DRIEMAANDELIJKS
ûr1':maandclijk�
mcdt:dt:ling:;blad
y_
WJ
-
LEUVEN
':De CJ3�o rt1klel'er=' O.V De Wl�l1:w11at
6° j a a r g ang
v.u�··:
KONTAKTBLAD
-
Afdeling Leuven
n°2 bis
mei 1981 extra edi tie
van den bosch,geldenaaksevest BO, leuve
red.: b. augustijns lobergenbos 9, kessel- lo ,
ORNITHOLO.GISH
JAARVER-
SLAG [ aijlevallei over de periode
&
omgeving
tot
1/1/79
VVV v
(v v
31/12/79
V '{
extra nummer Vallei-Boomklever .
.
1981
----
]
v
- 1
ORNITHOLOGISCH JAARVERSLAG
-·
1979
-
DIJLEVALLEI EN
O�GEVING
=========================================================
door Robert Hermans en Her>Wig BZockx
Inleiding
�a heel wat vertraging verschijnt hiermee dan het verslag
1979.
Ditmaal niet,
maar
zoals traditioneel,
als extra-nummer van reeds van november
je
1980
in een Wielewaalnummer,
kontaktblaadje. op
Alhoewel de kopij zich
de Wielewaalredaktie bevond,
we toch in extremis besloten een publikatie in dit laten doorgaan_
We hadden daarvoor onze redenen.
waren ondertussen met het
oog op
de
hebben
blad
niet te
Op die redaktie
verschijning enl<è..e korrekties
op de oorspronkelijke kopij aangebracht.
De meeste hiervan
hebben
we hier overgenomen.
Dit ve�slag van
volgende
fan
Bande,
kwam tot stand
dank zij de bereidwillige medewerkinç
leden van W.J. en W.A.
Johan Bogaert,
Becker,
Paul
Grootaers,
Nysten,
Peter Standaert,
Leuven:
Peter Brosens,
Marc Herremans, �ndré
Bart
Dirk
Costrop,
Suzanne
Vandemarsenille
Augustijns, Piet
Nelissen, en Jan
Ste De
Johan
Wellekens.
Heel wat gegevens werden verzameld via de waarnemings�ast in de observatiehut te
St.
de vele losse waarnemingen
we hebben
gepoogd
schikten,
een beeld te schetsen van
lende voçelsoorten
met
Agatha-Rode.
het voorkomen
zangvogels
opgeven.
van
de
verschil
in en rond de streek van Leuven gedurende
Ter verduidelijking zijn verschillende de
waarover we be
konden
we
grafieken
meestal niet meer
dan de
opgenomen.
1979. Voor
fenelogiedata
- 2 -
Opmerkingen:
1)
Bij vogels aange�uid met een eni g �
( ) 0
is de eerste
waarneming) die vermeld staat,
gemerkt met
(
0
0
)
(en dikwijls ook
de fenelogiedatum.
zijn onregelmatige gasten of
Vogels,
dwaalgasten in
het gebied.
2)
Belangrijke opmerking bij de grafieken:
a.
voor de watervogels:
het merendeel van de gegevens werden
verzameld door halfmaandelijkse tellingen. bij plotse weersveranderingen of (jacht
Vermits er
door andere
faktoren
bv.) een grote variatie kan optreden in het totaal
aantal aanwezige eenden binnen enkele dagen,
mogen deze
grafieken en vooral de vermelde cijfers niet absoluut genomen worden.
b.
voor de prooivogels: werd uitçezet, met n•). gelijk eks dat
niet het aantal aanwezige vogels
doch het aantal waarnemingen
We hebben dit gedaan omdat het dikwijls onmo
bleek uit te maken of er nu bv.
2 maal gezien werd,
manier van werken volgt
aanwezig
echter dat
eks en één waarneming van De
(aangeduid
2
eks dan wel
waren.
Uit deze
één waarneming van
waarmee een bepaalde soort tijdens een
bepaalde periode voorkwam.
6
1 eks gelijk behandeld werden.
grafieken geven dus enkel een zeker beeld van de
'intensiteit'
1
- 3 -
Jaarverslag
1979
Q������- Podiceps ruficollis Eerste voorjaarswaarneming: Grootste koncentratie:
tJb\
Sint-Agatha-Rode,
17.3:
1 eks in prachtkleed;
ei(
2 ad.
���������E
14
Podiceps
Broedgevallen:
2;
en
Over
4;
15.3:
18.3:
,
1 eks in pracht
(dezelfde vogels?):
Vandeput en E.
(G.
Hoebrechts);
van der Kelen).
00
1 eks
2 eks
.
16. 4,
(D.
(G.
Costrop en P.
De B ecker).
Beyen).
cri.status zie grafiek Abdij van
Pécrot:
Boutersem:
(D.
2 eks
- Podi.ceps auritus
Voor aantallen:
Rode:
1 2 eks.
9.3 tot
van
27 4
Sint-Agatha-Rode
25.6:
Sint-Agatha-Rode,
-
Kessel-Lo,
(exakte plaats niet bekend)
Oud-Heverlee,
��ut
1 eks;
Twee waarnemingen in juni/juli
Sint-Agatha-Rode
25. 7:
17.5:
Sint-Agatha-Rode,
2 4.3.
- Podiceps nigricoZZis
����E��-���
kleed.
Oud-Heverlee Noord,
l;
1.
't Park:
l;
Florival:
Sint-Joris-Weert:
Neerijse
l;
Grote B ron:
't algemeen kan men zeggen èat
l;
2;
Sint-Agatha
Sint-Joris-Winge:
2;
Neerijse kliniekv ijvers:
1.
1979 qua broeàgevallen een
slecht futenjaar was.
-,
J ?uur;:
.1
A
qroo r:s :- 2
s
0 �i!�ers �e voortcars�rek
- 4 -
Aalscholver - Phalacrocorax
carbo
Voorjaar;
op 11.3,
21.3 en 1.4 telkens 1 eks respektievelijk te
Floriv�l,
Sint-Agatha-Rode, 'Sint-Agatha-Rode. Op 29.4
tenslotte
4 eks te Sint-Agatha-Rode. van 29. 7 tot 22.8,
Najaar:
1 à 2 juvenielen konstant aanwezig te
Sint-Agatha-Rode. Oud-H�verlee 13.10,
4 ad naar zuiden; Sint
Agatha-Rode 21.10,
naderhand 1 eks naar noord
3 eks naar zuiden,
Bierbeek 2.11,
westen;
2 eks naar zuiden.
Men moet er rekening mee houden dat slechts een klein gedeelte van de doortrekkers op de vijvers komt pleisteren. gegevens geven dus een vertekend aalscholver in de
Dijlevallei.
Bcvenstaande
beeld van de status van de
Grote
groepen trekken frekwent
door zonder opgemerkt te worden.
;''<.. ����9�!!:1E .
'
Neerijse
����
-
- Botaurus Grote
23.12:
25 en 26.7:
waarneming
klever 4,
1979:
� 2 E §� ���-��� � Voor
Bron,
1 eks.
00
Nycticorax nycticorax
Holsbeèk, deze
stel laris
Wielewaal 46,
1980:
(zie in verband met
19-20 of:
Vallei/Boom
70-71)
-
aantallen:
ook:
1 adult in prachtkleed
Ardea cinerea zie grafiek 2.
Broedvogel in zeer klein aantal. Grootste koncentratie: Agatha-Rode 4.11:
Heverlee 10.4:
97 eks.
1 eks; Sint-Agatha-Rode 25 en 26.6:
1. 11 en 5.11:
1 eks.
����9���-2���
- Branta
Oud-Heverlee
6 à
9.5:
(D.
canadensis
2 eks.� (J.
7 eks naar noorden
1 eks.
Sint
Costrop).
(B.
en J.
1 eks.;
ibidem
Kessel-Lo
13.5:
00
Van
Augustijns);
Esbroeck);
Oud-Heverlee
Zuid
20.5:
- 5 -
55
J
t1
A
11
J
.J
s
0
Blauue reiger: een absoluut r.".a::;-!,r.:um !·.iordt einde o.Z:tobe-r!..·-begir. november qeroteerd te Sint..·:A.gat.::a::?.ode
§��������
- Branta
B ierbeek 3.2:
2.1:
Leuven
18.2:
2 groepen van 15
(P.
De
Becker)
20
eks naar
3.3:
1 eks;
zuiden;
ibidem
Oud-Heverlee
11.3:
1 eks.
- Anser albifrons
zuiden;
23 eks;
��=�2���
27.1:
22 eks;
27 eks;
Bierbeek
Neerdaalwoud
Heverlee 17.3,
ca
60
(De
eks naar
3.2:
Kluis)
45
eks
27 .2:
westen.
- Anser fabalis
Sint-Agatha-Rode van
Leuven
23.2:
Leuven
12 eks naar noo rden;
helft
en
Sint-Agatha-Rode
Holsbeek 27.l: naar
00
13 eks naar zuiden
47 eks;
���2���
ieucopsis
1.1:
januari:
17 eks naar
6 eks; .
noordoosten ;
zuiden ;
Holsbeek 3.2:
50
Kessel-Lo,
à
60
hele
eks naar noord-
.
Sint-Açatha�Rod�
7.11:
6 eks naar
tweede
zuiden.
- 6 -
- Anser species
Gans
Kessel-Lo naar
27.1:
oo�ten;
23.2:
ca
25 eks naar zuid-oosten;
Heverlee 15.2:
9
eks naar noordwesten;
ca 20 eks naar noordoosten;
noord-noordoosten;
Knobbelzwaan Neerijse
Grote
Nossegem
Sint-Agatha-Rode
Cygnus
-
ibidem 5.2:
21.4:
24.2:
7 eks
Erps-Kwerps
62 eks naar
21 eks naar noordoosten.
olor
Bron 1 8.8:
een erg typisch
zomerkoncentratie van
23 ad.
-
��� �� -�����
Cygnus cygnus
Weinig voorjaarswaarnemingen: Oud-Heverlee In
6.1:
Sint-Agatha-Rode
6.1 en
9 .2:
1 imm.
15 eks.
het najaar vanaf 31.10.
����� �-����� Geen
Cygnus
-
bewickii
voorjaarswaarnemingen.
Aankomst op
2.11:
Oud-Heverlee
1 eks te Oud-Heverlee.
23.12:
7 eks.
Grootste koncentratie:
Het aantal doortrekkende en
overwin
terende vogels loopt de laatste jaren terug.
���2���� Leuven
- Tadorna
2.1:
3
eks naar noorden;
Sint-Agatha-Rode 7.10 tot
van en
Neerijse
�����-����
tadorna
18.2:
2 eks;
Holsbeek,
24.12 vrijwel konstant Grote
-
Bron
van
5 eks naar noorden;
25.8 tot
aanwezig te
30.8:
2 juv:
Sint-Agatha-Rode
(tot maksimaal 4 eks).
Anas platyrhynchos
Voor aantallen:
zie grafiek 3.
Grootste koncentraties: 6.1:
450 eks;
Voor
aantallen:
9
Florival 1 7.2:
Neerijse
broedgevallen:
Kessel-Lo 6.1:
6.1:
470 eks;
800 eks;
Sint-Agatha-Rode
Kessel-Lo 31.1:
ca
1000
eks.
zie grafiek 4. 7 te
Heverlee,
1 te Kessel-Lo
en
1 te
Neerijse.
- 7 -
A
.J
.1
11
�3
0
F
:
11
0
0
J
�/iláe eer.c!
•
0
s
0
- 8 Krakeend - Anas ------"'1"'9'-
strepera
Doortrekker in klein aantal. Rode
22.9:
§�����
Eerste najaarswaarneming:
Sint-Agatha
Neerijse
1 mannetje.
4 eks ..
Anas penelope
-
Laatste voorjaarswaarneming:
Eén augustuswaarneming:, Oud-Heverlee
Overwintert in klein aantal. Grote Bron 8.4: Rode
14.10:
. �9��������2
25.8:
1 wijfje
1 mannetje; eerste najaarswaarneming:
-
Neerijse
Sint-Agatha
Anas querquedula
Vier waarnemingen in auçustus,
25.8:
vb.:
1 eks te Sint-Agatha
10 eks te Oud-Heverlee.
Grootste koncentratie:
- Spatula
��9e����
Voer aantallen:
Sint-Agatha-Rode
A
11
zie grafiek
�5
..1
3.10:
meer dan
20 eks.
clypeata
35'
M
Rabau).
2 wijfjes.
1 mannetje.
F
(T.
Laatste voorjaarswaarneming:
Eén juniwaarnerning: Ottenburg 20.6:
Rode,
!
Grote Bron 10.4:
.J
A
5. Eén broedgeval te Sint-Agatha-Rode.
- 9
���=�==��
-
Aythya ferina
Voor aàntallen: Broedgevallen: 4;
-
Florival:
zie grafiek
6.
Sint-Joris-Weert:
3;
Sint-Agatha-Rode:
4;
Pécrot:
3.
51
s
..r
J
J
0
Tafeleer.d.' ir. tegef'..stellir:..q tot de J:u-:feend. -in groot aar.tal aanwezig in è.eceml!er
���!����
- Aythy a fuliqula
Voor aantallen: Broedgevallen: Weert:
3;
Florival:
zi e g rafi ek 7.
Sint-Agatha-Rode:
Neerijse Grote Bron: 5;
Pécrot:
mans,
P.
Grootaers,
mannetjes (P. (D.
Costrop,
8;
Sint-Joris 3;
1.
van 19.4 M.
00
tot 21.4:
De Barman);
Grootaers)� s.
Oud-Hev erlee:
Neerijse kliniekvij vers:
l;
zwarte Zee�end - Melanitta nigra Neerijse Grote Bron,
6;
Dondeyne j ;
(waarnemer niet bekend) .
één koppel
(J.J.
Sint-Agatha-Rode 27.4:
N�erijse Grote Bron 20.10:
� int-Agatha-Rode
30.12:
1
Strijck twee
4 wijfjes
mannetje
- 10 -
17-3
(o)
1
J
�t
Kuife er:d: voorja a r s treJ.: vooral in ma art en april_;, Zor:wr- koncertratie is he7; ç;rootst
(broedvogels
+
jongen).
Pra?.-_··
tisc:� geer:. over:.uir:teraars.
!J=����
- Clangula
Sint-Agatha-Rode,
§E�������E
-
hyemalis van
Buc ephala
Sint-Agatha-Rode
9.2:
00
31.3 tot 22.4:
1 wijfje
(meerdere
waarnem ers).
clangula
1 wijfje;
Kessel-Lo,
van
2 tot 5.4:
1 man
netje.
Me rgus
�����!l�
-
Neerijse
Grote
Agatha-Rode,
albe llus
Bron
van
18.2,
18.10 tot 16.12:
Sint-Agatha-Rode 1.1:
1 wijfje Prignon).
(M.
2 eks;
1 mannetje
Herremans);
Oud-Heverlee
3.3:
1 wijfje;
Sint
1 eks in wi jfjeskleed.
(P.
De
Becker);
Sint-A.gatha-Rode
15.11:
Neerijse
30.4:
1 mannetj e
(M.
- :.1 -
- Mergus merganser
����=-���2�=�
Sint-Agatha-Rode 2.4:
l:wijfje
12.2:
4
wijfjes;
haliaetus
(alle
te
1
waarnemingen van
7
eks. Najaar:
ad;
6.9:
S int-Agatha-Rode, 1
tot 12. 4: 14 en
1
15.8:
1 ad; van 22.9
Ee rste
broedgevallen
trekwaarneming:
·.Oud-Heverlee 1 wespendief, Trek op 2.9: Laatste
irnm.;
Oud-Heverlee
3.10:
zie grafiek
te
Heverlee
Sint-Agatha-Rode:
..---
10
5
tussen lOulO 22.10:
+1
5
-
3
1
.
. '
eks;
2 7.8· tot
9. 5:
3.9:
1 eks.;trek
tussen llu30
waarschijnlijk
Heverlee
1
2
8.
Sint-Agatha-Rode 12.8:
minimum 4 eks maar
5. 5:
en Holsbeek.
eks; Sint-P_gatha-Rode:
trekwaarneming:
A
wijfje; Kessel-Lo
1 eks.
remans i.
.1
1
tenzij anders vermeld)
1 ad; dagelijks van
tot
Voor aantal waarnemingen: Mogelijke
4.3:
naar noordwesten.
Visarend - Pandion
voor jaar:
ibidem
1
veel
en
1Su42
13x
meer.
en 16u25
eks
op 25.8:
8x.
naar zuiden
(M.
Her-
- 12 -
- MiZvus
Rode Wouw
Kessel-Lo 26.2: Lo
23.�:
noorden;
miZvus
1 eks;
Heverlee 20.3:
1 eks na�r zuidwesten; 16.5:
Vossem
leks;
1 eks naar oosten ; 7. 4:
1 eks naar
20.5:
1 eks;
Huldenberg
13.4:
1 eks naar zuiden;
Oud-Heverlee
Holsbeek
Kessel
24.9:
l'eks.
Zwarte Wouw
- MiZvus migrans
11.4:
Nethen
1 eks;
Korbeek-Dijle 13.4: naar
noorden;
���� 5
11.6:
.25.8:
1 eks
1 eks.
1 eks;
9.4:
Bierbeek
- Accipiter
1 mannetje; 2.11:
Kessel-Lo
waarnemingen·
zie grafiek
.
Heverlee
22. 4:
Sint-Agatha-Rode
-
11
10
j
-
6 6
6
-
J 1
-
l
4 4 ' '
A
M
�J
J
Vossem
9.
-
M
1 eks;
nisus
Eerste najaarswaarneming:
-
15.5:
V erder:
1 mannetje naar zuid-zuidwesten.
Laatste voorjaarswaarneming:
F
7.5:
waaronder 2 te Sint-Agatha-Rode.
februariwaarnemingen
Voor a�ntal
J
Blanden
- Accipiter gentiZis
êE�E�=E 41
1 e ks naar noordoosten;
Heverlee
Sint-Agatha-Rode ·
Sint-Agatha-Rode
J
Spe:ruer
A
s
0
N
1 eks naar oosten. 22. 8:
1 eks.
- 13
Sint-Agatha-Rode 27.1: (J.
De.Boe en J.
(P.
De _Becker);
1 eks
�eyvaert);
Buizerd - Buteo
Neerijse kliniekvijver s 3.3:
1 eks
De
7.3:
Boe);
1.eks
De
(P.
Brosens);
Neerijse
Becker�.
buteo
Grote koncentraties: (balts);
1 eks
(P.
1 eks
Voor aantal waarnemingen:
eks
Leefdaal 17.2:
(J.
Oud-Heverlee
kliniekvijvers 11.3:
-
zie grafiek 10.
6
Sint-Agatha-Rode 3.3:
Sint-Joris-Weert
7.11:
eks;
Bierbeek
31.3:
3
7 eks of meer.
1•
-
3�
38
-
il
....---
1� -
H
11
11
g
î .... 1
J
11
A
H
J
J
�10
s
A
Buizerd:
-
0
nover.:ber:, het aar.tal 1·aarrem:·f'.ger. :.s r..ièt
represertatief on.:-'.,7, le var. de aar'J.Jeziq?-:eiè var: de Zeeareri.d te Sint·-Agat r,a--��ode: de v:';jver aldaar uerc
toen zeer i'.ri.ter.sief bezoch.t.
Zeearend - Haliaëtus
Sint-Agatha-Rode mans);
albicilla
10 en
· i�.2 ,:
ibidem van 20.10 tot
Ze lfd.e
oprerl·:irg 1::>-�J svertc'er.
00
1 juv. eks. 18.11:
1
irnm.
(T. Rabau en eks.
J.J.
Strijck
- 14 -
����������������!
- Circus cyaneus
Voor aantal waarnemingen:
zie grafiek lla.
Dank zij de strenge winter waren er ,erg veel Blauwe Kiekendieven in het gebied aanwezig.
3 wijfjes en 2 m annetjes
Eén juniwaarneming:
Sint-Agatha-Rode 11.2:
Maximaal aan-t.al: (P.
De Becker).
K�ssel-Lo 10.6:
Eerste najaarswaarneming:
1 eks
(B.
Augustijns).
Sint-Agatha-Rode 21.9:
1 eks.
11
g 5
1 J
M
A
'1 t1
1
1 J
�
1 11
� a..
j 11 l t
A
s
(e.c.)
0
H
EZ.auue kieker..è.::.ef
Bruine kiekendief - Circus aeruginosus Voor aantal waarnemingen:
zie grafiek llb.
Eerste en laatste waarneming: noorden;
ibidem
3. 1 1 :
Sint-Agatha-Rode 4.4:
1 wijfje of juv.
naar z uiden.
Slechtvalk - Falco per�grinus00 Sint-Agatha-Rode 25.10:
1 eks.
(P. Standaert).
1 im m.
naar
- 17 -
��������!�E
Heverlee 14.5,
1 eks naar noorden
-
Neerijse
Bron 10.4:
Grote
Kleine Plevier
2 eks;
Oud-Heverlee
1 eks;
9.4:
van
§���E����E
Charadrius apricarius
7 tot 28.10;
Oud-Heverlee 9. 1 0:
Kievit--
Vanellus
Heel
jaar door
3.11
het
260 eks;
:
:
2 eks.
Dijle
Rotselaar.
Charadrius squatarola
-
Oud-Heverlee,
-
9. 10
op 10.4 zijn er 5 eks in de
Broedgevallen te Holsbeek en
�����EE�����E
Grootaers).
Charadrius àubius
-
Sint-Açatha-Rode
t'I(
(P.
Charaàrius hiaticula
���!���E�����E
vallei.
00
- Haematopus ostralegus
1 à
3 eks op het slik.
3 eks.
vanellus aanwezig.
Grote koncentraties:
Sint-Agatha-Rode
8.11:
ca
700 eks
Oud-Heverlee (cfr.
blauwe
reiger) .
Kessel-Lo 24 en
25.7:
Oud-Heverlee van
���E���� In
20.10:
- Philomachus
pugnax
5
van 1.4
najaarstrek maximaal
het najaar
te
Sint-Agatha-Rode en
3 eks
aanwezig.
(1 mannetje te Neerijse Grote
(ca 25 eks te Oud-Heverlee), Oud-Heverlee
van In
tot
het voorjaar
12.5
1 eks;
Bron)
tot
veelal pleisterend op de vijver
Zuid die gedurende die
was van 9 tot 13.10 1 eks
periode
afgelaten
aanwezig op de
was.
slikplaten
van Oud-Heverlee Noord.
����!�-���!�� In
het
eks;
-
voorjaar
4.5:
4 e ks;
Tringa enkel 5.5:
erythropus op
Oud-Heverlee
4 eks).
Najaar:
Zuid
(19. 4:
8 eks;
Sint-Ag atha-Rode
29. 4:
8.9:
1
1 eks;
- 18 -
Oud-Heverlee Noord 10.9:
eks.
1
Tureluur - Tringa totanus ----- -
.
�-
Van einde maart tot midmei en van eind juli tot midseptember aan wezig.
Grootste koncentratie:
Oud-Heverlee Zuid 29.4:
14 eks.
Van einde maart tot midden mei en in september doortrekkend, al in kleine groepjes van 4 à Grootste koncentratie:
meest
8 stuks.
meer dan 35 eks te Oud-Heverlee Zuid op
6. 5.
���q��j�
- Tringa ochropus
Van midden maart tot begin mei en v an �egin juli tot midden de _
cember konstant aanwezig, Grootste koncentratie:
meestal in kleine aantallen
minimum 8
(1 à 3).
eks te Neerijse Grote Bron op
6. 4.
§��E�����
Tringa glareola
-
Doortrekker in klein aantal. 2 8 .4: 7,
2 eks;
Te Neerijse Grote Bron,
Te Oud-Heverlee Zuid,
op 8,
op 11.4 en
9 en 19.5 respektievelijk
4 en 1 eks. Geen najaarswaarnemingen.
�������E��
-
Tringa hypoleucos
Aanwezig van eind maart tot begin mei en van begin juli tot midden november. Meestal solitair.
Grutto - Limosa limosa Neerijse Grote Bron 1 8 .3 en 15.4: Sint-Açatha-Rode 29.9:
���E
- Numenius arquata
respektievelijk 1 en 2 eks.
2 eks.
•
Doortrekker in klein aantal. Korbeek-Dijle 2 5.2: lee Zuid 1.4: Najaar: 12.9:
1 eks;
Sint-Agatha-Rode 13.4:
Baasrode 12.8:
2 eks;
1
1 eks.
Oud-Hever
eks.
17 eks naar noordwesten;
Dijlevallei 28.10:
1 eks;
Sint-Agatha-Rode
- 19 -
&/<,
�=�=::::��E
Numenius
-
Heverlee 28.7:
����E���E
-
00
phaeopus
minimum
3 eks naar zuid-zuidwesten
Herremans)
(M.
Gallinago gallinago
Doortrekkend en pleisterend van januari tot april en van begin ' september tot begin november. Grootste koncentratie:
Kluut
- Recur virostr a
Oud-Heverlee 24.3:
5.5 en Najaar:
-
8 eks naar noorden;
6.9:
1 eks
Neerijse Grote
Bron 25.3,
naar westen.
00
Larus melanocephalus 22.4:
1
subadult
(P.
Grootaers;
deze waarneming
bevestigd door een lid van Aves.).
Sint-Agatha-Rode imrn.
(K.
Kessel-Lo
Van
7.1:
Kessel-Lo en
����������� Twree
50 eks.
avosetta
Wijgmaal-Herent
Sint-Agatha-Rode
3
Oud-Heverlee Noord 28.10:
7.5, respektievelijk 4,5 en 5 eks.
��E���E����� werd
Twee juliwaarnemingen.
30.4;
1 eks;
van 19.9 tot
ibidem 9.5:
1 ad en
4.11 pendelden er
3 eks tussen
Wilsele.
- Larus
argentatus juliwaarnemingen
Sint-Agatha-Rode.
Mantelmeeuw
Herremans);
Scharen).
juni- en vier
nerning te
1 ad. -(M.
-
Larus
In de winter vrij
algemeen.
marinus
Sint-Agatha-Rode 4.4:
Stormmeeuw - Larus
te Kessel-Lo en één
4 eks
(V.
Furnelle).
canus
Grootste koncentratie:
Kessel-Lo
7. 1:
meer
dan
75 eks.
juliwaar
- 20 -
Zwarte. stern -
ChZidonias niger
Laatste voorjaars- en eerste najaarswaarneming:
5 eks;
22.4:
ibidem 18.8:
Eén juliwaarneming:
Visdief -
1 eks.
Sterna hirundà
1. 5 :
�������-�����
1 eks;
5 eks
De
(M.
Borman,
Sint-Agatha-Rode
P.
Grootaers);
Oud
1 eks.
20.6:
- Sterna paradisaea
Sint-Agatha-Rode
�����
1 eks.
Sint-Agatha-Rode 13.7:
Sint-Agatha-Rode 22.4: Heverlee
Sint-Agatha- Rode
10 eks.
30.4:
(M.
Herremans)
- Sterna species
Kessel-Lo
30.4:
11 eks
(Noordse
Stern of Visdief).
met deze sternwaarnemingen de Wielewaal,
Koekoek -
CucuZus canorus
46,
1980:
Zie
in verband
74-78.
0
Heverlee 13.4:
1 mannetje zang.
Heverlee
24.4:
1 eks.
!j���2��
- Alcedo atthis
Laatste waarneming:
Eerste waarneming na de strenge
winter:
Oud-Heverlee
14.9:
Oud-Heverlee 6.4:
1 eks.
1 eks.
Vanaf september terug zeer algemeen op de vijvers aanwezig.
Heel Rode,
het jaar door aanwezig o.a.
te
Sint-Joris-Weert,
Sint-Agatha
B ierbeek en Oud-Heverlee.
Boomleeuwerik
-
LuZZuZa àrborea
Heverlee 6.3:
ca 10 eks
Heverlee
1 eks naar oosten.
nemingen:
3.1:
Oud-Heverlee
zuidwesten.
0
naar noordoosten.
28.9:
Eerste en
1 eks;
Eén
winterwaarneming:
laatste najaarswaar
Heverlee
5.11:
1 eks naar
- 21 -
�=�=E������
-
Riparia riparia
Sint-Agatha-Rode
22.3:
0
2 eks.
0
Boerenzwaluw - Hirunào rustica Leuven
20.3:
20.10:
2 eks naar zuidwesten.
Huiszwaluw
1 eks naar noorden.
Delichon urbica
-
Sint-Agatha-Rode
30 à
2 eks.
Oud-Heverlee
0
Laatste waarneming:
ibidem
14.10:
40 eks.
§������ E�� Heverlee
Laatste
Anthus trivialis
-
ó.4:
����E���E�� 14.4:
21.3:
Laatste waarneming:
-
1 eks.
Laatste
0
waarneming:
Oud-Heverlee 13.10:
Anthus spinoletta spinoletta .
.
voorjaars- en ee�ste,najaarswaarnerning:
1 eks;
2 eks.
Oud-Heverlee 14.10:
Grootste koncentratie:
minimum
Oud-Heverlee Noord
Sint-Agatha-Rode
ó eks. 3.11:
ca
40 eks.
- 22 -
����-����
<PK\
-
Motacilla flava
0
Neerijse Grot e Bron
7.4:
��2�!��-����-����
Motacilla flava flavissima
Neerijse 20.4:
-
eks
1
�������-���-���� Neerijse
(P.
Grauwe klauwier
(D.
���2������
Son ck).
1 w ijfje
(P.
De Becker,
1 �ijfje of juveniel
(H.
Blockx,
Snor - Locustella luscinioides Pécrot 29.4:
���!���q��
1 mannetje zang
7.5:
0
(P.
(00) De Becker)
1 mannetje zang.
- Acrocephalus schoenobaenus
Sint-Agatha-Rode
������!���2�� Oud-Heverlee
Primo, D.
P.
Bosmans);
Costrop).
aanwezig te Sint-Agatha-Rode en andere plaatsen.
8.4 balts te Sint-Agatha-Rode.
Kessel-Lo
J.
Lanius excubitor
-
Heel het jaar door Op
en W.
00
Lanius collurio
-
Sint-Agatha-Rode 7.4: Holsbeek 25.7:
00
Grootaers).
Motacilla flava thunbergi
-
2 eks
12.5:
1 eks.
2 2.4:
1 mannetje zang.
- Acrocephalus palustris
9.5:
1 mannetje zang.
Oud-Heverlee 9.5:
1 mannetje zang.
0
- 2:3 -
Tuinfluiter - Sylvia borin Haasrode 5.5:
������2
-
3 mannetjes
------
-.../
Sint-Agatha-Rode
25.4:
21.4:
Kessel-Lo
1 mannetje
1 mannetje
23.3:
1 eks
Sint-Agatha-Rode
f1�����
-
28.2:
zang.
Haasrode 2.5:
1
-
0
eks.
sibilatrix
1 mannetje
����-�!!�2�����2��
0
collybita 1
Phylloscopus
Haasrode 5.5�
zang.
zang.
- Phylloscopus
!i���l�!
1
0
Phylloscopus trochilus
-
0
1 mannetje.
Grasmus - Sylvip communis
�!���
zang.
Sylvia atricapilla
Oud-Heverlee 7.4:
Heverlee
°
zang.
Ficedula hypoleuco
wijfje;
\
0
0
vroegste najaarswaarneming:
Holsbeek
26.7:
eks.
Heverlee
23.5:
���Ei�
Saxicola rubetra
-
Doortrek 14.5:
1
in
mei
wijfje;
1 eks.
en
in
ibidem
september:
Haasrode
26.9:, 1 eks.
13.5:
1 mannetje;
ibièem
- 2� -
������;����E��� Korbeek-Dijle
Sint-Agatha-Rode
Heverlee
Phoenicurus ochruros
25.4:
zang;
1 mannetje
1 mannetje
1 eks
zang;
20.3:
1 wijfje.
zang.
0
0
Kessel-Lo
Eerste·najaarswaarneming:
1 mannetje
1.5:
zang.
1 eks te
Sint-Agatha-Rode op
Heverlee
4.10:
6.9.
Turdus iliacus
Koperwiek ------
Eerste najaarswaarnemi ng:
���2��J�!�� Leuven
21
Heverlee
-
-
2 eks.
Turdus philomelos
-
en
Staartmees
���E
0
zang.
Cyanosylvia svecica
-
Pécrot 29.4:
--
Heverlee
Luscinia megarhynchos
-
5.5:
Blauwborst
-
1 mannetje
3.2:
����!�2���
1 mannetje.
2 4. 3:
Zwarte Rood staart Leuven
0
Saxicola torquata
-
27. 1 1:
respektievelijk
1 en
2
zangposten.
Aegithalos caudatus
16.7:
een
koncentratie van
50
eks.
Fringilla montifringilla
Laatste voorjaars- en Oud-Heverlee
28.9:
eerste najaarswaarneming:
1 eks.
Heverlee
5.5:
1
eks;
- 25 -
����E���-������� Heverlee 1 4.4: een mannetje
��1�
-
Serinus serinus
-
1 eks.
en
januariwaarneming;
5.1:
spinus
Neerijse kliniekvijvers, 10.l: Eerste najaarswaarneming:
§�����l�
Oud-Heverlee
wijfjes.
2
C�rèuelis
Eén
een slaapplaats met 500
Heverlee
10.10:
tot
600 eks.
10 eks.
ca
Carduelis flammea
-
Een winterwaarneming:
Sint-Agatha-Rode
24.2:
1
eks.
Heverlee,
van
4.5 tot 11.7 zang van 2 mannetjes.
������-������i� Heverlee 15.10:
Kruisbek Heverlee lee;
-
Carduelis flammea cabaret
vangst van
1 eks.
Loxia c urvirostra 1 eks.
15.1:
Hèverlee 29.10:
Van 13
21.6 tot
26 �aarnemingen
7.10,
te
Hever
eks.
Wielewaal - Oriolus oriolus Kessel-Lo
16.4:
Bonte kraai Van
25.10
-
tet
Robert
1 eks.
Corvus corone cornix maximaal
1.12
Hermans,
Herwig Blockx,
Lay-out:
Robert
Grafieken: Tekening:
2 eks
aanwezig te
Blijde Inkomststraat
Langeveld 233,
3201
Sint-Agatha-Rode.
130,
3000
Holsbeek
Hermans
Herwi�!1bckx Eric
Gurney
(uit:
'Onze
gevederde
vrienden')
Leuven