AUTHORITY ANALYSE VAN HET
S TA D H U I S Deel B
INHOUDSOPGAVE
DEEL A Voorwoord
Ruurd Roorda
Inhoudsopgave
A-5 A-6
Inleiding
Wouter Hilhorst
A-8
500 - 400 v.Chr.
Athene
Reinier Simons
A-19
1298 - 1532
Florence
Wieger Meijer
A-97
1448 - 1459
Gouda
Koen Hintzen
A-187
1648 - 1655
Amsterdam
Roland van Deelen
A-255
1886 - 1897
Hamburg
Rene Heuvelink
B-7
1911 - 1923
Stockholm
Ruud Heynen
B-125
1924 - 1931
Hilversum
Arjen Simonse
B-265
1936 - 1942
Heerlen
Jelmer van der Ploeg
C-7
1964 - 1968
Arnhem
Rick Melchers
C-81
2008 - 2009
Bronckhorst
Bas Kikkers
C-177
2009 - 2011
Nieuwegein
Danny Schoester
C-259
DEEL B
DEEL C
DEEL D
4
Onderzoeksvergelijking
D-6
Essays
D-36
Begrippenlijst
D-118
DEEL A
Athene, 500 - 400 v.Chr. p. 19
Florence, 1298 - 1532 p. 97
Gouda, 1448 - 1459 p. 187
DEEL B
Hamburg, 1886 - 1897 p. 7
Stockholm, 1911 - 1923 p. 125
Hilversum, 1924 - 1931 p. 265
DEEL C
Heerlen, 1936 - 1942 p. 7
Arnhem, 1964 - 1968 p. 81
Bronckhorst, 2008 - 2009 p. 177
Amsterdam, 1648 - 1655 p. 255
Nieuwegein, 2009 - 2011 p. 259
5
HAMBURG
7
HAMBURG, 1897
RenĂŠ Heuvelink
In het Hamburgse stadhuis is de regering van Hamburg gevestigd. Hanze und Freiestadt Hamburg is de op een na grootste deelstaat van Duitsland. Hamburg was tot 1868 een soevereine staat en tot 1881 economisch onafhankelijk binnen de Duitse Bond. De grote stadbrand van 1842 in Hamburg was de aanleiding voor de bouw van een nieuw stadhuis. Tijdens de stadsbrand is het voormalige stadhuis van Hamburg volledig afgebrand. Een belangrijk gebouw in het centrum dat de stadsbrand van 1842 heeft overleefd, is de Kamer van Koophandel. Hieraan grenzend zou het nieuwe stadhuis moeten verrijzen. Beide gebouwen zouden het hart van de herrezen stad vormen. Voor het ontwerp werden prijsvragen uitgeschreven. Geen van alle inschrijvingen maakten kans om uitgevoerd te worden. De totale voorbereiding voor de bouw van het nieuwe stadhuis heeft 55 jaar geduurd. Uiteindelijk heeft architect Martin Haller van het stadhuisontwerp zijn levenswerk van gemaakt. In 1880 was het ontwerp na een lange periode van discussie tussen bevolking, regering en Martin Haller het ontwerp af. Het eindresultaat was een symmetrisch gebouw met een 111 meter brede voorgevel en een centraal gepositioneerde 112 meter hoge toren. Bijna 4000 houten palen in de moerassige bodem ondersteunen het 647 ruimtes tellende monumentale stadhuis. De totale bouwkosten bedroegen 11 miljoen Goldmark. Het ontwerp van het stadhuis bleef onderhevig aan discussie. bij zowel de bevolking als regering. Tijdens de bouw zijn vele aanpassingen aan het ontwerp verricht. Zelfs na de oplevering in 1897 werden, zonder akkoord van de
Bronnen Bargen S. & Zapf M. (2012) Das Hamburger Rathaus: Ellert & Richter Verlag 1
Afbeelding: http://commons.wikimedia.org/wiki/File:Hamburger_Rathaus_von_St-Petri.jpg
architect, nog veranderingen doorgevoerd. Dit was de reden dat Martin Haller na de oplevering het stadhuis, zijn levenswerk, nooit meer heeft bezocht. Zowel het exterieur als het interieur van het stadhuis zijn rijkelijk gedecoreerd. Zo toont het stadhuis de rijkdom en welvaart van de stad en deelstaat Hamburg. 1
N
Situatie 1895 1:10000
10
Hamburg
en Nemetschek-studentenversie
N 10
20
50
100 meter
Situatie 1:2000
Basistekeningen
11
BASISTEKENINGEN
Ruimtenummering Kelder 1 Grundsteinkeller 2 Schankkeller 3 Rose 4 Toilet 5 Eetzaal 6 Keuken
12
Hamburg
Begane grond 7 Torenhal 8 Diele 9 Schankkeller 10 Rose 11 Toilet 12 Kantoor 13 Eetzaal 14 Voorportaal 15 Wacht 16 Rijksarchief
Verdieping 1 17 Voorkamer 18 Raadzaal 19 Fractie-kamer 20 Toilet 21 Feestkeuken 22 Bürger-Saal 23 Kaisersaal 24 Rathaussaal 25 Turmsaal 26 Bürgermeistersaal 27 Waisenzimmer 28 Senaatstrappenhuis 29 Phönix-Saal 30 Kleine vergaderruimte 31 Burgemeesterskantoor 32 Spreekkamer 33 Bestuurskamer 34 Senaat Kanselarij 35 Kamer van Koophandel
B' 5 6
A
A'
1
2
4
4
B'
3
5
10
20 meter
N
1 2
Kelder 1:500
Basistekeningen
13
15
14
B'
14
13
11
A
9
16
8
11
11 12 11
7
B'
10
12
Begane grond 1:500
14
Hamburg
12
A'
35
21
B'
34
19
20
32 20
32
A
18
17
24
28
A'
33
32 22
23
26
27
29 30
20
31
25
31
B'
19
5
10
20 meter
N
1 2
Verdieping 1 1:500
Basistekeningen
15
Voorgevel 1:500
16
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Linkergevel 1:500
Basistekeningen
17
Achtergevel 1:500
18
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Rechtergevel 1:500
Basistekeningen
19
entenversie
Doorsnede A-A 1:500
20
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Doorsnede B-B 1:500
maakt met een Nemetschek-studentenversie
Basistekeningen
21
STADSNIVEAU
CONTEXT
Het stadhuis van Hamburg is in midden van het centrum van de stad gesitueerd. Ten zuiden van het centrum stroomt de rivier de Elbe en in het noordoosten stroomt de Alster de stad binnen. De skyline van Hamburg wordt gedomineerd door vijf kerktorens en de toren van het stadhuis. De voorgevel van het stadhuis grenst aan het marktplein. Het stadhuis biedt uitzicht over de Binnenalster. In het stadhuis is de wetgevende en uitvoerende macht gevestigd. De Rechterlijke macht is buiten het centrum in het gebouw van justitie gevestigd.
Stadhuis Kerkelijke instanties Andere overheidsinstanties Internationale instanties Overige bebouwing Water
22
Hamburg
N 50
100
200
500 meter
Stadsniveau
Context
23
MORFOLOGIE
CONTEXT
Het verloop van het stratenpatroon en het water bepalen de bebouwingsgrenzen. De openbare ruimte om de publieke gebouwen zoals het stadhuis, de Kamer van Koophandel en de Petrikirche is ruimer opgezet. Deze gebouwen zijn op of aan pleinen gesitueerd. De grachten in de binnenstad vormen een verbindend element tussen de Binnenalster en de rivier de Elbe.
Analyse
24
Hamburg
Gemaakt met een Nemetschek-studentenversie
Gemaakt met een Nemetschek-studentenversie
Gebouwen
Infrastructuur
Water
Gemaakt met een Nemetschek-studentenversie
Morfologie
Context
25
PROFIELDOORSNEDE
CONTEXT
Het meest opvallende element in de profieldoorsnede is de toren van het stadhuis. De 112 meter hoge toren steekt ver boven de bebouwing in de omgeving uit. De hoogte van het overige volume van het stadhuis ligt vrijwel in lijn met de omringende bebouwing. De doorsnede toont de ruimte dat het marktplein biedt aan de voorgevel van het stadhuis en het binnenhof aan de achterkant, tussen het stadhuis en de Kamer van Koophandel. Twee relatief smalle straten omsluiten het stadhuis aan beide zijkanten.
Aanzicht Snede
26
Hamburg
aakt met een Nemetschek-studentenversie
5
10
20
50 meter
Profieldoorsnede 1:1000
Context
27
TOEGANG
CONTEXT
De hoofdingang van het stadhuis bevindt zich centraal aan de voorgevel, in de toren. De hoofdingang is direct vanaf het marktplein toegankelijk.
Primaire toegang
28
Hamburg
N 10
20
50
100 meter
Plattegrond 1:1000
t een Nemetschek-studentenversie
Context
29
NOLLI
CONTEXT
Van bebouwing in de omgeving van het stadhuis is bekend dat de Kamer van Koophandel en de Petrikirche in 1897 voor een groot deel toegankelijk waren voor de bevolking. De Kamer van Koophandel grenst aan de zuidoostkant aan het stadhuis. De Petrikirche bevindt zich ten oosten van het stadhuis. De Diele op de begane grond van het stadhuis is openbaar toegankelijk en het overige deel van de begane grond van het stadhuis is privĂŠ domein.
Openbaar Privaat
30
Hamburg
N 10
20
50
100 meter
Plattegrond 1:2000
t een Nemetschek-studentenversie
Context
31
TYPE RUIMTE
CONTEXT
Aan de voorgevel van het stadhuis grenst het marktplein. Het stadhuis wordt aan beide zijkanten ingesloten door twee straten. Aan de achterkant van het stadhuis is een binnenplein gesitueerd, die vanaf de straten aan de zijkant bereikbaar zijn. Het stratenpatroon vormt de begrenzing van de bebouwing. Rondom de Petrickirche is de openbare ruimte vormgegeven door een plein.
Plein Tuin Binnenplaats Straat Groen
32
Hamburg
N 10
20
50
100 meter
Dakaanzicht 1:2000
t een Nemetschek-studentenversie
Context
33
VOLUME
EXTERIEUR
De toren van het stadhuis is centraal aan de voorgevel gepositioneerd. De verdeling van de hoofdonderdelen binnen het stadhuis worden benadrukt door de compositie van de daken. In het linker gedeelte van het stadhuis (zuidkant) bevindt zich de wetgevende macht en in het rechter deel (noordkant) de uitvoerende macht. Aan de voorgevel, links en rechts naast de toren, zijn de feestzalen gepositioneerd en onder het grote dak midden achter de toren de bevinden zich de grote feestzaal en de Diele. Het stadhuis is door twee rechthoekige volumes met de achterliggende Kamer van Koophandel verbonden.
34
Hamburg
Isometrie 1:1000
Exterieur
35
TOEGANG
EXTERIEUR
De hoofdingang van het stadhuis is aan het marktplein gesitueerd en is direct vanaf het plein toegankelijk. Via deze ingang worden de bezoekers naar de Diele geleid. Aan de zijkant van het gebouw biedt een secundaire ingang toegang tot de opslagkelders ter behoeve van de bevoorrading. Twee smalle steegjes verbinden de straat met het binnenhof aan de achterzijde van het stadhuis. Aan deze steegjes zijn de personeelsingangen gesitueerd. Aan het binnenhof bevinden zich de trouwingang en de ingang die gebruikt bij de ontvangst van speciale gasten.
Secundaire toegang Primaire toegang
36
Hamburg
5
10
20 meter
N
1 2
Begane grond
et een Nemetschek-studentenversie
Exterieur
37
DREMPEL
EXTERIEUR
De hoofdentree lig terug in de gevel. De deur zelf bestaat uit een ijzeren frame waardoor het interieur van de torenhal van buiten zichtbaar is. Het binnenhof aan de achterkant, waar de secundaire ingangen aan grenzen, zijn vanaf de straat bereikbaar door twee smalle doorgangen in de zijgevels. In de doorgangen zijn twee verscholen peroneelsingangen gesitueerd. Dit zijn massief houten gesloten deuren. De trouwingang aan de zijkant van het binnenhof bestaat uit een massief houten gesloten deur. De ingang centraal gepositioneerd in de achtergevel, achter de arcade is via een trap bereikbaar. Deze ingang wordt gebruikt bij de ontvangst van speciale gasten en biedt toegang tot de Diele.
Zachte overgang Harde overgang
38
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
N
een Nemetschek-studentenversie Begane grond
Exterieur
39
GEVELCOMPOSITIE - TRANSPARANTIE
EXTERIEUR
Het stadhuis bezit een groot aantal ramen met relatief kleine glas oppervlakken. Het daglicht wordt hierdoor evenredig verdeeld over de ruimtes die aan de gevel gesitueerd zijn, zoals de feestzalen, raadzaal, vergaderkamers, burgermeesterskamer en kantorruimtes. De bestuurskamer ligt niet aan de gevel, maar ontvangt daglicht van boven, via het dakraam. In de kelder treedt het daglicht toe door de onderste rij ramen in de gevel.
Transparant
40
Hamburg
en Nemetschek-studentenversie
1 2
5
10
20 meter
Voorgevel 1:500
Exterieur
41
rsie
Linkergevel 1:500
42
Hamburg
Transparant
etschek-studentenversie
1 2
5
10
20 meter
Achtergevel 1:500
Exterieur
43
Transparant
44
Hamburg
hek-studentenversie
1 2
5
10
20 meter
Rechtergevel 1:500
Exterieur
45
GEVELCOMPOSITIE - REPETITIE
EXTERIEUR
Het stadhuis wordt gekenmerkt door veel elementen die herhaaldelijk voorkomen in het gevelbeeld. De meest opvallende elementen die veelvuldig in het ontwerp te zien zijn, zijn de ramen van de kelder en begane grond in de plint van het gebouw, de timpanen, pilasters en ramen op de 1e verdieping, de ramen op de 2e verdieping en de dakkapellen. Daarnaast zijn varianten in groottes en versieringen van deze elementen te herkennen in het ontwerp van de gevel. De balkonnen en dakranden van het stadhuis worden in elke gevel door dezelfde kenmerkende elementen ondersteund. De balkonnen, vensters en dakkapellen op de toren worden aan elke zijde gerepeteerd.
Elementen toren Raamelement 2e verdieping Kleine dakkapellen/raamelementen linkergevel Raamelementen 1e verdieping/raamelementen achtergevel Raamelementen begane grond/beelden 1e verdieping Grote dakkapellen
46
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Voorgevel 1:500
Exterieur
47
ntenversie
Elementen toren Raamelement 2e verdieping Kleine dakkapellen/raamelementen linkergevel Raamelementen 1e verdieping/raamelementen achtergevel Raamelementen begane grond/beelden 1e verdieping Linkergevel 1:500
48
Hamburg
Grote dakkapellen
en Nemetschek-studentenversie
1 2
5
10
20 meter
Achtergevel 1:500
Exterieur
49
Elementen toren Raamelement 2e verdieping Kleine dakkapellen/raamelementen linkergevel Raamelementen 1e verdieping/raamelementen achtergevel Raamelementen begane grond/beelden 1e verdieping Grote dakkapellen
50
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Rechtergevel 1:500
Exterieur
51
GEVELCOMPOSITIE - RITME
EXTERIEUR
Zoals bij het volume beschreven is, tonen de verschillende volumes de scheiding van functies binnen het stadhuis. Deze aparte volumes bezitten elk over hun eigen ritme. De te onderscheiden ritmes zijn ter plaatse van de feestruimten aan de voorgevel, de raadzaal aan de linkergevel, de feestzaal aan de achtergevel en de spreekkamers bij het uitvoerende gedeelte in de rechtergevel. Op de meeste plaatsen loopt dit ritme van maaiveld tot en met het dak. Alleen in de achtergevel en in de toren is een secundair ritme in de elementen van de gevel zichtbaar. In de achtergevel heeft een deel van het ritme alleen betrekking op de dakkapellen.
Secundair ritme Primair ritme
52
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Voorgevel 1:500
Exterieur
53
Secundair ritme Linkergevel 1:500
54
Hamburg
Primair ritme
1 2
5
10
20 meter
Achtergevel 1:500
Exterieur
55
Secundair ritme Primair ritme
56
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Rechtergevel 1:500
Exterieur met een Nemetschek-studentenversie
57
GEVELCOMPOSITIE - SYMMETRIE
EXTERIEUR
Het gebouw is in renaissance stijl ontworpen en wordt gekenmerkt door veel symmetrie. De voorgevel is zonder uitzondering volledig symmetrisch. Hierbinnen zijn een aantal deelsymmetrieĂŤn te onderscheiden. De volumes op de hoeken, de volumes tussen de hoeken en de toren en de toren zijn symmetrische elementen. De linkergevel is net als de rechtergevel op zichzelf wel symmetrisch. Maar beide gevels verschillen onderling echter van elkaar. Ook de achtergevel is symmetrisch. Echter is dit de enige gevel waarin een aantal uitzonderingen zichtbaar zijn. De ramen ter plaatse van de opgang aan de rechterkant hebben een andere verdeling dan de ramen aan de opgang aan de linkerkant.
Symmetrie Symmetrie Uitzondering
58
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Voorgevel 1:500
Exterieur
59
Symmetrie Symmetrie Voorgevel 1:500
60
Hamburg
Uitzondering
metschek-studentenversie
1 2
5
10
20 meter
Linkergevel 1:500
Exterieur
61
Symmetrie Symmetrie Achtergevel 1:500
62
Hamburg
Uitzondering
1 2
5
10
20 meter
Achtergevel 1:500
Exterieur
63
Symmetrie Symmetrie Uitzondering
64
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Rechtergevel 1:500
kt met een Nemetschek-studentenversie
Exterieur
65
MATERIALISATIE GEVEL
EXTERIEUR
De meest dominante gevelmaterialen zijn graniet, kalkzandsteen, brons, koper en ijzer. De basis van het gebouw wordt gevormd door een plint van kalkzandsteenblokken. De gevel van de bovenliggende verdiepingen is opgetrokken uit graniet. Het dak en de versieringen op de nok zijn vervaardigd van koper. De meeste beelden die in de gevel van het gebouw staan zijn gemaakt van brons. De sierlijk gevlochten railingen zijn vervaardigd van ijzer.
Koper Graniet Brons Kalkzandsteen IJzer
66
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Voorgevel 1:500
Exterieur
67
entenversie
Koper Graniet Brons Kalkzandsteen Linkergevel 1:500
68
Hamburg
IJzer
1 2
5
10
20 meter
Achtergevel 1:500
Exterieur
69
Koper Graniet Brons Kalkzandsteen IJzer
70
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Rechtergevel 1:500
aakt met een Nemetschek-studentenversie
Exterieur
71
ORNAMENTEN
EXTERIEUR
Het gebouw is rijkelijk gedecoreerd met versieringen en beelden. Deze elementen tonen de rijkdom en welvaart van Hamburg. Een aantal beelden dienen puur ter verfraaiing van het stadhuis. Daarnaast bezit het stadhuis over een aantal beelden met een politieke betekenis, zoals de 20 beelden van keizers tussen de ramen aan de voorgevel. De levensgrote bronze standbeelden tonen de verbondenheid van Hamburg met het Duitse rijk. De belangrijkste keizers zijn op de ereplaatsen links en rechts van de toren gepositioneerd, dit zijn beelden van Karl der Grosse en Friedrich Barbarossa. Boven de ramen van de voorgevel ter hoogte van de 1e verdieping beelden 28 beeldhouwwerken maatschappelijke beroepen uit. Op de toren prijkt het beeld van het wapen van Hamburg. De Phoenix op de toren verwijst naar de grote stadsbrand van 1842.2
Bronnen Bargen S. & Zapf M. (2012) Das Hamburger Rathaus: Ellert & Richter Verlag 2
Functionele verfraaiing Ornament
72
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Voorgevel 1:500
et een Nemetschek-studentenversie
Exterieur
73
chek-studentenversie
Functionele verfraaiing Linkergevel 1:500
74
Hamburg
Ornament
en Nemetschek-studentenversie
1 2
5
10
20 meter
Achtergevel 1:500
Exterieur
75
Functionele verfraaiing Ornament
76
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Rechtergevel 1:500
et een Nemetschek-studentenversie
Exterieur
77
ONDERDELEN VAN HET STADHUIS
EXTERIEUR
Van de geanalyseerde onderdelen bezit het Hamburgse stadhuis over een toren, klok, balkon, vlaggenmast en trap. De toren is in het midden van de voorgevel gepositioneerd, waarin de primaire toegang van het gebouw is geplaatst. Aan 3 kanten van de toren is een klok geplaatst, alleen aan de achterkant niet. De vlaggenmast bevindt zich op het bovenste balkon van de toren aan de voorgevel. Aan de achtergevel onder het balkon van de 1e verdieping is een trap gesitueerd die een overgang vormt van het plein naar binnen.
Trap Toren Bordes Vlaggenmast Balkon Klok
78
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Voorgevel 1:500 Isometrie
Exterieur
79
enversie
Trap Toren Bordes Vlaggenmast Balkon Linkergevel 1:500
80
Hamburg
Klok
ek-studentenversie
1 2
5
10
20 meter
Achtergevel 1:500
Exterieur
81
Trap Toren Bordes Vlaggenmast Balkon Klok
82
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
Rechtergevel 1:500
met een Nemetschek-studentenversie
Exterieur
83
ROUTING
INTERIEUR
Opvallend aan de routing van het stadhuis in Hamburg is dat de bezoekers, werknemers, genodigde gasten en mensen die gaan trouwen een aparte ingang hebben. Elke categorie heeft zijn eigen route in het stadhuis. De bevolking die het stadhuis bezoekt betreedt het stadhuis via de hoofdingang aan het marktplein. Deze leidt de bezoekers naar de Diele, een ontvangsthal waar tentoonstellingen en evenementen georganiseerd worden. De tribune van de raadzaal is voor de bezoekers te bereiken via een ruim en rijkelijk gedecoreerd trappenhuis aan de zuidkant van het stadhuis. De routes voor werknemers zijn, net als het stadhuis zelf, in tweeĂŤn gedeeld. Beide personeelsingangen zitten in de steegjes aan de achterkant, die tevens toegang bieden aan het binnenhof tussen het stadhuis en de Kamer van Koophandel. De ingang in het linker steegje biedt de werknemers toegang tot het wetgevende gedeelte en de ingang in het rechter steegje tot het uitvoerende gedeelte van het stadhuis. De kantoren voor de werknemers zijn op de begane grond en een tussenverdieping gesitueerd, tussen de begane grond en de 1e verdieping. De route van de bezoekers en de werknemers kruisen elkaar bij de gang om de raadzaal. Genodigde gasten arriveren op het binnenhof aan de achterkant en kunnen de Diele via de trap door de arcade binnen gaan. Voor speciale gasten wordt de deur naar het Senaatstrappenhuis, rechts van de Diele geopend. Dit rijkelijk versierde en ruim opgezette trappenhuis leidt de gasten naar de
burgemeesterskamer en naar de feestzalen, waar ze ontvangen worden. Voor trouwerijen is een speciale ingang aan de rechterkant van het binnenhof van het stadhuis. Deze ingang leidt naar een kleine ruimte met een bescheiden trap. Vervolgens gaat de route verder door het Senaatstrappenhuis naar de PhĂśnix-Saal. In de PhĂśnix-Saal vindt de plechtigheid plaats.3
Bronnen Bargen S. & Zapf M. (2012) Das Hamburger Rathaus: Ellert & Richter Verlag 3
Gasten Medewerker Bezoeker Trouwen
84
Hamburg
Isometrie
Interieur Gemaakt met een Nemetschek-studentenversie
85
udentenversie
Gasten Medewerker Bezoeker Begane grond 1:500
86
Hamburg
Trouwen
1 2
5
10
20 meter
N
metschek-studentenversie
Verdieping 1 1:500
Interieur
87
FUNCTIE VAN DE RUIMTE
INTERIEUR
De functies in het stadhuis zijn volgens een duidelijke structuur opgebouwd. De kelder dient ter ondersteuning van het stadhuis, hier zijn facilitaire ruimtes gesitueerd. De meest prominente ruimte op de begane grond is de Diele waar de burgers ontvangen kunnen worden. Verder bevinden de kantoren van de ambtenaren zich op de begane grond en het rijksarchief. De 1e verdieping vormt de hoofdverdieping van het stadhuis. Hier zijn de representatieve feestzalen, de raadzaal, bestuurskamer en burgemeesterskamer gepositioneerd. In de burgemeesterskamer ontvang de burgemeester zijn gasten. Zijn werkkamer bevindt zich op een tussenverdieping. In de feestkeuken worden maaltijden bereid voor speciale gelegenheden. Naast representatieve ruimtes bevinden zich ook spreekkamers en vergaderruimtes op de 1e verdieping.
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte CeremoniĂŤle ruimte Ontvangstruimte Facilitaire ruimte
88
Hamburg
5
10
20 meter
N
1 2
Kelder 1:500
Interieur
89
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte CeremoniĂŤle ruimte Ontvangstruimte Begane grond 1:500
90
Hamburg
Facilitaire ruimte
5
10
20 meter
N
1 2
Verdieping 1 1:500
Interieur
91
ONDERDELEN VAN HET STADHUIS
INTERIEUR
De publieke zaal voor de burgers grenst aan de ingang op de begane grond. Deze zaal is alleen gesloten voor de bevolking wanneer bijzondere gasten worden ontvangen, daarbuiten is de Diele altijd geopend. In deze zaal worden tentoonstellingen en muziekevenementen georganiseerd. De kantoorruimte voor de wethouders bevindt zich op de begane grond en een tussenverdieping, tussen de begane grond en 1e verdieping aan de voorgevel. Op de 1e verdieping bevinden de essentiĂŤle functies voor het functioneren van het stadhuis. De raadzaal bevindt zich aan de linker zijgevel op deze verdieping, in het wetgevende gedeelte. De bestuurskamer aan de rechterkant, in het uitvoerende gedeelte. De burgemeesterskamer is op de eerste verdieping in de rechterhoek gepositioneerd en biedt uitzicht over de markt. De trouwzaal ligt recht tegenover het Senaatstrappenhuis. Het Senaatstrappenhuis leidt het bruidspaar omhoog naar de 1e verdieping.
Wethouders Burgemeesterkamer Trouwzaal Raadzaal Publieke zaal Bestuurskamer
92
Hamburg
A
A'
5
10
20 meter
N
1 2
Begane grond 1:500
met een Nemetschek-studentenversie
Interieur
93
A
A'
Wethouders Burgemeesterkamer Trouwzaal Raadzaal Publieke zaal Verdieping 1 1:500
94
Hamburg
Bestuurskamer
1 2
5
10
20 meter
N
met een Nemetschek-studentenversie Doorsnede A-A 1:500
Interieur
95
DREMPEL TUSSEN RUIMTES
INTERIEUR
De zachte overgangen binnen het stadhuis van Hamburg worden voornamelijk gevormd door ruim opgezette trappenhuizen en ruime trappen die de splitlevel verdiepingen met elkaar verbinden. De trappen die naar het wetgevende deel en het uitvoerende deel leiden zijn overzichtelijk en worden gekenmerkt door een open karakter. De harde overgangen worden gevormd door de deuren. Hiervoor dient een fysieke handeling verricht te worden om deze te passeren. Echter is er wel een onderscheid te maken in deuren die transparant zijn en niet transparant. De ruimtes welke onderdeel zijn van de route van de bezoekers naar de raadzaal zijn door transparante deuren met elkaar verbonden. De bezoeker wordt op deze manier duidelijk gemaakt welke ruimte voor hem gewenst is om te betreden. De deuren naar kantoorruimtes en feestzalen zijn massieve houten deuren. Op deze manier wordt duidelijk gemaakt dat het niet de bedoeling is voor onbevoegden om zich in deze vertrekken te bevinden.
Zachte drempel Harde drempel
96
Hamburg
5
10
20 meter
N
1 2
Begane grond 1:500
Interieur
97
Zachte drempel Harde drempel
98
Hamburg
5
10
20 meter
N
Nemetschek-studentenversie
1 2
Verdieping 1 1:500
Interieur
99
REPETITIE
INTERIEUR
In de ruimtelijke indeling van de plattegronden van het Hamburgse stadhuis ontbreekt enige vorm van repetitie.
100
Hamburg
5
10
20 meter
N
1 2
Interieur
101
RITME
INTERIEUR
Het ritme van de ruimtes op de begane grond wordt vooral bepaald door de structuur van de kolommen. De lijnen van het ritme laten zien dat het ritme van de ramen in de buitengevel binnen wordt dorgezet in de verdeling van de kolommenstructuur. Dit is een gevolg van de constructie, die bestaat uit een gewelfstructuur die vanaf de gevel naar binnen is doorgezet. De feestzalen, raadzaal en bestuurskamer op de eerste verdieping zijn in een keer overspannen. Daardoor is op de eerste verdieping minder ritme aanwezig in de ruimtes dan op de begane grond. De meeste ritmes op de eerste verdieping worden gevormd door de raamverdeling in de gevel, muurverdikkingen en kolommen.
Secundair ritme Primair ritme Uitzondering
102
Hamburg
1 2
5
10
20 meter
N
Begane grond 1:500 maakt met een Nemetschek-studentenversie
Interieur
103
Zachte drempel Harde drempel
104
Hamburg
5
10
20 meter
N
1 2
Verdieping 1 1:500
met een Nemetschek-studentenversie
Interieur
105
SYMMETRIE
INTERIEUR
De plattegrond van het stadhuis kent in zowel horizontale als verticale richting een symmetrieas. Beide assen snijden door het midden van de hoofdmassa van het gebouw. Op de begane grond zijn de Grundsteinkeller, personeelseetzaal, Rose, Diele en het rijksarchief symmetrisch in horizontale richting. De kantoren, Diele en voorportalen zijn op de begane grond in verticale richting symmetrisch. De horizontale symmetrie-as op de eerste verdieping heeft betrekking op de raadzaal, fractiekamers, voorkamer, Rathaussaal, bestuurskamer en spreekkamers. De verticale symmetrie-as wordt gevormd door de feestzalen grenzend aan de voorgevel, de Rathaussaal, voorkamer en het Senaatstrappenhuis.
Secundaire symmetrie Primaire symmetrie Uitzondering
106
Hamburg
5
10
20 meter
N
1 2
Begane grond 1:500
Interieur
107
schek-studentenversie
Secundaire symmetrie Primaire symmetrie Begane grond 1:500
108
Hamburg
Uitzondering
5
10
20 meter
N
1 2
Verdieping 1 1:500
et een Nemetschek-studentenversie
Interieur
109
Secundaire symmetrie Primaire symmetrie Uitzondering
110
Hamburg
5
10
20 meter
N
1 2
Verdieping 1 1:500
t een Nemetschek-studentenversie
Interieur
111
MATERIALISATIE
INTERIEUR
Aan de materialisatie van het stadhuis is de representatieve waarde van de 1e verdieping te herkennen. De ruimtes op de 1e verdieping zijn met luxere materialen afgewerkt. De begane grond wordt gekenmerkt door een kalere afwerking. De afwerking van de muren, vloeren, kolommen en plafonds van de ruimtes op de begane grond bestaan hoofdzakelijk uit steen. De vloeren van de feestzalen, de bestuurskamer , verkeersruimtes en spreekkamers op de 1e verdieping zijn bedekt met tapijt. De vloer van de Rathaussaal, de grootste feestzaal in het stadhuis, is afgewerkt met een houten vloer. De muren op de 1e verdieping zijn meer bewerkt met gedetailleerde wanddecoraties, dan de muren van de begane grond.
Hout Steen IJzer Glas Tapijt
112
Hamburg
A
1 2
5
10
20 meter
N
Begane grond 1:500 een Nemetschek-studentenversie
A'
Interieur
113
A
tschek-studentenversie
A'
Hout Steen IJzer Glas Verdieping 1 1:500
114
Hamburg
Tapijt
1 2
5
10
20 meter
N
een Nemetschek-studentenversie Doorsnede A-A 1:500
Interieur
115
DOMEINEN
INTERIEUR
De Diele op de begane grond is openbaar toegankelijk. Deze zaal is alleen gesloten wanneer bijzondere gasten op het stadhuis ontvangen worden. De overige ruimtes op de begane grond zijn niet toegankelijk voor de bevolking en zijn semi-privé. De feestzalen op de 1e verdieping worden feesten gehouden en gasten van buitenaf ontvangen, deze ruitmes zijn semi-openbaar. Voor de bevolking is het mogelijk om raadsvergaderingen in de raadzaal bij te wonen. De raadzaal is ook semi-openbaar. De bestuurskamer, spreekkamers en vergaderkamers zijn alleen bedoeld voor het personeel van het stadhuis, deze ruimtes zijn semi-privé. In de doorsnede valt op dat de openbare en semi-openbare ruimtes centraal in het stadhuis gesitueerd zijn. De ruimtes voor het personeel van het stadhuis, die gecategoriseerd zijn als semi-privé, zijn om de openbare ruimtes heen gesitueerd.
Publieke ruimte Semi-publieke ruimte Semi-private ruimte Private ruimte
116
Hamburg
A
A'
5
10
20 meter
N
1 2
Begane grond 1:500
akt met een Nemetschek-studentenversie
Interieur
117
A
schek-studentenversie
A'
Publieke ruimte Semi-publieke ruimte Semi-private ruimte Verdieping 1 1:500
118
Hamburg
Private ruimte
1 2
5
10
20 meter
N
kt met een Nemetschek-studentenversie Doorsnede A-A 1:500
Interieur
119
RAADZAAL
INTERIEUR
De opstelling van de raadzaal wordt gekenmerkt door een radiale structuur. De voorzitters zitten op een verhoging centraal achter het spreekgestoelte. De griffie zit aan de tafel voor het spreekgestoelte. Aan de tafel links van de voorzitter zitten de raadsleden uit de Senaat. De stoelen aan de tafel rechts naast de tafel van de voorzitter zijn bestemd voor medewerkers van de volksvertegenwoordiging. Het publiek, waaronder de pers en bevolking, kunnen plaatsnemen op de tribune frontaal voor de voorzitter. Aan de zijkanten op de bovengelegen verdieping zijn ruimtes gesitueerd waar ambtenaren kunnen plaatsnemen om de raadsvergadering te volgen.
Verdieping 1 1:1000
Spreekgestoelte Raadsleden Wethouders Burgemeester Ondersteunend personeel Publiek / Pers
120
Hamburg
A
A'
Plattegrond 1:200
Doorsnede 1:200 2
5
10 meter
N
1
Interieur
121
CONCLUSIE
HAMBURG
In het Hamburgse stadhuis is de volksvertegenwoordiging en de senaat gevestigd. De scheiding van de machten is duidelijk terug te zien in de indeling van de eerste verdieping. De volksvertegenwoordiging vertegenwoordigd de wetgevende macht in Hamburg en is aan de zuidkant van het gebouw gepositioneerd. De raadzaal en twee vergaderruimtes voor de fracties zijn hier onderdeel van. De uitvoerende macht wordt gevormd door de senaat en bevindt zich aan de noordkant in het gebouw. De bestuurskamer, de burgemeesterskamer, een drietal vergaderruimtes en een ruimte voor de kanselarij zijn in het stadhuis ondergebracht voor de uitvoerende macht. De feestzalen op de eerste verdieping scheiden de wetgevende en uitvoerende macht van elkaar.
Wetgevende macht Uitvoerende macht
122
Hamburg
5
10
20 meter
N
en Nemetschek-studentenversie
1 2
Verdieping 1 1:500
Conclusie
123
STOCKHOLM
125
STOCKHOLM, 1911 - 1923
Ruud Heynen
Al sinds de 17e eeuw was Stockholm een zelfbesturende stad met een burgemeester en raad, deze werden gekozen uit invloedrijke kooplieden. Vanaf 1630, toen Stockholm een land werd, regeerde de Commissaris van de Koning, de Gouverneur, over het magistraat. De aristocratische macht van de kooplieden verdween langzaam en de greep van de kroon op de hoofdstad werd steeds groter, het magistraat veranderde geleidelijk in een bureaucratie. In de 18e eeuw verzetten de wethouders en burgers zich en verkregen zo het recht tot het nemen van beslissingen. Raden werden gevormd die allen een deel van de macht eisten. Het merendeel van de maatschappij pleitte voor een democratie. Halverwege de 19e eeuw waren er zoveel raden in de snelgroeiende stad, dat hervorming van het bestuur noodzakelijk werd. Op dat moment, in 1863, werd er een gemeenteraad samengesteld die het magistraat zou vervangen en functioneren als het enige beslissingsorgaan. Gebaseerd op de werkwijze van de parochieraden, werden haar leden gekozen uit een publieke stem. Nu het stadsbestuur in één orgaan was samengevoegd, ontstond de behoefte aan een stadhuis. De explosieve stedelijke groei van de 19e eeuw leidde ertoe dat het bestuur uit haar traditiegetrouwe locatie in de Oude Stad groeide. Het bezette meerdere gebouwen en de voorzieningen waren niet geschikt voor een bestuur van deze schaal. Er moest een stadhuis gebouwd worden, ontwikkeld aan de hand van de nieuwe idealen. Al gauw na de hervorming in 1863 werden er voorstellen gemaakt voor een nieuw stadhuis in
Bronnen Wickman, M. (1993) The Stockholm City Hall. Helsingborg: Schmidts Boktryckeri AB. 1
2
Archief Stockholm. Beroep gedaan op: 25-02-2014
Gamla Stan, de oude kern van Stockholm. Dit was vanuit de traditie gezien de locatie voor een gebouw met een dergelijk gezag. Ook elders ter wereld is het gebruikelijk om de macht te concentreren in een bepaald gebied, vaak nabij een plein. Op dit moment raakten bovendien de rechtbanken overbevolkt, dientengevolge onderzocht men de opties voor een gebouw dat beide functies zou combineren. Gamla Stan was echter vol en men zou historische gebouwen moeten slopen om een nieuw stadhuis te bouwen, architect Ragnar Östbergs visie was gebaseerd op een locatie in Kungsholmen, een ander district ten noordwesten van Gamla Stan, want waarom zou een dergelijke wereldstad slechts één centrum hebben? Östberg pleitte voor de scheiding van de twee functies, omdat de kans groot was dat het een complexe mengelmoes zou worden. Hierdoor ontstond een nieuwe discussie over de locatie. De punt van Kungsholmen, dichtbij Gamla Stan, zou het meest geschikt zijn voor een publiek gebouw vanwege de representatieve karakteristieken van de stad. De rechtbank zou dieper in het district geplaatst moeten worden, zodat gevangenen niet door de hele stad vervoerd hoefden te worden om het politiebureau te bereiken.1
N 50
Situatie,1910 - 1928 1:10000
128
Stockholm
100
200
500 meter
N 10
20
50
100 meter
Situatie 1:2000
Context
129
BASISTEKENINGEN
Ruimtenummering Kelder 1 Kantoorruimte 2 Sanitaire voorziening 3 Noordelijke trappen toren 4 Zuidelijke trappen toren 5 Stadhuis kelder 6 Karin toren 7 Noordelijke koperen toren 8 Zuidelijke koperen toren 9 Maan toren 10 Opslag 11 Lockers 12 Stookruimte 13 Houtskool opslag 14 Ontbijtkamer 15 Keuken 16 Stadhuis restaurant
Begane grond 17 Stadsboekhouder 18 Portier 19 Kantoor boodschappersgang 20 Noordelijk gewelf 21 Telefoon centrale 22 Hoofdconciërge ? 23 Ingang financiële commissie 24 Hoofdconciërge 25 Conciërge woning 26 Maagden toren 27 Raads/publieke trappenhuis
130
Stockholm
28 Ingang raadsleden 29 Ingang bouwcommissie 30 Publieke binnenplaats 31 Zuidelijke portiek 32 Ingang zuidelijke portiek 33 Westelijke ingang 34 Vestibule 35 Garderobe 36 Blauwe hal 37 Boekhoud kantoor/Loket 38 Bewaker
Eerste verdieping 39 Schatbewaarder/penningmeester 40 Wethouder 41 Vergaderruimte 42 Permanent secretariaat 43 Kanselarij/Griffie 44 Raadspassage 45 Oscar Larson’s kantoor 46 Financiële commissie/Bråvalla kamer 47 Raadsgang 48 Raadshal 49 Voorzitter kantoor 50 Kleine vergaderruimte 51 Grote vergaderruimte 52 Presidium 53 Bibliotheek 54 Dames salon 55 Raadzaal 56 Kleine salon 57 Grote salon/buffet
58 Hal van de honderd gewelven 59 Ovale kamer 60 Prinsen gallerij 61 Ronde kamer 62 Drie kronen kamer 63 Blauwe kamer 64 Schelp 65 Gouden zaal 66 Balkon
Tweede verdieping 67 Grote toren 68 Publieke tribune 69 Pers tribune 70 Tribune voor genodigden van de raad Derde verdieping 71 Gemeentelijke bouwcommissie gang
Vijfde verdieping 72 Keuken Gouden zaal 73 Archief 74 Orgel
N 1 2
5
10
20 meter
Kelder 1:500
Basistekeningen
131
Begane grond 1:500
132
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Eerste verdieping 1:500
Basistekeningen
133
Tweede verdieping 1:500
134
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Derde verdieping 1:500
Basistekeningen
135
Vierde verdieping 1:500
136
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Vijfde verdieping 1:500
Basistekeningen
137
Daktekening 1:500
138
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Basistekeningen
139
Oostgevel 1:500
140
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Basistekeningen
141
Westgevel 1:500
142
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Dwarsdoorsnede A-A’ 1:500
Basistekeningen
143
144
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Langsdoorsnede B-B’ 1:500
Basistekeningen
145
STADSNIVEAU
CONTEXT
Vanuit de traditie worden belangrijke gebouwen met enige vorm van gezag geplaatst in de oude kern van de stad, dit is af te lezen uit de kaart van Stockholm. Gamla Stan bevat de meeste overheidsinstellingen en een groot aantal kerken. Zowel de Storkyrkan en Riddarholmskyrkan in het centrum van Gamla Stan stammen beide uit de 13e eeuw. Ontstaan als monumentale, losstaande gebouwen. In tegenstelling tot deze kerken is de zuidelijker gelegen Tyska kyrkan uit de 16e eeuw gebouw op basis van een middeleeuwse kapittelzaal, aldus is deze kerk opgenomen in de stedelijke context. Het kleine eiland Riddarholmen, ten westen van Gamla Stan, dankt zijn naam aan het erfgoed van de aristocratische samenleving, het eiland staat gevuld met paleizen. Het noordelijke deel van Gamla Stan bevat ook een aantal iconische gebouwen, zoals het Bondeska Palatset, Kanslihuset en Riksdagshuset, allen begin 20e eeuw en gebruikt voor het besturen van de stad. Het district ten noordwesten van Gamla Stan, genaamd Kungsholmen, biedt plek voor het stadhuis van Stockholm, de nieuwe rechtbank en het politiebureau, alle drie zijn deze ontwikkeld in het begin van de 20e eeuw als losse onderdelen van de Trias Politica. Na de hervorming wordt er bestuurd vanuit Kungsholmen en is haar voorganger Gamla Stan, als bewaarder van monumenten, een herinnering geworden aan eeuwenoude tradities.3
Hultin, O. (1998) The complete guide to Architecture in Stockholm: 400 buildings from 800 years. A guide to all of the important buildings in Stockholm and its surroundings. Stockholm: Arkitektur Fรถrlag. 3
Stadhuis Kerkelijke instanties Andere overheidsinstanties Internationale instanties Overige bebouwing Water
146
Stockholm
N 50
100
200
500 meter
Situatie,1910 - 1928 1:10000
Context
147
MORFOLOGIE
CONTEXT
GEBOUW De locatie van het stadhuis op de punt van het district Kungsholmen heeft, naast een representatieve functie voor de geografie en topografie van Stockholm, het voordeel dat het stadhuis nu niet hoeft te concurreren met de overvloed aan monumentale gebouwen in de oude kern van Stockholm.1 Het eiland Kungsholmen loopt af richting het noordwesten, de toren op de punt van het eiland markeert het hoogste punt en bovendien de overgang tussen het district en het oude centrum.5 Tot 1908 was het nog onduidelijk of het stadhuis niet in de oude stad geplaatst zou moeten worden, zoals ze dat deden met alle gebouwen met autoriteit.6 Het gebied rond het stadhuis kenmerkt zich door een mix van een grove en fijne korrel als gevolg van de lokale industriële ontwikkeling en de opkomst van arbeiderswoningen. INFRASTRUCTUUR Het district Kungsholmen heette vroeger Munklägret (Monnikenkamp), vanwege de Franciscaner monniken die er woonden in de 15e eeuw. In het jaar 1635 werd de eerste brug gebouwd naar het eiland, ten noorden van het huidige Centrale Station. De brug zorgde ervoor dat de stad zich begon te interesseren in dit lichtbevolkte, groene eiland. In 1672 werd er een nieuwe brug gebouw, nabij de huidige locatie van het stadhuis, deze zorgde voor een directe relatie tussen de inmiddels dichter bevolkte gebieden van het district en het oude centrum.1 Deze infrastructurele ingreep heeft bijgedragen aan een snelle ontplooiing van oostelijk Kungsholmen.
KAVELS Toen Koningin Kristina het oostelijke deel van Kungsholmen in 1644 doneerde aan de autoriteiten van Stockholm, kreeg het haar eerste stadsplan. Later werd ook het resterende deel gedoneerd. De huidige stedelijke situatie stamt af van dit plan, waarbij Gamla Stan als model werd gebruikt. De tijdsgeest vroeg om brede straten en rechthoekige bouwblokken, met een uitzondering op plaatsen waar rotsen, afkomstig uit de ijstijd, dit onmogelijk maakten. Toen de Zweedse macht in de 18e eeuw instortte, als gevolg van een aantal nederlagen, veranderde Kungsholmen van een speelplek voor de rijken in een bebouwd industriegebied. Daarnaast werd er plek gemaakt voor een aantal publieke gebouwen, zoals ziekenhuizen. Tijdens deze verstedelijking was het oosten van Kungsholmen logischerwijs eerst aan de beurt, het westen bleef gespaard.1 Tot vlak voor de 20e eeuw werd Stockholm pas een dichtbevolkte stad, dit leidde ertoe dat er veel appartementenblokken werden gebouwd geconcentreerd in het oosten van Kungsholmen, nabij de oude kern. Deze ontwikkeling is bovendien af te lezen in de morfologie van het gebied, er zijn relatief veel kleinschalige kavels af te lezen.
1674 ook een grote producent van glas profiteerden van een locatie nabij het Mälarmeer.4 De grootschalige kavels langs het water zijn afkomstig uit deze tijd, toen de grote fabiekshallen de ruimte langs het water begonnen te claimen. GROEN De adel van het oude Stockholm bouwde paleizen in de kern, en landgoederen in de groene omgeving van Kungsholmen. Het erfgoed hiervan bestaat uit de groene parken die tot op de dag van vandaag aanwezig zijn in het district.1 Er bestaat een contrast tussen Kungsholmen en Norrmalm, het eiland noordelijk van Gamla Stan, omdat Norrmalm eerder en dichter bebouwd werd is er minder groen te vinden in dit district.
WATER De locatie is omgeven door het Mälarmeer in het zuiden en het Klarakanaal in het oosten. Na de integratie van Munklägret bij de stad, begonnen ambachtslieden zich te vestigen in dit deel. Vooral fabrieken die veel water utiliseerden bij hun ambacht, leerlooiers, kleding- en kleurstof fabrieken, en later in
Wickman, M. (1993) The Stockholm City Hall. Helsingborg: Schmidts Boktryckeri AB. 1
Östberg, R. (1929) The Stockholm Town Hall. Stockholm: P.A. Norstedt & Söner Publishers. 5
6
Cornell, E. (1992) Stockholm Town Hall. Stockholm: Byggförlaget.
Analyse
148
Stockholm
Morfologie: Gebouw
Morfologie: Infrastructuur
Morfologie: Water
Morfologie: Groen
Morfologie: Kavels
N
Morfologie
Context
149
PROFIELDOORSNEDE
CONTEXT
De profieldoorsnede is genomen over een oost-west gerichte as door het stadhuis, deze maakt de directe relatie met het water en de omliggende bebouwing duidelijk. Aan de westzijde van het gebouw ligt een bouwblok dat bestaat uit vier lagen, waarvan er een hoger is dan gebruikelijk, en een zolderverdieping. Het stadhuis stijgt hier bovenuit, de afstand die tussen de omliggende bebouwing en het stadhuis ligt compenseert dit schaalverschil. Bovendien scheidt een rij recht gesnoeide bomen deze twee bouwblokken. De oostzijde van het gebouw grenst aan de overgang tussen het Mälarmeer en het Klarakanaal, de Stadhusbron is de meest directe toegang tot het district Kungsholmen, vanuit Gamla Stan. Deze brug is zo gesitueerd dat passanten het stadhuis beleven vanuit verschillende zijden. Afgezien van het feit dat het stadhuis een grootte heeft van 135 bij 80 meter met een toren van ongeveer 106 meter, en dus een enorm groot gebouw is voor zijn omgeving, weegt de zee van ruimte die Östberg’s creatie heeft op tegen zijn afmetingen. Het stadhuis heeft de bewegingsvrijheid die het nodig heeft.
Positie profieldoorsnede 1:10000
Aanzicht Snede
150
Stockholm
10
20
50
100 meter
Profieldoorsnede 1:1000
Context
151
TOEGANG
CONTEXT
De positie van de hoofdingang in de noordgevel, aan de Hantverkargatan (Ambachtsliedenstraat), is direct bereikbaar vanuit het centrum van de stad via de Stadhusbron (Stadhuis brug). Deze ingang geeft toegang tot de binnenplaats en is slechts symbolisch af te sluiten, aangezien men de publieke binnenplaats zou kunnen bereiken vanuit een andere zijde, ook buiten openingstijden. Ă–stberg twijfelde over de positie van deze ingang, hij overwoog om deze aan de westzijde van het stadhuis te positioneren. In combinatie met de ophaalbrug over het Klarakanaal, zou de suggestie van een kasteel gewekt worden. De huidige positie heeft de architect afgeleid van de Rechtbank van Stockholm en zijn architect Carl Westman.1 Burgers die het stadhuis vanuit de binnenstad willen bereiken zullen eerst een glimp opnemen van de oostgevel, waardoor men langzaam al een introductie krijg in de architectuur van het gebouw. Eenmaal aangekomen bij de ingang kent het gebouw een andere vormentaal en expressie, de burger leert zo de verschillende gezichten van het stadhuis kennen.
Wickman, M. (1993) The Stockholm City Hall. Helsingborg: Schmidts Boktryckeri AB. 1
Secundaire toegang Primaire toegang
152
Stockholm
N 10
20
50
100 meter
Situatie 1:2000
Context
153
NOLLI
CONTEXT
In het district Norrmalm, ten oosten van Kungsholmen, ligt het Centraal Station van Stockholm, met aan haar voorzijde een openbaar stationsplein. Ten wetsen van het station bevindt zich een industriegebied dat profiteert van haar ligging naast het spoor, ook de gasfabriek is hier gelegen, dit gebied is gesloten voor het publiek. Noordelijk van het stadhuis ligt het eerste ziekenhuis van Zweden, het Serafimer ziekenhuis (1752). Dit ziekenhuis heeft zich door de eeuwen heen steeds uitgebreid, het ziekenhuispark is openbaar voor het publiek. Ook de Kungsholmse kerk uit de 17e eeuw en haar park is openbaar voor het publiek. Direct ten westen van het stadhuis lag het Karolinska Instituut, het park was gesloten voor het publiek. Het blok ernaast werd bezet door de Kungliga Myntet (Koninklijke Munt), hier werd muntgeld geslagen, het terrein werd niet openbaar gesteld. De overige blokken op de Nolli kaart bestaan voornamelijk uit bouwblokken die gebouwd werden na de industriële opkomst, deze zijn niet openbaar vormgegeven en hebben allen een private binnenplaats. Het publieke karakter van het stadhuis als een symbool voor de samenleving van Stockholm weerspiegelt zich grotendeels ook in het ontwerp van de plattegrond. Het gemeenschapshuis is ontworpen om twee publieke pleinen, de binnenplaats en de burgerzaal. De ruimte tussen deze perforaties in het gebouw dient als een statige entree en vestibule. Daarnaast is het stadhuis transparant naar het water toe, om de samenleving een mooie plek te geven aan het Mälarmeer biedt de arcade toegang naar
de stadhuistuin. Deze is zo ontworpen dat er een krachtige tussenruimte wordt gecreëerd van het meer naar het massieve stadhuis.
Hultin, O. (1998) The complete guide to Architecture in Stockholm: 400 buildings from 800 years. A guide to all of the important buildings in Stockholm and its surroundings. Stockholm: Arkitektur Förlag. 3
7
Edelsvärd, W.A. (1920) Stockholms central planritning från 1920
Openbaar Privaat
154
Stockholm
N 10
20
50
100 meter
Context 1:2000
Context
155
TYPE RUIMTE
CONTEXT
Zowel de boulevard, het ziekenhuispark en de kerktuin is gevuld met openbaar groen, de straten van Kungsholmen zijn breed opgezet met haar randen royaal opgezet met boompartijen, bepaald vanuit de 17e eeuwse tijdsgeest. Naast openbaar groen wordt er gebruik gemaakt van de plein typologie om de stedelijke korrel aan te laten sluiten op het Mälarmeer. Deze ingreep is echter niet toegepast aan het Klarakanaal, waarschijnlijk omdat de industriÍle opkomst ervoor heeft gezorgd dat de randen te vol gebouwd werden, bovendien biedt dit kanaal een minder indrukwekkend uitzicht en heeft het eerder een functionele- dan representieve betekenis voor de stad. De bouwblokken, die grotendeels invulling geven aan het oostelijke deel van Kungsholmen, zijn vaak gescheiden van hun context door middel van hoge muren of hekken, de invulling van de ruimte die niet bebouwd is, bestaat voor het merendeel uit tuinen. De binnenplaatsen van de woonblokken zijn verdeeld over de kavels, de overige perforaties van bouwblokken kunnen worden omschreven als binnenplaatsen, omdat er collectief gebruik van wordt gemaakt.
Plein Tuin Binnenplaats Straat Groen
156
Stockholm
N 10
20
50
100 meter
Context 1:2000
Context
157
VOLUME
EXTERIEUR
Tijdens het ontwerp van het stadhuis verhuisde de bouwcommissie met haar tekenkamers, vergaderruimten, werkplaatsen en studio’s naar de locatie in Kungsholmen, op de huidige locatie van het stadhuis. Dit leidde ertoe dat men in nauw contact kwam met de noodzaak van de plek zelf. Het resultaat was een natuurlijk ontwerpproces dat uiteindelijk in de vorm van een gebouw de ziel van Stockholm weerspiegelt.5 Van 1885 tot 1920 ontwikkelde zich een nieuwe architectuur die een voorzet gaf voor het volgende millennium, genaamd de Nationale Romantiek. Het werd een nieuw soort huiselijke stijl die zijn oorsprong vindt in lokale en regionale tradities vanaf de middeleeuwen, of zelfs oudere tijden. Als een soort reactie op de behoefte voor een nieuw nationalisme. Het definiëren van een nationale hoofdstad die modern en jong was, gevormd nadat de Scandinavische naties onafhankelijke staten werden. Trots als ze zijn op de geschiedenis van hun eigen staat. Het zou een architectuur moeten zijn die deel uitmaakt van de sociale maatschappij, door ontmoetingsplaatsen te creëren voor de burgers. De nadruk ligt dan ook op de erfenis van het land - kunst en historie - dergelijke monumentale gebouwen zijn een aanzet voor een nieuw centrum in de snel groeiende stad. De stijl is veel terug te vinden in de stadhuizen die gebouwd zijn gedurende deze periode, ontworpen als een huis voor de samenleving, verkrijgen ze een sterke betekenis als symbool voor een democratische moderne maatschappij die zich afzet van andere repressieve autoriteiten. De architectuur weerspiegelt de Noorse gedachte
Östberg, R. (1929) The Stockholm Town Hall. Stockholm: P.A. Norstedt & Söner Publishers. 5
Lane, B.M. (2000) National Romanticism and Modern Architecture in Germany and the Scandinavian Countries. Cambridge: Cambridge University Press. P. 1-4, 175-187. 8
158
Stockholm
verbonden aan een democratisch individualisme. Ook in Stockholm worden mythes, geschiedenis, helden en symbolen van het land en de stad, uit oude en nieuwe tijden, samengebracht.8 Östberg heeft door middel van deze stijl een architectuur gecreëerd die vele gezichten kent, de isometrie tekening wekt de indruk dat het gebouw in verschillende fasen is gebouwd, in tegendeel, Östberg beoogde zijn ontwerp zo dat men de afzonderlijke delen kan aflezen. Delen die niet alleen in functie, maar ook qua uitstraling van elkaar te onderscheiden zijn, waarbij torens bovendien een extra dimensie geven aan de fragmentatie van het bouwblok. In eerdere ontwerpen was de Grote toren opgenomen in het bouwblok, uiteindelijk is er voor gekozen om deze buiten de rechthoekige plattegrond te plaatsen, zodat deze door middel van het massieve metselwerk en zijn positie kracht krijgt als een object op zich. De kleine toren ernaast (Maagdentoren) zorgt voor een overgang tussen de horizontale gevel en de verticale vormentaal van de Grote toren, bovendien brengt deze de complete gevel in balans door een conversatie aan te gaan met de Karin toren aan de andere kant. De noordgevel, waar de hoofdingang zich bevindt, toont geen duidelijke aanleiding richting deze entree. Wel uit de gevel een zekere gelaagdheid die bereikt wordt door de expressie van de raampartijen.
5
10
20
50 meter
Isometrie gebouw 1:1000
Exterieur
159
160
Stockholm
Isometrie situatie
Exterieur
161
TOEGANG
EXTERIEUR
De locatie van de hoofdingang is gepositioneerd zodat men het gebouw vooraf benadert vanuit verschillende hoeken, zonder de poort te onthullen, waardoor het karakter van het gebouw al gauw door schijnt.6 De hoofdingang is gelegen in de noordgevel van het stadhuis, als gewelf functioneert het slechts als doorgang, onder een van de vleugels, naar de binnenplaats. Vanuit hier kunnen twee primaire ingangen worden onderscheiden. De eerste geeft bijna direct toegang tot de Blauwe zaal, de entree wordt gebruikt door burgers bij een festiviteit, bovendien gebruikt men deze ingang dagelijks om het burgerloket te bereiken. De andere ingang is onder de arcade geplaatst, deze geeft toegang tot de Hal van de Honderd Gewelven en wordt gebruikt om diverse gebruikers binnen het gebouw te verdelen. De secundaire ingangen zijn vooral werknemers ingangen, de ingang nabij de hoofdingang zal vooral gebruikt worden door de portier, conciĂŤrges en postbodes, de trap in de noordoostelijke hoek van de binnenplaats fungeert als toegang voor de FinanciĂŤle Commissie, de secundaire ingang in het oosten onder de arcade biedt toegang tot de afdeling Bouwcommissie, de ingang hier tegenover in het westen is een overdekte toegang naar de vestibules, daarnaast zijn er nog drie ingangen in het westelijke gedeelte die toegang geven aan het administratieve blok, ten slotte verdeeld de ingang in de Noordelijke trappentoren zowel het administratieve blok als de raadspassage. Daarnaast bevindt zich op de noordoostelijke hoek van het gebouw de publieke ingang naar het
6
restaurant. Het kelderniveau bevat nog een aantal ingangen voor werknemers van de keuken en de facilitaire functies, zoals de houtskoolovens, dit zijn allen secundaire ingangen en worden slechts benut door bevoegden.
Cornell, E. (1992) Stockholm Town Hall. Stockholm: ByggfĂśrlaget.
Secundaire toegang Primaire toegang
162
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Exterieur
163
Secundaire toegang Primaire toegang
164
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Kelder 1:500
Exterieur
165
DREMPEL
EXTERIEUR
Alle overgangen tussen binnen en buiten worden vooraf aangekondigd door gebruik te maken van trappen of arcades. Als dit niet het geval is, zoals bij de drie personeelsingangen van het administratieve blok, worden glazen deuren ingezet om de overgangen te verzachten. Desgelijks zijn de toegangen naar de Vestibules zo open mogelijk vormgegeven, ze bevatten veel glas en bieden de bezoeker een uitnodigend gevoel nadat ze de binnenplaats hebben betreden vanuit het gewelf. De vestibules zijn overdag echter zo donker dat de deuren een vrij harde indruk geven vanwege het glas dat spiegelt en dus geen doorzicht toe laat, in de avond- of nachtsituatie is dit anders. De ingang in de Noordelijke trappentoren wordt niet ingeleid en is bovendien niet transparant, bezoekers zullen daardoor al vrij snel de indruk krijgen dat deze entree niet voor hun bedoeld is. De bezoeker van het restaurant wordt ook geconfronteerd met een niet-transparante deur, deze wordt echter wel van tevoren ingeleid door middel van elementen buiten het gebouw, een standbeeld en andere ornamentiek verzachten op die manier de overgang. De personeelsingangen die in de kelderverdieping te vinden zijn, zijn allemaal harde overgangen, ze bieden op welke manier dan ook geen impressie van een uitnodigende ingang, om die reden zal de plattegrond van deze verdieping buiten beschouwing gelaten worden.
Zachte overgang Harde overgang
166
Stockholm
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Exterieur
167
GEVELCOMPOSITIE - TRANSPARANTIE
EXTERIEUR
Het stadhuis is verrijkt met een ruim aantal ramen, de afmetingen zijn dusdanig groot dat er lichte ruimtes ontstaan, om dit overal te bereiken is bovendien gebruik gemaakt van daklichten in de bovenste twee verdiepingen van het administratieve blok en boven de gang van de Bouwcommissie, daar waar de ramen kleiner worden. De afmeting van een gevelopening en zijn uitvoering verraadt het belang van de ruimte die erachter zit. Vooral de ruimtes op de raadsverdieping zijn voorzien van veel licht. Deze raampartijen spannen bovendien over twee verdiepingen waardoor het stadhuis zijn inhoud bloot geeft aan zijn omgeving. De ramen van de raadzaal in de oostgevel spannen over de volledige hoogte van de ruimte, mede dankzij deze afmeting zijn ze transparant naar buiten toe. Bewoners van Stockholm verkrijgen een indruk van de raadzaal en het belang van deze ruimte. Deze transparantie weerspiegelt bovendien de idealen die horen bij de Zweedse natie, namelijk het vieren en waarderen van een democratie waaraan iedereen zijn bijdrage heeft. Hoewel de raampartijen van het administratieve blok eenvoudiger en informeler zijn vorm gegeven, waardoor het lijkt alsof dit een ondergeschikte aanbouw is naast de rijk geornamenteerde gevels van het ‘representatieve’ blok, handhaaft de architect een continuïteit in de gevel door de dubbele verdiepingshoge ramen van de begane grond een soortgelijke boogvorm te geven als die van de arcades. Door deze ramen tevens dieper in de gevel te plaatsen leidt dit vanzelfsprekend tot één samenhangend basement die vanuit de zuidgevel
wordt doorgetrokken - via de westgevel - naar de noordgevel, waar het uiteindelijk herhaald wordt in het gewelf van de hoofdingang.
Transparant
168
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
169
Oostgevel 1:500
170
Stockholm
Transparant
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
171
Transparant
172
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Westgevel 1:500
Exterieur
173
GEVELCOMPOSITIE - REPETITIE
EXTERIEUR
Het meest opvallende aan de repeterende elementen in het stadhuis van Stockholm zijn de onderlinge verschillen. De gevelopeningen van het gebouw zorgen grotendeels voor de repetitie in de gevel, in sommige gevallen worden hier ook ornamenten aan toegevoegd. De repeterende elementen rond belangrijke en representatieve ruimtes in het gebouw zijn dan ook rijkelijker uitgevoerd, zoals de raadzaal, Prinsengallerij en de raadsgang. De vormgeving van de repeterende elementen doet bovendien een duidelijke uitspraak over de positionering van functies, naast de eerder genoemde ruimtes herkennen we een lint van dubbele ramen bovenin zowel de zuid- als noordgevel, hierachter bevinden zich respectievelijk de Bouwcommissie en het FinanciĂŤle Commissie. De informeler en zakelijk vormgegeven raampartijen van het administratieve blok doen vermoeden dat het voornamelijk gevuld is met kantoren. Het contrast tussen deze ‘kale’ ramen en de versierde raampartijen in het andere blok, doen het laten lijken alsof het administratieve blok een latere uitbreiding is. De uitzonderingen in dit geval zijn de torens, welke vrijwel geen elementen bevatten die ergens anders op de gevel ook te vinden zijn, het gevolg van deze uitzondering maakt de torens opvallender en op zichzelf staande objecten van het stadhuis.
Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element
174
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
175
Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element Oostgevel 1:500
176
Stockholm
Repeterend element
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
177
Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element
178
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Westgevel 1:500
Exterieur
179
GEVELCOMPOSITIE - RITME
EXTERIEUR
Het contrast dat geconstateerd werd bij repetitie, is ook vindbaar in de ritmes die aanwezig zijn in het stadhuis. De ritmes binnen het administratieve blok zijn geordend en regelmatig verdeeld over alle bouwlagen. In tegenstelling tot dit zijn de ritmes van de andere gevels onregelmatig op elkaar afgesteld. Hoewel de ritmes van repeterende elementen wel regelmatig zijn vormgegeven, lijken ze onderling, verdeeld over de verschillende bouwlagen, niet overeen te komen. Dit geeft een indruk van wanorde en chaos dat bovendien versterkt wordt door de onderlinge verschillen tussen de elementen zelf, een tool dat Ă–stberg gebruikt om een middeleeuwsgeĂŻnspireerde architectuur te bereiken. Een uitzondering word gemaakt in de noordgevel, waar de verschillende ritmes samenkomen op een lijn verticaal in de gevel, precies in het midden van de hoofdingang. Deze bewuste keuze legt de nadruk op de grote poort en het balkon erboven, de lijn zou gezien kunnen worden als het startpunt van de diverse ritmes, evenals van de routes door het gebouw.
Secundair ritme Primair ritme
180
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
181
Secundair ritme Oostgevel 1:500
182
Stockholm
Primair ritme
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
183
Secundair ritme Primair ritme
184
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Westgevel 1:500
Exterieur
185
GEVELCOMPOSITIE - SYMMETRIE
EXTERIEUR
Het voorgaand beschreven voorbeeld van ritme in de noordgevel beschrijft ook een vorm van symmetrie met een as door de hoofdingang. Het gevolg van de wanorde leidt tot een beperkte toepassing van deze symmetrie-as, de symmetrie verdwijnt namelijk als de afstand tot de as toeneemt. Hoewel de torens uitzonderingen zijn bij repetitie (en ritme), zijn ze bijna volledig symmetrisch, waardoor het losse elementen in de gevels worden, een observatie die bovendien kracht leent van het uit de gevel springen van deze torens. De royaal geornamenteerde gevelopening met balkon op de zuidgevel van de grote toren is een uitzondering op de symmetrie, het dankt zijn positie aan het dominerende ritme van de zuidgevel. De zuidgevel vertoont een opvallend symmetrisch element, namelijk de gevelopeningen en het balkon van de Drie Kronen kamer. Deze kamer staat in het verlengde van de Gouden hal, en is bovendien een belangrijk verdelingspunt tussen de twee blokken, zijn positie maakt deze ruimte van belang en dit wordt aan de buitenzijde getoond door middel van symmetrie. Ook binnen dit thema lijkt het administratieve blok volledig af te wijken van de rest van het gebouw, het is nagenoeg volledig symmetrisch aan alle zijdes. De enige duidelijke uitzondering zijn de ramen nabij de hoek op de zuidgevel. Deze zijn uit de regelmaat geplaatst om een massieve hoek te creĂŤren, zoals die ook te vinden is bij de andere hoeken van dit blok.
Symmetrie Symmetrie Uitzondering
186
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
187
Symmetrie Symmetrie Oostgevel 1:500
188
Stockholm
Uitzondering
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
189
Symmetrie Symmetrie Uitzondering
190
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Westgevel 1:500
Exterieur
191
MATERIALISATIE GEVEL
EXTERIEUR
Het stadhuis is uitgevoerd in baksteen, deze steen legt een link met het middeleeuwse verleden door zijn kleur, de vorm en het Vlaamse dubbele-strek verband. De steen is afgeleid uit het metselwerk van het oude paleis. De massieve muren worden in de zuidgevel gedragen door rondboog kolommen van graniet, afkomstig uit lokale mijnen. De solide wanden worden tegen de dakrand aan versierd met een sierpatroon in het metselwerk, of een subtiele lijn van natuursteen. Deze scheidslijn wordt ook toegepast op het maaiveld. Daar waar het stadhuis overgaat in het Mälarmeer word een rode, granieten rustica toegepast die met zijn positie in het oosten verwijst naar de skerries in Stockholm, de vindplaats van dit materiaal. De wanden worden afgemaakt door een koperen dak dat een lichte afsluiting maakt bovenop de façade. De uitstraling van het koper geeft het stadhuis een zakelijke uitstraling. De daken rond de binnenplaats zijn zo vormgegeven - stijler dan aan de buitenzijde - dat men ook hier het dak goed kan waarnemen en kennis maakt met de intieme kant van het gebouw, uitgevoerd in keramische dakpannen. Het administratieve blok staat ook bij dit thema weer in contrast, omdat het zijn dak aan de buitenzijde juist bekleed heeft met dakpannen. Zoals eerder gezegd zijn de gevelopeningen bij representatieve ruimtes meer geornamenteerd, dit is bovendien af te lezen uit de materiaalkeuze. Deze ramen zijn uitgevoerd in het natuursteen graniet en zo nu en dan zelfs koper. Andere ornamenten, zoals beelden, zijn meestal
6
uitgevoerd in natuursteen en zo nu en dan koper, al dan niet verguld om nog meer klasse te bereiken. De torens verkrijgen hun krachtige verticaliteit door hun koperen daken. De hoofdingang wijkt af van alle regelmaat in de materialisering, de kolommen zijn namelijk gemaakt uit syeniet en de deuren bestaan uit een donker eikenhout. Dit onderscheid legt de nadruk op het belang en de functie van deze ingang.6
Cornell, E. (1992) Stockholm Town Hall. Stockholm: Byggförlaget. Baksteen Koper Natuursteen Dakpannen Hout
192
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
193
Baksteen Koper Natuursteen Dakpannen Oostgevel 1:500
194
Stockholm
Hout
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
195
Baksteen Koper Natuursteen Dakpannen Hout
196
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Westgevel 1:500
Exterieur
197
ORNAMENTEN
EXTERIEUR
Het ontwerp voor het stadhuis van Stockholm begon in 1893, en duurde totdat het gebouw werd opgeleverd in 1923. Dit complete gebouw is verrijkt met het vakmanschap van vele jonge kunstenaars. De architectuur ontwikkelde gedurende het ontwerpproces van een Art Nouveaux naar een Zweeds Patriottisme, door elementen van noord tot zuid Zweden te integreren in het ontwerp, samen met een dosis eigen geïnterpreteerd Classisisme en inspiratie uit zijn meest bezochte land Italië. Ondanks deze mengelmoes van stijlen heeft Östberg het voor elkaar gekregen om het stadhuis een krachtige architectuur mee te geven waar alles samenwerkt om één geheel te vormen. De architect wilde zo een nationaal symbool creëren, een monument voor het land. De volgende opsomming geeft een indruk van de verschillende elementen die Östberg heeft geanalyseerd en verwerkt in het stadhuis.
Op de dakrand van de zuidvleugel staan de beelden (van rechts naar links) Architectuur, Muziek, Beeldhouwer en Schilder, oftewel de creatieve en kunstige ambachten. De deur onder de Maan toren is afkomstig van een gesloopt huis in Gamla Stan. De koperen beelden op de Maantoren zijn gebaseerd op een Zweeds versje, de jongen en bisschop van Strängnäs. De Zalm die het jongetje vangt staat op een mast op het dak links naast de grote toren. De grote toren loopt verticaal langzaam naar binnen toe, dit is te vinden in de middeleeuwse torens van de 12e eeuwse kerk in Bjälbo (ten zuiden van Stockholm) en de 15e eeuwse kerk van Romfartuna (noordelijk van Mälaren). De publieke tuin aan het stadhuis is ontworpen in een stijl van typisch Zweedse landschapsarchitectuur.
De gewelven in de toren zijn afkomstig van laat Gotische kerken in Uppland en Södermanland (provincies ten noorden en zuiden van Stockholm)., zoals bijvoorbeeld de St. Mary kirka in Gdansk. Het interieur nabij de toren is geïnspireerd op 17e eeuwse Zweedse traditie, zoals te vinden is in de Vasa kastelen. Het metselverband is vindbaar in de Gotische architectuur rond de Baltische zee.
Oostgevel De punten en kappen op de torens associëren met inheemse tradities van de Zweedse Barok. De drie kronen op de toren verwijzen naar het oude nationale wapenschild, dat ooit op de centrale toren stond van het Oude Paleis (1697). De beelden op de lantaarn van de toren verwijzen naar de beschermheiligen van hun stadsdeel: Maria Magdalene, St. Nicholas en St. Clare respectievelijk van het zuiden, Gamla Stan en het noorden. De vierde is St. Erik, de heilige van heel Stockholm. Het zijn kopiën van 13e eeuwse Frans-geïnspireerde beelden op de Roslags-Bro kirka ten noorden van Stockholm. Het beeld van St. George en de draak op de
Zuidgevel De arcade die de zuidvleugel draagt lijkt op de kolommenstructuur van een oude Christelijke basiliek uit Stockholm.
6
Maagdentoren is een variatie van een 15e eeuws sculptuur op de Grote kerk van Stockholm. Ieder standbeeld in nissen onder de dakrand is representatief voor een werkende persoon in het Stockholm van de middeleeuwen tot de 20e eeuw. De tombe van Birger Earl (de stichter van Stockholm) bevat zijn stoffelijk overschot, verhuisd vanuit zijn originele 13e eeuwse befraafplaats in Varnhem. De kolom in het zuiden, aan het water, bevat een standbeeld van Christian Eriksson, een 15e eeuws beeld van Engelbrekt. De kolom associeert met die van het Piazzetta bij Palazzo Ducale in Venetië. Noordgevel De ramen van de Raadsverdieping zijn geïnspireerd op de Zweedse Renaissance en -Barok. De vrijer geplaatste ramen - bovenste twee rijen - associëren met middeleeuwse tijden. Op de hoek met de westgevel staat een standbeeld van Koningin Kristina. Het metselwerk, Vlaamse dubbele strek, vindt zijn oorsprong in de middeleeuwen, evenals zijn kleur en grootte. De steen is hetzelfde als die van het Oude Paleis. De stenen bij de hoofdingang representeren een middeleeuws Stockholm met behulp van figuren gekapt uit steen.6
Cornell, E. (1992) Stockholm Town Hall. Stockholm: Byggförlaget.
Functionele verfraaiing Ornament
198
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
199
Functionele verfraaiing Oostgevel 1:500
200
Stockholm
Ornament
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
201
Functionele verfraaiing Westgevel 1:500
202
Stockholm
Ornament
Architectonisch detail De rondboog kolom convergeert langzaam naar boven toe, op het punt waar deze het smalst is, wordt de kolom versierd met elementen, om vervolgens breder uitgevoerd te worden dan het metselwerk. De bogen uit baksteen zijn slechts zo breed als één steenbreedte, de nadruk ligt hierdoor op het metselwerk dat tot vlak boven de bogen doorloopt, het verloop van krachten en hoe het enorme gewicht afgedragen wordt naar de statige, verdiepingshoge kolommen spreekt boekdelen. Om ervoor te zorgen dat men binnen de arcades een neutrale sfeer voelt, die gericht is op het Mälarmeer, zijn de binnenkanten van de bogen afgewerkt met een dun laagje cement, dat in tint overeenkomt met de kolommen zelf. Als de zon over het water van het Mälarmeer strijkt worden de bogen en kolommen verlicht en ontstaat één neutraal geheel.
Vooraanzicht detail 1:50
Zijaanzicht detail 1:50 0,25
0,5
Isometrie detail 1:50 1
2 meter
Exterieur
203
ONDERDELEN VAN HET STADHUIS
EXTERIEUR
Het stadhuis bevat in totaal acht torens, drie daarvan (de Noordelijke trappentoren en de dubbele Maantoren) scheiden het administratieve blok van de rest van het gebouw, twee torens (Karin toren en Grote toren) eindigen het volume, één toren (Maagdentoren) zorgt voor de overgang tussen de oostgevel en de Grote toren, en ten slotte zorgen twee torens (Noordelijke- en Zuidelijke koperen toren) op de binnenplaats voor een statige entree. Hoewel vaak een bordes en trappenpartij de ingang van een stadhuis markeert, door deze op prominente wijze te introduceren, gebeurt dit in Stockholm pas als men in het bouwblok staat, op de binnenplaats. De openbare ruimte wordt letterlijk in het gebouw getrokken. Vanuit de binnenplaats vertrekken er een aantal trappen naar verschillende ingangen, de meest publieke ingang, centraal in de westgevel van de binnenplaats, wordt gemarkeerd door de breedste trap, benadrukt door het theatrale drama van de symmetrische gevel en de gebogen trappenpartij. De hoofdingang in de noordgevel wordt geaccentueerd door symmetrie en ander materiaal toe te passen, waardoor subtiele verschillen ontstaan. Bovendien gebruikt Östberg elementen als een balkon en een vlaggenmast om deze al gemaakte aanzet te versterken. Ondanks dat een toren vaak een gebruikelijke plek is om een klok te plaatsen, hoog en goed zichtbaar voor het merendeel van de stad, bezit het stadhuis een klok geklemd tussen de Maagdentoren en de Grote toren. De aandacht wordt hier enigszins naartoe geleidt met het koperen, rijk gedecoreerde
balkon eronder, dat ruimte biedt voor een schouwspel van beelden.
Trap Toren Bordes Vlaggenmast Balkon Klok
204
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
205
Trap Toren Bordes Vlaggenmast Balkon Oostgevel 1:500
206
Stockholm
Klok
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
207
Trap Toren Bordes Vlaggenmast Balkon Klok
208
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Westgevel 1:500
Exterieur
209
ROUTING
INTERIEUR
Burgers die het stadhuis bezoeken voor een festiviteit of burgerzaken zullen allereerst gebruik maken van de hoofdingang, vanuit de binnenplaats zullen ze vervolgens het gebouw betreden, via de gebogen trappen, door een van de vijf nissen. Omgeven voor de twee torens, markeert deze gevel de positie van de grootste feestelijke kamers. De bezoekers zullen hierna via de Vestibules de Blauwe hal of het burgerloket betreden. Werknemers van het stadhuis hebben verschillende ingangen per afdeling. De Financiële Commissie komt binnen via de trap in de noordoostelijke hoek van de binnenplaats. Vanuit hier maken ze gebruik van het dichtstbijzijnde trappen huis, dat vervolgens leidt naar de gang en de aanliggende kantoren op de derde en vierde verdieping. De Bouwcommissie heeft ook een eigen ingang, geplaatst aan het oostelijke einde van de arcade. Deze ingang geeft de werknemer toegang tot een relatief gesloten trappenhuis dat, evenals de Financiële Commissie, direct naar de gang van de afdeling leidt, op dezelfde verdiepingen als de Financiële Commissie. Raadsleden vinden hun weg naar de raadzaal via de ingang in de Grote toren onder de arcade, door de Hal van de Honderd Gewelven. Hoewel het College van Burgemeester en Wethouders geen specifieke ingang heeft, zullen ze via de raadsgang eerst een van de twee vergaderzalen bezoeken, waarna ze de weg vervolgen naar het Presidium, om aansluitend via de bibliotheek de Raadzaal binnen te stappen. Werknemers van de keuken of de conciërgestaf zullen het gebouw vooral binnen komen via de deur
naar de kelder in de zuidoostelijke- of zuidwestelijke hoek van de binnenplaats. Andere werknemers maken gebruik van de ingang die het dichtste bij hun afdeling ligt, zowel de Noordelijke trappentoren als de Maantoren hebben beide een ingang die de twee blokken waaruit het stadhuis bestaat distribueert. De route voor een trouwceremonie loopt door de arcade naar de Hal van de Honderd Gewelven, direct naar de Ovale kamer, deze dient als trouwlocatie en heeft een maximale capaciteit van 15 personen. Bij grote festiviteiten, zoals het uitreiken van de Nobelprijs, komen speciale gasten de Blauwe kamer binnen via een ceremoniële route. Deze gaat net als de trouwroute via de Hal van de Honderd Gewelven naar de Ovale kamer, deze kamer dient als een rustpunt in de route, nadat men van de indrukwekkende Grote toren afkomt. Daaropvolgend zullen deze speciale gasten doorlopen naar de rijkelijk uitgevoerde Prinsengallerij, de Ronde kamer is het volgende rustmoment in deze route. Aansluitend bereikt men de Drie Kronen kamer, die met haar grote raampartij een imponerend licht-donker contrast vormt met de volgende kamer, de imposante Gouden hal. Ten slotte zullen deze gasten via een van de zeven deuren het balkon van de Blauwe hal bereiken en via de trap afdalen naar de feestelijke locatie.
Ceremoniële route Medewerker Bezoeker Trouwen
210
Stockholm
Tweede verdieping
Eerste verdieping
Vijfde verdieping
Begane grond
Vierde verdieping
Kelder
Derde verdieping
Interieur
211
FUNCTIE VAN DE RUIMTE
INTERIEUR
Afleesbaar uit de analyse tekeningen is het feit dat facilitaire ruimtes vooral geconcentreerd zijn in de kelder- en zolderverdieping, in de rest van de lagen zijn slechts enkele keren facilitaire ruimtes toegevoegd, maar wel op een structurele wijze. De begane grond is hierbij een uitzondering, omdat deze in de oostvleugel nog een splitlevel verdieping bevat en in de middenvleugel nog de functie garderobe huisvest. De ceremoniĂŤle route en de raadsruimtes (o.a. bijeenkomstruimtes) zijn grotendeels gesitueerd in het oostelijke blok, waarbij alleen de Blauwe hal een uitzondering is, omdat deze gesitueerd is in de perforatie van het administratieve blok. De resterende verdiepingen bevatten voor het grootste oppervlak werkruimtes aan de randen van het gebouw, dit geldt niet voor de raadzaal, deze maakt gebruik van de oostvleugel over zijn volledige hoogte boven maaiveld.
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte CeremoniĂŤle ruimte Ontvangstruimte Facilitaire ruimte
212
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Dwarsdoorsnede A-A’ 1:500
Interieur
213
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte Ceremoniële ruimte Ontvangstruimte Langsdoorsnede B-B’ 1:500
214
Stockholm
Facilitaire ruimte
N 1 2
5
10
20 meter
Kelder 1:500
Interieur
215
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte CeremoniĂŤle ruimte Ontvangstruimte Begane grond 1:500
216
Stockholm
Facilitaire ruimte
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
217
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte CeremoniĂŤle ruimte Ontvangstruimte Verdieping 2 1:500
218
Stockholm
Facilitaire ruimte
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 3 1:500
Interieur
219
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte CeremoniĂŤle ruimte Ontvangstruimte Verdieping 4 1:500
220
Stockholm
Facilitaire ruimte
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 5 1:500
Interieur
221
ONDERDELEN VAN HET STADHUIS
INTERIEUR
De meest kenmerkende ruimtes van een stadhuis zitten, op de burgerzaal na, allemaal op de eerste verdieping, nabij de openbare ruimte, maar toch met enige vorm van distantie. De Blauwe hal is het eindpunt van een reeks ceremoniële ruimtes, de zaal ligt in het verlengde van de openbare ruimte, maar toch evenals de binnenplaats centraal in het gebouw. De trouwzaal is bovendien deel van de ceremoniële ruimtes, echter weegt de naam ‘trouwzaal’ erg zwaar aan de Ovale kamer, omdat deze niet is ontworpen als een trouwzaal, maar slechts voor deze functie gebruikt wordt omdat de kamer er geschikt voor is, vanwege zijn intieme interieur. In principe zou om die reden bijna elke ruimte binnen de ceremoniële route kunnen fungeren als een trouwzaal - afhankelijk van de grootte van de ceremonie - vanwege de monumentale kwaliteiten van de ruimtes. De Burgemeesterkamer, bestuurskamers en de raadzaal liggen naast elkaar in een logische volgorde voor de routing. De wethouder kamers zijn sporadisch verdeeld over de tweede verdieping. Hoewel sommige deel uitmaken van de raadsverdieping achter de rijk uitgevoerde gevels, lijken enkele wethouders in het zakelijkere administratieve blok geplaatst te zijn, waar het overgrote deel bestaat uit ondersteunende ‘backoffice’ kantoren.
Wethouders Burgemeesterkamer Trouwzaal Raadzaal Publieke zaal Bestuurskamer
222
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Interieur
223
DREMPEL TUSSEN RUIMTES
INTERIEUR
Opvallend aan de verschillende overgangen tussen de ruimtes is dat de meeste overgangen in de categorie hard vallen, echter de ceremoniële route, die vooral door de zuidvleugel van het stadhuis loopt, bestaat geheel uit zachte overgangen. Harde grenzen bestaan binnen deze route alleen bij de overgang tussen interieur en exterieur. Hoewel de kamers van de zuidvleugel allen af te sluiten zijn, zullen deze in de dagelijkse routine echter maar zelden gesloten worden, enkel bij intieme gelegenheden, ze vallen zodoende niet in de categorie harde drempels. De Gouden hal bezit over een aantal transparante deuren, als de zaal afgesloten zou worden, blijft de relatie met de Blauwe hal intact, hiervoor geldt hetzelfde als voor de rest van de ruimtes in de zuidvleugel. De overige verdiepingen hebben een structuur die vergelijkbaar is met die van het administratieve blok, waarbij verkeersruimtes de enige uitzonderingen zijn op de dominant aanwezige harde overgangen. De enige trappen die als een zachte overgang ervaren zullen worden, stijgen slechts over één verdieping, waardoor het mogelijk wordt om een open verbinding te maken tussen de twee ruimtes die verbonden zijn, de visuele relatie weegt hier zeer zwaar.
Zachte drempel Harde drempel
224
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Interieur
225
Zachte drempel Harde drempel
226
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
227
FRAGMENTEN
INTERIEUR
Het gebouw kan opgedeeld worden in een aantal fragmenten, allereerst kan het bekeken als een blok met twee perforaties, namelijk de binnenplaats en de Blauwe hal, daaromheen zijn de ruimtes gesitueerd. We onderscheiden de Grote toren, de zuidvleugel die gedragen wordt door de kolommen-arcade, vervolgens scheidt de Noordelijke trappentoren en de Maantoren het administratieve blok van de rest, we kunnen de noordvleugel aflezen, de raadzaal mag als een losse vleugel gezien worden, het trappenhuis naast de Grote toren, en tenslotte de middenvleugel die ingeklemd is door beide perforaties. Deze fragmentatie wordt versterkt door de onderlinge verschillen in de architectuur van de gevel en de positie van de torens, die bovendien geĂŤxtrudeerd zijn uit de gevel.
Fragment
228
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Dakaanzicht 1:500
Interieur
229
REPETITIE
INTERIEUR
Boven de verdiepingen met representatieve ruimtes voor het stadhuis, bestaan de plattegronden uit een gestructureerde plattegrond met kantoorvleugels die onderbroken worden door verschillende trappenhuizen en facilitaire ruimtes. Als de verschillende onderdelen per verdieping bekeken worden zal er niet zo snel een repeterend element in de plattegrond gevonden worden, vanwege de grote variatie in afmeting, vorm en typologie van de ruimte (het kantoor). Dit kan daarentegen wel als de verdiepingen bekeken worden als een geheel en een verbinding gemaakt wordt in verticale richting. Het resultaat van deze analyse wordt weergegeven in de isometriĂŤn op de rechter pagina. Waarbij voor alle repeterende elementen een duidelijk geconcentreerde en bovendien symmetrische positionering geldt.
Verdieping 4 1:1000
Verkeersruimte Kantoortypologie Trappenhuis Facilitaire ruimte
230
Stockholm
Abstracte gebouwmassa
Verticaal transport
Horizontaal transport
Kantoortypologie
Facilitaire ruimtes
10
20
50
100 meter
Isometrie structuur 1:2000
Context
231
RITME
INTERIEUR
De ritmes die afleesbaar zijn uit de plattegronden zijn te onregelmatig verdeeld over de verschillende verdiepingen om er een eenduidig ritme uit te vormen. Pas zodra de ritmes van het exterieur door worden getrokken in het interieur, kan de conclusie worden gevormd dat er bij de indeling van de ruimtes eerder gekeken is naar een functioneel oppervlakte, anders dan het aanhouden van een strakke stramienmaat,. Ondanks dat er niet royaal van af is geweken, is er een dominant aanwezige, onregelmatige structuur te vinden in de plattegronden. De Gouden hal, Blauwe hal en de Raadzaal lijken het exterieur ritme het meest te respecteren, hoewel de ruimtes zelf geen wanden bevatten, is de aankleding van het interieurontwerp duidelijk afgestemd op de structuur van de buitengevel.
Primair ritme
232
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
233
SYMMETRIE
INTERIEUR
Als de plattegrond abstract en in zijn geheel bekeken wordt kan geconcludeerd worden dat deze symmetrisch is over een horizontale oost-west as, ondanks de hoekverdraaiing van de noordgevel. Aan beide kanten van de as kan een koppel ontdekt worden, namelijk: beide helften van het administratieve blok, de Noordelijke trappen toren tegenover de Maantoren, de noord- en zuidvleugels, de Karintoren versus de Maagdentoren, en de symmetrische Raadzaal met aanliggende ruimtes. Voor de Grote toren, die bovendien buiten de rechthoekige vorm van het stadhuis staat, bestaat geen waardige wederhelft die de balans kan herstellen, om die reden is de Grote toren een uitzondering.
Primaire symmetrie Uitzondering
234
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
235
SYMMETRIE
INTERIEUR
Een aantal onderdelen van de fragmenten kunnen als symmetrisch bestempeld worden. Allereerst zijn de Raadzaal, Prinsengallerij en de Gouden zaal bijna volledig symmetrisch, zowel interieur als de gevelindeling exterieur. De aanliggende kamers van de Raadzaal zijn niet geheel vergelijkbaar, maar er bestaat een duidelijke balans. Dit geldt bovendien voor de Prinsengallerij, hier zijn echter de Ronde- en Ovale kamer niet gelijk. De Gouden zaal is interieur wel symmetrisch, de twee koperen torens verschillen qua vorm van elkaar. Een secundaire symmetrie bestaat in het administratieve blok, de overstaande gevels lopen namelijk niet parallel, en bovendien verschillen de afmetingen en indeling van ruimtes te veel van elkaar. Deze symmetrie is daarentegen wel te constateren in de gevels van het blok. Daarnaast bestaat er in de noordvleugel ook een vorm van secundaire symmetrie. De basis ligt, zoals reed gezegd is, in de centrale symmetrie-as van de noordgevel, op het punt waar alle ritmes samenvallen. De ruimtes van het interieur aan deze gevel vormen een balans rond deze as, waar het trappenhuis, het Presidum en de Karin toren een uitzondering zijn. Deze symmetrie wordt doorgetrokken tot een van de binnengevels.
Secundaire symmetrie Primaire symmetrie Uitzondering
236
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
237
MATERIALISATIE
INTERIEUR
De materialisering van de kantoorruimtes is grotendeels uit houten vloeren, met gepleisterde wanden, enkele vloeren zijn belegd met luxe tapijten, zoals de BrĂĽvalla kamer. Vrijwel alle (semi-)openbare ruimtes zijn uitgevoerd in steen, waarvan het merendeel marmer is, trappen zijn gemaakt van granieten tredes. Uit deze analyse blijkt bovendien dat de raadzaal een ruimte is die zich onderscheidt van de rest, als uitzondering is deze uitgevoerd met een vloerbedekking, evenals de aanliggende ruimtes. Een bestuurskamer en het presidium hebben ook marmeren vloeren, deze verkrijgen zo een formele uitstraling. Op basis van de beschikbare informatie is ervoor gekozen om slechts een verdieping uit te werken, deze toont een duidelijke structuur in de materialisatie van het stadhuis, waarbij de meeste representatieve-, ceremoniĂŤle- en bestuurskamers anders worden uitgevoerd dan de ruimtes met een kantoortypologie.
Baksteen Hout Marmer Pleisterwerk Vloerbedekking
238
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
239
Baksteen Hout Verguld Mozaïek Pleisterwerk Dwarsdoorsnede A-A’ 1:500
240
Stockholm
Vloerbedekking
1 2
5
10
20 meter
Langsdoorsnede B-B’ 1:500
Interieur
241
DOMEINEN
INTERIEUR
De domeinen binnen het stadhuis van Stockholm zijn overzichtelijk verdeeld, zo bestaat de begane grond grotendeels uit openbare ruimtes waar de burger altijd mag komen, de eerste verdieping echter bestaat voor het merendeel uit ceremoniĂŤle ruimtes, die alleen gebruikt morgen worden op basis van een uitnodiging of tijdens rondleidingen. De verticale toegankelijkheid kan geregeld worden aan de hand van trappenhuizen die afsluitbaar zijn, in het administratieve blok is ook bewaking aanwezig, bij de hoofdingang is bovendien een portier ter plaatse. Andere ruimtes kunnen gezien worden als een soort schil om de (semi-)openbare ruimtes, die in dit geval bestaat uit kantoren en verkeersruimte, waarbij enkele werkruimtes bestaan voor meerdere werknemers, deze vallen binnen de categorie semiprivĂŠ. De raadzaal zorgt voor een uitzondering in de structuur, omdat de tribunes voor publiek, pers en genodigden (semi-)openbaar zijn, moeten de trappenhuizen om de zaal als (semi-)openbaar bestempeld worden. Ten slotte kan de toren, als symbolisch centrum van de stad, gekenmerkt worden als een openbare ruimte, het publiek mag de toren beklimmen en genieten van het uitzicht over hun stad.
Publieke ruimte Semi-publieke ruimte Semi-private ruimte Private ruimte
242
Stockholm
1 2
5
10
20 meter
Dwarsdoorsnede A-A’ 1:500
Interieur
243
Publieke ruimte Semi-publieke ruimte Semi-private ruimte Langsdoorsnede B-B’ 1:500
244
Stockholm
Private ruimte
1 2
5
10
20 meter
Kelder 1:500
Interieur
245
Publieke ruimte Semi-publieke ruimte Semi-private ruimte Begane grond 1:500
246
Stockholm
Private ruimte
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
247
Publieke ruimte Semi-publieke ruimte Semi-private ruimte Verdieping 2 1:500
248
Stockholm
Private ruimte
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 3 1:500
Interieur
249
Publieke ruimte Semi-publieke ruimte Semi-private ruimte Verdieping 4 1:500
250
Stockholm
Private ruimte
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 5 1:500
Interieur
251
RAADZAAL
INTERIEUR
De Raadzaal van het stadhuis is een symbool voor een eeuwenoude traditie, de duidelijk aanwezige spanten in het dak van de zaal verwijzen naar de vergaderingen van Vikingen, die onder hun omgekeerde boot afspraken maakten over de volgende plundertocht. De Raadzaal is op een prominente positie in de oostgevel geplaatst, waardoor de ruimte een directe relatie aangaat met het oude centrum, Gamla Stan. Interieur gezien ligt de zaal in een route die voor het bestuursorgaan gebruikelijk is. Allereerst worden wetsvoorstellen besproken in een van de vergaderkamers naast de Burgemeesterkamer, de volgende ruimte in deze lijn is het Presidium waar een vergadering van de Raad wordt voorbereid en bovendien gesproken wordt over de werkwijze en procedures, een voorlaatste stap is een bezoek aan de bibliotheek, waarna men de Raadzaal zelf betreedt. Aansluitend op de vergadering wordt er eten en drinken geserveerd in de lounges, en ten slotte zullen de leden van de Raad daaropvolgend via de Grote Toren het gebouw weer verlaten. De hoge ramen in de oostgevel geven de afmetingen van de raadzaal in het volume van het gebouw bloot aan de stad, bovendien vullen ze de ruimte met licht. Daar waar het licht zich concentreert, zitten de representatieve van de Raad, dit presidentschap bestaat uit de Burgemeester, de eerste en tweede viceburgemeesters en de stadssecretaris. De zitplaatsen staan op een podium, overdekt met een luifel, ook de sprekers maken gebruik van deze verhoging. Om de aandacht te focussen op het centrum van onderhandeling zijn
6
Cornell, E. (1992) Stockholm Town Hall. Stockholm: Byggförlaget.
Snick-Snack AB (2011, Jan) How Stockholm is governed - on the way to world class. SLK306 Stockholm: EkotryckRedners. Beroep gedaan op: 20-05-2014 9
alle raadsleden verdeeld over boogvormige tafels. De meubels zijn ontworpen en gemaakt door Carl Malmsten.
Verdieping 1 1:1000
Partijen zullen plaatsnemen aan de linker- of rechterzijde van het podium, afhankelijk van hun politieke opvattingen. Het totaal aantal raadsleden bestaat uit 100, er is dus één gewelf voor ieder raadslid, tegenwoordig zijn er echter 101 plaatsen, zodat er een meerderheid bereikt kan worden. In de buitenste ring zitten ondersteunende werknemers die ervoor zorgen dat het proces goed verloopt.
Vergaderingen zijn altijd open voor het publiek, de zuidzijde van de ruimte bevat een publieke tribune, de noordzijde heeft tribunes voor de pers en genodigde gasten van de raad.6, 9
Spreekgestoelte Raadsleden Wethouders Burgemeester Ondersteunend personeel Publiek / Pers
252
Stockholm
N 1
2
5
10 meter
Raadzaal: verdieping 1 en 3 1:200
Interieur
253
Spreekgestoelte Raadsleden Wethouders Burgemeester Ondersteunend personeel Raadzaal: dwarsdoorsnede A-A’ 1:200
254
Stockholm
Publiek / Pers
1
2
5
10 meter
Raadzaal: langsdoorsnede B-B’ 1:200
Interieur
255
CONCLUSIE: GEMEENSCHAPSHUIS
STOCKHOLM
Het stadhuis is ontworpen met twee burgerpleinen die de rol van centrale ontmoetingsplek en distributie opnemen. De overige ruimtes schermen deze intieme plekken af van de context. Hoewel een van de twee overdekt is en dus bij het interieur hoort, zijn ze alletwee een extensie van de openbare ruimte, als een gebaar om de burgers van Stockholm welkom te heten. Vooral bij de binnenplaats heerst een gevoel van openbare ruimte door de sterke verbinding die gemaakt wordt met het M채larmeer en de uitstraling van de architectuur van de omsluitende wanden, die in lijn staat met wat er gebeurt in de buitengevels. De gebogen trap en het aansluitende ruime bordes trekken de verbinding tussen openbare ruimte en het gebouw letterlijk in het stadhuis. Binnen staat het andere burgerplein; de Blauwe zaal - burgerzaal - voor de festiviteit, samenkomst en het vieren van Zweden als onafhankelijke staat. De openbare ruimte gaat hier door middel van de monumentale trap over in het bestuursorgaan van Stockholm.
Burgerplein
256
Stockholm
5
10
20
50 meter
Isometrie burgerplein 1:1000
Conclusie
257
CONCLUSIE: ABSTRACTE RECONSTRUCTIE
STOCKHOLM
Door het gebouw te abstraheren kunnen verschillende ontwerpkeuzes van Östberg nagegaan worden. In een rechthoekig bouwblok worden de twee burgerpleinen gebruikt om binnenplaatsen te creëren, een in de vorm van een perforatie, de ander als een zaal. Functies krijgen vervolgens een plaats in het gebouw, de architectuur weerspiegelt deze positie middels zijn expressie. Om deze verschillende onderdelen en stijlen te scheiden worden torens ingezet als verticaal element in de massieve, horizontaal georiënteerde, gevels. De Grote toren is hier echter een uitzondering, deze toren vormt een object dat zich kan meten met de schaal van het stadhuis en daardoor een symbool kan zijn om de verschillende stadsdistricten te verbinden, onder andere door middel van een visuele relatie. Ten slotte is het gebouw een belangrijk onderdeel in de stedelijke context en het publieke domein, de hoofdingang fungeert als een poort naar een nieuw publiek domein dat ondanks zijn openbare karakter een intieme sfeer kent. Er wordt nadruk gelegd op de verbinding met de stad en het meer door middel van de arcade.
Verbinding Scheiding Burgerplein
258
Stockholm
10
20
50
100 meter
Abstracte reconstructie stadhuis 1:2000
Context
259
CONCLUSIE: DIFFERENTIATIE IN AFSTAND TUSSEN PUBLIEK FUNCTIE
STOCKHOLM
Bij de analyse van de repetitie in het interieur werd duidelijk hoe de structuur van het stadhuis verdeeld was over de verschillende lagen. Om tot een complete conclusie te komen over de structuur is het beeld compleet gemaakt door naast kantoren, dezelfde tekenwijze toe te passen voor de ceremoniële- en bestuursruimtes, waarmee de meeste ruimtes in beeld zijn gebracht. Deze isometriën geven een duidelijk beeld hoe de representatieve ruimtes geclusterd zitten aan het oostelijke blok van het stadhuis. Deze positie staat dichter in verband met de oude kern Gamla Stan, en is daardoor deel van de waterkant. Doordat de ruimtes vooral op de eerste verdieping zijn geplaatst, is de connectie met het publiek ook sterk, echter zijn de ceremoniële ruimtes eenvoudiger bereikbaar dan de bestuursruimtes, er wordt dus een afstand gecreëerd tussen de formele functies en de openbare ruimte. Kantoren, die in dit geval meer op de achtergrond vallen, hebben dan ook een positie die verder van het centrum ligt, in het westelijke deel van het stadhuis. Daarnaast zijn er ook nog werkruimtes gegroepeerd in de bovenste verdiepingen. Om die reden kan er geconcludeerd worden dat er door middel van architectonische expressie aan de buitenzijde, positionering van de functie en de locatie ten op zichte van het centrum van de stad, het stadhuis van Stockholm zo is vormgegeven dat deze representatieve functies duidelijk op de voorgrond vallen en daardoor een memorabele indruk achter laten. Niet alleen is dit naar buiten toe gericht, ook intern is deze gradatie duidelijk voelbaar,
doordat deze ruimtes zo geclusterd zitten om de twee burgerpleinen van het gebouw. Bovendien ondersteund de analyse van de Materialisatie deze veronderstelling, hierin is duidelijk een onderscheid zichtbaar.
Bestuursruimtes Ceremoniële ruimtes Kantoren
260
Stockholm
5
10
20
50 meter
CeremoniĂŤle-, bestuursruimtes en kantoren 1:1000
Conclusie
261
CONCLUSIE: ÉÉN GEHEEL UIT LOSSE ELEMENTEN
AMSTERDAM
De analyses Ritme, Symmetrie, Repetitie, Drempels en Functie van de ruimte laten allemaal verschillen en structuren zien in het gebouw, zowel op het niveau van ruimte als de gevel. Als deze variaties op de twee niveaus worden gebundeld, ontstaan binnen het geheel losse onderdelen die ten opzichte van elkaar anders zijn op één of meerdere eigenschappen. Het resultaat van deze splitsing wordt weer gegeven door de exploded isometrie van het stadhuis. Ondanks een verbrokkeling binnen het totaal, staat het stadhuis sterk als een totaalobject. De uitdaging die architect Östberg te wachten stond toen hij een symbool voor een land wilde creëren, aan de hand van een soort pattriotistische aanpak waarmee hij herkenbare elementen uit heel Zweden combineerde, heeft hij ook toegepast in het totale gebouw. De vele variaties en verschillende stijlen vallen stuk voor stuk juist op hun plek, daarmee heeft Östberg een gebouw gemaakt dat volledig uitstraalt wat hij voor ogen had, de krachtige expressie van de Zweedse bouwstijl zorgt voor eenheid.
262
Stockholm
Exploded isometrie van het stadhuis 1:1000
Conclusie
263
HILVERSUM
265
HILVERSUM, 1924 - 1931
Arjen Simonse
Het in 1931 voltooide raadhuis van Hilversum geldt als het belangrijkste en meest bekende werk van Willem Marinus Dudok. Het gebouw is in de loop der tijd uitgegroeid tot een icoon voor Hilversum en één van de hoogtepunten van de Nederlandse architectuur. In dit hoofdstuk wordt het raadhuis volgens de systematische analyse van dit onderzoek uit elkaar gehaald en gefileerd om zo tot de kern te komen van wat het gebouw zo bijzonder en kenmerkend maakt. Willem Marinus Dudok werd in 1884 geboren in Amsterdam en werd na een militaire opleiding in 1915 architect bij de gemeente Hilversum. In de daaropvolgende decennia drukte Dudok zijn stempel op Hilversum met vele gebouwen en stedebouwkundige plannen. Het raadhuis is hiervan de belangrijkste exponent en wellicht het meesterwerk uit Dudoks gehele oeuvre. Dudok was geen architect die een duidelijke voorkeur had voor een bepaalde stijl of stroming. Hij was geen traditionalistische architect, maar sloot zich ook niet aan bij het opkomende modernisme en functionalisme. Hij opereerde voornamelijk op basis van een functionalistische visie, maar wel een visie waarin een harmonieuze en verrijkende esthetiek één van de belangrijkste functies van het gebouw was. Nadat Dudok in 1915 was aangesteld bij de gemeente Hilversum maakte hele vele verschillende ontwerpen voor het door hen gewenste nieuwe raadhuis voordat in 1924 het definitieve ontwerp gereed was. Dit moeizame en lange ontwerptraject typeert het gebouw en heeft er wellicht ook toe geleid dat dit eindresultaat bereikt kon worden. In
Bronnen - Bergeijk van, H., 2001. W.M. Dudok. Rotterdam: 010 Publishers. - Cramer, M. & den Dikken, A., 2006. Raadhuis Hilversum, een gebouw voor eeuwen. Zwolle: Waanders Uitgevers. Afbeelding rechterpagina: Anon, 1935. Het raadhuis aan het Dudokpark. [digitale afbeelding] Beschikbaar op: http://zoeken.gooienvechthistorisch.nl/publiek/detail.aspx?xmldescid=189805310 [Geopend 24 juni 2014].
eerste instantie ontwierp Dudok een nieuw gebouw op de locatie van het oude raadhuis in het centrum van de stad; pas later in 1923 kwam de huidige locatie op een landgoed in een villawijk aan bod. De eerste ontwerpen lijken dan ook in geen enkel opzicht op het huidige gebouw en voor het definitieve ontwerp was zelfs een handtekeningenactie onder Nederlandse architecten nodig om de bouw door te laten gaan. Na de oplevering in 1931 werd het gebouw echter al snel op waarde geschat. In Nederland en vooral ook in het buitenland verkreeg het gebouw een enorme populariteit die tot veel bezoekers leidde. Het gebouw is een verbonden geraakt met het woord ‘raadhuis’ en vooral ook met de stad Hilversum. Alleen al in die zin heeft het gebouw veel betekend voor de stad. Het raadhuis wordt gekenmerkt door de asymmetrische compositie van verschillende volumes die langzaam oprijzen uit de omgeving en uitmonden in de 42 meter hoge vierkante toren. Opvallend is ook de grote vijver die voor de zuidgevel ligt; deze geeft het gebouw nog meer uitstraling. In plattegrond wordt het gebouw gekenmerkt door twee hoven waarvan één geheel omsloten wordt door het gebouw. De meest representatieve ruimtes zijn tot in het kleinste detail door Dudok ontworpen. De gevel van het gebouw is voornamelijk opgetrokken uit gele bakstenen die onderbroken worden door de soms grote stalen puien en bovenaan afgesloten worden met witte betonnen daklijsten. De meestal verborgen interne constructie is echter een combinatie van staal en beton.
Het raadhuis van Hilversum heeft een duidelijke en zeer geslaagde representativiteit. Dit zorgt natuurlijk voor een zekere autoritaire uitstraling van het gebouw. Dit is ook wat Dudok met het gebouw bedoeld heeft. Het raadhuis had volgens hem een zowel een representatieve als een administratieve functie. Daarom moest het een symbool van de stad zijn, maar tegelijkertijd ook een efficiënt kantoorgebouw.
N
Situatie 1934 1:10000
268
Hilversum
50
100
200
500 meter
N 10
20
50
100 meter
Situatie 1933 1:2000
Exterieur
269
BASISTEKENINGEN
Ruimtenummering 1 Fietsenkelder 2 Kruipruimte 3 Archief 4 Magazijn 5 Keuken 6 Toiletten 7 Technische ruimte 8 Kadaster 9 Bouw en woningtoezicht 10 Directeur 11 Publiek 12 Reserve/flexibel 13 Militaire zaken 14 Chef 15 Gemeenteontvanger 16 Kluis 17 Financiën 18 Belastingen 19 Verificatie en centrale inkoop 20 Ondertrouw 21 Burgerlijke stand 22 Bevolking 23 Vergaderzaal/stemlokaal 24 Overig/opslag/berging 25 Lift 26 Vestibule 27 Conciërge 28 Burgemeester en wethouders 29 Spreekkamer 30 Werkkamer burgemeester 31 Registratuur en bibliotheek
Bronnen - Umberto Barbieri, S., 1999. Honderd jaar Nederlandse architectuur 1901-2000 : tendensen, hoogtepunten. Nijmegen: SUN.
270
Hilversum
32 Werkkamer wethouder 33 Gemeentesecretaris 34 Algemene zaken 35 Hoofdcommies redacteur 36 Wachtkamer 37 Bodes 38 Typistes 39 Politie 40 Cel 41 Woninginspectie en uitbetaling 42 Slangenwagen en brancard 43 Fietsenstalling ambtenaren 44 Transformatoren 45 Binnenplaats 46 Eetkamer conciërge 47 Woonkamer conciërge 48 Keuken conciërge 49 Bijkeuken conciërge 50 Auto’s 51 Bewaarder 52 Directeur publieke werken 53 Archief publieke werken 54 Spreek en wachtkamer 55 Opzichters 56 Hoofdopzichter 57 Grondbedrijf 58 Ingenieur 59 Architect 60 Leeszaal 61 Raadzaal 62 Garderobe dames
63 Koffiekamer 64 Garderobe heren 65 Burgerzaal 66 Garderobe 67 Eerste trouwzaal 68 Tweede trouwzaal 69 Administratie publieke werken 70 Commies boekhouder 71 Slaapkamer conciërge 72 Badkamer conciërge 73 Gereserveerde tribune 74 Pers en publiekstribune 75 Tekenzaal architect 76 Perskamer 77 Tekenzaal publieke werken 78 Tribune 79 Zolder conciërge 80 Tekenzaal 81 Tekenarchief 82 Toren 83 Torenklokken
N 1 2
5
10
20 meter
Kelder 1:500
Basistekeningen
271
Begane grond 1:500
272
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Basistekeningen
273
Verdieping 2 1:500
274
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Verdieping 3 1:500
Basistekeningen
275
276
Hilversum
Verdieping 4 1:500
Verdieping 7 1:500
Verdieping 5 1:500
Verdieping 8 1:500
Verdieping 6 1:500
Verdieping 9 1:500
N 1 2
5
10
20 meter
Verdieping 4 t/m 9 1:500
Basistekeningen
277
Westgevel 1:500
Zuidgevel 1:500
278
Hilversum
Oostgevel 1:500
N 1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Basistekeningen
279
280
Hilversum
Doorsnede A - A’ 1:500
N 1 2
5
10
20 meter
Doorsnede B - B’ 1:500
Basistekeningen
281
STADSNIVEAU
CONTEXT
Wat meteen opvalt aan deze kaart is dat het Raadhuis in 1934 een heel eind buiten het centrum van Hilversum lag. Een belangrijke reden hiervoor is het feit dat hier voldoende grond beschikbaar was om een groot nieuw raadhuis neer te zetten. Gevolg hiervan is dat het raadhuis in een parkachtige villawijk ligt die passend is bij het imago van Hilversum als tuinstad. Hilversum is ontstaan op een stuwwallenlandschap en was tot in de 17e eeuw een agrarisch brinkdorp. Aan één van deze brinken staat nog steeds het oude raadhuis van Hilversum. De bebouwing bestond op dat moment voornamelijk uit boerderijen. In de 17e eeuw ontstonden in Hilversum vele weverijen en spinnerijen die ervoor zorgden dat het dorp uitgroeide tot een vroeg-industriële plaats. Tot in de 20e eeuw groeide Hilversum, in eerste instantie vooral vanwege de industrie en werden er voornamelijk kleine arbeiderswoningen gebouwd, later kwamen vele rijken die hun zomerverblijven in Hilversum lieten bouwen. Samen met het typische landschap het Gooi heeft deze bebouwing geleidt tot het Hilversum van nu dat vaak wordt omschreven als een tuinstad. Gevarieerde, veelal lage, bebouwing die omringd wordt door veel groen. Een ander gevolg van de positie van het raadhuis buiten het centrum is dat het gebouw niet hoeft te concurreren met de grote kerken in het centrum van de stad. Omdat er enkel lage bebouwing rondom het raadhuis staat kan het gebouw alle aandacht voor zich opeisen.
Bronnen - Coenders, A., 2001. Hilversum, Architectuur en stedenbouw 1850 1940. 3e red. Zwolle: Waanders Uitgevers.
Stadhuis Kerkelijke instanties Andere overheidsinstanties Internationale instanties Overige bebouwing Water
282
Hilversum
N 50
100
200
500 meter
Situatie 1934 1:10000
Context
283
MORFOLOGIE
CONTEXT
Deze morfologische situatietekeningen geven een duidelijk beeld van de omgeving van het raadhuis en hoe het raadhuis zich verhoudt tot deze omgeving. Het raadhuis is vele malen groter dan de omliggende bebouwing; dit is ook duidelijk zichtbaar in de verkavelingstekening. Zichtbaar is ook de zeer groene omgeving rondom het raadhuis. Het groen neemt het grootste deel van de kaart in beslag. Iets wat niet gezegd kan worden voor het water wat enkel bestaat uit de bij het raadhuis behorende vijvers. In de omgeving van het raadhuis is geen enkele vorm van natuurlijk water te vinden.
Analyse
284
Hilversum
Gebouwen
Infrastructuur
Groen
Water
Kavels
N
Morfologie
Context
285
PROFIELDOORSNEDE
CONTEXT
Deze profieldoorsnedes maken nogmaals goed duidelijk hoe het Hilversumse raadhuis is gepositioneerd in zijn omgeving. Slechts weinig en zeer verspreide bebouwing, veel groen en een groot verschil qua volume van de gebouwen. Het raadhuis torent letterlijk boven het omringende uit. Een in het oog springend detail is het huis ten oosten van het raadhuis. Dit staat zeer dicht tegen de laagbouw van het raadhuis aan als gevolg van het feit dat beide gebouwen op dit punt dicht tegen hun kavelgrens staan. Later is op deze plaats een extra gemeentekantoor gebouwd.
Positie profieldoorsnede 1:10000
Aanzicht Snede
286
Hilversum
Doorsnede oost - west 1:1000
Doorsnede noord - zuid 1:1000
Context
287
TOEGANG
CONTEXT
Het raadhuis van Hilversum heeft in feite twee ‘hoofdingangen’. Één van deze ingangen is de formele en representatieve ingang. Deze is gelegen aan de zuidgevel van het gebouw en ligt aan het eind van een lange route langs de vijver. Deze ingang is vooral in gebruik voor representatieve zaken zoals het ontvangen van belangrijke gasten en als ingang voor het bruidspaar wanneer er getrouwd wordt. De tweede ‘hoofdingang’ is de ingang die in het dagelijks gebruik het belangrijkst is. Deze ingang ligt aan de westzijde van het gebouw en is in gebruik als ingang voor de inwoners van Hilversum die hun gemeentelijke zaken komen regelen.
Primaire toegang
288
Hilversum
N 10
20
50
100 meter
Situatie 1:2000
Context
289
NOLLI
CONTEXT
Omdat het raadhuis zich bevindt in een villawijk wordt het enkel omringd door private bebouwing. In dit geval zijn de tuinen van deze woningen nog in wit aangegeven daar deze vaak wel toegankelijk zijn. In feite zijn deze echter ook privĂŠ terrein; dit maakt het raadhuis eigenlijk tot een openbare enclave tussen private ruimte. Wanneer je jezelf echter in de buurt van het raadhuis bevindt komt dit vanwege het open en groene karakter van de omgeving niet zo over.
Openbaar Privaat
290
Hilversum
N 10
20
50
100 meter
Situatie 1:2000
Context
291
TYPE RUIMTE
CONTEXT
Ook in deze analyse komt duidelijk een component van het omgevingskarakter naar voren. Afgezien van de bebouwing wordt het overgrote deel van de omgeving ingenomen door groene ruimte. Voornamelijk door de grote tuinen rondom de vrijstaande villa’s, maar ook door openbaar groen rondom en in de buurt van het raadhuis. Opvallend is dat er, in tegenstelling tot wat vaak het geval is, geen grote stadspleinen voorkomen in de omgeving van het raadhuis.
Plein Tuin Binnenplaats Straat Groen
292
Hilversum
N 10
20
50
100 meter
Situatie 1:2000
Context
293
VOLUME
EXTERIEUR
Het volume van het Hilversumse raadhuis bestaat uit twee losse delen. Dit is echter nauwelijks zichtbaar omdat het hele gebouw is opgebouwd uit losse massa’s en omdat de twee volumes elkaar bijna raken. Duidelijk zichtbaar in deze isometrie is ook de ingewikkelde compositie van het gebouw die langzaam vanuit laagbouw steeds hoger wordt en uiteindelijk uitmondt in de zeer herkenbare toren. Ook te zien zijn de vele daklichten die als bezoeker nooit direct zichtbaar zijn maar er wel voor zorgen dat daglicht tot diep in het gebouw binnen kan dringen.
294
Hilversum
Isometrie
Exterieur
295
TOEGANG
EXTERIEUR
In deze tekening zijn alle ingangen zichtbaar vanuit waar het raadhuis te betreden is. Het gebouw heeft vele verborgen secundaire entrees en slechts drie ingangen die veelvuldig in gebruik zijn. Deze primaire entrees zijn soms lastig te onderscheiden van ingangen die voor specifieke personen of doeleinden bedoeld zijn omdat deze beide vaak aan het eind van een uitgewerkte route vanaf de straat liggen. Dit levert echter nooit problemen op aangezien het gebouw prima vanaf verschillende kanten betreden kan worden. De representatieve hoofdentree van het raadhuis ligt aan de zuidzijde langs de vijver. Deze wordt gebruikt voor officiĂŤle ontvangsten en trouwerijen. Bij slecht weer kan de overdekte ingang die iets meer naar het oosten ligt worden gebruikt. Ambtenaren komen, nadat ze hun fietsen in de stallingen hebben geparkeerd, binnen via de ingang aan het oosten. Aan de westkant van het gebouw betreden burgers het gebouw terwijl in het zuidwesten speciale entrees voor burgemeester en wethouders zijn. De entree aan de noordzijde is primair bedoeld als uitgang voor trouwceremonies. Deze hebben een eigen route door het gebouw met verschillende ingang en uitgang zodat eventuele voertuigen enkel doorgereden hoeven te worden.
Bronnen - Schulting, G., 2014. Informatie over het raadhuis Hilversum [E-mailconversatie] (7 april 2014).
Secundaire toegang Primaire toegang
296
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Exterieur
297
DREMPEL
EXTERIEUR
Zoals bij de vorige analyse al vermeld liggen vele ingangen van het gebouw aan het eind van een pad dat vanaf de straat naar het gebouw leidt. Deze paden zijn samen met het raadhuis ontworpen en vormen als het ware lopers voor de bezoekers. Dit draagt mede bij aan de statigheid en representativiteit van het gebouw. Na deze uitgerekte zachte drempels volgt altijd de harde overgang van een deur alvorens men het gebouw betreedt. Ook de passages naar het oostelijke hof kunnen gezien worden als zachte drempels. Deze vormen een lichte barrière die ervoor zorgt dat het hof niet als doorgaande weg wordt gebruikt.
Zachte overgang Harde overgang
298
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Exterieur
299
GEVELCOMPOSITIE - TRANSPARANTIE
EXTERIEUR
Het Hilversumse raadhuis kent veel verschil in de mate van transparantie van de verschillende gevels. In dit verschil is duidelijk de dubbele functie van het gebouw zichtbaar. De gesloten zuidgevel vertegenwoordigt de representatieve kant van het gebouw. Deze gevel ligt bovendien achter de vijver en vanaf deze kant lijkt het raadhuis een welhaast onneembare vesting. De andere gevels van het gebouw hebben vaak lange raamstroken die meer de kantoorfunctie van het gebouw vertegenwoordigen. Hier is rekening gehouden met efficiĂŤntie en een prettig werkklimaat.
Transparant
300
Hilversum
Westgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
301
Transparant
302
Hilversum
Oostgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
303
GEVELCOMPOSITIE - REPETITIE
EXTERIEUR
Repetitie is op het eerste gezicht niet iets wat veelvuldig en opvallend voorkomt in het raadhuis. Toch is het iets dat wel degelijk een rol speelt en het gebouw ook in zekere mate bij elkaar houdt. Er zitten veel verschillende ramen en elementen op het raadhuis, maar deze worden bijna altijd meerdere keren gerepeteerd. Hierdoor krijgt het raadhuis toch een krachtige en evenwichtige uitstraling al voert deze repetitie zeker niet de boventoon.
Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element
304
Hilversum
Westgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
305
Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element Repeterend element
306
Hilversum
Oostgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
307
GEVELCOMPOSITIE - RITME
EXTERIEUR
De in de vorige analyse besproken repetitie verzorgt ook de ritmes in het gebouw. Aangezien het gebouw zeer asymmetrisch is en elementen slechts lokaal herhaald worden zijn de ritmes in het gebouw ook slechts plaatselijk en nooit gebonden aan de verschillende massa’s. Repeterende elementen zijn vaak zo uitgelijnd dat ze in hetzelfde ritme vallen. Dit zorgt voor de nodige rust in de complexe compositie van het gebouw. Afgezien van de later besproken bakstenen valt in het raadhuis nooit een duidelijk horizontaal ritme te herkennen.
Secundair ritme Primair ritme
308
Hilversum
Westgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
309
Secundair ritme Primair ritme
310
Hilversum
Oostgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
311
GEVELCOMPOSITIE - SYMMETRIE
EXTERIEUR
Bij het ontwerpen van het raadhuis heeft W.M. Dudok zeer bewust gekozen voor een asymmetrische compositie van het geheel. Hoewel nergens in het gebouw zeer uitgesproken symmetrie is te vinden is het de architect toch gelukt om het een rustig en evenwichtig gebouw te ontwerpen. Deze compositie van het gebouw is zeer sterk, maar toch de asymmetrie nooit dwingend aanwezig en dat is iets wat het gebouw als geheel zo bijzonder maakt. Wanneer je de gevels apart bekijkt zijn toch verschillende symmetrievlakken te ontdekken die vaak ook samenvallen met de repeterende elementen van het gebouw en daarom ook vaak eerder bekeken kunnen worden als een doorgaande lijn dan als een uitgesproken symmetrie.
Symmetrie Symmetrie Uitzondering
312
Hilversum
Westgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
313
Symmetrie Symmetrie Uitzondering
314
Hilversum
Oostgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
315
GEVELCOMPOSITIE - UITZONDERING
EXTERIEUR
Wanneer iets een uitzondering is, is lastig aan te geven. In het exterieur van raadhuis van Hilversum zijn meerdere elementen die slechts een enkele maal voorkomen. Toch passen deze vaak wel in de vormentaal van het gehele gebouw. Iets wat wel buiten deze vormentaal valt is het ronde raam boven aan de zuidelijke gevel van het gebouw. Dit komt nergens anders in welke vorm dan ook terug in het gebouw. Toch is het zeer eenvoudig te verklaren: Het raam is te zien als een handtekening van Dudok. Zeer vaak paste Dudok in zijn gebouwen ĂŠĂŠn rond raam toe op een duidelijk zichtbare plaats; op deze manier zijn de door hem ontworpen gebouwen vaak snel te herkennen.
Uitzondering
316
Hilversum
Westgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
317
MATERIALISATIE GEVEL
EXTERIEUR
Het raadhuis van Hilversum heeft een zeer karakteristieke en zorgvuldig ontworpen materialisatie. Meest in het oog springend is natuurlijk de gele baksteen die het hele beeld van het gebouw bepaald. Deze baksteen is langer en dunner dan de meeste gangbare baksteenformaten en werd speciaal voor het raadhuis gebakken. Het zogenaamde Hilversums formaat meet 233 x 113 x 43 mm (ter vergelijking: waalformaat 210 x 100 x 50 mm). Samen met de wijze van voegen moeten deze bakstenen zorgen voor een horizontale lijn in de gevels. Zoals op de detailtekening is te zien ligt de horizontale voeg schuin naar achter en zo ontstaat er een horizontale schaduwlijn op de gevel. Een ander belangrijk materiaal is beton. In vergelijking met de gele baksteen komt dit weinig voor in het gebouw maar toch heeft het een bepalende rol. De witte betonnen dakranden van gebouw vormen evenals de stenen horizontale lijnen en dienen als afsluiting van de gevel. In sommige geval bevindt zich nog een donkere strook of een glasstrook onder de betonrand voor een nog dramatischer effect.
Glas Beton Baksteen Tegels
318
Hilversum
Westgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
319
Oostgevel 1:500
Glas Beton Baksteen Noordgevel 1:500
320
Hilversum
Tegels
Detail Hilversums formaat baksteen
Exterieur
321
ORNAMENTEN
EXTERIEUR
Ornamenten spelen geen belangrijke rol in het raadhuis van Hilversum; iets wat het raadhuis duidelijk tot een modern gebouw maakt en iets wat het gebouw zijn sculpturale karakter geeft. Volgens Dudok zou het gebouwvolume zijn eigen ornament moeten zijn op zo’n manier dat alle toegevoegde ornamenten overbodig zijn. De weinige ornamenten zijn uitstekende betonnen elementen aan de gevel zonder functie en de lampen boven de ramen van het raadhuis. Verfraaiingen van elementen komen wel vaker voor in het gebouw, maar dan nog zijn dit geen expressieve en op vorm gerichte verfraaiingen. Vaak worden bepaalde elementen benadrukt door ze ander materiaal, een andere kleur of een iets verfijndere uitwerking te geven. Iets wat je bijvoorbeeld ook veel bij gebouwen van H.P. Berlage ziet en wat Dudok duidelijk op zijn eigen manier van hem heeft overgenomen. Detailtekening Op de detailtekening zijn twee van de balkons zichtbaar die boven de vijver, voor de wethouderskamers hangen. Deze hebben wel degelijke een functie en kunnen dus niet gezien worden als een echt ornament, maar eerder als een functionele verfraaiing. De spitse balkons zijn een in het oog springende toevoeging aan de verder zo strakke en sobere gevel van het raadhuis. Of de wethouders hier ook echt vaak even een luchtje scheppen is echter maar de vraag.
Bronnen - Bergeijk van, H., 2001. W.M. Dudok. Rotterdam: 010 Publishers.
Functionele verfraaiing Ornament
322
Hilversum
Westgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
323
Oostgevel 1:500
Functionele verfraaiing Noordgevel 1:500
324
Hilversum
Ornament
Detail geveldeel
Exterieur
325
ONDERDELEN VAN HET STADHUIS
EXTERIEUR
De onderdelen die in deze analyse worden benoemd zijn delen van een exterieur die vaak met een stadhuis geassocieerd worden. Zeker wanneer je naar historische stadhuizen kijkt komen deze elementen vaak terug en je zou dan ook kunnen zeggen dat deze het gebouw herkenbaar maken als zijnde een raadhuis. Vaak is hier dan natuurlijk nog wel een specifieke eigen vorm van deze elementen voor nodig om ze echt bij een raadhuis te laten passen. Zo heeft een kerk vaak ook een toren en klok, maar nooit zie je een kerk met een raadhuistoren of een raadhuis met een kerktoren. In het Hilversumse raadhuis zijn veel van deze elementen in hun eigen vorm aanwezig. Sommige zeer bepalend zoals de toren, andere bijna onzichtbaar zoals het balkon. De toren in van het raadhuis in Hilversum is ĂŠĂŠn van de dingen die het gebouw zijn karakter geven. Deze heeft een zeer eigen en unieke uitstraling die je nergens anders vindt. Wat niet meteen opvalt, is dat de toren aan alle kanten dezelfde soort opbouw heeft, maar toch geheel verschilt aan elke zijde. Iets wat wel meteen opvalt, is het kleine balkon aan de oostzijde van de toren wat enkel dient om te vlag uit te kunnen hangen.
Trap Toren Bordes Vlaggenmast Balkon Klok
326
Hilversum
Westgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Zuidgevel 1:500
Exterieur
327
Trap Toren Bordes Vlaggenmast Balkon Klok
328
Hilversum
Oostgevel 1:500
1 2
5
10
20 meter
Noordgevel 1:500
Exterieur
329
ROUTING
INTERIEUR
Vanwege de vele ingangen die het gebouw telt zijn er ook veel specifieke routes. De tekeningen bij deze analyse geven deze routes weer van het moment dat iemand het gebouw binnenkomt tot dat deze bij zijn bestemming is. Looproutes die in het dagelijks werk worden gebruikt zijn niet weergegeven, maar deze zullen vaak volgens de al getekende lijnen verlopen. Ook routes naar ruimtes die nauwelijks gebruikt worden zijn niet weergegeven. Ambtenaren komen via de ingang in het oostelijke hof het gebouw binnen en verspreiden zich vervolgens naar hun werkruimtes. Burgers komen voor dagelijkse zaken via de westelijke ingang binnen. Daar melden zich eerst bij de bodes om te vragen waar ze precies moeten zijn om vervolgens naar de juiste afdeling te gaan. Dit speelt zich voornamelijk af op de begane grond. Burgemeester en wethouders gaan via hun eigen ingang naar binnen en verplaatsen zich dan naar hun werkruimtes. De routes naar de raadzaal of burgerzaal lopen binnendoor vanaf de werkruimtes of via de representatieve ingang aan de zuidzijde. Voor het trouwen komt het bruidspaar via de zuidzijde binnen om vervolgens over de grote hoofdtrap te lopen en door de burgerzaal naar de trouwzalen te gaan. Na afloop van de trouwceremonie gaat de stoet aan de noordzijde van het raadhuis weer naar buiten; op deze manier wordt er niet terug gelopen.
Deze trouwroute is verder uitgewerkt met behulp van een analyse van sequentie van ruimtes. Op verschillende punten op de route is een doorsnede gemaakt die weergeeft wat zichtbaar is voor de persoon die deze route loopt. Mooi zichtbaar is hoe verschillende de ruimtes en de bijbehorende ervaringen zijn. Lange open gangen wisselen af met kleinere en meer besloten ruimtes tot men uiteindelijk de besloten trouwzaal bereikt. Opvallend is ook de hoge ruimte wanneer men zich op de trap onder de toren bevindt. Deze wordt pas ervaarbaar halverwege de trap.
Bronnen - Schulting, G., 2014. Informatie over het raadhuis Hilversum [E-mailconversatie] (7 april 2014). Burgemeester en wethouders Medewerker Bezoeker Trouwen
330
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Interieur
331
Burgemeester en wethouders Medewerker Bezoeker Verdieping 1 1:500
332
Hilversum
Trouwen
N 1 2
5
10
20 meter
Verdieping 2 1:500
Interieur
333
8 7 6 5
4
3 2
1
Isometrie route sequentie
334
Hilversum
Route sequentie
Doorsnede punt 1
Doorsnede punt 4
Doorsnede punt 5
Doorsnede punt 2
Doorsnede punt 3
Doorsnede punt 6
Doorsnede punt 7
1 2
5
10
Doorsnede punt 8
20 meter
Sequentie ruimtes 1:500
Interieur
335
FUNCTIE VAN DE RUIMTE
INTERIEUR
De analyse functie van de ruimte laat zien voor welk doel de verschillende ruimtes voornamelijk gebruikt worden. Dit is één van de weinige analyses waar de kelder is toegevoegd aan de tekeningen. Dit omdat hierin de ondersteunende functie van de kelder goed zichtbaar is. Verassend is dat er zelfs nog enkele werkruimtes in de kelder zitten. In het hoofdgebouw is op de begane grond voornamelijk een gemengd patroon te zien van werkruimtes, bijeenkomstruimtes en ontvangstruimtes. In de laagbouw aan de oostzijde zitten voornamelijk facilitaire ruimtes evenals enkele werkruimtes en de woning van de conciërge. Op de eerste verdieping zijn voornamelijk ceremoniële ruimtes en werkruimtes te vinden. De raadzaal is in aangegeven als een bijeenkomstruimte, maar deze heeft ook een kleine ceremoniële functie. Dat burgers voor hun dagelijkse zaken voornamelijk op de begane grond moeten zijn is goed te zien in deze tekeningen.
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte Ceremoniële ruimte Ontvangstruimte Facilitaire ruimte
336
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Kelder 1:500
Interieur
337
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte CeremoniĂŤle ruimte Ontvangstruimte Begane grond 1:500
338
Hilversum
Facilitaire ruimte
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
339
Externe functie Werkruimte Bijeenkomstruimte CeremoniĂŤle ruimte Ontvangstruimte Facilitaire ruimte
340
Hilversum
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 2 1:500
Interieur
341
ONDERDELEN VAN HET STADHUIS
INTERIEUR
De ruimtes die belangrijk en kenmerkend zijn voor een stadhuis zijn zichtbaar in deze tekeningen. Bij het raadhuis van Hilversum bevinden deze zich veelal bij elkaar in de buurt en rondom de statige route door het raadhuis. De kamers van burgemeester en wethouders zijn op de begane grond geclusterd aan de zuidzijde van het hoofdgebouw. De representatieve ruimtes waar bijeenkomsten worden gehouden bevinden zich allen rondom de hoofdroute op de eerste verdieping van het raadhuis.
Wethouders Burgemeesterkamer Trouwzaal Raadzaal Publieke zaal Bestuurskamer
342
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Interieur
343
Wethouders Burgemeesterkamer Trouwzaal Raadzaal Publieke zaal Bestuurskamer
344
Hilversum
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
345
DREMPEL TUSSEN RUIMTES
INTERIEUR
De drempels in het raadhuis worden voornamelijk gevormd door deuren en trappen. Dit zijn in de meeste gevallen respectievelijk harde en zachte drempels. Interessante punten van deze analyse zijn de zachte drempels die worden gevormd door andere objecten. Zo staan op de begane grond rechthoekige kolommen in de gangen die als een versmalling van de gang een zachte drempel vormen. Ook punten waar een grote ruimte overgaat in een smalle gang kunnen worden opgevat als zachte drempels. Op de eerste verdieping bevinden zicht rondom de burgerzaal enkele interessante zachte drempels. Dit heeft ermee te maken dat de burgerzaal in feite is gecombineerd met een doorgaande gang. In eerste instantie was het ook de bedoeling om deze van elkaar te scheiden doormiddel van een wand, maar later heeft Dudok ervoor gekozen deze wand te vervangen door een rij met gouden tegeltjes beklede kolommen. Deze kolommen vormen een zachte drempel tussen het gang- en het zaalgedeelte. Daarnaast zijn in de gangen die naar deze burgerzaal leiden de plafonds verlaagt; dit leidt tot een extra zachte drempel.
Afb. 1 - Burgerzaal met gouden kolommen
Bronnen Afbeelding 1: Anon, 1935. Burgerzaal van het raadhuis. [digitale afbeelding] Beschikbaar op: http://zoeken.gooienvechthistorisch. nl/publiek/detail.aspx?xmldescid=198617722 [Geopend 24 juni 2014]. Zachte drempel Harde drempel
346
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Interieur
347
Zachte drempel Verdieping 1 1:500
348
Hilversum
Harde drempel
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 2 1:500
Interieur
349
REPETITIE
INTERIEUR
Als gevolg van de complexe externe compositie van het gebouw en toespitsing van ruimtes op specifieke functie komt repetitie in het raadhuis eigenlijk niet voor. Er is geen enkele ruimte met precies dezelfde maat. Wel zijn er ruimtes die redelijk op elkaar lijken, maar dit is moeilijk repetitie te noemen.
350
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Tekeningnaam
Interieur
351
RITME
INTERIEUR
Omdat er geen repetitie voorkomt in het raadhuis is er ook geen ritme te ontdekken. Dit wordt nog eens versterkt doordat het gebouw rondom een hof is ontworpen.
Secundair ritme Primair ritme Uitzondering
352
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Tekeningnaam
Interieur
353
SYMMETRIE
INTERIEUR
Mede vanwege het gebrek aan repetitie en ritme komt symmetrie niet op grote schaal voor in het raadhuis van Hilversum. Wel zijn net als in de gevels delen van het geheel symmetrisch. Dit is in de plattegrond echter nog minder sterk dan in de gevel. Meest opvallende symmetrische element is het hof. Dit is niet gekoppeld aan de achterliggende ruimtes en is op zichzelf volledig symmetrisch. Verder valt op dat symmetrie vooral in de belangrijke ruimtes voorkomt: De raadzaal, de burgerzaal en de burgemeesterskamer/b & w vergaderkamer. Dit zijn natuurlijk slechts enkele ruimtes, maar ze zijn wel zo ontworpen dat ze samen met ramen en ingangen ĂŠĂŠn symmetrisch geheel vormen.
Symmetrie Symmetrie Uitzondering
354
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Interieur
355
Symmetrie Symmetrie Uitzondering
356
Hilversum
1 2
5
10
20 meter
Verdieping 1 1:500
Interieur
357
UITZONDERING
INTERIEUR
Een vreemde uitzondering in de plattegrond is de kamer van het de kadasterafdeling. In tegenstelling tot alle ander ruimtes in het raadhuis heeft deze geen orthogonale vorm. De spitse vorm van de ruimte is opvallend detail in zowel de plattegrond als het exterieur. Wat de gedachte hierachter is, is niet bekend. Wellicht is het enkel een uitzondering die de regel bevestigt.
Uitzondering
358
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Interieur
359
MATERIALISATIE
INTERIEUR
Zoals in veel aspecten van het raadhuis is ook de materialisatie van het interieur zorgvuldig gekozen. Ook hier wordt zoals al eerder de nadruk gelegd op de meest representatieve ruimtes. Naast een onderscheid in materiaalgebruik tussen representatieve en ‘gewone’ werkruimtes wordt er ook tussen de representatieve ruimtes onderling onderscheid gemaakt in materiaalgebruik. Dit gebeurt in het soort materiaal, maar ook in de kleur en vorm. Naast deze ruimtes zijn ook de vestibules en de hoofdtrap anders gematerialiseerd. In de meeste ruimtes is linoleum toegepast op de vloeren en wit stucwerk op de wanden. In de belangrijkste werkruimtes ligt tapijt op de vloer die afhankelijk van de functie een andere kleur heeft. De vestibules, hoofdtrap, raadzaal en burgerzaal zijn zowel op de vloer als op de wanden bekleed met wit en zwart marmer. Zowel in de raadzaal als in de burgerzaal is op deze vloer een groot kleed gelegd. De route naar de trouwzalen is bijna volledig over marmer en tapijt af te leggen, enkel waar de route de gang kruist loopt men een paar meter over linoleum.
Linoleum Tapijt Marmer Tegels Stucwerk
360
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Interieur
361
Linoleum Tapijt Marmer Tegels Verdieping 1 1:500
362
Hilversum
Stucwerk
Doorsnede A - A’
1 2
5
10
20 meter
Doorsnede B - B’
Interieur
363
DOMEINEN
INTERIEUR
Er is in het Hilversumse raadhuis geen duidelijke scheiding tussen openbaar en privé gebied. Dit is goed zichtbaar op de begane grond. Openbaar gebied gaat zonder drempel over in semi-openbaar gebied en uiteindelijk zou elke bezoeker overal zomaar binnen kunnen stappen. Iets wat je tegenwoordig niet meer snel zal zien. De eerste verdieping bestaat uit een groot semi-openbaar gebied waar bezoekers alleen voor speciale gelegenheden komen en een gedeelte met privé en semi-privé kamers. Ook hier is het mogelijk overal binnen te lopen.
Publieke ruimte Semi-publieke ruimte Semi-private ruimte Private ruimte
364
Hilversum
N 1 2
5
10
20 meter
Begane grond 1:500
Interieur
365
Publieke ruimte Semi-publieke ruimte Semi-private ruimte Verdieping 1 1:500
366
Hilversum
Private ruimte
Doorsnede A - A’
1 2
5
10
20 meter
Doorsnede B - B’
Interieur
367
RAADZAAL
INTERIEUR
De raadzaal van het Hilversumse raadhuis is gelegen op de eerste verdieping aan de zuidgevel van het gebouw. Via zes smalle hoge ramen kijkt men uit over de vijver voor het raadhuis. Het interieur van de raadzaal is zeer gedetailleerd ontworpen. Ook de meubels en verlichtingsarmaturen zijn door Dudok mee ontworpen. In de opstelling van de raadzaal is een duidelijk hiĂŤrarchie te herkennen; zowel in de plaatsing van het meubilair als in het meubilair zelf. De burgemeester en wethouders zitten op een verhoging in een met gouden tegels beklede nis. Opvallend is dat ook de gemeentesecretaris hiertussen zit. De raadsleden zitten in een rechthoekige opstelling in de zaal in de richting van het college. Aan de tafels met de rug naar het college zitten stenografen en de commissies van stemopneming. Tegen de wand in de buurt van de deuren zitten nog twee bodes. Het publiek zit boven de raadzaal op tribunes die via aparte ingangen te bereiken zijn. Het meubilair begint bij de kleine stoeltjes voor de bodes en de banken voor het publiek. De raadsleden zitten op stoelen met hoge rugleuningen terwijl de burgemeester en wethouders op grotere stoelen zitten die ook nog armleuningen hebben. De stenografen en commissies van stemopneming zitten op dezelfde stoelen als de raadsleden. Meteen na de opening was er echter vanuit de raad vraag naar een speciale stoel voor de burgemeester die in 1949 werd gemaakt. Deze stoel heeft een nog hogere rugleuning, het gemeentewapen op deze leuning en een dubbele armleuning.
Bronnen - Cramer, M. & den Dikken, A., 2006. Raadhuis Hilversum, een gebouw voor eeuwen. Zwolle: Waanders Uitgevers.
Verdieping 1 1:1000
Spreekgestoelte Raadsleden Wethouders Burgemeester Ondersteunend personeel Publiek / Pers
368
Hilversum
Plattegrond raadzaal 1:200
Doorsnede B - B’ 1:200
Doorsnede A - A’ 1:200 N 1
2
5
10 meter
Raadzaal 1931 1:200
Interieur
369
370
Hilversum
Stoel raadslid 1931
Stoel wethouder 1931
Stoel burgemeester 1949
Meubels raadzaal
Interieur
371
CONCLUSIE
HILVERSUM
Na het volledig uit elkaar halen van het raadhuis van Hilversum wordt met deze conclusie en de bijbehorende tekeningen geprobeerd alles bij elkaar te halen en enkele conclusies te vormen. Welke aspecten van het raadhuis maken dit tot het specifieke gebouw dat het is. Deze conclusies zijn eveneens als de analyse op context, exterieur en interieurniveau gemaakt. Op contextueel niveau is voor het raadhuis van Hilversum vooral de schaal en positionering van belang evenals het eigen volume. Het raadhuis ligt in een villawijk buiten het dichtbebouwde centrum van Hilversum. Deze villa’s zijn allen vrij laag in vergelijking met het raadhuis en liggen bovendien verscholen in de groene omgeving rondom raadhuis. Dit zorgt ervoor dat het raadhuis als relatief groot en hoog gebouw alle aandacht voor zich op kan eisen (zie conclusietekening 1). Het contrast is zeer groot, maar door het vele groen en het langzaam opreizen van het raadhuis past het gebouw toch in de context. Hierdoor verkrijgt het vanzelf een representatieve en autoritaire positie in zijn omgeving. Het exterieur van het gebouw kenmerkt zich door verschillende elementen waar de belangrijkste van zijn weergegeven in de conclusietekeningen. De gehele compositie van het raadhuis wordt gekenmerkt door een massa samengesteld uit verschillende kleinere volumes (zie conclusietekening 3). Deze volumes zijn bijna allen balken die op een asymmetrische manier in elkaar geschoven zijn. Ondanks de vele verschillende volumes en onderdelen is het raadhuis toch één evenwichtig geheel; iets wat gezien zou kunnen worden als één van Dudoks
372
Hilversum
grootste prestaties. De belangrijkste dingen die voor deze samenhang zorgen zijn het gebruik van de gele Hilversums formaat baksteen en de horizontale vele lijnen in het gebouw (zie conclusietekening 2). Het karakter van het exterieur verschilt sterk per gevel al kan het gehele gebouw monumentaal en statig genoemd worden. Dit geldt zeker voor de achter de vijver gelegen zuidgevel die bijna een vesting lijkt. De andere gevels hebben een meer open karakter. Deze monumentaliteit in combinatie met de herkenbaarheid als raadhuis maken het tot een gebouw dat qua exterieur zijn functie als huisvesting van de machthebbende autoriteiten uitstraalt. In het interieur vallen in eerste instantie meteen de vele ‘loze’ ruimtes op. Deze interne ruimtes staan volledig in dienst van de exterieure compositie en vormen zo vaak onlogische en lastig bruikbare ruimtes (zie conclusietekening 5). Hieraan is ook te zien dat Dudok geen zuivere functionalist was, maar iemand die de esthetiek van het geheel hoger had staan. In de organisatiestructuur van het gebouw is goed te zien dat het in naast een representatief gebouw ook vooral een kantoorfunctie heeft. De hofstructuur met gangen en enkele uitlopers laat dit goed zien (zie conclusietekening 4). Een laatste bepalend kenmerk van het interieur is de statige route en het feit dat de belangrijkste ruimtes hieromheen gelegen zijn (zie conclusietekening 6). Deze route en ruimtes zijn het meest uitgewerkt en het rijkst gematerialiseerd. Hieruit valt op te maken dat aan de representatieve ruimtes een groot belang wordt gehecht en dat men het van groot belang vond dat deze ruimtes indruk maakten.
Het raadhuis van Hilversum wordt gezien als een hoogtepunt van de Nederlandse architectuur. Het is niet lastig dit te erkennen, maar wel lastig om dit geheel te verklaren. Het belangrijkste is echter dat het gebouw in vele opzichten zeer geslaagd en ook zeer functioneel is. Alleen al het feit dat het anno 2014 nog steeds grotendeels op dezelfde wijze in gebruik is zegt al eigenlijk al genoeg. De positie van de overheid als de autoriteit wordt door het raadhuis op vele manieren benadrukt. Door herkenbaarheid, positionering, materialisering en vele andere aspecten. Deze autoritaire uitstraling is voor het raadhuis van Hilversum ook in deze tijd geen nadelig iets aangezien het gebouw door de Hilversummers (en anderen) wordt omarmd als het raadhuis en vooral ook hun raadhuis.
Conclusietekening 1: context
Conclusie
373
Horizontale delen: dakranden Conclusietekening 2: Horizontaliteit
374
Hilversum
Horizontale delen: raamstroken
Conclusietekening 3: Deformatie
Conclusie
375
Hof Ringstructuur Conclusietekening 4: interne structuur
376
Hilversum
Uitlopers
Conclusietekening 5: interieur in exterieur
Conclusie
377
Ruimtes Route
378
Hilversum
Conclusietekening 6: route & ruimtes
Conclusie
379
BRONNEN
AUTORITEIT
Tekst • •
•
• • • • •
380
Bergeijk van, H., 2001. W.M. Dudok. Rotterdam: 010 Publishers. Coenders, A., 2001. Hilversum, Architectuur en stedenbouw 1850 - 1940. 3e red. Zwolle: Waanders Uitgevers. Cramer, M. & den Dikken, A., 2006. Raadhuis Hilversum, een gebouw voor eeuwen. Zwolle: Waanders Uitgevers. Cramer, M., van Grieken, H. & Pronk, H., 1980. W.M. Dudok 1884-1974. Amsterdam: Van Gennep. Museum Hilversum, 2014. Rondleiding raadhuis Hilversum [Rondleiding] (7 Maart 2014). Michon, Y., 1993. Willem Marinus Dudok: stadsbouwmeester van wereldallure. Baarn: Tirion. Schulting, G., 2014. Informatie over het raadhuis Hilversum [E-mailconversatie] (7 april 2014). Umberto Barbieri, S., 1999. Honderd jaar Nederlandse architectuur 1901-2000 : tendensen, hoogtepunten. Nijmegen: SUN.
Afbeeldingen •
•
Anon, 1935. Het raadhuis aan het Dudokpark. [digitale afbeelding] Beschikbaar op: http:// zoeken.gooienvechthistorisch.nl/publiek/detail. aspx?xmldescid=189805310 [Geopend 24 juni 2014]. Anon, 1935. Burgerzaal van het raadhuis. [digitale afbeelding] Beschikbaar op: http:// zoeken.gooienvechthistorisch.nl/publiek/detail. aspx?xmldescid=198617722 [Geopend 24 juni 2014].
Bron tekeningen •
Doduk, W.M., 1928. Diverse tekeningen raadhuis Hilversum. [tekeningen] SAGV. Hilversum: Gooi en Vecht Historisch.
Begrippenlijst
381
BEGRIPPENLIJST
AUTORITEIT
• •
• • • •
•
•
•
• • • •
382
Gemeenteontvanger: ambtenaar die de gemeentebelastingen int. Ondertrouw: aangifte van het voornemen om te gaan trouwen bij een ambtenaar van de burgerlijke stand. Registratuur: beheer en administratie van het archief. Commies: middelbare ambtelijke rang. Bode: Verrichter van allerhande werkzaamheden voor het college, de raad en het publiek. Stenograaf: Iemand die met behulp van snelschrift gesproken tekst noteert. Vaak aanwezig bij raadsvergaderingen. Publieke werken: gemeentelijke dienst die zich bezighoudt met het toezicht op en de uitvoering van bouwwerken, bruggen, grondmechanica, riolering, gereedmaken van terreinen, wegen en beplantingen. Gemeentesecretaris: eerste ondersteuning en adviseur van het college van B & W en de gemeenteraad. Vroeger tevens hoofd van de ambtelijke organisatie College (van burgemeester en wethouders): dagelijks bestuur van de gemeente gevormd door de burgemeester en wethouders. Representatief: Een goed (en gewenst) beeld geven van datgene wat het vertegenwoordigd. Monumentaal: Iets indrukwekkends of groots. Statig: Deftig indrukwekkend. Uitstraling: Indruk dat iets op iemand maakt. Kan verder gespecificeerd worden op soort uitstraling.
Begrippenlijst
383