3 minute read

Evaluerend onderzoek

Evaluatie gerealiseerde grootschalige dynamiek

Rond 2010 maakten we kerven in de duinen tussen de infiltratiegebieden van Castricum en Kieftenvlak om het duin weer te laten stuiven. We monitoren het duin sindsdien, zodat we kunnen zien wat het effect ervan is. Op een gestandaardiseerde manier tellen we soorten en controleren we de grond op uitlopende wortels en opkomende begroeiing. In november 2021 en januari 2022 voerden we de metingen uit, nét voor de serie grote stormen die over ons land woedden. De conclusie: Op sommige plekken neemt de dynamiek af. Waarschijnlijk komt dit door een toename van de vegetatie die het zand vasthoudt. Op andere plekken is de dynamiek juist toegenomen. Hier doet de wind haar werk en is vrijwel geen nabeheer meer nodig.

Monitoring amfibieëntrek Binnenduin - Polder

Ons Smart Tech Team heeft in samenwerking met de provincie een camera ontwikkeld voor faunapassages. En de eerste beelden van de paddenvoorzieningen tussen het binnenduingebied en de polder zijn veelbelovend.

Verwijderen bebossing effectief voor soortenrijkdom

Geen boom in ons natuurgebied verdwijnt ‘zomaar’, zonder een plan en zonder dat erover nagedacht is. De bossen die tot nu toe gekapt zijn, stonden westelijk in het duingebied. Door felle wind, verstuiving en zoutspray vanuit zee zijn deze westelijke locaties van nature minder geschikt voor bosgroei. Toch staat er hier en daar bos, doordat dit ooit als productiebos of anti-stuifmaatregel is aangelegd. Door op die plaatsen bos te verwijderen en opnieuw open te maken, helpen we de natuur in de omvorming naar soortenrijke, kenmerkende en oorspronkelijke open duingraslanden. Deze open duingraslanden slaan op hun beurt overigens ook weer CO2 op.

Rond 2010 zijn op ruim twintig locaties in het Noordhollands

Duinreservaat langs en verdeeld over de bosranden bomen gekapt. Dit levert ‘Zonnige Zomen’ op: een meer geleidelijke overgang van bos naar ander gebied. Daardoor kunnen zonlicht en neerslag beter doordringen, waardoor een microklimaat ontstaat. Een geschikt milieu voor duingraslandvegetaties, reptielen en dagvlinders. Ook wordt de landschapsbeleving voor het recreërende publiek verhoogd. Uit onderzoek in 2022 blijkt dat het gewenste aantal aandacht- en doelsoorten nu allemaal –en soms zelfs drie keer zo vaak – vertegenwoordigd zijn in de zomen.

We houden gebieden waar we bebossing hebben verwijderd goed in de gaten. Dit levert resultaten op over projecten die soms lang teruggaan. Over de bosomvorming bij de Meeuwenlekken bij Bergen aan Zee, bijvoorbeeld. Hier inventariseerden we de soortenrijkdom na het in 2001 verwijderen van een perceel niet-inheemse Corsicaanse dennen. Het ontstane open duin heeft tijd nodig gehad om zich te ontwikkelen, maar is inmiddels uitgegroeid tot een gebied met veel open duin soorten. Een bijzondere aangetroffen soort is de kleine mierspin; een zeer zeldzaam spinnetje dat zich slechts op een paar plekken schuilhoudt en die nieuw was voor het Noordhollands Duinreservaat. De komst van deze mooie soort sluit aan bij de conclusie dat de natuur met een klein beetje hulp uit zichzelf weer gezond en sterk wordt.

Vooronderzoek effect verwijderen bebossing

Lange Vlak

Rondom het Lange Vlak in het Noordhollands Duinreservaat gaan we twee stukken bos van in totaal 16,2 hectare verwijderen om zodoende meer ruimte te creëren voor de ontwikkeling van open duin en grijze duinen en om kleinschalige verstuiving te stimuleren. Het open maken van het duin zorgt voor een toename in windsnelheid en van de zoutspray in de vallei die nu grotendeels in de luwte van het bos ligt. We voerden een nulmeting uit om uiteindelijk te bepalen of dat doel gehaald is. Die metingen zijn ver voor de verwachte verwijdering van bebossing gestart. Erna voeren we nog twee jaar metingen uit. Door de data te vergelijken, krijgen we meer inzicht in het effect van de maatregelen.

2.2 ONDERZOEK

2. ONZE VERANTWOORDELIJKHEID

3. UITVOERING IN 2022/2023

Plagproject in de Bokkedoorns

In het gebied de Bokkedoorns hebben we jarenlang water gewonnen. In 2002 stopten we hiermee, waardoor het betreffende stuk duingebied weer kon vernatten. Een onderdeel van het aanvullende natuurherstelplan was het plaggen van duinvalleien. Sindsdien zetten we ook begrazing in in de vorm van wisenten en koninkpaarden, en maaien we waar nodig. In 2022 keken we terug op de beheermaatregelen van de afgelopen vier jaar. We kunnen daaruit concluderen dat het gevoerde begrazingsbeheer tot positieve ontwikkelingen leidt en kan worden voortgezet.

Een Mijlpaal Voor De Wisent In De Nederlandse Natuur

Het grootste zoogdier van Europa heeft inmiddels vijftien jaar een thuis in het Nationaal Park Zuid-Kennemerland. In 2007 werden de eerste drie wisenten uit Polen uitgezet in het Kraansvlak. Een jaar nadat de eerste drie wisenten arriveerden, kwamen er nog drie Poolse wisenten bij. Sindsdien plant de kudde zich op een natuurlijke wijze voort en worden er bijna elk jaar kalfjes geboren. De afgelopen vijftien jaar bestudeerden meer dan zestig studenten uit Nederland en andere Europese landen de wisentecologie in het duin, onder begeleiding van een wetenschappelijke commissie. Ook is er nauw contact en kennisuitwisseling tussen Nederlandse en Europese wisentgebieden en met onderzoeksorganisaties. Uit deze onderzoeken is gebleken dat de vier doelen van de pilot nagenoeg allemaal zijn behaald. Dit betreft het tegengaan van vergrassing en dichtgroeien van het duin, het behoud van de wisent als Europese wilde soort, kennis en ervaring opdoen over wisenten bij beheer, ecologie en interactie met andere grazers en recreanten, en herintroductie van deze soort in Nederland.

This article is from: