5 minute read

Interview met Ruben Hein

Ruben Hein staat net zo makkelijk in een klassieke zaal als op een popfestival. De zanger, pianist en componist is wars van hokjesdenken. ‘Het gaat mij erom dat mensen worden geraakt door muziek.’ In oktober 2021 opent hij het NMF Kamermuziekfestival bij Natuurmonumenten op de Marker Wadden.

Ruben Hein komt net terug van een rondje vogels spotten. Al jaren een grote hobby van hem, maar het is extra feestelijk dat hij het deze week kan doen op de Marker Wadden. Dit nieuwe stukje natuur in Nederland heeft een enorme diversiteit aan planten en dieren. Hij logeert hier in het zogenaamde artist in residence-huisje van Natuurmonumenten. Op deze bijzondere plek kunnen musici maar ook kunstenaars uit andere disciplines in alle rust werken. ‘De eerste 24 uur waren verschrikkelijk,’ lacht Ruben. ‘Ik zat alleen maar tegen mezelf te vloeken dat er nú iets uit mijn handen moest komen. Maar op een gegeven moment viel het kwartje en veroorloofde ik het mezelf om een wandeling te maken. Dat werkte heel inspirerend, want het haalt alle blokkades in je hoofd weg. Sindsdien gaat het schrijven eigenlijk vanzelf.’

WAAR BEN JE ALLEMAAL DRUK MEE? ‘Ik heb net een plaat afgerond en ga weer vol aan de bak om te spelen. In oktober open ik het NMF Kamermuziekfestival bij Natuurmonumenten, hier op de Marker Wadden. Daar heb ik veel zin in, want dat is mijn eerste optreden sinds de pandemie losbarstte. En dan is het ook nog met het Matangi Quartet, een topstrijkkwartet. Hopelijk ga ik nog wat festivals doen, in het voorjaar staat er een clubtour gepland en daarnaast ben ik alweer bezig met nieuwe projecten.’

BEN JE TEVREDEN OVER JE BALANS TUSSEN WERK EN PRIVÉ? ‘Dat is ontzettend lastig. Eerlijk gezegd heb ik de coronatijd tot op zekere hoogte als prettig ervaren omdat privé en werk elkaar minder in de weg zaten. Normaal is het toch veel rennen en vliegen en ben ik veel weekenden weg bij mijn zoontjes. Die hectiek miste ik niet, maar het spelen wel. Ik denk dat veel mensen die gepassioneerd zijn over hun werk zich daarin herkennen: het gevoel dat je torn between two lovers bent. Ik vind het belangrijk daar een goed evenwicht in te creëren, dus ik ben vrij rigide in wat ik wel en niet doe. Als ik wegga van huis, dan moet dat het wel waard zijn.’

VIND JE HET BELANGRIJK DAT JE KINDEREN OPGROEIEN MET MUZIEK? ‘Ik probeer ze niet te pushen, maar ik schep wel de mogelijkheid. In de woonkamer staat een piano, daar spelen ze niet heel vaak op, maar ze luisteren wel veel muziek. Dat doen ze op het oude stereootje van mijn vriendin uit haar studententijd. Daar kunnen ze zelf cd’s in stoppen, wat heel grappig is. De ene week staat constant Bad van Michael Jackson op, de andere keer is hetJohn Mayer wat de klok slaat. Er komt van alles voorbij. Ook gewoon kindermuziek of iets Nederlandstaligs, wat ik zelf dan weer niet zo snel zou opzetten.’

WANNEER WIST JE DAT JE PROFESSIONEEL PIANO WILDE SPELEN? ‘In de eerste of de tweede van de middelbare school. Ik kreeg vriendjes die ook veel met muziek bezig waren. Het voelde logisch dat ik daar mijn vak van wilde maken. Mijn ouders hebben dat altijd gestimuleerd: “Het maakt ons niet uit wat je gaat doen, als je het maar leuk vindt.” Als je muzikant wilt worden, dan is dat niet de makkelijkste weg. Maar ze hebben altijd het vertrouwen gehad dat het goed zou komen.’

HET GROTE PUBLIEK LEERDE JE KENNEN ALS WINNAAR VAN WIE IS DE MOL? HEEFT DAT VEEL BETEKEND VOOR JE CARRIÈRE? ‘Absoluut, dat opende een hoop deuren. Het is nu ruim drie jaar geleden, maar ik word er nog steeds wekelijks op aangesproken. Hetzelfde geldt voor mijn aanwezigheid in Linda’s Zomerweek, wat nog veel langer geleden is.’

HOE WORDEN DERGELIJKE UITSTAPJES IN DE MUZIEKWERELD BEKEKEN? ‘Toen ik aan Linda’s Zomerweek meedeed, was ik er vooral zélf mee bezig wat anderen ervan vonden. De jazzwereld is heel serieus, iedereen is veel met zijn instrument bezig, met een bepaald soort muziek. Voor mijn gevoel ging dat moeilijk samen met lichtvoetig entertainment: is dit wel hoe ik me wil profileren? Mijn eigen hoofd zette me een beetje op slot. Het grappige is dat ik dat bij Wie is de Mol? helemaal niet meer had. Ik wist dat ik het gaaf zou vinden om mee te doen. Zo’n programma is ook een goede manier om jezelf te presenteren aan een groter publiek. Dat vind ik alleen maar leuk.’

JE KOMT UIT DE JAZZHOEK. WAT HEB JE MET KLASSIEKE MUZIEK? ‘Ik ben minder thuis in klassieke muziek dan in jazz of pop, maar ik ben er wel mee opgegroeid. Thuis werd het vaak gedraaid: Vivaldi, Beethoven, Mozart. Ikheb ook altijd opengestaan voor andere muziek en denk niet in hokjes. Volgens mij moet muziek energie verplaatsen, ongeacht het genre. Dat is een vage omschrijving, maar ik bedoel ermee dat muziek iets in jou teweeg moet brengen. Je gaat ervan lachen, dansen, huilen, zwijmelen. Het moet je ráken. Als dat niet gebeurt, dan is het niet meteen slechte muziek. Het is alleen op dat moment blijkbaar niet de muziek voor jou.’

Tekst: Fleur Baxmeier Fotografie: Yani Pictures

This article is from: