25 minute read

veiliger Er komen nieuwe energielabels aan

Er komen nieuwe energielabels aan! Hoe kwamen ze tot stand?

Volgend jaar komen er -in verschillende stappen- nieuwe energielabels op de markt. Naar aanleiding van deze introductie krijgen wij -op één van onze redactieraden- de vraag wie verantwoordelijk is voor de meetmethodiek van huishoudtoestellen en op basis waarvan gemeten wordt. Wij vroegen Bram Verckens, diensthoofd algemene directie energie infrastructuur en controles van de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie naar wat meer duiding.

“Binnen de nieuwe aanpak van de EU Commissie bepalen de Europese verordeningen slechts de essentiële vereisten inzake veiligheid, gezondheid en milieu,” steekt hij van wal. “Voor energie-gerelateerde producten legt de energielabelling verordening concreet efficiëntieniveaus en hun bijpassend energielabel vast. Dergelijke verordeningen worden op voorstel van de EU Commissie en in samenspraak met stakeholders (fabrikanten, distributeurs, consumentenorganisaties en lidstaten) overheen de EU gestipuleerd.”

De eigenlijke meetmethoden voor deze efficiëntieparameters worden vastgelegd door gespecialiseerde Europese normalisatieorganisaties, CEN (Comité Européen de Normalisation) en CENELEC (Comité Européen de Normalisation Electrotechnique).

Kwaliteitseisen

Bram Verckens: “De meetmethoden liggen vervat in Europese standaarden of normen en zijn in principe vrijblijvend te gebruiken door fabrikanten. Een aantal verordeningen en richtlijnen geven echter expliciet bepaalde productnormen een speciale status in het kader van deze wetgevingen. Deze productnormen kunnen specifiek op vraag van de EU Commissie naar aanleiding van een verordening ontwikkeld worden door CEN of CENELEC. Dit zijn de zogenaamde ‘geharmoniseerde normen’. Wanneer een bedrijf deze gebruikt, geniet men een vermoeden van conformiteit met de essentiële vereisten uit de verordening. Zo verzekert de EU zich ervan dat energie-gerelateerde producten aan coherente kwaliteitsvereisten voldoen, waaronder energie-efficiëntie, voordat zij op de Europese markt mogen worden

geplaatst. Bovendien gelden dezelfde normen voor alle producten binnen de Europese eengemaakte markt, wat zorgt voor een gelijk speelveld op vlak van mededinging.”

Toetsen aan de normen

De gedelegeerde verordeningen omvatten de formule die dient te worden gebruikt om de energie-efficiëntie te bepalen en verwijzen idealiter naar geharmoniseerde normen waarin bepaald wordt hoe de waarden van de parameters uit de formule gemeten worden. “De testmethoden in deze normen moeten voldoen aan enkele vereisten,” stelt Bram Verckens. “De conformiteitstesten moeten aansluiten bij het dagelijks gebruik van het toestel; ze moeten reproduceerbaar, accuraat en representatief zijn; en bovendien mogen ze niet te kostelijk zijn voor de fabrikant. Indien bestaande normen hieraan niet voldoen, kan de Commissie zelf tijdelijke transitienormen voorstellen totdat de geharmoniseerde norm voorhanden is. Vooraleer fabrikanten een product op de markt wensen te plaatsen kunnen ze hun product toetsen aan de hand van die normen (conformiteitstest) om aan te tonen dat de producten aan de vereisten in de verordeningen voldoen. Indien dit het geval is, brengt de fabrikant de CE-markering aan op het product. De fabrikant geeft hiermee aan dat het product aan alle Europese reglementering voldoet, inclusief energielabelling.”

Nieuwe verordeningen

Wat betreft het energielabel zijn er recent heel wat nieuwe gedelegeerde verordeningen aangenomen die vanaf 2021 in werking treden. Er is beslist om gradueel terug te keren naar een schaal van A tot G, waarbij de hoogste categorie A opengelaten wordt voor innovatie. Dit wil zeggen dat de producten met het huidige label A+++ vanaf maart 2021 label B of C krijgen. De overgang is gradueel aangezien

het nieuwe label per productgroep zal worden geïntroduceerd.

Vanaf 1 maart 2021 krijgen wasmachines, wasdrogers, televisies & monitors, vaatwasmachines, koelkasten, diepvriezers en wijnkoelers het nieuwe label, en vanaf 1 september 2021 volgt verlichting. In de daaropvolgende jaren zal het nieuwe label voor andere productcategorieën geïntroduceerd worden.

Hoe worden principes vastgelegd?

De kaderverordening energielabelling 2017/1369 legt de algemene principes vast en product-specifieke verordeningen bepalen per productgroep de essentiële parameters, waaronder de energie-efficiëntie index (EEI) en zijn berekeningswijze. De energieklassen A tot en met G worden gekoppeld aan intervallen binnen die EEI (zie voorbeeld verlichting in kaderstuk).

Is er controle?

“Het Hoog Toezicht Energieinfrastructuur en -producten binnen de FOD Economie controleert op basis van klachten (reactief) en gerichte steekproeven (proactief) of de door de fabrikant gedeclareerde testresultaten correct zijn en voldoen aan de essentiële vereisten in de wetgeving,” besluit Bram Verckens. “Ze maken hierbij gebruik van diezelfde Europese normen. Zo zorgt de FOD Economie mee voor veilige en energie-efficiënte producten binnen een competitieve Europese markt.”

 Linda Claeys

Waarom vindt u soms twee energielabels in de doos?

In de vorige editie van ElektroVisie kon u in ‘Hallo Nelectra’ een ledenvraag lezen omtrent de aanwezigheid van twee energielabels in bij bepaalde elektrische apparaten. Voor wie het gemist heeft herhalen we hier even het antwoord van onze adviseur Fallon Declerck: “Europa is al geruime tijd bezig met de herschaling van de energie-efficiëntielabels voor elektrische apparaten. Vanaf 1 maart 2021 zullen bepaalde huishoudapparaten zoals vaatwassers, koelkasten, wasmachines en televisies verplicht voorzien moeten zijn van het nieuwe energielabel. Op 1 november 2020 start een overgangsperiode waarin de fabrikant naast het huidige, “oude” uitgedrukt in Lumen en Pon het gedeclareerde stroomverbruik wanneer de lamp aan staat (on-modus) Met andere woorden, een lamp die 190 lumen oplevert per verbruikte Watt zal vanaf 1 september 2021 het energielabel B krijgen. Een minder efficiënte lamp die slechts 140 lumen per Watt oplevert label ook reeds het nieuwe label moet meeleveren. We vernemen echter dat bij sommige toestellen nu reeds de beide labels meegeleverd worden. Vandaar dus dat er twee energielabels in de doos zitten. Nelectra werkt momenteel samen met de FOD Economie aan de opmaak van gezamenlijk communicatiemateriaal omtrent deze herschaling van de energielabels. Binnenkort zullen we onder meer een brochure verspreiden die u moet helpen om aan uw klanten uit te leggen dat een toestel dat thans energielabel “A+++” heeft en in de toekomst bvb. “D” wordt, uiteraard

Voorbeeld energielabelling van verlichting Berekeningswijze van energie-efficiën- krijgt klasse D toebedeeld. Of nog, voor tie index (EEI)= Φuse/Pon; uitgedrukt hetzelfde aantal Watt brengt een meer in lumen per Watt (Lm/W). efficiënte lamp meer lichtintensiteit op, Met Φuse de bruikbare lichtstroom, uitgedrukt in Lumen. even energiezuinig blijft!” Een elektromagnetische compatibiliteit van LED-verlichting wordt gemeten aan de hand van Europese norm EN

61000-3-2. Voorlopig wordt de lichtstroom gemeten door een transitionele methode, in afwachting van een geharmoniseerde standaard, waartoe de EU Commissie heeft opgeroepen in mandaat M495.

Er is bovendien een nieuw meetinstrument ontwikkeld voor het vaststellen van flikkeren van ledlampen, namelijk SVM.

AX KUNSTSTOF Kleine en compacte behuizingen voor outdoor en agressieve omgevingen.

Meer info via www.rittal.be

Hoe doen onze leden het na de coronalockdown?

Omdat corona ook in de zomermaanden ons leven bleef beheersen, belden we begin september nog een paar Nelectra-leden op en vroegen naar het klantengedrag en naar hun ervaringen in deze onzekere tijden.

Uitstel door schrik voor corona

Geert Geysemans uit Kontich verricht algemene elektriciteitswerken, zowel voor particulieren als in onderaanneming voor grotere bouwbedrijven, hoofdzakelijk in Antwerpen. Hij vertelt ons dat zijn bedrijf praktisch de volledige zomermaanden stilgelegen heeft. Ondertussen trekt de markt een beetje aan (ons gesprek vond plaats begin september): “Momenteel werk ik ongeveer op 60% van onze capaciteit, maar ik merk dat vooral particulieren schrik hebben en werken uitstellen.” Wat de komende maanden betreft, verwacht Geert Geysemans weinig verbetering: “Wij hebben natuurlijk onze lopende contracten met de bouwfirma’s die wij sowieso moeten uitvoeren, maar dat zijn basiscontracten. De meerwaarde die wij doorgaans realiseren met het plaatsen van ledverlichting, de mooiere stopcontacten en/of de installaties bij particulieren, is er momenteel niet. We voelen de angst voor de tweede/derde coronagolf die er dit najaar nog moet aankomen.”

