•
"
J
,..
�-
-�-
Jaargang 42
Tijdschrift van de Natuurstudiegroep Dijleland •
J
Il
-
,._".
december 2014
-
r-S NATUURSTUDIEGROEP �
dijleland
Regionale werkgroep van Natuurpunt Studie vzw
n atu u rp u nt
S1ud10
De Boomklever
Bestuur
Kris Van Scharen (voorzitter/penningmeester), Korbeekstraat 27,
•
3061 Leefdaal, 02-7672638 •
Bruno Bergmans, Klaverstraat 44, 8000 Brugge, 0498-760722
•
Bart Creemers, Aarschotsesteenweg 420, 3012 Wilsele,
Driemaandelijks tijdschrift van de Natuurstudiegroep Dijleland. De Boomklever brengt bijdragen over studie en beheer van de biodiver siteit in het Dijleland en verschijnt viermaal per jaar (maart, juni, sep tember, december).
0496-893106 •
Kelle Moreau, Meibloempjeslaan 2, bus 3, 8400 Oostende
•
Pieter Moysons, Engerstraat 144, 3071 Erps-Kwerps, 0499/28.82.89
•
Hans Roosen, Abstraat 101, 3090 Overijse, 02-6879518
•
Roel Uyttenbroeck, Langeveld 76, 3220 Holsbeek, 0495-628863
•
Gert Vanautgaerden, Tulpenlaan 7, 3052 Blanden, 0477426868
•
Koen Vandenberghe, Blijde Inkomststraat 85/5, 3000 Leuven, 0485162619 Thomas Vandenberghe, Heilige-Geeststraat 6 bus 2, 3000 Leuven,
•
0474/40.96.09 André Verboven, Groeneweg 60, 3001 Heverlee, 016-238184
•
Werkgroep vogels •
Algemeen coördinator: Kelle Moreau (kelle.moreau@gmail.com)
•
Watervogeltellingen, Luc Hendrickx( luchendrickx2003@yahoo. com)
•
Trektellingen: Gert Vandezande (gert.vandezande @telenet.be)
•
Bijzondere Broedvogels: Pieter Moysons (pieter_moysons@ hotmail.com)
Werkgroep zoogdieren
Archivering waarnemingen: Kelle Moreau
•
(kelle.moreau@gmail.com) •
Vleermuizen: Hans Roosen (roosenhans@yahoo.com)
•
Hamster: Gert Vanautgaerden (vanautgaerden.gert@gmail.com)
Redactie
Gert Vanautgaerden,Roel Uyttenbroeck en Kris Van Scharen Redactieadres
Artikels, foto's en korte bijdragen worden verwacht op het redactiese cretariaat, p/a Gert Vanautgaerden (vanautgaerden.gert@gmail.com) ofRoelUyttenbroeck (roel_uyttenbroeck@hotmail.com) Het copyright van de tebten, il lustraties en foto's blijft bij de res pectievelijk e auteurs, tekenaan en fotografen. Overname is mogelijk mits hun uitdrukkeliJ'ke toelating en bronvermelding
De Boomklever ontvangen door overschrijving van 15 €op reke
ningnummer 001-1552168-50 van de Natuurstudiegroep Dijleland, met opgave van naam en adres. Een steunábonnement kost 20 €of meer.
...... WlW Werkgroep bijen •
Archivering en rapportering waarnemingen: Koen Vandenberghe (koen.vandenberghe@gmail.com)
Werkgroep planten en webmaster •
Themaverantwoordelijke: Thomas Vandenberghe (thomas.vdberghe@gmail.com)
Natuurpunt is de grootste vereni ging voor natuur en landschap in Vlaanderen. Ze telt 88.000 gezinsle den en beheert 19.000 hectare natuurgebied. Lid worden van Na tuurpunt vzw kan aoor storting van 24 €op rekeningnummer 230-0044233-21.
www.natuurpunt.be Website: www.natuurstudiegroepdijleland.be
Regiopagina: dijleland.waarnemingen.be Rondzendlijst Dijleland: ga naar http://groups.yahoo.com/neo/
groups/Dijlevallei/info, maak een Yahoo ID aan en klik op 'join group'. Bij aanmeldingsproblemen, contacteer roel_uyttenbroeck@hotmail.com.
•
Layout: Chantal Deschepper Layout cover: Koloriet Druk: www.Koloriet.info Oplage: 240 ex. v.u.:
Kris
Van Schami,
3061 Lufdaal
Korbeekstraat .27,
Editoriaal Het jaar 2014 zal de boeken ingaan als een zeer uitzonderlijk jaar, gaande van de zeer milde winter tot de lange, lange zomer die we gehad hebben en de records die gebroken werden voor de warmste dagen eind oktober en begin november. Dit alles had zo zijn weerslag op de natuur. Niet alleen zorgde een natte augustusmaand voor veel paddenstoelen, deze waren zo verdwenen als sneeuw voor de zon toen de droge september en oktober aanbraken. Het werd aangenaam trektellen bij zachte temperaturen en uitzonderlijke aantallen zoals verderop in dit nummer besproken wordt. De Dijlevallei mocht meer dan 5% van de Belgische totalen voor haar rekening nemen. En onze mooie regio was ook op andere vlakken uitzonderlijk dit jaar met het heel spannende en gelukkig goed afgelopen broedgeval van Rode wouw, een soort die al meer dan een decade in Vlaanderen niet meer tot broeden kwam. Maar ook op kleinere schaal was er nieuws te rapen zoals de waarneming van de Witte sparspanner, beschreven verderop in dit nummer. Het smaakt naar meer voor 2015 ! Ik wil via deze weg ook onze vele vrijwilligers en vooral onze auteurs van het voorbije jaar hartelijk bedanken voor hun kostbare tijd en de moeite die ze in de werking van de Natuurstudiegroep en onze Boomklever staken. Zonder hen zouden wij deze toffe nieuwtjes en belangrijke resultaten voor natuurbeheer en -behoud nooit kunnen verzamelen en rapporteren in dit blad. En tenslotte natuurlijk ook een bedankje aan alle waarnemers en enthousiastelingen te velde die er weer een fantastisch natuurstudiejaar van hebben gemaakt. Het redactieteam wenst aan al de lezers dan ook fijne feesten en een voorspoedig en natuurrijk 2015 ! Gert Vanautgaerden Redacteur
De Boomklever
-
december
2014
1 OS
Vogels
.·;j7
.
�-�;.
Rode wouw broedt in het Dijleland in _2014! Twee rode wouw pulli op het nest, 11-07-2014. Foto: Ingrid
el
Afgelopen zomer bracht een koppeltje rode wouwen Milvus
milvus met succes jongen groot in het Dijleland. Ze vonden hier voldoende rust en voedsel om minstens 2 jongen vliegvlug te krijgen.
Rode wouw patrouillerend boven het Dijle/and op 26-4-2014. Foto: Johan De Cock
Het is de eerste keer dat deze soort met zekerheid tot broeden komt in Vlaams-Brabant en ook in de rest van Vlaanderen is de soort als broedvogel een zeldzaamheid.
(Hans Roosen, Kris Van Scharen, Kelle Moreau)
1 06 De Boomklever - december 2014
-:""" . .
Vogels
::; .
. ?(
-
Inleiding Rode wouwen zijn in het Dijleland zeker geen
vervolging, vergiftiging door pesticiden en
onbekende. In deze regio worden doortrekkende
rodenticiden, en een wijzigend landgebruik.
rode wouwen immers wel vaker gezien, waarbij
Daarom
brengen Birdlife
International en
het vooral in het voorjaar om actief doorvliegende
IUCN de soort onder in de categorie 'Near
vogels gaat die een rechte lijn richting noordoosten
Threatened'.
volgen. In het voorjaar van
2014
werd er echter
gedrag vastgesteld dat sterk afweek van dit patroon, toen een exemplaar werd geobserveerd dat laag en in een grote boog rustig over de akkers vloog, alsof hij het terrein inspecteerde. Even later verdween hij in zuidelijke richting, alsof hij terugkeerde naar zijn overwinteringsgronden.
In
de
daaropvolgende
dagen
en
weken
werden vaak één, en heel snel ook twee vogels samen gezien wat de verwachtingen rond een mogelijk broedgeval deed toenemen.
Hoe
onwaarschijnlijk ook want in deze eeuw (én de voorgaande!) werd er geen sporen van mogelijke
broedgevallen
in
het
Dijleland
teruggevonden.
Overwinteren doen noordelijke vogels vooral op het Iberische schiereiland (7.000 tot 10.000 vogels),
van
vogels
geringd in Zweden, Duitsland, Denemarken
Espaiiola de Ornithologica- SEO). Slechts weinig vogels wagen blijkbaar de oversteek naar Noord-Afrika. Alles lijkt erop te wijzen dat de rode wouw in het Dijleland nog niet eerder broedend kon worden vastgesteld. Hens (2000) pluisde alle regionale historische Literatuur uit en vermelde
de
soort
uiteindelijk
enkel
als
doortrekker. Ook in de rest van V laanderen de
rode
toevallige
Status en trend van rode wouw in Europa De rode wouw kent een beperkte verspreiding in Europa en broedt hoofdzakelijk van Zuid over
terugmeldingen
en Zwitserland (Pájaros de Espafia- Sociedad
is
Zweden
met
Duitsland,
het
zuidoosten
van de Benelux en Oost-Frankrijk tot het Iberisch schiereiland en Italië. De soort werd geherintroduceerd in Groot-Brittannië en is daar nu terug talrijk in het zuidwesten. Het is dus een zo goed als exclusief Europese roofvogel (95% broedt binnen de Europese grenzen). De totale populatie werd in 2004 op
19.000-23.000 paren geschat, een cijfer dat in 2009 werd bijgesteld tot 21.000-25.500 paren. De lichte toename in deze schattingen verhult echter regionale verschillen, met weliswaar een recente toename in het noorden maar tegelijk een afname in het zuiden van Europa. Oorzaken hiervoor zijn voornamelijk
wouw
nooit
broedvogel
meer
geweest.
dan
een
De laatste
gevallen betroffen een broedend paar te Ursel (Oost-Vlaanderen) in 1998 en een mislukt broedgeval te
Ieper
(West-V laanderen) in
2000 (Vermeersch, 2004). In de Voerstreek, waar rode wouwen van het einde van de jaren 80 tot het einde van de jaren 90 jaarlijks broedden, werd vanaf 2000 echter geen enkel broedgeval meer bewezen. In Nederland, waar het eerste broedgeval zich voordeed in 1976, werden tijdens de jaren 80
8 gevallen geregistreerd, maar in de jaren 90 broedde de soort alweer onregelmatiger en ging het om slechts enkele gevallen (van Manen, 2000). De Lage Landen liggen aan de rand van het broedareaal van de rode w ouw, waar het
populatieschommelingen eerst
merkbaar
worden.
doorgaans Voor
meer
betekenisvolle aantalstrends kijken we dus beter naar de naburige Waalse, Duitse en Franse populaties.
De Boomklever
-
december 20 14
1 07
In Wallonië vestigde de soort zich (na eerder te zijn verdwenen) opnieuw vanaf de vroege
Rode wouw vroeger
•••
jaren 70. Eind jaren 80 ging het hier reeds
Vandaag de dag blijft de rode wouw op
om ca. 20 paren. Dé grote expansie kwam
wereldvlak een behoorlijk schaarse (en bijna
er echter tijdens de jaren 90, tot een stabiele
bedreigde) soort. Dat is echter niet altijd zo
populatie van 150-180 paren werd bereikt in
geweest. Tot en met de zestiende eeuw waren
de periode 2001-2007 (Voskamp & van Rijn,
rode wouwen veel minder zeldzaam. Vooral
2010). Wellicht worden deze sterk gestegen
in en rond de grotere Europese steden zoals
aantallen niet enkel door een toename van
Parijs en Londen moet de soort regelmatig
de soort verklaard, maar ook deels door het
waar te nemen zijn geweest (Bijlsma, pg 86.).
uitvoeren
van
volledigere
inventarisaties
dan aanvankelijk het geval was. Het Waalse
Steden van toen zagen er heel wat anders
verspreidingsgebied
uit dan de relatief propere steden die we nu
beperkt
van
de
zich hoofdzakelijk
rode tot
wouw
een
20
à
kennen. Met open riolen, stortplaatsen per
50 km brede band langsheen de Duitse,
wijk en etensresten die gewoon op de straat
Luxemburgse en Franse grenzen (Lorraine),
werden gegooid moet er in die tijd heel wat
en de populatie is momenteel gezond in
meer voedsel aanwezig zijn geweest voor
vergelijking met die in de naburige gebieden
deze aandachtssoort (al dan niet onder de
en van groter belang dan aanvankelijk werd
vorm
ingeschat. In Frankrijk werd vooral in het
door een prima voedselbron voor een hele
noordoosten - het aan België grenzende deel
populatie
- een afname genoteerd, en die trend heeft
,2005). Helaas (?) zou dit niet blijven bestaan.
van
ratten(plagen)). rode
wouwen
Het dus
hele
jaar
(Coote,M.
zich inmiddels ook in de Belgische Lorraine
Toenemende zorg voor een hygiënischere
ingezet. Langs de Duitse kant boomde de
leefomgeving zou het tij doen keren voor
populatie in de jaren 70 en 80 maar deed zich
deze wouwen. De behulpzame 'opruimer'
tijdens de jaren 90 een sterke afname voor,
van gisteren werd al snel verguisd en als een
voornamelijk in het noordoostelijk - alweer
echte pestsoort beschouwd. Opeenvolgende
aan België grenzende - deel. Momenteel lijkt
"Vermin
de afname in Duitsland (waar ongeveer de helft van de wereldpopulatie broedt) in de meeste regio's gestopt te zijn. In Frankrijk en Spanje leek deze negatieve trend tot voor kort nog steeds door te zetten (Proceedings of the Red kite International symposium, 2009). De broedgevallen in Wallonië en V laanderen liggen dus in de meest noordwestelijke hoek van het Europese verspreidingsgebied indien men de geherintroduceerde en hoofdzakelijk sedentaire
populaties
Koninkrijk
(zowel
als
Schotland)
in
in
even
het
Verenigd
Wales,
Engeland
buiten
beschouwing
laat. Vermeldenswaardig is wel dat deze geherintroduceerde populatie tegenwoordig reeds meer dan 1800 broedparen telt (bron: http://www.rspb.org.uk)!
Acts",
waarbij
De Boomklever
-
december 2014
deze
rode
wouwen als 'ongedierte' werden beschouwd en dus met alle middelen werden uitgeroeid (o.a. omdat deze zogezegd schadelijk zouden zijn voor de zich ontwikkelende landbouw). Dit zorgde er voor dat de Rode wouw rond
1800 in Engeland en Schotland als broedvogel was verdwenen (Fellowes M. and M. Orros,
2012). Elders in Europa ging het niet beter. Bovendien kwamen hier vanaf de tweede helft van de negentiende eeuw nog chemische bestrijdingsmiddelen en het geweer bij. Voor de rode wouw als aaseter gaven vergiftigde krengen vaak de genadeslag. In Frankrijk gaf de adel en de koninklijke entourage aan hoe met rode wouwen moest worden omgegaan. Lodewijk XIII (01601-1643) joeg in de vlakten van Saint-Denis op vliegende rode wouwen met behulp van Giervalken.
1 08
ook
'e · � ., . ..
Hij liet zijn vangsten weer vrij vanuit de
Vogels
Niets wereldschokkends, maar wel een leuk
vensters van het Louvre ná de twee binnenste
fait-divers. In de weken die daarop volgen
staartpennen te hebben weggeknipt. Vandaar
zijn er herhaalde waarnemingen in de regio,
zijn Franse naam "Milan Royal", gezien de
waarbij regelmatig een jagend exemplaar kon
jacht op deze soort was voorbehouden aan het
worden waargenomen boven de wtgestrekte
koninklijk gevolg (LPO,
landbouwgebieden. Vermoed werd dat het
2014).
hier een pleisterend exemplaar betrof, dat Ook dichter bij huis zal blijken dat deze soort
in de loop van de komende dagen weer zou
in de achttiende eeuw wellicht niet meer in
doortrekken.
de Nederlanden broedde: de rode wouw (en overigens ook de zwarte wouw Milvus
migrans) werd niet als broedvogel behandeld in
monumentale
het
standaardwerk
12
Op
april wordt er echter opnieuw een
waarneming gedaan van 2 exemplaren samen (de exacte locatie wordt hierbij niet vermeld
2015
Nederlandsche Vogelen (Cornelis Nozeman en
om een mogelijke broedpoging in
Christiaan Sepp, 1770-1829, in 2014 in facsimile
alle kansen te geven). Deze keer wordt door de
prachtig heruitgegeven door Uitgeverij Lannoo
waarnemer gemeld dat de dieren meermaals
ook
en de KB-NL). Wouwen werden maar in
samen in een bos verdwenen. Op zijn minst een
één zinnetje vermeld en als zijnde verwant
verdachte waarneming en geheel onverwacht!
met de kiekendieven (Milvus aeruginosus)
Aangezien deze waarneming van een paar in
voorgesteld!
geschikt broedbiotoop volgens de SOVON criteria (datumgrenzen rode wouw:
Verloop
van
het
Dijle
landse broedgeval in 2014
-
15
1
april
juli) als een geldige waarneming gold,
werd door de Natuurstudiegroep Dijleland beslist in
om
deze
samenspraak
online
met
waarnemingen
Natuurpunt
Studie
Zoals hoger reeds werd vermeld konden er
systematisch te laten vervagen. Dit bleek een
geen historische broedgegevens van rode
goede beslissing te zijn aangezien er in de
wouw in onze regio worden teruggevonden.
daaropvolgende week zo goed als dagelijks
W él kan de soort als regelmatige doortrekker
waarnemingen van de soort (regelmatig
worden beschouwd. Tot 2014...!
ex. samen) werden ingegeven. Op
18
2
april
volgde een eerste duidelijk bewijs van een het
concrete broedpoging. Beide adulten werden
Dijleland in de eerste twee maanden van dit
waargenomen terwijl ze nestmateriaal van
jaar, dienden we tot eind maart te wachten
de akkers plukten en daarmee in de richting
vooraleer de eerste waarnemingen werden
van een bos verdwenen. Dit zou er op kunnen
opgetekend. Op
maart werd de aftrap
wijzen dat het broedkoppel reeds met de
gegeven met een negental waarnemingen
'fijnere' afwerking van het nest was gestart.
(zowel ter plaatse als doortrekkend) van rode
Ook op
Na
het
ontbreken
30
van
de
soort
m
20 april was
er een waarneming van
wouw verspreid over het Dijleland (Tervuren,
een vogel die mogelijk met nestmateriaal (of
Overijse, Leefdaal, Heverlee, Kessel-Lo). Leuk
dan toch een prooi?) in de richting van het bos
was een waarneming van twee exemplaren
verdween. Doorheen de hele periode werden
die diezelfde dag langdurig jagend konden
ook regelmatig interacties met kraaien en
worden waargenomen op het plateau van
buizerds vastgesteld. Met die laatste soort
Sterrebeek
betrof het vaak hevige gevechten in de buurt
Tervuren.
(Zaventem)
op
de
grens
met
van de nestlocatie.
De Boomklever
-
december 2014
1 09
Rode wo11w in het Dijle/and met Bruine rat in de poten op 14-5-2014. Foto: Johan De Cock
Op 27 april werd een mooie waarneming van
Op
baltsende vogels gedaan, net nadat één van
waarnemers in de buurt van de nestsite
beide exemplaren een prooi had gevangen.
opnieuw 2 rode wouwen samen gezien. Het
De dieren vlogen hierbij hoog op en in volle
wijfje legt normaal 1-3 eieren (met een interval
vlucht werd aan prooioverdracht gedaan.
van 3 dagen) en start met broeden vai:iaf het
Op 3 mei werden beide oudervogels het
eerste ei. Met een broedduur van 31 tot 38
laatst samen opgemerkt, gevolgd door ruim
dagen volgens de literatuur (SOVON, RSPB)
een maand met zo goed als dagelijks één
en een vermoedelijke aanvang van de eileg in
of meerdere waarnemingen van een enkel
de eerste week van mei, kan deze waarneming
jagend of overvliegend exemplaar.
9
juni
worden
door
verschillende
In de
op 9 juni wijzen op (de start van) het uitkomen
buurt van de nestsite werd wel een enkele
van de eieren. De jongen vliegen na 45 tot
keer waargenomen dat beide oudervogels
50 dagen uit (SOVON). In uitzonderlijke
kortstondig opvlogen en snel weer invielen
gevallen wordt het uitvliegen van de jongen
(17 mei).
zelfs pas na 60 tot 70 dagen waargenomen (RSPB). Na talrijke waarnemingen van een
Vanuit contacten
de
Natuurstudiegroep
gelegd
met
de
werden
eigenaar
en
enkel jagend exemplaar duurt het echter tot 21 juni vooraleer er weer 2 adulten samen
toevallige
worden gezien. Op 27 juni kan tijdens een
verstoring van de nestsite te voorkomen.
bezoek aan de nestsite worden vastgesteld
Half mei kon worden vastgesteld dat er een
dat er donsjongen op het nest aanwezig zijn.
terreinbeheerder
teneinde
broedende vogel op het nest aanwezig was:
Naast de witte dons zijn er al kleine rossige
vanop een veilige afstand kon een gevorkte,
veertjes op de staart en de vleugels aanwezig.
over
worden
Verder zag het nest er vrij 'proper' uit en was er
waargenomen. Het nest bevond zich op een
op het eerste zicht geen rommel aangesleurd
20-tal meter hoogte in de vork van een beuk
(zoals wouwen dat wel eens durven doen).
het
nest
uitstekende
staart
(Fagus sylvatica). 1 10
De Boomklever
-
december 20 14
�".,
�-l�·i ...
Een goede 2 weken later (11 juli) kan worden
Vogels
,�
.
Habitat- en voedselkeuze
vastgesteld dat er nog steeds (minstens en waarschijnlijk exact) 2 jongen op het nest
Dat de rode wouw als broedvogel opduikt
zitten. Ze krijgen stilaan een bruinrossige
in
kleur, hebben een echte wouwenkop en zitten
formaat, maar gezien de landschappelijke
al goed in de veren (zie foto 1. Nel). Vanaf 21
kenmerken van de streek ook niet onlogisch.
juli lijkt er een verhoogde activiteit te zijn in
Golvende
de buurt van de nestsite. Regelmatig worden
namelijk het favoriete jachtterrein van de
dan adulten gezien die met een prooi in de
soort. Hier vindt de soort een relatief gaaf
poten boven de nestsite cirkelen (doch steeds
landschap dat doorsneden wordt door holle
weer invallen zonder dat er een juveniel kan
wegen
worden gezien). Begin augustus worden ook
hooilanden in de valleigebieden én grote
duidelijk de klaaglijke bedelroepjes van de
historische boscomplexen zoals het Zoniën
jongen in de buurt van de nestsite gehoord.
en Meerdaalwoud.
Het blijft echter wachten
tot 9 augustus
Daarnaast vormen de landbouwplateaus -
vooraleer 2 adulten simultaan met minstens
mede door heel wat agromilieumaatregelen
1 jong kunnen worden gezien! Enkele dagen
voor Europese hamster en akkervogels (mond.
het
Dijleland
en
is
een
verrassing
cultuurlandschappen
houtkanten,
van
vormen
afgewisseld
met
een
med. VLM) - een gedekte tafel voor een
waarneming van een juveniel dier gedaan.
soort die ondermeer leeft van knaagdieren.
Hoogstwaarschijnlijk hebben de jongen dan
2014 was bovendien een uitzonderlijk goed
ook in de eerste dagen van augustus het
muizenjaar. In de loop van het broedseizoen
nest verlaten. Vanaf half augustus werden
kon meermaals worden vastgesteld dat de
minder waarnemingen gedaan. Het mindere
lokale
weer in augustus heeft hier mogelijk een rol
ook bruine ratten (dit bleek uit meerdere
voordien
(5
augustus)
werd
reeds
vogels
naast
kleinere
knaagdieren
gespeeld. De voorlopig laatste waarneming
bewijsfoto's, zie foto J. De Cock) als prooi naar
van een juveniele rode wouw werd gedaan te
het nest brachten.
Bertem op 24 augustus. Daarnaast werden er
Als typische aaseter werden er hier dan
een aantal waarnemingen van rode wouwen
ook
in Waals-Brabant genoteerd (drie exemplaren
van een rode wouw die langsheen (snel)
samen
wegen patrouilleerde op zoek naar voedsel.
foeragerend
op
13
september
te
meerdere
waarnemingen
gedaan
Tourinnes-Saint-Lambert (Walhain)) wat een
Met zowel
mogelijke verklaring zou kunnen zijn voor de
steenwegen in de ruime omgeving zal dit
relatieve afwezigheid in de daaropvolgende
lokale broedkoppel ongetwijfeld van heel wat
weken.
De voorlopig laatste waarneming
aas zijn voorzien. De waarneming van een
van een aan dit broedgeval verbonden rode
foeragerend exemplaar op een platgereden
wouw
egel vormt hier een mooi voorbeeld van.
werd
genoteerd
op
16
september
de
vormt
E40,
de
illegale
E314
als
talrijke
te Bertem (een exemplaar overvliegend in
Tegelijk
noord westelijke richting).
aaseters nog steeds een serieuze bedreiging.
De Boomklever
vergiftiging
-
december 2014
voor
1 1 1
-.
.!)rt
·-_:!...• .
Vogels
,' . �·\ · .
Tussen begin juni en half juli kwamen er, naast
Referenties
de talrijke waarnemingen vanop de plateaus,
Aebischer, A. 2009. Distribution and recent population changes of the Red Kite in the Western Palaearctic results of a recent comprehensive inquiry. Proceedings of the Red Kite International Symposium, October
ook meer waarnemingen uit de valleigebieden binnen. Ongetwijfeld heeft het maaibeheer van de talrijke graslanden in o.a. de Dijlevallei er
aan
bijgedragen
tijdstippen
vers
dat
en
er
op
makkelijk
geregelde bereikbaar
voedsel op de plank kwam te liggen. Ook boven net gehooide weilanden op de plateaus werden
meermaals
waarnemingen
van
foeragerende rode wouwen gedaan (o.a. 1 ex. te Huldenberg plateau op 15 mei en 18 juli).
Toekomstperspectieven? Een vaste vestiging van de rode wouw als Vlaamse
broedvogel
(inclusief
terugkeer
in de Voerstreek) wordt omwille van de dalende trends in de grensstreken van onze buurlanden
niet
onmiddellijk
verwacht.
Ook in Wallonië blijft de soort - ondanks de stabiele populatie - gevoelig aan wijzigingen in landgebruik in het agrarisch landschap. Hoe het de Waalse rode wouwen in de nabije toekomst zal vergaan, en of deze populatie op termijn toch als bron voor regelmatiger opduikende Vlaamse broedvogels zal kunnen fungeren, kan enkel de toekomst uitwijzen. We kijken dus nieuwsgierig uit naar de resultaten van de Waalse broedvogeltellingen van 2015 waarin ook een census van de rode wouw op het programma staat. En naar het Dijleland, waar we de soort in 2015 uiteraard opnieuw hopen te mogen verwelkomen.
Dankwoord Vanuit
de
Natuurstudiegroep
Dijleland
wensen we alle mensen te bedanken die bijgedragen hebben aan het welslagen van dit eerste
broedgeval
in
Vlaams-Brabant.
Hierbij denken we in het bijzonder aan de eigenaar en terreinbeheerder voor de goede samenwerking en de kans om dit broedgeval van nabij te kunnen opvolgen, maar ook aan de vele waarnemers die gedetailleerde waarnemingen ingaven, Natuurpunt Studie, ANB, VLM etc.
1 1 2 De Boomklever
1
-
december 2014
2009, France: 12-14. Paris: LPO Mission Rapaces. Birdlife International, 2014. Species factsheet: Milv11s 111ilv11s. Downloaded from http://www.bird life.org on 17 /09/2014 Bijlsma R., 1993, Rode wouw, Milv11s 111ilv11s in: Ecologische atlas van de Nederlandse Roofvogels, p 86 Coote,M. ,2005, Red kites in B11ckinglla111shire, at : martyn.coote@bbc.co.uk Fellowes,M. and M. Orros, 2012, Red kites at Reading, in: www.redkites.net and the Chiltren AONB Conservation Board Hens M., 2000. Avifauna van het Dijleland. Gedocumenteerde soortenlijst 1901 - 2000. In: Vogels in het Dij/eland (M. Hens, Ed.). De Vrienden van Heverleebos en Meerdaalwoud i.s.m. De Wielewaal afdeling Leuven, Leuven, 185-238 p. LPO, 2014, Présentation du Milan royal - petite histoire, in: rapaces.Ipo.fr@milan-roya1/su ivi-et-conservation SOVON Vogelonderzoek Nederland 2014. lnformatie per soort: Rode wouw (Milvus 111ilv11s); telrichtlijnen: https://www.sovon.nl/nl/soort/ 2390 The Royal Society for tl1e Protection of Birds (RSPB) 2014. Birds by name - Red Kite (Milv11s 111ilv11s): http:// www.rspb.org.uk/discoverandenjoynature/discov erandlearn/birdguide/name/r/redkite/index.aspx Van Manen W. 2002. Rode Wouw, Milv11s 111ilv11s. In: Atlas van de Nederlandse broedvogels 1998-2000 (50VON Vogelonderzoek Nederland, Ed.). Nederlandse Fauna 5. Nationaal Natuurhistorisch Museum Natu ralis, KNNV Uitgeverij & European lnvertebrate Sur vey-Nederland, Leiden, 153 p. Vermeersch G., 2004. Rode Wouw. In: Atlas van de V laamse broedvogels 2000-2002 (G. Vermeersch, A. Anselin, K. Devos, M. Herremans, J. Stevens, J. Gabri els & B. Van Der Krieken, Eds.). Mededelingen van het Instituut voor Natuurbehoud 23, Brussel, 288-289 p. Vogelbescherming Nederland 2014. Detailpagina Rode wouw (Milvus milvus): http:// www.vogelbe scherming.nl/ vogels_kijken/ vogelgids/ zoekresul taat/detailpagina/q/vogel/179 Voskamp P. & van Rijn S., 2010. Milan Royal, Milvus milvus. In: Atlas des oiseaux nicheurs de Wallonie 2001-2007 Q.-P. Jacob, C. Dehem, A. Burnel, J.-L. Dam biermont, M. Faso!, T. Kinet, D. van der Elst & J.-Y. Pa quet, Eds.). Série <Faune - Flore - Habitats> n°5. Aves et Région wallonne, Gembloux, 176-177 p.
Kempens roodbont rund of Galloway? Onderzoek naar lokale Belgische rassen voor de begrazing van natuurgebieden in Vlaams-Brabant en de Dijlevallei Inleiding
Methode
Sinds 1975 wint het gebruik van begrazing
Het onderzoek is gebaseerd op 374 ingevulde
als beheersmaatregel in natuurgebieden aan
enquêtes. Voor Vlaams-Brabant ontvingen we 119 ingevulde enquêtes, waarvan 17
populariteit. Met behulp van grote grazers bestrijdt men verruiging en verbossing. Ook zorgen grote grazers voor verschraling van natuurgebieden.
Veel
groeien
nauwelijks
niet tot
zeldzame
planten
op een
rijke
ondergrond (veel voedingsstoffen), daarom is
verschraling belangrijk.
Begrazing
van
natuurgebieden groeit de laatste jaren uit tot één van de belangrijkste beheersmaatregelen in natuurgebieden in Vlaanderen (Cosyns & Hoffmann, in Hermy et al.,
2004). Tot op
heden gebeurt dit vooral door inzet van buitenlandse rassen (bv. Galloway, Limousin, koniks) (Piek, 1991). Lokale Belgische rassen (bv.
Ardense
rund)
zijn
voskop,
Kempens
tegenwoordig
roodbont
zeldzaam:
hun
voortbestaan wordt bedreigd door de sterke industrialisering
(Van
den
Bergh,
1999).
Lokale rassen inzetten in de begrazing zou een nieuw fokdoel voor deze rassen kunnen creëren. Voor
een
onderzoek
aan
de
KULeuven
(Tilkin, 2014) werd de inzetbaarheid van grote grazers in het natuurbeheer in Vlaanderen geëvalueerd.
We onderzochten of er een
maatschappelijk draagvlak is voor de inzet van lokale rassen en of ze buitenlandse rassen effectief zouden kunnen vervangen. Daarnaast bekeken we welke soort grote grazer het meest geschikt is voor een bepaald natuurtype en een bepaalde beheersvorm. Voor dit artikel focussen we op de provincie Vlaams-Brabant,
met
inbegrip
van
de
Dijlevallei. We gaan na hoe de beheerders, bezoekers van natuugebieden en fokkers in Vlaams-Brabant denken over de inzet van lokale Belgische rassen in de begrazing.
fokkers van lokale rassen, 79 bezoekers van natuurgebieden en 23 beheerders van natuurgebieden in Vlaams-Brabant. De fokkers en de natuurbeheerders werden persoonlijk via email gecontacteerd. De bezoekersenquête werd via sociale media verspreid. De bevraging
liep van 20 december 2013 tot 1 maart 2014. De belangrijkste vragen betroffen de mening van de drie doelgroepen omtrent: • inzet van buitenlandse rassen versus lokale Belgische rassen; • de aantrekkelijkheid van grote grazers voor publiek; • de geschiktheid van lokale Belgische rassen voor de begrazing; • gebruik van diverse beheersvormen: rasters versus herder, jaarrond begrazing versus seizoensbegrazing; • de verschillende natuurtypes die het beheerde natuurgebied bevat en eventueel positief/ negatief verband met bepaalde grote grazers; • de herintroductie van grote grazers die historisch in ons land voorkwamen (Eland, Wisent). In dit artikel focussen we ons vooral op het thema van de inzet van buitenlandse rassen versus de inzet van lokale Belgische rassen. De enquête-resultaten werden verwerkt via het programm a SPSS. Daarnaast werd een literatuuranalyse uitgevoerd in de vorm van een kenrnerkentabel. Deze tabel somt 24 relevante kenmerken voor het natuurbeheer van 44 soorten/ rassen grote grazers op en vergelijkt ze onderling ten opzichte van vijf bepaalde natuurtypes (grasland, bos, heide & landduinen, slik & schor, kustduin). De kenrnerkentabel werd geanalyseerd via SPSS, Clustan Graphics en PC ORD (met behulp "van clustering).
De Boomklever
-
december 2014
1 13
Belgisch Wit Blauw dubbeldoelrund. Foto: Staf Van den Bergh
Resultaten en beschouwing
Op de fokkersenquête reageerden 59 respondenten (17 voor Vlaams-Brabant), op de bezoekersenquête 238 respondenten (79 voor Vlaams-Brabant) en op de beheerdersenquête 171 respondenten (23 voor Vlaams-Brabant). (Fig. 1).
De grootste groep bezoekers (57%; p<0,001) uit Vlaams-Brabant bezoekt een natuurgebied 1-5 keer per jaar. Daarnaast geeft ook 19% aan meer dan 16 keer per jaar een natuurgebied te bezoeken. De belangrijkste redenen om een gebied te bezoeken zijn recreatie (44%) en rust (72%; p<0,001), waarbij men over het algemeen de aanwezigheid van grote grazers minder belangrijk vindt (13%). Toch weten bezoekers grote grazers in een natuurgebied wel appreciëren: 40% (p<0,001) geeft aan dat het gebied wel aantrekkelijker wordt als er wilde grote grazers aanwezig zijn. Gedomesticeerde grazers lijken minder populair: slechts 23% (p<0,001) geeft aan dat gedomesticeerde grazers het gebied aantrekkelijker maken. Het welzijn van de grote grazers in natuurgebieden laat het publiek niet onberoerd: het merendeel (58%; p<0,001) vindt het belangrijk dat de dieren een schuilplaats geboden wordt tegen slechte weersomstandigheden en dat ze bijgevoederd worden in de winter (54%; p<0,001).
1 14 De Boomklever
-
december 2014
Bijna driekwart van de bezoekers uit Vlaams Brabant (71%; p<0,001) verwacht ook dat de dieren onder controle van een dierenarts staan. We kunnen hieruit afleiden dat bezoekers niet open staan voor natuurlijke begrazing (begrazing met zo min mogelijk menselijke inmenging, waarbij de dieren jaarrond in een gebied verblijven). Bezoekers verwachten over het algemeen goede en juiste zorg voor de grote grazers.
Buitenlandse rassen worden algemeen geacht meer robuust te zijn, meer zelfredzaam en meer winterhard, vandaar vaak de voorkeur voor rassen als Galloway, Limousin, Schotse hooglander en konik in het natuurbeheer. Dit zien we ook terug bij de enquête van de beheerders, waar 48% de buitenlandse rassen robuuster vindt dan de lokale Belgische rassen. Bezoekers hebben hier echter een andere mening over: 78% (p<0,001) geeft aan geen probleem te hebben met de inzet van lokale rassen in de begrazing. Lokale rassen zijn wat hen betreft even zelfredzaam (60%; p<0,001) als buitenlandse rassen. We kunnen hieruit concluderen dat waar we geen maatschappelijk draagvlak vonden voor meer natuurlijke begrazing (zoals bijvoorbeeld jaarrond begrazing), we wel een maatschappelijk draagvlak terugvinden voor het inzetten van lokale Belgische rassen in de begrazing. Wat bezoekers uit Vlaams Brabant betreft, zijn lokale rassen welkom in het natuurbeheer.
.
-.., . '. . , ·-
?,":'' .
�:t.·' .. '
We zoomen kort in op de bezoekers afkomstig uit
de
Dijlevallei.
Ook
hier
bezoekt
de
grootste groep (63%; p< 0,001) gemiddeld 1-5 keer per jaar een natuurgebied, waarbij ze aangeven dat de hoofdredenen om een gebied te gaan bezoeken, de afstand tot hun woonplaats (75%; p= 0,046) en rust (69%) zijn. Toch kunnen ook grote grazers op hun interesse rekenen: de groep die bereid is meer dan 75 km af te leggen om een natuurgebied
te bezoeken, stijgt van 25% van alle bezoekers naar 38% indien er grote grazers aanwezig zijn in het gebied. Ook de bezoekers afkomstig uit de Dijlevallei staan open voor lokale Belgische rassen: 81% (p= 0,058) geeft aan geen probleem te hebben indien men lokale rassen zou inzetten in de begrazing en 68% beschouwt lokale rassen even zelfredzaam en winterhard als de gangbare buitenlandse rassen (bv. Galloway). Deze cijfers zijn lichtjes hoger dan bij de respondenten over heel Vlaams-Brabant, maar niet significant hoger. We zagen eerder al kort dat beheerders wat betreft
geschiktheid
van
buitenlandse
en
lokale rassen van mening verschillen met de bezoekers. We sommen even enkele cijfers over de bevraagde natuurbeheerders in Vlaams-Brabant op. Alle
bevraagde
beheerders
van
Vlaams
Brabant vallen onder Natuurpunt vzw (p<0,001). Beheerders vinden dat grote grazers vooral een meerwaarde bieden op vlak van recreatie (52%), biodiversiteit (56%) en ecologie (70%). 42% (p= 0,032) van de bevraagde beheerders in Vlaams-Brabant maakt effectief gebruik van grote grazers in het beheer van hun gebied. Ze hebben hierbij een duidelijke voorkeur voor seizoensbegrazing (p= 0,106) (slechts 13% geeft aan liever jaarrond te begrazen). Daarnaast gebruiken ze liefst grazers die geen schuilgelegenheid nodig hebben (52%) en geen bijvoeder in de winter nodig hebben (61%). Dit staat haaks op de mening van het merendeel van de bezoekers en zou mogelijk aanleiding tot onenigheid kunnen geven indien de bezoekers niet voldoende geïnformeerd worden.
Beheer
Voor wat betreft de mening van beheerders omtrent buitenlandse en lokale rassen weten we al dat 48% van de beheerders (de grootste groep) buitenlandse rassen robuuster vindt dan lokale rassen. Maar rechtstreeks gevraagd naar hun voorkeur, geeft slechts 4,3% van de beheerders in Vlaams-Brabant aan buitenlandse rassen te verkiezen. 43% heeft geen voorkeur voor buitenlandse rassen boven lokale rassen. 26% van de beheerders (p=0,365) geeft aan dat lokale rassen bezoekers meer aanspreken. Ook vinden ze dat lokale rassen verdienen om meer ingezet te worden omdat ze vlotter beschikbaar zijn (46%; p=0,048) en daarnaast verbetert de inzet van lokale rassen de samenwerking met lokale boeren (61%; p=0,072). Beheerders zouden, moesten ze de vrije keuze hebben, het liefst werken met de lokale rassen Kempens rund (22%; p=0,007), Wit-Blauw dubbeldoel rund (26%; p=0,022), Ardense voskop (26%; p=0,022) en Kempens schaap (17%; p=0,002), naast de klassiek gebruikte rassen zoals Galloway, konik en Schotse hooglander. De grootste groep van de beheerders (57%) staat open voor een samenwerking met Steunpunt Levend Erfgoed en deze grootste groep (52%) wil ook een pilootexperiment met een lokaal Belgisch ras overwegen. Vanuit de bezoekers zien we een positief geluid omtrent lokale Belgische rassen. Ook de grootste groep van de beheerder wil het inzetten van lokale Belgische rassen overwegen. Naast deze twee doelgroepen, is ook de mening van de fokkers van de lokale Belgische rassen belangrijk, zij bepalen mee de slaagkans van pilootexperimenten met lokale Belgische rassen. De bevraagde fokkers in Vlaams-Brabant fokken onder andere volgende (zeldzame) rassen: Belgisch trekpaard, Vlaams paard, Belgisch Wit-Blauw dubbeldoel rund, Kempens roodbont rund, Ardense voskop, Vlaams schaap, Schotse hooglander, Ouessant schaap, Dwerggeit en Toggenburger.
De Boomklever
-
december 2014
1 15
,-
Beheer
':·'!.:,
: �( ' .
.:•"
Fig1111r 1: Verspreidi11gsknnrte11 voor de provincie Vlnnms-Brabnnt, voor de fokkerse11q11ête (a), de belieerderse11q11ête (b) en de bezoekerse11q11ête (c).
1 16
De Boomklever
- december 2014
Kempens rund. Foto: Kurt Sannen
65% ras
(p=0,098) geschikt
van
voor
de
fokkers acht
zijn
begrazingsprojecten
in
We zouden kunnen stellen dat het hier gaat om de meer gevoelige rassen, waarbij de fokkers
natuurgebieden. Zo kan 88% (p<0,001) van
omwille van de gekende gevoeligheid hun ra
de rassen buiten blijven in de winter met
ook minder geschikt achter voor begrazing.
schuilplaats en bijvoeder (zonder beiden:
Een voorbeeld hiervan is Belgisch trekpaard,
maar
al moeten we dit resultaat nuanceren. Uit de
zonder bijvoeder: 35%; p=0,072). 46% geeft
24%
(p=0,043),
enquĂŞte blijkt een groot verschil van mening
wel aan dat zijn ras menselijke hulp nodig
tussen de fokkers van Belgische trekpaarden
kan hebben bij het werpen van de jongen
omtrent de vragen over de robuustheid en
(tegenover
bij
geschiktheid voor begrazing. Zo geeft de helft van de bevraagde fokkers van Belgisch
aan
trekpaard aan dat zijn ras wel geschikt is voor
zijn
dat
schuilplaats
het werpen verwacht). Slechts 18% geeft dat
41%
met
ras
geen
problemen
hoogwaardige
voeding
nodig heeft (waar vaak een gebrek aan is in
begrazingsprojecten.
voedingsanne natuurgebieden), bijvoorbeeld Belgisch trekpaard en Dwerggeit. 58% geeft
Van de bevraagde fokkers in Vlaams-Brabant
wel aan dat zijn ras problemen kan krijgen
verwacht 88% (p=0,005) geen problemen bij
indien het lange tijd in nat gebied verblijft
het zogen van de jongen en 94% (p=0,003)
(natuurgebieden zijn vaak nattere gebieden
van de fokkers geeft aan dat zijn ras geen
die ongeschikt zijn voor landbouw).
genetische afwijkingen kent. 70% van de fokkers staat open voor samenwerking met
Fokkers die aangeven dat hun ras genetische
natuurbeheer om hun ras in te zetten in de
afwijkingen kent, geven ook eerder aan dat
begrazing (hoewel maar 65% aangeeft dat zijn
hun ras problemen heeft met werpen zonder
ras hiervoor geschikt is). We merken hierbij op
hulp (rs= 0,515, p=0,034), problemen met het
dat de fokkers uit Vlaams-Brabant positiever
zogen van de jongen (rs= 0,751; p=0,001) en
lijken dan de algemene cijfers die we van alle
eerder hoogwaardige voeding nodig heeft (rs=
bevraagde fokkers uit Vlaanderen bekwamen.
0,515, p=0,034).
Daarbij achtte 46,8% van de fokkers zijn ras
Daarnaast achten ze hun ras eerder minder
geschikt voor begrazingsprojecten en stond
geschikt voor begrazingsprojecten (rs= -0,808;
iets minder dan de helft van de fokkers open
p<0,001).
voor samenwerking met natuurbeheer.
De Boomklever
-
december 20 14
1 17
� ...
--
-·--
�
___ "
------
"1:
. ,.
·:t.1 ·�. "
Beheer
' ... . . ...
Conclusie
Concluderend lijkt er zeker een toekomst
Referenties
te zijn voor de lokale Belgische rassen in
Hermy M, de Blust G & Slootmaekers M, 2004.
het
natuurbeheer
in
V1aams-Brabant
en
de Dijlevallei. Het publiek staat open voor de
aanwezigheid
natuurgebieden
van
en
lokale
acht
rassen
deze
in
doorgaans
even zelfredzaam als buitenlandse rassen. Ook beheerders staan voor het merendeel
Natuurbeheer. ARGUS VZW, Natuurpunt VZW en Uitgeverij Davidsfonds NV. 451 p. Piek
C,
1991.
Themadagen
Begrazing.
Natuurmonumenten, 44 p.
open voor samenwerking met lokale boeren de
Tilkin S, 2014. Evaluatie van de inzetbaarheid van
helft van de beheerders in Vlaams-Brabant
grote grazers in het natuurbeheer in V laanderen:
wil een
een verkennende analyse. Masterthesis, 71 p.
en
Steunpunt
Levend
erfgoed.
Zeker
pilootexperiment met een
Belgisch ras overwegen.
Ook
de
lokaal fokkers
geven aan dat zij een samenwerking met het natuurbeheer zien zitten: 70% wil graag samenwerken, waarvan 65% aangeeft zijn ras ook volledig geschikt te achten voor begrazingsprojecten.
Hiermee
tonen
de
fokkers in Vlaams-Brabant zich positiever tegenover samenwerking dan de bevraagde fokkers in heel V1aanderen. Daarnaast zien we dat vooral seizoensbegrazing een voorkeur heeft en er voor meer natuurlijke begrazing geen maatschappelijk draagvlak bestaat in Vlaams-Brabant. Dit biedt de mogelijkheid samen te werken met de lokale boeren om ook de minder winterharde rassen in te schakelen in de begrazing, daar zij in de winter kunnen terugkeren
naar
de
boeren
en
zich
niet
moeten zien te redden in het natuurgebied. De inzet van lokale (zeldzame) rassen zou tevens een preserverende functie hebben en op deze manier zou het natuurbeheer kunnen bijdragen aan het instandhouden van ons levend erfgoed.
Dankwoord Bedankt aan alle beheerders, bezoekers en fokkers die mijn enquêtes hebben ingevuld en zo het onderzoek mee mogelijk hebben gemaakt.
Ook
bedankt
aan
prof.
Martin
Hermy voor zijn steun en raad tijdens het onderzoek.
Sarah Tilkin sarah. tilkin@gmail.com
1 1 8 De Boomklever
-
december 2014
Van den Bergh S, 1999. Themanummer de Ark: de Belgische zeldzame schapenrassen. Oosterzele 1. 98 p.
. .
..
·
").".
...
Insecten
:. _
Sint-Jnnskr11id11il. Foto: Krien Hansen
Vrijdagavond 29 augustus 2014. Na enkele
Het is dus afwachten of de soort de komende
weken van koud en nat 'zomer'weer, zetten we
jaren onder invloed van klimaatverandering
(Krien & Els) eindelijk de nachtvlinderval nog
gaat toenemen. Koude winterperiodes kan
eens op in de tuin. 's Morgens, op 30 augustus,
hij wellicht niet overleven. De naam van
miezert het als we de val leegmaken. Soorten
deze nachtvlinder is trouwens goed gekozen:
die we niet direct op naam kunnen brengen,
de rupsen van de Sint-janskruiduil leven van
worden snel gefotografeerd om nadien rustig
hertshooisoorten, met name Sint-janskruid.
te kunnen determineren. Want, zelfs na 6 jaar
Dit is één van de vele voorbeelden van een
nachtvlinders determineren in de tuin, is het
zeldzame nachtvlinder die aan een algemene
voor sommige soorten nog altijd puzzelen tot
plantensoort gebonden is.
we er de juiste naam op kunnen plakken. Al tijdens het leegmaken van de nachtval, valt
De
ons een onbekende uil op en een op het eerste
zoekwerk.
zicht afgevlogen exemplaar van een 'moeilijk
beginnen
te determineren' uil.
de 'nonnekesmethode': het bladzijde voor
De
tweede
onbekende Niet
zoeken,
zorgt
goed
weten
grijpen
we
voor
meer
waar terug
te
naar
te
bladzijde doorbladeren van de 'uilensectie'
determineren uil blijkt een Sint-Janskruiduil
van de veldgids 'Nachtvlinders' van Waring
(Chloantha
Sint
en Townsend. In een eerste reactie klinkt het
zeer
'da's
onbekende
Janskruiduil
maar
hyperici) is
een
te in
eenvoudig zijn.
De
Vlaanderen
een
niet-Nederlandse
soort,
zonder
zeldzame soort waarvan de voorbije tien jaar
Nederlandstalige naam'. Maar dat idee wordt
slechts een handvol vindplaatsen bekend zijn.
snel aan de kant geschoven, wegens niet erg
Opvallend is dat de soort vooral stedelijke
waarschijnlijk.
milieus verkiest. Zo was er een inrruddels
(Chilodes maritima) lijkt ons de juiste soort, we
verdwenen
kijken immers naar een afgevlogen exemplaar.
populatie
in
de
Antwerpse
wordt
de
De
soort
Smalvleugelrietboorder
agglomeratie en wordt de soort sinds 2009 ook
Zo
ingevoerd
op
www.
geregeld in centrum Hasselt gezien. Mogelijk
waarnemingen.be, samen met die ene scherpe
heeft dat te maken met het hitte-eiland-effect
foto die we hebben. Zaterdagnamiddag is er
van stadscentra. De Sint-Janskruiduil staat
al reactie van admin Wim: 'heb je het beestje
bekend als een warmteminnende soort, die
nog? Het lijkt me een Vale stofuil (Proxenus
bijvoorbeeld in Zuid-Europa veel algemener
hospes)'. Nadat Wim te rade ging bij andere
is dan in West- en Centraal-Europa. De soort
nachtvlinderspecialisten en het bekijken van
zit in Vlaanderen aan de rand van zijn areaal;
extra - onscherpe - foto's is hij zeker. Het was
in ons land werd hij overigens pas in 1987
dus wel degelijk de 'niet-Nederlandse soort'.
voor het eerst waargenomen, in Brussel. Uit Nederland zijn slechts een handvol meldingen uit de jaren 1990 bekend, maar de laatste 15 jaar lijkt de soort daar ook afwezig te zijn.
De Boomklever
-
december 2014
1 19
,.,,.
_<''
Insecten
.'>
Tot slot van dit artikel een enthousiaste oproep: nachtvlinders inventariseren in eigen tuin is een enorm boeiende hobby. Je blijft nieuwe soorten ontdekken. Niet alleen plezant voor je eigen tuinlijst, maar je helpt ook het verspreidingsgebied van nachtvlinders mee in kaart brengen. En zo draag je jouw steentje bij aan wetenschappelijk onderzoek.
Heb je interesse om ook mee te werken aan het nachtvlindermeetnet? Neem Vale stof11il. Foto: Krien Hm1sen
dan contact op met Wim Veraghtert van de dienst studie van Natuurpunt wim. veraghtert@natuurpunl be
De Vale stofuil is te onderscheiden •
door het kraagje op het vrij forse borststuk
•
de vleugels liggen niet plat op elkaar
•
moeilijker
te
zien
op
het
gevangen
Krien Hansen
exemplaar, maar er zijn restanten van
met dank aan Wim Veraghtert
zwarte stippen op de vleugel
(Natuurpunt, dienst Studie)
de soort heeft een opvallende adering in het zoom veld.
De waarneming van Vale stofuil op Kesselberg bij Leuven, is de eerste waarneming van deze soort in V laanderen. De soort werd voor het eerst in België waargenomen op 24 oktober 1996, in Esneux (Liège). Ook toen was het een
afgevlogen exemplaar. In Nederland werd het eerste exemplaar op 20 juni 2007 gezien, in Borsele (Zeeland). Ook in Groot-Brittannië werd de soort al gemeld.
De
Vale
stofuil
heeft
Referenties: een
Mediterraan
verspreidingsgebied en verkiest warme, open gebieden. In Turkije zijn de warme en vochtige theeplantages het geliefkoosde habitat van
•
www.waarnemingen.be
•
www.waarneming.nl
•
P.
en
M.
Townsend,
De Prins W., Proxenus hospes, a new species for the Belgian fauna,
Phegea 36 (3) (01.
IX.2008): 99 •
Hans
van
Kuijk en
Anna
de buurlanden, de exemplaren die hier gezien
Athetis
worden zijn dus waarschijnlijk zwervers.
Nederland, www.vlindernet.be
1 20
De Boomklever - december 2014
Veldgids
Nachtvlinders , Tirion, 2006 •
deze soort. Het aantal waarnemingen van deze soort lijkt niet toe te nemen, ook niet in
Waring
hospes,
een
nieuwe
Almekinders, soort
voor
, ,... ..
;�. '
�"-
.
�:�.:, i! .."C.
lnseaen
!.
De Witte sparspanner, een vlinderverrassing in Tervuren , Is het beginnersgeluk? Misschien wel. Ralph Vandiest startte in juni 2014 met nachtvlinders kijken en kon na amper enkele maanden reeds een uiterst zeldzame soort noteren in zijn tuin te Vossem (Tervuren). Daarmee wordt nog maar eens ge·111ustreerd hoe boeiend nachtvlinders vangen in een gewone tuin kan zijn.
Witte spnrspnnner Ee11 unieke vondst i11 de Dijlevnllei ! Foto: Rnlph Vn11diest Na
een
kennismaking
met
nachtvlinders
Na minder dan een half jaar nachtvlinderen
tijdens een inventarisatie in het Margijsbos
staat de tuinlijst op 227 soorten, inclusief
vatte Ralph Vandiest in juni de koe bij de
micro-nachtvlinders. Daaronder vinden we
horens: hij bouwde zelf een nachtvlinderval
een aantal interessante (maar soms lokaal
en startte met de inventarisatie van zijn tuin.
algemene)
bossoorten
zoals
Geelblad,
Aangezien veel nachtvlinders nogal mobiel
Marmeruil,
zijn en Vossem niet ver gelegen is van de
Ook
boscomplexen van het Zoniënwoud en van
zeldzame Tere
de Dijlevallei, was te verwachten dat dit heel
goed vertegenwoordigd in de lijst. De mee t
wat ging opleveren. Een gewone tuin in een
bijzondere
klassieke V laamse wijk die echter gelegen
totnogtoe was die van een Witte sparspanner
is in een heel biodiverse regio: dat staat
(Thera vetustata) op 18 september 2014.
Gele
uil
bosrankgebonden
én
en
Katwilguiltje.
soorten,
zomervlinder, verrassende
zoals
de
zijn redelijk waarneming
garant voor een lange soortenlijst. Dankzij de jarenlange
inventarisatie-inspanningen
van
onder meer Paul Nuyts en Bernard Misonne liggen in deze streek overigens enkele van de meest soortenrijke hokken van V laanderen, wat macro-nachtvlinders betreft (374 soorten in UTM-hok FS02B te Overijse). De Boomklever
-
december 2014
111
..
',-: .
lnseaen
/-.
l"'
·
1 �
•
�
Het exemplaar dat 's ochtends in de vlinderval
Zoals
werd aangetroffen, was niet eenvoudig op
sparspanner een echte naaldbossoort.
naam te brengen. Aanvankelijk werd eerst
vinden we onder nachtvlinders wel meer en
gedacht aan een Blauwrandspanner (Plemyria
alle soorten uit het genus T hera zijn overigens
rubiginata), een vrij algemene soort met een
gebonden aan coniferen. Terwijl de rupsen
enigszins
De
van de vrij algemene Naaldboomspanner
witte velden op de voorvleugel waren bij het
zowel op sparren als dennen kunnen leven,
exemplaar uit Vossem echter roomkleurig
is de Witte sparspanner kieskeuriger: die
en
anders
is gebonden aan sparren, met een sterke
gekarteld dan bij een Blauwrandspanner en
voorkeur voor zilverspar (Abies alba). Niet
ook de kleur en tekening in het zoomveld
meteen
klopten niet helemaal. Bovendien komt de
verwacht dus. Klaarblijkelijk vertoont de Witte
'jizz' ook niet overeen. Het beestje werd weer
sparspanner wel zwerfgedrag want recent
vrijgelaten, maar niet nadat eerst een foto was
werd hij ook aan de Britse lijst toegevoegd,
genomen en gepost op www.waarnemingen.
met een waarneming op 9 oktober 2011 in
be. Het was nachtvlinderadmin Leo Janssen
West-Sussex.
die het beestje al snel wist te benoemen als
Met
Witte sparspanner.
aan de hand.
gelijkende
fijnbestoven,
vleugeltekening.
de
golflijn
was
de
naam
een
die
soort
aangeeft,
die
is
je
in
naaldbossoorten
lijkt
de
Witte Die
Vlaanderen
wel
wat
Er is nog een 'zilverspar' -
soort die de laatste jaren opgedoken is en in
inmiddels vaste voet aan de grond heeft: de
Nederland voorkomt, is de soort ook niet
Dennenbandspanner (Pungeleria capreolaria).
afgebeeld in de nachtvlindergids van Waring
Nadat deze soort in Vlaanderen voor het
& Townsend. In V laanderen was de Witte
eerst gezien werd in 2006 wordt ze vooral
sparspanner al een enkele maal gezien, met
de laatste jaren meer en meer gezien. Niet
name in Dilbeek in 1985. In Wallonië is de
alleen blijkt die soort goed te zwerven, vooral
soort al lang gekend, en werd ze al genoteerd
rondom Brussel wordt ze met een grote
in
Het
regelmaat gezien wat het bestaan van lokale
voorkomen is er momenteel wellicht beperkt
populaties doet vermoeden. Waarnemingen
de provincies Luik en Luxemburg. Ook in
van 5 exemplaren op een avond in het
de zuidelijke landshelft is het een bijzonder
Kapucijnenbos
schaarse soort. Dat in de databank van www.
Hallerbos wijzen in die richting. Zilversparren
waarnemingen.be
www.observations.be
komen er in die bossen echter nauwelijks voor.
slechts één melding van deze soort te vinden
Neemt de Dennenbandspanner ook genoegen
is (Vielsalm, 13 juni 2014), geeft aan hoe
met andere naaldbomen? Of gaat die soort
zeldzaam hij is. Mogelijk komt hij wel meer
evolueren naar een tuinsoort? Vragen voor
voor in de wijde regio in en rond de Hoge
de toekomst. . . Van de Witte sparspanner
Venen, die door (Vlaamse) nachtvlinderaars
wordt, vooral gezien zijn zeldzaamheid in
recent niet intensief onderzocht werd. De
Wallonië, niet meteen verwacht dat de soort
Witte sparspanner vliegt in twee generaties:
in Vlaanderen de komende jaren nog veel
in
gezien zal worden.
Aangezien
zowat
de
Witte
alle
sparspanner
Waalse
en
niet
provincies.
(voor)zomer generatie in juni en een
in
Tervuren
of
7
in
het
najaarsgeneratie in september-oktober.
Wim Veraghtert Wim.veraghtert@natuurpunt.be
122
De Boomklever
-
december 2014
...
.
1�· .
��--- �, :.:.:�:·.-
Simultaantrektellingen
•r...
.f.. " •
!
..,
...
t
!. -c$
.-
-�
"
" (""
"
<-
!.
. �
""'".
i <
� (.
�
j_
!
19/10
s.
�
-1.
cr
"
..,
'
!. �
·� � !.
cijfermateriaal 4/10 &
....
�
-.
t
�
,_
Vogels
·
.,. -;;-·� ...
"�
'"'
t. �
.,..
i
"
>�
�
r� �
'
•"' 4
Memorabel ... fantastisch ... ongezien ... zalig ... een reeks uitlatingen van trektellers die je kon nalezen op allerlei media. In volle zon en bij temperaturen van meer dan twintig graden was het een lust voor het oog om tienduizenden vogels te zien passeren op weg naar hun winterkwartieren. Zoals voorspeld ... de afwezigen hadden ongelijk. In België waren 66 telposten bemand en werden op deze twee dagen 980.577 vogels geteld.
Houtduiven in volle vlucht, oktober 2014. Foto: Gert Vnndeznnde
De eerste trekteldag 4/ 10 brak heel wat records. Zo werd het totaalrecord verpulverd als we vergelijken met de voorbije 5 jaren :
r.-·-=·,
·
.-
1 •
:J
t" .- l4
-�
"•(
:1··
·
Jaar
2009
2010
2011
2012
2013
2 014
Totaal
107.304
113.435
170.963
91.642
66.171
297.822
In het noorden en het midden van het 1
Vink
/
Vink spec.
105.484
land werden de telposten overspoeld door ongeziene aantallen Zanglijsters.
2
Zanglijster
45.109
Opmerkelijk was ook het grote aantal
3
Spreeuw
36.657
doortrekkende
4
Graspieper
26.597
5
Veldleeuwerik
23.742
uitschieters waren 25 Kraanvogels over
6
Kievit
14.053
Tongeren, 2 Zwarte Ooievaars aan de
7
Kneu
10.679
991
8
Witte Kwikstaart
5.380
en
9
Aalscholver
3.889
10
Rietgors
2.142
Een
totaal
Grote
van
indrukwekkend
Zilverreigers. is
556
te
noemen.
bepaald Andere
Vinkemolen in Zwalm, 13 Ooievaars,
5
Kolganzen, evenveel
Blauwe
Visarenden,
37 Rode
Bruine
Kieken, en
Kiekendieven,
620
een
Wouwen
Buizerds,
8
opmerkelijk
aantal van 179 Torenvalken. Ook 62
Smellekens, 14 Boomvalken, 12 Slechtvalken en 1 Roodpootvalk. Verder nog 77 beflijsters, 5 Grote Piepers, 8 Roodkeelpiepers, 9 Baardmannetjes, een Klapekster, 5 Buidelmezen, 6 Europese Kanaries, 159 Appelvinken en 1 IJsgors.
De Boomklever - december 2014
1 23
.
Vogels
'
·
'".-;.:
-\�;· ,···
Ook de tweede trektelling op 19/10 brak records. Zo werd het totaalrecord opnieuw scherper gesteld als we vergelijken met de voorbije 5 jaren :
T,·:cccc lcll.rg
-
r-i
crjcr c·ktobc�
Jaar
2009
2010
2011
2012
2013
Totaal
159.723
186.426
372.638
351.117
600.786
Er werden 48 Rode Wouwen geteld (waarvan het merendeel op conto kwam van één Waalse telpost: Benonchamps met 34 ex.), 701 Buizerds, 35 Smellekens en
heel weinig Blauwe
kiekendief,
slechts 2 (drie tot zes keer minder dan de voorbije jaren). Ook slechts
100 Roeken. Op de Geitenberg had een Morinelplevier de nacht doorgebracht, behoorlijk laat op het jaar voor deze soort. Door het warme weer nog meer late zomergasten: Gele Kwik 13 (vorig jaar 0), Boompieper 10 (vorig jaar 1), Huiszwaluw 15 (vorig jaar 1). Wel iets minder Boerenzwaluw: 102 (vorig jaar 149 ex.). Opnieuw opmerkelijke aantallen beflijsters : 94 ex.
TOP 10
saort
1
Vink / Vink spec.
313.564
2
Houtduif
186.358
3
Spreeuw
62.069
4
Veldleeuwerik
55.540
5
Koperwiek
21.737
6
Graspieper
12.289
7
Kauw
10.644
8
Kievit
7.703
9
Kneu
6.737
10
Aalscholver
5.362
De stijgende trend in de totaalaantallen is vooral te danken aan het toenemend aantal trektellers. Het trektellen zit dan ook duidelijk in de lift de laatste jaren. En hoe zat het nu in de eigen regio, onze Dijlevallei ? In totaal werden 51.568 passerende vogels geteld wat 5,26 % is van het Belgisch totaal. Vergelijkingen met vorige jaren kunnen niet echt gemaakt worden omdat de telpostbezetting tijdens de voorbije jaren onregelmatig was. Hopelijk brengen we daar in de toekomst verandering in. Opmerkelijk waren de hoge aantallen Houtduiven, Lijsterachtigen, Witte Kwikstaarten, vinken en Spreeuwen. Absolute uitschieters waren een Roodkeelpieper en een Europese Kanarie over Leefdaal- plateau en een IJsgors en twee Rode Wouwen over de Kesselberg. In onderstaand schema een gedetailleerd overzicht van de waarnemingen tijdens beide simultaan trektellingen :
Gert Vandezande gert. vandezande@telenet.be Referenties trektellen.nl mond. medelingen Koen Leysen
1 24
De Boomklever
-
december 2014
'•
;> :
Vogels
.
�:--:. �
Totalen per soort
Aalscholver
25
9
146
Grote zilverreiger
15
2
1
2
1
2
Blauwe reiger
111
148
181
620 18
1
6
69
Grauwe gans
2
13
Wilde eend
6
72
78
4
4
Slobeend
54
Bruine kiekendief
1
Rode wouw
2
Sperwer
6
1
11
13
1
32
19
8
17
41
4
90
Buizerd
1
Torenvalk Boomvalk
1
1
2
2
1
1
Watersnip Kokmeeuw
8
3
475
24
11 830
245
86
1
1 59
1
Zilvermeeuw
1 222
3 1
1
Kleine mantelmeeuw
Houtduif
1
2
Slechtvalk
Kievit
3
1
Smelleken
Goudplevier
3
49
7
142
8
102
1
1
53
420 3
1 160
19
Holenduif
3509
4696
3
5800
604
15010
52
20
75
Turkse tortel
1
1
Grote bonte specht
2
2
Boomleeuwerik
11
Veldleeuwerik
358
121
Boerenzwaluw
8
3
Boompieper
8
1
1001
339
Graspieper Roodkeelpieper
1
Gele kwikstaart
8
Grote gele kwikstaart Witte kwikstaart Heggenmus
14
324
24
5
49
418
1219
174
2628 15
4
9 17
244
188
580
29
2398 1
2
68 4
14
4
9
3
6
72
9
4
25
88
316
4
De Boomklever
16
589
2
10
-
december 2014
1 25
�)
Vogels
"' . '"'�·
---
Beflijster
5
Merel
3 403
Zanglijster
8
Koperwiek
23
Grote lijster
3
25
4
16
1
7
4
6
9
41
31
12
9
229
259
10
4
21
107
1
16
Kramsvogel Lijster spec.
3
5
Pimpelmees
2
Koolmees
2
Zwarte mees
3
Gaai
9
4
4 4 2
2
Ekster
2
7
138
369
2 3
Kauw Roek
2
Zwarte kraai
6
Spreeuw
1053
49
Vink spec. Vink
1
18 19
1083
193
478
75
19
32
6
42
7983
81
14
3
15
5
16
1
2
1
3677 7
6
1
Groenling
1 1
2
Sijs
13
Kneu
61 1
Kruisbek Goudvink
79
37
28
92
414
1
2
15
Usgors
1
Geelgors
2 2
De Boomklever - december 20 14
1
1
7
24
1
3
Appelvink
Rietgors
479
7506
Europese Kanarie
Putter
18 4
1650 837
Keep
105
4
Ringmus
1 26
15
47
2
1
245
19
�:?.�:.:"�_:: '
,
Mededelingen
'
Oproep hernieuwing abonnement U kan zich (opnieuw) abonneren op de Boomklever door overschrijving van 15 EUR op rekeningnummer BE86001155216850 (IBAN) met BIC GEBABEBB van de Natuurstudiegroep Dijleland, met vermelding van
De Boomklever
-
december 20 14
1 27
. ,.-.
":f
Activiteiten
. i'·
Activiteiten Alle activiteiten van de Natuurstudiegroep Dijleland en eventuele wij zigingen zullen ook aangekondigd worden via de Dijlevallei-maillijst (http://grou ps.yahoo.com/grou p/Dijlevallei/) en de NSGD facebookpagi na (http://www.facebook.com/natu urstudiegroepDijleland)
Zaterdag 31 januari Jaarvergadering NSGDijleland Tijdstip: 20u lokaal: Vrienden MWHB-Oud-Gemeentehuis, Waversebaan, Heverlee
Programma: 20u: bestuurlijk gedeelte - activiteitenverslag 2014 - aanduiding nieuwe voorzitter/ coördinator en eventueel bestuursleden 20u15: NSGD-gedeelte:
- Le Pare National régional de LA BRENNE (France) "Fauna en Flora van het land der 2000 meren" Presentatie van een selectie uit de beste foto's, van commentaar voorzien door André Verboven, in samenwerking met bekende natuurfotografen als: Elfriede Ledocte, Eric Malfai t en Eddy Macquoy. 21u15 : Pauze met "aanloop tot de receptie" 21u30: Pretentieloze, bescheiden NATUURQUIZ 22u: Jaaroverzicht in beeld door/ en in samenwerking met het NSGD-bestuur 22u30: receptie met bekendmaking resultaten quiz en prijsuitreiking
Midmaandelijkse watervogeltellingen
POP-UP ACTIVITEIT
Ook dit jaar werkt de NSGD mee aan
Eind
de landelijke watervogeltellingen. Deze
honderdduizenden kraanvogels terug
zullen doorgaan op de weekenden van
richting hun broedgebieden.
14/ 15 februari en 14/ 15 maart 2015.
schouwspel dat bij ons de lente aankondigt.
Een voonniddagexcursie wordt telkens
Het gros trekt door in het of net ten oosten
de belangrijkste
van ons land. Vanaf midden februari gaan
in
georganiseerd om watervogelgebieden
in
de
KRAANVOGELS
Dijlevallei
we
februari
proberen
begin
via
maart
trekken
enkele
Een fantastisch
verschillende
(tienduizenden
kanalen
op
een
de
paar
de overwinterende watervogels op te
piekmomenten
tekenen.
uur tijd) te voorspellen. Als de weergoden ons
Afspraakplaats
en
tijdstip
worden
goed gezind zijn, zal dat ergens tussen 20/ 2 en
de
Yahoo
10/3 resulteren in een dagje Kraanvogels kijken
via
gecommuniceerd
mailinglijst en de facebookpagina. Meer info: Luc
(luchendrickx2003@
Hendrickx
yahoo.com, 0477/19 28 35)
118
De Boomklever
-
december 2014
in de Oostkantons. Ben je geïnteresseerd om mee te gaan, stuur dan een mailtje naar gert. vandezande@telenet.be. Hoe meer zielen, hoe meer vreugd . . . !
Vogels zullen mij blijven verbazen! Telkens ik zou denken dat er niets bijzonders te melden valt, "valt" er wel iets bijzonders uit de lucht. .. Zo ook nu weer: op zaterdag 29/11/2014 kijk ik -om 17u30 en eerder toevallig, naar de Dijleland waamemingenpagina en tot mijn grote verbazing stond daar een Steppevorkstaartplevier gemeld op het Terlanenveld /Overijse door ene J.K.! Even naar lngrid Nel
bellen die daar in de buurt woont. Maar deze (uitzonderlijke) keer viel ook zij uit de lucht. .. Dan maar J.K. opgezocht en na enige Googletrukken had ik hem aan de lijn in Mechelen: neen, om l 4u30 toen hij daar wegging was de bewuste vogel nog ter plaatse en zeer actief foeragerende.Ondertu
en was het
al erg laat en donker zodat niets meer kon ondernomen worden.
'S anderendaags zondag 30/11: dichte mist! Samen met Ingrid N. en Filip V dp tuurden we vruchteloo naar enkele schimmige kieviten.Om 1 Ou gaf ik het als laatste op, half bevroren! We zouden een nieuwe poging doen na de middag. En, alhoewel het zwaar bewolkt en vrij mistig bleef was het toch mogelijk om af en toe een groepje kieviten te zien opvliegen en soms was onze vriend de vorkstaartplevier er bij. Ondertussen had de tamtam en waamerrningen.be zijn werk gedaan en een 40-tal vogelaars zouden nog diezelfde zondag ten minste een glimp van de vogel kunnen waarnemen. Maandag 1 december bereik ten ons de eerste aanwijzingen dat er wat mis zat: de vogel liet zich erg dicht benaderen. tot op 5 meter. Leuk voor fotografen en zo : uit die periode dateren de beste foto's en video-opnames. Alhoewel deze en andere soorten uit de regio van de Kaukasus, weinig mensen gewend zijn en dus doorgaans weinig schuw, was er met deze dwaalgast duidelijk meer aan de hand. Toch wel een buitenkansje voor de bijna honderd mensen die op maandag 1 en dinsdag 2 december de Terlaansevelden doorkruisten, maar de vogel in kwestie zou nu op de insectenrijke velden rond de evenaar of zelfs in Zuid-Afrika moeten verblijven. Wellicht was het dier volkomen uitgeput en uitgehongerd. Het intensieve foerageergedrag op zaterdag 29/11 wees in die richting! Aldus verzwakt bleek hij een tÊ gemakkelijke prooi van een of andere lokale Sperwer en zo geschiede dat op woensdag 3 december de
reemde gast nergens meer
te bespeuren viel tot in de late namiddag de plukplaats met onmi kenbaar de pluimen van een eer te winterkleed Steppevorkstaartplevier werd gevonden ...
Kris van Scharen
Inhoud -�
-
.
105
EDITORIAAL
VOGELS 106
Rode wouw broedt in het Dijlelond in 2014 ! Hans Roosen, Kris Van Schoren, Kelle Moreou
BEHEER
.
-, . l 11
,
,. \'
.
..
,�
Kempens roodbont rund of Galloway? Onderzoek naar lokale Belgische rossen voor de begrazing van natuurgebieden in Vlaams-Brabant en de Dijlevollei
113
Sarah Tilkin
INSECTEN 119
Een bijzondere nacht aan de Kesselberg Krien Honsen De Witte sporspanner, een vlinderverrassing in Tervuren
121
Wim Veroghtert
VOGELS Simultaantrektellingen ... cijfermateriaal 4110 & 19110
123
Gert Vondezonde MEDEDELINGEN :ABONNEMENT
127
ACTIVITEITEN
12 8
ACTUEEL Een november/december waarneming van een Steppevorkstoartplevier op het Terlanenveld.
Coverfoto: Winterbeeld van SAR •
- Grootbroek. Foto: Elfriede Ie Docte
Lii
]