![](https://assets.isu.pub/document-structure/201013122011-41cd6c653f3575450833026d1939826d/v1/8c123ac47132e029f5e9abe01a8f3da0.jpg?width=720&quality=85%2C50)
8 minute read
Hoe optimaliseert u een ledinstallatie?
from ElektroVisie 2020 nr 5 - NL
by NELECTRA
In de septembereditie van ElektroVisie kreeg u meer inzicht in de problemen die u kon ondervinden bij het installeren van ledverlichting. In dit tweede deel wil ik dieper ingaan op de invloed van het dimmen, schakelen en bekabelen op de levensduur van leds.
Stroomgestuurde leds of ledlijnen dimmen, kan de levensduur aanzienlijk verhogen. Alle elektronische componenten zijn immers gevoelig voor warmte en door het dimmen daalt de temperatuur. Bij retrofit leds ligt dit echter niet zo eenvoudig, want bij het dimmen van retrofit leds kunnen behoorlijk wat problemen ontstaan.
Welke dimmer gebruiken bij retrofit led?
Bij retrofit leds wordt de ingebouwde elektronica met capaciteit best gecombineerd met een fase afsnijding dimmer (C). Bij dit type dimmer wordt de stroom vanaf de nul-doorgang doorgelaten en daarna afgesneden. Bij het gebruik van een verkeerde dimmer of wanneer een foute instelling op een universele dimmer wordt gebruikt (fase aansnijding (L)), kan de werking van de lamp en de dimmer negatief worden beïnvloed. Daarnaast kan de minuscule, ingebouwde driver van de retrofit led snel defect raken. En wanneer de drivers het niet begeven, zullen de leds zelf na verloop van tijd minder en/of blauwer licht geven.
Gezonde, aangename verlichting
De levensduur van een gekozen installatie is een belangrijk aspect, maar er zijn nog parameters die belangrijk zijn bij de keuze van een bepaalde verlichting. Zo moet verlichting ook gezond en aangenaam zijn, want kunstlicht heeft een enorme impact op de fysieke en mentale gezondheid van de mens. De invloed van het aandeel blauw licht in functie van het moment van de dag, UV, de flikkering, kleurweergave en kleurtemperatuur, mag dus niet onderschat worden. Vooral bij goedkope en dimbare retrofit -maar ook bij bepaalde types leddrivers- bestaat er gevaar voor stroboscopische effecten of te grote flikkering. Deze zijn nadelig voor de gebruiker, al is deze zich daar niet altijd van bewust. De effecten zijn niet te onderschatten en gaan van lichte klachten zoals hoofdpijn en vermoeidheid over depressie tot zelfs epileptische aanvallen en burn-out. Bij de niet-dimbare versies is het eenvoudiger om een stabiel licht te bekomen en komt het probleem minder vaak voor.
Hoe ontstaat flikkering?
Leds die rechtstreeks op 230VAC werken, hebben niet de nodige regeling om flikkering tegen te gaan. Hierin knipperen de leds op het ritme van de netfrequentie. Met andere woorden: er zal een circuit van leds aanspringen wanneer de stroom van links naar rechts gaat, afgewisseld met een tweede circuit leds wanneer de stroom terug van rechts naar links gaat. Omdat een dergelijk circuit pas in geleiding gaat als de spanning voldoende Wie is auteur Björn Vermeire? Qbus is een Belgisch technologiebedrijf dat sinds 1999 technologieën ontwikkelt om residentiële en commerciële gebouwen slim te maken. Enkel jaren geleden startte dit automatiseringsbedrijf uit Erpe-Mere met het organiseren van specifieke informatiesessies rond het thema ‘Licht & Techniek’ bij diverse filialen van geïnteresseerde groothandels. Ondertussen wordt deze training ook regelmatig in de Qbus-kantoren georganiseerd, teneinde de installateur ook rechtstreeks beter te informeren. Sales Engineer Björn Vermeire is de lesgever van deze Qbus trainingen ‘Licht & Techniek’.
![](https://assets.isu.pub/document-structure/201013122011-41cd6c653f3575450833026d1939826d/v1/b3215b99d694ed046146ca206b927a8d.jpg?width=720&quality=85%2C50)
hoog is, heb je dus honderd keer per seconde een donkere periode. Het net van 50Hz heeft honderd nuldoorgangen. Dus de leds flikkeren honderd keer per seconde aan en uit. Bij 100Hz aan flikkering, ondervindt iedereen een stroboscopisch effect. Dit type spots zal wel perfect dimbaar zijn, maar men zal er wel een beetje ziek van worden. Hetzelfde geldt voor ledlijnen die rechtstreeks op 230V werken. Deze hebben hetzelfde stroboscopische effect. Als dit de enige lichtbron in een ruimte is en men zou zich snel van de ene naar de andere kant bewegen, dan zou dat voor een zeer onaangenaam gevoel zorgen. Ook een boek lezen in dergelijk licht, wordt een hele opgave, want het brein moet ongelooflijk hard werken met het verwerken van al die verschillende beelden. Mensen die gevoelig zijn aan epilepsie, kunnen ook maar beter weg blijven van dit licht.
Wat is de beste bekabeling?
Wat is dan een goede oplossing en hoe kan u best uw bekabeling voorzien? Veel hangt af van de opbouw van het gebouw en de installatie. Meestal zal u geconfronteerd worden met beton, waarin u gaten moet boren voor spots. U kan best één of twee tot maximaal drie spots op eenzelfde drie-aderige kabel voorzien. Als u met vijf-aderige kabel werkt, kan u tot maximum zes spots op deze kabel voorzien. Wanneer u de installatie op deze manier aanlegt, kan u opteren voor diverse lamptypes, armaturen en eventueel drivers. Met dit advies zal u in het moeilijkste geval telkens drie spots in serie aansluiten op één driver. Waarom drie? Dat heeft te maken met het feit dat in de markt de drivers tot 120V SELV minder vaak voorkomen dan drivers die tot 60VDC SELV gaan, en dat sommige types COB tot 36V voorwaartse spanning nodig hebben. Een korte rekensom leert dat u maximum drie spots van 36V in serie op één leddriver en over twee geleiders kan aansluiten. Sommige adviseurs zullen aanvoeren dat u tot vijf toestellen in serie kan plaatsen op een drie-aderige kabel, maar volgens mij doet u dat beter niet, omdat u dan toekomstige mogelijkheden beperkt en toekomstige keuzes hypothekeert.
De sturing flexibel kiezen
Om verzekerd te zijn van een flexibele installatie, kiest u liefst voor een sterbekabeling naar de zekeringkast. Ook de bekabeling voor de bediening voorziet u best naar de zekeringkast. Op die manier kan de techniek voor verlichting en sturing te allen tijde aangepast worden. Zijn de drivers centraal bij de zekeringkast geplaatst, dan kan er gekozen worden voor het eenvoudige aan/uit, maar ook voor klassiek dimmen, analoog 1-10V dimsturing of zelfs DALI-sturingen. De keuze gebeurt dan wel aan de kast en niet meer ter hoogte van de schakelaar.
DALI: bespaart op kabels en werkuren
Werken met een DALI-sturing in combinatie met ledarmaturen, kan u een massa werk en bekabeling besparen. DALI laat toe om tot 64 drivers aan te sturen, onderverdeelbaar in 16 groepen. Hebt u nog meer nodig of wil u de stroomkring splitsen? Dan kan u eenvoudig een extra kabel en/of een extra DALI-sturing plaatsen. Dit type sturing zal de komende jaren alleen maar belangrijker worden, ook in particuliere installaties.
Kies kwalitatieve componenten
Naast de aansturing en bekabeling hebben ook de materialen waaruit een ledarmatuur is gemaakt een sterke invloed op de lichtopbrengst en -kleur. Een kwalitatieve reflector of optiek zorgt voor de spreiding en weerkaatsing van het licht in een bepaalde stralingshoek. In deze componenten kan veel energie verloren gaan en dat kan bijkomend een invloed hebben op het lichtspectrum dat het toestel verlaat. Met name diffusors hebben een grote impact op de initiële kleurweergave en lichtstroom. De lichtgolven botsen namelijk op de reflector en/of diffusor waardoor deze een deel van hun energie verliezen en een kleurverschuiving zichtbaar kan worden.
Let op de kleurconsistentie!
In een ledinstallatie kunnen kleurverschillen ontstaan. Om dat zo beperkt mogelijk te houden, is het SDCM-cijfer, dat de kleurconsistentie aangeeft, best zo laag mogelijk. Bij de meeste bekende fabrikanten worden leds gebruikt met een SDCM<3 of SDCM<2. De meeste GU10 die vandaag verkocht worden vallen onder kleurconsistentie SDCM <6! Na verloop van tijd, zal het cijfer stijgen door veroudering van de led.
Het belang van de stroomregelaar
Momenteel zijn er op de markt tal van ledlijnen aanwezig met enkel een weerstand als stroomregelaar. Bij deze statische stroomregeling hangt de stroom door de led sterk af van de spanning. Aangezien dat weerstand-componentje steeds dezelfde blijft, stijgt de stroom bij een hogere spanning. Wanneer u vandaag met de meest voorkomende type ledlijnen een grote lengte moet maken, wordt de bekabeling dus vrij complex. Zo wordt voorgeschreven om in bepaalde situaties, de ledlijn van beide zijden te voeden, dit om de te grote stromen te beperken en verschil in lichtintensiteit te vermijden. Nochtans zijn deze moeilijkheden op te lossen door ledlijnen met een hogere doch veilige spanning te gebruiken en door gebruik te maken van een ledlijn waar een betere stroomregeling op voorzien is. Net zoals vroeger met de 12V halogeen, dient u bij ledlijnen rekening te houden met de keuze van de draadsectie in functie van werkspanning, kabellengte en het benodigde vermogen. Ook hiervoor bestaan er hulpmiddelen die u online kan vinden. Omdat we toch regelmatig vragen kregen van onze klanten, hebben we een handige Excel-file waarin u de gegevens van de ledlijn kan invoeren, samen met alle andere parameters. Op die manier kan u ervoor zorgen dat u onder de 3% tot 5% spanningsval kan blijven (hoger is niet toegestaan).
Dimmen van ledlijnen
Bij het dimmen van ledlijnen zijn er een aantal belangrijke aandachtspunten. De PWM-dimmers of dimbare voedingen dienen een zo hoog mogelijke frequentie te gebruiken voor het dimmen van de ledlijn. Deze zijn niet gemakkelijk te vinden, want de standaard PWM-dimmers komen veelal uit China. Enkele jaren geleden besloten we bij Qbus om zelf een dimmer te ontwikkelen, om zeker te zijn van een voldoende hoge frequentie. Deze zorgt ervoor dat er bij het dimmen van de ledlijn geen stroboscopisch effect waarneembaar is.
Informeer uw klant
Als installateur is er een belangrijke taak voor u weggelegd om uw klant bewust te maken van de belangrijke keuzes die hij moet maken als hij opteert voor een ledinstallatie. Aan goedkope wegwerpproducten zal hij weinig plezier beleven. Terwijl zijn comfort en welzijn veel beter gediend zullen zijn met een degelijke installatie Uw klant professioneel begeleiden lukt alleen als u over voldoende kennis beschikt, dus wil ik eindigen met een pleidooi voor het volgen van opleidingen. Zo is er onder meer de gratis opleiding “Licht & Techniek” bij Qbus. Maar ook de trainingen bij Groen Licht Vlaanderen kan ik zeer warm aanbevelen.