Mensen investeren in hun huis

Bij Keukencenter Piot in Zwijndrecht is men behoorlijk tevreden over de afgelopen zomermaanden. “We merken dat mensen zich te onzeker voelen om te reizen en vaker gaan investeren in hun huis,” vertelt Maxime Piot. Bij Piot zijn ze dan aan het juiste adres, want naast keukens, biedt men ook badkamers, dressings en ander interieurwerk op maat aan. Mieke Piot merkt ook wel een zekere terughoudendheid bij haar klanten, maar geen echte angst: “Wij proberen de zorgen van de mensen weg te nemen, door handgel aan te bieden en zelf een mondmasker te dragen. Als klanten geen masker bij hebben, dan bieden wij er hen één aan. Bovendien werken we enkel op afspraak, zodat klanten alleen in onze showroom zijn.” Voor de toekomst hoopt Maxime Piot vooral op verstandige maatregelen, zodat deze crisis niet al te veel slachtoffers zal maken: “Want teveel faillissementen zou een negatieve impact hebben op de totale markt en daar wordt niemand beter van.”

Veel werk, weinig tijd

Bij Delec Security uit Sint-Amandsberg is het de afgelopen maanden heel druk geweest. Deze specialist in camerabewaking, inbraak- en brandbeveiliging had deze zomer nauwelijks de tijd om op verlof te gaan. “Tot ongenoegen van mijn vrouw,” merkt zaakvoerder Eric Dellaert op. Hij heeft zijn grote workload te danken aan het feit dat hij kon werken op locaties waar hij nauwelijks in contact moest komen met anderen: “Garageboxen, een paar nieuwbouwappartementen, het herinrichten van loodsen…. Allemaal plaatsen waar ik alleen aan de slag kon en waar er geen kans op coronabesmetting was.” Ondanks het vele werk, kreeg Eric af en toe ook klanten die bepaalde werken wilden uitstellen uit schrik voor coronagevolgen. “Maar dat betekent dat er dit najaar en volgend voorjaar mogelijk nog behoorlijk wat werk in de pijplijn zit,” klinkt het optimistisch voor de toekomst.

Met dank aan de leden voor de foto’s! dankzij onze grote oppervlakte hoeven contact te komen.”

Stabiele markt en hoop voor de toekomst

Elektro Hauben uit Hoeselt kende na de lockdown een heropleving. “Ondertussen is de markt terug stabiel,” vertelt Yves Hauben. “Ik ga dus zeker niet klagen. Zeker als ik vergelijk met collega’s uit andere sectoren (kledij, schoenen, hotels…) dan ben ik gelukkig dat ik in de elektrosector werkzaam ben. Als een wasmachine of een koelkast stuk is, dan heeft men een nieuw toestel nodig. Die aankoop kan men niet uitstellen. Bovendien merken we dat de mensen terug lokaal kopen en dat ze de service van een fysieke winkel meer appreciëren.” Yves Hauben ziet geen bange consumenten, wel eerder twijfelende consumenten: “Zij zijn niet altijd op hun gemak en dat kan ons op termijn wel parten gaan spelen. Wij doen er wel alles aan opdat onze klanten zich klanten niet onderling met elkaar in

veilig zouden voelen en dat lukt aardig: En de toekomst? Als er geen lockdown meer volgt dit jaar, sluit Elektro Hauben 2020 alsnog positief af: “We zien dat de wereld herademt. Ook ons personeel is terug gemotiveerd. Het zou jammer zijn mocht men opnieuw een lockdown afkondigen. Maar dat verwacht ik niet direct, dus ik ben hoopvol voor de toekomst.”

Normaal verder gewerkt

Ilse Lenaerts van het industrieel installatiebedrijf Lenaerts heeft weinig gemerkt van de coronacrisis. Tijdens de lockdown kon men gewoon doorwerken. Enkel het personeel op de werven krijgen was een uitdaging: “Bij de aanvang van de crisis, kon er maar één persoon in de bestelwagen, dus dat was wat moeilijk. Maar van zodra er kon gewerkt worden met plexi tussen de passagier en de bestuurder, was dat opgelost. Althans gedeeltelijk, want bij ons moeten vaak meer dan twee personen naar een werf. Dat hebben wij opgevangen door extra wagens te huren.” Bij Lenaerts ziet men de toekomst dan ook met vertrouwen tegemoet: “We merken wel dat klanten later beslissen dan gewoonlijk, maar voorlopig werken wij op ongeveer hetzelfde ritme als anders en niets wijst erop dat deze trend zal wijzigen.”

Fedibel-enquête over samenwerking installateur en groothandel

Begin dit jaar werkte Nelectra mee aan de enquête van Fedibel om het aankoopgedrag van de installateurs en hun tevredenheid te analyseren. Daarbij werden installateurs bevraagd over hun ervaringen met de groothandel en de resultaten waren hoopgevend: de samenwerking tussen installateur en groothandel blijft men als positief ervaren.

Dankzij de conclusies van dit onderzoek hebben Fedibel-leden een duidelijker beeld van de verwachtingen van de installateurs met betrekking tot de ontwikkelingen in de groothandelssector. Op die manier kan de groothandel anticiperen om hen beter van dienst te zijn en hen te ondersteunen in hun werk.

Online bestellingen

Hoewel het merendeel van de eerste contacten met een distributeur "offline" worden gelegd, zijn de 3 meest gebruikte informatiekanalen websites, vertegenwoordigers en filialen. Ondertussen worden twee derden van de bestellingen via webshops geplaatst. Ook apps worden steeds belangrijker.

Tevreden?

Gevraagd naar de tevredenheid over de diensten van de groothandel, waren de respondenten doorgaans positief met betrekking tot het productaanbod,

Installateurs vinden dat de groothandel zoveel mogelijk moet investeren in e-commerce, platformen…

de leveringstijd en de prijsinformatie. Toch zijn de after-sales service en de responstijd aandachtspunten. Deze zijn de minst gewaardeerde items in de enquêteresultaten.

A-merken?

Op de vraag waarom de klant zou kiezen voor een A-merk, stond de after-sales service centraal. Daarnaast vond men ook merkbetrouwbaarheid, kwaliteit, gemak, eenvoud en beschikbaarheid op lange termijn belangrijk. Op de vraag naar de redenen om te kiezen voor meer alternatieve merken is de meest genoemde reden de prijs. Sterker nog, soms verdient het de voorkeur om een goedkoper merk te kiezen om het binnen enkele jaren te vervangen door een vernieuwd model met nieuwe mogelijkheden.

Toekomst?

Het onderzoek werd afgerond met een paar vragen over de toekomst van de sector. Meer dan de helft gaf aan om B2B te willen blijven werken. Opvallend was ook het feit dat weinig respondenten bereid waren om meer te betalen voor aanvullende diensten, omdat ze vinden dat voor de huidige prijzen alles moet worden inbegrepen en dus deel uitmaakt van de basisdiensten van een groothandelaar/distributeur. Tot slot vinden installateurs ook dat de groothandel zoveel mogelijk moet investeren in e-commerce, platformen etc. om zo concurrerend mogelijk te blijven.

 Linda Claeys

Hoe werkt de groothandel in coronatijden?

Volgens Eric Piers (gedelegeerd bestuurder FEE en Fedibel) is het landschap van de elektro- en sanitairgroothandel zo divers dat je er moeilijk een lijn in kan trekken: “De afgelopen periode hebben onze groothandels een verlies geleden dat varieert tussen de 10% en de 40%. Zij die het minst te lijden hadden onder de crisis verwachten eind dit jaar te kunnen afsluiten op een status quo, voor de anderen is de toekomst iets minder rooskleurig.” De maatregelen worden door de meeste groothandels strikt nageleefd. Maar ook daar zijn er behoorlijk wat verschillen: “Bij sommige groothandels kunnen vertegenwoordigers van fabrikanten enkel nog in het hoofdkwartier terecht, terwijl anderen ook de filialen openstellen. Ook qua mondmaskers houdt niet iedereen dezelfde strategie aan: de meesten verplichten hun personeel om mondmaskers te dragen in het distributiecentrum, want dat is het hart van hun organisatie en dat wil men koste wat het kost operationeel houden.” Eric Piers is heel enthousiast over de samenwerking met Nelectra, die in het begin van deze crisis resulteerde in een gezamenlijk protocol voor retailers en groothandelaars: “Samen met Nelectra gedelegeerd bestuurder Viviane Camphyn hebben wij een protocol uitgewerkt, dat geschikt was voor zowel de elektrohandelaar als de elektrogroothandelaar. Dit protocol omvatte gezondheids- en veiligheidsmaatregelen en -voorschriften, waardoor onze bedrijven op een verantwoorde wijze hun activiteiten konden heropstarten. Daarbij hebben wij veel aandacht besteed aan de gezondheid en veiligheid van zowel de zelfstandigen als hun werknemers én klanten. Wij waren daarmee de eersten in de sector.”

Jan en Thomas Engels: “De zelfstandige handelaar moet zijn eigen sterktes meer in de verf zetten.”

Er waait een nieuwe wind bij de Engels Group. Niet alleen wordt er snel ingespeeld op de veranderende markt, er wordt tevens geïnvesteerd in de toekomst. Jan en Thomas Engels vertelden ons meer over de afgelopen coronazomer en over hun plannen voor de toekomst.

ElektroVisie: Hoe heeft de coronacrisis jullie bedrijf beïnvloed?

Jan Engels (JE): Wij hebben heel snel beslist om een nieuwe divisie op te richten om onze leden te ondersteunen in hun strijd tegen het virus. Met de afdeling ‘Health Care’ bieden wij een reeks producten aan die de handelaar zelf kan gebruiken om zijn klanten een veilig gevoel te geven, maar die hij ook in zijn winkel kan gaan verkopen. Het assortiment is gestart met mondmaskers en handgels, maar is gaandeweg uitgebreid met antibacteriële sprays en een UVC-lamp om ruimtes te ontsmetten. Vooral van deze laatste verwachten we veel. Nu we opnieuw meer binnen moeten leven, zal de nood aan schone lucht groter worden. Deze Thermo Bel UVC-lamp biedt een veilige, duurzame en betrouwbare oplossing om ons te beschermen tegen ziekteverwekkers in de lucht.

 Jan Engels: “We hebben een schitterende locatie gevonden in Malle: met een oppervlakte van 70.000 m² is er zelfs nog ruimte om te groeien!”

Engels Group in cijfers

Momenteel is Engels Group een flinke kmo met 70 medewerkers en een geconsolideerde omzet van 31 miljoen euro in 2019. In dat jaar steeg ook de volumegroei van de divisie Thermo Comfort met liefst 20%. Over het hele coronajaar 2020 verwacht Engels Group een stabilisering qua omzet en dit dankzij zijn creativiteit en ondernemingszin.

Zien jullie een toename in digitale activiteiten?

Thomas Engels (TE): We zien inderdaad dat webinars en digitale communicatie een boost gekregen hebben. Corona is een katalysator geweest om meer gestructureerd met thuiswerk te starten. Zeker met de komende verhuis naar Malle, willen we de mogelijkheden naar thuiswerk en samenwerking op afstand verbeteren, maar we blijven geloven in de kracht van persoonlijk contact, zowel met collega’s, maar ook met onze klanten en leveranciers.

Hebben jullie de coronacrisis in de omzet gevoeld?

JE: Tijdens de lockdown in maart hebben onze leden hun winkels moeten sluiten en dat is uiteraard merkbaar in de cijfers. In de ergste dip werd een verlies van 50% opgetekend. Maar toen de business terug mocht draaien, zagen we een mooie heropleving: 6 weken later was het verlies al ingehaald. Vooral bij herstellingen en keukens.

TE: Dat hebben we vooral te danken aan het ondernemerschap en de dynamiek bij onze leden. Onze leden hebben een nauwe band met hun klanten en vaak werd er telefonisch contact gehouden.

Ook telefonische bestellingen zijn populair bij ElektroService! Dan kan er immers aan de telefoon extra uitleg gegeven worden.

GfK cijfers toonden een serieuze stijging in de verkoop van tondeuses (omdat de kappers niet open waren), broodbakkertjes (omdat men meer tijd had en meer gezonde voeding wou maken). Hebben jullie dat gemerkt en zijn er nog toestellen die het goed deden de afgelopen periode?

JE: Tondeuses en broodbakmachines waren inderdaad snel uitverkocht. Leveranciers waren ook snel door hun voorraad heen. Er moeten nu nog toestellen uitgeleverd worden (red: dit interview vond plaats begin augustus). Wij merkten bovendien een sterke verkoop in koeling.

TE: En keukens! Omdat heel wat mensen hun vakantie in het water zagen vallen, werden niet alleen meer zwembaden geïnstalleerd, maar investeerden mensen ook in het comfortabeler maken van hun eigen woning. Keukens waren daar een onderdeel van.

Merken jullie een stijging in de online verkoop?

