Auschwitz Bulletin, 1989, nr. 01 Januari

Page 1

nederlands auschwitz comitĂŠ


ERZÉTSMUSEUM Verzetsmuseum Amsterdam, Lekstraat 63, 1079 EM Amsterdam, tel. 0 2 0 -44 97 97. Het Verzetsmuseum Amsterdam is gevestigd in een voormalige synagoge in Amsterdam-Zuid. In de permanente tentoonstelling wordt door middel van een groot aantal authentieke voorwerpen, documenten, foto's, video- en geluidsmateriaal een overzicht gegeven van het verzet in Nederland tijdens de Duitse bezetting, 1940-1945. Van 2 december 1988 tot en met 26 maart 1989 is de tijdelijke tentoonstelling 'Jan Rot, tekenaar van het illegale blad Paraat' te zien. In deze tentoonstelling wordt een overzicht gegeven van leven en werk van Jan Rot (1892-1982), één van de oprichters én de tekenaar van de verzetskrant Paraat. Centraal staat de complete collectie originele prenten die hij in de oorlog voor Paraat maakte. In deze prenten wordt de vloer aangeveegd met de Duitsers en de NSB. Verder zijn er een groot aantal vooroorlogse prenten, fotocollages en affiches van Jan Rot te zien, waarin hij waarschuwt voor het opkomend nationaal-socialisme. De prenten zijn onder andere gepubliceerd in 'De Notenkraker' en 'Vrijheid Arbeid Brood'. Het museum is geopend van dinsdag tot en met vrijdag van 10.00-17.00 uur en op zaterdag en zondag van 13.00-17.00 uur.

40 JAAR ISRAËL VERZAMELT U AL DE POSTZEGELS VAN 'HET LAND VAN DE BIJBEL'? Op 9 november 1988 verscheen er een postzegel van NIS. -,80 ter herdenking aan 'De Kristalnacht van 1938'; een postzegel van NIS. -,40 ter herdenking aan Moshe Dayan, alsmede een postzegel van NIS. 2,- ter herinnering aan 'Het Joodse Legioen'. ISRAËL een nieuw land met een oude geschiedenis. De postzegels van Israël vertellen over die geschiedenis in prachtige kleurrijke beelden, maar ook het hedendaagse gebeuren vindt U op haar postzegels terug.

Voor inlichtingen: Israël Filatelistisch Agentschap voor de Benelux, Postbus 11 - 4255 ZG Nieuwendijk NB. Telefoon 01834-2254.

Uitgeverij Pegasus Zojuist verscheen de 3e druk van Lidia Ginzburg: Omsingeld - notities van een belegerde Een indrukwekkende novelle over het beleg van Leningrad. De pers is enthousiast:

lil Dé specialist ARCHIEFVERNIETIGING

JO BLIK OUD-PAPIERHANDEL

Vliegtuigstraat 8 Telefoon 020-155358 Amsterdam

Nicolaas Matsier in de NRC: 'Mijn bewondering is gro Tom van Deel in Trouw: '...een zeldzaam indrukwekk

Paperback, 96 blz., f 19,90 Nieuw: M. Hisschemöller (red.): Een bleek bolwerk - racisme en politieke strategie Racisme wordt in dit boek opgevat als een wezenskenmerk van de Nederlandse samenleving. Specialisten op verschillende terreinen schreven een bijdrage met de opzet, het bolwerk van raciale ongelijkheid te helpen uitgraven, Paperback, 152 blz, / 29,90

Verkrijgbaar in iedere goede boekhandel

Uitgeverij Pegasus Leidsestraat 25,1017 NT Amsterdam


nederlands auschwitz comité

HERDENKINGSNUMMER Oplaag: 25.000 exemplaren 33e jaargang nr. 1, januari 1989 verschijnt 6x per jaar Secr.: Ab Caransa, Langs de Baan 56, 1422 KZ Uithoorn, tel. 0297562962. Bankrek.: AMRO BANK, bijk. van Baerlestr. 58, 1071 BA Amsterdam, spaarrek.: 40.01.75.088. Postgiro: 293087 en 4875500 t.n.v. NAC. Redaktie: Drs. Eva Tas, Amsteldijk 23, tel. 020-795716, 1074 HS Amsterdam. Administratie krant: D. v. Geens, Renkumhof 50, 1106 JB Amsterdam, tel.: 020-972869.

N i e t schrijven zonder tranen

'Ik kan niet schrijven zonder tranen.' D a t schreef van Aerssen, gezant te Parijs, aan zijn h o o g m o g e n d e opdrachtgevers. N i e t na h e t verscheiden van keizer Hirohito, maar na d e m o o r d o p de Franse koning Hendrik IV in mei 1610. Een fanatiekeling had h e t dodelijke schot gelost op de koning die de dissidente protestanten had beschermd. Fanatisme is na een kleine vier eeuwen niet verdwenen. Allerminst in het MiddenOosten, waar beweging en verandering n o g niet t o t h e t hoognodige overleg en vergelijk hebben geleid. H o e tragisch het ook toegaat in de d o o r Israël bezette gebieden en hoezeer de meesten onder ons verontrust zijn door dood en geweld daar: een vergelijking tussen de geplande, fabrieksmatige massamoord en het militaire optreden aan de Jordaanoever is letterlijk ongehoord. Toch h o o r d e n wij dat o p nieuwjaarsdag in een VARA-TVrubriek. Voorbeelden van vruchteloos geweld liggen helaas voor het optapen. Zie b.v. de dezer dagen weer veelbesproken politionele acties in Indonesië. D e Sjoa is een in de geschiedenis naar aard en omvang unieke, n o g steeds nauwelijks te vatten misdaad. Elke vergelijking gaat niet alleen mank, maar is ook misleidend. N i e t voor niers zegt de zojuist Amsterdams eredoctor geworden Duitse historicus Koselleck dat geen verklaring van de Jodenvernietiging ook maar iets uitlegt. 'Het is allemaal zo volsttekt zinloos wat er gebeurd is.' Zinloos, maar onherstelbaar.

Omkijken N o g leven wij m e t zoveel uitvloeisels van dat gebeurde. O o k letterlijk. Vandaag n o g w o r d t o.a. in Keulen voor anatomisch

onderzoek gebruik gemaakt van preparaten afkomstig van in de nazitijd terechtgestelde mensen. O o k de resten van in Hadamar aan h o n g e r d o o d prijsgegeven of anderszins verm o o r d e geesteszieken zijn n o g in gebruik. 'Van onschatbare waarde' oordeelt een deskundige, blijkbaar ook voor leerboeken. (Tagesthemen, A R D - t v van 2-2-'89) Hitlervrienden besmeurden een gedenksteen van Rosa Luxemburg in Berlijn m e t een hakenkruis. O o k hier wel eens o p een voetbalstadion gekalkt d o o r een hand die waarschijnlijk van Hitler geen weet heeft. D e tien raadszetels te Antwerpen voor het racistische Vlaamse Front is een n o g ernstiger teken aan de wand. Treurig stemmende zaken o m niet zonder tranen over te schrijven. Maar er zijn andere reacites gewekt. Bijna een halve eeuw na h e t uitbreken van de Tweede Wereldoorlog zijn nieuwe generaties opgestaan en aan het woord. Zij beraden zich o p h u n situatie, h u n toekomst, h u n voorgangers en h u n taken. Een brede weerslag daarvan vindt u in dit n u m m e r . Wij kijken n o g o m naar het zichtbare begin van de Jodenvervolging, de Reichspogromnacht, waaraan veelvuldig aandacht is besteed, zoals in de V.S. Natuurlijk vooral in beide Duitslanden: aan een internationaal symposium te Bonn nam ook ons comité deel. D e misverstanden in de Bondsdag zijn hier bekend. In Oost-Berlijn sprak in de Volkskammer na voorzitter Sondermann de bekende dr. H . Galinski, w o o r d v o e r d e r en voorzitter van de Zcntralrat van de J o d e n in Duitsland en d r o n g aan o p een gezamenlijke Duitse herdenking van die beginpogrom. Beraad had plaats van de tweede generatie van slachtoffers van oorlog en verzet.' zowel in Azië als Europa: u vindt hierna een ver-

slag en vele impressies van jongeren. Uiteraard ook over de laatste reis naar Auschwitz en andere kampen. E n bovenal over de J o d e n in verzet.

Geschonden mensheid Voor de 44ste maal h e r d e n k e n wij de bevrijding van Auschwitz. N i e t h e t einde van de g r o t e ramp, de Sjoa, maar h e t m o m e n t waarop de overlevenden o m zich heen konden kijken en m e r k e n hoe en m e t h o e weinigen zij over waren. D e Sjoa was een ingreep in het persoonlijke leven van elk van ons. Ieder verloor familie, dierbaren, vrienden. Er waren ook algemene ervaringen. D e sporen van het antisemitisme gaan verloren in de nacht der tijden. Toch k o m t uit de J o o d s e levenssfeer het monotheïsme, h e t geloof aan één G o d voort. Een visie die bepalend zou worden v o o r de geschiedenis. D e beide monotheïstische wereldgodsdiensten zijn uit h e t J o d e n d o m voorgekomen of ontlenen daar gewichtige elementen aan. H e t J o o d s e gedachten- of geloofsgoed is een wezenlijk bestanddeel van de beschaving geworden voor alle mensen, of zij nu gelovig zijn of niet. D e afslachting van een g r o o t deel van de J o o d s e bevolking van Europa is niet alleen een slag voor de nabestaanden of landgenoten. H e t is een aanslag o p de beschaving, een aanval op, een schending van de mensheid. Dat betekent Sjoa, verwoesting, niet holocaust, d.i. brandoffer. D a a r o m m o e t e n wij steeds weer herdenken en daarom wil o o k de volgende generatie waarschuwen. E n kunnen wij mensen er geen van allen zonder tranen over schrijven.


VRU NEDERLAND OP PROEF Tien weken op proef — om de weg te vinden in de veelheid van Vrij Nederland, een weekblad dat zeven dagen meegaat. Eerst Jaap Vegter of eerst Terzijde? Eerst de kinderkrant of het kind eerst de krant? Tien weken proeflezen — in het gevarieerde VN-magazine. Journalistiek van groot formaat. Tien weken op proef — dat is tien weken achter de Tweede kamerschermen. Dat is tien weken een besparing van 45% op de losnummerprijs.

TIEN WEKEN VOOR

Ik n e e m e e n p r o e f a b o n n e m e n t o p Vri] N e d e r l a n d Ik betaal ƒ 25,— v o o r tien n u m m e r s (na o n t v a n g s t v a n de a c c e p t g i r o )

F 0 S T C 0 D E / P L 1 1 T S

P B O 0 N I C 0 0

S t u u r de b o n in o p e n , o n g e f r a n k e e r d e e n v e l o p n a a r Vrij N e d e r l a n d , A n t w o o r d n u m m e r 3 0 4 3 , 1000 PA A m s t e r d a m

:

* Of bel gratis (tijdens kantooruren) 06-0220660 voor een proefabonnement


29 januari 1989: Auschwitz-herdenking De jaarlijkse Auschwitz-herdenking zal plaatsvinden op zondag 29 januari 1989 op de Nieuwe Oosterbegraafplaats, Kruislaan te Amsterdam. 12 u u r : vertrek vanaf de ingang Kruislaan o m in stilte naar het spiegelmonument ' N o o i t meer Auschwitz' te gaan. H e t Kaddisj-gebed voor de doden zal w o r d e n gezegd d o o r A.S. Herman, rabbijn bij de Liberaal J o o d s e Gemeente. D e burgemeester van Amsterdam, drs. Ed van Thijn, h o u d t een korte toespraak. N a afloop staan bussen klaar naar de RAI. 1 3 . 3 0 u u r : het RAI-restaurant gaat open voor de reĂźnie, aansluitend o p de herdenking m e t lunch, aangeboden door het gemeentebestuur van Amsterdam en opgeluisterd d o o r het k o o r van de Liberaal J o o d s e G e m e e n t e o.l.v. J o p p e Poolman van Beusekom m.m.v. de gazzan Peter Halpren. H e t orkest Andrei Serban speelt voor u. Toegang uitsluitend m e t reeds verzonden kaarten. Telef. inlichtingen: 020 - 6686307.

Herdenking 1989 Sinds we in o k t o b e r van het afgelopen jaar in het J o o d s M u s e u m in N e w York en in het Lincoln Park in San Francisco het Holocaust M o n u m e n t van G e o r g e Segal hebben gezien is de betekenis van het w o o r d H E R D E N K I N G meer dan ooit duidelijk geworden. Een man staat achter prikkeldraad. M e t zijn hand tracht hij dat prikkeldraad weg te duwen maar dat lukt maar enkele centimeters. Achter hem liggen de lichamen van tientallen slachtoffers, mannen en vrouwen. D e man kijkt naar de vrijheid. Eenzaam, peinzend, verdrietig, maar niet verslagen. Z o stonden mijn vader en ik in Gleiwitz. H e t bos, met wandelende gezinnen - komplete gezinnen - o p minder dan tweehonderd m e t e r afstand. We konden de gezichten zien. Zij keken niet of nauwelijks in de richting van het kamp. 'Het tot stand brengen van dit herdenkingsm o n u m e n t was voor de kunstenaar de enige mogelijkheid om aan zijn rouw uitdrukking te geven. H e t was een rouwproces dat de overlevenden is ontzegd'. Aldus de tekst bij een replica van het m o n u m e n t in N e w York. D e in 1924 geboren Amerikaan George Segal is internationaal bekend door zijn gipsen figuren van normale menselijke afmetingen. M e t dit magistrale m o n u m e n t heeft hij zich zelf overtroffen. D e slachtoffers liggen achter de mannenfig u u r o p de grond. Mannen en vrouwen. N o g wijkt het prikkeldraad niet voor hem, n o g is de vrijheid ver weg. Achter de vallei, over de bergen, over de oceaan. Maar er is h o o p in de gipsen ogen; de linkerhand die zich nier o p het prikkeldraad bevindt is gebald en hangt niet slap langs het lichaam. O n d a n k s de lompen waarin hij is gekleed, zijn doden r o n d o m hem, de eenzaamheid, de

Secretariaat Geregeld krijgen wij betuigingen van deelneming na de dood van onze onvergetelijke secretaresse Eva F u r t h en wij danken allen die van zich hebben laten horen. H e t werk w o r d t intussen, zoals u ziet, voortgezet. Er is een nieuwe secretaris aangetreden en wel onze bekende medewerker in het bijzonder aan dit blad. Ab Caransa, Langs de Baan 56 1422 K Z U i r h o o r n tel. 02975-62962 Als tweede secretaris blijft Suzet Valkhoff, Wibautstraat 3 la 1091 G H Amsterdam, tel. 020-6686307

verlatenheid, staat hij daar vastberaden. Dat prikkeldraad zal E E N S voor h e m opengaan, en hem doorlaten. D e Vrijheid, zijn Vrijheid, onze Vrijheid tegemoet. Die vastbeslotenheid is ons niet vreemd. Wij, de levenden, de overlevenden en zij die ons in de loop der tijd zijn ontvallen, delen die vastbeslotenheid met hem. Wij hebben dezelfde belofte afgelegd: N o o i t Meer Auschwitz is in essentie hetzelfde als wat Segal bij zijn m o n u m e n t heeft geschreven. Een van onze belangrijkste verzetsdaden was niet o p te geven, te willen ovetleven. Te willen L E V E N . We hebben veel verloren, toen en nu. Te veel. Maar we blijven vechten, we blijven herdenken, we blijven getuigen om een herhaling te v o o r k o m e n . Want in het herdenken ligt de sleutel tot onze geestelijke verlossing. Een paar maal per jaar staan we stil. Huilend, vloekend, Kaddisj zeggend. Ieder o p de eigen manier. N o g veel jaren.

ff ? 1

IK SR 1VB Ă?TV S TH

Holocaust d o o r G e o r g e Segal.

Wij zullen nooit de m o o r d o p zes miljoen J o d e n , waaronder meer dan een miljoen kinderen vergeten, een slachting die plaats vond tijdens de nazi-holocaust van 1933 tot 1945. Wij zullen nooit de wrede onverschilligheid vergeten van een wereld die toestond dat een m o o r d met voorbedachte rade o p miljoenen mensen k o n plaatsvinden. We zullen nooit de martelaren van dat duivelse dieptepunt in de geschiedenis van de mensheid vergeten. N o c h vergeten we de J o d e n en de rechtvaardigen van alle geloofsrichtigingen die niet alleen in opstand kwamen tegen het kwaad, maar het ook daadwerkelijk bestreden. Ter nagedachtenis van deze martelaren en deze strijdbare vechters beloven we plechtig ons leven in te zullen zetten voor h e t t o t stand k o m e n van een wereld waar zulk kwaad en zo een onverschilligheid v o o r goed zullen zijn uitgebannen. H e t is met deze plechtige belofte nooit te vergeten hetgeen heeft plaatsgevonden dat we dit m o n u m e n t onthullen. H e r d e n k e n is de sleutel t o t verlossing. O n t h u l d 7 november 1984, San Fransisco

Ab Caransa

Omslagfoto en vertaling A. Caransa.


213Kb

Hoofddorp g| 3. 7 4 ;c

0

34

3

BV Import van dames- herenen kinderkleding Touwbaan 38 P.O.Box 180 2350 AD Leiderdorp Holland

tel. 071-899245 telefax 071-896353 telex 39265 teidw nl

Al onze gerookte rabbinaal

vis is

toegestaan

MAASSTRAAT 27

Bekouw Mendes. Assurantiemakelaars voor Nederland en de wereld.

AMSTERDAM - TELEFOON 641072

voor het vervangen van uw oude gas- of olieketel. Met en zonder warmwater voorziening.

B O B

SEDERT

'967

nvic

) è - 5 c :c

> t ;

LEER

Bekouw Mendes G e b o u w Amstel Poort, Mr. Treublaan 7, 1097 DP Amsterdam, Postbus 3863, 1001 AR Amsterdam. Tel.: 0 2 0 - 5 6 0 7 7 7 7 Telex. 11699 b e m g nl. Telefax: 020-6681940.

BONT

LAMSVACHT

Confectiecentrum 3.01.28 Koningin Wilhelminaplein 29, 1062 HJ AMSTERDAM (Holland) Telefoon 020 - 15 60 14*


Terug naar Polen En zo bracht het Auschwitz Comité mij terug naar Polen. Twee jaar geleden belde een vriend op. Ik moest m e t h e m mee. H e t Auschwitz Comité organiseerde in n o v e m b r 1986 een reis naar Polen, naar Auschwitz, naar Treblinka, naar Sobibor. Hij vond het niet zo'n p r e t t i g idee alleen mee te gaan. Mijn grootvader kwam toch uit Polen? N o u dan. Misschien k o n d e n we nog een taxi nemen (dat kostte bijna niets in Polen) naar zijn geboorteplaats. Waar was mijn grootvader eigenlijk geboren? Ik belde mijn twee stokoude tantetjes, die, als enige overgeblevenen van een uitgebreide familie, als verkleumde vogeltjes ergens in Frankrijk wonen, waar ze tijdens de oorlog - tot h u n geluk - terecht zijn gekomen. 'Cracovie' zei mijn tante o p z'n Frans. Hij is daar in 1863 geboren en o p z'n twaalfde weggevlucht. Cracovie is K r a k o w en we zouden niet eens een taxi hoeven te nemen: de reis voerde al de dag na aankomst naar Krakow. Die stad, waar mijn grootvader in 1875 vandaan kwam, ligt maar 50 kilometer van het stadje waar mijn vader in 1942, tegelijkertijd als gevangene en J o o d , naar toe is gevoerd: Oswiecim, ons beter bekend als Auschwitz. Wat een k o r t e en wrange familiegeschiedenis.

Cracovie K a n zo'n reisje van vijf dagen langs een aantal concentratiekampen met een groep van negentig mensen je ook maar een beetje helpen zo'n gruwelijke geschiedenis te verwerken? Toch wel geloof ik. Al bij de voorbereiding. Zoals ik er eindelijk eens toe was g e k o m e n mijn tantes om de geboorteplaats van mijn grootvader te vragen, zo was er nu ook een concrete aanleiding naar Oorlogsdocumentatie toe te gaan o m na te zoeken waar al die andere familieleden zijn omgekomen. Bijna allemaal inderdaad in Auschwitz, een enkele in Sobibor. H e t hielp me ook om K r a k o w te zien, een prachtige oude stad in het zuiden van Polen. Deze is tijdens de oorlog niet verwoest en o o k de Joodse wijk is n o g geheel intact. Sommige synagoges zijn gerestaureerd, de begraafplaatsen, een museum, de straten, een plein. Alleen J o d e n w o n e n er niet meer. Z e zijn tijdens de oorlog vermoord, of daarna weggetrokken naar het westen, misschien vanwege het antisemitisme geschrokken van enkele pogroms die er toen n o g zijn geweest of tijdens de officiële antisemitische campagne in Polen van 1968.

Leon en Jules Maar het belangrijkste voor mij was het bezoek aan Auschwitz-Birkenau, het gigantische, uitgestrekte tweede Auschwitz, samen m e t Leon Greenman, een van de overlevenden van het kamp. Leon was van de leeftijd van mijn vader. Zijn zoontje, één dag jonger dan ikzelf, en zijn jonge v r o u w overleefden het niet, hijzelf wel en de verhalen die hij vertelt, in elke barak, bij de kachelpijpen, de bedden, de latrines, hadden de ervaringen van mijn eigen vader hebben kunnen zijn. Dichter bij een a n t w o o r d o p de vraag wat mijn vader daar gezien heeft zal ik wel nooit kunnen komen. Daar k o m t bij dat Leon beeldend en o n t r o e r e n d kan vertellen over al die J o o d s e jongens die daar bij h e m waren in die verschrikkelijke tijd. Zijn verhaal w o r d t aangevuld d o o r de indrukken in Auschwitz zelf, dat als een gigantisch m u s e u m is ingericht. O p een slordig briefje krijg ik daar nog wat gegevens over mijn vader. We maken o p de vrije dag een excursie - toch met de taxi - samen met Jules Schelvis en zijn vrouw naar een mij volkom e n onbekende stad Radom, waar Jules een groot deel van de oorlog in een afgesloten g e t t o , midden in de stad heeft doorgebracht, werkend o p een drukkerij. En dan is er Sobibor. N i e t meer dan een heuvel van menselijke as. En daarom zo verschrikkelijk indrukwekkend in zijn gruwelijke eenvoud. Deze reis van maar een paar dagen hielp toch o m wat zo ver weg lijkt, in tijd en plaats, en zo onvoorstelbaar erg blijft, een klein beetje k o n k r e t e r te maken. 'Misschien dat ik er pas door deze reis aan toe ben te beseffen dat het echt is gebeurd' schreef ik er over in D e G r o e n e Amsterdammer. H e t kostte me dan ook weinig moeite o m 'ja' te zeggen, toen Annetje Fels me vroeg of ik mee wilde werken in een Steuncomité van het Auschwitz Comité, en het leek me o o k niet meer dan m ' n plicht twee jaar later, o k t o b e r '88, weer mee te gaan met een volgende reis naar Polen, nu vooral o m een klein beetje bij de organisatie te kunnen helpen.

Raar Deze reis, twee jaar na de vorige, volgde ongeveer hetzelfde patroon: een dag Birkenau, een dag Auschwitz, een dag (zaterdag) vrij in Warschau en o p de laatste dag een keuze tussen Treblinka en Sobibor. Toch was het voor mij, als ik eerlijk ben - en wat heeft het voor zin er over te schrijven als ik niet eerlijk ben - een heel andere ervaring. H e t waren nu niet dezelfde hevige gevoe-

lens van de vorige keer, het leek meer langs m e heen te gaan. Ik werd ook kritischer ten opzichte van mijn medereizigers. Wat voor misverstanden en vreemde discussies waren er. Wat een rare vragen werden er soms gesteld (bij een berg brillen in Auschwitz werd gevraagd of de Duitsers die uitdeelden aan de mensen die het kamp binnen kwam e n ) . Wat een vreemde gedachtengangen werden er geuit (een meneer v o n d dat J o d e n niet zo luidruchtig moesten zijn in het openbaar, dat veroorzaakt maar antisemitisme). W a t een rare dingen werden er gedaan (een Amerikaan knipte in ieder k a m p een stukje prikkeldraad af voor z'n privéverzameling; als meer mensen dat doen, hoeveel prikkeldraad blijft er dan n o g over?). Viel me dat alleen maar o p omdat ik nu een soort verantwoordelijkheid had? O f is het niet mogelijk een tweede keer een even aangrijpende ervaring te hebben? Is het wel goed een tweede keer te gaan of keer o p keer deze reis mee te maken? Is het niet beter één keer te gaan en zoveel mogelijk met die ervaringen te doen?

Ook Polen Er waren ook botsingen die te maken hadden met de houding van de g r o e p tegenover de Polen. O p de laatste dag kreeg onze lieve, uiterst attente en kundige gids Dana een heel erge huilbui. Iemand had haar verweten dat de Polen handlangers van de Duitsers waren geweest. Een ander t r o o s t t e haar d o o r te zeggen dat dat wel waar was, maar dat Dana daar niet persoonlijk de schuld van was. N u zijn toevallig van haar eigen familie heel veel mensen in de oorlog d o o r de D u i t sers vermoord. Dat is geen toeval, dat geldt voor heel veel Polen. We hebben natuurlijk Shoah o p de televisie gezien en zagen Poolse dorpsbewoners o p een naïeve en b o t t e manier over de v e r m o o r d e J o d e n praten. We weten ook hoe ook na de oorlog het antisemitisme in Polen niet verdwenen was, zodat de J o d e n er, o p 5.000 na uiteindelijV wel verdwenen zijn. We zouden bijna vergeten dat de concentratiekampen in Polen niet door de Polen zijn gemaakt maar d o o r de Duitse Nazi's, en niet alleen v o o r J o d e n , maar met name ook voor de Polen, J o o d s of niet. Natuurlijk wekken de Polen vervolgens weer onze woede o p d o o r bijvoorbeeld in de voorlichtingsfilm in Auschwitz de J o d e n maar precies één keer te noemen.

Sjoel in Warschau Misschien het meest o n t r o e r d was ik dit keer o p zaterdagmorgen in Warschau in de sjoel, de enige in de stad, die vóór de o o r l o g voor een derde uit J o d e n bestond. N u zitten

Vervolg op pagina 9


Nieuwe kollektie veriongd en vernieuwd

fprnia Natura

Speciaalschpenen Daar loopt u mee weg x

ffilormanatura

Amsterdam, Den Haag, Groningen, Rotterdam, Hilversum, Utrecht,

Weteringschans 209, Noordeinde 18, St Walburgstraat8, W.deWithstraat9, 's-Gravelandseweg 33 B, NobelstraatIA,

DEALER AMSTERDAM-Z

1

met onze geklede Bandschoenen en Pumps in modieuze uitvoering zacht leer in moderne kleuren De schoen die past als maatwerk Die uw levensvreugde verhoogt Ook in Sportieve schoenen zijn WIJ ruim gesorteerd BIJ uitstek geschilberoepen waarbij u zonder voetklachten veel moet lopen of staan Voorkomen is beter genezen Forma Natura heeft voor edere voet de juiste leest Dat geldt v o o r d e moeiIIJ!• voet maar ook voor goede voeten die gemakkelijk willen lopen en goedeconditi' willen blijver

Meet dan pen h j l v t 1 'oetgezonrjheidsspe' S Maandacjs qe:

BANGARAGE VISSER B.

tel. 23 30 12 tel 46 41 81 tel 12 18 97 tel 13 57 37 tel 4 90 09 tel 31 10 51

AB

BANSTRAAT 21-27 1071 JW AMSTERDAM TELEFOON 020-66 23 979

Gijrath Trips b.v. Ferdinand Bolstraat 111 - 1072 LE AMSTERDAM Telefoon 020 - 66 47 011

M O D E H U I S

Athenaeum Boekhandel een tuin in de wildernis

NIEUWSCENTRUM Athenaeum Boekhandel Spui 14-16, Amsterdam telefoon 0 2 0 - 2 3 3 9 3 3 / 2 2 6 2 4 8

1

Dames-, heren- en

kindermode

UITHOORN

Boerlagelaan 5-1 Tel 02975-61353 Vrijdag Dames- en

koopavond

herenmode

AMSTERDAM-BUITENVELDERT

Gelderlandplein 15 Tel 020-462656 Donderdag

koopavond


Treblinka H e t is dinsdagochtend, een dag na terugkeer uit Polen. D e gordijnen heb ik dicht gelaten. Ik luister naar K o l Nidrei van Max Bruch, de enige muziek die mijn gevoel bevestigt. Drie generaties luisterden hiernaar. En treurden. Mijn oma, mijn moeder, en ik. Drie generaties van rouw. Diepe, donkergekleurde rouw.

word ik ooit weer heel? Ik m o e t verder, al ben ik soms niet J o o d s en soms niet gojs genoeg. Jaap. Mijn enige broer. Is mijn verdriet hier in Polen om jou of om onze opa naar wie jij was vernoemd? Huil ik om jouw dood of o m de zijne? Als ik voor de galg in Auschwitz sta en luister naar Leon die mij vertelt hoe ze moesten kijken naar het ophangen van mede-gevangenen, zie ik Jaaps gezicht voor me. W i t t e wangen boven een zwarte baard.

Doodstil is het om mij heen, hier in Treblinka. N o o i t eerder was stilte zo verbijsterend. Duizenden grijze stenen. Ik loop er langs. Er tussendoor. O God. D e zon schijnt over de uitgestrekte vlakte. Ik heb het koud. Zal ik ooit k u n n e n ophouden met huilen? N a Birkenau, na Auschwitz is dit de plek waar de verschrikking mij in al haar onvoorstelbaarheid verplettert. G e e n geluid te horen, behalve het ruisen van de wind in de bomen. Ik zag in Auschwitz bergen brillen, schoenen, pannetjes en p o t t e n . Ik keek naar prikkeldraad, liep d o o r barakken en stond voor ovens. En huilde niet. Gevoel klonterde samen, versteende. Tranen droogden o p van binnen. Ik denk aan mijn opa en zie een foto. 21-61941. O p a Jaap en oma Klaartje, tante Tillie en o o m J o , en tante J o p als 12-jarig meisje, verkleed als Volendammer vissers. Lachend. Een jaar daarna brengt mijn moeder haar vader naar de trein. Vierenveertig jaar later, in 1986, gaat ze naar Sobibor. Z e loopt om de immense asheuvel heen. Afscheid nemen van een vader die nooit terugkwam. N u , weer twee jaar later, o k t o b e r 1988, loop ik hier, in Treblinka. Voor het eerst heb ik recht o p mijn eigen verdriet, dwars d o o r alle twijfels heen. H o e durf ik voor het m o n u m e n t in Birkenau te staan als Annetjes spreekt? Ik ben 34, acht jaar na de oorlog geboren. W i e ben ik o m verdriet te hebben? Ik, kind van een gereformeerde dominee en een Joodse moeder, die 23 jaar lang, zes dagen per week voor domineesvrouw speelde en één dag te midden van haar J o o d s e vriendinnen zichzelf k o n zijn, gebakjes etend in de lunchroom van V&D? Wat denk ik wel? H o e haal ik het in mijn hoofd o m naar Israël te gaan o p mijn vijfentwintigste en te denken dat ik er misschien thuishoor? Ik was er bang ontmaskerd te worden, want ik had verteld dat mijn vader geschiedenisleraar

Heel In N e d e r l a n d h e b ik een J o o d s e moeder. In Israël een christelijke vader. En ze leven ook al niet meer samen. D e gespletenheid. H o e

Vervolg van pagina 7 er vijftien oude mannen die ochtend, een paar toeristen en wij. J e ziet hier n o g beter wat Hitier heeft aangericht dan in Auschwitz' fluistert Annetje Fels tegen me. H e t is werkelijk hartverscheurend. Een eeuw geleden w o o n d e driekwart van de J o d e n van de wereld in Polen. N u zijn het er n o g maar een paar duizend. D o o r Hitiers miljoenenmoord, maar ook d o o r het na-oorlogse antisemitisme. Een jongere man spreek ik daar, hij staat wat apart van de ouderen. Hij vertelt m e dat hij deel uit maakt van een g r o e p jongere J o d e n , een paar gezinnen, die m e t elkaar proberen de oude g e w o o n t e s en feesten o p h u n eigen wijze in ere te herstellen.

Levend Jodendom

Oktober 1988.

(foto. Theo van Praag}

Ijzingwekkend witte wangen. Onwaarschijnlijk ver weg. Ik durf h e m niet te benaderen, noch te beroeren. Dichterbij h e m dan ik ooit heb kunnen komen, kruip ik weg omdat ik mijn dode broer niet kan aanzien. N a het nieuws over Sabra en Sjatila b o u w d e hij zijn eigen galg. In alle vroegte, o p een zachte lente-ochtend, stapte hij het raam uit, de dood in, mij overleverend aan mijn twijfels. Huil ik hier in Treblinka o m opa? O m alle familieleden die god-weet-waar zijn omgebracht? Huil ik o m de verlatenheid en het verdriet van mijn moeder? O m mijn dode broer? Ik huil o m alle doden, o m alle levenden. Ik huil o m alle J o d e n en niet-Joden. O m alle oorlogen, van toen en nu. Ik huil eindelijk o m mezelf. Ik ben 34. Ik leef nog. Ik maak een foto van die ene kleine, zwarte steen te midden van die duizenden grijze. Ik maak hem tot symbool van mijn opa en de opa's van zovele tweede generatie-genoten. Tot symbool van alle minderheden, van toen en nu. Mijn leven w o r d t nooit meer zoals hiervoor. Ik zal n o g harder moeten vechten. Tegen racisme, fascisme, tegen anti-semitisme, intolerantie en discriminatie. Al is het o p schijnbaar onbetekend kleine schaal. Samen met J o o s t loop ik in Treblinka t e r u g over het pad langs de symbolische b e t o n n e n rails. Als we bijna aan het eind zijn, steekt een r o o d b r u i n eekhoorntje met kleine sprongetjes het paadje over en verdwijnt, vliegensvlug, in het bos. Ik kijk naar J o o s t , hij naar mij, en samen lopen we de anderen tegemoet. Suzet Valkhoff

M e t de officiële synagoge hebben ze liever niets te maken. Z e voelen zich meer thuis bij de katholieke intellektuelen van de vakbond Solidariteit. Z o u het mogelijk zjin, m e t dat heel klein groepje weer iets van een levend J o d e n d o m in Polen terug te brengen? Ik vraag hem zijn adres en beloof h e m o p te k o m e n zoeken. D a t lukt me binnen een maand, vooral omdat ik graag wat meer van Polen te weten wil k o m e n dan alleen die afschuwelijke concentratiekampen. Ik k o m nu mensen tegen die zeggen dat Polen en J o d e n eigenlijk o p elkaar lijken, beide volkeren werd lange tijd immers geen eigen bestaan gegund. Voor Polen gold dat de hele 19e eeuw, t o t aan 1918 toe. Een Jiddisj stuk (De Dibboek) w o r d t in het Pools gespeeld. ' O m duidelijk te maken dat het J o o d s e elem e n t niet uit de Poolse cultuur geëlimineerd mag worden', zegt de regisseur Wajda tegen me. Stanislaw Krajewski, de jonge J o o d uit de synagoge, vertelt me, dat hij voor het eerst iets over de J o o d s e traditie h o o r d e o p een J o o d s e week van een katholieke intellectuelenclub. Polen en J o d e n , de relatie blijkt heel oud, heel vreemd, heel gecompliceerd. Misschien is het niet zo goed, als we als J o d e n d o o r Polen reizen, wanneer we het leed zozeer monopoliseren, dat we geen enkel o o g hebben v o o r wat de Polen tijdens de Tweede Wereldoorlog, daarvoor en daarna hebben meegemaakt. Misschien moeten we daar bij een volgende reis eens wat beter over nadenken. W a n t ik denk wel dat die reis er k o m t . O m d a t al die mensen die nu voor de eerste keer mee gingen - oud-kampbewoners, jonge mensen van de tweede generatie, mensen uit h e t onderwijs en anderen - ook weer zulke indringende ervaringen h e b b e n gehad, bij h e t zien van die k o n k r e t e plekken, h e t h o r e n van die persoonlijke verhalen, bij gesprekken, gevoelens, huilbuien en botsingen. D e Polen zijn geloof ik n o g niet van ons af. M a x Arian


U kent ons natuurlijk als de a-la-carte-specialist op Israël en Egypte, maar NE AR EAST T O U R S AMSTERDAM is ook agent van een groot aantal touroperators zoals b.v.: A-reizen Anadolu Arke Astrea Aquasun Beiair

Evenementsreizen Holland International Hotelplan De Jong Intratours Koudijs Kuoni

Mobiplan Mundicolor NRV OAD Panta PC-reizen

Sudtours Sunair Sunrise Special Traffic Trans Vernu Zonnetours

In samenwerking met deze touroperators zullen wij u gaarne behulpzaam zijn bij b.v.:

- een pendelbus naar uw favoriete wintersportplaats - een verzorgde vacantie naar de Algarve, Madeira of de USA - een rondreis door China, Indonesië of Australië Ook onze ZAKEN-AFDELING zal u gaarne behulpzaam zijn bij het zoeken van de beste verbindingen en het maken van een scherpe calculatie.

NEAR EAST TOURS WINTERSPECIALS ISRAËL In samenwerking met EL AL ISRAËL AIRLINES geldig van 1 -11 -88 tot 28-2-1989

CLASSIC ISRAËL TOUR

8 daagse rondreis met Engels sprekende gids op basis van half pension, vertrek elke zondag. Bij gebruikmaking van een 2-persoons kamer per persoon (toeslag bij vertrek op 18-12 en 25-12)

Hfl.

1

590,"

MEDITERRANEAN SUN LINE b.v. 8 daags arrangement op basis van logies/ontbijt met een huurauto. Verblijf in hotels, kibbutzguesthouses door geheel Israël (m.u.v. Eilath). Bij gebruik van een 2-persoons kamer per persoon

Hfl. 1342,-

KIBBUTZ ISRAËL BUDGET VACATION

b.v. 8 daags arrangement op basis van logies/ontbijt met een huurauto. Verblijf in Kibbutzguesthouses. Bij gebruik van een 2-persoonskamer per persoon

Hfl. 1309,-

Bel ons eens voor een offerte.

ISRAËL boeken bij Near East Tours

Rokin 9 - 1 5 - 1 0 1 2 KK Amsterdam - Telefoon 020-243350 near east tours, amsterdam


Een licht geval N o v e m b e r 1987. H e t was een gezellige avond. Er werd koffie rondgedeeld, en later rode wijn. We discussieerden over het toneelstuk van Fassbinder dat toen net was verstoord. We haalden reisherinneringen o p aan - niet willekeurig gekozen - plaatsen als Warschau, Wenen en Tel Aviv. Eerder die avond hadden we ons kort aan elkaar voorgesteld. Vlak vóór de oorlog geboren. In de oorlog geboren. O u d e r s nooit meer teruggezien. Zelf pas o p de wereld sinds 1951 voelde ik me opeens een 'licht' geval. We besloten er mee door te gaan. D e steung r o e p was een feit. O k t o b e r 1988. Wéér die mengeling van gezelligheid en dodelijke ernst, 's Avonds wodka drinken in het hotel. Overdag in straf t e m p o concentratiekampen afwerken: Auschwitz-Birkenau, Majdanek, Sobibor. Gesprekken in de bus: o p het éne m o m e n t over het landschap buiten, o p het volgende m o m e n t al weer over de oorlog. A. kwam er als weeskind uit. B. loopt al jaren bij de psychiater. C. zegt dat het hem allemaal niets doen, maar begint in Sobibor te huilen. Wat moet je zeggen? Ik weet alleen dat ik me met hen allemaal ongelooflijk verwant voel. Ik heb zelden in vier dagen zoveel vrienden voor het leven gemaakt. O p reis met h e t Auschwitz Comité, een ingtijpende ervaring. Een jaar of veertig h o o r ik nu bij de 'tweede generatie'. H e t heeft mij niet altijd even veel gezegd. D o e maar normaal, dacht ik meestal. Af en toe lukte het. Maar waarom deed ik vlug wantrouwend? Waarom dacht ik altijd dat anderen er o p uit waren o m me te verraden? Waarom geloofde ik dat de wereld er n o g steeds o p uit was o m de J o d e n te vernietigen? W a a r o m waren er zo weinig mensen met wie je daarover k o n praten? Tot een J o o d s kerkgenootschap voelde ik m e niet aangetrokken. Ik ben niet zo gelovig. D e zionistische beweging dan? Die doet mij te vergoelijkend over de o n d e r d r u k k i n g van de Palestijnen. D e psychiater? Daar was ik niet rijp voor. Mijn linkse vrienden? Die viel je hiermee niet lastig. Vandaar dat ik het een goed idee vond dat de steungroep werd gevormd. Een verademing zelfs. Maar ook een verademing kan beklemmende kanten hebben. J e moet er tegen kunnen, tegen zo'n Polen-reis. O f tegen vergaderingen waar na de boterkoek anecdotes w o r d e n opgedist over de voettocht van R. van Auschwitz naar Ravensbrück, of het lot van S., die toen en toen werd opgehangen. Ik weet eerlijk gezegd n o g steeds niet of ik daar tegen kan. Maar je bent - of je wilt of niet - toch met de oorlog bezig. D a n liever in gezelschap van mensen die zich daar ook niet los van k u n n e n maken. Tot de 'tweede

generatie' h o r e n hoeft niet persé te leiden tot een voorkeur voor het Auschwitz Comité. J e k u n t er o o k heel andere conclusies uit trekken. Verschillende leden van onze generatie hebben dat ook gedaan. D e één sloot zich aan bij de communistische partij (leve de internationale proletarische solidariteit), de ander verhuisde naar Israël en werd kolonist o p de West Bank (alles voor het J o o d s e volk, en met name J u d e a en Samaria). Sommigen kozen voor geforceerde assimilatie, anderen o n t d e k t e n de geneugten van kippesoep o p vrijdagavond en J o o d s e liederen bij ontstoken kaarslicht. Zelf voel ik me bij geen van die keuzes thuis. H e t aantrekkelijke van het Auschwitz Comité is dat joods bewustzijn daar gecombineerd w o r d t met afkeer van alle wreedheid en onderdrukking, en ook niet voor anderen. Dat credo sluit nauw aan bij de gedachten van dat deel van de 'tweede generatie' dat zich tot nu toe dakloos heeft gevoeld. Daarom - denk ik - k u n n e n Auschwitz Comité én steungroep n o g wel een tijdje mee.

ven m e t het uitgangspunt van het N A C : nooit meer Auschwitz! Wij hebben ons die avond afgevraagd wat onze bijdrage aan het werk van het N A C zou k u n n e n zijn. Dat zou het beste k u n n e n gebeuren in de vorm van een groeimodel. Dat h o u d t in dat we beginnen waar en wanneer dit gewenst is steun te verlenen. Steun, die nodig is o m h e t belangrijke werk van het N A C v o o r t te zetten. Misschien al wat langer, maar zeker sinds Annetje Fels mij vroeg en vanaf het m o m e n t dat ik van de Steungroep deel ging uitmaken, heb ik me afgevraagd: waarom eigenlijk, wat beweegt me? Daar is mijn persoonlijke geschiedenis: vooroorlogs, uit een socialistisch arbeidersmilieu, J o o d s dus vervolgd, ondergedoken, overige gezinsleden (vader, moeder, broer) o p de meest onwaarschijnlijke manier b e h o u d e n , een uitgebreide familie o p enkelen na weg. Toch weer welgemoed verdergegaan na ' 4 5 . Dat zijn zo de punaises waartussen mijn jeugd gespannen is.

En hoe is het nu? Als ik er goed over nadenk is het eigenlijk wel altijd oorlog gebleven. G e e n dag gaat voorbij of iets uit 40-45 overschaduwt al het andere: een herinnering, een bericht, een gezegde, een beeld, een geluid. Max van Weezei H o e vreemd het misschien klinkt, maar vaak heeft her o o k iets verrrouwds. Die o o r l o g heeft altijd bij me g e h o o r d en dat zal wel zo blijven ook. Hij is een vaste gast. Ik heb mijn eerste halve eeuw er nu een jaartje o p zitten. Er is in zoverre iets veranderd dat ik het gevoel heb dat ik, naast dit vert r o u w d e en min of meer gelijkblijvende van de nabijheid van mijn gast, steeds meer ook o p een andere manier bij de oorlogstijd en alles wat daarmee verband h o u d t b e t r o k k e n word. Een belangrijke rol speelt de merkwaardige gewaarwording dat langzamerhand allen uit de vorige generatie die mij destijds als een schild voor het directe gevaar hebben afgedekt, weggevallen zijn! Ik sta nu zelf in de frontlinie. Auschwitz nooit meer! H e t is geen leuze maar een opdracht. Natuurlijk gaat het niet Voorzitster NAC, Annie Fels-Kupferschmidt o m het eigenlijke Auschwitz; dat zal wel sprak de reisgenoten toe bij het int. monument altijd een herdenkingsplaats blijven. H e t in Birkenau (7-W-'88). gaat o m alles waar Auschwitz voor staat: fascisme en rassenwaan, militarisme en veroveringszucht, m o o r d als politiek. Die gedachten blijven bestaan en zullen v o o r t Sinds de oprichting o p 1 9 november 1987 durend de k o p weer opsteken. We m o e t e n maak ik deel uit van de 'Steungroep van het waakzaam zijn o m al het begin van de proAuschwitz-comité'. Een aantal mensen kwam cessen die tot de eindwaanzin van een voldie avond o p uitnodiging van m e v r o u w A. gend 'Auschwitz' zouden kunnen leiden Fels-Kupferschmidr, voorzitster van het heel vroeg te herkennen. O m een verdere N A C , in ons huis bijeen. D e 10 deelnemers ontwikkeling te verhinderen en een volbehoren tot de 'jongere generatie', al is tooiing geen kans te geven. Waarschuwen 'jong' in dit verband wel wat betrekkelijk: en strijden vanaf het allereerste begin. Ik zo ongeveer tussen 30 en 55 jaar. H o e ver- h e b h e t gevoel dat dat g e b e u r t in de Steunschillend de achtergrond van ieder ook g r o e p samen met het N A C . mocht zijn, de gelijkgezindheid bracht ons samen. Die kan het beste worden weergege-

Oorlog als vaste gast


Anne Frank HET ACHTERHUIS

paperback f24,90 gebonden f34,90 79e druk

= polak roodhart uylings makelaars in assurantiën financieringen hypotheken pensioenen

M i e p Gies HERINNERINGEN A A N ANNE FRANK

Bijdorp 2 -1181 MZ Amstelveen Postbus 608 -1180 AP Amstelveen

Tel (020) 437 111' Telex 15715 pruas

paperback f 24,90 gebonden f34,90 10e druk A n n e Frank VERHAALTJES EN GEBEURTENISSEN UIT HET ACHTERHUIS

See

m

m o r r i s

paperback f 19,90 3e druk

hef ore you buy yourreal sheepskin coat.

Mies Bouhuys ANNE FRANK IS NIET VAN GISTEREN

paperback f 17,90 4e druk

Uitgebreide sortering dames- heren-en kinder suedenappa-en lamsvacht jassen.

DE DAGBOEKEN V A N A N N E FRANK (WETENSCHAPPELIJKE EDITIE)

gebonden f69,50 3e druk

UITGEVERIJ BERT BAKKER

Haarlem: Barteljorisstraat, TeL (023) 3126 55 Amsterdam: Leidsestraat, (bij Koningsplein), Tel. (020) 22 35 96

M.C. DE LARA CV. Fabrikante van alle soorten Veren Garneringen

t

KRUKZIENERS REISBUREAU bent u voordeliger uit in Israël

Speciale aanbieding

Moriah Plaza Hotel Tel Aviv v.a.

Oude Schans 83-85 Postbus 1112 1000 BC Amsterdam Tel. 020 - 235295 Fax 0 2 0 - 2 3 1 9 8 6 Tlx 10619 lara nl

ƒ 59 j "

• • • •

per nacht

KRUKZIENERS REISBUREAU Amsteldijk 166 (Gebouw Rivierstaete) - 1079 LH Amsterdam Telefoon 020-426133 Telex 10847


Opgestoken vinger

Vanaf mijn vroegste jeugd is het leven bij ons thuis bepaald door de concentratiekampervaringen van mijn beide ouders en de herinnering aan familieleden die in de Tweede Wereldoorlog zijn vermoord. H o e wel mijn ouders ons als kinderen probeerden af te schermen voor die tijd, wisten wij betrekkelijk veel, zeker veel meer dan de meeste andere kinderen o p school voor wie iets als de Jodenvervolging een verhaal was, zoals de invasie van N o r m a n d i ë of de veldtocht van R o m m e l in Noord-Afrika. Mijn ouders hebben zich al vroeg toegelegd o p het bewaren van de herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog. Annetje d o o r haar werk in en voor het Auschwitz Comité. Naast de praktische hulp voor de vervolgden was het wezenlijke werk van het comité de herinnering aan Auschwirz levend te h o u d e n o p een manier zoals alleen zij die Auschwitz hebben beleefd en overleefd dat konden doen. H e t noodlottige van 'geschiedenis' is dat gebeurtenissen verbleken en vervlakken en later o p haast simpele wijze verklaarbaar, bevattelijk en begrijpelijk worden. Een geschiedenisboek zal over een aantal decennia ongetwijfeld het huidige conflict in het M i d d e n - O o s t e n in één alinea kunnen samenvatten en vandaag de dag k u n n e n de meesten van ons volstaan met één biografie van Napoleon om een beeld te krijgen van deze eerste m o d e r n e dictator, die in k o r t e tijd heel Europa naar zijn hand zette ten koste van duizenden doden en onmetelijk leed. Maar een tijdgenoot van N a p o l e o n zou zelfs onze meest briljante beschrijving van N a p o l e o n met een gevoel van vervreemding lezen, omdat d o o r de afstand in tijd slechts de schil van de werkelijkheid is overgebleven. En toch behoort dat het lot van gebeurtenissen o p den d u u r te zijn: een samenvatting, een beschrijving, een begrip. H e t is inmiddels lang geleden dat Auschwitz werd bevrijd, langer geleden dan mijn leven zich uitstrekt. Wij zijn ouder geworden en dat geldt ook voor de generatie die Auschwitz heeft meegemaakt. O n o m k o o m b a a r w o r d t de vraag gesteld wat we moeten doen m e t de herinnering aan Auschwitz? Is het al tijd om Auschwitz samen te vatten in een alinea in het leerboek geschiedenis? Ik ben er heilig van overtuigd dat die tijd n o g lang niet is gekomen, omdat Auschwitz niet slechts het probleem van een vorige generatie is, maar ook èn misschien wel, vooral het probleem van onze generatie. Toen ik h o o r d e dat er o p dc achtergrond van h e t Auschwitz Comité een steuncomité

was opgericht, besefte ik dat eens uit een dergelijk comité de mensen voort zouden m o e t e n komen die het wezen van het Auschwitz Comité voort zullen moeten zetten. D e waarschuwing die van het begrip Auschwitz m o e t uitgaan is v o o r de toekomst misschien wel belangrijker dan voorheen. Auschwitz mag niet worden t o t één van de vele gebeurtenissen uit het verleden die we met een zekere afstandelijkheid kunnen overzien. Auschwitz is het symbool van waar macht, minachting, en technologie toe k u n n e n leiden. D a t symbool moet steeds worden voorgehouden, aan onze generatie en een volgende generatie als een opgestoken vinger. D a a r o m bezoek ik de vergaderingen van de steungroep.

schap, de J o o d s e gemeenschap. H e t is lang een dilemma voor mij geweest. Enerzijds ergens bij willen horen, maar her gevoel te hebben nergens bij t e horen, en anderzijds het delen van een geschiedenis in de J o o d s e gemeenschap waar ik me niet altijd thuis voelde of wilde voelen. Ik wilde humanist zijn, maar dan h o o r d e ik weer die stem in mijn hoofd: Hitler zou m e niet vragen of ik me thuis voel bij andere J o d e n . H e t is niet iets waarin ik een keuze heb. Mijn vader praat weinig over vroeger. Hij w o r d t er verdrietig van. Mijn m o e d e r wil wel over vroeger praten, maar heeft een gevoel alsof er een blackout heeft plaatsgevonden in haar herinneringen. Zij kan zich haar jeugd niet meer voor de geest halen. Mijn moeder wil weer naar Polen, zij wil haar verdwenen jeugd terug zoeken. Zij wil het verloren kindergeluk weer t o t een deel van haar geschiedenis maken.

Terug naar vroeger H a n s Fels

Wortels N o o i t meer Auschwitz, wat betekent dat voor mij, kind van overlevenden van Duitse concentratiekampen en Russische werkkampen? Er zijn voor mij twee aspecten van nooit meer Auschwitz. Politiek betekent dat: nooit meer toestaan dat mensen collectief veroordeeld worden o m wat zij zijn of vanwege de g r o e p waartoe zij behoren. H e t betekent nooit meer accepteren dat men zwijgt over onrecht. N i e t als het gaat o m Zuid-Afrika, o m de Sowjet-Unie of o m de West-Oever of de Gazastrook. En' nooit meer Auschwitz heeft voor mij een persoonlijke betekenis. Auschwitz als symbool van wat o n t b r e e k t in de geschiedenis van mijn familie en dus ook van mij. Mijn ouders k o m e n uit Polen, ik ben in Z w e d e n geboren. We waren immigranten, aan de oostkust van de Verenigde Staten en later verhuisd helemaal naar de west-kust. Ik w o o n nu al jaren in Nederland. H e t ontbreekt mij aan de wortels van mijn verleden. Ik weet zelfs niet waar mijn ouders hebben g e w o o n d of gespeeld als kinderen. Ik weet zelfs niet waar ik heb gewoond of gespeeld als jong kind. Mijn vader heeft twee foto's van vroeger: een familieportret en een foto van zichzelf, twaalf jaar met zijn viool. Mijn moeder heeft geen enkele foto van haar familie kunnen bewaren. H e t vroeger is dood en het nu begint, natuurlijk, met de oorlog. D e oorlog, een collectief gedeelde geschiedenis. Als individu mis ik mijn wortels, maar tegelijkertijd maak ik deel uit van een gemeen-

Drie jaar geleden gingen wij, mijn ouders, mijn zus en ikzelf naar Polen. Ik was bang dat mijn ouders te veel verwachtingen koesterden en dat zij h o o p t e n iets t e r u g te vinden dat niet meer bestond. Maar dat iets, dat Pools-Joodse leven van vroeger, dat wilde ik ook zo graag eens ontdekken. Ik betrapte mezelf erop dat er bij mij ook verwachtingen groeiden. Voor de oorlog w o o n d e n er in S., o p de ruim 130 duizend inwoners, 35 duizend J o d e n . Er wonen nu misschien nog 20 J o d e n . D e winkelstraat met de trambaan is veranderd, er zijn andere winkels gekomen, de bakker v e r k o o p t g e w o o n (Pools) brood, maar ik ken het als J o o d s roggebrood. Aan het eind van de winkelstraat, iets verder, moest het huis zijn waar mijn moeder w o o n d e . H e t huis van haar nichten en neven aan de overkant van de straat is er nog. Maar h e t huis van mijn moeder is weg, de straat is verbreed en haar huis moest verdwijnen. Maar de kerk is er wel, waar mijn m o e d e r niet m o c h t k o m e n toen h u n Sjabbathulp overleed. O p de m a r k t v e r k o o p t men (Poolse) augurken, ik ken ze als kosjere augurken. Bij het treinstation ging mijn m o e d e r met haar vriendinnetjes flaneren om h u n nieuwe Pesach-kleren te showen. Ik maak nu een foto van mijn moeder voor het station. H e t is alsof je in een trein zit. J e ziet alles langs komen, maar het gaat te snel, je kan de beelden niet stop zetten. Mijn moeder r o e p t steeds dat ze niet kan geloven wat ze ziet, dat alles zo anders is. Ik begrijp dit niet. W a t kan ze niet geloven? H o e kan ze h e t niet geloven. Zij heeft 'het' toch zelf mee gemaakt. Maar ineens begrijp ik het wel, wat mijn moeder zegt. Vroeger is dood, haar huis is


•WK*

We

n o v a - « - - r * 'i-e genoc/da.' staugfite'Of Ihan a nullion chitóren, in tfv *fe T

inch-dinq m o r #

We v.iH - e v e rtarget«ie creë'. spathy af a wodd th.v <;,,iust arw Jéliberate murder "rfmi We«HK,«.,-t. N-V v,.li Ir

.«.-..üanyiso» JÏMÉ.«.«aby

<,,, 4fc- i r „ > . y - « W - , af>d ' W % U0OU

<-». <r. .< t

< ' J U r V "Co-ïsiS

: *'^>iic.i

; t i t c i r <r-,,. > . % j ti .vniv.c ^ - . ' c h evif ar* v;ilü, ..(f. .. u > | £ M ! é ,• • >£"kïu H u i • « ' ., . - ma. V i a j i

*

Inscriptie bij het monument The Holocaust te San Francisco. Foto: Ab Caransa.

Tekening van Jacques Kopinsky. Tot eind 1987 in Herinneringscentrum Westerbork. 14

Auschwitz I. Foto:


J o d e n in verzet Toespraak van dr. D. Dolman, voorzitter van de Tweede Kamer bij de onthulling Joods verzetsmonument, 16 oktober 1988 Dames en heren! H e t gedenkteken dat wij aanstonds onthullen is een nationaal m o n u m e n t . Het eert hen die de vrijheid en verdraagzaamheid waarvoor Nederland eeuwen lang had gestaan, hebben verdedigd. Terugziend o p dat verleden k u n n e n wij schamperen o p de onvolkomenheid van deze nationale deugden, kunnen wij klagen over de bekrompenheid van de jaren dertig. N i e t t e m i n hebben duizenden h u n leven in dit land zo liefgehad dat zij het prijs gaven. Duizenden: Nederlanders vooral maar ook gasten die, elders een lijdende minderheid, zich hier bij de strijdende minderheid aansloten. D e J o d e n onder deze Nederlanders en gasten hebben niet alleen h u n eigen godsdienst en cultuur beschermd. Zij kwamen o p voor een samenleving waarvan gelijkheid in verscheidenheid geestesmerk was en in toenemende mate is. Zij deden het in Amsterdam, in heel Nederland, in de Oost, o p zee of waar ook ter wereld.

polemisch verzet of ik zeg de waarheid, defensief verzet of ik help en bescherm, offensief verzet of strijd o p leven en dood, gekluisterd verzet of verzet in kampen en getto's. Aan alle vijf hebben J o d e n in Nederland deelgenomen. Symbolisch verzet werd vooral gepleegd in de eerste naĂŻeve maanden. Zoals anderen goudsbloemen in het knoopsgat droegen, zo vertoonde de ontslagen president van de H o g e Raad, Ernst Lodewijk Visser, zich in sabbatskleren o p straat, hoewel hij van de godsdienst geheel was vervreemd. Hij bleef niet alleen die hij was, hij bekende zich tot wat zijn voortgeslacht was geweest. Weldra werd de toestand grimmiger. D e bezetter d w o n g alle J o d e n mer h u n kleding in het oog te lopen. Sommige deden ook dat met trots, anderen weigerden en doken onder.

Onderduik Waarom dan een apart m o n u m e n t en o p deze plaats? N i e t omdat hier een bijzondere verzetsdaad werd gepleegd, maar omdat de J o d e n er het langst hebben gewoond. O o k dat andere nationale gedenkteken, o p de Dam, herinnert niet aan een speciale gebeurtenis. Waarvan is de D a m in de oorlog getuige geweest? Men denkt het eerst aan de rancuneuze zinloze schietpartij o p 7 mei 1945, toen de capitulatie al getekend was. D e D a m onderscheidt zich niet d o o r de doden maar d o o r de levenden. H e t is het hart van de Nederlandse maatschappij. Evenzo bevinden wij ons hier vlakbij een levende synagoge, een stralend museum, het nieuwe stadhuis van M o k u m Alef. O v e r de precieze plaats in deze b u u r t zal ik nog iets zeggen aan het slot van deze toespraak. Eerst w e n d ik mij tot de tweede vraag: waarom een apart m o n u m e n t voor het J o o d s e verzet? A n t w o o r d : omdar het de bijdrage van niet-Joden zowel kwalitatief als kwantitatief heeft overtroffen.

D e onderduik is de meest verbreide v o r m van verzet geweest, zij het een enigszins passieve en dus niet d o o r Rings als kategorie genoemde. Tegen her einde van de oorlog bedroeg het aantal onderduikers vele honderdduizenden: Joden, militairen, studenten, spoorlieden, werkontduikers. 'Enigszins passief, zei ik. Zeer betrekkelijk dan. Een jarenlang afgeschermd bestaan kostte geduld, verdraagzaamheid, vindingrijkheid, geloof en h o o p - meer dan dat: verbetenheid en zelfoverwinning om tijdelijk met het abnormale te leven. In N e d e r land hebben enige tienduizenden J o d e n die beproeving doorstaan, van alle groepen zij het langst. Reeds daarom verdienen zij onze eerbied. Echter velen van hen gingen verder. Als onderduikers v e r g r o o t t e n zij het gevaar d o o r zich in het actieve verzet te begeven: hulp aan andere bedreigden en vervolgden, maar ook propaganda, spionage, sabotage. Zij hielpen en beschermden, zij verkondigden de waarheid, zij streden o p leven en dood.

Vormen van verzet Lauw In een voortreffelijk systematisch overzicht onderscheidt Werner Rings vijf v o r m e n van verzet: symbolisch verzer of ik blijf wat ik was,

Zij deden dit vrijwillig. D a a r o m past n o g grotere dankbaarheid. Vergelijken wij N e derland met Polen. O n s volk is jegens zijn

J o o d s e medeburgers zeer t e k o r t geschoten. O n b e g r i p en onverschilligheid overheersten. Lafheid, harteloosheid en verraad o n t braken niet. Mede d o o r deze lauwe omgeving zijn de meeste J o d e n aan de onderduik niet toegekomen. Maar van wie d o o k heeft verreweg de meerderheid h e t gehaald, van zuigelingen tot bejaarden. In de lauwe zee dreef een archipel van warme verblijfplaatsen. N i e m a n d was gedwongen daaruit los te breken. H o e anders Polen. Een min of meer normaal functionerende maatschappij bestond daar niet en bovendien tierde van ouds het antisemitisme welig. D e J o d e n k o n d e n kiezen uit drieĂŤn: het transport, de partizanen, de dood in het getto. O p 24 april 1943 schrijft Mordechai Anielewicz uit Warschau: Tn alle kelders van onze mensen is geen lucht genoeg o m ook maar een kaars aan te steken'. M e t de rug tegen de m u u r en de s t r o p o m de nek is m o e d nauwelijks een keuze meer. Dat geldt eveneens voor de opstanden in Auschwitz, Treblinka en Sobibor, waaraan ook Nederlanders hebben deelgenomen.

Namen In Nederland hebben J o d e n de solidariteit van landgenoten met zeer hoge, ongevraagde rente terugbetaald. H e t aantal J o o d s e verzetsstrijders w o r d t geschat o p ruim duizend, de overlevenden o p de helft daarvan. D e J o d e n steken daarmee ver uit boven de andere Nederlanders. Presser vermeldt dat h e t eerste blad van de Erelijst van Gevallenen in het gebouw van de Tweede Kamer, het hart van de Nederlandse staat, onder de daarop staande elf namen twee van J o d e n bevat. 'De geschiedschrijver', zegt hij, 'zal waarlijk niet pogen de lezer.op te praten dat deze verhouding voor de volgende bladen geldt; maar is het helemaal toeval?' Ik heb de vrijheid genomen, deze lijst van 18000 strijders nader te beschouwen. Zestien achternamen komen meer dan dertig maal voor. Daarvan zeven beroepen: Bakker, D e Boer, Brouwer, Meijer, Muider, Smit en Visser; vijf woonplaatsen: Van den Berg, Bos, Van Dijk, Dijkstra en D e Vries; vier persoonskenmerken: De Bruin, D e

Vervolg op pagina 19


Mevrouw Walg G e s c h r e v e n d o o r Ida Vos

'Volgende week gaat er iets vreselijks met m e v r o u w Walg gebeuren', zegt Silvie en ze neemt een hapje van haar gelatine-pudding. 'Iets vteselijk ergs.' 'Wat heb je nou weer?' M a m m a vergeet haar lepel naar haar m o n d te laten gaan. 'Hoe k o m je daar bij?' 'Dat heb ik zelf gehoord.' Silvie eet rustig verder. 'Leg neer, die lepel. Ik wil weten wat je bedoelt.' M a m m a h o u d t Silvie's hand vast. 'En nu vertellen', zegt ze. 'Volgende week gaat m e v r o u w Walg dood'. 'Dood?' 'Ja, dood. Z e zei het zelf tegen meneer Rozeboom.' 'Wat zei ze precies?' 'Meneer Rozeboom vroeg wanneer ze haar leven zou schenken aan de nieuwe wereldburger en toen zei ze: 'Volgende week.' 'Silvie toch!', roept mamma en dan begint ze te lachen. Z e lacht zo hard dat de gelatine pudding bibbert o p haar lepel. 'Je mag niet lachen als iemand d o o d gaat', zegt Silvie. 'Dat is gemeen.' 'Vind ik ook', zegt Rosa. 'Luisteren jullie eens even naar me.' M a m m a pakt haar servet o m haar tranen af te vegen. 'Het leven schenken aan een wereldburger is niet doodgaan. Her b e t e k e n t dat er een baby geboren gaat worden. D e moeder geeft het kindje zijn leven. N i e t haar eigen leven. De moeder, m e v r o u w Walg dus, blijft ook gewoon leven. Z e geeft haar eigen leven niet weg.' 'O,' fluistert Silvie. 'Gelukkig maar.' 'Wacht maar eens even.' M a m m a staat op. 'Ik zal jullie eens wat laten zien.' Z e loopt naar de salon. 'Waar heb ik alles gelaten', horen Rosa en Silvie haar mopperen. 'Ha, daar heb ik het al.' Mamma gaat weer aan tafel zitten. 'Eens even kijken. Ja, die is voor jou.' Z e legt een klein stukje krant o p Rosa's bord. 'En die voor jou.' Silvie heeft o o k ineens een stukje krant o p haar bord. 'Lees maar voor. Eerst jij, Rosa.' Rosa begint: ' O p zondag, 13 december 1931 heeft mevrouw M. de J o n g - d e Roos het leven geschonken aan een welgeschapen dochter, Rosa. Moeder en kind zijn in goede welstand. H. de J o n g . M. de J o n g - d e Roos.' 'Dat ben ik', giechelt Rosa. 'Een welgeschapen dochter. Wat gek. Wat is welgescha-

pen?' 'Dat je helemaal heel was. Alles compleet, handjes, voetjes, alles. N u jij, Silvie', zegt mamma. ' N u moet jij jouw advertentie lezen.' 'Op donderdag...28 maart 1935 heeft mevrouw M. de J o n g - d e Roos het leven geschonken aan een welgeschapen dochter, Silvie, zusje van Rosa. Moeder en kind zijn in goede welstand. Gelieve tussen 13 en 16 uur niet te storen. H . de J o n g M. de J o n g - d e Roos.' 'Goed gelezen, Silvie. Knappe meid hoor. En kijken jullie nou eens heel goed naar m e ' . Mamma gaat o p haar stoel staan. 'Ben ik dood?' Silvie en Rosa kijken o m h o o g naar mamma's gezicht. 'Levend', zegt Silvie. 'Gloei-levend', zegt Rosa. ' N o u dan. En nu niet van die sombete gedachten meer. Misschien kunnen we vast een cadeautje kopen voor de nieuwe wereldburger.' M a m m a springt zomaar van de stoel. N e t als een meisje. 'Ze heeft haast geen kleertjes meer. Die van Loetje heeft ze meegegeven aan een mevrouw die met haar baby naar een werkkamp is gegaan.' 'Hoe weet je dat nou weer?' 'Dat zei m e v r o u w Walg tegen meneer Rozeboom, toen wij zaten te rekenen. H e b ik ook gehoord.' 'Wijsneus', zegt mamma. Jij h o o r t ook alles. Maar dan weet ik wat. Ik heb jullie kleertjes allemaal bewaard, ik denk niet dat wij nog een baby zullen krijgen. We gaan naar de zolder. We zoeken alle babykleertjes bij elkaar en dan mogen jullie ze meenemen voor de baby van mevrouw Walg. We doen het zondag. En maandag gaan jullie naar school met papieren zakken vol kleine kleertjes. Goed?' 'Enig', zegt Rosa. ' O n t z e t t e n d goed', zegt Silvie. Z e zitten o p de zoldervloer. Overal babykleertjes. Broekjes en luiers. Schoentjes en sokjes, truitjes...'Wat schattig!', roept mamma. 'Dat vestje heb je gekregen van oma de Roos. Z e heeft het zelf gebreid en o... moet je zien, wat een enig zonnehoedje en...' M a m m a neemt alle kleertjes in haar handen. 'Wat lief toch', fluistert ze. Z e voelt aan een slob-broek, ze ruikt er aan. 'Palmolive-zeep

ruik ik. D a t is waar ook. D a t gebruikte ik om jullie te wassen. Alles ruikt er n o g naar. Ik legde de lege zeep-papiertjes tussen jullie kleertjes.' ' Z o k o m e n we nooit klaar', zegt Rosa. 'Volgende week schenkt m e v r o u w Walg het leven aan een welgeschapen baby en dan zitten wij nog hier, o p de zolder.' 'Zal ik even meelopen dan kan ik jullie helpen dragen.' M a m m a wil een zak mer kleertjes o v e r n e m e n van Silvie. 'Hoeft niet'. Silvie tilt de zak h o o g boven haar hoofd. 'Kijk eens hoe sterk ik ben!' zegt ze. Rosa heeft haar schooltas in haar ene hand. In haar andere hand heeft ze twee g r o t e zakken vol met kleertjes. Z e zal ze voorzichtig dragen. Stel je voor dat het papier scheurt en dat alle luiers en sokjes en truitjes o p straat zouden vallen. 'Die J o d e n - k i n d e r e n hebben altijd wat bijzonders. G e w o n e kinderen gaan niet naar school met baby-kleren', zullen de mensen dan zeggen. H e t is al laat. Z e lopen toch iets langzamer dan anders. 'We m o e t e n hollen', zegt Rosa. 'Het is al vijf over negen.' Z e rennen de Bilderdijklaan in. 'Kijk', hijgt Silvie. 'Een rijtje voor n u m m e r 29. HÊ, daar staan ze allemaal. Buiten.' Z e gaan langzamer lopen. D a n staan ze voor het hek van n u m m e r 29. 'We k u n n e n niet naar school', zegt R u t h . ' M e v r o u w Walg d o e t niet open'. 'Hallo!'. Er hangt een m e v r o u w uit het raam van n u m m e r 27. 'Hall!', roept ze weer. 'Ze zijn weg, de stakkers. Ja, uit h u n huis gehaald, vannacht. Ik k o n er niet meer van slapen. Ja, o o k kleine Loetje. Z o lief, hij had een speelgoed-beertje o n d e r zijn arm. N o u , jullie redden het wel verder hè? Ik ga nog even p r o b e r e n te slapen.' H e t raam knalt dicht. 'We m o e t e n maar naar huis gaan', zegt meneer R o z e b o o m . 'Gaan jullie maar naar huis. Ik weet het ook niet meer.' Z e lopen samen t o t het begin van de Bilderdijklaan. Bij n u m m e r 1 nemen ze afscheid van elkaar. 'Tot ziens. Ja, t o t ziens.' Rosa en Silvie lopen langzaam terug naar huis. Z e zeggen geen w o o r d . Er valt een rose sokje o p de stoep. Silvie wil h e t oprapen. 'Laat maar. Laat maar liggen', zegr Rosa.


Oorlogsgedich ten Ik weet geen getuigen die ik vragen kan Zelfs geen muur die spreekt. Mijn ogen zoeken nog steeds, en als ik het weet, wat dan nog?

Veel ouder geworden blijf ik toch het kind dat verlangt en wil weten, waarom God mijn gebedje nooit heeft verhoord.

Bep Nof

Auschwitz, Birkenau, Sobibor... In het alledag-leven boven alles uit het verschrikkelijk zwijgen van zes miljoen stemmen van zes miljoen maal die ene stem ons eens zo eigen en al die andere ons eens zo dierbaar verstikte klanken gebroken stemmen van al die wezens vernederd, gepijnigd als insecten vertrapt, unieke stemmen onafscheidelijk behorend bij ons bestaan, hun verre echo blijft ergens diep in ons voor altijd bewaard, geliefde stemmen zo smartelijk stil zo onvervangbaar zo nadrukkelijk zo onherroepelijk voor altijd zwijgend...

De Schepping. Lithografie van Mare Chagall, 7 960. Bruikleen: congregatie van de Missionarissen van de Heilige Familie. Tentoongesteld t.e.m. 5 februari in het Joods Historisch Museum te Amsterdam. Dit JHM ontving de Museumprijs 1989 van de Raad van Europa.

Hier was het.. Hier moet het zijn geweest hier gingen ze eens hun laatste gang raakten hun moede voeten moeder aarde hier gaan wij zoekend rond zij 't wetend niet te vinden soms eventjes betastend dood materiaal als om voor 't laatst een groet te brengen, zo gaan wij zoekend rond en blijven afscheid nemen

S i m o n de Haas oktober 1988

S i m o n de Haas oktober 1988


Fvan Lanschot Bankiers SINDS 1737

Voor al uw bank- en assurantiezaken. 16 vestigingen. Hoofdkantoor: 's-Hertogenbosch, Hoge Steenweg 29, tel. 15 3 4 6 1 .

HET MEEST COMPLETE ISRAËL PROGRAMMA VAN NEDERLAND

Adem benemend Het A m s t e r d a m D i a m o n d C e n ter heeft de grootste collectie ringen, a r m b a n d e n , colliers, horloges en siervoorwerpen van N e d e r l a n d O o k in de prijsklasse die u in g e d a c h t e hebt. We h e b b e n b e r o e m d e m e r k e n als Les M u s t d e C a r rier, Rolex. Ebel. B a u m et Mercier e.a. U k u n t bij o n s diamantslijpers a a n het werk zien en een film over d i a m a n t bekijken. K o r t o m : het A m s t e r d a m D i a m o n d C e n t e r is e e n a d e m b e n e m e n d e belevenis.

AMSTERDAM DI^HOND CENTER /EVEN GENERA! I' H Rokm1-S

1012KK

Assrher

D,im A m s t e r d a m ( O o k o|j z o n d a g

ES

0 2 0 - 2 4 5 7 8 / Telex geopend)

( D o n d e r d a g tot 21 u u r o p e n 1

• • • •

Rondreizen • Hotels • Goedkope vluchten • Kibboets •

• Moshav • Vrije rondreizen

Autohuur Sinai-Safari's Zwerftochten Reizen op maat

• Huurreizen • Strandvakanties

K

TOURS

Kastelenstraat 268,1082 EJ Amsterdam Telefoon 020-463331 Fax 020-464655 Telex 10380

DIAMANT

Cl.rectf.ur 17167 adc


Symbool van vrijheidszin Rede bij onthulling van het gedenkteken Joods Verzet 1 9 4 0 - 1 9 4 5 Laat er bij u, zeer geachte aanwezigen geen twijfel bestaan over het feit dat de J o o d s e burgers, die in de bezettingstijd aan het verzet hebben deelgenomen, dit N I E T alleen hebben gedaan vanuit een zekere J o o d s e optiek maar tevens verzet hebben gepleegd uit h u n vrijheidslievende, anti-nationaalsocialistische, antifascistische opvattingen. Een aantal h u n n e r in het geheel niet vanuit enig J o o d s gezichtspunt. D e J o o d s e verzetslieden hebben deelgenomen aan het nationale verzet hier te lande en hebben gezamenlijk gestreden tegen de gemeenschappelijke vijand, het nazi-monster. Daaromtrent bestaat geen twijfel. Dan k o m ik o p een ander argument: 'Er zijn al zoveel gedenktekens'. Zeker, er zijn er al meer dan duizend in dit goede vaderland. Maar een hardnekkige mythe heeft in de naoorlogse periode t o t op de dag van vandaag de ronde gedaan. En dat is deze: D e J o d e n , het meest geplaagde, geterroriseerde, vervolgde en tenslotte het meest uitgeroeide volksdeel, 'hebben zich als makke schapen naar de slachtbank laten leiden, zij hebben geen hand uitgestoken o m zich te verdedigen'. H e t tegendeel is waar. Helaas, m e n heeft in het algemeen van verzetsactiviteit van J o o d s e burgers weinig of niets gehoord. Geschriften of publicaties daaromtrent zijn niet of nagenoeg niet verschenen, d o o r wat voor oorzaak dan ook.

Van het eerste uur Onze goede, helaas overleden vriend en verzetsman Benny Bluhm heeft mij in februari 1986 in het Verzetsmuseum Amsterdam opgewacht en dringend o m aandacht gevraagd. Hij verzocht mij o m medewerking voor zijn plan een gedenkteken o p te richten voor alle gevallenen onder de J o o d s e verzetsmensen, o o k die van het eerste uur, te weten de J o o d s e knokploegen uit de oude J o o d s e b u u r t e n r o n d o m het Waterlooplein. Mijn mening was dat zo een gedenkteken er moest komen. Voor verzetsmensen was er een g r o o t risico het leven te verliezen in de strijd tegen een meedogenloze vijand; voor een J o o d s verzetsstrijder was dat risico zeker tweemaal zo groot. Iets wat genoegzaam bekend mag worden geacht. En zo is dus de Stichting ComitĂŠ J o o d s Verzet 1940-1945 tot stand gekomen. In onze statuten staat tevens de geschiedschrijving vermeld. D e eerste maatregelen zijn reeds genomen en na de onthulling van dit gedenkteken zal aandacht geschonken worden aan de geschiedschrijving o m t r e n t het verzet van J o o d s e burgers.

O p de dag van ondertekening van de stichtingsakte, de 16e juni 1986 is de initiatiefnemer ten grave gedragen. Ik ben er trots o p en dankbaar dat ik bij zijn laatste rustplaats Kaddisj heb mogen zeggen. Want..., al was hij dan zoals hij mijzelf dikwijls zei, niet religieus, hij wilde beslist J o o d s begraven worden.

troopers in de geallieerde legers, in totaal VA miljoen J o d e n hebben meegevochten. Moge deze monoliet hier vele tijdperken staan als een o p r o e p tot waakzaamheid, een teken van dapperheid en een symbool van vrijheidszin. Dit alles in het belang van al wat menselijk is. G o d zij dank dat wij dit samen t o t stand hebben mogen brengen.

Inzake het verzet van J o d e n hebben de historici Prof. Presser, dr. de J o n g en de auteur T h e u n de Vries geschreven. Prof. Presser kwam in zijn werkje 'Schrijfsels en schrifturen' tot de conclusie dat het verzet van J o d e n in Nederland relatief het verzet van niet-Joden heeft overtroffen. Voor de nagedachtenis aan de dapperen, die in die strijd zijn gevallen, waarmee toch o o k zeker de eer van het J o o d s e volksdeel is hooggehouden, is de oprichting van dit gedenkteken het goede antwoord. Dankbaar zijn wij, bestuursleden van de Stichting ComitĂŠ J o o d s Verzet 1940-1945, dat het vandaag zo ver mocht komen. D a n k voor de hulp van rijk, provincie en gemeente. D a n k aan de g r o t e fondsen, die we regelmatig in onze berichten en publicaties hebben genoemd, dank aan de hier re lande bestaande J o o d s e kerkgenootschappen en dank aan bedrijfsleven, verenigingen en de vele particuliere gevers, die allen tezamen hebben bijdragen dit gedenkteken te realiseren.

Herman N a t k i e l

Daarnaast, zeer geachte toehoorders, U neme het mij niet kwalijk dat ik hier n o g n o e m mijn lieve vrouw.

Monument voor Joods verzet, ontwerp JosefJ. Glatt naar dia van Jacques I. Furth.

Vervolg van pagina 15 G r o o t , D e J o n g en Jansen. Leggen wij daarnaast de meest J o o d s e beroepsnaam: Cohen, de gewoonste plaats van herkomst: Polak, de wellicht meest karakteristieke roepnaam: Davids. D e lijst vermeldt ze respectievelijk 13,12 en 4 maal. D a t is naar verhouding zeer veel. Is het helemaal toeval? N e e n , blijkbaar niet.

Juist Voor ons allen Tenslotte: in eerbied gedenken is onvoldoende. D e nagedachtenis aan de gevallenen verplicht ons waakzaam te blijven en de strijd voort te zetten tegen neo-nazisme, fascisme en antisemitisme. Tot die waakzaamheid doe ik o p u namens ons bestuur een beroep o p de bevolking van Amsterdam, jongeren en ouderen, dit gedenkteken onder U w hoede en bescherm i n g te nemen. H e t is een gedenkteken van en voor ons allen. Laten wij er samen voor waken dat de vele toeristen uit alle delen van de wereld, die Amsterdam bezoeken dit gedenkteken zien in zijn eenvoud maar niet minder in zijn duidelijkheid als symbool van de strijd o m de vrijheid. Daarnaast als duidelijk teken dat de J o o d s e burgers mede zijn aangetteden in her narionale verzet van her Nederlandse volk zoals elders in dc wereld J o d e n aan het verzet hebben deelgenomen; in Warschau, in Sobibor, in partisanengroepen, bij de Palestinapioniers, bij de para-

Naast de D a m en de Tweede K a m e r bezit Nederland n o g enkele duizenden gedenktekenen. O p vele daarvan k o m e n namen van J o d e n voor. Een collectief eerbetoon ontbrak t o t dusver. Wel verrees, reeds enkele jaren na de oorlog, hier dichtbij aan de Weesperstraat, een reliĂŤf als dank van J o d e n voor de h u n geboden hulp. H e t heeft veertig jaar geduurd voordat de rollen werden omgedraaid. H e t is beschamend dat het initiatief ertoe uit J o o d s e kring moest komen. Vandaag is het dan zover, dankzij volharding en ondanks het gebruikelijke Amsterdamse gekissebis. Z o u dit wel de juiste plek zijn? Ja, ik vind van wel. D e juiste b u u r t is het in ieder geval. Voor de exacte plaats pleiten tenminste twee argumenten. Ten eerste is dit het mooiste p u n t van Amsterdam. 'Aan de Amstel en het IJ, daar doet zich heerlijk open...' En ten tweede werd hier in 1632 Baruch d'Espinoza geboren, de onverzettelijke Nederlander die J o d e n en christenen de vrijheid en de verdraagzaamheid heeft geleerd.


BLOEMSIERKUNST

cDeklantblijfi

cKalïef

bij Con&Aferdonck Diemen - Kruidenhof 121, tel. 020 - 99 89 75 Bloemist van het Auschwitz Comité

Vertolkt ook uw gevoelens van waardering en medeleven.

Con & Verdonck heeft een uitstekende naam hoog te houden in de Perzische tapijtenwereld. Daarom, wat er ook gebeurt, de klant blijft kalief. En natuurlijk doen wij er alle moeite voor om u goed te adviseren. Hoeveel perzen wilt u zien? Tien, twintig, v i j f t i g ' Con & Verdonck ziet u graag komen. -

DRUKKERIJ DE NOORDSTER B.V.

%ohn Rettich b.v.

Dir. H. Van Heuvelen

S u è d e - en N a p p a k l e d i n g

Voor al uw Handels Kantoor Reklame Familie *Sinds 1905

drukwerk

Amsterdam-O. Schollenbrugstraat 22 Telefoon 020-66 55 201

Showroom. Confectie Centrum, 3e toren, Beg. grond Kon Wilhelminaplem 29, Amsterdam-W Telefoon 020- 174364

(ïon.Vadonck Amsterdam-Den HaagRotterdam- ArnhemEindhoven

E e n g e z o n d e n v o o r s p o e d i g 1 9 8 9 w e n s e n wij al o n z e a d v e r t e e r d e r s e n l e z e r s !

NAC

KELTUM GOUD

PLEET &

ZILVER

UURWERKEN OPTIEK

J. MEERSCHWAM B.V.

Drukker &Vaal M A A S S T R A A T 33 -

AMSTERDAM -

TELEFOON 793388

AVONDVERKOOP

Doeken e m .

AMSTERDAM-ROTTERDAM-BRUSSEL

Met de complimenten

van

AMSTEL DIAMONDS

ELKE DAG TOT MIDDERNACHT Amstel208 1017 A H

Amsterdam


Reichskristallnacht

O p j o m K i p p o e r ( G r o t e Verzoendag) 5739, dwz najaar 1933, zong de later naar N e d e r land uitgeweken tenor Joseph Schmidt als Gazan (Voorzanger) in de Liberale Friedenssynagoge van Berlijn. Samen met het k o o r van de gemeente zong hij: 'Gib Frieden den Menschen die du erschaffen hast'. Zijn biograaf zei later over deze bijeenkomst: 'Er was een atmosfeer in de synagoge als niet éénmaal eerder o p G r o t e Verzoendag. D e sjoelgangers voelden dar er iets verschrikkelijks te gebeuren stond'. H o e verschrikkelijk het zou worden wist t o e n nog niemand. J o s e p h Schmidt is in 1942, achtendertig jaar oud, als J o o d s vluchteling in een Zwitsers vluchtelingenkamp gecrepeerd. In 1933 w o o n d e n er 500.000 J o d e n in Duitsland ze maakten ongeveer 1% van de bevolking uit. Tussen 1933 en begin 1938 hadden 150.000 J o d e n Duitsland al de rug toegekeerd, n o g eens 150.000 zagen kans of werden gedwongen tussen de Kristallnacht en het uitbreken van de 2e wereldoorlog Duitsland te ontvluchten. Toen de oorlog in Europa in mei 1945 ren einde was w o o n d e n er nog 28.000 J o d e n in Duitsland en Oostenrijk) samen. In de periode tussen 1933 en 1938 werd de situatie van de J o d e n in Duitsland steeds slechter. Ten tijde van de machtsovername van Hitler v o r m d e n de Duitse J o d e n een vrij h o m o gene gemeenschap; ca. 80% was niet o r t h o d o x . D e meerderheid had een voorkeur voor het Liberale J o d e n d o m en was daarbij aangesloten. M e n was georganiseerd in ongeveer 1300 'Gemeinden'. Alhoewel men J o o d s voelde en dacht, heerste er toch een sterk ontwikkeld Duits-patriotische mentaliteit onder hen. D e belangrijkste overkoepelende organisatie was het 'ZV'. de Zentral Verein, Deutscher Staatsburger Jüdischen Glaubens'.

bekend zijn met alle gevolgen van dien. Ongeacht het feit of het 'neen' s t e m m e n of blanco stemmen zouden zijn. N a lange beraadslagingen kwam de Reichsvertretung m e t een stemadvies. 'Tesamen met het gehele Duitse volk zijn ook wij opgeroepen onze stem uit te brengen over de buitenlandse(sic) politiek van de Rijksoverheid. Onze stemmen zijn nodig o m Duitslands gelijkwaardigheid onder de volkeren te onderstrepen, o m de verbroedering o n d e r de volken te bevorderen en ter wille van de wereldvrede. O n d a n k s alles wat we h e b b e n m o e t e n doormaken: de stem van de Duitse J o d e n kan alleen maar 'ja' luiden'. Geen w o o r d over de binnenlandse politiek. D a t dit 'ja' de Duitse J o d e n niet geholpen heeft mag inmiddels bekend worden verondersteld. D e emigratie kwam o p gang, uiteindelijk zou 60% van de Duitse J o d e n gedwongen of vrijwillig Duitsland verlaten hebben n o g voor de deportaties zouden beginnen. In augustus 1934 was Baeck al tot de conclusie g e k o m e n dat in ieder geval de jonge J o d e n Duitsland zouden moeten verlaten. Voor hen was er geen toekomst meer in Duitsland. September 1935 werden de N e u r e n b e r g e r W e t t e n afgekondigd: de scheiding o p alle gebieden van het dagelijks leven, inclusief de huwelijkswetgeving, was een feit geworden. O p 17 januari 1938 trad de nieuwe wet in werking waarin de nieuwe regeling betreffende familie- en voornamen was uitgespeld: niet alleen moesten de J o d e n vanaf 23 juli 1938 een identiteitsbewijs aanvragen, vanaf 1 januari 1939 moesten de mannelijke J o d e n de naam Israël en de vrouwen de naam Sarah aan h u n bestaande naam toevoegen. 25 Januari 1938: de wet o p de 'Schutzhaft'. H e t resultaat was dat in mei van dat jaar duizenden J o d e n opgepakt werden en naar de concentratiekampen Buchenwald, Dachau en Sachsenhausen werden overgebracht.

