![](https://assets.isu.pub/document-structure/220810061844-5178c0ca9a6053b7ba48549ff8304c7f/v1/399f7e6472b6e41b9be24949a585c7f9.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
9 minute read
Take-over Concertgebouw
‘MUZIEK EN DANS BLAZEN LEVEN IN DE TIJD’
TAKE-OVER CONCERTGEBOUW
Advertisement
Na passages van KAAP en MOOOV is het Concertgebouw de derde en (voorlopig?) laatste culturele partner die inbreekt in de collecties en locaties van Musea Brugge. Op 19 september staat de eerste, verrassende voorstelling geprogrammeerd. Artistiek directeur Jeroen Vanacker licht de samenwerking toe en drie programmatoren tippen een voorstelling en een locatie van Musea Brugge.
— Interview door Inge Geysen
Was er eerder al samenwerking tussen het Concertgebouw en Musea Brugge of is dit de vuurdoop?
Jeroen Vanacker: Het Concertgebouw heeft eerder al met Musea Brugge samengewerkt. In 2013 werkten we een programma uit, aansluitend bij de tentoonstelling Liefde & Devotie. Het Gruuthusehandschrift. Een weekend lang waren er concerten met liederen uit het handschrift en muziek van tijdgenoten. Er waren nog andere projecten, telkens gelinkt aan tentoonstellingen.
Wat de samenwerking nu bijzonder maakt, is dat we inspelen op de permanente presentaties en collecties. En dat we in situ werken, op de locaties zelf dus. Dat laatste is een absolute meerwaarde. De nabijheid van het erfgoed en de museumlocaties, vaak monumenten met een eeuwenoude geschiedenis, zorgen voor een heel andere beleving dan in onze hedendaagse concertzaal. De architectuur en de atmosfeer van de zolder van het SintJanshospitaal of de gotische zaal van het stadhuis brengen je als luisteraar meteen in een heel andere stemming.
We programmeren bijvoorbeeld het werk van de Italiaanse componist Giacinto Scelsi, over de drie stadia in een mensenleven. Die muziek kan je overal uitvoeren. Maar door hem te brengen op de zolder van het Sint-Janshospitaal, een plek waar leven en dood samenkwamen, creëer je een bijzondere match, een unieke beleving.
Musea Brugge heeft een veelheid aan locaties en collecties. Was dat in het samenstellen van het programma een moeilijkheid of net een verrijking?
JV: De moeilijkste vragen zijn de meest interessante! Uiteraard is er tijd nodig om de locaties en de collecties te bekijken en na te gaan hoe je ze direct en zinvol kan linken aan muziek en dans. Voor ons was het ook belangrijk om het DNA van het Concertgebouw in het programma te krijgen. Dat omvat drie pijlers: klassieke muziek (van oud tot hedendaags), dans en participatie. Aan het publiek om te oordelen, maar volgens mij hebben we de match tussen het DNA van Musea Brugge en dat van het Concertgebouw gevonden.
Hoe hebben jullie dat concreet aangepakt?
JV: Er waren een aantal praktische zaken om rekening mee te houden. Kan een locatie een live uitvoering aan? Automatisch kom je dan terecht bij de iets grotere locaties. De coronapandemie heeft ons er bovendien toe gedwongen om kleinere, meer intieme concerten niet op het programma te zetten.
Maar even, of: nog belangrijker, was de inspiratie die de locaties en collecties ons gaven. Zelf ben ik altijd al geïntrigeerd geweest door het werk L’Homme-Dieu uit 1903
Jeroen Vanacker © Sightways
van Jean Delville dat in de Vriendenzaal hangt. Als je dan wat onderzoek doet en merkt dat hij een belangrijk artiest is – bovendien goed bevriend met componist Scriabin voor wie hij een partituurcover illustreert – dan vallen de puzzelstukjes in elkaar. Je komt tot ontdekkingen door verregaand te focussen.
Wat we nastreven, is een symbiose van muziek en (beeldende) kunst, een eenheid tussen de plek, de tijd waarin het werk ontstaan is en de muziek. Maar, tegelijk is er voor mij een zekere spanning: het Johannesretabel bijvoorbeeld, is gemaakt voor het Sint-Janshospitaal. Het zal er altijd blijven, is honkvast. Wie het wil zien, moet naar daar komen. Muziek en dans zijn anders, vluchtig, mobiel.
De take-over maakt deel uit van het festival Mind the Artist. Creatie is dus een belangrijk aspect?