JE: Toen wij vorig jaar onze online toonzaal vernieuwden hebben wij er bewust voor gekozen om er geen webshop van te maken. De reden? Wij wilden geen valse verwachtingen scheppen. De meeste consumenten die online shoppen hebben een verwachtingspatroon waarin onze leden niet passen. Ik denk aan bodemprijzen, leveringen dezelfde dag… Wij hebben er dan ook voor gekozen om online te tonen wat we allemaal te bieden hebben, met alle specificaties, zonder de ‘koop-knop’. Consumenten die een toestel willen kopen, moeten naar de winkelvloer.

TE: Omdat het voor de winkelier een heuse uitdaging is om de consument naar de winkel te halen, willen wij hem daarbij ondersteunen. Bovendien zijn wij er echt  Thomas Engels: “Omdat heel wat mensen hun vakantie in het water zagen vallen, werd vaak geïnvesteerd in het comfortabeler maken van de eigen woning. Keukens waren daar ook een onderdeel van.”

van overtuigd dat de meest succesvolle verkoop in de winkel zelf plaatsvindt. Daar speelt de meerwaarde van de verkoper! Hij kan inspelen op de lichaamstaal van tot en met herstellingen en Thermo Comfort: deze afdeling staat

de consument en leest in zijn ogen of hij enthousiast is of niet. De aankoop die uit dit proces voortvloeit zal uiteindelijk veel beter aansluiten bij de noden van de consument dan wanneer hij zelf moet gaan zoeken in een webshop.

Het vraagt meer inspanning van onze handelaars om succesvol te zijn

Toch horen wij dat de online verkoop een boost kreeg door de coronacrisis.

TE: We zien zelf ook deze evolutie, maar wij zijn ervan overtuigd dat dit een tijdelijke piek is. Ik vergelijk het een beetje met het thuiswerken. Dat zal niet meer wegvallen, maar net door het vele thuiswerk, zal men de meerwaarde van persoonlijk contact meer waarderen. Zo ook wat de verkoop op de winkelvloer betreft: mensen zullen terug de meerwaarde van de service van de retailer

Engels Group bestaat uit verschillende divisies:

Engels Electro groothandel: als groothandel en aankoopgroepering ondersteunt deze poot haar elektrohandelaars in het ganse traject: van aankoop, over ondersteuning in de verkoop dienst na verkoop. Binnen de aankoopgroepering zijn er twee enseignes: ElectroService voor de elektrohandelaar en ElectroCook voor de keukenhandelaar.

gaan waarderen. in voor het invoeren van een aantal vooruitstrevende merken voor elektrische verwarming, airco, warmtepompen, zonne-energie, …

Engels Surfaces: invoerder van een aantal belangrijke merken van oppervlaktematerialen voor de inrichting van keukens, badkamers, showrooms…

Nieuw: Health Care: een ruim aanbod producten die retailers helpen in de bestrijding van het coronavirus.

 Thomas Engels: “Met de afdeling ‘Health Care’ bieden wij een reeks producten aan die de handelaar zelf kan gebruiken om zijn klanten een veilig gevoel te geven, maar die hij ook in zijn winkel kan gaan verkopen.” van een toestel: vroeger sloot men het

Hoe moet de elektroretailer de consument blijven verleiden?

TE: Je ziet in elke retail-sector dat de klassieke winkels het niet gemakkelijk hebben om rendabel te blijven. Er is (veel) meer inspanning nodig dan vroeger om tot hetzelfde resultaat te komen. Vooral omdat de online spelers veel actiever geworden zijn. Daarom zal de zelfstandige handelaar keuzes moeten maken en inzetten op zijn eigen sterktes. En die moet hij vervolgens ook veel meer in de verf zetten. Daarbij denk ik bijvoorbeeld aan on the spot plaatsingen, snel en efficiënt herstellen, flexibeler inspelen op de noden van de consument, ’s avonds langer open winkel… Er zijn nog steeds tal van manieren om het verschil te maken.

JE: Demonstraties zijn inderdaad een geweldige meerwaarde. En dan hebben wij het niet alleen over koken. Er zijn nog behoorlijk wat andere toestellen waarover veel te vertellen valt. Consumenten hebben nood aan uitleg. En Thomas heeft gelijk als hij zegt dat er nu meer inspanning gevraagd wordt van onze retailers. Ook bij het plaatsen

blijven, demonstraties geven in de toestel aan, nam men de verpakking mee en dat was het. Nu legt men de verschillende mogelijkheden van het toestel uit, helpt men bij de eerste opstart, worden tips gegeven over dosering van (af)wasmiddel,… Dat kost best wel wat extra tijd en dat moeten we meer in de kijker zetten.

