IN DEZE EDITIE: ondernemers over het thema vakmanschap
MUURBLOEM
DESIGN STUDIO Op bladzijde 14
THEMAVERHAAL op pagina 22
DENNIS EBBENHORST VAN BIZZCON:
‘Ons probleemoplossend vermogen is groot’
interior design & fit-out
Zegveld
Kamerik
Bodegraven
Nieuwerbrug
Woerden
WE ZIJN ACTIEF IN MAAR LIEFST VIJF REGIO’S IN DE PROVINCIE UTRECHT. MET MAGAZINES VOL ONDERNEMERSVERHALEN EN INSPIRERENDE NETWERKBIJEENKOMSTEN VORMT ONDERNAMEN HÉT ZAKELIJKE PLATFORM VOOR MIDDEN-NEDERLAND.
Eemnes Bunschoten
woerden eemvallei
Baarn
Amersfoor t
Soest
De Bilt
Maarssen
Utrecht
Harmelen
Mont foor t
IJsselstein
Oudewater
Schoonhoven
Nieuwegein
Lopik
Meerkerk
Vijfheerenlanden
Leerdam
Bunnik
Houten
Culemborg
Zeist
Leusden
Woudenberg
Nijkerk
Barneveld
Utrechtse Heuvelrug
Wijk bij
Duurstede
facebook.com/ ondernamen @ondernamen
OnderNamen
OnderNamen
ondernamen.nl
‘IN DE AFGELOPEN
JAREN
HEB IK
NOG NOOIT DE MOEITE GENOMEN OM HET VAKWERK VAN MIJN MOEDER AF TE KIJKEN’
Beste lezer,
De groentesoep van mijn moeder, het naaiwerk van mijn moeder, de zilverpoetskunsten, het draadjesvlees, de vaste hand…kortom: het vakmanschap van mijn moeder. De fijne kneepjes die zij bezit en ik niet. Haar vakmanschap is haar door de vorige generatie – mijn oma – minutieus en met strenge blik bijgebracht. Dat was toentertijd geen mogelijkheid, maar een must. Zijn dat soort vormen van vakmanschap nog wel overdraagbaar in deze snel veranderende tijd?
Ik ben inmiddels 33 en in de afgelopen jaren heb ik nog nooit de moeite genomen om het vakwerk van mijn moeder in de keuken van mijn ouders af te kijken. Deels omdat ik er te beroerd voor ben en deels omdat ik ervan overtuigd ben dat ik andere kwaliteiten heb en dat ik het vakwerk beter over kan laten aan de specialist. Erg hè!
Of logisch? Want wat vakmanschap betreft, en het overdragen van bepaalde kunsten, of het aanleren van bepaalde kneepjes, val ik denk ik precies tussen twee generaties in. Mijn moeder moest het leren van haar moeder, daar had zij geen keuze in. De generatie onder mij kijkt nog op TikTok hoe ze hun veters moeten strikken. Ik kook prima gerechten met behulp van HelloFresh en daarmee is de kous zo ongeveer wel af.
Is dat zonde, vraag ik mij af in het voorwoord van deze vakmanschap-editie van OnderNamen. Of is het gewoon mooi dat het ons wat makkelijker wordt gemaakt en dat informatie, cursussen en tips & tricks anywhere en anytime beschikbaar zijn? Van het plakken van een fietsband tot het karamelliseren van een ui – je vindt het binnen twee klikken op YouTube of TikTok. Video’tje aan, paar keer terugspoelen en klaar is Kees.
De conclusie die ik stiekem trek uit bovenstaande, is dat vakmanschap niet per se verandert. Wat wèl kan veranderen – vaak ingegeven door technologische ontwikkelingen, hogere kosten en/of efficiëntie – is het gereedschap waarmee het vak wordt uitgevoerd. Wat je niet meer van je moeder leert, leer je nu van het internet. Wat je vroeger met de hand deed, is nu geautomatiseerd.
Natuurlijk zijn er dan dingen waarvan het zonde is dat ze verdwijnen. Wanneer heb jij bijvoorbeeld voor het laatst een handgeschreven brief geschreven? Of een handgemaakt object aangeschaft? We mogen, vind ik, best even verdrietig zijn over het verdwijnen of veranderen van bepaalde ambachten. Maar, laten we er niet te lang in blijven hangen, want de meeste veranderingen zijn hartstikke positief en helpen ons om vooruit te komen.
In deze OnderNamen-editie lezen we verschillende verhalen over oude ambachten, modern vakmanschap, nieuwe technologieën en nog veel meer. Ik ben benieuwd naar jullie idee over vakmanschap!
Veel leesplezier!
OnderNamen
Nick en Max - uitgevers
Rosanne
COLUMNS
Susanne Schilderman
Frans van Seumeren
Jan Henk van der Velden
Pieter Peelen
‘Hele productieve bedrijven werken het liefst met zo min mogelijk mensen en zo veel mogelijk vakmanschap’
OnderNamen facebook.com/ ondernamen @ondernamen
OnderNamen ondernamen.nl
Colofon
Contactpersonen
Rosanne Zijerveld-Bader
Nick van Baaren
Max Brandt
Redactie
Kelly Bakker
Rosanne Zijerveld-Bader
Marie-Louise Hoogendoorn
Maaike Hoogenboom
Stefan Forsten
Claudia Verbree
Baart Koster
Astrid van der Meer
Thijs Tomassen
Stan Bos
Marjan I. Jaarsma
Fotografie
Menno Ringnalda
Muurbloem design studio
Studio Haviq
Vormgeving
Andy Siebelink
Wendy van Essen
Rianne van der Meer
Online redactie
Louisa Kaas
Sales
Harriët Immerzeel
Louisa Kaas
Druk
Damen Drukkers
Verspreiding
RM Netherlands
Oplage
5.000
Frequentie
Per kwartaal (lente, zomer, herfst en winter)
Contactgegevens
Pelmolenlaan 2
3447 GW Woerden
0348567459 woerden@ondernamen.nl ondernamen.nl
Copyright: Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, film of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgevers.
OnderNamen is op geen enkele wijze aansprakelijk voor eventuele onjuistheden in deze uitgave alsmede voor handelingen van derden welke mogelijkerwijs voortvloeien uit het lezen van deze uitgave.
ONDER TUSSEN
EEN NIEUW ‘ZINTUIGPRIKKELEND’
BEDRIJFSUITJE:
NOX ROOM
ALGEMEEN - Activiteitencentrum The Team Building in Utrecht heeft onlangs de deuren geopend van een innovatief spel dat de zintuigen maximaal prikkelt: de Nox Room. Daarbij speel je een soort verstoppertje in een pikdonker labyrint met uiteenlopende speciale geluidseffecten en hindernissen. Het ene team vormt de hunters (jagers), terwijl het andere team (de hiders) zich moet verschansen om uit handen te blijven van deze jagers. De Nox Room lijkt in dat opzicht op het populaire tv-programma Hunted.
Bij dit spel gaan twee teams de strijd met elkaar aan, die afwisselend jagen en opgejaagd worden. Het decor is een aardedonkere ruimte van 110 vierkante meter. Allereerst betreden de hiders de ruimte, om zich een weg door het doolhof te banen en zich te verschansen. Niet veel later is het de beurt aan de hunters, die door een glow-in-the-dark-munt aan de achterkant van hun helm zichtbaar zijn. Doel is om enerzijds zelf zo min mogelijk gevonden te worden en anderzijds zo veel mogelijk munten af te pakken van het andere team.
‘Doordat je niets kunt zien, moet je al je andere zintuigen extra hard aan het werk zetten’, legt medeoprichter van The Team Building, Joëlle van der Pol, uit. ‘Het spel heeft overeenkomsten met het veelbekeken tv-programma Hunted (waarbij deelnemers uit handen moeten blijven van opsporingsdiensten, red.) en zorgt er gegarandeerd voor dat de adrenaline door je lichaam giert.’
Geheime passages en geluidseffecten geven een extra dimensie aan het spel. Dat geldt ook voor een red night camera, waarvan je de beelden na afloop kunt terugkijken. Dan zie je bijvoorbeeld dat je pal naast de tegenstander was, zonder dat je het wist. Zo is het spel niet alleen spannend, maar vooral ook hilarisch en geschikt voor diverse doelgroepen, waaronder een groep collega’s. Het kan volgens de eigenaren ook worden ingezet voor stressmanagement. ‘Door de donkere setting is het met geen enkel ander spel te vergelijken.’
GROOTSTE WONINGBOUWLOCATIE VAN NEDERLAND
STAP DICHTERBIJ
UTRECHT - De komst van de nieuwe stadswijk Rijnenburg is een stap dichterbij gekomen. In de polder – ingeklemd tussen de A12 en de A2 – is plek voor 25.000 woningen, 12.500 werkplekken, recreatie en natuur. Dat zijn de resultaten van een verkenning van de Gemeente Utrecht naar de ontwikkeling van de Rijnenburg polder tot stadswijk.
Wethouder Eelco Eerenberg (Ruimtelijke Ordening): ‘Heel veel mensen zijn op zoek naar een huis. En ook Utrechters maken zich zorgen of hun kinderen nog wel in onze stad kunnen blijven wonen door de wooncrisis. Om op de lange termijn te zorgen voor voldoende huizen hebben we nu plannen voor de grootste woningbouwlocatie van Nederland. Tienduizenden woningen voor tienduizenden mensen. En met deze verkenning bereiken we een mijlpaal.’ Uit de verkenning blijkt dat het nodig is om de benodigde voorzieningen in de wijk te bouwen, te investeren in het openbaar vervoer en ervoor te zorgen dat de autowegen rondom de stad voldoende blijven doorstromen. Daarnaast komt er ruimte voor een groots park, sportvoorzieningen van regionale betekenis, een recreatieplas en energieopwekking.
‘Na de Programmatische Verkenning onderzoeken we verder hoe de toekomstige wijk Rijnenburg eruit kan komen te zien. We onderzoeken de mogelijkheden voor de indeling van het gebied en wat er moet komen, de kwaliteit en de financiën.’ Na 2035 wil de gemeente starten met de bouw van Rijnenburg, waarvan een groot deel betaalbare woningen.
EERSTE ENERGIEHUB IN UTRECHT
VAN START GEGAAN
UTRECHT - De eerste energiehub in de provincie Utrecht is een feit: 25 september is de e-hub EMCU op Lage Weide van start gegaan. Vijf bedrijven doen eraan mee.
Zij hebben zich verenigd in de Energie Management Coöperatie Utrecht (E.M.C.U.). Samen zorgen ze voor een efficiënte verdeling van de beschikbare transportcapaciteit en optimaal gebruik van lokaal opgewekte energie. Door slim samen te werken en te sturen op het energiegebruik creëren de vijf deelnemende bedrijven mogelijkheden om verder te verduurzamen of uit te breiden, ondanks de file op het stroomnet (netcongestie). Een concreet voorbeeld is dat het vrieshuis C. van Heezik, één van de deelnemende bedrijven, de diepvries een paar graden lager zet, waardoor er meer stroom vrijkomt voor de elektrische wagens van het nabijgelegen Picnic, één van de andere deelnemers. Daarnaast doen De Stiho Groep, Platra en IJsselfoort (de laatste twee zijn onderdeel van LF Groep) mee aan de hub.
Het maken van zulke afspraken en daadwerkelijk realiseren van een e-hub heeft best wel wat voeten in de aarde, zo lezen we op duurzaamondernemen.nl. Bert Strijker, een van de initiatiefnemers van deze e-hub en procesmanager bij Energie Management Coöperatie Utrecht (EMCU): ‘Het opzetten van een energiehub gaat niet zomaar. Het was een lang en ingewikkeld proces. Alles bij elkaar heeft het bijna drie jaar gekost. Hopelijk gaat het vanaf nu – met de opgebouwde kennis, inzichten en urgentie – veel sneller. Door te verkennen, leren, doen en delen maken we de energietransitie beter mogelijk en leuker. En kunnen we versnellen en opschalen. Samenwerking loont.’
De e-hub wordt eveneens gesteund door de Provincie Utrecht en Stedin. De netbeheerder sloot een groepscontract met de vijf bedrijven af en laat op duurzaamondernemen.nl weten blij te zijn met de e-hub. ‘Een dergelijk concept vormt een fundamentele oplossing voor het energiesysteem van de toekomst, waarbij lokaal opgewekte energie zoveel mogelijk lokaal wordt gebruikt.’
Stedin blijft partijen oproepen om flexibel vermogen aan te bieden, onder andere om tekorten te voorkomen in de verwachte groei van kleinverbruik-klanten. Op de website van de netbeheerder is meer informatie te vinden over de kansen en mogelijkheden van flexibel elektriciteitsvermogen. Daar zijn ook de flexcontracten te vinden.
‘DOOR TE VERKENNEN, LEREN, DOEN EN DELEN MAKEN WE DE ENERGIETRANSITIE BETER MOGELIJK EN LEUKER’
‘WE ZIJN ER OP HET MOMENT DAT DE KLANT ONS NODIG HEEFT’
Elk ICT-vraagstuk voor horeca en retail opgelost
Elke branche is tegenwoordig afhankelijk van ICT. Dat geldt ook in zeer toenemende mate voor de retail en horeca. Deze branches hebben niet alleen te maken met veel klantdata, maar ook betaalsystemen die geautomatiseerd zijn. ICT-dienstverlener BizzCon uit De Meern heeft zich volledig toegelegd op deze branches. De grote kracht van het bedrijf? Het probleemoplossend vermogen.
We zitten aan tafel met Dennis Ebbenhorst, mede-oprichter van BizzCon. Zijn compagnon is de aanjager áchter de schermen, Dennis is het gezicht naar buiten. Zijn weg naar ICT-ondernemer is een bijzondere, want hij werkte jarenlang bij Defensie. ‘Ik vind techniek al mijn hele leven leuk’, begint Dennis. ‘Maar het was ook mijn jongensdroom om straaljagerpiloot te worden. Ik deed een aanvraag, maar omdat ik lenzen had en hooikoorts, werd ik direct weer de deur gewezen. Omdat toch ook de ICT me bleef trekken, ben ik bij de verbindingsdienst van de Landmacht gaan kijken. De verbindingsdienst zorgt voor alle verbindingen tussen alle eenheden wereldwijd. Ik werd aangenomen op de Koninklijke Militaire Academie waar ik een verkorte officiersopleiding deed. Na twee jaar was ik operationeel en stuurde ik een peloton van dertig man aan. Vervolgens werd ik gevraagd voor een uitzending naar Afghanistan, waar ik verantwoordelijk werd voor alle verbindingen in en naar het uitzendgebied in Kunduz. Toen ik terugkwam werd ik geplaatst bij de logistieke eenheid. Ik dacht dat dit een wat rustigere baan was, maar dat viel tegen. Ik was week op, week af in het buitenland om oefeningen voor
te bereiden en zaken te regelen. Toen ik na twee jaar iets anders moest gaan zoeken, wilde ik dichter bij huis blijven. Daarom ben ik bij Defensie weggegaan en bij een ICT-dienstverlener aan de slag gegaan. Daarnaast ben ik de opleiding hbo Informatica gaan doen en heb ik de opleidingen afgemaakt waar ik mee bezig was. Bij dat bedrijf heb ik het hele ICT-vak geleerd, en dan met name wat ICT inhoudt op netwerkgebied.’
ONDERNEMERSREIS
Zijn leidinggevende vroeg op een bepaald moment aan Dennis: waar zie je jezelf over twee jaar? Hij antwoordde brutaal: “Op jouw stoel”. ‘Ik wilde daar mee zeggen dat ik het leidinggeven miste. Ik heb vervolgens gesolliciteerd bij een bedrijf in Nieuwegein dat hosting en connectiviteit deed. Daar is mijn ondernemersreis echt begonnen. Ik ben er anderhalf jaar bezig geweest om de zware verliezen die ze hadden geleden naar nul te brengen. Dat was ook het startpunt om in te stappen in de onderneming. Dat deed ik samen met mijn huidige compagnon. Dat hebben we anderhalf jaar met plezier gedaan, maar we voelden de grote jongens in onze nek hijgen. We wisten dat we niet meer konden concurreren met de cloudoplossingen die bedrijven als Google en Microsoft te bieden hadden. Toen ontstond het idee voor BizzCon.’ In eerste instantie startte het als een bedrijf in “business continuity”, waar de naam ook vandaan komt. Dat wil zeggen: het aanbieden van disaster recovery en business continuity-oplossingen aan grote Enterprise-bedrijven. ‘We hebben negen maanden lang keihard gewerkt om het in de markt te zetten, maar
geen euro verdiend’, aldus Dennis. ‘We hebben elkaar toen nog eens goed aangekeken: wat gaan we doen? Want we kwamen gewoon niet binnen bij die bedrijven. We hoorden links en rechts van klanten die we nog hadden uit dat andere bedrijf dat er veel behoefte was aan ontzorging op ICT-gebied. Daar hebben we een heel concept op uitgedacht en aangeboden bij een klant. We zeiden: als deze valt, dan gaan we hiermee door. En dat deed het. De grote kracht ervan is dat we echt samenwerken met onze klanten, we ontwikkelen samen met hen verder. Die persoonlijke aanpak – waarin onze opdrachtgevers meer als collega’s voelen – heeft ons gebracht waar we nu zijn.’
BizzCon maakte de bewuste keuze om in de retail te stappen. ‘Er is vanuit ICT-dienstverleners maar weinig aandacht voor de retail. Dat komt omdat het een risicovolle branche is. De retail merkt het meteen als het met de economie niet goed gaat. De meeste dienstverleners rondom de retail werken met standaardcontracten, die niet passen bij een flexibele retailer. Voor de horeca geldt dat precies zo: er kan van alles gebeuren waardoor een oplossing nodig is. En daar zijn we goed in. Actie ondernemen als het nodig is, oplossingsgericht denken. Aanpakken en doorpakken. De focus op retail en horeca – we hebben nog een uitstapje naar de zorg gemaakt maar dit weer laten vallen – heeft ons absoluut groeikracht gegeven.’
FULL SERVICE DIENSTVERLENING
Het portfolio van opdrachtgevers bij BizzCon bestaat uit ketenwinkels met tien tot tweehonderd vestigingen en restaurants met meerdere locaties. ‘De ICT-afhankelijkheid van dit soort ondernemingen is groot, ze kunnen niet meer zonder. Wij staan paraat voor al die vestigingen met onder andere: internet, telefonie, integratie van systemen, wifi, kassa-ondersteuning en storingen verhelpen. De ondernemer of ICT-manager wil dat de mensen in de winkel of in het restaurant de telefoon kunnen pakken als iets niet werkt, want je wil niet dat op een zonnige dag met een vol terras je handheld uitvalt of dat je op een drukke zaterdag een pinstoring krijgt. Die eerstelijns dienstverlening, daar zorgen wij voor. Wij zeggen tegen die ondernemers: “wij zijn open zolang jullie open zijn”. Dat betekent dus ook dat we in de avonden en in het weekend voor ze klaarstaan. De continuïteit van de bedrijven wordt gewaarborgd en leidinggevenden kunnen ook met een gerust hart op vakantie.’
Hoewel het op het eerste oog simpel lijkt wat BizzCon doet, is het dat zeker niet altijd. ‘De grootste uitdaging voor ons is het werken met een grote diversiteit aan systemen en soorten koppelingen’, zegt Dennis. ‘De ene klant heeft kassamerk A, de ander B en weer een ander C. Wij moeten ze allemaal kennen. Elke keer als er een klant bijkomt, komt er weer een nieuw systeem bij en moeten wij ook weer leren. We moeten daarnaast opletten met koppelingen. Retailen horecabedrijven zijn tegenwoordig allemaal omnichan-
nel, waardoor er een hele wolk aan andere leveranciers ontstaat waarmee een koppeling moet worden gemaakt. Dat stuk moeten wij nauwkeurig borgen, zodat we weten hoe we de vraag kunnen oplossen. Dat vergt een stuk kennisvergaring, en om die reden houden we ook vast aan onze branches. Anders verliezen we kennis en verdwijnt de focus op ontzorging.’
De medewerkers van BizzCon – waar de kennis zit – zijn als vanzelfsprekend heel belangrijk voor de organisatie. Toch verloopt de zoektocht naar nieuwe talenten heel organisch. ‘In de voorselectie van nieuwe collega’s kijk ik naar drie elementen: intrinsieke motivatie, communicatieve vaardigheden en opleiding en training. Eén van die laatste twee mag wat minder zijn, want daar kunnen we aan werken. Maar die eerste factor is leading. In combinatie met de interesse die zij hebben voor het vak, zie je ze groeien.’
NIET VOOR, MAAR MÉT DE KLANT WERKEN
Dennis is trots op wat hij en zijn compagnon in slechts zes jaar tijd hebben bereikt met BizzCon, maar is met name blij dat ze hun opdrachtgevers écht verder kunnen helpen. ‘En ik vind het prachtige branches. Als je kijkt naar de retail; dat heeft altijd een beetje achtergelopen. Retailers zeggen vaak: we moeten eerst wat verdienen en daarna gaan we wel wat in ICT investeren, de vooruitstrevende ondernemers daargelaten. Maar we merken dat het aan het verschuiven is. Ons advies is dan ook: blijf investeren. Je moet vernieuwen, anders haak je af. Verschillende bekende retailers zijn op die manier onderuit gegaan. En dat stuk aan de achterkant is noodzakelijk om je klantbeleving op het juiste niveau te krijgen. Dat je bijvoorbeeld wat kunt bestellen als de maat waar jouw klant om vraagt, er niet is. Daarin kunnen wij ondersteunen, het liefst in nauwe samenwerking met de klant. Als onze klanten alleen maar klant zijn en wij alleen leverancier, kunnen we geen meerwaarde bieden in de adviserende rol. We kunnen een storing verhelpen en meehelpen een nieuwe winkel te bouwen, maar op het moment dat we betrokken zijn bij vernieuwing, ontstaat er meerwaarde voor de klant omdat wij dan gevraagd en ongevraagd advies kunnen geven. Met twee keer bellen heb je de kostprijs er dan al uit. Ik vind het mooi om onze klanten in een laagdrempelige en persoonlijke relatie voor te bereiden op de toekomst.’
TEKST: KELLY BAKKER | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA & MUURBLOEM DESIGN STUDIO
‘BEDRIJVEN ZIJN VAAK AMBITIEUZER DAN ZE ZELF DENKEN’
Ze zijn toonaangevend in het creëren van cohesie tussen het interieur en het DNA van bedrijven: Muurbloem design studio. Van hotel tot kantoorpand: geef hen de vrije hand en ze komen met ontwerpen die jouw bedrijfsidentiteit volledig in zijn kracht zetten. ‘Het is onze overtuiging dat de werklocatie van een bedrijf een grote pijler is in de bedrijfsstrategie en in het welzijn van medewerkers.’
De kantoorruimte van Muurbloem, gevestigd in een historisch pand aan de Draaiweg in Utrecht, ademt – uiteraard – creativiteit. Er liggen uitgesproken vloerkleden onder de bureaus, er hangt een enorme kroonluchter aan het plafond en de muren worden overlopen door een spoor van kleine, zwarte krokodillen. ‘Het is een beetje practice what you preach’, zegt Robert Westerveld, lead interior designer bij Muurbloem. ‘Het zou toch gek zijn dat wij bij anderen gedurfde keuzes maken, maar ons eigen kantoor een dertien-in-een-dozijn uitstraling heeft. Onze naam klinkt weliswaar lief, maar we zijn best wel avontuurlijk.’
ONTWERPEN VOOR UNIEKE BEDRIJVEN
Naast Robert zit Gonnette Smits, die samen met haar partner Bart van de Kerkhof, oprichter is van Muurbloem. ‘We begonnen in 2000 met Muurbloem, met dat wat in de naam verscholen ligt: de muur is het onderwerp, ons draagvlak voor designs. In het begin waren we een surface design studio, maar al gauw voelden we de noodzaak om onze ontwerpen zelf uit te voeren en werden het projecten. We richtten ons vrijwel direct op het bedrijfsleven; hoe kunnen we bedrijven helpen door middel van kleuren en patronen in de architectuur? We doen inmiddels complete interieurs en fungeren vaak als projectmanagementbureau, maar kleuren en patronen zijn de rode draad van onze werkzaamheden gebleven.’
Gonnette Smits en Robert Westerveld
Daar waar kantoren twintig jaar geleden vooral grijs en wit waren, zijn ze tegenwoordig steeds meer uitgesproken en huiselijk. ‘Dat maakt het ook zo’n interessant speelveld voor ons’, aldus Gonnette. ‘Het is vrijwel nooit one size fits all, want elk bedrijf is uniek. Wij zeggen wel eens: we zijn zo moedig als de opdrachtgever durft te zijn. Bedrijven zijn vaak spannender en ambitieuzer dan ze zelf denken. Als we de ruimte krijgen, bijten we ons vast en nemen we de ondernemer mee in een proces dat leidt naar de kern van zijn bedrijf. Het resultaat is een interieurontwerp dat een weerspiegeling is van het DNA van het bedrijf, en dat door iedereen – van bezoekers tot medewerkers – gevoeld wordt.’
SAMEN OP WEG
‘Wat ik zo gaaf vind om te zien,’ vertelt Robert, ‘is dat we echt samen met onze opdrachtgever op weg gaan. Door onze identity screen en moodboards raakt iedereen binnen de organisatie geschoold om naar hun bedrijfspand te kijken door de bril van hun DNA. Dit geeft medewerkers meer begrip van het bedrijf waar ze voor werken en maakt het ook makkelijker om hen mee te krijgen in het transformatieproces. Inspraakprocessen worden hierdoor ook gestroomlijnd, want ook al vindt de één strepen mooi en de ander niet, ze snappen wat de identiteit van het bedrijf is en welke beelden daarbij horen, en daardoor hebben ze meer begrip voor de keuzes die we maken.’
ZEIST - Management Drives moest binnen drie maanden naar een nieuw bedrijfspand. Muurbloem design studio verzorgde op korte termijn de renovatie en inrichting van de monumentale villa aan de Utrechtseweg.
Dat proces begint met het verzamelen van informatie over de opdrachtgever. Gonnette: ‘We zetten onszelf in het begin nadrukkelijk buitenspel, we willen eerst zoveel mogelijk weten van de opdrachtgever. Dat doen we onder andere door middel van interviews met alle afdelingen. In die gesprekken gaat het niet alleen over wie ze nu zijn, maar ook wie ze in de toekomst willen zijn. Zijn er ambities om te fuseren, uit te breiden of juist in te krimpen? Hoe wordt er gewerkt, zijn er bijvoorbeeld vaste plekken of flexplekken? We kijken daarbij ook naar het jasje – het vastgoed: waar zitten ze nu en hoe lang zijn de contracten? Zijn er vergunningen voor uitbreiding nodig of is het misschien juist beter om naar een ander pand te gaan? Met een holistische kijk brengen we het bedrijf in beeld waarbij we veel hebben aan onze inmiddels 25 jaar ervaring in deze business. We hebben zóveel bedrijven gezien, processen leren kennen en mensen ontmoet. We zijn daardoor ook zelf ondernemers, en niet alleen ontwerpers. Dit geeft ons de kunde om inzicht te hebben in waar een ondernemer mee bezig is.’ Robert vult aan: ‘Bouwbegeleiding is een steeds belangrijker onderdeel geworden van onze waardepropositie. We adviseren over vastgoed of uitbreiding, regelen vergunningen en bewaken het budget. En past het financieel gezien toch niet? Dan doen we een soft makeover en doen we een turn-key renovatie wanneer dit wèl verantwoordelijk is. We helpen ondernemers te ondernemen. Dat is onze next level service. Het type stoel of de kleur op de muur is een gevolg daarvan, maar in principe ondergeschikt aan het traject.’
Muurbloem design studio
Draaiweg 51 | 3515 EJ Utrecht 0302714014 | info@muurbloem.com www.muurbloem.com
DE KUNST VAN EEN TRAJECT OP MAAT
v.l.n.r. Dibran Mulder, Marit Oude Engberink en Luc Spaas
Caesar Groep vindt het belangrijk dat medewerkers lekker in hun vel zitten door o.a. vitaliteitscoaching, maar ook gezamenlijke sportmomenten in de vorm van een bootcamp of boksles.
INTERVIEW
CAESAR GROEP
TEKST: STEFAN FORSTEN | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
HET VERSCHIL TUSSEN DE VAKMAN EN VAKMANSCHAP ZIT IN DE MANIER WAAROP JE KENNIS TOEPAST
Toen het team van Caesar Groep hoorde over het thema vakmanschap in deze OnderNamen-editie, sloegen ze hier meteen op aan. Logisch, want “relevant vakmanschap” is een van de strategische pijlers van de IT-dienstverlener uit Utrecht. Wat die relevantie is, leggen CEO Luc Spaas, CTO Dibran Mulder en HR Business Partner Marit Oude Engberink ons haarfijn uit. ‘Vakmanschap kan stoffig klinken, maar bij ons is de échte vakman juist altijd up to date.’
‘WE STIMULEREN DAT IEDEREEN DE BESTE VERSIE VAN ZICHZELF KAN ZIJN’
‘Wat is het verschil tussen een vakman en vakmanschap?’, opent Luc ons gesprek met een bijna filosofisch klinkende vraag. ‘De vakman beschikt over kennis, terwijl vakmanschap gaat over kunde. Het verschil zit in toepasbaarheid. Als ik het vergelijk met een timmerman, zie ik de vakman als iemand die weet hoe een wand of een meubel gebouwd moet worden en hoe je een deur afhangt. De goede timmerman komt bij mij thuis, ziet en hoort ons probleem en weet vervolgens die kennis om te zetten in een op maat gemaakt plan voor mijn probleem. Hij past zijn kennis toe op een manier die voor de klant of opdracht waardevol is. Daaruit blijkt het vakmanschap. Hetzelfde geldt voor onze sector: bovenop stabiele en goede IT, wil je dat de oplossing past bij de klanten en de uitdaging die zij hebben.’
DE VAKMANSCHAP TOOLKIT
‘Net als de timmerman, hebben onze IT’ers ook een vakmanschap toolkit’, vertelt Dibran. ‘Kennis van IT is de basis, maar daarbovenop werken we met bewezen methodes om de beste oplossing te vinden. Een voorbeeld is de theory of constraints van Eliyahu Goldratt; een denkkader om problemen in kaart te brengen. Je kijkt of het probleem en de doelen duidelijk zijn, voordat een stap naar de oplossing gezet wordt. Het voorkomt dat je aan het einde van een project met een prachtige maatwerk IT-oplossing zit, die de vraag áchter de vraag niet oplost, waardoor de klant nog steeds geen optimale oplossing heeft. Door systematisch te werken en kritisch te blijven gedurende het bouwen van een oplossing, zorgen we dat we ons vakmanschap laten zien en waarde toevoegen voor de klant.’
PERSOONLIJK ONTWIKKELTRAJECT
Om te zorgen dat de vakmensen binnen Caesar Groep hun vakmanschap optimaal tot uiting brengen, faciliteert het familiebedrijf vele workshops en cursussen. ‘We hebben met iedereen vier ontwikkelgesprekken per jaar en dit kwartaal starten we met een persoonlijk ontwikkeltraject waar onze medewerkers aan mogen deelnemen’, vertelt Marit. ‘We stimuleren dat iedereen de beste versie van zichzelf kan zijn. Dat betekent dat je je mag blijven ontwikkelen, zowel op technisch als persoonlijk vlak. Maar het betekent ook dat je goed in je vel zit. Daarom kijken we ook met een vitaliteitscoach naar wat iedere collega nodig heeft. Vanuit onze Caesar Academy heeft iedereen de ruimte om workshops en trainingen te volgen, bijvoorbeeld op het gebied van persoonlijk leiderschap, communicatie en nieuwe innovatieve technieken.’
NIET PERSOONSAFHANKELIJK
Achter de vele opleidingsmogelijkheden binnen de groep, zit een duidelijke gedachte, vertelt Dibran: ‘Vakmanschap moet horen bij onze organisatie en niet afhangen van één persoon. Je wil voorkomen dat een klant alleen maar Henk of Susan wil, omdat zij zo goed zijn. Iedereen binnen Caesar Groep moet hetzelfde vakmanschap uitdragen. Uiteraard mag er verschil zijn in kennis en kunde tussen een junior en senior, maar we werken allemaal op dezelfde manier en met dezelfde ondernemendheid en kritische denkwijze. Dat is onze werkwijze en de reden waarom sommige klanten al dertig jaar bij ons blijven.’
FAMILIECULTUUR
Afgelopen jaar volgde Luc oprichter Hans van der Kooij op als CEO van Caesar Groep. ‘Ik vind het belangrijk om de sterke bedrijfscultuur die we al jaren hebben te behouden’, vertelt Luc. ‘Maar ik kwam er ook achter dat we niet direct zicht hadden op de cultuur. Het afgelopen jaar hebben we daarom een inhaalslag gemaakt met het in kaart brengen van wie we willen zijn en of we voldoen aan dat wensbeeld. Als familiebedrijf is er een duidelijke langetermijnvisie, waarbij maatschappelijke betrokkenheid, aandacht voor de klant en hart voor de mens belangrijke waarden zijn. We onderzochten twee dingen: vinden mensen een waarde belangrijk en zijn we er goed in? Ik was erg trots op de uitslag, want wat we belangrijk vinden, daar zijn we volgens het onderzoek ook goed in. Nu is het zaak om de cultuur te onderhouden en ontwikkelen, want ook daarin moeten we relevant blijven. Denk maar zo: wanneer we oma’s normen en waarden van dertig jaar geleden één op één zouden kopiëren naar het nu, zouden we ouderwets en niet succesvol zijn. Hoewel de uitgangspunten van haar normen en waarden misschien hetzelfde blijven, geven jongere generaties hier nieuwe invullingen aan. Werk-privebalans is een duidelijk voorbeeld van zo’n verschillende invulling van generaties. Die veranderingen omarmen we binnen onze familiecultuur en faciliteren we met huisvesting, thuiswerken en arbeidsvoorwaarden. Alles is er op gericht dat iedereen de ruimte krijgt om de beste versie van zichzelf te zijn en uit te blinken in vakmanschap.’
Caesar Groep Janssoniuslaan 80 | 3528 AJ Utrecht 0882404200 | info@caesar.nl www.caesar.nl
Marco van Leeuwen en Kemal Koyuncu
Kaarten delen, geld wisselen voor fiches en de winnaars van een spel hun winst uitkeren. Het zijn de taken van een croupier die iedereen wel kent. Maar naast het begeleiden van de diverse tafelspelen komt er nog veel meer kijken bij hun werk. Holland Casino Utrecht nodigde ons in het kader van het thema vakmanschap uit om mee te lopen met croupier Marco van Leeuwen en toezichthouder Kemal Koyuncu.
In de centrale speelzaal van het in 2022 opgeleverde Holland Casino Utrecht aan de Winthontlaan worden we met een brede glimlach ontvangen door Kemal. Hij werkt al ruim 23 jaar bij Holland Casino Utrecht, waarvan acht jaar als croupier. Inmiddels is hij alweer enkele jaren toezichthouder, of zoals ze in Las Vegas zeggen: pit boss. ‘Als toezichthouder ben je verantwoordelijk voor een eiland met verschillende speeltafels’, vertelt Kemal. ‘Zo’n eiland heet een pit. We zijn een extra paar ogen op deze tafels en zijn het eerste aanspreekpunt voor zowel de croupiers als gasten. We zien erop toe dat het spel eerlijk en verantwoord gespeeld wordt. Wanneer er onduidelijkheid aan tafel is, bijvoorbeeld over welk fiche door wie is ingezet, ben ik degene die met cameratoezicht belt om het te laten nalopen. Daarnaast zijn we samen met de croupiers de oren en ogen op de vloer om gokverslaving en witwaspraktijken te voorkomen.’
AAN TAFEL
Kemal neemt ons mee naar de zaal waar de speeltafels staan. Hier ontmoeten we aan de roulettetafel ook croupier Marco. ‘Roulette en poker zijn voor croupiers de meest complexe spellen’, vertelt Marco. ‘Roulette is misschien simpel voor de gast, maar er zitten heel veel regels en procedures aan vast voor een croupier en je bent continu aan het multitasken. De training voor roulette duurt daarom ook zes weken, waarin je stapsgewijs alle procedures en regels leert. Je bouwt het spel stapsgewijs op en leert bijvoorbeeld dat je voor de veiligheid en transparantie alles moet laten zien aan de camera’s. Als ik geld door mijn handen krijg doe ik standaard dit.’ Marco klapt in zijn handen en laat ze open zien. ‘Dat heet handen wassen; Een beweging waardoor de camera ziet dat ik niets in mijn handen heb. Als gast sta je daar niet bij stil, maar voor ons is dat een automatisme. Het gaat zelfs zo routinematig dat ik mezelf er wel eens op betrap wanneer ik bij de bakker een brood koop. Dat automatisme is heel belangrijk, want dat betekent dat ik tijd en ruimte heb om de gasten aan tafel te entertainen. Want uiteindelijk gaat het daarom.’
GASTHEER EN ENTERTAINER
Dat het werken in het casino een vorm van entertainment is, beaamt Kemal meteen. ‘Een groot deel van ons werk heeft te maken met gastvrijheid’, vertelt hij. ‘Je zorgt naast het toezicht op het spel dat de sfeer goed blijft, door mensen welkom te heten en even een grapje tussendoor
te maken. Een casino is niet alleen spel, maar ook lekker eten, live muziek, gezellig een drankje doen met vrienden; de gast entertainen hoort er dus bij. Dat doen de croupiers aan tafel uiteraard ook. Die maken er als het even kan ook een showtje van. Je ziet daarin wel een verschil tussen beginnend croupiers en de ervaren spelleiders zoals Marco. Een beginnend croupier moet zich nog focussen op het spel en alle procedures. Je merkt gedurende de eerste weken dat er steeds meer ruimte ontstaat in het hoofd en dat hun blik steeds meer van de tafel naar de gasten aan tafel gaat. Dat blijft een leuk proces om te zien.’
WISSELING VAN DE WACHT
Na een half uur bij de roulettetafel wordt Marco afgelost door een collega-croupier. ‘Elke avond lopen we langs vier tafels’, legt Marco uit. ‘We staan maximaal een half uur bij een tafel en na twee tafels hebben we verplicht een korte pauze. Die pauze is belangrijk voor de concentratie. Je hebt veel aan je hoofd, want je begeleidt het spel en bent continu aan het hoofdrekenen, terwijl gasten tegelijk vragen om geld te wisselen. Dan zijn de pauzes belangrijk om even het hoofd leeg te maken.’
In dit geval is het geen pauze voor Marco, maar staat hij gepland bij de blackjacktafel in NXT, de speelzone waar beginnend spelers kennis kunnen maken met de verschillende spelen. ‘Ik vind dit één van de leukste plekken om te staan’, vertelt Marco. ‘Het is allemaal wat losser, er staat een lekker muziekje aan en gasten zijn blij met iedere winst die ze behalen. Hier gaan soms mensen uit hun dak omdat ze een tientje winnen. Dat is prachtig om te zien. Zij komen voor een leuke avond uit en dat wij daar aan bij mogen dragen vind ik fantastisch.’
Als wethouder heb ik het voorrecht om bij veel organisaties en bedrijven een kijkje in de keuken te krijgen. Deze werkbezoeken zijn een van de leukste en meest interessante dingen van mijn beroep. Het is altijd indrukwekkend te zien hoe hard en creatief ondernemers werken aan waardevolle innovaties voor de stad.
Een kleine greep uit de bedrijven die ik de afgelopen tijd heb bezocht: een naaiatelier dat nieuwe kleding maakt uit restpartijen textiel. Een ondernemer die medische instrumenten repareert. Een circulair fietsbedrijf dat oude fietsen opknapt en ze vervolgens via een deelabonnement aanbiedt. Wat al deze bedrijven met elkaar verbindt: ze bestaan dankzij vakmanschap. Dankzij het sleutelen en repareren, de zorgvuldige omgang met materialen en de trots voor het eindproduct.
Bijzonder toch hoe wij het vakmanschap vergeten lijken te zijn. Want zonder vakmensen zouden we als stad nergens zijn. Vakmensen zijn essentieel voor de economie van Utrecht. Juist voor de sectoren die voor onze toekomst belangrijk zijn, zoals zorg, de energietransitie en de circulaire economie. Wat we soms ook vergeten: vakmanschap is juist heel erg van nu. Neem bijvoorbeeld het fietsbedrijf waar ik op bezoek was. Daar worden fietsen opgeknapt die vervolgens met een abonnement aangeboden worden in de deeleconomie.
Wij zoeken als gemeente naar meer plekken om vakmanschap te vieren en te stimuleren. Zo komt er een Regionaal Talentenfonds dat inwoners met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt ondersteunt in bij- of omscholing. Hierdoor kunnen zij als vakmensen aan de slag in sectoren met grote tekorten, zoals de zorg. Daarnaast werken we samen met Utrechtse mbo-opleidingen om vakmanschap te waarderen en te bevorderen door middel van campagnes en loopbaanoriëntatie. Er zijn ook plekken voor wie zich wil oriënteren op een carrière in de techniek. Ik noem er een paar: de Beroepentuin, Techgrounds en de Techniek Doe Dag.
Binnen enkele maanden voegen we bovendien een nieuwe plek toe aan de stad waar vakmanschap in de etalage wordt gezet: het eerste Utrechtse Upcyclecentrum. Dit centrum, dat begin volgend jaar zijn deuren opent bij het Hof van Cartesius, wordt een plek waar materialen en spullen voor hergebruik kunnen worden aangeboden. In 2025 openen we een tweede centrum in Lunetten. Deze centra zullen niet alleen hergebruik en upcycling bevorderen, maar ook vakmensen een platform bieden om hun vaardigheden te delen en verder te ontwikkelen. Dankzij Europese subsidies kunnen we deze centra uitbreiden naar plekken waar mensen opgeleid kunnen worden in het hergebruik van materialen en demontage van voorwerpen zoals – ik noem maar wat – een boormachine met een oude accu. Het Upcyclecentrum is een van de concrete stappen die we als stad zetten richting een circulaire economie. Een economie waarin we hergebruiken in plaats van produceren en waarin weggooien niet meer de standaard is. Vakmensen zijn cruciaal voor deze economie. Heel goed dus dat OnderNamen in deze editie voor dit thema heeft gekozen!
Susanne
‘Zonder vakmensen zouden we als stad nergens zijn’
SUSANNE SCHILDERMAN IS SINDS JUNI 2022 WETHOUDER IN UTRECHT, ONDER ANDERE VOOR ECONOMISCHE ZAKEN, CIRCULAIRE ECONOMIE, FINANCIËN EN OPENBARE RUIMTE. ZE VERTELT ONS OVER HET TOEKOMSTBEELD VOOR ONDERNEMEND UTRECHT EN HAAR WAARNEMINGEN IN DE UTRECHTSE ECONOMIE.
COLUMN
VAKMANSCHAP BLIJFT, MAAR HET GEREEDSCHAP VERANDERT
EN DAT IS (SOMS) MAAR GOED
TEKST: KELLY BAKKER & ROSANNE ZIJERVELD-BADER | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
OOK!
Toen wij hier op kantoor een rondje deden met de vraag waar iedereen aan moest denken bij het woord “vakmanschap”, kwam een aantal antwoorden meerdere keren terug: schoenmaker, edelsmid, lasser, schilder, slager, kapper en glasblazer waren onder andere een paar van de beroepen die regelmatig genoemd werden. Gek genoeg noemde niemand bijvoorbeeld een architect, grafisch vormgever (notabene de functie van een aantal collega’s), fysiotherapeut en andere beroepen die we in de huidige arbeidsmarkt kennen. Het lijkt erop dat we vakmanschap vooral associëren met (oudere) ambachten en dat is natuurlijk niet helemaal terecht. In dit themaverhaal zoomen we in op de veranderingen rondom vakmanschap en vergelijken we de theorie met verhalen uit de praktijk.
Ondanks dat vakmanschap dus vaak geassocieerd wordt met ambacht, betekent het iets anders. Vakmanschap is (volgens de Van Dale) “grote bekwaamheid in een vak”, terwijl ambacht de betekenis “vak waarbij je iets met de hand maakt” krijgt. Een vakman is dus niet per definitie iemand die met zijn handen werkt. De Amerikaanse arbeidssocioloog Richard Sennett beschrijft vakmanschap als volgt: “een niet-aflatende, basale menselijke impuls, de wens een werk goed te doen omwille van dat werk zelf”. Dat zegt eigenlijk dat iedereen die zijn best wil doen in zijn baan, een vakman is. Een docent die ieder kind naar een hoger niveau wil brengen en sociale vaardigheden bij wil brengen, is net zo goed een vakman als een boer die gezonde voeding wil produceren. Iemand die de machines op een boorplatform afstelt, is net zo goed een vakman als de hovenier die tuinen tot in de perfectie vormgeeft.
Is iedereen dan maar een vakman of een vakvrouw? In zekere zin wel, maar het is niet vreemd dat we deze term toepassen op beroepen die uit worden gevoerd door “makers” of “doeners”. We associëren een vakman namelijk ook vaak letterlijk met een gereedschapskist. Vol met hamers, schroevendraaiers en verfkwasten waar de makers natuurlijk niet zonder kunnen. Wat dan gek is, is dat we een laptop, softwareprogramma of rekentool – het gereedschap dat voor een groot deel van de werkende bevolking van levensbelang is – niet onder die categorie schuiven. Terwijl juist dát gereedschap aan zoveel verandering onderhevig is. Neem die architect waar ik eerst over sprak: die gebruikt inmiddels meer dan alleen een potlood.
TECHNOLOGIE
Door de verschillende revoluties in de afgelopen eeuwen zijn vele beroepen veranderd of zelfs verdwenen. Vakmanschap is bij uitstek iets dat door de mens wordt vormgegeven, maar technologie heeft daarin behoorlijk wat teweeggebracht. Neem een automonteur; die is tegenwoordig meer ICT’er dan dat hij met zijn handen bezig is. Een tandtechnicus gebruikt vooruitstrevende technologieën om complexe handelingen in zijn vakgebied uit te voeren. En een chirurg gebruikt steeds vaker een robot ter ondersteuning van het delicate werk dat hij uitvoert. Dus: de vakmanof vrouw blijft, maar het gereedschap breidt uit of wordt zelfs makkelijker of beter. Wie daar niet of niet op tijd in mee (wil) gaan, of te laat is met het investeren in de nieuwste spulletjes, zal uiteindelijk zijn vak niet meer uit kunnen oefenen. Efficiëntie, automatisering en kostenbesparing zorgen voor een andere invulling. Vakmanschap houdt dus niet op, het wordt anders.
En dat is in de meeste gevallen maar goed ook. De stratenmaker van vijftig jaar geleden kon uiterlijk tot eind veertig zijn beroep uitoefenen, omdat zijn lichaam het begaf. Nu kan diezelfde “maker” door middel van machines zijn hele loopbaan zijn geliefde vak uitvoeren. Of neem de timmerman: die kan het zagen aan machines overlaten,
waardoor hij zich kan focussen op het lichtere werk. Waar al deze veranderingen vaak zorgen voor angst vooraf, kunnen we nu wel concluderen dat de meeste technologische ontwikkelingen ons leven makkelijker hebben gemaakt en veel (bouw)processen hebben versneld.
AI
Over angst gesproken: wat kunnen we – al pratend over vakmanschap in de nazomer van 2024 – nog zeggen over de komst van AI? In hoeverre gaat dat de vakmannen uitroeien? Helemaal niet, als je het ons vraagt. De vakman die zijn best doet, vanuit innerlijke passie, om het best mogelijke eindproduct neer te zetten, daar komt een datamodel niet bij in de buurt. Het is slechts een stukje nieuw gereedschap dat het vak voor mensen makkelijker kan maken. Met de nadruk op “voor mensen”, want juist het menselijke onderscheidingsvermogen is van levensbelang in een geautomatiseerde wereld.
‘WE MOETEN AI LATEN DOEN WAAR HET GOED IN IS EN MENSEN INZETTEN WAAR
WIJ HET BESTE IN ZIJN’
Althans, dat zegt psycholoog Gerd Gigerenzer. Hij vindt dat we onze hersenen juist nog meer in moeten zetten in de omgang met algoritmes. ‘We moeten AI laten doen waar het goed in is en mensen inzetten waar wij het beste in zijn. Onze hersenen hebben miljoenen jaren evolutie achter de rug en zijn juist erg goed om met onzekerheden om te gaan, ongeacht of er veel of weinig informatie beschikbaar is. We weten niet hoe je dat in een computer krijgt. Een schaakcomputer heeft er bijvoorbeeld geen idee van dat hij aan het schaken is. Een computer kan ook onze kinderen niet opvoeden, vindt niet de liefde van ons leven en is niet in staat om de wereldmacht over te nemen. In onzekere situaties heb je zowel menselijk beoordelingsvermogen als transparantie nodig.’ Tel daar nog eens bij op dat AI vooral een kopieerapparaat is en dus niet origineel kan zijn. En, ja, het is misschien een oneerlijke vergelijking, maar
AI kan voorlopig nog geen huizen bouwen. We zullen onze vakmannen en -vrouwen nodig blijven hebben voor het fysieke werk. Het ambacht dat uit de handen van mensen komt, en zéker het soort werk dat om aanpassingsvermogen vraagt, is voor een computer of machine anno 2024 toch echt nog een brug te ver.
LEES ALLE REPORTAGES VERDEROP IN HET MAGAZINE
Uiteraard konden we het voor dit unieke themaverhaal niet laten om een paar regionale ambachtslieden te interviewen die stuk voor stuk een vak uitoefenen dat al eeuwenlang bestaat. De rode draad? Passie, passie en nog eens passie.
Edwin restaureert al meer dan dertig jaar houten objecten uit de Middeleeuwen
Lees het verhaal op bladzijde 32
Jan en Annalies runnen één van de oudste ambachtelijke bakkerijen van Nederland
Lees het verhaal op bladzijde 42
Wilco Weijs is een van de weinige zeilmakers in Midden-Nederland
Lees het verhaal op bladzijde 62
Glasblazer Bart Rentmeester leerde zijn ambacht in Australië
Lees het verhaal op bladzijde 76
INTERVIEW
ROM UTRECHT REGION
TEKST: STEFAN FORSTEN | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
EDIH DIGITAL HUB NOORDWEST BIEDT ONDERNEMERS KOSTELOOS HULP BIJ DIGITALE INNOVATIES
AI, robotisering, 3D-printing. Digitale innovaties tillen organisaties naar een volgend niveau. Mits ze uiteraard slim en nuttig worden toegepast. Dat laatste vraagt om onderzoek en goede kennis van de materie. Niet per se iets dat de gemiddelde mkb-onderneming standaard in huis heeft. Het Europese programma EDIH helpt ondernemers op weg. Door te onderzoeken waar innovatie- en digitaliseringskansen liggen, door kennis te delen én door de juiste partijen aan elkaar te verbinden. Erwin van Eijden, vanuit ROM Utrecht Region aangesteld als programmamanager EDIH Digital Hub Noordwest, vertelt ons er meer over.
WAAR STAAT EDIH VOOR?
Erwin: ‘EDIH is een afkorting van European Digital Innovation Hub. Het programma is anderhalf jaar geleden gestart en ondernemers kunnen bij ons terecht wanneer zij vragen hebben over mogelijkheden om nieuwe technieken te gebruiken in hun bedrijf. EDIH is een initiatief van de Europese Unie en wordt mede gefinancierd door het Ministerie van Economische Zaken en de provincies. Doel van het programma is om ondernemingen te helpen innoveren op het gebied van onder andere AI, robotisering, 3D-printing en (big) data.’
WAT HEEFT ROM UTRECHT REGION MET EDIH TE MAKEN?
‘Wij zijn zogeheten penvoerder voor EDIH Digital Hub Noordwest. Het programma EDIH draait in heel Europa, maar is opgedeeld in regionale hubs. Onze hub richt zich specifiek op de provincies Utrecht, Flevoland en Noord-Holland. Als penvoerder zorgt de ROM voor de coördinatie van de activiteiten en de afstemming met de betrokken partners. Het programma raakt bovendien de doelen en doelgroepen die ROM Utrecht Region ook heeft. Zo werken we beide binnen sectoren als de zorg, games en media, duurzaamheid, bouw en vervoermiddelen.’
WELKE ONDERNEMERS KUNNEN HIER GEBRUIK VAN MAKEN?
‘Dat is heel breed. Eigenlijk iedere mkb-ondernemer met een vraag over digitale innovatie kan bij ons terecht, van
simpel tot complex. Iemand die bijvoorbeeld zoekt naar alternatieven voor de inkoop of productie van onderdelen, heeft misschien interesse in 3D-printing. Een productiebedrijf kan vragen hebben over hoe AI helpt bij het voorspellen van onderhoud van de machines en een onderneming met veel data kan als vraag hebben hoe zij alle data kunnen gebruiken om hun processen beter te stroomlijnen. In de kern gaat ons programma over de vraag wat digitale innovaties kunnen betekenen voor je onderneming. Of ze nu groot of klein zijn.’
WAT ALS JE NOG GEEN IDEE HEBT OF DIGITALISERING IETS
VOOR JOUW BEDRIJF IS?
‘Ook dat is in feite een vraag. We hebben hiervoor een hulpmiddel om de mogelijkheden naar boven te krijgen: een digital maturity assessment. Deze vragenlijst over wat je al toepast in je onderneming kan tijdens het kennismakingsgesprek weergeven waar je staat en geeft tegelijk weer waar je kansen liggen. Dat is een goed startpunt. Daarnaast hebben we verschillende workshops die helpen ontdekken wat binnen jouw bedrijf mogelijk is, zonder dat technische voorkennis nodig is. Het is een belangrijke eerste stap richting digitalisering. Dat geven we deelnemers ook altijd mee: begin klein en ga stap voor stap verder. Kleine stappen kunnen soms al grote effecten hebben. Gedurende het proces vergaar je steeds meer kennis en leer je ook bedrijven kennen die je kunnen helpen in je ontwikkeling.’
MET WAT VOOR VRAGEN KUNNEN ONDERNEMERS NOG
MEER BIJ JULLIE TERECHT?
‘Dat ligt helemaal aan de doelen van de ondernemer. Als je het kennisniveau binnen je bedrijf voor bepaalde onderwerpen wilt vergroten, kun je bijvoorbeeld één of meerdere workshops volgen bij onze partners over een voor jou kansrijk thema, zoals AI of data. Ondernemers die al wat verder in het digitaliseringsproces zijn en bijvoorbeeld al concrete ideeën hebben over de toepassing van 3Dprinting of robotisering, kunnen aan de slag met een zogeheten proof of concept. In samenwerking met een van
‘ONZE KOSTEN ZIJN ALLEMAAL GEDEKT, DUS ALS BEDRIJF KUN JE DE PORTEMONNEE THUISLATEN’
Erwin van Eijden
onze partners werk je dan samen aan het ontwikkelen van een prototype. Zo kun je testen of aannames juist zijn en jouw gewenste oplossing je écht verder gaat helpen. En tussen deze twee opties liggen nog legio andere mogelijkheden. Het programma is vraaggestuurd maatwerk. De invulling hangt af van de vraag van ondernemer.’
IS DIT ALLEMAAL GRATIS VOOR DE ONDERNEMER?
‘De EDIH is kosteloos maar niet gratis, zeg ik altijd. Onze kosten zijn allemaal gedekt, dus als bedrijf kun je de portemonnee thuislaten. Je moet echter wel tijd investeren om de mogelijkheden voor jouw onderneming te verkennen. Geld kost het dus niet, maar wel tijd en motivatie.’
WAT KUNNEN BEDRIJVEN DOEN DIE DIT INTERESSANT VINDEN?
‘Ik nodig iedereen uit die dit leest om contact met me op te nemen. We kunnen dan starten met een kennismaking en daarin samen kijken wat er mogelijk is. Of je nu een specifieke vraag hebt of gewoon eens wilt oriënteren waar er binnen jouw onderneming digitaliseringskansen liggen.’
Scan de QR-code voor de laatste updates van EDIH Digital Hub Noordwest
EDIH Digital Hub Noordwest info@edih-dhnw.nl www.edih-dhnw.nl
ROM Utrecht Region Euclideslaan 1 | 3584 BL Utrecht 0850221344 | info@romutrechtregion.nl www.romutrechtregion.nl
2024 is een feestelijk jaar voor Vakgarage Voskuilen. Het bedrijf bestaat twintig jaar en dit wordt het hele jaar door gevierd met allerlei festiviteiten voor zowel klanten als medewerkers. Dit is ook het jaar waarin het bedrijf tot finalist is uitgeroepen voor ‘Onafhankelijk Autobedrijf 2024’ door BOVAG. De winnaar is op 1 oktober bekendgemaakt tijdens het landelijk jaarcongres in de Fabrique in Utrecht, maar was bij de deadline van dit magazine nog niet bekend. Als klap op de vuurpijl werd tijdens dit event de nieuwe naam bekendgemaakt: Vakgarage Voskuilen en DOCHTERS.
De toevoeging DOCHTERS verwijst niet alleen naar dochters Anthoniek en Marie-Lou die beiden in het bedrijf een rol hebben. Het verwijst naar alle moderne waarden en inclusiviteit binnen het autobedrijf. In de werkplaats, bij de receptie, administratie, verkoop en directie, overal vind je vrouwelijke collega’s.
‘Wij maken ons sterk voor vrouwen in de techniek’, vertelt Ernestine Voskuilen enthousiast. ‘Wij stimuleren vrouwen om in de automotive-branche te komen werken. Er zijn volop carrièrekansen in onze branche. Op deze manier willen we dat meer vrouwen financiële onafhankelijkheid kunnen opbouwen in een traditioneel mannelijke branche.’
Samen met haar man Henk richtte ze het bedrijf op in 2004. In eerste instantie waren er plannen voor de horeca, maar uiteindelijk werd het een autobedrijf. Mede door de passie van Henk voor sleutelen. Een schot in de roos, want gestaag breidde het bedrijf zich uit. Vakgarage Voskuilen en DOCHTERS is
Marie-Lou, Ernestine en Anthoniek Voskuilen
‘HET IS ZO WAARDEVOL OM TE KIJKEN HOE ANDEREN HUN PROCESSEN INRICHTEN’
uitgegroeid tot een allround autobedrijf en heeft inmiddels ruim dertig medewerkers in dienst.
DE VROUWELIJKE TOUCH IS VOELBAAR
De vrouwelijke touch is door het gehele bedrijf voelbaar. Op Valentijnsdag ontvangt iedereen een lief presentje om te laten weten dat er aan hen gedacht wordt. De kerstpakketten zijn gepersonaliseerd en worden vergezeld door een handgeschreven persoonlijke boodschap. Er wordt veel aandacht besteed aan teambuilding en uitjes met elkaar, om elkaar buiten de werkvloer beter te leren kennen. Tijdens de bekendmaking van de verkiezing voor ‘Onafhankelijk Autobedrijf 2024’ gaan alle medewerkers mee. Er is een dresscode bekend en een kapper geregeld. Marie-Lou zorgt voor iedere medewerker voor de juiste accessoires bij de outfits.
Ernestine: ‘Onze branche is heel geschikt voor vrouwen om in te werken. Ze zijn nauwkeuring, vriendelijk en gastvrij. Het vraagt om een andere manier van werven om vrouwen aan te trekken. En dat snappen we. Zo leiden we iedereen intern op. Ik coach de dames één-op-één om mijn kennis over te brengen.’ Twee medewerkers zijn bijvoorbeeld van de zorg overgestapt naar het autovak.
Anthoniek is trots op de manier waarop haar ouders het bedrijf hebben opgebouwd. In haar functie als verkoopmanager zal ze steeds meer taken gaan overnemen van haar ouders. ‘Het is de bedoeling dat ze langzaam wat meer op de achtergrond gaan opereren. En dat ik samen met onze bedrijfsleider Jochem van Goor de dagelijkse leiding overneem.’ Sinds begin dit jaar werkt ze fulltime binnen het bedrijf. ‘Hiervoor heb ik ervaring elders opgedaan. Het is zo waardevol om te kijken hoe anderen hun processen inrichten. Daar heb ik veel van geleerd.’ Zus Marie-Lou houdt zich onder andere bezig met marketing en communicatie binnen het bedrijf. ‘We zijn een familiebedrijf en dat voel je. Ieder heeft zijn of haar eigen rol, maar we doen dit met elkaar.’
AUDITS AUTOBEDRIJF VAN HET JAAR
De nominatie voor Onafhankelijk Autobedrijf van het jaar betekende al een feestje bij Vakgarage Voskuilen
en DOCHTERS. Toen ze tot één van de drie finalisten werden benoemd, steeg de spanning. ‘De weg ernaartoe is heel bijzonder’, vertelt Anthoniek. ‘Je neemt alle processen binnen het bedrijf onder de loep. Hoe lopen deze? Is dit nog logisch? Is het nog actueel? De jury licht alles door. Van het team tot aan MVO-vraagstukken.’
Marie-Lou: ‘In twee dagen tijd zijn we bezocht door vijf juryleden die onafhankelijk van elkaar een kijkje kwamen nemen. Je wil dan alles op orde hebben. Het vraagt wel wat, maar het brengt je tegelijkertijd veel. In ieder geval een scherpe blik op je eigen processen.’
Het jubileumjaar voor Vakgarage Voskuilen en DOCHTERS is nog niet voorbij. Aankomende december hosten ze het OnderNamen-event. En er staat onder andere een benefietgala voor de Rotary Houten op het programma.
RESTAURATIE DOMTOREN: UNIEK VAKMANSCHAP VERDIENT EEN GOUDEN KRANS
Bij ons thuis werden er altijd, als het ging om goed ondernemerschap in de houthandel en het leveren van hout, drie zaken voorop gezet: kwaliteit, op tijd en voor een goede prijs. Als je dat principe trouw blijft heb je alle ingrediënten voor een duurzame en terugkerende relatie met je klanten en daarmee de beste basis voor een toekomstbestendig bedrijf. Een cruciale randvoorwaarde om altijd op tijd en kwaliteit voor een goede prijs te leveren, is vakmanschap op alle niveaus.
Verkoop, productontwikkeling, ontwerp, werkvoorbereiding, calculatie, productie, leveren, installeren, service, communicatie, facturering en natuurlijk het overall klantencontact, zowel aan de inkoop als aan de verkoopkant. Dat vereiste vakmanschap op alle niveaus vraagt om een breed gedragen bedrijfscultuur die van hoog tot laag in de gehele onderneming wordt nageleefd. Makkelijk verwoord, maar oh zo uitdagend om consistent en consequent uit te voeren. Als je daar als ondernemer samen met je leveranciers, je opdrachtgevers en alle andere betrokkenen in slaagt, dan is dat ondernemend vakmanschap dat écht een goudomrande krans verdient.
Een onderneming die er in mijn ogen de afgelopen jaren met glans in is geslaagd zo’n vakmanschap-krans te verdienen is Aannemingsbedrijf Nico de Bont. In samenwerking met restauratiearchitect Karlijn de Wild van Rothuizen Architecten heeft Nico de Bont op weergaloze wijze de restauratie van de Domtoren ter ‘vakmanschapshand’ genomen. En zijn ze er in geslaagd om op tijd, binnen budget en met een ongekende kwaliteit het icoon van de Domstad z’n glans terug te geven.
Vanuit Utrecht Marketing zijn we verantwoordelijk voor de exploitatie van de toren en hebben we het hele restauratieproces van dichtbij mogen meemaken en kunnen volgen. Het resultaat is indrukwekkend. Zowel het restauratievakwerk als ook de projectplanning, de budgettering en ook het hergebruik van het restmateriaal en de ornamenten die zijn vervangen. Dankzij dit project, “Van Dom tot Steengoed”, hebben we in samenwerking met de gemeente Utrecht, stichting Utrechts Eigen Dom en Brokkenmakers de financiering van het nieuwe lichtproject van de toren mogelijk gemaakt.
Als je het overall resultaat van het restauratieproces ziet, durf ik wel te stellen dat deze restauratie op klassieke Utrecht-stijl heeft plaatsgevonden: samen, niet aflatend, met veel drive, passie en samenwerkingsbereidheid werken aan een eindresultaat dat in de wereld z’n gelijke niet kent. Met recht vakmanschap van de bovenste plank waar we in Utrecht ongelofelijk trots op mogen zijn. Vakmanschap met een gouden krans!
‘Ze zijn er in geslaagd om op tijd, binnen budget en met een ongekende kwaliteit het icoon van de Domstad z’n glans terug te geven’
DIRECTEUR-BESTUURDER UTRECHT MARKETING. DNA: POSIMIST VAN GEBOORTE. RICHT ZICH OP DE POSITIEVE ZAKEN IN HET HEDEN EN BLIKT OPTIMISTISCH NAAR DE TOEKOMST. RICHT ZICH OP WERKLUST, OPLOSSINGEN EN RESULTATEN, BINDT, BETREKT, SCHAKELT EN... PRESTEERT MET PRET
WWW.UTRECHTMARKETING.NL
C.JANSEN@UTRECHTMARKETING.NL @CORJANSEN
COLUMN
THEMA REPORTAGE
EDWIN RESTAUREERT AL
MEER DAN DERTIG
JAAR
HOUTEN OBJECTEN UIT DE
MIDDELEEUWEN
In zijn atelier in Nieuwegein staat een groot zwart houten paneel uitgestald. De sierlijke tekst die die erop staat is nauwelijks meer leesbaar. Onder andere dat probeert Edwin als ervaren restaurator te herstellen. ‘Dit is een paneel uit 1651 en het hing in een van de eerste protestante kerken van Nederland, in Oudeschild op Texel. De kerk –en daarmee dit paneel – was bestemd voor de schippers van de VOC-schepen, om de Lieve Heer om een goede tocht te vragen.’
‘Het bord bestaat uit oude houten planken die op zich in een goede staat verkeren, maar al wel een paar keer gerestaureerd zijn. Ik maak eerst het hout in orde, zodat ik het weer tegen het frame kan schroeven. De achterkant verstevig ik met dun triplex. Daarna moet ik kijken wat ik met de laag doe die eroverheen zit. De tekst is nu onleesbaar, dus ik moet kijken hoe ik het weer leesbaar krijg. Maar je moet eerst goed weten wat er allemaal voor lagen zitten.’
‘In het restauratievak is het tegenwoordig mogelijk om objecten op moleculair niveau met moderne wetenschap te onderzoeken, waardoor je precies weet wat er allemaal onder het oppervlak zit. Dat is een stukje digitalisering, maar komt het werk wel ten goede. Er is in Nederland nu ook een universitaire opleiding “Conservering en restauratie” op de UVA, die is gekoppeld aan het Rijksmuseum. Ook
dat is een goede ontwikkeling, want dan blijft het niveau van restauratoren hoog. Maar uiteindelijk moet er toch een mens met zijn handen aan zo’n object zitten en het fijne werk doen. Daarvoor moet je kennis hebben van materialen én van geschiedenis. Dat is één van de mooiste dingen van mijn vak: ik reis constant in de tijd.’
DAT IS ÉÉN VAN DE MOOISTE DINGEN VAN
MIJN VAK: IK REIS
CONSTANT IN DE TIJD.’
INTERVIEW
VAN DIJK TRUCKS
TEKST: KELLY BAKKER | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
INZICHT IN JOUW TRANSPORTTOEKOMST
Emissieloos rijden. Het is en blijft één van de uitdagingen voor de toekomst voor veel ondernemers met een wagenpark. Vanaf januari 2028 kun je niet meer met een dieselbedrijfswagen een zeroemissiezone van binnensteden in; vanaf 2030 geldt dat ook voor vrachtwagens die op diesel rijden. Bij Van Dijk Groep zijn ze zich al een paar jaar aan het klaarstomen voor deze mobiliteitsuitdagingen. De komst van twee nieuwe elektrische Renaultbedrijfswagens (Trafic en Master) maakt het aanbod aan geëlektrificeerde voertuigen nog completer.
Van Dijk Groep bedient heel Midden-Nederland met de reparatie, het onderhoud en de verkoop van Volvo Trucks en Renault Trucks en Renault bedrijfswagens. Met een historie van bijna honderd jaar staat het bestaansrecht van Van Dijk Groep buiten kijf. Commercieel directeur Peter Huisman praat ons bij over de nieuwste ontwikkelingen.
‘Door wet- en regelgeving is er heel veel veranderd in de logistieke branche’, aldus Peter. ‘Jaren geleden zijn wij daar al strategisch over na gaan denken; wat kunnen we doen om onze klanten zo goed mogelijk te helpen met de uitdagingen die eraan komen? We hebben met Renault Trucks en Volvo Trucks twee merken die beide heel vooruitstrevend zijn als het gaat om nieuwe, duurzame vormen van transport. Echter, we willen onze klanten ook buiten de verkoop adviseren. Hieruit is Van Dijk Energy ontstaan, waarmee we klanten volledig meenemen in de reis naar emissieloos transport en hen ondersteunen bij de vraagstukken die spelen. We onderzoeken eerst wat een klant wil en waar iemand tegenaan kan lopen. Bijvoorbeeld: zijn er voldoende oplaadmogelijkheden? Is er op de bedrijfslocatie voldoende stroom? Komt de klant uit qua ritten en actieradius? Is de kostprijs in orde? Zijn alle subsidiemogelijkheden in kaart gebracht? Pas als dat soort vragen doorlopen zijn, maak je de stap naar verkoop.’
‘WIJ PRATEN KLANTEN BINNEN ANDERHALF UUR HELEMAAL BIJ OVER DE NIEUWSTE ONTWIKKELINGEN’
BEZWAREN WEGNEMEN
‘We merken dat steeds meer klanten kiezen voor elektrisch rijden. Maar de eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat dit nog vooral gedreven is door subsidies’, aldus Peter. ‘Bij de trucks is één op de zes bestellingen een elektrische, bij de bestelwagens één op de negen. Volgend jaar zal het naar verwachting gaan toenemen; dan is een dieselbedrijfswagen qua aanschaf waarschijnlijk duurder dan een elektrische, omdat de BPM-vrijstelling op de diesel bedrijfswagens verdwijnt.’ De angst die leeft bij ondernemers om elektrisch te gaan rijden, proberen ze bij Van Dijk Energy weg te nemen. ‘Als het gaat om elektrische trucks, zijn de voornaamste bezwaren de kostprijs, de capaciteit van stroom en de beperking in ritten. Ook is de uitvoering van trucks nog niet zo uitgebreid en het laadvermogen speelt bij vrachtwagens ook mee. Bij bestelwagens is de actieradius het grootste bezwaar. Tot voor kort was het ook niet mogelijk om er een aanhanger achter te hangen, maar daar komt met de nieuwe Renault bedrijfswagens verandering in. Het is verder onze taak om uit te leggen wat een elektrische auto kan, maar ook wat de eventuele beperkingen zijn. Daarin zijn we volledig transparant. We brengen de beperkingen in kaart, denken mee en maken de nodige rekensommen voor onze klanten. We hebben hele mooie programma’s om precies te laten zien wat een klant kan doen, wat er nodig is en wat het hem oplevert.’
INTERNE AANPASSINGEN
‘Daarnaast hebben we ruim twee jaar geleden een gespecialiseerde chauffeurstrainer aangenomen’, vervolgt Peter. ‘Hij gaat sowieso altijd mee naar afleveringen, maar traint de chauffeurs ook zodanig dat ze het meeste uit de (elektrische) vrachtwagen kunnen halen qua actieradius en zuinigheid. Hij leert ze om zo te rijden dat ook tijdens het rijden en afremmen stroom wordt opgewekt. We volgen een elektrische truck ook veel langer dan een conventionele. We kunnen traceren of het laden goed gaat, of de wagen goed communiceert met de laadinstallatie, maar ook hoe hij in zijn geheel presteert. Volgt de chauffeur de instructies die we hebben gegeven? Aan de hand van klantgesprekken volgen we de truck weken, maanden of zelfs een jaar. Dat is veel intensiever dan met een dieselvoertuig, omdat het allemaal nieuw is. Met name voor de klant en de chauffeur, maar ook voor ons als organisatie.’
NIEUWE RENAULT BEDRIJFSWAGENS
In september verschenen de nieuwe modellen: de Renault Master in een diesel- en elektrische variant en de vernieuwde en elektrische varianten van de Renault Trafic. Ook de elektrische demowagen van de zwaarste Renault-truck is binnen, waar die van Volvo Trucks er al een tijdje was. ‘Dit is een trekker die goed is voor vijftig ton treingewicht. We hebben dan echt de hele range compleet, waardoor we alle opties goed kunt laten zien. Langzamerhand zullen er steeds meer modellen bij komen. Wij hebben een voorsprong, omdat Volvo Trucks en Renault Trucks al veel elektrische voertuigen hebben rijden. Daardoor hebben we inmiddels de nodige ervaring opgebouwd en kunnen we op maat gesneden advies geven. Dat is voor ons ook een mooie manier om klanten aan ons te binden. Een transporteur is de hele dag bezig met planning, zijn chauffeurs en klanten, maar ze gunnen zichzelf weinig tijd om zich in te lezen in wat de ontwikkelingen zijn. Wij praten ze binnen anderhalf uur helemaal bij en proberen hen waar het kan aan te zetten tot nadenken. Ik vind dit zelf ook een boeiende tijd voor ons bedrijf; we zijn aan het innoveren en we moeten op een andere manier denken. Dat geeft ons ook weer nieuwe energie.’
Van Dijk Energy 0689921571 | info@vandijkenergy.nl www.vandijkenergy.nl
Peter Huisman
INTERVIEW
EVEREST NOTARIAAT
TEKST: BAART KOSTER | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
‘VAKMANSCHAP BEGINT MET GOED TUSSEN DE REGELS DOOR KUNNEN LUISTEREN’
Expertise is vanzelfsprekend en daarom eigenlijk geen gespreksonderwerp, vindt Cok Zijerveld. Vakmanschap in notariële dienstverlening schuilt voor hem voornamelijk in het kennen van je klant, diens behoefte begrijpen en goed bereikbaar zijn. ‘Wij zitten erin om waarde toe te voegen voor onze opdrachtgevers en niet om snel een soort template uit de kast te trekken dat eigenlijk niet helemaal past bij de concrete klantvraag.’
Cok deed een schat aan ervaring op bij een internationaal advocaten- en notariskantoor aan de Zuidas en vervolgens bij een Utrechts notariskantoor. Die carrièrestart leerde hem veel, bijvoorbeeld dat een zelfstandig vervolg de beste weg voor hem was. ‘Ik had mijn eigen visie op service en bedrijfsvoering en wilde daarmee aan de slag, in plaats van een schakeltje binnen grote organisaties te blijven.’
Die ambitie leidde in 2010 tot de oprichting van Everest Notariaat, een specialist in ondernemingsrecht en commercieel vastgoed. Samen met zijn collega’s bedient Cok een mooi bestand dat voor negentig procent uit ondernemers bestaat. ‘Mooi, niet alleen omdat we er druk mee zijn, maar ook omdat onze cliënten bij ons passen. We willen integer en nuchter met hen communiceren en zeggen daarom soms ook “nee” tegen een opdracht. Zo binden we cliënten aan ons voor wie we het verschil mogen maken. Partijen die willen betalen om goed geadviseerd te worden. We bedienen ook regelmatig startups die om goede, gerichte bedrijfsjuridische begeleiding vragen.’
ONLINE: BELANGRIJK, MAAR NIET LEADING
Ook het notariaat heeft met nieuwe ontwikkelingen te maken. Digitalisering is een dominante. Die transitie verdeelt het landschap in twee typen serviceverleners, ziet Cok. ‘Notariaten die eigenlijk een digitaal platform zijn geworden waarbij persoonlijke service compleet is verdwenen. Wij rekenen ons echter tot de andere groep. Weliswaar zijn wij digitaal heel ver, toch is online bij ons in het klantcontact niet leading. Wat niet wegneemt dat we on-
line toepassingen en tools inzetten die het leven makkelijker maken. Want uiteindelijk willen we de gebruikservaring van onze cliënten optimaliseren.’
Gebruiksgemak dat bijvoorbeeld om de hoek komt kijken bij de oprichting van een nieuwe BV, legt Cok uit. ‘Ik moet dan onder meer in kaart brengen welke partij achter die wens zit en hoe deze haar geld verdient. Het is deel van de poortwachtersfunctie die notarissen door de Wwft (Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme –red.) toebedeeld kregen. Het is in zo’n geval uiteraard niet handig om cliënten per post een dikke stapel formulieren te sturen. In het kader van klantgemak hebben we voor dergelijke identificatieprocessen een online portal ontwikkeld waar de formulieren klaarstaan om ingevuld te worden en waarin de cliënt zelf opgevraagde bijlagen kan uploaden. Zo hoeft hij niet steeds naar ons of een andere notaris te gaan om zichzelf te identificeren.’
AANGEBOREN VAKMANSCHAP
Maar waar menig notariskantoor digitalisering tot in extremis heeft doorgevoerd, houden Cok en zijn collega’s ook ruimte om persoonlijk met hun clientèle in contact te staan. Belangrijk, vindt hij, want goede notariële en bedrijfsjuridische service rust juist óók op psychologische pijlers. ‘Empathie, in de zin van begrijpen wat een ondernemer wil, is cruciaal. In ons werk geldt: vakmanschap begint met goed kunnen luisteren. En dan niet alleen naar wat een ondernemer zegt, maar ook naar wensen die achter zijn woorden liggen. Je moet dus ook goed tussen de regels door kunnen luisteren.’
Dat speelt in het bijzonder bij het begeleiden van familiebedrijven. Het is een gelaagd proces, wat zijn weerslag heeft op communicatie, vervolgt Cok. ‘Je hebt met onderstromen, gevoeligheden te maken. Die moet je helder krijgen, zodat je er goed mee kunt omgaan om uiteindelijk een eindproduct op maat te kunnen maken.’ Dat vraagt om vaardigheden die deels trainbaar zijn, maar die
je ook van nature een beetje moet hebben. ‘Ik zie dat als een stukje aangeboren vakmanschap.’ Los van die fijn afgestemde communicatie gaat het uiteraard ook gewoon om nuchtere zaken zoals bereikbaarheid. Cok ziet de digitale transitie dan ook zeker niet als een muur om je achter te verschuilen. ‘Integendeel zelfs; wij krijgen van cliënten ook niet voor niets terug dat we zo benaderbaar zijn en vlot reageren op emails en terugbelverzoeken. Ik hoor soms verhalen van kantoren die pas na een maand of zelfs helemaal niet reageren. Daar kan ik met mijn verstand niet bij. Wij bellen binnen 24 uur terug.’
AI: EEN BONDGENOOT
Cok heeft niet alleen een scherp beeld van zijn cliënt, maar ook van wat hij het notariële landschap noemt. Hij is namelijk lid van De Kamer voor het Notariaat, het tuchtcollege dat klachten over notariële dienstverleners behandelt en beoordeelt. Cok weet dus ook in vergelijkend perspectief precies waar hij over praat als het over goede service gaat. Daarbij komt dat een andere belangrijke innovatie, AI, helpt om ook tuchtrechtelijk tot een goed eindproduct te komen. ‘Voor tuchtrechtspraak geldt vanuit het oogpunt van rechtszekerheid dat vonnissen met elkaar in lijn moeten liggen. AI helpt om casussen snel te kunnen vergelijken en vervolgens een concept uitspraak te formuleren. Zo kunnen we efficiënt tot kwalitatief goede beoordelingen komen.’ Het tekent Cok z’n visie die gebruiksgemak, bereikbaarheid, efficiency en persoonlijke aandacht aan elkaar koppelt. ‘Wij zitten er ook echt in om cliënten die toegevoegde waarde te bieden.’
‘WIJ ZITTEN ER OOK ECHT IN OM CLIËNTEN DIE
TOEGEVOEGDE WAARDE TE BIEDEN’
Everest Notariaat
Ptolemaeuslaan 54 | 3528 BP Utrecht 0852735200 | info@everestnotariaat.com www.everestnotariaat.com
Cok Zijerveld
INTERVIEW STAMHUIS/H2U
TEKST: STEFAN FORSTEN | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
EERSTE WATERSTOFPOMPSTATION LAGE WEIDE UTRECHT EINDELIJK IN AANBOUW
Na jaren van voorbereiding en flink wat hordes en vertraging, is het eindelijk zover voor directeur Henk Stamhuis en financieel directeur Cor bij de Weg van Stamhuis uit Utrecht: er wordt begonnen aan de bouw van het eerste waterstoftankstation op industrieterrein Lage Weide Utrecht. Met hun consortium H2U willen de heren een impuls geven aan het gebruik van groene waterstof (H2) als duurzame brandstof voor transport in Utrecht (U).
Om ondernemers voor te lichten over de mogelijkheden, organiseren ze op 24 oktober de bijeenkomst “Duurzaam Transport, Elektrisch en/of Waterstof” voor geïnteresseerden. Wij gingen alvast langs om meer te weten te komen over deze ontwikkelingen.
Henk Stamhuis en Cor bij de Weg
‘IK GELOOF DAT WATERSTOF DE TOEKOMST HEEFT ALS
DUURZAME BRANDSTOF’
‘Ik geloof dat waterstof de toekomst heeft als duurzame brandstof’, vertelt Henk Stamhuis, die samen met Cor en Berend Schols van ProfiNRG aan de wieg stond van H2U. Als directeur van Stamhuis zoekt hij continu naar manieren om zijn onderneming te verduurzamen. Energiezuinig transport is daar een onderdeel van. ‘Een paar jaar geleden besloten wij drie waterstofvoertuigen voor Stamhuis aan te schaffen via een subsidietraject. Het gaat om drie tweedehands bakwagens die we door een bedrijf laten ombouwen: oude dieselmotor eruit en een elektromotor en waterstof-brandstofcel erin. In oktober 2024 wordt de eerste geleverd en kunnen we ermee de weg op. Het grote voordeel van waterstof ten opzichte van een elektrisch aangedreven auto is het bereik. Met een waterstofauto rij je zeshonderd kilometer op een tank, vergelijkbaar met een diesel. En tanken gaat net zo snel als benzine of diesel, wat een groot voordeel is ten opzichte van elektrisch rijden. Waterstof is bovendien volledig CO2-neutraal, mits je groene en geen chemische waterstof tankt natuurlijk. De tankstations zijn momenteel alleen nog schaars in Nederland. Daarom hebben wij H2U opgericht, een consortium waarbij we als Utrechtse ondernemers samen een waterstof tankstation openen en beheren.’
AANDEELHOUDERS GEZOCHT
‘Bij waterstof heb je het probleem van de kip en het ei’, vertelt Cor. ’Als er geen stations zijn om te tanken, kopen mensen geen waterstofauto. Maar zonder klanten, is het niet rendabel om een tankstation voor waterstof te openen. Met H2U doorbreken we deze vicieuze cirkel. Het idee daarbij is om geïnteresseerde Utrechtse ondernemers als aandeelhouder aan te trekken en samen aan de wieg te staan van het succes. Naast het feit dat je als aandeelhouder bijdraagt aan de verduurzaming van transport, heb je ook een interessant fiscaal voordeel. Als aandeelhouder van het tankstation krijg je dividend uitgekeerd, wat vrij is van dividendbelasting. Zo houd je er een leuk rendement aan over. Rijd je zelf of met je onderneming ook nog in een waterstofauto, dan heb je dubbel voordeel. Je kunt dan tanken bij je eigen tankstation en de brandstofkosten aftrekken in je werkmaatschappij.’
AANDEELHOUDERS MET
WATERSTOFVOERTUIGEN
NODIG
Henk en Cor hebben duidelijk goed nagedacht over de opzet van het station, dat op bedrijventerrein Lage Weide wordt aangelegd. Door omliggende bedrijven te betrekken als aandeelhouder, willen ze de opkomst van
de waterstofauto een zetje in de goede richting geven. ‘We bieden met de aandeelhoudersconstructie een financiële prikkel voor ondernemers om aan te haken, maar doen dit ook omdat we duurzaam willen ondernemen’, vertelt Henk. ‘Binnenkort mag je met een diesel niet meer de stad in. Ondernemers moeten dus op zoek naar een alternatief. Waterstof is een perfecte optie, zeker voor ondernemers waarbij een elektrische auto geen oplossing biedt qua bereik of omdat ze zware goederen transporteren. Met H2U geven we iedereen in de omgeving de kans om dichtbij te tanken, waardoor waterstof een serieuze optie wordt. We zoeken daarom zo’n 25 ondernemers – en meer zijn altijd welkom – die willen aanhaken en de stap naar waterstof willen maken. Op een locatie als dit, met veel logistieke bedrijven om ons heen, moet dat volgens ons geen probleem zijn.’
LANGE ADEM
Eigenlijk had het tankstation twee jaar geleden al moeten verrijzen in de stad. Een stroef lopend vergunningentraject bracht daar echter verandering in. ‘We hadden de vergunning bijna rond met de gemeente, tot we het bericht kregen dat zij toch niet het bevoegd gezag bleken’, vertelt Cor. ‘Bij ons nieuwe station willen we de waterstof zelf gaan produceren vanuit groene stroom, die hier in de buurt is opgewekt. Dat omzetten van stroom naar waterstof gebeurt door middel van elektrolyse. Zo’n proces valt echter onder chemische industrie, waardoor de vergunning via de provincie moest lopen en de omgevingsdienst de plannen moest beoordelen. Hierdoor konden we het hele traject vrijwel opnieuw opstarten en duurde het tot eind 2023 voor we alsnog een vergunning kregen voor de bouw. Inmiddels is de bouw gestart en verwachten we dat het station voor de kerst operationeel is. Hoe het eruit gaat zien en hoe ondernemers aan kunnen sluiten, vertellen we graag persoonlijk tijdens de informatiebijeenkomst op 24 oktober aanstaande.’
We zien je aanmelding voor de bijeenkomst “Duurzaam Transport, Elektrisch en/of Waterstof” d.d. 24 oktober graag tegemoet via: c.bijdeweg@stamhuis.nl.
Vóór 12:00 uur besteld, dezelfde dag geleverd door heel Nederland
VESTIGINGEN IN MONTFOORT, BUNNIK & UTRECHT
ACHTER DE COMPUTER
Sinds de entree van het digitale tijdperk staat de wereld compleet op zijn kop en ik ben bang dat wij nog maar aan het begin staan. Met de verdere ontwikkeling van AI zullen de veranderingen wederom gigantisch zijn. We hoeven zelf niet meer auto te rijden, kunnen op vakantie naar Mars en we gaan ook niet meer dood.
In mijn jeugd was het redelijk overzichtelijk. Als je niet zo goed kon leren maar wel technisch aangelegd was, kwam je op de LTS terecht en leerde je een vak, zowel theoretisch als in de praktijk. Kon je beter leren op de lagere school, dan belandde je op de Mulo, MTS en aansluitend HTS. De knappe koppen kwamen op het gymnasium. Hoe dan ook, op elk niveau werd je opgeleid om een vak te leren en dat in de praktijk toe te passen.
Nu zit bijna iedereen de hele dag achter zijn computer. Of je nou arts, automonteur of directeur bent, zonder dat “ding”” ben je radeloos. Dat geldt ook voor je telefoon.
Als mijn auto kapot is en ik ga naar de garage, leest mijn auto-computer exact uit wat het mankement is en hoeft de monteur niet meer naar de oorzaak te zoeken. Hij stopt er daarna zo een nieuw onderdeel in. Een ander voorbeeld: in het voetbal is data het nieuwe hot item. Van elke profvoetballer wereldwijd zijn alle gegevens bekend. Hoeveel kilometer hij per wedstrijd loopt, hoeveel balbezit hij heeft, hoeveel passes hij geeft en in welke richting, hoe vaak hij geblesseerd is geweest en wat zijn zwakke en sterke punten zijn. Dus een scout van tegenwoordig hoeft niet meer ter plekke te gaan kijken of die beste knul kan voetballen. Hij zit voornamelijk achter zijn computer.
Persoonlijk ben ik blij en wellicht een tikkeltje ouderwets dat ik nog in een “digiloos” tijdperk ben opgegroeid. Een tijdperk waarin vakmanschap nog gewaardeerd werd, er fysiek overleg plaatsvond, genegenheid geuit kon worden en tijdsdruk beperkt was.
Zoals nu, de hele dag achter zo’n “kastje” zitten, lijkt mij verloren tijd. Ik ga liever wandelen, fietsen, lezen of naar de bioscoop. En oh ja, ik doe ook nog wereldwijd zaken met mijn Nokia.
Frans
‘Op elk niveau werd je opgeleid om een vak te leren en dat in de praktijk toe te passen’
FRANS VAN SEUMEREN IS ONDERNEMER, REDDER EN EIGENAAR VAN FC UTRECHT. FRANS HOUDT VAN UITDAGINGEN, OOK OP SPORTIEF VLAK!
COLUMN
THEMA REPORTAGE
JAN EN ANNALIES RUNNEN ÉÉN
VAN DE OUDSTE AMBACHTELIJKE BAKKERIJEN VAN NEDERLAND
Jan en Annalies de Leeuw zijn de trotse eigenaren van het oudste bedrijf van Woerden en één van de oudste bakkerijen van heel Nederland. In het kleine dorpje Zegveld koopt men al sinds 1585 brood bij Bakkerij de Leeuw. Jan is de 29ste (!) bakker in dit bedrijf en voert zijn beroep tot op de dag van vandaag ambachtelijk uit.
‘Het oprichtingsjaar, 1585, is een gokje’, vertelt Jan. ‘We hebben in de jaren ’50 nog een molensteen onder het pand gevonden, die volgens onderzoekers uit de Romeinse tijd stamt. Dus misschien is de bakkerij al veel ouder!’
Jan zit sinds 1981 in de zaak en zijn vrouw Annalies sloot zich in ’86 bij hem aan, nadat het stel trouwde. ‘De bakkerij grenst aan het huis waar ik geboren ben en waar wij vandaag de dag nog steeds fijn wonen. De winkel grenst aan de woonkamer, dus als je binnen zit hoor je het als de winkelbel rinkelt en er een klant binnenkomt. Het bakkersvak is echt ons leven geweest, en nog! We zijn er met heel veel liefde mee bezig, van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat. We hebben altijd keihard gewerkt; we waren nooit langer dan vier dagen vrij. We zijn nu iets aan het afbouwen en als we een uurtje over hebben proberen we de geheime fietspaadjes van het Groene Hart te ontdekken. Het is mooi dat we daar nu iets meer tijd voor kunnen maken.’
‘Wat wij het mooiste aan het vak vinden? Als je het aan mijn vrouw vraagt zegt ze zonder twijfel het contact met de mensen. Voor mij persoonlijk ligt dat iets anders, want ik heb natuurlijk heel veel tijd in mijn eentje in die bakkerij doorgebracht. Het mooie is, dat je dan bezig bent met een levend product. Het proces van meel, water en gist, dat zet
je in gang en dan ligt het aan de luchtvochtigheid en de weersomstandigheden hoelang dat proces gaat duren. Je moet continu inspelen op de veranderende omstandigheden om het proces goed te laten verlopen. Alles moet precies op de goede temperatuur zijn. Als het kouder is rijst het deeg langzamer, en in de zomer moet je het proces afremmen. Dat is echt vakmanschap dat langzaamaan verloren gaat, want in de industriële bakkerijen die je nu bijna alleen nog maar ziet, worden de temperaturen beheerst en creëren ze perfecte omstandigheden.’
Jan maakt ook zijn stroopwafels nog op ambachtelijke wijze. ‘Ja, die zijn ouderwets. Ouderwets lekker als je het mij vraagt. Ik gebruik een heel oud ijzer, uit 1948, dat een speciale legering heeft. Bovendien bak ik ze nog op gas, waardoor ze veel minder droog en hard zijn dan de industriële stroopwafels, die op elektriciteit worden gebakken. Deze manier van bakken kom je bijna nergens meer tegen.’
‘Dan kom ik ook gelijk op de grootste veranderingen in ons vakgebied. Het echte ambacht verdwijnt door de noodgedwongen mechanisatie als gevolg van kostenstijgingen van grondstoffen en personeel. Dat loopt allemaal gigantisch op en dus moeten er concessies worden gedaan. Ja, dan gaat het ambacht verloren en ik vind dat best erg, maar het is wel van deze tijd en het geldt natuurlijk niet alleen voor ons vak. Alles verandert en misschien moeten we ons ook niet voor eeuwig willen vastklampen aan het oude. Wel hebben wij alle bakprocessen nauwkeurig beschreven, zodat het échte ambacht - in ieder geval op papier - voor altijd blijft bestaan.’
INTERVIEW
VAN EIJK GROEP
TEKST: ASTRID VAN DER MEER | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
VAN EIJK GROEP IS TOEKOMSTBESTENDIG DOOR OVERNAME ONLINE BOUWGROOTHANDEL
De Van Eijk Groep, met daaronder Verfgroothandel Bevela en Sikkens Center Van Eijk, heeft 21 vestigingen met daarin zo’n tienduizend verf-gerelateerde artikelen in het midden en noordwesten van Nederland. The sky is the limit, want met een recent uitgebreid aanbod in bedrijfskleding en de overname van online bedrijf Workerz is Van Eijk Groep toekomstbestendig én breidt ze haar vakmanschap nog verder uit.
‘De verfmarkt groeit niet meer’, zo begint eigenaar Dennis van Eijk te vertellen. ‘Dat heeft te maken met duurzamere verfsystemen. Vroeger moest je om de vijf jaar een onderhoudsbeurt laten uitvoeren. Tegenwoordig worden die onderhoudstermijnen al naar tien jaar opgerekt. Ook substitutiegoederen zoals kunststof kozijnen zorgen ervoor
dat de verfplas al jaren niet meer groeit. Daarop inspringend hebben we in het kader van volumeontwikkeling behoorlijk wat overnames gedaan de afgelopen jaren, zoals die van drie vestigingen van Sikkens Verkoop Nederland.’
WERKKLEDING TREKT NIEUWE DOELGROEPEN
‘Nu zoeken we het met name in de verbreding van ons werkveld’, gaat Dennis verder. ‘We hebben onderzocht welke assortimenten interessant zijn om meer accent op te leggen en mogelijk uit te breiden. De verkoop van werkkleding loopt het hele jaar door en is stabiel. Hier zagen we mooie kansen liggen. Werkkleding was al onderdeel van ons assortiment, maar we zijn dit breder aan gaan pakken. Daarmee hopen we op termijn nieuwe doelgroepen aan te trekken, zoals aannemers en installatiebedrijven. Maar
Dennis van Eijk
ook sectoren als de zorg hebben bedrijfskleding nodig en kunnen interessant zijn.’
Om alles concreter te maken heeft Dennis een specialist uit de werkkledingbranche aangenomen, die zich vanaf het begin van dit jaar bezighoudt met passessies bij de klant, kledingbedrukking, het assortiment en de uitbreiding ervan. ‘De filialen leverden altijd al “losse” stuks werkkleding van bijvoorbeeld de merken Workman en Mascot, maar we willen toe naar uitbreiding van de merken en grotere partijen’, vertelt Dennis. ‘De afgelopen maanden zijn we druk bezig geweest onze uitbreiding kenbaar te maken bij onze bestaande klanten, en van daaruit trekken we de doelgroep breder. Sinds het voorjaar bemerken we al een vraag naar grotere partijen bedrukte kleding, dat is gaaf om te zien.’
WORKERZ ALS ONLINE KRACHT
Ondanks het feit dat ze een webshop hebben, is Van Eijk Groep een offline bedrijf. Ze hebben winkels en zijn gebaat bij traffic over de werkvloer. Dennis: ‘Door de stagnerende verfplas ben ik ervan overtuigd dat we in deze branche veel meer naar digitale oplossingen moeten kijken. Daarom ben ik ook blij met de overname van Workerz, die aan het begin van dit jaar heeft plaatsgevonden. Workerz is een online bouwgroothandel met twaalf medewerkers die, naast verf, onder andere veel ervaring heeft in werkkleding. Workerz werkt digitaal en heeft daarmee een grenzeloos bereik. Ze zijn groot in digitale oplossingen en bouwen onder andere klantportalen. Dat zijn zogeheten “jas-op-maat-webshops”, waar grote schildersbedrijven in een eigen omgeving materialen kunnen bestellen. Zo krijgt de klant veel meer controle over het inkoopproces en voorraadbeheer. Wat ook een mooie aanvulling is, is dat Workerz kledingmanagementsystemen voor grotere bedrijven bouwt. Met dit systeem krijgt elke medewerker van het bedrijf een inlog waarmee hij jaarlijks bedrijfskleding kan bestellen met het logo van het bedrijf. Zo heeft de werkgever er geen omkijken meer naar. Dit soort oplossingen geeft ons weer nieuwe inzichten in onze van oorsprong traditionele markt. De samenwerking met een online bedrijf als Workerz is best progressief binnen de schildersbranche. Deze stap maakt ons klaar voor de toekomst.’
VAKMANSCHAP SAMEN UITBREIDEN
Langzamerhand zijn beide bedrijven het logistieke en administratieve proces aan het integreren. Workerz wordt straks een “standalone” onder de paraplu van Van Eijk Groep. Dennis: ‘Aan beide kanten hebben we veel aan elkaars ervaring. Workerz heeft de voordelen van de samenwerking met een groter bedrijf, zoals een backoffice, HR, logistiek en een marketingafdeling. Zij kunnen nu veel meer de focus leggen op hun corebusiness en sales. Op hun beurt brengen zij de online markt, verbreding van het assortiment en nieuwe klantgroepen met zich mee,
bijvoorbeeld stukadoors en glasbedrijven. We hebben allerlei ideeën over hoe we elkaar kunnen versterken. Dat is het uiteindelijke doel: ons vakmanschap uitbreiden, van elkaar leren en samen groeien.’
TOEKOMSTPLANNEN
‘Er liggen veel kansen in het aanplakken van assortimenten in de webshop’, zegt Dennis. ‘Ik denk aan ijzerwaren, glas, hout. En wat we nu met Workerz in Nederland doen, zouden we ook in België of Duitsland kunnen doen. We moeten ons niet laten beperken door landsgrenzen. Er zijn nu nog geen directe plannen in die richting, maar voor de toekomst sluiten we niets uit.’
MEDEWERKERS ALS GROOTSTE KAPITAAL
‘De klant die een gezonde productie kan draaien en zijn werk naar wens kan uitvoeren door goed materiaal dat hij bij ons heeft gehaald. Daar word ik blij van’, besluit Dennis. ‘Alles draait om goed materiaal en goed advies. Wat dat betreft zijn de medewerkers het grootste kapitaal in het bedrijf. De vent maakt de tent. Zo simpel is het. En uiteindelijk doen we het allemaal voor die klant.’
Van Eijk Groep
De Heldinnenlaan 8 | 3543 MB Utrecht 0302540054 | www.vaneijkgroep.nl
INTERVIEW
UNIVERSITEIT UTRECHT
TEKST: KELLY BAKKER | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
NIEUWE SAMENWERKING TUSSEN UNIVERSITEIT UTRECHT EN BEDRIJFSLEVEN SMAAKT NAAR MEER
‘SYNERGIE CREËREN IS CRUCIAAL’
Dat het onderwijs en het bedrijfsleven elkaar kunnen versterken, daar geloven ze bij Universiteit Utrecht heilig in. Onlangs is er een waardevolle samenwerking geweest tussen bachelorstudenten Biomedische Wetenschappen en het biotechbedrijf Genmab. Het leverde niet alleen veelbelovende inzichten op over therapeutische aangrijpingspunten voor kanker, maar vormde tevens de aanzet voor een nieuw “Studenten Research Hub-netwerk”.
We spreken erover met Prof. dr. Niels Bovenschen, die in de rol van Hoogleraar Biomedisch Onderwijs en hoofd van de Bachelor Research Hub bij het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMC Utrecht) betrokken is bij het challenge-based onderwijs dat de universiteit predikt. Hij begeleidde ook de samenwerking tussen de studenten Biomedische Wetenschappen en Genmab. In de Bachelor Research Hub, een volwaardig laboratorium speciaal opgezet voor studenten in het hart van het UMC Utrecht, werkten een groep studenten tien weken lang aan het vraagstuk dat Genmab bij de universiteit had neergelegd: Hoe kunnen we nieuwe aangrijpingspunten vinden om immunotherapie te verbeteren? ‘Het doel van het onderzoek is om ons begrip van de behandeling van kanker te vergroten door de reactie van het immuunsysteem daarop te bestuderen’, legt wetenschapper Erik Voets van Genmab uit. ‘Door nieuwe aangrijpingspunten te vinden om immunotherapie te verbeteren, kan de zogenoemde vroege pijplijn voor medicijnontwikkeling van Genmab mogelijk worden gevoed.’
WIN-WIN
Bij het onderzoek waren twintig studenten Biomedische Wetenschappen, drie onderzoekers van Genmab en vijf docent-onderzoekers van de Universiteit Utrecht betrokken. Het onderzoek werd mede mogelijk gemaakt door de inzet van een PPS-toeslag van Health~Holland. ‘Dit is een heel mooi voorbeeld van hoe studenten bij hebben gedragen aan een publiek-private samenwerking tussen de biotech-industrie en biomedische wetenschap’, vertelt Niels in zijn kantoor in
het UMC Utrecht. ‘Er zijn wel vaker samenwerkingen tussen biotechbedrijven en onze laboratoria, maar het bachelor onderwijs werd er tot op heden nog niet bij betrokken. Dat terwijl het juist veel op kan leveren als je studenten al in de beginfase van hun opleiding laat meedenken en vooral laat meedoen. Studenten kunnen hun academische - en onderzoeksvaardigheden ontwikkelen en ze krijgen een kijkje in de keuken bij bedrijven, in dit geval bij een van de grootste biotechbedrijven van ons land. Het is voor studenten heel waardevol dat ze aan échte problemen werken. Wie weet komt er in de toekomst wel een nieuw medicijn op de markt dat mede dankzij het onderzoek van deze studenten tot stand is gekomen. Genmab heeft er ook veel aan. Er zijn twintig slimme koppen die meedenken en dat levert altijd nieuwe inzichten en data op. Bovendien is het voor zulke innovatieve bedrijven belangrijk dat het human capital versterkt wordt en studenten geënthousiasmeerd worden voor een carrière in de biotech-industrie.’
HUB-NETWERK
Het concept met de studenten Biomedische Wetenschappen gaat sowieso doorgezet worden en wordt ook doorgetrokken naar andere disciplines. ‘Het onderzoeksplatform voor de studenten gaan we uitbreiden met andere hubs’, aldus Niels. ‘We gaan toewerken naar een Studenten Research Hub-netwerk, waarbij ook andere disciplines worden betrokken. Dus naast het lab hier, komt er ook een hub over bijvoorbeeld artificial intelligence (AI), medische technologie, medical humanities (geesteswetenschappen), epidemiologie (statistiek en databases rondom ziektes), prototyping en entrepreneurship & business. Het doel is om de vragen die spelen bij bedrijven in de breedte te kunnen beantwoorden. Daarbij bepalen we per bedrijf en per vraag welke hubs en welke typen studenten daarbij nodig zijn.’
VROUWENHART CHALLENGE
Er schiet Niels nog een mooi praktijkvoorbeeld te binnen. ‘We hebben vorig jaar de Vrouwenhart Challenge gedaan in samenwerking met FC Utrecht die met het UMC Utrecht een
campagne rondom het vrouwenhart had lopen. Universiteit Utrecht heeft toen een denktank van vierhonderd studenten, onderzoekers, artsen en patiënten samengesteld om na te denken over oplossingen voor de hartafwijking SCAD. SCAD komt met name bij vrouwen voor. Het wordt vaak gemist in diagnoses en er is dringend meer onderzoek nodig. We zijn met z’n allen in de Galgenwaard gaan zitten om erover na te denken. Vervolgens hebben we de beste ideeën eruit gehaald en die later in het jaar in het hub netwerk laten uitvoeren. Daar waren diverse hubs bij betrokken, waaronder experimentele cardiologie van het UMC Utrecht en biotechnologie vanuit de faculteit Betawetenschappen. De studenten hebben toen onder andere een mogelijke biomarker gevonden die gebruikt kan worden in de diagnos-
tiek, maar ze hebben ook samen met patiënten gewerkt aan de vroege symptomen van SCAD en aan verbeteringen in de informatievoorziening van arts naar patiënt. Deze casus werd dus universiteitsbreed aangevlogen.’
‘Mijn uitnodiging aan bedrijven is dan ook: als je ergens tegenaan loopt of je hebt vragen, bespreek ze met ons. Wees niet bang voor gekke vragen want we kunnen het vanuit verschillende disciplines aanvliegen, in diverse onderwijsvormen. Het kan in tien weken cursusvorm, zoals bij Genmab, maar ook in de vorm van een halfjaar-stage of als afstudeeropdracht. Het kan met kleine groepjes of met grote groepen en met bachelor- of masterstudenten. Er is zoveel mogelijk en ik weet vrijwel zeker dat het je iets oplevert.’
Een groener verfproduct met een duurzaam karakter en een moeiteloze verftechniek die onder lage druk doet wat het belooft. De combinatie van het merk Spray Paints en de airless spuittechniek tilt het schildersvak naar een hoger niveau. Jeroen Oostveen en Frans van Dijk zijn nu eigenaar van dit merk. Bovendien geven ze trainingen en demodagen om anderen te leren werken met het product en de spuit methodiek, die kwalitatief hoogwaardig en lichamelijk minder belastend is.
ZUIVEREN VAN VERFSPOELWATER
Een schilder die méér kansen in de markt ziet dan enkel zijn klussen voor particulieren en het bedrijfsleven. Zo kunnen we Jeroen Oostveen, de ambitieuze schilder die gevestigd is in Woerden, wel omschrijven. Met zijn bedrijf Freshpaint heeft hij zijn eigen CWG inleverpunt aan huis waar schilders hun rollers, kwasten en spoelwater afleveren, die Jeroen middels een duurzame oplossing reinigt volgens de CWG-methodiek (Clean Water Global). Zijn bedrijf is inzamelpunt voor de regio Utrecht. Jeroen: ‘Jaarlijks worden er tonnen aan vervuild spoelwater door schilders door het riool gespoeld. Daar zitten microplastics, acticiden en biociden in die in de oceaan belanden. Dat moet en kan beter. Ik ben blij dat andere specialisten uit het vak,
merken hoe gemakkelijk het is om hun spullen na een klus bij mij in de loods in Woerden af te geven.’ Het is een extra dienst die hij biedt, omdat hij zich intrinsiek gemotiveerd voelt om te werken aan een schoner milieu.
SPECIALE SPUITTECHNIEK
Daarnaast gooit hij het ook qua schildermethodiek over een andere boeg. Jeroen ontwikkelde net als diverse anderen uit het vak lichamelijke klachten, waarna hij zijn ogen en oren openhield voor andere methoden. ‘Ik heb me weleens verdiept in een exoskelet, maar dat werkt voor mij in de praktijk niet. Bovendien gaat het om een grote investering.’ Jeroen spuit al geruime tijd via de airless spuittechniek. ‘In België heb ik een training gevolgd om mijzelf naar een hoger level te brengen, waar ik ook Frans van Dijk – van Frans van Dijk Schilderwerken in Valkenswaard – ontmoette. Daar leerden wij spuiten met Spray Paints. Ik had nog nooit met zoveel rust gespoten en met zo’n mooi eindresultaat.’
De verf is speciaal samengesteld om ook te gebruiken in combinatie met een verfpistool. ‘Van allebei was ik direct onder de indruk. Het product Spray Paints werkt goed omdat je het op een lage druk kunt spuiten. Het gaat moeiteloos en zonder al te veel nevel – wat een prettige bijkomstigheid is voor bewoners of gebruikers van een bedrijfspand. En het resultaat is feilloos. Spray Paints zorgt voor een hoge dekking en daarmee een onwijs strak eindresultaat.’
SCHONER PRODUCT
Over het merk Spray Paints: deze werd ooit ontwikkeld en in de markt gezet door Timmy Bours, tevens oprichter van CWG. Hét bedrijf achter de duurzame methodiek voor het zuiveren van spoelwater. Hij besloot zijn label Spray Paints van de hand te doen, omdat die twee bedrijven niet naast elkaar kunnen bestaan. ‘Van daaruit ontstond voor Frans en mij de mogelijkheid om in te stappen. Wij hebben het bedrijf overgenomen en maken het nu groter. We gooien het bewust over een iets andere boeg. Dat betekent dat we een groener product op de markt hebben gebracht. De Gold Label is gemaakt van biobased grondstoffen en is hierdoor een groenere keuze. Dat past bij onze eigen visie, om schone producten op de markt te brengen die minder belastend zijn voor de planeet.’
STAPPENPLAN
Inmiddels vormt Jeroen één van de verkooppunten in Nederland van Spray Paints. ‘Het verschil met groothandels is dat ik de verf ook zelf gebruik. Ik weet precies wat je er wel en niet mee kunt en hoe het toegepast moet worden. Als je ons stappenplan volgt, kan er niks fout gaan en heb je in mijn ogen één van de beste verfsoorten in de markt te pakken. Met een uitstekende prijs/kwaliteit verhouding.’ De ambitie is om de Benelux te veroveren met het vernieuwde merk. Naast Woerden is er momen-
teel een verkooppunt in Enter en bij compagnon Frans in Valkenswaard.
Spuiten heeft de laatste jaren een vlucht genomen, een veelgehoorde bedenking ervan is dat er veel afgeplakt moet worden. Jeroen: ‘Je wint echter weer tijd met het aanbrengen van de verf. Je brengt veel meer laagdikte aan met spuiten. Ook in bewoonde ruimtes kun je op lage druk spuiten, waardoor je veel minder nevel hebt. Ik leg me momenteel volledig toe op het airless spuiten van verf.’
KENNISOVERDRACHT
De eerste cursusdagen zijn er al. Op dit moment zijn deze in Westerlo in België en geeft Jeroen zelf ook trainingen in Woerden. ‘Het uitvoeren van klussen vind ik nog steeds het leukst, maar het geeft me ook voldoening een ander iets te leren. Het overdragen van kennis zie ik niet als het creëren van concurrenten, maar als een mogelijkheid om het schildersvak naar een hoger niveau te tillen.’ Voor het onderwijs ziet Jeroen hier wel een rol weggelegd. ‘Als daar meer aandacht wordt besteed aan het airless spuiten, dan wordt het vak weer sexy onder de jonge generatie.’
Bij House of Health is de gezondheid van hun leden de grootste passie. Zij zijn er om mensen te helpen fitter, gezonder en sterker te worden: zowel fysiek als mentaal. House of Health combineert kennis, opleidingen en ervaringen om te kunnen bieden wat leden nodig hebben. De juiste trainingsvormen, voeding, confrontatie en behandeling, afgestemd op elk individueel lichaam en doel. Of je nou in groepsverband traint of één op één: de individuele progressie is voor House of Health het belangrijkst.
Finch Dispute Resolution is specialist in corporate, commercial en financial litigation. Het team lost zakelijke geschillen op voor ondernemingen, investeerders, non-profit organisaties, bestuurders en aandeelhouders. Zowel nationaal als internationaal. Er is expertise in huis voor grote en complexe zaken, maar de service is zeer persoonlijk.
CMC BEDRIJFSMAKELAARS
Amersfoort | cmcbedrijfsmakelaars.nl
Wie een bedrijfsmakelaar zoekt in de regio’s Veenendaal, Ede, Amersfoort, Utrecht en andere delen van Midden-Nederland kan terecht bij CMC Bedrijfsmakelaars. Met vier kantoren en een team van jonge ondernemers met tezamen een schat aan ervaring in de vastgoedwereld, helpen zij bedrijven bij het vinden van een geschikt pand. De huidige vastgoedmarkt op een actieve en creatieve wijze benaderen, daar staan ze bij CMC Bedrijfsmakelaars voor.
ONZE NAMEN
01. 706 Online
02. A.vanRaak Workwear
03. Aannemersbedrijf Bos en Zn.
04. Aannemersbedrijf van Zoelen
05. AB Midden Nederland Detachering
06. ABN AMRO
07. AEGIR-Marine
08. AHO Consultancy
09. Alert Consultancy
10. Alfa Accountants
11. Animo Groep
12. Ans de Wijn Bedrijfshuisvesting
13. AQ Group
14. Arbo Gezondheidscentrum
15. ASN Autoschade Service Boll Bunnik
16. Audax Renewables
17. Autobedrijf van Kuilenburg
18. Autoschadeherstel Posthouwer
19. Avesqo
20. B.R.N. Parket
21. Barlavento
22. Barten Groep
23. BDO Accountancy, Tax & Legal
24. Bedrijfsverlichting.nl
25. Berkulo
26. BFT
27. Binc Bedrijfshuisvesting
28. Bizzcon
29. Bleeker Concepts
30. Bloemenboutique Nicole
31. BloksDesign
32. BLR Bimon Klimaatbeheersing
33. Bobix Digital
34. Boswijk-Bouw
35. BoulesBitesBar
36. Bouwbedrijf Oskam – Bunnik
37. Bouwbedrijf Van Rijn Houten
38. BouwRijk
39. Brandhof De Meern
40. Brecheisen Makelaars
41. Broekhuis Jaguar Utrecht
42. Broekhuis Zeist
43. Broekies Entertainment Group
44. Brothers Horeca Groep
45. Buijs Groep
46. Bus Insurance Services
47. Business Fashion
48. BusinessBuilding
49. Caesar Groep
50. Carlton President Hotel
51. City Skydive
52. CitySense
53. Claassen, Moolenbeek & Partners Utrecht
54. Cleannovation
55. Cloud Solutionz
56. CMC Bedrijfsmakelaars Utrecht
57. Cooster Bilthoven
58. Craft Capital
59. DDM Demontage
60. De Bie Groentenverwerking
61. De Jager Totaal
62. De Kroon facilitaire diensten
63. De Mol Drankenspecialist
64. De Spiegel Zonwering
65. De Vos Groep Facilitaire Dienstverleners
66. De Wasstraat De Meern
67. DeFabrique Circuit
68. Desque
69. Doppio Utrecht - The Wall
70. Driessen Food
71. E & R Opleidingen
72. Edgar N. Maatkleding en Winkel
73. Ekris Utrecht
74. Ekris Zeist
75. elk® middenwest
76. Eneco Consumenten
77. Energie Collectief Utrechtse Bedrijven
78. Energiefonds Utrecht
79. EsperantoXL
80. Everest Notariaat
81. Exposé
82. FC Utrecht
83. Finch Dispute Resolution
84. Florentes Vermogensbeheer
85. Floricum
86. Fort bij Vechten
87. Fortune Coffee
88. Forvis Mazars
89. GardenPod
90. GBI van Arnhem
91. Gemeente Utrecht
92. Gepu Zelfbedieningsgroothandel
93. Gerssen Adviesgroep
94. Gimeg Nederland
95. GNTL BRIGHT
96. Golfbaan Kromme Rijn
97. Golfclub De Haar
98. Gomes Trucks Utrecht
99. Grant Thornton Accountants en Adviseurs
100. Green Planet Energy
101. Green-Side
102. Hadek
103. Hardt letselschade
104. Hästens Store Utrecht
105. Henri & Herman
106. HLB Blömer
107. Hofclub Werken & Vergaderen Utrecht
108. Holland Casino Utrecht
109. Hotel-Restaurant Oud London
110. House of Health
111. Houthandel van Dam
112. HRD Groep
113. HSM Utrecht
114. Huussen Elektro
115. iFresh Software development
116. Impuls Elektro
117. Innocy
118. Installatietechniek Rijnhuis
119. Invepro
120. Investree
121. IZA Accountants
122. Jansen Installatiebedrijf
123. Johnsons
124. KAeP Notaris
125. Karcher Center De Vries
126. Kasteel Montfoort
127. KBO Management
128. KienhuisHoving
129. Kirema - Personalize IT
130. Klaproos
131. Klarenbeek Zonwering
132. Kooijman Autogroep
133. Kraan Vleesservice
134. Kromwijk Elektrotechniek
135. Kuijf Logistics
136. Kwakkenbos
137. Landgoed Vollenhoven
138. LX - Lumineux
139. MaaDoo
140. Matex Deuren
141. Meisjes van de Wijn
142. Middenholland Evenementen
143. Mindset Studios
144. Missing Piece
145. MM-Guide
146. Moffel- en Spuitinrichting G. van Rijn
147. Multiwacht Groep
148. Muurbloem design studio
149. MVL Management & Advies
150. MyGuard
151. Nassau Bedrijfshuisvesting
152. Nefkens Peugeot Utrecht
153. NexaVelo Advocaten
154. Next Kitchen
155. Next Lead
156. Nimble Arbeidsrecht
157. No Nonsancy
158. NOBEARS Utrecht
159. NuytGroep
160. ONmedia
161. Oskam Groep
162. Paans Service
163. Pauw Dodewaard
164. Peakz Padel
165. PeopleGraphics
166. Planta Groencentrum
167. Pon Center
168. Postillion Hotel Utrecht Bunnik
169. POT Verhuizingen & Logistiek
170. Prins Schoonmaakdiensten
171. Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie
172. Priotec Technische Aannemer
173. Pro-Impact Management
174. Profile Pouw Banden
175. Profile Tyrecenter Utrecht
176. Profile Tyrecenter Verkade Zeist
177. Profipack Verpakkingsmaterialen
178. Prolease
179. Punte Juwelier
180. Rabobank Utrecht e.o.
181. Rademaker Advies & Accountancy
182. RB Natuurlijk Buiten
183. Rebuss Recherche
184. Recoup advocaten
185. Reym
186. Ringnalda fotografie
187. RM Glas Nederland
188. ROM Utrecht Region
189. RSM
190. RVR Betonpomp Verhuur
191. SalesCreative
192. Samsic Facility
193. Scala Solutions
194. Schildersbedrijf Joh. Van Doorn
195. Schlingmann Architecten
196. Schoonmaak Service Nagel
197. Sempergreen
198. Smart Expo Solutions
199. Sparkles
200. SPIE Building Solutions
201. St. Antonius Onderzoeksfonds
202. Stamhuis Groep
203. Statisfact
204. Stekelenburg Glas
205. Stichting Utrecht Science Park
206. Stichting voor het Kind
207. Stric
208. Stuurlui Online Marketing
209. Synderella Serviced Offices
210. Talanton Valuation
211. Talox
212. Tech College - ROC Midden Nederland
213. Technische Verenigde Bedrijven
214. The Next Group
215. The Official F1 Racing Center
216. The Wall
217. Theo Pouw
218. UBN Uitzendbureau
219. UBO Agency
220. Una Más
221. Universiteit Utrecht / ASC
222. Utrecht Marketing
223. Vakgarage Voskuilen
224. Van der Kreeft Heftrucks
225. Van der Valk Utrecht
226. Van Diepen Van der Kroef Advocaten
227. Van Dijk geotechniek en milieu
228. Van Dijk Groep
229. Van Eijk Groep
230. Van Gelder Groep
231. Van Hall Advocaten
232. Van Lanschot Bankiers
233. Van Leeuwen Verhuur & Consulting
234. Van Luin Assurantiën
235. Van Rijnsoever
236. Van Rooijen Foodsolutions
237. Van Schaick Projectbegeleiding
238. Van Veluw Beheer
239. Vandeberg Advocatuur
240. VDGC accountants en belastingadviseurs
241. VDK Taxivervoer
242. Ventana Zonwering & Interieur
243. Venus Containers
244. Veolia Papier Recycling
245. Vereniging Parkmanagement De Wetering-Haarrijn
246. Verloop Schoonmaakbedrijf
247. Vernooy Catering
248. Verweij Logistiek
249. Vrienden van UMC Utrecht & WKZ
250. W3 Wijnen
251. Wake Up International
252. Warmtebouw
253. Wasserij G. van der Kleij & Zn
254. Whatson
255. Wiegmans facilitaire diensten
256. Willems gerechtsdeurwaarders & incasso
257. Willemsen Koel- en Vriesbouw
258. Wolfswinkel Reiniging
259. YoungDedicated
260. Your Style
261. Zeeuw & Zeeuw
262. Zwammerdam Groep
INTERVIEW
RABOBANK UTRECHT E.O.
TEKST:THIJS TOMASSEN | FOTOGRAFIE: STUDIO HAVIQ
‘IK WIL DE STAD UTRECHT EN RABOBANK NOG MEER MET ELKAAR VERBINDEN’
Hans Benard is sinds 1 september de nieuwe directeur van Rabobank Utrecht en omstreken. Hij maakt na tien jaar de overstap vanuit de regio Utrechtse Waarden. De bevlogen bankier is pas net begonnen in zijn nieuwe rol, maar geniet nu al van de dynamiek van de stad en de veelzijdigheid van de uitdagingen.
EVEN VOORSTELLEN: WIE IS HANS BENARD?
‘Ik ben 53 jaar, getrouwd en vader van twee kinderen: een zoon van twintig en een dochter van dertien. We wonen met het hele gezin in Capelle aan den IJssel. Ik hou van sport en voetbal zelf bij de veteranen. Daarnaast ben ik sterk geïnteresseerd in innovatie. Nieuwe ontwikkelingen volg ik op de voet. Ook vind ik het mooi om oude steden te bezoeken en monumenten te bekijken. Ik ben iemand die twee weken lang in Rome zou kunnen ronddwalen. Oud en nieuw komen dus samen in mijn interesses. Ik zeg maar zo: vernieuwing is gebaat bij gedegen kennis van het verleden.’
HOE ZIET JOUW CARRIÈRE ER TOT NU TOE UIT?
‘Vrijwel mijn hele werkzame leven werk ik al bij Rabobank. In 1995 ben ik er begonnen als klantadviseur. Vervolgens heb ik diverse management- en directiefuncties bekleed. Vanaf 2014 ben ik werkzaam geweest in de regio Utrechtse Waarden en Omstreken, waarvan de laatste zes jaar als directeur. Nu vervolg ik mijn loopbaan als directeur van Rabobank Utrecht en Omstreken.’
WAAROM MAAK JE DIE OVERSTAP?
‘Niet omdat ik het niet naar mijn zin had. Integendeel. Ik denk dat de leden van OnderNamen dat kunnen bevestigen: Utrechtse Waarden is een prachtige regio
Hans Benard
met een fijne gemeenschap. Maar ik zat er wel alweer tien jaar. Ik ben ervan overtuigd dat het voor de omgeving goed is dat er een frisse wind waait en nieuwe inzichten komen. En als ik naar mezelf kijk was ik toe aan een volgende stap. Ik had al langer scherp dat er maar één regio is waarvoor ik mijn vertrouwde omgeving zou willen inwisselen, en dat is Utrecht en Nieuwegein. Dus toen deze rol vrijkwam was ik er als de kippen bij. Binnen de organisatie was mijn ambitie bekend, dus het is snel gegaan.’
WAT SPREEKT JE ZO AAN IN DE REGIO UTRECHT?
‘De dynamiek van de stad en de veelzijdigheid van de uitdagingen. Utrecht heeft de ambitie om een stad te zijn waar gezondheid en leefbaarheid vooropstaan. Het is een health hub, met veel aan gezondheidszorg gerelateerde organisaties. Ook is het een regio die heel actief is op het gebied van de energietransitie. Er zit veel innovatie in de stad en daar wordt veel in geïnvesteerd. Dat vind ik allemaal interessant. Tegelijkertijd zijn er veel uitdagingen, zoals kansenongelijkheid. Het is ons streven om iedereen te helpen financieel weerbaarder te worden. En zo is er veel meer werk te verrichten. Als Rabobank moeten we goed kijken: waar willen we ons als bank inzetten om de wereld een beetje mooier te maken?’
MET WELKE DOELEN GA JE DE KOMENDE TIJD AAN DE SLAG?
‘Ik wil eerst de stad nog beter leren kennen. Dat doe ik onder meer door actief deel te nemen aan netwerken en organisaties. Dat is een goede manier om te horen waar ondernemers tegenaan lopen. Sinds kort ben ik lid van de jury die zich buigt over de Utrechtse Vrijwilliger van het Jaar. En laatst was ik op bezoek bij TivoliVredenburg waarmee we een partnership hebben. Het zijn voorbeelden van de manier waarop ik de stad en Rabobank nog meer met elkaar wil verbinden.’
WAT IS DE ROL VAN RABOBANK DAARBIJ?
‘Wij helpen bedrijven, organisaties en verenigingen in de regio met kennis, netwerk en geld. Geld springt het meest in het oog. Een deel van onze winst investeren we in de lokale samenleving, in deze omgeving alleen al bijna vijf ton. Coöperatief dividend noemen we dat. En dan heb ik het nog niet eens over sponsoring en verenigingsondersteuning. Daarnaast brengen we wereldwijde sectorkennis hiernaartoe en gaan we daarover in gesprek met bedrijven. Zo komen perspectieven bij elkaar. Vanuit onze netwerkfunctie brengen we sectoren bij elkaar waarvan je aanvankelijk niet zou denken dat die bij elkaar horen. Maar juist dan vinden de mooiste innovaties plaats.’
WAT KAN RABOBANK BETEKENEN VOOR ONDERNEMERS?
‘Allereerst bieden we relevante financiële producten. Ook stellen we onze kennis en expertise maximaal ter beschikking. We hebben een sterke research-afdeling die waardevol is voor ondernemers. Daarnaast koppelen we, vanuit onze netwerkfunctie, ondernemers uit de regio aan
elkaar waarvan we weten dat die elkaar kunnen versterken. Ook staan we klaar om ondernemers te adviseren over actuele thema’s. Neem verduurzaming. Elke ondernemer is daarmee bezig. Maar wat is nu de slimste manier om te verduurzamen? Wat doen de koplopers? Hoe kun je op bedrijventerreinen samenwerken om netcongestie tegen te gaan? Hoe elektrificeer je je wagenpark? En hoe voldoe je aan alle wet- en regelgeving? Wij helpen ondernemers die vragen te beantwoorden en bieden financieringsoplossingen die daaraan bijdragen.’
SAMENWERKING ZIT IN HET DNA VAN RABOBANK. HOE
STAAT DE REGIO ER OP DAT GEBIED VOOR?
‘In vergelijking met andere grote steden is de verbondenheid hier sterk. Het valt mij op dat veel bedrijven, organisaties en ondernemers elkaar kennen. Utrecht is weliswaar een stad, maar met het karakter van een groot dorp. Dat is een betere basis voor gemeenschapszin. Ik spreek veel mensen die niet alleen een succesvol bedrijf leiden, maar ook gedreven zijn om wat te betekenen voor de stad. Op die manier creëren we een mooie leefomgeving met elkaar. Dat is precies wat wij nastreven: growing a better world together.’
HOE BEVALLEN JE EERSTE WEKEN IN UTRECHT?
‘Ik word er elke dag blij van dat dit mijn nieuwe baan is. Het is heel leuk om kennis te maken met ondernemers en klanten. Ik kijk uit naar de vele ontmoetingen die nog volgen. Ik wil zien en voelen wat er leeft, zodat we van betekenis kunnen zijn.’
‘IK WIL ZIEN EN VOELEN WAT ER LEEFT, ZODAT WE VAN BETEKENIS KUNNEN ZIJN’
Rabobank Utrecht e.o. Hans Benard | 0610797430 hans.benard@rabobank.nl www.rabobank.nl/utrecht
VOOR DE INSTALLATEURS, ARCHITECTEN EN ANDERE PROFESSIONALS
‘WE MAKEN HET WERK VAN DE PROFESSIONAL ZO
MAKKELIJK MOGELIJK’
bedrijfsverlichting.nl koppelt gemak aan vakmanschap. Dat komt terug in de vele verschillende en uitdagende lichtprojecten. Naast oprichter Riley van Loo is Laurens Zandstra als lichtadviseur een sleutelfiguur voor de service van bedrijfsverlichting.nl. Laurens helpt de kloof tussen de initiële klantwens en een concrete maatwerkoplossing te overbruggen. ‘Wij creëren oplossingen die de sfeer en het welzijn bevorderen, en denken mee met de professional over de realisatie.’
Riley en zijn team werken al tien jaar samen met professionals zoals architecten en installatie- en aannemersbedrijven. ‘We kennen de professional door en door, en weten precies wat diegene nodig heeft’, vertelt Riley. ‘Zo
bedienen we hen met onder andere technische support, projectbegeleiding (op locatie) en gratis lichtplannen en –advies.’ Een belangrijke collega die hij voor het interview naar voren schuift is Laurens Zandstra, want die staat als geen ander voor vakmanschap. En dat is cruciaal, aldus Riley.
Laurens begon zijn carrière in interieuradvies, maar vond al snel zijn passie in verlichting. Laurens: ‘Als kind fascineerde de invloed van licht op ruimtes mij. Het juiste licht kan een ruimte compleet transformeren.’ Zijn passie voor verlichting leidde ertoe dat hij zich specialiseerde in lichtontwerpen, waarbij Laurens zijn achtergrond in interieurarchitectuur integreerde om complete lichtplannen te ontwikkelenzowel esthetisch als functioneel.
Laurens Zandstra - Lichtadviseur
‘BEDRIJFSVERLICHTING.NL
WERKT AL TIEN JAAR SAMEN MET DE PROFESSIONALS EN WEET PRECIES WAT ZE NODIG HEBBEN’
UITDAGEND INTERIEUR
Een project waar veel expertise en creativiteit aan te pas kwam, was het creëren en uitvoeren van een uitgekiend lichtplan voor het Amsterdamse kantoor van een Amerikaans softwarebedrijf. Bij dit project moest gewerkt worden met een uniek interieurontwerp van Casper Schwarz Architects, waarin allerlei verschillende hoeken en nissen een uitdaging vormden. Laurens: ‘We moesten zodoende voor elke ruimte afzonderlijk kijken wat de beste oplossing was. Daarbij was belangrijk dat het licht niet alleen esthetisch goed uitkwam, maar ook voldeed aan de normen voor werkplekken, zoals de juiste lichtsterkte en gelijkmatigheid. Uiteindelijk moeten medewerkers op de kantoorvloer geen vermoeide ogen krijgen, maar zich prettig voelen zodat ze de hele dag productief kunnen zijn.’
‘We gebruikten de smart lighting-technologie van Casambi’, vervolgt Laurens. ‘We werkten daarvoor met lichtscènes, zodat de verlichting zich aanpast aan verschillende functies. In vergaderruimtes hebben we bijvoorbeeld een scène ingesteld voor videocalls, waarbij de verlichting zodanig werd geplaatst dat gezichten goed verlicht waren, zonder storende schaduwen. Cruciaal voor een bedrijf dat veel gebruikmaakt van videoconferencing. Andere scènes zijn ingesteld voor bijvoorbeeld schoonmaakwerkzaamheden of overleg met een collega. De lichtsterkte van de verlichting past zich dan aan.’
AUTOCAD EN DIALUX
Een ander uitdagend aspect vormde het werken met de donkere kleuren op de muren en plafonds. ‘Licht is reflectie. In een lichtgekleurde ruimte geeft licht een gelijkmatige verspreiding, maar in donkere ruimtes wordt licht juist geabsorbeerd. Daarom hebben we veel meer licht moeten toevoegen om hetzelfde effect te bereiken. Dit vroeg om een grondige lichtberekening en afstemming van ons lichtplan.’
Naast de technologische uitdagingen van de lichtontwerpen, speelt de gebruikte software een belangrijke rol in het faciliteren van klanten. bedrijfsverlichting.nl maakt gebruik van AutoCAD en DIALux voor het maken van lichtplannen en lichtberekeningen. Daarmee maakt Laurens nauwkeurige ontwerpen die makkelijk kunnen worden geïntegreerd in de bouwtekeningen van de aannemers en installateurs. Riley: ‘De samenwerking met onze professionele klanten is hierdoor heel efficiënt. We zijn namelijk niet alleen het vaste aanspreekpunt voor de installateur, maar spreken letterlijk dezelfde taal.’
VAKMANSCHAP, GEBRUIKSGEMAK EN DUURZAAMHEID
Bij het bedienen van de professionele markt speelt gemak een cruciale rol, vervolgt Riley. ‘We willen het werk van de professional zo makkelijk mogelijk maken. Het gemak van de technische support (op locatie), het bestellen via 2BA en de mogelijkheid om lichtplannen en offertes met spoed aan te vragen helpt hier ontzettend bij. Onze klanten weten dan ook dat het met de verlichting altijd goedkomt.’ Naast vakmanschap en gebruiksgemak is duurzaamheid een terugkerend thema bij bedrijfsverlichting.nl. Laurens: ‘Led verbruikt niet alleen gemiddeld vijftig procent minder, het heeft bovendien een veel langere levensduur dan traditionele verlichting. Als energiebesparing een belangrijk thema is voor een bedrijf, dan kunnen we zelfs slimme sensoren toepassen die zowel beweging als daglicht detecteren. Hiermee kan de al behaalde besparing met nog eens vijftig procent worden verhoogd.’
TIEN JARIG BESTAAN
Steeds meer klanten, waaronder vooraanstaande merken zoals AVROTROS en Universal Music Group (ook in samenwerking met Casper Schwarz Architects), zorgen voor een mooie bedrijfsgroei. Het maakt dat Riley met vertrouwen naar de toekomst kijkt, en vol ambities is om de service aan klanten nog verder te perfectioneren. ‘We willen echt een begrip worden in de markt. We willen dus dat als iemand met een mooi kantoor of groot hotel naar een gaaf lichtplan zoekt, de link met bedrijfsverlichting.nl gelegd wordt.’
Die concrete ambitie wordt gesteund door een mooi verleden. Riley heeft als jonge ondernemer nú al een mooi jubileum op zijn naam. ‘bedrijfsverlichting.nl bestaat tien jaar. Dat gaan we vieren met alle mensen die daaraan bijgedragen hebben.’ Hij denkt nog na over wat hij zijn mensen precies wil aanbieden. Want niet alleen voor Riley’s klanten, maar ook voor zijn medewerkers is alleen het beste goed genoeg.
Voor wie wil ervaren hoe het is om in een Formule 1-auto te rijden, is er in deze regio maar één plek om te bezoeken: Racesquare in Utrecht. Deze locatie, uitgerust met zestig F1-simulatoren, is sinds de oprichting een populaire bestemming voor verschillende doelgroepen en blijft zijn unieke ervaring continu verbeteren.
Racesquare begon in 2020, in het jaar dat Max Verstappen wereldkampioen werd en de Formule 1-gekte zijn hoogtepunt bereikte. ‘Het eerste jaar kwam het als een orkaan op ons af’, zegt Michaël Buttner, die vanaf het begin betrokken is bij Racesquare. ‘We hadden het gevoel dat er veel vraag zou zijn naar onze formule, en dat bleek inderdaad zo te zijn. Het was een mooie tijd, die we ook hebben gebruikt om de experience en klantbeleving verder te verbeteren. Het aanbod in leisure is enorm, dus het is belangrijk dat we blijven streven naar vernieuwing, met aantrekkelijke prijzen, een goede prijs-kwaliteitsverhouding en een sterke horecakaart. Het doel is om een onvergetelijke ervaring te bieden, voor jong en oud.’
PROPOSITIE
Racesquare heeft sinds de start aanzienlijke stappen gezet. ‘Zo is het nu mogelijk om kortere races van dertig minuten
te rijden, naast de gebruikelijke sessies van zestig minuten. Daarnaast zijn er verschillende niveaus toegevoegd, zodat iedereen kan deelnemen, ongeacht ervaring’, aldus Michaël. Ook de horecabeleving is verder verfijnd, met meer aandacht voor de presentatie en kwaliteit van de gerechten. ‘Het zijn de kleine details die het verschil maken’, zegt Michael. ‘In plaats van zomaar een borrelplankje neer te zetten, zorgen we ervoor dat alles er aantrekkelijk en verzorgd uitziet, zoals met een finishing touch van verse ingrediënten.’
Door deze verfijningen heeft Racesquare kunnen groeien: naast de vestiging in Utrecht zijn er inmiddels zeven andere locaties in Nederland, waaronder een nieuwe vestiging in Kerkrade die later dit jaar opent. ‘Daarnaast organiseren we regelmatig evenementen met Formule 2-coureur Richard Verschoor voor zijn partners en sponsoren. De ambitie om internationaal uit te breiden is er ook, omdat de unieke ervaring wereldwijd aanslaat.’
Racesquare is ook actief op sociale media, waaronder Instagram, waar het brede publiek een indruk krijgt van wat er te beleven valt. ‘Maar uiteindelijk moet je Racesquare vooral in het echt ervaren’, zegt Michaël. ‘De rijen met
simulatoren, de grote schermen, de levendige sfeer van de bar – dat moet je voelen. Zodra je binnenkomt, krijg je meteen het gevoel dat je echt even weg bent. Iedereen die hier is geweest, gaat met een glimlach naar huis.’
EEN ONBEZORGDE ERVARING
Racesquare biedt een unieke en innovatieve ervaring die dicht bij het gevoel komt van het rijden in een Formule 1-wagen. Van jong tot oud, iedereen beleeft een spannende en uitdagende race-ervaring, zonder dat er ervaring vereist is. Daarnaast kunnen er complete evenementen worden georganiseerd, met alles erop en eraan: van catering op maat tot het afhuren van een privé-grid of de hele locatie.
Met ruimte voor groepen tot 250 personen en de mogelijkheid om extra faciliteiten zoals een boardroom
of gastsprekers te regelen, biedt Racesquare alles voor een onvergetelijke zakelijke bijeenkomst. Bovendien zit alles dicht bij elkaar. Waar je bij andere activiteiten, zoals karten, eerst een pak en helm moet aantrekken en naar een andere ruimte moet om te racen, kun je hier zo instappen en daarna rechtstreeks naar de bar lopen. Het is fun, het zit vol adrenaline, en met het wisselvallige weer in ons kikkerlandje is het altijd mogelijk, want alles is binnen. ‘Oh, en het laatste voordeel’, lacht Michael, ‘het is de enige plek waar je kunt drinken én rijden.’
BENIEUWD NAAR DE MOGELIJKHEDEN VOOR
JOUW BEDRIJF?
Neem contact met ons op voor een vrijblijvende offerte of reservering. Samen creëren we een bedrijfsuitje dat uw medewerkers niet snel zullen vergeten.
‘EEN FORMULE 1-ERVARING DIE NIEMAND VERGEET’
Racesquare Utrecht
Hertogswetering 171A | 3543 AS Utrecht 0851304333 | contact@racesquare.nl www.racesquare.nl
Michaël Buttner
Vakmanschap is het thema van deze herfsteditie. In eerste instantie vind ik het een wat oubollige term. Het klinkt niet als iemand die helemaal van deze tijd is. Laten we dit eens nader onderzoeken en toepassen op de advocatuur.
De betekenis van “vakmanschap”, aldus Van Dale, is “grote bekwaamheid in een vak”. Volgens andere bronnen houdt het in: “de vaardigheid in een beroep of handel, de vaardigheid om hoog kwalitatief werk af te leveren”.
Voor mij als advocaat staat kwaliteit voorop, daar is geen discussie over mogelijk. Je kunt als advocaat niet de kantjes ervan af lopen. Als je cliënt vraagt om advies, geef je geen half advies of een halve overeenkomst. Kwaliteit betekent ook dat je je beperkt tot het terrein van je deskundigheid. Om een voorbeeld te geven, ik heb geen kennis van bijvoorbeeld het consumentenrecht of het strafrecht, op die terreinen zal ik dan ook niet adviseren. Dat is onbestaanbaar. Als ik het op die manier bekijk is de term “vakmanschap” onvolledig.
De term “vakmanschap” doet mij denken aan de tijd dat advocaten met een ganzenveer schreven of een dictafoon gebruikten om brieven, processtukken of overeenkomsten (ook wel “epistels” genoemd) in te spreken die vervolgens door een secretaresse moesten worden uitgewerkt. Ook wij gaan echt met onze tijd mee en maken gebruik van AI en daar is helemaal niets mis mee. Zolang dit op een verantwoorde wijze gebeurt.
Daarnaast dekt “vakmanschap” wat mij betreft niet de lading, omdat een advocaat tot meer in staat moet zijn dan alleen het leveren van hoog kwalitatief werk. Dat is ook precies hetgeen niet door AI kan worden geleverd.
Zo moet een advocaat goed kunnen luisteren. Waar is je klant nu echt mee geholpen? Verder vind ik het belangrijk om proactief mee te denken met een klant. Daarnaast hecht ik waarde aan duidelijkheid, zeggen wat je doet en doen wat je zegt. Bovendien vind ik het belangrijk om zaken niet moeilijker te maken dan ze zijn. Een klant heeft geen behoefte aan een half advies, maar heeft ook geen behoefte aan een boekwerk waarin alle opties zijn uitgewerkt, maar waarin het antwoord ontbreekt. Verder zijn bereikbaarheid en snelheid van reageren voor mij belangrijk.
Kwaliteit en vakmanschap (aldus de geraadpleegde bronnen) dekken dus niet de lading als we het hebben over de advocatuur. Een advocaat moet meesterschap bieden! Dat is in ieder geval waar ik naar streef.
Ellen MEESTERSCHAP
‘De term “vakmanschap” doet mij denken aan de tijd dat advocaten met een ganzenveer schreven’
ELLEN (VANDEBERG ADVOCATUUR B.V.) IS EEN ONDERNEMENDE, PRAGMATISCHE, DUIDELIJKE EEN MEEDENKENDE ADVOCAAT ONDERNEMINGSRECHT.
ELLEN@VANDEBERGADVOCATUUR.NL 0655775673
COLUMN
WILCO WEIJS IS EEN VAN DE
WEINIGE ZEILMAKERS IN MIDDEN-NEDERLAND
Zeilmaker is misschien een beroep waar je niet direct aan denkt bij traditionele ambachten. Toch valt het bedrijf van Wilco Weijs - Zeilmakerij Koekman in Nieuwegein – al meer dan honderd jaar binnen die categorie.
‘Wij hebben ervoor gekozen om ons niet te specialiseren op één onderdeel binnen de zeilmakerij. Wij willen eigenlijk alles doen: van bootkappen en voortenten tot aan ziekenhuismatrassen en luifels. Alles wat je met een doek kunt maken, dat doen wij hier. Ook maken we veel met staaldraad, zoals verstagingen voor schepen, grondwerkers en trekkabels, waarbij je de draden met de hand in elkaar moet breien. Je kunt het eigenlijk zo gek niet bedenken of wij maken het. We zitten hier al honderd jaar, dus inmiddels zijn we wel een begrip in Nieuwegein.’
‘Wat ons vak bijzonder maakt is dat het zo divers is. We zitten niet alleen maar achter de naaimachine; we gaan naar klanten om het in te meten en maken een product van a tot en met z. Tijdens het hele proces zie je natuurlijk iets moois ontstaan, iets tastbaars. Dat is mooi aan het vak. En het is elke week anders.’
‘Ik ben nu vijf jaar eigenaar van het bedrijf. Vroeger deden we iets meer voor de zakelijke markt, nu werken we voornamelijk voor particulieren. Er zijn wel veranderingen geweest in de afgelopen jaren, bijvoorbeeld op het gebied van wet- en regelgeving. Milieueisen spelen tegenwoordig een grotere rol, waardoor je aan steeds meer eisen moet voldoen om iets te maken. Een stukje pvc ging vroeger veel langer mee, maar toen zat er een beetje asbest in en dat mag niet meer. Dat soort ontwikkelingen zijn goed voor de
natuur, maar komen de levensduur niet ten goede. Aan ons de taak om verwachtingen te scheppen bij klanten: oude zeilen gingen simpelweg langer mee dan degenen die we nu maken.’
‘Natuurlijk liggen er genoeg mogelijkheden voor de toekomst. De vraag naar producten die je met de hand moet maken, zal nooit verdwijnen. Wij hebben goede en minder goede jaren gehad, maar als ik naar de afgelopen jaren kijk, hebben wij altijd werk gehad. Het zal wel steeds moeilijker worden om goede vakmensen te vinden. Je verdient bij ons misschien minder dan in een kantoorfunctie. Maar wie in een – zoals wij het zeggen – oversized hobbyzaak wilt werken, heeft een hele leuke baan. Je vraagt je wel af of bij ons de lonen ook niet omhoog moeten, om meer mensen aan te kunnen trekken, maar de consument moet daar wel weer meer voor betalen. Dat blijft voor ons een lastige afweging. Het zou in ieder geval fijn zijn als ons ambacht wat vaker onder de aandacht wordt gebracht, zodat jonge meiden en jongens de weg naar ons mooie vak vaker zien te vinden.’
‘NATUURLIJK LIGGEN
INTERVIEW NEXT KITCHEN
TEKST: KELLY BAKKER | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
NEXT KITCHEN ZET VOLGENDE STAP MET VERHUIZING
Next Kitchen heeft een nieuw onderkomen! De cateraar heeft zich gevestigd in Nieuwegein, waar momenteel hard wordt gewerkt om het pand helemaal af te maken. ‘We kunnen het hier zo inrichten dat we klaar zijn voor de toekomst.’
Op het moment van dit interview is het nog een beetje rommelig op de nieuwe locatie en wordt er nog volop verbouwd. Maar het belangrijkste - de keuken - is af en volledig in bedrijf en het kantoor boven oogt ook al zo goed als klaar. ‘Ons huurcontract liep af in het vorige pand, dus we moesten wel over’, lacht eigenaar Jeroen Boere. ‘Het is nog een beetje kamperen, maar we doen er alles aan om het zo snel mogelijk af te ronden.’
Next Kitchen is sinds haar oprichting vijftien jaar geleden eigenlijk elk jaar gegroeid – de coronaperiode daargelaten. ‘We groeiden ook weer uit ons jasje in het pand waar we hiervoor zaten. De keuken was groot genoeg, maar het magazijn en de koelruimte te klein. Het bedrijf achter ons was ook aan het groeien dus we zaten elkaar een beetje in de weg. We zijn op zoek gegaan naar iets anders en kwamen via via dit pand tegen. Het is een goede uitvalsbasis en bovendien groot genoeg voor al onze bedrijfsactiviteiten. Afgelopen augustus zijn we erin gegaan, terwijl we ondertussen dus nog verbouwen.’
TOFSTE WERKPLEK
Jeroen had één belangrijke wens: de tofste werkplek creëren die er is. ‘Dat is wat ik op onze vorige locaties steeds meer begon te merken, dat het comfort minder werd. Het was er oud, warm, te klein en niet efficiënt ingedeeld. Dat gaan we nu meteen goed doen: een betere routing, meer aandacht voor hygiëne met onder andere een hygiëne-sluis om je handen te wassen, een bedrijfsrestaurant en een comfortabel kantoor dat gezellig ingericht is. Het moet een plek worden, zowel van binnen als van buiten, waar we met z’n allen trots op kunnen zijn. We bestaan al best wel lang en zijn inmiddels een serieuze partij in de cateringbranche. Dat mogen we ook intern zo voelen.’
Besloten werd om zoveel mogelijk zelf te doen. ‘Mijn vader had vroeger een aannemingsbedrijf en die heeft zichzelf als projectleider opgeworpen. In samenwerking met freelance timmerlieden en lokale bedrijven kunnen we daardoor veel zelf doen. Willemsen Isolatiebouw heeft de keukens en koelcellen geïsoleerd, Installatiebureau Nieuwegein verzorgt het installatiewerk, onze airco’s komen van Streef Airconditioning, Laven uit Utrecht heeft veel sloopwerk gedaan en Yaro interieurbouw heeft de kozijnen geplaatst. We hebben zoveel mogelijk rekening gehouden met duurzaamheid. Maar hier op het terrein hebben we een stroomprobleem. Daar zijn mooie oplossingen voor waar ik ook naar geïnformeerd heb, maar dat is nog iets te hoog gegrepen op het moment. Maar we hebben het pand wel zo voorbereid dat het in de toekomst kán.’
NIEUWE OPDRACHTGEVERS
Er heerst duidelijk nieuwe energie bij Next Kitchen: er kan op de nieuwe locatie verder aan de toekomst gebouwd worden. Maar dat goede gevoel zit hem niet alleen in de verhuizing. ‘We zijn altijd heel actief geweest om te kunnen groeien en dat zet zich nog steeds door’, aldus Jeroen. ‘We hebben er onlangs weer twee grote nieuwe opdrachtgevers bij gekregen, waaronder Studio 100. Voor “40-45 De Musical” gaan wij de crewcatering doen, dagelijks voor 150 man. Daar ben ik best wel trots op. Het maakt ons sterker en interessanter voor opdrachtgevers. Ik voel me er prettig bij om het vizier op groei te hebben. Want als er dan wat wegvalt, blijf je eigenlijk even groot.’
FESTIVAL
‘Daarnaast zijn we publieksevenementen gaan doen, daar zijn we zo’n twee jaar geleden ingerold. We hebben veel leergeld betaald hoor, in het begin hebben we een aantal dingen verkeerd ingeschat. Nu wordt het steeds interessanter, je hebt je eigen materialen en producten die je ook weer mee kunt nemen naar een volgend event. Het rendement is beter en je leert ervan. We willen ook op dat soort evenementen kwaliteit neerzetten. Je hoort mensen op een festival vaak zeggen; ik betaal twaalf euro voor een karig broodje. Dat gevoel willen wij wegnemen. Ik weet wat wij inkopen, wat wij
zelf allemaal maken dus ik weet wat de prijs/kwaliteitsverhouding is. Ik ga daar ook graag over in gesprek met organisatoren. Wij willen een toevoeging zijn, daar investeren wij in. Wij zorgen voor het mooiste terras en de juiste prijs/kwaliteitverhouding, en daar tegenover hoort dan ook een normale huurprijs of afdracht. De beleving moet gewoon goed zijn, samen een mooi event neerzetten, dat is wat we willen.’
Een vraag over vakmanschap kan in deze themaeditie niet uitblijven. Waarin ligt het vakmanschap verscholen bij Next Kitchen? Jeroen: ‘Wij maken meer dan 90 procent zelf. Niet alleen het eten, maar ook de decoratie. Ja, mayonaise bijvoorbeeld kopen we in, daar schaam ik me ook niet voor, maar verder zul je hier nauwelijks pakjes of zakjes terug
vinden. Alle soepen, sauzen en salades bereiden we from scratch. Daar heb je vakmensen voor nodig. Het grootste deel van het team heeft een koksachtergrond. Catering is een bijzondere tak van sport. Je moet niet alleen kwaliteit leveren, maar ook de ervaring hebben om te begrijpen wat er op een locatie gebeurt. Je krijgt altijd te maken met tegenvallers, zoals lastige werkomstandigheden of no shows, waardoor je veel weg moet gooien. Daar moet je soms het nodige geduld voor opbrengen. Wij moeten ook steeds vaker uitleggen dat het voor ons ook allemaal duurder is geworden, dus dat de prijzen ook omhoog gaan. We hebben geen keus. Om daar tussen te balanceren en telkens weer lekker eten te serveren, vind ik ook vakmanschap. En gelukkig zit dat in onze genen!’
PON DEALER GROEP EN MUNTSTAD GAAN SAMEN VERDER ALS PON CENTER:
‘NOG MEER MOBILITEIT VANUIT HET HART’
Pon Dealer Groep en Muntstad hebben de krachten gebundeld en gaan onder één nieuwe naam verder: Pon Center. Met de geleidelijke samenvoeging van de dealerbedrijven in 2024 ontstaat een organisatie die klaar is voor de toekomst. Nog meer focus op verduurzaming, efficiency, innovatie en digitalisering moet leiden tot optimale klantbeleving, terwijl het vertrouwde karakter van de lokale vestigingen behouden blijft.
De integratie van Pon Dealer Groep en Muntstad past in de bredere ontwikkelingen binnen de automotivebranche. Daarin vindt schaalvergroting van dealerbedrijven plaats om een gezonde basis voor de toekomst te waarborgen.
STERK GEWORTELD
‘Onze beide dealergroepen zijn sterk geworteld in respectievelijk Amersfoort/Barneveld/Nijkerk/Hilversum/ Naarden en Utrecht/Maarssen/Nieuwegein/Zeist en hebben al decennialang een trouw klantenbestand’, zegt Willem Trip, Algemeen Directeur van Pon Center. ‘Deze integratie is dan ook geen kwestie van moeten. We slaan de handen ineen vanuit een kans. Door samen op te trekken zijn we in staat om het voor onze klanten en medewerkers nog beter te doen.’
SLAGKRACHT
Trip wijst op de grotere slagkracht die met de samenvoeging ontstaat. ‘Als Pon Center kunnen we meer investeren in het hart van onze onderneming. In automatisering, artificial intelligence en andere ontwikkelingen die onze organisatie verder brengen. En dat is precies wat we moeten blijven doen als we onze klanten ook in de toekomst optimaal willen bedienen. Zij moeten op een zo toegankelijk mogelijke manier bij ons kunnen aankloppen voor mobiliteit, zowel fysiek als digitaal.’
MEER VERDUURZAMING EN DIGITALISERING
De integratie levert tal van voordelen op voor klanten en medewerkers van Pon Center: van nog meer verduurzaming tot verbetering van efficiency en van grotere innovatiekracht tot nieuwe vormen van digitalisering.
Trip: ‘Bijvoorbeeld de doorontwikkeling van onze online tools om onze klanten zo doelmatig, digitaal en transparant mogelijk te kunnen bedienen. Samen kunnen we dit nog beter neerzetten. Ook besparen we op die manier kosten. En dat kunnen we weer investeren in andere vernieuwingen die ons verder brengen.’
NIEUWE THUISBASIS PON CENTER AUTOSCHADE (VOORHEEN ASCA)
Een goed voorbeeld daarvan is de nieuwe thuisbasis die Pon Center Autoschade krijgt. De bouw van een hypermodern en duurzaam pand aan de Nijverheidsweg-Noord 100 in Amersfoort is in volle gang. Het nieuwe pand betekent zowel een uitbreiding als een modernisering met een sterk duurzaam karakter. In oktober/november vervolgt Pon Center Autoschade haar specialistische werkzaamheden in een onderkomen dat volledig future-proof is.
DUURZAAMSTE AUTOBEDRIJF
Pon Center, dat als groep de ambitie heeft om de duurzaamste dealer te zijn, zet ook een grote stap met de nieuwbouw van de servicevestiging in Nieuwegein. Van zonnepanelen tot snelsluitdeuren tegen warmteverlies en van een megabatterij voor energieopslag tot hoogwaardige isolatie: het nieuwe pand heeft het allemaal en is daarmee nagenoeg nul-op-de-meter. Daarnaast krijgt het de beschikking over de werkplaats van de toekomst met de nieuwste gereedschappen en technieken, compleet met een nieuwe teststraat en aparte werkplaatsen voor HoogVolt-werkzaamheden aan elektrische auto’s. De volledig vernieuwde servicevestiging opent naar verwachting in het najaar van 2025 haar deuren.
PON CENTER LEASE
Over duurzame mobiliteit gesproken: op dat gebied heeft Pon Center Lease de zakelijke rijder veel te bieden. Op de lange én korte termijn, voor grote én kleine bedrijven. ‘Voor het midden- en grootbedrijf verzorgen we actief wagenparkbeheer’, vertelt Gérard van Koert, directeur Lease en Fleetsales. ‘We bieden daarbij een compleet mobiliteitspakket én zorgen ervoor dat je altijd in controle bent als wagenparkbeheerder. Van transparante rapportage-
systemen tot een online calculatiemodule en van een berijdersapp tot digitale facturatie. Met onze oplossingen kunnen we aan alle grote mobiliteitsvraagstukken tegemoet komen.’
Voor kleinere bedrijven is Pon Center Lease de gewenste one-stop-shop. ‘Deze klanten willen snel geholpen worden. Met onze flexibiliteit kunnen we dat’, zegt Van Koert. ‘Onze benadering daarbij is altijd persoonlijk. We hebben met Volkswagen Pon Financial Services veel financiële slagkracht achter ons, maar zijn benaderbaar en betrokken aan de voorkant. We staan in alle dealerbedrijven klaar voor onze klanten, ook op de momenten van de waarheid. Als je snel weer de weg op moet, kunnen wij die service bieden. Dat is wat je als ondernemer, wagenparkbeheer of berijder wilt: gezien, gehoord en geholpen worden. Kom langs, wij zijn er voor je en hebben het antwoord op al jouw mobiliteitsvragen. Zodat jij elke kilometer zorgeloos kunt genieten van mooie merken als Volkswagen, Audi, SEAT, Škoda, Cupra, Volkswagen Bedrijfswagens en nog veel meer.’
VERTROUWD DNA
De ambitie is helder: Pon Center moet uitgroeien tot de innovatiefste, duurzaamste en gezelligste dealer van Nederland. Klanten ervaren daar de voordelen van, maar zouden verder weinig van de integratie moeten merken. ‘Groter betekent vaak logger’, zegt Trip. ‘Maar dat is juist wat wij willen voorkomen. Daarom behouden alle vestigingen hun lokale verantwoordelijkheid. Het vertrouwde DNA koesteren we juist.’
OVER PON CENTER
Pon Center is officieel merkdealer en servicepartner van Volkswagen, Audi, SEAT, Škoda, CUPRA en Volkswagen Bedrijfswagens. Zij verricht verkoop- en onderhoudsactiviteiten en beschikt over autoschadeherstelbedrijven, een eigen leasemaatschappij en autoverhuur.
IN SAMENWERKING MET: Down Under W3 Wijnen KlaverOmega Bloemenboutique Nicole Klaproos DePartyshop.nl
ZOMERBIJEENKOMST 2024
DOWN UNDER 9 JULI 2024
Afgelopen juli waren we met de businessclubs van OnderNamen Utrecht en Lekstroom te gast bij het volledig vernieuwde Down Under. Een prachtige locatie aan het water waarbij er onder het genot van een hapje en een drankje volop werd genetwerkt. Uiteraard werden ook de zomeredities van OnderNamen Utrecht en Lekstroom gelanceerd. We kijken terug op een geslaagde bijeenkomst.
‘Een prachtige locatie aan het water’
De coverster van de zomereditie: DDM
INTERVIEW
SCHILDERSBEDRIJF JOH. VAN DOORN
TEKST: STAN BOS | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
‘DE KUNST IS OM IEDEREEN OP EEN PRETTIGE MANIER TE
LATEN WERKEN’
Al bijna negentig jaar is schildersbedrijf Joh. van Doorn een betrouwbare partner voor schilder-, glasen houtwerk. Voor het bedrijf uit Bilthoven blijft het in deze tijden een uitdaging om echte vakmensen binnenboord te halen. ‘De meeste jongens die hier komen, horen van vrienden hoe het bij ons gaat.’
Vakmanschap staat onder druk. Als er één bedrijf is dat erover kan meepraten, dan is het Schildersbedrijf Joh. van Doorn uit Bilthoven wel. Het opleiden van jonge schilders, glaszetters en timmerlui wordt een steeds grotere uitdaging, merkt Johan van Doorn. De directeur heeft er een oplossing voor bedacht. ‘Leerling-schilders, -glaszetters en -timmerlui lopen tijdens hun opleiding met een leermeester mee. Dat doen ze hoofdzakelijk in het particuliere werk. Naast vakmanschap gaat het ook om de omgang met klanten. Waar de nadruk op ligt? Op tijd komen, klanten
netjes aanspreken en als je weggaat of klaar bent, ruim je alles netjes op. Dat zijn de basisdingen. Daarnaast leer je het vak dus van een ervaren vakman.’
Juist dat vakmanschap en die klantgerichtheid zitten diep verankerd in de bedrijfscultuur. Johannes van Doorn, de opa van Johan, begon het bedrijf in 1937 in een oud schuurtje in Maartensdijk, dat nu De Bilt is. Het startende schildersbedrijf deed alleen lokaal werkzaamheden. De vader en oom van Johan namen het bedrijf eind jaren zestig over. Iets voor de eeuwwisseling kwam Johan erbij. ‘We zitten hier nu veertien jaar. Vanaf het moment dat ik erbij kwam, kwamen er meer diensten bij. Sindsdien doen we niet alleen glas- en schilderwerk, maar ook timmerwerk. Alles dat we tegenkomen aan onderhoud - zolang het hout is - kunnen we gelijk meepakken. Als ramen, kozijnen en deuren verrot zijn, herstellen we dat.’
Johan van Doorn
‘VROEGER HAD JE VEEL MEER AANWAS VAN JONGEREN DIE HET
VAK IN GINGEN’
FAMILIEBEDRIJF
Eigenlijk stond het helemaal niet in de sterren geschreven dat Johan zich zou aansluiten bij het familiebedrijf. Hij studeerde bouwkunde en ging daarna aan de slag bij een adviesbureau. Toen zijn oom overleed, stond zijn vader er alleen voor. ‘Mijn vader zei: “ik ga nu iemand extern zoeken of je hebt de kans om erbij te komen”. Ik had een kantoorfunctie en merkte dat dát ‘m niet ging worden. De combinatie tussen binnen en buiten trok me aan, ik wilde vrijer zijn. Dat kon hier. Rond 2000 heb ik het bedrijf overgenomen.’
Schildersbedrijf Joh. van Doorn groeide met succes uit tot een betrouwbare naam in Bilthoven en omgeving. Op bedrijventerrein Larenstein beslaat de opslaghal 750 vierkante meter. Op kantoor werken zo’n tien mensen, de totale organisatie bestaat uit negentig mensen, verdeeld over schilders, glaszetters en timmerlieden. Een aardige groep om aan te sturen. ‘De kunst is om iedereen op een prettige manier te laten werken. We doen niet de grote projecten voor woningbouwverenigingen van vijfhonderd woningen hier of duizend daar. Wij richten ons meer op kleinschalige projecten en particulier werk. Projecten bijvoorbeeld van dertig, vijftig of honderd woningen. Dat is te overzien en legt niet te veel beslag op de rest van de planning. Je kunt snel schakelen.’
De arbeidsmarkt staat onder druk, de kunst om aan goed personeel te komen is niet eenvoudig, zeker in functies waar vakmanschap is vereist. ‘Vroeger had je veel meer aanwas van jongeren die het vak in gingen’, vertelt Johan. ‘Dat is steeds minder geworden. Het wordt ondergewaardeerd, al vanaf school. Daar zeggen ze dat je eerst maar theorie moet leren en als dat niet lukt, dan ga je maar naar de praktijk. De meeste jongens die hier komen, horen van vrienden hoe het bij ons gaat. Of het zijn zonen of dochters van mensen die hier al werken.’
Dat is precies de reden waarom leerlingen bij Joh van Doorn in grofweg de eerste twee jaar met een vaste leermeester meelopen. Het is dé methode om alle facetten van het vak goed te leren. De kunst om het vakmanschap daarna binnenboord te houden? ‘Dat gaat vanzelf. Heel af en toe willen ze zzp’er worden, omdat ze dan van vriendjes horen dat het allemaal hosanna is, maar daar komt een heel aantal van terug. Als ze bij een leermeester hebben gezeten, moet je ze daarna het goede werk geven. Wij
merken gaandeweg of ze verder willen in het particuliere werk of dat ze grotere projecten willen. Bij ons zijn er genoeg mogelijkheden. Je ziet vanzelf of iemand ergens bepaalde affiniteit mee heeft.’
GASPRIJZEN
Ook op andere gebieden liggen er uitdagingen, zeker na de exploderende gasprijzen. ‘Toen kwamen we erachter dat er ontstellend veel woningen zijn in de regio waar nog enkel glas of eerste generatie dubbelglas in zit. Mensen willen isoleren en op het moment dat je dat gaat doen, moeten kozijnen en ramen worden aangepakt. Die moeten ook worden geschilderd. Als er dan toch een steiger staat, kunnen we meteen een nieuw raam plaatsen. Het voordeel bij ons is dat we alles zelf kunnen doen en dat onze klanten met één aanspreekpunt te maken hebben. Alles staat in één offerte binnen één opdracht.’
Ziet Johan met het oog op de toekomst dat de fakkel wordt overgedragen aan zijn eigen kinderen? Hij lacht. ‘Mijn dochter werkt in de horeca, mijn zoon in de luchtvaart, dus dat zie ik niet gebeuren. De samenwerking met een ander bedrijf is een stuk waarschijnlijker. Zo kan ik het bedrijf uiteindelijk goed doorgeven.’
Schildersbedrijf Joh. van Doorn rijdt inmiddels met de eerste elektrische glasbus, een vereiste om bepaalde binnensteden in te komen. Inmiddels is 25 procent van het wagenpark elektrisch. ‘We hebben nu twee laadpunten en er komen er nog twee bij, maar daarna kan het netwerk het niet meer aan’, legt Johan uit. ‘Daar kan ik dus niet verder mee, want dan staan de auto’s stil en kan ik ze niet laden. Ik zou wel willen, maar ondanks dat we hier op een redelijk nieuw bedrijventerrein zitten, kan ik geen zwaardere aansluiting krijgen. Technisch gaat dat niet.’
TEKST: MARJAN I. JAARSMA | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
TECH CAMPUS VAN ROC
MIDDEN NEDERLAND BRENGT
ICT-OPLEIDINGEN
OP EEN VEEL HOGER PLAN
Sinds 1 januari van dit jaar waait er een andere wind door het ICTgebouw in Nieuwegein. Verbetering, vernieuwing, hervorming, flexibilisering en intensieve samenwerking met het bedrijfsleven, daar draait het om. Dankzij een RIF-subsidie, drie ijzersterke actielijnen en veel enthousiasme zijn er inmiddels grote stappen gezet. Het woord is aan twee docenten, een opleidingsmanager en een RIF-partner.
René van Mourik en Sally-Ann Wongsodikromo
RIF-SUBSIDIE
Docent datacommunicatie Erwin Hoogeveen: ‘April vorig jaar raakten René en ik in gesprek. Onderwijsontwikkeling was iets wat we tot dan toe naast onze taken deden. Zou het niet eens mooi zijn, dat we onder de loep nemen wat we doen en dat we een betere aansluiting vinden op wat er in het bedrijfsleven gebeurt? Een dag later was ik projectleider RIF (Regionaal Investeringsfonds mbo).’ Opleidingsmanager René van Mourik: ‘Docenten zijn bezig met lesgeven. Als je daarnaast nog onderwijs wilt maken, is het wel fijn dat je daar middelen bij hebt. Ik checkte bij voormalig Tech Campus-directeur Robert Koch of indienen voor de deadline op 1 juli haalbaar was. Het lukte, in oktober werd de subsidie toegewezen, op 1 januari van dit jaar zijn we gestart.’ Naast het ROC Midden Nederland participeren in deze PPS onder andere basisscholen, voortgezet onderwijs, hbo, universiteit en ICT-bedrijven.
DRIE ACTIELIJNEN
Erwin: ‘In de subsidieaanvraag hebben we drie actielijnen verwoord. Ten eerste is dat de inhoudelijke ontwikkeling van een klassieke vorm van ICT-onderwijs naar een modulair, flexibel onderwijsaanbod. Studenten moeten zoveel mogelijk keuzevrijheid hebben. Modulair betekent dat we ook blokken aanbieden en met certificaten gaan werken; dat is interessant voor het bedrijfsleven. Het past binnen het programma Leven Lang Ontwikkelen. De tweede actielijn gaat over ons blikveld: dat moet naar buiten gericht zijn. Enerzijds betekent dit realistische casuïstiek naar binnen halen en anderzijds de stagecomponent versterken, zodat het samen opleiden wordt en een student zelfs examen kan doen op zijn of haar stageplaats. De derde actielijn gaat over hoe we als team de ontwikkelingen binnen de ICT bijhouden. Daar zijn learning communities voor gevormd, waar ook studenten aan deelnemen.’
MEER DAN STAGE LOPEN
Sally-Ann Wongsodikromo is Quality manager bij RIFpartner Fujitsu in Utrecht. Zij is deze week begonnen met een nieuwe groep bol-studenten, twee vrouwen en zes mannen, voornamelijk Tech Campus-studenten van de mbo-4 opleiding Expert IT System & Devises die als helpdeskmedewerker vragen beantwoorden van vaak grote accounts. Sally-Ann: ‘Zo’n eerste dag zie je best wel een verschil tussen hoe ze het geleerd hebben en waar we ze willen hebben. In het hele traject worden ze gemonitord op communicatie skills en ticket skills, de opening kan bijvoorbeeld niet goed zijn of de dataspecificatie. Ik luister gesprekken terug. Als er te veel studenten hetzelfde niet goed doen, dan geef ik een workshop. We hebben elke week coachingsgesprekken. Ik heb zoveel leuke studenten, ik heb een zoon van dezelfde leeftijd. Op een gegeven moment heb je een klik en dan wordt het persoonlijk, dan gaat het niet meer om goed of fout, maar dan gaan we hard voor elkaar werken. Zo kreeg ik van een student een tool om mijn computer sneller te laten werken, erg leuk!’
Docent en stagebegeleider Petra Brands: ‘Wat ik zo mooi vind aan de samenwerking met Fujitsu is het samen optrekken. Je leert elkaar beter kennen, onderwijs en bedrijfsleven gaan meer in elkaar overlopen. Als de studenten terugkomen, zijn ze echt veranderd en dan pak ik het estafettestokje over.’
FRISSE BLIK ÈN CREATIVITEIT
Leren jullie iets van studenten? René: ‘We hebben studenten nodig voor hun frisse blik. Studenten zetten tools in die wij als docenten soms nog niet kennen.’ Sally-Ann: ‘Ze stellen heel kritische vragen.’ Petra: ‘Het is een jonge doelgroep die digitaal is opgegroeid. Ze weten bijvoorbeeld veel eerder dan wij hoe je met slimme app’s werkt en deze gelijktijdig laat draaien in je systemen. Je ziet dat je naar een generatie AI gaat die niet op Google zoekt. Dat jong zijn, geldt zeker niet voor alle studenten. De opleidingen zijn voor alle leeftijden.’ Moet een ICT-student creatief zijn? Erwin: ‘Studenten zijn creatievelingen op hun eigen manier. Ze komen voor problemen te staan die op dat moment moeten worden opgelost. Als je dat volgens het boekje doet, kost het te veel tijd.’
NIEUWE RIF-PARTNERS, VRAAGSTUKKEN EN GASTCOLLEGES GEZOCHT
Erwin: ‘We blijven zoeken naar partners in de RIF die samen met ons een nieuwe generatie ICT’ers willen opleiden. We gaan hierover graag in gesprek met ICT-bedrijven. Verder zijn we altijd op zoek naar vraagstukken die we hier op de Tech Campus tijdens ICT-lessen kunnen behandelen en blijven we geïnteresseerd in gastcolleges.’ Dus ICT-ondernemers mogen je hierover bellen of mailen? Erwin: ‘Graag zelfs!’ Het laatste woord is aan Sally-Ann: ‘Ik ben heel lovend over de studenten en de samenwerking met de Tech Campus en hoop dat deze nog lang blijft voortduren!’
‘WE BLIJVEN ZOEKEN NAAR PARTNERS IN DE RIF DIE SAMEN MET ONS EEN NIEUWE GENERATIE ICT’ERS WILLEN
INNOVATIE EN ONDERZOEK TIJDENS UTRECHT SCIENCE WEEK
“Waarom zijn jullie eigenlijk gestart met de organisatie van de Utrecht Science Week?”, vroeg de journaliste van het AD eind september voorafgaande aan de start van de Utrecht Science Week.
Inmiddels kijken we terug op de vierde editie met tientallen events. Een unieke kans om kennis te maken met wetenschap en innovatie in Utrecht. Lezingen, rondleidingen, dialoogsessies, paneldiscussies en kennismarkten werden heel goed bezocht, over actuele thema’s als preventieve gezondheidszorg, klimaatverandering en proefdiervrije innovatie. Onderwerpen waar op het Utrecht Science Park dagelijks met vereende krachten én met hart en ziel aan wordt gewerkt door kennisinstellingen, onderzoeksinstituten en research & development (R&D)-bedrijven.
Met de Utrecht Science Week willen we dus aan het brede publiek laten zien wat de meerwaarde is van de unieke kennisconcentratie op het Utrecht Science Park. Zo was er een maximaal aantal van 200 bezoekers bij een publieksevent “Ziekenhuis van de Toekomst”, waar het UMC Utrecht liet zien hoe je eigen cellen in de toekomst als medicijn ingezet kunnen worden. Het laat zien dat we in Utrecht voorop lopen op het gebied van “regeneratieve geneeskunde”.
Biotechbedrijf Genmab vertelde hoe de labs en gezondheidszorg van de toekomst eruit zien en hoe automatisering, digitale transformatie en Artificial Intelligence (AI) een revolutie teweegbrengen.
De Utrecht Science Week werd in het weekend van 5 en 6 oktober weer afgesloten met het jaarlijks terugkerende “Weekend van de Wetenschap”. Duizenden bezoekers genoten van proefjes, workshops en rondleidingen om kennis te maken met verschillende aspecten van de wetenschap. Universiteit Utrecht (en Botanische Tuinen), Hubrecht Instituut, Westerdijk Instituut, UMC Utrecht, Wilhelmina Kinderziekenhuis, Prinses Máxima Centrum en KNMI openden daarvoor hun deuren voor een uniek kijkje achter de schermen.
Naast het brede publiek werd ook ingezet op events waarbij wetenschappers vanuit disciplines bij elkaar komen. Juist interdisciplinaire samenwerking tussen de organisaties op het Utrecht Science Park, van kennisinstellingen tot bedrijven, leidt tot baanbrekend onderzoek en bijvoorbeeld betere vooruitzichten voor mens en dier met kanker of nieuwe toepassingen op het gebied van duurzaamheid.
Kortom, de Utrecht Science Week voldoet volledig aan de verwachtingen zoals we deze in 2021 hebben geschetst. Afgelopen editie was een nog groter succes dan vorig jaar en wordt dus ook komende jaren vervolgd.
Tot volgend jaar!
Jan Henk
‘Met de Utrecht Science Week willen we aan het brede publiek laten zien wat de meerwaarde is van de unieke kennisconcentratie op het Utrecht Science Park’
JAN HENK VAN DER VELDEN IS SINDS AUGUSTUS 2017
DIRECTEUR-BESTUURDER VAN STICHTING UTRECHT SCIENCE PARK. HET UTRECHT SCIENCE PARK IS MET MEER DAN 28.000 WERKNEMERS (EN MEER DAN 55.000 STUDENTEN)HET GROOTSTE SCIENCEPARK VAN NEDERLAND.
0610414847
JANHENK.VANDERVELDEN@UTRECHTSCIENCEPARK.NL
COLUMN
THEMA REPORTAGE
GLASBLAZER BART RENTMEESTER
LEERDE ZIJN AMBACHT
IN AUSTRALIË
Volgens glasblazer Bart is zijn beroep al eeuwenlang hetzelfde. Sinds de Romeinen glaswerk begonnen te vervaardigen, is zijn vak niet of nauwelijks verandert. En hoewel het gereedschap zich in de loop der jaren wel heeft ontwikkeld, blijft het een ambacht dat stuk voor stuk unieke producten oplevert.
‘Het glasblazen doe ik professioneel sinds 2019. Ter voorbereiding heb ik in Australië een intensief traject van twee jaar gevolgd, waarbij je als glasblazer werkt en daarnaast opgeleid wordt. Om toegelaten te worden moest je een bepaalde basis hebben die ik al wel had, maar eenmaal daar ben ik getraind in alle specifieke kneepjes van het vak. Ik werk inmiddels een paar dagen in de week voor het Glasmuseum en de bijbehorende glasblazerij in Leerdam. Daarnaast heb ik nog een eigen glas-in-lood atelier.’
‘Wat ik bijzonder vind aan mijn werk? Voor mij is dat het creëren van iets tastbaars uit die vloeibare massa. Dat je het met je handen en wat gereedschap kunt bewerken en het glas zo kunt vormen dat je er iets prachtigs van kunt maken. En natuurlijk dat je iets doet wat een eeuwenoud vak is. Alles wat je in een museum ziet staan, konden ze toen al en dat doen we nu nog steeds.’
‘Natuurlijk ontwikkelt ons vak zich ook, maar het materiaal zelf is hetzelfde spul als toen de Romeinen het maakten. Alleen de samenstelling is anders, waardoor je het makkelijker kunt bewerken. En de apparatuur is verandert. Vroeger had je ovens op hout, toen op gas en nu zijn ze elektrisch. Dat soort dingen blijven zich ontwikkelen,
maar de basis is al eeuwenlang hetzelfde. Natuurlijk heb je industriële manieren van glas vervaardigen – bijvoorbeeld voor het blazen van bierflesjes –, maar voor onze, meer kunstzinnige tak van sport, heb je altijd twee mensen nodig om het te maken. De één vormt het glas en de ander blaast er lucht in. En omdat het handwerk is, is alles wat we maken uniek. Dat zie je hier goed terug in het Glasmuseum; alles is anders.’
‘Een beeld schetsen van de toekomst van ons vak vind ik moeilijk. Ik heb het idee dat het bij ons ambacht een beetje op en neer golft. Wanneer het economisch goed gaat en men geld over heeft voor kunst, gaan wij daarin mee. Gaat het slechter, dan wordt er als eerste op kunst en luxe bezuinigd. Toch houden wij vast aan het maken van kunst en unieke werken – items die je nergens anders kunt kopen.’
‘NATUURLIJK
ONTWIKKELT ONS
INNOVATIE
HOLOHELMET GEEFT 3DBOUWINFORMATIE, PRECIES OP DE PLEK
WAAR JE HET NODIG HEBT STAMHUIS/SIMULTRIA
Innoveren zit diep in het DNA van retailbouwer Stamhuis uit Utrecht. Om bouwwerkzaamheden op de bouwplaats zo kort mogelijk te laten duren, bereiden ze alles tot in de puntjes voor. ‘Virtueel bouwen’ noemen ze het zelf, wat neerkomt op millimeternauwkeurige 3D-modellen en superslimme prefab-constructies. Met Building Virtuality geven ze klanten zonder technische middelen en kennis de mogelijkheid om virtueel door het complete 3D-model te lopen. Met als nieuwste snufje: de futuristische HoloHelmet.
HoloHelmet 3D in beeld
We schuiven aan bij directeur Henk Stamhuis en Ko Bontje, teamcoach BIM & digitalisering. Voor hen ligt de nieuwe helm al te pronken op tafel. Dit is nu nog een prototype, maar de eerste échte exemplaren worden eind november gedemonstreerd op de Digibouw beurs in Utrecht en in gebruik genomen door de retailbouwers van Stamhuis. ‘De helm geeft werknemers op locatie toegang tot alle 3Dbouwtekeningen, precies op de plek waar je het wil hebben’, vertelt Ko. ‘Het is een serieuze stap verder dan gebruik van een tablet, wat uiteindelijk nog steeds een beperkte weergave geeft van alle informatie die beschikbaar is.’
MIXED REALITY
‘De helm werkt op basis van mixed reality’, vertelt Ko. ‘Veel mensen kennen wel virtual reality, waarbij je via een VRbril naar een schermpje met beelden kijkt. De HoloHelmet gaat een stap verder, omdat deze informatie uit onze 3Dmodellen projecteert op het glas van de bril. Je ziet door het glas gewoon je omgeving, maar dan aangevuld met gegevens uit het BIM-model. Voordeel is dat je rond kunt lopen zonder dat je ergens tegenaan loopt en tegelijk de informatie kan gebruiken voor het uitvoeren van je taken. Praktische voorbeelden zijn digitale markeringen op de muur waar geboord moet worden, of virtuele piketpaaltjes die laten zien waar je de echte exemplaren moet neerzetten.’
VOOR IEDEREEN BESCHIKBAAR
De nieuwe ontwikkelingen komen voort uit de wens van Stamhuis om hun gedetailleerde digitale bouwtekeningen breder beschikbaar te maken. ‘We zijn al jaren heel ver met het gebruik van 3D-modellen’, vertelt Henk Stamhuis. ‘Tot nu toe waren ze echter alleen toegankelijk voor techneuten met een krachtige pc en de juiste software. Klanten kregen nog altijd een tekening te zien. We wilden het 3D-model ook beschikbaar maken voor mensen zonder technische kennis en middelen. Hiervoor ontwikkelden we een klantportaal, waar je kunt inloggen en met een normale laptop door het ontwerp kunt lopen. Functies die alleen voor techneuten handig zijn, zijn weggelaten en wat voor de klant relevant is, is zichtbaar. Omdat we zagen dat de oplossing ook toepassingsmogelijkheden buiten Stamhuis heeft, hebben we er een apart bedrijf van gemaakt: Simultria. We gebruiken de oplossing zelf, maar bieden de software via Simultria ook onder licentie aan.’
CONFIGUREER JE VERBOUWING
Een van de unieke eigenschappen van het klantportaal is dat je als klant keuzes kunt maken, die zich direct doorvertalen naar het 3D-model, de prijslijst en de bouwtekeningen. ‘Je kunt je eigen verbouwing configureren, zoals je ook een nieuwe auto koopt’, vertelt Henk. ‘Neem als voorbeeld een nieuwbouwwoning. Daar zijn altijd opties: wel of geen dakkapel, uitbouw van één of twee meter, wel of geen buitenkraan. Via het klantportaal kan een bewoner door zijn huis lopen en de opties virtueel bekijken. De gemaakte keuzes vertalen zich meteen door naar de prijslijst, maar
ook naar het 3D-model. Daar zit nog wel een controle van een engineer tussen, maar in principe vallen keuzes direct terug in BIM. Dit principe werkt voor een woning, maar kun je natuurlijk op vele projectsoorten toepassen. Als er een 3D-model is, werkt de software.’
VERTALING NAAR DE BOUW
Waar het klantportaal een oplossing biedt voor de ontwerpen verkoopfase van bouwprojecten, zocht Stamhuis ook naar mogelijkheden om BIM-modellen beschikbaar te maken in de uitvoering. Dat brengt ons terug bij de nieuwste innovatie: de HoloHelmet. ‘De Hololens op de helm is een apparaat van Microsoft’, vertelt Ko. ‘De standaard lens bleek echter niet nauwkeurig genoeg om te gebruiken op de bouw. Onze helm maakt gebruik van GPS, maar zoals je wel kent van je navigatiesysteem, is dat niet op de centimeter nauwkeurig. We integreerden daarom een eigen oplossing die preciezere locatiebepaling mogelijk maakt, nauwkeuriger dan een centimeter. Zonder al te technisch te worden, doen we dat door op de bouwplaats een ijkpunt op een statief te plaatsen, waarmee de helm in verbinding staat. Op de helm kan de bouwer nu alle informatie oproepen uit het 3D-model, die nodig is om de werkzaamheden snel en nauwkeurig uit te voeren. Zo stroomlijnen we het proces nog verder en halen we het optimale uit de bouwers op locatie.’
‘JE ZIET DOOR HET
GLAS GEWOON
JE OMGEVING, AANGEVULD MET GEGEVENS UIT HET
Simultria Otto Hahnweg 20 | 3542 AX Utrecht k.bontje@simultria.nl www.buildingvirtuality.com
Commanderije van Sint Jan
INTERVIEW
TEKST: STEFAN FORSTEN | FOTOGRAFIE: MENNO RINGNALDA
GERESTYLDE COMMANDERIJE IDEAAL
VOOR RECEPTIE, BRUILOFT, WALKING DINNER, FEEST OF VERGADERING
EVENT OP DE PLANNING? GEKE EKELSCHOT
ORGANISEERT ‘M MET HET GROOTSTE PLEZIER!
Het zijn horecatijgers pur sang en dat is al jarenlang de reden van hun succes. Geke Ekelschot en zijn team hebben het à la carte restaurant De Heeren van Montfoort en exploiteren daarnaast nog eens drie unieke locaties waar zij events van klein tot groot organiseren. Naast Kasteel Montfoort en Tuin de Hoge Waard is er ook de Commanderije van Sint Jan; een historische kapel in Montfoort, die onlangs flink werd gerestyled, onder leiding van topdesigner Eric Kuster.
Het is duidelijk dat Geke Ekelschot en zijn team, vrouw Sandra en compagnon/chef-kok Mike Verkleij energie krijgen van hun werk. Bij De Heeren van Montfoort, het à la carte restaurant waar nog heerlijk bourgondisch gekookt wordt, zit de sfeer helemaal goed. Geke steekt enthousiast van wal, door te vertellen over hun agenda van de afgelopen twee weken: het team had vijf bruiloften op de planning. De één totaal anders dan de ander en juist dat maakt het zo leuk. Daarnaast verzorgen ze diverse vergaderingen en bedrijfsevents op verschillende locaties met bijvoorbeeld een walking dinner en borrel ter afsluiting. Kortom, Geke is best druk, maar zou niet anders willen. ‘Ik zie het niet eens als werk, de horeca is mijn leven. Om
succesvol te zijn in deze branche moet je over de juiste mentaliteit beschikken. Ik wil het mensen naar de zin maken en ik pas me gemakkelijk aan. Daarnaast hebben we een super team met goede bedrijfsleiders. We kunnen gemakkelijk schakelen. Onlangs moesten we last minute wijzigen van locatie en planning en ook dan houden we het koppie erbij. Binnenkort word ik zestig en dat is wel een moment dat ik het iets rustiger aan wil gaan doen. Of dat gaat lukken, moet nog even blijken’, zegt Geke glimlachend.
VIER LOCATIES
Naast restaurant De Heeren van Montfoort, waarmee Geke zijn horeca avontuur begon, exploiteert hij de Commanderije van Sint Jan, Kasteel Montfoort en Tuin de Hoge Waard. Allemaal zijn ze gerestyled onder het toeziend oog van topdesigner Eric Kuster. ‘Hij doet het super, samen met mijn vrouw zoeken ze mooie dingen uit en Eric snapt dat de locaties multi-inzetbaar moeten zijn. De Commanderije is onlangs verbouwd en weer naar het nu gebracht. De kapel is licht dankzij de vide en vormt een mooie locatie voor een bruiloft, diner of vergadering. Het leuke van de locaties is dat we over binnenen buitenplekken beschikken en dat ze dichtbij elkaar liggen.
Gasten kunnen vergaderen bij de Commanderije en daarna een borrel drinken bij Kasteel Montfoort of de Heeren van Montfoort. Tuin de Hoge Waard is een bijzondere buitenlocatie met vijvers, een buitenbar en zitplekken. De tuin ligt hemelsbreed zo’n vijfhonderd meter van het centrum, daarom hebben we nu onze eigen golfkarretjes waarmee we gasten naar een volgende locatie brengen. Als gasten met een rood hoofd binnen komen, staan wij 1-0 achter en dat willen we natuurlijk niet! Daarom hebben we zestig eigen parkeerplekken rondom de kerk en nog veertig elders in het centrum. En we werken samen met het Yuverta vmbo in Montfoort (het oude Wellantcollege) Daar hebben we nog eens honderd extra plekken, als het bij hen uitkomt, en als we echt om het hand zitten.’
À LA CARTE
Geke werkt nu ruim dertig jaar samen met compagnon Mike Verkleij. ‘We vertrouwen elkaar blindelings en we weten wat we aan elkaar hebben. De Heeren van Montfoort is nog één van de weinige restaurants met een uitgebreide à la carte kaart. We hebben standaard verse zeetong op de kaart, net als chateaubriand (die andere klassieker) en een bereiding met kalfsvlees.’ De Heeren van Montfoort werd ooit opgericht door Geke zijn opa, toen nog de Gouden Leeuw genaamd. ‘Ik hielp daar als kleine jongen mee in de keuken. Het voelde totaal niet gedwongen, het was de normaalste zaak van de wereld dat ik meehielp. Negen jaar geleden hebben we de Gouden Leeuw omgedoopt tot De Heeren van Montfoort,
gelijk met de verbouwing en uitbreiding van het pand. We hebben sinds een aantal jaar een extra ruimte: een compleet overdekt en verwarmd buitenterras. Ik vind dat je in de regio Utrecht nog maar weinig restaurants ziet met een uitgebreide Franse kaart. Dat wil ik gasten laten ervaren; “gewoon” goed en lekker eten in een gezellig restaurant met warme sfeer waar je je thuis voelt, met een comfortabele stoel.’
ORGANISATIE
Qua events regelen Geke en zijn team alles wat je maar wilt. ‘We doen de catering ook op locatie. Laatst verzorgden we de catering op een cruiseschip in Rotterdam. Dat was voor ons een bijzondere ervaring. Maar we organiseren ook alles eromheen. Dus de totale aankleding: van de inhuur van de partytent tot aan de bloemschikking. We hebben de juiste connecties, dus het is voor de opdrachtgever ideaal om alles uit handen te geven. Zo houden wij ook controle over de routing van een event.’ Geke zit nu alweer met zijn hoofd bij de aankomende kerstperiode. ‘Het is de periode waarin wij bedrijfsborrels of events mogen regelen, vaak aangevuld door bijvoorbeeld een walking dinner.’
Reserveer via de QR-code uw zakelijke diner of arrangement!
‘ALS JE HIER ZO LANG WERKT, WORD JE VANZELF EEN VAKMAN’
Al ruim tachtig jaar staat Van Veluw B.V. aan de top met de productie van kleine metaalwaren. Speldjes en medailles zijn bij het bedrijf uit Zeist in goede handen. De KNVB is een belangrijke klant. Elk jaar maakt Van Veluw B.V. de KNVB-beker en de miniaturen voor de spelers. Die lange relatie wordt gekoesterd.
Bij binnenkomst in de sfeervolle showroom van Veluw B.V. in Zeist, tegenover Oud London, vallen ze meteen op. De borstbeelden van Wouter van Veluw senior en zijn zoon Ad. Kleinzoon Wouter (60) kijkt trots naar de beelden. Naamgenoot en opa Wouter begon Van Veluw B.V. in 1942, midden in de grauwe oorlogsjaren, nadat iedereen bij de Gero in Zeist, ook hijzelf, zijn congé kreeg. Wouter senior had affiniteit met metaal, belandde in het verzet en maakte verzetsspeldjes met Nederlandse vlaggetjes. Het
was zijn eerste opdracht. Na de oorlog volgde er een ware speldjesrage.
In 1972 overleed Van Veluw senior, waarna zijn zoon Ad het bedrijf overnam. Kleinzoon Wouter kwam in 1987 in dienst, volgde zijn gepensioneerde vader acht jaar later op en kocht in 1996 alle aandeelhouders uit, inclusief diverse familieleden. In 2006 nam Wouter Koninklijke Begeer en Medaillefabriek Stol over. ‘Die hebben we hier in 2008 samengevoegd’, vertelt Wouter in de showroom, nippend aan een kop koffie. ‘Toen werkten er hier 128 mensen, nu 35, eigenlijk iets te weinig. Het is lastig om aan goede mensen te komen, je hoort het overal. We hebben vijf Oekraïners in vaste dienst. Die werken perfect, al is de taal wel een barrière.’
‘WIJ WERKEN IN EEN NICHEMARKT, DUS ALS JE HET HEEL KORT WILT ZEGGEN: SPELDJES EN MEDAILLES’
Om het eenvoudig uit te leggen: Van Veluw B.V. maakt kleine metaalwaren. Als het van metaal is en niet te gek groot, dan moet het Zeister bedrijf het kunnen produceren. ‘Onze hoofdmoot is: alles dat van metaal is en op een uniform wordt gedragen. Dat kan een speldje zijn of een knoop, een baretembleem of een onderscheiding. Als het maar niet té groot is. We maken bijvoorbeeld geen lantaarnpalen’, voegt Wouter er met een brede lach aan toe. ‘Wij werken in een nichemarkt, dus als je het heel kort wilt zeggen: speldjes en medailles.’
LANGE RELATIE
Van Veluw B.V. heeft een lange relatie met de KNVB. De samenwerking met de voetbalbond, letterlijk de overburen in Zeist, dateert al van begin jaren vijftig. In het verleden verzorgde Van Veluw B.V. jaarlijks de schaal van de landskampioen en de Johan Cruijff Schaal. Internationals die honderd interlands hebben gespeeld of afscheid nemen, ontvangen een schaal waarin alle interlands, data en uitslagen staan gegraveerd. Onlangs nam Herma Hoveling afscheid van de KNVB. Zij was 48 jaar lang betrokken bij 463 duels van het Nederlands elftal. Ook zij kreeg een schaal waarin alle wedstrijden stonden gegraveerd.
Die lange relatie met de KNVB (‘een paar mensen zijn vrienden van me geworden’) resulteert er ook in dat Van Veluw B.V. elk jaar de KNVB-beker produceert, net als de miniaturen die alle spelers na afloop krijgen. Het Zeister bedrijf gebruikt daar de zogenoemde verloren was-methode voor. ‘Het is een wat technisch verhaal, maar wij gieten onder een hoog vacuüm en maken een gipsmodel waar een holte in zit, in dit geval in de vorm van een bekertje. Dat laten we uitharden, we lossen het gips op en hebben een bekertje. Dan wordt het nog helemaal afgewerkt, het wordt vernikkeld voor een mooie glans en op een marmeren voetje gezet. Daar komt dan weer een graveerplaatje op.’
Het produceren van de ‘Dennenappel’, zoals de KNVBbeker liefkozend wordt genoemd, en alle andere vormen van speldjes en medailles, vraagt om een grote mate van vakmanschap. ‘Onze slogan is: oog voor detail. Daar begint het mee. Bij een grote klus is tachtig procent arbeid en twintig procent materiaal. Er komen veel handjes aan te pas, een product gaat veel afdelingen over en iedereen moet opletten of de vorige afdeling het goed heeft gedaan.’
ZELF OPLEIDEN
Maar hoe word je eigenlijk een vakman in deze sector? ‘Opleidingen bestaan niet meer, wij moeten onze mensen zelf opleiden’, vertelt Wouter. ‘Als je het zwart/wit stelt: of je werkt hier een half jaar en dan heb je het wel gezien, of je werkt hier tot aan je pensioen. In 99 procent van de gevallen is dat zo. Mensen die hier vijftig jaar werken, zijn geen uitzondering. Elk jaar hebben we jubilarissen. We beginnen bij 12,5 jaar, dan kom je bij wijze van spreken net kijken. Bijna elk jaar hebben we iemand die veertig jaar in dienst is. Uiteindelijk worden ze vakmensen, omdat ze het product goed kennen. Er zijn mensen die hier veertig jaar werken en elke dag leren. Dat heb ik zelf ook. Als je hier zo lang werkt, word je vanzelf een vakman. Zij brengen het weer over op de jongere generatie.’
Bij Van Veluw B.V., grootleverancier van veel grote sportbonden, kijkt Wouter ook naar de toekomst. Hij is zestig. Zijn dochter wil het bedrijf onder geen beding overnemen. Een vierde generatie Van Veluw die het bedrijf leidt, komt er niet. ‘Het loopt hartstikke goed. We zijn in Nederland de enige die op deze schaal produceren. Ooit wordt het verkocht. Ik ben nu druk bezig om te kijken wat verstandig is.’
Vakmanschap is het vermogen om een bepaalde taak of een bepaald beroep uit te voeren met grote vaardigheid en toewijding. Het is meer dan alleen maar je werk goed doen; het gaat om het streven naar perfectie, het zoeken naar verbetering en het beheersen van een ambacht of vakgebied.
Voor een werkgever is het zien van vakmanschap in een werknemer een bijzondere ervaring. Het biedt niet alleen voldoening, maar het kan ook de weg zijn naar het ultieme niveau van geluk binnen een organisatie. Een werknemer die zijn vak volledig beheerst en dit met passie uitvoert, is een onbetaalbare schakel in elk bedrijf. Hele productieve bedrijven werken het liefst met zo min mogelijk mensen en zo veel mogelijk vakmanschap.
Om echt vakmanschap te tonen, heeft de werknemer een bepaalde omgeving nodig. Dit begint met veiligheid. Een werknemer moet zich veilig voelen om zijn talenten te kunnen laten zien. Dit betekent niet alleen fysieke veiligheid, maar ook emotionele veiligheid. De vrijheid om fouten te maken zonder bang te zijn voor afkeuring, en de ruimte om te experimenteren en nieuwe dingen te leren, zijn cruciaal.
Daarnaast is vertrouwen een essentieel onderdeel van vakmanschap. Als werkgever is het belangrijk om vertrouwen te hebben in je werknemer, en dit ook duidelijk te maken. Wanneer een werknemer weet dat de werkgever in hem gelooft, ontstaat er een gevoel van verantwoordelijkheid en trots. Vertrouwen geeft een werknemer de ruimte om zijn creativiteit en vakbekwaamheid volledig te benutten.
Om vakmanschap echt te laten bloeien, is ook de wil nodig om voortdurend te blijven leren en ontwikkelen. Een werknemer moet van binnen gemotiveerd zijn om de taak aan te pakken en zichzelf te verbeteren. Meer vakmanschap ontstaat niet door die 150 euro extra in de maand.
Maar die motivatie komt niet vanzelf. Dit is waar de rol van de werkgever en het bedrijf als geheel in beeld komt. Begeleiding door middel van coaching, persoonlijke ontwikkeling en het bieden van opleidingen is van onschatbare waarde. Een werkgever die investeert in de groei van zijn werknemers, investeert in de toekomst van zijn bedrijf.
Vakmanschap laat niet alleen de vaardigheden van een werknemer zien, het weerspiegelt ook de cultuur binnen een organisatie. Wanneer een werknemer de ruimte krijgt om te groeien en zijn vakmanschap te tonen, ontstaat er een gevoel van voldoening en trots. Dit creëert een positieve werkomgeving waarin werknemers zich gewaardeerd voelen, en dat straalt uiteindelijk ook af op de werkgever.
Kortom, het ultieme geluk als werkgever zit in het faciliteren en zien bloeien van vakmanschap. Dit vergt een veilige en vertrouwde omgeving, de intrinsieke motivatie van de werknemer zelf en de wil om de werknemer te begeleiden in zijn ontwikkeling. Het resultaat is niet alleen een gelukkige werknemer, maar ook een productiever bedrijf.
Pieter
‘Hele productieve bedrijven werken het liefst met zo min mogelijk mensen en zo veel mogelijk vakmanschap’
FOTOGRAFIE: MARCEL SCHENK
PIETER PEELEN PROFESSIONALISEERT MET NO NONSANCY BEDRIJVEN, MET ALS DOEL VERDUBBELING VAN PRODUCTIVITEIT. IS NIEUWSGIERIG, ONCONVENTIONEEL EN CREATIEF. HOUDT VAN ONBEGRIJPELIJKE THEORIE OMZETTEN NAAR IETS DAT JE BEGRIJPT EN DAT WERKT. GEK VAN SPORT. ZIJN BOEK ‘BETER IS MEER’ IS TE KOOP VIA WWW.BETERISMEER.NL
DE WERELD VAN KLIMAATBEHEER: ALTIJD IN BEWEGING ‘PLANMATIG VERKOPEN
OP GELIJKWAARDIG
NIVEAU MET DE KLANT’
Wat hebben een expert op het gebied van klimaatbeheer en een vertrouwd gezicht in de retail met elkaar gemeen? Dat ze vooruit kijken en voor álle mensen zijn! Al 55 jaar pioniert installatiespecialist BLR-Bimon in klimaatoplossingen in branches als zorg, kantoren, onderwijs, hotel en leisure én de retail. Een breed vakgebied met veel maatwerk.
Het bedrijf heeft een groot deel van de vestigingen van een milieubewuste winkelketen in de portefeuille. ‘Een duurzame samenwerking waar we trots op zijn’, stelt Wim Birkhoff, mede-eigenaar en service manager van het 115 medewerkers tellende familiebedrijf. We zijn benieuwd: in een super dynamische branche als de retail, hoe gaan snelheid en het menselijke aspect samen?
In de praktijkruimte bovenin het pand aan de Aardvletterweg in Montfoort vertelt Wim dat het bedrijf is gestart in de airco-units. Al snel groeide de retail uit tot de grootste branche in het klantenbestand. ‘Momenteel werken we voor 55 verschillende ketens en verzorgen we het beheer van zo’n 3.200 winkels in heel Nederland’, vertelt hij. ‘In winkels draait het altijd om snelheid en actie, dat moet bij je passen. Onze kracht ligt in het feit dat we kijken naar de mens achter het werk. Verschillende branches vragen om verschillende type mensen. Daarom werken we in verschillende teams. Er is voor iedereen een plek binnen ons bedrijf.’
GOUD IN HANDEN
De service- en onderhoudsmonteurs van BLR-Bimon worden intern opgeleid. Na een jaar praktijkervaring kan ook het F-gassendiploma worden behaald. ‘Een monteur heeft hiermee goud in handen’, stelt Wim. ‘Het stelt hen in staat overal aan het werk te kunnen. Dat risico houdt ons echter
niet tegen’, lacht hij. ‘Het liefst houden we ze natuurlijk binnen en daar doen we ons best voor.’ Dankzij goede begeleiding kunnen medewerkers zich binnen het bedrijf ontwikkelen van onderhoudsmonteur tot junior monteur tot servicemonteur. ‘We maken gebruik van night-delivery van de materialen’, vertelt Wim. ‘Een koeriersdienst bezorgt de spullen door het hele land tot in de bus van de monteur, die ’s ochtends zo op pad kan’.
GROEI DOOR TEVREDENHEID
Terug naar de samenwerking met de milieubewuste winkelketen: hoe is dit gegaan? ‘Het is begonnen met de inschrijving op een tender in 2015’, vertelt Wim. ‘We kregen zo’n tachtig winkels in beheer, met name in de provincies Zuid-Holland en Brabant. Onze prijs-kwaliteitsverhouding sprak aan en voor deze opdrachtgever is het belangrijk dat we ook loodgieterswerkzaamheden verrichten. Het ging zo goed, dat we ook nieuwe installaties mochten verzorgen. In de kleinere vestigingen maar ook in zogenoemde super filialen als in Den Haag, Rotterdam en Tilburg.’ Met een totaal aan 1.700 apparaten kunnen we inmiddels wel spreken we van een omvangrijke portefeuille.
WINKEL ALS MKB-BEDRIJF
Er wordt samengewerkt in bouwteams die op allerlei niveaus met elkaar zijn verbonden. ‘Op veel van onze afdelingen is contact met elkaar, van onderhoud tot service en ontwerp voor het bouwen van nieuwe winkels’, stelt Wim. Er zijn veel lijntjes waardoor de mens en zijn specialistische kennis door alles is verweven. Dat is belangrijk, wanneer er een gemeenschappelijk doel wordt nagestreefd. Wim: ‘Een winkel zien we echt als mkb-bedrijf. We willen dat de managers van de filialen zich kunnen bezighouden met de verkoop van de producten en geen omkijken hebben naar problemen met het klimaat in de winkel.’
PLANMATIGE VERKOOP
Er wordt samengewerkt op basis van een Meerjarig Onderhoud Budget (MJOB). Hierin wordt de technische status per apparaat bijgehouden en vastgelegd. Een planmatige manier van verkoop die op een gelijkwaardig niveau plaatsvindt. Er is dagelijks intensief en actief contact over lopende zaken. Door in goed overleg de urgentie van werkzaamheden te bepalen, kunnen de partijen met elkaar lezen en schrijven. Eén van de succesfactoren is het zien van kansen en tijd vrij maken om samen naar de toekomst te kijken. Wim is trots op de aanpak: ‘Op een doordachte manier brengen we de gebouwinstallaties naar een hoger niveau met minder storingen en een lager energieverbruik’.
VOOROP IN DUURZAAMHEID
Binnen de keten houdt een medewerker zich fulltime bezig met het verduurzamen van de winkels. Soms wordt er een installatie of een onderdeel vervangen omdat deze niet energiezuinig (meer) is. Bijzonder om te vertellen: binnenkort wordt de eerste warmtepomp die werkt op propaan-
‘ER IS VOOR IEDEREEN EEN PLEK BINNEN ONS BEDRIJF’
gas geïnstalleerd in één van de vestigingen. De pomp voorziet het luchtgordijn van warmte. ‘In de nabije toekomst verwacht ik een toename in de vraag naar dit type pomp’, stelt Wim. Met een milieuvriendelijk koudemiddel is het één van de toekomstige oplossingen voor de retail. Het gebruik van het oude type koudemiddel is vanaf 2030 verboden.
Met een blik op de toekomst is het van belang vraag en aanbod van energie te balanceren. ‘Alles moet slimmer worden, denk aan weervoorspellende regelingen en met behulp van AI computergestuurde apparatuur.’ Waar het in deze case vooral de communicatie tussen de mensen is die het werk tot een succes maakt, is de volgende stap dat gebouwen onderling met elkaar gaan communiceren. De ontwikkelingen gaan snel. Natuurlijk laten we ons graag bijpraten wanneer het zover is!
DK UTRECHT IS HÉT FULL SERVICE ACCOUNTANTS- EN ADVISEURSKANTOOR
RON GERSSEN, WOUTER VIS EN YARVELL
CATHALINA BUNDELEN KRACHTEN
Ron Gerssen, Yarvell Cathalina en Wouter Vis
Ron Gerssen, Wouter Vis en Yarvell Cathalina vormen samen de nieuwe directie van DK Accountants & Adviseurs in Utrecht-De Meern. Gedrieën nemen zij de leiding op zich van een accountantskantoor met diverse specialisaties en een team van veertig man. Zij zijn vanuit verschillende rollen samengekomen en doen daar nu hun gezamenlijk voordeel mee. Het doel voor de toekomst? ‘Kansen benutten en groeien in kennis!’
DK Accountants & Adviseurs is een landelijke organisatie met twaalf vestigingen. De vestiging in Utrecht is de op één na grootste, op het hoofdkantoor in Veenendaal na. Bij DK Utrecht vind je accountants, fiscalisten, juristen, corporate - en financiële adviseurs en professionals op het gebied van internationale zaken. En dat allemaal onder één dak. Het klantenbestand bestaat grotendeels uit ondernemers binnen het mkb, waaronder veel familiebedrijven.
VOORDEEL
Dat Ron, Wouter en Yarvell alle specialisaties onder één dak kunnen bieden is een gigantisch voordeel voor klanten en het team zelf. Bovendien is het een ontwikkeling die past bij deze tijd. ‘Accountantskantoren hebben net als veel andere branches te maken met personeelstekort’, vertelt Ron. ‘Dus door onze krachten te bundelen, zijn we véél slagvaardiger. Dat betekent dus snelheid in de dienstverlening.’ Maar het draait niet alleen om snelheid en gemak. Als we vragen wat een accountant écht goed maakt, is Ron stellig: ‘Een goede accountant en fiscalist verdienen zichzelf terug. Je moet het leuk vinden om er het maximale uit te halen voor klanten, waarvoor kennis nodig is.’
RON
Er is de afgelopen jaren veel gebeurd. Ron, Yarvell en Wouter kwamen elkaar op een goed punt in hun carrière tegen, maar voor die tijd bewandelden zij ieder hun eigen pad. We beginnen bij Ron. Hij richtte in 2001 Gerssen Adviesgroep op. Het administratie- en belastingkantoor werkte in 2019 met een team van negentien man in opdracht van 650 klanten door heel Nederland. ‘Mooie tijden, maar gelijktijdig werd ik mij bewust van mijn eigen kwetsbaarheid, zonder opvolging. Daarom heb ik in 2021 het grootste deel van mijn aandelen verkocht aan DK en werd ik onderdeel van de directie van de Utrechtse vestiging.’
YARVELL
Yarvell was als fiscaal jurist werkzaam bij een middelgroot accountantskantoor. ‘Daarna begon ik in 2018 voor mezelf, als partner-fiscalist bij CPFA (Cathalina & Partners). Een onderneming die ik in samenwerking met Alber de Koning, eigenaar van DK Accountants & Adviseurs, startte vanuit onze gedeelde behoefte om een joint venture op te zetten. Ik zorgde voor de kennis en ik maakte gelijktijdig gebruik van het netwerk van DK. Zodoende ben ik met een eigen opgebouwd netwerk in 2020 compagnon geworden van DK en maak ik sindsdien deel uit van de directie van de Utrechtse vestiging.’
WOUTER
Wouter is tot slot op 1 januari 2022 begonnen bij Gerssen Adviesgroep. ‘Tijdens mijn sollicitatie met Ron en Yarvell heb ik meteen verteld over mijn ambitie om ook partner te worden van een kantoor. Mijn interesse ligt sterk bij het meedenken met mensen en het verzorgen van mijn eigen projecten. Dus ben ik sinds 1 oktober 2023 hier toegetreden als
partner, met een geheel eigen portefeuille. Bij Kantoor van Mil Belastingadviseurs, ook gevestigd in Utrecht-De Meern, ging één van de partners met pensioen. Hij vroeg mij om een deel van zijn klanten over te nemen. Dat leek mij een hartstikke leuke uitdaging.’
AANTREKKELIJK
De drie geloven in hun uniforme aanpak. ‘Dat we alle specialismen in huis hebben zorgt dat we een nóg aantrekkelijkere propositie kunnen bieden. We schakelen onderling en klanten hebben aan één adviesbureau voldoende. Bijzonder is dat we allemaal onze eigen kennis van de markt inbrengen, in verschillende branches. Bovendien hebben we ook qua digitalisering de kans om alle systemen in één keer te integreren. We werken sinds kort met een digitaal klantportaal en dat betekent dat gegevens op alle locaties en voor alle doeleinden voor klanten beschikbaar zijn.’
TOEKOMST
Het ideale toekomstperspectief? Kansen benutten, kennis vergaren en de ideale werkplek voor het team creëren. ‘Esthetisch zit het hier wel goed’, vertelt Yarvell. ‘We hebben nog niet zo lang geleden een kantoorverhuizing achter de rug. We willen vooral dat mensen het hier naar hun zin hebben. Verder sluit ik niet uit dat we binnen nu en vijf jaar toch nog een keer gaan verhuizen. We worden in rap tempo groter, daarom houden we onze oren en ogen open.’
Er zijn verder voldoende kansen om te benutten, die veelal te maken hebben creatieve methoden om efficiënter te werken. ‘Ik denk dat AI een belangrijke rol gaat spelen. Het persoonlijke mensenwerk blijft van het grootste belang, maar we zullen nieuwe technologieën wel gaan gebruiken als aanvulling op de dienstverlening. Verder blijven we natuurlijk werken aan onze kennis, waar we vooruitgang mee kunnen realiseren. Er is in het verleden meermaals voorspeld dat het werk van een accountant overbodig zou kunnen worden, bijvoorbeeld door technologische ontwikkelingen. Wij merken echter het tegenovergestelde. Het internet en AI zijn niet zaligmakend, want veelgebruikte bronnen staan vol met fouten. Ook zijn tools als AI niet slim; die kennis moet toch vanuit mensen komen. Daarom blijven wij als persoonlijke adviseurs van toegevoegde waarde, zéker als je het hebt over persoonlijke zaken als financieringen en overnames.’
Dromen zijn de brandstof van elke ondernemer. Ze vormen de basis voor groei, innovatie en doorzettingsvermogen. Als ondernemer begint alles met een idee, een droom die verder gaat dan de huidige realiteit. Maar dromen alleen zijn niet genoeg; het is de combinatie van visie en actie die het verschil maakt. Ondernemen betekent risico’s nemen, vallen en opstaan, en steeds weer terugkeren naar die oorspronkelijke droom die je drijft.
Wat is jouw droom als ondernemer? Hoe heb jij de sprong gewaagd en van een idee een realiteit gemaakt? Laat je inspireren door de verhalen in dit nummer en neem de stap om jouw verhaal te delen. Jouw reis kan anderen inspireren om hun dromen na te jagen.
Durf groot te dromen, en misschien lees je in de volgende editie jouw eigen ondernemersverhaal.
Mail redactie@ondernamen.nl als jij ook wat wilt vertellen over dit mooie thema!
DE WINTEREDITIE VAN 2024 STAAT IN HET TEKEN VAN DROMEN!
Nieuwe regelgeving voor bedrijfswagens
Wat wijzigt er voor u
vanaf 2025?
1.
2.
3. Zero Emissiezones. In 30 tot 40 Nederlandse gemeenten worden zeroemissie zones ingesteld BPM op bedrijfswagens
Nieuwe bedrijfswagens met verbrandingsmotoren worden gemiddeld € 13.000,- duurder.
Subsidie vervalt. 2024 is het laatste jaar waarin subsidie mogelijk is voor emissieloze bedrijfswagens.
Kom nu in actie!
Scan de QR-code en bekijk meer informatie over de aankomende wijzigingen of maak direct een afspraak met één van onze experts zeeuwenzeeuw.nl/ford/bedrijfswagens/