SAMEN VOOR SCHONE EN AFVALVRIJE GEMEENTEN
VAKBLAD VAKBLADVAN VANDE DENVRD NVRD||JAARGANG JAARGANG108 112#05 #04JUNI mei 2017 2021 PERIKELEN SPECIAL ONLINE NVRD RONDOM DE AFVALJAARCONGRES STOFFENHEFFING
BIJPLAATSEN VANVOOR ALLEMAAL KLAAR AFVAL BIJ ONDERGRONDSE STATIEGELD OP KLEIN AFVALCONTAINERS PET
OPLOSSING VOOR GROF HUISHOUDELIJK HYBRIDE HOOGLERAAR ERNST LUIERS STEEDS RESTAFVAL, WORRELL OVERWEL OF NIET INZAMELSYSTEMEN VOORDICHTERBIJ PMD DENASCHEIDEN? CIRCULAIRE ECONOMIE
CURE AFVALBEHEER GASTHEER NVRD JAARCONGRES
RecyBEM: Inzameling gebruikte autobanden voor een schoner milieu 2020
9,4
MILJOEN
2/3
ingezamelde banden
gerecycled
1/3
nieuw leven
ecologische besparingen
80.000 ton minder CO2 uitstoot
6,8
miljoen kilo staal
37
miljoen kilo rubber
Vergelijkbaar met: 531 miljoen autokilometers, ruim 13.250 keer de aardbol rond of de aanplant van 531 duizend bomen.
5% Maximaal vijf procent van de ingezamelde banden wordt verwerkt met energieterugwinning.
Onderweg naar een circulaire economie.
RecyBEM B.V., Loire 150, 2491 AK Den Haag, Postbus 418, 2260 AK Leidschendam. Telefoon (070) 444 06 32 e-mail bem@recybem.nl website www.recybem.nl
Oude banden, nieuw leven.
COLOFON
UITGEVER NVRD, WTC Arnhem Nieuwe Stationsstraat 10 6811 KS ARNHEM +31 (0)88 - 3770000 post@nvrd.nl www.nvrd.nl REDACTIECOMMISSIE Marc Veenhuizen, ACV Groep (hoofdredacteur) Addie Weenk, Rijkswaterstaat Folkert Starreveld, Cyclus Management Dico Kuiper, gemeente Alphen aan den Rijn Marianne Zegwaard, Stantec Kees van der Laan, Gemeente Rotterdam Annemieke Braamburg, Twente Milieu Ilse van der Grift, NVRD
INHOUD 04
SPECIAL NVRD JAARCONGRES Met het congresprogramma, een voorwoord van Frans van Strijp, sprekersoverzicht, en een artikel van Cure.
EINDREDACTIE Karin Hegeman en Berit Aagten Postbus 1218, 6801 BE Arnhem +31 (0)88 - 3770000 hegeman@nvrd.nl
ADVERTENTIE-EXPLOITATIE Elma Media B.V. Silvèr Snoek - Sales Manager 0226 33 16 67 - s.snoek@elma.nl www.elma.nl REALISATIE EN DRUK Print2Pack, print2pack.nl Coverbeeld: Cure Afvalbeheer ABONNEMENTENADMINISTRATIE NVRD, Postbus 1218, 6801 BE Arnhem Jaarabonnement ad €108 ex btw. België €125 (Europa en buiten Europa op aanvraag). Los: €11,50. BEËINDIGING ABONNEMENT Abonnementen moeten schriftelijk bij de NVRD en uiterlijk op 15 november worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd. Gemeentereiniging en Afvalmanagement is het officiële vakblad van de NVRD. Hoewel door de uitgever de uiterste zorgvuldigheid is betracht, wordt voor de inhoud geen aansprakelijkheid aanvaard. ISSN 1569-0458 © NVRD
GRAM wordt gedrukt op papier met het FSC®-keurmerk en verschijnt 10x per jaar.
12
ALLEMAAL KLAAR VOOR KLEIN PET In juli komen er 900 miljoen plastic statiegeldflesjes bij. De supermarkten en andere innamepunten zetten zich schrap. Voorbereidingen zijn in volle gang.
11 BEZEM 15 GEBREK AAN TRANSPARANTIE BEMOEILIJKT DUURZAAM AANBESTEDEN 17 NIEUW PLATFORM ‘SCHOUDERS ONDER SCHOON’ VOOR EEN SCHOON NEDERLAND 18 HOE DOEN ZIJ DAT: INZAMELEN VAN PMD BIJ HOOGBOUW 20 HOOGLERAAR ERNST WORRELL OVER DE CIRCULAIRE ECONOMIE 23 EEN KIJKJE BIJ YOUNG NVRD 24 HYBRIDE INZAMELING PMD BETER VOOR SCHEIDINGSDOELSTELLINGEN 27 DE LEDEN CENTRAAL 28 IS VERGISTEN EEN VERGISSING? 30 CIRCULAR AND LOW CARBON CITIES: LEREN VAN ROTTERDAM 32 ZÓ WORD JE WIJS UIT HET AANBOD VAN SCHOON-APPS 34 NVRD NIEUWS 35 H2-E WASTE LOGISTICS: DE DOORBRAAK VOOR WATERSTOF? 37 BRANCHENIEUWS 39 CLOSE-UP
RECTIFICATIE In een van de interviews in het artikel over nascheiding van pmd in de GRAM editie van april (pag. 11) wordt ten onrechte gemeld dat al 90 procent van het pmd+-afval wordt gerecycled. Dit percentage is niet geverifieerd door de redactie. In verschillende bronnen over nascheiding worden verschillende lagere percentages genoemd, maar hierbij gaat het meestal over het rendement (output) van de nascheidinginstallaties en niet om daadwerkelijke recycling.
GRAM #04 mei 2021 | 3
Donderdag 20 mei
NVRD JAARCONGERS 2021 Op donderdagmiddag 20 mei a.s. organiseert de NVRD in
PROGRAMMA 14.30 uur
digitale inloop en bezoek sponsorplein
15.00 uur
start programma door Frans van Strijp
samenwerking met Cure Eindhoven het NVRD Jaarcongres 2021. En wat voor Jaarcongres! Dit jaar gaan we online. In een speciaal opgebouwde studio, in het Klokgebouw te Eindhoven,
van Cure, gevolgd door Henry Meijdam in
gaan uiteenlopende sprekers het gesprek met elkaar aan over
gesprek met dagvoorzitter Nathan de Groot
‘Innovatie en de rol van de Overheid’. 15.30 uur
twee tafelronden waar Nathan de Groot als gespreksleider de volgende onderwerpen aan bod laat komen: 1. Overheidsingrijpen om innovatie te
SPREKERS/TAFELGASTEN
stimuleren
Nathan de Groot Dagvoorzitter Sigrid Schuurmann Voorzitter Young NVRD, Projectleider gemeente Rotterdam
2. Automatisering versus werkgeverschap 3. Innoveren tijdens crisis 16.45 uur
Henry Meijdam Voorzitter NVRD Rik Thijs Wethouder Eindhoven: Klimaat & energie, Openbare ruimte & groen
Netwerkborrel met veel mogelijkheid tot digitale ontmoeting, zowel leden onderling als leden met sponsoren
17.15 uur
Afsluiting
Maurice Geraets Executive Director NXP Semiconductors Netherlands B.V. Willem van der Leegte President & CEO · VDL Groep
VICTOR MIDS Illusionist
Willemijn Peeters CEO & Founder Searious Business Jouri Schoemaker Founder Pieter Pot – Verpakkingsvrije supermarkt
PAUL DE MUNNIK Muzikale intermezzo’s
Werner Schouten Voorzitter Jonge klimaatbeweging Margriet Jongerius Bestuurder, interim-manager, kwartiermaker en toezichthouder en actief op het terrein van het brede Sociale Domein.
Aanmelden of meer informatie? www.nvrdjaarcongreseindhoven.nl
NVRD Jaarcongres - ‘Innovatie - de rol van de overheid’
Voorwoord Een innovatief afvalcongres In 2019 zijn we vol energie aan de slag gegaan met de voorbereiding van een nieuw afvalcongres. In Eindhoven deze keer, de thuisbasis van Cure Afvalbeheer. Hoe de wereld in korte tijd volledig op zijn kop werd gezet had niemand kunnen voorspellen. Voor 2020 betekende dit geen NVRD Jaarcongres, in 2021 gaan we dit anders doen, letterlijk! Niet alleen de vorm is innovatief Een jaar verder en de wereld ziet er nog niet veel anders uit. Maar, in de afvalwereld zijn we niet vies van een uitdaging. Daarom besloten we om het NVRD Jaarcongres dit jaar wel door te zetten. Hoe pak je dat aan met honderden bezoekers, sponsoren en belangstellenden? Heel eenvoudig, geen congres ín Eindhoven, maar een congres vanúít Eindhoven! Het thema uit 2020 blijft wel; “Innovatie en de rol van de overheid”. Ik verwacht dat ik niet de enige ben in mijn overtuiging dat de overheid een belangrijke rol heeft wanneer het aankomt op innoveren binnen het bedrijfsleven. De overheid als vliegwiel Specifiek in de afvalwereld zijn er legio uitdagingen. Een prominent voorbeeld is het behalen van de VANG-doelstellingen. Andere belangrijke onderwerpen zijn het verminderen van emissies, het op maat leveren van service en het beheersen van kosten. Voor mij is de
functie van de overheid gelijk aan de functie van een vliegwiel binnen een motor; de overheid houdt innoverend ondernemen op gang. Zou statiegeld ingevoerd zijn zonder invloed van de overheid? Of de gescheiden inzameling van papier en gft-afval? Zonder innovaties komen er geen oplossingen voor bovengenoemde onderwerpen. Het NVRD Jaarcongres 2021 biedt u de mogelijkheid in gesprek te gaan over dit thema.
Niet alleen met elkaar, ook met gasten vanuit de overheid en het bedrijfsleven. Geloof me als ik zeg dat het NVRD Jaarcongres 2021 er één is die de geschiedenisboeken in gaat. Een editie die zéér de moeite waard is om, digitaal, bij te wonen! Frans van Strijp Directeur Cure
Overhandiging sleutels nieuw emissieloos voertuig door Frans van Strijp aan de chauffeurs
Het NVRD Jaarcongres 2021 wordt mede mogelijk gemaakt door:
GRAM #04 mei 2021 | 5
NVRD Jaarcongres - ‘Innovatie - de rol van de overheid’
SPREKERS NVRDJAARCONGRES Jouri Schoemaker Jouri is één van de oprichters van Pieter Pot, de allereerste online verpakkingsvrije supermarkt van Nederland. Samen met zijn compagnon startte hij in 2019 vanuit een zolderkamer met een lading glazen potten en een paar grote zakken rijst. 18 Maanden later hebben er meer dan 40.000 mensen zich ingeschreven voor de wachtlijst. Pieter Pot bezorgt nu landelijk en bedient 10.000 klanten.
Willemijn Peeters Willemijn is CEO van Searious Business, een sociale onderneming die zich sterk maakt om ervoor te zorgen dat plastics niet in de openbare ruimte en de natuur terecht komen. Ze heeft meer dan 16 jaar ervaring met het helpen van bedrijven bij het voeren van een meer duurzame bedrijfsvoering. Willemijn is een echte verandermanager op het duurzame vlak.
Nathan de Groot - dagvoorzitter Nathan werkt als zelfstandig gespreksleider, trainer en facilitator. Daarnaast is hij als redacteur betrokken bij De Speld, satirisch online nieuwsmagazine, en organiseert hij workshops PowerPoint Karaoke.
Willem van der Leegte Willem is president-directeur van VDL Groep waar hij in 2004 is begonnen in de fabriek bij VD Leegte Metaal. Sinds 2016 maakt hij onderdeel uit van de hoofddirectie van de bedrijvengroep. VDL Groep voegt de slagkracht van een multinational samen met de platte organisatie en de open, informele werksfeer van een familiebedrijf waar doorgroeimogelijkheden en continuïteit voorrang krijgen.
Margriet Jongerius Margriet is sinds nov 2020 onafhankelijk voorzitter van de Branchevereniging Kringloopbedrijven www.100procentkringloop.nl en actief op het terrein van het brede Sociale Domein. Zij wil realiseren dat mensen zich naar vermogen kunnen blijven ontwikkelen. Door bij te dragen aan het ontschotten van wet- en regelgeving en verbinden van organisaties en professionals wil zij waardevol werken voor iedereen mogelijk maken. 6 | GRAM #04 mei 2021
NVRD Jaarcongres - ‘Innovatie - de rol van de overheid’
Illusionist Victor Mids brengt illusie en wetenschap op een unieke manier samen. Tijdens het NVRD Jaarcongres 2021 behandelt hij thema’s op maat, zoals beïnvloeding, perceptie, neuromarketing en communicatie. Laat u meenemen in zijn wereld, waar niets is wat het lijkt…
Maurice Geraets Maurice is Co-CEO NXP Nederland. Hij heeft meer dan 25 jaar ervaring in de IT en elektronica-industrie en werkt sinds 2002 bij NXP Semiconductors. In zijn huidige functie richt hij zich op innovaties rond het thema ‘secure connections for a smarter world’. Dit betreft onder andere intelligent transport systems, car to car communications, en automated driving. Naast zijn werk voor NXP is hij o.a. bestuurslid bij VNO/NCW.
Werner Schouten Als voorzitter van de Jonge Klimaatbeweging vertegenwoordigt Werner de stem van meer dan 100.000 jongeren en young professionals op het gebied van klimaatbeleid. Van overleg op het Catshuis met de premier tot polderen bij de Sociale Economische Raad. Niet technologische innovatie, maar sociale innovatie is wat hem betreft de belangrijkste pijler voor een duurzame toekomst. Het duurzaamheidsvraagstuk vereist een frisse blik, nieuwe normen en waarden en een betere verhouding met de wereld om ons heen.
Sigrid Schuurmann - tafeldame Voormalig NVRD-trainee Sigrid werkt als projectleider bij de gemeente Rotterdam en houdt zich voornamelijk bezig met de inzameling van groente-, fruit- en etensresten in de hoogbouw, een complexe, maar leuke klus. Sigrid is tevens voorzitter van Young NVRD.
Henry Meijdam Sinds 15 mei 2020 is Henry Meijdam voorzitter van de NVRD. Hij heeft veel ervaring in zowel de publieke als de private sector. Hij houdt ervan om op het grensvlak van beide werelden actief te zijn en doet dat o.a. met de portefeuilles ‘Stuurgroep Monitoringberaad AEEAL’, ‘Young Professionals’ en ‘Regio’s’. Naast het voorzitterschap van de NVRD is Henry ook algemeen directeur van het Interprovinciaal Overleg (IPO) en waarnemend burgemeester van lelystad.
Rik Thijs Rik is wethouder Klimaat & energie, Openbare ruimte & groen bij de gemeente Eindhoven. Voor zijn wethouderschap was hij strategisch adviseur bij de gemeente Valkenswaard en medewerker Duurzame Ontwikkeling bij Avans Hogeschool. Hij zet zich de komende jaren in voor een groene en gezonde (binnen)stad en het realiseren van de energietransitie. GRAM #04 mei 2021 | 7
NVRD Jaarcongres - ‘Innovatie - de rol van de overheid’
De toekomst van afvalverwerking volgens Cure Afvalbeheer TEKST PETER DERKSEN Cure Afvalbeheer is een samenwerkingsverband van de gemeenten Eindhoven, Geldrop-Mierlo en Valkenswaard. De medewerkers zijn dagelijks in de weer om van ruim 135.000 huishoudens het afval in te zamelen. Dit gebeurt niet alleen door het legen van de grijze, groene en ondergrondse containers, maar ook met de gescheiden inzameling van oud papier, kunststof en glas. En via het beheren van vier milieustraten waar inwoners van de gemeenten terecht kunnen met grof afval en klein chemisch afval. “Bij Cure Afvalbeheer zijn we er al een tijdje uit”, geeft directeur Frans van Strijp aan; “afval is een grondstof voor iets nieuws. Samen willen we naar een afvalloze maatschappij. We hebben woord bij daad gevoegd door bij de bouw van onze nieuwe milieustraat en hoofdkantoor in Eindhoven veel hergebruikte materialen toe te passen.” Geen discussie meer? “Als we het hebben over de overgang van een lineaire naar circulaire economie kunnen we niet meer van een trend spreken.” Aldus van Strijp. “Want dat we in de toekomst grondstoffen maximaal gaan en blijven gebruiken dat staat vast. Daar zijn ook geen principiële discussies meer over.” Maar is dat nu wel zo? Zijn we hier, als samenleving, 100% van overtuigd, of zijn er nog andere factoren van invloed; kosten bijvoorbeeld? Van Strijp vervolgt zijn verhaal: “Als maatschappij hebben we een grote invloed op circulariteit. Bijvoorbeeld ons gedrag als consument. Het ontwikkelen en kopen van voornamelijk duurzame en herbruikbare middelen, maakt al een wereld van verschil. Maar zo ver zijn we nog niet. We gaan vaker voor goedkoop en meer dan voor duurzaam. Kijk maar eens naar de populariteit van winkels zoals Action, Primark en AliExpress. Voor nu ligt er voor afvalinzamelaars de schone taak om afval zodanig in te zamelen dat diens grondstoffenpotentie waargemaakt wordt.”
Medewerkers van Cure Afvalbeheer tijdens een van hun routes 8 | GRAM #04 mei 2021
Kwaliteit boven kwantiteit “Hoe we bij Cure Afvalbeheer die taak van afvalinzameling en afvalmanagement uitvoeren? Voor ons gaat het niet puur om kwantiteit, maar vooral om kwaliteit. Die hoge kwaliteit bereiken we door ieder afvalitem afzonderlijk in te zamelen.” Hierbij stopt hij zijn verhaal even om te lachen. “Of toch niet?! Nee, dat is te duur. Er zijn niet voldoende medewerkers om het werk zó uit te voeren. En voor de inwoners is dit een omslachtige werkwijze. Kosten, service en zinvol bijdragen aan de regionale economie zijn voor de gemeenten en voor ons ook van belang. De uitdaging is om op het juiste moment de juiste items uit het afval te halen. Soms is scheiding bij de bron de oplossing en soms is dat scheiding achteraf. Het sterkste is de aanvulling van scheiding achteraf in combinatie met bronscheiding.” Toekomst Van Strijp geeft aan dat voor de toekomst al redelijk vast ligt welk afval gescheiden ingezameld wordt. De manier waarop deze inzameling vorm krijgt, daar liggen volgens hem de kansen! “Welke opties zijn er straks om de driehoek van service, kosten en milieu in balans te houden? Welke ontwikkelingen en kansen zijn er op de arbeidsmarkt? En welke technische ontwikkelingen komen er? Dit zijn vragen die nu al relevant zijn om op te anticiperen."
NVRD Jaarcongres - ‘Innovatie - de rol van de overheid’
Volgens van Strijp ligt bij Cure Afvalbeheer de focus op service: “Voor ons is service zo veel mogelijk gemak en zo min mogelijk overlast voor inwoners.” Door gebruik te maken van alle huidige en toekomstige digitale mogelijkheden sluit Cure Afvalbeheer aan bij het (dag)ritme van de inwoners en bij de openbare ruimte in de gemeenten. Fluisterstille en emissieloze inzamelvoertuigen zorgen ervoor dat de inzameling ook nog eens een bescheiden milieuruimte inneemt. Cure Afvalbeheer noemt dat ‘een passende inzameling voor elke situatie’. Goede werkgever De werknemers zijn een belangrijke factor voor de kwaliteit van de dienstverlening van Cure Afvalbeheer. “Om de genoemde mate van service te bieden, moeten we beschikken over de juiste medewerkers. Wij bieden graag kansen aan voor mensen die moeite hebben op de arbeidsmarkt. Voor ons gaat om het leveren van een goede werksfeer in een veilige werkomgeving. Kortom, het zijn van een goede werkgever voor onze medewerkers; mensen moeten oud kunnen worden binnen Cure Afvalbeheer.” Fluitje van een cent Tot slot vertelt Frans over zijn persoonlijke toekomstbeeld van afvalinzameling: “Zodra een inwoner een veelvuldig en langdurig gebruikt product wil weggooien dan wordt hij/zij hierin gefaciliteerd. Men beschikt over juiste containers om producten te scheiden. Als uiteindelijk een container vol is zet men deze aan de straat, zonder op de dag van de week te
letten. Hierbij geeft de container automatisch een signaal af aan afvalinzamelaar. De afvalinzamelaar plant het legen van de aangeboden container in; uiteraard uitgevoerd met een fluisterstil en emissieloos voertuig. Na het legen van de container ontvangt de inwoner een seintje. Dan haalt deze zijn/haar container weer naar binnen en duurt het weer een hele tijd voordat deze opnieuw aan straat gezet hoeft te worden.” Zo wordt afval scheiden en afvoeren in de toekomst ‘een fluitje van een cent’.
OP WEG NAAR 100% CIRCULAIR TEXTIEL
www.textielbank.nl
Part of Texned
Het nieuwe kantoor van Cure Afvalbeheer in Eindhoven. Gebouwd met veel hergebruikte materia-len en volledig energieneutraal, foto: Base Photography.
De kracht van circulair samenwerken
Inzameling - Sortering - Recycling - Innovatie
130mm_B.indd 1
www.retourmatras.nl 22-1000-0589-02 GRAM 2021 Mei
22-1000-0651-01 GRAM 2021 mei
GRAM #04 mei 2021 | 9
1-4_92x130mm_GRAM.indd 2 20-04-2021 14:49
12-04-2021 13:28
[Advertorial] SIDCON MILIEUTECHNIEK:
ONDERGRONDSE PERSCONTAINERS ALS OPLOSSING VOOR GROEIENDE KARTONBERG
Gemeenten kampen in coronatijd met grote hoeveelheden kartonafval. Een automatisch gevolg van het massale online winkelen. Omdat karton een groter volume heeft dan gewoon papier raken containers voor oud-papier sneller vol. Bewoners kunnen hun afval niet kwijt. Lege dozen en oud papier stapelen zich op naast overvolle containers. Gemeenten verhogen soms hun inzamelfrequentie. Maar het is ook reden om te kiezen voor een nieuw fenomeen: ondergrondse perscontainers specifiek voor oud papier en karton (OPK). Containers waar tot vijf keer meer papier en karton in past. In opdracht van diverse gemeenten plaatste Sidcon onlangs haar nieuwste perscontainers voor OPK op drukbezochte locaties in Utrecht, Heemstede, Eindhoven, Breda en Den Bosch. Containers die allen zijn voorzien van een grote inwerpopening voor karton. VAN DAGELIJKS INZAMELEN NAAR TWEE KEER PER WEEK Met persen wordt het volume van karton fors verkleind, waardoor een container tot vijf keer meer afval aankan. Daar waar bijvoorbeeld in Utrecht de containers noodgedwongen dagelijks worden
geleegd, is dit met de geplaatste nieuwe perscontainers teruggebracht tot slechts twee keer per week. Naast de vergrote capaciteit door het persen is een ander groot voordeel dat de voorspelbaarheid veel beter is wanneer een container vol is. Immers, als er een lange strook karton in een gewone ondergrondse container gedaan wordt is deze meteen vol. Door het slimme perssysteem dat speciaal ontworpen is voor de verwerking van OPK is de vulling veel gelijkmatiger en daardoor goed te plannen. “Vanuit duurzaamheid bekeken ook een positieve ontwikkeling. Minder transportbewegingen betekent immers minder vervuiling en opstoppingen in de stad”, aldus Reinier Siderius, directeur Sidcon. VERVANGING VAN BESTAANDE CONTAINERS “Wij zijn op dit moment met veel gemeenten in gesprek over het bestaande kartonprobleem. De meeste gesprekken die we voeren gaan over het vervangen van bestaande containers voor perscontainers. Vooral in steden waar openbare ruimte een issue is, is het handig dat ons systeem aansluit op de bestaande ondergrondse infrastructuur”, licht Reinier Siderius toe.
WWW.SIDCON.NL
er allerlei beelden bij. Hoe mooi zou het zijn als we inderdaad zaken samen aanpakken, samen voor het grote doel zouden gaan. Van klimaat tot zwerfafval.
VERZORGEN Het was een dinsdag in september 2013. Het was ontzettend lekker weer en ik weet nog dat ik flarden opving van de radio uit mijn Caddy. Ik was op weg naar een prullenbak die méér dan overvol zat. Het park was de afgelopen dagen buitengewoon goed gebruikt. Daar is het ook voor bedoeld. Heerlijk om mensen relaxed te zien genieten van het weer en de omgeving. Een omgeving die we met allerlei collega’s dagelijks weer tip top in orde wilden maken om iedereen een onbezorgde tijd te geven. Het waren gedragen woorden die voorbij waaiden en in één van die flarden kwam het woord ‘participatiesamenleving’ voorbij. Ik vond het direct een intrigerend woord en had
Ik loop weer door het park op weg naar diezelfde prullenbak en het mooie woord lijkt behoorlijk gedegenereerd te zijn. De bak zit vol. Het park ook. Met mensen en hun meegebrachte eigendommen. Op veel plekken zijn die eigendomen inmiddels van eigenaar gewisseld en zijn ze van iedereen geworden. De zooi van halfvolle verpakkingen, afgekloven eten, lege drankflessen en ander ondefinieerbare troep is nu van....wie? De gemeente? De reinigingsdienst? Er wordt druk geparticipeerd. Dat deel van het mooie woord is gelukt. Dat samenleven ook nog wel, gezien de drukte. De zin was ‘van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving’. Vrij vertaald: Van ‘de overheid regelt het’ naar: ‘regel het zelf’. Dat iedereen nu als een dolle naar buiten wil en keihard wil genieten van wat er nog een beetje kan, alle begrip. Daar is het park of bos ook voor. En ik wil de goede initiatieven niet te kort te doen, maar in die acht jaar lijkt de kreet van de koning eerder andersom te moeten worden gelezen en gehoord. Meer ‘ik participeer dus verzorg mij.’ We staan aan de vooravond van een nieuwe regering, heel benieuwd wat er dit jaar uit mijn radio klinkt ergens in september.
GRAM #04 mei 2021 | 11
NIEUW STATIEGELDSYSTEEM IN DE STARTBLOKKEN
ALLEMAAL KLAAR VOOR KLEIN PET In juli komen er 900 miljoen plastic statiegeldflesjes bij. De supermarkten en andere innamepunten zetten zich schrap. Voorbereidingen zijn in volle gang. Nu nog de medewerking van de consument. “We zullen niet nalaten alles uit de kast te halen.”
V
TEKST: PIETER VAN DEN BRAND BEELD: RODERIK VAN NISPEN
anaf 1 juli geldt de statiegeldplicht ook voor plastic flesjes (‘Klein PET’). Staatssecretaris Van Veldhoven hakte vorig jaar april de knoop door. Alle monitoringrapporten wezen uit dat de industrie niet bij machte was
12 | GRAM #04 mei 2021
het afgesproken aandeel van 70 tot 90 procent plastic flesjes uit het zwerfafval te halen. Verpakkingsproducenten, levensmiddelenfabrikanten en retailers hadden nog een jaar om zich voor te bereiden. Tijd om achterover te leunen was er zeker niet, zegt Misja Janvier van Statiegeld Nederland. De
uitvoeringsorganisatie, die valt onder het Afvalfonds Verpakkingen, is belast met de uitrol van het nieuwe statiegeldsysteem. “De tijdsdruk was fors”, vertelt Janvier. "Het gaat om een vrij complex systeem. Er zijn enorm veel partijen bij betrokken en je praat over een extra volume van 900 miljoen flesjes.”
Niet alleen de supermarkten en andere retailwinkels moesten aan de bak. Er zijn ook duizenden innamepunten bijgekomen, die deels verplicht (21 duizend locaties) en deels vrijwillig (61 duizend punten) flesjes in gaan nemen, van trein- en tankstations en sportlocaties tot pretparken en bioscopen. Producenten en importeurs moeten voor de Nederlandse markt hun verpakkingen aanpassen met nieuwe EAN-codes en het statiegeldlogo. “Daar zijn forse investeringen mee gemoeid”, zegt Janvier. Ook het systeem met heffingen en vergoedingen is op de schop gegaan. Retailers krijgen nu een vergoeding, voor een verplicht innamepunt tussen de 2,50 en 4,08 eurocent per ingenomen flesje (de vergoeding hangt af van de innamewijze). Dat zijn het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) en Statiegeld Nederland zo overeengekomen. De statiegeldplicht geldt voor flessen (0,25 - 3 liter) van frisdranken en waters (die meestal van PET zijn). Flessen met sap of zuivel of bierflesjes van glas vallen erbuiten. Op hervulbare bierflesjes blijft statiegeld zitten en die kan de consument inleveren op de gebruikelijke plekken. PRIKKEL Janvier en haar collega’s zijn druk bezig met de landelijke voorlichtingscampagne die in juni gaat starten. Voor de vrijwillige innamelocaties zijn ‘donatiebakken’ in de maak. “We weten niet hoe het bij de nieuwe innamepunten gaat uitpakken. Gaat de consument het gebruikte flesje daar ook weer inleveren of gaat het mee naar huis. Dat weet je niet met on-the-go producten. We verwachten dat 90 procent van de flesjes gewoon via het supermarktkanaal terug zal komen.” Het is nog de vraag of het bedrag van 15 eurocent statiegeld per flesje een toereikende prikkel is om plastic flesjes niet langer op straat weg te gooien. Uit eerder onderzoek kwam naar voren dat het optimale evenwicht tussen acceptatie van de consument en kostenefficiency bij dit bedrag ligt. “Dat gaan we nog zien”, zegt Janvier. Eind 2022 vallen ook blikjes onder de statiegeldplicht (net als de flesjes voor 15 eurocent), een volume van naar schatting twee miljard stuks. Janvier stelt dat Statiegeld Nederland zich daar nog niet mee bezighoudt, “maar dat zal zeker een extra uitdaging zijn. Blikjes worden vaak geplet en dat maakt de inname extra moeilijk.”
SUPERMARKTEN Het extra volume van 900 miljoen statiegeldflesjes bovenop de jaarlijks 600 miljoen grote petflessen is een grote opgave voor de supermarkten, weet directeur René Hissink van Tomra Systems. “Driekwart heeft daar geen ruimte voor in de winkel. Daarom moeten supermarkten flessen in de winkel meteen gaan compacteren.” Het van origine Noorse Tomra is marktleider in emballage-automaten in ons land. Ruim 4000 supermarkten heeft een of meerdere flessenautomaten van het bedrijf. De plaatsing van nieuwe machines en de aanpassingen aan bestaande inname-automaten zijn in volle gang, zegt Hissink. “De meeste supermarkten kiezen ervoor alles in één keer goed te doen, om straks ook voor de inname van blikjes klaar te zijn.” BENZINESTATIONS Hissink verwacht dat slechts een enkeling onder de retailers niet op tijd klaar zal zijn. “Het gros is dat wel. De meesten staan er ook positief tegenover. Het merendeel van de franchisenemers heeft duurzaamheid hoog zitten.” Bij de nieuwe innamepunten, zoals de benzinestations, ziet Hissink vooralsnog weinig interesse voor geautomatiseerde flesjes-inname. “Ze kijken de kat uit de boom. Onduidelijk is hoe groot de stroom flesjes is die ze kunnen verwachten. Pas straks weten ze of ze het handmatig aankunnen of dat er toch machines nodig zijn.” Technisch gezien zijn de machines van Tomra geschikt voor de inname van kleine
flessen en blikjes. De fabrikanten die zich bij Statiegeld Nederland hebben aangemeld, hebben op verzoek van Tomra alle informatie over hun flesjes gedeeld. “Veel fabrikanten proberen zich met een eigen model flesje te onderscheiden”, vertelt Hissink. “In onze database zitten alle vormen en formaten. De sensoren in onze machines kunnen alle statiegeldflesjes moeiteloos herkennen.” HERGEBRUIK Van de grote petflessen komt via het statiegeldsysteem zo’n 95 procent terug bij de fabrikant. Hissink schat zelfs zo’n 98 procent. Het hergebruik van de ingenomen plastic flessen groeit intussen. Zo bestaan de bronwaterflessen van Bar le Duc volledig uit PET-recyclaat. De grote middenmoot zit op 50 procent en nog maar een enkeling op slechts 15 procent. “Fabrikanten zien steeds scherpere regels uit Brussel op zich afkomen”, verklaart Hissink. “De maatschappelijke druk neemt toe. Alles is erop gericht wegwerpplastic tegen te gaan. Dat is een onomkeerbare beweging.” De Tomradirecteur vangt wel geruchten op dat fabrikanten over willen stappen op andere verpakkingen, zoals glas of tijdelijk blik, die niet onder het Statiegeldbesluit vallen. Hij kent geen concrete voorbeelden. “Zoiets zal toch een rare indruk geven in een wereld met een steeds grotere schaarste aan grondstoffen. Vanwege haar eerdere lobby een aantal jaren terug om de statiegeldplicht volledig af te schaffen heeft de industrie toch al de schijn tegen.”
De verwachting is dat 90% van de flesjes terugkomt via de supermarkten.
GRAM #04 mei 2021 | 13
Bij Statiegeld Nederland zegt Janvier nog helemaal niets te hebben gemerkt van een overstap door fabrikanten op andere verpakkingsmaterialen. “Veel keus is er niet en ik denk dat zo’n ingreep erg kostbaar is. De industrie doet zichzelf daar vast geen plezier mee. We anticiperen daar in elk geval niet op.” GEMEENTEN Voor gemeenten en inzamelaars is geen rol in het systeem van de statiegeldverpakkingen weggelegd. Volgens een ruwe schatting bestaat maar 4 procent van het huishoudelijke PMD uit kleine flesjes. Het gemis van zo’n klein aandeel zal amper impact hebben op de vergoeding, die gemeenten per ingezamelde hoeveelheid PMD uit het Afvalfonds ontvangen. Toch ziet Hissink nog wel een terrein waar gemeenten een bijdrage kunnen leveren: de openbare ruimte. “Supermarkten die geen ruimte hebben voor een nieuw innamesysteem zouden in de buitenruimte
bij de winkel een kiosk kunnen bouwen. In het buitenland zijn daar voorbeelden van. Het zou mooi zijn als gemeenten dan mee zouden denken met zo’n winkelier.
EIND 2022 VALLEN OOK BLIKJES ONDER DE STATIEGELDPLICHT, EEN VOLUME VAN NAAR SCHATTING TWEE MILJARD STUKS. Je streeft immers een gemeenschappelijk doel na, namelijk meer circulariteit.” Janvier hoopt dat de gemeenten de campagne in juni gaan ondersteunen. “Voorlichting is belangrijk. In de loop van april komt op
de site van Statiegeld Nederland een algemene toolkit beschikbaar. De meeste gemeenten hebben zich altijd uitgesproken vóór statiegeld op kleine flessen. Het zou fantastisch zijn als ze ons ook bij de uitvoering van de plannen steunen.” BEWUSTWORDING De lat voor de inname van kleine flessen ligt op 90 procent, zo heeft staatssecretaris Van Veldhoven bepaald. Hissink verwacht niet dat de retailers meer zullen doen. “Dan wordt het onnodig duur voor ze. De hoogte van het statiegeld speelt zeker mee of we dat doel gaan halen, maar ik denk dat 15 eurocent genoeg is. Of dat voor de blikjes ook het geval is, moeten we nog afwachten.” Janvier benadrukt dat het een hele uitdaging zal zijn om het doel van 90 procent te halen. “We zullen daar nog flink aan moeten trekken. Het heeft ook alles te maken met de bewustwording bij de consument. We zullen niet nalaten alles uit de kast te halen.”
Verhuur van bovengrondse afvalcontainers
Aanslag
Eigen transportservice
Kinshofer
ConTrade beschikt over een groot aanbod van diverse soorten en typen bovengrondse onderlossende afvalcontainers, welke naar wens van de klant, kort of langdurig, verhuurd kunnen worden.
3-Haak
Schone oplevering
In welke situatie(s) kunnen wij u helpen? ʥ Wanneer tijdelijk extra bijplaatsing van één of meerdere containers is gewenst
Wat bieden wij?
ʥ De aanwezige inzamelmiddelen defect, afgekeurd of onbruikbaar zijn
ʥ Containers met diverse opnamesystemen ‘kinshofer, 3-haak of aanslag’
ʥ De inzamellocaties tijdelijk of langdurig niet bereikbaar zijn
ʥ Containers met verschillende inhoudsmaten variërend tussen 3 en 5 kuub
ʥ Bij herinrichting van stedelijk gebied
ʥ Modulaire containers waarvan opnamesystemen en fractie-inworp gewisseld kunnen worden
14 | GRAM #041 mei 190x130mm_GRAM-C.indd
2021
Meer weten? Kijk op www.contrade.nl of bel 085 – 0130 230.
22-1000-0508-01 GRAM mei 2021
07-04-2021 13:17
GEBREK AAN TRANSPARANTIE BEMOEILIJKT DUURZAAM AANBESTEDEN In verschillende rondes komt stilaan een methodiek voor aanbesteden tot stand waarmee gemeenten de afvalketen kunnen verduurzamen.
G
TEKST: RENÉ DIDDE
emeenten kunnen duurzame balpennen en printpapier inkopen. Ze hebben de beschikking over criteria waarmee ze de meeste duurzame cateraar kunnen beoordelen, duurzame elektriciteit inkopen of hun transport verduurzamen. Dat spoort ze aan om niet per se de minst dure, maar vooral de meest duurzame aanbieder bij een aanbesteding in beeld te brengen. Volgens onderzoeker Geert Bergsma van adviesbureau CE Delft zijn er drie terreinen waar het duurzaam inkopen écht zoden aan de dijk zet. Dat zijn de inkopen waar de gemeente niet alleen beslist voor haar eigen activiteiten en ambtenaren maar ook voor de inkoop voor al haar burgers. De grote knaller is het GWW-werk, zoals onderhoud van openbare werken als wegen, oevers en ook riool; vervolgens het openbaar vervoer, zoals bus en tram/lightrail en tenslotte de zorg voor verwerking van huishoudelijk afval. Niet alle gemeenten hebben natuurlijk de vrijheid om openbaar vervoer in te kopen of de af-
valverwerking aan te besteden. De 44, meest Noord-Hollandse gemeenten bijvoorbeeld, die eigenaar zijn van afval- en energiebedrijf HVC besteden de afvalverwerking niet aan, maar zijn aangesloten bij HVC (inbesteden). “Maar ze kunnen wel meer sturen op duurzaamheid”, aldus Bergsma. GEEN GOEDE CRITERIA Toch bestaan er nog geen goede criteria waarop gemeenten hun aanbesteding voor afvalverwerking kunnen baseren. Dat is vreemd. Want er zijn sinds een jaar of vijf tal van initiatieven om gemeenten te manen tot een duurzamer inkoopbeleid die ook de afvalverwerking raken. Zo is er naast het Klimaatakkoord (veertig procent minder broeikasgassen in 2030), ook het programma Circulaire Economie (vijftig procent minder grondstoffenverbruik in 2030). Tenslotte moedigt het Manifest Maatschappelijk Verantwoord Inkopen de overheid aan zich als launching customer te manifesteren.
De afvalenergiecentrale van HVC in Alkmaar, foto Dennis Claessens, Nationale Beeldbank.
GRAM #04 mei 2021 | 15
Programma’s genoeg maar toch houden niet alle gemeenten rekening met duurzaamheid bij het inkopen van de verwerking van huishoudelijk afval. “Dat komt mede doordat voor afvalverwerking tot nog toe geen methodiek en officiële zogeheten criteriadocumenten bestaan”, zegt Geert Bergsma. “Wel werd er soms gelet op transportafstand bij afval maar dat bepaalt de duurzaamheid van de afvalketen maar heel beperkt.” “Gemeenten die bij de aanbesteding op klimaatprestaties en terugwinning van grondstoffen willen letten, vinden duurzaam aanbesteden van afval complex”, constateert Geert Bergsma. De afvalonderzoeker van adviesbureau CE Delft probeert al een paar jaar een handzame methodiek op te stellen. In opdracht van afvalverwerker Attero kwam hij dit voorjaar met een update van zijn eerdere pogingen. Ten opzichte van twee eerdere versies zijn de kengetallen geupdated. “Na verzoeken vanuit de markt is bovendien de manier waarop het energierendement van de afvalverbranding meeweegt, verbeterd.” Zo maakt CE Delft niet langer gebruik van een driedeling in de afvalverbranding (hoog, middel en laagrendement), maar rekent het bureau met een glijdende schaal van exacte percentages. Er is overigens al gewerkt met de aanbestedingsmethodiek, zoals in Den Haag (2019), Metropoolregio Amsterdam MRA (2019), AVU (2019) voor verbranding. Voor gft werkte Avri en GAD in 2019 met de methodiek.
“ DE ZORG VOOR VERWERKING
hoeveelheden organische materiaal, PMD en ook papier bevat. Hier zoveel mogelijk grondstoffen uithalen, loont.” Het probleem is dat door de aanbestedende diensten nog niet zo makkelijk te bepalen is, welke AEC het beste energetische rendement (thermisch én elektrisch) heeft, aldus Bergsma. “Sinds een jaar of vijftien is dat niet openbaar. Het zou de afvalbranche sieren om dit openbaar te maken.” Zo wordt algemeen aangenomen dat de AEC Amsterdam het beste rendement heeft, maar dit is niet zo, ontdekte Bergsma. “De Omrin-installatie in Heerenveen is nog iets beter. Niet zozeer omdat daar meer elektriciteit uit het restafval wordt gemaakt, maar omdat de warmte het hele jaar wordt afgezet aan omliggende industriële bedrijven. In Amsterdam wordt de meeste warmte aan het stedelijke warmtenet geleverd, maar deze warmte heeft ‘s zomers amper afzet.” Ook over de hoeveelheden biogas die uit gft wordt gehaald, zijn moeilijk openbare cijfers te vinden voor inkopers. Ook hier zou openbare informatie helpen, “maar de composteerders zijn begrijpelijk erg beducht om open kaart te spelen gezien de marktwerking”, constateert Geert Bergsma ook hier. Naast zoveel mogelijk biogas produceren, speelt hier ook de toepassing van compost. De verwerker die hoogwaardige compost maakt en daardoor de inzet van veen uit bijvoorbeeld de Baltische Staten vermijdt, is duurzamer bezig dan wanneer laagwaardige compost over een boerenakker wordt uitgereden. Op het gebied van PMD-verwerking is de meest duurzame knop om zoveel mogelijk monoplastics uit het restafval te halen. CE Delft concludeert dat de verwerkers die de vermarkting van de plastics erbij doen, op dit vlak beter scoren. “Deze verwerkers hebben bedui-
VAN HUISHOUDELIJK AFVAL IS ÉÉN VAN DE DRIE TERREINEN WAAR HET DUURZAAM INKOPEN ECHT ZODEN AAN DE DIJK ZET. ” RESTAFVAL, GFT EN PMD CE Delft bekeek de verwerking van het restafval, maar ook gft-verwerking en PMD-afval. Wie de verwerking van restafval zo duurzaam mogelijk wil laten verlopen, moet zoveel mogelijk afval nascheiden en zoveel mogelijk energie uit het afval zien te maken, zo luidt de hoofdconclusie. “De afvalenergiecentrales (AEC’s) die zijn uitgerust met een nascheider, halen nog het nodige organische materiaal (ONF) uit het restafval, net als PMD-materiaal”, concludeert Bergsma. Door dat ONF te vergisten, ontstaat energie. Het digestaat wordt dan alsnog verbrand met een zo hoog mogelijk rendement. Datzelfde geldt voor de verbranding van de uiteindelijk restafvalfractie. Hoe hoger het rendement van de AEC, hoe beter. Om misverstanden te voorkomen: deze studie gaat níét over een afweging tussen nascheiding versus bronscheiding, benadrukt Bergsma. “We hebben gekeken wat de beste opties zijn voor het huishoudelijk restafval. We weten dat zelfs gemeenten die aan bronscheiding doen over restafval beschikken dat nog aanzienlijke
16 | GRAM #04 mei 2021
Op het gebied van PMD-verwerking is de meest duurzame knop om zoveel mogelijk monoplastics uit het restafval te halen.
dend minder plasticmix stromen. Als de sorteerders geld kunnen verdienen met goed scheiden, is dat een heel goede prikkel om het beste resultaat te bereiken.” BRANCHEVERENIGINGEN Opdrachtgever van de studie is Attero. Maar dat betekent niet dat er alleen gegevens van Attero zijn gebruikt. “Het is geen Atteroverhaal”, benadrukt Bergsma. “We hebben zoveel mogelijk gegevens van onafhankelijke bronnen gebruikt.” Zou het niet logischer geweest zijn als Vereniging Afvalbedrijven opdrachtgever was geweest, of, beter nog, VA en NVRD? Dan was er mogelijk ook een directe prikkel geweest om alle rendementsgegevens van de AEC’s en de prestaties van de nascheiders en de vergistingsinstallaties boven tafel te krijgen. “Zeker”, zegt Bergsma, “VA wilde wel meekijken maar niet meebetalen. Ik snap dat ook wel. Want bij brancheverenigingen als VA en NVRD is het soms lastig om individuele leden langs de meetlat te leggen. Bovendien zijn er veel ‘gebonden gebruikers’, zoals de gemeenten die eigenaar zijn van HVC.” Ook het Rijk is niet de aangewezen partij. “Het Rijk gaat over ICT, koffiebekers en transport. Restafval is een zaak van gemeenten.”
Bergsma is hoopvol. “Ten opzichte van de eerdere versies hebben we al meer gegevens. En de methodiek wordt al gebruikt. Hopelijk doen er in een volgende editie nog meer partijen mee zodat meer openbaar wordt en gemeenten echt een goede afweging kunnen maken.” CE Delft wil ook nog meer afstemming met partijen uit de afvalsector bewerkstelligen om de consensus over de waarde van de aanbesteding te vergroten. De nadruk ligt nu veel op de energieprestaties: vermeden CO2-emissies, rendement van elektriciteitsproductie en warmte-afzet. Het circulaire karakter zoals hoeveelheid teruggewonnen secundaire grondstoffen, speelt minder op de voorgrond. “Klopt”, zegt Bergsma. “Het is op veel terreinen haast inwisselbaar met energie: als je veel kunststoffen of metalen terugwint, spaar je grondstoffen en vermijd je ook energie.” Hij geeft toe dat de biodiversiteit van de bodem, verhogen van het organisch stofgehalte, en daardoor het tegengaan van droogte tot nog toe wat ondergewaardeerd zijn. “Dat willen we in een nieuwe versie beter uitwerken. Dan kan een inkoper tot een nog beter gemotiveerde keuze komen. Maar met de huidige methodiek kan je de afvalketen ook al flink verduurzamen.”
NIEUW PLATFORM ‘SCHOUDERS ONDER SCHOON’ VOOR EEN SCHOON NEDERLAND Diverse overheden, bedrijven, brancheorganisaties en NGO’s hebben de krachten gebundeld om de communicatie over zwerfafval te verbeteren. Doel is een schoon en zwerfafvalvrij Nederland. Iedere organisatie werkt op haar eigen manier aan de aanpak van zwerfafval. Door te communiceren over wat ze doen, kunnen soortgelijke organisaties daar weer van leren. Daarbij kan het gaan om een bronaanpak, zoals minder en/ of plasticvrije verpakkingen en retourpremies, maar ook om gedragsbeïnvloeding, afvalbakken en slimme manieren van schoonmaken. Als het gaat om communicatie om schoon gedrag van burgers en bedrijven te stimuleren, kunnen alle soorten organisaties van elkaar leren. Dit heeft nu al geleid tot afstemming en samenwerking. Uitwisseling en ontwikkeling van kennis en campagnes staan dan ook centraal in het platform. Samen sterk. Op de site www.schoudersonderschoon.nl is te vinden hoe de verschillende organisaties werken aan schoon en welke middelen ze daarvoor inzetten. Wilt u ook op de site met uw organisatie en uw aanpak, mail dat dan even aan: schoudersonderschoon@rws.nl. Ook zullen op de site de kennissessies van het platform worden aangekondigd. U kunt gebruik maken van het platform door aan te haken bij kennissessies en/of hulpmiddelen te downloaden vanuit de toolbox. Bijvoorbeeld de nieuw ontwikkelde campagne voor schone parken. Zo gefikst!
GRAM #04 mei 2021 | 17
HOE DOEN ZIJ DAT? DEZE MAAND: INZAMELEN VAN PMD BIJ HOOGBOUW TEKST HETTY DEKKERS
Adriaan Ballast, beleidsmedewerker groen & afval gemeente Wierden. Contact: a.ballast@wierden.nl
HOE VERLOOPT DE INZAMELING VAN PMD BIJ DE HOOGBOUW? Wij hebben slechts een kleine duizend hoogbouwaansluitingen, dat zijn wat luxere woningen voor senioren en dergelijke. Tot voor kort zamelden we hier eens per twee weken pmd in zakken in, voor het overige konden de bewoners hun pmd naar bovengrondse verzamelcontainers brengen, vaak bij supermarkten in de buurt. Die bovengrondse pmd-containers gaan we nu in de hele gemeente weghalen. Bij de hoogbouw gaan we weer wekelijks pmd-zakken inzamelen.
Jasper Somers, coördinator buitendienst Waardlanden. Contact: jaspersomers@waardlanden.nl
HOE VERLOOPT DE INZAMELING VAN PMD BIJ DE HOOGBOUW? Aanvankelijk zamelden wij pmd in via zakken die aan de straat moesten worden gezet. Een jaar of vijf geleden zijn we overgeschakeld op ondergrondse verzamelcontainers, direct bij de hoogbouw.
18 | GRAM #04 mei 2021
WAAROM OVERGESTAPT OP EEN ANDERE METHODE? De vervuiling in de bovengrondse pmdcontainers was veel te groot, altijd ver boven de toegestane 15 procent. Zo’n container is anoniem en nodigt uit om er van alles in te gooien, dat gebeurt dan ook. De laagbouw heeft bij ons vaak minicontainers voor pmd, voor de hoogbouw hebben we dus gekozen voor wekelijkse inzameling van zakken, in plaats tweewekelijks.
risico op meer rommel op straat, maar alle factoren meegerekend vinden we dit bij de hoogbouw toch de beste oplossing.
RESULTATEN? We weten al dat de zakinhoud van de hoogbouw bij ons van goede kwaliteit is. De hoogbouwbewoners scheiden hun afval goed. De verzamelplaatsen daar zijn beschut, in het groen, zodat de zakken ook niet wegwaaien. Op zich zijn we niet per se voorstander van zakken, vanwege het
TIPS VOOR ANDER GEMEENTEN? Als je aan bronscheiding doet, zoals wij, heb je de mensen nodig. En ze betalen het uiteindelijk zelf, als ze niet goed scheiden. Het wordt uiteindelijk allemaal verrekend via de afvalstoffenheffing. Dat laatste beseffen veel mensen niet, daar kun je in je voorlichting dieper op in gaan.
Inmiddels wordt de inhoud van die containers nagescheiden in een speciale installatie, een vsi.
je hem er gewoon in zitten. Overigens schakelt Waardlanden in de toekomst, bij invoering van het nieuwe beleid, volledig over op nascheiding bij de hoogbouw. De ondergrondse containers voor pmd worden hier dan omgebouwd voor restafval.
WAAROM OVERGESTAPT OP EEN ANDERE METHODE? De kwaliteit van het pmd uit de ondergrondse containers viel tegen, ik schat dat er nog steeds een vervuiling in zit van zo’n 25 procent. Dat is te hoog, dat zou alleen maar afkeur opleveren. De ondergrondse containers voor pmd hebben ook geen toegangscontrole, men kan er makkelijk van alles in gooien. Het voordeel van zakken was dat ze transparant waren, een zak piepschuim pikte je er gemakkelijk uit. Bij ondergrondse containers zie je dat niet en is de vervuiling te groot, daarom kiest Waardlanden voor nascheiding. RESULTATEN? Het voordeel van nascheiding is dat je er met één druk op de knop de stromen uit kunt halen die je wil. Als een stroom niet te vermarkten of goed te recyclen is, dan laat
ZIJN ER EXTRA ONDERSTEUNENDE MAATREGELEN? We zijn dit voorjaar een extra voorlichtingscampagne gestart, helemaal gericht op pmd. Wat mag er wel in wat niet, dat leggen we mensen nog eens goed uit via brieven, keukenleggers en stickers.
ZIJN ER EXTRA ONDERSTEUNENDE MAATREGELEN? We hebben wel veel aan voorlichting gedaan, bij de invoering van de ondergrondse containers, maar kennelijk is de boodschap niet goed overgekomen. TIPS VOOR ANDER GEMEENTEN? Lastig. Het hangt er helemaal van af welk systeem je kiest. Zelf denk ik dat ondergrondse containers zonder toegangscontrole niet geschikt zijn voor bronscheiding. Wij hebben ook last van omliggende diftargemeenten. Bewoners uit deze gemeenten storten vaak hun afval in onze containers omdat deze vrij toegankelijk zijn. Op deze manier komen zij kosteloos van hun afval af.
WAAROM OVERGESTAPT OP EEN ANDERE METHODE? De gemeente Amersfoort heeft in 2016 besloten over te stappen op omgekeerd inzamelen. Het zelf weg moeten brengen van gescheiden stromen past daar niet bij, vandaar de pilot. Het was een grootschalige proef, bij 55 flatgebouwen met in totaal meer dan 2000 adressen. Behalve pmd faciliteerden we ook andere stromen, zoals papier. Amersfoort bestaat voor een derde uit hoogbouw, dus men wilde ook daar oplossingen die passen bij omgekeerd inzamelen.
Rik Hardenberg, beleidsadviseur afval en grondstoffen Rova. Contact: rhardenberg@rova.nl
HOE VERLOOPT DE INZAMELING VAN PMD BIJ DE HOOGBOUW? We hebben vorig jaar een pilot gehouden in de gemeente Amersfoort. Voorheen moesten de hoogbouwbewoners hier hun zakken pmd zelf wegbrengen naar verzamelcontainers bij centrale locaties zoals winkelcentra. In het kader van de pilot hadden we verzamelcontainers bij elk wooncomplex geplaatst, ondergronds, bovengronds en inpandig.
RESULTATEN? De ervaringen met de inpandige containers waren niet goed, daar was de vervuiling flink. Maar dat zal te maken hebben met het feit dat die inpandige containers voorheen voor restafval waren. Mensen waren gewend daar hun restafval in te doen. Wij hebben er van geleerd dat je zulke containers eerst een paar weken moet sluiten, om de gewoonte te doorbreken. De ondergrondse containers buiten konden we niet apart controleren, omdat die samen met andere containers geleegd werden, maar de bovengrondse containers, die in cocons stonden, gaven een heel goed resultaat. De vervuiling was hier gemiddeld slechts 8 procent. We hebben ook de kwantiteit gemeten, gemiddeld werd er 17 kilo pmd per inwoner per jaar
ingeleverd. Dat zijn mooie resultaten, voor pmd bij hoogbouw. De gemeente Amersfoort beraadt zich nu over voortzetting van deze inzamelmethode. ZIJN ER EXTRA ONDERSTEUNENDE MAATREGELEN? We hebben heel hoog ingezet op deze pilot, dat wil zeggen veel extra communicatie en voorlichting. We hadden tevens afvalcoaches ingezet, die de containers controleerden en vervuilingen verwijderden. Zij spraken ook veel met de bewoners, zodat de boodschap goed overkwam. Daarnaast hebben we besloten op plaatsen waar de verontreiniging ondanks alles hoog bleef de containers weg te halen. Mocht het zijn dat deze inzamelmethode straks gecontinueerd wordt en stadsbreed ingezet, dan zal de begeleiding, vanwege de kosten, iets minder intensief zijn en mikken we op een resultaat van 13,5 kilo pmd per inwoner per jaar. TIPS VOOR ANDER GEMEENTEN? Lever maatwerk, kijk naar het type inzameling en het type wooncomplexen, want de situatie kan overal anders zijn. En houd ook de tevredenheid van de bewoners in de gaten. Wij hebben gemerkt dat mensen best bereid zijn iets extra’s te doen, als ze maar begrijpen waarom. De bewonerstevredenheid voor en na de pilot was bij onze hoogbouwpilot even hoog, rond de 7,5.
GRAM #04 mei 2021 | 19
HOOGLERAAR ERNST WORRELL OVER DE CIRCULAIRE ECONOMIE
“CIRCULAIR IS NOG NIET DUURZAAM” De recycling van grondstoffen vordert, constateert hoogleraar energie en grondstoffen Ernst Worrell. De circulariteit van het geheel is daarentegen nog ver weg. Om ook de klimaatwinst van effectief afvalbeheer niet te vergeten. “We doen het helemaal nog niet zo goed.” TEKST: PIETER VAN DEN BRAND
I
Er is nog steeds veel te veel afval, foto Jan Zandee Nationale Beeldbank.
n het tv-programma De Vuilnisman van journalist Teun van de Keuken werd hij geïntroduceerd als ‘onze nationale afvalprofessor’. “Dat was wel even schrikken”, zegt Ernst Worrell met een glimlach. “Ik beschouw het maar als een geuzennaam.” Het ligt name-
20 | GRAM #04 mei 2021
lijk genuanceerder. Worrell is hoogleraar Energy, Resources & Technological Change aan de Universiteit Utrecht en doet onderzoek naar hoe we duurzamer met energie en grondstoffen om kunnen gaan. Hij kijkt niet alleen naar de technologische mogelijkheden, maar doet beleidsevaluaties en
ontwikkelt monitoringmodellen voor de transitie naar een klimaatvriendelijker en duurzamer grondstoffengebruik. Het tvprogramma legt volgens Worrell de vinger op de zere plek. “Op te veel activiteiten wordt het stempel ‘circulair’ geplakt met de veronderstelling dat het dan wel goed
zit. De circulaire economie functioneert alleen goed, als ze bijdraagt aan een duurzame ontwikkeling. Als je dat gegeven opzij schuift, omdat je geld kunt verdienen, dan moet je niet verbaasd zijn wanneer dat een keer aan de kaak gesteld wordt. We doen het helemaal nog niet zo goed.” Om één van de obstakels bij de kop te pakken. “We produceren nog veel te veel afval en we brengen een groot deel naar afvalverbrandingsinstallaties”, zegt Worrell. “Dat heeft niets met de circulaire economie te maken. Zo’n twintig jaar terug werd er in het nationale beleid serieus op recycling en minder afval ingezet. Toch werden er op dat moment nog nieuwe afvalovens gebouwd. Men wist dat de hoeveelheid afval omlaag zou gaan. Het gevolg is dat de installaties er nu staan en niemand er geld op wil verliezen. De overgebleven ruimte vullen we in met geïmporteerd afval. Dat vind ik niet zo slim. Het is een prikkel om meer te verbranden en gaat in tegen de wens dat we minder afval moeten produceren. Als je iets verbrandt, dan is het weg, op wat as en mineralen na. Ook het onder de grond stoppen van de bodemassen is niets meer dan een lineaire vuilstort.”
“ EIGENLIJK ZOU ER EEN TOTAALVERBOD MOETEN KOMEN OP HET AANBIEDEN VAN RECYCLEBAAR MATERIAAL AAN DE AFVALOVENS. ” De verbrandingsbelasting en de CO2-heffing voor de afvalenergiecentrales, ingegeven door het Urgenda-vonnis om minder broeikasgas uit te stoten, zijn een stap in de goede richting, betoogt Worrell. “In afval zit nog heel veel plastic en dat geeft bij verbranding veel CO2-emissies. Maar eigenlijk zou er een totaalverbod moeten komen op het aanbieden van recyclebaar materiaal aan de afvalovens.”
Ernst Worrell doet onderzoek naar hoe we duurzamer met energie en grondstoffen om kunnen gaan, foto Marc Wallican. SCHEIDEN Tegelijkertijd ziet Worrell de kwaliteit van recyclebare stromen afnemen. “Veel gemeenten zijn fanatiek met afvalscheiding aan de slag gegaan, maar de kwaliteit van grondstofstromen staat onder druk. De meeste mensen zijn welwillend, toch is moeilijk inzichtelijk wat nu waar bijhoort. Het is te ingewikkeld. De consument heeft geen boodschap aan een convenant tussen gemeenten en industrie, dat bepaalde verpakkingen van plastic een vergoeding krijgen en andere niet. Die wil ál zijn plastic kwijt.” Nascheiden is volgens Worrell geen optie. “Het levert meer grondstoffen op, maar het nadeel is dat ze in contact zijn geweest met etensresten en ander vuil. De grondstoffen schoon krijgen is dus een hele klus. Ik betwijfel sterk of dat voldoende kwaliteit recyclaat oplevert om aan een werkelijke circulaire en duurzame samenleving bij te dragen.” Volgens Worrell valt de grootste winst aan de voorkant te behalen. “Recycling is het fundament van de circulaire economie, want alles komt een keer aan het eind van zijn levensduur. Zaak is echter dat je dan materialen terug kunt winnen voor herge-
bruik als nieuw product. Daarom is het zo belangrijk dat producten en verpakkingen zodanig worden ontworpen en gemaakt dat ze minder materiaal nodig hebben en het resterende materiaal snel en makkelijk is terug te winnen. Een heleboel plastic dat nu wordt ingezameld, komt niet terug als verpakking. Ook dat is downcycling.” CO2-EMISSIES Worrell constateert dat de sterke focus op het terugwinnen van grondstoffen een ander belangrijk aspect naar de achtergrond heeft verschoven: effectief afvalbeheer geeft minder uitstoot van broeikasgassen. Tien jaar terug werkte hij mee aan een verkennend onderzoek naar de potentiële bijdrage van duurzaam afval- en recyclingbeleid aan de reductie van broeikasgassen in Nederland. Door de recycling van papier, kunststof, textiel en gft zou ons land jaarlijks een paar miljoen ton aan CO2-emissies kunnen besparen. Vanuit de studie heeft Worrells onderzoeksgroep samen met de NVRD een model voor gemeenten ontwikkeld, om aan de hand van hun inzamel- en recyclingbeleid te bepalen hoeveel CO2emissies ze bij verschillende stromen
GRAM #04 mei 2021 | 21
kunnen besparen. “Er is de afgelopen jaren veel plastic gerecycled en we zijn gft gaan vergisten, dus we hebben zeker een deel van het toen berekende CO2-potentieel gerealiseerd”, zegt Worrell. “Voor een groot deel echter niet. De aannames van toen golden voor hoogwaardige recycling. Kunststofrecyclaat vervangt nu vooral hout, neem de zitbanken en bermpaaltjes. Het is prima dat dit gebeurt, maar de CO2-reductie is een stuk lager dan bij nieuw plastic. Er valt dus nog een wereld te winnen.”
ze problemen die ze bij inzameling en recycling tegenkomen, signaleren. Producenten moeten daar dan wel wat mee doen. De bal ligt toch bij de nationale overheid en Brussel. Zij moeten hierin meer hun rol pakken.” PUZZELSTUKJES Al hoeven gemeenten volgens Worrell beslist niet op hun handen te zitten. Worrell noemt de proef vorig jaar november in de Utrechtse binnenstad, waar twee takeaway-cafés hun klanten herbruikbare drinkbekers van gerecycled plastic meegaven. Bij dit initiatief van start-up Enviu, Recycling Netwerk en Natuur & Milieu was ook de gemeente betrokken. Na de meeneembekers volgde een proef met herbruikbare verpakkingen voor afhaalmaaltijden. Nog een idee is het ‘100-100-100-experiment’ weer uit de kast te halen. Bij dit vier jaar geleden in verschillende gemeenten uitgeprobeerde concept probeerden honderd gezinnen gedurende honderd dagen honderd procent afvalloos te leven. “De deelnemers produceerden ruim tachtig procent minder
Het grote manco van plasticrecycling, aldus Worrell, is dat er geen afnameverplichting is voor het gerecyclede materiaal door de verpakkingsindustrie. “Er zit een gat in de producentenverantwoordelijkheid. Men wil het plastic zo goedkoop mogelijk inzamelen en het moet tegen lage prijzen weg. Maar nu met de coronacrisis wil helemaal niemand het materiaal hebben, omdat de lage olieprijs de productie van virgin plastic heel goedkoop heeft gemaakt.” Gemeenten kunnen hier weinig aan doen, aldus Worrell. “Wel kunnen
restafval. Hun restafval kon wekelijks in een schoendoos. Er zat een online forum bij, waar deelnemers ervaringen en tips uitwisselden. Dat geeft een spelelement en motiveert verder om zo min mogelijk restafval te produceren. Gemeenten zouden meer van dit soort living labs moeten organiseren. Dat is een veel betere oplossing dan recycling en het scheelt veel afval.” Een ander voorbeeld haalt Worrells uit zijn thuisstad Amersfoort, waar op de milieustraat ook een inneempunt van de kringloopwinkel zit. “Dat maakt het bezoekers makkelijk om afgedankte goederen af te geven. De synergie tussen gemeente en kringloopwinkel zorgt ervoor dat er minder spullen in de afvalbak terechtkomen. De kringloopwinkel zet daar bovendien mensen voor in met een achterstand tot de arbeidsmarkt. Hiermee wordt een ander stuk gemeentelijk beleid gerealiseerd, namelijk die groep aan een baan helpen. Zo zijn er allerlei creatieve oplossingen te bedenken. Zolang je de juiste puzzelstukjes maar aan elkaar legt.”
www.vlakglasrecycling.nl
Keramische kookplaten niet in de vlakglascontainer Vlakglas Recycling Nederland zamelt op bijna iedere milieupark in Nederland vlakglas in. De laatste tijd worden wij helaas steeds vaker geconfronteerd met keramische kookplaten. Keramisch glas is tijdens het recycleproces moeilijk te herkennen en te verwijderen. Zodra dit glas is gebroken, is het niet meer volledig handmatig te verwijderen uit de container. Dit glas mag absoluut níet in de glasbak. Door een andere chemische samenstelling heeft keramisch glas een hoger smeltpunt dan vlakglas. Bij de productie van nieuw vlakglas, flessen en glaswol kan dit gevaar opleveren. Neem bijvoorbeeld flessen met daarin brokjes niet gesmolten keramische scherven. Deze zijn zwakker van samenstelling dan normale flessen. Zeker bij koolzuurhoudende dranken is het risico op glasbreuk dan groter.
adv_VRN_190x130.indd 1 22 | GRAM 190x130mm_A.indd 1 #04
mei 2021
22-1000-0579-01 NVRD Gram 2021 mei
06-04-2021 14:19 07-04-2021 13:24
EEN KIJKJE BIJ YOUNG NVRD Young NVRD, het jongerennetwerk van de NVRD, heeft vorig jaar een herstart gemaakt met een nieuw bestuur, visie en eerste activiteit in de vorm van een online kennismaking. Dit jaar wil het netwerk groeien naar meer leden, een sterkere verbinding en uiteindelijk een grotere inbreng in de transitie naar een circulaire economie. TEKST: DOUWE HUITEMA Deze doelen wil het Young NVRD bestuur samen met haar leden bereiken. Daarom heeft het bestuur in maart een enquête uitgezet onder de Young NVRD leden. De uitkomsten zijn niet alleen interessant voor Young NVRD, maar ook voor 'old' NVRD. Daarom delen we hieronder graag de resultaten. BEHOEFTE Uit de enquête blijkt dat Young NVRD'ers vooral behoefte hebben aan het opbouwen van een netwerk en het delen van kennis en ervaringen. Ook tijdens de online kennismaking bleek dat veel mensen weinig meekrijgen buiten hun organisatie, en ze het daarom heel leuk vonden om via Young NVRD andere jonge branchecollega’s te ontmoeten met dezelfde uitdagingen. Maar niet alleen om het bij ontmoeten te houden. Er is ook behoefte aan inhoudelijk discussiëren met leeftijdsgenoten en gezamenlijk aanpakken van vraagstukken in de branche. Vóór de coronacrisis was het voor jonge medewerkers al lastig om te netwerken. Zo constateerden we dat de jonge garde vaak niet in grote getalen aanwezig was op evenementen of congressen.. En in de huidige thuiswerksituatie is ontmoeten al helemaal een uitdaging. We hopen daarom met de Young NVRD een informele en makkelijke manier te bieden voor netwerken en kennisdeling.
ZICHTBAARHEID De enquête bevestigt onze eigen constatering dat we op dit moment onvoldoende zichtbaar zijn. Young NVRD was een tijdje uit de lucht met een jaar zonder activiteiten. Een aantal oude leden kent ons nog, maar veel nieuwe leden kennen ons pas kort. Daar gaan we natuurlijk wat aan veranderen. Tips van respondenten zijn onder andere: meer aandacht in GRAM (waarvan akte), een nieuwsbrief, actiever op LinkedIn, meer sociale media inzetten, en NVRD-leden jonge medewerkers binnen hun organisatie wijzen op het Young NVRD-lidmaatschap. Dus beste lezer: voel u aangesproken om collega’s te attenderen op het jongerennetwerk van de NVRD! EN VERDER De resultaten van de enquête ziet u samengavat in de afbeelding (werken met vormgeving tools doen jonge leden natuurlijk in een handomdraai). Naast alle tips, kregen we ook veel complimenten voor de stappen die we al gezet hebben. Bedankt daarvoor! Het bestuur heeft heel veel zin om samen met alle Young NVRD'ers verder te bouwen. Oud en jong, jullie gaan ons zien! Meer weten over Young NVRD en onze activiteiten? Word lid van onze LinkedIn-groep: https://www.linkedin.com/groups/9014958/
ONDERWERPEN Young NVRD'ers zijn vooral geïnteresseerd in de toekomst van de afvalbranche. Termen zoals duurzaamheid, circulaire economie en digitalisering werden in de enquête veel genoemd. Als jonge tak van NVRD-leden voelen wij ons natuurlijk extra begaan met hoe onze branche zich de komende tijd gaat ontwikkelen. Daar willen we veel over leren en in betekenen. Ook de internationale context werd vaak aangestipt. Young NVRD erkent dat een wereldwijd perspectief onmisbaar is in het realiseren van onze circulaire ambities.
GRAM #04 mei 2021 | 23
HYBRIDE INZAMELING PMD BETER VOOR SCHEIDINGSDOELSTELLINGEN Met pmd-bronscheiding hebben Dordrecht en Schiedam al 12 jaar ervaring. Vanaf circa 2015 werd ook nascheiding haalbaar. Beide gemeenten kozen toen voor een hybride inzamelsysteem van bron- én nascheiding. Zo wordt meer pmd als grondstof ingezameld dan met één methode. Het verpakkingsfonds Afval/Nedvang vergoedt in het Ketenregiemodel echter niet langer de combinatie van methoden, wat hybride inzameling op de helling zet.
S
TEKST: MARTIJN KREGTING
chiedam en Dordrecht hebben duidelijke verschillen in bebouwing. Schiedam heeft veel hoogbouw. Bij slechts 20 procent van de woningen kunnen kliko’s worden toegepast. Dordrecht telt zo’n 55 procent eengezinswoningen, veelal met tuin, plus flatgebouwen met tuinen beneden. Bronscheiding van pmd levert in hoogbouw minder op dan in laagbouw. De redenen zijn divers. Er is veelal minder ruimte om grondstoffen gescheiden op te sparen tot de inzameldag - of tot er genoeg is om het weg te brengen. Pmd wegbrengen naar een verzamelcontainer vraagt relatief veel inspanning. Daarnaast telt hoogbouw relatief veel sociaaleconomisch zwakkere groepen waar het lastiger is om de boodschap van gescheiden inzameling goed over te brengen.
“We halen duidelijk meer pmd op uit de laagbouw dan uit de hoogbouw”, vertelt Pieter Fokkens, beleidsmedewerker afval en reiniging bij Gemeente Dordrecht. “Het overgebleven percentage pmd in het restafval is bij de hoogbouw veel hoger dan bij de laagbouw. Een goede reden om nascheiding aanvullend in te zetten naast bronscheiding. Dat levert voor de nascheider genoeg pmd op om break-even te spelen. En de meerwaarde van de combinatie met bronscheiding is duidelijk te zien.” HYBRIDE INZAMELING LOGISCHE KEUZE Voor Schiedam was de keuze voor hybride inzamelen logisch, vertelt Nicole Cup, procesmanager afval en reiniging bij de gemeente. “Het grote aandeel hoogbouw maakte voor ons bronscheiding vanaf het begin in 2010 tot een uitdaging, maar op grond van toen geldende regelgeving moest het wel. Nascheiding was nog niet echt een alternatief. De mogelijkheid voor aanvullende nascheiding kwam in 2014 en die hebben we omarmd.” Ondanks de lastige omstandigheden is de bronscheiding in Schiedam op stoom gekomen, mede door een actief stimuleringsbeleid en gewenning. Pmd-kliko’s voor laagbouw vanaf 2019 brachten verdere verbetering. Toch blijft ook Schiedam vasthouden aan de combinatie met nascheiding. “Er zit nog behoorlijk wat pmd in het restafval van hoogbouw. Dat maakte het zinvol om nascheiding aanvullend in te zetten.” Waarom dan niet alleen nascheiden? Fokkens: “Het gescheiden inzamelen van pmd geeft
24 | GRAM #04 mei 2021
een boost aan het gescheiden inzamelen van andere stromen, zoals papier, glas, gft en textiel. Pmd vormt 50-60 procent van het volume restafval. Als dat weg is, wordt duidelijker wat er nog in het restafval zit. Zo zijn, zonder dat we dit stimuleerden, mensen beter gft gaan scheiden. Dat is zeer positief, omdat de VANG-doelstellingen alleen haalbaar zijn met betere bronscheiding van gft. Alleen al daarom is het nuttig om ook te blijven bronscheiden bij pmd.” BETER NADENKEN OVER AFVAL Cup onderschrijft dit. “Mensen zien hoe weinig afval er overblijft na scheiding van pmd. Dit zet aan tot een betere scheiding van andere stromen, nadenken over verpakkingsmateriaal bij aankopen in de winkel en langer doen met spullen. En is bronscheiden thuis gewoon, dan doet men dat ook eerder en beter op school en werk. Omdat nascheiden bij de afvalstromen hier nog niet of nauwelijks wordt toegepast, is het belangrijk dat er zo goed mogelijk aan bronscheiding gedaan wordt.” Zowel Fokkens als Cup benadrukken dat stoppen met bronscheiding van pmd de verkeerde boodschap overbrengt. Cup: “We willen in Schiedam mensen in hoogbouw de mogelijkheid bieden om gfe-
Gescheiden inzameling bij hoogbouw in Schiedam, foto Jan Kok.
PMD-inzameling in Dordrecht, foto HVC. afval gescheiden aan te bieden. Als we nu zeggen: pmd hoef je niet meer te scheiden, maar gfe wel, dat gaat niet landen. Dan verlies je geloofwaardigheid.” Zij en Fokkens vinden het dan ook jammer dat gemeenten niet meer gecompenseerd worden wanneer zij nascheiding als aanvulling gebruiken. Nedvang vergoedt sinds het ingaan van de Ketenovereenkomst Verpakkingen 2020-2029 namelijk niet langer de combinatie van bron- en nascheiding. ANDERE GELUIDEN Er zijn ook andere geluiden over de combinatie van bron- en nascheiding. Uit onderzoek van het Learning Center Kunststof Verpakkingsafval naar de kosten van inzamelsystemen en de kwaliteit van het ingezamelde materiaal, komen volgens Marijn Teernstra (projectleider Rijkswaterstaat Leefomgeving, Afdeling Afval en Circulair) twee dingen naar voren: • De combinatie is duurder dan de keuze voor hetzij bron- hetzij nascheiding, omdat je de infrastructuur voor bronscheiding intact moet houden. De facto wordt een afvalstroom waar via bronscheiding al veel verpakkingen uitgehaald zijn, nogmaals volledig nagescheiden. Dat levert dubbele kosten op, maar een beperkte hoeveelheid extra nagescheiden verpakkingen. • De kwaliteit van het pmd-materiaal uit bronscheiding is lager. De precieze reden is niet bekend, mogelijk omdat het verhaal lastiger uit te leggen is aan burgers. “Het is overigens anders wanneer een gemeente in een gebied met veel hoogbouw voor nascheiding kiest en in een gebied met veel laagbouw voor bronscheiding”, nuanceert Teernstra. “Dan concurreren de systemen niet met elkaar.” AFVALFONDS: KEUZE MAKEN Het Afvalfonds Verpakkingen ziet nascheiding van kunststof verpakkingsafval net als bronscheiding als volwaardig inzamelsys-
teem. Inzameling van en het vergoedingensysteem voor kunststof verpakkingen valt onder producentenverantwoordelijkheid. Gemeenten bepalen welk systeem zij hanteren. Nedvang kan adviseren om bewezen effectieve keuzes te maken die een circulaire economie ten goede komen. Vanuit doelmatigheid en kostenefficiëntie vindt het Afvalfonds de keuze voor één systeem belangrijk. Dit geeft ook een eenduidig beeld naar de inwoners en maakt eenduidige communicatie mogelijk. “De in het artikel genoemde verwarring rondom het scheiden van gfe/gft onderschrijft dit”, aldus een woordvoerder van het Afvalfonds. “In gebieden met nascheiding is des te meer van belang dat het na te scheiden restafval zo min mogelijk organisch materiaal bevat en dat een goede bronscheiding van gft/gfe dus door de gemeente wordt gefaciliteerd.” AFSPRAKEN OVER VERGOEDINGEN Binnen het Platform Ketenoptimalisatie (PKO) hebben het Afvalfonds en VNG afgesproken dat gemeenten die bron- en nascheiding combineren, geen dubbele vergoeding ontvangen, benadrukt de woordvoerder. Zij komen alleen in aanmerking voor bron- én nascheidingsvergoedingen als zij ervoor zorgen dat elk huishouden is aangesloten op één inzamelsysteem - bron- of nascheiding - middels gescheiden inzamelroutes. Met bronscheiding of nascheiding alleen zijn VANG- en andere duurzaamheidsdoelstellingen in grote steden echter niet te realiseren, menen Fokkens en Cup. Reden voor beide gemeenten om vast te blijven houden aan hybride inzameling. Of dit ook op termijn haalbaar blijft, is afhankelijk van de verhouding tussen kosten en baten. “We blijven in overleg met Nedvang, hopend op een compromis”, benadrukt Cup. “Ik begrijp dat we niet alles vergoed kunnen krijgen. Maar een proportionele vergoeding voor de inspanningen die we verrichten moet toch mogelijk zijn. Dan kunnen wij als gemeenten blijven werken aan meer duurzaamheid, meer recycling én aan de scheidingsdoelen die Nedvang zelf stelt.”
GRAM #04 mei 2021 | 25
[Advertorial]
STICHTING OPEN MEER INZAMELING - MEER SAMENWERKING
Sinds 1 maart organiseert Stichting OPEN namens álle producenten en importeurs van elektrische apparaten de inzameling en verwerking van afgedankte apparaten (e-waste). In Nederland zitten we momenteel op 58% inzamelresultaat (exclusief zonnepanelen) maar wordt de Europese doelstelling nog niet behaald. Eind 2022 willen wij 65.000 ton extra e-waste inzamelen en verwerken om wel aan de doelstelling te voldoen. Dit kan Stichting OPEN alleen realiseren in nauwe samenwerking met publieke en private organisaties: zonder uw medewerking is dit niet mogelijk. Met alle partners die betrokken zijn bij de huidige inzameling van e-waste, zijn inmiddels gesprekken gevoerd en afspraken gemaakt om deze samenwerking verder te uitbouwen. Voor de korte termijn is daarmee de inzameling van de huidige 200.000 ton e-waste op jaarbasis gegarandeerd. Met deze samenwerking ligt er een stevige basis om het inzamelresultaat van e-waste te vergroten en het e-waste hoogwaardig te verwerken om te komen tot een circulaire economie. ALLIANTIE 65% De ambitieuze doelstelling waar Stichting OPEN zich aan heeft gecommitteerd, kan alleen gehaald worden in nauwe samenwerking met alle ketenpartners. Uw steun is onontbeerlijk. Wij willen graag in afstemming met onze ketenpartners gestructureerd overleg voeren om dit mogelijk te maken. Voor de publieke sector: Overleg overheid Het overleg met de rijksoverheid is met name bedoeld om knelpunten in de regelgeving te identificeren en weg te nemen. Ook
vindt hier het voortgangsoverleg met de overheid plaats over de behaalde inzamelresultaten. Daarnaast komen ontwikkelingen aan de orde, zoals hoe om te gaan met de circulaire doelstellingen die afwijken van de doelstellingen op grondstofterugwinning. Op welke wijze krijgt ’reparatie’ een plek in de circulaire economie? In het handhavingsoverleg wordt gesproken met handhavende instanties over verwerking conform CENELEC en het dichten van de lekstromen. Overleg gemeenten De gemeenten zijn voor ons zeer belangrijke ketenpartners: de helft van het ingezamelde volume wordt immers via de gemeentelijke milieustraten aangeleverd. En op grote schaal worden publieke organisaties (bijvoorbeeld via Midwaste) door ons ingeschakeld om e-waste te sorteren en voor sommige deelstromen te demonteren met inzet van SROI. Gemeenten beschikken over veel kennis over de eigen regio waardoor gerichte inzamelacties mogelijk zijn. Denk daarbij aan frequenter inzamelen van kleine apparaten (BEST-tas, grondstoffeninzamelwagen) of circulaire ambachtscentra. Ook werken veel gemeenten samen met kringloopbedrijven wat een goede mogelijkheid biedt om meer in te zamelen en hergebruik van nog werkende apparaten of onderdelen te realiseren. Met de gemeenten zal Stichting OPEN dan ook samen willen optrekken om passende, nieuwe initiatieven te ontwikkelen en te realiseren, die landelijk opgeschaald kunnen worden. Stichting OPEN kijkt dan ook uit naar een prettige samenwerking met de gemeenten. De uitnodiging volgt.
STICHTING OPEN: E-WASTE OPGELOST! IN EEN SNELTREINVAART ONZE AMBITIE? ZIE DE ANIMATIE ONDER “NIEUWS” (ALLIANTIE 65%) OP WWW.STICHTING-OPEN.ORG
DE LEDEN CENTRAAL “WERKEN MET MENSEN MET EEN AFSTAND TOT DE ARBEIDSMARKT IS MOOI EN LEERZAAM” TEKST: HETTY DEKKERS
In deze rubriek krijgen NVRD-leden een stem in GRAM. De NVRD is er immers voor en door de leden. Deze keer aan het woord: Jaap Poelsema, hoofd afdeling gemeentewerf bij de gemeente Weststellingwerf. WAT HOUDT JE FUNCTIE IN? Op de gemeentewerf doen wij alles op het gebied van beheer openbare ruimte, onderhoud en afvalinzameling. Er werken hier zo’n 75 mensen, waaronder zo’n dertig sw’ers, mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Die laatsten werken vooral in de groenvoorziening. Het aansturen van al die mensen gebeurt voornamelijk door de teamleiders. Ik doe de in- en verkoop van het wagenpark, dat bestaat uit 33 voertuigen, overleg met het managementteam en stuur de teamleiders aan. Verder verwerken we een paar duizend meldingen per jaar, over het riool, gladheidbestrijding, de begraafplaats en de jachthaven die we exploiteren, kapotte minicontainers, de scheve stoeptegel. Ook nu met corona ben ik toch meestal wel op de werf te vinden, net als onze medewerkers. WAT BETEKENT DE NVRD VOOR JOU? Dat is een club die ons bijstaat in afvalvraagstukken. Als ik iets wil weten bel ik ze wel eens, maar het meeste haal ik toch uit GRAM. Dat is mijn hoofdbron en het versterkt ook mijn netwerk. Als er een e-mailadres bij staat, bij een verhaal, dan neem ik regelmatig contact op met de collega’s die hun verhaal vertellen in GRAM. Dan leer je mensen kennen en kun je informatie uitwisselen.
VOLDOET HET LIDMAATSCHAP AAN JE VERWACHTINGEN? Eigenlijk wel. Alleen doen we hier in Friesland veel aan nascheiding en daarover lees ik relatief weinig in GRAM. Ik snap dat wel, als de meerderheid van je lezers aan bronscheiding doet, is dat interessanter natuurlijk. WAT ZIJN VOLGENS JOU DE BELANGRIJKSTE ONTWIKKELINGEN BINNEN DE AFVALBRANCHE? Wij voldoen bij lange na niet aan de VANG-doelstellingen, dat is gewoon een feit. Eind jaren negentig deden we mee aan een soort proef met diftar, dat is toen mislukt, vooral omdat de tarieven voor de eenpersoonshuishoudens veel te hoog waren vastgesteld. Men prees diftar toen aan als een middel waarmee iedereen goedkoper uit kon zijn, als hij goed zijn best deed. Dat was een loze belofte en dat heeft voor veel verzet gezorgd. Diftar is in onze gemeente ruim twintig jaar een beladen onderwerp gebleven. Pas nu wordt er weer voorzichtig over gepraat. Als we de VANG-doelstellingen willen halen, zullen we iets moeten, dat staat vast. En diftar en nascheiding kan best samen gaan, al is het wel iets ingewikkelder. WAT VIND JE HET LEUKSTE/MOOISTE AAN JE WERK? Dat klinkt raar voor een ambtenaar, maar dat is toch het ondernemerschap. Wij zijn een soort bedrijf binnen onze gemeente, mogen voor een deel onze eigen koers bepalen. Ik mag bijvoorbeeld zelf besluiten of ik het beschikbare vervangingsbudget voor een tractor of voor een minikraantje gebruik, afhankelijk van wat er het hardste nodig is. Dat vertrouwen hebben we verdiend in de loop der jaren, dat is prettig. Ook het werken met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt is mooi en leerzaam. Ze zijn volledig geïntegreerd en draaien volwaardig mee. We nutten hun sterke kanten uit. We hebben bijvoorbeeld een autistische medewerker op een maaimachine, een betere vind je niet voor dat werk. WAAR STOOR JE JE AAN? Aan de politieke molens die langzaam draaien. Wat in het bedrijfsleven in een paar dagen is beslist, daar doen wij zes weken over. Maar dat is nu eenmaal zo, dat kan vaak niet anders in een politieke omgeving.
Jaap Poelsema, gemeente Weststellingwerf
WELKE TIP WIL JE DE LEZERS VAN GRAM MEEGEVEN? De wereld verandert, zorg dat je mee verandert. In het begin was er bij ons veel weerstand tegen de komst van sw’ers. Nu zijn we ruim twee jaar verder en loopt het fantastisch. Je moet er niet te krampachtig op willen sturen, zorg dat je faciliteert en dan gebeurt het vanzelf.
GRAM #04 mei 2021 | 27
Organische stoffen gaan verloren wanneer gfe en swill kleinschalig worden vergist.
IS VERGISTEN EEN VERGISSING? Veel gemeenten krijgen te maken met initiatieven waarbij een kleinschalige, lokale vergister wordt ingezet om organisch afval in buurten of bij bedrijven te verwerken. Heel aaibaar en fancy. Maar niet circulair en waarschijnlijk ook niet economisch rendabel. TEKST: ADDIE WEENK EN PAULA HUISMANS, RIJKSWATERSTAAT BEELD: MATTHIJS WETTERAUW, NATIONALE BEELDBANK
E
en machine die organisch afval omzet in biogas. Het klinkt heel aantrekkelijk. Het is zichtbaar, tastbaar en levert een ogenschijnlijk hoogwaardig product. Bij nadere bestudering blijkt het beeld echter een stuk minder rooskleurig. Het doet denken aan de euforie van ooit over de grootschalige inzet van biomassa voor energiewinning, die bij nader inzien ook niet zo duurzaam was als werd ingeschat.
warmte en/of elektriciteit als eindproduct. Net een trapje hoger dan integrale verbranding in het restafval. De organische stoffen gaan daarbij verloren. Van recycling of circulariteit is dan ook nauwelijks sprake, ook al geeft menig leverancier aan dat het beetje resterende digestaat gebruikt kan worden als meststof. Als dat al zo is, dan gaat het slechts om een klein deel van het organisch materiaal. Bovendien staat de wetgeving het niet zomaar toe. Het materiaal moet dan erkend zijn als meststof.
VERNIETIGING ORGANISCHE STOFFEN De omzetting van groente-, fruit- en etensresten van huishoudens en organisch afval (swill) van bedrijven met kleinschalige vergisters en toepassing van het biogas komt uiteindelijk neer op verbranding. Met
LAP Het Landelijk Afvalbeheer Plan is er duidelijk over: het doel is hoogwaardige recycling van het organisch materiaal in de vorm van compost. De sectorplannen voor organisch afval van huishoudens (nr.6) en bedrijven
28 | GRAM #04 mei 2021
(nr.7) geven ook aan dat compostering de gewenste hoofdbewerking is, eventueel voorafgegaan door een stukje voorvergisting. Vergisting is slechts toegestaan met het oog op recycling van het digestaat door narijping in de vorm van compostering of een andere vorm van aerobe droging. Dit houdt in dat het digestaat verwerkt moet worden tot compost dat voldoet aan de eisen van het Uitvoeringsbesluit meststoffenwet. Vloeibare compost bestaat niet. Compost is per definitie een zodanig stabiel eindproduct dat daarin alleen nog een langzame afbraak van humeuze verbindingen plaatsvindt. Momenteel is compost de enige toegestane meststof geproduceerd uit gft/swill. Compost verbetert de bodemstructuur en kan organische stof in de bodem vastleggen.
VOORVERGISTING BIJ GROOTSCHALIG COMPOSTEREN Bij de grootschalige verwerkers van gft die voorvergisting toepassen gebeurt dat op slechts een deel van het gft, vooral de groente-, fruit- en etensresten. Ook wordt die vergisting beperkt toegepast, in de zin dat maximaal zo’n 50% van de organische massa wordt omgezet. Het resterende deel kan dan bij de onvergiste gft-stroom om samen te worden gecomposteerd. Indien de vergisting te ver wordt doorgevoerd, ontstaat minder en moeilijk te composteren digestaat. Bij kleinschalige, lokale vergisting staan nut en haalbaarheid beide fors ter discussie. Het nut van het omzetten van een schone stroom organisch afval in biogas dat vervolgens als brandstof wordt toegepast is al discutabel. Een schone gft/swill stroom zou zich namelijk ook heel goed lenen voor inzameling en grootschalige verwerking tot compost, de meer hoogwaardige circulaire toepassing. Bij vergisten is energie nodig voor het vergistingsproces
zelf. Bovendien heeft het geproduceerde biogas een nabewerking nodig, zoals opwerking tot aardgaskwaliteit of omzetting in elektriciteit. Direct huishoudelijk gebruik van het gas leidt namelijk tot defecte apparatuur en wellicht gevaarlijke situaties in huis. Ook het digestaat moet nabehandeld worden om toepassing als meststof mogelijk te maken. De benodigde energie voor het proces en nabewerkingen werken uiteraard negatief door op het totale energierendement. HAALBAARHEID Bij de haalbaarheid spelen vooral economische en juridische aspecten. Anders gezegd: het is maar zeer de vraag of het financieel haalbaar is (zonder subsidies), en nog belangrijker, of het beleidsmatig en wettelijk is toegestaan, mede gezien de benodigde nabewerkingen op het biogas en digestaat. Nog vervelender wordt het, ook voor de circulariteit van het geheel, als het digestaat alsnog moet worden afgevoerd ter verbranding.
Vast staat in ieder geval dat een vergistingsinstallatie, net als alle andere verwerking van gft/swill vergunningsplichtig is en dat de apparatuur een NVWA-erkenning nodig heeft. Bij de beoordeling van de vergunningsaanvraag wordt uiteraard getoetst op de van toepassing zijnde wetgeving en beleid. Voor de verwerking van organisch materiaal zijn in ieder geval drie wettelijke kaders van toepassing: voor milieu, meststoffen en de verwerking van dierlijke bijproducten. ONZEKERHEDEN EN ZEKERHEID Bij vergisting spelen nog vele basisonzekerheden: hoe zien de massabalans en stofomzettingen er uit, wat zit er nog in het digestaat en hoe ziet het totale energierendement er uit. Allemaal zaken die nut en de haalbaarheid mede bepalen. Zeker is in ieder geval dat vergisting niet circulair is en dat voor gescheiden gft of swill compostering voorlopig de onberispelijke en circulaire eerste keus is vanuit beleid. Aan de bodem onttrokken organisch materiaal moet terug naar de landen tuinbouw, waar het vandaan kwam.
THERE IS NO PLANET B ACT NOW! GO ELECTRIC
Future is here!
Watch our newest generation electric toolcarrier with cabin ALLTREC 8015F 4WD >> Pre-order now << 190x130mm_D.indd 1
ON DEMAND
22-0000-1319-02 NVRD GRAM 2021 mei
TEL. +31 (0) 416 540718 WWW.WEEDCONTROL.NL GRAM #04 mei 2021 | 29 07-04-2021
13:27
CIRCULAR AND LOW CARBON CITIES: LEREN VAN ROTTERDAM ISWA, de International Solid Waste Association, ondersteunt de transitie naar een circulaire economie en moedigt haar nationale leden, zoals de NVRD, aan om samen met ISWA te werken aan circulaire ambities. ISWA heeft een wereldwijd en divers ledenbestand met leden uit de afvalsector, de academische wereld, en de productiesector. Vanuit de leden bestond de wens om het Cirular and Low Carbon Cities (CALC) project op te zetten. Dit project, financieel ondersteund door de NVRD, gaat inmiddels haar tweede jaar in. Wat houdt het project in?
H
TEKST: ANNE SCHEINBERG, DIENKE DIJKSTERHUIS EN MAX NARINX BEELD: IRIS VAN DEN BROEK
et doel van het project is om steden te ondersteunen bij het maken van keuzes om circulariteit te bevorderen en CO2-emissies te verminderen. Als start hypothese neemt CALC dat activiteiten die circulariteit bevorderen CO2-emissies vermijden. Het end of life van een product of materiaal kan worden uitgesteld door het bijvoorbeeld te hergebruiken, repareren, een nieuwe bestemming te geven,
enzovoort. Op de R-ladder zijn dit de processen die boven recycling te vinden zijn. Echter ontbreken voor steden de benodigde meettechnieken om mee aan te tonen hoe groot de effecten, uitgedrukt in vermeden CO2-emissies, van deze circulaire processen zijn. CALC ontwikkelt een methode om de effecten van deze ‘Upper-R’ processen meetbaar te maken en uit te drukken in vermeden CO2-emissies, zodat deze processen een onderdeel kunnen worden van beleidskeuzes.
Rotterdam is CALC-lid van het eerst uur en hielp met in kaart brengen waar in verschillende productieprocessen de meeste CO2-uitstoot plaatsvindt.
30 | GRAM #04 mei 2021
Bijvoorbeeld, hoeveel CO2 bespaart een circulaire activiteit zoals het repareren van een schoen door een schoenmaker, in plaats van het kopen van een nieuwe schoen? Het ontbreken van zulke data heeft als gevolg dat circulariteit en het vermijden van CO2-uitstoot op beleidsniveau meestal aparte takken van sport zijn. CALC ziet kansen om deze beleidsterreinen met elkaar te verbinden door het aantonen hoe groot de CO2-besparingen van circulaire activiteiten zijn. Dat doet CALC door het ontwikkelen van indicatoren, specifiek voor steden. Deze indicatoren gaan aantonen wat de impact is van circulaire processen in steden, en daarmee welke beleidskeuzes de grootste besparingen in CO2 opleveren. Steden kunnen daarmee een ‘klimaatsensitief’ afvalbeleid opstellen. FOCUS OP PROCESSEN EN MATERIALENSTROMEN IN STEDEN Als het om de implementatie van de circulaire economie gaat, zijn er nog veel vragen. De meeste circulaire economie initiatieven die daarbij proberen te helpen, zoals Circulytics van de Ellen MacArthur Foundation of het werk van de International Resources Panel, richten zich op materiaalgebruik en productontwerp. Deze initiatieven geven feedback aan belanghebbenden in productieketen, logistiek, en consumptie. Dat is belangrijk, maar omvat slechts een deel van de keten. CALC benadrukt het potentieel van het verlengen van de levensduur van producten, en richt zich op beslissingen die de stad, haar burgers, haar markten en haar aannemers daarvoor kunnen nemen. Een focus op steden, stedelijke materialenstromen en stedelijke circulaire processen is belangrijk, omdat steden de plekken zijn waar de meeste CO2-uitstoot plaatsvindt, steden de vooruitstrevendste circulaire ambities hebben, én bestuurlijke invloed hebben op processen en materialenstromen. CALC richt zich dus specifiek op deze stedelijke materialenstromen en circulaire processen. HOE CIRCULAIR IS EEN STAD? In het eerste jaar van het project, 2020, heeft een internationale groep van ISWA-kopstukken, oudgedienden en young professionals het hoofd gebroken over het ontwikkelen van evidence-based circulariteits-indicatoren voor steden. Het werk van Kartik Kapoor - een Masters student aan de TU München - bracht nieuwe inzichten waardoor steden nu in de startblokken kunnen staan om de effecten van circulariteit in kaart te brengen aan de hand van drie indicatoren en een nulmeting, de zogenaamde baseline. In een notendop uitgelegd; De eerste indicator is de beschikbaarheid van circulaire processen in een stad. Het verzamelen van deze gegevens is relatief eenvoudig: tel de plekken/organisaties/initiatieven waar circulaire processen plaatsvinden. De tweede indicator is intensiteit, de hoeveel materiaal dat daadwerkelijk door deze
circulaire processen stroomt, uitgedrukt in kilogram of in aantal stuks, of een combinatie daarvan. De derde indicator is impact, waarvoor een algoritme ontwikkeld is. Op basis van het algoritme wordt de vermeden CO2-uitstoot van circulaire processen bepaald. Dit wordt getest in Rotterdam en in drie à vier andere steden die bij het project zijn aangesloten. ROTTERDAM: EERSTE CALC-STAD Rotterdam, CALC-lid van het eerste uur en tevens de stad waar ISWA gevestigd is, heeft ambitieuze doelen gesteld op het gebied van de circulaire economie en voor het terugdringen van de CO2uitstoot: de stad moet in 2050 100% circulair en klimaatneutraal zijn. Daan van den Elzen, Rotterdams afvalbeheervertegenwoordiger en voorzitter van ISWA’s Young Professional Group, stelt dat "ambities op het gebied van circulariteit en klimaat vaak nog verschillende beleidseilanden zijn. Als deze beleidsterreinen samengebracht kunnen worden, kunnen beter onderbouwde beslissingen genomen worden met betrekking tot beide doelen.” Met CALC creëerde Rotterdam de baseline van alle materialenstromen en keek men terug in de ketens van producten en afvalstromen, om te begrijpen waar in het proces van een product de meeste CO2 wordt uitgestoten. Alleen al deze oefening bracht inzichten, namelijk dat verreweg de meeste emissies plaatsvinden in de fase van extractie van materialen en in de productiefase. Van den Elzen: “Dit was een eyeopener omdat de meeste klimaat- en circulariteitsinitiatieven zich voornamelijk richten op bijvoorbeeld het overstappen van brandstof naar een duurzamer alternatief of de eindfase van een waardeketen, maar min of meer doorgaan met dezelfde processen. CALC heeft daarmee gezorgd voor inzicht in hoe maatregelen beter tegen elkaar af te wegen zijn, en dat is belangrijk voor een stad waarin verschillende afdelingen strijden om dezelfde beperkte budgetten. Door beslissingen te nemen op basis van evidence-based indicatoren, kunnen objectievere en impactvollere beslissingen worden genomen over waar middelen heen moeten stromen." BLIJF OP DE HOOGTE VAN DE CALC DATA PORTAL Dit jaar werkt CALC aan het verder ontwikkelen, testen en lanceren van een dataportaal waarin steden hun data kunnen invoeren. Het dataportaal berekent de mate van circulariteit en CO2-reducties door van (het opschalen van) initiatieven die hoger op de Rladder staan. Het dataportaal is tevens in lijn met de afvalbeheer en recycling SDGs, waardoor over vooruitgang gerapporteerd kan worden aan UNEP en UN-Habitat. Voor meer informatie over het CALC-project kunt u contact opnemen met Dienke Dijksterhuis via ddijksterhuis@iswa.org
CALC CITY NETWORK CALC heeft een netwerk van steden opgezet - het CALC City Network - waarin officiële vertegenwoordigers van steden hun kennis en ervaringen uitwisselen met betrekking tot hun circulaire- en klimaatambities. Zo wisselen Rotterdam, Vitoria-Gasteiz, Porto, Leeds, Wenen, Milaan, Munchen, Helsinki, Olso en Keene ervaringen uit over o.a. textielproblematiek, hoogstedelijke gfe-inzamelingen en het meten van stedelijke CO2 uitstoot. Dit zijn ook de steden die als eerste aan de slag gaan met de CALC-methodiek. Heeft u interesse in dit netwerk? Neemt u dan contact op met Max Narinx, mnarinx@iswa.org
GRAM #04 mei 2021 | 31
BEHEREN, MELDEN OF BURGERS BETREKKEN?
ZÓ WORD JE WIJS UIT HET AANBOD VAN SCHOON-APPS Voor het beheer van de openbare ruimte bestaan inmiddels veel verschillende applicaties. Maar hoe kies je als gemeente uit het uitgebreide aanbod? Nederland Schoon en Rijkswaterstaat wijzen de weg in de schoon-app jungle.
D
TEKST: ANNE VAN SANTEN (NEDERLAND SCHOON) EN ADDIE WEENK (RIJKSWATERSTAAT)
ata uit schoon-apps, standalone of in combinatie gebruikt, kunnen van grote waarde zijn voor een zwerfafvalaanpak. Afhankelijk van de app kunnen diverse zaken gemeten worden. Van beeldkwaliteit tot schoonbeleving, klachten tot opruimgebieden, en stuks zwerfafval tot typen en locatie. Hiermee helpen de apps het kennisniveau over de aard, het karakter en de omvang van zwerfafval te vergroten en accuraat in beeld te brengen. Voor het maken van een goede keuze is het belangrijk om scherp te krijgen welke informatiebehoefte de app moet vervullen. Schoon-apps zijn ruwweg onder te verdelen in drie hoofdfuncties: citizen science, beheer en melding.
CITIZEN SCIENCE-APPS Er zijn steeds meer apps die de inzet van burgers inzichtelijk maken en hen betrekken bij het verzamelen van data omtrent (zwerf)afval. Tegelijkertijd nemen meer burgers en bedrijven het initiatief om, eenmalig of structureel, zwerfafval te melden en op te ruimen. Deze vorm van participatie, gekenmerkt door vrijwillige dataverzameling en -deling door burgers, wordt ook wel citizen science genoemd. De apps hebben hier een ondersteunende functie. Apps die inzicht bieden in opruimactiviteiten van vrijwilligers helpen beheerders bij het afstemmen van de reinigingsinzet. Dat kan door vooraf een gebied in te tekenen op een kaart, maar ook door tijdens de opschoonwandeling de route bij te houden. Een ander belangrijk kenmerk van citizen science-apps is dat er vaak een aanstu-
32 | GRAM #04 mei 2021
rings- of beloningselement meespeelt. Zo kunnen beheerders om een gerichte inzet vragen. Litterati en de Schoonmonitor kunnen gebruikers het verzoek sturen om een specifiek gebied aandacht te geven. Bij Litterati wordt de inzet beloond met badges en bij de Schoonmonitor met korting bij lokale winkels. Bij Rubbiz werkt het anders. Daar maken beheerders sponsorzones aan. Wie daar schoonmaakt, mag daarna een donatie doen aan een zelfgekozen goed doel. De bereidheid om data te delen over de locatie, beleving, de hoeveelheid en het type zwerfafval dat wordt aangetroffen, is groot. Deze data kunnen gebruikt worden om meer bron-, locatie- of situatiegericht te werk te gaan. En ze maken zwerfafvaltrends zichtbaar, bijvoorbeeld met betrekking tot het type (soort, materiaal, merk) of de locatie van het zwerfafval. Daarmee zijn ze ook geschikt voor effectmetingen.
Opgeruimde items in Litterati/Zwerfafvalkompas.
EEN GREEP UIT HET AANBOD CITIZEN SCIENCE-APPS: • Opruimactiviteiten (kaarten en routes): HelemaalGroen, Kaart op Supportervanschoon.nl, Rubbiz, ZwerfafvalKompas/Litterati • Zwerfafvalregistratie (lokale hoeveelheid en types): Litterati, Schoonmonitor, Opgeraapt.nl • Contact met participanten (informatie en faciliteren): Participatiekaarten (Cell[0]/Planterra), gemeentepagina op Zwerfafvalkompas (GoClean), webshop.supportervanschoon.nl
BEHEER-APPS Veel gemeenten doen aan monitoring. Vooral voor een effectief beheer van de openbare ruimte. Maar ook om het afvalbeleid, de schoonambities en aanpak te toetsen. Hier-
voor wordt door gemeentelijke beheerders of gespecialiseerde adviesbureaus veelal de CROW-methode (publicatie 245) voor beeldkwaliteit aangehouden. Er zijn diverse monitoring-apps die hierin ondersteunen. Echter, monitoring van de openbare ruimte gaat verder dan alleen kijken naar (zwerf)afval. Vaak kijkt men ook naar elementen als bijvoorbeeld bestrating, onkruid en beplanting of vandalisme. De keuze voor de app hangt daarom nauw samen met wat men met de meetresultaten voor ogen heeft. Moeten de data dienen als onderbouwing voor een rapport richting de gemeenteraad? Of is de informatie puur bedoeld voor het beheer en aansturing van de reiniging? Inventariseer dus eerst wat voor overzicht en welke mate van inzicht nodig is voor effectief beheer. Schoon-adoptie op de kaart van NederlandSchoon.
EEN GREEP UIT HET AANBOD BEHEER-APPS: • Apptimize • iAsset • GeoVisia • GBI Beheersysteem (Antea Group) • Gisib (DG Groep) • DispatchX (SKIAlabs)
MELDING-APPS Er bestaan diverse apps waarmee burgers, verenigingen en ondernemers meldingen kunnen doen over de openbare ruimte, bijvoorbeeld over zwerfafval of bijplaatsingen. Alle meldingen komen binnen bij de beheerder. Het verschil tussen de apps zit in de gebruikersfunctionaliteiten en aanvullende features. Daarnaast geldt voor sommige apps dat er een abonnement nodig is voor het gebruik door beheerders en/of inwoners. Naast genoemde applicaties in het kader zijn er natuurlijk ook de gemeentelijke kanalen (telefonisch, mail) voor meldingen.
EEN GREEP UIT HET AANBOD MELDING-APPS: • BuitenBeter • Fixi • Verbeter de buurt • MakkelijkMelden • Civity Slim melden
Gesponsorde schoon-zones voor vrijwilligers in Rubbiz.pas.
SAMEN WETEN WE MEER Op de Kenniswijzer Zwerfafval vindt u een compleet overzicht van zwerfafvalapps (https://kenniswijzerzwerfafval.nl/ document/zwerfafval-apps-welke-optieszijn-er). Mist u nog een app in het overzicht? Of kent u nieuwe ontwikkelingen op dit gebied? Geeft u dit dan per e-mail door aan zwerfafval@rws.nl. Zo kunnen we het overzicht up-to-date houden.
ZO ‘APPEN’ WE AL In Nederland wordt er, door nationale en lokale initiatieven, al behoorlijk wat gemeten op het gebied van zwerfafval. Enkele voorbeelden: • Rijkswaterstaat en Nederland Schoon gebruiken Apptimize voor het vastleggen van beeldkwaliteitsmetingen en zwerfafvalfracties. • Bij het Schone Rivieren Project, World Cleanup Day en de Landelijke Opschoondag wordt Litterati gebruikt voor het vastleggen van zwerfafvalitems. Nederland Schoon en de Plastic Soup Foundation roepen hun achterban op Litterati te gebruiken. • Inmiddels werken vijf gemeenten met de Schoonmonitor en zijn elf gemeenten en één provincie aangesloten op het Zwerfafvalkompas. • Rijkswaterstaat heeft een pilot lopen in Rubbiz, waarbij diverse zeestranden zijn aangemerkt als sponsorzones. • Voor de metingen van de schone strandverkiezingen wordt gebruik gemaakt van de MonitoringsApp, die voor deze meting op maat is gemaakt. • Amsterdam gebruikt de ODK-app (Object Detectie Kit) om automatisch via beeldherkenning bijplaatsingen, zwerfafval, bouw/sloop containers e.d. te herkennen. De app wordt binnenkort open source. Voor het registreren van beeldkwaliteit gebruikt men DispatchX.
GRAM #04 mei 2021 | 33
COLUMN
NIEUWS
Foto: John van Lierop
Sinds 2019 ben ik de blije berijder van een Tesla 3. Waar werkelijk iedereen die ik ontmoet, zegt: “Eenmaal in de afvalsector, altijd in de afvalsector”, zeg ik: “Eenmaal elektrisch, altijd elektrisch”. Al is dat niet helemaal waar. Eerst begon ik met een brave Nissan Leaf. Na vier maanden laadstress, plakkend achter vrachtwagens om nog het maximale uit de stekker te halen, en wit van de kou (verwarming = actieradius) heb ik het karretje ingeleverd. In afwachting van al die bootladingen Tesla’s Model 3, reed ik weer gewoon benzine. Waarom ben ik nu dan blij? Het sterke van Tesla is dat ze niet gestart zijn met een ‘normale’ auto en die versleuteld hebben tot een elektrische. Ze zijn blanco begonnen: een elektrisch vervoermiddel op wielen. Bedacht vanuit de behoeften van de berijder (actieradius!). Niets leuker dan optrekken naast een sportauto op benzine. “Mama Verstappen wint altijd!” roepen mijn dochters dan. Op 20 mei organiseren NVRD en Cure het jaarcongres. En ook dit wordt een Tesla. De ‘normale’ NVRD jaarcongressen zijn legendarisch (zo is mij verteld). Een poging om zoiets bestaands om te zetten in een online versie is gedoemd te mislukken, lijkt mij. En dus begonnen we blanco. Vanuit de behoeften van de leden. Elkaar spontaan ontmoeten. Geïnspireerd raken. Netwerken. Goede gesprekken met leuke gasten. Amusement. Borrelen. Kan dat? Zeker! Ik heb beloofd het programma niet al helemáál weg te geven, maar dat kost me wel moeite. Jullie zullen echt verrast zijn. Alvast een tip dan: in deze mannenwereld zorgen we voor wat meer vrouwen op het podium, en gezien onze gemiddelde leeftijd ook jonge bevlogen leiders met impact. Grote namen verzorgen het amusement. Afwisseling, interactie en tempo gaan de tijd doen vliegen. En ook bij dit congres wordt het mogelijk om het glas te heffen! Ik zou het daarom vanuit huis volgen, geen drank tijdens het rijden. Daarin zijn alle automerken nog steeds hetzelfde.
DE WEEK ZONDER AFVAL In de week van maandag 31 mei t/m zondag 6 juni organiseert Milieu Centraal ‘de
Week Zonder Afval Week Zonder Afval’. Consumenten krijgen in deze campagneweek elke dag een an-
dere tip om afval te besparen: van tweedehands aankopen tot papier besparen. Als
partner roept NVRD haar netwerk op om aandacht te besteden aan deze week: deel materialen uit de toolkit of zet zelf een leuke actie op. Meer weten? Kijk op www. weekzonderafval.nl
BENCHMARK HUISHOUDELIJK AFVAL GESTART Met 100 deelnemers die meer dan 170 gemeenten vertegenwoordigen is vorige maand de benchmark huishoudelijk afval van de NVRD van start gegaan. Steeds meer gemeenten en inzamelbedrijven zien het nut van benchmarken in. Zeker nu het belangrijke VANG-jaar 2020 wordt gepeild en veel gemeenten het effect van hun transitie-inspanningen willen vergelijken met die van andere gemeenten. Komende maand moeten alle gegevens worden aangeleverd. Deze worden verwerkt tot factsheets waarmee de deelnemers in een tweetal bijeenkomsten in gesprek gaan. Voor meer informatie kijk op www.benchmarkafval.nl
HANDIGE VANG-VERGELIJKINGSTOOLS De NVRD heeft samen met Rijkswaterstaat twee handige tools ontwikkeld: de VANGvergelijker en de VANG-landkaart. Beide tools stellen je in staat om je eigen inzamelresultaten te vergelijken met die van andere gemeenten. De tools zijn te vinden op de website van de Benchmark huishoudelijk afval van de NVRD. De smaak te
Wendy de Wild
pakken? Diepgaander vergelijken kan door deel te nemen aan de NVRD-benchmark huishoudelijk afval.
34 | GRAM #04 mei 2021
H2-E WASTE LOGISTICS: DE DOORBRAAK VOOR WATERSTOF? De achterstand die de toepassing van waterstof heeft op batterijen en andere alternatieven bij het emissievrij maken van logistiek, verkleinen. Dat is het doel van Hans van Veen. Onder de noemer H2-E Waste Logistics startte hij een burgerinitiatief om dit doel te bereiken. In dit artikel vertelt hij over dit initiatief en zijn ambities hierin. WAT IS H2-E WASTE LOGISTICS? "Doel van H2-E Waste Logistics is de kip-ei situatie bij waterstof te doorbreken door het creëren van schaalvergroting bij de vraag naar waterstofaangedreven voertuigen én het stimuleren van de vraag naar waterstof. De verwachting is dat door dit vliegwiel de kosten snel dalen, de tankinfrastructuur verbetert en de toepassing laagdrempeliger wordt. Idee is om hiervoor publieke afvalinzamelvoertuigen (in eigendom van gemeenten) als frontrunner en lichtend voorbeeld te gebruiken voor private ondernemers in de zware logistiek. Deze ideeën en doelen werk ik uit met een klein team van specialisten onder de naam ‘H2-E Waste Logistics’." HOE BEN JE HIEROP GEKOMEN? "De Rijksoverheid heeft ambitieuze klimaatdoelen gesteld om CO-2₂ te reduceren en emissievrij te worden tussen 2030 en 2050. Dat betreft allerlei bedrijfstakken maar ook de logistiek. Op de route naar emissievrije logistiek zijn er enkele alternatieven die emissies reduceren zoals LNG, CNG, Bio en synthetische brandstoffen. Om geheel emissievrij te zijn is er maar één route: elektrificatie via duurzaam opgewerkte energie. Om die energie in zo’n voertuig beschikbaar te maken zijn er twee mogelijkheden: via elektronen middels laadpalen die voldoende op het netwerk zijn aangesloten om batterijen op te laden, of via H2-moleculen die je kunt tanken bij een voldoende uitgerolde tankinfrastructuur." WAAROM GERICHT OP AFVALINZAMELING? "Eén type voertuig rijdt dagelijks rond in elke gemeente: de vuilniswagen. In Nederland zijn dat er circa 3500; een significant aantal. Als je die dieselvuilniswagens in een collectief, als frontrunner voor de zware logistiek, geleidelijk zou vervangen door waterstof aangedreven types, dan creëer je een voorspelbaar en gegarandeerd eerste verbruik van waterstof. Door dat samen te voegen met andere lokale waterstofinitiatieven zien wij kansen voor minimaal 30 – 50 private waterstoftankstations in Nederland, exact de doelstelling uit het klimaatakkoord." WAAROM NIET BATTERIJ-ELEKTRISCH? "Bij lichtere voertuigen met beperktere inzet zullen batterij-elektrische voertuigen zeker een plek vinden, ook bij vuilniswagens. Denk aan dichte binnensteden waar kleinere voertuigen beter uit
de voeten kunnen. Voor de meeste gemeenten is de inzet echter wisselend en betreft het zowel stedelijk als landelijk gebied. Hier loop je tegen de nadelen van batterij-elektrisch aan. Gewicht benadeelt het laadvermogen, de stilstand voor opladen beperkt flexibele inzetbaarheid en de inzetduur. Daarnaast vormen ruimtebeslag voor opladen en fijnstofemissie aspecten waarom de toepassing van waterstof grote voordelen biedt. De belangrijkste maatschappelijke winst van het H2-E initiatief is dat het tankcapaciteit stimuleert en zo helpt om de verzwaring van het elektriciteitsnetwerk, die noodzakelijk wordt bij opschaling van oplaadinfrastructuur ten behoeve van zware logistiek, te voorkomen." WAT HEEFT H2-E WASTE LOGISTICS AL GEDAAN? "H2-E heeft een vooronderzoek gedaan naar de haalbaarheid om bij 1.000 van de in totaal 2.200 vuilniswagens in het publieke domein de diesels geleidelijk te vervangen door waterstof aangedreven types. Die 1.000 is een conservatief gekozen aantal en we gaan ervan uit dat dit een reëel deel van de vloot is dat emissie vrij kan worden gemaakt. Om het idee te toetsen hielden we enquêtes bij 21 publieke afvalinzamelorganisaties en 36 leveranciers. In combinatie met grondige deskresearch hebben we een model gemaakt waarmee we vooraf de kosten van het gebruik (TCO) van waterstof aangedreven vuilniswagens kunnen inschatten." "Uit het onderzoek, dat in december 2020 is afgerond, konden we concluderen dat idee van een planmatige, structurele en collectieve aanpak om het wagenpark van vuilniswagens te verduurzamen met waterstof realistisch en kansrijk is. Meer dan 70% van de inzamelorganisaties die deelnamen heeft belangstelling om het idee verder uit te werken. Belangrijk hierbij is dat het uiteindelijk ten opzichte van diesel zonder meerkosten voor de gemeenten en haar burgers kan worden gerealiseerd." WAAROM DE FOCUS ALLEEN OP DE PUBLIEKE SECTOR? "Ongeveer tweederde van de vloot is in het bezit van gemeenten en/of gemeentelijke organisaties die aanbesteding plichtig zijn. Zo moet elke gemeente elke vervanging individueel openbaar aanbesteden. Een collectieve inkoop waarbij publieke en private organisaties gezamenlijk aanbesteden is niet mogelijk, het organiseren van een collectief onder aanbestedende diensten wel."
GRAM #04 mei 2021 | 35
HOE ZIE JE ZO’N COLLECTIEVE AANPAK DAN VOOR JE? "Vuilniswagens worden in tien jaar afgeschreven en vervangen. Voor de grote organisaties zijn dat er circa tien, voor de kleinere slechts vijf of minder per jaar. Aantallen per gemeente waar de producenten niet van wakker liggen en ze zich geen innovaties bij kunnen veroorloven. Kijk je echter naar de totale vloot van 2.000 voertuigen en je organiseert de vervanging collectief dan praat je snel over 150 tot 200 stuks per jaar en dat meerdere jaren op rij. Dat is het lonkend perspectief waar zelfs de grote producenten belangstelling voor zullen hebben. Voor het uitvoeren van de aanbestedingen is wel een collectieve juridische entiteit nodig, bijvoorbeeld een stichting zonder winstoogmerk, en zullen deelnemende organisaties de voertuigen die ze nodig hebben hier kunnen ‘inbesteden’ of tegen een ‘pay-peruse’ vergoeding ter beschikking kunnen krijgen. Hoe dit exact te organiseren moeten we nog samen met de eerste deelnemers onderzoeken."
“ BIJ LICHTERE VOERTUIGEN MET BEPERKTERE INZET ZULLEN BATTERIJELEKTRISCHE VOERTUIGEN ZEKER EEN PLEK VINDEN, OOK BIJ VUILNISWAGENS. DENK AAN DICHTE BINNENSTEDEN WAAR KLEINERE VOERTUIGEN BETER
HOE NU VERDER? "De rapportage over onze bevindingen ligt momenteel bij het ministerie van I&W. De verwachting was dat het zou worden opgenomen in de Rijksbrede strategie voor uitrol van waterstof in mobiliteit en dat het H2-E initiatief kon worden doorgezet richting een bindend convenant en een eerste aanbesteding. Helaas lijkt het ook hier op een kip-ei situatie waarbij het Rijk wacht op initiatieven vanuit de markt. Wel is het initiatief opgenomen in het Nationaal waterstof programma van EZK (https://nationaalwaterstofprogramma.nl)." WAT IS ER NODIG OM TE KUNNEN STARTEN? "Circa een kwart van alle publieke afvalinzamelorganisaties heeft belangstelling, maar we willen die groep graag verder uitbreiden om te achterhalen hoe breed het draagvlak en de bereidheid om door te pakken, echt is. Dit willen we ook gebruiken om aan te tonen dat er behoefte is aan Rijksbrede ondersteuning en regie. In afwachting daarvan trachten we meer publieke inzamelorganisaties op de hoogte te brengen van het initiatief. Daarnaast hopen we door naamsbekendheid via de diverse netwerken, themabijeenkomsten en samenwerking met waterstofinitiatieven de politiek te enthousiasmeren zodat we kunnen doorpakken. Heeft u interesse, vragen of behoefte aan een presentatie over dit initiatief? Stuur vrijblijvend een mail naar Hans.van.Veen@DoubleV-Procurement.nl of kijk op www.linkedin.com/company/70471959
Uw inwoner weet het, wij vragen het! Kom er achter wat er speelt in uw gemeente op het gebied van o.a. afvalscheiding en zwerfafval.
UIT DE VOETEN KUNNEN. ” MAAR EISEN AAN VOERTUIGEN VERSCHILLEN TOCH PER GEMEENTE? "Als je niet kijkt naar de verschillen, maar zoekt naar de overeenkomsten is er meer mogelijk dan je zou denken. Zo is het mogelijk om alleen chassis/aandrijflijn en de energievoorziening collectief aan te besteden waarna de opbouw en locatie specifieke accessoires lokaal kunnen worden aangekocht. Het aantal variaties in de collectieve aanbesteding kan dan, uiteraard met wat goede wil en improvisatie, beperkt zijn. Deze aanpak past overigens prima bij de TCO-benadering die we hebben doorgerekend waarbij er voor chassis/aandrijflijn andere, langere afschrijvingstermijnen zijn voorzien dan voor opbouw en energievoorziening."
Op elke gewenste manier: - Infoquête - Schriftelijk - Online - Face to Face - Telefonisch -
Maatwerk is onze standaard! Almere Marktonderzoek Advies Edvard Munchweg 18, 1328 MA Almere 036-53 72 814 info@almeremarktonderzoek.nl
www.almeremarktonderzoek.nl 22-1000-0276-01 NVRD GRAM 2021 april
36 | GRAM #04 mei 2021 0276-01_adv 1.indd 1
09-03-2021 10:
BRANCHE NIEUWS
foto: Pim Mul
CYCLUS ZAMELT MET DE MOBIELE MILIEUSTRAAT 500 KILO E-WASTE IN Sinds begin dit jaar biedt Cyclus een nieuwe mogelijkheid aan inwoners voor het inleveren van klein grof huishoudelijk afval; de Mobiele Milieustraat. Inwoners kunnen hier terecht voor het gratis inleveren van verschillende afvalstromen die niet bij het restafval horen maar wel op de milieustraat. Uit onderzoek blijkt dat er ongeveer 15% aan klein grof huishoudelijk afval tussen het restafval zit. Het gaat hierbij vaak om afvalsoorten zoals een elektrische tandenborstel, fotolijstje, speelgoed, koekenpan, etc. En dat is zonde. Kees Schrauwen is grondstoffenmanager bij Cyclus en vertelt: “Met de Mobiele Milieustraat bieden we een laagdrempelige, kleinschalige voorziening dichtbij de inwoners. Inwoners kunnen hier ook terecht voor informatie en advies over afvalscheiden. Zo werken we samen aan de landelijke VANG-doelstelling.” In maart van dit jaar werd de Mobiele Milieustraat voor het eerst ingezet in de gemeente Bodegraven-Reeuwijk. Het bleek een groot succes. Er werd zoveel ingeleverd dat Cyclus tussendoor meerde-
re keren de grondstoffen moest afvoeren. Zo is er onder andere 350 kilo metaal, 65 kilo harde kunststof, 35 kilo batterijen, 400 kilo verf(blikken) en 500 kilo elektrische apparaten ingeleverd! Kees: “Het is mooi om te zien dat inwoners zich ervan bewust zijn dat deze waardevolle grondstoffen hergebruikt kunnen worden en niet bij het restafval thuishoren.” Stichting Organisatie Productverantwoordelijkheid E-waste Nederland (OPEN) is blij met het aantal kilo ingezamelde elektrische apparaten. Deze nieuwe stichting is sinds 1 maart 2021 verantwoordelijk voor de inzameling en recycling van e-waste. Jan Vlak, directeur van Stichting OPEN: “In 2018 deed Motivaction onderzoek voor ons naar alternatieve inleverpunten, zoals de Mobiele Milieustraat. Dit toonde destijds aan dat deze een gebruiksintentie heeft van 47% en daarmee een enorme potentie heeft om de inzameling van e-waste te vergroten. Vooral kleine apparaten verdwijnen jammer genoeg nog te vaak in het restafval. Wij juichen de inzet van de Mobiele Milieustraat dan ook toe en zijn benieuwd naar de resultaten.”
Samen met gemeenten sturen wij op betere kwaliteit ingezameld textiel www.sympany.nl 1_4_li_GRAM_190x62-I.indd 1
22-0000-1361-01 GRAM 2021 april
GRAM #04 mei 2021 | 37 09-03-2021
11:06
BRANCHE AGENDA
NIEUWS GREEN DEAL COMPOSTEERBARE KOFFIEPADS EN THEEZAKJES
Op 14 april jl. is een Green Deal ondertekend om te komen tot composteerbare koffiepads en theezakjes in Nederland. Ondertekenaars zijn de branchevereniging Koffie & Thee Nederland, koffie en thee producerende bedrijven, de Vereniging Afvalbedrijven en de Rijksoverheid. Omdat tot dusverre een groot deel van de koffiepads en theezakjes niet volledig composteerbaar zijn en vaak nog plastics bevatten, zijn deze producten op de niet-kant van de gft wel/niet lijst gekomen. Het gaat hierbij echter om een aanzienlijke hoeveelheid koffie en thee in die pads en zakjes die mooie compost op kan leveren. Door de producerende bedrijven wordt nu hard gewerkt aan de overschakeling op composteerbare producten. Men verwacht de doelstelling van 75% te behalen in de zomer van 2021. Op dat moment zal een composteerbaarheidstoets plaatsvinden op koffiepads en theezakjes zoals die in de supermarkten te koop zijn. Als die goed uitpakt, wordt de gft wel/ niet lijst aangepast. Het streven van de branche is uiteindelijk tot 100% composteerbare koffiepads en theezakjes te komen. Koffiecups/capsules met hun koffie-inhoud zijn géén onderdeel van deze Green Deal: er wordt niet verwacht dat deze productgroep komende jaren in zijn geheel composteerbaar wordt.
WERKBEZOEK STIENTJE VAN VELDHOVEN Demissionair staatssecretaris van IenW Stientje van Veldhoven was onlangs op werkbezoek bij een deelnemende school van de E-waste Race. Deze school en negen andere scholen in Eindhoven doen mee aan het educatieve project dat kinderen leert over het belang van hergebruik, recycling en reparatie van elektronische apparaten. De staatssecretaris was zeer onder de indruk van het enthousiasme dat het project bij de kinderen losmaakt.
20 MEI 2021 | ONLINE Algemene Ledenvergadering
20 MEI 2021 | ONLINE NVRD Jaarcongres 2021 'Innovatie - de rol van de overheid'
28 oktober Data en Klimaat congres, Provincie Gelderland, Musis & Stadstheater Arnhem
CIRCUP: DE PAPIEREN WEGWERPBEKER VAN ‘RECYCLEKLAAR’ NAAR RECYCLEBAAR Om tot een betere inzameling en recycling van koffiebekers te komen, hebben de brandowners Selecta, McDonald’s en NS Stations samen met het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken (KIDV) in maart het platform CIRCUP opgericht. Zij gaan op zoek naar een antwoord op de vraag of de wegwerpbeker, die in theorie recyclebaar is, ook daadwerkelijk kan worden gerecycled. Andere bedrijven die in grote hoeveelheden papieren drinkbekers afzetten, worden opgeroepen om zich bij het platform aan te sluiten. CIRCUP staat voor de Circulaire Inzameling en Recycling van papieren Cups en overige Papierlaminaatverpakkingen. De oprichting van het platform vloeit voort uit een recent onderzoek van het KIDV naar de inzameling, sortering en recycling van koffiebekers. Hierin werden de mogelijke recyclingroutes en toepassingsmogelijkheden voor papieren drinkbekers in kaart gebracht. Hoofdconclusie van het onderzoek was dat de vezels van gebruikte papieren drinkbekers als grondstof kunnen worden gebruikt om nieuwe producten te maken, zoals hygiënepapier en karton. Een belangrijke voorwaarde hiervoor zijn homogene en schone stromen, net zoals volume en continuïteit. Papieren wegwerpdrinkbekers behoren tot de zogeheten papierlaminaatverpakkingen voor drink- en etenswaren. Jaarlijks komt zo’n 20.000 ton van dit soort bekers op de Nederlandse markt. Eenmaal bij het afval wordt naar schatting ruim 90 procent van de bekers verbrand. Selecta, McDonald’s en NS Stations willen samen met het KIDV de resultaten en impact van het onderzoek borgen én collectief vervolgacties oppakken, zoals verder onderzoek in de keten uitvoeren. Meer info: www.circup.nl
38 | GRAM #04 mei 2021
aangeboden door
21SOUTH
CLOSE-UP
‘WIJ KUNNEN ONS GOED INLEVEN IN DE GEBRUIKERS’ ICT en afval zijn nog vaak mannenwerelden. Bij het snel groeiende ICT-bedrijf 21south weten ze daar alles van. “Het is leuk om als vrouw in een mannenwereld te werken”, zegt Annabel Koenderman. “Het zorgt voor meer dynamiek en meer balans.”
Annabel is business consultant bij 21south. Van de ruim dertig collega’s die hier werken, is een groot deel vrouw. “Onze belangrijkste focus ligt ook nog eens op de afval- en milieusector in Nederland en België, dus we werken écht in een mannenwereld.” 21south timmert hard aan de weg met het innovatieve softwareplatform 21QUBZ. Al zo’n vijfentwintig klanten (gemeentelijke en commerciële afvalinzamelaars en -verwerkers) maken er gebruik van en dat aantal groeit snel. Dat heeft onder andere te maken met de functionele mogelijkheden, de gebruiksvriendelijkheid en de integratiemogelijkheden van het platform. “Integrale platforms voor de afval- en milieubranche zoals wij dat aanbieden zijn er nog niet zo veel”, licht Koenderman toe. “Vaak is het zo dat je als gemeente of inzamelorganisatie meerdere softwareleveranciers in de arm neemt om de bedrijfsprocessen rondom de afvalinzameling en - verwerking te kunnen regelen. Voordat al deze pakketten volledig zijn ingericht en geïntegreerd met andere applicaties ben je veel tijd kwijt. Tegen die tijd kunnen er al weer dingen veranderd zijn, waardoor de softwareoplossingen eigenlijk al niet meer up-to-date zijn. Tevens is het beheren van veel verschillende applicaties een uitdaging.”
21QUBZ is een volledig geïntegreerde en modulaire cloudapplicatie voor alles wat met afvalinzameling en -verwerking te maken heeft. Er is veel functionaliteit aanwezig voor bijvoorbeeld de inzameling van grof huisvuil, huis-aan-huis-inzameling, integratie met weegbruggen, EBA, routeoptimalisatie en meldingen van inwoners. “Een cloud platform wil ook zeggen dat de applicatie op elke locatie beschikbaar is”, licht Koenderman toe. “Overal waar je bent, kun je er gebruik van maken. Dat geldt ook voor de inwoners van gemeenten. Als die hun meldingen, om bijvoorbeeld grof vuil op te komen halen, doorgeven via het burgerportaal, wordt de melding volautomatisch verwerkt en ingepland in de juiste route. De chauffeurs hebben een tablet waarop ze de route kunnen zien en opmerkingen kunnen registreren, deze opmerkingen zijn gelijk te zien in 21QUBZ.” Ook voor de (dynamische) inzameling van ondergrondse verzamelcontainers is 21QUBZ een uitkomst. “De software houdt desgewenst bij hoe vol de container zit, maar ook wat de volloopsnelheid is. Op de ene locatie hoef je een container die 70 procent vol zit pas over een week te legen, op de andere locatie moet je bij 20 procent vulling al in gaan plannen, omdat daar de container in één dag al maximaal gebruikt wordt. Ons platform houdt dat allemaal bij en stuurt automatisch de routeplanning aan.” Nog even terug naar het feit dat 21south veel vrouwelijke ict’ers heeft. Hebben zij andere kwaliteiten dan mannen? “We zijn misschien net iets empathischer, kunnen ons goed inleven in de gebruikers en communiceren wellicht net iets beter”, zeggen de developers Caroline, Annabel Ris en Robin voorzichtig. “Maar het is vooral de mix die het zo leuk maakt bij 21south. Iedereen heeft zijn eigen sterke kanten, bij ons bedrijf komt dat allemaal samen.’’ “Het is bij 21south echt één team één taak”, zegt Dieneke Schaeffer, Marketing & Communicatie medewerker. "Als team hebben we het doel onze klanten te helpen hun doelstellingen te realiseren door het optimaal digitaliseren van de bedrijfsprocessen’’.
GRAM #04 mei 2021 | 39
Uw software wordt gestopt? Wij gaan gewoon door!
C-WARE totaalsoftware voor de afvalbranche
Routebegeleiding*
Ondergrondse containers Veeg- & winterdienst* Personeels- & voertuigplanning*
Voorraadbeheer
Afzetcontainers Weegbrug & milieustraat
Routeplanning*
Voertuiggegevens
Containerbeheer* Facturatie & documentatie*
Tracking & Ident* Routeoptimalisatie
Grofvuil planning & registratie* MAP
Afvalkalender* Klachtenregistratie*
* Ondersteund met
Maatwerk software voor overheid en/of bedrijf Van planning tot uitvoering, administratie en facturatie Ondersteund met apps op uw mobiele apparaten
Burger-App
Portal
Bedrijfs-App
KLIKOTRONICS +31(0)318 559393 info@kliko.nl
Al jarenlang marktleider op het gebied van (chip)registratie
GRATIS DEMO?
www.kliko.nl/c-ware