GRAM september 2019

Page 1

SAMEN VOOR SCHONE EN AFVALVRIJE GEMEENTEN

VAKBLAD DE|NVRD | JAARGANG 108 #05 JUNI 2019 2017 VAKBLAD VAN DEVAN NVRD JAARGANG 110 #07 SEPTEMBER PERIKELEN TEXTIELRECYCLING RONDOM DE AFVALHEEFT NIEUWE STOFFENHEFFING IMPULS NODIG

BIJPLAATSEN VAN NIEUWE CAMPAGNE AFVALRECYCLING BIJ ONDERGRONDSE VOOR AFVALCONTAINERS ELEKTRISCH AFVAL

OPLOSSING GROF HUISHOUDELIJK SAMEN GEVEN WEVOOR IN ACTIE LUIERS STEEDS RESTAFVAL, EEN NIEUW TEGEN VOEDSEL-WEL OF NIET AFVAL DICHTERBIJ NASCHEIDEN? LEVEN VERSPILLING


Zou u graag vrijblijvend informatie ontvangen over zero-emissie afvalbeheer oplossingen? Tel: 040-2042 293 www.e-truckseurope.com

E-trucks Europe staat met een elektrische waterstof E-truck op de Ecomobiel BeursBrabanthallen Den Bosch 8-9-10 oktober 2019 Kijk op www.eco-mobiel.nl voor gratis toegangskaarten


INHOUD

COLOFON UITGEVER NVRD, WTC Arnhem Nieuwe Stationsstraat 10 6811 KS ARNHEM +31 (0)88 - 3770000 post@nvrd.nl www.nvrd.nl REDACTIECOMMISSIE Marc Veenhuizen, ACV Groep (hoofdredacteur) Riny de Jonge, gemeente Amsterdam Addie Weenk, Rijkswaterstaat Diederik Notenboom, Meerlanden Folkert Starreveld, Cyclus Management Dico Kuiper, gemeente Alphen aan den Rijn Marianne Zegwaard, Stantec Kees van der Laan, Gemeente Rotterdam Annemieke Braamburg, Twente Milieu Ilse van der Grift, NVRD EINDREDACTIE Karin Hegeman en Berit Aagten Postbus 1218, 6801 BE Arnhem +31 (0)88 - 3770000 hegeman@nvrd.nl

ADVERTENTIE-EXPLOITATIE Elma Media B.V. Silvèr Snoek - Sales Manager 0226 33 16 67 - s.snoek@elma.nl www.elma.nl

AR 4 0 JA

REALISATIE EN DRUK Print2Pack, print2pack.nl Coverbeeld: Olaf Kraak / Hollandse Hoogte ABONNEMENTENADMINISTRATIE NVRD, Postbus 1218, 6801 BE Arnhem Jaarabonnement ad €108 ex btw. België €125 (Europa en buiten Europa op aanvraag). Los: €11,50. BEËINDIGING ABONNEMENT Abonnementen moeten schriftelijk bij de NVRD en uiterlijk op 15 november worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd. Gemeentereiniging en Afvalmanagement is het officiële vakblad van de NVRD. Hoewel door de uitgever de uiterste zorgvuldigheid is betracht, wordt voor de inhoud geen aansprakelijkheid aanvaard. ISSN 1569-0458 © NVRD RECYCLED Made from recycled material

C106833

GRAM wordt gedrukt op papier met het FSC®-keurmerk en verschijnt 10x per jaar.

10

26

De afvalwereld zat in 2018 letterlijk en figuurlijk flink in haar maag met kunststof bedrijfsafval en oud papier en nog enkele afvalstromen.

Bij veel gemeenten bestaat de wens om informatie over het afvalaanbiedgedrag van individuele inwoners te gebruiken voor de ontwikkeling en uitvoering van hun afvalbeleid.

CHINEES AFVALIMPORTVERBOD BEVORDERT RECYCLING IN EUROPA

13

PRIVACY EN PROFESSIONEEL AFVALBEHEER: ER KAN MEER DAN JE DENKT

SLIM BEHEER: ENERGIETRANSITIE EN CIRCULAIRE ECONOMIE VERSTERKEN ELKAAR De openbare ruimte vormt de basis voor het openbare leven. Het is de plek waar mensen elkaar ontmoeten, naar hun werk gaan, spelen, sporten en ontspannen.

17

KETEN SLUITEN VOOR PIEPSCHUIMVERPAKKINGEN NU ECHT MOGELIJK EPS ofwel Piepschuim bestaat voor 98% uit lucht, is licht, sterk, isolerend, schokbestendig en daardoor een veelzijdig gebruikte verpakking.

05 BEZEM 06 TEXTIELRECYCLING: NIEUWE IMPULS NODIG 14 BENCHMARK HUISHOUDELIJK AFVAL 16 ENQUÊTE STIMULEERT BURGERS OM RESTAFVAL TE VERMINDEREN 18 HEEL HOLLAND RECYCLET 20 IN ACTIE TEGEN VOEDSELVERSPILLING 23 WIJ MAKEN WERK VAN CIRCULAIR 24 LIMBURG AAN DE SLAG MET TOEKOMSTCENARIO'S 27 SAMEN GEVEN WE AFVAL EEN NIEUW LEVEN 29 AANVALSPLAN: HANDEN INEEN VOOR MEER EN SCHONER GFT-AFVAL 30 DE LEDEN CENTRAAL 31 NVRD NIEUWS 32 FIETSACCU’S TUSSEN HET HUISVUIL? STIBAT WEET HOE HET WÉL MOET 33 BRANCHENIEUWS 34 AGENDA 35 CLOSEUP GRAM #07 september 2019 | 3


SLIMMER MET ONZE

BAKKENWASSER!

De Bakkenwasser is multigedisciplineerd uitgevoerd voor het ledigen en reinigen van ondergrondse containers. Onderscheidend is onze service voor het preventieve onderhoud middels inspecties en rapportages. Zo maken we inzamelsystemen slimmer en duurzamer! Ook slimmer worden in afval? Bel ons voor een vrijblijvende informatie afspraak: 0513 43 43 33.


DE WEG KWIJT Er zijn boekenkasten over volgeschreven. De ene titel nog mooier dan de andere. Goeroes uit de hele wereld die het allemaal wel weten, verhalen te over, ideeën genoeg. Maar aan het einde van de dag gaat het toch weer anders dan bedacht, gepland of verwacht. Of gewoon fout. Sturing, regie, leidinggeven; zou de wijsheid echt in een boek staan? Als Bezem veeg ik mij vandaag de dag een bult nu een deel van het Nederlands afval ineens niet meer van de straat mag ko-

men. Want waar moet het naartoe? Machtig efficiënt was alles ingeregeld, dat wel. Maar een hikje, een hobbeltje, een lijntje eruit en klaar. Geen warme voeten voor een aantal mensen, afval op stortplaatsen elders in Europa, een heffing die meer dan waarschijnlijk omhoog moet en gesleep met slib waarvan we al helemaal niet weten waar het naar toe moet. Iedereen heeft gelijk en niemand heeft gelijk. Iedereen weet hoe het zat en zag het aankomen. En toch gaat het verkeerd. Ik als Bezem, die aan het einde van de dag mijn wijk schoon opgeleverd moet hebben en zo niet dan mag ik terug, begrijp er niets van. Het is een landelijk probleem geworden, hoe dan? Welk boek uit die bibliotheek met managementliteratuur hadden we uit de kast moeten trekken? Over sterk aandeelhouderschap? Over duidelijke opdrachtgeversrollen? Over doorgeslagen marktwerking? Over sturende overheden? Over sterke hiërarchieën? Zeg het maar. We hebben de mond vol over ketens sluiten. Maar bedoelen we daar dit mee? Soms is het zo complex dat ik het niet meer volg. Dan ben ik maar even een simpele veger. Als er geen afval zou zijn, hadden we ook geen probleem.

GRAM #07 september 2019 | 5


RECYCLINGHOBBELS: ANTWOORD LIGT IN CIRCULAIRE KETEN

TEXTIELRECYCLING: NIEUWE IMPULS NODIG TEKST: PIETER VAN DEN BRAND

De textielrecycling is aan vernieuwing toe. Kleding van lage kwaliteit en vervuiling door vocht en ander afval doet de berg niet-herdraagbaar textiel groeien, blijkt uit de Verkenning van Rijkwaterstaat uit 2018. Daarom richt het VANG-programma zich specifiek op de kwaliteit van deze stroom.

J

aarlijks gooien Nederlanders zo’n 235 miljoen kilo textiel weg, aldus het CBS, zo’n 14 kilo per persoon. Veel van dat textiel gaat nog altijd bij het restafval, leert de vorig jaar verschenen evaluatie door het RIVM van het ‘Van Afval Naar Grondstof’-programma (VANG). Jaarlijks nog ruim 160 duizend ton (5 procent van het totale volume van 3,2 miljoen ton). De 75 duizend kilo die gescheiden wordt ingezameld, baart bovendien steeds meer kopzorgen. Doordat de textielcontainer altijd toegankelijk is, kan het dumpen van restafval in deze bak verleidelijk zijn. Dit komt vaak voor als de restafvalcontainer afgesloten is met bijvoorbeeld een pasjessysteem. Veel burgers zijn van goede wil, maar textiel is kwetsbaar en vervuiling kan soms een hele container ongeschikt maken voor hergebruik. SLECHTE KWALITEIT In ondergrondse textielcontainers die met kranen worden gelost, scheuren de gedumpte volle huisvuilzakken soms open. Een bijkomend negatief effect is het fenomeen ‘Fast Fashion’. Veel kledingketens verkopen kleding die goedkoper is maar ook van een stuk lagere kwaliteit. Collecties volgen elkaar in hoog tempo op en consumenten kopen meer. Deze kleding levert de textielinzamelaar niet zoveel op. De slechte kwaliteit textiel is bovendien minder vaak geschikt voor mechanische recycling. Daarmee groeit de berg niet-herdraagbaar textiel. Charitatieve inzamelaars zien met lede ogen toe dat hun markt onder grote druk staat. Operationeel directeur Simon Smedinga van inzamelbedrijf Reshare van het Leger des Heils constateert dat een steeds groter deel van het gesorteerde en opgeschoonde textiel onverkoopbaar is. “Vroeger was dat vijftien procent, inmiddels is dat bijna de helft. Door de slechtere kwaliteit van kleding kunnen we nog amper tien procent afzetten via de tweedehandswinkels, dat was voorheen ruim een kwart. Het percentage waar wij onze boterham mee verdienen, wordt steeds kleiner. Het is heel hard gegaan sinds ik in 2012 met deze baan begon.” Johanna Minnaard, senior-adviseur afval en circulaire economie bij Rijkswaterstaat, kent de problematiek. Geen textiel in het restafval

6 | GRAM #07 september 2019

en geen restafval bij textiel, blijft het doel van de Rijksoverheid. Het toenemend hergebruik sluit aan bij het overheidsstreven naar een circulaire economie in 2050, waarbij geen afval meer bestaat en grondstoffen steeds opnieuw worden hergebruikt. Samen met de NVRD is de uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat initiatiefnemer van een ‘aanvalsplan’ dat de kwaliteit van het ingezamelde textiel moet verbeteren, ontstaan vanuit het VANG-programma. “In maatwerktrajecten willen we samen met pilotgemeenten bekijken hoe we de vervuiling van het textiel tegen kunnen gaan. Samen met de chauffeurs gaan we het veld in om de bottlenecks te bekijken. Ook gaan we de instrumenten aanreiken om inwoners tot een betere scheidingsprestatie te bewegen, zodat ze weten wat er in de textielbak mag en daar ook naar handelen. Het waardevolle van VANG is dat het scheidingsgedrag van burgers enorm is toegenomen. Tot slot organiseren we dit najaar een marktconsultatie om te stimuleren dat gemeenten en marktpartijen afspraken kunnen maken die leiden tot een transparante en toekomstbestendige textielinzameling. Want alleen door ketenaanpak is circulair textiel mogelijk.” Naast een verbeterslag bij de inzameling, weet Minnaard, moeten er toepassingen komen voor niet-herdraagbaar textiel. “Gemeenten kunnen in aanbestedingen eisen dat er bij de inzameling van textiel op circulariteit wordt gelet. Ze kunnen nieuwe businessmodellen en toepassingen stimuleren. Een aantal gemeenten doet dit al. Zij beseffen dat het anders moet. We willen andere gemeenten laten zien hoe je zoiets handen en voeten geeft.” Het aanvalsplan (zie www.vanghha.nl) richt zich op de inzameling in gemeenten en past naadloos in het beleidsprogramma ‘Circulair Textiel’ van staatssecretaris Van Veldhoven, dat eind dit jaar of begin 2020 het levenslicht ziet. AMSTERDAM Eén van de gemeenten die het roer omgooit, is Amsterdam. Niet alleen wil de gemeente de scheiding van textiel fors verhogen maar ook de vraag naar gerecycled textiel stimuleren. Amsterdamse huis-


Of ondergrondse inzameling met textiel- en restafvalcontainer bij elkaar de kans op vervuiling vergroot, wordt onderzocht. Foto: Pieter van den Brand. houdens gooien jaarlijks zo 'n 14 miljoen kilo textiel weg, en slechts 3,5 miljoen krijgt een duurzame bestemming. Het moment is gunstig, want dit jaar loopt het contract voor de inzameling, sortering en verwerking van het huishoudelijk textiel af. In de aanbesteding wil Amsterdam de koers verleggen en voortaan sturen op een circulaire textielketen. De gemeente wil marktpartijen uitdagen méér textiel in te zamelen met zo min mogelijk vervuiling. Dat kan door de inzet

"VEEL KLEDINGKETENS VERKOPEN KLEDING DIE GOEDKOPER IS MAAR OOK VAN EEN LAGERE KWALITEIT. DEZE KLEDING LEVERT DE TEXTIELINZAMELAAR NIET ZOVEEL OP." van handloscontainers en inzameling huis-aan-huis en bij scholen en retailbedrijven. Door voorsortering met de hand is eventuele rotzooi, zoals een volle huisvuilzak met restafval, er dan nog uit te halen. “De nadruk ligt echter niet alléén op inzameling en vervuiling”, benadrukt strategisch adviseur afvalketen Stef le Fèvre. “De crux is samen met de keten de achterkant van de verwerking goed te organiseren en een goede bestemming te vinden voor het textiel dat niet herdraagbaar is. Als gemeente een concessie afgeven en inzamelver-

goedingen incasseren is te passief en draagt niet bij aan duurzaamheid. We willen op het resultaat zitten en samen met partijen in de brede context van de textielrecycling de instrumenten ontwikkelen voor een gezonde businesscase. Samen kunnen we bijvoorbeeld de calculatiemethodieken ontwikkelen die de hele keten overzien om kostendekkend te opereren. Een voorwaarde is wel dat de inzameling van textiel transparanter moet worden en er afzetmogelijkheden komen voor textiel van gerecycled materiaal. De Rijksoverheid kan hieraan bijdragen.” Gemeenten kunnen echter ook volop bijdragen, stelt Le Fèvre, om op lokale schaal afzet te stimuleren. Hij noemt een aantal pijlen op de Amsterdamse boog, zoals de inzet van eigen inkoopkracht. In eigen huis dragen de ambtenaren bij onder meer Stadsbeheer duurzame werkkleding. De verwerking van oude uniformen is vanaf medio 2021 volledig circulair. De gemeente is in gesprek met de duurzame koplopers onder de hotels in de hoofdstad (goed voor tien procent van de bedden) en hieraan gelieerde wasserijen om bed en badlinnen circulair te krijgen. Eind augustus heeft Amsterdam de marktconsultatie voor de aanbesteding afgerond. “Veel partijen in de textielrecycling zijn bij ons langs geweest. Dat heeft mooie gesprekken opgeleverd. Pas als we afspraken met partners hebben gemaakt, kunnen we wat zeggen over de financiële consequenties voor de begroting.” ZAANSTAD In Noord-Holland gebeurt nog meer. Reshare en sorteerder Wieland Textiles hebben de samenwerking gezocht met partijen in de vervezelingsindustrie en de spinnerij en de kleding- en textielproductie, om in co-creatie circulaire textielproducten te ontwikkelen.

GRAM #07 september 2019 | 7


IPR Normag is een gerenommeerd onderzoeks- en adviesbureau met een hecht team van gedreven adviseurs, gericht op strategie, beleid en organisatie. Ons bureau is gespecialiseerd in de sectoren afval, beheer openbare ruimte, water en milieu. Functie-eisen

GEZOCHT

ADVISEUR

Wij zoeken een adviseur die kan bijdragen aan de verdere ontwikkeling en groei van ons adviesbureau. Je voert samen met collega’s projecten uit en levert een bijdrage in de diverse stadia van offerte, plan van aanpak, onderzoek en advies tot en met de implementatie. Je draagt bij (in teamverband) aan acquisitie van nieuwe opdrachten, zowel bij bestaande klanten als bij potentiële opdrachtgevers. Door de grootte van ons team is er veel onderling contact, kun je veel van andere collega’s leren en is er ruimte om snel door te groeien.

Academisch (minstens HBO) werk- en denkniveau. Opleiding bij voorkeur bedrijfseconomie, milieueconomie of bestuurskunde (met financieel/economische accenten). Een goed ontwikkeld analytisch vermogen en in staat zijn om hiermee resultaten te boeken. • Sociaal vaardig en een representatief voorkomen. • Affiniteit en ervaring met bedrijfseconomische en/of bestuur­ lijke vraagstukken en overheidsorganisaties. • Je kunt zelfstandig werken en actief bijdragen aan projecten, maar bent ook een teamspeler. • De topics "Van Afval naar Grondstoffen", circulaire economie en duurzaamheid zijn voor jou bekend terrein en enthousiasmerend. • Relevante werkervaring in – bij voorkeur – de consultancy of in een overheidsomgeving is een pré.

Wij bieden een uitdagende en afwisselende functie met een

Heb je interesse, dan kun je je sollicitatiebrief en CV mailen naar

marktconform salaris, opleidingsmogelijkheden, een pensioenregeling en een leaseauto.

info@iprnormag.nl. Voor meer informatie kun je contact opnemen met Paul de Bruin, via ons algemene e-mailadres of 023 - 531 9141.

1_2_li_GRAM_190x130-B.indd 1

Ingezameld door Sympany Gemaakt door VRK Isolatie voor u

Acquisitie naar aanleiding van deze vacature wordt niet op prijs gesteld.

IPR Normag Waarderweg 33-B10 2031 BN Haarlem www.IPRNORMAG.nl

05-09-19 09:04

Draag bij met duurzame isolatie Sympany = VRK

Voor informatie over VRK en de producten, kijk op www.vrk-isolatie.nl 3318009 SYM advertenties GRAM.indd 2 1_4_li_GRAM_190x62-D.indd 1

21-8000-0889-03 GRAM 2019 sept

21-01-19 16:01 05-09-19 09:11


Eind vorig jaar werd het Dutch Center for Circulair Textiles (DCCT) opgericht. Doel van dit consortium van bedrijven uit de Metropoolregio Amsterdam (MRA) is de schakels van de textielketen met elkaar te verbinden: van het inzamelen van gebruikt textiel tot en met de productie van nieuw textiel. De ambitie is ervoor te zorgen dat binnen vijf tot tien jaar elk kledingstuk voor minimaal 20 procent uit gerecyclede grondstoffen bestaat. Ook Zaanstad is hierbij betrokken. De gemeente heeft een faciliterende rol bij onder meer het vinden van een geschikte locatie voor een recyclingfabriek, die komend najaar het levenslicht moet zien. Het hart van de fabriek wordt de ‘Fibersort’-machine van Wieland, die met behulp van ‘Near Infrared’ kledingstukken op materiaal en kleur kan scheiden, en volautomatisch knopen en ritsen verwijdert. De verfijnde sortering zorgt ervoor dat het textiel verderop in de keten tot zuiverdere garens gerecycled kan worden. Ook wordt op chemische recycling ingezet voor fijngeweven materialen waar bij mechanische recycling niets van overblijft. Zaanstad heeft een intentieovereenkomst gesloten met Worn Again, dat mogelijk tot het consortium toetreedt. Dit Engelse techbedrijf heeft een technologie ontwikkeld om ‘polycottons’, geweven blends van polyester en katoen, te recyclen naar cellulosevezels en nieuw kunststof. De grote uitdaging blijft het vinden van afzetkanalen voor de verschillende materiaalstromen. Directeur-eigenaar Hans Bon van Wieland is optimistisch. “Er is een enorme vraag naar gerecyclede garens, vooral in de denim-industrie. Ik krijg regelmatig orders. Maar zover is het nog lang niet. Zo’n circulaire keten zet je niet zomaar even op. Cruciaal is dat het gerecyclede product niet alleen mooi is, maar ook kan concurreren met virgin materiaal. Het moet mainstream worden.” Reshare zamelt al het textiel in Zaanstad in. “Met onze kennis van textielrecycling willen we meedenken aan nieuwe duurzame toepassingen voor niet-herdraagbaar textiel”, vertelt Smedinga. “In onze visie op een betere wereld willen we ervoor zorgen dat deze stroom in Nederland wordt verwerkt en niet in landen als India en Pakistan, waar dat onder erbarmelijke omstandigheden gebeurt. Innovatie

vergt echter veel investeringen. Dankzij een Europese subsidie kunnen we als consortium gas geven op het Fibersort-project. Op termijn is er veel meer nodig. De Rijksoverheid zal hier haar rol in moeten pakken.” BAANBREKEND Reshare-directeur Smedinga is te spreken over de nieuwe koers van Amsterdam. “Nieuwe modellen zijn noodzakelijk. Als Reshare zouden we graag in zo’n samenwerking willen participeren. Wij gaan stoppen met contracten waarin we gemeenten een inzamelvergoeding voor het textiel moeten betalen.” Smedinga noemt het voorbeeld van Circulus-Berkel. Het inzamelbedrijf van acht gemeenten in de regio Apeldoorn en Deventer heeft de inzameling van afgedankt textiel anderhalf jaar geleden zelf ter hand genomen en brengt het naar het nieuwe sorteercentrum van Reshare in Deventer. “De opzet hiervan is baanbrekend voor ons land, want de hele keten van inzameling tot afzet werkt hier samen. Ook deze gemeenten willen niet dat het textielafval in het buitenland uit het zicht verdwijnt.” Minnaard van Rijkswaterstaat is positief. “Er dienen zich tal van kansen aan om de inzameling, sortering en recycling van textiel te verbeteren. Veel partijen zijn aan het experimenteren en nieuwe samenwerkingsverbanden aan het smeden. Innovatie is belangrijk. Het zal niet makkelijk gaan. Lokaal ondersteunen van goede doelen en werkgelegenheid creëren voor inwoners met een achterstand op de arbeidsmarkt worden als belangrijk ervaren. Daar zijn tal van maatschappelijke instellingen actief mee. Verder moeten we niet vergeten dat de invloed van gemeenten beperkt is. Aan Fast Fashion kunnen gemeenten weinig doen. Zij bepalen niet hoe een T-shirt eruit moet zien en hoeveel gram katoen erin zit. De oplossing ligt dus niet alleen aan de achterkant. De productie van textiel en het ontwerp van kleding moeten eveneens duurzaam en circulair worden. Ook hiervoor is samenwerking tussen ketenpartijen nodig, om samen in een circulaire textielketen te investeren. Zaak is dat partijen de dialoog aangaan. Maar ik ben hoopvol gestemd.”

GRAM #07 september 2019 | 9


CHINEES AFVAL-IMPORTVERBOD BEVORDERT RECYCLING IN EUROPA TEKST: RENÉ DIDDE BEELD: FRANS SCHELLEKENS, HOLLANDSE HOOGTE

De afvalwereld zat in 2018 letterlijk en figuurlijk flink in haar maag met kunststof bedrijfsafval en oud papier en nog enkele afvalstromen. Op nieuwjaarsdag sloot China namelijk de grenzen voor de omvangrijke partijen behoorlijk vervuild afval die tot dan toe vanuit de EU en de VS werden geïmporteerd en onder meer gretig aftrek vonden in bijvoorbeeld de omvangrijke Chinese papierindustrie.

H

et was overigens niet een strikt importverbod, maar het kwam er wel op neer. China wil sinds anderhalf jaar alleen zeer zuiver afval verwerken. In plaats van partijen te accepteren die in Europa door verwerkers werden geweigerd omdat ze voor tien procent of meer waren vervuild, accepteert China sinds 2018 maximaal een vervuiling van 0,5 procent. “Een dergelijke zuiverheidsgraad is onhaalbaar voor de oud papierverwerkende industrie”, zegt Hans Koning, directeur van de Federatie Nederlandse Oudpapier Industrie (FNOI). “Sinds het importverbod is de markt ingestort, ook voor Nederland. Want hoewel wij de schoonste manier van inzamelen hebben in Europa, halen we met huishoudelijk papier en karton ternauwernood de 1,5 à 2 procent vervuiling.” VRAAG NAAR SECUNDAIR MATERIAAL Het gaat voornamelijk om bedrijfsafval, maar bijvoorbeeld ook om oud papier dat uit nascheidingsinstallaties vrijkomt. De bulk vormen plastics als magazijnafval, (landbouw)folies en afval uit kantoren, winkel en diensten (KWD). Officieel wordt huishoudelijk kunststof (verpakkings) afval volgens strikte regelgeving ingezameld, gesorteerd en binnen de EU zoveel mogelijk als recyclaat ingezet in nieuwe producten. Niet alleen de milieuvervuiling en gezondheidsproblemen in China waar nog grotendeels met de hand wordt gescheiden, vormden de redenen voor de drastische maatregel. De levensstandaard in China is de laatste twintig jaar enorm gestegen. Het kolossale land met

10 | GRAM #07 september 2019

anderhalf miljard inwoners produceert intussen zoveel afval en hergebruikt zoveel reststoffen dat het in de eigen vraag naar secundair materiaal kan voorzien.

dan in China. Een aantal ging ertoe over betere sorteerstappen uit te voeren om een meer zuiver gescheiden en beter herbruikbare afvalstroom te krijgen.”

Het importverbod mistte zijn uitwerking niet. Volgens het CBS ging in 2010 nog bijna de helft van het kunststof bedrijfsafval en papierafval naar China. In 2018 was dat gedaald tot 2,7 procent. Volgens de rekenmeesters in Rijswijk wijkt dat afval sindsdien uit naar landen als Indonesië, Maleisië, India, Vietnam en Turkije. Zo steeg de import van Indonesië van duizend ton in 2017 tot 25 duizend ton in 2018. Nieuwe afvoerputjes dus voor onder meer Nederlands bedrijfsafval? “Niet meer voor lang”, zegt Lennert Vermaat, beleidsmedewerker van Vereniging Afvalbedrijven in Den Bosch. “Op misschien Maleisië na, volgen alle Aziatische landen intussen het voorbeeld van China. Je ziet dat de landen waar het afval sinds de importrestricties van China naar uitwijkt één voor één het voorbeeld van China volgen.”

Volgens Vereniging Afvalbedrijven lijkt het ex-exportafval een ‘blijvertje’ te worden. Want ook de EU ziet het probleem én de kansen voor verwerking in Europa van dit afval, constateert Vermaat. “Er liggen uitgelezen mogelijkheden om de Europese recycling industrie verder te ontwikkelen. Zo zijn er bijvoorbeeld EU-subsidies voor nieuwe recyclingcapaciteit die het mogelijk moeten maken om in 2025 tien miljoen ton gerecycled kunststof in producten te verwerken.” Daar komt nog wat bij. Waar in Nederland eerder meer verbrandingscapaciteit is dan nodig voor het Nederlandse afval – gezien de import van vooral afval uit het Verenigd Koninkrijk van de laatste vijf jaar – bestaat vooral in Zuidoost-Europa veel te weinig capaciteit. “Sterker nog, daar wordt nog veel huishoudelijk en bedrijfsafval gestort of zelfs op illegale wijze gedumpt”, zegt Vermaat. Hij doelt vooral op lidstaten als Bulgarije, Roemenië en ook Griekenland. Met andere woorden, de ban op export naar China in combinatie met het stortverbod dat vanuit Europa is opgelegd, kan er ook toe leiden dat de verwerkingscapaciteit voor recycling en verbranding in deze landen tot bloei komt.

HOGERE KOSTEN Dat betekent dat er in de EU dus een blijvend aanbod is van niet bijster zuiver kunststofafval en oud papier. Dat hebben de afvalproducerende bedrijven gemerkt. “Ze hebben in 2018 eerst gemerkt dat afvalverwerkers noodgedwongen de afvaltarieven voor papier en kunststofafval gingen verhogen”, aldus Vermaat. “De verwerkers moesten dit tot dan toe naar China geëxporteerd afval immers laten verbranden in een afvalenergiecentrale en daarvoor een heffing betalen of in Europa laten recyclen tegen hogere kosten

TWEEDEHANDS PET Europese wet- en regelgeving moeten het mogelijk maken dat de gescheiden afvalstromen ook daadwerkelijk in hoogwaardige producten worden verwerkt. Zo


Overladen truck met (plastic) afval op de snelweg in Shanghai. wil de EU dat al in 2025 PET-flessen voor een kwart uit tweedehands PET bestaat. Vijf jaar later moet dertig procent van alle plastic flessen, dus ook PP en PE-flessen bestaan uit recyclaat. Uiteraard moet deze ambitieuze hergebruiksdoelstelling worden gerealiseerd met respect voor de hygiëne en voedselveiligheid. “Bijvoorbeeld flacons voor afwasmiddel kunnen worden gemaakt van 100 procent gerecycled kunststof”, aldus Termaat. Ook kratten, bakken, emmers en schuifwanden in gebouwen kunnen veel hogere percentages kunststofrecyclaat bevatten. Bij de Federatie Nederlandse Rubber- en Kunststofindustrie bevestigt Erik Schutjes dat veel kunststofverwerkende bedrijven hun recyclingcapaciteit hebben vergroot na het importverbod van China. “Plasticrecycler Morssinkhof breidde uit in Heerenveen, Kras startte in Kosovo, Van Werven breidde uit in België en ook Attero, Suez en QCP werken aan vernieuwing en uitbreiding”, licht de secretaris van NRK werkgroep recycling toe. Er zijn niettemin ook nog bedrijven die blijven

exporteren, zegt ook Schutjes. “Dat gebeurt onder voorwaarden, namelijk dat het afval in de ontvangende landen geschikt wordt gemaakt voor hergebruik. Wij zijn helemaal niet tegen strenge regels voor export van afval.” VOEDSELVEILIGHEID Om de circulaire economie van de grond te krijgen, denkt de NRK dat Europees afval in Europa moet worden hergebruikt. “Als de EU in 2050 van de virgin kunststoffen af wil, moet je het gebruik van recyclaat bevorderen.” Daarvoor zijn overigens nog wel een aantal technische vraagstukken te overwinnen. “Kijk, de inzet van vijftig procent secundaire kunststoffen is geen probleem, maar bij tachtig procent kun je stuiten op bezwaren van voedselveiligheid of op technische problemen met bijvoorbeeld weekmakers”, aldus Schutjes. Interessant is hoe grote concerns zich op deze materie storten, aldus NRK. “Een bedrijf als IKEA maakt echt werk van de circulaire economie. Om er zeker van te zijn dat er voldoende secundaire grondstoffen

beschikbaar zijn, sluit het concern nu al contracten met onder meer bedrijven als Morssinkhof. Een van de grootste chemische concerns ter wereld, LyondellBasel Industries heeft met dat doel al in 2018 samen met SUEZ een groot belang genomen in plastic recyclingbedrijf QCP in Geleen dat verpakkingsplastic omzet in onder meer PP en HDPE.” Bij de FNOI zegt directeur Hans Koning dat de papierindustrie al een stapje verder is. “Er wordt in Europa jaarlijks 56 miljoen ton papier geproduceerd. Door het importverbod in China gaat daar nu de maximale hoeveelheid van 48 miljoen ton papier naar toe. Dat betekent dus dat we structureel 8 miljoen ton oud papier per jaar overhouden. Dat gaat nu nog naar bijvoorbeeld India, Indonesië, Turkije en Maleisië. Als de export daarnaartoe ook aan de banden wordt gelegd, hebben we een serieus probleem. Want voor laagwaardige toepassingen als vulmiddel in isolatieplaten is papier te duur. We schrijven op dit moment aan een brandbrief naar de EU.”

GRAM #07 september 2019 | 11


Door (vloeibaar) waterijzer om te zetten in een granulair materiaal kan waterijzer in een vast vorm worden gemaakt. Het granulaat (korrel) kan als filtermateriaal worden ingezet, bijvoorbeeld bij:

l

• Luchtreiniging voor het verhelpen van geuroverlast. • Bij waterproblemen ter voorkoming van blauwalg (algenbloei), het ijzergranulaat verwijdert fosfaat en zware metalen hierdoor kan de groei van algen sterk worden geremd.

(machine)

Veiligheid werkbaar verbeteren?

• Het reinigen van biogas. Granulair ijzer kan worden ingezet om H2S in de gasfase te binden en zo de corrosieve eigenschappen van het biogas te verminderen.

www.aquaminerals.com info@aquaminerals.com

92x130mm.indd 1

inrato.com

21-8000-1419-01 NVRD GRAM 2019 sept 2180001419-01

21-9000-0473-01 NVRD GRAM 2019 sept

19-08-19 15:16

_4_st_GRAM_92x130-F.indd 1

1_4_st_GRAM_92x130-F.indd 05-09-19 09:24 1

05-09-19 09:21

www.bollegraaf.com • info@bollegraaf.com 12 | GRAM #07 september 2019

1_2_li_GRAM_190x130-B.indd 1

05-09-19 09:01


BEHEER DOET ER TOE SLIM BEHEER: ENERGIETRANSITIE EN CIRCULAIRE ECONOMIE VERSTERKEN ELKAAR TEKST: MAX NARINX

De openbare ruimte vormt de basis voor het openbare leven. Het is de plek waar mensen elkaar ontmoeten, naar hun werk gaan, spelen, sporten en ontspannen. Het ontwikkelen en beheren ervan is dan ook een van de belangrijkste taken voor gemeenten. Om het belang van slim beheer aan te tonen hebben Stadswerk en branchevereniging NVRD de handen ineengeslagen in het programma ‘Beheer doet er toe!’. Slim beheer is immers een middel om andere maatschappelijke uitdagingen aan te pakken.

M

et een reeks artikelen laten we verbindingen zien tussen slim beheer en maatschappelijke thema’s. In ‘Beheer doet er toe!’ onderscheiden we: energietransitie, klimaatadaptatie, veiligheid, participatie & zelfbeheer, biodiversiteit, circulaire economie, gezondheid, verstedelijking & krimp, mobiliteit & toegankelijkheid en inclusieve samenleving. Deze keer staan de thema’s ‘energietransitie’ en ‘circulaire economie’ centraal.

bare ruimte. De openbare ruimte zelf is ook een bron van waardevolle grondstoffen en er kunnen veel circulaire materialen en afgedankte producten in worden toegepast. De buitenruimte wordt zo niet alleen een kostenpost maar een plek waar waardevolle grondstoffen vrijkomen en secundaire materialen worden toegepast. Gekapte bomen worden bankjes in de openbare ruimte, afvalbakken worden gemaakt van gerecycled afval, bezems voor de reiniging worden gemaakt van snoeiafval, bermgras wordt verwerkt tot strooizout en ga zo maar door.

ENERGIETRANSITIE De openbare ruimte vervult een rol in de energietransitie waarbij we overstappen van fossiele brandstoffen naar duurzame energiebronnen. De openbare ruimte gaat er steeds meer uitzien als een ‘energielandschap’: er komen elektrische laadpalen, zonnepanelen en windmolens; wegen of fietspaden worden ingezet voor het opwekken en opslaan van energie. Vrijkomend groenafval uit de openbare ruimte wordt gebruikt als biobrandstof en uit riool- en oppervlaktewater wordt energie gehaald. Het energieverbruik in het beheer van de openbare ruimte wordt CO2-neutraler door bijvoorbeeld slimme en zuinige straatverlichting en de inzet van duurzame voertuigen, machines en werktuigen. Het omvormen van woonwijken naar ‘van gas los’ biedt kansen om de hele fysieke leefomgeving slim, duurzaam en toekomstbestendig in te richten. Het is cruciaal dat hierbij meteen wordt nagedacht over het beheer om hoge beheerkosten te voorkomen.

RELATIE ENERGIETRANSITIE EN CIRCULAIRE ECONOMIE Volgens onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) versterken de energietransitie en circulaire economie transitie elkaar. In het kader van de energietransitie wordt meer duurzame energie opgewekt waardoor er minder (fossiele) grondstoffen zoals steenkool en gas verbrand worden voor energieproductie. In het kader van circulariteit wordt hiermee verbranding van grondstoffen – een na laagste trede op de circulariteits-ladder van Lansink – voorkomen. Sterker nog, het überhaupt gebruik maken van grondstoffen wordt hiermee voorkomen. Zo zorgt de energietransitie voor preventie van grondstoffengebruik – de hoogste trede op de circulariteits-ladder van Lansink.

CIRCULAIRE ECONOMIE Naast de energietransitie zitten we in de transitie naar een circulaire economie. In de circulaire economie bestaat geen afval meer, blijven grondstoffen in de keten en gaan we duurzaam om met mens en milieu. Hierbij horen ook nieuwe businessmodellen en andere eigendomsverhoudingen. Slim beheer kan een deel van de oplossing zijn. Op de eerste plaats moet afvalinzameling worden ingepast in de open-

In een circulaire economie worden grondstoffen en materialen opnieuw ingezet waardoor de energiebehoefte afneemt. Het winnen van primaire grondstoffen en het maken van nieuwe materialen en productonderdelen kost immers meer energie dan grondstoffen en materialen circulair inzetten. In een circulaire economie wordt dus minder energie geconsumeerd (afkomstig uit fossiele grondstoffen) waardoor de energietransitie versnelt. Slim beheer draagt bij aan zowel de energietransitie als de circulaire economie én laat dat ook zien! Meer weten over het programma ‘Beheer doet er toe?’ Kijk op: www.nvrd.nl/dossier-actueel.

GRAM #07 september 2019 | 13


BENCHMARK HUISHOUDELIJK AFVAL

VANG-BELEID EN EFFICIENCYMAATREGELEN ZORGEN VOOR DALENDE KOSTEN TEKST: FOLKERT STARREVELD

De afvalstoffenheffing en de afvalbeheerkosten laten al bijna tien jaar een dalende trend zien. Niet alleen het VANG-beleid maar ook efficiencymaatregelen in de uitvoering zorgen daarvoor, zo laat de Benchmark Huishoudelijk Afval zien. Maar blijft dat zo?

S

inds 2010 laat de gemiddelde afvalstoffenheffing in Nederland een dalende trend zien. Jaarlijks publiceert Rijkswaterstaat de hoogte van de afvalstoffenheffing van alle 390 gemeenten in Nederland en genereert daaruit een gewogen gemiddelde. Daar waar deze in 2009 nog gemiddeld 252 euro per huishouden bedroeg, was dat in 2018 gemiddeld 232 euro per huishouden: een daling van bijna 10%.

De overige kosten (17%) betreffen de kosten voor beleid, communicatie, handhaving, inning afvalstoffenheffing etc. Deze kosten zijn niet direct aan een afval- of grondstofstroom toe te rekenen. Omdat de inzamel- en verwerkingskosten van fijn restafval, gft en pmd gezamenlijk meer dan 50% van de totale afvalbeheerkosten bepalen, is het gerechtvaardigd vooral op deze stromen in te zoomen om de daling van de afvalbeheerkosten te verklaren.

In de Benchmark Huishoudelijk Afval wordt als kostenindicator de afvalbeheerkosten gehanteerd. Verschil met de afvalstoffenheffing is dat het om een kostenindicator gaat en niet om inkomsten. Uitgaande van 100% kostendekkendheid zou er geen verschil moeten zitten in beide indicatoren, echter in de benchmark worden toegerekende kosten voor aanpak zwerfafval, kwijtschelding en ook voor btw-compensatie niet meegenomen. Die zitten er bij de heffing vaak wel in. De gemiddelde afvalbeheerkosten in de Benchmark Huishoudelijk Afval bedroegen in 2017 168 euro per huishouden, iets meer dan 70% van de gemiddelde afvalstoffenheffing. Ook de afvalbeheerkosten in de benchmark laten een zelfde procentuele daling zien als de afvalstoffenheffing van circa 10%, waarbij wel moet worden opgemerkt dat het om een gemiddelde gaat van 185 deelnemende gemeenten. Wat is de oorzaak van deze kostendaling? En zit er nog meer in het vat?

FIJN RESTAFVAL

KOSTENVERDELING De afvalbeheerkosten zoals die in de benchmark zijn gedefinieerd bestaan uit drie kostensoorten: inzamelkosten, verwerkingskosten (incl. op- en overslag) en overige (indirecte) kosten. De inzamel- en verwerkingskosten maken 83% van de totale afvalbeheerkosten uit. Fijn restafval, grof huishoudelijk afval, gft en pmd (excl. vergoedingen) zijn daarbij de grootste kostenposten.

Verdeling afvalbeheerkosten 2018

Fijn restafval â‚Ź per huishouden 60 50 40

52 41

44 39

Grof afval 20%

31

33 29

28

2016

2017

2018*

80

88 80

82 80

2016

2017

2018*

20 10 0

2012

2013

2014

2015

Inzamelkosten

Verwerkingskosten

Fijn restafval â‚Ź per ton 120 106

101

100

89

88

80

Fijn restafval 33%

39

32

90

Overige kosten 17%

41

37

30

100

Glas/ textiel 3% Pmd Opk 12% 0%

51

102 82

98

60 40 20

Gft 15%

0

2012

2013

2014 Inzamelkosten

2015

Verwerkingskosten

*de cijfers 2018 zijn voorlopig

14 | GRAM #07 september 2019


De oorzaak voor de dalende afvalbeheerkosten wordt al direct gevonden bij fijn restafval. De kosten per huishouden die voor inzameling, op- en overslag en verwerking worden gemaakt, zijn sinds 2012 met bijna de helft afgenomen. Dit komt enerzijds door het succes van VANG: meer afvalscheiding waardoor minder restafval wordt ingezameld. Maar ook de dalende verbrandingstarieven (door aflopende ‘ongunstige’ contracten) en de efficiencymaatregelen bij de inzameling (zijbelading, dynamische routeplanning) hebben hun steentje bijgedragen. Het laatste is goed te zien in de tweede grafiek waar de kosten per ton zijn weer gegeven. De inzamelkosten per ton fijn restafval zijn sinds 2012 afgenomen met 10%.

Pmd € per huishouden 14 13 12

12 10 9 8

2016

2017

2018*

259 229

261 238

261

2016

2017

2018*

6

4 2 0

2012

2013

2014

2015

Inzamelkosten

Gft € per huishouden

Verwerkingskosten

Pmd € per ton 450

30

400

24

20 15

11 10

8

6

GFT

25

11 10 9

16

22

20

18 15 12

10

383

350

22

13

12

371

300

18

18

260

250 200

12

10

150

225

136

100

5 0

50 0

2012

2013

2014

2015

Inzamelkosten

2016

2017

2018*

Verwerkingskosten

114

112

100

100

95

92

89

93

80 60 52

51

2012

2013

50

48

2014

2015

40

47

51

44

20 0

2013

2014

2015

Inzamelkosten

Verwerkingskosten

*de cijfers 2018 zijn voorlopig

Gft € per ton 120

2012

2016

2017

pas beschikbaar vanaf 2015 toen gemeenten ook het verwerken en vermarkten aan hun takenpakket toevoegden. De inzamelkosten per huishouden laten een forse toename zien. Ook wel voorspelbaar gezien de enorme toename van de hoeveelheid pmd die gescheiden is ingezameld. Aan de inzamelkosten per ton is te zien dat er ook nog wel een efficiencyslag bij de inzameling heeft plaatsgevonden, ofschoon er na 2015 niet veel beweging meer zit in de inzamelkosten per ton. Ook de verwerkingskosten per ton zijn sinds 2016 vrijwel stabiel, waarschijnlijk als gevolg van de meerjarencontracten die zijn afgesloten.

2018*

Ook de kosten voor gft zijn afgenomen, al is de daling niet zo sterk als bij restafval. Op basis van de toenemende hoeveelheid gft die gescheiden wordt ingezameld zou je verwachten dat ook de kosten stijgen. Het tegendeel is waar: sinds 2012 zijn de inzamelkosten per huishouden met een kwart afgenomen en de verwerkingskosten per huishouden met een derde. Vollere minicontainers hoeven ook niet tot hogere inzamelkosten te leiden en ook de toenemende efficiency (invoering zijbelading) hebben hun werking gehad (te zien aan de kosten per ton). De verwerkingskosten per ton laten een redelijk stabiel beeld zien.

BLIJVEN DE KOSTEN DALEN? De vraag is of de dalende trend zich de komende jaren doorzet. Weliswaar is de VANG-transitie nog niet ten einde en lopen de efficiencyverbeteringen bij de inzameling gewoon door, er zijn echter wel een aantal kostenverhogende factoren. De economie groeit weer, en dat brengt meer afval en hogere kosten met zich mee. Voor een aantal grondstoffen liggen de marktprijzen behoorlijk onder druk (waaronder papier) of moet meer worden betaald (waaronder hout). En ook de belasting op verbrandbaar restafval doet een duit in het zakje. Of dat deze kostenverhogende factoren de kostenverlagende factoren de komende jaren verslaan is de vraag. Feit is wel dat de gemiddelde afvalstoffenheffing in 2019 weer stijgt. Een voorbode?

PMD Voor de inzamelkosten van pmd is de tijdreeks pas beschikbaar vanaf 2013; het moment waarop de meeste gemeenten ook blik en drankenkartons gescheiden gingen inzamelen. De verwerkingskosten zijn

MEER INFORMATIE De Benchmark Huishoudelijk Afval is een initiatief van NVRD en Rijkswaterstaat en wordt uitgevoerd door Cyclus Management. Voor meer informatie of deelname, zie www.benchmarkafval.nl

Inzamelkosten

Verwerkingskosten

GRAM #07 september 2019 | 15


INFOQUÊTE AFVALPREVENTIE NU BESCHIKBAAR

ENQUÊTE STIMULEERT BURGERS OM RESTAFVAL TE VERMINDEREN TEKST: ANNE KLUIVERS, MILIEU CENTRAAL EN ADDIE WEENK, RIJKSWATERSTAAT BEELD: MILIEUCENTRAAL

Afvalpreventie is een mooi maar lastig onderwerp voor een gemeente om werk van te maken. Een uitdaging dus, want in potentie kan er nog veel meer bereikt worden om restafval te verminderen. Een van de concrete en eenvoudige maatregelen om burgers te informeren en te motiveren is het uitzetten van een infoquête.

W

at kun je als gemeente doen om afvalpreventie door burgers te stimuleren? Een vraag waar veel gemeenten mee worstelen. Bekend zijn de 100-100-100 actie, het beschikbaar stellen van de ja-nee sticker voor reclamemateriaal en de burger verwijzen naar websites zoals die van Milieu Centraal. Voor de burger zijn er echter veel meer mogelijkheden. Punt is dat die veelal onbekend zijn. Je zou de burgers daarover natuurlijk kunnen informeren door omvangrijke overzichten in een brochure of op een site aan te bieden. Het vergt echter een stevige motivatie van een burger om zich daar doorheen te worstelen. Een iets actievere en makkelijkere manier is om mensen te informeren door hen te bevragen: de infoquête. Dat levert een actieve verwerking op van de informatie waardoor die wellicht meer opvolging, actie en dus ook daadwerkelijk effect heeft. De praktijk leert dat een afval-enquête op een hoge respons mag rekenen want het onderwerp raakt ons allemaal. Bovendien is afval vaak in het landelijk nieuws, wat de aandacht verder ver-

hoogt. Denk aan de crisis bij de afvalverbranding van AEB, de plastic soep, statiegeld of (het nut van) de recycling van plastics. INFOQUÊTE Samen met MilieuCentraal en bureau Duwtje heeft Rijkswaterstaat een Infoquête Afvalpreventie ontwikkeld. De infoquête draagt de naam ‘Nationaal onderzoek afvalvermindering’. U kunt dit instrument als gemeente eenvoudig en kosteloos gebruiken door uw burgers via uw eigen communicatiekanalen op te roepen tot deelname. Aan het einde van de enquête krijgt de deelnemer een brede set aan concrete handelingsperspectieven (producten, sites, diensten) om zelf iets aan afvalpreventie te doen. Deze tips zijn op maat, afgestemd op de antwoorden die de burger ingevuld heeft in de enquête. Voor u als gemeente (en ook het Ministerie van IenW) levert het informatie op over hoe goed uw inwoners op de hoogte zijn van de mogelijkheden tot afvalpreventie en waar de behoeften en interesses liggen. Dat levert u als gemeente weer mooie aanknopingspunten op voor verdere communicatie en acties. Om zicht te krijgen op de effecten van de infoquête gaan Rijkswaterstaat en Milieu Centraal een aantal zaken volgen. Dat betreft natuurlijk het aantal mensen dat de infoquête invult, maar ook in welke mate mensen in de enquête doorklikken naar bepaalde informatie, producten en diensten. Uiteraard volgen we ook de landelijke en gemeentelijke hoeveelheid restafval, maar het is moeilijk om veranderingen daarin hard te relateren aan de infoquête. Gemeenten ontvangen van Rijkswaterstaat de enquêteresultaten voor de eigen gemeente zodat ze vervolgacties daarop kunnen afstemmen. UW GEMEENTE AAN ZET! Het enige dat een gemeente hoeft te doen, is inwoners oproepen tot deelname aan het “Nationaal onderzoek afval verminderen”. Via mailing, gemeentepagina en andere kanalen kan men verwijzen naar http:afvalminderen.nl (zonder www). In de kennisbibliotheek van VANG-HHA kunt u ook een voorbeeldbrief vinden om uw bewoners te activeren tot deelname.

16 | GRAM #07 september 2019


KETEN SLUITEN VOOR PIEPSCHUIMVERPAKKINGEN NU ECHT MOGELIJK TEKST: FREEK VAN EIJK (*) BEELD: EPS NEDERLAND

EPS ofwel Piepschuim bestaat voor 98% uit lucht, is licht, sterk, isolerend, schokbestendig en daardoor een veelzijdig gebruikte verpakking. Gemeentelijke milieustraten moeten inzamelfaciliteiten bieden voor zowel consumentenverpakkingen als EPS uit de bouw. In EPS-bouwmaterialen zit vaak de inmiddels verboden brandvertrager HBCDD. EPS-verpakkingen uit huishoudelijk afval bevatten doorgaans geen HBCDD. Het Afvalfonds Verpakkingen vergoedt de huishoudelijke stroom namens het verpakkende bedrijfsleven. Terwijl de lat voor recycling van verpakkingen steeds hoger wordt gelegd laat het inzameling en recyclingpercentage van EPS nog te wensen over.

D

e huidige EPS-inzameling is beperkt qua omvang. Ook bestaat er op milieustraten geen methodiek om aan te tonen dat aan de wetgeving is voldaan. Nederland moet voldoen aan de internationale verplichting uit de Europese POP-Verordening. In juni 2018 heeft het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een brief gestuurd aan de VNG over EPS-verpakkingsstromen die mogelijk vervuild worden met HBCDDhoudend EPS op milieustraten. Uit een rapport (2018) van het ministerie blijkt dat op de gemeentelijke milieustraten de scheiding tussen EPS afkomstig uit de bouw en verpakkingsafval niet optimaal is. Alleen schoon EPS, vrij van HBCDD, kan op dit moment goed gerecycled worden. Er is nu dus een risico dat HBCDD-houdend EPS in de kringloop komt en schade toebrengt aan het milieu. De aanbevelingen in het rapport zijn: EPS-verpakkingen en -bouwmaterialen moeten gescheiden worden want het mengmateriaal mag niet voor (mechanische) recycling aangeboden worden. Ook dient monitoring voor EPS gericht op HBCDD-concentraties worden opgezet. Gemeenten zijn hier niet altijd van op de hoogte en continue toezicht op de milieustraat om vermenging van schoon en vervuild EPS te voorkomen, blijft lastig. PILOT EPS Nederland heeft onderzoek verricht of en hoe EPS-verpakkingen het beste ingezameld en verwerkt kunnen worden. Daarvoor zijn er bij tientallen gemeenten (o.a. Circulus-Berkel, DAR en OMRIN) en inzamelaars (SUEZ en Renewi) pilots uitgevoerd. De conclusies van het onderzoek bieden handvatten aan inzamelaars en gemeenten om EPS zoveel mogelijk circulair toe te passen en voor de EPS-verpakkingen van huishoudens te kunnen rekenen op de vergoedingen uit het Afvalfonds. Uit het onderzoek blijkt dat het risico op HBCDD in ingezameld EPS reëel is, maar dat hier oplossingen voor zijn. Het ingezameld EPS afkomstig van de milieustraat kan het beste door nasortering ontdaan worden van stoorstoffen. Ook moet het ingezamelde EPS systematisch, periodiek en

onafhankelijk bemonsterd worden om de aanwezigheid van HBCDD uit te sluiten. Zo kan EPS circulair toegepast worden binnen wettelijke normen. Mits er per keer voldoende volume ingezameld kan worden, liggen de kosten voor gemeenten beneden de vergoeding die gemeenten nu (kunnen) krijgen van het Afvalfonds Verpakkingen. Partners for Innovation heeft voor het onderzoek een LCA-QuickScan uitgevoerd waaruit de milieu impact van EPS-verwerking blijkt. Het nasorteren en weer circulair inzetten van EPS-verpakkingen scoort nadrukkelijk beter dan het verbranden van EPS en is ook te verkiezen boven comprimeren van EPS en laten toepassen als PS. KWALITEITSSYSTEEM Er is door Partners for Innovation en KIWA een (onafhankelijk) getoetst en gecertificeerde systematiek opgesteld waarmee uit gemengde milieustraatstromen verpakkingen kunnen worden gesorteerd en gerecycled (‘100% circulair’) die vrij zijn van HBCDD. De certificering is opgesteld voor het traject van EPS-inzameling en nasortering tot het moment dat de fabrikant het EPS-recyclaat accepteert en toepast in nieuwe producten. EPS Nederland, die betrokken was bij de pilot, heeft zijn eigen bedrijfsvoering laten certificeren door KIWA en zamelt CO2 neutraal in. Gemeenten die volgens deze certificering te werk gaan, ontvangen hiervoor een certificaat. Dar valt deze eer te beurt. Dar zet vanaf 2018 EPS-verpakkingen al circulair in volgens de beproefde systematiek. Het Afvalfonds Verpakkingen en Nedvang gaan nader onderzoeken of de gecertificeerde methodiek handvatten biedt voor bijvoorbeeld het Uitvoerings- en Monitoringsprotocol (UMP). (*) Freek van Eijk is Managing Director Acceleratio en projectleider ‘EPSverpakkingen Circulair’.

GRAM #07 september 2019 | 17


HEEL HOLLAND RECYCLET E-WASTE TIJDENS NATIONALE RECYCLE WEEK TEKST: ILSE VAN DER GRIFT BEELD: WECYCLE

Wit- en bruingoed, afgedankte apparaten, AEEA of e-waste. Het maakt niet uit hoe het wordt genoemd, als maar duidelijk is wat onder deze afvalstroom wordt verstaan en waar deze kan worden ingeleverd. In aanloop naar de Nationale Recycleweek van 14 tot 21 oktober worden alle betrokken actoren, waaronder gemeenten, aangespoord om extra aandacht aan de inzameling van e-waste te besteden. Het platform ‘Heel Holland Recyclet’ helpt hierbij.

HeelHollandRecyclet

H

oewel het zeker niet de grootste huishoudelijke afvalstroom is, vraagt de inzameling van e-waste om speciale aandacht vanwege de, vaak zeldzame, grondstoffen die er uit teruggewonnen kunnen worden en de duidelijke herkenbaarheid en recyclebaar-

18 | GRAM #07 september 2019

heid van deze stroom. Daarom is in Europese wetgeving het inzamelpercentage van 65% vastgelegd. In het afgelopen jaar is vanuit alle actoren die hierbij betrokken zijn gewerkt aan de realisatie van het plan van aanpak 65% inzameling waarover GRAM in 2018 al berichtte. Voor gemeenten lijkt het vooral van belang dat zij de noodzaak van de inzameling van e-waste beter onder de aandacht brengen en waar mogelijk met inzet van verschillende communicatiemiddelen de inzameling optimaliseren. Het platform ‘Heel Holland Recyclet’


helpt daarbij. Op deze website is informatie te vinden waar consumenten hun e-waste kunnen inleveren. COMMUNICATIE TOOLKIT Maar daarmee zijn we er nog niet. Om de bekendheid van deze stroom (wat is het?) en de verschillende inzamelmogelijkheden (waar kan dat?) beter onder de aandacht te brengen, wordt door producenten, retailers, kringloopbedrijven en gemeenten een gezamenlijke mediacampagne gevoerd, die tijdens de Nationale Recycle Week van 14 tot 21 oktober zijn piek zal kennen. Gemeenten worden opgeroepen hierbij aan te sluiten en gebruik te maken van de dynamische communicatie toolkit die via de website www.iedereenrecyclet.nl beschikbaar wordt gesteld. Rond de Nationale Recycle Week worden er landelijk radio spotjes uitgezonden en op iedere dag is er een landelijk persmoment vanuit de eerder genoemde betrokken actoren om het belang van de inzameling en recycling van e-waste onder de aandacht te brengen. Verschillende gemeenten en publieke bedrijven hebben zich al enthousiast aangesloten en zetten zich in die week in om extra aandacht te besteden aan de inzameling van ewaste en zo te voorkomen dat oude apparaten en lampen in het restafval verdwijnen. De overkoepelende slogan ‘Heel Holland Recyclet’ mag overigens door een ieder naar eigen inzicht aangepast worden om een lokaal karakter te geven aan de campagne (bijvoorbeeld Heel Limburg Recyclet).

bestaat echter dat dit netwerk niet optimaal benut wordt. Daarom wordt er op het platform en in de Nationale Recycle Week extra aandacht besteed aan de mogelijkheden om e-waste in te leveren bij gemeenten, winkels (super- en bouwmarkten), pakketbezorgers of bij kringloopbedrijven. Gemeenten en inzamelaars kunnen dit, als dan niet in samenwerking met deze partijen, in hun communicatie over de inzamelpunten meenemen. Daarnaast bestaat er nog veel onduidelijkheid over wat e-waste is. Van de grote apparaten is dat vaak wel bekend maar ook kleine producten met een batterij of een stekker horen bij het e-waste. Het is daarom van belang dat ook voorbeelden worden genoemd die niet vanzelfsprekend zijn zoals een stuk speelgoed met een lampje, losse kabels en oortjes. Ook blijkt er veel e-waste nog bij consumenten op zolder en in de keukenla te liggen of het verdwijnt bij het restafval. Dat is zonde omdat dit prima gerecycled kan worden. Om consumenten te prikkelen om eens kritisch naar deze verborgen hoeveelheden ewaste of ongebruikte apparaten te kijken, wordt een speciale checklist ontwikkeld die aan de communicatie toolkit wordt toegevoegd. Consumenten worden daarmee bewust van hoeveel apparaten zij in huis hebben en opgeroepen om de afgedankte apparaten tijdens de Nationale Recycle Week naar een van de inzamelpunten te brengen.

COMMUNICATIEMOGELIJKHEDEN In Nederland wordt al vele jaren samengewerkt tussen de producenten, gemeenten, detailhandel en kringloopbedrijven waarbij er een netwerk van inzamelpunten voor e-waste is ontwikkeld. De indruk

VOORBEELD: LAMPEN EN ARMATUREN: Lampen en armaturen maken onderdeel uit van de totale ewaste stroom. Hiervoor bestaat grotendeels een landelijk inzamelnetwerk. LightRec zamelt zowel bij alle grote supermarkten, doe-het-zelf-winkels als bij gemeenten waarmee zij samenwerken de lampen en armaturen gratis in. Ook met kringloopbedrijven wordt in hoog tempo samenwerking opgebouwd. Er blijft natuurlijk wel veel winst te halen met goede communicatieacties om consumenten op deze inzamelmogelijkheden te wijzen, maar ook om uit te leggen wat bijvoorbeeld armaturen zijn. Daarom stelt Lightrec speciaal voor de Nationale Recycle Week per milieustraat 100 educatieve kaartspellen ter beschikking. Bij inlevering van bijvoorbeeld drie spaarlampen, armaturen of andere elektrische apparaten kunnen gemeenten dan een spel kaarten cadeau doen. Ander aandachtspunt is dat ook professionele ontdoeners als installateurs en groothandels de gelegenheid moeten hebben om lampen en armaturen die veelal van consumenten afkomstig zijn, op een verantwoorde manier aan het juiste recyclecircuit kwijt kunnen. Op de vraag hoe gemeenten kunnen helpen geeft Lightrec aan dat er een grote slag geslagen kan worden op gebied van inzameling als er in samenwerking met gemeenten een mogelijkheid geboden wordt voor vooral kleinere (installatie-)bedrijven. Dat zou bijvoorbeeld kunnen door een vaste ochtend in de week de milieustraat voor hen open te stellen.

IEDEREEN DOET MEE: IEDEREEN RECYCLET Naast gemeenten, zijn ook producentenorganisaties, detailhandel, installateurs, thuiswinkels, kringloopbedrijven en inzamelbedrijven betrokken bij Heel Holland Recyclet en de Nationale Recycle Week. Ook deze bedrijven zijn opgeroepen om rond deze week acties te initiëren. Om een nog betere bewustwording te creëren, kunnen gemeenten tijdens de Nationale Recycle Week een gezamenlijke campagne voeren met bijvoorbeeld lokale winkeliers en kringloopbedrijven. En daarmee komt de wens dat 'Iedereen Recyclet' weer een stuk dichterbij. VERVOLGSTAPPEN Tot aan de Nationale Recycle Week wordt de communicatie toolkit aangevuld met middelen die gebruikt kunnen worden om de inzameling van e-waste onder de aandacht te brengen. Deze blijven ook gewoon na deze week beschikbaar om de inzameling van e-waste structureel onder de aandacht te brengen. Deze informatie kan uiteraard ook gebruikt worden voor de nieuwe afvalkalender, afvalapp of website. De NVRD heeft een nieuw dossier over e-waste op de website waar zowel de actuele stand van zaken te vinden is, de wet- en regelgeving, verschillende artikelen en nieuwsberichten als de best practices in gemeenten.

GRAM #07 september 2019 | 19


IN ACTIE TEGEN VOEDSELVERSPILLING TEKST: STICHTING SAMEN TEGEN VOEDSELVERSPILLING BEELD: MARCO OKHUIZEN, HOLLANDSE HOOGTE

Het voorkomen van voedselverspilling kan een enorme bijdrage leveren aan het terugdringen van de hoeveelheid afval. Jaarlijks kan er tot wel 41 kilo goed voedsel per persoon van de afvalbak worden gered. Dat levert veel winst op voor het milieu én voor de portemonnee van burgers en gemeenten.

I

n Nederland wordt één vierde van al het voedsel verspild. De totale voedselverspilling ligt tussen de 1,8 en 2,5 miljoen ton per jaar. Omgerekend is dat tussen de 105 en 145 kilo per persoon. Uit afvalanalyses blijkt dat zo’n 41 kilo hiervan vermijdbare voedselverspilling is. Dat is voedsel dat nog geschikt was voor consumptie zoals brood, groente en zuivel. Minder dan 40% hiervan belandt in de gft-bak, de rest komt terecht in het restafval, in het toilet of de gootsteen.

SAMEN TEGEN VOEDSELVERSPILLING Om voedselverspilling een halt toe te roepen is de stichting Samen Tegen Voedselverspilling (STV) opgericht. Binnen STV hebben bedrijven, organisaties, kennisinstellingen en overheid de handen ineengeslagen met als doel: voedselverspilling in 2030 met de helft te verminderen in Nederland.

Het voedingscentrum zoekt in huisvuilzakken naar afgedankt maar nog eetbaar voedsel.

20 | GRAM #07 september 2019


Om dit doel te bereiken heeft STV vier actielijnen gedefinieerd: 1. Het kwantitatief monitoren van de voortgang Het begint met werken aan inzicht in de voortgang op het verminderen van voedselverspilling, door te monitoren en rapporteren. De leden van STV maken transparant waar ze voor staan door inzicht te geven in de impact van processen en ketens. 2. Samen tegen voedselverspilling in de keten Binnen het (voedsel-)bedrijfsleven van Nederland brengt STV een transitie op gang waarbinnen bedrijven hun reststromen zo hoog mogelijk verwaarden. Stakeholders van STV bundelen hun krachten, netwerk en kennis om bestaande oplossingen beter geïmplementeerd te krijgen en te zoeken naar nieuwe oplossingen. 3. Samen tegen voedselverspilling bij de consument Het grootste deel van verspilling vindt plaats bij de consument thuis. STV zet zich in voor een duurzame gedragsverandering bij de consument, door middel van campagnes, aandacht in het onderwijs, en uitrol van interventies. 4. De spelregels veranderen Het langere termijn doel is om in 2030 de spelregels voor ondernemers aangepast te hebben, zodat het aantrekkelijk, zo niet noodzakelijk is voor bedrijven om voedselverspilling tot een minimum te beperken en reststromen optimaal te verwaarden. STAKEHOLDERS VAN STV De NVRD is sinds dit jaar een van de 55 stakeholders van STV. De groep stakeholders bestaat uit een goede mix van start-ups in de voedselindustrie, banken, grote supermarktketens, gevestigde namen uit de voedselindustrie, overheidsinstanties, de voedselbank technologiebedrijven en de Wageningen University & Research. Stakeholders bundelen hun krachten om samen tot duurzame oplossingen tegen voedselverspilling te komen. Zo worden in de Verspillingsfabriek soepen gemaakt van de overgebleven tomaten die bij McDonald’s vandaan komen en heeft Albert Heijn 4 miljoen producten aan de voedselbank gedoneerd. Ook zijn er al 2000 restaurants en winkels aangesloten bij Too Good To Go, een online platform tegen voedselverspilling dat dit jaar maar liefst een miljoen maaltijden heeft gered. Er worden nieuwe technieken ontwikkeld, bijvoorbeeld de Dry Mist technologie van Contronics, een techniek waarbij waterdamp over de versafdeling wordt verneveld, zodat groente en fruit vers blijven. Zero Food Wasted heeft een camera ontwikkeld die exact scant en bijhoudt wat er wordt weggegooid, zodat restaurants hun porties en inkoop kunnen optimaliseren. Zo werkt elke stakeholder op haar eigen manier aan het tegengaan van voedselverspilling. ACTIES RICHTING DE CONSUMENT STV richt zich op het terugdringen van voedselverspilling in de hele keten. Ongeveer de helft van de totale voedselverspilling vindt plaats bij mensen thuis. In maart lanceerde STV de campagne ‘Hoe #verspillingsvrij ben jij?’. Via de hashtag #verspillingsvrij krijgen mensen tips en kunnen ze ook hun eigen tips delen in de strijd tegen verspilling. Op 30 september lanceert Milieu Centraal de eerste Verspillingsvrije week. Een week die mensen uitdaagt om meer verspillingsvrij te zijn. Op www.verspillingsvrijeweek.nl worden vanaf die datum tips en ervaringsverhalen gedeeld. Mensen die wel een duw-

tje in de rug kunnen gebruiken, nemen de Verspillingsvrije coach in de hand. Gemeenten kunnen ook acties opzetten om samen met hun bewoners voedselverspilling tegen te gaan. Zo kunnen we samen deze week voor pure winst gaan. Winst voor het milieu en winst voor de portemonnee. VERSPILLINGSVRIJE COACH-APP De Verspillingsvrije coach-app helpt je op weg naar een keuken zonder voedselverspilling. Je kunt bijhouden hoeveel eten je weggooit en ontvangt persoonlijke feedback hoe dit te verminderen. Je krijgt tips om slimmer boodschappen te doen, tools om op maat te koken en bewaaradvies zodat eten langer goed blijft. Vul je bijvoorbeeld in dat je een paar bruine bananen wilt weggooien? Dan krijg je tips wat je er nog mee kunt maken, en hoe je vers fruit beter kunt bewaren zodat het minder snel bederft. De Verspillingsvrije coach helpt ook om je keuken- en koelkast perfect in te richten. TIPS OM VOEDSELVERSPILLING TE VOORKOMEN Wilt u de inwoners in uw verzorgingsgebied helpen minder voedsel te verspillen? Deel dan tips via bijvoorbeeld social media, nieuwsbrieven en op de website. Gebruik op social media de hashtag #verspillingsvrij. Deel ook uw eigen initiatieven via #verspillingsvrij. STV deelt deze graag via haar kanalen. Op www.samentegenvoedselverspilling.nl vindt u een perskit met gratis materialen die u kunt gebruiken voor social media, zoals voorbeelden van posts met tips en bijpassende afbeeldingen. Wilt u zich aansluiten bij STV en/of heeft u interesse in het verspreiden van tools om voedselverspilling in uw gemeenten of binnen uw bedrijf te voorkomen? Neem dan contact op met: office@samentegenvoedselverspilling.nl. TIPS OM VOEDSELVERSPILLING TE VOORKOMEN: 1. Check je voorraad. Wat heb je nog in huis? Wat moet als eerste op? Bewaar restjes en open verpakkingen op een vaste plek in je koelkast. Je ziet dan in één oogopslag wat als eerste op moet. 2. Maak een menu voor de hele week. Schrijf wat je nodig hebt op een boodschappenlijstje. Wie altijd een boodschappenlijstje maakt, kan tot wel 9 kilo voedsel van de afvalbak redden. Noteer ook de hoeveelheden op je boodschappenlijstje. Je koopt dan minder snel te veel. 3. Bewaar je eten op de juiste plek en bij de juiste temperatuur. Kijk in de online Bewaarwijzer waar een product het langst goed blijft. 4. Zorg dat je koelkast op 4 °C staat. Groente, brood en maaltijden zijn heel lang houdbaar in de vriezer. 5. Eet producten voor het verstrijken van de datum op. Producten met een TGT-datum (te gebruiken tot), zoals vlees en vis, kun je beter niet meer opeten na de datum. Bij de THT-datum (ten minste houdbaar tot) kun je je zintuigen gebruiken. Kijk, ruik en proef of het nog goed is. Alle hierboven genoemde tools zijn te vinden op: www.samentegenvoedselverspilling.nl/verspillingsvrij

GRAM #07 september 2019 | 21


Na

Voor

1_4_li_GRAM_190x62-C.indd 1

21-9000-0287-01 Gram 2019 april

14-03-19 15:27

UW AFVAL, ONZE OPLOSSING.

Binnenhaven 43 7547 BG Enschede

BALENPERSEN

ROLLENSNIJMACHINE

KKS SHREDDER

TRANSPORTOPLOSSINGEN

ZAKOPENER

MEER..

E. info@boarecycling.nl T. +31 53 4300 300

www.boarecycling.nl

H I G H Q U A L I T Y & E N V I R O N M E N T A L LY F R I E N D LY

1_2_li_GRAM_190x130-B.indd 1

190x62mm.indd 1 22 | GRAM

#07 september 2019

05-09-19 09:01

21-9000-0448-01 NVRD GRAM 2019 juni

28-05-19 14:39


WIJ MAKEN WERK VAN CIRCULAIR TEKST: MAX NARINX BEELD: ERIK FECKEN

Een van de ambities van de gemeente Rotterdam is om in 2030 volledig circulair te zijn. Johan Bunk, voorheen praktijkopleider Bedrijfsschool reiniging en nu wijkbeheerder bij gemeente Rotterdam bedacht een manier om straatbezems niet alleen een langer, maar ook een tweede leven te geven.

T

ot voor kort hadden de bezems waarmee de Rotterdamse reiniging straten schoon houdt een levensduur van slechts drie uur vegen. Eenmaal ‘uitgeveegd’ werden de bezems verbrand. Als gevolg werden jaarlijks 18.500 bezems verbrand. Dat moet anders kunnen dacht Johan Bunk: “De gemeente wil een duurzame economie, dus we moeten het goede voorbeeld geven”. Op zijn initiatief deed het reinigingsteam een onderzoek naar de effectiviteit, CO2-uitstoot van productie, transport en verwerking na afdanking van verschillende bezems. Plastic bezems blijken het langst mee te gaan, maar het materiaal is slecht voor het milieu. Stro bezems zijn gemaakt van natuurlijke materialen, maar hebben een beperkte levensduur. Bezems van berkenrijs zijn zowel gemaakt van natuurlijk materiaal én gaan lang mee. Om de levensduur te verlengen bedacht Johan een slimme oplossing: “Als we de bezems natmaken voor gebruik, gaan ze zelfs vier keer langer mee”. Door de langere levensduur kan bovendien de inkoop met driekwart gereduceerd worden. Dat bespaart ruim 150.000 euro per vijf jaar. BLADBLAZERS IN DE BAN Een andere interventie van Johans hand is het minimaliseren van bladblazergebruik. Bladblazers stoten veel fijnstof uit en dat is slecht voor de luchtkwaliteit: “Ik zeg: we zijn een veegdienst, geen blaasdienst”. Bij het opruimen van de zogeheten Gouden Mijl – een po-

pulair stuk in het parcours van de Rotterdamse marathon – komt er bijvoorbeeld geen bladblazer meer aan te pas. Dat was een experiment, maar nu is de bedoeling om ook bij andere evenementen zoveel mogelijk de circulaire bezems in te zetten. “Zo dragen we bij aan een schone, maar ook een meer circulaire stad.” Wanneer de bezems toch eenmaal versleten zijn, worden ze op een nuttige manier ‘teruggegeven’ aan de natuur in de openbare ruimte: “We maken er bijvoorbeeld hagen van of leggen wandelpaden aan. In de wijk Reyeroord in IJsselmonde staat de eerste haag van de bezems.” Het berkenrijs is momenteel nog afkomstig uit Roemenië, maar om de cirkel helemaal rond te maken zijn tijdens de Boomfeestdag de eerste berken geplant in de wijk Reyeroord. “Over twee jaar kunnen we de takken daarvan gebruiken voor onze bezems. Mijn droom is een eigen ‘bezembos’ in Rotterdam. Het begin is er”. PERSOONLIJKE ONTWIKKELING De circulaire bezem heeft Johan veel gebracht: “Ik heb een groot netwerk opgebouwd en mezelf kunnen ontwikkelen. Als het om bezems gaat ben ik bij uitstek de expert. Ze noemen me niet voor niet Mr. Bezem.” Johan geeft aan dat anders werken met het oog op circulariteit vraagt om bewustwording van collega’s. Dat kan een lang proces zijn, maar gelukkig zijn collega’s enthousiast, zowel in Rotterdam als daarbuiten. Zo wordt inmiddels al kennis gedeeld met onder andere de gemeenten Leiden en Zoetermeer. GRAM #07 september 2019 | 23


LIMBURG AAN DE SLAG MET TOEKOMSTSCENARIO'S TEKST: SANDER WAGEMAN

Hoe bereid je je voor op de verre toekomst in een wereld die zo snel verandert dat de informatie van vandaag morgen alweer is verouderd? Een hulpmiddel bij die moeilijke taak is de zogeheten scenariomethode. De NVRD publiceerde vorig jaar vier scenario’s waarmee kaders te scheppen zijn die kunnen helpen bij het bepalen van een visie op Nederland Circulair in 2050. In Limburg gebruikten ze deze scenario’s om een eigen visie en strategie te ontwikkelen op weg naar een nieuwe aanbesteding voor de verwerking van gft-, pmd en restafval. Uiteraard wel met een eigen ‘Limburg’-sausje.

D

e transitie van een lineaire naar een circulaire economie is er een die niet van vandaag op morgen is geregeld. Daarvoor is een lange termijnstrategie nodig, en bovenal een visie. Om die visie toekomstbestendig vorm te kunnen geven, presenteerde de NVRD vorig jaar vier zogeheten scenario’s waarin het mogelijke toekomstbeelden beschreef (zie kader). “We vonden dat hier in Limburg een interessante manier om naar de toekomst te kijken”, vertelt Hans van Haren, die programmamanager is bij Afval Samenwerking Limburg, een vereniging die de belangen behartigt van (bijna) alle Limburgse gemeenten op het gebied van afvalverwerking. Omdat in Limburg op relatief korte termijn (2023 en 2024) drie grote afvalcontracten aflopen, vonden de gemeenten daar de tijd rijp voor een onderzoek naar een nieuwe aanbesteding, met oog voor een circulaire toekomst. “We hebben een dag uitgetrokken om de vier scenario’s tegen het licht te houden. We bespraken tijdens die bijeenkomst waar we in de toekomst uit willen komen en welke weg we daarvoor moeten bewandelen. Het bleek een zinvolle manier om antwoord te krijgen op essentiële vragen zoals ‘wat is onze rol als overheid?’ en ‘willen we meer of minder aan de markt overlaten?’. We kwamen tijdens dit proces tot de conclusie dat we innovatief wil-

24 | GRAM #07 september 2019

len zijn en dat we daarbij als overheid de lead moeten nemen.” LIMBURGS DNA De oefening leverde naast een geanimeerde discussie en een scherper beeld van toekomstige doelen ook enkele gemene delers op. Kernwoorden die in elk van de scenario’s in de discussie terugkwamen waren circulair, samenwerken, grensverleggend en het Limburgse dna. Het laatstgenoemde ontbrak logischerwijs in de algemenere scenario’s van de NVRD en daarom besloten de Limburgers een vijfde scenario toe te voegen: het Limburgscenario. Van Haren: “Dat Limburgse dna zit hem met name in de bedrijven die we hier hebben, zoals op het industrieterrein Chemelot waar veel grote bedrijven binnen de chemiesector zitten. En in Venlo zitten veel biobased bedrijven. Daarnaast kennen we enkele grote industrieën. Het samen optrekken past heel erg bij Limburg en in de richting die we aan de hand van de scenario’s hebben bepaald.” Met als doel om dat Limburgse dna ook in het toekomstige grondstoffenbeleid terug te laten komen, is men de boer opgegaan. “We wilden het bedrijfsleven actief betrekken bij het bepalen van de visie, maar daarbij als overheid wel het initiatief in nemen”, legt Van haren uit. “Daar liggen ook kansen, want er is op Chemelot bijvoorbeeld veel vraag naar

grondstoffen. Tegelijkertijd zit er ook veel innovatie. Op die vlakken kunnen we elkaar versterken. Dat heeft ook al geleid tot een pilot waarbij we betrokken zijn bij de aanlevering van grondstofstromen. Daarbij kunnen we flexibeler inspelen op ontwikkelingen in de markt, zonder het ten koste te laten gaan van de continuïteit van de geleverde diensten.” DRAAGVLAK En zo zette ASL de eerste stappen op weg naar de rol van makelaar van grondstoffen; de Limburgse aanpak op het gebied van circulaire afvalverwerking. Volgens Van Haren hebben de dertig aangesloten gemeenten van Afval Samenwerking Limburg in korte tijd al veel kunnen doen en hebben de scenario’s daar een waardevolle bijdrage aan geleverd. Voor wie er ook mee aan de slag wil gaan, heeft hij een aantal goede adviezen. “Wat wij bijvoorbeeld merkten is dat het vinden van draagvlak bijzondere aandacht vraagt. We hebben hier met dertig gemeenten natuurlijk ook wel erg veel verschillende belangen en ideeën en om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen is een goede communicatiestrategie van groot belang. We hebben gekozen voor een gedragen visie, dat is niet de gemakkelijkste weg, maar het past het beste bij onze organisatiestructuur. Maar dat betekent dan ook dat je veel tijd en energie moet stoppen in goede afstemming met elkaar.”


12 | GRAM #3 april 2018

Verder meent Van Haren dat transparantie een belangrijk onderdeel van het proces is. “Het is niet goed als je in je eigen cocon gaat zitten om je toekomstvisie uit te werken. Gebruik de expertise van anderen. Deel de scenario’s bijvoorbeeld met marktpartijen en luister naar wat zij er over te zeggen hebben. Op die manier zijn wij ook tot de pilot met Chemelot gekomen. Die is geboren uit hun enthousiasme over onze visie.” En als het gaat om het vergaren van kennis, adviseert Van Haren het gebruik van een expertgroep. Daarin laten deskundigen op verschillende vlakken hun licht over de materie schijnen. “Bij ons hebben onder meer mensen als Olaf Prinsen (directeur NVRD, red.) en René Kemp (professor op het gebeid van burgerparticipatie bij Maastricht University), Folkert Starreveld (Benchmark Huishoudelijk Afval) meegedacht. “We wilden het onderwerp vanuit verschillende hoeken benaderen. Dat heeft ook waardevolle input opgeleverd.” Al met al zijn ze in Limburg zeer te spreken over het gebruik van toekomstscenario’s en heeft het de dertig samenwerkende gemeen-

GRAM #3 april 2018 | 13

ten een vliegende start opgeleverd naar een circulaire economie en een innovatieve aanbesteding over een paar jaar. “Nu is het zaak om door te pakken”, besluit Hans van Haren. “We willen de laatste stappen in het proces de komende tijd ook echt gaan zetten. Nu het

nog bij iedereen op het netvlies staat. In 2021 willen we alles op de rit hebben: een routekaart, een strategie en de juiste contacten. Zo komt het punt op de horizon dat we met z’n allen hebben gezet, opeens een stuk dichterbij.”

HOE KWAMEN DE SCENARIO TOT STAND? De vier scenario’s die de NVRD vorig jaar publiceerden passen in een assen-diagram met op de x-as de vraag: is de overheid aan zet bij het oplossen van vragen rondom circulariteit, klimaat, biodiversiteit en sociale inclusie (links op de as), of pakken markt en/of maatschappij dit op (aan de rechterkant)? En op de y-as de vraag: Zullen technologische ontwikkelingen leiden tot stapsgewijze innovaties (boven) of radicale innovaties in bestaande processen (onderaan). De vier toekomstbeelden die binnen deze uitersten passen, werden uitgewerkt tot scenario’s en kregen de namen ‘money talks’ (waarbij de markt het circulaire doel oppakt en daarbij volop inzet op technologie), ‘Scenario Doe Het Zelf’ (technologie zorgt voor voorwaarden en burgers en bedrijven gebruiken die om transitie te maken), ‘Scenario Niet Vanzelf’ (technologie zorgt voor automatisering en minder menselijke arbeid, overheid is aan zet en er is veel aandacht voor sociale inclusie) en tot slot ‘Scenario 2 voor 12’ (gevolgen klimaatveranderingen zijn heel groot, waardoor overheid met behulp van technologie het roer radicaal om moet gooien). Meer lezen over de NVRD toekomstscenario’s, of de GRAM-special nog eens lezen? Kijk op www/nvrd.nl/Dossier/Toekomst van de branche.

GRAM #07 september 2019 | 25


PRIVACY EN PROFESSIONEEL AFVALBEHEER:

ER KAN MEER DAN JE DENKT Bij veel gemeenten bestaat de wens om informatie over het afvalaanbiedgedrag van individuele inwoners te gebruiken voor de ontwikkeling en uitvoering van hun afvalbeleid. Bijvoorbeeld om nul- of veelaanbieders te identificeren en te benaderen,

A

of de inhoud van minicontainers te controleren. Hoe pak je dat aan?

ls inwoners bijvoorbeeld slecht afval scheiden, of geen afval aanbieden, kan dat een indicatie zijn van te weinig kennis over wat de bedoeling is. Ook kan er sprake zijn van ongewenste handelingen met dat afval, bijvoorbeeld ontwijkgedrag. Gemeenten willen hier met het oog op professioneel afvalbeheer communicatie, toezicht en controle op kunnen loslaten. Daartoe willen ze mogelijk inwoners controleren en benaderen op adresniveau. Dat brengt mee dat er persoonsgegevens van deze inwoners moeten worden verwerkt. En dat dient uiteraard te gebeuren in overeenstemming met de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming). Ook onder deze nieuwe wetgeving is veel mogelijk, zo blijkt. STAPPENPLAN Naar aanleiding van het verzoek van enkele gemeenten zijn vanuit het VANG-HHA programma de mogelijkheden op dit gebied onderzocht en in kaart gebracht. Dit heeft geleid tot een praktisch stappenplan. Het plan laat zien dat het goed mogelijk is om binnen de kaders van de AVG afwijkend afvalaanbiedgedrag te signaleren en aan te pakken. Daarvoor moeten gemeenten wel wat stappen doorlopen. Een gemeente dient in ieder geval: - de beleidsrelevantie te bepalen van de benodigde gegevensverzameling en de daaraan gekoppelde actie (om een grondslag te hebben op basis waarvan de persoonsgegevens mogen worden verwerkt); - de doelen van de verwerking van de persoonsgegevens vast te leggen in het verwerkingsregister; - haar inwoners op voorhand goed te informeren; - de beveiliging van de gegevens, de naleving van de rechten van de inwoners en de overige vereisten vanuit de AVG te regelen.

26 | GRAM #07 september 2019

Aan de hand van het stappenplan kunnen gemeenten er voor zorgen dat ze voldoen aan de AVG bij het verzamelen en gebruiken van persoonsgegevens voor haar afvalbeleid. Het kan zijn dat de persoonsgegevens die nodig zijn al worden verzameld binnen de gemeente, maar dan voor andere doeleinden. Ook in dat geval moet u zaken regelen als u die gegevens wilt gebruiken voor uw doelen. In beide gevallen (de persoonsgegevens worden al wel of nog niet verzameld) helpt het stappenplan bij een verantwoord gebruik van die gegevens. Wellicht overbodig te zeggen, maar u dient alles geregeld te hebben vóórdat u de persoonsgegevens gaat gebruiken. FACTSHEET PRIVACY Naast dit stappenplan heeft de NVRD ook een Factsheet Privacy ontwikkeld. De factsheet geeft weer voor welke inzamelmethoden (minicontainers, ondergrondse containers, milieustraten en grofvuil op afspraak) welke

persoonsgegevens verzameld kunnen worden en voor welke doelen. Vervolgens is voor een aantal veel voorkomende registraties beoordeeld in hoeverre die verwerkingen al dan niet risicovol zijn, gelet op de geldende privacywetgeving, zoals de AVG. De factsheet kunt u gebruiken als hulpmiddel om te beoordelen of de huidige verwerkingen van persoonsgegevens via de diverse inzamelmiddelen in overeenstemming zijn met de AVG.

Het ‘Stappenplan gebruik persoonsgegevens voor afvalbeleid’ is te vinden in de kennisbibliotheek van www.vang-hha.nl.

Dit artikel kwam tot stand met medewerking van: Monique Hennekens, Hekkelman Advocaten NV, Addie Weenk, Rijkswaterstaat en Evelien Mertens, NVRD.


SAMEN GEVEN WE AFVAL EEN NIEUW LEVEN TEKST: AGEETH BOOS EN ADDIE WEENK, RIJKSWATERSTAAT

Samen geven we afval een nieuw leven: dat is de boodschap van het verbindend beeldmerk afvalscheiding. Doel van dit beeldmerk is dat inwoners de vele campagnes en uitingen van de verschillende publieke en private partijen met elkaar gaan associëren. Dat versterkt het effect: het geheel wordt meer dan de som der delen. VELE UITINGEN, ÉÉN DOEL Gemeenten, brancheorganisaties, producentenorganisaties, afvalinzamelaars en -verwerkers communiceren dagelijks met inwoners en consumenten over het scheiden van afval. Het gemeenschappelijk doel: meer grondstoffen, minder restafval. Daartoe worden veel verschillende boodschappen uitgezonden, door vele, afzonderlijke afzenders. Onze inwoners ontvangen dus veel informatie over afval scheiden: thuis, op het werk, in een winkel, op een gemeentewerf, via on/en offline media. Ook is afval elke dag wel in het nieuws, zowel positief als negatief. En mensen zijn natuurlijk dagelijks in de weer met hun afval en afvalscheiding. Al deze bewuste en onbewuste contactmomenten met afval bieden een unieke kans om het effect van de afzonderlijke communicatie te versterken en te versnellen. VERSTERKEN DOOR VERBINDING In 2018 is vanuit het Uitvoeringsprogramma VANG-Huishoudelijk Afval (HHA) door Rijkswaterstaat en de Vereniging Producentenverantwoordelijkheid (VPN) verkend, hoe de effectiviteit van de communicatie van álle partijen verder versterkt kan worden. We zien dat inzichten uit de gedragswetenschap door veel partijen al zijn opgepikt. Veel gemeenten hebben deelgenomen aan de trainingen Gedragsbeïnvloeding vanuit VANG-HHA, gebruik gemaakt van de vouchers of gewoon gedragsdeskundigen ingeroepen of in dienst genomen. Een mooie ontwikkeling! Aanvullend daarop werd door veel partijen en gedragsadviseurs nog een grote kans gezien: een verbindend beeldmerk. In oktober 2018 is daarom een eerste concept van een verbindend beeldmerk afvalscheiding gepitched aan circa 100 gemeenten en de VPN met haar leden. Dit concept is ontwikkeld in samenwerking met een gedragsbureau (Tabula Rasa) en een communicatiebureau (Dare!). Gemeenten en materialenorganisaties hebben toen aangegeven positief te staan tegenover het gebruik van een dergelijk beeldmerk in hun individuele uitingen. BOODSCHAP ONTVANGEN EN BEGREPEN Met deze positieve reacties zijn we samen met de gedrags- en communicatiepartners aan de slag gegaan. Onderzoeksbureau Kantar heeft eind 2018 een onderzoek gedaan naar de vormgeving en de betekenis van het verbindend beeldmerk afvalscheiding onder het Nederlandse publiek. Dit leverde een veelbelovend resultaat op: 60% vindt het beeldmerk een aanvulling op het bestaande communicatie-materiaal. In maart 2019 hebben we met een grote groep publieke en private partijen bij elkaar gezeten om vooral de tekst bij het beeldmerk verder te optimaliseren. Vervolgens heeft Kantar in juni 2019 getoetst hoe Neder-

landers reageren op de top drie geselecteerde teksten. ‘Samen geven we afval een nieuw leven’ blijkt de meest aansprekende tekst en het beste te communiceren bij het verbindend beeldmerk. Deze geoptimaliseerde combinatie is dus nu gereed voor gebruik! LANCERING De officiële lancering van het beeldmerk vindt deze maand plaats. Het wordt verschillende keren onder de aandacht gebracht; onder meer tijdens de themadag Gedragsbeïnvloeding Afvalscheiding, de Afvalconferentie en in de Nationale Recycleweek in oktober. De toegevoegde waarde van het beeldmerk is naar verwachting groot. Het is weloverwogen ontworpen om de afzonderlijke boodschappen van gemeenten, organisaties en bedrijven te verbinden en te versterken. Het beeldmerk is nooit dominant, maar wel aanwezig. Het zorgt, vaak onbewust, voor de associatieve verbinding tussen campagnes. Iedereen heeft de vrijheid om het beeldmerk te gebruiken op een wijze die het beste uitkomt. Het digitale materiaal is geschikt voor off- en online communicatiemiddelen. Volgende stap is dat het beeldmerk ook wordt gebruikt op producten, verpakkingen en inzamel- en transportmiddelen. Dat zal het effect ongetwijfeld nog verder versterken. Het gebruikershandboek en diverse hulpmiddelen zijn nu klaar. Diverse partijen zijn zelfs al begonnen. Doet u ook mee? Voeg dan het beeldmerk toe aan uw campagne. De ontwikkeling van een verbindend beeldmerk is onderdeel van het landelijk Uitvoeringsprogramma Circulaire Economie 2019-2023 (februari 2019, te vinden op www.rijksoverheid.nl)

Alle communicatiemiddelen zijn kosteloos te downloaden van www.vang-hha.nl/beeldmerkafvalscheiding • Gebruikershandboek met alle informatie en tips hoe het beeldmerk te gebruiken, inclusief lettertypen, kleurversies etc. • Introductiefolder met korte uitleg en mogelijkheden verbindend beeldmerk • Standaard PowerPoint presentatie als hulpmiddel om beeldmerk te introduceren bij collega’s en andere stakeholders • Animatiefilm over doel, rol en gebruik van beeldmerk. Ideaal voor interne en externe presentaties over het beeldmerk • Animatiebeelden voor gebruik op eigen website en social media zoals facebook en twitter om consumenten te attenderen op het afval scheiden en -inleveren.

GRAM #07 september 2019 | 27


AOK bv is een vooraanstaand AOK bv is vooraanstaand opleider opleider in cursussen over gevaarlijke met meer dan 30 jaar onderwijs stoffen en heeft hoge slagingspercentages. ervaring in de afvalwereld Een greepop uitvoor: onze opleidingen: Wij leiden Medewerker milieustraat •* Veiligheidsadviseur, alle modaliteiten * Startdatum Medewerker19 gevaarlijke mei a.s. afval A * Depothouder gevaarlijk afval B

•* Vakbekwaamheid behandeling gevaarlijke Opfrisopleidingen voor veilig omgaan met stoffen gevaarlijk afval Startdatum 24 mei a.s. * Opleiden inzake de administratie achter

• Middelbare verantwoordgasmeetkunde afvalbeheer * Diverse Asbestherkenning data voor de zomervakantie

Daarnaast AOK bv ook de rol van binnen ziekenVerder zijnkan wij specialist in opleidingen veiligheidsadviseur voor u vervullen. huizen, tankreinigings-bedrijven en opleidingen Neem geheel vrijblijvend contact met ons op. IMDG-code.

Weegbrug VS-125

met zelfbedieningspost

Vraag vrijblijvend inlichtingen!

www.aokbv.nl

www.preciamolen.nl sales@preciamolen.nl 076 5242520

Wijngaardstraat 51Goes – T.T. 0113 - 25 –06 37 Wijngaardstraat 51, 4461 DB 0113-250637 E. info@aokbv.nl 4461 DB Goes

21-9000-0686-01 NVRD GRAM 2019 sept

_4_st_GRAM_92x130-F.indd 1

E. info@aokbv.nl

05-09-19 09:20 1_4_st_GRAM_92x130.indd 1

Uw terrein is uw visitekaartje

06-09-18 15:59

U wilt graag dat uw terrein er iedere dag piekfijn bij ligt. Afval mag geen afbreuk aan doen aan de uitstraling. Daarom wilt u inzamelmiddelen die gebruikers van uw terrein uitnodigen afval (gescheiden) in te zamelen, maar niet de uitstraling nadelig beïnvloeden. Deep Waste Collection levert de nieuwste generatie semi-ondergrondse afvalcontainers. De belangrijkste eigenschappen van dit concept zijn door ons aantoonbaar verbeterd. Twee derde van de container bevindt zich onder de grond, het grootste deel van de container is uit het zicht. Het deel dat zich boven de grond bevindt, kan aan iedere stijl worden aangepast. Zo sluit de semi-ondergrondse container altijd aan bij de uitstraling van uw terrein. Laat u verrassen door onze vele mogelijkheden en uitvoeringen. Deep Waste Collection is een bedrijf met een schat aan ervaring, onze producten worden reeds jaren verkocht in de Benelux.

www.deepwastecollection.com - info@deepwastecollection.com 0031 - 6 2485 3309 of 0031 - 6 2310 6428 28 | GRAM #07 september 2019

190x130mm.indd 1

21-9000-0431-01 NVRD GRAM 2019 aug

01-07-19 13:50


AANVALSPLAN: HANDEN INEEN VOOR MEER EN SCHONER GFT-AFVAL TEKST: MARIJN TEERNSTRA BEELD: HETTY DEKKERS

In augustus verscheen het aanvalsplan ‘Kwaliteit gft-afval en textiel: naar meer en schonere deelstromen’. Het plan werd aangekondigd door staatssecretaris Van Veldhoven naar aanleiding van verschillende berichten in de media over vervuiling van compost en textiel en de daaropvolgende Kamervragen. Nu is het plan dus gepubliceerd, maar wat houdt het in? De hoofdlijnen in zes vragen. WAAROM SCHONER GFT-AFVAL? Compost is een essentiële bouwstof voor de bodem. Het dient als voedingsstof en zorgt voor een goede structuur in de bodem. Daarmee is compost een belangrijk onderdeel van de circulaire economie. Kwaliteit van het ingezamelde gft-afval is een randvoorwaarde voor de productie van goede compost. Vervuiling van gft-afval zorgt voor allerlei negatieve gevolgen zoals afkeur van gescheiden ingezameld gft-afval, hogere kosten, uitval in het composteerproces, vervuilde compost. WAAROM MEER GFT-AFVAL? In een groot deel van de gemeenten bestaat het restafval nog steeds voor circa 30% uit gft-afval, en dan vooral uit voedsel- en etensresten uit de keuken. In dit gedeelte van het restafval zit nog veel potentie. DOOR WIE WORDT HET AANVALSPLAN UITGEVOERD? Het aanvalsplan is tot stand gekomen door een brede samenwerking in de keten. De projecten in het plan worden uitgevoerd door verschillende de samenwerkende partijen: het programma VANG-HHA (vanuit NVRD en Rijkswaterstaat) namens gemeenten en inzamelende diensten en de Vereniging Afvalbedrijven namens de verwerkers. WAT IS DE ROL VAN GEMEENTEN EN INZAMELAARS HIERIN? Omdat gft-afval een natte fractie is, verkleeft vervuiling met het gftafval. In het geval van vervuiling gaat veel gft-afval verloren met het filteren en zeven in een composteerinstallatie, of blijft de vervuiling aanwezig in de compost en komt daarmee op het land. Het is dus beter om vervuiling vooraf te voorkomen dan achteraf te verwijderen. Gemeenten en inzamelaars kunnen sturen op de inzameling en direct met inwoners communiceren; ze zijn dus de poortwachters die kunnen voorkomen dat vervuiling in het gft-afval terechtkomt. WAT DOEN VERWERKERS AAN DE KWALITEIT VAN GFT-AFVAL? Verwerkers hebben als doel het produceren van goede compost van het ingezamelde gft-afval. In het composteerproces zijn verschillende stappen ingebouwd om vervuiling van compost tegen te gaan, zoals zeven en filteren. De laatste tijd signaleren verwerkers een toename van vervuiling. Voor sommige verwerkers is dit zo problematisch zij geen compost van goede kwaliteit meer kunnen produceren. Andere verwerkers geven aan dat er minder problemen zijn met het

aangeleverde gft-afval of het verwerkingsproces. Dit is dus een wisselend beeld. Eén van de projecten in het aanvalsplan is het uitvoeren sorteeranalyses om een beter beeld te krijgen van de vervuiling van gft-afval in Nederland. WAT GAAN GEMEENTEN EN INZAMELAARS MERKEN VAN HET AANVALSPLAN? Er worden de komende tijd verschillende projecten opgestart. Een deel wordt uitgevoerd vanuit VANG-HHA, waarmee veel gemeenten en inzamelaars al bekend zijn. Een greep uit de projecten: • Een nieuwe, uniforme wel/niet-lijst voor gft-afval om verwarring over wat er wel en niet in het gft-afval mag te voorkomen. • Maatwerktrajecten waarin gemeenten, inzamelaars en verwerkers samen op zoek gaan naar de oorzaken en hotspots van vervuiling, en de oplossingen. • Kwaliteit en contracten en aanbestedingen: wat moet je als gemeente weten over kwaliteit en vervuiling van gft-afval bij het op de markt zetten van een verwerkingscontract van gft-afval? • Kennisbijeenkomst kwaliteit en gft in november, georganiseerd door VANG-HHA en de Vereniging Afvalbedrijven.

Het aanvalsplan beslaat de deelstromen gft-afval en textiel. Over textiel leest u meer op p.6

GRAM #07 september 2019 | 29


DE LEDEN CENTRAAL “BEKIJK STRATEN, PRAAT MET BEWONERS, DAAR WORDT JE WERK EEN STUK LEUKER VAN!” TEKST HETTY DEKKERS In deze rubriek krijgen NVRD-leden een stem in GRAM. De NVRD is er immers voor en door leden. Deze keer aan het woord: Monja van Woensel, Adviseur Afval & Grondstoffen gemeente Arnhem.. WAT HOUDT JE FUNCTIE IN? Als adviseur houd ik mij bezig met alle afvalstromen van huishoudens. In Arnhem halen we grondstoffen aan huis op en het restafval dat overblijft, brengen de Arnhemmers naar ondergrondse verzamelcontainers. Een belangrijk onderdeel van mijn werk is dan ook de kwaliteitsbewaking pbd (plastic-blik-drankverpakkingen); want alleen van schoon pbd kunnen we wat maken. Aanpak bijplaatsing, zwerfafval en monitoring van de openbare ruimte zijn ook belangrijke dossiers binnen mijn pakket. Zo loopt momenteel een pilot grof huishoudelijk afval. WAT BETEKENT DE NVRD VOOR JOU? Ik werk hier pas sinds eind vorig jaar, daarvoor was ik adviseur bij Nedvang en daarvoor werkte ik bij Rova. Ik ken de NVRD dus al heel wat jaartjes. Ik lees graag de nieuwsbrieven en GRAM en ga naar bijeenkomsten en congressen. In gemeenteland lopen we allemaal tegen dezelfde problemen aan, het is inspirerend om daarover met andere collega’s te praten. Het maakt je eigen wereldje groter, je bent anders snel geneigd in je eigen bubbel te blijven zitten. VOLDOET HET LIDMAATSCHAP AAN JE VERWACHTINGEN? Zeker. Een echte vraagbaak met goede en direct toepasbare informatie. Ik haal er nog lang niet alles uit wat er in zit. In de toekomst wil ik deelnemen aan themawerkgroepen om zelf ook actief bij te kunnen dragen aan kennis vergaren en delen en een nog steviger netwerk op te bouwen. WAT ZIJN VOLGENS JOU DE BELANGRIJKSTE ONTWIKKELINGEN BINNEN DE AFVALBRANCHE? Belangrijke landelijke thema’s zijn bron- versus nascheiding, vervuiling plastic afval, de vraag of je misschien ook niet-verpakkingen toe moet laten tot het pbd. Zelf vind ik de rol van afval in het streven naar een circulaire economie heel belangrijk. Zo hebben wij met het plan Circulair Arnhem, de prijsvraag van VANG-HHA binnengehaald. Een mooi plan om echt vanuit de wijk, heel kleinschalig, niet alleen reductie van afval te realiseren, maar ook kansen te bieden voor sociale activering, werkgelegenheid en onderwijs. WAT VIND JE HET LEUKSTE/MOOISTE AAN JE WERK? Ik ga graag de wijk in om in gesprek te gaan met bewoners die vragen, opmerkingen of ideeën hebben. Ik vind dat je niet achter je

30 | GRAM #07 september 2019

bureau kunt blijven zitten om je plannen te schrijven. Alles wat je bedenkt heeft impact op de bewoners. Uiteindelijk moeten zij het doen, dus zorg dat je beleid gekoppeld is aan de praktijk. Gesprekken met bewoners beginnen soms best pittig, maar als je de deur uitgaat, is er altijd een handdruk en een lach. WAAR STOOR JE JE AAN? Zeurende bewoners die, vooral op social media, de gemeente van alles de schuld geven. Liefst anoniem. Bel of mail me even, denk ik dan, dan kom ik naar je toe. Afvaldumpers begrijp ik ook niet. Ik snap gewoon niet dat mensen zoiets doen. WELKE TIP WIL JE DE LEZERS VAN GRAM MEEGEVEN? Aan alle collega’s: ga meer naar buiten. Bekijk de straten, praat met de bewoners, daar wordt je werk echt een stuk leuker van!

Monja van Woensel


COLUMN

NIEUWS ONTWIKKELING CIRCULAIRE BENCHMARK Op initiatief van gemeente Amsterdam en Inzamelbedrijf Circulus-Berkel is een

KOMKOMMERTIJD

werkgroep gestart om de benchmark circulair-proof te maken. In eerste instantie wordt gewerkt aan een beta-versie met als doel indicatoren te ontwikkelen waarmee de circulariteit van huishoudelijke stromen kan worden uitgedrukt. Hoe gesloten zijn de kringlopen van pmd, papier en glas? Welke informatie en gegevens zijn nodig om dit te kunnen vaststellen? Neem voor meer informatie contact op met Folkert Starreveld via folkert@cyclusmanagement.nl

VANG: INNOVATIEVE STEDELIJKE AFVALINZAMELING In Nederland woont 74% van de bevolking in een stedelijk gebied. De stad fungeert als een magneet en de verstedelijking en verdichting neemt alleen maar toe. Dit levert een grote uitdaging op het gebied van de afvalinzameling, want meer bewoners, bedrijven en activiteiten betekent enerzijds meer aanbod van afval en anderzijds een afname van ruimte (binnen- en buitenshuis). In het door RWS en NVRD gefaciliteerde VANG-platform ‘Innovatieve Stedelijke Afvalinzameling’ werken circa 20 grote stedelijke gemeenten samen in de zoektocht naar innovatieve oplossingen. Werkgroepen zijn gevormd rondom de thema’s ‘gf-inzameling hoogbouw’, ‘bedrijfsafval’, ‘inpandige afvalinzameling’, ‘scheidingsbereidheid en gedrag’ en ‘ruimtelijke ontwikkeling’. In deze werkgroepen wordt kennis verzameld, opgebouwd en gedeeld rondom gezamenlijk gedragen problematiek. Neem voor meer informatie contact op met Max Narinx via narinx@nvrd.nl

AFWIJKEND AANBIEDGEDRAG INDIVIDUELE BURGER SIGNALEREN MAG Bij veel gemeenten bestaat de wens om informatie over het afvalaanbiedgedrag van individuele inwoners te gebruiken voor de ontwikkeling en uitvoering van hun afvalbeleid. Dan gaat het bijvoorbeeld om het identificeren en benaderen van nul- of veel-aanbieders, of het controleren van de inhoud van minicontainers. Vanuit het VANG-HHA programma hebben Rijkswaterstaat, Hekkelman Advocaten en de NVRD de juridische mogelijkheden op dit gebied onderzocht. Dit heeft geresulteerd in een

Het is weer voorbij die mooie zomer. Wanneer deze GRAM bij u in op de deurmat valt, is de vakantie waarschijnlijk alweer even geleden. Maar wanneer ik deze column schrijf, is de herinnering nog vers. Naast vakanties, is het reces ook steevast de tijd voor komkommernieuws. En daarbij is afval een dankbaar onderwerp, ook dit jaar weer. Snel na de start kwam het signaal dat er allerhande rommel met het textiel werd ingezameld, er werd zelfs een brandbrief naar de staatssecretaris gestuurd. Er is van alles af te dingen op het bericht. Wat mij betreft wordt er te veel naar gemeenten gewezen. Dat beleidswijzigingen van de afgelopen jaren ook tot de inzameling van meer textiel hebben geleid. Dat het verdienmodel onder druk staat, omdat er minder afzetmarkten zijn. En dat er meer rommel in de keten komt door partijen als Primark, waren geluiden die wat mij betreft onderbelicht werden. Maar niettemin verdient de kwaliteit van de grondstoffen die wij inzamelen de aandacht. Ik ben dan ook blij dat we al een aantal jaar geleden de focus van VANG hebben verlegd van kwantiteit naar kwaliteit. De vraagstukken waar we ons voor alle stromen meer en meer mee bezig houden, gaan over hoe we zorgen voor kwaliteit, zodat deze stromen zo hoogwaardig mogelijk worden hergebruikt. We zijn hiermee bezig voor gft-afval, kunststof en ook voor textiel en andere stromen. Belangrijk hierbij is volgens mij om het optimum voor ogen te houden. Volume is ook gewoon nodig om een markt op gang te krijgen. Terug naar de tijd dat alleen diegenen die intrinsiek gemotiveerd zijn hun afval scheiden, is daarom niet de oplossing. Systemen optimaliseren, mensen stimuleren en erkennen dat we nu volop in een transitie zitten, is dat wel.

praktisch stappenplan. Meer hierover leest u op pagina 26 in deze GRAM.

Olaf Prinsen

GRAM #07 september 2019 | 31


AANTAL INCIDENTEN STIJGT

FIETSACCU’S TUSSEN HET HUISVUIL? STIBAT WEET HOE HET WÉL MOET Ken je dat? Zwoegend tegen de wind in fietsen en vervolgens vliegensvlug worden ingehaald door iemand op een e-bike. Elektrische fietsen zijn met een enorme opmars bezig. Maar: hoe meer ebikes, hoe meer accu’s er worden afgedankt. Dat kan bij de dealer, maar helaas komen ze regelmatig tussen het huisvuil terecht. Los van het brandgevaar, is dat slecht voor het milieu. Stibat, dé inzamelaar van batterijen en accu’s in Nederland, geeft advies. TEKST: ARIE DE JONG BEELD: STIBAT

I

n 2018 verlieten bijna 410.000 e-bikes de showrooms, tegen 294.000 in 2017, zo blijkt uit de cijfers van de RAI Vereniging, BOVAG en onderzoeksbureau GfK. Fabrikanten en importeurs van e-bikes zijn wettelijk verplicht de accu’s aan het einde van hun levensduur terug te nemen voor recycling. Stibat zorgt voor de uitvoering van deze producentenverantwoordelijkheid. De stichting zag in 2018 373.000 kilogram aan afgedankte fietsaccu’s voorbijkomen. Dit is een verdubbeling ten opzichte van 2017 (171.000 kilogram) en dit zal verder toenemen. KRACHTIGER E-bikes worden aangedreven door Lithiumbatterijen. Deze batterijen zijn veel krachtiger dan gewone batterijen en kunnen ontbranden of gasvorming veroorzaken bij beschadiging, blootstelling aan hitte of contact met water. “Dat betekent echter niet dat lithiumbatterijen gevaarlijk zijn”, vertelt Gert Jan van Huuksloot, Manager Veiligheid bij Stibat. “Het batterijenmanagementsysteem (BMS) van lithiumbatterijen monitort bijvoorbeeld het voltage en de temperatuur.”

32 | GRAM #07 september 2019

ONEIGENLIJK GEBRUIK Toch lezen we steeds vaker nieuwsberichten over in brand gevlogen lithiumbatterijen. Brancheorganisatie Vereniging Afvalbedrijven bevestigt dat het aantal brandmeldingen in afvalhopen en vuilniswagens is opgelopen tot honderd per jaar en dat lithiumbatterijen vaak de oorzaak zijn. Van Huuksloot: “Dat komt eigenlijk altijd door oneigenlijk gebruik. Mensen laten een accu maken bij een beunhaas, laden hun batterij ’s nachts op met een goedkope lader, of dumpen hun kapotte accu tussen het huisvuil.” WARMBLOEDIG Hoe het dan wél moet? “Ook voor lege accu’s van e-bikes geldt: waar je ze koopt, kun je ze kwijt. Dus bij de dealer. En anders bij de milieustraat van de gemeente. Voorkomen is natuurlijk nog beter. Een accu is warmbloedig”, grapt Van Huuksloot. “Laat ‘m niet de hele winter koud in de schuur liggen om ‘m in de lente weer op te laden. Een accu houdt van een constante temperatuur tussen de 15 en 25 graden. Zie je een accu tussen het huisvuil? Haal ‘m eruit en bel Stibat voor advies.” ALS HET TOCH MIS GAAT “Ruikt de accu sterk, of geeft die warmte of rook af? Dit kan betekenen dat er kortsluiting dreigt te ontstaan of al gaande is. Doe de accu zo snel mogelijk in een bak met droog zand. Vlammen moet je natuurlijk eerst doven, maar niet met water. Dat kan met een speciale blusser of met droog zand.

Het allerbelangrijkste: jouw eigen veiligheid gaat voor! “ MEER INFORMATIE EN TIPS? Kijk op: www.stibat.nl

TIPS Veilig omgaan met fietsaccu’s voor fietsdealers: • Bewaar de accu’s in een speciaal inzamelmiddel mét keurmerk dat geschikt is voor accu’s. • Verpak de accu’s apart in een plastic zak of huishoudfolie voor ze het inzamelmiddel in gaan. • Zorg dat het inzamelmiddel in een ruimte staat beschut tegen regen, sneeuw en vocht. • Voorkom dat ander afval in het inzamelmiddel terechtkomt. • Vermijd een te grote opslag van afgedankte batterijen en accu’s. Veilig omgaan met fietsaccu’s voor consumenten: • Gebruik alleen de originele oplader die meegeleverd is. • Laad de accu niet onbewaakt op (dus niet ’s nachts in de schuur). • Zorg dat de accu in een ruimte staat beschut tegen regen, sneeuw en vocht en waar de temperatuur constant rond de 20 graden is. • Gebruik geen beschadigde accu als deze bijvoorbeeld gevallen is. Ga hiermee naar de dealer.


BRANCHE NIEUWS CURE AFVALBEHEER DOET MEE AAN PROEF MET ELEKTRISCHE VOERTUIGEN Cure neemt deel aan het project van VDL Translift waarbij elektrische voertuigen voor de inzameling van afval getest worden. Begin volgend jaar kunt u het voertuig al zien rijden in Eindhoven. Het elektrische inzamelvoertuig wordt vanaf het eerste kwartaal 2020 getest bij Cure Afvalbeheer. Onderzoeksbureau TNO monitort de ervaringen. Er worden in totaal vier voertuigen ontwikkeld door VDL Translift. De doelstelling is om met de wagens vier uur aan één stuk te kunnen inzamelen. Daarbij komen er bij Cure speciale snellaadstations te staan, waarmee de voertuigen binnen 35 minuten tussentijds kunnen worden bijgeladen. Door in de pauze bij te laden, kan er dus een hele dag ingezameld worden. Bestaande voertuigen zijn vaak erg vervuilend omdat ze veel korte afstanden rijden en vaak moeten stoppen. Daarmee rij-

den ze inefficiënt, en ze veroorzaken relatief veel CO2-uitstoot. De elektrische voertuigen rijden daarentegen schoon én ze veroorzaken geen geluidsoverlast. Duurzaam én stil afval inzamelen dus. Cure directeur Frans van Strijp: “We willen de kwaliteit van de leefomgeving in ons inzamelgebied zo hoog mogelijk houden. Dat vraagt om innovatieve oplossingen, waarmee we de kwaliteit van de inzameling kunnen blijven garanderen en tegelijk voldoen aan de gestelde milieueisen. Eerder hebben we als eerste afvalinzameldienst in Europa geïnvesteerd in inzamelvoertuigen op waterstof, die nu in regio Eindhoven rondrijden. We kijken er naar uit om nu ook ervaring op te doen met het elektrisch ophalen van afval.” De ambitie is dat de elektrische wagens in 2020 seriematig geproduceerd worden.

STANDAARD STANDAARD EN EN MAATWERKOPLOSSINGEN MAATWERKOPLOSSINGEN voor voor afvalinzameling afvalinzameling & & scheiding scheiding aan aan de de bron bron

Al meer dan drie decennia partner Al meer dan drie decennia partner bij afvalinzamelingsprojecten van bij afvalinzamelingsprojecten van gemeentes, zorginstellingen, afval gemeentes, zorginstellingen, afval inzamelaars en recreatieparken in inzamelaars en recreatieparken in heel Europa. Uit voorraad geleverd heel Europa. Uit voorraad geleverd en aangepast aan uw wensen. en aangepast aan uw wensen. • Afvalbakken • Afvalbakken • Inzamelboxen • Inzamelboxen • Palletboxen (accu’’s, tl-buizen) • Palletboxen (accu s, tl-buizen) • 2- & 4-Wiel afvalcontainers • 2- & 4-Wiel afvalcontainers • Bovengrondse containers • Bovengrondse containers • Semi-ondergrondse containers • Semi-ondergrondse containers • Ondergrondse (pers)containers • Ondergrondse (pers)containers

minicontainers minicontainers

ondergrondse containers ondergrondse containers

semi-ondergrondse containers semi-ondergrondse containers

bovengrondse containers bovengrondse containers

TÜV gecertificeerd TÜV gecertificeerd

ISO 9001:2015 ISO ISO 9001:2015 14001:2015 ISO 14001:2015

T: +31 40 26 29 222 T: +31 40 26 29 222

1_2_li_GRAM_190x130-B.indd 1

E: contact@engels.eu E: contact@engels.eu

21-9000-0919-01 GRAM sept 19

05-09-19 09:10

GRAM #07 september 2019 | 33


AGENDA 30 SEPTEMBER - 6 OKTOBER Verspillingsvrije Week, Milieu Centraal

2 OKTOBER Afvalconferentie 2019, Veerensmederij Amersfoort www.afvalconferentie.nl

2 - 3 OKTOBER Vakbeurs Openbare Ruimte, Jaarbeurs Utrecht

VIER JAARGETIJDEN, EEN HOLDER VIER 365 dagenJAARGETIJDEN, vegen, maaien, opzuigen en EEN schuiven.HOLDER De voertuigen

www.openbareruimte.nl

vandagen Holdervegen, zijn veelzijdig kunnenen opschuiven. verschillende manieren 365 maaien, en opzuigen De voertuigen gecombineerd weten op oververschillende maximale efficiëntie? van Holder zijn worden. veelzijdigMeer en kunnen manieren gecombineerd worden. Meer weten over maximale efficiëntie? Kijk op www.mechangroep.nl of bel +31 (0)342 45 95 41

7 - 9 OKTOBER

Kijk op www.mechangroep.nl of bel +31 (0)342 45 95 41

ISWA World Congress, Bilbao Spanje

21-8000-1372-02 NVRD GRAM 2019 juni

Optimaal zicht zonder spiegels

1_4_st_GRAM_92x130-F.indd 1

05-09-19 09:18

14 - 21 OKTOBER Nationale Recycleweek

19 - 21 NOVEMBER Vakbeurs Recycling, Evenementenhal Gorinchem

WILLEM-JAN ACHTERBERG OVERLEDEN T: +31 (0) 88 7865300 W: www.wiegel.eu E: nl@wiegel.eu

Op 28 juli 2019 is Willem-Jan Achterberg na een ziekbed van enkele weken, overleden. 40 jaar geleden introduceerde Willem-Jan de welbekende Kliko in Nederland, wat uitgroeide tot een groot succes en een begrip werd in Nederland. Tot zijn ziekbed was Willem-Jan nog altijd actief binnen het familiebedrijf ‘Kliko’. Het bedrijf zal worden voortgezet door de nieuwe generatie die nu aantreedt.

34 | GRAM #07 september 2019

1_4_st_GRAM_92x130.indd 1

01-07-19 17:16


aangeboden door

Grijsen

CLOSE-UP

OPFRISBEURT GEEFT AFVALBAK EEN TWEEDE LEVEN De afvalbakken van Grijsen zijn zó goed, dat het zonde is ze weg te gooien. Dat hebben gemeenten ook ontdekt. Steeds vaker laten ze hun Constructo opfrissen ofwel refurbishen, zodat hij oogt als nieuw en weer jaren mee kan. TEKST: HETTY DEKKERS

“De Constructo was 25 jaar geleden ons eerste eigen product”, vertelt marketingspecialist Severin Vrogten van Grijsen. “Het is een robuuste afvalbak van dikwandig staal, die meteen in de smaak viel bij gemeenten en andere afnemers.” Vanwege de hoge kwaliteit en de modulaire opbouw is de Constructo altijd al geschikt geweest voor hergebruik, maar de laatste jaren neemt die toepassing een vlucht. “Gemeenten willen circulair zijn en kijken zorgvuldiger naar hun inkoopbeleid. Refurbishen van het bestaande straatmeubilair past uitstekend in die gedachte.” De Constructo kan tegen een stootje en gaat zoals gezegd niet zomaar kapot. Maar door graffiti, stickerresten en andere gebruikssporen kan de afvalbak wel minder aantrekkelijk worden en daardoor minder vaak gebruikt. Grijsen neemt de bak desgewenst terug en laat hem in de eigen werkplaats volledig demonteren. “Kapotte onderdelen worden vervangen en de hele afvalbak krijgt een nieuwe tweelaagse poedercoating, zodat hij weer als nieuw in de verf zit”, aldus Vrogten. Kleine oneffenheden als krassen en deukjes zijn vrijwel onzichtbaar onder de nieuwe lak. Na de opfrisbeurt kan de Constructo minimaal weer een jaar of zeven mee. Volgens Vrogten is het uiterlijk van straatmeubilair belangrijk. “In een vieze bak wordt minder afval geworpen dan in een schone, blijkt uit onderzoek.” Grijsen is een Achterhoekse producent en leverancier van straatmeubilair. Oprichter Hennie Grijsen begon dertig jaar geleden met de import van straatmeubilair uit Duitsland. Al snel ontwierp hij, op basis van de vraag, een eigen afvalbak, dat werd de Constructo. Min of meer toevallig was het al een uiterst circulair product. Volledig demontabel en gemaakt van onverwoestbaar staal. Alle onderdelen konden vervangen worden, en dat is nog steeds zo. Vrogten: “Vanuit onze Achterhoekse visie ‘goed en eenvoudig’, werd een oerdegelijk en logisch doordacht ontwerp gekozen. Een afvalbak die tegen een stootje moet kunnen en lang meegaat. Wat wij nog niet wisten, maar nu steeds meer ontdekken, is dat wij toen al de basis legden voor een duurzame, circulaire afval-

bak. En waarom iets nieuws ontwikkelen, wanneer we al een afvalbak hebben die aan de maatstaven van de circulaire economie voldoet. Zo kwamen we op het idee van refurbishen. Wij bieden deze dienst al enkele jaren aan, de laatste tijd gaat het hard. Steeds meer gemeenten kiezen voor deze optie. Als wij een Constructo refurbishen, wordt 95 procent van de materialen hergebruikt. De 5 procent uitval zit hem voornamelijk in de scharnieren en sloten, waarmee de bak geopend wordt om te ledigen. Ook deze kleine onderdelen worden gescheiden ingezameld en gerecycled, zodat er nauwelijks grondstoffen verloren gaan.” De opknapwerkzaamheden worden deels verricht door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, zodat ook deze bevolkingsgroep een kans krijgt deel te nemen aan het arbeidsproces. Voor meer info: www.grijsen.nl.

GRAM #07 september 2019 | 35


‘‘Naast de PC vind ik de Circulaire Verwerking van slib en veegzand wel het beste van de jaren 80.’’

ijk, hier spreekt een kenner. Iemand die weet dat Circulaire Economie weliswaar een begrip is van nú, maar een uitvinding van tóen. Er zat vast iets in de lucht, in die fraaie jaren tachtig. Want het regende innovaties die ‘t leven voorgoed zouden veranderen. Denkt u maar eens aan de CD of de PC. Welnu, de MSWP past wat ons betreft in datzelfde rijtje. De MSW-WAT??? De Mobile Soil Washing Plant. Da’s een machine die het leven van slib en veegzand voor altijd veranderde door het te laten circuleren in de economie. En dat is tamelijk ongekend. Slib en veegzand, ook wel RKGV genoemd, is namelijk be-hoor-lijk verontreinigd. Het komt uit riolen en kolken en gemalen en van straat... En er zitten allerlei zwaar giftige stoffen in die je niet wil tegenkomen in het milieu. Die MSWP dus,

die wast al dat slib en veegzand zó goed, dat die giftige stoffen worden geïsoleerd en er schone, herbruikbare bouwmaterialen overblijven. Wie bedénkt nou zoiets? Een wasmachine voor slib en veegzand! Nou, wij dus: van Zandrecycling Nederland. En we zijn er nog altijd reuze trots op. Dat machientje is immers al mooi meer dan dertig jaar een lichtend voorbeeld van Circulaire Economie. En hij is ook nog ’ns een onvermoeibare verbeteraar van het milieu en de volksgezondheid.

Kortom, aan alle gemeenten en grondverwerkende bedrijven die zich willen ontdoen van hun RKGV: ‘Check out de MSWP!’ Dat kan door er van alles over te lezen op www.zandrecycling.nl. Of door u aan te melden voor een leerzame demonstratie op locatie. Compleet met een lekkere lunch om het allemaal te kunnen behappen.

graag ontvang ik uw uitnodiging voor een demonstratie op locatie met lunch. Naam en voorletters ______________________ Gemeente/Bedrijfsnaam ______________________ Functie ________________________________________________ Adres __________________________________________________ Postcode/Plaats __________________________________________

Ach, aanmelden via www.zandrecycling.nl is wellicht wel zo modern.

Af van uw RKGV? Zandrecycling Nederland maakt er iets moois van. Zandrecycling Nederland BV • ABC Westland 227, 2685 DC Poeldijk • T 0174-243950 • F 0174-291148 • www.zandrecycling.nl • info@zandrecycling.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.