Blauwtjes in het Dijleland

Page 1

Blauwtjes in het Dijleland Voorkomen en herkenning van de verschillende soorten

Digitale bijlage bij het maartnummer van de 46e jaargang van De Boomklever, het tijdschrift van de Natuurstudiegroep Dijleland.

Samenstelling Maxime Fajgenblat

NATUURSTUDIEGROEP DIJLELAND


Inleiding Blauwtjes vormen een boeiende groep dagvlinders. Dankzij de vaak intens blauw gekleurde vleugels vallen ze erg op, ondanks hun beperkte grootte. Blauwtjes behoren tot de familie van de Lycaenidae (blauwtjes, vuurvlinders en kleine pages), waar onder andere ook de Kleine vuurvlinder (Lycaena phlaeas) en Sleedoornpage (Thecla betulae) toe behoren. In het begin van deze eeuw werd deze soortgroep in onze regio enkel vertegenwoordigd door het Icarusblauwtje (Polyommatus icarus) en het Boomblauwtje (Celastrina argiolus) (Vercoutere et al. 2006). Hoewel het Icarusblauwtje en het Boomblauwtje nog steeds de enige talrijk voorkomende soorten in onze regio zijn, is er sindsdien heel wat gebeurd. In 2006 mochten we het Bruin blauwtje (Plebejus argus) verwelkomen in onze regio, dat steeds talrijker. In 2013 konden voor het eerst sinds 1954 exemplaren waargenomen worden van het Bleek blauwtje (Polyommatus coridon). Ook een Dwergblauwtje (Cupido minimus) kon dat jaar opgemerkt worden. In 2015 werden dan weer eitjes van het Tijgerblauwtje (Lampides boeticus) aangetroffen. In 2017 kon men voor het eerst in meer dan 50 jaar opnieuw Klaverblauwtjes (Polyommatus semiargus) zien rondvliegen in onze regio. Eveneens in 2017 konden ook voor het eerst in de geschiedenis exemplaren van het Staartblauwtje (Cupido argiades) waargenomen worden.

Icarusblauwtje Š Maxime Fajgenblat


De determinatie van deze fraaie dagvlinders levert soms problemen op. Hoog tijd dus voor een overzichtje van de acht soorten blauwtjes die recent in het Dijleland werden waargenomen met informatie over hoe ze te herkennen. Wie even de tijd neemt om de kenmerken tot zich te nemen, zal merken dat deze blauwtjes relatief makkelijk te herkennen zijn. In de rest van BelgiÍ kunnen nog enkele andere soorten waargenomen worden: het Gentiaanblauwtje, het Adonisblauwtje, het Bloemenblauwtje, het Tijmblauwtje en het Heideblauwtje. Deze soorten, evenals de vele andere soorten die in Europa voorkomen, worden niet behandeld in dit overzicht. Merk dus op dat dit overzicht tot onjuiste determinaties zou kunnen leiden bij gebruik buiten het Dijleland. Hiervoor verwijzen we naar gespecialiseerde veldgidsen. Voor West-Europa is de Veldgids Dagvlinders (KNNV) een ideale en zeer toegankelijke gids. Dagvlinders: Veldgids voor Europa en Noordwest-Afrika is een andere goede en zeer volledige gids voor wie aan de slag wil in heel Europa. We wensen iedereen een blauwtjesrijk vlinderseizoen, en vergeet je waarnemingen niet in te voeren op www.waarnemingen.be! Maxime Fajgenblat Natuurstudiegroep Dijleland Dankwoord Dit overzicht kon niet gerealiseerd worden zonder de talrijke fotografen die hun foto’s met de Creative Commons licentie ter beschikking hebben gesteld. Ook de vele waarnemers die hun waarnemingen van blauwtjes en andere soorten invoerden op www.waarnemingen.be worden bedankt.


BOOMBLAUWTJE Celastrina argiolus Vliegtijd (databron: Waarnemingen.be)

Habitat, waard- en voedselplanten Komt voor in uiteenlopende habitats als tuinen, parken, struwelen, bossen, bosranden en heides. Boomblauwtjes verkiezen voornamelijk struiken als waardplant. De voorjaarsgeneratie zet eitjes voornamelijk af op Hulst en Sporkehout, terwijl de najaarsgeneratie o.a. gebruik maakt van Klimop. Voorkomen in het Dijleland Zeer algemeen. Het Boomblauwtje is samen met het Icarusblauwtje het meest algemene blauwtje in onze regio en kan vrijwel overal aangetroffen worden waar aan de basisvereisten van de soort voldaan is. Vaak wordt niet meer dan ĂŠĂŠn exemplaar tegelijk gezien.

Herkenning De onderkant van de vleugels zijn zilvergrijs met kleine zwarte stipjes. Er zijn geen oranje oogvlekken. De bovenkant van de vleugels is bij de mannetjes blauw en bij de wijfjes lichtblauw, telkens met een brede zwarte rand.


© Guido Van den Wyngaert

© Fred Hoorn

brede zwarte band

© Hans Niekus

© Oscar en Jolanda Balm

© Tom Vermeulen

© A. A. v. d. Velde

© Koos Bakker

© Julien Dua


STAARTBLAUWTJE Cupido argiades Vliegtijd (databron: Waarnemingen.be)

Habitat, waard- en voedselplanten Voornamelijk vochtige, matig voedselrijke hooi- en weilanden met veel vlinderbloemigen, maar ook droge graslanden, goed ontwikkelde bosranden en klaver- en luzernevelden. De imago’s voeden zich voornamelijk met nectar van vlinderbloemigen en gele composieten. De belangrijkste waardplanten zijn Rode klaver, Moerasrolrolklaver en Gewone rolklaver, maar ook andere vlinderbloemigen komen in aanmerking zoals Witte klaver, Luzerne, wikke en honingklaver. Voorkomen in het Dijleland Van oorsprong een eerder Midden-Europese soort, die uitbreidt in noordelijke en westelijke richting - allicht onder invloed van het veranderende klimaat. Het voorbije decennium vestigde de soort zich in het uiterste zuiden van BelgiÍ. In 2017 werd het Staartblauwtje voor het eerst waargenomen (incl. voortplanting) in onze regio, meerbepaald in de Laanvallei. Vermoedelijk zal de soort steeds vaker opgemerkt worden in de toekomst. Herkenning Vrij klein blauwtje, met korte staartjes en twee oranje oogvlekken op de buitenkant van de achtervleugel. Zowel het staartje als deze oranje vlekken kunnen ontbreken bij afgevlogen individuen. Bij wijfjes is de bovenkant bruinblauw, bij mannetjes intens blauw. Zie ook Fajgenblat, M. & Roosen, H. (2018). Ontdekking van Staartblauwtjes (Cupido argiades) in de Laanvallei. De Boomklever 46(1): 3-9.


oranje oogvlekken staartje

© Harm Alberts

© Huib Versloot

© Luc Baekelandt

© Chris van Swaay

© Chris van Swaay

© Pieter Baalbergen

© Harm Alberts

© Simon de Winter


DWERGBLAUWTJE Cupido minimus Vliegtijd (databron: Waarnemingen.be)

Habitat, waard- en voedselplanten Voedselarme (kalk)graslanden. De waardplant is Wondklaver. Verschillende klaversoorten worden gebruikt als nectarplant. Voorkomen in het Dijleland Slechts ĂŠĂŠn waarneming bekend, uit de omgeving van Kessel-Lo in 2013. Vlakbij onze regio komt het Dwergblauwtje sinds recent voor langs de hogesnelheidslijn in Hoksem en omgeving. Aangezien de waardplant slechts op een handvol locaties voorkomt in onze de regio (vaak bescheiden aantallen), is het weinig waarschijnlijk dat populaties zullen ontstaan in de toekomst.

Herkenning Bijzonder klein. De mannetjes hebben de grootte van een vingernagel, de wijfjes zijn iets groter. Bovenkant van de vleugels egaal bruin gekleurd. De mannetjes hebben een blauwige bestuiving (gloed). De onderkant is bij de mannetjes eerder zilvergrijs, bij de wijfjes bruingrijs. De zwarte vlekken op de voorvleugel liggen (bij benadering) op een rechte lijn. Oranje markeringen zijn volledig afwezig op de vleugels.


© Raoul Beunen

© Cora de Groot en Ruud Versijde klein

rechte lijn

© Hennie Cuper

© Raoul Beunen

© Jouke van der Zee

© Rick Schonewille

© Jan Willem de Jong

© Cora de Groot en Ruud Versijde


KLAVERBLAUWTJE Polyommatus semiargus Vliegtijd (databron: Waarnemingen.be)

Habitat, waard- en voedselplanten Schrale, bloemenrijke graslanden met veel Rode klaver, de belangrijkste waardplant. Rode klaver, Witte klaver en rolklaver (maar ook andere soorten) vormen belangrijke nectarplanten voor het Klaverblauwtje. Voorkomen in het Dijleland Kwam tot het begin van de 20e eeuw algemeen voor in de regio maar stierf vervolgens uit, net als in de rest van Vlaanderen. Rond de eeuwwisseling werd de soort opnieuw vastgesteld in de omgeving van Lanaken (Limburg). In 2017 werd een kleine populatie ontdekt in Tervuren, die hopelijk ook in de toekomst blijft voortbestaan.

Herkenning De onderkant van de vleugels is crèmekleurig. De zwarte vlekken op de voorvleugel zijn in een boog gerangschikt. Meestal zijn er geen oranje markeringen (soms wel). De bovenkant van de vleugels is bij het mannetje intens blauw, bij het wijfje egaal bruin. Zie ook Fajgenblat, M. (2017). Ontdekking van een populatie Klaverblauwtjes (Cyaniris semiargus) in Tervuren. De Boomklever 45(4): 103-109.


boogvorm

© Victor T. Moura

© Tim Adriaens

© Frank Cornelis

© Geert Lamers

© Fred Hoorn

© Lukas Verboom

© Cora de Groot en Ruud Versijde

soms oranje oogvlekken © Roelof de Beer


BLEEK BLAUWTJE Polyommatus coridon Vliegtijd (databron: Waarnemingen.be)

Habitat, waard- en voedselplanten Voedselarme (kalk)graslanden met Paardenhoefklaver als waardplant. Voorkomen in het Dijleland Zeer zeldzame dwaalgast. In 2013 doken verschillende individuen op in de regio. Ook in 2017 werd een exemplaar opgemerkt. Omwille van het ontbreken van de waardplant in Vlaanderen, lijkt het uitgesloten dat deze soort hier op termijn een vaste voet aan de grond krijgt. Herkenning De bovenkant van de vleugels van het mannetje is zeer bleek blauw, bij het wijfje bruin (soms blauw bestoven) met bescheiden oranje markeringen. Vaak is er een duidelijk kleurverschil in de onderkant van voor- en achtervleugel. Bij mannetjes gaat het om vuilgrijsbruin en zilvergrijs, bij het wijfje om oranjebruin en bruingrijs. De franje van de vleugels is vaak duidelijk geblokt, door de zwarte aders. Bij afgevlogen vlinders kan dit kenmerk moeilijker zichtbaar zijn. Zie ook Nuyts, P. & De Greef, K. (2013). Bleek blauwtje en co in de tuin van Eden. De Boomklever 41(4): 142-146.


© Roland Wantia

© Ruud van Middelkoop geblokt franje

© Simon de Winter

© Joop Scheijbeler

© Marco van Reenen

© Simon de Winter

© Marco van Reenen

© Anne Sorbes


ICARUSBLAUWTJE Polyommatus icarus Vliegtijd (databron: Waarnemingen.be)

Habitat, waard- en voedselplanten Graslanden en pioniersvegetaties. Rolklaver is de voornaamste waardplant, naast andere vlinderbloemigen. Vlinderbloemigen vormen ook de meest gebruikte nectarplanten. Voorkomen in het Dijleland Zeer algemeen. Samen met het Boomblauwtje het meest algemene blauwtje in onze regio. Kan plaatselijk hoge aantallen bereiken. Herkenning De bovenkant van de vleugels is bij mannetjes intens blauw, bij wijfjes blauwbruin tot egaal bruin met oranje markeringen. Op de onderkant van de voorvleugel komt een wortelvlek voor. In sommige gevallen ontbreekt deze wortelvlek echter (icarinus vorm), maar i.t.t. Bruin blauwtje is er geen hockeystick (zie Bruin Blauwtje). De drie stippen op de onderkant van de achtervleugel vormen een stompe hoek. De franje van de vleugels is wit en niet geblokt.


wortelvlek

stompe hoek

© Rita Scholing / Nico Graafland

© Rita Scholing / Nico Graafland

© Sandra Brennand

© Dirk en Walda Hennebel

© Julien Dua

wit, ongeblokt franje

© Simon Post

wortelvlek afwezig bij icarinus vorm

© Cor Noorman

© Ed van der Es


BRUIN BLAUWTJE Plebejus argus Vliegtijd (databron: Waarnemingen.be)

Habitat, waard- en voedselplanten Eerder schrale en droge graslanden en pioniersvegetaties. De waardplanten zijn Gewone reigersbek en ooievaarsbek. De vlinders gebruiken vnl. gele kruiden als nectarplant. Voorkomen in het Dijleland In 2006 voor het eerst opgemerkt in de regio, en komt sindsdien op steeds meer locaties voor. Doorgaans is het aantal individuen lokaal beperkt. Herkenning De bovenkant is bij beide geslachten volledig bruin, met oranje vlekken. Het Bruin blauwtje kan dus verward worden met wijfjes van het Icarusblauwtje. Op de onderkant van de voorvleugels ontbreken echter altijd de wortelvlekken (zie witte pijl). Daarnaast vormen de drie stippen op de achtervleugel een rechte hoek (denkbeeldige hockeystick), terwijl deze bij het Icarusblauwtje een meer stompe hoek vormen. Het Bruin blauwtje is ook iets kleiner dan het Icarusblauwtje. Zie ook Moreau, K. (2006). Het Bruin Blauwtje: een nieuwe vlindersoort in het Dijleland. De Boomklever 34(3): 99-100.


wortelvlek afwezig

rechte hoek

© Peter Hoppenbrouwers

© Peter Hoppenbrouwers

© André den Ouden

© Hans Niekus

© Gerard Roest

© Ed van der Es

© Ria en Sjaak

© Joop Scheijbeler


TIJGERBLAUWTJE Lampides boeticus Vliegtijd (databron: Waarnemingen.be)

Habitat, waard- en voedselplanten Kan in principe overal opduiken, met name op locaties waar veel vlinderbloemigen groeien. Europese blazenstruik is de voornaamste waardplant, maar ook Veldlathyrus komt bijvoorbeeld in aanmerking. Voorkomen in het Dijleland Afrikaanse soort die In 2015 vond een groot invasiejaar plaats in West-Europa, en ook in het Dijleland konden in Kessel-Lo eitjes gevonden worden. Imago’s zijn de laatste nog niet opgemerkt in onze streek, maar dat zal wellicht niet lang meer duren. Op basis van de collectie van notaris Halflants bleek de soort wel opgemerkt te zijn in het Zoniënwoud in de jaren ‘60. Herkenning Onmiskenbaar door de combinatie van wit-gestreepte onderkant van de vleugels, vrij lange staartjes en zwarte oogvlekken. Vrij groot blauwtje. Het Tijgerblauwtje heeft wat weg van de veel algemenere Eikenpage, maar deze laatste soort ontbreekt onder andere de witte streping. Zie ook Boerave, M. (2015). Het Tijgerblauwtje laat sporen na in de Dijlevallei. De Boomklever 43(4): 108.


© Johan Seys

© Simon de Winter lang staartje

© Paul Helsen

© Antonio Fontoira zwarte oogvlekken

© Ingmar van der Brugge

© Martin Schlüpmann

© Tom Vermeulen

© Ria Vogels


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.