsector luisterde geboeid naar de diverse experten die het onder meer hadden over de toekomst van hybride en elektrische voertuigen.
micro grids op onze sites in Huizingen en Anderlecht. Dankzij deze slimme energienetwerken kunnen de wagens niet alleen hun energie gebruiken maar ook energie opslaan. Die energie kan dan al naargelang de vraag van de ene naar de andere bedrijfssite doorgesluisd worden.” Micro grids en bij uitbreiding smart grids zijn volgens Rob Custers de toekomst en een absolute voorwaarde om een doorbraak van elektrische wagens te forceren. Custers liet nog weten dat gebruikers van EV’s al snel hun vooroordelen omtrent een gebrekkige rij-autonomie snel laten varen. “Eens elektrisch te hebben gereden, is de drempelvrees snel weg. Het is dan ook belangrijk dat gebruikers hun ervaringen communiceren naar andere geïnteresseerden.” Ook telecombedrijf Mobistar trekt een voortrekkersrol op vlak van elektrische mobiliteit. Karel Boussu, Facilities & Real Estate Manager van Mobistar: "doel is dat tegen 2015 5% van onze vloot met 1.000 wagens uit hybride of elektri-
sche exemplaren bestaat. Voorts streven we ernaar om al onze poolwagens elektrisch te laten rijden. 10% van ons personeel willen we op de fiets of motor krijgen. Een derde van onze werknemers zonder bedrijfswagen, zien we graag het openbaar vervoer nemen. Daartoe wil Mobistar de mobiliteitsbudget-formule invoeren. Via dat systeem krijgen de werknemers de keuze om een bedrijfswagen te combineren met alternatieve vervoersmodi zoals elektrische wagen, trein, fiets, ... . Volgend jaar wil Mobistar het aanbod uitbreiden met plooifietsen, elektrische scooters en zelfs de mogelijkheid bieden om in flex offices te werken. Voorts zal vanaf 2012 de wagenkeuzelijst worden uitgebreid met hybride en elektrische modellen die op de markt te verkrijgen zijn. Bij Mobistar wil men ook een flexibel leaseprogramma introduceren door de leaserijder een elektrische wagen aan te bieden terwijl hij in de vakantie over een grotere wagen kan beschikken. Stijn PHLIX en Steven SCHOEFS
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
als centraal element. Naar de toekomst toe mogen we verwachten dat beide elementen steeds zwaarder zullen doorwegen in de kostenstructuur van het gebruik van diesel- en benzinevoertuigen. Als we naar de TCO van full hybrids, plug-in hybrids en elektrische voertuigen kijken, wordt de oefening een waar huzarenstuk. Duidelijk is dat de TCO van dit type voertuigen sterk afhankelijk is van het gebruik, het traject en de rijstijl van de bestuurder. De fiscaliteit mag gunstiger zijn, net als het onderhoud en de brandstofkost, maar de aanschafprijs ligt tussen 7.000 (plug-in hybrid) en 15.000 (EV) euro hoger dan bij een vergelijkbaar thermisch voertuig terwijl de restwaarde opvallend lager wordt ingeschat. De aanwezige experts zijn van oordeel dat een concurrentiële TCO voor deze nieuwe voertuigtechnologieën enkel bereikt kan worden als er voldoende met het voertuig gereden wordt, er een correct en gunstig oplaadgedrag van de batterij is, de bestuurder een efficiënt rijgedrag vertoont en deze voertuigen meer toegang tot de markt vinden zodat schaalvoordelen op kostenvlak gegenereerd kunnen worden. Zolang dit niet het geval is, blijven duidelijke fiscale incentives nodig om deze voertuigen verkoopbaar te houden.
41
FLEET PARTNER
ANNE STEUNS, CITROËN BELUX
“Ons gamma is op maat voor de Fleet” Sinds enkele weken is Anne Steuns de nieuwe Fleet Manager van Citroën. Een nieuwe uitdaging, ook voor iemand die al vele professionele watertjes in de automotive heeft doorzwommen. Welke plaats ziet zij voor haar merk in de Fleet weggelegd? En staat er een nieuwe aanpak op stapel? De vragen leken ons pertinent, en dus zochten we Anne Steuns op. Anne Steuns: “In de Fleet is een belangrijk groeipotentieel voor ons merk weggelegd.”
I
n september raakte het nieuws bekend dat Stijn Blanckaert na 7 jaren Citroën verlaat. Samen met Bart Vanham en Guido Schouteet lanceert deze voormalige Fleet Manager Cars4Publicity, een nieuw concept van mobiele reclame op de Belgische wegen. Vrij snel werd ook de naam van zijn opvolgster wereldkundig gemaakt. Sinds midden oktober mag Anne Steuns zich de kersverse Fleet Manager van het Franse merk noemen. En meer dan dat. “Formeel ben ik sinds 12 oktober in functie”, legt ze uit. “Voorlopig combineer ik echter de functie van Fleet Manager met mijn oude job binnen Citroën.” Drukke tijden, dus? “Reken maar (lacht).”
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
Strategie
42
GEBOREN EN GETOGEN IN AUTOMOTIVE “Misschien klinkt het als in een cliché, maar ik mag wel degelijk claimen in de automotive geboren te zijn”, stelt Anne Steuns grappend. “Mijn stamboom spreekt op dat vlak boekdelen. Mijn overgrootvader lag aan de basis van een garage, waarna deze door mijn grootvader en vader werd voortgezet. Mijn eerste professionele stappen zette ik bij Opel in het familiebedrijf van mijn grootouders en ouders. Van daar ging het richting Arval waar ik 7 jaar lang Regional Sales Manager was. Een volgende stap bracht me bij Citroën. Gedurende iets minder dan 7 jaar als Zone Manager Fleet en dus sinds kort als Fleet Manager.”
Nieuwe bazen, nieuwe wetten. Of strookt het gezegde niet met de realiteit? “Ik vrees dat ik op dat vlak weinig sensationeel nieuws te brengen heb. De strategie zoals die door mijn voorganger uitgetekend werd, zal onverminderd worden voortgezet. Het is een fundamentele vaststelling dat de Fleet een belangrijke groeimarkt voor ons merk is. En het potentieel dat op dat vlak bestaat, willen we ten volle benutten. We beschikken trouwens over heel wat argumenten ter zake. Neem nu ons gamma, dat is erg breed. Het aanbod is van die aard dat een antwoord kan geboden worden op nage-
noeg elke vraag, wat toch erg belangrijk is voor de Fleet. Van kleinere wagens tot topmodellen kan je als vlootverantwoordelijke bij Citroën aankloppen. In het bijzonder denk ik dan aan onze DS-lijn. De recente DS5 bijvoorbeeld. Die wagen is uitgerust met een motor van 200 pk die inzake CO2-uitstoot nauwelijks aan 99 gr/km komt. Als dat geen spek naar de bek voor de Fleet is (lacht)?”
Fysiek We spreken Anne Steuns zo'n anderhalve maand voor de opening van het Autosalon. Hoe kijkt zij hier tegenaan? “Reikhalzend, laat me daar heel duidelijk in zijn”, antwoordt ze. “Het Salon biedt op twee fronten een meerwaarde. Om te beginnen is er het netwerkaspect. Het is dé plek waar je de hele sector aantreft. Anderzijds is het toch een uitgelezen moment om het hele gamma aan het brede publiek te tonen. Het internet mag dan al niet meer weg te denken zijn uit ons dagelijks bestaan. Maar auto's, dat willen mensen nog altijd fysiek zien alvorens ze kopen. En waarom zou het anders zijn met verantwoordelijken uit de Fleet?” Michaël VANDAMME
FLEET-OWNER
SANDRA DEVLEESCHOUWER (CTG)
“Vlootbeheer wordt constant Stilstaan is achteruitgaan. Kort gesteld, is dit de perfecte synthese van het vlootbeleid dat CTG de voorbije jaren aan de dag legde. Actief in een sector die gekenmerkt wordt door schaarste op de arbeidsmarkt, is de bedrijfswagen een belangrijke motivator. “Tussen budget en motivatie een gulden middenweg vinden is mijn grote uitdaging”, benadrukt vlootverantwoordelijke Sandra Devleeschouwer. “En als dit kan door de nieuwste technologieën te gebruiken? Graag, maar het moet wel haalbaar zijn.” Een gesprek.
W
e treffen Sandra Devleeschouwer, HR officer Compensation & Benefits bij CTG, op een moment dat duchtig geschreven wordt aan de nieuwe car policy van het bedrijf. Die dinsdagochtend blijken de regeringshandelingen – nog maar eens – behoorlijk strop te zitten. “De onzekerheid over het lot
dat bedrijfswagens te beurt zal vallen is vervelend voor ons, vlootverantwoordelijken. Fleet beleid is een dynamisch iets, wat zich vertaalt in een regelmatig wijzigende car policy. Aanpassingen gebeuren in functie van de wijzigende omstandigheden, maat wat als je op dat vlak in het ongewisse tast of met bijvoorbeeld aanpassingen gecon-
Sandra Devleeschouwer: “Zeker in de IT is en blijft de bedrijfswagen een belangrijke motivator.”
44
fronteerd wordt, dikwijls retroactief toegepast, en die zowel het individu als het bedrijf viseren?”
Promotie “Het belangrijkste uitgangspunt van ons vlootbeheer is dat onze mensen, afhankelijk van hun functie en dus categorie waarin ze zich bevinden, recht hebben op een bepaald budget”, legt Sandra Devleeschouwer uit. “Doorheen de jaren is dit budget wel stelselmatig aangepast. De bepaling van de budgetten gebeurt aan de hand van verschillende parameters. De CO2-uitstoot zoals u wel kan vermoeden, de RSZ, maar ook het gemiddeld verbruik en het al dan niet schadeloos rijden. Wie erin slaagt zijn looptijd van 5 jaar door te komen zonder schade, krijgt een bonus van 25 euro budget. Per schadegeval wordt daar 5 euro afgetrokken. En na verloop van de vijf jaar, wordt de 'ongevallenteller' terug op 0 gezet. Wil dit nu zeggen dat wie binnen de grenzen van zijn budget blijft over een vrij keuzerecht beschikt? Zo ver gaat het nu ook weer niet. Cabrio's, sportwagens en 4x4's komen tot nader order niet in aanmerking. Dit neemt niet weg dat we onderzoeken of bepaalde cross-over modellen niet toegelaten zouden worden. Uiteindelijk is een bedrijfswagen een belangrijke tool om geschikt personeel aan te trekken én te behouden. In de IT is de concurrentie ook op dat vlak erg groot.”
Hybride voor juniors “Enkele maanden hebben we een eerste reeks van 16 hybride voertuigen in gebruik genomen”, legt Sandra Devleeschouwer uit. “En over enkele weken komen er daar nog eens 10 bij. Deze wagens bevinden zich in categorie 1, bestemd voor onze juniors, net afgestudeerden dus. De keuze voor deze wagens met business pack is een groot succes gebleken. De reden om deze stap te zetten is dubbel. Om te beginnen, laat me daar eerlijk in zijn, heeft het natuurlijk te maken met de CO2-uitstoot. De voorbije jaren is die steeds belangrijker geworden in het brede fiscale plaatje van bedrijfswagens. En op dat vlak zitten we dus erg goed met deze hybride wagens. Maar er is meer: het imago dat we hiermee verwerven. De groene gedachte leeft, zeker bij de jongeren. En zij zijn net het doelpubliek van deze hybride Auris. Of dit initiatief voor uitbreiding in aanmerking komt? Wat mij betreft zeker en vast. De idee om in elke budgetcategorie een hybride model aan te bieden, wint met de dag terrein.”
Elektrisch alternatief? Lokt het elektrische voertuig? Want ergens is het een logische stap na de komst van hybride wagens. “Lokken zeer zeker, maar in de praktijk heb je wel wat meer nodig (lacht). Ik sta voor veel zaken open en de piste van elektrische
aangepast”
wagens is zeker iets waar muziek in zit. We stellen vast dat onze brandstofkosten de voorbije jaren fors toegenomen zijn. Zowel in absolute als relatieve termen. Hun gewicht op het totale kostenplaatje van de vloot werd met andere woorden steeds groter. Alleen is het water wat te diep om daadwerkelijk de brug te slaan naar elektrische wagens. Hiervoor zie ik nog net wat te veel praktische problemen. Het is eigen aan onze branche dat onze consultants ter plaatse bij de klant komen.
Hebben ze daar de mogelijkheid om hun eventueel elektrisch voertuig op te laden? Het is een eerste moeilijkheid. Moeten ze dat dan maar thuis doen? Op welke manier je hun deze kost moet vergoeden is een vraag waar mijns inziens geen pasklaar antwoord op bestaat. Wat ik wel weet is dat het in de praktijk nog wat te vroeg is om van elektrische voertuigen een alternatief die naam waardig te maken.” Michaël VANDAMME
BEDRIJFSWAGEN IS LOON “Het is erg makkelijk de bedrijfswagen als een melkkoe te benaderen”, stelt Sandra Devleeschouwer. “Maar dat de bedrijfswagen een belangrijk onderdeel is van het loonpakket van duizenden mensen, hoor je niet vaak. Als bedrijf zien we net het belang hiervan erg in. Getuige hiervan de regeling die we uitwerkten van mensen die promoveren tijdens de looptijd van hun wagen. Wie in een hogere categorie terecht komt, rijdt de termijn met zijn wagen gewoon uit. Maar het extra budget wordt als een credit opgespaard. Eens hij een nieuw voertuig kiest, kan hij dit spaarpotje gebruiken om zijn ook al hoger budget nog verder op te krikken.”
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
CTG heeft al een 25-tal hybride Toyota’s Auris in haar vloot opgenomen.
45
AUTO
NIEUW
Mercedes B-klasse 180 CDI: lager verbruik De eerste A- en B-klasse kwamen respectievelijk in 2004 en 2005 op de markt. Non-conformistische modellen van het merk met de ster waren het, met hun uitzicht van eenvolumer en hun voorwielaandrijving. In afwachting van de nieuwe A-klasse (september 2012) krijgen wij nu de tweede generatie van de B-klasse, die in 2014 tevens hybride plug-in (oplaadbaar op het elektriciteitsnet) en volelektrische versies zal hebben. Lager verbruik Onder de motorkap zijn er vier nieuwe krachtbronnen met een stop&startsysteem. Bij de diesels is de oude tweeliter vervangen door een nieuwe 1,8 liter, afgeleid van de gekende 2,2 liter, met de 180 CDI (109 pk, 250 Nm) en 200 CDI (136 pk, 300 Nm). De 180 CDI, is niet echt vinnig (0 tot 100 km/u in 10,9 s), maar wel soepel en dus prettig in dagelijks gebruik. De motoren kunnen gekoppeld worden aan de nieuwe zeventraps
automaat met dubbele koppeling. Die is globaal geslaagd, al zou de sturing sneller kunnen als je sportief gaat rijden. Hun verbruik is fors verminderd vergeleken met het vorige model. Je kan dan ook onder de 6 l/100 km komen als je het rustig aan doet. Moduleerbaar en dynamisch Aan boord heerst een klassieke sfeer en een mooie afwerking. Achteraan is er voldoende plaats voor drie kinde-
ren. Daar kan de ruimte voortaan aangepast worden, dankzij het Easy-Vario Plus pakket (een optie), dat o.a. een verstelbare glijbank omvat. De B-klasse is langer (+ 8,6 cm) maar ook lager (- 4,6 cm) dan vroeger. De rijhouding is natuurlijker en de nieuwe achteras met meerdere draagarmen staat borg voor een doeltreffend en vlot rijgedrag. Achter het stuur verveel je je nooit, al betreur ik het uiteenlopend windgeruis op autoweO.M. gen.
De tweede generatie van de B-klasse is beter moduleerbaar, zuiniger, maar goedkoper.
FLEETBALANS De B-klasse evolueert zeer positief. Hoewel de prijzen globaal fors blijven, is het nieuw model goedkoper dan vroeger, met een evenwaardige uitrusting. De vlootbeheerders zullen zeker ook het fel verminderd verbruik en de kleinere CO2uitstoot op prijs stellen. De dieselversies zijn voortaan immers 80% (handbediende en automatische versie) aftrekbaar, tegen 75% (handbediend) en 70% (automaat) vroeger.
MERCEDES B-KLASSE 180 CDI Prijs zonder BTW: 21.900 EUR Max.koppel: 250 Nm Gemiddeld verbruik: 4,4 l/100 km Kofferinhoud: 488 tot 1.545 liter CO2-uitstoot: 114 g/km Fiscale aftrekbaarheid: 80%
47
AUTO
NIEUW
Range Rover Evoque 2.2 eD4: mooi en praktisch Land Rover... Het merk alleen al doet je meteen denken aan terreinrijden, avontuur, grote ruimtes. Maar niet aan de fleetmarkt... Goed, de Freelander verkoopt een beetje in de vloten, net als de prestigieuze Range Rover en Range Rover Sport. Maar het blijft allemaal beperkt. Met de komst van de Evoque in het gamma gaat dat wel veranderen. Als rechtstreekse concurrent van de BMW X1 en de Audi Q3 opent hij nieuwe deuren in de fleetsector. Standaard start/stop De Evoque is even compact als een Golf en dus ook de eerste kleine auto die Land Rover ooit heeft gebouwd. Hij is tevens de eerste van het gamma die verkrijgbaar is met tweewielaandrijving. Daarmee mag hij een plaats veroveren in
de vloten, temeer daar dat ook voor de fleetowners niet de enige kwaliteiten zijn. Gekoppeld aan een standaard ingebouwd start/stopsysteem heeft de 2,2 liter dieselmotor genoeg aan een gemiddeld verbruik van 5 l/100 km, of 133 g CO2/km. Beeldhouwwerk op wielen De Evoque, een waar beeldhouwwerk op wielen, valt van in de eerste kilometers in de
smaak. Hij is exclusief tot aan de banden en slaagt er raar maar waar in zijn praktische aspecten niet op te offeren aan het design. Hij geeft voldoende comfortabel plaats voor vier, en zelfs voor vijf volwassenen (in de versie met vijf deuren). Hij gaat ook prat op een grote koffer en een hele rits uitrustingen die voor de gebruiker bijzonder aantrekkelijk zijn. En kers op de taart: zijn prestaties en zijn weggedrag passen per-
De Evoque is het kleinste model dat Land Rover ooit heeft gebouwd. En ook het eerste dat verkrijgbaar is met tweewielaandrijving.
fect bij wat zijn lijnenspel laat vermoeden. F. D. B.
FLEETBALANS Met zijn waarlijk unieke lijn lijkt de Evoque wel een salon concept car, die men daarna op de baan heeft gebracht. Die gedurfde design is een wapen met dubbele snee. Enerzijds is hij ongelooflijk aantrekkelijk. Maar anderzijds kan zijn onconventionele, zelfs futuristische uiterlijk een handicap zijn in een sector waar conservatisme een gegeerd naamkaartje is. De toekomst zal ons zeggen of Land Rover gelijk had de uitdaging van exclusiviteit aan te gaan, met een prijs die niet bepaald laag is. RANGE ROVER EVOQUE 2.2 ED4 Prijs zonder BTW: 34.545 EUR BIV: 867 EUR Verbruik: 6,4 l/100 km Onderhoud: veranderlijk CO2-uitstoot: 133 g/km CO2-bijdrage: 661 EUR/jaar
Citroën DS5 Hybrid4: Excentriek maar bevallig Het DS-gamma blijkt een succesrijk marketingproduct. Van de DS3 zijn reeds 135.000 exemplaren verkocht. De recente DS4 en de nieuwe DS5 hebben eveneens steile ambities. In tegenstelling tot wat zijn naam laat uitschijnen, is de DS5 gebaseerd op het verlengd onderstel van de C4. Hij is daarmee 25 cm korter dan een C5. Voor het imago De stijl is de grote troef van de DS5. Laag, breed en sierlijk, een nieuw model voor mooie prestaties onderweg. De sfeer binnen is eveneens gestileerd, met een stoere middenconsole en een “cockpit”-dak (vanaf het tweede afwerkingsniveau). Dat dak omvat drie glazen delen en een centraal element dat uit de luchtvaart lijkt te komen. Zeer origineel!
Rijplezier Onze test start met de 2 liter HDi 160 pk (129 g/km met de handbediende transmissie en 154 voor de automaat). De prestaties zijn uitstekend, mede dankzij een reactieve automaat. De liefhebbers van zuinigheid zullen eerder kiezen voor de 1,6 e-HDi (114 g/km) met stop “ start of de hybride versie. Laatstgenoemde kreeg de techniek van de Peugeot
3008 Hybrid en koppelt de 2 l HDi 163 pk aan een elektrische motor van 37 pk, die de achterwielen aandrijft. Zijn nikkel-metaal hydrure batterijen geven hem een rijbereik van ongeveer 70 km als je op elektriciteit rijdt. Wij noteerden een verbruik van minder dan 6 l/100 km in stadsverkeer en amper iets meer in gemengd gebruik. Dan kan je mooi genieten van zijn dynamisch weggedrag. Spijtig is
dan weer het voor een Citroën vrij strak comfort. O.M.
FLEETBALANS Deze “premium” Citroën zal in de smaak vallen van de hogere kaders die een mooie, originele en stoere auto zoeken. Spijtig is het ontbreken van een hydropneumatische ophanging, maar het weggedrag zal iets zijn voor de liefhebber van dynamiek. De rationele koper kiest voor de 1,6 e-HDi (24.950 € onder btw). Maar de 2 l HDi (135 of 160 pk) lijkt ons beter geschikt bij het luxueuze karakter van het model. De hybride is zuinig maar duur in aankoop.
CITROËN DS5 HYBRID4
Deze “premium” Citroën is gestileerd, maar vrij prijzig...
Prijs zonder BTW: 31.016 EUR Max. koppel: 450 Nm Gemiddeld verbruik: 3,8 l/100 km Kofferinhoud: 468 tot 1.288 liter CO2-uitstoot: 99 g/km Fiscale aftrekbaarheid: 90%
49
AUTO
NIEUW
Peugeot 3008 HYbrid4: de eerste hybride diesel De allereerste hybride auto in het gamma van Peugeot. Maar ook de eerste hybride diesel op de markt... De 3008 Hybrid4 combineert immers de 2 l HDi van 163 pk met een elektrische motor van 37 pk, die de achterwielen aandrijft. Stijlvol interieur Deze hybride versie verschilt van zijn broers door een herwerkt rooster en twee parelvormige LED-lichten. In het origineel en gezellig interieur maakt de toerenteller plaats voor een wijzerplaat die het percentage gebruikt of opgeslagen vermogen aanduidt. De gerieflijkheid mag er zijn, maar de modulariteit (niet glijdende gewone bank) is minder verzorgd dan in de 308 SW.
trisch kan rijden, in tegenstelling tot semihybride modellen (de Honda Insight bijvoorbeeld). Met opgeladen batterij start deze Peugeot dus op zijn elektrische motor, geluidloos en zonder CO2-uitstoot. De 3008 Hybrid4 levert evenwel betere prestaties dan de Prius en de Auris HSD wanneer hij elektrisch rijdt. Op zijn batterijen kan hij immers ongeveer 70 km/u halen, gedurende 4 kilometer. Daarna her-
laadt de thermische motor de batterijen. Ik vreesde een beetje dat de 2 l HDi lawaaierig zou zijn tijdens het aanslaan/herstarten, maar hij is in tegendeel zeer discreet, zonder veel trillingen. Wanneer de twee motoren samen draaien, bedraagt het totaal vermogen 200 pk. Het wordt door een automatische zesbak doorgegeven aan de vier wielen. Deze hybride is dus krachtig (0 tot 100 km/u in
8,5 s) en blijkt een prettige reisgezel. O.M.
FLEETBALANS Een diesel-elektrische hybride kan het verbruik fors drukken. Zonder evenwel wat te verliezen in rijplezier. De prijs is gerechtvaardigd, gezien de technologie en het vermogen, Maar wel aan de hoge kant. De Hybrid4 is dus iets voor de bedrijven die naar een ecologisch imago streven. Al zal hij de 3008 1,6 e-HDi niet onttronen van de fleetmarkt. PEUGEOT 3008 HYBRID4
200 pk, 3,8 l/100 km De 3008 Hybrid4 is een “full hybrid” auto, die volledig elek-
De eerste hybride diesel op de markt. Geslaagd model, maar redelijk duur.
Prijs zonder BTW: 28.909 EUR Max. koppel: 450 Nm Gemiddeld verbruik: 3,8 l/100 km Kofferinhoud: 420 tot 1.501 liter CO2-uitstoot: 99 g/km Fiscale aftrekbaarheid: 90%
Ford Transit 2012: zuiniger en milieuvriendelijker
Fleet&business I 187 I DECEMBER 2011 - JANUARI 2012 I
De Transit is voor Ford een bestseller in de sector bestelwagens en minibussen. De eerste Ford Transit werd al 45 jaar geleden gelanceerd en er werden sindsdien al meer dan 6,3 miljoen modellen gebouwd.
50
Nieuwe Duratorq motor In de nieuwe Transit MJ 2012 wordt nog uitsluitend de 2,2-liter Duratorq DCTi dieselmotor ingebouwd. Die motor vervangt de bestaande 2,2 en 2,4 liter motoren. Om de motor geschikt te maken voor de Euro 5 normen werden diverse aanpassingen doorgevoerd. De wijzigingen moeten leiden tot een vermindering van 40 % van de NOxuitstoot. De eerste rij-indrukken zijn alleszins positief. De Duratorq motoren zijn bijzonder stil in
het gebruik en zeer gewillig dankzij het beschikbare koppel over een zeer breed toerengebruik. Ford monteert bovendien een nieuwe zesversnellingsbak op alle modellen om optimaal gebruik te kunnen maken van de motorkarakteristieken. Minder overtuigend vonden we de opstelling van de pedalen en hun bediening, vooral het gaspedaal vergt gewenning voor een correcte dosering.
Extra ECO Pack De Ford Transit modellen voor 2012 zijn beschikbaar met een extra ECO Pack. Dan worden onder andere een Auto-StartStop systeem gemonteerd, waardoor de motor bij stilstand in neutraal stilvalt. Het volstaat het koppelingspedaal in te drukken om de motor opnieuw te laten starten. In het ECO Pack is tevens een snelheidsbegrenzing op 110 km/u voorzien. Beide voorzieningen
kunnen overigens door een knop worden uitgeschakeld. Hendrik De Spiegelaere
FLEETBALANS Net als voorheen bedienen de Ford Transit en Tourneo een zeer breed gamma: • Bestelwagens: drie wielbasissen, vier lengtes, drie dakhoogtes, laadvolumes van 6,5 tot 14,3 m3, MTM van 2500 tot 4600 kg • Combi/Tourneo (drie wielbasissen, drie dakhoogtes, zitcapaciteit van twee tot negen plaatsen) • Bus: 13 tot 17 zitplaatsen • Chassis-cabine of chassis met dubbele cabine: drie wielbasissen, MTM van 3000 tot 4600 kg. FORD TRANSIT
De Duratorq-dieselmotor in de nieuwe Ford Transit zorgt mede voor 40% minder NOx-uitstoot.
Prijs zonder BTW: vanaf 18.935 EUR Vermogen: van 100 tot 155 pk Verbruik: vanaf 6,7 l/100 km (ECOnetic) CO2-uitstoot: vanaf 178 g/km (ECOnetic) Laadruimte: van 6,55 tot 14,3 m3