Museumbulletin 2007 - nr 4

Page 1

Afgiftekantoor 8000 Brugge 1-2de afdeling

P408620

Museumbulletin driemaandelijks tijdschrift ÂŹ 27ste jaargang

Langs digitale wegen Met Erfgoedcel Brugge en Partners Site Oud Sint-Jan doorgelicht Op zoek naar een toekomst voor het verleden Een stadsgezicht van Brugge als aanwinst voor het Groeningemuseum

4

nr

okt-nov-dec 2007


directie aan het woord langs digitale wegen

3 4-11

site oud sint-jan

12-15

jan karel verbrugge

16-19

de keuze van

20-21

gelezen en aangeklikt

22

vrienden van de musea

23

4

nr

Een zaalzicht op de SuvĂŠe-tentoonstelling in het Groeningemuseum.


directie aan het woord

_ Beste museumvriend, beste lezer, ontbreekt

p


_ Langs digitale wegen met Erfgoedcel Brugge en partners In het hedendaagse erfgoedlandschap wordt vaak en veel gedigitaliseerd. Ook Erfgoedcel Brugge laat zich op dit vlak niet onbetuigd. Het gedigitaliseerde materiaal (foto’s, verhalen, kaarten, handschriften…) wordt ontsloten aan de hand van verschillende websites. De rijkdom van het Brugse erfgoed wordt zo – mét de nodige duiding - binnengebracht in de huiskamer van de bezoeker. De websites vormen echter start- noch eindpunt van het verhaal. Het parcours dat de Erfgoedcel met verschillende partners aflegt tijdens een digitaliseringsproject staat telkens garant voor een boeiende en leerrijke ervaring, en houdt dikwijls beloftes voor de toekomst in. Een blik op de werking, met als bijzonder aandachtspunt het digitale platform voor Brugse historische bronnen dat door de Erfgoedcel gecoördineerd wordt.

Erfgoedcel Brugge is een onderdeel van

verschillende erfgoedbewaarders en andere

Musea Brugge en wil het cultureel erfgoed in

culturele partners uit de stad.

en rond Brugge beter bekend maken bij het publiek. Hiertoe worden projecten ontwikkeld

Veelzijdigheid troef

zoals websites, tentoonstellingen, publicaties, onderzoek en evenementen.

De verschillende projecten zijn moeilijk

p

Door het experimenteren met vernieuwende

onder één noemer te vatten. Er wordt samen­

methodieken en door het cultureel erfgoed op

gewerkt met uiteenlopende partners, dikwijls

een hedendaagse en aantrekkelijke manier

collectiebeheerders. Naargelang het opzet

te presenteren wil de Erfgoedcel een breed

krijgen zij de kans om een deel van hun ver­

publiek bereiken. Erfgoedcel Brugge realiseert

zame­ling of één bijzonder (kwetsbaar) stuk te

dit alles niet alleen, maar in samenwerking met

digitaliseren.


langs digitale wegen

1

Memorielijst van de Brugse Schilders, eerste bladzijde met versierde initiaal, eind vijftiende eeuw, Brugge, Stadsarchief (www.historischebronnenbrugge.be)

2

Tentoonstelling ‘Dood maar niet vergeten’ naar aanleiding van de restauratie van de Memorielijst, Brugge, Stadsarchief (2001)

1

2

Een overzicht www.adornesachterna.be Een educatieve website die de hoogdagen van de Brugse handel tot leven brengt met Anselm Adornes als gids. www.beeldbankbrugge.be Duizenden foto’s, prentkaarten, glasnegatieven en dia’s geven een veelzijdig beeld van de stad in evolutie. www.beeldbankbrugge.brugsebuurten.be Een ‘handleiding’ om buurtcomités op weg te helpen bij hun verkenning van de Beeldbank. www.historischebronnenbrugge.be Een digitaal platform voor het publiceren en ontsluiten van Brugse historische bronnen die van groot historisch of kunsthistorisch belang zijn voor de stad. www.hoebevaltbrugge.be Een site rond bijzonder erfgoed, die kaderde binnen het festival Corpus ‘05: zwangerschap en geboorte in Brugge vanaf de negentiende eeuw tot heden. www.huizenonderzoekbrugge.be Deze site ontsluit de geschiedenis van huizen en andere gebouwen in het Brugse stadscentrum. De bezoeker consulteert historische kadasterkaarten in combinatie met gegevens over vroegere eigenaars en/of bewoners van een pand. www.verhalenbankbrugge.be Een virtueel klankarchief vol herinneringen aan de recente Brugse geschiedenis.

p


3

4

Partners van het eerste uur zijn het Stadsarchief

brugsebuurten.be, een digitale handleiding bij de

maar ook opgelijst, beoordeeld, geselecteerd

Brugge, de Dienst Monumentenzorg en Stads­

Beeldbank Brugge die buurtcomités aanmoedigt

en beschreven te worden. Een degelijke op­

vernieuwing, de Openbare Bibliotheek Brugge

om deze te ontdekken en zelf aan de slag te

leiding en regelmatige opvolging zijn dus onont­

en Musea Brugge. Ten gepaste tijde verenigen

gaan met de schat aan fotomateriaal. Op termijn

beerlijk.

zich daarnaast per domein (fotografie, mon­

wordt er naar gestreefd om ook bijzondere

delinge geschiedenis, historische bronnen en

foto’s uit collecties van de buurtbewoners zelf

Gelukkig kan Erfgoedcel Brugge ook hiervoor

kaarten, educatie…) stuurgroepen die richting

op te nemen in de Beeldbank, zodat ook ‘hun’

terecht bij de vertrouwde partners, die de

helpen geven aan selectie van en duiding bij

Brugge steeds meer deel uitmaakt van het

brood­nodige know-how in huis hebben. Bij

het basismateriaal.

totaalplaatje.

gelegenheid wordt ook geïnvesteerd in gespe­

Erfgoedcel Brugge coördineert en gaat soms

Een grote betrokkenheid, ook van de niet-

delinge geschiedenis die dezer dagen haar

ook op zoek naar nieuw materiaal.

