MEDE #11

Page 1

DRESS FOR SUCCESS:

‘HET KAN IEDEREEN GEBEUREN DAT JE EVEN GEEN GELD HEBT OM ER NETJES UIT TE ZIEN’

SANDER DE KRAMER:

‘WIE ÉÉN MENS HELPT, HELPT DE HELE WERELD’

mede [-] w i n t e r

2 0 1 6 / 2 0 1 7


mede [-] w i n t e r

2 0 1 6 / 2 0 1 7

Inhoud

GEVEN Geven, dat blijken veel mensen eigenlijk nog leuker te vinden dan ontvangen. Ons verbaast dat niet. Volgens ‘de Bijbelse wijsheid’ is niet de persoon die ontvangt het gelukkigst, maar degene die geeft. Dus waarom geven we dan niet vaker iets aan de mensen om ons heen? Dat hoeft niet altijd een geschenk uit de winkel te zijn, dat kan ook een uurtje zijn, een gulle lach of een paar euro. Kleine gebaren met grote impact. Onze columnist in dit nummer, Sander de Kramer, verwoordt het treffend: helemaal niets doen is zó makkelijk. Maar iets kleins doen kost ook nauwelijks moeite. Om u daar een handje bij te helpen zijn we bij Kansfonds begonnen met de campagne ‘Jij hebt het recht...’. Daarin zetten we allerlei kansen voor u op een rij. Dan ziet u in één oogopslag met welke kleine (tijds)investering u iemand blij kunt maken. Of dat nu voor een eenzame buurvrouw is of een radeloze tienermoeder. Naar elkaar omzien is namelijk een recht dat iedereen heeft. Want door goed te doen, geef je jezelf ook de kans écht actief onderdeel te zijn van onze samenleving. Wij hebben de kansen klaarliggen. U hoeft ze alleen maar op te pakken. Want waarom zou het niet altijd een beetje december kunnen zijn? Henriëtte Hulsebosch, directeur Kansfonds

[dossier]

3

Bij de broeders en zusters van de christelijke geloofsgemeenschap Oudezijds 100 lopen dagelijks daklozen, verslaafden, onverzekerden en mensen zonder documenten binnen. Voor kof fie, warmte of medische hulp. ‘Wie aan onze deur klopt, proberen we te helpen.’ [dossier]

12

Mensen in nood wenden zich steeds vaker tot de kerk. Door groeiende armoede en een ter ugtrekkende overheid zien de kerken en diaconieën de hulpvraag stijgen. Blijft er nog wel r uimte over voor wezenlijk contact? ‘Al heeft de overheid miljarden over, er blijft altijd behoefte aan contact van mens tot mens.’ [en verder]

8 9 10 17 18 19

Geven De vrijwilliger: Villa Vrede Fotorepor tage: Dress for Success Column: Sander de Kramer Mededelingen Ar tikel: Brouwerij De Prael

Volg Ka n s fo n d s o p Fa c e b o o k m e d e | d erd e j a arg a n g | n u m m e r 1 1 | w i n te r 2 0 1 6 / 2 0 1 7 Tekst & concept Sc h r ijf- Sc h r i j f , U t re c h t

m e d e is het kwartaalblad van Kansfonds. Kansfonds werkt voor een samenleving waarin mensen omzien naar elkaar, zodat kwetsbare mensen niet buitengesloten raken. Jaarlijks steunt het fonds zo’n 600 projecten van betrokken mensen die zich daarvoor inzetten. Het werk van Kansfonds wordt mede mogelijk gemaakt door de bijdragen van particulieren, organisaties, de Lotto en de Nationale Postcode Loterij. Gratis abonnee van m e d e worden? Of wilt u zich juist uitschrijven? Stuur een e-mail met uw naam en adres naar mede@kansfonds.nl.

Ontwerp & vormgeving Abel D er k s Fotografie

Ma r tijn va n d e Gr i e n d t ,

Timon Ja c o b , Jeroen D iet z Drukwerk

Altijddr u k we r k


DOSSIER

EĂŠn grote familie Op de Wallen, ingeklemd tussen de bordelen en gokpaleizen, staat de christelijke geloofsgemeenschap Oudezijds 100. Vanuit een historisch pand bieden de broeders en zusters van die gemeenschap kwetsbare mensen onderdak, warmte en medische hulp.

kwa r t a a l bl a d va n K a n s fo n d s

[ 3]


DOSSIER

‘Mensen kunnen je zo verbazen’

‘Een familie. Een ingewikkelde misschien, maar wel een familie.’ Zo omschrijft Lyke Florentinus-Boiten de leefgemeenschap. Ze is met haar gezin een van de vaste bewoners van het pand aan de Oudezijds Achterburgwal. Samen met drie andere gezinnen ondersteunen ze de zeventig bewoners op sociaal, praktisch, maatschappelijk, pastoraal en emotioneel gebied. De bewoners kunnen verslaafden zijn, mishandelde vrouwen, tienermoeders, illegalen, mensen met psychische problemen en alle combinaties daarvan. Lyke: ‘We hebben geen specifieke doelgroep, iedereen is hier welkom. We leven hier samen. Met alles erop en eraan: problemen, ruzie, grapjes en verzoening.’ Schoonheid en troost In feite is Oudezijds 100 een kloostergemeenschap. ‘De vaste kern die hier werkt, legt een gelofte af. Daarmee willen we laten zien dat God bestaat, en om je geeft.’ Bewoners hoeven niet christelijk te zijn om geholpen te worden. ‘Natuurlijk hoop ik wel dat mensen via ons merken dat er een God is die troost. En dat in ieder mens iets moois schuilt, als je er open voor staat.’ Zelf kan ze nog steeds door die schoonheid worden geraakt. ‘Er komt altijd wel een moment dat er echt, betekenisvol contact is. Dan zijn mensen zo mooi, hoe ze er verder ook uitzien. Dan vang je een glimp op van iets wezenlijks.’ Begeleiding Nieuwe bewoners worden opgenomen in de familie en beginnen aan een traject dat via intensieve begeleiding langzaam toewerkt naar een zelfstandig bestaan. Lyke: ‘Soms duurt het jaren voor iemand klaar is om weer op eigen benen te staan. En een enkele keer blijkt de praktijk tegen te vallen, en keren ze terug. Dat kan altijd.’ Zorg Naast het onderdak en de begeleiding biedt Oudezijds ook psychosociale en medische zorg, geholpen door tientallen vrijwilligers met een medische achtergrond. ‘In Kruispost, zoals onze medische tak heet, kunnen mensen terecht bij artsen, fysiotherapeuten, tandartsen en er is zelfs een chirurg voor kleine chirurgische ingrepen.’

[ 4]

k wa r taalblad van Kan s fo nds

Familie Zelf groeide Lyke op in Oudezijds 100. Haar ouders, de predikanten Rolf Boiten en zijn vrouw Georgine Boiten-du Rieu, begonnen de opvang in 1955. Van de zes kinderen in het gezin, was Lyke de enige die al op jonge leeftijd wist dat ze dit later voort wilde zetten. Ze vond een man die zich ook thuis voelde in de leefgemeenschap en heeft inmiddels zelf ook zes kinderen. ‘Ik hoop zeker dat een van hen dit later ook voort gaat zetten. Het hoort toch een beetje bij de familie.’ Inmiddels is een van haar zussen ook weer aangesloten. Wedden Als kind zag ze heel wat bewoners komen en gaan. ‘Ik wedde vaak met mezelf als ik ze zag komen: wordt dit iets of niet? Niet iedereen voelt zich immers thuis bij deze aanpak. En het grappige is: ik zat er bijna altijd naast. Mensen kunnen je zo verbazen.’ Soep Dat overkomt haar nog steeds wel eens. ‘We vingen een zwangere vrouw op, die voor haar man was gevlucht. Op een avond stond hij voor de deur. Strak van de dope, agressief en luidruchtig. Zelf had ik hem het liefst buiten gehouden, maar zijn vrouw wilde hem er toch bij. Die razende kerel ontpopte zich vervolgens als een zorgzame, lieve man. Hij bracht me elke dag een kopje zelfgemaakte soep toen ik wegens een zwangerschapscomplicatie maanden op bed lag. Elke dag! En ik had hem bijna buiten laten staan.’

[kans]

Het leven en werken van Oudezijds 100 is niet mogelijk zonder de bijdrage van vele vrijwilligers. En dat geldt voor veel meer opvanghuizen. Ook die bij u in de buurt. Een uurtje per week maakt al een wereld van verschil. Op www.opvangatlas.nl staat een overzicht van veel landelijke opvangplekken voor mensen in kwetsbare situaties.


ZUSTER DOSSIER LYKE

‘We leven hier samen. Met alles erop en eraan’ kwa r t a a l bl a d va n K a n s fo n d s

[ 5]


DE BEWONER

‘Oudezijds 100 heeft mijn leven gered’ ‘Een partymeisje was ik. Feesten kun je goed doen, én slecht. Ik koos voor de slechte variant. Veel drank en drugs, weinig verantwoordelijkheid. Ik ging met de verkeerde mensen om. Het werd van kwaad tot erger. Ik ging liever stappen dan dat ik mijn huur betaalde.’ ‘Ik leerde een jongen kennen, en raakte in verwachting. Hij wilde er niets mee te maken hebben. Omdat ik zwanger was werd mijn proefcontract niet omgezet naar een vast contract. Zonder inkomen ging het rap achteruit. Het duurde niet lang voor ik mijn huis werd uitgezet. Ik was vier maanden zwanger en wilde alles veranderen. Mijn maatschappelijk werker verwees me naar hier.’ ‘Oudezijds 100 heeft mijn leven gered. Ik weet niet wat ik zonder zou moeten. Ik woon nu 2,5 jaar hier, met mijn dochtertje Deliah. Ik werk vier dagen per week, ik heb een gastouder voor Deliah en we gaan elke zondag naar de kerk. Binnenkort mag ik zelfstandiger gaan wonen. Helemaal zelfstandig, dat wil ik nog niet. Iedereen om wie ik geef, woont hier.’ Laura (26) en haar dochtertje Deliah (2) wonen bij Oudezijds 100. [6]

k w a r taalblad van Ka nsfo nd s


DE EX-BEWONER

‘In het begin was ik vaak verdrietig’ ‘Op mijn zestiende raakte ik zwanger. Thuis blijven wonen en mijn kind daar opvoeden was geen optie, het was daar al druk genoeg. Mijn moeder belde het Fiom en via hen kwam ik terecht bij Oudezijds 100.’ ‘In het begin was ik vaak verdrietig. Ik voelde me alleen, ik kende niemand. Hoe kan je je ergens thuis voelen zonder familie om je heen? Ik ging weinig naar beneden om sociaal te doen met de andere bewoners. Ik heb het opgelost door mijn kamer heel gezellig te maken, zodat die als een huiskamer voelde. Daar was het veilig. In die beginperiode kreeg ik heel veel steun van een moeder en haar dochter. Zij hielpen me echt om daar te wennen. Ze zijn als

familie voor me, net als een andere vrouw en haar zoon. Ik heb nog steeds contact met hen.’ ‘Onlangs verhuisde ik naar Osdorp om begeleid te gaan wonen. Ik vertrok met gemengde gevoelens. Dankzij alle steun en liefde voelde Oudezijds 100 na al die jaren toch als mijn thuis. En ik heb er veel geleerd. Om met mijn emoties om te gaan bijvoorbeeld, maar ook dat je iedereen met respect moet behandelen. Ik heb daar zulke nare verhalen gehoord, dat ik denk: ‘Tania, jij mag niet klagen’.’ Tania (20) en haar dochtertje Chenaya (3) woonden bijna 3 jaar bij Oudezijds 100. kwa r t a a l bl a d va n K a n s fo n d s

[ 7]


Ik geef Onze steun aan kansrijke projecten voor kwetsbare mensen is alleen mogelijk dankzij hulp van medestanders. Mensen die tijd, ideeën of geld geven om de wereld mooier te maken. Waarom geven zij aan Kansfonds? Deze keer: een anonieme erflater.

‘Iets doen voor een ander, heb ik van huis uit meegekregen. Ik kom uit een katholiek nest.’ ‘Op een dag heb ik ze geteld: ik bleek 24 goede doelen te steunen. Daar schrok ik nogal van. Ik dacht: ik kan me beter tot één fonds wenden en van daaruit kiezen voor verschillende projecten.’

‘Een paar jaar geleden zag ik een advertentie van Kansfonds in de KRO-gids. Die sprak me gelijk aan. Het is fijn om je bijdrage in handen te leggen van een deskundige organisatie, met dezelfde waarden.’

‘Mijn hart gaat uit naar jongeren zonder thuis. Die zijn moederziel alleen. Ik dacht: misschien kan ik iets doen zodat ze weer een plek vinden voor zichzelf en zij hun leven vorm kunnen geven.’ ‘Ik denk nu na over een fonds op naam. Ik vind het een mooi idee dat je ook na je dood iets kunt betekenen voor anderen.’

[ 8]

Ook donateur van Kansfonds worden? Kijk op www.kansfonds.nl/geven k wa r taalblad van Kan s fo nds


DE VRIJWILLIGER

NAAM: Abdel Cheb (36) PROJECT: Villa Vrede SINDS: oktober 2015 WAT: Villa Vrede biedt mensen zonder verblijfsvergunning een plek waar ze simpelweg zichzelf mogen zijn, zich veilig voelen, hun sociaal netwerk kunnen opbouwen en gestimuleerd worden tot zelfredzaamheid.

THUIS ‘Twee jaar geleden kwam ik naar Nederland om bij mijn vriendin te gaan wonen. Ik volgde Nederlandse les en zocht op advies van mijn docent meer contact met Nederlanders. Zo kon ik de taal beter leren. Zij wees me op de vrijwilligerscentrale in Utrecht. Vrijwilligerswerk voelt vertrouwd voor mij. Ik kom uit het zuiden van Marokko. Daar zijn de mensen arm, maar staan ze altijd voor elkaar klaar. Ik geloof dat als je mensen helpt, je op een dag zelf hulp zult krijgen als je dat echt nodig hebt. Op internet zag ik dat ze vrijwilligers zochten bij Villa Vrede. De eerste keer dat ik hier was, voelde ik me direct thuis. De mensen hier zijn als familie en vrienden voor me.’ HULP ‘De vluchtelingen in Villa Vrede zitten in een andere situatie dan ik. Zij kunnen niet werken, zijn bang voor de politie, hebben verschrikkelijke dingen meegemaakt. Ik begrijp hoe het is om je vaderland achter te laten. Om terecht te komen in een vreemd land, met een andere taal en cultuur, andere tradities. Je voelt je vervreemd. Ik help hen door mijn ervaringen te delen en door er simpelweg voor ze te zijn. Ik spreek Frans, Arabisch, Engels en Nederlands. Daardoor kan ik met veel mensen hier moeiteloos een praatje maken. Ik help met het organiseren van activiteiten. Ook doe ik klusjes zoals schoonmaken, opruimen, wassen en zorg ik voor koffie, thee en wat te eten. Dat doe ik elke vrijdagochtend,

mede [werker]

‘Ik begrijp hoe het is om je vaderland achter te laten’

daarnaast werk ik als heftruckchauffeur.’ HOOP ‘In de villa leer ik veel meer dan alleen de Nederlandse taal. Ik ontmoet hoogopgeleide mensen die ik tijdens mijn eigen werk niet ontmoet. Ook volg ik de cursussen ‘omgaan met agressie’ en ‘kracht en herstel’. Dat helpt mij in mijn carrière. Van de vluchtelingen leer ik om meer te waarderen wat ik heb. Zij hebben het zwaar. Vaak hebben ze een lange en gevaarlijke tocht afgelegd om hier te komen en zijn ze hun familie en vrienden kwijt. Maar toch houden ze hoop in het leven. Dat inspireert mij. Hopelijk kan ik hier nog lang blijven werken. Ik hoor bij Villa Vrede.’

kwa r t a a l bl a d va n K a n s fo n d s

[ 9]


Bij Dress for Success kunnen werkzoekenden met een laag inkomen terecht voor een mooie sollicitatieoutfit. ‘We krijgen hier jaarlijks zo’n 200 mensen op afspraak, vertelt Grace Flohr, coördinator van de vestiging in Leiden. ‘Het zijn mannen en vrouwen van alle leeftijden en opleidingsniveaus. Het kan iedereen gebeuren dat je even geen geld hebt om er netjes uit te zien. Maar als je hier komt, loop je totaal anders de deur weer uit’, vertelt ze trots. ‘We maken echt tijd voor je, luisteren naar je verhaal, geven je advies en daardoor ook zelfvertrouwen. Ja, het is hier echt een verwenuurtje.’ En het werkt: meer dan 60% van de klanten krijgt de baan waarvoor ze solliciteren. Op dat succes hoopt Monique natuurlijk ook. Inmiddels

[ 10 ]

k w a rt aalblad van K a nsfond s

heeft ze met vrijwilliger Cynthia uit de tientallen jurkjes, broeken en rokjes een mooi setje kleding gevonden. ‘Niet te stijf, want voor deze baan als sociaal werker moet ik wel toegankelijk overkomen’, vindt Monique. De tactiek voor haar tweede gesprek heeft ze al bedacht. ‘Zakelijk flirten, noem ik het. Wees positief, zet een glimlach op je gezicht en blijf bij jezelf. Straal uit wat je wilt zijn, dan trek je het succes vanzelf aan.’ En die tactiek bleek te werken: twee weken na het gesprek hoorde Monique dat ze was aangenomen. Dress for Success heeft tien vestigingen in Nederland. Meer informatie vind je op www.dressforsuccessleiden.nl.


‘SUCCES

KUN JE AANTREKKEN’

Gehuld in een muts en knalroze fleecetrui stapt Monique Janssen (34) de winkel van Dress for Success in Leiden binnen. Vandaag is ze op zoek naar een outfit voor haar tweede sollicitatiegesprek. ‘Ik laat me helemaal verrassen. Gebruik me maar als paspop’, grapt ze.

kwa r t a a l bl a d va n K a n s fo n d s

[ 11]


DOSSIER

‘Veel te veel mensen vallen door de mazen van het vangnet’ Terwijl de kerk leegloopt, groeit het aantal mensen dat zich bij de kerk meldt voor steun. Dat blijkt onder meer uit het Armoedeonderzoek 2016, dat is gehouden onder een groot aantal kerken en geloofsgemeenschappen in Nederland. Wat kan de kerk betekenen voor kwetsbare mensen, nu ze minder kunnen verwachten van de overheid? Eeuw na eeuw heersten de kerken in het publieke, politieke en morele domein. Bovendien waren ze het centrum van armenzorg en barmhartigheid. Dat bleven ze nog lang nadat hun macht op andere gebieden was geslonken. De Algemene Bijstandswet maakte daar in 1965 ook een einde aan. De overheid nam de rol van barmhartige Samaritaan over. Tot de crisis toesloeg en de verzorgingsstaat sneuvelde. Sindsdien is de burger veel meer op zichzelf en zijn omgeving aangewezen. Zonder gevolgen bleef dat niet. Daar kunnen ze over meepraten bij Stichting Stad en Kerk (Stek), de uitvoeringsorganisatie van de Protestantse Diaconie in Den Haag. ‘Sinds 2008 zien we het aantal mensen dat bij ons aanklopt jaarlijks stijgen. Van 276 in 2008 naar 1047 in 2015’, zegt directeur Ineke Bakker (foto rechts). ‘Veel te

veel mensen vallen door de mazen in het vangnet van de overheid.’

De cijfers stabiliseren nu weliswaar, maar volgens Bakker groeit de ernst van de problematiek. ‘Veel van de mensen die tijdens de crisis hun baan of huis verloren, zijn er nooit meer echt bovenop gekomen. Velen hebben vaak een heel cluster aan problemen. Het komt geregeld voor dat we vrijdagmiddag door een hulpverlener

[ 12]

k wa r taalblad van Kan s fonds

benaderd worden voor iemand die letterlijk in broodnood verkeert. Dan geven we voedselbonnen voor de supermarkt, zodat ze tenminste het weekeinde doorkomen. Daarna kijken we hoe hun situatie zo snel mogelijk gestabiliseerd kan worden.’

Kerken zouden zich moeten verenigen, vindt Bakker,

om een signaal af te geven naar de overheid. ‘Er wordt veel van mensen gevraagd. De verwachtingen van de overheid over de eigen kracht en het netwerk van mensen zijn te hoog. Het zou goed zijn als er een landelijke lobby kwam om de bijstand op het laagste niveau structureel te verhogen. Want nu komen mensen er gewoon echt niet mee uit.’ Dat er kwetsbare groepen zijn die niet de hulp krijgen die ze zouden moeten ontvangen, ziet ook Ranfar Kouwijzer (foto p. 14). Hij is pastor-directeur van Stem in de Stad, oecumenisch diaconaal centrum in Haarlem. ‘Maar ik zie de kerken dat niet oplossen. Wees reëel. Hoeveel denk je als kerk te kunnen doen?’ Ter illustratie haalt hij het verblijfhuis van Stem in Stad aan, waarin vier ongedocumenteerden onderdak krijgen. ‘Vier. Terwijl er misschien wel honderden zijn in Haarlem. Heb ik dan een gat gevuld dat de overheid slaat? Dat denk ik toch niet.’


Enkele onderzoeksresultaten uit het Armoedeonderzoek 2016: Het totaal aantal hulpvragen steeg van 39.481 in 2012 naar 49.474 in 2015. Mensen zonder betaald werk vormen de belangrijkste groep die een beroep doet op diaconale organisaties. Deze groep wordt gevolgd door alleenstaande ouders met kinderen, asielzoekers en vluchtelingen. In 2015 besteedden de diaconale organisaties ruim 36 miljoen euro aan armoedebestrijding. Dat was in 2012 ruim 29 miljoen. Daarnaast leverden de kerken circa 1.278.300 vrijwilligersuren aan armoedebestrijding. Omgezet naar betaalde dienstverlening komt dat neer op â‚Ź 38.349.000.

kwa r t a a l bl a d va n K a n s fo n d s

[ 13]


Kansfonds ondersteunt regelmatig kerken en kerkelijke organisaties bij het opvangen van de toegenomen hulpvragen. Zo staat Kansfonds niet alleen van harte achter het werk van STEK en Stem in de Stad, maar dragen we ook onder meer de Pauluskerk in Rotterdam, Schuldhulpmaatje en diverse diaconieĂŤn in Nederland een warm hart toe.

[ 14]

k wa r taalblad van Kan s fonds


‘Ik geloof niet dat de overheid echt zoveel minder doet’, zegt hij. ‘Er zijn bezuinigingen, sommige regelingen worden anders, de zorgvraag neemt toe door de vergrijzing. Dat is natuurlijk zo. Maar de overheid moet met beperkte middelen zoveel mogelijk mensen in staat stellen een goed leven te leiden, zonder daarop failliet te gaan. Dat verdient respect. Er is nu bed, bad, brood. Vroeger was dat wel anders. Hier in Haarlem is de daklozenopvang verruimd en verbeterd. Daklozen krijgen de hele winter opvang, niet alleen als het min twee is.’ ‘Wat de overheid níet kan, is een praatje maken. Vragen hoe het gaat. Een goed gesprek voeren. Die behoefte is elementair – en dat is de kracht van de kerk. Al heeft de overheid miljarden

over, er blijft altijd behoefte aan contact van mens tot mens. Ik denk dat we de overheid eerder aanvullen dan vervangen.’

De cijfers liegen er niet om, blijkt uit het onlangs gepubliceerde Armoederapport 2016. In 2012 besteedden kerken nog 29 miljoen euro aan armoedebestrijding, in 2015 was dat opgelopen tot ruim 36 miljoen. Hoe vangen de organisaties dat op? Een deel van de hulp die Stek en Diaconie verlenen, hoort thuis bij de overheid, meent Ineke Bakker. ‘Onze kosten zijn de laatste jaren gestegen. En soms hangt dat een-op-een samen met een overheidsmaatregel. Neem bijvoorbeeld de vijf euro-maatregel voor ongedocumenteerden. Zij moeten vijf euro betalen per voorgeschreven medicijn. Geld dat ze niet hebben. Alleen dat al heeft ons vorig jaar ruim achtduizend euro gekost. We doen ons

werk con amore, maar soms lijkt het wel of wij de overheid aan het subsidiëren zijn.’

Bakker: ‘Veruit de meeste mensen die bij ons aankloppen worstelen met armoede, daar hebben we echt een flinke toename in gezien. Dus daar gaat bij ons veel tijd en geld in zitten. Maar meestal hebben mensen meer dan één probleem. We moeten dan ook oppassen dat de mensen die kampen met andere problemen, zoals eenzaamheid of neerslachtigheid, niet in de kou blijven staan. Nu ben ik gezegend met heel creatieve en betrokken collega’s en enorm veel vrijwilligers, dus voorlopig lukt het ons om veel mensen te helpen. Maar ik zeg wel eens: we zijn Onze-Lieve-Heer niet. We kunnen lang niet álles oplossen.’ Dat geluid klinkt ook bij Stem in de Stad. Ranfar Kouwijzer: ‘Bij ons is niet de vraag leidend, maar het aanbod. Hoeveel geld, ruimte en menskracht hebben we? Als we bij wijze van spreken 100 maaltijden hebben, zullen we eter nummer 101 weg moeten sturen.’ Sinds

2013 is zijn organisatie wel stevig gegroeid. ‘We werken nu met vijftien betaalde medewerkers en driehonderd vrijwilligers. Dat waren er respectievelijk acht en tweehonderd. Zodra ik een

probleem signaleer waarvoor nog geen oplossing bestaat, probeer ik iets op te zetten. Dan ga ik net zo

lang op zoek naar fondsen tot ik dat voor elkaar heb. Laatst hebben we een spreekuur ingelast voor mensen zonder papieren. Dat bestond nog niet, en de expertise die daarvoor nodig is hebben wij in huis gehaald.’ Daarnaast zijn er ook particuliere initiatieven waaraan Stem in de Stad zich heeft verbonden. ‘Onze maatschappelijk werkers kunnen mensen aanmelden bij het Fonds Urgente Noden, bijvoorbeeld. Dat helpt mensen met acute problemen.’ Maar de gesprekken van mens tot mens blijven voor hem de kern van de hulpverlening. ‘Onze opdracht is niet: doe iets aan welvaartsverdeling. Wel om in te springen op de wezenlijke behoefte aan contact, aan zingeving. Het geloof komt in die gesprekken wel ter sprake. Heel open en vanuit oprechte interesse vanuit beide kanten. Als gelovige heb ik deze gesprekken nodig. Ik leer meer over mezelf en over God. De arme helpt mij dus ook, hij laat me een andere kant van de werkelijkheid zien. Ik wil die kant leren kennen, want er kan iets van het hogere, het goddelijke in schuilen.’

Uithuisplaatsing voorkomen ‘Drie jaar geleden klopte meneer T. aan bij ons. Een lieve man, die ontzettend hard zijn best deed om voor zijn gezin te zorgen. Dat ging hem niet erg goed af. Hij vertelde dat hij bang was dat het gezin op straat zou komen te staan, zoveel schulden had hij. Iets in zijn presentatie deed me vermoeden dat er meer aan de hand was. Vroeger werkte ik in een instelling voor mensen met een verstandelijke handicap en daar zag ik hoe vooral volwassenen hun handicap heel goed konden maskeren. Ik zorgde dat hij wat leefgeld kreeg, om de ergste honger te stillen. Bij stichting MEE ontdekten hulpverleners dat meneer T. verstandelijk beperkt is. MEE regelde begeleiding aan huis en maakte een start met schuldhulpverlening. Maar de schulden bleven. Kort geleden belde de diaken van een Haagse kerk ons over dit gezin. Er dreigde toch weer een uithuisplaatsing. De diaken en de casemanager van de schuldhulpverlening wisten niets van zijn handicap. Ik heb gevraagd of ze de oude testresultaten van MEE wilden opvragen en nodigde meneer T. uit voor een nieuw gesprek. Daarna ging hij akkoord met een beschermingsbewind – een hele geruststelling. Nu nog de uithuisplaatsing voorkomen.’ Jenneke van Veelen, medewerker individuele hulpverlening bij Stek, in opdracht van de Protestantse Diaconie Den Haag

kwa r t a a l bl a d va n K a n s fo n d s

[ 15]


Kans

27

Je hebt het recht… om sterke jochies te maken Kind zijn. Jezelf ontdekken. Leren wie je bent. In sommige wijken is dat zo makkelijk nog niet. Zo hebben kinderen in de Rotterdamse wijken waar restaurant Hotspot Hutspot werkt, vaak te maken met armoede en sociale problemen. Bij restaurant Hotspot Hutspot krijgen kinderen de kans na schoolƟjd binnen te lopen. Om mee te koken. Te leren. En lol te maken. “Want sterke jochies maken, dat is makkelijker dan gebroken kerels repareren”, vinden ze bij het buurtrestaurant. Jij kunt ze helpen door bij hen een keer te gaan eten. Voor maar 8 euro. Zo geef je meer kinderen zo’n kans. Meer hierover weten? Kijk op kansfonds.nl/kansen


COLUMN

OERWOEDE Hoe zou de slechtste plek op aarde eruitzien? Ik vroeg het me af toen ik jaren geleden voor het eerst op het vliegtuig naar Sierra Leone stapte. Je hoeft daar niet lang te zoeken om diepe ellende tegen te komen. Ik zag er kleine kinderen met hongerbuikjes in diamantmijnen zwoegen voor een paar dubbeltjes. Afschuwelijke taferelen. Het greep me naar de keel. Ik beloofde mezelf: ik ga mijn uiterste best doen deze kinderen hieruit te krijgen, al wordt het mijn dood. Ik noem het een ‘oerwoede’. Onrecht en ellende kunnen me keihard raken. Van vissen die met uitsterven bedreigd worden tot aan het lot van de kindslaven in Afrika: ik word er ontzettend boos en verdrietig van. Blijkbaar zit dat in mijn genen. Mijn moeder is een geboren goeddoener. Ze leerde me om kwetsbaarheid te herkennen en er iets aan te doen. Ik liep als kleuter aan haar hand mee in een demonstratie voor Indianen die van hun land gejaagd werden wegens dure mineralen. En met carnaval ging ik niet verkleed als piloot of brandweerman naar school, maar als zwerver. Gelukkig ben ik ook een rasoptimist, een wandelende xtc-pil, die overal positieve energie uit kan en wil halen. Juist ook uit die woede. Als gelovige ben ik ervan overtuigd dat ik niet voor niets in Sierra Leone ben beland. Dat ik daar een verantwoordelijkheid heb. Dus ben ik er vaak naar teruggegaan om scholen te stichten, humanitaire hulp te bieden en – inderdaad – kinderen uit de mijnen te halen. Heel dankbaar werk, en ik ben blij dat ik de kans krijg om op die schaal iets te betekenen. Niet iedereen kan er zijn beroep van maken om elders in de wereld onrecht te bestrijden. Dat is maar goed ook. Want juist de dagelijkse hulp op kleine schaal, in je eigen omgeving, is zo cruciaal. Zoals goed zijn voor je eigen familieleden. Boodschappen halen voor de oude buurvrouw. Vrijwilligerswerk doen bij het buurtcentrum. Want helemaal niets doen is zó makkelijk. ‘Ach, het is maar een druppel op een gloeiende plaat.’ Niks ervan! Vele druppels vormen samen een flinke stroom. En bovendien: in je eigen omgeving kun je veel meer zijn dan een druppeltje. Wie één mens helpt, helpt de hele wereld. Voor die persoon is het geen druppel, maar een redding.

Sander de Kramer (1973) is schrijver en televisiepresentator. Hij was hoofdredacteur van de Rotterdamse daklozenkrant en bondscoach van het Nederlandse daklozenteam. Samen met Hugo Borst richtte hij de stichting Sunday Foundation op, die zich inzet voor kansarme kinderen in Sierra Leone. Voor zijn maatschappelijke werk ontving hij diverse prijzen. Van aalmoes tot ziekenbezoek Het ‘katholiek sociaal denken’ is de bril waarmee Kansfonds naar de samenleving kijkt. Het is een manier van denken - maar vooral van doen - om problemen in de maatschappij vanuit menselijk perspectief op te lossen. Respectvol, van onderaf, en uitgaande van mogelijkheden in plaats van beperkingen. In deze column komen mensen aan het woord die dit gedachtegoed in de praktijk brengen.

kwa r t a a l bl a d va n K a n s fo n d s

[ 17]


mede [delingen]

Gratis bierproeverij

Of je nu bierfanaat bent of nieuwsgierige proever: bij Brouwerij De Prael ontdek je welke smaken er verborgen zitten in bier. Proef je citrus, banaan of rookmout? Wat is nou typisch Duits of Belgisch bier? Ter kennismaking heeft Mede samen met de brouwerij een speciale aanbieding voor leden. Op vertoon van pagina 19, het verhaal van brouwer Bart en mede-oprichter Arno, krijgen Mede-lezers een gratis proeverijtje aangeboden in het sfeervolle Proeflokaal van de brouwerij, midden in Amsterdam.

Grijp die kans!

Overal om ons heen liggen kansen om kwetsbaren weer onderdeel te maken van de samenleving. Het is ieders recht die kansen aan te grijpen en het genoegen te beleven om iemand de helpende hand te reiken. Een klein gebaar kan al genoeg zijn om een kwetsbare weer het gevoel te geven dat hij of zij ertoe doet. De kansen zien, dat is de kunst. Kansfonds heeft verschillende concrete kansen verzameld en op de website gezet. U hoeft ze alleen nog maar op te pakken. Zodat we samen kwetsbare mensen nét wat minder kwetsbaar maken. En daardoor weer meer een echte sámenleving worden. Alle kansen staan op Kansfonds.nl/kansen

Boekentip: Hoe ik talent voor het leven kreeg

Semmier Kariem vlucht uit Irak. Zeven jaar van honger, verdwalen en angst later landt hij op 11 februari om negen uur op Schiphol. Hij vraagt asiel aan. Wat hij niet weet is dat hiermee het langste wachten van zijn leven begint, in het asielzoekerscentrum, een wachtkamer die hij deelt met vijfhonderd anderen. Semmier is de hoofdpersoon uit de roman ‘Hoe ik talent voor het leven kreeg’ van Rodaan Al Galidi, die zijn eigen ervaringen in het boek verwerkte. Rodaan Al Galidi: Hoe ik talent voor het leven kreeg | Uitgeverij Jurgen Maas ISBN 978 94 91921 20 9 | € 24,95

Scheiden: geen taak voor kinderen

‘Ik weet niet bij wie ik wil wonen.’ ‘Kan ik mijn stiefmoeder ook lief vinden?’ ‘Hoe moet ik nou mijn verjaardag vieren?’ Kinderen van gescheiden ouders worstelen met allerlei vragen. En als het om een vechtscheiding gaat is er een risico op nog veel grotere problemen. Met hun vragen, verdriet en woede kunnen ze terecht bij Villa Pinedo. Daar staan experts en ervaringsdeskundigen klaar om hen bij te staan in deze moeilijke tijd. Online bijvoorbeeld via het forum, maar sinds kort kunnen jongens en meisjes ook tijdelijk optrekken met een buddy via de Buddy-app van Villa Pinedo. Via de app koppelt de stichting een jonge ervaringsdeskundige aan een kind met vragen. Die jonge ervaringsdeskundigen zijn tussen de 15 en 23 jaar oud, volgen een sociale studie en worden getraind door Villa Pinedo. Het initiatief werd in 2011 opgericht door Marsha Pinedo. ‘Mijn persoonlijke missie is dat kinderen niet meer beschadigd worden door de scheiding van hun ouders. Want hoe meer spanning er is tussen de ouders, hoe meer schade voor kinderen.’ www.villapinedo.nl

[ 18]

k wa r taalblad van Kan s fonds


mede [mens]

‘De kennismaking met Brouwerij De Prael is een cadeautje van het leven zelf geweest. Twaalf jaar geleden kwam ik er als vrijwilliger terecht toen ik in een afkickkliniek zat. Een begeleider wees me op De Prael. “Je hoeft geen cv mee te nemen, ga maar gewoon kijken”, zei hij. Dat heb ik gedaan. Tot die tijd werd ik nergens warm van, had geen interesses of ambities. Nu werk ik er fulltime, ben ik als eerste in de brouwerij en ga als laatste weg. Ik heb al meer dan een miljoen liter bier gebrouwen. Daar ben ik ontzettend trots op. Het beste bier maken dat er is: daar werk ik elke dag keihard voor. Soms neem ik mijn werk mee naar huis, om te proeven, en te bedenken hoe het nog beter kan. Alles gaat goed met me, ik heb veel geleerd de laatste jaren. Over het bierbrouwen natuurlijk, maar ook over mezelf. Van het op tijd naar bed gaan tot het werken in een team. Het geeft me een machtig gevoel om onderdeel uit te maken van De Prael. We zijn bezig met brouwsel nummer 1500, dat wordt een heel bijzonder biertje.’ Bart Rozendaal (39), bierbrouwer De Prael (rechts op de foto)

LEVEN IN DE BROUWERIJ Bijzondere mensen brouwen bijzonder bier in hartje Amsterdam. Brouwerij De Prael biedt al vijftien jaar werk aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

‘Het ambacht bierbrouwen laat zich uitstekend opdelen in laagdrempelige werkzaamheden. Die weer makkelijk te vertalen zijn naar opdrachten voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Samen met Fer Kok ben ik vijftien jaar geleden Brouwerij De Prael gestart. Als collega’s in de psychiatrie en met gedeelde passie voor speciaal bier zagen we een manier om onze passies te combineren én een probleem op te lossen. We merkten namelijk allebei dat er steeds minder passende activiteiten waren voor mensen met een beperking; werkprocessen die niet goed ingericht zijn, onjuiste bejegening, het werkte gewoon niet. Bij De Prael werken allerlei mensen. Van jongeren die in een uitkeringssituatie zaten tot jonge moeders, van mensen die herstellen van een burn-out tot ex-verslaafden. In onze brouwerij, het proeflokaal en in de winkel, staat het product centraal en de kwaliteit ervan. Niet de beperking van de mensen.’ Arno Kooij (59), medeoprichter Brouwerij De Prael

kwa r t a a l bl a d va n K a n s fo n d s

[ 19]


‘Dankzij alle steun en liefde voelde Oudezijds 100 na al die jaren als mijn thuis’ Tania (20) en haar dochtertje Chenaya (3) woonden bijna 3 jaar bij Oudezijds 100 z i e pa gi na

[7]


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.