5 minute read
Hoe beheers je de risico’s van verouderende assets?
from VAM5 oktober 2021
by NVDO
VEROUDERENDE ASSETS <
Hoe beheers je de risico’s van verouderende assets?
Advertisement
Bij een aanzienlijk deel van de incidenten met gevaarlijke stoffen in de zware industrie speelt veroudering van de assets een rol. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) onderzoekt hoe veroudering-gerelateerde ongevallen ontstaan en wat bedrijven kunnen doen om deze problemen voor te blijven. Voor dat laatste wil het RIVM een integrale aanpak ontwikkelen, waarin het samen met World Class Maintenance kijkt naar de mogelijkheden van smart solutions. De bedoeling is de resultaten eind 2021 in een wetenschappelijk artikel te publiceren.
Het is belangrijk dat bedrijven met het onderwerp veroudering aan de slag gaan. De Europese Seveso III-richtlijn over het voorkomen en beheersen van zware ongevallen met gevaarlijke stoffen, benoemt specifiek de veroudering van assets, hoewel niet precies wordt omschreven wat bedrijven dan geacht worden te doen. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wil de kennis over veroudering verzamelen en verspreiden. Het RIVM geeft daar met de genoemde aanpak nu invulling aan. Rikkert Hansler van het Centrum Veiligheid van het RIVM; “Wij hopen dat bedrijven vervolgens met die kennis aan de slag gaan: holistisch en integraal. Die benadering is nog grotendeels nieuw”.
> Patronen zoeken. De Inspectie SZW doet elk jaar onderzoek bij Brzo-bedrijven naar incidenten met een meldingsplicht. Het RIVM
©RIVM
gaat vervolgens in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid na wat de overeenkomsten en verschillen tussen de onderzochte incidenten zijn. Uitkomsten uit deze analyse kunnen inspectiediensten gebruiken voor hun inspectie- en handhavingsstrategieën. Bedrijven kunnen de inzichten gebruiken om de veiligheid te verbeteren. De resultaten van de incidentanalyses worden jaarlijks ook aan de Tweede Kamer gerapporteerd in de publicatie de Staat van de Veiligheid.
> Holistische aanpak. In 2019 verscheen een extra rapport dat de trends over de periode 2004-2018 in kaart bracht. In dit rapport werden 326 ongevallen met gevaarlijke stoffen onderzocht. Datzelfde rapport wordt nu onder de loep genomen, waarbij specifiek is gekeken naar de incidenten die (mede) veroorzaakt worden door
materiaalveroudering. Dit betreft ongeveer een kwart van het totale aantal incidenten. Hansler; “We zijn op zoek gegaan naar patronen: welke dingen gaan vaak mis bij het ontstaan van deze incidenten en welke aanbevelingen kunnen we vervolgens doen om de veiligheid bij Brzo-bedrijven te verbeteren? Uiteindelijk moet hier een holistische aanpak uit ontstaan die alle lagen in een organisatie betrekt”.
> Vlinderdasmodel. Het RIVM hanteert een wetenschappelijk model voor incidentenanalyse. Dat model gaat uit van zes beschermingslagen (lines of defense - LoD) die zijn onderverdeeld in twee categorieën in een vlinderdasmodel: drie beschermingslagen aan de linkerzijde van de vlinderdas en drie aan de rechter, met in het midden het incident. Links staan de beschermingslagen voor het voorkomen van een incident, rechts de maatregelen om de gevolgen van een ongeval te beperken. De eerste beschermingslaag is procesbeheersing. Incidenten in deze categorie ontstaan door tekortkomingen in de reguliere procesbeheersing. De tweede LoD is herstel van afwijkingen: om incidenten te voorkomen moeten ontstane afwijkingen tijdig worden ontdekt en hersteld. LoD drie betreft noodbescherming. De drie LoD’s aan de rechterzijde van de vlinderdas zijn: beperking van de uitstroming, voorkoming van escalatie en persoonlijke bescherming en hulpverlening. Deze laatste drie vormden geen onderdeel van het aanvullende onderzoek naar de invloed van veroudering, omdat ze niet bij het ontstaan van een ongeval horen.
> Corrosie dominante oorzaak. Vooruitlopend op de publi-
catie kan Hansler alvast wat prijsgeven: ruim de helft van de veroudering-gerelateerde ongevallen heeft te maken met ontvlambare stoffen en de ongevallen vinden meestal plaats tijdens normale bedrijfsvoering. Van de verschillende typen veroudering is corrosie de dominante oorzaak (ongeveer 55% van de incidenten), gevolgd door vermoeiing (30%) en in mindere mate vibratie en erosie. Verder is onderzocht wat er precies mis ging. “We zien dat in de helft van de gevallen de beheersing van condities met betrekking tot materiaaldegradatie niet goed was. Het gaat dan mis, omdat bijvoorbeeld de inhoud van een leiding of de stroomsnelheid off spec is. In ruim een derde van de gevallen was er iets mis met het materiaal van het insluitsysteem, zoals een procesvat”. Ook bleek dat bij ongeveer twee derde van de gevallen geen indicatie was dat er iets mis was. “Dit kan zijn doordat er geen inspectie plaatsvond, maar ook doordat de afwijking (in dit geval materiaaldegradatie) niet zichtbaar was, zoals bij corrosie onder isolatie. De afwijking werd dus niet opgemerkt en er werd niet op gereageerd”.
> Signaleren van aankomend falen. Er is dus ruimte om te
verbeteren en het RIVM denkt dat slimme technologie een belangrijke rol kan spelen bij het signaleren van aankomend falen en daarmee incidenten kan helpen voorkomen. Met slimme sensoren kun je immers voortdurend meten en het is ook nog eens goedkoper dan fysieke, visuele inspecties. Via de VNCI kwam RIVM in contact met World Class Maintenance (WCM). Henk Akkermans, directeur van WCM schrijft mee aan de publicatie, waarbij hij vooral ingaat op de rol van smart sensoring en data-analyse, maar ook van awareness en effectieve besluitvorming. WCM heeft de kennis van smart solutions in asset management en maintenance en heeft de contacten met het bedrijfsleven. Hands-on, zoals ze hebben laten zien met het Corrosion under Insulation-project waar concrete producten uit zijn voortgekomen waar bedrijven praktisch mee aan de slag kunnen”.
Hansler; “Wij willen laten zien dat het belangrijk is dat er in alle lagen van een organisatie aandacht is voor het managen van de risico’s van veroudering. Daarvoor moet je weten wat de gevaren en risico’s zijn, moeten de processen en controlemechanismen op orde zijn en beheersmaatregelen gedefinieerd zijn. Het instrumentarium dat je daarvoor gebruikt wordt ontworpen, geïnstalleerd, bediend en onderhouden door mensen, dus de interface daartussen moet kloppen. Het gaat ook over opleiden van je medewerkers en het hebben van voldoende mensen. Dat komt allemaal bij elkaar in je veiligheidsbeleid, dat je vervolgens concreet maakt in een veiligheidsbeheerssysteem dat door het management wordt gedragen. In alle niveaus van een organisatie heb je er dus mee te maken”. <
Rikkert Hansler Foto: RIVM