Mooie

professionele erfgoedwerker en de ‘gewone’

krachten hoofdzakelijk wijdt aan enkele grote

voorbeelden hiervan zijn de projecten mon­

Bruggeling, was van bij het begin een belangrijke

projecten voor de Verhalenbank Brugge. Een

delinge geschiedenis waarbij Bruggelingen wor­

bekommernis bij de digitaliseringsprojecten.

dergelijk engagement schept uiteraard meer

den aangespoord om hun verhaal te vertellen en

Zo kunnen bijvoorbeeld de vrijwilligers van

mogelijkheden met het oog op begeleiding en

die getuigenis ook meteen digitaal wordt vast­

de werkgroepen Enter en Huizenonderzoek

opvolging van vrijwilligers.

gelegd (Hoe bevalt Brugge?, Cinema Bruges,

(Stadsarchief Brugge) een deel van hun noeste

Expo ’58).

arbeid kwijt op www.huizenonderzoekbrugge.

cialiseerd personeel, zoals de consulente mon­

be.

Kruisbestuiving en interactie

p

Jong geleerd…

De samenwerking met al dan niet bestaande

Een evenmin te onderschatten partner bij

vrijwilligersinitiatieven vereist uiteraard een

de digitaliseringsprojecten is het onderwijs.

Naast de ‘klassieke’ partners en samen­wer­

bijzondere aanpak. Is het voor de ‘traditionele’

Onderwijs en erfgoed vonden mekaar naar

kings­verbanden verschijnen er steeds meer

partners vaak al geen evidentie om collecties en

aanleiding van ‘Adornes achterna’, het edu­

nieuwe ten tonele.

bovenal mankracht ter beschikking te stellen,

catieve project waaraan verschillende Brugse

Een samenwerking met www.brugsebuurten.

dan is dat voor het niet-professionele veld nog

secundaire scholen en één hogeschool deel­

be

minder het geval. Materiaal dient verzameld,

namen. Samen met het Stadsarchief werd

resulteert

in

www.beeldbankbrugge.


langs digitale wegen

3

Ovide Moralisé, houtsnede met de Allegorie van de gevelde eik, met uiterst rechts wellicht de voorstelling van drukker Colard Mansion

4

Ovide Moralisé, houtsnede met de Schaking van Helena

5

Ovide Moralisé, houtsnede met de voorstelling van Pyramus en Thisbe, eind vijftiende eeuw, Brugge, Openbare Bibliotheek (www.historischebronnenbrugge.be)

materiaal verzameld, op maat gesneden, geëva­lueerd en gepresenteerd. En kijk, de middeleeuwse archiefstukken zien er een stuk minder saai en droog uit als ze aangeboden worden in een aantrekkelijke vorm en via een hedendaags en interactief medium (dvd, website). Intussen staan verschillende nieuwe projecten met het onderwijs in de steigers (rond mondelinge geschiedenis, oude foto’s en een middeleeuws handschrift). De interviews voor het project mondelinge geschiedenis ‘Back to the future’ (Expo ’58) werden grotendeels afgenomen door studenten van de Katholieke Hogeschool Brugge en Oostende, Departement Lerarenopleiding. Steeds meer vinden scholen spontaan de weg naar dit soort samenwerking, zonder dat er aangedrongen hoeft te worden. 5

Rode draad De digitaliseringsinitiatieven van Erfgoedcel Brugge en partners worden gesmaakt en smaken naar méér, tenminste als we de reacties van het publiek bij evenementen van uiteenlopende

p


6

7

aard mogen geloven (Erfgoeddag, presentatie

(erfgoed-)spelers, en geen onbekende blijven

Buurtensite, Open Dorp Zwankendamme…).

voor de Bruggeling.

Nog te veel bewoners van deze stad kennen

Maar

de websites en het achterliggende verhaal

bezoeker!) mag geen onbekende zijn voor de

echter niet, en tonen zich aangenaam verrast

erfgoedwerkers: een publieksonderzoek en

bij een sporadische confrontatie. Nochtans

grondige doorlichting van de sites dringen zich

blijkt precies uit de samenwerking met ­

op.

ook

die

Bruggeling

(of

andere

ste­delijke instellingen, vrijwilligers­vereni­gin­ gen, buurt- en feestcomités en het onderwijs dat de erfgoedwebsites veelzijdig zijn, en

Zorgzaam en trots

relatief makkelijk in te schakelen binnen de werking van zeer verscheiden groepen

Datzelfde publiek is uiteraard één van

Bruggelingen.

de belangrijke drijfveren bij de digitalise­ ringsprojecten. Materiaal dat vroeger moeilijk

Daartoe worden door de Erfgoedcel eind 2007

of zelfs helemaal niet ontsloten kon worden, is

multimedia-consoles ontwikkeld, die voor het

nu voor het grote publiek makkelijk bereikbaar.

eerst zullen ingeschakeld worden tijdens het

Al moet men steeds in het achterhoofd houden

‘Cinema Bruges’-project. Vanaf 2008 wordt er

dat niet iedereen thuis over een computer en

stapsgewijs aan een traject voor de consoles

internetverbinding beschikt.

gewerkt, waarbij ze scholen, parochiecentra,

p

heemkundige kringen of rusthuizen kunnen

Een andere motivatie is natuurlijk de zorg voor het

aandoen, maar ook door partners ontleend

kwetsbare erfgoed. Authentieke stukken kunnen

kunnen worden om hun erfgoed in de kijker te

veilig opgeborgen blijven in archief, bibliotheek

plaatsen.

of museum als dat is wat de collectiebeheerder

Op die manier zullen de websites steeds meer

verkiest, ze hoeven in elk geval niet meer

als een steunpunt en rode draad fungeren

frequent gemanipuleerd te worden door

binnen de publiekswerking van verschillende

bezoekers in bijvoorbeeld een leeszaal. En toch


langs digitale wegen

8

9

kunnen ze met de nodige trots getoond worden

een middeleeuws handschrift (De Volucribus

aan de vele erfgoedliefhebbers.

of De Avibus) uit het Grootseminarie Brugge

6

Ovide Moralisé, kleine houtsnede met de god Mercurius

7

Ovide Moralisé, kleine houtsnede met de godin Diana

8

Ovide Moralisé, kleine houtsnede met de god Vulcanus

9

Ovide Moralisé, colofon

voorzien. In het redactiecomité van www.

Ingezoomd: www. historischebronnenbrugge.be

historischebronnenbrugge.be

zetelen

naast

deskundigen uit het Stadsarchief, de Openbare Bibliotheek en Musea Brugge dan ook ver­ tegenwoordigers van het Bisschoppelijk Archief

Bovenstaand scenario is in het bijzonder van

Brugge, het Algemeen Rijksarchief Brugge

toepassing op het digitaal platform voor het

en de KULAK (K.U. Leuven campus Kortrijk).

publiceren en ontsluiten van Brugse historische

Naargelang het onderwerp wordt deze groep

bronnen, www.historischebronnenbrugge.be.

uitgebreid met specialisten uit andere (ook internationale) hoek.

Er zijn vandaag vijf bronnen van groot historisch en/of kunsthistorisch belang voor de stad

De publicatie van de Memorielijst van de Brugse

ontsloten op deze site. Twee ervan komen uit

Schilders (of ‘beeldenmakers’) op het internet

de collectie van het Stadsarchief Brugge (de

in 2001 betekende de eigenlijke start van het

Memorielijst van de Brugse Schilders en het

bronnenproject. De Memorielijst, waarvan de

Cartularium van de Drie Santinnen), twee uit de

tekst in de negentiende en de twintigste eeuw

Openbare Bibliotheek Brugge (het Handschrift De

al werd gepubliceerd, is onontbeerlijk voor de

Hooghe en de Ovide Moralisé) en één uit Musea

studie van Brugse schilders van de vijftiende tot

Brugge (het Winckelbouck uit de apotheek van

en met de achttiende eeuw. Het gerestaureerde

het Sint-Janshospitaal). Ze worden dus alle in

document werd niet enkel online geplaatst,

Brugge bewaard.

toegelicht en makkelijk consulteerbaar ge­ maakt. Er werd ook een tentoonstelling in het

Publicatie en ontsluiting van deze bronnen

Stadsarchief aan gewijd. Een documentaire

zijn echter geen privileges voor stedelijke

op dvd en brochure vervolledigden het beeld.

partners. Zo wordt eind 2008 de publicatie van

Het consulteren van de Memorielijst op het

p


10

internet kan nu op drie manieren: via een

door Colard Mansion en bevat met de hand

zoekwoordenlijst, via de afbeeldingen van het

geschilderde randdecoraties.

origineel en via een nieuwe transcriptie uit 2001.

Het boek kan op de website bewonderd worden

Een bijzonder interessant instrument dus voor

aan de hand van verschillende toegangen. De

onderzoekers die zich in deze materie willen

bezoeker kan vrij bladeren, maar kan evenzeer op

verdiepen.

zoek naar een bepaald verhaal aan de hand van een inhoudstafel (in het Frans én in Nederlandse

11

Na de Memorielijst volgden het Cartularium

vertaling). Een register helpt bij het terugvinden

van de Drie Santinnen en het Winckelbouck als

van plaats- of persoonsnamen. Het iconografisch

‘nieuwe’ bronnen.

register biedt uitkomst voor wie één van de

Beide werden gekoppeld aan een tentoonstelling,

prachtige houtsneden wil terugvinden en in

respectievelijk de Topstukkententoonstelling in

detail bekijken. Verdere duiding bij de incunabel

het Stadsarchief (2003) en Goed Gekruid, een

wordt verzorgd in een vijftal artikels door auteurs

erfgoedproject naar aanleiding van Open Monu­

uit zowel historische, kunsthistorische als

mentendag in het Sint-Janshospitaal (2005).

taalkundige hoek.

Het Handschrift De Hooghe, gedurende jaren veelvuldig geraadpleegd in de leeszaal van de

Voor 2008 staan twee nieuwe bronnen op stapel.

Bibliotheek, is tot op heden de meest bekeken

In februari wordt, in het licht van het Chinees

bron op de website. Het bevat een schat aan

Nieuwjaar, het Oosters album (eind achttiende -

informatie met betrekking tot genealogie en

begin negentiende eeuw) uit het Steinmetzkabinet

heraldiek in Brugge.

gepubliceerd. Het album werd een jaar geleden naar aanleiding van Open Monumentendag

10

p

12

In 2006 werd de Ovide Moralisé, de meest

gedigitaliseerd en tentoongesteld in de expositie

kostbare

Openbare

Veelvuldige Chineesche gezichten. Het illustreert

Bibliotheek, toegevoegd. Deze middeleeuwse

op schitterende wijze het exotisch mecenaat van

(Franse) bewerking van de Metamorfosen van

Joseph Van Huerne. Tegelijkertijd opent in het

Publius Ovidius Naso werd in Brugge gedrukt

Arentshuis een collectiepresentatie met werk

wiegendruk

van

de


langs digitale wegen

10 Oosters Album, ‘Chinese brief’, achttiende eeuw, Musea Brugge (Steinmetzkabinet) (in februari 2008 op www.historischebronnenbrugge.be) 11 Oosters Album, Chinese figuren 12 Oosters Album, wierookstokjes 13 De Volucribus, een encyclopedie met fraaie miniaturen en moraliserende inslag, 12de eeuw, Brugge, Grootseminarie (in november 2008 op www.historischebronnenbrugge.be)

van ondermeer Ledoulx en Verbrugge, twee kunstenaars die meewerkten aan het album. In 2008 viert het Grootseminarie zijn 175ste verjaardag. De digitale ontsluiting van De Volucribus past mooi binnen dat verhaal. In deze ‘encyclopedie van het vogelrijk’ worden een vijfentwintigtal vogels met hun karakteristieken in toegankelijk middeleeuws Latijn beschreven. De publicatie op het internet gaat samen met een educatief parcours. Laatstejaars Latijn van het Sint-Lodewijkscollege vertalen (voor het eerst!) de middeleeuwse teksten naar het Nederlands, en maken naar aanleiding van het project kennis met het Grootseminarie en de Erfgoedkoffer van de Openbare Bibliotheek. Of hoe een oud boek een tweede jeugd beleeft.

13

te schakelen bij projecten van uiteenlopende

Tot slot Dit korte overzicht maakt hopelijk duidelijk dat Erfgoedcel Brugge en partners niet in een virtuele ivoren toren willen werken. Men blijft verder inzetten op de uitbouw van verschillende websites en probeert ze ook steeds meer in

aard. De kern van het verhaal blijft echter het werkproces, en de grote verrijking die ontstaat uit de samenwerking tussen vertrouwde en nieuwe partners. I n a Ve r r e p t Erfgoedconsulent Erfgoedcel Brugge

11

p


_ Site Oud Sint-jan doorgelicht Op zoek naar een toekomst voor het verleden

DAGELIJKS TREKKEN DUIZENDEN TOERISTEN LANGS DE KATELIJNESTRAAT HET STADSCENTRUM BINNEN. DOOR HUN AANTAL DREIGT DE ERVARING VAN DE BRUGSE BINNENSTAD ALS BIJZONDER ERFGOEDSITE AL VLUG TE VERVLAKKEN TOT DIE VAN EEN DRUKBEZOCHT ‘OPENLUCHTMUSEUM’ WAAR ‘BALAST’ DE TOON ZET – RICHTINGWIJZERS, CHOCOLATIERS, SHOPS EN SOUVENIRS ALLERHANDE. DE ROUTE WAARLANGS DE GROTE MENIGTE ZICH BEGEEFT, GERAAKT GEBANALISEERD EN KRIJGT STILAAN HET KARAKTER VAN EEN CONSUMPTIERUIMTE.

Herinneren en (be)leven Site Oud Sint-Jan blijft goeddeels van deze

Janshospitaal, aan de Reie bij het zgh. Koetshuis of in de boomgaard – heersen nog altijd stilte en rust.

ontwikkeling gespaard, al dreigt ook hier

12

p

vervlakking. Auto’s, fietsers en wandelaars

Al is de historische en ruimtelijke beleving van

zoeken er kriskras door en langs elkaar hun

de site erg gefragmenteerd en als geheel moei-

weg. Toch weet deze ‘open ruimte’ in de stad

lijk te vatten, voor vele Bruggelingen of toeval-

– gedomineerd door het centraal gelegen ne-

lige bezoekers beklijft Site Oud Sint-Jan als een

gentiende-eeuwse ziekenhuis dat vandaag als

‘plek met een ziel’. Alsof er nog een bedding van

internationaal congrescentrum dienst doet – als

gastvrijheid en zielzorg is, die zich blijft voeden

door toeval te ontglippen aan de golven van de

aan het eeuwenlange ‘hospitaalverleden’. De

massa. Ondanks het gebrek aan een globale

veelal argeloze voorbijganger zal van de oor-

visie en een bijbehorend beheersplan bezit de

spronkelijke functie of van de continuïteit op de

site nog heel wat kwaliteiten. Het zicht op de

site echter weinig merken. De inhoudelijke en

Brugse skyline is er adembenemend. Op som-

historische verbanden tussen de verschillende

mige plaatsen – zoals bij de kruidenperkjes voor

elementen in het complex zijn immers weinig

het broederklooster nabij het voormalige Sint-

vanzelfsprekend en slechts met moeite ‘lees-


site oud sint-jan

baar’. Alleen de oudere stadsbewoners hebben

erfgoed en actuele alledaagsheid, kan de Sint-

nog persoonlijke herinneringen aan het zieken-

Janssite opnieuw begrijpelijk worden gemaakt

huis van weleer.

voor het publiek als een karaktervolle plek die een geheel vormt. Een open plek in het stede-

Het terrein is haast volledig ommuurd, kan via

lijke weefsel waar mensen op verhaal kunnen

vijf totaal verschillende ‘poorten’ of toegangs-

komen, waar het tempo van alledag vervloeit tot

wegen worden betreden en biedt naargelang

tijdloze ritmes. Een plek waar erfgoed, artistieke

van het moment in de dag of het seizoen ruimte

expressie en het dagelijkse leven elkaar – in

voor vele vormen van gebruik en beleving. In die

alle eenvoud – treffen. Een gemene grond van

zin is Site Oud Sint-Jan niet alleen een ‘geheu-

gekoesterde rust en stilte in de stad.

genplek’, maar ook – en vooral – een waardevol

Een groot deel van Site Oud Sint-Jan zal binnen

‘landschap van alledag’.

afzienbare tijd grondig worden heringericht. Als partner in deze onomkeerbare, stedenbouwkundige ontwikkeling wil het Hospitaalmuseum

Stilte en rust als hefboom

een positieve bijdrage leveren. Hiertoe werd in de loop van 2007 in het kader van een prak-

Een toekomstgerichte benadering voor Site Oud

tijkproject binnen de opleiding ‘Culturele Stu-

Sint-Jan wil de ervaring van de bezoeker een

dies’ (K.U.Leuven) een verkennend onderzoek

handje helpen. Door de aloude thema’s van ziel-

verricht naar het actuele belevingspatroon van

zorg en gastvrijheid als sfeer en waarde uit te

de site en de nog aanwezige cultuurhistorische

dragen, zal zelfs de oppervlakkige of niets ver-

sporen en elementen op het terrein. Daarbij wer-

moedende passant haast ongemerkt zijn tred

den nieuwe visies, methodes en praktijken uit

aanpassen of zijn stem dempen wanneer hij

de wereld van erfgoed- en milieumanagement

over de site wandelt. Via enkele subtiele, cre-

gebruikt. Zo werd niet langer uitgegaan van een

atieve ingrepen op de site, visuele vertalingen

traditionele benaderingswijze waarbij alleen de

en symbolische bruggen tussen heden en ver-

‘intrinsieke kwaliteiten’ van het erfgoed centraal

leden, tussen open en besloten ruimtes, tussen

staan, maar is ook rekening gehouden met ‘de

13

p


beleefde waarden en de toegekende betekenis-

Sinds 2005 is TAPIS PLEIN VZW op vraag van

sen’ door de verschillende gebruikers ervan.

het Hospitaalmuseum betrokken bij de reflectie

Ook de recent in Groot-Brittannië ontwikkelde

over de herprofilering van het museum en de

methodiek van tranquillity mapping om stilte,

site. Met de komst van een nieuwe conservator

rust en ruimte op het platteland in kaart te bren-

in september 2006 spitste deze samenwerking

gen, werd voor het eerst in een stedelijke con-

zich verder toe op de ontwikkeling van een

text uitgetest.

doordacht en gethematiseerd beheer van het hele erfgoedlandschap. Opzet is om vanuit een grondige mapping en een kritische doorlichting

TAPIS PLEIN stapt mee

van de site in de nabije toekomst een totaalvisie en een haalbaar voorstel uit te werken voor

Van bij de start in 2004 – met een openings-

waarderend behoud, duurzaam beheer en aan-

project in het zogeheten koetshuis op Site

gepaste publieksontsluiting van de site.

Oud-Sint-Jan! – is TAPIS PLEIN actief rond tal van ‘existentiële’ vragen waarmee Brugge als werelderfgoedstad kampt. Hoe kunnen we oppervlakkig sfeertoerisme overstijgen? Hoe kunnen we beter leren omgaan met het dagelijkse gewicht van dat alomtegenwoordige erfgoed? TAPIS PLEIN vertekt vaak vanuit het ‘koekendozenimago’ van Brugge voor haar verfrissende

14

p

initiatieven. Zo is Brugge niet alleen de broeden ankerplek van haar werking, maar ook het uitgangspunt voor projecten die uitgerekend het onderwerp aanpakken dat het erfgoedcollectief al jarenlang bezighoudt: de beeldvorming van en op Brugge.

Joris Capenberghs, Laurens Dhaenens en Jorijn Neyrinck


site oud sint-jan

2 kolommen tekst extra

15

p


1

Jan Karel Verbrugge, Puin van het Steen achter Heilig-Bloedkapel.

_ Een stadsgezicht van Brugge als aanwinst voor het Groeningemuseum SINDS MEERDERE EEUWEN WERDEN ZOWEL BINNEN- ALS BUITENZICHTEN VAN EN ROND DE DRUK BEZOCHTE WEST-VLAAMSE STAD BRUGGE DOOR ZOWEL LOKALE ALS BINNEN- EN BUITENLANDSE KUNSTENAARS VOOR HET NAGESLACHT VASTGELEGD. DIT GEBEURDE AAN DE HAND VAN SCHILDERIJEN OP PANEEL OF OP DOEK, MET TEKENINGEN, ETSEN EN STEENDRUKKEN OF LITHO’S, ALSOOK VANAF DE NEGENTIENDE EEUW IN MENIGVULDIGE FOTO’S. SINDS ENIGE TIJD ZIJN DE COLLECTIES VAN HET GROENINGEMUSEUM OVEREENKOMSTIG DE TESTAMENTAIRE WENS VAN EEN LID VAN DE FAMILIE COPPIETERS UIT OOSTENDE VERRIJKT MET EEN INTERESSANT SCHILDERIJ OP DOEK VAN DE HAND VAN NIET MINDER DAN DE BRUGSE KUNSTENAAR JAN KAREL VERBRUGGE.

Jan Karel Verbrugge Jan Karel Verbrugge zag anno 1756 het

dien in opdracht of op bestelling van de rijke lokale kunstverzamelaar Joseph van Huerne de Schiervelde.

levenslicht in Brugge en overleed eveneens in onze stad in het jaar 1831. Als leerling van Jan

De aanwinst

Garemijn (1712-1799) ging hij ook in de leer bij Jean- François Legillon (1739- 1797) van wie wat de beide kunstenaars betreft de Brugse

Op de keerzijde van het zopas verworven

musea zowel tekeningen als schilderijen in het

schilderij, met afmetingen 62,5 x 47,5 cm, staat

bezit hebben.

het opschrift “LA CHAPELLE DU St. SANG A BRUGES tel qu’elle fut 1804” en op de voorzijde

16

p

Verbrugge liet een vrij omvangrijk oeuvre na dat

onderaan is het stadsgezicht gesigneerd “J.C.

in grote mate bestaat uit landelijke taferelen,

Verbrugge F 1805”.

stadsgezichten van Brugge, voorstellingen van allerhande dieren, aquarellen van archeo­

De titel van deze aanwinst is eigenlijk maar

logische vondsten, oosterse curiosa en meer­

gedeeltelijk juist. Het betreft immers niet alleen

dere rariteiten. Hij tekende en schilderde boven­

een gezicht op de Heilig-Bloedbasiliek in de


verbrugge

17

p

1


2

3

zuidwestelijke hoek van het Burgplein.

hebben nieuwe interessante gegevens aan

bekommernis van de stadsmagistraat is zo snel

Van links naar rechts bemerken wij nog een

het licht gebracht die in dat jaar gepubliceerd

mogelijk een onderkomen voor de gevangenen

klein gedeelte van de Sint-Donaaskerk die

werden.

in te richten. Het Rasphuis in het Pandreitje komt

op zondag 28 april 1799 als nationaal goed

in 1671 vrij en ter beschikking van de stad. In

openbaar verkocht en nadien werd gesloopt,

De oudste geschriften waarin sprake is van het

dit gebouw dat eertijds ingericht was door de

waarna het terrein met bomen werd beplant.

Steen gaan terug tot het jaar 1305. In de daarop

Staten van Vlaanderen, brachten de gevangenen

Rechts daarvan bevindt zich het Landhuis van

volgende en decennia worden dakwerken

hun tijd door met het raspen van zogeheten

het Brugse Vrije, dat van 1794 tot in 1984 dienst

uitgevoerd (1310); in 1340 worden betalingen

Campêchehout en Braziliaans hout. Het werd in

deed als gerechtshof en waarin thans meerdere

aan een metselaar, een loodgieterij en een

1827 tijdens het Hollands bewind vergroot en

administratieve stadsdiensten gevestigd zijn. In

tegeldekker genoteerd (er is wel een lacune

verbouwd om als staatsgevangenis te dienen.

het midden achteraan steken er drie puntige

voor de rekeningboeken in de periode 1318-

traptorens uit van het door andere gebouwen

30). Na 1355 komen er alleen opgaven van

Het op de Burg gelegen Steen werd in 1752

verborgen

onderhoudswerken in de archivalia voor.

officieel door het Keizerlijk Hof aan de stad

zogenaamde

“Ghyselhuus”

of

Stadhuis.

18

p

toegekend. Alhoewel er nog overwogen wordt het

In de zuidwestelijke hoek van het Burgplein

Op het einde van de veertiende eeuw, meer

gebouw te herstellen komt de stadsmagistraat

is een gebouwencomplex geschilderd met de

bepaald in 1397-’98, worden er verbouwings­

evenwel op die beslissing terug. De oude

torens van de Sint-Basiliskapel en de daarboven

werken uitgevoerd aan de zogenaamde “Donker

gevangenis zou op 6 juni 1782 voor de som van

gelegen Heilig-Bloedbasiliek enerzijds en de

Camer” waar de niet-betalende gedetineerden

tweehonderd pond verkocht zijn geworden en

ruïnes van het “Steen” of de vroegere stads­

werden opgesloten.

tijdens de aanvang van de negentiende eeuw

gevangenis van Brugge anderzijds.

Op het einde van de vijftiende eeuw wordt

kunnen de vrijgekomen gronden eindelijk

er met toestemming van Maximiliaan van

opnieuw bebouwd worden.

Oostenrijk een onder het Steen gelegen kelder

Het Brugse Steen Tot in 1983 was er over deze vroegere Brugse gevangenis vrij weinig geweten. Navorsingen van Brigitte Beernaert in meerdere archieven

als uitbreiding van het gebouw, dat slechts gedeeltelijk stadseigendom was, aangekocht. Op 27 november 1689 wordt het gebouw deels door een brand beschadigd. De belangrijkste

Het Steen afgebeeld De

Brugse

stadsgevangenis

moet

een

groot gebouw zijn geweest, waarvan enige


verbrugge

2

????

3

?????

1 4

Jan Karel Beerblock, Verbrugge, Zicht op Puin devan Burg. het Steen achter Heilig-Bloedkapel. Marcus Gerards, Stadsplan van Brugge (detail met het Steen).

5

6

Jan Karel Verbrugge, Zicht op de Burg.

4

5

iconografische documenten bewaard bleven.

constructies en gebruikte materialen opgegeven

rechts van het Stadhuis en de vervallen Heilig

Volgens het stadsplan dat in 1562 door Marcus

werd.

Bloedkapel ook de ruïnes van het voormalig

Gerards werd getekend, ging het om een

Steen.

hoge smalle bakstenen constructie van twee

In stedelijk museumbezit is een verwante

bouwlagen, met een zadeldak afgedekt. Deze

tekening aanwezig die waarschijnlijk gemaakt

Hoewel het afgebeelde onderwerp, ‘een zicht op

tweebeukige ruimte was door kolommen in

werd door de Bruggeling Jan Beerblock (1739-

de Burg’ zeg maar, op het eerste gezicht dus

meerdere traveeën ingedeeld. Men beschikte

1806). Deze kunstenaar is bekend voor zijn

eerder banaal lijkt, blijkt het werk toch heel wat

over afzonderlijke afdelingen voor zowel

genrestukken, interieurs en stadsgezichten.

te vertellen. Met deze recente schenking van

mannen als vrouwen. In de “Donkere Kamer”

Een andere prent van Verbrugge toont de ruïne

Verbrugge is het Groeningemuseum een mooi

werden de arme gevangenen opgesloten en op

van het Steen in 1781. Deze tekening komt

kunstwerk rijker. Het werk van Verbrugge zal,

de verdieping hadden de rijkere gevangenen de

in grote mate overeen met de voorstelling op

samen met werk van Legillon en Ledoulx, begin

mogelijkheid om tegen betaling over een eigen

het zopas verworven schilderij. De waterpartij

2008 te bewonderen zijn in het Arentshuis.

kamer te beschikken.

onderaan is verdwenen en de oever is van hoger S t é p h a n e Va n d e n b e r g h e

gezien. Uit 1480 dateren allerhande reglementen waaraan de gevangenen zich moesten houden,

Op het recent verworven schilderij dat gemaakt

maar ook voor het personeel zoals cipiers, koks,

werd voor jonkvrouw Marie van Huerne, is

meiden en gevangenisbewaarders waren er

de stadsgevangenis eveneens gedeeltelijk in

strikte bepalingen. Tegen het Steen bouwde men

afbraak, maar enige aangebouwde gebouwtjes

zowel voor- als achteraan één- of tweelaagse

bleven nog bewaard. Vooraan zijn er enige

constructies. Zowel van het grondplan met de

personen aanwezig, zoals een jongeling met

aanpalende gebouwen als van de doorsnede

een bokje, een wandelende man met stok,

van het geheel bleven tekeningen bewaard in

een vrouw die een emmer draagt, een gezeten

het Rijksarchief te Brussel.

man naast een hoop stenen en een wit bokje.

Mogelijk van dezelfde kunstenaar is een

Een andere gewassen pentekening uit de

gezicht op de westkant van het Burgplein be­

Steinmetzcollectie uit het jaar 1814 van de

kend, waarop de functie van de verschillende

hand van Serafijn Vermote (1788-1837) toont

19

p

6


_ De keuze van Dit jaar heeft de museumbibliotheek een semi­ handgeschreven publicatie van Magda Cafmeyer aangekocht. Het boek is een compilatie van teksten gepubliceerd in het tijdschrift ‘Biekorf’ en bevat handgeschreven teksten van Magda Cafmeyer zelf, als mogelijke aanvulling op de teksten uit Biekorf. Mogelijk is dit boek een voorloper op een later door haar uit te geven of gegeven publicatie, ontstaan volgens een manier van werken in een tijd zonder computer.

20

p

Voor de regionale volkskundewereld is deze publicatie een belangrijke bron. Het boek herbergt een stukje mens: Magda Cafmeyer als auteur én bezielde persoon en wijze vrouw. Het herbergt tevens een immateriële wereld, die zelf grotendeels is ver­dwenen. De publicatie zelf is bovendien materieel. Het is een museumobject vermits de Museumbibliotheek de publicatie vanwege de intrinsieke waarde ervan heeft toegewezen aan de collectie van het Museum voor Volkskunde. Het is een koesterobject. Wie is Magda Cafmeyer dan wel, vraagt u zich waarschijnlijk af. Zij was een volkskundige in een volkskundewereld die omstreeks de Tweede Wereldoorlog en tot in

de jaren 1970 werd geregeerd door mannen. Zij blijft een pionier van de volkscultuur als menswetenschap. Magda wordt als een van de twaalf kinderen van een Brugse Kostersfamilie in 1899 te Sint-Kruis geboren. Net als haar vader en broer kiest ze voor een job in het onderwijs en belandt ze bij de papnonnen. Maar zij oefent dit beroep uit met een oog voor het leven van de mensen, groot en klein, die haar omringen beroepshalve en privé. Zij beoefent de volkskunde zonder er zelf bij stil te staan. Ik denk dat dit een typisch gegeven is voor alle volkskundigen. Ik herinner me dat ik in de wereld van de volkscultuur ben binnengeslopen zonder zelf te beseffen dat mijn interesse stilaan die weg uitging. Ik denk trouwens dat men, eenmaal door die virus gegrepen, nooit meer zonder volkscultuur kan. In 1938 leert Magda het tijdschrift ‘Biekorf’ kennen, en ook E.H. Viaene. Hij stimuleert haar om volksspreuken en zegswijzen te noteren. Liedjes, rondedansen, spelen, interesseren haar bijzonder. De kinderen op school zijn haar inspiratiebron. Magda moet reeds zeer vroeg hebben beseft dat het bewaren van dergelijke bronnen van immaterieel erfgoed – iets waar