Iedereen heeft de mond vol van omnichannel, waarbij online en offline gecombineerd worden tot één totaalconcept. Hoe staat u daartegenover?

TE: Multichannel, crosschannel, omnichannel, figital…. Het zijn allemaal leuke marketingtermen, die dure sprekers de gelegenheid bieden om telkens met een nieuw verhaal te komen, maar de essentie blijft hetzelfde. Ik vind het vooral belangrijk om de technische mogelijkheden te gebruiken om de consument te monitoren, in te spelen op zijn wensen en dat te doen met degelijke toestellen en een doorgedreven ondersteuning. Dit gezegd zijnde, is online aanwezigheid uiteraard belangrijk en moeten we ook dààr tonen wat we in onze mars hebben.

Jullie hebben aangekondigd om in 2022 te verhuizen naar Malle. Dat is niet meteen in de buurt van jullie huidige Antwerpse vestiging.

TE: Het was niet eenvoudig om een geschikt pand te vinden! We bevinden ons al 93 jaar (!) in het Antwerpse en zijn stelselmatig gegroeid door diverse panden in te nemen in de omliggende straten. Ondertussen hebben we een opslagcapaciteit van 12.000 m², verdeeld over diverse ruimtes in de buurt, aangevuld met een buffervoorraad op een andere locatie. Een verhuis drong zich op, omdat we verder wilden uitbreiden èn omdat Antwerpen de laatste tijd steeds moeilijker bereikbaar is.

JE: We zijn al een tijdje op zoek, maar recent hebben we een schitterende locatie gevonden in Malle. Met een oppervlakte van 70.000 m² is er zelfs nog ruimte om de groei die we voor ogen hebben op te vangen!

Wat is de timing voor de verhuis?

TE: We willen het rustig en doordacht aanpakken, want er moet nog één en ander gebeuren. Zo moeten de kantoren nog volledig gerenoveerd worden, zijn we ons volledige IT-systeem aan het vernieuwen en zal ook meer geautomatiseerd worden om nog sneller en efficienter te kunnen werken. We plannen om in de zomer van 2022 volledig verhuisd te zijn.

 Linda Claeys  Studio Dann

Hoe ziet de gereedschapskoffer van een schoolverlater er idealiter uit?

Elke beginnende elektricien heeft er alle baat bij om zijn gereedschap goed op orde te hebben. Het is immers de beste manier om snel en efficiënt te kunnen werken. Daarvoor heeft hij een complete set gereedschap nodig met onder meer tangen, een spanningsmeter, een schroefmachine en schroevendraaiers. Hij kan natuurlijk altijd gebruik maken van een complete kit, zoals een aantal merken die aanbieden in een handige koffer. In dit artikel brengen wij u een overzicht van een aantal belangrijke gereedschappen die nuttig zijn voor u als elektrotechnisch installateur.

De basisstukken

Trilec Ronse werkte aan het begin van dit schooljaar samen met Campus Glorieux Secundair, waarbij een gereedschapskoffer aan een scherpe prijs aangeboden werd aan de leerlingen met een opleiding Elektrische installaties. Zo konden ze het nieuwe schooljaar starten met een koffer vol zorgvuldig uitgekozen werkmateriaal, dat doorheen de vierjarige opleiding intensief gebruikt zal worden. Het vormt de basis van de professionele carrière van de leerlingen. Allereerst is het belangrijk dat er een paar basisstukken in de gereedschapskist van de schoolverlater zitten: • tangen: telefoontang, universele tang, zijkniptang, gewone striptang, automatische striptang, kabelkniptang en adereinde krimptang • schroevendraaiers • bitset met bijhorende schroevendraaier en magneethouder • Inbus-set 8-delig • kabelstripper voor kabel van 8 tot 28mm • kabelmes met houten handvat • draadeindehulzen en -klemmen • handzaag, bankhamer, puntslag en een plamuurmes met gipsbeker • plooimeter in hout en rolmeter 5m • waterpas voor de zekeringskast • timmermanspotlood • waterpomptang • steeksleutels set • veiligheidsbril en handschoenen • multimeter • zaklamp • isolatietape in verschillende kleuren

Tangen en strippers

Een elektricien moet heel precies kunnen werken en daarom zijn de juiste tangen en kabelstrippers heel belangrijk. Belangrijke tangen zijn bijvoorbeeld: de zijkniptang, de striptang en de adereindehuls krimptang. Het spreekt voor zich dat men best tangen in verschillende maten meeneemt, zodat de job zeker goed

Terug naar school met kwalitatief materiaal

uitgevoerd kan worden. (bron: Trilec)

De juiste schroefmachine en schroevendraaiers

Om alles op de juiste manier aan te leggen, vast te schroeven en af te sluiten, zijn schroefmachines en schroevendraaiers onmisbaar. Het is aan te raden om voor een goede set schroevendraaiers of bits te kiezen, met veel verschillende koppen in allerlei maten. Er zijn een hele hoop verschillende soorten schroeven in omloop en elk model vraagt een andere schroevendraaier. Als u verschillende schroevendraaiers bij zich heeft, komt u als elektrotechnisch installateur nooit voor verrassingen te staan. Zorg wel dat u ze netjes op volgorde houdt, zodat u ze snel terug kan vinden en niet constant moet gaan zoeken naar de juiste soort en maat. Er zijn verschillende koffers op de markt die gereedschappen overzichtelijk kunnen opbergen.

De juiste multimeter

De spanningsmeter past bij de elektro-installateur als frieten bij mosselen. Dit best gehoorbeschermingsmiddelen (zoals bijvoorbeeld een de hand. Deze zijn koploper in de lijst van meest vergeten

instrument is niet alleen belangrijk om uit te meten of alle aansluitingen in de zekeringskast correct zijn uitgevoerd, maar het is ook een middel om veilig te kunnen werken. Er is een breed aanbod op de markt beschikbaar, maar u kiest best voor een robuust en kwalitatief exemplaar: daar zal de schoolverlater nog jarenlang plezier aan beleven.

Niet noodzakelijk, wel handig

Er zijn ook een aantal gereedschappen die “niet noodzakelijk” maar wel zeer handig kunnen zijn voor een elektricien: de kruislijnlaser, een smetkoord met poeder, een dubbele haakse slijper en een goede de stoffilters.

Groot assortiment bits

Als hersteller beschikt Dominique Smets uit Tongeren over een standaard installateurs-gereedschapskoffer aangevuld met extra meetapparatuur en software per merk waar hij herstellingen voor uitvoert. Hij werkt niet met schoolverlaters: “Er is een groot tekort aan kennis èn aan motivatie bij schoolverlaters. Wanneer ik extra ondersteuning nodig heb, kies ik ervoor om het werk uit te besteden aan andere zelfstandige herstellers. Dan ben ik verzekerd van een goede kwaliteit.” Zelf heeft hij -naast de eerder genoemde gereedschapskoffer- ook altijd een thermoscan-toestel bij zich, want hij moet vaak de temperatuur meten. Tot slot wil Dominique ook kwijt dat zijn draadloze schroevendraaier met een waaier aan bits heel nuttig is: “Ik kom in aanraking met ontzettend veel verschillende toestellen en die hebben allemaal andere schroefjes. Het is dan heel handig om een groot assortiment bits met allerhande afmetingen en kopjes bij te hebben.”

Veiligheid en onderhoud

Uiteraard is het verstandig om regelmatig uw gereedschap na te kijken, te onderhouden indien nodig en ook de gereedschapskoffer zelf regelmatig te reinigen en netjes te houden. Op die manier blijft alles in goede staat. Steek daarom best ook een klein busje smeermiddel in uw koffer. Het spreekt voor zich dat beschadigd of defect gereedschap best zo snel mogelijk vervangen wordt. Dit om uw eigen veiligheid te garanderen. Nog voor uw veiligheid hebt u hoofdtelefoon) en een EHBO kit voor kleine ongevallen bij stofzuiger met automatische reiniging van

tools bij de uitrusting van de elektricien.

 Franky Moureau (Electric Tienen en leraar elektriciteit)  Linda Claeys

(bronnen: catalogus Vander Elst/Cimco, www.electric.be/zoeken)

Hoofdlamp als handige extra

Elektricien Freddy Verbeke uit Ardooie werkt niet met personeel en heeft weinig ervaring met schoolverlaters. In zijn eigen gereedschapskist zitten uiteraard de basisgereedschappen, zoals onder meer een hamer en een beitel, een waterpas, een uitgebreide set schroevendraaiers, geïsoleerde tangen, een multimeter… Zijn klassieke schroevendraaiers heeft hij aangevuld met een batterijschroevendraaier: dat gaat net iets sneller en eenvoudiger. Niet meteen noodzakelijk, maar wel handig is de hoofdlamp die hij standaard bij zich heeft: “Vaak wordt de elektriciteit afgesloten als ik aan het werk moet en meestal is er dan te weinig licht om veilig te kunnen werken. Die hoofdlamp zorgt ervoor dat ik licht heb waar dat nodig is, terwijl ik toch mijn beide handen vrij heb.”

This article is from: