12 minute read
Passie was altijd de drijfveer
Advertisement
Dirk Scheringa: ,,Voetbal en schaatsen zijn de sporten die ik ook zelf beoefend heb, waar we passie voor hebben. Ik zou nooit hockey kunnen sponsoren, daar heb ik geen gevoel bij.’’ (Foto Timsimaging / Neeke Smit) door Eric Korver
Dirk Scheringa was jarenlang de belangrijkste geldschieter in de schaatssport, met op het hoogtepunt maar liefst veertig schaatsers onder contract. Tot in het najaar van 2009 zijn bedrijf DSB naar een faillissement werd geduwd. Scheringa moest zich van het ene op het andere moment terugtrekken. Schaatsteams werden opgedoekt en ook zijn betrokkenheid bij voetbalclub AZ stopte haast per direct. Ruim dertien jaar verder zijn alleen mooie herinneringen overgebleven.
Een deel van die herinneringen aan een gouden tijd hangt tastbaar aan de muur van huize Scheringa. Mooie momenten komen voorbij. Met Louis van Gaal, met een kampioensteam van AZ, lachend met Marcel Brands, lachend met Shani Davis. Marianne Timmer zien we terug, net als Mark Tuitert en de DSB-schaatsploeg. En dat is nog maar een kleine greep uit alle beelden aan de wand.
De liefde voor die momenten straalt er nog steeds vanaf bij Dirk Scheringa (72). Het is dezelfde liefde die hem er in eerste instantie ook toe bracht zich met sport te gaan bemoeien. Voetbal en schaatsen stonden daarbij voorop. ,,Dat zijn de sporten die ik ook zelf beoefend heb, waar we passie voor hebben. Dat was altijd de drijfveer. Ik zou nooit hockey hebben kunnen sponsoren. Dat heb ik zelf nooit gedaan, heb ik geen gevoel bij.’’ Scheringa voetbalde vanaf zijn jeugd tot hij bijna veertig jaar was. ,,Ik ben gestopt omdat ik het schaatsen had ontdekt.’’
We blikken terug ruim een maand nadat het faillissement van DSB is afgerond. Wie denkt dat het voor Scheringa daarmee klaar is, heeft het mis. ,,Er lopen nog procedures en die blijven doorlopen. Meestal wordt een faillissement namelijk opgeheven bij gebrek aan baten, nu gebeurde dat wegens overtollige middelen. Er is nog 650 miljoen euro over. De curatoren hebben een flink bedrag gedeclareerd, maar vooral: het had allemaal niet gehoeven. Dan denk je: onrecht. Met name voor mijn medewerkers. Die zitten met gebroken pensioenen. Daarom ben ik bezig met een schadeclaim, waarvan een deel naar de vroegere medewerkers met zo’n gebroken pensioen moet gaan. Verder hebben de samenleving, maar ook de medewerkers er recht op dat de waarheid boven tafel komt. Die strijd gaat door met hulp van een groep van twintig vermogende vrienden die achter me staan en voor de nodige financiële middelen zorgen.’’
Waarheid
Die waarheid is belangrijk voor Scheringa. En dat is meer dan een stukje genoegdoening voor alle mooie dingen die hij onder- weg is verloren. ,,Het schaatsen, voetbal, het museum met alle kunst. Dat is allemaal op dat moment vermoord. Maar is het is zoals het is, ik moet wel door met leven. Ik heb twee en hopelijk snel drie heerlijke kleinkinderen, dat zijn de mooiste dingen in het leven. En mijn vrouw Baukje en ik zijn allebei gezond, vinden het nog altijd heerlijk te sporten.’’
Die sport is altijd belangrijk geweest voor hem. Zo keek de voetballer Scheringa bijna veertig jaar geleden toe hoe Evert van Benthem zijn eerste Elfstedentocht won. ,,Ik zat op een klein tv’tje te kijken ik vond het geweldig. Dat wilde ik ook eens meemaken. Ik heb me meteen ingeschreven en nam ook direct schaatsles bij een groep in Hoorn. Twee keer per week trainen. En een jaar later kwam de tocht alwéér. Ik had nooit meer dan vijftig kilometer geschaatst, maar kocht nieuwe noren en ging van start. Ergens tussen Bartlehiem en Dokkum zei een stemmetje in mij dat het belachelijk was dat ik dit deed, dat was niets voor een normaal mens. Bij Birdaard heb ik nog even aan de kant gezeten en een halve kist mandarijnen leeggegeten, stempel gehaald in Dokkum en vervolgens moederziel alleen terug. Ik had een oog licht bevroren, er vloog een heli boven me met een zoeklicht, maar ik haalde de finish. Alleen wel een kwartier te laat. Geen kruisje, maar het was wel heel speciaal. Dat kruisje kwam er trouwens in 1997 alsnog. Toen was ik veel beter getraind.’’
Hoofdsponsor
In die tijd was Scheringa al enkele jaren betrokken bij AZ. Eerst als bordsponsor, maar later werd hem gevraagd hoofdsponsor te worden. ,,Ik vroeg hoeveel dat kostte. Was 240.000 gulden per jaar. Ik heb de helft geboden, en daar deden ze het ook voor. Was ik ineens hoofdsponsor van AZ. Ik kwam in een denktank, werd vice-voorzitter, maar in 1993 had de club het financieel moeilijk en dreigde failliet te gaan. Ik heb de schulden overgenomen op voorwaarde dat ik ook een stukje beleid kon bepalen. In oktober van dat jaar werd ik voorzitter en zo ben ik eigenlijk begonnen in de sport.’’ Maar naast voetbal bleef het schaatsen trek- ken. Al een paar jaar na de Elfstedentocht van 1986 ontdekte Scheringa de Weissensee. Ze belandden daar via de toenmalige voorzitter Aart Koopmans en het werd vaste prik. Het eerste jaar, herinnert Scheringa zich, zaten ze in een soort sporthotel op een berg, waarschijnlijk het inmiddels verdwenen Alpenhof. ,,Moest je ’s morgens zelf je eieren rapen, was best grappig. We gingen die eerste keer met de bus heen, maar ik zat urenlang bijna rechtop in mijn stoel. Hebben we nooit meer gedaan.’’
Vrienden
Bij het derde bezoek aan het Alpenmeer belandde Scheringa in Gasthof Weissensee, van de familie Koch. Hij is nooit meer ergens anders geweest. ,,Jarenlang kwamen we daar, meestal een dag of tien. Vaak sneeuw, een blauwe lucht. En altijd waren we onder vrienden. Beetje moppen tappen, gezelligheid. Ik vond het prachtig. Maar het was onderdeel van een geheel. Natuurlijk de hele voorbereiding, want we schaatsten zelf ook die tweehonderd kilometer. Met de buren, met een hele groep. Later ging zelfs ook Toon Gerbrands mee. We trainden echt met z’n allen voor die tocht, en ja, mijn vrouw schaatste ook mee.’’
In Gasthof Weissensee verbleven Dirk en Baukje Scheringa altijd in dezelfde kamer. ,,Dat was een wat grotere kamer, waar ik ook mensen kon ontvangen.’’ Zoals die keer dat Jac Orie naar de Weissensee werd gehaald om in het geheim te onderhandelen over de positie als coach. Maar dat geheim was er snel af. ,,Allemaal schaatsers aan de Weissensee, dus hij werd al snel herkend. Maar uiteindelijk is het toch gelukt. We hebben gesproken en Orie heeft daarna succesvol onze ploegen begeleid.’’
Gewone mannen
Want zo ver ging de passie van Scheringa voor de schaatssport inmiddels dat hij een eigen schaatsploeg was begonnen. Eerst in het marathonpeloton. ,,Gewone mannen, een bruine boterham mee, normaal gedrag. Dat sprak ons enorm aan.’’ Voor het eerste team van Frisia Financieringen werden Henk Angenent, René Ruitenberg, JanEise Kromkamp en Piet Kleine vastgelegd.
,,Allemaal klasbakken. Die hoefde je niets te vertellen.’’ Scheringa bemoeide zich actief met de samenstelling van het team. ,,Maar ik had goede helpers. Jos Niesten was de ploegleider en Henk Heetebrij was een prachtige rechterhand. De salarissen sprak ik ook zelf af. Deed ik niet alleen met de schaatsers, maar ook met de voetballers.’’
Na de marathon volgde ook de langebaan. Scheringa graaft in zijn geheugen, maar moet het antwoord schuldig blijven. ,,Ik weet niet precies meer hoe dat is gegaan, maar weet nog wel dat ik in contact kwam met Ids Postma. Ach, het greep allemaal in elkaar. Bij het feest voor mijn vijftigste verjaardag waren de schaatsers en de voetballers van AZ. Daar leerden Marianne Timmer en Henk Timmer elkaar kennen.’’
In 2002 had Scheringa maar liefst veertig schaatsers op de loonlijst staan. Marathonploegen, langebaanploegen, wereldkampioen Shani Davis, olympisch kampioen Chad Hedrick. ,,Ik kwam tot de conclusie dat we iemand moesten zoeken die dat allemaal kon begeleiden.’’ Scheringa lacht. ,,Er was toen iemand die zich al drie, vier keer bij me had aangeboden, die per se voor me wilde werken. Maar ik had helemaal geen baan voor hem. Op dat moment bedacht ik dat dit wel wat voor hem was. Ik belde hem en zei dat ik een baan voor hem had. Dat was Toon Gerbrands. Hij werkte bij Rijkswaterstaat, zegde op, en stond er binnen vier weken als directeur van de schaatsploegen. Hard nodig, want er moest zóveel geregeld worden. Veertig schaatsers, veertig fietsen, veertig kledingsets. En alleen het reizen al. Het was een enorme logistieke operatie waar heel veel mensen mee bezig waren.’’
Klooster
Hectische tijden. ,,We konden soms hele ploegen overnemen. Ik kan me herinneren dat Erben Wennemars met een groepje bij ons op kantoor in het klooster in Wognum zat, spraken we erover of die ploeg wel of niet helemaal naar ons zou overstappen. Kon ik toen niet over praten, maar nu wel.’’
Vervolg van de vorige pagina
Door de jaren heen bond Scheringa grote namen aan zijn ploegen. In de marathons reden mannen als Jan Maarten Heideman, Peter de Vries, Peter Baars, Ruud Borst en Yep Kramer in de kleuren van DSB, en op de langebaan gold dat voor onder anderen Marianne Timmer, Jan Bos, Simon Kuipers, Annette Gerritsen en Mark Tuitert. ,,We hadden veel winnaars in de ploegen’’, beaamt Scheringa. ,,De insteek was ook een combinatie van sportief succes en betrokkenheid. Je bent toch ambitieus. Niet ten koste van alles, maar we probeerden wel een ploeg samen te stellen die ook kans had om te winnen.’’ Ook de begeleiding was van hoog niveau, stelt Scheringa. ,,We pakten alles echt professioneel aan, en begeleidden rijders ook persoonlijk.’’ Als voorbeeld noemt hij Mark Tuitert. ,,Hij was een allrounder, maar we zijn met hem gaan praten en legden hem uit dat we hem wilden blijven sponsoren mits hij een keuze zou maken. Wij dachten namelijk dat hij beter geschikt was voor de kortere afstanden. Dat heeft hij gedaan en in 2010 wint hij in Vancouver olympisch goud op de 1500 meter.’’ De ogen van Scheringa glimmen nog steeds van trots als hij wijst op het schilderij aan de muur met daarop Tuitert in actie. Cadeau van Tuitert. ,,Hij heeft het er ook op geschreven: ’Dirk, deze medaille is ook aan jou te danken’. We hadden altijd goed contact en dat hebben we nog.’’
Landhuis
Er is Scheringa veel bijgebleven. Zoals zijn bezoek aan Salt Lake City, waar hij ook nog een gesprek had met de top van General Electric. ,,Die hadden een bod gedaan op mijn bedrijf, en ook onze tickets voor de opening gesponsord. Ik werd opgehaald in een limo van vijftien meter, zat alleen achterin en werd de bergen in gereden naar een enorm soort landhuis. Grote open haard, een zangeres, en ik vertelde daar een stukje van mijn verhaal. Binnen vijf minuten stond iedereen op, allemaal high fives, fantastische sfeer. ‘Dirk’, zei de directeur, ’je moet hier met je team komen’. En dus zaten we een paar dagen later met het hele schaatsteam in die limo. Geweldige avond gehad met elkaar.’’
Van de tijd in het marathonpeloton koestert Dirk Scheringa vooral de hartelijkheid. Hij heeft er vriendschappen voor het leven aan overgehouden. ,,Een paar weken terug was ik nog bij de marathon in Hoorn op uitnodiging van Klasina Seinstra. Lekker een chocomel gedronken, wat gepraat. Ook met Peter de Vries, die jarenlang in onze ploeg heeft gereden. Dat zijn echt vrienden geworden. Soms zie je elkaar zes maanden niet, maar als je elkaar treft is het meteen goed. Vorig jaar trof ik ook Elma de Vries weer even. Dat was zó hartelijk. Ze nodigde meteen uit voor een helikoptertocht in Schotland, waar ze tegenwoordig woont. Zo waren er heel veel sporters met een goed karakter. Ook Marianne Vos. Dat vond ik het mooiste, dat het zo kon, zonder glitter, zonder kapsones. Normaal gedrag.’’
Ouders
Want ook Marianne Vos werd geholpen door Scheringa. ,,Ze kwam bij me, met haar ouders. Hartstikke jong nog. Het beviel niet bij de ploeg waar ze zat, ze wilde een meer persoonlijke benadering. Wij hebben goed geluisterd en zorgden voor een bus voor haar ouders waarmee die door heel Europa naar de wedstrijden konden om haar bij te staan. Daar stond natuurlijk wel DSB op, maar dat vonden ze niet erg. Uiteindelijk hebben we nog een ploeg om haar heen gebouwd. Was ook fantastisch hoor, dat wielrennen.’’ Zo bekommerde Scheringa zich wel vaker niet alleen om zijn sporters, maar ook om hun familie. Dat merkten ook de ouders van Marianne Timmer tijdens de Spelen. ,,Die mensen gingen overal mee naar toe en kwamen ook in het Holland Heineken House. Daar ontmoetten we elkaar ook elke dag. Gezellig een bakje koffie drinken.’’
Hij is een man die dat waardeert. Gewone dingen, gewone mensen. ,,Ik ben ook altijd mezelf, of ik nu met voetballers praat, met schaatsers of met zakenrelaties. Altijd laagdrempelig, authentiek en nooit anders. Dat is voor mij ook makkelijk. Ik ben opgevoed in een arbeidersgezin, heb later in allemaal avondstudies een serie diploma’s gehaald op allerlei gebied, en zo als autodidact stap voor stap mijn bedrijf opgebouwd. Dan heb je ook nor- male vrienden en geen vrienden met zeven vinkjes achter hun naam.’’
Krankzinnig
Maar in oktober 2009 kwam aan alles abrupt een einde. Met het faillissement van DSB raakte Scheringa alles kwijt, ook zijn sportploegen. ,,Ik heb geknokt om alles in stand te houden, maar op maandag was het uiteindelijk over. Ik vond het hartstikke moeilijk het effect te zien op mensen. En de curatoren hadden in al hun wijsheid besloten dat ik de volgende dag al het bedrijf moest verlaten waar ik 35 jaar had gewerkt. Ik heb niet eens afscheid kunnen nemen van mijn eigen mensen. Dat was een krankzinnig scenario. Ook naar de schaatsers toe. Ineens ben je een soort persona non grata, dat is apart hoor. Maar op een gegeven moment moet je dat parkeren, anders overleef je niet. Ik functioneerde in die tijd op adrenaline.’’
Ook het vertrek bij AZ, twee weken later, deed pijn. ,,Ik was voorzitter, eigenaar, maar ook algemeen directeur, nam de eindbeslissingen. We hadden een heel goed team, want we deden het met z’n vijven, met Louis van Gaal, Toon Gerbrands, Marcel Brands en René Nelissen. Ineens valt dat ook allemaal weg. Een heel apart gevoel, ook voor hen. Al snel speelde AZ uit tegen Arsenal in de Champions League. Ik was daar altijd bij, maar nu zaten die andere vier in het busje naar de wedstrijd en ik zat thuis. Dat voelde ook voor hen heel vreemd.’’
Lezingen
Het bezoek van dat jaar aan de Weissensee bleek het laatste te zijn geweest. ,,Nadat DSB ten onrechte onderuitgehaald werd, had ik de middelen niet meer. Al mijn eigen vermogen, 99 procent van alles wat ik in mijn leven heb verdiend, zat in het bedrijf. Dat moest sterk zijn. Ik nam geen dividend, niks. En het doet pijn dat zoiets als de Weissensee niet meer kon, maar aan de andere kant viel dat mee omdat je aan het overleven bent. In de week van de eerstvolgende Weissensee gaf ik door het land drie lezingen om toch wat te verdienen voor mijn gezin. Dan komt dat op de eerste plek.’’ Tegenwoordig is Dirk Scheringa nog altijd actief, op meerdere vlakken zelfs. ,,Met mijn zoon hebben we nog een aantal bedrijven, onder andere voor bemiddeling in factoring, we hebben Voetbalsprekers, doen livestreams. Zelf coach ik ondernemers bij startup of scale-up. Ik heb net nog bemiddeld bij de verkoop van 30.000 hectare bos in Bolivia, waarbij het bos behouden is gebleven. Dat zijn mooie dingen om te doen. Ik word nu voor dingen gevraagd, die zijn zó groot, dat houd je niet voor mogelijk. Ik kan niet alles vertellen, maar de agenda is vol. Ik werk heel hard, en daar is niets mis mee. Ik bruis van energie, ben een geboren optimist. Heeft iemand een probleem, dan zie ik meteen tien oplossingen, die nog werken ook. Ik denk dat dat in de genen zit.’’
Net als sport. Nog altijd is er die passie. Nog altijd gaat hij samen met Baukje elke week naar de ijsbaan in Hoorn. ,,Maar een paar weken terug heb ik een zweepslag opgelopen, in rondje 33. Daardoor heb ik nu een paar weken niet geschaatst, maar dat ga ik snel weer proberen.’’ door Rijcko Treep
Het Yvonne van Gennip Talent Fonds geeft kansen aan sporttalenten. Dat kan door nanciële ondersteuning, of door crowdfunding via het platform Talentboek. SkateNL werkt samen met het Yvonne van Gennip Talent Fonds en stelt in deze serie een aantal talenten voor. In deze a evering kunstrijdster Lois Libregts.
Wie droomt van een topsportcarrière heeft aan een portie talent meestal niet genoeg. Om te overleven in een landschap waar geld een steeds belangrijker rol speelt, moeten (jonge) sporters vaak iets verzinnen om de kosten te kunnen dekken. Lois Libregts weet daar inmiddels alles van. De kunstrijdster maakt daarom gebruik van Talentboek, het crowdfunding-platform van het Yvonne van Gennip Talent Fonds.
Libregts herinnert zich nog goed wanneer ze voor het eerst in aanraking kwam met kunstschaatsen. Als klein meisje keek ze naar ‘Sterren Dansen op het IJs’, een televisieprogramma waarin bekende Nederlanders samen met een professionele partner de jury moesten proberen te overtuigen. De kleine Lois vond het zó leuk dat ze ook wilde kunstschaatsen. Op haar zesde kreeg ze haar eerste les en sindsdien traint ze vrijwel elke dag.
Ruim twaalf jaar later behoort Libregts tot de talentvolle lichting en hoopt ze over enkele jaren de stap te maken naar de (inter)nationale top. Gemakkelijk is dat niet, zeker ook gezien de hoge bedragen die bij deze sport komen kijken. ,,Kunstschaatsen is duur. Ik denk dat je per jaar zo veertigduizend euro kwijt bent’’, stelt Libregts. ,,Mijn moeder heeft me de eerste zeven jaar helemaal alleen geholpen, maar op een gegeven moment was het zonder hulp van sponsoren niet meer te doen.’’
IJzers
Voor een bijbaantje heeft ze simpelweg geen tijd, waardoor ze op een andere manier aan haar geld moet zien te komen. Hoewel ze tegenwoordig twee sponsoren (een privésponsor en Swanenberg IJzer Groep) heeft die haar nancieel bijstaan, kan ze meer nanciering goed gebruiken. Vandaar dat de in Heerenveen woonachtige kunstrijdster anderhalf jaar geleden contact zocht met het Yvonne van Gennip Talent Fonds. ,,Mijn moeder kende Yvonne uit de sportwereld, dus via haar ben ik daar terecht gekomen.’’
,,Ik had nieuwe ijzers nodig en door het Fonds kon ik die gaan sparen. Meestal heb je om het half jaar nieuwe schaatsen nodig en die zijn best prijzig. Een schoen kost om