JV: Dat was inderdaad een belangrijke insteek. Met Mind the Artist wil Musea Brugge kunstenaars steunen in deze barre coronatijden. Dat sluit natuurlijk aan bij de missie van het Concertgebouw. In elke voorstelling die we programmeren, is wel een aspect creatie aanwezig. Dat kan gaan over het onderzoek naar het juiste repertoire bij het Johannesretabel van Hans Memling. Of, over het creëren van een lichtcompositie bij Scriabins Prométhée. Of, om een nieuwe muziekcompositie zoals Stevie Wisharts Voicing the Dawn voor de tuin van het Gezellehuis.
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220810061844-5178c0ca9a6053b7ba48549ff8304c7f/v1/00468d67df0b67866841f7ef4d5b7535.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
In jullie seizoensbrochure staan heel wat voorstellingen gelabeld als ‘out of the box’. Dergelijk label verwacht je misschien niet meteen bij een museum of concertgebouw. Of wel?
JV: Zeker wel. Mind the artist is een mooi voorbeeld van hoe de instellingen de begane paden verlaten en zoeken naar nieuwe vormen van kunst en kunstbeleving. Componisten en kunstenaars van vandaag laten zich bovendien erg vaak inspireren door oude kunst. Dit seizoen programmeren we bijvoorbeeld Roomful of teeth, een Amerikaans vocaal ensemble dat genres en stijlen mixt. Eén van hun composities vertrekt van de barokke vormen van Bach, en eindigt heel ergens anders.
Musea Brugge en het Concertgebouw zijn onder meer hoeders van de traditie, ze willen die behouden en ontsluiten voor de huidige en latere generaties. Maar, tegelijk is het hun opdracht om die traditie te laten leven door de manier van presenteren en contextualiseren, door universele thema’s naar boven te halen, door artiesten van vandaag ermee in contact te brengen.
Die traditie ontsluiten, is iets waarmee we al enkele jaren experimenteren. Ik vind het belangrijk dat, als we een topstuk programmeren en uitvoeren, mensen ook écht beseffen hoe bijzonder het is. Door het verhaal van dat topstuk te vertellen, kun je dat besef verhogen. Dat doen we bijvoorbeeld tijdens onze topstukweken, door rond een compositie andere concerten, lezingen, wandelingen… te programmeren. Dit zullen we ook doen bij de Mind the Artist-concerten: er is telkens een intro
© Stad Brugge, stadsfotografen
waarin de locatie, het kunstwerk en de muziek belicht worden. We hebben ook al geëxperimenteerd met lecture concerten: daarbij wordt bijvoorbeeld één vioolconcerto geprogrammeerd, vooraf gegaan door een inleiding die door het orkest met voorbeelden wordt geïllustreerd. Zo geef je het publiek heel wat informatie mee, creëer je een spanningsopbouw en kan het de muziek ook veel diepgaander beleven.
Door de coronamaatregelen zijn er beperkingen op het aantal bezoekers. Wie geen ticket meer kan bemachtigen, is onherroepelijk te laat?
JV: Voor de live beleving krijg je maar één kans. Maar, we bekijken samen met Musea Brugge of we een aantal opnames blijvend kunnen aanbieden, digitaal of via de audioguide.
De samenwerking is voor herhaling vatbaar?
JV: De locaties van Musea Brugge vormen een inspirerende schatkamer. Ons ideeënlijstje was heel wat langer. Dus, wie weet?
© Sightways
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220810061844-5178c0ca9a6053b7ba48549ff8304c7f/v1/b4fc227605ed92084853a663cc58c253.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
© Sightways Albert Edelman, artistiek coördinator oude muziek tipt Servir Antico (28 oktober)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220810061844-5178c0ca9a6053b7ba48549ff8304c7f/v1/7a0b5d4d37b039997d848224858ea810.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
Full circle, zo zou ik het project van ensemble Servir Antico willen noemen. Ze brengen zelden gespeelde middeleeuwse muziek tot leven met een fantastische cast, en voegen er gloednieuwe klanken, poëzie, video en een stevige dosis activisme aan toe. Want zo is aanvoerder Catalina Vicens: betrokken, dynamisch, op de barricades. Wat begon met een vraag naar ‘iets rond de klimaatcrisis’ kon zo uitgroeien tot een fascinerend, divers verhaal over hoe mensen met de aarde en elkaar omgaan, in oeroude woorden maar ook met hedendaagse reflecties uit de tradities van de oorspronkelijke bewoners van het continent dat wij Amerika noemen.
Catalina Vicens is absoluut bezeten door Memlings Johannesretabel in de kapel van het Sint-Janshospitaal. Op het rechterpaneel, in het visioen van de Apocalyps, staat een hof van hemelse koningen afgebeeld, elk met een muziekinstrument. In de voorstelling Memlings Apocalyps zullen we net zo’n kring zien, aangevuld met de beelden van Peter De Bruyne, die ons heel traag heen en weer zal loodsen tussen onze wereld en die van het schilderij. Dat ze onder het historische gebinte van de Diksmuidezolder kunnen spelen, primeert voor Servir Antico, want de muziek is deels even oud als de balken zelf. Zo komt alles op een heel actuele manier bij elkaar.
Museumtip: zelf haal ik bezoekers, zeker als ze voor het eerst komen, graag naar álle Brugse musea. Waarom kiezen? Misschien spreekt het wonderlijke O.L.V. ter Potterie, bij mij ‘in de straat’, toch het meest tot de verbeelding: het is een heel bijzonder ensemble. In al zijn rijkdom toont de kerk een heel persoonlijk geloof, als een echo uit een tijd toen hemel en aarde nog heel dicht bij elkaar stonden.
Jan De Moor, artistiek coördinator nieuwe muziek tipt Daan Vandewalle, Stéphane Ginsburgh & Revue Blanche
(20 oktober)
Als een muzikale Prometheus wilde de Russische componist Alexander Scriabin niets minder dan de mensheid tot een hoger bewustzijn voeren. In zijn ‘vuurgedicht’ Prometheus voor orkest en koor voegt hij zelfs een ‘clavier à luce’ of ‘lichtorgel’ toe om zijn publiek te ‘transformeren’. Op zijn vraag maakte de Belgische symbolistische dichter en schilder Jean Delville een allegorische tekening voor het voorblad van de partituur. Van diezelfde Delville hangt in de Vriendenzaal van de musea een bijzonder indrukwekkend werk, L’Homme-Dieu. Daar zullen Daan Vandewalle en Stéphane Ginsburgh een zelden gehoord arrangement voor twee piano’s van Scriabins Prometheus spelen. Studio Babayaga geeft een nieuwe invulling aan het lichtorgel dat deel uitmaakt van de partituur.
Aansluitend pareert het ensemble Revue Blanche met werk van Claude Debussy en Igor Stravinsky in de zalen met werken uit het symbolisme, impressionisme en expressionisme. De op Russische volksliedjes geïnspireerde werken van Stravinsky sluiten naadloos aan bij de thematiek van de Vlaamse expressionisten. Debussy vond de vergelijking van zijn muziek met het impressionisme maar niets. Adequater was de link met ‘pleinairisme’. Zo trok hij zelf de natuur in die zijn creatieve verbeelding stimuleerde. De geheimen van de natuur, het mysterie van de zee en de nacht riepen stemmingen op die de puur visuele sensatie ver overtroffen. De religieus-pantheïstische natuurbeleving die Debussy in zijn composities wilde oproepen, vindt een visueel klankbord in de werken die het publiek tijdens het concert kan bekijken.
Museumtip: mijn favoriete zaal is zaal 9 van het Groeningemuseum, en meer bepaald de werken van Amédée Cortier, René Heyvaert en Georges Vantongerloo. Stuk voor stuk adembenemende werken van kunstenaars die ik persoonlijk heel erg bewonder.
© Sightways Georg Weinand, artistiek coördinator dans in Brugge tipt Ula Sickle (5 december)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220810061844-5178c0ca9a6053b7ba48549ff8304c7f/v1/888ffcf916938759dac9ac72fc54b661.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
Enkele performers zwaaien een zwarte vlag urenlang door de lucht. Als bezoeker word je uitgedaagd door de tegenstrijdige krachten van de poëtische schoonheid van de performance en de dynamiek van verzet die ze tegelijk uitstraalt. Uiteindelijk wint de aantrekkingskracht het van het uithoudingsvermogen en blijf je gefascineerd kijken naar deze anarchistische estafette op een unieke locatie. In de gotische zaal van het stadhuis, een statige plek waar normaal huwelijken worden gesloten of belangrijke stedelijke beslissingen worden genomen, beleef je nu een bijzonder poëtisch moment. De zwarte vlag maakt een prominent, bloedmooi statement tussen de kleurrijke symbolen van de geschiedenis. De Vlaamse Gemeenschap kocht deze performance voor haar kunstcollectie. Een primeur, en niet zonder reden.
Museumtip: mijn tip voor het programma is meteen ook mijn aanrader voor bezoekers. De gotische zaal verbindt tot op vandaag historische verhalen met het stedelijk beleid: er is geen mooier voorbeeld van de kracht van de verbeelding.
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220810061844-5178c0ca9a6053b7ba48549ff8304c7f/v1/dfd3377793976fffe7efb115cf61cd7b.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220810061844-5178c0ca9a6053b7ba48549ff8304c7f/v1/fb5fcf3b667bf81302f06d35ca69e7de.jpeg?width=720&quality=85%2C50)