>' 12 N o v e m b e r 1933 vond de 'zuurproef voor die organisatie plaats. In een volksstemming werd de Duitse bevolking gevraagd zich uir te spreken vóór of tegen de binnenlandse en de buitenlandse politiek van Hitler. W a t moesten de J o d e n doen? Vooral in de kleinere plaatsen zouden de a n t w o o r d e n van de J o d e n o p die vragen onmiddellijk

De catastrofe naderde O p 7 november v e r m o o r d d e een jonge Pools-Joodse scholier, Herschl Grynszpan, de derde ambassadesecretaris van de Duitse ambassade in Parijs, Ernst vom Rath. D e jongen handelde uit w a n h o o p , een w a n h o o p v o o r t g e k o m e n uit de maatregel Poolse J o d e n uit Duitsland naar Polen t e r u g te stu-

ren. D e maatregel werd d o o r de Poolse regering b e a n t w o o r d d o o r de 50.000 in Duitsland w o n e n d e Poolse J o d e n statenloos te verklaren. D e Duitsers arresteerden ca. 17.000 nu statenloze J o d e n en interneerden hen in erbarmelijke omstandigheden in een klein plaatsje aan de Poolse kant van de Duits-Poolse grens, in de b u u r t van Posen. (Poznan). H e t interneringskamp lag in een stuk niemandsland. Grynszpan's ouders waren bij die 17.000; uit pure woede en w a n h o o p wilde hij iets spectaculairs doen. Vom Rath was een toevallig slachtoffer die door de aanslag twee dagen uit de anonimiteit trad. Toen overleed hij aan zijn verwondingen. Voor de nazi's was dit voorval 'Gefundenes Fressen'. Hitler zelf heeft zich nooit geuit over de d o o d van v o m Rath of over de gevolgen daarvan. Uiteraard moer hij o p de h o o g t e zijn geweest; zonder zijn toestemming had de Kristallnacht nooit kunnen plaatsvinden.

Pogrom Goebbels organiseerde deze immense p o g r o m ; de partij - de N S D A P - en de SA organiseerde 'spontane' vergaderingen in het gehele land o p 8 en 9 n o v e m b e r 1938. Synagogen werden in brand gestoken, J o d e n werden mishandeld. Winkelruiten werden vernield. D e naam 'Kristallnacht' k o m t v o o r t uit de enorme hoeveelheden glas die overal o p straat lagen. Een naziterm: wij spreken nu liever van Reichspogromnacht. In de nacht van 9 o p 10 november stond Duitsland in brand; alleen niet aan J o d e n toebehorende gebouwen m o c h t e n geblust worden. D e politie had opdracht niets te zien en niet in de grijpen. D e synagogen moesten uitbranden. 7000 J o o d s e bedrijven werden vernield. Bijna 100 J o d e n werden vermoord, duizenden werden vernederd en gemolesteerd. N o g e e n s 30.000 J o d e n verdwenen naar de concentratiekampen. O p 12 november liet G o e r i n g weten schriftelijke opdracht van Hitler te hebben ontvangen 'dat het J o o d s e vraagstuk nu v o o r eens en voor altijd opgelost zou m o e t e n worden'. Besloten werd ook dat de J o d e n niet alleen zelf voor de aangerichte schade zouden m o e t e n opdraaien, o p voorstel van G o e r i n g werd hun tevens een boete van 1.000.000.000 Rijksmark opgelegd. G o e r i n g zelf hierover:

Vervolg of pagina 23


HBDj

Succes door energie

Wereld's g r o o t s t e speciaalzaak v o o r N a p p a en suède k l e d i n g

Dinkgreve

HANDELSOPLEIDING

Boekhouden M.O, S.P.D. M.B.A. Marketing Informatica

Exclusieve

Praktijkdiploma's Boekhouden Talen Typen, Steno Middenstandsdiploma Ondernemersdiploma's (Erkende I.M.O.-opleiding)

en

kleuren

133-143

HET DUMPPALEIS Nieuwendijk 153 - Nieuwendijk 71

NIEUW: Secretaresse notuleren

AMSTERDAM

KANT.: WILLEMSPARKWEG 31,1071 GP AMSTERDAM

761176*

De grootste en best gesorteerde

speciaalzaak

voor

vrijetijdskleding

LES-ADRESSEN IN * * * * * * *

modellen

NIEUWENDIJK

AMSTERDAM Z U I D AMSTERDAM WEST AMSTERDAM NOORD AMSTELVEEN PURMEREND HOORN ZAANSTAD Lid van de V.B.M.O. - vraag prospectus - lid van V.P.O.

H.H. Emigranten 10% korting

Leverancier van alle Ziekenfondsen Modellen volgens de laatste mode

Opgericht in Soerabaya en nu geleid door de derde generatie Lilians.

Overtoom 133 * Tel. 166927 * 1054 HD Amsterdam

I M t C H A Ë l PAPPIE MAKELAARDIJ O.G.

m

SIMON SPEYER N.Y.

"P

era

Hogeweg 1 0 , 1 0 9 8 CB Amsterdam. Tel. 0 2 0 - 6 6 5 5 6 0 6 *

Alphen aan de Rijn IMPORT - EXPORT


Verdriet, plastiek van Ruth Waterman

Bewustwording

Vervolg van pagina 21 'Ik zou o p h e t ogenblik niet graag een J o o d in Duitsland zijn'. Tot zover de feiten. Wat we nu, na 50 jaar herdenken is meer dan 'zomaar' een p o g r o m , meer dan een georganiseerde 'spontane' uitbarsting van h e t in het nazi-Duitsland zo populaire Gesunde Volksempfinden, van een vuurproef de middeleeuwen waardig. We herdenken vooral de onverschilligheid en de impotentie van de internationale politiek. - D e Duitse herbewapening in 1935/36. - H e t verraad van Tsjechoslowakije in sept e m b e r 1938. - D e Kristallnacht in november 1938. In 1935/36 protesteerde de wereld zwakjes; Engeland sloot zelfs een vlootverdrag m e t Hitler-Duitsland. In september 1938 kwam de Engelse premier Chamberlain t r o t s verklaren 'dat de wereldvrede voor onze generatie verzekerd is'. Peace for o u r Time! In november van dat jaar protesteerde de wereld m e t de m o n d en deed verder niets. H e t toelatingsbeleid voor J o o d s e vluchtelingen werd nergens gewijzigd. D a t betek e n t in goed Nederlands dat alle grenzen gesloten bleven. D e nazi's wisten dat. D e eerder dat jaar - juli 1938 - g e h o u d e n conferentie van Evian, 'The conference o n Jewish Refugees' had immers o o k niets anders opgeleverd dan wat d r o o g medelijden? W a t we echt dienen te herdenken is veel fundamenteler.

Plaats van samenkomst H e t uit h e t Grieks afkomstige woord synagoge betekent niet alleen maar Plaats van samenkomst of Plaats van Gebed. In h e t Hebreeuws w o r d t gesproken van Beth ha Midrasj, Huis van Onderzoek. In het Jiddisj

w o r d t h e t woord Sjoel gebruikt, van h e t Duitse Schule, school. H e t is niet toevallig dat de nazi's ca. 140 (volgens sommige bronnen zelfs 200) synagogen tijdens de Kristallnacht verwoest hebben. H e t ging niet o m de gebouwen. H e t ging o m de ideeĂŤn die die gebouwen en de daarin aanwezige Wetsrollen vertegenwoordigden. Elke J o o d , o o k de meest verstokte atheist of agnostircus w o r d t in zijn hart en in zijn ziel gekwetst wanneer een sjoel beschadigd of verwoest wordt. D a a r o m buigt ELKE J o o d wanneer de T h o r a o p Sjabbath of o p de Feestdagen in sjoel voorbij gedragen wordt.

N a twintig jaar heb ik een stukje film gezien van een situatie die mij n o g steeds helder voor de geest staat. Ik zal ongeveer negen jaar o u d zijn geweest. Samen m e t mijn m o e der ging ik naar de Oosterbegraafplaats. Waarom? D a t was mij eigenlijk niet geheel duidelijk. Maar ja, naar de bakker of de m a r k t gaan m e t haar was o o k altijd gezellig. Er was daar een groepje van misschien twintig, dertig wat oudere mensen. J o n g e r e n waren er, geloof ik niet bij. O f er een toespraak werd gehouden, weet ik niet meer. Plotseling nam een v r o u w mij bij de hand en vroeg of ik bloemen o p h e t graf wilde leggen.

H e t was kennelijk van g r o o t belang dat ze o p een bepaalde manier werden neergelegd, want de vrouw of misschien wel een andere, legde ze n o g net even anders neer. Daarna mocht ik weer t e r u g naar mijn m o e der. Zij gaf m e een hand en kneep m e daar iets te hard in. Toen ik haar aankeek, zag ik dat ze huilde! W a t was er toch zo verdrietig aan h e t samenzijn van een aantal mensen en het leggen van bloemen? Vanaf die dag ben ik gaan vragen en al vroeg gaan begrijpen hoe gruwelijk de Tweede Sjoel is synoniem m e t Boek, m e t L e m e n Wereldoorlog is geweest. (leren), met geestelijke ontwikkeling. H e t Zoals vele anderen heeft o o k mijn m o e d e r was die geestelijke ontwikkeling en de daarhaar eigen verhaal. Toen zij ongeveer zo o u d mee samenhangende geestkracht, die Nesjawas als ik o p dat m o m e n t werd haar vader mah (ziel) van h e t J o o d s e volk die m e n haar o n t n o m e n . Behalve een briefkaart en wilde treffen en vernietigen. een enkele persoonlijke overlevering heeft Synagogen verbranden, boeken verbranden, zij nooit meer iets van h e m vernomen. Hij is mensen verbranden: h e t zijn symptomen die in Auschwitz-Birkenau omgebracht. Drie uit elkaar voortvloeien. Z e zijn in feite en twintig jaar later legde haar zoon bloeidentiek. men o p haar vaders symbolisch graf. D i t In november 1938 is getracht een volk te heeft de toch al hechte band die ik m e t mijn vernietigen door het zijn tastbare- en moeder had versterkt. geestelijke basis te ontnemen. H e t is niet Ik ben m e o p die dag bewust geworden van gelukt, de geestkracht van dat volk bleek de Holocaust en realiseer mij terdege dat dit veel groter te zijn dan m e n had verwacht. nooit meer m a g v o o r k o m e n . J o d e n hebben letterlijk m e t gevaar voor h u n Vandaag heb ik h e t stukje film gezien. H e t leven Thorarollen uit brandende synagoges d u u r d e misschien n e t acht seconden. Toch gehaald en getracht ze te verbergen. was h e t precies zoals ik h e t mij herinnerde! H e t zijn acht seconden die mijn leven blijG i b t Frieden den Menschen. vend hebben beĂŻnvloed. M e t genoegen zie ik steeds, als ik de Auschwtiz-herdenking Abr. Caransa bijwoon, dat er een prachtig nieuw m o n u m e n t is; dat er steeds meer mensen k o m n en ook steeds meer jongeren. Allen o m te benaNageslagen literatuur: Prof. Lucy Dawidowicz; The War against the d r u k k e n ' N o o i t meer Auschwitz!'

Jews. Dr. L. de Jong: Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog (deel 1) Grote WP, Elseviers Wereldgeschiedenis.

Ronald Nooter


R

I

S

SALAMANDER

voor u w modische en toch gemakkelijke

L A N T O R BV, Postbus 4 5 , 3900 A A

Veenendaal-Holland,

schoenen

Middenweg 77 Tel. 020 - 938447 1098 AE Amsterdam Ruime

parkeergelegenheid

T e l e f o o n : ( 0 8 3 8 5 ) 371 I I.

Boetiek Tric m o d e voor jonge m e n s e n Kinkerstraat 2 4 5

,ZET N'S EEN ANDERE

BRIL OP.

TOFF OPTIEK opent

u w

ogen

Amsterdam T e l e f o o n 18 6 2 0 3

Hoofddorpplein 12-14, Amsterdam. Telefoon 170431.

Aangeboden door E E N SLAGER M E T ' N K O K S M U T S .

• BEETHOVENSTRAAT 49 • 713098 • • MAASSTRAAT 53 • 641010 • • BUITENVELDERTSELAAN 40 - 423970 • • BUITENVELDERTSELAAN 166 - 420973 • • OLYMPIAPLEIN 154 - 731690 • • BINNENHOF 54, AMSTELVEEN - 455622 • ' PARTY SERVICE - CANTER TRAITEUR - 02977-40390 '

G.A. K. O. Mister Groep


M o n o w i t z - Een m o n o t o n e Wïtz?

Van uit Vught via Westerbork, werden wij met het z.g. diamantbewerkerstransport, driehonderd J o o d s e mannen, naar Auschwitz gedeporteerd. In Westerbork was meer dan n o g eens dit aantal er aan toegevoegd, strafgevallen, mannen, vrouwen en kinderen en ook mijn vrouw, Sophia. Wij, de mannen d o o r de keurende, selecterende officieren nog bruikbaar geacht, werden in blok elf, het bunkerblok ingekwartierd. Veertien dagen quarantaine, dat was zitten en liggen geweest met twee en zelfs drie volwassenen in de hoogstens tachtig cm brede kribben van de stapelbedden. O p corpulentie werd niet gelet. Toen vertrokken we naar Monowitz. Van uit het strafblok hadden wij in de verte o p enige kilometers afstand Monowitz kunnen zien. D e fabriekscomplexen daar waren omringd d o o r lompe, zeppelinvormige zwarte Sperrballons, o m de I.G.Farben Werke te bescherm e n tegen luchtaanvallen. N a een heerlijk heet bad ontvingen wij er kledij. Het zou gênant zijn geweest dergelijke lompen zelfs in vergevorderde oorlogstijd aan een liefdadige instelling af te staan. In eerste instantie werden we in een hoge, ruime, achterafstaande barak ondergebracht. Wij dachten er in een paradijs te zijn beland. O p de stapelbedden lagen dekens gespreid, een lust voor het oog. H e t leken Friese pronkbedden, zo lagen er de dikke gestikte dekens als zijde o p te twinkelen. Wij mochten er werkelijk onder slapen. Dat hebben we dan ook gedaan, een narcotische slaap. Toen wij o p moesten en onze ogen uitwreven, zagen we dat onze halzen rood omsnoerd waren. H e t leek of we d o o r uitslag van r o o d v o n k of waterpokken waren aangestoken. G e s t o k e n waren we wel, want de meesten van ons hadden rode, jeukende vlekken van wandluizen als bloedkoralen r o n d o m de nek en hals. Onze prinsheerlijke slaap was er allerminst door verstoord geraakt. H e t had maar even pijn gedaan. We gingen over naar een quarantainebarak. Daar werden wij d o o r een Pools-Joodse kapo ontvangen. N i e t hartelijk, want hij probeerde ons al meteen met een soort slappe g u m m i s t o k de barak in te slaan. Wij m o c h t e n niet verder dan de slaapzaal, wat hij d o o r de golvende mensenmassa schietend en striemend met zijn synthetische rubberen slang, een p r o d u k t uit eigen fabrieken, enigszins bereikte. Eindelijk werd ons een

magere soep uitgereikt. Wij m o c h t e n er mee de slaapzaal in. Aan de openslaande ramen had zich als een troep spreeuwen, een zwerm jonge mannen genesteld. Z e bleken letterlijk uitgehongerd, en zagen er ook naar uit. Zij verdrongen zich voor de door ons opengezette vensters. Zij wilden eten van ons en wij wilden wel met hen delen. Wij goten zo goed en zo kwaad als dat ging onze schaaltjes in die van hen over. D e Stubendienst, het slangenmens zoals hij werd genoemd, kwam tussenbeide. O n b a r m h a r tig sloeg hij o p de kaalgeschoren hoofden der jongens. Maar het leek wel of zij er niets van voelden. Zij drongen zich n o g dichter tegen de m u u r . Er raakte echter veel van het kostelijk vocht verloren. Wat een van mijn vrienden (als wij na de oorlog terug blikten) maar nooit van het slangenmens k o n begrijpen, was hoe deze te pas en te onpas o p ons losranselde, in de vroegste ochtenduren, ver voor de appèltijd en als wij ons kreunend verlegden, godvruchtig met zijn gezicht naar het oosten gericht, bewegend en bewogen k o n staan bidden.

Executie Z e e r waarschijnlijk o p een zaterdag, wij waren nog maar nauwelijks in Monowitz, moesten wij voor g r o o t appèl aantreden. Bloksgewijs marcheerden we naar de appèlplaats. Wij kwamen nogal achteraf te staan. M e t al de gevangenen van h e t kamp, enige tienduizenden, stonden wij in een g r o o t vierkant opgesteld. In het vrijgehouden midden was een hoge galg opgericht; al de gevangenen stonden gespannen, doodstil. Een goed geklede gevangene, kennelijk een prominent, werd met de handen o p z'n r u g gebonden, door SS-ers voorgeleid en o p het valluik geplaatst. Officieren en Schar führers stelden zich r o n d o m de stellage op, alsof het dagwerk voor hen was. Er klonken bevelen, afgebeten als pistoolschoten. M e t een r u k werd de strop aangetrokken en verzonk het valluik. Vastgebonden bij het hoofd begon het lichaam van het slachtoffer woest r o n d te draaien. H e t was afschuwelijk zijn doodsstrijd aan te zien. Daarmee was h e t n o g niet afgelopen voor ons, want barak na barak moesten wij, de bewoners, langs h e t gehangen lijk defileren, het gezicht naar het gebeurde gericht. En dat was afgrijselijk.

Jaren later vernam ik, dat hij gestraft werd, omdat hij zich met een knaap sexueel zou hebben afgegeven en daarbij betrapt werd. Verslagen, met gebogen hoofd en onwillige benen, liepen wij naar de barak terug. D e nieuwen onder ons zullen h e t n o g zwaarder te verduren hebben gehad dan wij. Ik had bijvoorbeeld bijna vijftien maanden kampleven achter de rug.

Voetbalvriend In quarantaine verkeren wilde niet zeggen gesepareerd leven. Hoewel het onveilig was het kamp in te gaan, deden wij dat toch wel. D e kans dat een kapo er o p uit was ons o p te eisen bleef steeds bestaan. O p een van mijn onderzoekingstochten trof ik achter elkaar vier mannen, die m e t vorige transporten hier waren beland. Twee van hen hadden in V u g h t in de technische dienst h u n kostje aardig bij elkaar weten te scharrelen. N u hoefden zij als zieken niet te werken. H e t was ze aan te zien. In nog geen half jaar waren zij sterk vermagerd. Alleen h u n waterhoofden van hongeroedeem waren n o g dikker geworden. O p h u n o n t s t o k e n oogleden zaten korsten. Toch hebben zij beiden de poel van ellende overleefd. N u m e r o drie was een jonge jongen. In V u g h t was hij boodschappen (Laufer) van de Schreibstube naar de K o m m a n d a n t u r geweest, vanwege zijn Berlijnse g e b o o r t e . Overigens een aardige jongen. Hij is niet 'durchgekommen'. Helaas. D e vierde had met mij in Vught in h e t elftal van de J o d e n tegen de mannen van het Schützhaftlager gevoetbald. Zware gamellen torsend kwam hij vanuit de keuken in mijn richting. We praatten even wat samen. Gelukkig zag hij er gezond uit. Hij was sterk vermagerd, hoewel hij bij de keuken w e r k t e . Toen ik na een half jaar weer in Auschwitz t e r u g was, bevond ik mij in een van de barakken. Er klonk een enorme klap, die bleef nadonderen. Dat het geen hevige aardbeving was, werd ik direct gewaar. Ik werd wel driekwart meter o m h o o g g e w o r p e n en kon, teruggevallen, nauwelijks o p de schuddende vloer blijven staan. Ik h o o r d e een paar uur later dat een soldatenbarak in Monowitz was gebombardeerd, waarbij vele gevangenen waren gesneuveld. O n d e r hen was ook mijn voetbalvriend.


PRIMO LEVI 'Ik beschouw Primo Levi als een van de belangrijkste Italiaanse schrijvers' - Umberto Eco Zo niet nu,

wanneer dan?

Levi's eerste en enige roman. Feiten en ervaringen, dromen en fantasieĂŤn, verweven tot een moderne Jiddische legende. 348 blz., f 3 9 , 5 0 , geb.f55,-

Eerder verschenen:

Het periodiek systeem Is dit een mens Het respijt Op een onzeker uur In de boekhandel verkrijgbaar.

MEULENHOFF

ECHT WAAR V O O R JE GELD. HEMA

Voor vragen e n problemen van oorlogsgetroffenen: I C O D O , W i l l e m Barentszstraat 3 1 c , 3 5 7 2 P B U t r e c h t , t e l e f o o n 0 3 0 - 4 3 0 8 11

A

J. J . MOLENAAR B.V. Nijverheidsweg N 61, 3812 PK Amersfoort - Telefoon 033-630304


Van de penningmeester:

De uitgestoken hand Het lijkt erop dat in de kring van vervolgden een groeiende aandacht is voor de problemen die sommige na de oorlog geboren vrouwen en mannen hebben door de konfrontatie met het leed dat hun ouders en familie o f vrienden hebben moeten ondergaan. 'Werkers in het veld' en wetenschappelijke onderzoekers wijzen erop dat voor die 'jongeren' hulp nodig is; hulp die erop gericht is ze zo normaal mogelijk door het leven te doen gaan. Misschien reageren er nu dadelijk enkele trouwe vrienden van ons Comité met de verbaasde vraag o f de penningmeester een verhandeling gaat houden over de manier waarop die hulp kan en moet worden gegeven. Ik ben me er goed van bewust dat mijn taak in dit herdenkingsnummer is, het gebruikelijke opwekkingswoord te spreken teneinde de vrienden van het Nederlands Auschwitz Comité tot het geven van zoveel mogelijk giften te bewegen. H o e ik die opwekking deze keer zou kunnen formuleren? We zouden van een omgekeerde hulpverlening kunnen spreken.

Hulp en steun Sinds ongeveer een jaar heeft een aantal jongeren samen een groep gevormd o m als steungroep voor het comité en zijn werk te gaan optreden. Jongeren gaan de ouderen helpen ze hebben verklaard de werkzaamheden te willen ondersteunen en zo nodig op zich te nemen. Een troost voor hen die beseffen dat hun lichamelijke en geestelijke krachren bij het ouder worden afnemen. D e aangeboden ondersteuning geeft zekerheid dat het werk van het Comité door kan gaan, dat de voortzetting voor de toekomst gewaarborgd wordt. D i e steungroep heeft begrepen dat de roep van het Comité N O O I T MEER A U S C H W I T Z niet mag verstommen. Een nieuw Auschwitz blijft een dreigende mogelijkheid zolang de duistere krachten waaronder wij ouderen hebben geleden nog niet zijn overwonnen. Daarom zijn we dankbaar voor de hulp die jongeren ons bieden en daarom ben ik als penningmeester zo vrij geweest u ditmaal op deze wijze te benaderen. D e morele steun van onze talloze vrienden, hun steeds weerkerende woorden van waardering voor ons werk en hun solidariteitsbetuigingen vormen een van de grondslagen waarop ons werk rust. Maar we kunnen de kosren die onze groeiende aktiviteiten met zich brengen er niet mee betalen. Klinkende

munt is de andere basis waarop ons werk rust. Ons Comité leeft overwegend zonder subsidies van de overheid o f van fondsen, maar van de 'ombuigingen' en bezuinigingen hebben we evenveel last als vele andere organisaties. Stel uw penningmeester niet teleur. Maar bovenal: verleen uw bijdrage o m de uitgestoken hand van de steungroep waar ik u deze keer over sprak te vullen. Ons gironummer kent u; zo niet kijk het dan even na. Veel dank en een goed 1989.

Nico Boeken Vervolg van pagina 25

Geen witz Bijna dagelijks werden we opgetrommeld om in diverse commando's te werken. Onze mannen, die buiten het kamp grote brokken sreen sjouwden o f stuk sloegen, hadden het niet gemakkelijk. Z e kwamen gedeprimeerd, vermoeid en kankerend in de barak terug. Zij waren opgejaagd en mishandeld door de kapo's. D e begeleidende S.S.wachtposten deden daar als pesterij uit verveling meestal aan mee. Zelf had ik geluk. Ik moest met nog enige mannen Stubendienst doen in een verderop gelegen barak. Wij kwamen onderweg langs de met prikkeldraad omgeven Puff (bordeel). Er stond gewoonlijk wel een 'Edelarische' kapo te sjansen en zich o p te warmen. Met een toegangsbewijs mocht hij binnen. Zelfs de wachtpost die voor de ingang surveilleerde flirtte met de vrouwen achter de ruitjes. Tenslotte probeerde die ook de tijd te doden.

witz, enz.) D e titel van dit verslag is er van af te leiden.

Levensmomenten Intussen waren er gamellen met kampsoep binnengebracht. D e barakleider, een kleine Rijksduitser van een jaar of vijftig, schepte een schaaltje voor ons uit. Het was lekker heet water waarin war geschrapte deeltjes rammenas en komijntjes zwommen. Toen kwam er een groep opmerkelijk jonge jongens ordelijk naar binnen. Zij liepen door naar hun bedden. Een van hen, de jongsre en kleinste, liep verder door naar achter, waarbij een geopende kast de Blockalteste hem stond o p te wachten. D e man gaf het jongetje wat lekkernij uit de kast, misschien kunsthoning o f iets uit een ontvangen pakket. Uit dankbaarheid schurkte het jochie tegen hem op en de ouwe aaide het over het hoofd en kuste bukkend het kind op de mond. Lang hielden zij de monden met lange kussen o p elkaar. Een levensgevaarlijke vrijage. Een sexuele verhouding. Maar toch ook een binding als tussen vader en zoon.

Op de weg terug naar de barak liepen we langs her ziekenhuis. Er traden twee verplegers naar buiten. Zij droegen een brancard tussen hen in. Door een windstoot sloeg het zeildek ervan half open. Voor een van de dragers het terugsloeg zag ik er een saffraankleurig lijk op Liggen. Het had een stevige arendsneus. Ik zag door die aanblik gehallucineerd het Portugese uiterlijk van mijn vrouw Fie voor mij en hoe ook haar leven zou aflopen. Bij aankomst in Birkenau, waren wij samen gearmd, onwetend langs de selecterende officieren gegaan. Ongeschonden, (we waren met een be- Enige uren later werden wij voor altijd roerde kapo gebracht), kwamen wij in het gescheiden. voorste deel van de barak. Er stonden langs de wanden banken met rugleuningen, net Jacques I. Furth tuinmeubilair. D e slaapzaal erachter waar geen stofje lag o f ronddwarrelde, had de uniforme stapelbedden. D e Bettenbau was met de oude lappendekens tot in de perfektie uitgevoerd. We waren dan ook gauw klaar met een beetje aandweilen. We mochten ver voor het middagappèl in de voorkaheiermann&co mer verpozen. Ik maakte kennis met iemand van onze dé drukwerkverzorger voor Amsterdam e.o. schoonmaakdienst. Een kleine man met een Een greep uit onze mogelijkheden enorme dosis spirit. Hij was een van twee familiedrukwerk. brochures tol zeer grote o m v a n g broers, bekende galeriehouders in Amsterleaflets posters, boeken, dam. Hij vertelde: hij had in de gevangenis 1 2. 3 4 en meer kleurendruk. Rotdtiemdgdzmes gezeten en zich door klopseinen met zijn (Reclame) kranten op weekend- en ddgbladformddt buren in de naastgelegen cellen verstaan. Hij had nog niets van z'n optimisme verloAlles in eigen hand: \ van aanlevering tot en met afwerking ren. Volgens hem zou, wat wij allen hoop•' De drukker ten, de oorlog spoedig afgelopen zijn. Hij van dit blad droeg een zelfgemaakt gedicht voor, over drukkerij H e i e r m a n n j volk, moed en vaderland. Hij was een Tel van Hallstraat 68S 1051 HG Amsterdam naïeve, maar verkwikkende geest. Hij 840505 noemde de kampnamen Witzes. (Ausch-



Een zichtbaar herinnering

Bezet Amsterdam De Secretarie-archieven van Amsterdam als bron voor de periode '40-'45 Contacten H e t eerste formele contact tussen de bezetters en het gemeentebestuur vond plaats o p de dag van de capitulatie, 15 mei 1940, toen een w e t h o u d e r en een militaire vertegenwoordiger van de stad, de Duitse (militaire en civiele) autorireiten aan de grens van de gemeente o n t m o e t t e n . N o g diezelfde dag bracht de w e t h o u d e r de overige leden van het college van B en W o p de hoogte van zijn gesprek. Naar mijn mening zou het gemeentebestuur over het algemeen zijn taak o p de gewone wijze kunnen blijven vervullen. Uit het archiefmateriaal van de afdeling Algemene Zaken valt o p te maken dat de door de Duitsers gevraagde gegevens snel en tot in details geleverd werden. D e eerste weken kregen de verschillende afdelingen o p het Stadhuis vooral te maken met vorderingen d o o r de bezetters, vooral van goederen en gebouwen. O m d a t de ambtenaren van de Secretarie mer de vraag zaten hoe men in het licht van de 'nieuwe verhoudingen' moest reageren o p deze Duitse verzoeken, werd er een aparte commissie ingesteld die de contacten met de bezetters zou gaan coördineren.

Anti-Joodse maatregelen D e correspondentie van de commissie werd ingeschreven in een apart register. Hierin vindt men ook de verwijzing naar een g r o o t aantal stukken die te maken hebben met de doorvoering van de anti-Joodse maatregelen. Aan Duitse kant was het met name de Gevolmachtigde (Beauftragte) voor de stad Amsterdam namens Seyss-Inquart, dr. Böhmcker, die de contacten met het Stadhuis onderhield. Problemen die samenhingen met de doorvoering van de maatregelen van de bezetter werden door de Secretarie aan hem voorgelegd. Enkele malen dringt hij aan o p spoediger behandeling van gevraagde gegevens. D e ambtenaren van de Secretarie hielden de uitvoering van de antiJ o o d s e maatregelen soms enigszins op, niet alleen doordat men wees o p de ingrijpende gevolgen ervan, maar ook door te vragen o m een o n o m w o n d e n besluit o p het hoogste niveau. Dit was bijvoorbeeld het geval toen Böhmcker vroeg om een lijst van de J o o d s e ambtenaren van de gemeenre (in verband met h u n ontslag) en ook toen de

Duitsers met de gedachte speelden een g e t t o te v o r m e n in Amsterdam begin 1941. H e t standpunt dat maatregelen die tegen de J o o d s e bevolkingsgroep waren gericht alleen zouden worden uitgevoerd wanneer er een duidelijke Duitse verordening was, kwam overeen met dat van het hoogste Nederlandse bestuurscollege, de secretarissen-generaal.

Ritueel slachten D e meetse anti-Joodse maatregelen van de bezetter komen in de werken van Presser ('Ondergang') en D e J o n g ('Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog') aan de orde. Deze maatregelen troffen de gehele J o o d s e bevolkingsgroep in N e derland. D e specifieke gevolgen ervan voor de Amsterdamse J o d e n zijn (onder meer) terug te vinden in het materiaal van de Secretarie-afdelingen. Eén van de eerste Duitse verordeningen verbood het ritueel slachten. In verband hiermee verzocht de (Joodse) directeur van het Abattoir om een proefneming roe te staan met het electrisch verdoven van dieren. O p het slachthuis vond verdoving van dieren namelijk plaats d o o r middel van een pistoolschot, voor het Joodse rabbinaat een uit ritueel o o g p u n t bezwaarlijke m e t h o d e . D e proefneming vond inderdaad plaats, in aanwezigheid van beide directeuren en de opperrabbijn. Een maand later, o p 6 september 1940, stelde het NSB-raadslid Ekering over de proefneming vragen aan het college van B en W . Hij deed dit naar aanleiding van berichten in enkele kranten dat het hierbij was gegaan om een 'hoogst stuitende proefneming', met als doel de bepalingen van Seyss Inquart 'op slinksche wijze te ondergraven'. Over deze vragen van Ekering, het daarop volgend ontslag in november 1940 van beide directeuren en de (uiteindelijk zeer langdurige) benoemingsprocedure zijn stukken aanwezig in de afdelingen Algemene Z a k e n en Levensmiddelen.

Effectenbeurs H e t treffen van de J o o d s e bevolkingsgroep in haar economische activiteiten leidde

Vervolg op pagina 30

geworden

O k t o b e r 1988 Bij de crematie van Eva Furth kreeg opeens een gezicht ook een naam. Toen ik thuiskwam heb ik het telefoonboek gepakt en het adres opgezocht van de familie Van Geens, want dat was de naam die bij het gezicht h o o r d e . Toen ik belde, werd dat het verhaal. O m s t r e e k s twintig jaar geleden ben ik samen emt mijn jongste zoon voor het eerst naar de Auschwitz-herdenking geweest en bij het m o n u m e n t , het o u d e , gaf iemand mijn zoon, (hij was toen 9 jaar) een bloemstuk in zijn handen met de w o o r d e n : 'Leg jij die maar neer' Hij heeft dat gedaan en daar is, dacht ik, een foto van gemaakt. Heel vaak heb ik aan dat m o m e n t gedacht, maar nooit was ik zo vrij bij iedere volgende herdenking die mijnheer aan te spreken en naar die foto te vragen, omdat ik geen naam wist. M e v r o u w van Geens maakte meteen een afspraak met mij o m bij haar thuis te k o m e n kijken naar foto's, maar een foto was er niet, wel een stukje film. Mij werd vol vertrouwen deze film meegegeven en als dierbare herinnering neemt mijn jongste zoon, inmiddels 2 9 jaar, dit stuk over o p video. Karla N o o t e r - S p r e e k m e e s t e r

Vervolg van pagina 13 weg, haar familie, haar jeugd. Al die jaren sinds de bevrijding was het als een boze d r o o m , het niets van vroeger. Terug te zijn in S., te zien dat het geen d r o o m is, dat dit niets de werkelijkheid is, dat is ongelooflijk. En ik voel dit niets ook. Hiet zijn mijn wortels, bij wat niet meer bestaat. H e t niets als bewijs dat er een vroeger was. H e t niets dat ik nooit meer uit mijn gedachten of mijn leven zou kunnen verbannen. En dat ook niet zou willen doen. J e n n y Ebel

Klooster N o g steeds w o r d t er verder gebouwd aan het Karmelitessenklooster o p het terrein van het kamp Auschwitz. D i t ondanks de beloften van de Poolse autoriteiten. H e t Franse lid van het presidium van het Int. Auschwitz Comité, André M o n t a g n e , heeft bij de leiding van het staatsmuseum Auschwitz hiertegen geprotesteerd, evenals onze vrienden van de Franse Amicale d'Auschwitz. Wij sluiten ons hierbij aan. NAC


Jeugdtrauma O p 23 september werd d o o r het I C O D O een bijeenkomst georganiseerd voor jongere vrijwilligers. Naast discussies in 4 werkgroepen werden 2 inleidingen gehouden. Sterk werd b e n a d r u k t hoe moeizaam de samenwerking tussen jongeren en ouderen verloopt en hoeveel moeite ouderen hebben met het overdragen van h u n taken. D e erkenning d o o r de o u d e r e n w o r d t als zeer belangrijk ervaren! 'Wij hebben de ouderen nodig met al h u n kennis en ervaring maar zij hebben ons ook nodig.'