de keuze van

men nu volop mee bezig is, denk maar aan de Unesco Conventie ter bescherming van het immaterieel cultureel erfgoed – zeer belangrijk is omdat het om een leefwereld gaat die helemaal niet in objecten is te vatten en dus bijzonder kwetsbaar is. Ze publiceert liedjes en nog zoveel andere dingen in ‘Biekorf’. Magda neemt de liedjes ook op op band. Het Museum voor Volkskunde heeft er enkele van in bezit. Maar niet alleen haar school- en leefmilieu vormen een inspiratiebron. Zij gaat als pionier op stap in de streek. Tussen 1957 en 1975 doorkruist ze samen met haar zus Alice West-Vlaanderen om bij mensen thuis opnames te maken. Haar opnames worden een bonte mengeling in kleurrijk West-Vlaams. In totaal bestaan er 43 uren opnames, door dr. Dirk Callewaert gedigitaliseerd en in een zoeksysteem verwerkt. Zo leeft anno 2007 het universum van Magda Cafmeyer voort. Magda’s interesse strekt verder dan liedjes en rijmpjes. De oorlogsperiode zet haar er bijvoorbeeld toe aan moppen over de oorlog te noteren. Tijdens de Tweede Wereldoorlog leert zij Professor Egidius Strubbe kennen die haar uitnodigt op de vergadering van de Bond van West-Vlaamse Folkloristen. Zij wordt prompt lid, gelijktijdig met Hervé Stalpaert, dat andere boegbeeld van de vereniging. Op uitnodiging van Professor Peeters wordt zij

– in haar hoedanigheid van conservator van het op dat ogenblik kleinschalige Museum voor Volkskunde - gehuisvest in het Belfort sedert 1 juli 1939 - in 1967 stichtend lid van de Vereniging voor Volkskunde. Daarnaast wordt zij ook gewestelijk medewerker van de Vlaamse sectie van de Koninklijke Belgische Commissie voor Volkskunde (het huidige Vlaams Centrum voor Volkscultuur) en is ze actief lid van verscheidene verenigingen, waaronder de Gidsenbond en het historische berek van ‘Biekorf’. Magda Cafmeyer sterft in 1983. Het belang van de informatie die Magda Cafmeyer haar leven lang heeft verzameld is voor velen reeds lang duidelijk. Ze heeft een in stroomversnelling veranderende wereld beleefd en er de elementen van het dagelijks leven uit gepuurd en neergepend. We moeten haar meer dan erkentelijk zijn voor haar respect voor het materiële en immateriële erfgoed van het dagelijks leven. Zij put hiervoor uit een directe bron: de mensen zelf. Magda’s volksculturele kennis vindt zijn neerslag in teksten, lang en kort, anekdotisch, weetjes, interviews, wetenschappelijke schrijf­ sels. Zij voelt zich op verschillende fronten thuis: religieuze volkscultuur, ambachten en nijverheden, volksmuziek… Ze spreekt een eenvoudige en duidelijke taal, to the point, direct en niet gecompliceerd.

Zoals het een volkskundige betaamt staat zij open voor het leven om zich heen. Zij ontwikkelt een arendsoog voor dingen die zich vroeger en nu afspelen; zij anticipeert op wat de toekomst voor de volkskunde brengen zal. Zij heeft als geen ander beseft dat een museum voor volkskunde een museum is van het verlangen naar het verleden waarbij het romantiseren van het volksculturele ideeëngoed niet als uitgangspunt wordt gesteld. Zij schat het belang van een objectief beschouwen van de volkskunde goed in. Het behouden en beheren van het fragiele, volkscultureel erfgoed, daar gaat het om. Sedertkortoefenikdetaakvanadjunct-conservator van het Hospitaalmuseum uit. Van­uit mijn nieuwe functie en na zeven jaar ervaring als adjunctconservator van het Museum voor Volkskunde, zie ik het als evident dat ik de wetenschap van de volkscultuur introduceer in de hospitaal- en pelgrimsgeschiedenis, onderzoeksclusters van het Hospitaalmuseum. Binnenkort merkt u het, beide cultuurwetenschappen sluiten waanzinnig goed bij elkaar aan. Sibylla Goegebuer Adjunct-conservator H o s p i t a a l m u s e um

21

p


uit de museumbibliotheek

_ Voor u gelezen Joseph Benoît Suvée in de museumbibliotheek.

Toch bleken we één zeer boeiende veilingcata-

We vulden geen wand met recente informatie

logus niet te hebben: deze van de veiling van de

over de Brugse neoclassicist, maar bij voor-

kunstwerken die Suvée in zijn bezit had bij zijn

bereiding van de nog steeds lopende tentoon-

overlijden, en die is georganiseerd in november

stelling kon toch aangename lectuur worden

1807. Een rondvraag bij Vlaamse kunstbiblio-

verzameld.

theken leverde niets op, maar de Bibliothèque Nationale de France bezorgde de Brugse mu-

Zo schreef Dominiek Dendooven in 1994 zijn

seumbibliotheek met plezier een fotokopie van

De Brugse academie in de achttiende eeuw

eindverhandeling over de Brugse academie

hun exemplaar. Voor ons zeker even waardevol

/ Dominiek Dendooven. - Onuitgegeven licenti-

in de achttiende eeuw. Deze (onuitgegeven)

als het origineel.

aatsverhandeling, 1994.

rekken, maar ook online! Op www.ethesis.

De inspanningen van adjunct-conservator

Catalogue de tableaux et esquisses… après

net (waarop licentiaatsverhandelingen online

Janssens resulteerden in een splinternieuwe

le décès de M. Suvée… Vente 4-7 novembre

worden aangeboden) vind je de ganse tekst

(collectie)catalogus over Suvée en zijn Brugse

1807. - Parijs, 1807. - 24 p. (kopie)

en de studie is vlot leesbaar. Zeker als klerk

tijdgenoten. Vol kwaliteitsvolle afbeeldingen,

Reyngout eraan te pas komt, en niet alleen

een mooie aanwinst voor ieders huisbiblio-

Brugge - Parijs - Rome: Joseph Benoît Su-

conciërge maar ook model blijkt te zijn en zijn

theek.

vée en het neoclassicisme / Sandra Janssens

scriptie vind je trouwens niet enkel in onze

dagen aan de academie opfleurt door allerlei

en Paul Knolle. - Gent: Snoeck, 2007. - ISBN Ve r o n i q u e D e B o i

regeltjes te omzeilen.

978-90-5349-663-3 - 207 p.

_ Voor u aangeklikt Wanneer u dit leest, zal de benedenverdieping

van oude manuscripten en laat-middeleeuwse

van het Bruggemuseum-Gruuthuse na tien

literatuur een echt festijn! Naast wat gebeden

maanden sluiting voor restauratie opnieuw

en gedichten vindt u er vooral (minne)liederen:

voor het publiek opengaan.

sommige daarvan zijn zelfs online te beluiste-

Wat u er in elk geval niet te zien krijgt is het

ren!

fameuze Gruuthusehandschrift uit omstreeks

22

p

1400, dat enige tijd terug tot grote ergernis van

U vindt er natuurlijk ook het alom bekende

velen door de West-Vlaamse eigenaars aan de

en ietwat zwaarwichtige “Egidius, waer be-

We kunnen alleen betreuren dat dit manuscript

Koninklijke Bibliotheek van Den Haag verpatst

stu bleven?”, maar er is veel lichtvoetiger

niet te zien was vorig jaar op de tentoonstelling

werd.

poëzie die ons een onbevangen blik gunt in

‘Geloof en Geluk’: het had er in alle opzichten

de middeleeuwse seksualiteit. U leest er wat

op zijn plaats gelegen, in de keuken van Gruu-

Positief aan het hele verhaal is wél dat het

‘de capelaen van Hoedelem’ zowal uitsteekt

thuse, midden de erotische pins…

manuscript ondertussen integraal gescand

‘’s nuchtens voor de messe’ en hoe de mer-

en getranscribeerd werd zodat iedereen via

senier (naaldenverkoper) Annin Tutebier door

enkele simpele muisklikken nu gewoon thuis

een jonkvrouw gevraagd wordt te vullen ‘hare

in het boek kan bladeren. Voor de liefhebbers

cleine cokerkijn’…

Rudy de Nolf www.kb.nl/galerie/gruuthuse/


Onze balievrijwilligers vol aandacht bij de opleidingsessies.

VIB: we zijn gestart!

Vriendenuitstap naar Douai en Roubaix

_ Beste museumvriend(in), De VIB (Vrienden-Info-Balie) Eindelijk is hij er. Enkele weken later dan voor­ zien maar met niet minder enthousiasme zijn we gestart met onze informatiebalie in het Groeningemuseum. Onder de dynamische impuls van bestuurslid Marie-Hélène Hanssens en in samenwerking met de musea werden de laatste praktische problemen opgelost en konden onze vrijwilligers half oktober aan de slag. De eerste maanden zal er nog constant bijgestuurd moeten worden zodat ons ankerpunt op de meest efficiënte manier kan functioneren. Uit de eerste reacties van de bezoekers en van de vrijwilligers blijkt alvast dat onze actieve aanwezigheid aan een behoefte beantwoordt en erg op prijs gesteld wordt. Wie als vrijwilliger in dit project ook wil instappen, neemt best contact op met ons secretariaat.

Vriendennocturne in de unieke tentoonstelling

We zullen het natuurlijk niet bij die ene

De Schoonheid en de Waanzin in het Brugge­

dag houden. Een verjaardag is altijd een

museum-Onthaalkerk Onze-Lieve-Vrouw, is

moment van reflectie. Over verleden en

zo goed als voorbij. De exclusieve lezingen

toekomst: in een halve eeuw is de rol van een

en causerieën, de culturele uitstappen en de

museumvriendenvereniging sterk geëvolueerd

speciale rondleidingen in de eigen tentoon­

van een eerder select gezelschap met vrij

stellingen hebben u zeker waar voor uw (lid)geld

specifieke doelstellingen tot een groep met een

gegeven.

breed maatschappelijk draagvlak. In 2008 is de rol van de Vrienden binnen de werking van de

Omstreeks deze tijd ontvangt u van ons het We zijn ervan overtuigd dat u uw vereniging

Ondertussen wensen wij bij de komende

trouw zal blijven zodat u ook in de toekomst kan

jaarwende al onze leden en hun dierbaren een

genieten van de vele speciale activiteiten die we

vreugdevol 2008.

in, rond en samen met de Brugse musea zullen organiseren.

De Raad van Bestuur

2008 wordt ten andere een heel uitzonderlijk Vrien­denjaar: dan wordt onze vereniging vijftig. Reden te over om duchtig te feesten: noteer nu al zaterdag 18 oktober 2008 in uw agenda. We nodigen op die dag al onze leden uit op een wervelende ‘museumvriendendag’ vol boei­

2007 & 2008

Musea meer dan ooit van belang.

betalingsformulier voor het nieuwe jaar 2008.

ende activiteiten voor jong en oud en met als apotheose een feestelijke zitting in de Brugse

Het werkjaar 2007, dat we waardig in­

Hallen. U hoort er ongetwijfeld later nog meer

gezet hebben met een druk bijgewoonde

over!

23

p


Colofon Museumbulletin is een driemaandelijks tijdschrift, uitgegeven door de Vrienden van de Stedelijke Musea VZW, een ondersteunende VZW voor de Brugse Stedelijke Musea Verantwoordelijke uitgever: Bertil van Outryve d’Ydewalle, Torhoutse Steenweg 412, 8200 Brugge Ontwerp: d-Artagnan, Brugge Opmaak en druk: De Windroos, Beernem (Eind)Redactie: Musea Brugge Contactgegevens redactie: museumbulletin.redactie@brugge.be Alle reacties op de bijdragen in dit Museumbulletin zijn welkom op dit adres. Foto’s: Stadsfotografen Jan Termont en Dirk Van der Borght, Pictura Publishing Database, Steven Kersse, Hugo Maertens en Rudy de Nolf

Musea Brugge Dijver 12, 8000 Brugge T 050 44 87 11 F 050 44 87 78 www. museabrugge.be musea@brugge.be

BIJZONDERE BEGUNSTIGERS:


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.