Organic Retail 1

Page 1

organic

retail nr

Onafhankelijk vakblad voor de distributie van biologische, ecologische, vegetarische en dieetproducten in de Benelu x en

V.U. Niko D’hont – Verschijnt 5 maal per jaar (februari, april, juni, september, november) – Juni/Juli/Augustus 2008 – 1ste jaargang P802085 – Afgiftekantoor: Antwerpen X – Version Française sur simple demande

Glutenvrije voeding: sterke groei verwacht Kookboekschrijfster Valérie Cupillard Shampoo: schuim kan nu natuurlijker Voedzame ontbijtgranen

1

Frankrijk

NIEUW MAGAZINE VOOR DE PROFESSIONAL


Wij delen uw passie!

E

r zijn tal van redenen te bedenken om een natuurvoedingswinkel uit te baten en er zijn tal van redenen om als restaurant of eethuis overtuigd te kiezen voor biologische producten. Maar we zullen er niet ver naast zitten als we zeggen dat u deze producten verhandelt omdat ze zo goed zijn voor mens en natuur. En natuurlijk ook omdat ze zo heerlijk lekker zijn. De voorbije jaren ontwikkelden wij eveneens een passie voor biologische voeding, ecologische producten en voor de plaatsen waar je ze kan kopen of proeven: natuurvoedingswinkels en biologische restaurants. Maar omdat we in de eerste plaats vooral goed zijn in magazines maken en artikels schrijven, beslisten we om deze ongemeen boeiende sector van nabij te gaan volgen en een tijdschrift te gaan maken voor alle biofans die dagdagelijks professioneel bezig zijn met deze producten. Voortaan vindt u samen met andere professionals elke twee maanden ons magazine gratis in de bus. Wij zullen telkens uitgebreid berichten over de producten in uw schappen, houden u op de hoogte van relevante wetgeving, bezoeken beurzen in binnen- en buitenland, spreken met opinieleiders en brengen alle kleine en grote nieuws . We zullen ook telkens collega’s in Nederland, Frankrijk en België aan het woord laten en kijken soms ook verder dan West-Europa. En misschien ontmoeten we elkaar vroeg of laat zelfs persoonlijk! Wij kijken er alvast naar uit. Wij wensen u veel leesplezier en kijken vol verwachting naar een mooie, groene toekomst! Meer en meer consumenten beseffen immers dat de producten die jullie dagelijks over de toonbank zien gaan of in de kookpot stoppen mee bijdragen aan de oplossing voor de problemen waarmee onze aarde vandaag kampt!

Niko D’hont, Sarah Braekman

PS: Heeft u vragen, suggesties of bedenkingen of wil u ons gewoon een interessant verhaal kwijt: mail het ons! niko@organicretail.net sarah@organicretail.net


Organic Retail editie 1

Organic Retail - juni 2008

• Organic News • Interview: Kookboekschrijfster Valérie Cupillard is gek op bio

Valérie Cupillard schrijft kookboekendie als geen ander in onze sector passen. Uit al haar werken blijkt een oneindige passie voor biologische producte. Bovendien etaleert ze een uitzonderlijk talent om gastronomie te verbinden met dieetvereisten. Een uitgebreid gesprek.

p

9

• Shopping België: Het Natuurhuis, pionier in het Antwerpse

13

• Ontbijtgranen: Meer variatie, speelser en even voedzaam

15

• DOSSIER: Shampoo en het schuimprobleem

18

• Publireportage:

22

• Chef’s Corner: Bio in de Belgische grootkeuken, stand van zaken…

26

31 jaar geleden gingen Jacques Van Den Heuvel en Josée Huybrechts van start als dieetwinkeltje op de Bredabaan in Antwerpen. Ondertussen zijn ze uitgegroeid tot een dubbele ‘one-stop’ biologische shop in Antwerpen en het nabijgelegen Merksem. Het aanbod ontbijtgranen diversifieert steeds meer. Organic Retail sprak met een aantal fabrikanten over aanbod, voedzaamheid en kwaliteit. Een afgeleide van kokosolie en suikers, suikertenside, biedt de fabrikanten de mogelijkheid om schuimende shampoos te maken met natuurlijke middelen. Verder kijken we wat er nog leeft op de markt van de natuurlijke shampoos. Ultramoderne productie-eenheid biedt Biokorn Biscuits ruimte voor groei en innovatie

p

18

Een niet onbelangrijk percentage van de biologische landbouw komt niet in de winkel terecht, maar gaat naar een grootkeuken. Elke Belg eet gemiddeld eenmaal per dag buitenshuis. Bio kan dus ook een belangrijke rol spelen in de buitenshuise consumptie. Enkele specialisten geven hun opinie.

• DOSSIER: Glutenvrij * Interview met de Belgische Coeliakieverenigingen * Glutenvrije producten: groeiend aanbod

• Supplementen: Vitamine K2 brengt kalk op de juiste plaats

Onderzoekers verbonden aan de Universiteit Maastricht ontdekten het belang van vitamine K2 in de bestrijding van botontkalking en aderverkalking.

38

38

• Biomarkt in Nederland groeit met 13,3%

40 41 42

• Biomarkt in België groeit met 10% • Shopping Frankrijk: ChlorophyllE in Nantes

Binnen enkele maanden opent de Nantese natuurvoedingswinkel Chlorophylle zijn derde natuurvoedingswinkel in de West-Franse stad Nantes. Wat ooit begon als een voedselteam is vandaag de referentie geworden om bio te kopen in de stad aan de Loire.

• Supplementen België:

44

• Natuurcosmetica: Geen dierproeven meer voor cosmetica in EU?

45 47

NAREDI waarschuwt voor gevolgen van handel in niet-reglementaire supplementen

• Nieuwe Producten

p

42

COLOFON

Organic Retail is een onafhankelijk vakblad voor de distributie van biologische, vegetarische, ecologische en dieetproducten in de Benelux en Frankrijk. Organic Retail beoogt door middel van onafhankelijke communicatie een bijdrage te leveren binnen de biologische sector. De redactie werkt onafhankelijk van de publiciteitswerving. Verantwoordelijke uitgever Niko D’hont Jozef Guislainstraat 44 bus 1, B-9000 Gent Tel. +32 (0)9 329 66 96 – Fax +32 (0)9 270 32 01 niko@organicretail.net

30 33 36

• Shopping Nederland: Simply Delicious in Velp (Arnhem)

Jillis De Winter en Marlene Zwart deelden hun ervaringen en passies en trachtten de ideale natuurvoedingswinkel te creëren. Het resultaat mag gezien worden!

p

4 9

Coverfoto: Isabelle Persyn Reclametarieven www.organicretail.net

Vormgeving ‘79 design, Kortrijk (matthias.halsberghe@telenet.be)

Redactie Sarah Braekman (sarah@organicretail.net) Niko D’hont (niko@organicretail.net)

Drukwerk Druk in de Weer – Gent

Vertaling AF Translation Fotografie Lyra Alves (www.lyra-photography.net) Isabelle Persyn (www.isabellepersyn.com) Niko D’hont Sarah Braekman

De uitgever kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor de inhoud van de gepubliceerde advertenties. Het verlenen van toestemming tot publicatie in dit tijdschrift heeft tevens betrekking op de terbeschikkingstelling in om het even welke elektronische vorm. Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de verantwoordelijke uitgever. Version française sur simple demande.

Dit magazine wordt gedrukt met vegetale inkten op gerecycleerd papier.

Inhoud & colofon


Organic News Nederland Noord-Hollanders enthousiast over bio De provincie Noord-Holland voerde onlangs een onderzoek uit naar de houding en het gedrag van de inwoners ten opzichte van biologisch voedsel. Bleek dat het overgrote deel van de Noord-Hollanders positief staat ten opzicht van bio en dat zij het fijn vinden dat de provincie deze producten promoot. De meeste Noord-Hollanders kennen bio en denken daarbij aan gezondheid, milieuzorg en diervriendelijkheid. Meer dan 50% koopt zelf bewust op regelmatige basis biologisch voedsel, meestal groenten of vlees. Ruim 40% koopt zelfs meerdere keren per maand biologisch. Vooral omdat het lekkerder is, gezonder, diervriendelijker en beter voor het milieu. De belangrijkste reden om geen biologische producten te kopen is voor de niet-kopers de prijs. Toch zeggen twee op de tien niet-kopers bereid te zijn in de toekomst vaker biologische producten te kopen en vier op de tien denken erover. Reden voor “niet-kopen” zijn ook de beperkte zichtbaarheid in de winkel, beperkte keuze en verkrijgbaarheid.

Twofood gaat Bionade promoten in Nederland

De natuur als inspiratie. Onze boerderij telt meer dan tweehonderd geiten, waarvan de rauwe melk onmiddellijk verwerkt wordt in onze kaasmakerij. Dit snelle verwerkingsproces leidt tot een kwalitatief hoogstaand eindproduct. In ons uitgebreide gamma vind je verse zachte kaasjes, aperitiefhapjes, voorgerechtjes, yoghurt, vaste en gerijpte kazen, Geta (een feta van geitenmelk), alsook natuurbûchettes die in allerlei gerechtjes kunnen verwerkt worden.

Biologische geitenboerderij ‘De Volle Maan’ Yshoute 70, B-9520 Sint-Lievens-Houtem, Tel & Fax 09 362 31 55 info@devollemaan.be, www.devollemaan.be

Importeur Twofood uit Nederland wil Bionade in Nederland promoten. In Duitsland bleek het gefermenteerde drankje een succes. In 2007 gingen er 200 miljoen exemplaren over de toonbank. Dat maakt van Bionade de meest populaire frisdrank na Fanta en Sprite. Twofood wil het succesverhaal graag in Nederland verderzetten en sprak onder andere Bijenkorf aan om het drankje in de restaurants te verkopen. De vraag naar Bionade in andere restaurants en cafés neemt eveneens toe. De klant betaalt er 2,50 tot 3,50 euro voor. Bionade is een gefermenteerde alcoholvrije drank uit water en mout, dat geproduceerd wordt door bierbrouwerij Leipold uit Ostheim vor der Röhn in Duitsland. Na fermentatie voegt Leipold fruitsappen en koolzuur toe aan het drankje. Coca-Cola deed trouwens al een bod op Bionade, maar daar ging de bierbrouwerij niet op in.

Campina biedt omschakelingstoelage aan melkveehouders De vraag naar biologische melk stijgt, maar het aanbod groeit niet mee. Volgens Tony Van Gucht van de Büllinger Butterei is er een Europees tekort aan biologische melk van 300 miljoen liter. Zuivelbedrijf Campina biedt daarom een omschakelingstoelage aan aan zijn leveranciers die beslissen om over te schakelen op biologische veehouderij. Zo’n veehouderijen maken immers gedurende twee jaar aanzienlijke kosten, maar krijgen


Organic Retail - juni 2008

daar geen meerwaarde voor terug. Campina besloot deze bedrijven gedurende die twee jaar een bonus uit te keren van 2 euro per 100 kilo melk. Bovendien bieden zij deze bedrijven de garantie op een bio-toeslag van 7,78 euro per 100 kilo melk wanneer ze eenmaal volledig biologisch werken. Op dit moment zijn meer dan 100 van de 6000 leveranciers van Campina biologische boeren. In België zet Bioforum zijn schouders onder de biologische melkmarkt. Bioforum wil in de nabije toekomst promotie maken voor biologische melk. Vijf goede redenen om te kiezen voor biologische zuivel zullen onder de aandacht worden gebracht via o.a. een productfolder en een website. Dat een gerichte marketingactie wel degelijk resultaat kan opleveren in de verkoop van biologische melk werd aangtoond door het Britse Omsco, een coöperatie van biologische melkveehouders. Telkens zij een specifieke promotie-actie opzetten nam de verkoop van biologische melk merkelijk toe.

5

punten, die hun biologische producten rechtstreeks aan de eindconsument verkopen, kunnen echter een vrijstelling krijgen. Voorwaarde is dat zij die producten niet zelf produceren, bereiden of opslaan en niet zelf invoeren. Ook verkooppunten die enkel voorverpakte spullen verkopen of wiens totale aankoopwaarde van niet-voorverpakte (bulk)producten per jaar minder dan 5000 euro bedraagt, krijgen deze vrijstelling. Uiteraard houdt een vrijstelling van controle niet in dat zij een vrijstelling van de regelgevingen krijgen.

Fit Food verhuist naar nieuwe productie-eenheid in Doornik

BELGIË Bioforum en Probila-Unitrab trekken bij elkaar in Bioforum Vlaanderen is sinds 2000 de koepelorganisatie voor de biologische sector. Toch onstond er een versnippering in de sector. Belbior, de Vlaamse beroepsvereniging voor de Biologische landbouwer, Probila-Unitrab, de nationale beroepsvereniging van verwerkers en verdelers van de producten van de biologische landbouw en Biogarantie acteerden tot voor kort apart. Zij besloten hun middelen te bundelen om een meer efficiënte organisatie te verkrijgen. Hierdoor hopen zij Bioforum dichter bij de markt te brengen en meer slagkracht te bieden. Een eerste voorbeeld daarvan was de eerste studiedag in april 2008. Een initiatief dat niet mogelijk zou zijn geweest zonder de fusie. Het bestuur van Bioforum bestaat nu voor een groot deel uit marktactoren zelf. Er zetelen drie producenten, 3 verwerkers en 2 verkopers in de raad. Voorzitter is Johan Broeckx, zelfstandig biologisch veehouder. Bioforum splitst zich verder op in drie publiekdelen: verwerkers, landbouwers en winkeliers. Op deze manier kunnen zij de communicatie verfijnen volgens de specifieke wensen van de ontvanger. Er werd beslist om niet enkel organisatorisch, maar ook fysiek samen te smelten. Het nieuwe kantoor van Bioforum bevindt zich in de Quellinstraat in Antwerpen.

Verkooppunten van biologische producten verplicht onder controle Iedere marktdeelnemer die biologische producten produceert, bereidt, opslaat of invoert of verkoopt moet zijn activiteiten bekendmaken bij een van de twee erkende controleorganisaties (Integra, afdeling Blik of Certisys) en zich laten controleren. Dat meldt het departement Landbouw en Visserij, afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling van de Vlaamse Overheid. Sommige verkoop-

Fit Food, de Belgische producent van vegetarisch en biologischvegetarische producten nam in april zijn intrek in een nieuwe productie-eenheid in de buurt van Doornik. De oude productieeenheid in Drongen (nabij Gent) werd gesloten. De verhuis kadert in de voortdurende groei van het bedrijf. Het nieuwe gebouw in de industriezone van Blandain is conform met de hoogste standaarden van de BRC norm rond voedselveiligheid. Fit Food is producent van een uitgebreid gamma vegetarische producten op basis van tarwe, granen, groenten en eiwit en bevat geen soja: worst, broodbeleg, hamburgers, gehakt, salades…Fit Food verdeelt zijn producten in tal van Europese landen, de landen rond de Perzische Golf en ook een aantal landen in het Verre Oosten.

Oxfam zet in juni bioaanbod in de kijker Juni is biomaand bij Oxfam Fairtrade. Die maand rondt Oxfam Fairtrade de kaap van 60 biologische fairtradeproducten. Eén derde van het totale voedingsassortiment van Oxfam Fairtrade pronkt dan met het fairtrade- én het biolabel. De biobiscuits zijn de nieuwste bio-aanwinst van Oxfam Fairtrade De biobiscuits zijn luchtige en krokante chocoladekoekjes met quinoa uit de Andes, cacao uit de Dominicaanse Republiek, rietsuiker uit Paraguay en Mexicaanse honing. Tijdens de Bioweek pakt Oxfam Fairtrade tevens uit met het ‘Fairtrade kookboek – Bio’ uit. Het boekje biedt vier uitgewerkte menuideeën met originele recepten uit alle windstreken. De recepten vertrekken van een Oxfam Fairtrade bioproduct zoals de biobasmatirijst, bioquinoa of gedroogde biomango’s en zorgen voor een bord vol exotisch lekkers met respect voor mens én milieu.

>> Lees verder op pagina 6

5


Organic News Damhert boekt succes met Tagatose zoetmiddel Damhert, producent van gezonde en functionele voeding voor de supermarkt ontwikkelde een technologie om op een goedkope manier Tagatose te produceren en op de markt te brengen. Tagatose is een nieuw zoetmiddel dat volledig natuurlijk is en aangeraden wordt aan diabetici, obesitas-lijders en mensen die een gezond alternatief zoeken voor traditionele suiker of voor synthetische zoetmiddelen. Het zoetmiddel wordt uit lactose getrokken. Door middel van hydrolyse wordt de lactose opgesplitst in glucose en galactose. Vervolgens ontstaat er door middel van een enzymatisch proces D-Tagatose. Deze stof wordt verder gezuiverd en wordt vervolgens ingepakt of verwerkt in zoete producten. In het eindproduct is er geen spoor meer te vinden van lactose of glucose, dus is het ook geschikt voor lactose-intolerante personen. Het product werd ontwikkeld door een Amerikaanse farmaceutische groep als middel voor darmkankerpatiënten om hun darmflora te herstellen. Tagatose heeft immers een prebiotische werking en geen laxerende werking, zoals veel zoetmiddelen. Bovendien heeft een lage caloriewaarde, is de glycemische index quasi 0, is het product tandvriendelijk en temperatuurbestendig. De smaak valt te vergelijken met die van traditionele suiker. Een Deense zuivelproducent kocht de rechten op van het product, maar slaagde er niet in om de productiekosten laag te houden. Damhert slaagde daar samen met zusterbedrijf Nutrilab wel in. Zij brengen nu een gamma producten op de markt met Tagatose: Tagatesse, het zuivere tafelsuiker, Tagacao, een gezoete cacao, Tagachoco, een chocopasta en Tagaconfi, een confituur. Het product kent een enorm succes en wordt wereldwijd sterk gewaardeerd.

Ecover steunt waterproject in Ethiopië  Was- en schoonmaakmiddelenproducent ECOVER heeft een partnership van drie jaar afgesloten met de internationale organisatie WaterAid. Het ecologisch en duurzaam waterproject van ECOVER richt zich specifiek op watervoorziening, de verbetering van sanitaire infrastructuur en onderwijs gericht op persoonlijke hygiëne. Dankzij de steun van ECOVER zullen ruim 15.000 mannen, vrouwen en kinderen uit de Ethiopische regio Hintalo-Wajerat toegang krijgen tot zuiver en veilig water en de noodzakelijke sanitaire voorzieningen. Het project dat ECOVER financiert in Ethiopië, strekt zich uit over elf dorpen. In eerste instantie wordt gezorgd voor zuiver en veilig water en onderwijs over hygiënisch gedrag. “De toestand in Ethiopië is zorgwekkend. Gebrek aan zuiver water leidt tot ziekte en dood. Wij willen ons steentje bijdragen om de levenskwaliteit van ruim 15.000 mannen, vrouwen en kinderen te verbeteren,” aldus Mick Bremans, Gedelegeerd Bestuurder van ECOVER. “In de praktijk zal de toegang tot veilig water gecombineerd worden met educatie en promotieacties rond persoonlijke hygiëne. Eenvoudige zaken zoals je handen wassen met zeep na het toilet, voor het eten en het onderhouden van sanitair doen de kans op infecties verminderen. De algemene gezondheidstoestand van de inwoners zal op die manier aanzienlijk verbeteren.

Opendeurdag bij Biofresh

Na het succes van vorig jaar organiseerde groothandel en versspecialist Biofresh op 20 april opnieuw een opendeurdag voor hun klanten in Onze-Lieve-Vrouw Waver. In totaal kwamen ruim 150 bezoekers op het ‘Bio-festijn’ af. Winkeliers en andere belanghebbenden konden er op diverse standjes kennismaken met leveranciers en producenten en hun waren. Tevens waren informatieve demonstraties en kookpresentaties en een kinderhoekje.

Klantendagen bij Hagor Bioservice Op 25 en 26 mei organiseerde Hagor Bioservice haar eerste ‘klantendagen’. Bij deze gelegenheid vonden enkele workshops plaats: naast een fel gesmaakte degustatie biowijnen’ was er ook een winkelsimulatie die nieuwe en bestaande producten uit het Hagor Bioservice assortiment onder de aandacht bracht. Kok van dienst Peter creëerde voor de gasten enkele culinaire hoogstandjes met voornamelijk nieuwe producten. Dina De Cuyper, product manager bij Hagor toonde zich na afloop heel tevreden: “Dé gelegenheid bij uitstek om klanten te ontmoeten, bij te praten in de lounge, aan de bar of in de degustatieruimte. Zowel de locatie als het concept werden door onze klanten positief onthaald. Iedereen genoot van de aangename sfeer. Dit concept is zeker voor herhaling vatbaar. Wat ons betreft tot volgend jaar!”

Vitasana, vakbeurs voor gezond leven op 5 en 6 oktober in Flanders Expo Gent Op zondag 5 en maandag 6 oktober vindt in Flanders Expo Gent reeds de elfde editie van Vitasana plaats. Deze professionele beurs brengt een totaaloverzicht van de markt voor biologische en volwaardige natuurvoeding, dieetvoeding, vitamine- en mineraalsupplementen, natuurlijke cosmetica en lichaamsverzorging, ecologisch verantwoorde schoonmaak- en onderhoudsproducten en producten voor een gezonde omgeving en leefwijze. De organisatoren verwachten opnieuw meer dan 2000 professionals. Uit een analyse van het bezoekerspubliek vorig jaar bleek dat 52% actief was in de kleinhandel, 13% groothandel, 23% gezondheidstherapeuten en 12% een divers profiel had (onder meer schoonheidsinstituten, vegetarische restaurants, apothekers, diëtisten, osteopaten, herboristen, homeopaten, naturopaten, …).


Organic Retail - juni 2008

Ook dit jaar pakken de organisatoren uit met een gegroepeerde voorstelling van de nieuwe producten op de markt. Net als vorig jaar worden de nieuwigheden opnieuw een blikvanger waar geen enkele bezoeker aan voorbij kan. Uit een enquête bij de bezoekers bleek dat 80% van de bezoekers de tentoonstelling als zeer duidelijk en informatief beoordeelde. De bezoekers vermelden het verzamelen van algemene informatie als reden van hun bezoek. Het plaatsen van bestellingen was de derde meest genoemde reden van een bezoek aan Vitasana.

niet in het gedrang komt. Leen Laenens van BioForum vertegenwoordigt bovendien de biologische sector in de federale adviesraad inzake voedingsbeleid en gebruik van andere consumptieproducten, waar onder meer verslag wordt uitgebracht van de werkzaamheden van de Codex. Organic Retail volgt de ontwikkelingen uiteraard op de voet.

Zondag 5 oktober 2008 van 10u tot 18u Maandag 6 oktober 2008 van 10u tot 17u Hal 8, Flanders Expo, Gent – België www.vitasanaexpo.be

683 biologische schoolkantines in Italië

Codex Alimentarius Sinds kort circuleren er via het web oproepen om zich zorgen te maken over de Codex Alimentarius, de maatstaf voor de internationale handel in voedsel, in het leven geroepen door de VN. De Codex Alimentarius Commission valt onder de verantwoordelijkheid van de World Health Organisation en de Food and Agricultural Organisation en wordt beheerd door 173 landen. Vooral vanuit de Natural Solutions Foundation, een Amerikaanse vereniging die het recht op vrijheid en gezondheid wil beschermen, komt er kritiek op deze Codex Alimentarius. De Codex zou immers opleggen dat ieder dier dat voor voedsel gebruikt wordt, behandeld moet worden met antibiotica en exotische groeihormonen, dat alle voedsel bestraald moet worden, dat voedingssupplementen illegaal worden en alternatieve geneesmiddelen binnenkort enkel op voorschrift beschikbaar zullen zijn. Zo’n regelgevingen zouden uiteraard nefast zijn voor de biologische landbouw- en voedingssupplementenmarkt. Alleen is het niet meteen duidelijk of de aantijgingen van Dr. Laibow van de Natural Solutions Foundation correct zijn. Organic Retail ging op de officiële site van de Codex op zoek naar tekenen van de waarschuwingen die Dr. Laibow doet, maar vond niet meteen iets terug. De regelgeving omtrent hormonen stelt dat hormonen mogen gebruikt worden, maar dat ze niet verplicht zijn. De Europese wetgeving verbiedt het gebruik van deze hormonen. Bestraling mag volgens de Codex ook, maar is niet verplicht. Voor voedingssupplementen zijn er criteria opgelegd voor er sprake kan zijn van een voedingssupplement. Dat supplementen illegaal zouden worden, wordt niet vermeld. Bart Staes, afgevaardigde van de Europese groene fractie, neemt de onzekerheden serieus en verdiept zich in de materie. Tot op vandaag vond hij geen aanwijzingen van de aantijgingen van Dr. Laibow, maar hij deelt haar mening dat de Commission erg ondoorzichtig is op dit moment en te veel macht heeft om zo ondoorzichtig te werk te gaan. Hij tracht het probleem dan ook op de agenda te zetten. Vanuit Bioforum kwam er een reactie op de recente ontwikkelingen rond de Codex. BioForum verrichte onderzoek en daaruit blijkt dat deze informatie niet correct is en dat de productie van biologische voedingsmiddelen

7

Deense consument grootste bioverbruiker Gemiddeld spenderen Denen zo’n 80 euro per jaar aan biologische producten. Dat maakt van de Deense bevolking nummer één in biologische consumptie in Europa. Hun uitgaven aan biologische voeding gaat vooral naar zuivel, dat zo’n 40% inneemt van de totale bioconsumptie. Denmark is Denemarken is dan ook themaland van de volgende editie van Biofach (Nürnberg) 2009.

Italië telt 683 biologische schoolkantines. Dat betekent dat er dagelijks meer dan 900.000 biologische maaltijden of maaltijden met biologische ingrediënten verorberd worden, vooral in kleuteren lagere scholen. De scholen verschillen onderling qua graad van biologisch aanbod. Sommigen zijn volledig biologisch, anderen bieden enkele biologische producten aan en weer anderen bieden de keuze voor een biologische maaltijd. De biologische sector hoopt hiermee een kritische massa te vormen bij opgroeiende kinderen, die bewust met de keuze voor biologische voeding leren omgaan.

FRANKRIJK 4 op 10 Fransen aten in 2007 sporadisch bio Ruim 4 op 10 Fransen hebben vorig jaar producten afkomstig van biologische landbouw geconsumeerd. Dat meldt de Franse organisatie ‘ L’agence Bio’. Opvallend is ook dat 78% van de ouders biologische voeding verkiest voor de schoolcafetaria’s in het belang van de gezondheid van hun kinderen maar ook uit milieuoverwegingen. De Franse biosector was afgelopen jaar goed voor 1,9 miljard euro. Daarmee vertegenwoordigt bio in Frankrijk 1,2% van de verkochte voeding.

2% van de wijnbouw in Frankrijk is bio 1639 Franse wijnbouwers, goed voor 19.000 hectare wijngaarden, zijn erkend als producent van biowijn. Daarmee ligt Frankrijk op een tweede plaats in een Europese biowijnranglijst die aangevoerd wordt door Italië met 30.000 hectare. Spanje bevindt zich op een derde plaats met 15.000 hectaren. Duitsland telt 2000 hectare biowijngaarden. Experten schatten dat biologische wijngaarden ongeveer 4% van het Europese wijnbouwareaal vertegenwoordigen. Tot de jaren ’50 was alle Franse wijn bio te noemen. Sinds de jaren ‘60 kent chemische onkruidverdeling en pesticidengebruik een enorme opgang. Volgens cijfers in de Franse krant Le Figaro zou 50% van alle chemische bestrijdingsmiddelen voor de mondiale wijnbouw bestemd zijn voor Franse wijngaarden terwijl Frankrijk slechts 17% van het wereldwijde wijnareaal vertegenwoordigt.

7


Provamel Bio Soya Yofu Heerlijk fruitig

Provamel Bio Soya Yofu – hét alternatief voor zuivelyoghurt – is een verrukkelijk smeuïge en fruitige delicatesse. Het hele Yofu-assortiment bevat bifidus, een probioticum dat bijdraagt aan een evenwichtige darmflora. Meer info op www.provamel.com

PROVAMEL. LOVE YOUR FUTURE


Organic Retail - juni 2008

Interview > Culinair schrijfster Valérie Cupillard

“Het zou mooi zijn mocht de Franse topgastronomie resoluut voor bio kiezen” Al meer dan vijftien jaar schrijft de Française Valérie Cupillard kookboeken die als geen ander in onze sector passen. Uit al haar werken blijkt een oneindige passie voor biologische producten en ze etaleert tevens een uitzonderlijk talent om gastronomie te verbinden met dieetvereisten. In haar recentere werken toont ze ondermeer de mogelijkheden van gekiemde granen en het ongekende potentieel van essentiële oliën en bloesemwater in de keuken. Organic Retail trok voor het interview naar la Ferme Dagatti, een biodynamisch landbouwbedrijf met een bijhorende mooie en gezellige natuurvoedingswinkel nabij Aix-en-Provence. foto: Emmanuel Cupillard - biogourmand.com

Valérie Cupillards ervaring met het gebruik van essentiële oliën en bloesemwater in de keuken leidde haar onlangs nog tot op het eiland Mauritius (Indische Oceaan). Daar werkte ze mee aan een culinair project gebaseerd op de zeven energiekleuren van de chakratherapie: de Seven Colours Energy Cuisine, van het luxueuze Héritage Golf & Spa Resort. Elk van de chakrakleuren in het wellnesscenter kregen een tegenhanger in het zevengangenmenu. Philippe Rozel, chefkok van het hotel ontwikkelde het menu samen met Valérie Cupillard. Daarbij werd ook uitvoerig gebruik gemaakt van biologische essentiële oliën die in Zuid-Frankrijk op traditionele artisanale wijze werden gedistilleerd. Hoe kende men jou in Mauritius? Valérie Cupillards ervaring met het gebruik van essentiële oliën en bloesemwater in de keuken leidde haar onlangs nog tot op het eiland Mauritius (Indische Oceaan). Daar werkte ze mee aan een culinair project gebaseerd op de zeven energiekleuren van de chakra’s: de Seven Colours Energy Cuisine, van het luxueuze Héritage Golf & Spa Resort. Elk van de chakrakleuren in het wellnesscenter kregen een tegenhanger op het menu. Philippe Rozel, chef-kok van het hotel ontwikkelde het menu samen met Valérie Cupillard. Daarbij kwam de expertise van Valérie Cupillard omtrent het gebruik van culinaire essentiële oliën heel goed van pas. Hoe ben je eigenlijk tot het schrijven van kookboeken gekomen? Je hebt blijkbaar nooit op een koksschool gezeten? “Dat klopt. Ik was al van kleinsaf aan gepassioneerd door koken. Ik kom uit een familie waar de vrouwen allemaal heel graag kookten en zelfs hun affectie voor elkaar toonden via het koken. Ik werd gestimuleerd en gesteund en als ik experimenteerde liet men dat ook toe en werd ik niet op de vingers getikt. Koken was voor mij iets vanzelfsprekends, iets dat ik graag deed en waarmee ik mijn omgeving een plezier deed. Als mijn moeder ging uit werken, kon ik haar helpen door te koken voor het gezin. Bovendien liet men mij ook vrij in het samenstellen van het menu. Ik fantaseerde al tijdens het weekend over wat ik tijdens de werkweek zou kunnen klaarmaken. Ik gebruikte de recepten van mijn moeder, maar gaf er altijd mijn eigen toets aan. Als er overschotjes waren dan trachtte ik die ook altijd te hergebruiken in een ander recept en niet gewoon de dag nadien simpelweg op te warmen.”

“We hadden ook altijd een moestuintje. Dat vond ik heerlijk. Toen de eerste winkels van La Vie Claire in Frankrijk verschenen, trok mijn moeder er regelmatig heen. Mijn moeder was altijd al geïnteresseerd in de wetenschappelijke aanpak van voeding voor kinderen. Voor de rest waren wij een gewoon gezinnetje met een alledaagse keuken, maar soms aangevuld met volkorenbrood, graandranken bij het ontbijt of soms voedingsgist om de soep te besprenkelen. Mijn ouders hebben een aantal jaren op Mauritius en Madagaskar (Indische Oceaan) geleefd en ik heb er ook een deel van mijn jeugd gewoond. Ik heb altijd mooie herinneringen overgehouden aan de smaak van de lokale vruchten, de

9


Interview

> Valérie Cupillard

exotische geuren en de levendige kleuren van die eilanden. Eens terug in Frankrijk bleven we regelmatig exotisch koken en met kerstmis kregen we altijd enkele litchi’s als dessert: dat was telkens een feest!” “Later ging ik werken in de toeristische sector. Ik wou veel reizen en dat leek mij de beste optie. Maar naast dat professioneel leven was koken en experimenteren met voeding een favoriete vrijetijdsbesteding. Ik schakelde ook over op biologische voeding. Mijn echtgenoot had een moestuin en we hechtten veel belang aan natuurlijke groenten op ecologische wijze geteeld. En van het een komt het ander: we begonnen op zoek te gaan naar andere kwaliteitsingrediënten, beter brood, betere jam, enzovoort… We waren ook gepassioneerd door de natuur en het milieu. Dus wilden we dat consequent doortrekken en alles zo milieuvriendelijk mogelijk kopen. We kochten onze voeding in natuurvoedingswinkels en zo leer je ook de typische producten uit deze winkels kennen en gebruiken. Ik experimenteerde uitvoerig met alles wat ik er vond.” “Ondertussen stak ik al mijn recepten in de computer en ik klasseerde ze zo dat ik altijd kon zoeken op ingrediënten. Het volstond om een ingrediënt te zoeken om een lijst te krijgen met de recepten die dat bepaalde ingrediënt bevatte. Mijn recepten waren en zijn relatief kort en dat is ook logisch: ik kookte na mijn werkuren en had dus geen uren de tijd om dingen te bereiden. En van het een kwam het ander: ik werd af en toe gevraagd om workshops te leiden rond koken met biologische producten. Door het succes van die workshops, dacht ik aan een eerste kookboek met biologisch koken. Het werd een succes en zo kreeg mijn carrière een nieuwe wending.” (Ondertussen verschenen er reeds 16 kookboeken van haar hand) Hoe merk jij het verschil tussen biologische groenten en hun tegenhangers uit traditionele landbouw? “Je merkt het dikwijls aan de densiteit, vind ik. Een goed voorbeeld vind ik rode biet. Ik kocht destijds rode bieten van een lokale biogroentenboer. Van zodra je ze opensneed, merkte je een opvallende densiteit en zag je dat mooie bietenvlees met die kleurschakeringen en violettinten. En dan die smaak! Als je de gangbare bieten in de supermarkten koopt, dan krijg je een biet die rood ziet maar die nauwelijks naar iets smaakt en die vol met water zit. En na het koken smaakt het naar nergens. Er zijn veel mensen die niet houden van rode biet, net daarom gebruik ik vaak de biologische varianten in kooklessen of andere workshops. Ik snij ze dan in rauwe fijne blokjes, of ik rasp ze en dan krijg je drie verschillende smaken en de meeste mensen vinden ze wel lekker. Het is een groente die sterk miskend is omdat mensen er al te vaak een minderwaardige variant van op hun bord krijgen.” Sommigen bestempelen bio nog steeds als een mode. “Modes hebben een korte levensduur, terwijl ik gewoon zie dat de mensen die al jaren bio kopen vandaag de dag nog steeds volledig achter het idee staan. Het verschil tussen bio en gangbare landbouwproducten blijf je ook merken. Je voelt het aan je gezondheid, je merkt dat het lekkerder is… Je kan niet ontkennen dat het verhaal rond bio heel coherent en sterk is. Gezondheid, milieu, respect voor mens en dier… het zijn allemaal zaken die veel aandacht krijgen vandaag de dag. Tijdens de beginjaren werd je als fan van bio al gauw als een zonderling bestempeld. Nu beseffen meer en meer mensen dat bio eigenlijk ‘logisch’ is en een antwoord biedt op vele problemen. En dan is er ook nog het sociale aspect. De mensen die La Ferme Dagatti uitbaten (het biodynamische landbouwbedrijf waar het interview doorgaat) vervullen ook een sociale rol. Er wordt hier tijd gemaakt voor de klanten, er is mogelijkheid om de kinderen te laten spelen, er

worden taarten gebakken als proever voor de klant ,de klanten kennen elkaar ook. Michèle, Jean-Marie en hun zoon Pierre die het bedrijf uitbaten maken hier werkelijk tijd voor hun klanten of voor wat advies of een gezellige babbel. Ik vind dat biowinkels echt wel de rol van vertrouwenspersoon moeten spelen. Het is hier een gezellige boel, een ruimte waar er meer te doen is dan gewoon producten kopen en verkopen. Ik hoop dat men hier en op andere gelijkaardige locaties nooit die rol verwaarloost.” Waar haal je de inspiratie voor je recepten? “Ik heb niet één bepaalde inspiratiebron. Mijn recepten zijn niet geïnspireerd door een bepaalde keuken. ik bekijk ingrediënten puur creatief: wat kan ik ermee aanvangen en wat zou een leuke combinatie kunnen zijn? Natuurlijk onderga ik invloeden en die komen uit de verschillende landen die ik bezocht tijdens mijn carrière in de toeristische sector. Wel kan men stellen dat kleuren in mijn recepten een belangrijke rol spelen, net zoals dat het geval is met de parfums van essentiële oliën. Bij de ontwikkeling van mijn recepten met essentiële oliën werk ik vanuit de smaak van die olie zelf, bijvoorbeeld de ‘petitgrain bigarade’, een olie van de twijgjes van de bittere sinaasappelboom.”


Organic Retail - juni 2008

Van waar kwam het idee om een boek te schrijven over glutenvrij koken? “Op beurzen ontmoette ik regelmatig wijlen Dokter Seignalet (Franse arts die er in zijn boeken voor pleit om te eten zoals onze voorouders in de prehistorie: zonder melkproducten, zonder glutenhoudende granen, rauwe voeding, …nvdr). Daarbij had ik de kans om met hem te praten over zijn dieet. Ik bewonderde hem ook om het feit dat hij veel zieken kon helpen met zijn dieet. Op een dag kreeg ik een brief van een jonge moeder die op zoek was naar glutenvrije recepten omdat haar kind glutenintolerant was. Brieven, e-mails of persoonlijk contact met lezers heb ik sowieso altijd heel waardevol gevonden. Ik vond het altijd al uitdagend om recepten te ontwikkelen vanuit de beperkingen die diëten meebrengen. Toen ik Dokter Seignalet over mijn boek vertelde, was hij er heel positief over. Mijn boek beantwoordt maar voor een deel aan zijn principe, want in mijn boek worden de ingrediënten wel gekookt en gebakken en zijn ze dus niet rauw. Maar hij vertelde mij dat hij het een stap in de goede richting vond. Wie de richtlijnen van Dokter Seignalet wil volgen moet radicaal anders gaan eten. Daarom vond hij het beter als mensen geleidelijk aan omschakelden. Mijn boek kon daarbij helpen.” Er is quasi geen zuivel te vinden in jouw boeken. “Klopt, geitenkaas vormt de uitzondering. Maar zuivelproducten leveren geen essentiële bijdrage aan mijn recepten. Zuivelproducten lijken voor veel mensen onvervangbaar maar ik heb nooit de essentiële kwaliteiten ingezien van die producten. Wie zuivel wil toevoegen aan mijn recepten, mag dat gerust van mij. Maar het hoeft dus niet. Ik vind dat er heel veel evenwaardige maar te weinig bekende alternatieven bestaan. In een gratin kan men uiteraard Parmezaanse kaas gebruiken, maar ik verras mijn lezers liever met een ‘notenparmesan’ (tot poeder gemalen noten), wat ook erg lekker is. In mijn recepten kies ik graag voor minder evidente oplossingen. Nog zo een fantastisch alternatief dat veel te weinig mensen kennen is een puree van cashewnoten. Heerlijk om een bechamel of een sausbasis mee te maken.” Heeft u eigenlijk een favoriete groente? “Moeilijk, ik zou kunnen zeggen dat ik van elke groente hou. Ik hou eigenlijk van groenten tijdens hun seizoen. Dus ik tracht zelf altijd seizoensgebonden te werken. De smaak van tomaten op warme dagen is overheerlijk. In de zomer vind ik tomaten, aubergines en courgettes fantastisch en ook tomatensausen bereid met deze groenten zijn geweldig. In de winter gaat mijn interesse dan meer naar bijvoorbeeld pompoen. Ook groenten die slechts kort beschikbaar zijn vind ik altijd een leuke afwisseling: erwtjes, asperges…” “Eigenlijk is er te weinig diversiteit in het aanbod groenten, ook in biologische winkels. Persoonlijk vind ik dat biologische groenten- en fruitwinkels moeten vermijden dat ze het hele jaar door hetzelfde aanbod hebben, door sommige groenten of fruit van heel ver te halen. Het is gewoon prachtig wanneer men als winkelier uitpakt met diverse variëteiten aan aubergines, een ruim aanbod oude tomatenvariëteiten, pompoenen in diverse vormen en kleuren… Zelfs binnen het aanbod van één seizoensgroente ontdekt men verschillende smaken. Het verschil in smaak tussen gebakken witte aubergines en een terrine van violette aubergines is immens. Het zou mooi zijn mochten mensen die verschillende variëteiten makkelijk kunnen terugvinden in de biowinkel.” Hoe denk je over bio in de Franse restaurants? “Ik hoor in de horeca soms klachten over de prijs en de beschikbaarheid van ingrediënten. Ik vind dat eigenlijk maar flauw. Eigenlijk moet

je het net omgekeerd zien: ingrediënten uit traditionele landbouw zijn dikwijls te duur voor de kwaliteit die ze bieden. En dan spreken we nog niet over de milieu-impact van de gangbare landbouw. De Franse gastronomie is nog altijd ergens een referentie in de wereld. Het zou dan ook mooi zijn mocht de topgastronomie ook echt gaan kiezen voor bio. Bij topgastronomie horen nu eenmaal de best mogelijke ingrediënten en grondstoffen. Bloem, suiker of geraffineerde, plantaardige oliën zijn in mijn ogen geen ingrediënten die thuishoren in de wereld van de gastronomie. Bioproducten, essentiële oliën of bloesemwaters van kleine distillerijen verdienen het net om door grote chef-koks gebruikt te worden. Zij zijn immers in staat het allerbeste te halen uit deze smaken.” Ook in de gewone catering blijkt het moeilijk… “Ja, in de catering is bio iets uitzonderlijks. Hoewel sommige scholen bijvoorbeeld éénmaal per week een biomaaltijd aanbieden. Ik hoor ook dikwijls klagen over de beperkte budgetten waarmee men in de catering moet werken. Alleen kan men zich de vraag stellen: is het eigenlijk wel aanvaardbaar dat de voeding voor schoolkinderen zo goedkoop moet zijn? Heel veel ouders vinden een goede, gezonde en evenwichtige voeding voor hun opgroeiende kinderen heel belangrijk en zijn ook bereid daarvoor te betalen. Met dergelijke maaltijden kan men ook kinderen bewustmaken van de rijkdom van de natuur en het milieu en hen wijzen op de voedingsbehoeften van de mens.” Waar doet Valérie Cupillard haar boodschappen? “Ik doe al mijn inkopen in biowinkels. Zowel ingrediënten voor gebruik thuis als voor cursussen of voor kookdemonstratie koop ik in biowinkels in de regio. Ik ga slechts zelden naar de supermarkt en eigenlijk louter om te kijken welk aanbod er is, sommige van mijn lezers kopen nu eenmaal in de supermarkt. Let op: ik vind het positief dat er ook bio verkocht wordt in supermarkten. Het is leuk om te zien dat sommige mensen bio ontdekken in de supermarkten en daardoor interesse krijgen in biowinkels omdat het aanbod daar veel ruimer is en de aanpak veel persoonlijk.” Tot slot: Welk recept ben je het meest trots op? “Moeilijke vraag! Eigenlijk vooral de recepten waarvan lezers mij schrijven of vertellen dat zij er van genoten hebben. Maar je vroeg om een gerecht: misschien wel mijn chocolademousse op basis van silken tofu. Vooral omdat ik er zoveel positieve reacties over kreeg. Voor mij was het heel leuk om op zoek te gaan naar een goede textuur. Dat recept is ondertussen veel overgenomen, ook door professionals in biorestaurants en zo. De chocolademousse op basis van de zijden tofu is zeker niet het meest gecompliceerde, maar wat ik er zo bijzonder leuk aan vind: het is een ideale basis om te gaan werken met essentiële oliën: door een puntje sinaasappelolie of muntolie toe te voegen kan je het echt subliem maken.” Bedankt voor het interview. We kijken al uit naar je volgende boek!

www.biogourmand.info

11


Ecover, ‘t is ecologisch! Ecover’s ecologische was- en reinigingsmiddelen worden gemaakt op basis van hernieuwbare plantaardige grondstoffen en mineralen. Zij worden al meer dan 25 jaar op een ecologisch, economisch en sociaal verantwoorde manier geproduceerd, in een unieke ecologische fabriek. Eerlijk en open, met respect voor mens, dier en milieu. Meer info op www.ecover.com


Shopping >

Organic Retail - juni 2008

België

Het Natuurhuis, pionier in het Antwerpse 31 jaar geleden gingen Jacques Van Den Heuvel en Josée Huybrechts van start als dieetwinkeltje op de Bredabaan in Antwerpen. Ondertussen zijn ze uitgegroeid tot een dubbele ‘one-stop’ biologische shop in Antwerpen en het nabijgelegen Merksem.

Karretjes Jacques Van Den Heuvel stampte in 1977 een klein dieetwinkeltje uit de grond. Zachtjesaan groeide het winkeltje uit tot een heuse biowinkel met verse producten en natuurcosmetica en besliste zijn vrouw Josée om mee in de boot te stappen en haar job als lerares op te geven. Samen verdiepten ze zich tot over hun oren in de biologische gedachte en sector. Jaren later barstte het winkeltje uit zijn voegen verhuizden ze naar een pand aan de Oude Bareellei met een winkeloppervlakte van 120 vierkante meter, waar ze de eerste Belgische biowinkel werden met winkelkarretjes. Jacques: “De karretjes waren nodig, gezien de oppervlakte van de winkel. Maar als biologische winkel konden we het in die periode niet maken om plastieken of metalen karretjes te gebruiken. Onze klanten waren heel emotioneel bezig met natuurlijke producten. Een niet-natuurlijke omgeving zouden zij niet aanvaard hebben. Dus gingen we op zoek naar een schrijnwerker die met eco-hout werkte. En die hebben we gevonden. Het resultaat was een karretje in hout met juttezeil. De dingen waren duur, maar dat hadden we er voor over. Ondertussen zijn onze klanten geëvolueerd naar mensen die met bio bezig zijn vanuit een allergie of vanuit de liefde voor hun kinderen. Over metaal of plastiek in de karretjes maken ze zich niet druk meer.”

Die kunnen op termijn prijzen bieden die wij niet kunnen bieden, maar we beseffen dat wij andere troeven hebben. Bij ons kun je over elk mogelijk onderwerp professioneel advies krijgen en dat merken we minder op bij giganten.”

Traiteur Josée en Jacques geloven sterk in succes door middel van eigenheid. Zo bouwden ze in de loop van hun carrière een eigen bakkerij en een in-house traiteur uit. Jacques: “Ongeveer 25 jaar geleden besloten we brood te gaan bakken. We merkten dat mensen makkelijker kozen voor simpele biologische producten, zoals biologisch brood, als opstapje naar meer. Alleen waren er in die tijd geen leveranciers van biologische broden. De broer van Jacques was bakker en gaf ons de nodige know-how mee. Sindsdien zijn onze dagverse broden een succesnummer. In Antwerpen zijn we nadien met een lunchrestaurant gestart. Dat liep goed, maar financieel kregen we het niet rond, dus besloten we de keuken te verhuizen naar Merksem. Hier worden er elke dag dagschotels en bereide gerechten gemaakt die de klanten kunnen meenemen naar huis of hier opeten over de middag. Bij de bakkerij kan de klant dan weer een belegd broodje oppeuzelen.”

Leerrijk

Restyling

De eenvoudige biowinkel is de loop der jaren uitgegroeid tot een heuse one-stop shop in het centrum van Antwerpen en Merksem. Jacques: “Sinds drie jaar hebben we twee locaties. We blijven gestaag groeien en dat is boeiend, want de nieuwe locatie bracht weer een ander publiek met zich mee. In Antwerpen hebben we veel jonge mensen die elke dag wel eens binnenspringen, terwijl de klanten in Merksem eens per week uitgebreid komen winkelen. Dat vraagt een andere aanpak en dat is opnieuw uiterst leerrijk. Door de jaren heen zijn we in de juiste richting gegroeid. We hebben steeds een antwoord geboden op de vragen die zich stelden. Toen de dioxinecrisis er was hebben we een groeispurt gekend. Toen supermarkten op de biowagen sprongen een lichte terugval. Momenteel steunen we op traditie en op professionaliteit. De enige vrees die er nu inzit, zijn de biologische supermarkten.

Vorig jaar moest de winkel in Merksem geloven aan een volledige restyling. Jacques: “We moeten voortdurend professionaliseren, vind ik. Eigenlijk moet een biowinkel hetzelfde comfort bieden als een gewone supermarkt, maar dan op een biologische manier. Daarom investeerden we onlangs in een uitgewerkt informaticasysteem voor de kassa’s en voorraad. De uitstraling werd moderner, er werd parking voorzien, de rekken werden verlaagd, de verse producten werden naar voren gebracht om meer in de kijker te staan en er werd een herboristerie gecreëerd, die een oase van rust moet zijn in de winkel. In de herboristerie is eveneens een ruimte voorzien om boeken in te kijken en de klant wordt er op professionele manier verdergeholpen door onze orthomoleculaire voedingsdeskundige.

13


Shopping >

België

supermarkt maken veel promotie voor hun producten. In onze sector is dat anders: biowinkels moeten zelf alles van communicatie naar de consument doen.” We zien ook steeds meer verschillende producenten op de markt. Dat maakt heel de administratie een pak ingewikkelder. En het is ook zo moeilijk om goed en gemotiveerd personeel te vinden in deze sector. Er zijn veel bio-minded mensen die graag halftijds werken, maar dat is dan weer erg ingewikkeld en kost extra. Hoewel deze mensen erg nuttig zijn omdat zij meestal gedurende hun vrije uren op cursus trekken en dat is dan weer heel interessant om je klanten raad te bieden. Aan de andere kant zijn er dan weer mensen die weinig met de biologische sector te maken hebben en die graag voltijds willen werken, maar die mensen zijn dan te weinig begaan met de sector. Een positieve stap in België zou trouwens vanuit de overheid moeten komen. Mocht de overheid meer bio-minded worden, zou dat voor ons een ankerpunt zijn tot meer.”

Werken aan een betere wereld

De herboristerie en de boeken blijken een succes. Blijkbaar zijn mensen nog steeds bewust bezig met wat ze kopen en willen ze zich informeren. Er wordt trouwens veel creativiteit verwacht van de biologische klant. Nieuwe ingrediënten betekent immers nieuwe manieren van koken, …”

Alles kan beter Hoewel Josée en Jacques heel veel voldoening halen uit hun activiteiten, zijn er volgens hen toch enkele dingen die ontbreken of beter kunnen in de biologische wereld. Jacques: “We verwachten eigenlijk meer communicatie vanuit de grossistenhoek. Als er nieuwe producten zijn, dan willen we best wat meer uitleg bij het hoe en waarom. Op die manier kunnen we tenminste op een professionele manier aan de klant laten weten waar het product voor staat en waarom het voor hen een meerwaarde biedt. Ortis is een goed voorbeeld hiervan. Zij bieden workshops en roadshows over hun nieuwe producten. Maar een prettig artikel over het nieuwe bedrijf zou al fijn zijn. Een beetje op een aangename manier gebracht. We merken dat nieuwe producten het niet altijd meteen goed doen op de markt. Introducties mislukken vaak en wij vermoeden dat het gebrek aan communicatie aan de grond hiervan ligt. Bovendien kosten deze introducties - die ook weinig of niet ondersteund worden door de grossist - voor de winkelier heel veel tijd en energie. Proevertjes aanbieden uit je eigen aangekochte voorraad kost geld en tijd, maar blijkt soms wel effectief. Wijzelf sturen de klanten een paar keer per jaar twee bonnen van 10% op, die gelden gedurende een actiemaand. Tijdens deze actiemaand bieden we proevertjes, workshops en dergelijke.” De biosector blijkt een sector in volle expansie, maar ook een sector waar er nog veel werk is. Jacques: “Er zijn nog zoveel dingen die kunnen verbeteren. Heel veel uitbaters van de kleinere natuurwinkels zijn hele dagen in de weer voor hun winkel en hun klanten. Gewone supermarkten hebben het makkelijker. De fabrikanten van gangbare producten voor de

Laat er echter geen twijfel over bestaan: Josée en Jacques zijn echt wel gelukkige en trotse eigenaars. De biologische sector biedt hen enorm veel voldoening. Jacques: “Je bent uiteindelijk bezig met goede dingen. Onze producten dragen bij tot een betere, meer eerlijke wereld en daar zijn onze klanten ons meer dan dankbaar voor. We veranderen het eetpatroon en wat we verkopen geeft een meerwaarde. De biologische sector heeft trouwens zijn verdiensten al gehaald. Wie bracht gewoonten als fruitsappen, bruin brood en rauwkost op de markt? De biologische sector! Bovendien is het zo heerlijk om te weten dat een klant met een vers ontdekte allergie, die binnenkomt met vertwijfeling in de ogen, terug naar buiten gaat met een mand vol spulletjes, terwijl die persoon dacht dat hij of zij nu niks meer mocht eten. Wij streven ernaar om onze klanten een vertrouwen te bieden, een soort van oase van zekerheid, waarvan ze weten dat ze erop aan kunnen. Bovendien zijn onze drie kinderen in onze voetsporen getreden. Zij baten nu de winkel in Antwerpen uit en in Merksem hebben zij nu ook meer en meer verantwoordelijkheid. Dat is toch heel wat, niet? Ik vind dat wij daar trots op mogen zijn.” foto’s: Isabelle Persyn


Dossier >

Ontbijtgranen

Organic Retail - juni 2008

Meer variatie, speelser en even voedzaam De verkoop van ontbijtgranen zit al jaren in de lift. Vooral jongeren zouden de granen vermengd met melk, fruitsap of yoghurt verkiezen boven een boterham. Het gezonde imago van de granen wordt de jongste jaren al door een aantal consumentenonderzoeken in vraag gesteld omdat sommige varianten uit de supermarkt opvallend weinig vezels bevatten en vooral heel veel vetten en suikers. Een korte vergelijking van de voedingswaardetabel op de verpakking volstaat om tot de conclusie te komen dat de producten uit de bio- en natuurvoedingssector hun gezond imago wel hardmaken. En ook hier wordt het aanbod steeds speelser, zonder enige toegeving op het vlak van voedzaamheid.

Het waren artsen die aan het begin van de twintigste eeuw aan de basis lagen van de hedendaagse ontbijtgranen: de Amerikaan John Harvey Kellogg vond de corn flakes uit en het was de Zwitserse arts Maximilian Bircher-Benner die met het eerste recept voor muesli op de proppen kwam. De beweegredenen van beide heren waren duidelijk: een voedzamer ontbijt bieden aan patiÍnten. Enkele jaren na zijn uitvinding ondervond John Harvey Kellogg al dat niet iedereen het gezonde aspect van cornflakes essentieel vond. Hij kreeg het aan de stok met zijn broer William Keith Kellogg over het toevoegen van suiker aan de corn flakes. John was tegen, William vond het commercieel veel interessanter. Het leidde tot een definitieve scheiding tussen de twee. Beiden richten hun eigen voedingsbedrijf op en dat van William groeide later uit tot het wereldbekende en leidende bedrijf Kellogg’s. Zakelijk gezien had William de beste keuze gemaakt‌ De suikerruzie tussen de twee Kelloggbroers was echter al een mooievoorafspiegeling voor de kritiek die sommige ontbijtgraanproducenten vandaag krijgen.

foto: Isabelle Persyn

Kellogg en Bircher-Benner

Zoete inval Het toevoegen van steeds grotere hoeveelheden suiker, maar ook zout en vetstoffen aan cornflakes of rijstvlokken in gangbare supermarktproducten en dan met name in de varianten die kinderen tot doelgroep hebben, stoot al enkele jaren op protest. De conclusie van diverse laboratoriumtests was immers algemeen en duidelijk: sommige ontbijtproducten waren niet gezonder dan chips of snoeprepen. Een toch verontrustende conclusie gezien de populariteit van deze producten bij jongeren. Even opmerkelijk is dat deze producten algemeen gezien worden als een gezond ontbijtalternatief voor jongeren. Dat bewijzen ook de cijfers: liefst 85% van moeders van Franse min15-jarigen koopt deze producten voor haar kroost, 92% van de Franse ontbijtgraankopers doet dit ondermeer omwille van de voedzaamheid en uit andere Franse cijfers blijkt dat ontbijtgranen voor kinderen en adolescenten goed zijn voor meer dan 50% van de totale markt.

15


Dossier

> ontbijtgranen

Het aanbod in de biosector toont dat ook gezonde ontbijtgranen veel eetplezier kunnen bieden, zowel voor volwassenen als voor kinderen. Wie de verpakkingen gaat lezen zal vaststellen dat de vet-, suiker- en zoutgehaltes hier aanzienlijk lager liggen. Helaas wordt het marktaandeel van de biologische granen op slechts 0,5% van de totale markt geschat.

Testpanel Wie de gangbare producten vergelijkt met de producten in de biowinkel of het bioschap, zal dan ook merken dat ze aanzienlijk minder zoet zijn. Dat dit ook tegen een producent kan werken, bewijst het verhaal van de Nederlandse ontbijtgranenspecialist De Halm enkele jaren geleden. De Nederlandse Consumentenbond publiceerde toen een vergelijkende test tussen ontbijtgranen. Naast de algemeen bekende supermarkten proefde een testpanel ook een product van De Halm. “Ons product haalde een slechte score. Hoe dat kwam is echter niet moeilijk te verklaren: wanneer je na een reeks suikerrijk, vette producten onze granen proeft, dan zal ons product wat flauwer overkomen. Die vergelijking is gewoon oneerlijk. Onze producten bevatten in de meeste gevallen geen toegevoegde suikers en het is algemeen geweten dat zoetere producten door veel mensen lekkerder bevonden worden – ten koste van hun gezondheid. Ondanks deze verklaring kregen we geen recht van antwoord. We hoeven daar echter niet rouwig over te doen. Sinds die tests zijn onze producten almaar populairder geworden. Er is duidelijk een groeiend publiek dat gezondere, voedzamere en natuurlijk producten verkiest.”, vertelt Rob van den Berg. De meeste fabrikanten in deze sector gaven in hun antwoorden aan geen suikers toe te voegen of als het niet anders kan, gezonde zoetstoffen te gebruiken.

Daarbij wordt meestal rietsuiker of tarwestroop genoemd als zoetstof. Door bij muesli’s gedroogde vruchten of chocoladekorrels toe te voegen hoeft men meestal niet meer bij te zoeten. De jongste jaren is het aanbod in deze sector enorm uitgebreid. Iedere aanbieder tracht zich wel te onderscheiden van het traditionele. Dat kan en gebeurt op heel diverse manieren: door een combinatie van diverse granen, door het gebruik van bijzondere granen: quinoa, spelt, amaranth… En ook door het toevoegen van diverse granen. In het aanbod naar kinderen toe tracht men even speels en origineel te zijn als de gangbare supermarktproducten in de sector en werkt men vooral met geëxtrudeerde granen, evenwel met behoud van alle voedzaamheid en het behoud van het biologisch of ecologisch karakter van het product.

Producenten aan het woord Drie aanbieders op de markt antwoordden op onze vragen omtrent ontbijtgranen: de Franse biologische ontbijtgranenspecialist Joseph Favrichon, de Nederlandse ontbijtgranenspecialist De Halm en de Belgische fairtradeproductendistributeur Oxfam Fairtrade. Bij Oxfam is het aanbod beperkt tot twee varianten: muesli en cruncho. “Het is niet evident om al onze leveranciers te laten overschakelen op biologische productie. Daardoor zijn deze producten niet volledig bio. Wel werken we met heel gezonde en bijzonder voedzame en kwalitatief hoogstaande ingrediënten. Onze producten bevatten (gepofte) quinoa, rozijnen, amazonenoten, Mascobado rietsuiker, mango’s…”

ant! k o r k d n ove d r e v r o o Crunchy: Verras uw klanten met 3 nieuwe smaken! Appel en Kaneel Choco en Sinaasappel Citroen en Gember www.dehalm.nl

0026_NL_OrgRet.indd 1

23-05-2008 15:36:09


Organic Retail - juni 2008

natuurvoedingswinkels om onze verpakking aan te passen omdat de dozen te veel afval veroorzaakten. Daarom laten we aan de winkelier de keuze tussen een plastic verpakking en onze traditionele dozen.”

Joseph Favrichon is een echte specialist in (ontbijt)granen en beschikt over een heel ruim aanbod – zowel met als zonder gluten. Om op verschillende verlangens en doelgroepen in te spelen en ten einde te vermijden dat de consument in het gamma verloren loopt werden vier lijnen gelanceerd. Nancy Mériaux, verantwoordelijke voor kwaliteit, onderzoek en ontwikkeling geeft uitleg: “Bien-être” is een gamma met producten die echt specifiek focussen op gezondheid en rijk zijn aan vezels, ook varianten zonder gluten…, “Ligne” wordt gekenmerkt door suikerarme producten, veel eiwitten en vezels, “Vitalité” is meer georiënteerd op kinderen. De producten bevatten minder suiker en extra mineralen (magnesium, calcium en fosfor). Er werd bij dit gamma beslist om suiker niet volledig te weren. Kinderen houden van zoete dingen en hebben ook wel wat suikers nodig hebben. Wel is het zo dat het suikergehalte aanzienlijk lager is dan bij gangbare producten in de supermarkt. Met het gamma “Plaisir” wordt vooral de nadruk gelegd op het eetplezier. Smaak wordt er gecombineerd met hoogwaardige voedingsstoffen.» Favrichon hecht veel waarde aan communicatie met de eindverbruiker en dat is ook duidelijk merkbaar op de verpakkingen. Nancy Mériaux: “We willen het belang van gezonde voeding benadrukken en informeren veel over de voedingswaarde van onze producten. Gezonde producten maken is een traditie sinds het ontstaan van ons bedrijf, we willen dat echter niet op een triestige manier doen en ook regelmatig innoveren en verrassen met smaken. Zo werken we recent veel met pompoenpitten en lijnzaad. Deze ingrediënten bevatten veel omega 3, bovendien hebben ze een originele smaak en zijn ze lekker. De consument apprecieert ze ook!” Naast een aanbod klassiekers die onveranderd goed blijven scoren, zoals muesli met bosvruchten, tracht Favrichon ook origineel uit de hoek te komen. “We lanceerden recent een variant met koriander en gember of een variant met groene thee uit China. Meest vernieuwend was de krokante muesli met rozemarijn, goed voor de spijsvertering en met een originele smaak.” Sinds enige tijd laat Favrichon de winkeliers de keuze tussen een (dubbele) doosverpakking en een verpakking in een plastic zak. Jarenlang waren de producten van Favrichon enkel verkrijgbaar in een doos. Nancy Meriaux verklaart: “We hebben als producent altijd heel veel gecommuniceerd met de eindverbruiker. Op deze dozen konden de klanten heel wat vernemen omtrent ingrediënten en voedzaamheid. Op zakverpakkingen was dat veel moeilijker. We kregen echter het verzoek van een keten van

Bij De Halm is een van de troeven - naast het biologische karakter van de producten - de voorkeur voor lokale grondstoffen. Alles wat lokaal beschikbaar is (bij voorkeur in de eigen provincie Brabant) geniet de voorkeur. De landbouwers in de buurt van het bedrijf zijn vaste leveranciers. Bovendien werkt De Halm nauw samen met de organisatie ‘Brabants Landschap’ die het behoud van natuurschoon en de variatie van de gekweekte gewassen vooropstelt. De Halm draagt bij aan de diversiteit van de akkerbouw door zijn diverse granen ook lokaal in te kopen. Klanten hebben er de keuze tussen verpakkingen met één bepaalde graansoort en diverse mengelingen. Het aanbod wordt de jongste tijd vooral aangevuld met krokante muesli’s en crunchy varianten. Rob van den Berg van De Halm wijst er echter op dat ook traditionele granen nog heel goed scoren, havermout voorop: “We zien de verkoop van de havervlokken de laatste tijd stijgen. Ik wijt dat aan de toenemende gezondheidsclaims omtrent haver. Naast de bijzondere voedzaamheid zou het cholesterolverlagend werken. Ook de gemengde muesli met vruchten kent een groeiend succes.”

Meer dan ontbijt of dessertje Traditioneel worden ontbijtgranen ook bij het ontbijt verbruikt. Daarnaast zijn er ook heel wat liefhebbers die muesli toevoegen aan hun toetje (yoghurt). Dat er ook nog tal van andere culinaire mogelijkheden zijn, bewijst het receptenboekje dat De Halm onlangs uitbracht. Daarin biedt culinair creatrice Corry Duquesnoy een aantal originele recepten met toevoeging van granen. Enkele voorbeelden: Italiaanse groentensoep met granen, groentengratin met havervlokken, barbecueburgers met viergranenvlokken, vruchtensalade met krokante muesli en honingroom…

De keuze van de jonge generatie Ontbijtgranen kennen al jaren een stevige groei en knibbelen al jaren aan de dominantie van brood bij het ontbijtalternatief. In Nederland eet 17% van de bevolking ontbijtgranen. In België is dat 16% en is het jaarlijks verbruik per inwoner iets meer dan 1,5 kilogram. Franse cijfers spreken van 1,82 kilogram per inwoner en ruim 65% van de gezinnen die ontbijtgranen in de keukenkast staan hebben. Overal stelt men vast dat vooral jongeren graag ontbijtgranen eten. Als deze jongeren later als volwassenen blijven opteren voor granen als ontbijt is de groei voor de komende jaren verzekerd.

17


Dossier > Shampoo

Schuim in shampoos kan nu ook volledig ecologisch

foto: Isabelle Persyn

Een biologische of ecologische shampoo maken was tot voor kort geen sinecure. Dat is het op vandaag nog steeds niet, maar sinds een jaar maken talrijke wetenschappelijke onderzoeken het net iets makkelijker. De essentie van een shampoo, schuimen en reinigen, is namelijk het heikel punt waar vele producenten van natuurcosmetica tijdens de ontwikkeling van een shampoo op stoten. Zij maakten vroeger gebruik van de gekende chemische stoffen die in reguliere shampoo te vinden zijn en moesten daarom inbinden op hun visies van ecologische en/of biologische producten. Een afgeleide van kokosolie en suikers, suikertenside, maakte een eind aan deze dubbelzinnige situatie.


Organic Retail - juni 2008

Wasactieve stoffen Om haren proper te krijgen en de hoofdhuid te reinigen maakt een shampoo gebruik van wasactieve stoffen. Deze stoffen hebben de eigenschap dat ze schuim vormen en de oppervlaktes waar ze door die schuimvorming mee in contact komen, reinigen. Reguliere shampoos maken hiervoor vooral gebruik van Sodium Laureth Sulfaat of Sodium Lauryl Sulfaat. Beide chemische stoffen kwamen meerdere keren in opspraak, omdat zij kankerverwekkend zouden zijn. De hele hetze werd veroorzaakt door een Amerikaans cosmeticabedrijf. Tot vandaag zijn er geen bewijzen in verband met de schadelijkheid van deze stoffen, maar voor de publieke opinie hebben ze een negatieve connotatie. Vast staat dat Sodium Laureth Sulfaat en Sodium Lauryl Sulfaat kleine zweertjes veroorzaken in de mond en dat de molecules van deze stoffen zo klein zijn dat ze binnendringen in de hoofdhuid en irritatie veroorzaken. Toch was de biologische producent quasi verplicht om deze stoffen te gebruiken om een schuimende shampoo op de markt te brengen. Shampooproducenten stonden dus voor een dilemma. Ze konden ervoor kiezen om geen synthetische stoffen te gebruiken, maar dat betekende dat ze geen shampoo zoals we ze kennen uit het reguliere circuit op de markt konden brengen. De meeste producenten kozen ervoor om toch een schuimende shampoo op te nemen in hun gamma, maar een duidelijke onderscheid te maken. Op deze manier kon de consument zelf beslissen waar zijn prioriteiten liggen. In tussentijd gingen alle producenten aan de slag om een natuurlijk alternatief te vinden voor de sulfaten. Pieter De Cooman van Weleda België schetst het verhaal in historisch perspectief: “Vroeger gebruikten mensen lava-aarde om hun haren te wassen. Alleen werden de haren er dof van. Tijdens de twintigste eeuw ging men op zoek naar alternatieven en die vond men in de chemische industrie. Toen werd de shampoo zoals we ze kennen uitgevonden. Producenten waren toen trots op hun chemische ingrediënten. Alles was immers nieuw en spannend. Ondertussen zijn we erachter dat deze stoffen niet altijd gezond voor ons zijn en moeten we vanuit de optiek van de shampoo zoals we ze kennen op zoek naar alternatieven voor de chemische ingrediënten.” Bastiaan Budding van de Nederlandse honing- en cosmeticaproducent De Traay: “Het is inderdaad niet simpel om een volledig natuurlijke shampoo te maken. Naar mijn weten kun je eigenlijk enkel garanderen dat je etherische oliën van biologische oorsprong zijn. Wasactieve stoffen vormen op dat vlak een probleem. Zij waren tot voor kort enkel uit chemische oorsprong te verkrijgen. Daar komt nu gelukkig verandering in.”

Oplossingen En inderdaad: ondertussen werd een alternatief gevonden. Onderzoeken toonden aan dat de afgeleide van kokosolie en suikers dezelfde eigenschappen hadden als de chemische sulfaten, zonder de nadelen. Deze stoffen, soms in combinatie met wasactieve aminozuren, schuimen, reinigen en zijn makkelijker te maken met biologische ingrediënten dan de chemische tegenhangers. De shampoofabrikanten maken daardoor hun producten nu niet alleen veiliger en milder, maar ook biologischer. Bovendien zijn deze suikertensiden en andere kokosverbindingen erg ecologisch. Wanneer je kokosolie verbindt met bv. maïsglucose, krijg je een suikertenside, die de eigenschap heeft vet op te lossen, een eigenschap die gewoon water niet heeft. De tenside verbindt het vet en het water, zodat het vet met het water wordt weggespoeld. Bovendien verlagen deze tensiden de oppervlaktespanning van de shampoo, waardoor hij makkelijker gaat schuimen. De tensiden bestaan uit grotere moleculen dan Sodium Laureth en Lauryl Sulfaat, dringen dus niet binnen in de hoofdhuid en veroorzaken dus veel minder irritatie.

Deze tensiden kun je herkennen onder de namen glycinetenside (een zeer milde variant), lamepon, cocoglucoside, verzeepte cocosolie en maïsstroop, coconut & palmolie… Aangezien er nu een waardig alternatief bestaat, worden shampoos met chemische stoffen niet meer aanvaard bij verschillende biogarantielabels. Alle shampooproducenten passen op dit moment de recepten voor hun shampoos aan. Dit gebeurt niet in een keer, dus zullen biogerichte consumenten nu nog even geduld moeten oefenen of de reeds aangepaste varianten kopen. Pieter De Cooman (Weleda): “Van de consumenten kregen we veel vraag naar douchegels. We hebben beslist om ons eerst te concentreren op de ontwikkeling van goede douchegels en daarna geleidelijk aan de recepten van de oude shampoos te veranderen. De nieuwe lijn babyproducten bevat ook een shampoo. Die is al volledig aangepast aan de nieuwe situatie.” Bastiaan Budding (De Traay): “Ook wij besloten om eerst onze nieuwe lijn bodymilks en bodybutters uit te brengen, de stijl van de verpakkingen up te daten en daarna de nodige stappen te nemen voor onze shampoos.” Peter Malaise (Ecover): “Ecover heeft gedurende de laatste jaren vier projecten gehad in verband met tensiden. Aangezien de sector een beetje achterbleef, besloten we er zelf onderzoek naar te doen en daar zijn we heel tevreden over. Niet enkel voor onze shampoo, maar evenzeer voor onze andere wasproducten.”

Een voorbeeld van een lastenboek voor shampoo Het lastenboek van Ecogarantie voor wat betreft shampoo legt de nadruk op volgende aspecten: 1 Grondstoffen en verpakkingen moeten maximaal hernieuwbaar zijn. 2 De origine van de ingrediënten moeten biologisch zijn, tenzij er kan bewezen worden dat ze niet voorhanden zijn 3 Geen hallogene chemie 4 Geen genetische gemodificeerde organismen 5 Geen testen op dieren voor het afgewerkte product 6 Een lijst van de ingrediënten op de verpakking 7 Een minimaal gebruik van schadelijke mineralen 8 Ingrediënten die voortkomen uit chemische synthese zijn verboden, tenzij er op korte termijn geen alternatief voorhanden is en het gebruik ervan vitaal is voor de werking van het product

19


Dossier > Shampoo Trends en toppers Als het op shampoo aankomt, zijn er op dit moment weinig trends, aangezien de focus van de markt op douchegels, mannenlijnen en babyproducten ligt. Wat we wel merken, is een verschuiving van een ingrediëntgerichte naar een haartype-gerichte verdeling. Op die manier wordt het makkelijker voor nieuwe klanten, die zich niet van op voorhand verdiept hebben in de werkende krachten van kruiden, om een shampoo te kiezen die bij hem past. Hardlopers blijven echter de rozen-, en rozemarijnshampoos. Mensen gaan in biowinkels op zoek naar een normale, natuurlijke shampoo of een ultrazachte shampoo voor geïrriteerde hoofdhuid. Bastiaan Budding (De Traay): “Daar waar we vroeger de ingrediënten vooral naar voor brachten, willen we in de toekomst ook de eigenschappen van precies die ingrediënten duidelijk maken door ze onder te verdelenen in haartypes. Dat maakt het voor de consument net iets makkelijker.” Een duidelijke uitzondering op deze trend is Ecover. Deze fabrikant besliste immers om het op één simpele shampoo te houden. Peter Malaise (Ecover): “Het haar is immers de spiegel van het organisme. Als je droog haar hebt, zit er iets mis met de vochthuishouding

in je lichaam. En dat kun je volgens mij niet oplossen met een shampoo, maar eerder met de juiste voeding en innerlijke verzorging. Wij pleiten voor een shampoo die niet prikkelt, niet te hard ontvet en het eiwit vervangt dat wordt weggenomen bij de wasbeurt. Wat een shampoo eigenlijk moet doen is conditioneren. Een shampoo moet dus stoffen achterlaten die het haar voedingsstoffen biedt. En laat dat dan graag geen lichaamsvreemde stoffen zijn, zoals silicone. We zouden ons eerlijk gezegd bedriegers voelen, mochten we mensen beloven hun vette haar weg te toveren met onze shampoo, want daar geloven wij niet in. Wat we eventueel wel zien zitten is een variatie in geurbeelden. Mensen hebben specifieke wensen in verband met de geur van hun cosmetica. Daar helpen we ze graag in verder. Een andere onderverdeling die ons meer logisch lijkt, is de onderverdeling volgens haarkleur. Blonde mensen blijken onderling immers grotendeels dezelfde eigenschappen te hebben qua haar als zwartharige mensen onderling. Het lijkt me dat het logischer is om deze mensen dezelfde shampoo aan te bieden eerder dan voor mensen met droog of vet haar. Droog of vet haar is immers veranderlijk. De hormonale huishouding van een mens is zo veranderlijk dat zulke onderverdelingen illusies zijn. ”

Hoe help je de klant te kiezen? Wanneer een consument een shampoo gaat kiezen, merkt hij algauw dat hij overspoeld wordt door keuzemogelijkheden. Shampoo voor droog, vet, normaal haar, shampoo met glanspartikels, shampoo met volume-effect, shampoo voor krullen, … de mogelijkheden zijn legio. Wij geven u enkele tips mee om uw klanten verder te helpen wanneer ze met twijfel in de ogen vragen welke shampoo bij hen zal passen.

Waarom biologische of ecologische? Om te beginnen willen consumenten graag weten waarom ze een bepaald soort shampoo zouden moeten kopen. Zo ook voor biologische of ecologische shampoo. Er is genoeg keuze op de reguliere markt. Waarom zou iemand dan kiezen voor een alternatief. Uiteraard zijn alle gekende argumenten voor biologische en ecologische producten ook van toepassing op shampoo, maar deze productcategorie heeft een extra, niet te onderschatten troef. Reguliere producenten van shampoos gebruiken immers ingrediënten die al in opspraak kwamen, maar waar er nog geen reglementering rond ontstond: ¯ parabenen: dit conserveermiddel veroorzaakt irritatie en kunnen door hun pseudo oestrogene werking gelinkt worden met borstkanker ¯ phenoxyethanol: ook dit conserveermiddel veroorzaakt allergische reacties ¯ cocamide DEA: deze schuimvormers worden als kankerverwekkend omschreven ¯ ftalaten: deze weekmakers veroorzaakten in het verleden al genitale abnormaliteiten bij jongens ¯ propyl alcohol: dit oplosmiddel veroorzaakt allergische reacties en staat bekend als hormonendisruptor

¯ propyleen glycol: deze ontvetter kan hartritmestoornissen, nierschade en leverafwijkingen veroorzaken ¯ PEG (polyethyleenglycol): deze stof is extreem ontvettend Deze ingrediënten worden niet gebruikt in natuurlijke en/of biologische shampoos. Eens de klant overtuigd is van het nut van natuurlijke shampoos, kan hij een keuze maken op basis van zijn verlangens. Is de consument op zoek naar een ecologische shampoo die hem doet denken aan een reguliere shampoo, dan is hij op zoek naar een schuimende, lekker geurende shampoo. Deze consument kan kiezen voor bijna alle natuurlijke merken op de markt. Is de behoefte van de consument vooral gericht op het biologische en wil hij dus een product dat vooral focust op het maximaliseren van het percentage biologische ingrediënten, dan kan hij zich misschien beter voelen bij een product op basis van klei. Niet dat klei biologisch is, want klei is een mineraal en kan dus niet ‘biologisch’ genoemd worden, maar dit type mensen gaat op zoek naar producten waar er erg weinig chemie aan te pas is gekomen en dat vinden zij bij dit type shampoo. Heeft de klant echter een hypersensitieve huid, dan is hij het best gebaat met een geurloze, ultrazachte lijn. Binnen deze onderverdelingen, kan de klant dan beslissen waarnaar zijn voorkeur uitgaat.


Organic Retail - juni 2008

Weleda

Op een rijtje We zetten de bijzonderheden van het shampoogamma van enkele producenten nog even op een rijtje: Ecover

Weleda: Het shampoogamma van Weleda was tot voor kort een van de minst gepromote producten uit het totaalpakket. De reden was vooral de aanwezigheid van Sodium Laureth Sulfaat, dat niet aanleunt bij de filosofie van Weleda. De nieuwe babyshampoo heeft evenwel niet meer met dit probleem te maken. De Rozemarijnshampoo en de Kastanjeshampoo wachten momenteel op een volledige restyling en volgen daarin de natuurlijke babyshampoo. Sodium Lauryl Sulfaat wordt voor eens en voor altijd de deur gewezen. De Traay: De Traay startte met een gamma shampoos met bijenproducten. Later kwam daar een volledige reeks andere shampoos, conditioners en crèmespoeling bij. Binnenkort krijgt de verpakking een make-over conform de nieuwe body producten en zal vooralsnog de nadruk komen op de toepassing van de shampoos en in de 2e instantie op de ingrediënten. De Traay wil eerlijke cosmetica bieden die 100% natuurlijk is, met een representatieve kwaliteit en voor een goede prijs. Annemarie Börlind: De groep Börlind biedt drie merken met een eigen accent. Annemarie Börlind zelf brengt kwalitatieve producten die aanleunen bij conventionele shampoos. Tautropfen biedt shampoo op basis van klei. Deze shampoo is 100% Demeter. Ervaring leert dat vooral mensen met droog haar hier baat bij hebben. Dado is er dan weer voor mensen met allergieën. De producten van Dado zijn extreem mild en bevatten geen kleur- of geurstoffen.

De Traay

Logona: Logona biedt een wijde keuze aan natuurlijke shampoos, opgedeeld volgens haartype. Hardlopers in het gamma van Logona zijn de Vital Shampoo en de Volume Shampoo. Santé: Aangezien Santé zich liever verdiept in decoratieve cosmetica, biedt Santé een kleine, maar kwalitatieve lijn aan. Urtekram: De filosofie van Urtekram is “clean and simpel”. Urtekram speelt met het suikergamma in op de nieuwste trend in de biologische wereld: Fairtrade.

Urtekram

Ciel d’Azur: Ciel d’A zur maakt gebruik van rhassoulpasta uit NoordAfrika. Op deze manier belooft zij het behoud van de natuurlijke PHwaarde van de hoofdhuid en zacht, volumineus haar. Rhassoulpasta is geschikt voor extreem gevoelige hoofdhuiden. Lavera: Lavera maakt vooral gebruik van natuurlijke melken. Elke melk die getrokken werd van een natuurlijk ingrediënt als appel, korenbloem of mango heeft zijn eigen specifieke voordeel voor specifieke haartypes. Het gamma is daarom tegelijk opgedeeld volgens haartype en ingrediënt. Ecover: Ecover heeft slechts één shampoo te koop die zo mild is dat ze geschikt is voor elke persoon. Ecover hecht weinig geloof aan toevoegingen in shampoos en pleit dan ook voor een algemene, milde verzorging, in combinatie met een aangepaste voeding. Biover koos voor een gamma biologisch gecertificeerde douchegels die geschikt zijn voor lichaam en haren. Bij de samenstelling maakt men gebruik van uiterst zachte suikertensiden (lauryl glucoside, sodium lauryl glucose carboxylate), sarcosinaten en een betaïne. Biover

21


Publireportage

“Ruimte voor groei en Nieuwe productie-eenheid biedt nieuwe mogelijkheden voor CRV Corthouts, producent van Biokorn Biscuits en Activa Biscuits Ruim een jaar geleden verhuisde CRV Corthouts, producent van de biologische Biokorn Biscuits en de Activa dieetkoekjes, naar een gloednieuwe productie-eenheid in de industriezone van Diest (België). Met deze verhuis brak een nieuwe fase aan voor het bedrijf. De fabrikant investeerde in een nieuw, 7000 m2 groot, bedrijfsgebouw en in een compleet nieuwe productielijn. Hiermee wordt de basis gelegd voor een stevige groei voor de komende jaren. hedendaagse normen en liet ook qua efficiëntie te wensen over. Als we wilden blijven groeien, was een tweeploegenstelsel de enige optie . Daar hangt echter een zwaar prijskaartje aan vast en het vergt ook veel van je personeel op menselijk vlak. Aangezien er niet de ruimte was om het gebouw te vergroten was de bouw van en compleet nieuwe, veel grotere, fabriek onze enige mogelijkheid”, verklaart Jos Corthouts.

Geavanceerde productie

Artisanaal Het is de vader van huidig bedrijfsleider Jos Corthouts die meer dan 40 jaar geleden als gewone dorpsbakker een ongekende passie ontwikkelde voor het betere brood met voedzamere granen als alternatief voor het toen nog populaire witte brood. Op verzoek van klanten ontwikkelde hij tevens brood, gebak en allerhande koekjes die voldeden aan diverse dieetvereisten. Het bedrijf van vader Corthouts bouwde al gauw een sterke reputatie op en leverde aan natuurvoedingswinkels in alle uithoeken van het land. De bakkerij kende door de jaren heen een sterke groei, maar bleef qua productiemethode sterk artisanaal georiënteerd.

Specialiseren Toen Jos Corthouts in 1985 zijn intrede deed in het bedrijf van zijn vader, besliste hij het over een andere boeg te gooien. Jos Corthouts zou zich voortaan op één tak van de productie toeleggen, namelijk de productie van koekjes. Vader Corthouts bleef verder al zijn aandacht stoppen in de productie van brood. “Het was duidelijk dat het professioneler moest en dat we ons moesten specialiseren”. Gevolg van dit alles was de bouw van een nieuwe hal op het industrieterrein van Diest. Deze nieuwbouw was bestemd voor de productie van de koekjes. Vader Corthouts bleef met de productie van het brood actief in het ouderlijke gebouw. De keuze van Jos Corthouts bleek de juiste, want het bedrijf groeide verder door in de loop der jaren. Begin de jaren ’90 verkreeg het als één van de eerste bedrijven in België het biogarantielabel. “Enkele jaren geleden was het echter duidelijk dat we na iets meer dan 20 jaar productie in het toenmalige gebouw ons plafond bereikt hadden. Het in 1985 gebouwde pand beantwoordde niet meer aan de

“Het vorig jaar in gebruik genomen nieuwe gebouw telt 7000 vierkante meter oppervlakte en biedt ruimte voor in totaal vijf productielijnen.”, vertelt Jos Corthouts. De nieuwe productiehal is ruim bemeten, maar de bedrijfsleider weet heel goed waarom dat zo is: “We willen de komende jaren niet opnieuw geconfronteerd worden met de groeilimieten van onze vestiging. Om nieuwe klanten binnen te halen moet je kunnen bewijzen dat je probleemloos kan omgaan met extra vraag naar je producten. In onze oude gebouwen kreeg ik niet ten onrechte vaak vragen over de haalbaarheid van mogelijk bijkomende grotere opdrachten. Ook beschikken we nu over een ruime deegbereiding en productiezone alsook over de nodige geconditioneerde opslagcapaciteit voor grondstoffen en voor afgewerkte goederen, een expeditiezone, labo, proefbakkerij enz… Daarnaast zijn onze kantoren en personeels voorzieningen eveneens groeibestendig.”

Twee productengamma’s, diverse distributiekanalen CRV Corthouts zet met zijn kennis en productie in op twee segmenten van de biscuitmarkt: • Biokorn Biscuits is er voor de liefhebber van kwaliteitsvolle koekjes met louter biologische ingrediënten. Het gamma bevat onder meer Bis Kids voor kinderen vanaf 6 maanden, JamJam koekjes met vruchtenvulling, Cassachoc koekjes met chocolade, ‘Fairtrade’ biscuits met Max Havelaar label, energierijke en voedzame sportkoekjes Biokorn+, Du-bio koekjes met cacao creme . • Activa Biscuits is een uitgebreid gamma dieetkoekjes zonder toegevoegde suikers , gezoet met maltitol en beschikbaar in diverse smaken. (Citroen, amandel, kokos, chocolade, abrikoos, aardbei …) De Biokorn en Activa biscuits worden verdeeld via natuurvoedingswinkels, dieetwinkels, retail, ook via de social catering (ziekenhuizen en bejaardentehuizen) enz…


Organic Retail - juni 2008

n innovatie” Internationale standaarden

Volwassen product

De investering in de nieuwe productie-eenheid biedt de producent niet enkel extra groeicapaciteit. Met de verhuis katapulteerde CRV Corthouts zich meteen naar de top van de markt op vlak van productietechnologie en hygiëne. De 140 meter lange productielijn is gloednieuw en uiterst geavanceerd. Het behalen van zowel de BRC* (British Retail Consortium) alsook de IFS* norm (International Food Standard) zijn daar het logische gevolg van. (* Twee belangrijke internationale kwaliteitsstandaarden in de voedingsindustrie) Een perfecte traceerbaarheid is verder ook al jaren een vanzelfsprekendheid voor ons, ondersteund vanuit ons ERP informatica systeem. “Van elk koekje dat hier van de band loopt kan in zeer korte tijd de oorsprong van de ingrediënten e.d. getraceerd worden.

De biomarkt is de jongste jaren sterk geëvolueerd en zit niet langer te wachten op artisanaal gebakken koekjes, vertelt Jos Corthouts. “Vroeger wantrouwden de fans van biologische koekjes producten met een perfect gelijke productiekwaliteit. Dit is vandaag wel even anders. Nu wil de consument bio koekjes die lekker zijn en qua kwaliteit in niets onderdoen voor het traditionele aanbod. Anderzijds is er de sterk groeide markt voor koekjes zonder toegevoegde suiker, vetarme, vezelrijke en andere functionele koekjes. Ook voor dit segment hebben wij diverse koekjes in het gamma. (Activa biscuits) Een koekje eet je voor je plezier, daarom zal de smaak voor de eindgebruiker altijd een belangrijk aankoop criterium blijven. Met onze jarenlange ervaring gekoppeld aan de mogelijkheden die onze nieuwe fabriek ons biedt kunnen wij hier perfect aan voldoen.

Daarnaast biedt de nieuwe productielijn ook diversiteit bij de creatie van koekjes. “ Koekjes met een vulling op basis van chocolade of fruit: het kan nu perfect dankzij onze coëxtrusie-machines. Koekjes in de vorm van een “tartelette” gevuld met fruit, “sandwich” koekjes gevuld met een creme, koekjes volledig of half omhuld met chocolade en nog zoveel meer. Slechts weinig koekjes fabrikanten in de bio en dieet sector beschikken over zulk een verscheidenheid aan technieken. Dit alles laat ons bovendien toe onze fantasie de vrije loop te laten voor de ontwikkeling van nieuwe producten. We hebben nu nog meer technologische mogelijkheden dan voorheen. En we onderscheiden er ons mee van de andere spelers. Onze diverse productiemogelijkheden zijn trouwens ook duidelijk merkbaar in de diversiteit van ons aanbod. En dat werpt zijn vruchten af.”

Internationale groei De producten en de filosofie van CRV Corthouts slaan inderdaad aan, zowel in België en zijn buurlanden als in de rest van Europa. Jos Corthouts schetst het belang: “We zijn blij met onze verkoop in eigen land maar als fabrikant van nicheproducten is export eveneens zeer belangrijk. Onze koekjes worden ondertussen verkocht in bijna alle West-Europese landen. Daarnaast exporteren we ook meer en meer naar Centraal- en Oost-Europa, zelfs naar Canada en occasioneel ook naar andere ‘exotische’ bestemmingen.”

Prijs “Als producent mikken we heel sterk op efficiëntie en daarmee willen we onder andere vermijden dat het prijsverschil tussen biologische of dieetkoekjes t.o.v. gewone koekjes te sterk oploopt. We willen het prijsverschil met gangbare producten van gelijke kwaliteit daarom beperken tot 15 à 25 %. Met deze nieuwe productielijn en een doorgedreven automatisering kunnen we onze klanten een optimale kwaliteit bieden tegen een eerlijke prijs.”

Nieuwe hoofdstukken Jos Corthouts is reeds van kindsbeen af vertrouwd met de biologische markt. Voor hem en zijn medewerkers is het verhaal ook al verder geëvolueerd dan het louter maken van koekjes met biologische grondstoffen. “Onlangs verwoordde een klant van ons het heel mooi: ons productenaanbod is eigenlijk als een boek waarbij we telkens een hoofdstuk toevoegen. Vroeger verraste je de klant nog met het gebruik van biologische grondstoffen, vandaag willen wij veel meer bieden dan dat. Gebruik van graansiropen of fruitconcentraten als vervangers voor riet of bietsuiker, gebruik van fair trade ingrediënten, toegevoegde waarde van chocolade enz… Onze aanbod fairtrade-producten is trouwens een referentie in de biowereld. We kunnen gerust stellen dat we in een voorloper zijn als het aankomt op het gebruik van grondstoffen uit eerlijke handel. We beschikken dan ook al geruime tijd over het Max Havelaar label. Dit alles maakt dat we als modern gestructureerd nichebedrijf prima ons mannetje staan tegenover fabrikanten van traditionele koekjes”, besluit Jos Corthouts.

CRV Corthouts is een vooruitstrevende fabrikant van biologische en dieetkoekjes met ruim 25 jaar ervaring. Het diverse aanbod koekjes wordt verkocht onder eigen merken en als private label en toont de constante aandacht voor kwaliteit, innovatie en hygiëne. Een grote verscheidenheid aan producten, een sterke internationale aanwezigheid en een team van gemotiveerde medewerkers vormen de hoekstenen voor toekomstig succes.

23


Eerlijke handel? Op de gewone handelsmarkt verdienen boeren veel te weinig aan hun koffie, cacao en suiker. Oxfam Fairtrade doet iets aan deze onrechtvaardige situatie. Ze koopt voedingsproducten bij kleine of middelgrote producenten in het Zuiden en betaalt er een eerlijke prijs voor. Ze financiert de bestellingen voor en bouwt aan handelsrelaties op lange termijn. Dankzij eerlijke handel kunnen boeren en arbeiders investeren in betere arbeidsomstandigheden, opleiding, gezondheidszorg, huisvesting, infrastructuur,… Kortom: ze kunnen hun ontwikkeling in eigen handen nemen.

Fairtrade én bio respect voor mens én milieu

Oxfam Fairtrade biedt meer dan 60 biologische producten van eerlijke handel aan. En dat is geen toeval. Uit respect voor mens én milieu kiest Oxfam Fairtrade voor duurzame ontwikkeling, ook in het Zuiden. Duurzame ontwikkeling betekent dat je niet enkel oog hebt voor sociale aspecten maar ook rekening houdt met de ecologische grenzen. Eerlijke handel heeft hoe dan ook een sterke economische en sociale impact, met onze keuze voor bio benen we ook op ecologisch vlak bij.

oft.be

Oxfam Fairtrade

Handel, uit respect.

Met 180 voedingsproducten is Oxfam Fairtrade hét merk van eerlijke handel. De afgewerkte producten of de ingrediënten waarmee we onze producten samenstellen komen van meer dan 100 producenten in Afrika, Azië en Latijns-Amerika.


Oxfam Fairtrade in je supermarkt Een uitgebreid marktonderzoek toont aan dat veel consumenten fairtradeproducten willen aankopen maar vaak de stap naar de speciaalzaak te groot vinden. Vandaar ook de nieuwe trend om fairtradeproducten voortaan ook in de supermarkt aan te kopen. Aanvankelijk stonden de fairtradeproducten verspreid in de winkel, tussen de reguliere producten in de rekken. Vorig jaar zijn we gestart met een test-case om een shopin-the-shop principe te creÍren: een mooi gevuld rek met Oxfam Fairtrade producten, losstaand van alle andere producten. De reacties waren enthousiast, zowel van de filiaalhouders, als van de klanten. Door deze positieve reacties hebben we het retailmeubel verder uitgewerkt. We beschikken momenteel over twee verschillende soorten meubels: een groot meubel voor de supermarkten, een klein meubel voor de buurtwinkels. Beide meubels passen ook perfect bij het imago van Oxfam Fairtrade: ze zijn gemaakt uit een duurzame houtsoort en geven de klant ook een stukje informatie mee (wat is eerlijke handel,‌). Wenst u meer informatie over deze retailmeubels, of wil u graag ook zo een meubel plaatsen in uw winkel, neem gerust contact op met Filip.hebbrecht@oft.be of +32 (0)9 218 88 99

Het ruime gamma van Oxfam Fairtrade is te vinden in de Vlaamse en Waalse wereldwinkels en in steeds meer grootwarenhuizen. Ook grootkeukens, horeca, onderwijsinstellingen, overheden en bedrijven vinden in toenemende mate de weg naar Oxfam Fairtrade.


Chef’s Corner > België foto: Lyra Alves

Bio in het groot

...is het haalbaar?

Een niet onbelangrijk percentage van de landbouw komt niet in de winkel terecht, maar gaat naar een grootkeuken. Elke Belg eet gemiddeld eenmaal per dag buitenshuis. Bio kan dus ook een belangrijke rol spelen in de buitenshuise consumptie. In de grootkeukensector liggen daarom erg veel opportuniteiten voor de uitbouw en verspreiding van de biologische gedachte. Alleen staat de combinatie bio en grootkeuken in België nog in de kinderschoenen. Organic Retail ging praten met een aantal specialisten.

Stap voor stap In februari 2006 ging Probila-Unitrab, de Belgische beroepsvereniging van verwerkers en verdelers van bioproducten, van start met een cateringsproject met steun van de Vlaamse Overheid. Belangrijkste doelstellingen van dit project waren de integratie van biologische producten in de institutionele catering en de professionalisering van de toeleveringsketen voor biologische grootkeukens. Naar Fins voorbeeld kozen zij voor een stap-voor-stap methode die garant staat voor een geleidelijke integratie van een bepaald percentage biologische producten op lange termijn in de grootkeukenwereld. Een grootkeuken die in het project wil stappen, krijgt allereerst een verkennend gesprek met deskundigen. Vervolgens wordt zij begeleid bij het verkennen van de markt van bioproducten door middel van een uitgewerkte database van leveranciers en in een aanpassing van de aankoopstrategie. Probila-Unitrab biedt nadien vorming aan het personeel van de grootkeuken. Zij leren opnieuw omgaan met onbewerkte producten en vergeten ingrediënten. De keuken is op dat moment klaar om het eerste gangbare product of productgroep te vervangen door een bioversie.

Deze stap wordt uitgetest en eventueel bijgestuurd door Probila-Unitrab. Deze laatste biedt dus vorming van het keukenpersoneel, advies door voedingsdeskundigen, professionele begeleiding op maat, een online databank van leveranciers, praktische werkinstrumenten, ondersteuning bij de educatie van de klanten en een uitgebouwd netwerk.

Bio voor de werknemer Pionier in deze werkwijze in België is de keuken van chefkok Philippe Renard, die de bedrijfskeuken van verzekeringsmaatschappij Ethias in een tijdspanne van 5 jaar op een niveau van 80% bio bracht. De initiële motivatie om over te schakelen kwam van de chefkok zelf. Vanuit zijn ervaring in restaurantkeukens vond hij het aanbod op de reguliere markt voor grootkeukens betreurenswaardig en ging hij in het biologische circuit op zoek naar waardige alternatieven. Stap voor stap ging hij op zoek naar biologische ingrediënten en hun leveranciers. Het begon met biologische pasta en evolueerde dus naar een keuken waar 80% van de ingrediënten biologisch zijn. Spijt van zijn keuze heeft kok Renard absoluut nog niet gehad.


Organic Retail - juni 2008

Hij houdt van zijn keuken en werkt samen met een extreem gemotiveerd team met voldoening aan de biogerechten. Voor de kostprijs moet hij het ook niet laten. Hoewel bioproducten duurder zijn, merkt Renard wel dat hij een hoger rendement haalt uit de ingrediënten. Zo bevat biovlees minder water en levert 1 kilo biologische aardappelen 25% meer rendement. Bovendien wordt er ook meer gebruik gemaakt van granen als quinoa of bulgur, die beduidend lager liggen in kostprijs dan de meer en meer aardappelen en kiest de kok voor seizoensgebonden producten. Naar de klanten van deze biologische restauranten biedt ProbilaUnitrab communicatie die steunt op 3 pijlers: gezondheid, ecofriendly en fair-trade. Deze sleutelwoorden blijken bij het publiek het meeste succes te behalen. Probila-Unitrab hoopt nu vooral de overheid mee op de boot te krijgen van het stappenplan. De voortrekkersrol van deze enorme instantie kan immers niet onderschat worden. Uit de ervaring blijkt immers dat zowel het keukenpersoneel als de werknemers bij Ethias ook thuis bewust voor bio kiezen. Wanneer dat bij overheidsinstanties een evenredig effect zou hebben, ontstaat er een kritische massa die onontbeerlijk is voor de voortgang van de biologische leefgedachte.

Aangepaste certificering Momenteel werkt Probila-Unitrab aan een aangepast systeem voor controle en certificering. Aangezien restaurateurs een andere en meer complexe werkwijze hebben dan de bioboeren, ze met andere beperkingen te maken hebben en ze eigenlijk al overspoeld worden door controles, werden ze uitgesloten uit de Nieuwe Europese Verordening voor biologische productie. Daarom ontwikkelt Probila-Unitrab een aangepaste methode tot certificering en controle, gebaseerd op het systeem dat in Duitsland werd ontwikkeld. De fasen tot certificering

zijn gebaseerd op het stappenplan. De restaurateur beslist eerst voor welke fase in het stappenplan hij kiest en op welke manier hij bio integreert in zijn keuken. Kiest hij voor biologische gerechten, biologische componenten op biologische ingrediënten en op welke manier gaat hij hieromtrent met de klant communiceren? Vervolgens bereidt hij de eerste inspectie voor. Inspectieorganisaties vragen meestal een plan van de keuken en de opslagruimtes, een organigram van het personeel, een lijst van alle leveranciers en voorbeelden van promomateriaal omtrent het biogegeven. Op die manier kunnen zij ter plekke makkelijker controleren of de biologische ingrediënten gescheiden zijn van de conventionele, of de leveringen duidelijk gelabelled zijn, enz.

Viersterrenbio

I

n Engeland en Finland wordt het stappensysteem op een meer ludieke en competitieve wijze geïnterpreteerd. The Finnish Organic Catering Center verdeelt de biokeukens onder in een ‘regular’ keuken, waar er met twee biologische ingrediënten wordt gewerkt, een ‘moderate’ keuken waar er dagelijks en wekelijks 4 biologische ingrediënten op het menu staan, de ‘extensive’ keuken, die vooral biologische ingrediënten gebruikt, maar nog niet gecertificeerd werd en tenslotte de Organic Kitchen, met certificaat. Aangezien elke Fin gemiddeld 1 keer per dag Out Of Home eet, vormde er zich een enorme, naar bio vragende kritische massa. Food For Life in Engeland, de organisatie voor betere voeding op scholen, werkt dan weer met edelmetaal. Wanneer een school kiest voor seizoensgebonden ingrediënten, kan ze voor brons gaan. Kies je voor biologische voeding (voor 30% van je maaltijd), dan krijg je zilver en goud krijg je wanneer je biologisch (30%) en seizoensgebonden (50%) werkt.

Kevin Storms: “Alles is mogelijk, mits de nodige motivatie en creativiteit” Kevin Storms, kok bij het Gentse Soulfood Catering, kookt al jaren biologisch en vegetarisch. Het belang van voeding in onze maatschappij vertalen naar dampende borden vol gezondheid is voor hem meer dan een passie geworden. Zijn ervaring in het gebruik van biologische ingrediënten in de grootkeuken maakt van hem een ideale gesprekspartner voor de vraag: “Is bio echt onmogelijk in de grootkeuken?” Kevin: “Alles is mogelijk, mits de nodige motivatie en creativiteit. Zelf werken we zoveel mogelijk met biologische producten, omdat we er qua filosofie en ethiek voor de volle 100% achter staan. Soms krijgen we te maken met bevoorradingsproblemen als we een bepaald gerecht willen aanbieden. Als we pompoen op het menu willen en de biopompoenen zijn op, dan is er een probleem. Daar gaan we dan creatief mee om. Ofwel veranderen we het gerecht, ofwel kloppen we aan bij rechtstreeks aan bij biodynamische boeren in de streek. Dat zijn boeren uit de omgeving waarvan we weten dat ze biologisch werken, maar die niet noodzakelijk een biogarantielabel hebben. Uiteraard vergt dit een grondige kennis van de sector, maar het is voor ons al meerdere keren nuttig gebleken. In België is er net als in de meeste landen niet genoeg bio-aanbod om de hele bevolking te bevoorraden. Op dat vlak kunnen we een voorbeeld nemen aan Engeland, waar je naast een enorm bio-aanbod ook een groot aanbod aan “local–unsprayed” groenten vindt. Hier herken je terug het verhaal van boeren die biologisch kweken, maar geen garantielabel hebben.

Deze aanpak vergt uiteraard een hoop vertrouwen en research, maar je krijgt er een schat van lekkere groenten voor in de plaats.”

“Local—Unsprayed” Kevin: “Een andere oplossing zijn de boerderijen in omschakeling. Deze hebben ook nog geen label, maar krijgen de tijd van de controle-organisaties om hun teelt alsmaar meer biologisch te maken. Gelukkig merken we dat ook bekende regulier kwaliteitslabel zoals Flandria, een bioaanbod op de markt brengen. Zij hebben dan weer een voorbeeldfunctie voor andere giganten. Op die manier wordt het probleem van de bevoorrading in de loop van de volgende jaren hopelijk opgelost en wordt bio meer regel dan uitzondering. Je kan ook kiezen om bioproducten te importeren, maar dan ga je volgens mij voorbij aan het hele gedachtengoed van biologische teelt. Importeren kost immers veel energie, die dan weer enorm milieu-onvriendelijk is. Voor ons betekent bio dat de producten lokaal geteeld werden, zonder pesticiden.” > vervolg op pagina 28

27


Chef’s Corner > België > vervolg van pagina 27

Aangezien de bioprijs voor ons altijd de enige prijs is geweest, merken we nu ook iets van deze algemene stijging. We merken dat we het volume gaan beperken, minder ingrediënten gaan gebruiken en fijner gaan koken om de culinaire waarde van de gerechten te behouden.”

Creativiteit

Kevin Storms

100% bio Kevin: “Aangezien het gegeven “100% bio” erg absoluut is en de natuur allesbehalve absoluut, wordt er gepraat om van de 100% een meer realistisch percentage te maken. Op die manier kun je als cateraar de gaten op de markt invullen. Restaurant Cullinan in Antwerpen bijvoorbeeld werkt met een percentage van 70% en bloeit de laatste jaren enorm als zaak. Je kan ook de toestemming vragen om gedurende bijvoorbeeld drie maanden een soort vrijstelling te krijgen van de verplichting om met bioproducten te werken zonder je attest van biologische kok te verliezen. Zo’n vrijstellingen worden toegestaan als de bio-oogst echt ontoereikend was. Het laatste half jaar hebben we dit probleem gekend. De oogst was mager en de groenten zelf bleven klein. Zo’n gevallen van overmacht kunnen je als biokok voor voldongen feiten stellen. Op zo’n moment is die vrijstelling nuttig.”

“Hun mentaliteit sluit aan bij het biologische gedachtegoed en is een absoluut pluspunt.” Prijs Kevin: “Een ander obstakel kan het beperkte budget van de grootkeuken zijn. Alles moet zo goedkoop mogelijk geproduceerd worden. Bio is nu eenmaal duurder, dus zou er hier een conflict kunnen ontstaan, maar op dit vlak heeft de grootkeuken dan weer een immens voordeel: de eenvoud van de gerechten. In de grootkeuken worden meestal niet veel ingrediënten tegelijk gebruikt. Een worst met rode kool en aardappelen zal niet zoveel duurder worden in een bioversie. Bovendien wordt bio ook snel vegetarisch en dat maakt dan weer de investering in vleesverwerkende machines overbodig. Het is niet zo dat enkel bio duur is, ook reguliere groenten hebben tegenwoordig een hoog prijskaartje.

Kevin: “Wat koks die wensen over te schakelen vooral in gedachten moeten houden, zijn enkele trefwoorden: creativiteit, traditie en mentaliteit. Obstakels vergen creativiteit, in omgang met de ingrediënten, in keuze van ingrediënten en in je organisatie. Een tip die ik kan meegeven is de terugkeer naar de traditie. Voor de wereldoorlogen aten mensen gewoon allemaal biologisch. Ze waren armer en het klimaat was strenger, dus moesten ze creatief omspringen met wat ze hadden. Zo gingen ze groenten opleggen en bewaren en werd er zelden of nooit vlees gegeten. In de biologische keuken is het nuttig om terug te keren naar die technieken die we vergeten zijn, maar die erg smakelijke gerechten opleverden. Qua mentaliteit zal er ook een en ander moeten veranderen. Zo werk je met verse groenten en zal er dus meer werk zijn om ze schoon te maken, maar dat kun je dan weer opvangen door de passie die er heerst in de biologische sector. Mensen die met bio bezig zijn, zijn gepassioneerde, flexibele mensen. Je kan bij hen rekenen op een lager ziekteverzuim en een hoger engagement. Hun mentaliteit sluit aan bij het biologische gedachtegoed en is een absoluut pluspunt.”, besluit Kevin.

Stefan Peeters: “Overheid moet een voorbeeldrol spelen” Vanuit zijn ervaring in de biologische en de reguliere sector, heeft Stefan Peeters van Epicurus Food een breed zicht op de knelpunten en opportuniteiten van biologische voeding in de grootkeuken. Zijn persoonlijke interesse bezorgden hem eerder al contracten bij Provamel als food designer en bij VLAM als ketenmanagers voor de biologische landbouw. Via VLAM kon hij op zoek gaan naar de knelpunten doorheen heel de keten. Hij stootte op vier belangrijke knelpunten die het succes van biologische producten in de grootkeuken in de weg staan: prijs, logistiek, kwaliteit en wetgeving.

Prijs Stefan: “Biologische producten zijn duurder. Dat is een feit. En dat is zowel voor commerciële als niet-commerciële catering een struikelpunt. De commerciële cateringswereld is best geïnteresseerd, maar zit vast aan contracten waarbij de prijs van een maaltijd vastligt. Het is dus aan de cateraar om de initiële kosten zo laag mogelijk te houden om zo veel mogelijk winst te maken. De bedrijfswereld kan immers niet zomaar aankomen met duurdere middagmaaltijden, want dan komt er protest van de vakbonden. De sociale cateringswereld zit dan weer van overheidswege vast aan


Organic Retail - juni 2008

lage kostprijzen. Bovendien hebben mensen met een laag inkomen geen boodschap aan een duurdere, maar biologische maaltijd. Zij willen er in de eerste plaats voor zorgen dat hun magen gevuld raken.”

Logistiek en kwaliteit Stefan: “Wat logistiek betreft, vind ik dat we de laatste jaren serieuze verbeteringen hebben gezien. Vroeger moest de cateraar zijn spulletjes bij de boer zelf halen of op de veiling. Nu zijn er al enkele groothandelaars die de producten komen leveren, maar schort er nog steeds iets aan de verpakkingen. Zo zijn er heel weinig grote verpakkingen verkrijgbaar en worden groenten geleverd zoals ze van het veld komen, terwijl de hygiënenormen in restaurants nogal vaak vereisen dat de producten gewassen en versneden zijn vooraleer ze de keuken binnenkomen. De groenten die worden geleverd aan restauranten en cateraars moeten dus voldoen aan een hogere kwaliteits- en hygiënenorm.

Wetgeving Stefan: “De Belgische wetgeving is volgens mij het grootste knelpunt. De controle van de verwerking van biologische producten in fabrieken wordt hier immers volledig doorgetrokken naar de grootkeuken. Alleen kun je het productieproces in een fabriek niet vergelijken met die in een keuken. In de ons omringende landen wordt er voor de controle in keukens een andere procedure gebruikt, die veel meer aansluit bij de mogelijkheden. Zo zou een controle op ingrediëntbasis veel logischer zijn en werkbaarder dan de procescontroles die er nu zijn. Dan spreken we niet meer van een biologisch restaurant, maar van een restaurant dat werkt met biologische ingrediënten. Er kan zelfs met een globaal percentage gewerkt worden!

Opportuniteiten Stefan: “Er is op dit moment een vraag naar biologische producten in grootkeukens, want koks voelen iets broeden. Alleen blijft die vraag latent. Volgens mij kan onze overheid een belangrijke rol spelen om dit segment van de biologische markt een boost te geven en daardoor automatisch de hele sector. Zo kan zij een voorbeeldfunctie hebben door van de lunchmaaltijden die op de overheidsdiensten worden

“Mensen wil lokale producten op hun bord en dat vertaalt zich in het bioverhaal in ‘local un’sprayed’-boerderijen” aangeboden, biologische maaltijden te maken. In Nederland eten alle ambtenaren op het ministerie van Landbouw ’s middags biologisch. Dit creëert een kritische massa, die de markt gaat vergroten. Zelfs in eigen land zijn er genoeg voorbeelden. Zo eet het Europees Parlement bio en kan je in de keuken van onze openbare radio en televisie (VRT–RTBF) kiezen voor een biologische maaltijd. In Engeland zien we dan weer een heel ander succesverhaal. Daar heerst er onder de bevolking een heel fel bewustzijn omtrent streekproducten. Mensen wil lokale producten op hun bord en dat vertaalt zich in het bioverhaal in ‘local unsprayed’-boerderijen. Er wordt dus veel minder gebruik gemaakt van biolabels, maar van het lokale karakter van de producten. Voor Engelsen ligt de meerwaarde van biologische producten in het lokale en dat is net wat er op de markt in België gecreëerd zou moeten worden: een meerwaarde voor bioproducten. ‘Biologisch’ is immers een erg vaag begrip. Wat een meerwaarde blijkt voor de consument is uiteraard meteen een meerwaarde voor de keuken, maar de biologische teelt heeft nog meer waarden voor de grootkeuken, die te weinig in de verf worden gezet. Biologische producten smaken lekkerder, hebben fantastische culinair-technische eigenschappen en bieden een groter rendement. Daarom denk ik dat we met z’n allen ons gewicht in de schaal moeten leggen om de overheid mee te krijgen om de wetgeving rond controle te veranderen, meerwaarde te creëren en een voorbeeldfunctie in te nemen. En dan komt dat allemaal op zijn pootjes. Biologische pootjes, weliswaar!”

Stefan Peeters

29


Dieet >

Glutenvrij

“Coeliakie is misschien een onbekende, maar zeker geen zeldzame ziekte” Coeliakiepatiënten willen vooral goedkopere en lekkerdere glutenvrije producten

De Belgische coeliakiepatiëntenverenigingen bestaan bijna 30 jaar. Toch is coeliakie (spreek uit: ‘seuliakie’) en de gevolgen voor het voedingspatroon van de coeliakiepatiënten vandaag de dag nog erg onbekend bij de bevolking. Organic Retail sprak met Geneviève Jadoul van de (Franstalige) Belgische vereniging voor coeliakie (SBC)en met Chantal Devue en Mieke Vande Meulebroucke van de Vlaamse Coeliakievereniging (VCV). Het interview met de drie dames die opkomen voor de belangen van de coeliakiepatiënten in België vindt plaats na een gezamenlijk onderhoud met ambtenaren van de Belgische ziekteverzekering (RIZIV) over de maandelijkse toelage voor coeliakiepatiënten. De drie hebben goed nieuws: Laurette Onckelinckx, Minister van Volksgezondheid, heeft aangekondigd dat de toelage voor coeliakiepatiënten in België verhoogd wordt van 19 naar 38 euro per maand. Nu blijft het voor de coeliakiepatiënten hopen dat de Belgische regering het lang genoeg uitzingt om deze belofte ook om te zetten in wettekst.

v.l.n.r.: Geneviève Jadoul, Chantal Devue en Mieke Vande Meulebroucke

3 à 4 maal duurdere voeding De verhoging van de toelage dekt echter nog steeds niet de meerkost die patiënten met coeliakie dagelijks hebben om gegarandeerd glutenvrij te kunnen eten. Chantal Devue: “Alle producten zijn aanzienlijk duurder. Wij deden vorig jaar een vergelijking tussen wat een persoon zonder glutenallergie wekelijks spendeert aan voeding en wat iemand met coeliakie moet betalen om dezelfde alledaagse voedingsproducten te kopen. Het gaat hier gewoon om zaken zoals brood, pasta, koekjes, paneermeel…


Organic Retail - juni 2008

Het resultaat was 28,45 euro voor de glutenvrije producten en 10 euro voor de glutenhoudende producten. Dat is dus bijna het drievoud. Op maandbasis betekent coeliakie voor de patiënten een meerkost van om en bij de 90 euro. Voor sommige van onze leden is dat echt een probleem. Je moet ook nog in acht nemen dat een deel van de coeliakiepatiënten ook nog een lactose intolerantie hebben en dus daar ook nog met meerkosten zitten om alternatieven te vinden voor de klassieke zuivel.”

Terug gezond De drie dames met wie we aan tafel schuiven in een café in de buurt van de Tervurenlaan, op een boogscheut van de kantoren van het RIZIV zijn alle drie coeliakiepatiënten. Daar is echter niets van te merken. Alle drie zien ze er kerngezond uit en zo voelen ze zich ook, maar tot ze de diagnose “coeliakie” te horen kregen was hun leven een stuk moeilijker. Geneviève Jadoul: “Ik was eigenlijk chronisch vermoeid. Toch ben ik erin geslaagd om mijn studies geneeskunde af te maken (Geneviève is huisarts). Maar zowel mijn studies als mijn werk kostten mij veel moeite. Ik kreeg op school soms ook het verwijt dat ik lui was, maar eigenlijk was ik dus ziek. Op een dag las mijn echtgenoot – die ook arts is – een artikel in een wetenschappelijk tijdschrift over coeliakie en daar stond dat patiënten met coeliakie veel klaagden over vermoeidheid. Ik liet mij testen met het gekende resultaat. Door dan glutenvrij te gaan eten is de kwaliteit van mijn leven spectaculair verbeterd. Mijn echtgenoot zegt nu dat ‘hij een nieuwe vrouw heeft’ en op een manier is dat ook wel zo.” Mieke Vande Meulebroucke: “Bij mij heeft het ook heel lang geduurd tot men tot de diagnose kwam. Heel mijn jeugd door was ik een heel moeilijke eter. Mijn ouders moesten altijd maar aandringen opdat ik mijn bord zou leegeten. Pas jaren later is dan uiteindelijk de diagnose gesteld.” Eenzelfde verhaal horen we bij Chantal: “Ik dacht altijd dat ik gewoon heel gevoelige darmen had. Ik had heel dikwijls diarree en had mij er al mee verzoend dat dit mijn gewoon stoelgangpatroon was.”

Gebrekkige kennis Het moeilijkste aspect van coeliakie is niet zozeer het glutenvrij eten, maar vooral de gebrekkige kennis bij de rest van de bevolking. Geneviève: “Eigenlijk is het dramatisch. Zelfs de meeste huisartsen weten er nog weinig van.” Chantal: “Als verpleegkundige vroeg ik ooit aan studenten geneeskunde wat ze op de universiteit leerden over onze ziekte. In de cursus pediatrie bleek dat 1,5 pagina te zijn en in de cursus Inwendige Ziekten was dat 1 pagina… Toen ik op mijn zesendertigste de diagnose van coeliakie kreeg en ik het vervolgens ging vertellen bij mijn huisarts moest die toch eens goed nadenken. Hij had ondanks mijn jarenlange symptomen (terugkerende diarree, ijzertekorten…) nooit stilgestaan bij de mogelijkheid van coeliakie.” Geneviève: “Er moet meer sensibilisatie gedaan worden ook en vooral bij huisartsen. Eigenlijk is de ziekte niet moeilijk te vinden, maar die testen zitten niet in een normaal routineonderzoek. Men moet dus specifiek op zoek gaan naar coeliakie om het te vinden. Huisartsen leggen te weinig de link van de symptomen naar coeliakie. Ik zal mij daar in de toekomst actief blijven voor inzetten.”

Horeca “Eens je zelf goed weet welke voeding je mag eten en welke niet, lukt het vrij goed. Alleen moet je heel veel zelf klaarmaken. De meeste patiënten bakken bijvoorbeeld hun eigen brood. Dat goed lukken beperkt zich echter tot het thuis eten.

Eigenlijk is de ziekte niet moeilijk te vinden, maar die testen zitten niet in een normaal routineonderzoek. Men moet dus specifiek op zoek gaan naar coeliakie om het te vinden. Van zodra je onderweg bent, ergens ander moet gaan eten of op reis gaat wordt het een enorme uitdaging.”, vertelt Mieke. “Er is nog een enorme onwetendheid in de horeca. Je moet heel veel uitleggen aan de ober en dikwijls komt de kok uit de keuken om nog eens te vragen wat er precies wel en niet kan. Daarom ontwikkelden we ook een begrijpelijke en overzichtelijke folder voor de horeca. Die legt hen kort de ziekte uit en brengt een compleet overzicht van welke ingrediënten uit den boze zijn voor coeliakiepatiënten. Ook wordt benadrukt dat men zeer nauwgezet ‘contaminatie’ via glutenbevattende producten moet vermijden.”

Diverse reacties De gevolgen van het eten van glutenhoudende voeding verschillen heel sterk van persoon tot persoon. “Bij de één leidt dat onmiddellijk tot een reactie van het lichaam, terwijl de andere patiënt subjectief geen klachten heeft. Als men dan naar de dunne darm van die patiënt zou kijken, dan zou men toch altijd de gevolgen zien. Dus ook als er gluten gegeten worden en de patiënt heeft er niets van gevoeld, ook dan kan het slijmvlies in de dunne darm en de maag aangetast worden.” “Bij sommige patiënten leidt het eten van glutenhoudende voeding binnen het uur tot hevige krampen en diarree. Het is vrij kortstondig, maar wel hevig. Je moet echt je activiteiten onderbreken. Andere mensen krijgen migraine van het eten van gluten. Bij nog andere mensen laten de gevolgen zich pas merken na meerdere uren. En dan zijn ze langer ziek. Soms meerdere dagen. Bij sommigen leidt het eten van gluten tot constipatie. Dus de reacties op het eten van gluten verschillen sterk van aard en ook de intensiteit is heel erg verschillend. Maar alle coeliakiepatiënten hebben een beschadigd slijmvlies van de dunne darm gemeen.”, vertelt Chantal.

Ernstige complicaties Het beschadigde slijmvlies van de maag en de dunne darm leidt ook indirect tot andere aandoeningen. Geneviève: “Wanneer het slijmvlies van de dunne darm beschadigd is ontstaat er een verminderde opnamecapaciteit van essentiële voedingstoffen zoals ijzer, foliumzuur, vitamine B12… De functie van de dunne darm is belangrijke voedingsstoffen opnemen in het bloed, dus als het slijmvlies aangetast is door de gluten, dan vermindert die werking. Tekort aan calcium komt ook veel voor en leidt op zijn beurt tot botontkalking. Ook voor kinderen met coeliakie is dat heel ernstig. Aangezien coeliakie een auto-immuunziekte is, zijn er antilichamen aanwezig in het lichaam van coeliakielijders. Die antilichamen leiden tot chronische vermoeidheid, vermagering, depressie, neurologische aandoeningen (aantastingen van de zenuwen door een tekort van vitamine B) en ook tot dermatitis herpetiformis, een huidaandoening met rode blaasjesdie erg kunnen jeuken … Op lange termijn kan het aanhoudend eten van gluten bij coeliakiepatiënten ook tot een bepaald soort darmkanker leiden.”

>> Lees verder op pagina 32

31


Dieet >

Glutenvrij

>> Vervolg van pagina 31

Geen zeldzame ziekte Slechts een beperkt aantal mensen die met coeliakie te kampen hebben, beseffen het ook – zo blijkt. Mieke: “Ondanks het feit dat coeliakie bij het grote publiek onbekend is, is het geen zeldzame ziekte. De Vlaamse vereniging telt ruim 1800 leden, de Franstalige meer dan 800… dat zijn eigenlijk de enige echte cijfergegevens waar wij over beschikken. Wetenschappelijke studies spreken echter over één op 100 of één op 300 mensen die aan coeliakie zouden lijden.” Geneviève: “Het aantal coeliakiepatiënten in een land is moeilijk in te schatten. Er is een screening gedaan bij het personeel van het Universitair Ziekenhuis van Brussel. Bij 1200 werknemers heeft ze vier coeliakiepatiënten gevonden. Men mag aannemen dat in realiteit dat aantal nog iets hoger ligt, aangezien het een screening was bij werkende mensen en dat er toch een aantal coeliakiepatiënten niet in staat is om te werken. Het staat echter vast dat er nog veel mensen kampen met de symptomen van coeliakie zonder het te beseffen.”

Finland Opmerkelijk is ook dat coeliakie in sommige landen meer voorkomt. “Er zijn opvallend meer patiënten in oa Finland (1/60), Ierland, Italië… In Finland krijgt de patiëntenvereniging een hoog werkingsbudget ter beschikking. Hierdoor hebben zij een fulltime contactpersoon voor voedingsleveranciers in dienst. Het is evident dat je er zo heel makkelijk aangepaste voeding vindt. Ook de universiteit van Tampere voert permanent onderzoek naar coeliakie, waar dit in België nihil is.”, aldus Chantal. “Ook in Noorwegen is het makkelijker. Toen ik op vakantie was in Noorwegen stopten we in een klein dorpje en kwamen er terecht in een kleine kruidenierszaak. Er was een volledige en uitgebreide hoek met glutenvrije producten, in de koeltoog stond een taart: zonder gluten, mijn dochtertje

Slagerij In België is het helaas niet zo makkelijk. Waar shoppen coeliakiepatiënten? Mieke: “Een beetje overal: in supermarkten en uiteraard ook in dieet- en natuurvoedingswinkels. Daarnaast heb je ook nog de glutenvrije marktjes die bij ledenevenementen van onze organisaties plaatsvinden. Als coeliakiepatiënt lees je altijd vol aandacht etiketten van voedingsproducten en speur je naar ingrediënten die mogelijk gluten kunnen bevatten. Je bent echter nooit zeker als er niet op staat dat het glutenvrij is, dat maakt het zo moeilijk. De jongste jaren zijn er gelukkig meer en meer specifieke glutenvrije producten op de markt. Sommige mensen denken ook dat het wel meevalt omdat gluten in de eerste plaats aan graansoorten gelieerd zijn. Ze beseffen echter niet dat het ook in lichte concentraties in heel wat andere producten zit. Ook in de slagerij ondervinden wij problemen: bijvoorbeeld gekookte ham en andere vleesbereidingen bevatten bindmiddel of paneermeel met gluten. Bereid gehakt soms ook. Je moet dus altijd maar vragen stellen. Winkeliers die goed op de hoogte zijn, genieten uiteraard onze voorkeur.” Ook de smaak van sommige glutenvrije producten laat helaas wat te wensen over. En dat is ook deels begrijpelijk. Het is niet eenvoudig om voorverpakt glutenvrij brood lekker te maken. Vandaar ook dat de meeste patiënten nog steeds hun eigen brood bakken. De meeste glutenvrije koekjes zijn heel erg droog, sommige zijn dan weer heel wat lekkerder. En alles is natuurlijk stukken duurder dan de klassieke glutenbevattende producten. Maar goed, we zijn al blij dat die producten er zijn en dat het aanbod steeds ruimer en ook kwalitatief beter wordt.”, besluit Chantal.

Het dagelijks leven van Katrien Verbiest, coeliakie-patiënte

by Het 1ste gamma verse biologische producten zonder gluten en voor iedereen

PIZZA’S

die altijd bijzonder enthousiast is als ze glutenvrije producten voor mij kan vinden, kwam het mij melden.”, glimlacht Geneviève.

HArtIge tAArten lASAgneS

HArtIge CAkeS

www.jaimelebio.fr * Beschikbaar bij BIOF R ESH *

Katrien (28) is een reiziger in hart en nieren. Vier jaar geleden trok ze naar Cuba en kwam ze terug met een vervelend souvenir: een darmontsteking. Een portie lekker geurende schaaldieren bleken niet meer vers en veroorzaakten een ravage in haar buik. Antibiotica hielpen niet. Katrien bleef ziek, bleef vermageren en durfde enkel nog water en brood te eten. Een foute inschatting bleek later, want een bloedproef en een darmbiopsie later kreeg ze een bom over zich heen. “Mevrouw, u leidt aan coeliakie.” Katrien ging op zoek naar info en vond die bij het VCV. Vier jaar later is ze zelf regioverantwoordelijke Oost-Vlaanderen en vangt ze dus nieuwe patiënten op met hun vragen. “Het dagelijks leven is veranderd, maar niet ingrijpend. Ik bak nu mijn eigen brood met glutenvrije mix van mijn favoriete dieetwinkel, maak zelf pizza en pasta en vervang bloem in sauzen door maïzena. Ik word eigenlijk enkel nog geconfronteerd met mijn ziekte als ik uit eten ga. Op restaurant moet ik duizenden vragen stellen en als ik bij vrienden over de vloer ga, moet ik telkens weer mijn volledige discours doen. Maar dat weerhoudt me niet om van het leven te genieten, want dat doe ik nu dubbel zo hard.”


Organic Retail - juni 2008

Sterke groei verkoop van glutenvrije producten verwacht Wetenschappelijke studies melden dat tussen 1 op 100 en 1 op 300 Europeanen leiden aan glutenintolerantie ten gevolge van coeliakie. Opvallend is dat slechts 1 op 10 van deze mensen ook de diagnose ‘coeliakie’ van de artsen kregen. De rest lijdt zonder een juiste diagnose voor de symptomen omdat die dikwijls niet in de richting van maagdarmproblemen wijzen. Algemeen wordt aangenomen dat meer kennis bij artsen en bevolking er zal voor zorgen dat het aantal patiënten in de komende jaren sterk zal stijgen. Een sterke stijging in de verkoop van glutenvrije producten lijkt het logische gevolg.

Nog moeilijker dan het lijkt Glutenvrij eten betekent het volledig weglaten van tarwe, rogge, haver, gerst, spelt en kamut. Maar daarmee is de kous nog niet af. Want naast alle producten die hoofdzakelijk bestaan uit bovenvermelde graansoorten (brood, deegwaren, koekjes en gebak) bevatten ook veel op het eerste zich onschuldige producten kleine concentraties gluten. Een minieme concentratie gluten volstaat voor vele coeliakiepatiënten om één of meerdere dagen ernstig ziek te zijn. Daarom is het cruciaal om echt glutenvrije producten aan te kopen. En de enige zekerheid voor deze mensen is een vermelding ‘glutenvrij’. Want in niet zeldzame gevallen zit het kwaad hem in een bindmiddel, een kleurstof of een stabilisator. Zelfs een product dat in principe glutenvrij is zoals maïszetmeel (maïs bevat geen gluten), kan sporen van gluten bevatten, omdat het product bijvoorbeeld verpakt wordt in een fabriek waar wel glutenhoudende producten verwerkt worden. Coeliakiepatiënten zijn dan ook allemaal aangewezen op het gedetailleerd lezen van voedingsverpakkingen of veel beter nog: een product kopen waarop de vermelding ‘glutenvrij’ staat.

Lactose-intolerantie Producenten van glutenvrije voeding weren meestal ook melk in de meeste van hun producten. Bij sommige coeliakie-patiënten is er door de ziekte te weinig lactase in de dunne darm. Lactase breekt lactose (melksuiker) af. Na het eten of drinken van melkproducten krijgen deze patiënten buikloop. Voor hen wordt naast een glutenvrije voeding ook een lactose beperking aangeraden. Dit lactosebeperkt dieet is meestal tijdelijk. Als de darmwand zich hersteld heeft, verdwijnt de lactos-intolerantie dikwijls vanzelf.

200 ppm: de norm De Codex Alimentarius heeft de bovengrens voor de aanwezige gluten in voeding vastgelegd op 200 ppm (parts per million). Hoewel de Codex geen wettelijke geldigheid heeft wordt hij door alle producenten als norm aanvaard voor de vermelding ‘glutenvrij’. De fabrikanten die

glutenvrij op de verpakking van hun producten claimen houden zich allemaal aan deze norm. Fabrikanten meldden ons dat de meeste producten ruim onder deze limiet zitten. Binnen afzienbare tijd zou de Codex Alimentarius trouwens aangepast worden en zou de norm voor ‘glutenvrij’ bijgesteld worden naar 20 ppm, iets waar tal van patiëntenverenigingen voor ijveren. In zeldzame gevallen reageerden coeliakiepatiënten ook al op concentraties die lager zijn dan de 20 ppm-norm.

Cijfers van Amerikaanse markt In Europa is er maar weinig cijfermateriaal bekend over de glutenvrije markt. In de Verenigde Staten is dat echter wel het geval. En de economische vooruitzichten zijn er heel optimistisch. Op dit moment zou drie miljoen Amerikanen aan coeliakie leiden. In 2007 groeide de verkoop van glutenvrije producten in de VS met 20% tot 1,3 miljard dollar. De best verkopende producten op de Amerikaanse glutenvrije markt zijn melkvervangers (308 miljoen dollar), vitamines (232 miljoen dollar), droge voeding (230 miljoen dollar), zuivel en desserts (161 miljoen dollar), verpakt vlees ( 73 miljoen dollar), soep (39,7 miljoen dollar) en snacks (34 miljoen dollar). Bovendien meldt men er ook een groeiend aantal consumenten die de ziekte niet hebben maar wel geïnteresseerd zijn in het beperken van het aantal gluten in hun voeding waaronder patiënten met prikkelbare darmsyndroom en patiënten met ADD –(Attention Deficit Disorder).

Aanbieders aan het woord Onze redactie sprak ook met een aantal producenten van glutenvrije voeding. Een overzicht van hun ervaringen en toekomstplannen. De Spaanse brood-, gebak- en deegwarenspecialist Procelli produceert al tien jaar glutenvrije producten en is ondertussen een grote naam geworden bij coeliakiepatiënten. “Minibroodjes, croissants, hamburgerbroodjes, sandwiches, ciabatta en pizzabodems zijn onze bestverkopende producten. De belangrijkste verkooppunten voor hun producten zijn dieetwinkels en apotheken zijn. Wel stellen ze vast dat

Glutenvrije Garnaal-, kaasen aardappelkroketten artisanaal bereid, 100% Glutenvrij info: www.Glutenvrij.nu

tom desmet, winGensesteenweG 136 be — 8700 tielt

☎ 0496 03 05 27, mail ons: info@Glutenvrij.nu


Dieet >

glutenvrij

er een groeiende interesse is voor hun producten vanwege supermarkten. “We zien ook de concurrentie toenemen en merken dat de merktrouw van klanten daardoor wat afneemt. Het nieuwe aanbod wordt gretig uitgeprobeerd. De uitdaging voor ons net als voor onze concurrenten, blijft kwalitatief goede producten maken die een lekker alternatief zijn voor de glutenhoudende varianten. Omdat we in dit nummer ook ontbijtgranen bespreken vroegen we ook aan twee van hen naar hun glutenvrij aanbod. De Franse graanspecialist Favrichon beschikt over diverse glutenvrije alternatieven. Nancy Mériaux: “Ook voor ons worden de glutenvrije alternatieven belangrijker. Dat heeft diverse redenen. Er zijn meer en meer coeliakiepatiënten, maar ook meer mensen die de hoeveelheid gluten in hun voeding willen beperken of die aanhanger zijn van de ideeën van Dokter Seignalet. Het prijsverschil met de gewone glutenhoudende producten is niet zo groot. De ingrediënten die we voor dit aanbod gebruiken zijn ook niet echt duurder. Het kost ons gewoon wat meer omwille van de extra laboratoriumtests en de extra schoonmaak. Na de productie van glutenhoudende ontbijtgranen vergt het ons een achttal uur om de productie volledig schoon en glutenvrij te maken. Nadien starten we de productie en nemen ook een hele reeks stalen om zeker te zijn dat

Coeliakie: oorzaak, diagnose en herstel

Glutenovergevoeligheid is het niet kunnen verteren van gluten uit de voeding. Gluten is een eiwit dat voorkomt in tarwe, rogge, haver, gerst, spelt en kamut. Bij een persoon met coeliakie maakt zijn eigen lichaam antistoffen aan tegen gluten. Deze allergische reactie beschadigt het slijmvlies van de dunne darm. De dunne darm is cruciaal in de spijsvertering en zorgt voor de opname van voedingsstoffen. De beschadiging aan de darmwand zorgt voor een slechte en onvoldoende opname van vitamines, mineralen en andere voedingsstoffen. Om de diagnose “coeliakie” te stellen wordt eerst gecontroleerd of er antistoffen tegen gluten aanwezig zijn in het bloed. Zekerheid is er pas na een dunnedarmbiopsie. Bij een biopsie worden kleine stukjes slijmvlies uit de darmwand weggenomen. Het darmweefsel wordt daarna microscopisch onderzocht. Bij coeliakie ontbreken de darmvlokken geheel of gedeeltelijk. Wanneer het dieet strikt wordt gevolgd, verminderen de klachten snel. Het volledige herstel van het darmslijmvlies kan enkele maanden tot een jaar duren. De ziekte wordt zowel bij volwassenen als bij kinderen ontdekt. Bij een kind ontdekt men de ziekte van zodra het overschakelt van melkvoeding op gewonevoeding. Kenmerkend voor de coeliakiekindjes zijn huilerigheid en depressiviteit en een dikke gezwollen buik. Silhouet van kind met coeliakie

we onder de 20 ppm norm zitten.” Bij Favrichon gelooft men sterk in de verdere ontwikkeling van deze markt. “We gaan in de toekomst nog extra glutenvrije varianten uitbrengen. Daarbij gaan we meer met kastanje en rijst werken.” Ook bij het Nederlandse De Halm wil men meer voldoen aan de vraag naar glutenvrije producten. Rob van de Berg: “Tot nu hadden we wel een aantal glutenarme producten, maar omdat we niet konden garanderen dat elke pakje onder de 20 ppm norm zat boden we geen glutenvrije varianten aan. Daar gaat nog dit jaar verandering in komen. We gaan investeren in echte glutenvrije varianten.” Coeliakie zorgt ook voor problemen vraagtekens bij producten die op het eerste zicht glutenvrij lijken. Een mooi voorbeeld zijn bereide vleeswaren. Ham, paté, worst, hamburgers, salami… door gebruik van bewaarmiddelen, paneermiddel en andere zetmeelhoudende producten zijn ze dikwijls niet glutenvrij en verboden voor coeliakielijders. Damhert Nutrition is een belangrijke speler op de ruime dieetmarkt, verkrijgbaar in de supermarkt. Ook zij ontwikkelen meer en meer producten zonder gluten (in natuurvoedingswinkels verdeeld onder de merknaam ‘Haagland’). In het aanbod zitten onder meer koekjes, cake en pasta’s.“Het is niet evident om een koekje te maken zonder tarwebloem dat niet te droog is. Maar als dat lukt, dan merk je dat ook meteen aan je verkoopcijfers. Voorverpakt glutenvrij brood is ook zo’n uitdaging en dat kan natuurlijk nooit de vergelijking met vers, klassiek brood doorstaan. De meeste klanten roosteren het brood en zo wordt het wel smakelijk.” Bij Damhert beseft men ook dat coeliakiepatiënten nog veel zelf in de keuken staan. “Daarom brachten we recent ook nog nieuwe bakmix uit voor brood, cake en pannenkoeken.” Op de markt van glutenvrije voedingsmiddelen is er vooral nog ruimte voor lekkere producten die convenience bieden aan coeliakiepatiënten. Indien ze echt lekker willen eten moeten coeliakiepatiënten dikwijls nog veel tijd doorbrengen in de eigen keuken om een glutenvrije variant te maken van hun ‘verboden’ voeding. Ook gewone kroketten zijn door het gebruik van paneermiddel uit den boze. Tom Desmet, kok in het West-Vlaamse restaurant ’t Stil Genot (Ardooie) ontwikkelde op vraag van een vriendin met glutenintolerantie een glutenvrije kroket. De kroket viel heel hard in de smaak en dat bracht Tom Desmet op het idee om zijn eigen bedrijfje op te richten voor zijn uitvinding: Glutenvrij.nu. De kroketten (aardappel-, garnaal- of met kaas) worden artisanaal vervaardigd en Tom wil begrijpelijkerwijs niet al teveel kwijt wil over de ingrediënten. Vast staat dat ze lekker zijn en glutenvrij. Sommige coeliakiepatiënten bestellen ze rechtstreeks bij Tom, maar hij wil ook starten met een verdeling via de betere dieet- en natuurvoedingswinkels. De Ieperse charcutier Pascal De Puydt ontwikkelde een nieuw bedrijf om in te spelen op de verlangens van mensen met coeliakie of gelijk welk andere allergie: “Noglut Vleeswaren” .


Organic Retail - juni 2008

Via de website kan iedereen die aan eender welke allergie of intolerantie lijdt vleeswaren kopen die gegarandeerd veilig zijn. De lijst is lang: gluten, lactose, soja, tarwe, kippenei, fructose, pinda,

Pascal De Puydt

van Europa en er gelden heel strenge milieunormen. Ik startte er met een eigen kweek van Limousinekoeien en varkens. Deze worden gevoed met tarwe en aardappelen van (niet gecontroleerde) biologische teelt. De dieren leven er in optimale omstandigheden en worden zonder hormonen of antibiotica gekweekt. Varkens leven er verplicht op stro en niet zoals in België op roosters boven hun eigen mest, boven de verstikkende ammoniakgassen.”, vertelt Pascal. De dieren worden er in eigen beheer geslacht en vervolgens naar België gebracht voor verwerking. Daardoor krijgt Pascal De Puydt het beoogde kwaliteitsvlees. Maar ook in zijn andere grondstoffenselectie is hij zeer streng: kruiden worden los gekocht, mayonaises zelf gemaakt en alles gebeurt op volledige artisanale en natuurlijke wijze. Door deze aanpak is De Puydt en Noglut uniek in eigen land en waarschijnlijk in Europa. Op termijn wil hij de producten van Noglut ook internationaal gaan verdelen. Het Franse bedrijf Nature & Compagnie is sinds korte tijd op de markt met een vernieuwend gamma glutenvrije kant-en-klare maaltijden die ook nog biologisch zijn. Het gaat om lasagnes, pizza’s, hartige cakes en groententaarten daarnaast die gewoon opgewarmd moeten zijn en dan klaar voor gebruik. De kwaliteit is bovendien van die aard, dat ze ook gesmaakt kunnen worden door mensen die geen glutenintollerantie hebben.

selderij, koemelkeiwit, mosterd, vis en schaaldieren. Het verhaal van Pascal De Puydt is ongewoon maar leest als de betere western. Als zoon van een familie die al 150 jaar in de vleessector zit neemt hij in 1997 de zaak van zijn vader over. Hij krijgt het meteen hard te verduren door verschillende voedselcrisissen (dioxinecrisis, varkenspest, dollekoeienziekte) en geraakt sterk ontgoocheld in de kwaliteit van het vlees dat hij tot charcuterie moet verwerken. Gebruik van antibiotica en goedkope voeders ligt aan de basis van een daling van de kwaliteit en maakt het voor hem quasi onmogelijk om de kwaliteit te maken waar hij als perfectionist naar streeft. In 2005 heeft hij een oplossing in gedachten, hij start een eigen boerderij in Masurië (Polen). Pascal De Puydt: “Dit gebied is het grootste natuurreservaat >> Vervolg van pagina 39 ‘Simply Delicious’

Cadeautje Persoonlijk contact met de klant en service bieden, het is uiteindelijk het allerbelangrijkste aan deze winkel, vertelt Jillis. “We willen een heel goed contact met onze klant en hen kunnen helpen met al hun vragen.” En dat lukt vrij aardig zo blijkt: elke klant die de winkel binnenkomt wordt kort begroet door Jillis, Marlene of een van de medewerkers. Recent beviel een van de vaste medewerkers van Simply Delicious ook van een baby. Meer dan één klant kwam met een geschenkje voor moeder en kind langs. “Het is ontzettend leuk dat mensen zich zo betrokken voelen bij onze winkel en onze medewerkers.”, glundert Marlene.

Gezondheid Welke vragen krijgen de mensen van Simply Delicious van hun klanten? Jillis: “ Vooral vragen omtrent gezondheid: men vraagt ons soms concreet in welke mate een bepaald product kan bijdragen aan je gezondheid. Dat valt op. Terwijl dat eigenlijk niet het eerste opzet van de winkel is. We hebben persoonlijk meer met kwaliteit, het lekker zijn en het kunnen genieten van voedingsproducten. We weten ook wel wat in het algemeen verteld wordt over de gezondheidstroeven van een bepaalde voeding. Alleen vinden wij het moeilijk om dat zo maar te gaan zeggen. Er zijn zoveel aspecten aan gezondheid en het verband met voeding. En de wetenschappelijke studies spreken elkaar soms ook tegen.” “We merken ook altijd de actuele gezondheidshypes op. De ene maand zijn er opvallend veel klanten op zoek naar een Zuid-Amerikaanse bes, de week nadien is het een bepaalde groente omdat daar toch zoveel antioxydanten in zitten.”, vertelt Jillis geamuseerd.

Petit Café Simply Delicious is ook een ontmoetingsplek geworden voor onze klanten. “Je ziet veel klanten in de winkel of voor de ingang met elkaar praten.. En er is uiteraard ‘Le Petit Café’. Daar kunnen de klanten genieten van een koffie met gebak, een maaltijdsalade, dagsoep of belegd broodje. “Het horecagedeelte is een nieuwe ervaring, dat hebben we niet in Het Groene Dal. We wilden dat er echter heel graag bij doen. We willen in le Petit Café dezelfde kwaliteit bieden als in de winkel. Het is heel eenvoudig begonnen met koffie en kwaliteitsvol gebak, vervolgens zijn we ook met een volwaardig lunchaanbod gekomen. We hopen dat op termijn uit te bouwen tot een restaurantje dat ook ’s avonds open is. Heel veel klanten vragen ons daar ook om. Maar we doen dat niet overhaast, het hoort bij het groeiproces van Simply Delicious en als de tijd rijp is beginnen we er aan.”

Ruime openingsuren Vroeger was er eenmaal in de week een koopavond bij Simply Delicious. Klanten konden er tot 21 uur terecht voor hun inkopen. Dat had echter niet het verhoopte succes. “Daarom hebben we beslist om elke weekavond open te zijn tot 19 uur. Dat is wel een succes want het is hier nog heel druk tussen zes en zeven uur.” Klanten nemen trouwen ruim de tijd om te shoppen en struinen door de rayons. “Veel van onze klanten zijn net als ons op zoek naar kwaliteit en zoeken ook originele producten. Dat merk je ook aan de tijd dat ze in onze winkel doorbrengen.” Marlene en Jillis zijn dus duidelijk heel trots op hun winkel. Het is echter ook hard werken, laat daar geen twijfel over bestaan: “We zijn er elke dag van ’s morgens tot ’s avonds mee bezig. Maar omdat het zo leuk is en we zoveel plezier halen uit de contacten met klanten en leveranciers , is het ook nog elke dag heel leuk om te doen.”, besluiten ze.

35


Supplementen

Vitamine K2 brengt kalk op de juiste plaats Dé vitamine die beschermt tegen botontkalking en aderverkalking Vitamine K is van oudsher bekend als de vitamine die in het menselijk lichaam verantwoordelijk is voor de bloedstolling. Dat vitamine K, en dan met name de variant K2, ook heel nuttig is in de strijd tegen aderverkalking en botontkalking is veel minder geweten - zelfs niet bij artsen. Omdat vitamine K2 quasi niet aanwezig is in het Westerse dieet lijkt vitamine K2 in supplementvorm sterk aan te bevelen - voor jong èn oud.

Paradox In wetenschappelijke kringen spreekt men ook wel eens over de calciumparadox: het fenomeen waarbij kalk uit de voeding wel in de aders afgezet wordt en niet of te weinig op de botten. Het eerste leidt tot hart- en vaatziekten, het tweede tot osteoporose. Al vele decennia ziet men dan ook dat patiënten die met osteoporose kampen ook een verhoogd risico hebben op hart- en vaatziekten, of omgekeerd. VitaK, een onderzoeksgroep van de universiteit van Maastricht, onder leiding van professor Cees Vermeer, voert al jaren onderzoek naar vitamine K en de invloed van deze vitamine op de kalkafzetting in de botten en bloedvaten. Uit de onderzoeken van VitaK en collega-specialisten in de Verenigde Staten en Japan, blijkt dat vitamine K2 een glansrol kan spelen in de strijd tegen botontkalking en aderverkalking.

Talrijke onderzoeken VitaK deed de voorbije jaren uitvoerig onderzoek naar de werking van vitamine K in de strijd tegen aderverkalking en osteoporose. Bij ratten met aderverkalking die vitamine K toegediend kregen, stelde men op korte termijn een spectaculaire verbetering van de toestand vast. Anderzijds werden er grootschalige onderzoeken gedaan bij postmenopausale vrouwen. Hun voedingspatronen en de aanwezigheid van vitamine K in hun voeding werd vergeleken met de verkalking in de bloedvaten en de kans om een hartinfarct te krijgen, en er was een overduidelijk verband. Nadien ging men kijken of het toedienen van vitamine K bij deze vrouwen leidde tot behoud van botsterkte en gezonde bloedvaten. Ook daar waren de resultaten meer dan bevredigend: niet enkel het calciumgehalte in de botten nam toe, in sommige gevallen stelde men ook een letterlijke verdikking in de hals van het dijbeen vast (op een plaats waar zich veel heupbreuken voordoen). In dezefde onderzoeksgroep werd ook vastgesteld dat bij vrouwen die een vitamine K2 supplement ontvingen de kwaliteit van de bloedvaten constant bleef, terwijl in de placebogroep de elasticiteit van de bloedvaten met ongeveer 12 % afnam door afzetting van calcium.

Botontkalking Wat vermag vitamine K in de calciumaanmaak in onze botten? De botcellen maken, onder invloed van vitamine D, het boteiwit osteocalcine aan. Om het bot met calcium te versterken moet het osteocalcine calcium binden met botmineraal en in dit proces speelt vitamine K een belangrijke rol. Bij een gebrek aan vitamine K loopt dit proces mank. De osteocalcine wordt bij een gebrek aan vitamine K slecht geactiveerd. Meerdere studies toonden trouwens aan dat bij gezonde mensen 30% van de osteocalcine niet geactiveerd wordt.

Aderverkalking Hoe slaagt vitamine K er nu in om onze aders kalkvrij houden?In onze bloedvaten worden dagelijks matrixglaproteïnes (MGP) aangemaakt. Met behulp van vitamine K gaan deze eiwitten actief de strijd aan tegen aderverkalking. Zonder vitamine K is het eiwit wel aanwezig, maar verliest het zijn ‘slagkracht’ tegen de verkalking. Wanneer vitamine K ontbreekt gaat de verkalking dus verder en met de ouderdom worden de gevolgen en de daarmee gepaard gaande risico’s steeds groter. In tegenstelling tot wat algemeen aangenomen wordt is 90% van het ‘slib’ in de aders immers kalk, niet cholesterol.

Voeding Vitamine K is dus heel belangrijk in de strijd tegen hart- en vaatziekten en osteoporose. Zit vitamine K dan niet in onze voeding? Jawel: vitamine K1 komt met name voor in groene bladgroenten zoals spinazie, broccoli,verschillende koolsoorten en ook in plantaardige oliën. Deze voedingsmiddelen voorzien in gemiddeld 60 μg vitamine K per dag. De rol van vitamine K1 beperkt zich echter tot de bloedstolling omdat het vooral naar de lever (waar de bloedstollingseiwitten gemaakt worden) vervoerd wordt. Ook de korte halfwaardetijd van anderhalf uur speelt hier een rol. Dat is tekort om een rol van betekenis te spelen in de strijd tegen aderverkalking en botontkalking.


Organic Retail - juni 2008

37

Gelukkig is er vitamine K2: met zijn halfwaardetijd van meer dan 50 uur kan deze vitaminevariant wel een rol van betekenis spelen. Het wordt via het lipoproteïne LDL (ook wel gekend Natto, bron van vitamine K2 als de transporteur van ‘slechte cholesterol’) door het lichaam getransporteerd naar de organen en weefsels. Echter: vitamine K2 komt praktisch niet voor in het traditioneel Westerse voedingspatroon. Enkel kwark en kaas blijken een relatief goede bron van vitamine K2.

Japan Wie zijn vitamine K2 wil halen uit voeding moet vooral in de richting van de Japanse keuken kijken: natto of gefermenteerde sojabonen blijken een fantastische bron van vitamine K2 te zijn. Vijf gram natto voorziet al in 50 microgram vitamine K2 of 50 % van de aanbevolen dagelijkse dosis. Dat natto een uitstekende bron van vitamine K2 is blijkt ook uit de Japanse gezondheidsstatistieken. In Noord-Japan waar natto bijzonder populair is als ontbijt, komen zowel botontkalking als hart- en vaatziekten veel minder vaak voor. Opvallend is dat de osteoporosestatistieken in Zuid-Japan waar men veel minder tuk is op natto veel minder gunstig zijn.

Voor wie bij het lezen van dit artikel prompt besluit op zoek te gaan naar natto deze waarschuwing: de meeste westerlingen blijken het ronduit afstotelijk te vinden. De geur, de smaak en het draderige uitzicht van de gefermenteerde sojabonen is niet meteen op de Westerse blik en smaakpapillen afgestemd. Voor de meeste mensen is een menaquinon-7 (de benaming in de chemische wereld) als supplement een smakelijker en voor de hand liggend alternatief.

K2 voor iedereen! Het nut van vitamine K2-supplementen is ook in de medische wereld nog onvoldoende doorgedrongen. Zo schrijven artsen osteoporosepatiënten wel calciumsupplementen en vitamine D (eveneens belangrijk voor de kalkafzetting in het bot) voor, maar vergeet men vitamine K2. Professor Vermeer van de universiteit van Maastricht pleit voor een combinatie van kalk, vitamine D en menaquinon-7. Eén kanttekening is daarbij op zijn plaats: patiënten die een of ander probleem hebben met de stolling van hun bloed, moeten hun arts advies vragen voor het nemen van vitamine K2-supplementen. Ook perfect gezonde mensen en zelfs kinderen hebben er alle baat bij om vitamine K2 te nemen. Zo houdt men de aders kalkvrij en versterkt men de botten. Het spreekt voor zich dat kinderen in volle groei hun botten aanzienlijk kunnen versterken via vitamine K2

Dosis Tot slot: wat is nu de aangewezen dagelijkse hoeveelheid vitamine K2? Professor Vermeer en zijn team spreken van een dosis tussen 45 en 180 microgram per dag voor een optimale werking tegen botontkalking en aderverkalking.

VOOR STERKE BOTTEN EN EEN GOEDE BOTAANMAAK Recente wetenschappelijke inzichten laten zien dat met name vitamine K2 (menaquinon-7) belangrijk is voor de opbouw van botten en voor het behoud van stevige botten, doordat het bijdraagt aan de goede opname van kalk. NATUURLIJK MenaQ7 bevat deze natuurlijke vorm van vitamine K2 die in hoge mate voorkomt in natto (een Japans gerecht dat ontstaat door de fermentatie van soja). Natuurlijke vitamine K2 is goed opneembaar door het lichaam.

menaQ7

vitamine K2

VITAMINE D Vitamine D verhoogt de opname van kalk in de botten. Vooral op latere leeftijd wordt geadviseerd een hogere hoeveelheid vitamine D in te nemen om stevige botten te behouden. MenaQ7 bevat 5 mcg vitamine D voor een goede synergie met vitamine K2. OPTIMALE CIRCULATIE MenaQ7 draagt bij aan zuivere vaten en is daarmee tevens goed voor de circulatie.

MenaQ7 [meenaku-zeven] - vitamine K2 (nut/pl 1149/1) Verpakking: 60 softgels Adviesprijs: € 18,95 (verkrijgbaar bij Hagor Bioservice) Springfield Nutraceuticals Belgium BVBA Heist-op-den-Berg Tel. 015 - 349 113 • Email: infobel@springfieldnutra.com

H E A LT H T H R O U G H N AT U R E , S C I E N C E & I N N O V AT I O N


Shopping >

Nederland

“Bio omdat het zo lekker is”

Bij Simply Delicious vertelt men graag het verhaal achter de uitgestalde producten

Sinds tweeëneenhalf jaar bevindt er zich in Velp, aan de rand van Arnhem een natuurvoedingswinkel die tegelijkertijd ook delicatessenzaak en ‘petit café’ is. “We hebben vanuit onze ervaringen en onze passies getracht de ideale winkel te creëren.”, vertellen Jillis de Winter en Marlene Zwart van Simply Delicious. Op bezoek bij een natuurvoedingswinkel waar het allemaal een beetje anders is. van natuurcosmetica. Ik ben in de loop der jaren ook vegetarisch en biologisch gaan eten en werkte ook professioneel met natuurcosmetica. Toen ik een aantal jaar geleden terug naar Nederland kwam om mijn zieke moeder te verzorgen, kocht ik voeding in het Groene Dal, Jillis’ winkel,. Zo hebben we elkaar ontmoet. Ik werd een vaste klant en later ook meer.”, lacht Marlene. “Samen met Jillis hebben we dan het Groene Dal verder uitgebouwd. Ondertussen begonnen we na te denken over hoe onze ideale winkel er zou kunnen uitzien. Zo is Simply Delicious er gekomen.”

Concept Jillis de Winter is al sinds zijn tienerjaren actief in de wereld van biologische voeding. Het begon allemaal met luisteren naar reggaemuziek en de daarmee gepaard gaande ideologie van de rastafari’s! “De rastafari’s pleiten voor het gebruik van eigen gekweekte of lokaal gekweekte voeding en brachten mij het gevoel bij om heel verantwoordelijk om te springen met wat ik hier op aarde doe. En zo kom je al gauw tot de biologische geteelde producten. Ik ben toen begonnen met biologisch brood te eten en tijdens mijn tienerjaren ging ik al aan de slag bij een biologische boer. Later volgde ik een opleiding voor biologisch-dynamische landbouw. Vervolgens ben ik dan bij verschillende biologische landbouwbedrijven gaan werken. Enkele jaren later kwam ik terecht bij Odin, een groothandel in natuurvoeding. Een tiental jaar geleden groeide dan het idee om een eigen natuurvoedingswinkel te beginnen. Dat werd Het Groene Dal in Oosterbeek.” Jillis baat deze winkel nog steeds uit, nu in combinatie met Simply Delicious. Marlene Zwart volgde een heel ander pad voor ze in deze sector uitkwam. “Ik volgde een opleiding haar- en make-up artieste en trok vervolgens de wijde wereld in. “Ik heb 20 jaar in Engelstalige landen geleefd en gewerkt: Engeland, Canada en de Verenigde Staten. Deze landen zijn toch een soort Mekka voor bioliefhebbers en ook voor fans

Aanvullend En hebben ze nu de ideale winkel bereikt? “Dat bereik je nooit.”, haasten ze zich alle twee. “We sturen voortdurend bij. Maar we zijn wel heel tevreden met de winkel zoals die nu is. We krijgen ook heel veel positieve commentaren van klanten en dat geeft heel veel voldoening.” Het paar vult elkaar niet enkel privé goed aan. Ook voor het winkelconcept beschikken ze elk over hun eigen troeven, zo blijkt. “Mijn ervaring als haar- en cosmeticaspecialiste komt heel goed van pas voor onze afdeling natuurcosmetica. Hoewel ik eigenlijk nog meer vragen verwachtte van de klanten. De meeste mensen weten al perfect wat ze willen als ze onze winkel binnenkomen.” Marlene is als professional ook al jaren overtuigd van de meerwaarde van natuurcosmetica. Merken zoals Lavera en Dokter Hauschka zijn echt goed en het is uiteraard niet onbelangrijk te weten dat de ingrediënten van zaken die je op je gezicht smeert, ook natuurlijk zijn. Als je soms hoort wat andere producten bevatten, schrik je wel eens.” Marlene is niet enkel sterk in cosmetica, ze heeft ook meer oog voor de presentatie van de goederen, vertelt Jillis: “Ik zou onze producten eerder in een kartonnetje in de winkel zetten, Marlene komt dan al gauw aandraven met een mooie rieten mand.” Ook Marlene spaart de complimentjes niet. “Jillis is dan weer heel


Organic Retail - juni 2008

“Veel van onze klanten zijn net als ons op zoek naar kwaliteit en zoeken ook originele producten. Dat merk je ook aan de tijd dat ze in onze winkel doorbrengen.”

En Duitsland is hier niet zover vandaan: we hebben hier dan ook een Duitse broodleverancier die echt voortreffelijke broden levert. Dat komt met name omdat de granen slechts kort voor het bakken gemalen worden. Dat proef je echt!”, doet Jillis smullen.

Engels Het andere aanbod van Simply Delicious verschilt ook enigszins van wat men in andere Nederlandse natuurvoedingswinkels vindt. Naast traditionele producten vindt je heel veel culinaire (biologische) producten die ook de uitstraling hebben van een delicatessenproduct. Verse kant-en-klare biologische soepen, speciale chocolades met bijzondere smaken (shi-take)… Verder opvallend veel Engelse biologische producten. En dat is geen toeval zo blijkt. Jillis: “We hebben iets met Engeland en we houden heel hard van de Engelse biologische producten. Ze zijn lekker en ook anders dan wat je hier op het Europese vasteland vindt. Er zit ook meestal een heel mooi verhaal achter en qua verpakking en uitstraling zijn ze absoluut top.”

Het verhaal achter de producten

sterk in het afstemmen van het aanbod naar de klanten toe. Ook is hij voortdurend op zoek naar nog betere biologische producten voor onze klanten.”

Rauwmelkse kazen Een mooi voorbeeld van de zoektocht naar de betere biologische producten vinden we in het kaasaanbod van Simply Delicious. Een prachtig aanbod binnen- en buitenlandse kazen vervaardigd van biologische rauwe melk verbluft de klanten telkens weer: Original Blue Stilton uit Engeland, Echte Emmentaler uit Zwitserland, Brie de Meaux, Morbier en Tomme d’Auvergne (Frankrijk) Gorgonzola dolce en Pecorino uit Italië… “Deze kazen betrekken we via een verzamelaar uit Duitsland. De man is er ook door bezeten en beschikt over heel goede contacten in heel Europa. Omwille van onze passie voor deze kazen hebben we trouwens een apart bedrijfje opgericht om deze kazen in Nederland ook aan een aantal restaurants en andere natuurvoedingswinkels te leveren.”

Bij Simply Delicious worden daarom ook veel producten rechtstreeks ingevoerd uit Engeland. “We gaan er echt naar op zoek. We bezoeken daarom ook Natural and Organic Products Europe’ beurs in Londen en zijn echt geïnteresseerd in het verhaal achter deze producten.” En niet enkel achter het verhaal van hun Engelse producten, zo blijkt. “We willen in onze winkel producten met een meerwaarde en zetten dan ook niet zomaar iets in de rekken. Neen: we praten met de producenten en we gaan veel naar buitenlandse beurzen. Daar genieten we meestal ontzettend van. Je kan er de mensen achter het product ontmoeten en leert er veel over de kwaliteit van het product. Dat kan je dan ook doorvertellen aan je eigen klanten en die appreciëren dat eveneens.” Het verhaal kunnen vertellen aan je klant heeft ook nog andere voordelen, zo blijkt. “We hebben hier onze eigen voorraad olijfolie uit Kreta. Klanten kunnen hun eigen fles opvullen met deze olie. Als ons vat op is, dan begrijpen de klanten dat ook beter omdat je hen kan vertellen dat het nog even wachten is op de nieuwe oogst. En zo zijn er tal van voorbeelden.” >> Lees verder op pagina 35

Dat kwaliteit vooropstaat blijkt ook uit de vier verschillende broodleveranciers. Jillis: “We kiezen van elke bakker zijn lekkerste broden.

39


Marktcijfers >

Nederland

Nederlandse biomarkt groeit met 13,3% Uit de cijfergegevens blijkt ook dat bio als verkoopsargument bij de 2007 was een boerenjaar voor de Nederlandse consument het best aanslaat als het gaat om verse groenten en fruit, biosector: meer dan 13% groei is veel en is zelfs zuivel en eieren en brood. meer dan de gemiddelde groei van bio in de wereld de afgelopen vijf jaar. Misschien niet helemaal Verdeling van de consumentenbestedingen aan biologische voeding over productgroepen (%) verrassend is dat de sterkste groei zich voordoet in Biologische voeding Totale voeding nieuwe ontluikende afzetkanalen voor bio: catering 2006 2007 2006 2007 en webwinkels. Het enige minpuntje in dit zegebulVerse AGF 26,2 26,0 13,9 13,6 letin komt van de Nederlandse biologische landVerse zuivel en eieren 18,8 19,2 12,7 13,2 bouw die er niet in slaagt om te groeien en blijft Vers vlees, vleeswaren en 13,1 13,7 16,4 15,8 steken op 1,9 miljoen hectare – een probleem waar vleesvervangers Vers brood 6,4 6,4 5,8 5,9 wel meer Europese landen mee kampen.

x miljoen €

De Nederlandse consument besteedde afgelopen jaar 518,9 miljoen euro aan biologische levensmiddelen. Ten opzichte van 2006 is er sprake van een groei van 13,3%. Een vergelijking van de groei van de biovoedingsmarkt met de groei van de totale voedingsmarkt leert bovendien dat bio sneller groeit dan de voeding uit gangbare landbouwproducten die met 6,7% toenamen. In alle verkoopskanalen werd een toename van de bestedingen aan bio vastgesteld. Catering stijgt met liefst 33,7%, supermarkten met 15,2%, speciaalzaken kenden een groei van 9,5%.

Omzet biologisch 2006

6

4

Groei t.o.v. 2006

supermarkten

speciaalzaken

+15,2%

+9,5%

contract cateraars +33,7%

51,2

51,5

Totaal

100,0

100,0

100,0

100,0

Omzetverdeling van de consumentenbestedingen aan biologische voeding over verkoopkanalen (%) 2006

2007

Supermarkten

43,7

44,5

Speciaalzaken1

43,1

41,6

Contractcateraars

3,8

4,5

Overige verkoopkanalen2

9,4

9,4

100,0

100,0

49,0

23,4

17,5

0

43,0

215,9

197,2

200,2

1

230,6

3

2

34,7

Net als het aantal gangbare landbouwbedrijven neemt ook het aantal biologische landbouwbedrijven in Nederland af. Gelukkig worden de bedrijven die overblijven gemiddeld steeds groter. Het aantal biolandbouwbedrijven daalde met 3,4%. Het totaal areaal land- en tuinbouw blijft al jaren stabiel in Nederland. Gezien de stijgende vraag naar biologische voeding is dit toch een aandachtpunt voor de Nederlandse overheid. (Bron: Biologica)

518,9

457,9

5

35,5

Totaal

Per afzetkanaal (€ x mln.)

2007

Overige voeding en kant-enklare maaltijden

overige verkoopskanalen

totaal Nederland

+14,0%

+13,3%

De Nederlandse land- en tuinbouw

Wanneer we de verschillende biologische productgroepen beschouwen stellen we vast dat de groei zich voornamelijk voordoet in vers biologisch vlees, boter en kaas en in aardappelen, groeten en fruit (AGF).

Marktaandeel van biologische voeding

Aantal bedrijven 100 000

85,510

83,890

81,830

80 000

79,510

76,741

60 000

Per productgroep, in %

5,0 4,5

2006

40 000

4,0 3,5

3,8

3,9

3,9

2007

20 000

3,5

3,0 2,5 2,0

1,9 1,5

1,3

1,0

1,5

2,1

Totaal areaal (ha) Gemiddeld areaal (ha)

2,1

1,6 1,3

1,4

0,5 0,0

Verse AGF

verse zuivel excl kaas & boter

boter & kaas

vers vlees

vers brood

overige voeding o.a. droge kruidenierswaren

2003

2004

1 923 100 22,5

1 924 500 22,9

2005

2006

1 922 500 1 919 704 23,5 24,2

2007 1 914 330 24,9


Marktcijfers >

Organic Retail - juni 2008

België

Belgische biomarkt groeit met 10% In 2007 groeide de Belgische biomarkt met iets minder dan 10%. Dat betekent dat er zo’n 283 miljoen euro omzet gemaakt werd en dat het marktaandeel van bioproducten 1,87% bedroeg.. Gemiddeld spendeerde een Belgisch gezin 27 euro aan biologische voeding. Dat cijfer leunt erg hard aan bij dat van het Europese gemiddelde (28,50 euro per jaar).

Meer dan de helft van de bioproducten werden in de supermarkt gekocht. 28% van alle bioproducten gingen dan weer over de toonbank bij een natuurvoedingswinkel. De bioconsument kocht 10% van zijn bioproducten rechtstreeks bij de boer, hetzij op de markt, via een groentenpakket of in de hoevewinkel.

Wereldwijd wordt de biologische markt geschat op 30,12 miljard euro. Deze omzet wordt voor 52% gerealiseerd in Europa. In vrijwel heel Europa is de vraag groter dan het aanbod. Marktleiders in Europa zijn Duitsland, Het Verenigd Koninkrijk, Italië en Frankrijk. In Denemarken en Zwitserland bedraagt het marktaandeel van biologische voeding respectievelijk 5% en 4,5%. Daarmee hebben zij het grootste marktaandeel ter wereld.

Totale omzet bio

verdeeld volgens distributiekanaal 2007

5%

28%

2% 3% 3%

2007

Groei

165 746 596

11,77%

Biospeciaalzaak

80 500 000

7,33%

Hoeveverkoop

13 401 427

8%

Supermarkt

59%

8 280 847

Markt Abonnement Overige Totaal

Consumptiecijfers biologische producten Europese landen 2006 Omzet 2006 (mio euro)*

8,5%

8 245 000

7,72%

6 955 640

6,32%

6 955 640

9,95%

Marktaandeel biovoeding t.o.v. totale voeding = 1,87% (totaalomzet voeding 2007 = 15,15 miljard euro – bron Fedis)

Marktaandeel 2006 (%)

Jaarbesteding per inwoner 2006 (euro) 55

Duitsland

4600 (+18% tov 2005)

3

Verenigd Koninkrijk

2542 (+27%)

1,6

45

Italië

1800

1,6

30

Frankrijk

1800

1,1

30

Zwitserland

565

4,5

81

Oostenrijk

531

5

64

Denemarken

454

5,1

83,70

Nederland

458

1,9

28

België

244

1,65

23,3

*NIS, www.statbel.fgov.be

Wallonië

Vlaanderen

Wallonië

Vlaanderen

Wallonië

Vlaanderen

Meer dan de helft van de bioproducten werden Aantal gecertificeerde bedrijven in de supermarkt gekocht. 28% van alle bioproin België in 2005, 2006 & 2007 ducten gingen dan weer over de toonbank bij 900 een natuurvoedingswinkel. De bioconsument kocht 10% van zijn bioproducten rechtstreeks 675 bij de boer, hetzij op de markt, via een groentenpakket of in de hoevewinkel. 2005 2006 2007 450 Vl. Wall. Vl. Wall. Vl. Wall. Aan de productiezijde van het verhaal zien we Bioboer 236 497 232 582 230 622 niet diezelfde sterke groei. In totaal groeide 225 Bioverwerker 421 206 465 223 577 257 de productie van bioproducten met 6% in Bioverwerker België. Wat bioboeren betreft, bemerkte men in 0 Vlaanderen een lichte daling en in Wallonië een Bioboer 2005 2006 2007 stijging van 7%. Het aantal bioverwerkers steeg zowel in Vlaanderen als Wallonië, zij het niet In Wallonië groeide het aantal bioboeren in 2007 met 7% en het aantal verwerkende bedrijven met 15%. In Vlaanderen daalde het aantal bioboeren licht (-1%); het aantal verwerkende bedrijven steeg met 24%. even sterk. We spreken in Vlaanderen over een Op Belgisch niveau groeide het aantal bioboeren met 6% terwijl het totaal aantal boeren (gangbaar en bio samen) daalde van 49.850 stijging van 24% en in Wallonië van een stijging tot 48.013, of met 3,8%. Het aandeel bioboeren groeide dus licht van 1,6% in 2006 tot 1,77% bioboeren in 2007. van 15%. De discrepantie tussen de groei aan de consumentenzijde en die aan de producentenzijde zorgt ervoor dat de invoer van biologische producten stijgt. Er is dus zeker nog ruimte voor groei in de Belgische markt.

41


Shopping >

France

“Sterke groei in open dialoog met klant en leverancier” Chlorophylle in Nantes: van voedingsteam tot gereputeerde natuurvoedingswinkel

Binnen enkele maanden opent de Nantese natuurvoedingswinkel Chlorophylle zijn derde natuurvoedingswinkel in de West-Franse stad Nantes. Wat ooit begon als een voedselteam is vandaag de referentie geworden om bio te kopen in de stad aan de Loire. Twee winkels met meer dan 7000 referenties bieden de klanten van het beste dat er in bioland te koop is. Dankzij een verzorgde kwaliteit en een goede dialoog met de leden en de klanten kende de zaak de afgelopen jaren een sterke groei.

Derde winkel In 1985 beslisten een tiental personen om een lokaal van 15 vierkante meter te huren en er gezamenlijk aangekochte biologische groenten en fruit in te stockeren. Het voedselteam kende in de loop der jaren een snel groeiend aantal leden en enkele jaren later besloot men om een volwaardige winkel op te richten: Chlorophylle was geboren. De voorbije jaren waren echt gouden jaren voor Chlorophylle want de omzet steeg met 10 à 15% per jaar. Na de komst van een tweede vestiging staat nu ook een derde vestiging op de planning. Cédric Cadoret, directeur van Chlorophylle: “Onze klanten vroegen om een derde vestiging in het zuiden van de stad. Dat heeft mede te maken met de vele files in Nantes en de hoge brandstofprijzen. Mensen shoppen liever dichtbij huis en het is ook nog goed voor het milieu en het budget.We hebben ondertussen een locatie gevonden voor de derde vestiging. Het is nu nog wachten op de nodige vergunningen.”

Leden Voor de omschakeling van voedselteam naar natuurvoedingswinkel waren mensen verplicht lidgeld te betalen. Ook vandaag bestaat dit systeem nog maar laat men de keuze. Leden betalen een eenmalig

lidgeld van 32 euro en krijgen dan bij hun aankopen 10% korting. Wie geen lid wordt betaalt de gewone prijs. “De prijs van het lidgeld is interessant want van zodra je voor meer dan 320 euro bij ons aankoopt heb je er winst aan. We tellen dan ook al meer dan 12.000 leden. En we schatten dat ongeveer 80% van al onze klanten lid zijn.”, legt Cédric Cadoret uit. Bij Chlorophylle weet men waarover men spreekt. Enige tijd geleden deed men een onderzoek naar het profiel van hun leden. Cédric Cadoret: “Je kan natuurlijk niet veralgemenen maar we stelden vast dat er veel gepensioneerden onder onze vaste klanten zijn en verder ook veel kaderleden uit bedrijven, mensen met een hoger inkomen dus. Maar let op: we hebben ook werkloze klanten of sommige mensen die leven van het bestaansminimum. Onder de jongere klanten zien we vooral jonge ouders die speciaal voor hun kind naar Chlorophylle komen. Ze willen op veilig spelen en het allerbeste voor hun kind en dat vinden ze best in onze winkel. Daarbij valt op dat ze in het begin louter producten kopen voor hun kind. Langzaamaan gaan ze dan ook meer producten voor eigen consumptie aankopen en sommigen worden na een bepaalde tijd enthousiaste en overtuigde klanten.”


Organic Retail - juni 2008

Openheid Het ledensysteem van Chlorophylle zorgt er voor dat de klant sterk betrokken is bij de winkel, maar dat hij ook kritisch is. “We staan open voor commentaren van klanten. Er is een suggestieboek maar de meeste vragen komen via onze medewerkers. Waar we kunnen zullen we ook inspelen op vragen of suggesties van klanten. We kunnen stellen dat de suggesties indien mogelijk meestal positief beantwoord worden.” De openheid en dialoog wordt op alle vlakken doorgetrokken. “We zijn in alles heel redelijk en menselijk. In de winstmarges die we nemen op onze verkoopprijs, maar ook in de onderhandelingen met onze leveranciers en in de omgang en bezoldiging van ons personeel!”, vertelt Cédric Cadoret. Chlorophylle is gegroeid uit een particulier initiatief en winst maken is niet de hoogste prioriteit. “De winst die we maken wordt terug in het bedrijf geïnvesteerd.”

Geel of rood Een rondgang op de winkelvloer leert dat het groenten- en fruitaanbod bij Chlorophylle mooi uitgebouwd is en dat het ook heel kwalitatief en vers is. “We hebben daar inderdaad altijd sterk in geweest en onze klanten appreciëren dat ook blijkt uit de verkoopscijfers.” Binnenkort pakt de winkel ook met een nieuw kleurcode voor de etiketten uit. Geel betekent dat de groenten of fruit uit eigen land of buur-

landen komen, rood verraadt een afkomst uit verre landen. “Op die manier kunnen klanten makkelijker zien of het lokaal is of van verre landen komt. En als ze dat dan wensen, kunnen ze zich beperken tot de lokale producten.” Cedric weet echter niet of consequent kiezen voor lokaal geproduceerde groenten altijd beter is. “Wanneer goede kwaliteit lokaal beschikbaar is, hoef je het uiteraard niet verder te gaan zoeken. Dat is echter niet altijd het geval. Als wij dan geen producten van verderaf zouden inkopen zou ons aanbod minder sterk zijn en ik denk dat de meeste klanten het dan gewoon ergens anders zouden kopen. Bovendien kan men zich de vraag stellen of het niet positief is om bio te kopen van verre oorsprong. Men draagt zo soms bij aan de ontwikkeling van armere landen en stimuleert er ook de omschakeling naar biolandbouw. Bon, wij laten de keuze aan de klant.”, glimlacht hij.

Zonder gluten Over de vraag welke producten de jongste jaren de sterkste groei vertoonden, hoeft Cedric niet lang na te denken. “Dat zijn zonder twijfel glutenvrije producten. Enkele jaren geleden was dat aanbod heel beperkt in onze winkel. Vandaag is er vanuit de markt ook meer en meer aanbod, maar er is ook een duidelijk groeiende vraag bij de klanten. Ik schat dat de afgelopen twee jaar onze verkoop van glutenvrije voeding vervijfvoudigd is!”, stelt Cedric.

Prijzen Er is recent heel wat ophef over de duurder wordende voedingsprijzen op de wereldmarkt. Welke impact had dit bij Chlorophylle ? “Eigenlijk heel weinig. We hebben de jongste maanden misschien wel meer producten in prijs laten zakken dan dat we prijzen moesten verhogen. Natuurlijk zijn bepaalde producten duurder geworden, maar ik heb niet het gevoel dat het algemene prijsniveau in onze winkel echt gestegen is. Er is veel heisa in de media geweest en ik vermoed dat supermarkten daar gretig gebruik van gemaakt hebben om stevige prijsverhogingen door te voeren. Je hebt natuurlijk de sterk stijgende brandstofprijzen die de koopkracht van de mensen aantast. Maar op dit moment merken wij ook nog niets in de bestedingen van onze klanten. Het feit dat de meerderheid van de klanten in een hogere inkomenscategorie zit is misschien een verklaring. We denken trouwens dat klanten die hier kopen en een wat lager inkomen hebben gewoon veel belang hechten aan de kwaliteit van onze producten en hun biologische oorsprong.”, geeft Cédric nog mee.

43


Voedingssupplementen >

België

NAREDI waarschuwt voor gevolgen van handel in niet-reglementaire supplementen In de herfst van 2007 startte het Federaal Voedselagentschap (FAVV) een controlecampagne in alle provincies van België. Doel van deze campagne is de sector van de voedingssupplementen beter af te bakenen en hen de Belgische wetgeving rond voedingssupplementen beter te laten naleven. De Federatie van de handel en nijverheid in Voedingsupplementen, natuur-, reform- en dieetwaren in België (NAREDI) heeft tekst en uitleg. De meeste controles vinden plaats in verkooppunten, maar leiden meestal ook tot een controle van de leveranciers van deze verkooppunten (fabrikanten en groothandels). Tijdens deze controlecampagnes controleert het FAVV of de Belgische wetgeving nageleefd wordt en meer bepaald of de leverancier bekend en geregistreerd is bij het FAVV en of er een notificatienummer van het Ministerie van Volksgezondheid voorzien is op de supplementen. Ook ziet men toe of de verpakking van het voedingssupplement en de daarop gedrukte gezondheidsclaims conform zijn met de wetgeving.

NAREDI vraagt het Federaal Voedselagentschap om hun inspecteurs beter te informeren omtrent de wetgeving. Zo worden onterechte inbeslagnames en proces-verbalen vermeden. Inbeslagnames Tijdens deze controles zijn er op diverse locaties (en met name in natuurvoedingswinkels) tal van producten in beslag genomen. In bepaalde gevallen was deze inbeslagname volledig gerechtvaardigd. Het ging dan meestal om supplementen die verboden stoffen bevatten of waarvan het vitaminegehalte de wettelijke norm overschreden. In andere gevallen deden de inspecteurs onrechtmatige inbeslagnames door een gebrek aan kennis van de wetgeving of een slechte interpretatie van deze wetgeving. Het ging dan om producten die wel over een notificatienummer beschikken en die volledig in regel waren met de wetgeving. De sector van voedingssupplementen, in België vertegenwoordigd door NAREDI, kwam tussen bij het FAVV en drong er op aan dat de controles voortaan rechtmatig zouden verlopen. FAVV heeft dit verzoek positief beantwoord en nam reeds maatregelen om de situatie te verbeteren.

Boetes van 25 tot 5000 euro Na de controles kregen bepaalde verkooppunten of bedrijven reeds een proces-verbaal met een voorstel tot een boete die varieerde tussen 25 euro en 5000 euro. NAREDI roept dan ook op dat overtredingen van de wetgeving rond supplementen ernstige financiële en administratieve sancties kan teweegbrengen. NAREDI benadrukt dat iedere partij in de verkoop van voedingssupplementen verantwoordelijk is voor de activiteiten die men uitoefent. Iedere persoon die voedingssupplementen importeert of verkoopt (natuurvoedingswinkel, supermarkt, apotheek, internetshop) is verantwoordelijk voor de producten die hij aan zijn klanten verkoopt, ook al is men geen producent van de supplementen. Men legt dus best de nodige voorzichtigheid aan de dag en controleert of de producten conform de wetgeving zijn en of ze voorzien zijn van een notificatienummer.

Iedereen in regel NAREDI rekent erop dat de controles van het Federaal Voedselagentschap alle spelers in de distributie van voedingssupplementen er toe aanzetten om zich in regel te stellen. Om de gevolgen van een controle te beperken moeten zowel de inspecteurs als de betrokken bedrijven hun verantwoordelijkheid nemen. NAREDI dringt er dan ook op aan dat zowel het Federaal Voedselagentschap (FAVV) als alle betrokken bedrijven de nodige maatregelen nemen en op de hoogte zijn van de wetgeving en ze naleven. Het negeren van de controles en de wetgeving zal duidelijk niet zonder gevolg blijven.


Natuurcosmetica >

Europa

Organic Retail - juni 2008

Geen dierproeven meer na 2009? In 2003 werd er een Europese wet uitgevaardigd die dierproeven voor cosmeticaproducten vanaf 2009 verbiedt. Vanaf 2013 mogen er ook geen op dieren geteste cosmeticaproducten van buiten de Europese Unie op de markt gebracht worden. Welke impact zal deze nieuwe wet hebben op de cosmeticamarkt, waar zullen producenten op moeten letten en wat voor impact heeft het op de biologische markt? Professor Rogiers, diensthoofd van de dienst toxicologie en dermato-cosmetologie bij de Vrije Universiteit Brussel volgde de totstandkoming van de wet op de voet en heeft haar bedenkingen bij de wet. Er blijken immers onvoldoende goedgekeurde alternatieve testmethoden klaar te zijn. Prof. Rogiers: “Op vandaag zijn er enkel alternatieven voor de korte termijntesten. Voor quasi alle locale en acute testen kunnen we een alternatief aanbieden, maar als het om lange termijntesten gaat, zoals toxiconetica (die de toxiciteit van stoffen op lange termijn test) en ontwikkelingstoxicologie, dan moeten we nog steeds beroep doen op dierproeven. Dat maakt het vanaf 2009 erg moeilijk om nieuwe ingrediënten te introduceren in de cosmetische wereld. De Europese markt zal op termijn terugvallen op het gebruik van oude ingrediënten en dat houdt gevaren in voor de markt. In eerste instantie zal er voor ontwikkeling, onderzoek en op termijn zelfs verkoop naar landen gevlucht worden buiten de EU en nadien zal er een zwarte markt ontstaan. Momenteel is de Europese cosmeticamarkt voorloper en wordt ze gevolgd door de Amerikaanse en de Japanse markt, maar dat zal vervallen wanneer deze markten meer bewegingsvrijheid zullen hebben dan hier. Europa zal eerder een buitenbeentje worden. De cosmeticamarkt berust immers bijna volledig op vernieuwing. Intern spreken we dan vooral over nieuwe bewaarmiddelen en zonnefilters, maar naar de klant toe wordt er vooral gewerkt met nieuwe werkingsstoffen. Ik vermoed dat producenten nu nog meer zullen communiceren dat hun product ‘vernieuwd’ is, terwijl er eigenlijk niets aan het recept veranderd zal zijn of als er gewoon een ander geurtje aanzit. Dat werkt een tijdje bij de gewone cosmetica-klant, maar mensen die er zich een beetje in verdiepen, zullen hun spulletjes laten overvliegen uit andere continenten. En zo’n zwarte markt valt slecht te controleren.”

Mondiale aanpak Prof. Rogiers: “Laat het duidelijk zijn dat ik niet pleit voor dierproeven. Er zijn genoeg bewijzen die laten zien dat dierproeven niet altijd ideaal zijn, maar het systeem is beproefd en heeft geen te grote ongelukken veroorzaakt. Aangezien de deadline voor de alternatieven op 2009 ligt, worden er nu in allerijl alternatieve testen op de markt gebracht die mijns inziens nog niet op punt staan en daarin schuilt een immens gevaar. Ik vrees dat er opnieuw moet gepraat worden over de wetgeving. Misschien moeten de stappen meer geleidelijk zijn en moet ervoor gezorgd worden dat Japan en Amerika eerst mee op de kar willen springen. Dat lijkt mij een meer constructieve oplossing. Er moet voor 2013 een oplossing verzonnen worden, anders zie ik veel cosmeticagiganten de rug keren naar Europa. De dierenrechtenorganisaties verwijten de sector een gebrek aan goede wil. Die is er echter wel, alleen duurt het soms erg lang voor

een alternatieve methode adequaat getest is en ingezet kan worden. Er zou tussen beide kampen een compromis moeten komen. Iets in de zin van: ‘We werken hard verder, maar geef ons nog wat tijd.”

Hoogtepunten uit de wettekst: “… de hoofddoelstelling blijft de bescherming van de publieke gezondheid…” “… artikel 7 vereist dat dierproeven vervangen worden door alternatieve methodes, wanneer zulke alternatieven bestaan en voldoende wetenschappelijk zijn…” “… Het aantal geteste dieren verminderen of het lijden van de dieren verminderen geldt NIET als alternatieve methode…” “… enkel alternatieve methodes die goedgekeurd werden door het ECVAM of de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OECD) komen in aanmerking…” “… afgewerkte cosmetica kunnen als veilig beschouwd worden naar aanleiding van de testen op hun ingrediënten…” … aangezien er nog geen alternatieven bestaan voor toxiciteit naar aanleiding van herhaalde dosis, voortplantingstoxiciteit en toxicokinetica, wordt de deadline voor deze alternatieven verlengd met maximum tien jaar…” “… de veiligheid van deze alternatieve testen zal voldoende gecommuniceerd worden naar andere continenten om te voorkomen dat de export van cosmetica verhinderd wordt…”

45


Het Europees Centrum voor de Validatie van Alternatieve Methodes (ECVAM) verwacht op korte termijn een voorstel voor een controle- en bestraffingssysteem. Dierenrechtenorganisaties sceptisch Ann Degreef van de Belgische dierenrechtenorganisatie Gaia uit dan weer andere bedenkingen: “We zijn tevreden met de wet zelf, maar we vrezen dat de marktspelers lobbyen voor extra uitstel. Jaarlijks worden er in Europa alleen zo’n 30.000 dieren gebruikt. Reken gerust zelf uit over hoeveel dieren het gaat bij verder uitstel. Bovendien zijn er op dit moment meer dan 8.000 ingrediënten geregistreerd als veilig. Waarom moet men perse blijven zoeken naar nieuwe ingrediënten? Als we bovendien meer werken met zachte, natuurlijke producten, zien wij geen gevaren. Wat wij vooral verwachten zijn correcte audits. Het gaat niet op dat sommige cosmeticaproducenten claimen dat ze dierproefvrij zijn, terwijl ze zich niet laten controleren. Het lijkt ons niet opportuun om nu nog te lobbyen om een audit verplicht te maken, want dan komt er zeker uitstel op de wet. We vragen dus aan de producenten om zich te laten contreren volgens de Humane Cosmetics Standard.” Ann Degreef: “De bewering dat de wet nadelig zal zijn voor onze cosmeticamarkt lijkt ons niet noodzakelijk te kloppen. Stellen dat de wet een gevaar inhoudt voor uitstroom naar Amerika of Japan is pleiten voor immobilisme. Bovendien vinden wij niet dat de Europese cosmeticamarkt op de achtergrond zal gedrongen worden, maar dat zij een voortrekkersrol inneemt voor humane cosmetica. We vinden het erg raar dat wetenschappers niet op de boot van de vernieuwing naar humane testmethodes springen, maar juist blijven houden aan conservatieve methodes die dierenleed inhouden. Die diertesten bleken trouwens in het verleden niet steeds extrapoleerbaar naar mensen toe. Er zijn genoeg voorbeelden van op dieren geteste producten die veilig bleken voor dieren, maar toch schadelijk voor de mens. Bovendien hebben we het gevoel dat we de sector tijd genoeg hebben gegund. De discussies is start gegaan in de jaren ‘80. We zijn nu 2008. De industrie heeft genoeg tijd gehad. ” Het Europees Centrum voor de Validatie van Alternatieve Methodes (ECVAM) verwacht op korte termijn een voorstel voor een controle- en bestraffingssysteem.

foto: Lyra Alves

Cosmetica in cijfertjes Dat de cosmeticabusiness een niet te onderschatten markt vertegenwoordigt, blijkt uit de volgende cijfers: < Gemiddeld spendeert een Europeaan zo’n 150 euro aan cosmetica per jaar. < De gemiddelde Europeaan heeft al 7 cosmetica-producten gebruikt voor hij ’s morgens de deur uitgaat < In Europa zijn er een 2000-tal cosmeticabedrijven, die samen goed zijn voor een omzet van 65 biljoen euro. Wereldwijd is de omzet 230 biljoen dollar. < Wereldwijd worden er jaarlijks 22000 nieuwigheden uitgebracht. 5000 daarvan werden in Europa ontwikkeld. < Per jaar worden er 5 biljoen cosmeticaproducten verkocht in Europa < 25% van de volledige omzet van een nieuw product wordt gehaald binnen de eerste 6 maanden na lancering. Vernieuwing is dus een key issue voor de cosmeticasector

De natuurcosmeticasector volgt alles op de voet, maar maakt zich weinig zorgen. Dierproeven worden immers over het algemeen al jaren niet meer toegepast bij deze cosmeticaproducenten. En dat wordt ook duidelijk naar de consument gecommuniceerd als onderdeel van de marketing. De mogelijkheid bestaat dat dit verkoopargument op termijn in het niets valt, omdat er in principe ook geen diertesten meer mogen gebruikt worden voor de gangbare producten. Maar dan steunt de biosector nog op jarenlange expertise in dit veld en vertegenwoordigt zij nog steeds de meest betrouwbare bron. Een nog duidelijker profilering van natuurcosmetica op andere vlakken dringt zich op en is perfect mogelijk, want een diertestvrij cosmeticum heeft nog steeds niet de eigenschappen die een biologisch of ecologisch natuurcosmeticaproduct heeft.


Organic Retail - juni 2008

Nieuwe producten Weleda: Hydraterende crème voor mannen Sinds kort zijn mannen mee op de cosmetische wagen gesprongen en zijn ze op zoek gegaan naar kwalitatieve huidverzorgende producten. Weleda’s antwoord daarop is de intensief verzorgende mannenlijn voor het gezicht, die onlangs een nieuwe telg mocht verwelkomen: de hydraterende crème voor mannen. De crème is makkelijk aan te brengen, zorgt voor een zachte en soepele huid, is talgregulerend en geschikt voor alle huidtypen, zelfs het meest gevoelige huidtype. Het belangrijkste actieve bestanddeel is de Heemstwortel, die volledig is afgestemd op de mannelijke huid en die deze kalmeert en hydrateert. Daarnaast voeden biologische sesam- en jojoba-olie de mannenhuid en beschermen carnauba en bijenwas ze voor aanvallen van buitenaf.

en zoete smaak. De plooizak beschermt tegen zuurstof en licht. Verkrijgbaar in 2 versies. Rauw: 100% natuur, 100% actieve enzymen of veredeld: thermisch ontbitterd maar niet geroosterd. Adviesverkoopprijzen: rauw: 8,45 €, veredeld: 7,95 €.

De Volle Maan: Biogeitenkaas met basilicumpesto De Volle Maan presenteert een vers biogeitenkaasje met biologische basilicumpesto. Het vers geitenkaasje wordt met de pollepel uit de wrongel geschept, wat garant staat voor een zachtere textuur. De combinatie van de geitenkaas met de groene basilicumpesto is ideaal als smeltkaas op een pastaschotel of op geroosterd brood.

De adviesverkoopprijs voor deze crème is 9,15 €.

Adviesverkoopprijs: 2,75 €

De Traay : Bee Natural, een nieuwe lijn lichaamsverzorgingsproducten

Lima: Crocks, rijstschips

De Traay pakt uit met een dubbele vernieuwing. De etiketten van de bodymilks krijgen een nieuwe stijl, waarbij de wereld van de imkerij wordt voorgesteld in haar natuurlijke eenvoud. Bovendien worden ze verpakt in handige pompflacons met doseerfunstie, die door het matte effect een frisse uitstraling hebben. Het gamma bodymilks wordt ook uitgebreid met 5 nieuwe soorten, die aangenaam geuren naar braam- en blauwe bes, honing, lavendel, olijf en citroen, patchouli, rozemarijn, rozen en tiare monoï. Het volledige gamma lichaamsverzorgingsproducten wordt bovendien uitgebreid met een bodybutter en een bodyscrub. De bodybutter biedt een intensieve verzorging voor droge en ruwe plekken. De bodyscrub pakt dan weer dode huidcellen voor een gladde, soepele en zachte huid. Beide producten worden geleverd in een handige pot met scharnierdeksel.

Lima lanceert een nieuw knabbelproduct, de rijst-maïs crocks met tomaat en basilicum, paprika of indian curry. De crocks zijn 100% biologisch en arm aan verzadigde vetzuren. Het vetgehalte van deze nieuwe snack ligt 70% lager dan die van traditionele chips. Leuk als je je kids een gezonde snack wil meegeven naar school of als je zelf een pick-me-up nodig hebt.

Adviesverkoopprijzen: bodymilk: 5,45 €, bodybutter: 8,75 € en bodyscrub: 8,95 €.

Aman Prana: Veredelde tarwekiemen Tarwekiemen zijn de essentie van het leven van de tarwekorrel. Vanuit de kiem ontstaat een nieuwe plant. Het is een opslagplaats van vitamines, mineralen, eiwitten, gezonde omega3/6/9, vezels en nog vele goede voedingsstoffen en anti-oxidanten zoals lecithine en alfa-liponzuur. Men kan ze in drank, muesli, soep, yoghurt, sausen, pasta, rijst, aardappelen en op groenten, salades en brood strooien (niet mee verhitten, achteraf toevoegen) of ze afzonderlijk eten. Ze geven gerechten een heerlijke

47

Adviesverkoopprijs: 0,99 €

Thylbert: Kiesjell Thylbert brengt een nieuwigheid op de markt die veelzijdig is en probiotisch: kiesjell ofte levend brood. Om kiesjell te bekomen worden volle graankorrels uit biologisch-dynamische landbouw kort gekookt en zacht geweekt, daarna met melkzuurbacteriën gefermenteerd en gemalen. Er ontstaat een geconcentreerd ‘levend brood’, dat je op verschillende manieren kunt gebruiken. Aangelengd met vruchtensap, water of melk fungeert het als ontbijt, maar ook als volledige maaltijd. De probiotische werking ervan stimuleert de gezondheid van de darmen. Kiesjell bevat alle essentiële aminozuren, vetzuren, mineralen, koolhydraten, enzymen, vitaminen en is vrij van allergenen (behalve gluten in gerst, rogge, spelt en haver). Adviesverkoopprijs: 1,48 €

47


Photo Jackie Borromeo • Concept Marathon 00 32 3 653 33 77

GLUTEN 0%

▲ Kokos vezels/meel weinig calorieën en platte buik

OMEGA-3/6/7/9

▲ Okinawa Omega-3/6/7/9 op basis van Perilla olie

AMAN PRANA SERENE LEVENSKRACHT ▲ Gezonde frietjes? Eenvoudig. Amanprana stelt u verschillende extra vierge oliën voor om te frituren, te bakken of te smeren: kokosolie, de mengelingen cocos+olive en cocos+olive+palm, evenals rode palm, rijk aan carotenen en vitamine E.

100% BIO - 100% vegetarisch info@noble-house.tk www.noble-house.tk tel 00 32 (0)3 653 25 41


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.