Kado Adri, geboren in de vijftiger jaren, vertelt hoe ze is opgegroeid. Haar vader die al vroeg in het verzet is terechtgekomen, overlijdt kort na haar g e b o o r t e , na het Oranjehotel en vier jaar concentratiekamp te hebben overleefd. Adri sluit zich volkomen af, niet alleen voor het o n d e r w e r p 'Vader' zoals ze dat zelf noemt, maar ook

Vervolg van pagina 29 eveneens tot verschillende besluiten van de Duitse instanties in D e n Haag. Deze werden d o o r de Beauftragte Böhmcker, met medewerking van het plaatselijke bestuur, nader uitgewerkt. Soms g e b e u r d e dit, zoals uit het volgende voorbeeld blijkt, in actieve samenwerking met andere instanties. M e t ingang van 1 mei 1941 was voor J o d e n de toegang tot de Effectenbeurs verboden. D e (belendende) K o o p m a n s b e u r s was dat n o g niet. Enkele weken later stuurde Böhmcker de burgemeester een brief waarin hij aangaf dat er tussen beide beuizen, via de verbindende 'luchtbrug', handel plaats vond tussen bezoekers van de Effectenbeurs en de van die beurs uitgesloten J o d e n . Böhmcker beval dan ook de verbindingsdeur tussen de twee beurzen te sluiten. Burgemeester Voute van A m s t e r d a m overlegde n o g dezelfde avond met het bestuur van de Vereniging voor d e Effectenhandel. D e bestuursleden wezen er o p dat deze maatregel ook niet-Joden trof en kwamen met een eigen voorstel: 'een veel logischer oplossing zou dan ook zijn dat aan hen, die o p de Effectenbeurs zijn uitgesloten, dus de J o o d sche leden en Joodsche bedienden van leden der Vereeniging voor den Effectenhandel, ook de toegang tot de K o o p m a n s b e u r s w o r d t geweigerd. Een zoodanige maatregel is reeds daarom veel logischer, omdat hij uitsluitend diegenen treft, die m e n trefen wil'. Volgens het bestuur van de Vereniging van Effectenhandelaren kwam h e t h u n v o o r 'dat niet meer dan een vijftal Joodsche leden van

voor verhalen over de oorlog. Dit waarschijnlijk uit angst schokkende dingen te horen die direct of indirect met haar vader te maken hebben. Pas bij haar huwelijk w o r d t ze voor het eerst o p emotionele wijze geconfronteerd met haar vader, doordat drie oud-Buchenwalders haar een kado komen overhandigen. Wanneer er een rustiger tijd in haar leven aanbreekt, dringt zich steeds meer de vraag o p 'Wie was nou eigenlijk mijn vader?' Als ze tijdens een reis naar Buchenwald luistert naar de verhalen en ervaringen van diegenen die er waren, begint voor haar niet alleen Buchenwald, maar ook haar vader te leven. 'Het zwarte gat in haar leven is ingekleurd.'

Ik was erbij Gelske is twee jaar als ze het J a p p e n k a m p ingaat. Wanneer haar moeder na een verhuizing van het ene naar het andere k a m p ziek w o r d t en overlijdt, stort de hele kleine v e r t r o u w d e wereld van Gelske en haar broer volkomen in. de Vereeniging regelmatig de K o o p m a n s beurs bezoeken en uitsluitend h u n zal dit verbod interesseeren'. Zij zegden toe aan een dergelijke maatregel alle medewerking te verlenen. H e t voorstel werd door burgemeester en wethouders van Amsterdam en daarna door Beauftragte Böhmcker overgenomen.

Februaristaking Veel materiaal is in de Secretarie-archieven aanwezig over de Februari-staking van 1941, met name over de maatregelen die g e n o m e n werden tegen de deelnemers. H e t ging hierbij niet om ambtenaren van het Stadhuis, want daar sloot zich slechts één arbeidscontractant bij de staking aan. H e t was met name het personeel van het openbaar vervoer en de Stadsreiniging, die h u n solidariteit betuigden met hun Joodse stadgenoten. Een uitvoerige lijst van b r o n n e n vindt men achterin het uitnemende boek van B. Sijes over de Februari-staking. Naast de archieven van de verschillende afdelingen van de Secretarie, heeft hij met name een ruim gebruik gemaakt van het politiearchief, eveneens aanwezig o p het Gemeentearchief. Naast deze vrij massale uiting van medeleven met de vervolgde J o d e n komen ook individuele gevallen van Judenhörigkeit' (zoals de bezetter het noemde) voor. Uit de archieven van Algemene Zaken en het Kabinet van de Burgemeester komen onder

Verwaarloosd - O n v e i ü g en Vogelvrij, dat zijn de beelden die b o v e n k o m e n als ze eraan terugdenkt. En steeds opnieuw stelt ze de vraag aan de moeders van toen en ik citeer: 'Ben je voor m e o p g e k o m e n in het kamp?' ' H e b je de kinderen gezien? Ben je voor ze opgekomen? 'En als je het niet k o n hoe kwam dat dat?' En aan de vader vraagt ze: 'Wil je echt weten wat er gebeurd is toen je er niet was?' 'Wil je dat echt horen?' 'Als tweejarig hummeltje ben ik het kamp ingegaan, kijkend naar de wereld, verkennend, v e r t r o u w e n d o p vaders, moeders, de volwassenen. Ik was erbij en ik heb gekeken. Ik voel mijn ogen nu n o g branden. Ik was erbij en ik heb gevoeld. Ik voel mijn lijf nu n o g verstrakken. Ik was erbij en ik heb de geluiden gehoord. Mijn oren suizen. Ik was erbij en ik heb de geuren geroken. Ik walg. Ik was erbij en heb het opgeslagen in mijn onbewuste in mijn lijf en k o m het tegen... Altijd onverwacht., schokkend., verplette -

Vervolg op pagina 31 meer de volgende voorbeelden. Een tramconducteur werd d o o r de politie verhoord o m d a t hij in het geweer was g e k o m e n tegen het o p t r e d e n van Duitse soldaten tegen J o o d s e trampassagiers. Een hoge ambtenaar w o r d t gedreigd met ontslag omdat hij vroegere (ontslagen) J o o d s e collega's o p zijn bureau ontving. Een hoofdinspecteur van politie werd o p last van de Duitsers ontslagen omdat hij o p handen zijnde acties in de J o d e n b u u r t had doorgegeven aan J o o d s e personen. Deze voorbeelden laten uiteraard slechts één kant van de zaak zien. Er waren immers 'foute' politieagenten en ook burgers bet r o k k e n bij het aangeven en arresteren van J o o d s e Nederlanders. O f ambtenaren die meewerkten aan de uitwerking van de maatregelen van de Duitsers ten opzichte van de J o d e n . Een g r o t e meerderheid van de bevolking, en dat geldt dus eveneens voor de ambtenaren, probeerde zich te schikken naar de 'nieuwe verhoudingen'. M e n volgde in het algemeen de richtlijn die burgemeester Voute h u n in een (geheime) circulaire had aangegeven: 'Ter vermijding van eventuele moeilijkheden, draag ik U op, er met de uiterste zorg o p toe te zien, dat de rust in uw diensttak ten volle gewaarborgd blijft'. Behalve het al g e n o e m d e boek van Sijes is voor onderzoek naar aspecten van de Tweede W e r e l d o o r l o g nog weinig gebruik gemaakt van de Secretarie-archieven van de gemeente Amsterdam. D e hier gebruikte voorbeelden zijn ook maar een kleine selectie uit een voor onderzoek naar de jaren '40'45 belangrijke b r o n .


Orpheus in twee werelden Jacques Presser door Nanda van der Zee. Uitgeverij Balans, Amsterdam 1988. Prijs f 45,Heel, heel weinig boeken die uitkomen en ons aangaan kunnen wij helaas maar bespreken. D e biografie van Jacques Presser hoort hier te worden genoemd. Want alleen in dit blad heeft de historicus na en over het verschijnen in 1965 van zijn grootste en verschrikkelijkste werk, Ondergang willen schrijven. 'Het gelijk van de twijfel' luidt de ondertitel van het boek van Nanda van der Zee. Vijf groepen bronnen heeft zij ervoor gebruikt: autobiografische, door de beschrevene 'egodocumenten' genoemd. Dan zijn eigen historiewerk. Ten derde brieven, ten vierde interviews, nog door Philo Bregstein verrijkr mer een film en tenslotte door anderen versrrekte, al o f niet eerder gepubliceerde gegevens. Behalve schriftelijke overblijfselen heeft de biografe leerlingen en collega's, famiüeleden en stiefkinderen, vrienden en vriendinnen, gastvrouwen en onderduikhuisvesrers kunnen raadplegen. Zelf heeft Nanda van der Zee haar onderwerp nooit ontmoet. Maar Presser zelf is Napoleon ook nooit tegengekomen. Julius Caesar heeft de Gallische oorlog zowel gevoerd als beschreven; niemand kan zijn tegenvoeter Vercingetorix meer vragen wat voor een soort veldheer die Caesar eigenlijk was. Historici schrijven over het verleden dat meestal ver achter hen ligt en waarvan geen getuigen meer resten. Tenminste tot voor kort leek dit zo, al wist men in de Oudheid al beter, zie bovengenoemde Caesar. Presser heeft de Historia Hodierna, de hedendaagse geschiedenis, weer bewust beoefend. Ook tegen wil en dank. Hij kreeg de opdracht het lot van de Nederlandse Joden van 19401945 te schrijven, terwijl hij zelf vervolgde was en zijn vrouw had verloren. 'Ondergang' is onder het lezende publiek zeer verbreid en behoort tot de meest gelezen en gekochte Nederlandse boeken. Een merkwaardigheid, die de biografe uiteraard even-

min wist te duiden als iemand anders.

Uit de onderduik Het mag al een waagstuk heten in dit aan biografieën zo arme land een dergelijk werk op touw te zetten - wat dan door een welmenende uitgever in omvang wordt beperkt. In één opzicht heeft de biograaf van deze onderduiker een buirenkansje. Telefoon en auto hebben de breedvoerige correspondentie van vroeger tijden praktisch weggevaagd. D e miljoenen in de oorlog vermoorden zouden nooit meer schrijven. Overlevenden hadden althans meer kans. Zelden correspondeerden zij regelmatig, maar Presser hoorde tot deze zeldzame 'gevallen'. Honderden brieven zijn er uit de jaren '43-'45 van hem over en de biografe heeft ze kunnen inzien. Zij heeft ook van dit materiaal een vruchtbaar gebruik gemaakt. Zijn afkomst uit de kring van Amsterdamse, Joodse en socialistische diamantbewerkers en zijn talent hebben Pressers levensgang bepaald. Hij kwam tot studie uit eigen impuls en kreeg steun van buitenaf. Hij werd leraar aan het toen nieuwe Vossiusgymnasium en later hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam, toen al de auteur van populaire en vaak herdrukte boeken. Alle zijn deze geschreven o f voltooid in oorlogtijd, die bewuste onderduikperiode. 'De Tachtigjarige Oorlog verscheen zonder Pressers naam in 1941, na de bevrijding gevolgd door 'Napoleon' en 'Amerika'. Een enkelmaal volgt Nanda van der Zee een uitspraak van Presser klakkeloos: zo waar hij zei het Amerika-boek te zijn gaan schrijven zonder ook maar iets van de VS af te weten. Dat was in 1943. Oud-Vossius-gymnasiaten kunnen evenwel vertellen hoe hij meer dan tien jaar eerder bloedstollende, uiteraard historische gangsterverhalen uit de States over hen uitstortte, wekenlang. >

En dan 'Ondergang', Pressers hoofdwerk, waarin (zegt Nanda van der Zee) terecht niemand wordt gespaard. D e biografe geeft een treffende beschouwing over die twee delen: wij komen daar in dit verband niet op terug. Wel tekenen wij erbij aan dat ook de ongerechtvaardigde kritiek op 'Ondergang' tot vandaag niet is verstomd. D e novelle 'De nacht der Girondijnen', een vooroefening voor her grote werk, het Boekenweek-geschenk van 1957, heeft hem beroemd gemaakt, ook door de vele verralingen. D e schrijfste heeft zich zoveel mogelijk, maar niet kritiekloos, willen inleven in de levensloop van een ander. Dat is haar verregaand gelukt. Niet steeds. Z o treft een verbaasd/verwijtende toon, wanneer we lezen dat mensen als Romein en Presser weinig inbrachren tegen de geweldenarijen in Stalins SowjetUnie in de dertiger jaren. Dat was de tijd van het steeds opdringende fascisme. W i e de nazi-dreiging inzag keek uit naar medestanders, zocht bondgenoten en vond die, zeker sinds 1935 in de Sowjet-Unie, die nu eenmaal door Stalin werd bestuurd. Dat bepaalde de houding van ieder die het nazigevaar herkende. In de oorlog werd die houding algemeen. Het leed dat hem persoonlijk trof heeft de man die altijd zweefde op het raakvlak van historie en literatuur in verzen laten bezinken. Enige bundels zijn in de jaren 50 en 60 verschenen, het eerst 'Orpheus en Ahasverus', de Griekse zangerhalfgod en de Wandelende Jood. Altijd heeft de dichter in twee werelden geleefd, die van de renaissancegeest en de arme sloeber, van de geslaagde geleerde en de vervolgde. Nanda van der Zee heeft dit gecompliceerde leven verdienstelijk gevolgd en weergegeven. Uit de talloze goedgekozen citaten trekt zij veelal zinnige conclusies. Enkele misslagen waarop zij stellig zal zijn gewezen kunnen worden rechtgezet in een volgende druk, die wij dit boek van harte toewensen. E.T.

Vervolg van pagina 30 rend, als kleuren, geuren, geluiden en lijflijke ervaringen van nu zich verbinden met gebeuttenissen van toen. Daar heb ik littekens van ovetgehouden, dat weet ik daar draag ik de last van. Wanneer dat door ouderen wordt ontkend, dan stokt mijn adem. Wanneer de voorzitter van Pelita aan Brinkman schrijft dat de groep oorlogsgetroffenen steeds kleiner wordt en uitsterft, ontkent hij mij en mijn problemen. Kinderen van toen zijn nog niet van plan dood te gaan, hebben wel problemen. D e ouderen hebben niet het recht om te ootdelen over mijn littekens, net zomin als ik het recht heb over hun pijn te oor-

delen.' N a dit verhaal was ik zeer geëmotioneerd. Zelf had ik ook het gevoel dat een oude wond was opengegaan. Dat alles overheersende gevoel van verlatenheid. Die onbegrijpelijke abrubte scheiding van alles en iedereen. Ik voelde het opnieuw. Het onvermogen om je emoties te verwoorden. Ik was ook weer even drie jaar en luisterde naar het spiegelbeeld van mijn eigen geschiedenis. Ik zat opnieuw in de crèche tegenover de Hollandse Schouwburg vanwaar mijn moeder en grootouders werden gedeporteerd. Beleefde opnieuw de angst en voelde weer die donkere zak waarin ik zat, toen ik uit de

crèche werd gesmokkeld. Wat is erg, wat is erger. En wie bepaalt wat erger is? Kampkind-Oorlogskind-Onderduikkind-Auschwitz? Is de schaal van 0 tot 100 een onderduikkind 5 en Aushwitz 100 punten? Het moet naar mijn mening mogelijk zijn o m wanneer je zoveel emoties deelt meer samen te werken. Wat betreft de integratie van de jongeren in de bestaande comité's wil ik een heel dringend beroep doen op de ouderen ons de gelegenheid te geven zo geleidelijk maar zo zeker mogelijk met hen samen te werken, waarbij ik de woorden M E T en S A M E N met hoofdletters wil schrijven. Lies d e n H a r t o g


't B e s t e h o e f t i n de Bijenkorf niet altijd't m e e s t e te kosten. Als je m a a r iets uit de Bijenkorf Huis Collectie koopt. '••^

Bijenkorf Huis Collectie: een zich snel uitbreidend assortiment van BIJENKORF artikelen door alle afdelingen van de Ö;HUIS^; Bijenkorf heen. Die minder kosten dan vergelijkbare produkten. Maar die, dank zij de strenge Bijenkorf-normen, wel even perfect van kwaliteit zijn. En veelal exclusief voorde Bijenkorf vervaardigd. Denk nu niet dat u binnenkort niets anders dan de Bijenkorf Huis Collectie in de Bijenkorf kunt krijgen. Integendeel. Met de Bijenkorf Huis Collectie is de keus in de Bijenkorf met no£ een merk toegenomen. 1

Bij de Bijenkorf ben je beter af.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.