6 minute read

Van kern naar kern langs de HOV-lijn Leuven-Diest

Next Article
Het kernenkompas

Het kernenkompas

In het vorige magazine kon je al lezen hoe gemeenten in de regio Leuven verschillende gebiedsagenda’s goedkeurden. In de stadsregio Leuven en langs de corridors tussen Leuven en Diest, Leuven en Tervuren en Leuven en Zaventem legden gemeenten gezamenlijke ambities vast. Ze zullen in de toekomst samen kernversterking en mobiliteit zo goed mogelijk op elkaar afstemmen. Ondertussen zetten we de volgende stappen. We zoomen in dit artikel graag in op de corridor tussen Leuven en Diest.

In verschillende kernen langs die route, waar een hoogwaardige openbaarvervoerlijn gepland is (HOV), beweegt er een heleboel. Dankzij het raamcontract met BUUR kan Regionet Leuven zelf een reeks onderzoeken uitvoeren. Ook gemeenten maken, met eigen financiering, gebruik van dat raamproject voor deelonderzoeken op hun grondgebied. Dat wordt aangevuld met financiering uit andere subsidies, zoals onder andere de ‘Lokale Ruimte Trajecten’ uitgeschreven door de Provincie Vlaams-Brabant. Ook de gemeenten zelf doen waar nodig een duit in het zakje.

Advertisement

4 PILOOTPROJECTEN

KOP VAN KESSEL-LO

Wat is de situatie? De Kop van Kessel-Lo is de eindhalte voor de hoogwaardige openbaarvervoerlijn tussen Diest en Leuven. Op dit moment is de verkeerssituatie tussen de bouwblokken aan de Diestsesteenweg, de Ijzerenwegstaat en de Oude Diestsesteenweg nog erg onveilig. Er is geen goede aansluiting met het station van Leuven vlakbij.

Wat is de bedoeling? Door twee bestaande bouwblokken te slopen, krijgt duurzaam vervoer (onder andere drie fietssnelwegen en een

vrije busbaan) meer ruimte en een betere connectie met het station. Ook de aansluiting met de Leuvense Ring verbetert. Meer groen zal ook een buffer vormen voor warme dagen, de omgeving aangenamer maken en de luchtkwaliteit verbeteren. Eventueel komt er ruimte voor een nieuwbouw voor kleinschalige voorzieningen, kantoren en/of betaalbaar wonen.

Stand van zaken: De stad Leuven en het Vlaams Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) onderhandelen over de verwerving van de panden. Indien nodig worden er panden

onteigend, wat natuurlijk met de nodige zorgvuldigheid gepaard moet gaan. De stad Leuven schreef ook een opdracht uit voor ontwerpers om een geïntegreerde ruimtelijke strategie en masterplan op te maken voor de ruimere omgeving (de knoop van Kessel-Lo).

Wat is de rol van Regionet Leuven? In voorbije jaren toonde Regionet Leuven de noodzaak aan van deze ontwikkeling via onderzoek. We zochten naar draagvlak en consensus om te beslissen. Nu volgen we het project op vanuit de zijlijn.

KNOOPPUNT BUURTSPOORWEGEN

Wat is de situatie?

Het Autonoom Gemeentebedrijf AGSL wil haar gronden langs de Meikeverstraat ontwikkelen. De ruimte die de Delhaize op deze plaats inneemt, zou efficiënter benut kunnen worden.

Wat is de bedoeling?

Door bovenop de Delhaize woningen te voorzien, kan de bestaande natuur op de gronden van AGSL behouden blijven. Op die manier kunnen we het knooppunt ontwikkelen zonder alles vol te bouwen. Een inrichtingsplan geeft vorm aan de omgeving van de toekomstige halte van de HOV-lijn op de Diestsesteenweg. Het omvat onder meer het oude station van de Buurtspoorwegen (nu onderhoudscentrum van De Lijn), de toekomstige woonontwikkeling van AGSL en de Delhaize.

Stand van zaken

Er wordt een inrichtingsplan opgemaakt. Op basis daarvan start dan de opmaak van het RUP.

Wat is de rol van Regionet Leuven?

Het studiewerk van Regionet Leuven hielp om deze plek aan te duiden als centrumgebied binnen de kern van Kessel-Lo. Het onderzoek naar de toekomstvisie kwam tot stand dankzij het raamcontract met BUUR.

KRAASBEEK

Wat is de situatie?

Kraasbeek is een kern in Tielt-Winge met weinig voorzieningen. In de toekomst komt er een HOV-halte.

Wat is de bedoeling?

We onderzochten wat de mogelijkheden zijn op deze plek. Is het een goed idee om nieuwe functies aan de halte in Kraasbeek een plek te geven? En hoe verbinden we de HOV-halte met de grotere kern van Tielt die een kilometer verder van het traject ligt?

Stand van zaken

De studie is afgerond en biedt een actieplan waar de gemeente nu mee aan de slag kan. Er is een gedeeltelijke herbestemming nodig; de gemeente start een RUP op.

Wat doet Regionet?

Via een ‘Lokaal Ruimtetraject’- project zocht Regionet Leuven samen met de gemeente de mogelijkheden uit. Ook voor de opmaak van het RUP doet Tielt-Winge beroep op het raamcontract van Regionet Leuven.

BEKKEVOORT

Wat is de situatie?

Op dit moment zijn de meeste voorzieningen in Bekkevoort te vinden langs de N2. Er is nood aan nieuwe voorzieningen zoals een polyvalente zaal. De huidige basisschool is verouderd. Op een terrein met een brasserie en een feestzaal wil de eigenaar nieuwe woningen bouwen.

Wat is de bedoeling?

Om de bestaande en nieuwe voorzieningen beter te clusteren, wil de gemeente ze samenbrengen op een strategische site achter de kerk. Er komt onder andere een nieuwe basisschool en een polyvalente zaal. Door dit op een doordachte manier te combineren met groen en woonvoorzieningen, wil de gemeente zorgen voor een aangenamere dorpskern langs de HOV-halte.

Stand van zaken

Met de opmaak van het masterplan Bekkevoort was de gemeente een van de eersten die in de boot stapte van Regionet Leuven. Voor het masterplan is een herbestemming en dus een RUP noodzakelijk. Een deel van de ingenomen ruimte moet planologisch worden gecompenseerd.

Wat doet Regionet Leuven?

Via een ‘Lokaal Ruimtetraject’- project onderzocht Regionet Leuven samen met de gemeente de financiële kosten en baten van het RUP met planbaten en planschade, en de nodige grondaankopen en -verkopen. Hieruit wordt ook duidelijk welk RUP financieel haalbaar is.

MET STEUN VAN DE PROVINCIE

De provincie Vlaams-Brabant kende in 2018 250.000 euro toe aan vernieuwende projecten van 10 gemeenten om hun dorpskernen kwalitatiever te maken en hun ruimtegebruik te verbeteren.

Het project ‘Lokale Ruimte Trajecten’ van de provincie ondersteunt gemeenten die inzetten op kernversterking, door o.m. te kiezen voor concentratie in plaats van spreiding, in te zetten op openbare en zachte mobiliteit, de historische relaties met het landschap te herstellen of oog te hebben voor dagelijkse voorzieningen kort bij huis. De pilootprojecten moeten leiden tot concrete realisaties en andere lokale besturen inspireren tot gelijkaardige initiatieven.

We ondersteunen de gemeenten in het opzetten van pilootprojecten die via vernieuwende strategieën en ingrepen onderzoeken wat écht werkt om ons ruimtegebruik te optimaliseren en onze dorpskernen kwalitatiever te maken. Met deze pilootprojecten willen we een aantal instrumenten, strategieën en ingrepen testen in de praktijk. Daar willen we zelf uit leren om het toekomstige provinciale ruimtelijk beleid beter af te stemmen op de haalbaarheid.’

Ann Schevenels, gedeputeerde voor ruimtelijke planning, Provincie Vlaams-Brabant

This article is from: