3 minute read
Uit de bron
HY VLOEKTE ALS EEN SCHEEPSTROMPETTER
EEN SATIRISCHE BRIEF UIT 1741 (1)
Advertisement
De verreezene Hollandsche Socrates, luidt de titel van een weekblad dat in 1741 dertig maandagse afleveringen heeft gekend. Later dat jaar verschenen ze ook gebundeld. Vermoedelijk zijn de bijdragen het werk geweest van een collectief. Ronduit hilarisch is de in briefvorm gestelde aflevering van 10 april, waarin een zekere A. D. E. vanuit Utrecht levendig verslag doet van de manier waarop een zeker collegium musicum een huiskamer onveilig weet te maken. De auteur is duidelijk een muziekkenner, en zijn schrijfstijl verraadt een Duitstalige achtergrond. In dit eerste van twee artikelen: het moeizame begin.
A. D. E. verhaalt hoe hij een uitnodiging heeft gekregen als luisteraar aanwezig te zijn, samen met een vriend, volgens hem geen gering kender en oeffenaar der Muzyk. De twee heren was een solooptreden van een virtuoze violist in het vooruitzicht gesteld. Het zal er niet van komen. Bij binnenkomst heerst in de kamer vooral chaos:
Ik verbeelde my zo als ik de Consert-Zaal intrad, in een Babilonische Raadsvergadering verscheenen te zyn: Vermits eenige der Heeren leeden het zodanig drok hadden met allerlei diskoerssen en redeneringen, andere met een aanvang te maken van hunne instrumenten te stellen en de overige zo veel præludiums en caprises maakten, dat ’er weinig acht wierd gegeven op alle de eerbiedige complimenten en strykkades, die ik by myn intreede deed.
Op zeker moment wordt A. D. E. door de geheele zwerm van Orpheus Zoonen, gewapend met Strykstokken, Dwarsfluiten, Hobois en Tabakspypen in een kring geslooten. Hij wordt bestookt met vragen en krijgt zelfs een keuring van twee violen in de maag gesplitst, de ene gebouwd door Steiner, de andere een Boumeester. De eigenaren raken bijna slaags, zo tevreden zijn beiden over hun eigen speeltuig. Net op tijd klinkt het signaal.
Silentium! Silentium! hou je lui daar wat stil! riep de Kapelmeester en eerste Violist, met een ontzagchlyke stem, die als een achtvoets-Orgel-trompet door de kamer klonk. Hier heb je de Conserten van … van … wagt een beetje, ik zal jou lui den Tytel eens voorlezen; daar op begon hy al hakkelende: Con … ser … ti … ei lieve snuit de Kaars eens, dat ’s immers geen fyn licht, want het brand zoo donker, dat men er niets by zien kan! laat zien! waar ben ik daar gebleven? ja: tot Amsterdam, chez Etienne Roger, Marchand en Musique. Heeren daar zal je lui wat Exellents hooren! dat ’s een neusje van een Zalm, daar je ooren op zullen vergasten.
Klaarblijkelijk staat op de lessenaar een editie gereed
TEKST /
Thiemo Wind
BEELD / Titelpagina De verreezene Hollandsche Socrates
van de Amsterdamse muziekuitgever Roger. Eerst moeten de instrumenten nog gestemd worden, wat tot een kakofonie en wonderlijke taferelen leidt. Snaar na snaar knalt, terwijl de cellist andere problemen heeft:
Hy vloekte als een Scheepstrompetter, en riep alle booze Geesten tot hulp, om de schroeven van zyn Bas, die telkens los sprongen, te doen stand grypen. Nu stond de eene Schroef niet, of de andere sprong weer los. Ondertusschen gebruikte hy, in die razerny, den hals van zyn violoncello tot een quispedoor, spoog en saliveerde het eene schroefgat in en ’t andere wederöm uit. Buiten twyffel was hy den gantschen avond onklaar geweest, ten zy hy door myn vriend niet was geholpen met een stukje kryt ’t geen die van de schoorsteenmantel nam en hem overreikte, om zyn schroeven te verstrammen. Eindelyk, na lang zukkelens, herstelden zich alle de partyen wederom in hunne voorige gelederen, rontsom de Lessenaar en by het Clavier; en nu door den Principalist gevraagt zynde: of sy alle gesteld en
Nicolaes Aartman (1713-1793), Interieur met musicerend gezelschap. Amsterdam, Rijksmuseum
klaar waren? wien met een eenparig ja! beantwoord wierd, ving men alle te gelyk aan ’t speelen.
Een van de musici veroorzaakt door zijn fysieke bewegingen zoveel luchtturbulentie, dat de bladzijden van de baspartij op het klavecimbel spontaan omslaan en de klavecinist, cellist en fagottist zich genoodzaakt voelen luid hou op! hou op! te schreeuwen. Intussen moet de altviolist met een boetveerdige troni bekennen dat hij een heel ander stuk aan het spelen was…
Het zesde Consert! Heeren! herhaalde de Primo Concertino & Principalissimo Violino-speelder. Waar na men op nieus te gelyk aanving met speelen.
(Wordt vervolgd.) ■●
Bron
De verreezene Hollandsche Socrates, ‘s-Gravenhage: Johannes de Cros, [1741], 113-120.