7 minute read

Elk moment inzicht in de conditie met onderhoudsdashboard

OPGELEVERD <

Onderhoudsdashboard ADAPT Installaties Foto: BAM

Advertisement

Elk moment inzicht in de conditie met onderhoudsdashboard

Het onderhoudsdashboard ADAPT Installaties combineert data, technologie en domeinkennis en geeft real time de status van infra-assets weer. Storingen worden hierdoor voorkomen en het beheer verbetert, leggen Paul Brincker van BAM Infra en Dinant Schippers van Rijkswaterstaat (RWS) uit. “Je kunt het onderbuikgevoel nu hard maken”.

Veel van de infra-assets in Nederland zijn op leeftijd en ervaren een hogere gebruikersintensiteit dan waarvoor ze ooit werden ontworpen. Real time inzicht in de staat van deze assets is daarom belangrijk. Daarnaast is er in de infrasector een tekort aan domeinkennis en technisch personeel. Een efficiënte inzet van domeinkennis en technici is dus gewenst. Het ADAPT-dashboard komt hieraan tegemoet.

> Domeinkennis. In het dashboard worden asset-data verrijkt met relevante externe data, bijvoorbeeld van het KNMI of van het Landelijk Meetnet Water. Die gecombineerde data worden vertaald naar informatie die vervolgens met domeinkennis worden omgezet naar praktische inzichten waarmee een maintenance-engineer of -monteur aan de slag kan. Brincker; “Die domeinkennis is cruciaal. Een sluis levert miljoenen regels data per dag: wat gebruik je wel en wat niet. Daar hebben we met een multidisciplinair team met vakspecialisten, data-scientists, data-engineers en data-analisten hard aan gewerkt. Dat was ook een uitdaging, want die spreken elkaars taal in principe niet”. In het dashboard zijn extra alarmregels aangebracht om afwijkend gedrag in real time te signaleren, zoals een langzaam oplopende temperatuur. “Bovendien kun je het dashboard ook nog eens op afstand inzien op je pc of mobiele device”.

> Nieuwe wereld. De ontwikkeling van het dashboard kent een lange voorgeschiedenis. “Toen ik zes jaar geleden bij Rijkswaterstaat in de wereld van de statische objecten terecht kwam was dat een hele nieuwe wereld voor mij”, vertelt Schippers die een achtergrond heeft in de productontwikkeling van rotating equipement. “Ik was gewend met sensoren en data-analyse om te gaan en op die manier assets te monitoren. Er werden hier wel data van bepaalde systemen opgeslagen, maar dat was vooral voor incidentenanalyse achteraf. Waarom gebruiken we dat niet voor performance- en conditiemeting, vroeg ik me af”.

‘‘Met smart maintenance inspecteer je niet één keer per jaar, maar ’ één keer per seconde’

> Meeliften. Vier jaar geleden kwam Schippers in contact met het Vitale Assets-programma dat zich binnen RWS richt op het ontwikkelen van data-gedreven voorspelbaar onderhoud. Hij kon met zijn ideeën over meten en monitoren meeliften op de ontwikkelingen bij het sluiscomplex Eefde (de toegangspoort tot het Twentekanaal), dat een grootscheepse renovatie en uitbreiding onderging. In de Proeftuin Eefde van Vitale Assets werkte RWS samen met diverse marktpartijen en samen deed men veel kennis en ervaring op rondom conditiemeting. “Maar toen de Proeftuin was afgerond viel dat wat stil, totdat Paul aanklopte. BAM Infra was betrokken bij de renovatie van Eefde en Paul zei ‘Delden en Hengelo zijn ook net gerenoveerd en er zijn veel data beschikbaar. Waarom ontwikkelen we geen dashboard?”. > Kans. Brincker; “Ik kom – net als Dinant – ook uit de industrie en was al bekend met het toepassen van sensoren en data-analyse. Toen ik in 2019 in de infra terechtkwam dacht ik: wat is hier aan de hand? Ik zag veel data waar niets mee gebeurde, ik snapte er niets van. Maar ik zag het ook als een kans die paste bij de wens van BAM om data-gedreven Asset Management in de infra te ontwikkelen. Maar de infra is een voorzichtige sector en ik zocht iemand met dezelfde visie om stappen mee te maken. Dat was Dinant”.

> Multidisciplinair team. Met de net gerenoveerde objecten was een soort nul-situatie ontstaan en dus een prima uitgangspunt om te beginnen met monitoren. Brincker; “Tegelijkertijd was het ook spannend. We wisten dat het zou werken, maar we hadden nog geen bewijs, behalve het geleerde uit de proeftuin in Eefde. Het was nieuw allemaal en daarom zijn we klein begonnen, met veel overleg, met veel aanpassingen”. Er was een multidisciplinair team nodig om het dashboard te ontwikkelen, met data-deskundigen en met domeindeskundigen met kennis van het object en het Asset-Management-proces. Brincker; “In Eefde leerden we dat je klein moet beginnen vanuit een gelijkwaardige uitgangspositie. Vervolgens bouw je dat iteratief en stap voor stap uit”.

> Sceptici meekrijgen. Schippers; “We moesten alles vanaf het begin opbouwen en dan heb je weleens een kink in de kabel. Soms loop je in een ontwikkelproces tegen dingen aan die veel tijd kosten om uit te zoeken”. Brincker; “Hoe goed zijn de data? Dat wisten we niet toen we begonnen. De sluizen zijn gerenoveerd door dezelfde aannemer en de besturingssystemen zijn van dezelfde fabrikant. Toch bleek dat de temperatuur van een lager in Delden werd weergegeven als een gemiddelde en in Hengelo als een absolute waarde. Dat verwacht je niet”.

> Draagvlak. Schippers; “Dat we die eerste maanden direct die drie storingen konden voorkomen was goed voor het draagvlak. Storingen bovendien die niet waren voorzien op het lijstje met gangbare storingen. Je loopt voor de muziek uit en moet sceptici meekrijgen. Je hebt elkaar nodig en je moet over grenzen durven stappen. Je moet open kaart durven spelen om vertrouwen op te

>

Paul en Dinant Foto: BAM

Real time inzicht Foto: BAM

>

bouwen. Je kunt experimenteren in een proeftuin, maar dat zegt nog niets over de acceptatie in de eigen organisatie. Je moet de mensen meenemen in het data-gedreven denken en samen durven innoveren. Onderhoud is per definitie conservatief en nieuwe dingen doen is dan lastig”. Brincker; “Goed communiceren, veel uitleggen en vertellen en voorbeelden laten zien. Je moet het ze zelf laten ervaren”. Ook het management moet erachter staan, zegt Schippers. “Zeggen dat je een data-gedreven organisatie wilt zijn is één ding, maar de stap van willen naar doen is best complex. Draagvlak bij het management is daarom cruciaal”.

> Iedereen dezelfde informatie. Het dashboard is cloud

based en op elk device te openen. Het is laagdrempelig en snel toegankelijk voor de opdrachtgever, voor BAM en voor eventuele betrokken onderaannemers. Brincker; “Het is een centrale informatiebron. Iedereen in de keten ziet en werkt met dezelfde ‘waarheid’”. Schippers; “Dat is best belangrijk. Voorheen was er weleens discussie; nu bekijk je samen de data en neem je een beslissing. Je kunt het onderbuikgevoel hard maken”. Brincker; “Het verandert ook de manier van met elkaar omgaan. De subjectiviteit gaat eruit en er is meer interactie. We kunnen lezen en schrijven met elkaar, maar we houden elkaar wel scherp”. Schippers; “Je moet rolvast blijven, vanuit je positie en de organisatie waarvoor je werkt”. Daar komt bij dat andere aannemers zich ook beginnen te roeren rondom het onderwerp, zegt hij. “En dat stimuleren we ook”.

> Ouderwets. Storingen verhelpen levert een aannemer doorgaans geld op. Een perverse prikkel en ook ouderwets kortetermijndenken, zegt Brincker. “Door de data krijgen we beter inzicht in het object en kunnen we verbetervoorstellen doen. Dat levert nieuwe opdrachten op die je vervolgens door de data die je genereert ook direct kunt toetsen op werkbaarheid. En door dat inzicht kunnen we beter plannen en dat zorgt voor rust in de organisatie. Bovendien wordt het werk transparanter, omdat je samen met de opdrachtgever naar een oplossing toewerkt. De beste prestaties uit een asset halen over de hele levensduur, dat is het nieuwe doel”.

> Risicomanagement. Schippers; “Je kunt het ook gebruiken om de performance te verbeteren. Als we de pompen van Eefde, Delden en Hengelo kunnen koppelen, kunnen we de waterhuishouding verder optimaliseren. Dat is dan weer gunstig voor het energieverbruik en zo is er dus ook een relatie met duurzaamheid. Er is ook een link met risicomanagement. Nu inspecteren we assets periodiek. Dat leidt tot een rapport en een advies waarmee de asset manager vervolgens aan de slag gaat. Met smart maintenance inspecteer je niet één keer per jaar, maar één keer per seconde. Je hebt elk moment inzicht in de conditie, waardoor er just-in-time onderhoud verricht kan worden. Dit vergroot de betrouwbaarheid en verlaagt de onderhoudskosten van de assets”.

> Tactisch en strategisch. Brincker; “Mijn wens is dat anderen dit ook oppakken en ermee aan de slag gaan. Van data naar info lukt de meesten wel, maar van info naar inzichten is al een stuk lastiger. Wij hebben een roadmap om dit verder te ontwikkelen. Het is nu vooral gericht op de dagelijkse operatie en de volgende stap is om ook richting tactisch en strategisch niveau te gaan”. Schippers; “Vanuit RWS willen we het gedachtengoed ook verder uitbreiden binnen de eigen organisatie en naar andere aannemers. We kijken of we de tool verder kunnen verrijken en slimmer maken, bijvoorbeeld door het combineren van meerdere databronnen”.

Die eerste storing was overigens wel een spannende, licht Brincker nog toe. “We zagen een afwijking in de trillingsdata van een pomp, maar die kwam niet boven de door de machinefabrikant ingestelde alarmlijn. We moesten dus aan RWS vragen om het verkeer op het kanaal stil te leggen – een forse ingreep – met verder nul indicatie van wat er aan de hand was”. Toch werd dat gedaan en een duiker stelde later vast dat er een boomstronk in de pomp was terechtgekomen en muurvast zat. “Grotere schade aan de installatie en economische vervolgschade vanwege een gestremde vaarweg werd hierdoor voorkomen”. <

‘‘De beste prestaties uit een asset ’ halen over de hele levensduur, dat is het nieuwe doel’

This article is from: