SKO cover
24-06-2015
13:29
Pagina 2
SKO Jaarverslag 2014 Scholengroep Katholiek Onderwijs Flevoland en Veluwe
SKO cover
24-06-2015
13:30
Pagina 3
Onder de SKO Flevoland en Veluwe ressorteren 27 scholen voor primair onderwijs BRIN 40950 Bezoekadres: Meentweg 14 8224 BP Lelystad Postadres:
Postbus 608 8200 AP Lelystad
e-mail: telefoon:
secretariaat@skofv.nl 0320 225040
SKO jaarverslag 2014 final
29-06-2015
10:55
Pagina 3
Inhoudsopgave Voorwoord
4
1.
Inleiding
5
2. 2.1. 2.2. 2.3.
Missie en visie Missie Visie Rol en taken College van Bestuur
7 7 7 8
3. 3.1. 3.2. 3.3. 3.4.
Organisatie Samenstelling bestuursorganen Scholen en directeuren Directieberaad Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad
9 10 11 12 13
4. 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7.
Actualiteit 2014 Activiteitenplan 2014 Naar het strategisch beleidsplan 2015-2018 Naar een SharePointomgeving Nieuwe huisstijl Gesprekscyclus directeuren Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs Stichting SKO Kinderopvang
15 15 15 15 16 16 17 17
5. 5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7. 5.8. 5.9. 5.10.
Personeel Integraal Personeelsbeleid (IPB) Akke & Demi Opleiding ‘Leidinggeven 1’ en ‘Leidinggeven II’ Mobiliteit Personeelsbestand Beoordelen/gesprekkencyclus ARBO (tevredenheidsonderzoek) Ziekteverzuim Meldingsfrequentie Eigenrisicodrager
18 18 18 19 19 20 21 21 21 22 22
6. 6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6. 6.7. 6.8. 6.9.
Onderwijs Interne kwaliteitszorg Klachtenmanagement Externe kwaliteitszorg: Inspectiebezoeken Onderwijs: primair proces Bestuursoverzicht: opbrengsten en resultaten Onderwijs: secundaire processen ICT Onderwijs Identiteit Toekomstige ontwikkelingen onderwijskwaliteit
23 23 24 25 25 26 27 27 28 28
7.
Materiële zaken en huisvesting
29
8. 8.1. 8.2. 8.3. 8.4. 8.5. 8.6. 8.7. 8.8. 8.9.
Financiën Financieel beleid Strategische doelen in 2014 Algemene Ontwikkeling Balans per 31-12-2014 Vermogenspositie Exploitatieresultaat Passend Onderwijs Centrale inkoop Treasurybeleid
30 30 31 34 35 36 38 40 40 40
9. 9.1. 9.2. 9.3.
Continuïteitsparagraaf Algemeen Interne risicobeheersings- en controlesysteem Rapportage Raad van Toezicht
41 41 47 51
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
3
SKO jaarverslag 2014 def
25-06-2015
12:28
Pagina 4
Voorwoord
H
et beeld dat 2014 terugblikkend oproept, krijgt mede kleur door het proces waarmee het nieuwe strategisch beleidsplan 2015-2018 tot stand is gekomen. Dit proces heeft in het teken gestaan van het vorm en inhoud geven aan betrokkenheid en eigenaarschap. De actieve deelname van alle betrokkenen in dit proces, tot kinderen aan toe, hebben we als heel bijzonder en verrijkend ervaren. Dit is ook een accent dat we in de toekomst meer willen gaan leggen: kinderen laten leren en kinderen vragen “wat ze er van vinden en wat hun dromen zijn”, kijken en luisteren naar leervragen van kinderen en daar onderwijs voor ontwerpen. Het beeld dat 2014 oproept krijgt ook kleur door de nieuwe huisstijl met een nieuw logo en een nieuwe naam waarin we tot uitdrukking brengen wie we zijn en waar we naar toe op weg zijn. Met een nieuwe nadruk op het vak van leerkracht (ontwerpen, arrangementen, passend onderwijs, leren in de toekomst) en de leerkracht als eigenaar van dat vak. Van de vanzelfsprekendheid van “zo doen we het toch” naar herijking en jezelf tegen het licht houden, vragen stellen, samen leren en op weg als ontwerpers van het onderwijs voor de 21e eeuw. Dit samen met de ouders, niet alleen als ondersteuning voor de schoolorganisatie maar ook als partners in het kinderen laten leren.
Koen Oosterbaan, Annelies Verbeek College van Bestuur, SKO Flevoland en Veluwe
4
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
13:39
Pagina 5
1. Inleiding Kenschets SKO Flevoland en Veluwe
1
De Scholengroep Katholiek Onderwijs Flevoland en Veluwe (SKO) is een onderwijsstichting die in 1997 is ontstaan vanuit diverse bestuurlijke schaalvergrotingsprocessen. De SKO telt 27 basisscholen in Flevoland en op de Veluwe. Onze scholen hebben hun eigen onderwijskundige identiteit, maar werken allemaal samen vanuit een katholieke levensbeschouwing. We willen in onderlinge samenwerking bereiken dat elke school binnen de scholengroep het beste uit zichzelf haalt. Alle scholen staan voor eigentijds kwaliteitsonderwijs met oog voor de leerbehoeften van kinderen. De scholen ontwerpen een veilig pedagogisch en uitdagend didactisch klimaat waarin kinderen de ruimte krijgen om zich te ontwikkelen en waardoor ze echt kunnen leren. In de beleidsperiode 2011-2014 hebben we vanuit het motto van ons strategisch beleidsplan “Naar meer kwaliteit en verbinding!” gekeken naar onze maatschappelijke opdracht om de leerlingen te begeleiden naar een zelfstandig functioneren in een steeds sneller veranderende samenleving. We hebben geprobeerd ons onderwijsaanbod steeds beter af te stemmen op de onderwijsbehoeften voor die leerling, zodat een ieder binnen zijn eigen mogelijkheden tot een optimale ontwikkeling kan komen. De onderwijsprestaties hebben wij verbeterd door het versterken van het pedagogisch en didactisch handelen van
leerkrachten en het verder professionaliseren van de organisatie. Ook hebben we de ouders meer als partner betrokken bij de ontwikkeling van de leerlingen. Onze positie als maatschappelijke onderwijsonderneming hebben wij versterkt door het benoemen en het uitdragen van onze kernwaarden: • Katholiek: geïnspireerd op het leven van Jezus en zij die in Zijn voetsporen zijn getreden, geeft de SKO eigentijds vorm aan de overdracht van die waarden en normen, die in de christelijke traditie al eeuwenlang richtinggevend zijn. • Subsidiariteit: vanuit de katholieke traditie leggen we de verantwoordelijkheid daar waar de uitvoering door professionals plaats vindt. • Open en flexibel: als het gaat om het luisteren naar wensen van alle betrokkenen en het anticiperen daarop. • Eerlijk en oprecht: in communicatie en handelen, zodat onze klanten en medewerkers direct het gevoel hebben dat de sfeer hier goed is. • Professioneel: als het gaat om het uitvoeren van het dagelijks onderwijs en om de zorg voor de leerlingen en de medewerkers. • Gemotiveerd, initiatiefrijk en doortastend: als het gaat om het besturen van de school in al haar facetten: het ontwerpen en aanbieden van de lessen, het ontwikkelen en aanbieden van buitenschools aanbod, het bereiken van goede schoolresultaten en het creëren van de voorwaarden daarvoor.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
5
SKO jaarverslag 2014 def
25-06-2015
12:29
Pagina 6
Horizontale en verticale verantwoording
Reageren Uw vragen en reacties over of naar aanleiding van dit jaarverslag worden op prijs gesteld. U kunt deze richten aan ons secretariaat: secretariaat@skofv.nl
6
Het jaarverslag 2014 bestaat uit het voorliggende bestuursverslag en een jaarrekening. Met het jaarverslag leggen wij ‘verticaal’ verantwoording af aan de overheid en ‘horizontaal’ aan onze interne en externe stakeholders. Het verslag wordt besproken met de Raad van Toezicht en de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. Na goedkeuring door de RvT wordt het verslag naar onze partners gestuurd en wordt het op de publieke website geplaatst. Het jaarverslag is niet het enige kanaal waarlangs wij communiceren met en verantwoording afleggen naar onze interne en externe stakeholders. In de loop van het jaar hebben wij met gemeenten, kinderopvangorganisaties en VOinstellingen in ons werkgebied gesproken en hebben we de bijeenkomsten van de GMR bijgewoond.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
Andere voorbeelden van de horizontale dialoog zijn: • Diverse activiteiten en bijeenkomsten in het kader van de SKO Academie (Akke&Demi) • Rond een specifiek thema worden directies, medewerkers of stakeholders uitgenodigd in een vergadering van de Raad van Toezicht • De periodieke tevredenheidpeilingen onder medewerkers, ouders en leerlingen • Schoolbezoeken door het CvB • Het maandelijkse directieberaad • De interactieve bijeenkomsten met leerkrachten, ouders en leerlingen in het kader van de ontwikkeling van het strategisch beleidsplan.
Leeswijzer In dit jaarverslag gaan we in hoofdstuk 2 eerst in op de missie en visie van de SKO en op de rol en taken die het College van Bestuur in dat kader vervult. Hoofdstuk 3 bevat feitelijke informatie over de organisatiestructuur, de samenstelling van de bestuursorganen, de directies van de scholen, het directieberaad en de GMR. In
dit hoofdstuk vindt u ook het jaarverslag van het directieberaad en de GMR. In hoofdstuk 4 gaan we in op een aantal algemene onderwerpen uit het activiteitenplan 2014 voor zover die niet aan de orde komen in de volgende hoofdstukken. In de hoofdstukken 5 t/m 8 wordt verslag gedaan van de ontwikkelingen, activiteiten en resultaten op achtereenvolgens de beleidsdomeinen personeel, onderwijs, materiële zaken en financiën. Hoofdstuk 9 bevat de continuïteitsparagraaf. Daarin wordt eerst aandacht besteed aan diverse kengetallen en aan de financiële positie van de SKO in meerjarig perspectief. Verder wordt uitleg gegeven over het risicomanagementsysteem van de SKO en worden de resultaten daarvan toegelicht. De continuïteitsparagraaf wordt afgesloten met het verslag van het toezichthoudend orgaan, de Raad van Toezicht.
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
13:42
Pagina 7
2. Missie en visie 2.1 Missie De SKO heeft de missie om vanuit haar lokale en regionale maatschappelijke verantwoordelijkheid, onderwijs en vorming aan te bieden aan kinderen. De SKO staat voor kwalitatief goed en toekomstgericht onderwijs. Hierbij legt zij het accent op de harmonische ontwikkeling van ieder kind, met bijzondere aandacht voor sociaalemotionele vaardigheden, eigen verantwoordelijkheid en creativiteit. De SKO verbetert voortdurend de kwaliteit van haar activiteiten en investeert daartoe in onderwijs, personeel, relaties en faciliteiten. De SKO doet dit alles vanuit de katholieke of oecumenische grondslag.
2
2.2 Visie De scholen van de SKO zijn ontwerpers van onderwijs voor de 21e eeuw. De leerkrachten zorgen voor een uitstekend pedagogisch klimaat met een veilige, kindgerichte en uitdagende leeromgeving. Naast aandacht voor taal en rekenen en de kernvakken is er aandacht voor samenwerken, creativiteit, ictgeletterdheid, communiceren, probleemoplossend vermogen, kritisch denken en sociale en culturele vaardigheden. De SKO staat voor openheid, pluriformiteit en spiritualiteit. Leidend principe is 'eenheid in verscheidenheid’: de scholen vormen samen een lerende organisatie waarin kennis en ervaring wordt gedeeld. Directeuren en leerkrachten hebben maximale professionele (regel)ruimte om op schoolniveau verantwoordelijkheid te
kunnen nemen en uitoefenen. De scholen investeren in onderwijskundig partnerschap met ouders. De SKO is maatschappelijk geëngageerd en speelt in op actuele ontwikkelingen in de samenleving. Waar mogelijk wordt samengewerkt met buurtverenigingen, kinderopvangorganisaties, voortgezet onderwijs, gemeenten en andere partijen. De scholengroep geeft eigentijds vorm aan de overdracht van de waarden en normen die in de christelijke traditie al eeuwenlang richtinggevend zijn. Christelijke naastenliefde en solidariteit met kansarmen zijn een gedeelde verantwoordelijkheid. Iedere school heeft een eigen gezicht en werkt gericht aan schoolontwikkeling en kwaliteitsverbetering. Dat is goed en moet zo blijven. We willen geen uniforme scholen. Wel zijn alle scholen herkenbaar door het feit dat zij zich laten leiden door de missie, de visie en de strategische doelen van de scholengroep. Binnen die kaders hebben de scholen vrijheid van handelen. De zelfstandigheid van scholen is altijd relatief. Het College van Bestuur (CvB) is en blijft verantwoordelijk. Het leiderschap dat het CvB voor ogen staat, houdt in dat het CvB de directies de ruimte geeft om hun verantwoordelijkheid te nemen voor het integraal management op de school. Scholen maken het onderwijs en het CvB zorgt dat scholen dat kúnnen doen.
Ons beleid is in hoofdlijnen gericht op de volgende doelstellingen: • De scholen bieden maatwerk voor de leerlingen, er wordt werk gemaakt van passend onderwijs. • De scholengroep beschikt over voldoende en competente medewerkers. • We willen ons met een krachtig integraal personeelsbeleid profileren als een moderne arbeidsorganisatie. • De directeuren voelen zich medeeigenaar van de SKO. Zij zijn gericht op samenwerken, kennis delen en het elkaar ondersteunen. We willen daarbij optimaal gebruik maken van de meerwaarde van de schaalgrootte. • De interne bedrijfsvoering is op orde. We hebben goed zicht op alle resultaatgebieden. • Iedere school meet systematisch de tevredenheid van ouders, leerlingen en medewerkers. Eén keer per vier jaar wordt een tevredenheidsonderzoek op bestuursniveau uitgevoerd onder medewerkers, ouders en leerlingen. • We investeren in huisvesting om verdere groei mogelijk te maken, zowel in bestaande kernen en wijken als in nieuwe wijken. Groei staat altijd in relatie tot het realiseren van de doelstellingen van de organisatie.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
7
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
13:43
Pagina 8
2.3 Rol en taken College van Bestuur Voor het realiseren van de missie en visie van de SKO voeren we als College van Bestuur een aantal bestuurlijke taken uit: het waarborgen van de onderwijskwaliteit, het strategisch positioneren van de organisatie, een stevige verbinding met stakeholders onderhouden, het financieel beleid en beheer van de organisatie bewaken en versterken, de bedrijfsvoering op orde hebben en het vormgeven van goed werkgeverschap. Daarmee voeren we onze bestuurlijke opgave uit die in de kern bestaat uit het doorlopend ontwikkelen, actualiseren, bijstellen en realiseren van het strategisch beleid. Daarbij leggen we verbinding met het maatschappelijk veld en de ‘buitenwereld’ zodat de visie van de externe stakeholders en partners (zoals bijv. de kinderopvang) geïncorporeerd kan worden in de strategie van de scholengroep. We voorzien daarmee in de condities waaronder directeuren hun school zelfstandig en integraal school kunnen managen en ontwikkelen, te weten: • een lange termijn strategie met een duidelijke focus en een beperkt aantal, heldere doelstellingen; • het laten aansluiten van de inzet van middelen bij bestaande ontwikkelingen en processen om ze te kunnen versnellen en te versterken (in plaats van steeds weer nieuwe, individuele of geïsoleerde projecten en initiatieven te faciliteren); • het faciliteren van de ontwikkeling van de benodigde competenties, attitudes en motivaties bij de directeuren.
8
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
Om te kunnen sturen en verantwoorden moeten we als College van Bestuur een goed beeld hebben van de professionele ontwikkeling van de directeur en van de situatie van zijn of haar school. Dat beeld wordt onder meer opgebouwd door de management- en gesprekscyclus die jaarlijks met en door elke directeur wordt doorlopen. In die cyclus worden afspraken gemaakt over de professionele ontwikkeling van de directeur en over de ontwikkeling van de school. In aanvulling op de formele managementrapportages en de gesprekken met directeuren verzamelen we ook zelf informatie om voeling te houden met de onderwijspraktijk en om informatie te verwerven die ‘aan mensen kleeft’. Dit kan diverse vormen aannemen: van geplande schoolbezoeken met collectieve teamgesprekken tot informele ontmoetingen bij scholingsactiviteiten voor leerkrachten en bij de interactieve bijeenkomsten voor de voorbereiding van het nieuwe strategisch beleidsplan. Evaluatie functioneren College van Bestuur Het functioneren van het College van Bestuur wordt jaarlijks geëvalueerd in een gesprek met de remuneratiecommissie uit de Raad van Toezicht. Verder is het functioneren van het College van Bestuur onderdeel geweest van het uitgevoerde tevredenheidonderzoek onder onder medewerkers (zie ook par. 5.7). Tevens heeft het College van Bestuur deelgenomen aan een door de PO-Raad georganiseerde collegiale consultatie.
Nevenfuncties Het College van Bestuur vervult uitsluitend niet-bezoldigde nevenfuncties die ten dienste staan van de realisatie van de missie en visie van de SKO. Dit betreft bestuurlijke of toezichthoudende functies in het Onderwijsbureau Meppel, de Stichting Vierslagleren en de samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs waarin de SKO participeert. Verder participeert het College van Bestuur in diverse commissies o.a. uitgaande van de PO-Raad.
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
13:47
Pagina 9
3. Organisatie Het organisatieschema ziet er als volgt uit:
Extern toezicht Intern toezicht: RvT
GMR
CvB
STAF/OBM MR
verantwoording naar ouders en belanghebbenden
Directeuren
Teams
3
D
e scholengroep heeft een governancemodel met een College van Bestuur (CvB) en een Raad van Toezicht (RvT). De professionele verantwoordingslijn is als volgt: De Stichting is het bevoegd gezag van 27 katholieke basisscholen in Flevoland en op de Veluwe. Het CvB houdt zich op hoofdlijnen bezig met het ontwikkelen, vaststellen en evalueren van het strategisch en operationeel beleid en de levensbeschouwelijke identiteit van de stichting. Het CvB heeft tevens tot taak om nieuwe onderwijskundige ontwikkelingen, projecten en activiteiten te initiĂŤren en aan te sturen om hiermee de directeuren te ondersteunen bij het realiseren van een pluriform en kwalitatief hoogstaand
onderwijsaanbod. Het CvB legt vervolgens aan de RvT, het personeel, de ouders, de inspectie en de samenleving verantwoording af over de mate waarin de vastgestelde doelstellingen zijn gehaald en over de besteding van de middelen. In dit alles is het de taak van het CvB om de RvT en overige belanghebbenden goed en volledig te informeren. We werken met een planning en control cyclus (PDCA-model). Het CvB bepaalt de kaders van de Stichting, middels de vaststelling van het meerjaren strategisch en financieel beleid. Het CvB en de directeuren hebben binnen deze kaders hun taken en bevoegdheden zoals deze zijn omschreven in het Managementstatuut. Het CvB is
bovengeschikt aan de directeuren en is rechtstreeks verantwoording schuldig aan de RvT.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
9
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
13:49
Pagina 10
3.1 Samenstelling Raad van Toezicht Naam Dhr. B.A.M. Brouwer Mw. M.B. Visser Dhr. J. Janssens Mw. E.M.A. Nijhuis Dhr. R.E.F.M. Nijhof Dhr. H.A. Voortman Dhr. E. Bosschaart
Functie Voorzitter Lid Lid Lid Lid Lid Lid
College van Bestuur Naam Dhr. K.F. Oosterbaan Mw. A.E.J.M. Verbeek
Functie Voorzitter Lid
Staf en administratieve ondersteuning Naam Mw. M. C.E. Eising Mw. M.S. Heise Mw. S.H.W. Kroon Mw. K. van der Boom Mw. A. Kel Mw. L.K. Hoekstra Mw. A.M.T. Swart Mw. T. Kerpershoek Dhr. C. Keersemaker
Functie Controller Adviseur Onderwijs&Organisatie Adviseur HRM Adviseur HRM (tot 1 juli 2014) Adviseur HRM (tot 1 oktober 2014) Adviseur Onderwijs primair proces Bestuurssecretaresse Administratief medewerkster Bestuurssecretaris a.i. (vanaf 1 september 2014)
De personele en financiĂŤle administratie en het onderhoudsbeheer schoolgebouwen worden verzorgd door het Onderwijsbureau te Meppel.
10
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
13:51
Pagina 11
3.2 Scholen en directeuren Naam
Plaats
Directeur
Website
De Loofhut
Almere
Mw. Y. Vlas (tot 8/9) en Mw. T. Middelkoop
www.deloofhut.nl
De Delta
Almere
Dhr. H.A. Bruins (tot 9/12 †)
www.ikcdelta.nl
Panta Rhei
Almere
Dhr. F.A.T. van Oeffelt
www.bspantarhei.nl
De Goede Herder
Almere
Mw. M. Verdoorn
www.kbsdegoedeherder.nl
Crescendo
Almere
Dhr.. H. Niehot (tot 30/9)
www.crescendo.nl
't Zonnewiel
Almere
Dhr. H. Brunen
www.zonnewiel.nl
De Pirouette
Almere
Mw. R. van de Berg en dhr. S. van Dijk
www.kbspirouette.nl
Het Kristal
Almere
Dhr. H. Hooiveld
www.het-kristal.nl
De Lettertuin
Almere
Mw. D. de Vries
www.kbslettertuin.nl
De Droomspiegel
Almere
Dhr. J. de Bruin
www.droomspiegel.nl
De Korf
Apeldoorn
Mw. M. Zeman
www.korf.apeldoorn-onderwijs.nl
De Wingerd
Biddinghuizen
Mw. G.C.M. Moerkens - Van Osta
www.kbswingerd.nl
St. Gregorius
Dronten
Mw. I. Heijnen
www.kbsgregorius.nl
De Zonnewijzer
Dronten
Mw. Y. Geelhoed
www.kbszonnewijzer.nl
De Klimboom
Dronten
Dhr. R. Lindeboom
www.kbsklimboom.nl
De Agnietenschool
Elburg
Dhr. E. Dekker
www.agnietenschoolelburg.nl
Alfons Ariëns
Harderwijk
Dhr. J. Rappol
www.alfonsariens.nl
Dominicus Savio
Harderwijk
Dhr. R. Bos
www.dominicus-savio.nl
Laetare
Lelystad
Dhr. J.J.A.M. van den Berg
www.laetare.nl
De Kring
Lelystad
Mw. I. Janssen
www.dekring.net
De Toermalijn
Lelystad
Dhr. H. Vriend
www.kbsdetoermalijn.nl
't Schrijverke
Lelystad
Dhr. M. Lensink
www.schrijverke-lelystad.nl
De Lispeltuut
Lelystad
Dhr. J. C. W. M. Vos
www.lispeltuut.nl
St.Franciscus
Nunspeet
Mw. K. Hemel
www.franciscus-nunspeet.nl
Gabriëlschool
Putten
Dhr. T. Marselis
www.gabriel-school.nl
De Golfslag
Swifterbant
Mw. M.J.E.M. Huybregts
www.kbsgolfslag.nl
Jeanne d'Arc
't Harde
Dhr. E. Dekker
www.kbsjeannedarc.nl
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
11
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
13:55
Pagina 12
3.3 Directieberaad In 2014 kwam het Directieberaad 10 keer bij elkaar voor een directie dag, in het SKO kantoor of op locatie. Ook de adjunctdirecteuren waren daarbij welkom. Daarnaast is ook een tweedaagse belegd rond het thema strategisch beleidsplan en schoolplan. Het programma van de directiedagen is steeds opgebouwd volgens een stramien. Na mededelingen van het bestuur worden beleidsvoornemens besproken vanuit de actieteams/staf/bestuur. Het gaat daarbij om informeren, afstemmen of advisering. Vervolgens staat een thema centraal en is er ruimte voor intervisie en voor het werken in actieteams. Het programma was gevarieerd. Er werden workshops georganiseerd en in carrouselvorm werd informatie aangeboden. Sprekers werden uitgenodigd die input leverden voor discussies en standpuntbepaling. Tijdens de meeste Directieberaden stond een thema centraal, zoals: Personeelsbeleid met onderwerpen als: • Werkkostenregeling en secundaire arbeidsvoorwaarden (aanbod Nationaal Bedrijfsfitnessplan en Bedrijfscultureel abonnement) • Beleid Payroll • Collegiaal leren/visitatie • Vierslagleren • Expertiseteam en introductie van schilspelers • Verkenning onderhandelingsakkoord CAO • Wet Werk en Zekerheid
12
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
Onderwijskwaliteit en beoordelen met • Evaluatie van de Kwaliteitszorgmonitor en verantwoorden • Het 360° feedback instrument voor directeuren • Het schoolleidersregister Financiën met onderwerpen als: • Centrale inkoop van schoonmaak • Risicomanagement • Jaarrekening 2013 • Begroting 2015 Scholing met aandacht voor: • De SKO Academie en het cursusaanbod voor leerkrachten en teams • De ASA met een cursusaanbod voor directeuren • Professionaliseringstraject I.B.-ers Onderwijsinnovatie en ICT • Op uitnodiging van Apple werd een bezoek gebracht aan het hoofdkantoor in Amsterdam waar presentaties werden gegeven over Leren in de 21ste eeuw en over Apple en onderwijs. • ETTU verzorgde een training en kennismaking met Office 365, Lync en Sharepoint. Huisvesting De overdracht van “onderhoud buitenkant” van de gemeenten naar de besturen kreeg aandacht. Levensbeschouwelijke identiteit Met ondersteuning van Arkade werd een verbinding gezocht tussen het Strategisch beleidsplan en het schoolplan. Strategisch beleidsplan • In 2014 was het te ontwikkelen Strategisch beleidsplan 2015-2018 vast agendapunt in het Directieberaad; in de 2-daagse stond de verbinding met het
schoolplan centraal. • Het werken in actieteams werd geëvalueerd. Naast actieteams die concreet beleid uitwerken (centrale inkoop, functiemix) zullen er vanaf 2015 twee “ontwikkelteams” zijn die onderzoekend werken aan de ontwikkeling van strategische thema's.
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
13:56
Pagina 13
3.4 Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad 2014 is het eerste volle jaar dat de GMR in nieuwe vorm en samenstelling heeft gefunctioneerd. De GMR kende de nodige vacatures en wisselingen waardoor er vrijwel permanent een verkiezingscommissie actief is geweest. Het jaar is afgesloten met nog 1 vacature in de oudergeleding van de regio Almere.
Samenstelling van de GMR 2014 Naam Dhr. R. vanlerberghe Dhr. Baar Mw. L. de Block Dhr. P. Vette Mw. M. Konings Mw. M. van de Pol Mw. L. Cremers Dhr. R. Dijk Mw. Mensink Dhr. Stroop Dhr. H. Kuipers Dhr. R. Vinken Mw. P. ter Voert Dhr. Y. Wieten
GMR rol voorzitter voorzitter vicevoorzitter penningmeester secretaris lid lid lid lid lid lid lid lid lid
Lid tot/va tot 07/14 va 09/14
tot 07/14 tot 07/14 va 05/14 va 11/14 va 11/14
O/P O O P O O P P P P P O O O P
Regio A V A V L/D L/D A V V L/D L/D A L/D L/D
Scholen Goede Herder / Kristal / Loofhut Gabrielschool / De Korf Lettertuin / Panta Rhei Dominicus Savio Klimboom / Golfslag / Wingerd Toermalijn / Kring Zonnewiel / Pirouette Jeanne D’Arc / Agnietenschool Alfons Ariens / St. Franciscus Zonnewijzer / Gregorius Laetare / Lispeltuut / Schrijverke Crescendo / Droomspiegel / Delta pas ingevuld in 2015 pas ingevuld in 2015
Geleding: O = ouder / P = Personeel - Regio: A = Almere - L/D = Lelystad/Dronten - V = Veluwe
In 2014 is de GMR 5 keer in een reguliere vergadering bijeengekomen. Voor het eerst heeft er ook een GMR jaarvergadering plaatsgevonden, waarvoor alle voorzitters van de school MR'en waren uitgenodigd. In vogelvlucht een overzicht van hetgeen in 2014 ter tafel is gekomen: • Tijdens de vergadering van januari verwelkomden wij twee gasten vanuit de Raad van Toezicht. De RvT wil graag zicht hebben op en betrokken zijn bij alle onderdelen van SKO Flevoland en Veluwe. Een bezoek aan de GMR voegt iets toe aan hun totaalbeeld van het overlegklimaat binnen SKO. Afgesproken wordt dat de RvT jaarlijks voor 1 GMR vergadering wordt uitgenodigd. Tijdens
deze vergadering komen de onderwerpen: Passend Onderwijs, Stakeholdersbeleid en rapportage Sociale Omgangsvormen aan de orde. • De GMR vergadering van maart staat in het teken van de verdere invulling van de begroting met de extra gelden die eind 2013 als gevolg van het Herfstakkoord bij SKO zijn binnen gekomen. Daarnaast komt het onderwerp Passend Onderwijs wederom uitgebreid aan de orde. We stellen (nogmaals) vast dat de rol van de GMR in PO zich beperkt tot een financiële - in de gaten houden of de geldstormen tussen samenwerkingsverbanden - SKO scholen goed verloopt. Voor de overige medezeggenschap is de
Ondersteuningsplanraad (OPR) per samenwerkingsverband in het leven geroepen. Tenslotte wordt stilgestaan bij het plan van aanpak Strategisch Beleidsplan. Er wordt informatie gegeven over de wijze waarop het Strategisch Beleidsplan tot stand gaat komen - met input uit summits, tevredenheidsonderzoeken, sterktezwakte analyse en teambezoeken. • In mei worden tijdens de GMR vergadering de resultaten van de tevredenheidsonderzoeken gepresenteerd. Daarnaast komt een aantal vragen van MR'en aan de orde, passeert het punt Passend Onderwijs wederom de revue, en staan we stil bij een ter advisering ingediende
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
13
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
13:59
Pagina 14
begrotingswijziging voor 2014 - waarop de GMR unaniem positief adviseert. • De eerste GMR jaarvergadering vindt plaats in juni. De opkomst vanuit de school MR'en is zeer beperkt - wellicht ook als gevolg van het samenvallen met een WK voetbalwedstrijd van het Nederlands elftal. Ondanks de beperkte opkomst vindt er een zinvolle discussie en evaluatie plaats over het eerste schooljaar van de verkleinde GMR. Er wordt geconstateerd dat de communicatie helder en duidelijk is. Er is veel informatie voorhanden - de vraag is in hoeverre hier ook gebruik van wordt gemaakt. Geconcludeerd wordt dat betrokkenheid tussen MR-GMR per school sterk verschilt. De betrokkenheid staat meer onder druk nu niet meer iedere school is vertegenwoordigd in de
14
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
GMR. Er worden diverse suggesties gedaan ter verbetering hiervan. Die zullen in het nieuwe schooljaar worden opgepakt. Het invulling geven aan de haal- en brengplicht tussen MR en GMR verloopt nog niet optimaal. • In september kiezen we - als gevolg van het vertrek van de vorige - een nieuwe voorzitter. Daarnaast wordt het SKO jaarverslag 2013 besproken. De controller is aanwezig voor het geven van toelichting op de financiële paragraaf. Het onderwerp Eigen Risicodragerschap voor Flexwerkers wordt besproken en de eerste versie van het Strategisch Beleidsplan komt uitgebreid aan de orde. • Op 25 november vindt de laatste GMR vergadering van 2014 plaats. Hierin stemt de GMR unaniem in met het
Strategisch Beleidsplan. Daarnaast ligt de begroting 2015 ter instemming voor. De financiële commissie van de GMR heeft de begroting voorafgaand aan de vergadering voorbesproken met het CvB en de controller. Belangrijkste constatering is dat de begroting op het eerste gezicht een tekort vertoond. Toegelicht wordt dat voor de financiering van dit tekort een bedrag beschikbaar is vanuit de gelden van het Herfstakkoord. De GMR stemt unaniem in met de begroting. Tijdens deze vergadering komen tenslotte nog punten als het jaarplan 2015, stichting SKO kinderopvang en de personele bezetting stafbureau aan de orde - deze punten zullen allemaal in 2015 verder uitgewerkt en besproken worden.
SKO jaarverslag 2014 def
25-06-2015
12:31
Pagina 15
4. Actualiteit 2014 4.1 Activiteitenplan 2014
4
Onze missie en visie is vertaald in het strategisch beleidsplan, waarin de strategische doelen vanuit een meerjaren perspectief beschreven staan. Het jaar 2014 was het vierde en laatste uitvoeringsjaar van het strategisch beleidsplan 2011-2014: ‘Ieder z’n talent, samen het resultaat.’ De doelen voor 2014 zijn geoperationaliseerd in het jaarlijks activiteitenplan. Daarin lag de nadruk op het versterken van de kwaliteit van het onderwijs (opbrengstgericht werken), op het werken aan een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de SKO, op onderwijsinnovatie en ICT en op de verdere ontwikkeling tot een professionele leergemeenschap op alle niveaus met daarin een prominente plek voor onze eigen opleidingsacademie. Een aantal van deze activiteiten is gepositioneerd als project onder aansturing van een interne projectleider, te weten: • Onderwijsinnovatie en ICT • Akke & Demi (SKO opleidingsacademie) • Expertise team. We hebben in 2014 een pas op de plaats gemaakt ten aanzien van nieuwe operationele beleidsontwikkeling. De basis is op orde. We hebben ruimte gemaakt om de koers uit te zetten voor de volgende strategische beleidsperiode 2015. In dit hoofdstuk belichten we een aantal algemene onderwerpen uit het activiteitenplan 2014 voor zover die niet aan de orde komen in de volgende hoofdstukken van dit verslag.
4.2 Naar het strategisch beleidsplan 2015-2018 De ontwikkeling van het strategisch beleidsplan voor de volgende beleidsperiode heeft in het activiteitenplan 2014 een prominente plek gekregen. Bij de totstandkoming van het nieuwe strategisch plan hebben we ons namelijk tot doel gesteld dat alle geledingen binnen de SKO zich nog sterker verbonden weten en voelen met een gemeenschappelijke visie op de toekomst van de scholengroep en ook de ambities delen die we op grond van die visie hebben. Om dit te bereiken is er een intensief traject gevolgd waarin de in de organisatie aanwezige kennis en inzichten zijn opgehaald. Dit hebben we gedaan in interactieve bijeenkomsten met leerlingen, ouders en medewerkers. Ook zijn we in gesprek gegaan met schoolteams en hebben we met de directies onder meer een tweedaagse besteed aan de strategische koers en de uitwerking daarvan in het schoolplan. Verder hebben we met verschillende geledingen (binnen en buiten de organisatie) de huidige situatie besproken. Tevens hebben we informatie geput uit de tevredenheidsonderzoeken die in januari 2014 onder medewerkers, ouders en leerlingen die zijn uitgezet. Daarnaast hebben we gebruik gemaakt van de opbrengsten van een eerder uitgevoerde risicoanalyse en van de sterkte-zwakte analyses (SWOT) die we met de Raad van toezicht en de staf hebben uitgevoerd. Ook hebben we gesprekken gevoerd met onze stakeholders in de kinderopvang en het Voortgezet
Onderwijs. Verder hebben we de uitvoering van het strategisch beleidsplan 2011-2014 geëvalueerd. Geconstateerd is dat 95% van de doelstellingen uit dat plan gerealiseerd is. Het conceptplan is tenslotte besproken met de GMR, het directieberaad, de staf en de Raad van toezicht. Hun opmerkingen en suggesties zijn verwerkt in de definitieve versie die met goedkeuring van de Raad van toezicht eind 2014 is vastgesteld met de titel: ‘Kinderen laten leren’.
4.3 Naar een SharePointomgeving In 2014 is in samenwerking met het Onderwijsbureau Meppel en SharePoint specialist ETTU gewerkt aan het ontwerp en de implementatievoorbereidingen van een maatwerk Office 365 Kennis en Communicatie portal (SharePoint). Met dit portal willen we het volgende bereiken: • het bieden van een samen-leer-werkomgeving die altijd en overal bereikbaar is en waarin diverse functionaliteiten via één ‘loket’ beschikbaar zijn; • informatie delen: betere communicatie met en tussen medewerkers (mededelingen, nieuws, mail, video); • talenten benutten: samenwerking stimuleren en faciliteren binnen de SKOscholen; • professionele verantwoordelijkheid in informatie halen en brengen: informatie eenvoudig vindbaar maken, helder documentenbeheer; • betere beheersbaarheid en ondersteuning. Het portal komt in 2015 stapsgewijs beschikbaar op SKO-niveau voor bestuur,
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
15
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:02
Pagina 16
Raad van toezicht, staf, directeuren, staf en medewerkers op de scholen. Om de omgeving goed te kunnen implementeren zal er scholing plaatsvinden, zodat iedere medewerker over voldoende vaardigheden beschikt om hiermee te kunnen werken.
4.4 Nieuwe huisstijl Er is een nieuwe huisstijl ontwikkeld en ingevoerd waarin: de gezamenlijke verantwoordelijkheid, het willen zijn van een professionele leergemeenschap en de gerichtheid op het onderwijs van de toekomst, tot uitdrukking zijn gebracht. Tijdens de directie tweedaagse in mei is het logo en de ‘merknaam’ van de stichting gewijzigd in “Scholengroep Katholiek Onderwijs Flevoland en Veluwe” met als pay-off “Ontwerpers van onderwijs.” De nieuwe huisstijl is doorgevoerd in alle interne en publieke uitingen van de stichting, waaronder een geheel vernieuwde publieke website.
16
4.5 Gesprekscyclus directeuren Nadat gedurende het schooljaar 2013-2014 nog eenmalig een verkorte, eenjarige gesprekscyclus werd gevolgd, is in september gestart met de nieuwe, tweejaarlijkse gesprekscyclus CvB-directeur 2014-2016. Het onderstaande overzicht geeft een beeld van de activiteiten van de gesprekscyclus voor het schooljaar 20142015.
Gesprek Doelstellingengesprek CvB-directeur
Wanneer sept 2014
1e Managementgesprek
okt 2014
Staf-directeur 360 graden feedback 1e Voortgangsgesprek CvB-Directeur
nov 2014 jan 2015
2e Managementgesprek Staf-directeur
mrt 2015
2e Voortgangsgesprek CvB-Directeur
juni 2015
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
Inhoud Onderwerpen: • Afspraken gesprekscyclus 2013-2014 • Schooljaarplan (activiteitenplan) 2014-2015 • Managementinformatie in Tobias • Doelstellingen op resultaatgebieden • Input directeur: school specifieke aandachtspunten en ondersteuningsvragen • Input staf: monitoring op afgesproken indicatoren Volgens de gesprekscyclus Onderwerpen: • Afspraken uit doelstellingengesprek (voortgang en resultaten) • Opbrengst 1e managementgesprek • Resultaat 360 graden feedback • Persoonlijke ontwikkelpunten • Input directeur: school specifieke aandachtspunten en ondersteuningsvragen • Input staf: monitoring op afgesproken indicatoren Onderwerpen: • Opbrengst 2e managementgesprek • Afspraken uit doelstellingengesprek en 1e voortgangsgesprek (voortgang en resultaten)
SKO jaarverslag 2014 def
25-06-2015
12:32
Pagina 17
4.6 Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs Als gevolg van de geografische uitgestrektheid van het gebied waarover de SKO scholen zijn verspreid, participeerde de SKO in zes samenwerkingsverbanden Weer Samen Naar School. Als gevolg van de invoering van het Passend Onderwijs participeert de SKO vanaf 1 augustus 2014 nog in vier samenwerkingsverbanden, te weten: • de Coöperatie Uitvoeringsorganisatie Passend Onderwijs Almere U.A. (afgekort: UPOA) i.c. het Almeerse samenwerkingsverband Passend Onderwijs (10 SKO scholen); • de Stichting Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Lelystad-Dronten (10 SKO scholen); • de Stichting Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Apeldoorn (1 SKO school); • de Stichting Onderwijszorgkoepel Noord-Veluwe, samenwerkingsverband Passend Onderwijs (6 SKO scholen). De bestuurlijke participaties van de SKO in de samenwerkingsverbanden waren in 2014 als volgt: • UPOA: de SKO heeft in de persoon van de voorzitter CvB zitting in de ledenraad die tevens als raad van toezicht fungeert. • Lelystad-Dronten: het lid CvB participeert in het dagelijks bestuur. • Apeldoorn: het lid CvB participeert in het algemeen bestuur. • Onderwijszorgkoepel Noord-Veluwe: de voorzitter CvB is lid van het dagelijks bestuur.
4.7 Stichting SKO Kinderopvang Eind 2014 heeft de SKO de stichting SKO Kinderopvang opgericht die de VvEpeuterspeelzaal De Boomhut exploiteert. De Boomhut is gevestigd in onze Jenaplanbasisschool St. Franciscus te Nunspeet. Te zijner tijd zal de nieuwe stichting mogelijk ook andere peuterspeelzalen en kinderopvangvoorzieningen gaan exploiteren. De Stichting SKO Kinderopvang is een zelfstandige stichting naast de SKO. Beide stichtingen zijn met elkaar verbonden door een ‘personele unie’: de leden van het College van Bestuur en van de Raad van Toezicht van de SKO zijn tevens lid van het College van Bestuur resp. de Raad van Toezicht van de stichting SKO Kinderopvang.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
17
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:06
Pagina 18
5. Personeel
S
5
18
KO is een lerende organisatie waarin medewerkers werkervaringen delen, zich professionaliseren, zich spiegelen aan elkaar en elkaar met respect bejegenen in een veilig werkklimaat. Vakmanschap van medewerkers stimuleren we door medewerkers de professionele ruimte te geven om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerproces. Leren doe je niet alleen, dit geldt voor leerlingen en medewerkers. De organisatie streeft naar een duurzame optimale inzet van alle medewerkers. Het personeelsbeleid is gericht op het binden van inzetbare medewerkers en het beter begeleiden van niet (meer) inzetbare medewerkers. Met inachtneming van de gesignaleerde trends en de te verwachten maatschappelijke ontwikkelingen is het voor SKO van belang een meerjarige visie op personeelsbeleid te formuleren, gekoppeld aan de strategische doelen van de organisatie. Het uitgangspunt hierbij is duurzame inzetbaarheid van de individuele SKO medewerker. Met het formuleren van een heldere, goed doordachte visie en koers, is het mogelijk projecten en activiteiten weg te zetten. Dit betekent dat nieuwe ontwikkelingen worden getoetst aan de visie en hoe ze kunnen bijdragen aan de koers. Vanuit het perspectief duurzame inzetbaarheid en op basis van onderstaande gesignaleerde trends is de afgelopen jaren gewerkt aan levensfasegericht personeelsbeleid.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
Belangrijkste trends voor personeelsbeleid zijn: • Vergrijzing en ontgroening • Snel toenemende digitalisering • Toenemende complexiteit • Meer pluriformiteit in het basisonderwijs • Grotere eigen verantwoordelijkheid Professionele ruimte is een thema dat prominenter op de SKO agenda gekomen is. Het gaat om de ruimte die de professional, de leerkracht, de directeur ervaart om invulling te geven aan zijn professie. Ervaart een schoolteam nog voldoende eigenaarschap van het onderwijs op hun school of voelen zij zich meer en meer de uitvoerder van eisen vanuit de overheid en van richtlijnen van de inspectie? Over dit thema is in schoolteams gesproken en bleek de toename van de administratieve last o.a. als gevolg van een toename aan verantwoordingsmomenten de werkdruk en het werkplezier negatief te beïnvloeden. In een tweetal dialoogsessies onder de titel “HOK-WEI” is eerst met directies en de onderwijsinspectie en vervolgens met alle intern begeleiders van SKO en de coördinatoren van de SWV gesproken over verantwoordingslast versus professionele ruimte. Aan de hand van vraagstellingen uit de praktijk is gezocht naar de ruimte (de Wei) die er voor de professional is en waar regelgeving en kaders (HOK) wenselijk dan wel noodzakelijk zijn. Daar waar er meer ruimte bleek te zijn, is afgesproken daarmee te gaan experimenteren. Over die experimenten delen de IB’ers actief hun ervaringen teneinde daadwerkelijk tijd te behouden voor de ontwikkeling van hun werk.
5.1 Integraal Personeelsbeleid (IPB) Directies spelen een actieve rol bij het ontwikkelen van het personeelsbeleid. Ideeën en ervaringen worden beter benut en er ontstaat draagvlak. Er zijn twee actieteams op HRM-thema’s ingesteld. De speerpunten voor de HRM-actieteams zijn: • Gesprekkencyclus inclusief beoordelen (2 jaarlijkse cyclus voor alle medewerkers) • Mobiliteit (actief stimuleren) • Functiemix (op weg naar 25% LB, beleid LC functies) • Taakbeleid • Verzuimbeleid (verzuimcijfers zorgvuldig monitoren, begeleiden van medewerkers). Er zijn acht (adjunct)directeuren betrokken bij het opstellen en de uitvoer van de actieplannen. Aan elk actieteam is een adviseur HRM verbonden.
5.2 Akke & Demi De SKO heeft de missie een lerende organisatie te zijn. Het van en met elkaar leren binnen de organisatie is een absolute vereiste. In 2014 is er voor de SKO academie een nieuw logo ontwikkeld, waarbij de boodschap: ontmoeten, verbinden en inspireren is toegevoegd als basis van waaruit de academie werkt. De leerlingen van SKO worden symbolisch in beeld gebracht door Akke & Demi. Binnen de academie onderscheiden wij zes domeinen waar kennis wordt gedeeld en talenten worden gespot: 1) Onderwijscafé (onder genot van een hapje en drankje onderwijsthema's bespreken)
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:07
Pagina 19
2) Innovatie en ontdekken (bijvoorbeeld bezoeken innovatieve scholen en concepten) 3) Praktijk en theorie werkplaats (stage en workshops) 4) Professionalisering-theorie-leerplaats (scholingsaanbod) 5) Expertiseteam (SKO talenten, breed inzetbaar voor alle SKO scholen) 6) Grenzeloos (verder kijken dan de eigen klas, buitenlandse reizen, etc.) Er is speciale aandacht voor domein 4, het scholingsaanbod. Het SKO beleid is erop gericht om de medewerkers in hun kracht te zetten en hen scholing aan te bieden. Het afgelopen jaar hebben maar liefst 326 SKO medewerkers gebruik gemaakt van het scholingsaanbod van de Akke & Demi. Op het gebied van (begrijpend)lezen en rekenen worden teamtrainingen en individuele trajecten gevolgd. Het aanbod is echter ook gericht op onder meer innovatie (‘21 first century skills’), op meeren hoogbegaafdheid, op gedragsproblemen en op gespreksvoering. Het aanbod wordt elk jaar opnieuw afgestemd op de leerbehoeften.
5.3 Opleiding ‘Leidinggeven 1’ en ‘Leidinggeven II’ In juni is de, in 2013 gestarte geaccrediteerde post hbo opleiding ‘Leidinggeven I’ (basisbekwaam), afgerond. Elf medewerkers zijn in 2013 gestart aan deze opleiding, tien medewerkers hebben hun diploma behaald. Per het schooljaar 2014-2015 is de opleiding ‘Leidinggeven II’ (vakbekwaam) gestart. Van de 10 basisbekwaam gediplomeerde
medewerkers zijn er zes gestart aan deze vervolgopleiding. Deze medewerkers worden vanuit het bestuur gefaciliteerd om deel te nemen aan het gehele opleidingstraject. De volgende leerlijnen komen aan bod bij de opleiding ‘Leidinggeven II’: • De organisatie inrichten • Richting geven • Leiding geven aan het onderwijsprogramma • Mensen ontwikkelen Naast de aandacht voor het thema van de leerlijn, is er aandacht voor onderzoek en persoonlijk leiderschap. De praktijkopdrachten zijn bouwstenen voor de eindopdracht van de opleiding. Juni 2015 wordt de opleiding afgerond.
5.4 Mobiliteit Strategisch personeelsbeleid en duurzame inzetbaarheid van medewerkers zijn van groot belang voor een gezond en kwalitatief goed personeelsbestand, waarbij ‘de leerling’ centraal staat. Het gaat er immers om, de leerlingen kwalitatief zo goed mogelijk onderwijs te geven. Vanuit de wet BIO en vanuit het IPB is mobiliteit een kenmerk van goed werkgeverschap. “Gezond, productief en met plezier huidig en toekomstig werk willen en kunnen blijven doen”, is het uitgangspunt. Mobiliteit is geen doel op zich, maar een middel voor een goede personeelsopbouw binnen de (school) organisatie. Levensfasebewust personeelsbeleid, loopbaanbeleid, aanstellingsbeleid, kwaliteitsbeleid, scholingsbeleid en ontslagbeleid zijn direct verbonden aan
mobiliteit. Op basis van evaluatie heeft het actieteam HRM het beleidsdocument mobiliteit herschreven. Met ingang van schooljaar 2013-2014 is het nieuwe mobiliteitsbeleid in werking getreden. Voor verplichte mobiliteit is het afspiegelingsprincipe op functiecategorie en leeftijd van toepassing. Specifiek voor directeuren en adjunctdirecteuren is er aandacht voor de
mobiliteit op managementniveau. Dat heeft in 2014 niet geleid tot vrijwillige mobiliteit onder directeuren. Tijdens de ‘speeddate middag’ in april waren zes medewerkers op basis van vrijwillige mobiliteit en zeven scholen met een of meerdere vacatures aanwezig. Vier medewerkers zijn per 1 augustus 2014 benoemd bij een andere school.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
19
SKO jaarverslag 2014 def
25-06-2015
12:33
Pagina 20
5.5 Personeelsbestand vrouw man Aantal medewerkers Aan het eind van 2014 bestaat het totale personeelsbestand uit 594 werknemers. Ten opzichte van 2013 is dit een stijging met zes medewerkers. Het aantal fte (fulltime-equivalent ) is ten opzichte van 2013 gedaald van 440,45 fte naar 427,37 fte. Mutaties op directieniveau In 2014 hebben er op directieniveau op een aantal scholen wijzigingen plaatsgevonden. Een van de directeuren heeft een functie buiten SKO betrokken, een van de directeuren is overleden en een is met pensioen gegaan. In 2014 is een directeur van buiten de SKO benoemd als directeur. De overige vacatureruimte is ingevuld door een interne plusdirecteur, c.q. wervingsprocedures zijn in gang gezet. Overlijden In 2014 zijn wij helaas geconfronteerd met het overlijden van twee personeelsleden: de directeur van De Delta in de leeftijd van 57 jaar en een leerkracht van de Dominicus Savio in de leeftijd van 32 jaar. Verhouding man-vrouw Het aantal mannen dat werkzaam is bij de SKO is licht gedaald naar 76 mannen. Eind 2013 was dit aantal 78 mannen. Op basis van het landelijke percentage in 2013, is de verhouding tussen mannen en vrouwen die werkzaam zijn in het basisonderwijs respectievelijk 17,50% en 82,50% (bron Stamos, primair onderwijs). Bij de SKO is
20
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
2010 2011 2012 2013 2014
512 507 512 510 518
79 73 70 78 76
Totaal aantal medewerkers
fte
591 580 582 588 594
435,53 424,03 434,73 440,45 427,37
15-25 25-35 35-45 45-55 55-65
Percentage SKO vrouw man
Percentage landelijk vrouw man
86,63% 87,41% 88,00% 86,70% 87,20%
83,20% 86,00% 82,30% 82,50%
13,37% 12,59% 12,00% 13,30% 12,80%
16,80% 14,00% 17,70% 17,50%
65+
het percentage mannen en vrouwen in 2013 respectievelijk 12,80% en 87,20%. Het percentage mannen blijft hiermee achter op het landelijke gemiddelde. Wel is de afgelopen jaren een stijgende lijn te zien in het aantal mannelijke stagiaires bij de SKO. Het binden en boeien van deze categorie heeft volop de aandacht. Leeftijd en functiecategorie In bovenstaande grafiek is de verdeling van fte naar leeftijdscategorie weergegeven.
De gemiddelde fte's (excl. vervangingskosten eigen risico) zijn als volgt verdeeld naar functie: Functies Aantal fte Directie 43,67 OOP/overig 36,27 OP 347,43 Invallers Invalmedewerkers worden ingezet via SLIM Personeelsbemiddeling. Deze medewerkers worden ingezet ter vervanging van afwezige vaste medewerkers. Regelmatig vinden er
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:11
Pagina 21
evaluatiegesprekken plaats met SLIM Personeelsbemiddeling. Input hiervoor geven de directeuren van de scholen. Scholen zijn tevreden over de dienstverlening.
informatie omtrent het gebruik van het instrument en het monitoren van de output is opgenomen.
5.6 Beoordelen/gesprekkencyclus
Het creëren van goede arbeidsomstandigheden is van belang om mensen gezond en gemotiveerd te houden. Instrumenten die bijdragen aan goede werkomstandigheden zijn de Risicoinventarisatie en –evaluatie (RI&E), de QuickScan Welzijn medewerkers en het medewerker tevredenheidonderzoek (MTO). De RI&E en MTO vinden vierjaarlijks plaats. Op deze wijze worden elke twee jaar de arbeidsomstandigheden van medewerkers gemeten. In 2014 is het MTO uitgevoerd. Middels de kwaliteitsvragenlijst PO van Van Beekveld & Terpstra is dezelfde vragenlijst uitgezet aan alle medewerkers. De respons op deze vragenlijsten, ingevuld door management, onderwijsgevend personeel (OP) en onderwijsondersteunend personeel (OOP) was gemiddeld 88%. Het ‘rapportcijfer’ van het management was 7,8 (landelijk: 7,7), van het OP 7,8 (7,7) en van het OOP 8,0 (8,0). Ten opzichte van de rapportcijfers uit 2010 is dit een stijging met 0,2 punt. Tevens is er een ouder en een leerling tevredenheidonderzoek gedaan, het gemiddelde rapportcijfer van beide groepen is 7,7. Hiermee scoren leerlingen lager dan het landelijk gemiddelde (8,0). In het onderzoek zijn ook de vragen opgenomen voor Vensters voor de verantwoording PO. Door alle respondentgroepen wordt aangegeven dat, gemiddeld genomen, de scholen kwalitatief
Het voeren van de formele personeelsgesprekken is, als onderdeel van het totale personeelsbeleid, een belangrijk middel om de kwaliteit van medewerkers te monitoren, persoonlijke en professionele ontwikkeling te stimuleren en de promotie van goede leerkrachten naar LB op alle SKO scholen uniform te onderbouwen. De tweejarige gesprekkencyclus wordt op de scholen toegepast. Alle directeuren nemen met regelmaat de Vaardigheidsmeter (VHM) af, per medewerker worden ontwikkelafspraken gemaakt en het scholingsbeleid wordt afgestemd op de resultaten van de VHM. De VHM is aldus onderdeel van het Integraal Personeelsbeleid en geïntegreerd in de gesprekkencyclus. De opdracht voor het actieteam HRM was: de voortgang monitoren van de gesprekkencyclus, verdere uitwerking van de resultaten van inzet van de VHM en onderzoek naar mogelijkheden voor andere competentiemetingen. Het beoogde resultaat is een goede planmatige gesprekkencyclus, gedragen en uitgevoerd door alle SKO scholen met duidelijke kaders en helderheid over de beleidsvrijheid van de scholen. Er is een protocol VHM ontwikkeld, waarin naast het doel van de VHM en de plek binnen de gesprekkencyclus, de afnamefrequentie,
5.7 ARBO (tevredenheidsonderzoek)
goed ouderwijs bieden en dat leerkrachten goed uitleggen en vakbekwaam zijn. De afstemming van het onderwijs op de speciale leerbehoeften van ‘meer begaafde’ leerlingen lijkt echter nog wat minder goed geregeld dan de afstemming op die van ‘zwakkere leerlingen’. Leerlingen geven aan meer tijd te willen hebben voor het elkaar helpen. Een uitdagende leeromgeving is punt van aandacht. Ouders zijn positief over de contacten met leerkrachten. De mate waarin ouders daadwerkelijk betrokken zijn bij de school scoort, gemiddeld genomen, nog minder goed. Medewerkers geven aan met plezier naar hun werk te gaan, dat de sfeer op school goed is en dat er sprake is van een veilig werkklimaat. Tevens geeft men aan dat er voldoende mogelijkheden tot professionalisering zijn. Aandachtspunten zijn: niet alle medewerkers beschikken over een bekwaamheidsdossier, risico op te hoge werkdruk, stimuleren van bij elkaar in de klas kijken en feedback geven. Genoemde punten zijn op school en/of bestuursniveau opgepakt.
5.8 Ziekteverzuim Het ziekteverzuimpercentage geeft aan welk deel van de arbeidscapaciteit in een bepaalde periode wegens ziekteverzuim verloren is gegaan. Het ziekteverzuim is in 2014 gedaald naar 4,93% ten opzichte van 5,26% in 2013. De dalende trend wordt hiermee voortgezet. Hiermee ligt de SKO onder het landelijke gemiddelde van 6,50% (bron: verzuimonderzoek PO en VO 2013 door DUO). De stijging van het percentage ziekteverzuim in de directieformatie is
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
21
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:13
Pagina 22
veroorzaakt door langdurig ziekteverzuim bij 4 directieleden. In 2014 is 59% van de medewerkers niet ziek geweest.
5.9 Meldingsfrequentie De meldingsfrequentie geeft het gemiddeld aantal ziekmeldingen per medewerker per jaar weer. Bij de SKO is ten opzichte van 2013 een lichte daling in de meldingsfrequentie te zien. Dit betekent dat elke medewerker per jaar gemiddeld 0,75 keer verzuimt. Het landelijke gemiddelde is 0,90 (bron: verzuimonderzoek PO en VO 2013 door DUO).
5.10 Eigenrisicodrager Per 1 augustus 2013 is SKO volledig eigen risicodrager voor het Vervangingsfonds geworden. Dit betekent dat er alleen nog voor vakbondsverlof gedeclareerd kan worden bij het Vervangingsfonds. Het voordeel wordt ingezet om het verzuimpercentage bij de stichting zo goed mogelijk te beheersen. Naast eigenrisicodrager voor het Vervangingsfonds en de WIA heeft SKO besloten ook eigenrisicodrager voor de ziektewet te worden. Het actieteam HRM zal het thema (preventie) verzuim oppakken. Nadat SKO in 2011 eigenrisicodrager is geworden voor ziekte en rechtspositioneel verlof zijn de kosten van vervanging lager geweest dan de premie die bij blijvende aansluiting bij het vervangingsfonds afgedragen had moeten worden.
22
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:15
Pagina 23
6. Onderwijs
W
6
e verbeteren voortdurend de kwaliteit van onze activiteiten en investeren daartoe in onderwijs, personeel, relaties en faciliteiten. We willen kinderen leren om hun kansen te ontdekken, te “leren leren” en hun weg te vinden in de maatschappij van hun toekomst. Dat vraagt veel kwaliteit van leerkrachten en de directie. Ontwikkelingen op school worden op de voet gevolgd. We streven naar onderwijs op maat binnen de mogelijkheden van schoolorganisatie en personele competenties van teamleden. Maatschappelijke ontwikkelingen worden vertaald in het handelen van leerkrachten en het geven van onderwijs. Visie op onderwijs is belangrijk om goede keuzes te maken. We stimuleren een goed pedagogisch klimaat, waarin naast sociale veiligheid, ieder kind wordt gestimuleerd tot uitdaging en ambitie. We willen het onderwijsaanbod afstemmen op de onderwijsbehoeften van de leerling, zodat eenieder binnen zijn eigen mogelijkheden tot een optimale ontwikkeling kan komen. Alle scholen hebben hun huidige schoolplan hierop gebaseerd. We vinden dat goede communicatie tussen alle betrokkenen de kwaliteit in de scholen waarborgt. De manier om zicht te houden op het leveren van de gewenste opbrengsten en de voortdurende verbetering daarvan is vastgelegd in ons kwaliteitszorgsysteem. Hiermee houden directie en het CvB overzicht over alles wat er binnen de school moet gebeuren. De directeur krijgt
alle aspecten regelmatig onder ogen en kan daardoor planmatig werken aan verbetering. Ook is hij goed voorbereid wanneer ouders of de inspectie vragen stellen over de kwaliteit van het onderwijs.
6.1 Interne kwaliteitszorg Het kwaliteitszorgsysteem van SKO gaat er vanuit dat de processen binnen de organisatie met elkaar samenhangen en dus ook samen de resultaten of opbrengsten van de organisatie opleveren. Een goed systeem voor kwaliteitszorg is voorwaardelijk om goede kwaliteit te leveren. We hebben binnen de SKO gekozen voor het INK-model (INK staat voor Instituut Nederlandse Kwaliteit). Dit model sluit goed aan bij hoe onze schoolorganisaties functioneren; er wordt gewerkt aan resultaten en om dat te bereiken levert de school een inspanning. Een sterk punt van dit model is dat het bijdraagt aan het inzichtelijk en logisch beschrijven van de samenhang tussen de verschillende processen. Het kwaliteitszorgsysteem richt zich hierbij niet alleen op het ‘product’, maar eveneens en vooral op het ‘proces’ dat hieraan voorafgaat. Ieder binnen onze organisatie draagt een gedeelde verantwoordelijkheid voor het bereiken van de voorgestelde prestatie-indicatoren. In 2014 is aan een aantal instrumenten en documenten die deel uitmaken van het kwaliteitszorgsysteem van de SKO gewerkt. Tevredenheidsonderzoeken In januari/februari 2014 zijn onder
medewerkers, ouders en leerlingen vragenlijsten uitgezet waarin gevraagd werd naar hun tevredenheid over het onderwijs dat op de scholen plaatsvindt. Voor het samenstellen van de vragenlijsten en het uitzetten ervan, is samengewerkt met van Beekveld en Terpstra. Zij hebben de resultaten van het onderzoek teruggekoppeld naar de scholen in het directieberaad van maart 2014. Terugkoppeling van de resultaten vond plaats op school- en op SKO-niveau. In april en mei zijn respectievelijk de Raad van Toezicht en de GMR over de resultaten geïnformeerd. Vaardigheidsmeter Voor het monitoren en verder ontwikkelen van het didactisch handelen van medewerkers, maken directies en SKO gebruik van de Vaardigheidsmeter (VHM) van Cadenza Onderwijsconsult. Streven binnen SKO is dat alle directies (directeuren en adjunct-directeuren) gecertificeerd zijn voor het afnemen van de VHM. Om dit te bereiken worden jaarlijks bijeenkomsten georganiseerd waarin nieuwe directies worden getraind en zittende directies worden bijgeschoold. In 2014 waren alle directies gecertificeerd. Kwaliteitsmonitor/schoolplanmonitor Bij het in kaart brengen van de kwaliteit van het onderwijs op de scholen van SKO is de afgelopen jaren gebruik gemaakt van de Kwaliteitsmonitor/schoolplanmonitor van Cadenza Onderwijsconsult. In april 2014 is het gebruik van de monitor geëvalueerd in het directieberaad.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
23
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:17
Pagina 24
Geconcludeerd werd dat het gebruik van de monitor onvoldoende toegevoegde waarde had. Op basis van die conclusie is besloten het gebruik van de monitor niet verder voort te zetten. In plaats daarvan gaan we onderzoeken of Vensters PO ingezet kan worden als instrument om kwaliteit te verantwoorden. Schoolplan 2015-2019 Het schooljaar 2015-2016 staat voor directies in het teken van het ontwikkelen van een schoolplan voor een nieuwe vierjarige periode. In de directietweedaagse die plaatsvond in september 2014 is met de directies een aanzet gemaakt met het ontwikkelingstraject voor dit schoolplan. Het strategisch beleidsplan van de scholengroep werd in deze tweedaagse besproken. Dit beleidsplan vormt de basis voor de schoolplannen van de scholen van SKO. In navolging van de summits die de input vormden voor het SKO Strategisch Beleidsplan, werden scholen opgeroepen verschillende geledingen bij het tot stand komen van het schoolplan te betrekken. Daarnaast werden directies gestimuleerd elkaar te betrekken in het ontwikkelingsproces en naar elkaar toe te functioneren als een ‘critical friend’. De schoolplannen van de scholen voor de periode 2015-2019 zullen aan het einde van het schooljaar 2014-2015 gereed zijn.
6.2 Klachtenmanagement Ons beleid is er op gericht dat klachten van ouders of personeel zo veel mogelijk op schoolniveau opgelost worden. Indien
24
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
noodzakelijk wordt een contactpersoon van de school ingeschakeld. Deze contactpersonen zijn opgeleid om klachten op een juiste wijze te behandelen en waar nodig door te verwijzen naar de externe vertrouwenspersoon. Voor alle scholen is bij de GGD Flevoland een abonnement afgesloten: ‘Voorkoming ongewenste omgangsvormen (VKM)’. Zij kunnen de school en of de klagende partij ondersteunen bij klachten omtrent ongewenst gedrag. Bij GGD Flevoland is een vertrouwenspersoon aangesloten. Als het niet lukt om op schoolniveau tot een oplossing te komen dan wordt dat op bestuursniveau opnieuw geprobeerd. Er is een klachtenregeling vastgesteld en de SKO is aangesloten bij de Landelijke Commissie voor Geschillen. Middels de klachtenregeling kunnen zowel ouders/verzorgers als betrokkenen bezwaar aantekenen tegen gedragingen en beslissingen van het schoolbestuur, de directie of personeelsleden. Door klachten kunnen problemen worden gesignaleerd en opgelost. Klachten kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op begeleiding en beoordeling van de
leerlingen, seksuele intimidatie, discriminerend gedrag, geweld en pesten. Op een klacht die op het bestuurskantoor binnenkomt, wordt direct gereageerd. We nemen telefonisch contact op of we nodigen de klager uit voor een gesprek op het bestuurskantoor. Door deze manier van handelen en een duidelijke communicatie kunnen klachten vaak gezamenlijk opgelost worden zonder dat daarvoor de weg naar de Landelijke klachtencommissie bewandeld behoeft te worden. In 2014 zijn er op bestuursniveau door ouders 13 klachten ingediend. Deze klachten hadden betrekking op: • De begeleiding van de leerling door de school (5) • Miscommunicatie tussen ouder en school (5) • Pestgedrag op school (1) • Overblijfbeleid van de school (1) • Handelwijze school met betrekking tot foto/beeldopname van het kind (1) In 4 gevallen hebben de ouders een klacht ingediend bij de Landelijke Klachtencommissie. In geen van deze gevallen heeft dit geleid tot een aanbeveling van de commisie.
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
School De Delta Panta Rhei Gregorius Laetare Kring Toermalijn Lispeltuut Agnietenschool
14:18
Pagina 25
6.3 Externe kwaliteitszorg: Inspectiebezoeken
6.4 Onderwijs: primair proces
De inspectiebezoeken van het ministerie van onderwijs zijn gericht op het onderzoeken van de kwaliteit van de scholen en de naleving van wet- en regelgeving. Als uit dit bezoek naar voren komt dat bovenstaande zaken geen risico’s vormen wordt de school onder basistoezicht geplaatst en is er geen noodzaak voor verder toezicht. In 2014 hebben er verschillende inspectiebezoeken plaatsgevonden op de volgende scholen:
Passend onderwijs Het handelingsgericht werken binnen de SKO is steeds meer geïntegreerd in de dagelijkse praktijk. Door de inzet van leerkrachten, intern begeleiders en directies, krijgen steeds meer kinderen van onze scholen ´onderwijs op maat´. Passend onderwijs wordt vorm gegeven in de verschillende samenwerkingsverbanden. Scholen beschikken over een ondersteuningsprofiel en bieden gezamenlijk een dekkend aanbod van onderwijs, zorg en opvang. Met ingang van 1 augustus 2014 is de ‘zorgplicht’ voor de scholen ingegaan: scholen zijn verantwoordelijk voor het zorgen voor een passende onderwijsplek voor iedere leerling die zich bij hun school meldt. Handelingsgericht werken (HGW) wil de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding voor alle leerlingen verbeteren. Het geeft invulling aan adaptief onderwijs en doeltreffende leerlingbegeleiding, zodat een school met haar team effectief kan omgaan met de verschillen tussen leerlingen. Hierbij staat het handelen van de leerkracht centraal. Met HGW streven wij naar een planmatige en cyclische werkwijze waarbij leerkrachten, intern begeleiders, externe begeleiders , ouders en kind samenwerken aan een continue ontwikkeling van de leerling.
Reden inspectiebezoek VWE en 4 jaarlijks kwaliteitsonderzoek 4 jaarlijks kwaliteitsonderzoek 4 jaarlijks kwaliteitsonderzoek VWE en 4 jaarlijks kwaliteitsonderzoek 4 jaarlijks kwaliteitsonderzoek Stelselonderzoek 4 jaarlijks kwaliteitsonderzoek Stelselonderzoek
Arrangement Basisarrangement Basisarrangement Basisarrangement Basisarrangement Basisarrangement Basisarrangement Basisarrangement Basisarrangement
In de gesprekken tussen het bestuur en de inspectie, die plaatsvonden in oktober 2014 zijn voor alle SKO scholen de basisarrangementen voortgezet. Een aantal scholen kregen een attendering in verband met risicovolle eindopbrengsten: Gabriëlschool, Wingerd, Laetare, Panta Rhei, Kring, en Lettertuin. Twee scholen ontvingen om die reden een waarschuwing: Golfslag en Zonnewijzer. Met de betreffende scholen zijn verbeterplannen opgesteld die moeten leiden tot voldoende eindopbrengsten in 2015 en de schooljaren daarna.
Professionalisering intern begeleiders De invoering van HGW en passend onderwijs vraagt van leerkrachten meer
kennis van vakdidactiek van taal en rekenen en wiskunde om te komen tot gedifferentieerde afstemming. De intern begeleider wordt steeds meer een coach die dit proces van afstemming inhoudelijk en procesmatig ondersteunt. Om ervoor te zorgen dat intern begeleiders mee ontwikkelen in deze veranderingen is er een professionaliseringsaanbod op maat gerealiseerd. Dit maatwerkwerktraject is een co-creatie van Windesheim Flevoland en de Almeerse scholengroep, het Prisma en de Scholengroep Katholiek onderwijs Flevoland en Veluwe. Het professionaliseringstraject is gestart in januari 2014 en wordt afgesloten in juni 2015. Brede leesimpuls De zwakkere leesresultaten in het schooljaar 2012-2013 lieten zien dat het nodig was om op SKO-niveau het lezen een impuls te geven. Hiertoe is een breed scholingsaanbod leesonderwijs “Van beginnende geletterdheid, aanvankelijk lezen tot en met voortgezet technisch lezen in groep 8” aangeboden in de Akke Demi. In het schooljaar 2013-2014 namen in totaal 170 SKO leerkrachten deel aan scholing leesonderwijs. De eerste resultaten technisch lezen na deze leesimpuls laten een positieve ontwikkeling zien (zie 5.4). Aanbod voor hoogbegaafde leerlingen De meeste SKO-scholen (80%, we streven naar 100%) bieden begaafde en hoogbegaafde leerlingen een passend
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
25
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:20
Pagina 26
School
00DZ
Agnietenschool
04OV
Jeanne d´Arc
06QC
Gabrielschool
aanbod in een uitdagende leeromgeving, bijvoorbeeld in een Plusklas. In 2014 is op de Agnietenschool gestart met Leonardo onderwijs. Hoogbegaafde leerlingen krijgen binnen de Leonardogroep leerstof en activiteiten aangeboden die bij hun interesse en intelligentie passen. Ze leren omgaan met uitdagingen, zoals de Chinese taal, schaken en werken met een werkplanning.
06YX
De Korf
07UG
St. Franciscus
09MF
Alfons Ariens
6.5 Bestuursoverzicht: opbrengsten en resultaten Een school biedt onderwijs aan dat leerlingen nodig hebben, zodat zij zich kunnen ontwikkelen en zoveel mogelijk leren. Ieder jaar bekijkt de inspectie bij alle scholen met basistoezicht of er aanwijzingen zijn dat een school onvoldoende kwaliteit levert. In 2014 hebben al onze scholen hun basisarrangement behouden. Dit betekent dat de inspectie geen aanwijzingen heeft dat er belangrijke tekortkomingen zijn in de kwaliteit van ons onderwijs. In het bestuursoverzicht zijn niet alle opbrengsten voldoende volgens de inspectienorm. Dit geeft echter niet aan dat leerlingen onvoldoende ontwikkelen. Door de managementgesprekken monitoren we de opbrengsten per school en houden de leerling- en schoolontwikkeling in de gaten, om tijdig te verbeteren daar waar nodig is. In ons aanbod van de Akke & Demi zullen wij onze scholing toespitsen op de verbetering daarvan.
26
Brinnr.
10HB
Dominicus Savio
10PT
De Wingerd
11EO
Golfslag
12QK
Panta Rhei
12XI
De Kring
13DH
De Toermalijn
13IP
´t Schrijverke
13IU
De Loofhut
23BZ
De Zonnewijzer
23EY
Crescendo
23ZU
Het Zonnewiel
24UN
De Lettertuin
25KF
De Klimboom
25KU
De Pirouette
26PW
Het Kristal
27TZ
Lispeltuut
29UB
De Droomspiegel
12QA
Laetare
13NU
De Goede Herder
12HU
De Delta
09XI
St. Gregorius
M: middenopbrengsten E: eindopbrengsten ET: eindtoets CITO 2014
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
TL. M3
TL. E3
TL. M4
TL. E4
BL. M6
R&W M4
R&W E4
R&W M6
R&W E6
BL.8
R&W8
TL: technisch lezen Rood: indien de gemiddelde vaardigheidsscore onder de inspectienorm ligt BL: begrijpend lezen Groen: voldoende volgens inspectienorm R&W: rekenen en wiskunde
ET
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:23
Pagina 27
6.6 Onderwijs: secundaire processen Educatief partnerschap Op SKO scholen zijn ouders betrokken bij de school en het onderwijs dat daar plaatsvindt. Deze betrokkenheid is te karakteriseren als ‘ouderparticipatie’. Ouders ondersteunen de school bij haar activiteiten en werkzaamheden (ouderhulp) en staan samen voor het schoolbeleid (mr). SKO staat een ontwikkeling voor van ‘ouderparticipatie’ naar ‘onderwijskundig partnerschap’: samen staan voor het leren en het welzijn van de kinderen. Doelstelling voor 2014 was dat op de helft van de scholen van SKO beleid is opgesteld voor het betrekken van ouders als educatief partner. Aan het einde van 2014 constateren we dat alle scholen van SKO actief bezig zijn met ontwikkelingen waarbij ouders als (educatief)partners bij de school worden betrokken. Collegiale visitatie In 2012 is besloten interne audit- en visitatieteams in te zetten met als doel scholen bij hun verdere ontwikkeling te ondersteunen. In 2013-2014 zijn 9 directeuren en stafleden getraind door de Katholieke Pabo Zwolle. Tijdens deze training hebben drie scholen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om zich te laten adviseren door een visitatieteam. Het trainingstraject is afgerond in het voorjaar van 2014. Het komende jaar wordt beleid ontwikkeld voor het inzetten van visitatieteams/auditteams als onderdeel van het kwaliteitsinstrumentarium binnen de SKO.
6.7 ICT Onderwijs Opgroeien in de 21ste eeuw vraagt nieuwe kennis en andere vaardigheden. In het licht van de sterke toename van informatie kan het doel van het onderwijs er zeker niet in bestaan bij leerlingen de opname van kanten-klare kennis en procedures na te streven. De SKO vindt dat innovatie en leren met behulp van ICT-middelen veel kansen en mogelijkheden biedt waarbij ICT kan worden gezien als een hefboom om onderwijsdoelstellingen te realiseren. Het is een uitdaging om de leeromgeving op school dermate te organiseren dat de leerlingen de nodige vaardigheden ontwikkelen bij het gebruik van ICT. Er is aandacht voor de ‘21st Century Skills’ en voor differentiatie: we willen elke leerling zo veel mogelijk op maat bedienen. Nieuwe leermethoden, andere manieren van lesgeven en organiseren zijn daarvoor nodig. ICT kan hierin veel betekenen. Op SKO bestuursniveau hebben wij daarom ook OICT beleid ontwikkeld. Binnen de SKO zijn er een stuurgroep & een actieteam actief die mede met het bestuur invulling geven aan het beleid op de SKO-scholen.
In 2014 is gewerkt aan de volgende processen en producten: • De SKO visie op eigentijds onderwijs met ICT & 21st Century Skills. Onderwijsinnovatie & ICT komt regelmatig terug als onderwerp op het SKO-directieberaad. In juni 2014 zijn alle directeuren voor een studiedag naar Apple in Amsterdam geweest voor visievorming op dit vlak. • Ondersteuning van de SKO scholen bij Onderwijsinnovatie & ICT. Iedere school heeft nu een I-coach die de Basisopleiding 21st Century Skills heeft gevolgd. De I-coaches worden vanuit de bovenschoolse begroting gefaciliteerd voor 1 dag per week. De I-coaches hebben onder meer als opdracht om hun collega’s de meerwaarde van onderwijs met ICT te laten ervaren. Middels het ontwerpen van eigentijdse leerarrangementen hebben zij daaraan gewerkt. De Basisopleiding 21st Century Skills is tevens opgenomen in het aanbod van de SKO Academie. • Het inrichten van een communicatieportal in MS Sharepoint (zie ook par. 4.3). Het ontwerp van de SKO 'Startogo' bestuur- en schoolportalen is in 2014 afgerond, de implementatie en uitrol gebeurt in 2015. Het communicatieportaal wordt ingezet voor o.m. het verspreiden van nieuws en het delen van kennis en documenten.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
27
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:24
Pagina 28
6.8 Identiteit In vervolg op de lijn die vorig schooljaar is ingezet geven schooldirecties zelf vorm aan de uitwerking van identiteitsontwikkeling en -begeleiding op hun scholen. Voor leerkrachten is in het aanbod van Akke & Demi een scholingsonderdeel levensbeschouwelijke competenties opgenomen. De inschrijving op dit onderdeel was onvoldoende waardoor deze scholing is vervallen. In december stond in het directieberaad het thema - Identiteit en levensbeschouwelijk leren -centraal. Voorbereiding voor deze bijeenkomst is uitgevoerd door een groepje directieleden, CvB en de Stichting Arkade. Deze stichting begeleidt onderwijsbesturen bij het vormgeven van de levensbeschouwelijke identiteit. Doel van de decemberbijeenkomst was een beeld ontwikkelen over levensbeschouwelijk onderwijs in 2019 en een verkenning doen naar vormen van eigentijds levensbeschouwelijk leren. Tevens stond de relatie met het nieuwe strategisch plan en de scholenplannen geagendeerd. Door omstandigheden is het middagdeel van deze bijeenkomst niet doorgegaan en heeft dit thema in het nieuwe kalender jaar een vervolg gekregen. In het strategisch plan is opgenomen dat elke school in ieder geval een jaar in de planperiode de ontwikkeling van levensbeschouwelijk leren verdiept en uitwerkt. Verder wordt het vormgeven aan de levensbeschouwelijke Identiteit expliciet opgenomen in het managementgesprek schooldirectie- CvB.
28
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
6.9 Toekomstige ontwikkelingen onderwijskwaliteit In de afgelopen jaren heeft de nadruk gelegen op het inrichten van een instrumentarium om kwaliteitszorg in de scholen te implementeren en op het bevorderen van een meer opbrengstgerichte cultuur. Met het oog op de verdere verbetering van de kwaliteit van het onderwijs op onze scholen, richten wij ons in 2015 op de volgende doelstellingen: • effectief gebruik maken van de binnen de organisatie beschikbare kwaliteitsgegevens; • scholen hebben eigen normen geformuleerd voor de tussenopbrengsten (minimaal inspectieniveau); • alle scholen voldoen aan de inspectienorm basiskwaliteit voor tussenen eindopbrengsten; • alle scholen hanteren vanaf 2016 een nader te bepalen eindtoets; • alle scholen gebruiken Parnassys als leerlingvolgsysteem; • het beleid rond collegiale visitatie en kwaliteitsaudits is verder ontwikkeld en geïmplementeerd; • er zijn sluitende afspraken gemaakt over passend onderwijsaanbod voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (97% kan binnen de school worden opgevangen).
Voor 2015 en volgende jaren zijn aandachtspunten in de verdere ontwikkeling van het onderwijs en de professionalisering van medewerkers: • het ontwikkelen van een professioneel leernetwerk van intern begeleiders binnen SKO; • scholingsaanbod voor begrijpend lezen en leesmotivatie via Akke & Demi; • onderwijsinnovatie: aanpassen onderwijsvisie, onderwijsprocessen en de organisatie aan het onderwijs in de 21e eeuw; • aanpak ontwikkelen voor het bevorderen van onderwijskundig partnerschap bij ouders en andere partners; • ontwikkelen van meer onderwijsaanbod voor meer- en hoogbegaafde leerlingen; • ontwikkelen van onderwijsaanbod voor de vakgebieden wetenschap en technologie, cultuur en burgerschap; • versterken van katholieke identiteit op de scholen; • het ontwikkelen van differentiatievaardigheden van leerkrachten.
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:28
Pagina 29
7. Materiële zaken en huisvesting
7
SKO streeft er naar dat de scholen leerlingen een uitdagende en goed geoutilleerde leeromgeving kunnen bieden. Er wordt naar gestreefd dat iedere school over een aantrekkelijke en goed onderhouden huisvesting beschikt. Het streven is om elk jaar één school op te knappen, zo mogelijk in samenwerking met de gemeente. Het Onderwijsbureau te Meppel verzorgt in opdracht van de stichting de materiële zaken en huisvesting. Een maal per jaar bespreken de directies tijdens de managementgesprekken de knelpunten in de huisvesting en de eventuele wensen waarna actie wordt ondernomen. Na de inventarisatie vindt in overleg met het College van Bestuur en adviseur materiele zaken van ’t Onderwijsbureau besluitvorming plaats over de uit te voeren werkzaamheden. Periodiek vindt voortgangsoverleg plaats. Voor het onderhoud van de scholen is een meerjarige onderhoudsplanning opgesteld. Nieuw- en verbouwtrajecten worden gevolgd en begeleid. In 2014 is, vooruitlopend op de overheveling van het buitenonderhoud naar de schoolbesturen, besloten om op Stichtingsniveau per 1-1-2015 een voorziening voor dit buitenonderhoud te gaan vormen. De dotatie aan de voorziening is gebaseerd op de onderhoudsplanning buitenonderhoud (voorheen aanvragen bij gemeentes).
Bijzondere activiteiten in 2014 waren: • In de wijk Drielanden in Harderwijk is de dependance van Alfons Ariens opgeleverd. Bij de start van het schooljaar 2014-2015 hebben zij deze nieuwbouw betrokken met 8 groepen. • De locatie Wijde Blik is afgestoten. • De Toermalijn heeft per 1-8-2014 2 lokalen betrokken van een nabijgelegen leegstaand schoolgebouw (ToermalijnNoord). • De Kring heeft 2 lokalen betrokken bij de buurschool De Watergeus. • De plannen voor ingrijpende renovatie van de Gabrielschool in Putten zijn uitgewerkt. De aanbesteding zal in 2015 plaatsvinden. • De Klimboom te Dronten heeft nieuwe vloerbedekking en is geheel geschilderd aan de binnenkant. • Bij Laetare te Lelystad is de ingrijpende renovatie van het schoolgebouw gestart. Dit zal leiden tot een eigentijds schoolgebouw. In de loop van 2015 wordt dit afgerond. • Er zijn bedragen voor eerste inrichting ontvangen voor De Toermalijn, de Kring en de Droomspiegel. In de komende jaren zullen de grote investeringen in onderhoud buitenkant steeds bezien worden in combinatie met gepland onderhoud binnenkant en/of technische investeringen. Daarbij zal het verduurzamen van gebouwen een grotere rol gaan spelen.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
29
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:30
Pagina 30
8. Financiën 8.1 Financieel beleid
8
30
Ons financieel beleid is gericht op continuïteit, waarbij het geven van kwalitatief goed onderwijs leidend is. De continuïteit wordt gewaarborgd door het vormen van adequate reserves en voorzieningen en het realiseren van sluitende begrotingen en exploitaties. In onze bestuurlijke organisatie wordt door de gehele organisatie integraal beleid ontwikkeld. Hierbij vindt afstemming plaats tussen de diverse organisatielagen, waarbij taken en bevoegdheden zo laag mogelijk in de organisatie worden gelegd vanuit het principe "decentraal wat kan, centraal wat moet.” Op basis van deze filosofie is de organisatie en de taakverdeling tussen de Raad van Toezicht, College van Bestuur en de schooldirecteuren vorm gegeven. De verdeling van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn omschreven in de beschrijving van de bestuurlijke inrichting van de SKO Flevoland en Veluwe. In het financieel beleidsplan is het navolgende opgenomen: Uitgangspunten • Het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs is leidend. • Het financieel beleid is gericht op continuïteit. • Voor de beoordeling van de resultaten van het financieel beleid hanteren wij de kengetallen zoals beschreven door de commissie Don. • Het CvB is in staat beleid te vertalen in geld en deze in de financiële planningen
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
•
•
•
•
• •
•
op te nemen en is verantwoordelijk voor de Stichtingsbegroting. De schooldirecteur is integraal verantwoordelijk voor zijn school met name op gebied van onderwijs, personeel en financiën. Daar waar men eindverantwoordelijk is voor (deel)begrotingen heeft men op basis van de goedgekeurde begroting ook de bevoegdheid te beschikken over de benodigde middelen. Iedere schooldirecteur is in staat een begroting op te stellen op basis van zijn schoolplan en kan daarbij ook de relatie zien tussen zijn doelstellingen en de beschikbare financiële middelen. Iedere school heeft een begroting binnen de beschikbare financiële middelen. Kostenbewustzijn van alle geledingen binnen de SKO Er zijn goed onderbouwde leerlingprognoses, personeelsplanningen en onderhoudsplannen als basis voor meerjarenbegrotingen De bovenschoolse organisatie (i.c. Bestuurskantoor) mag niet meer kosten dan 5% van de totale baten. De Stichting hanteert het beoordelingskader zoals aanbevolen in het Rapport van de Commissie Don d.d. 09-02-2010
Doelen • De beschikbare middelen worden verdeeld op een manier die getuigt van solidariteit en die maakt dat individuele scholen niet onnodig worden getroffen door niet-verwijtbare tegenvallers. • Risico’s zijn benoemd, gekwantificeerd
en waar mogelijk afgedekt. • Continuïteit wordt gewaarborgd door het vormen van adequate reserves en voorzieningen en het realiseren van een sluitende exploitatie. • Iedere school is in staat haar onderwijskundige doelen te realiseren • Iedere school heeft een sluitende begroting, c.q. heeft gemiddeld over 3 jaar een exploitatiesaldo > nul. Dat betekent dat een jaar met een negatief exploitatiesaldo gecompenseerd dient te worden met een positief saldo in het daaropvolgende jaar. • Meerjarenbegrotingen en liquiditeitsprognoses zijn opgesteld en maken deel uit van de planning & controlcyclus. • CvB en de scholen opereren te allen tijde binnen de vastgestelde begroting. • CvB en de scholen zullen op transparante wijze verantwoording afleggen over de inzet van middelen. • De voorziening Onderhoud op schoolniveau zal niet negatief zijn in enig jaar. • SKO zoekt actief naar mogelijkheden voor private bekostiging van activiteiten of faciliteiten die passen binnen het strategisch beleid. • Alle scholen zijn goed gehuisvest en goed geoutilleerd • Het bestuurskantoor is functioneel en representatief binnen een vastgestelde begroting.
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:33
Pagina 31
De SKO hanteert een bestuurs-GPL waardoor het prijsverschil van personeel bij de scholen wordt weggenomen. De werkelijke salariskosten worden bovenschools afgerekend. Het budget dat aan de scholen wordt toegekend is evenals de bekostiging gebaseerd op leerlingaantallen. De vergoeding materiele instandhouding wordt volledig aan de scholen toegekend. Van het personeels- en arbeidsmarktbudget wordt 69% afgeroomd voor het bestuurskantoor inclusief administratiekantoor. Alle specifieke budgetten worden toegekend aan de betreffende scholen. Er worden over de besteding van de prestatieboxgelden afspraken gemaakt met directies hoe deze worden ingezet. Een deel gaat naar de school en een deel wordt bovenschools ingezet voor gezamenlijke activiteiten. De kosten van bestuurskantoor en administratiekantoor mogen maximaal 5% van de totale baten van de SKO bedragen. Voor 2014 is dit 4.5%.
8.2 Strategische doelen in 2014 Visie & Beleid Expertise en auditcommissie Uit strategisch beleidsplan: doelstelling 129, 100, 101, 102. ‘In het kader van kwaliteitszorg hebben we interne auditcommissies ingericht’ In 2013 zijn de contouren van het expertiseteam vastgesteld. De kosten van het expertiseteam (vaste kern) zijn als zodanig apart opgenomen in de begroting (zie ook toelichting voor wat betreft inzet en omvang). De omvang (en inhoud) van de kernspelers zijn gekoppeld aan de strategische doelen. In 2013 is een start gemaakt met een collegiaal visitatieteam. De training wordt afgerond in voorjaar van 2014. Na evaluatie wordt bepaald op welke wijze dit team wordt ingezet en of verdere scholing nodig is. De scholingskosten worden grotendeels bekostigd uit een subsidie van de gemeente Almere. De vraag van de school/directies is leidend voor de collegiale visitatie. € 209.509,00 € 20.000,00 € 10.000,00 € 239.509,00
(Salaris)kosten expertise team (kernspelers) Preventieve begeleiding (zwakke) scholen Scholing auditteam Totaal
Leiderschap Vaardigheidsmeter Uit strategisch beleidsplan: doelstelling 85, 118, 127, 140. ‘Het leerkrachtengedrag is afgestemd op de onderwijsbehoefte van het kind. Onderdeel van het repertoire van leerkrachten is HGW en ADI.’ De sleutel om tot hogere leeropbrengsten te komen zit bij de leerkracht. Daarbij is het instructiegedrag van leerkrachten één van de meest bepalende factoren (naast lestijd, pedagogisch klimaat). De Vaardigheidsmeter wordt ingezet om ontwikkeling van leerkrachten op dit terrein in kaart te brengen. In 2014 zal de VHM ingebed worden in de gesprekkencyclus. Onderdeel expertiseteam: inzet plus-directeur voor 1 dag /week
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
31
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:34
Pagina 32
Opleiden schoolleiders Uit het strategisch beleidsplan: 33, 80. ‘De Stichting beschikt over voldoende en goed gekwalificeerde medewerkers’. Het beschikken over goede directeuren is één van de sleutels voor schoolsucces. Kijkend naar de leeftijdsopbouw van de directies en rekening houdend met ervaringsgegevens t.a.v. mobiliteit, dan is het noodzakelijk weer een nieuwe groep medewerkers op te leiden tot de functie van schoolleider. In maart 2013 is een nieuwe in company opleiding gestart (leidinggeven I) Deze opleiding is in april 2014 afgerond. Geschikte kandidaten kunnen daarna vanaf september 2014 de opleiding vervolgen met Leidinggeven II. Dit tweede opleidingsjaar staat ook open voor zittende SKO directeuren. € 70.000,00 € 30.000,00 € 100.000,00
Opleiding schoolleider (Leidinggeven I en start leidinggeven II) Vervanging tbv deelnemers Totaal
Personeel Leren en ontwikkelen: naar een SKO - academie Uit strategisch beleidsplan: 101, 146. ‘De SKO beschikt – eventueel samen met partners - over een eigen bedrijfsschool (de SKO-academie).’ ‘Scholing en training op alle niveau’s in de organisatie.’ In 2013 is de academie van start gegaan. Naast een structureel aanbod is er ruimte voor ontmoeting en inspiratie. Ook in 2014 zijn er verschillende activiteiten uitgevoerd. In maart/april is er een nieuw aanbod geformuleerd. Het inhoudelijk aanbod komt tot stand na analyse van de tussen- en eindopbrengsten. De kosten voor de academie worden grotendeels op stichtingsniveau gedragen, met een geringe ‘eigen’ bijdrage van de deelnemers. Projectleiding en administratie (onderdeel expertiseteam) Inzet eigen expertise dmv trainingen en scholing (o.a. IB) in expertiseteam Onderwijscafé Broedplaatsen Aanbod trainingen Af: Bijdrage scholen Ontwikkelen website Totaal
32
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
€ 54.000,00 € 20.500,00
€ €
pm pm 4.500,00 3.000,00
€ € €
33.500,00 3.000,00 44.000,00
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:36
Pagina 33
Middelen en huisvesting Onderwijsinnovatie en ICT Uit het strategisch beleidsplan: doelstellingen 109, 110. ‘Het gebruik van intranet en de wegsite van SKO wordt gestimuleerd’ en ‘de digitale mogelijkheden worden optimaal benut in de organisatie.’ Kristian van de Berg is voor 2 dagen projectleider Onderwijsinnovatie en ICT (= expertiseteam). De invoering van Office 365 en het gebruik van een sharepointomgeving staat centraal. Daarnaast is er een jaarplan opgesteld, waarin veel aandacht voor deskundigheidsbevordering van leerkrachten. Projectleiding (onderdeel expertiseteam) Implementatie Sharepointomgeving/Office 365
€
pm 50.000,00
Integraal Kindcentrum Uit het strategisch beleidsplan: doelstelling 11. ‘De Stichting is actief ketenpartner’ Een integraal Kindcentrum staat voor een doorgaande ontwikkeling van kinderen van 0 tot 12 jaar. Het onderwijsaanbod wordt gecombineerd met kinderopvang en voor- tussen- en naschoolse opvang. De deelnemende partijen in het Integraal Kindcentrum stemmen de pedagogische en didactische aanpak op elkaar af. In de ultieme vorm is er één leidinggevende voor het hele centrum. Het SKO beleid is gericht op het ondersteunen van kansrijke initiatieven in de scholen en om afspraken te maken met een aantal strategische partners.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
33
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:38
Pagina 34
Missie en visie Levenbeschouwelijke identiteit Uit het strategisch beleidsplan: doelstellingen 1,2 ‘Elke SKO-school heeft een herkenbaar gezicht en onderscheid zich ook van de andere scholen in de wijk door de katholieke identiteit’ en ‘in het stichtingsprofiel is de katholieke levensovertuiging herkenbaar’ In de levensbeschouwelijke identiteit ligt zeker de verbinding. Vanuit onze levensbeschouwelijke identiteit willen we verantwoordelijkheid nemen voor de gemeenschap waarin we leven. We willen handen en voeten geven aan de vier basisbeginselen van het katholieke sociale denken: Goed samenleven sluit niemand uit; Subsidiariteit: verantwoordelijkheid zo laag mogelijk leggen/nemen; Solidariteit; Menselijke waardigheid. Een regie-team van directeuren zorgt voor een inhoudelijke verbinding van deze vier basisbeginselen met de verschillende werkvelden. De vier basisbeginselen zijn nadrukkelijk herkenbaar in het nieuwe strategisch beleidsplan.
Strategisch beleidsplan In 2014 wordt het nieuwe strategisch beleidsplan ontwikkeld. In het proces om te komen tot een nieuw plan, willen we zoveel mogelijk inbreng vanuit de scholen ‘ophalen’. Het nieuwe plan moet op 1 september in concept gereed zijn.
De activiteiten die moet leiden tot het realiseren van deze doelen zijn opgestart en al gerealiseerd. Dit zal ook in de komende jaren verder uitgebouwd worden. De kosten worden opgenomen in de begroting.
8.3 Algemene Ontwikkeling SKO in leerlingen: 01-10-2012 01-10-2013 01-10-2014 01-10-2015 01-10-2016 leerlingen 4 tm 7 jaar 3.295 3.391 3.498 3.498 3.449 Leerlingen 8 jaar en ouder 3.508 3.432 3.379 3.380 3.364 Totaal aantal leerlingen SKOFV 6.803 6.823 6.877 6.878 6.813 De personele bekostiging vanuit het ministerie is gebaseerd op de teldatum per 1 oktober en geldt voor het daarop volgende schooljaar (t-1-systematiek). Bij de verdeling van middelen hanteert SKO intern de T-systematiek. Het totale leerlingenaantal is met 54 leerlingen toegenomen. Per 1-102014 waren er 9 (2013:12) scholen met afnemende leerlingenaantallen (totaal -/-130 leerlingen), 8 scholen (2013:4) met gelijkblijvende aantallen (mutatie minder
34
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
dan 5 leerlingen) en 10 (2013: 11 scholen met een groeiend aantal leerlingen (meer dan 5 en in (totaal +184 leerlingen). In het meerjarenperspectief wordt een afname van het totaal aantal leerlingen verwacht. Op bestuursniveau heeft de SKO voor de personele bekostiging groeitellingen vanaf 1-1-2014. Er waren 4 scholen die ook groei materiele instandhouding hebben ontvangen.
SKO jaarverslag 2014 def
25-06-2015
12:35
Pagina 35
8.4 Balans per 31-12-2014 BALANS ACTIVA
2014
2013
Vaste Activa Materiele Vaste Activa Inventaris en apparatuur
3.544.077
Leermiddelen
1.010.820
TOTAAL VASTE ACTIVA
3.404.863 972.498 4.554.897
4.377.361
4.554.897
4.377.361
Financiele vaste activa
1.907.592
1.667.578
Liquide middelen
6.702.014
6.647.456
VLOTTENDE ACTIVA
8.609.606
8.315.034
TOTAAL ACTIVA
13.164.503
12.692.395
PASSIVA Eigen vermogen Algemene reserve
5.535.379
5.658.896
Bestemmingsreserve publiek
1.142.851
1.400.879
Bestemmingsreserve privaat
1.024.043
1.013.589
7.702.273 Voorzieningen
1.707.207
8.073.364 1.732.499
1.707.207 Kortlopende schulden TOTAAL PASSIVA
3.755.024
1.732.499 2.886.532
3.755.024
2.886.532
13.164.503
12.692.395
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
35
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:44
Pagina 36
Materiële Vaste activa In 2014 is € 579.000 (begroot € 721.000) geïnvesteerd in technisch onderhoud, inventaris en ICT apparatuur. Met name de begrote investeringen voor technisch onderhoud, die gebaseerd zijn op de meerjaren onderhoudsplannen zijn niet geheel gerealiseerd. Jaarlijks wordt de afweging gemaakt of deze uitgevoerd moeten worden of uitgesteld kunnen worden. Soms wordt ook besloten om deze investeringen te clusteren en in een ander jaar uit te voeren. Voor het Onderwijsleerpakket is € 258.000 (begroot € 369.000) geïnvesteerd. De aanschaf van methodes vergt een voorbereidingstijd om een weloverwogen keuze te maken. Ook worden er andere keuzes gemaakt, waarbij methodes worden vervangen voor jaarlijkse licenties. De afschrijvingskosten zijn een directe afgeleide hiervan. Door de forse investeringen zullen de afschrijvingskosten een groter beslag leggen op de beschikbare middelen van de scholen. Dit is nodig om op termijn vervangingsinvesteringen te kunnen blijven doen. Vorderingen De post heeft betrekking op de nog te ontvangen bedragen van het Ministerie OCW. Deze post is hoger dan voorgaande jaren, omdat in februari 2015 de personele bekostiging 2014/2015 en Personeels- en arbeidsmarktbeleid 2014/2015 zijn bijgesteld in verband met de extra middelen uit de diverse akkoorden. Voor 7/12 deel moet dit opgenomen worden als vordering per 31-12-2014. Verder betreft
36
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
het de gelden die ontvangen zijn voor eerste inrichting en nog niet besteed zijn. De post overlopen activa wordt gevormd door nog te ontvangen rente over 2014 en een vordering op SGA over voorgaande jaren. Liquide middelen De liquide middelen zijn met ruim € 54.000 toegenomen. Dit is echter een momentopname omdat in januari crediteuren zijn betaald voor € 800.000. Het exploitatietekort, veroorzaakt door een ruime besteding van de extra middelen uit het herfstakkoord van december 2013 uit de bestemmingsreserves en investeringen die hoger zijn dan de afschrijvingen zouden dan leiden tot een afname van de liquide middelen. Voorzieningen Deze post bestaat uit personele voorzieningen en een preventief onderhoudsvoorziening.
Voorziening jubilea Vanaf 2008 wordt er een voorziening opgenomen voor de kosten van jubilea van het personeel in geval van 25 jarig en 40 jarig dienstverband. De voorziening wordt opgebouwd voor personeel dat langer dan 10 jaar in dienst is. Daarbij wordt rekening gehouden met een blijfkans van het personeel. De vrijval in 2014 is € 41.642. De vrijval van de voorziening spaarfonds bedraagt in 2014: € 46.493.
Voorziening bijzondere personele verplichtingen In verband met het eigenrisicodragerschap voor de WGA (arbeidsongeschiktheid) en het niet herverzekeren van dit risico is er een voorziening gevormd voor de uitkeringen die per 31-12-2014 waren toegekend aan medewerkers. Gedurende 10 jaar na toekenning zal de uitkering worden verhaald op SKO. Er is in 2014 1 medewerker ingestroomd in de WGA. Voorziening preventief onderhoud De voorziening preventief onderhoud is gebaseerd op het geplande onderhoud aan de schoolgebouwen. De dotatie wordt jaarlijks aan de hand van de meerjaren onderhoudsbegrotingen bekeken. De dotatie bedroeg in 2014 € 207.000, terwijl er € 145.000 is onttrokken. Voor een tweetal scholen is er extra gedoteerd aan de voorziening, omdat deze negatief was. De voorziening is op stichtingsniveau toereikend.
8.5 Vermogenspositie We maken gebruik van het financieel beoordelingskader dat wordt aanbevolen door de Commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen (Commissie Don), welke ook door het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW) als richtinggevend is aangemerkt. Beoordeling vermogensbeheer De kengetallen met betrekking tot het Vermogensbeheer geven inzicht in de mate waarin de Stichting in staat is aan haar verplichtingen op lange termijn te voldoen.
SKO jaarverslag 2014 def
25-06-2015
12:24
Pagina 37
Bovendien is er de kapitalisatiefactor dat aangeeft of het geïnvesteerd vermogen efficiënt benut wordt. Een ander kengetal in dit kader is het Weerstandsvermogen. Hierbij wordt het eigen vermogen minus materiële vaste activa afgezet tegen de totale baten. De materiële vaste activa, in de vorm van leermiddelen, ict en inventaris, zullen in eerste instantie niet te gelde (kunnen) worden gemaakt om aan de verplichtingen te kunnen voldoen. In feite geeft het weerstandsvermogen aan hoe lang door geëxploiteerd kan worden als alle baten zouden wegvallen. De gewenste omvang is afhankelijk van het risico-profiel van de organisatie. Als absoluut minimum wordt 5% gehanteerd. De Stichting is solvabel als de solvabiliteit ligt tussen de 25% en 50%. Voor de kapitalisatiefactor wordt als bovengrens 35% gehanteerd voor grote besturen (>8 mln omzet). De kapitalisatiefactor stijgt in 2013 door de toekenning van extra middelen in december, waardoor de totale baten en het balanstotaal (in de vorm van liquide middelen) toegenomen zijn. In 2014 en 2015 zullen deze middelen besteed worden, waardoor de kapitalisatiefactor zal dalen beneden de bovengrens.
Solvabiliteit Kapitalisatiefactor Kapitalisatiefactor excl. privaat vermogen Weerstandsvermogen
2013 63.6% 37.9%
2014 58.5% 40.3%
2014* 62.6% 37.6%
Benchmark (2013) 57,6% 41%
34.6% 11.5%
37.1% 10.0%
34.3% 10.0%
14.4%
.* De kengetallen in kolom 2014* geven de waarden weer indien de betaalbatch van december voor 31 december was uitgevoerd.
De kengetallen van SKO voldoen ruimschoots aan de minimumnormen die gesteld zijn door de Commissie Don. Dit vormt geen aanleiding voor het nemen van maatregelen om de balanspositie te verbeteren. Beoordeling budgetbeheer Voor de beoordeling van het budgetbeheer wordt de rentabiliteit en liquiditeit in ogenschouw genomen. Deze kengetallen geven aan of de Stichting in staat is aan haar korte termijn verplichtingen te voldoen en in welke mate de baten en lasten met elkaar in evenwicht zijn.
Liquiditeit Rentabiliteit
2013 2.88 4%
2014 2.29 -1.2%
De kengetallen van SKO voldoen ruimschoots aan de minimumnormen die gesteld zijn door de Commissie Don. 2014* 2.7 -1.2%
Benchmark (2013) 2.18 2.8%
.* De kengetallen in kolom 2014* geven de waarden weer indien de betaalbatch van december voor 31 december was uitgevoerd.
De Stichting is liquide wanneer het kengetal van liquiditeit ligt tussen 1,5 en 2. De rentabiliteit dient op termijn > 0% te zijn. In 2014 is er een negatief exploitatiesaldo, voornamelijk veroorzaakt door extra uitgaven die gedaan zijn uit de middelen van het herfstakkoord 2013, overigens conform begroting. Het exploitatietekort wordt ten laste van de bestemmingsreserve geboekt. Daarmee vormt de negatieve rentabiliteit geen risico, aangezien deze begroot en dus voorzien was.
Van invloed op de kengetallen is een grote balansmutatie rond de balansdatum. Wanneer deze net voor 31 december had plaatsgevonden waren de kengetallen vergelijkbaar met 2013. Aan de hand van de kengetallen kan echter worden vastgesteld dat de financiële positie van de Stichting goed is. De Stichting wenst reserves aan te houden die gebaseerd zijn op werkelijk risico’s waarmee zij geconfronteerd kan worden. Te denken valt daarbij onder andere aan reserves voor instabiliteit en/of onvolledige indexatie van de bekostiging en arbeidsconflicten. Deze risico’s zijn door
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
37
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:52
Pagina 38
middel van een risico inventarisatie benoemd en gekwantificeerd. Dit leidt niet tot de noodzaak van het aanhouden van extra financiële buffers. Een verdere omschrijving van het risicomanagement wordt beschreven in de continuïteitsparagraaf.
te Elburg wordt financieel ondersteund bij het uitwerken van een hoogbegaafdenconcept. In totaal is er in 2014 € 863.500 uitgegeven ten laste van de bestemmingsreserve, daar waar € 963.000 was begroot. Het overige zal naar 2015-2016 worden doorgeschoven.
8.6 Exploitatieresultaat
Het resultaat van SKO is, na opschoning van deze extra uitgaven ten laste van de bestemmingsreserve, € 492.500.
De Stichting heeft het kalenderjaar 2014 met een negatief exploitatieresultaat van € 371.000,- afgesloten. Dit is desondanks € 592.600 beter dan de begroting 2014. In 2014 zijn er extra uitgaven van € 963.000 in de begroting opgenomen voor het besteden van de middelen uit het Herfstakkoord 2013, waarvoor een bestemmingsreserve is gevormd. Voor 2014 was dit toegestaan om met name extra personeel te kunnen behouden. Hiervoor waren ook expliciet extra middelen toegekend (voor behoud jonge leerkrachten). De ontwikkeling van het nieuwe strategisch beleidsplan 2015-2018 en de bijbehorende communicatie is tevens een uitgave ten laste van de bestemmingsreserve geweest. Bovendien is een extra budget toegekend aan de ontwikkeling van een sharepointomgeving voor de SKO. De ontwikkeling van de omgeving en daarbij het faciliteren van I-coaches in tijd en scholing gedurende de schooljaren 2014-2015 en 2015-2016 legt ook beslag op een deel van de bestemmingsreserve. Bovendien kon elke school € 10.000 besteden aan een eigen wens. Dit is in de meeste gevallen uitgegeven aan ICT devices en uitbreiding van (WIFI-) netwerken. De Agnietenschool
38
Rijksbijdrage OCW van 739k. De baten voor Passend Onderwijs (vanaf 1-8-2014) waren voorzichtig begroot, maar waren uiteindelijk 104k meer. • Er zijn extra bedragen ontvangen van OCW ter compensatie van de caoverhoging van 1,2% van 77k. Bovendien zijn in februari 2015 de beschikkingen voor de personele bekostiging en het personeels- en arbeidsmarktbudget 2014-2015 herberekend voor de extra beschikbare bedragen uit de diverse
Baten • De totale baten zijn in 2014 3,4% hoger dan begroot. De daling van de baten ten opzichte van 2013 bedraagt ongeveer 2,2%. In 2013 zijn eenmalig middelen van € 1.400.000 ontvangen. De Scholengroep is in belangrijke mate afhankelijk van de overheid (ministerie en gemeente). • De totale baten zijn 1037k hoger dan begroot en dit wordt in hoofdzaak veroorzaakt door een hogere
EXPLOITATIERESULTAAT (X € 1000) BATEN Rijksbijdrage
Realisatie
Budget
Realisatie
2014
2014
2013
30.188
29.449
30.768
252
179
193
Overige overheidsbijdrage en subsidies Overige baten
TOTAAL BATEN
940
715
1.120
31.380
29.939
32.081
26.056
25.535
25.445
678
705
617
LASTEN Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten
1.974
1.892
2.030
Overige lasten
3.093
3.255
2.778
31.801
31.387
30.890
-421
-1.044
1.211
50
80
69
-371
-964
1280
TOTAAL LASTEN Saldo baten en lasten Saldo financiele bedrijfsvoering Saldo buitengewone baten en lasten
TOTAAL RESULTAAT
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:54
Pagina 39
bestuursakkoorden. Dit betekende een extra bate van in 2014 van 293k. De groeibeschikkingen voor personeel en materiele instandhouding waren 80k hoger dan begroot. • Er zijn hogere bedragen ontvangen voor de loonkostensubsidie, studieverlof, impulsgelden en prestatiebox, samen 60k meer dan begroot. • De afwikkeling van diverse subsidies van Gemeentes heeft een extra bate van 47k opgeleverd. Bovendien neemt SKO deel aan een traject “versterking samenwerking” met KPZ Zwolle en St. Mijn Plein. Bate uit deze subsidie bedraag 92k. • De overige baten (+155k) bestaan uit hogere vergoedingen medegebruik, detachering en diverse private bijdragen. In 2014 is de samenwerking op ICT gebied met St. Prisma beëindigd en zijn de gereserveerde bedragen voor vervanging van ICT-leermiddelen verdeeld. Dit was een bedrag van 132k, waarvoor een bestemmingsreserve wordt gevormd. Deze wordt de komende 4 jaar toegevoegd aan de betreffende scholen, als compensatie voor stijgende afschrijvingslasten.
Lasten • De totale lasten zijn ten opzichte van 2013 3% hoger. Ten opzichte van de begroting 2014 is er 1.3% meer uitgegeven. Zoals uit onderstaande grafiek blijkt bestaan de kosten in belangrijke mate uit personele kosten (82%). Voor het overige zijn de huisvestingslasten (6%) en de overige lasten (10%) substantieel.
-
-
-
• • Personele lasten - De personele lasten zijn 521k hoger dan begroot. - De inzet van personeel is ongeveer 6 fte hoger dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door het eerder opstarten van instroomgroepen, tussentijdse, niet voorziene groei en niet opgeloste knelpunten. De daadwerkelijke salariskosten hebben een overschrijding van 261k. De totale overschrijding wordt
•
•
mede veroorzaakt door extra kosten voor (tijdelijk) personeel op payroll basis (overschrijding 330k). Een overschrijding op personele lasten wordt ook mede veroorzaakt door het toekennen van subsidies waarin ook personele inzet nodig is. Dit geldt tevens voor de toekenning van meer verloflerarenbeurzen waardoor ook meer personeel moet worden ingezet. Verder worden in de begroting projecten benoemd waarvan de personele inzet bij het project wordt begroot, maar die uiteindelijk via de salariskosten terugkomen in de exploitatie. De kosten voor vervanging bedroegen in 2014 924k (minus uitkeringen UWV) en dit is 270k meer dan begroot. De kosten voor vervanging zijn te laag begroot en hiermee is voor de begroting 2015 rekening gehouden. Op de overige personele lasten en nascholing is er een onderschrijding van 340k. Door een herberekening van de voorzieningen jubileum en spaarfonds is er een vrijval van in totaal 88k. De schoolbegeleiding (onderschrijding van 96k) is met de invoering van Passend Onderwijs anders georganiseerd. Er is voor een aantal scholen een orthopedagoog aangesteld om deze werkzaamheden te verrichten. De kosten vallen echter onder de salariskosten. De afschrijvingslasten zijn gebaseerd op de gerealiseerde investeringen in 2014 en zijn ten opzichte van 2013 met 9% toegenomen. Deze zijn 27k lager dan de begroting 2014. De huisvestingskosten zijn in totaliteit
Gebouwen ICT Technische installaties Onderwijsleerpakket Inventaris
ten opzichte van 2013 afgenomen met 2,8% en ten opzichte van de begroting is er 4.3% meer uitgegeven, in totaal 82k. Dit wordt voor het grootste gedeelte veroorzaakt door een overschrijding op de post huur, dagelijks onderhoud, schoonmaak en publiekrechtelijke heffingen. Er is voor een tweetal scholen een extra dotatie aan de voorziening onderhoud gedaan om deze op peil te brengen. • De post Overige lasten is in totaliteit ten opzichte van 2013 met 11% toegenomen en ten opzichte van de begroting is er een onderschrijding van 5%, of 162k. Onder deze post zijn in de begroting de posten voor de uitgaven middelen herfstakkoord opgenomen. De werkelijke uitgaven zijn elders verantwoord. Zo is de besteding door de scholen van 10k per school (totaal 270k) in de meeste gevallen geactiveerd. Op deze post
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
39
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:56
Pagina 40
“projecten” is een onderschrijding ontstaan van 313k. In 2014 is wederom een uitkering van het resultaat van het administratiekantoor ontvangen (40k). Diverse posten overschrijden de begroting o.a. juridische kosten, huishoudelijke uitgaven en ict leermiddelen. Ook worden hier de (niet begrote) uitgaven ten laste van subsidies geboekt (100k) waar een even groot bedrag aan baten tegenover staat.
8.8 Centrale inkoop 8.7 Passend Onderwijs Vanaf 1-8-2014 is Passend Onderwijs van kracht. SKO maakt deel uit van 4 samenwerkingsverbanden waarvan 3 geconfronteerd zullen worden met een negatieve verevening. Ieder Samenwerkingsverband heeft zijn eigen verdeelmodel voor de financiële middelen. In totaal heeft SKO in de periode augustus-december 2014 een bedrag van 373k ontvangen. Deze middelen zijn ingezet voor de begeleiding van de zorgleerlingen met doorlopende indicaties door eigen personeel of externe begeleiding. IB-ers hebben uitbreiding gehad om de basisondersteuning goed te organiseren. Er zijn 2 ZML groepen in een school gefinancierd. Er is een orthopedagoog voor enkele dagen per week aangesteld om onderzoeken en behandelplannen op te stellen in samenspraak met een cluster van scholen.
40
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
Inmiddels heeft SKO centrale contracten op het gebied van energie, multifunctionals, afval, schoonmaak en een aantal mantelcontracten met specifieke voorwaarden. SKO heeft op het gebied van centrale inkoop in 2014 een Europees aanbestedingstraject uitgezet voor de schoonmaak van de gehele scholengroep. Onder begeleiding van Masterkey Apeldoorn heeft een aantal directeuren met de controller het gehele proces doorlopen van inventarisatie, naar bestek en gunningscriteria. Dit heeft geresulteerd in 2 contracten met de schoonmaakbedrijven Hectas (2 percelen) en Gom (1 perceel). Het aanbestedingsproces is tevens gebruikt om beleid op het gebied van inkoop te gaan ontwikkelen. Dit zal in 2015 geformaliseerd worden.
8.9 Treasurybeleid Het treasurybeleid is conform het financieel beleidsplan van de Stichting uitgevoerd.
Het beleid is conform het voorschrift beleggen en belenen van het ministerie. De overtollige liquiditeiten zijn op direct opvraagbare (internet)spaarrekeningen gezet, verdeeld over een drietal banken, nl ING-bank, ABN-AMRO, Rabobank. De rentepercentages van deposito’s en spaarrekeningen zijn ultimo 2014 nog verder gedaald. Andere mogelijkheden die voldoen aan de geldende regeling van het Ministerie zijn er nauwelijks. In 2014 is nader onderzocht of er mogelijkheden waren binnen de regeling beleggen en belenen om overtollige liquiditeiten voor langere termijn met meer rendement weg te zetten. Er zijn beperkte mogelijkheden om door een andere spreiding over direct opvraagbare spaarvormen een iets beter rendement te behalen. Het gemiddeld gerealiseerd rendement bedraagt 0.75% in 2014. Dit heeft geresulteerd in een rentebate van 50k terwijl 80k begroot was. Ten opzichte van 2013 is dit een daling van 27%.
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:57
Pagina 41
9. Continuïteitsparagraaf 9.1 Algemeen
9
In de voorgaande hoofdstukken is als een rode draad aandacht besteed aan de ambities en de maatregelen van de SKO die nodig zijn voor een gezonde bedrijfsvoering en professionele organisatie. Deze punten verdienen blijvend onze volle aandacht. Het College van Bestuur is van mening dat de organisatie goed in control is. Via kwartaalrapportages houdt SKO zich een spiegel voor en is de organisatie zich bewust van de gevolgen van actuele ontwikkelingen en risico’s. Het ‘in control’ zijn betreft alle beleidsonderdelen: organisatie, personeel, onderwijs, huisvesting en financiën. Daarmee is een belangrijke ambitie uit het strategisch beleidsplan gehaald: de basis op orde. We realiseren ons ook, dat deze basis nog niet stabiel is. Een aantal scholen heeft een attendering van de inspectie (onvoldoende eindopbrengsten). De financiële realisatie van 2014 is negatief, maar dit was voorzien. In 2014 zijn extra uitgaven gedaan ter besteding van de middelen uit het herfstakkoord 2013. In de komende periode is er ruimte voor verdieping en verbreding. Deze verdieping en verbreding willen we ook terug zien in de ambities van scholen. De directies benutten de professionele ruimte en creëren deze ruimte ook in de eigen school. De eigen kracht van de school wordt benut. Een aantal scholen is zich rond onderstaande thema’s aan het profileren: • Integraal Kindcentrum • Eigentijds, innovatief en digitaal
• Passend Onderwijs en meer- en hoogbegaafden • Pedagogisch klimaat Ook willen we ons nadrukkelijker verbinden met de omgeving, ouders en andere belanghebbenden. Enkele ontwikkelingen op dit terrein zijn: • Het voeren van een actief stakeholders beleid • Het streven naar educatief partnerschap met ouders • Digitaal portfolio en ouderportal • Diverse activiteiten binnen de PO Raad Tenslotte zullen we de inzet ten aanzien van leren en ontwikkelen intensiveren. Ontwikkelingen op dit terrein hebben betrekking op: • Door ontwikkelen van de SKO academie: Akke & Demi • Gesprekkencyclus en beoordelen • Opleiden in School (professionele leergemeenschap, ‘vierslagleren’, LCleerkrachten en binden van nieuwe instroom, opleiden in de school) • Scholing en training voor directies en IBers. • Inzet van het expertiseteam. Voor de komende jaren wordt een kleine afname in leerlingaantallen voorzien, waarop ook de personele inzet zal worden aangepast. Vooralsnog leidt dit tot interne mobiliteit en is er geen sprake van verplichte afvloeiing. Dit geldt voor de bestaande scholen. SKO heeft echter een tweetal aanvragen voor het starten van nieuwe scholen gedaan.
Voor 2015 is nog een tekort begroot, omdat de middelen uit het herfstakkoord 2013 nog besteed worden aan facilitering en scholing van I-coaches (ontwikkeling ICT) en stimulering hoogbegaafdenconcept. Hiervoor is echter een bestemmingsreserve gevormd. Verder is er in 2014 een extra bedrag toegevoegd aan de bestemmingsreserve, zodat in 2015 een extra impuls en/of versnelde uitvoering van technische investeringen in de schoolgebouwen. Daarbij zal het duurzaamheidsaspect een belangrijke rol spelen. Tevens is er een bedrag gereserveerd voor de stimulering van de functiemix, vierslagleren, aanpassing leerlingvolgsystemen. In 2015-2016 ligt de aandacht verder op de implementatie van de SharePoint omgeving in de gehele organisatie. De Akke en Demi, waarin het scholingsaanbod van SKO wordt geclusterd zal verder geprofessionaliseerd worden en meer geïntegreerd worden in de organisatie. In 2015 wordt het innovatie en experimentenbudget geïntroduceerd. Scholen kunnen hier onder voorwaarden een beroep op doen voor een bedrage in vernieuwende initiatieven. In onderstaand overzicht staan de genoemde activiteiten gekwantificeerd en in tijd uitgezet.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
41
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
14:59
Pagina 42
Meerjarenbeleidskeuzes Het College van Bestuur maakt in samenspraak met directeuren en de Raad van Toezicht in het kader van het strategisch beleidsplan keuzes voor uitgaven en zijn gericht op de doelstellingen uit het jaarplan 2015: 'kinderen laten leren'. De uitgaven voor deze beleidskeuzes zijn opgenomen in de begroting van bovenschools-algemeen. Voor 2015 zijn de volgende bedragen in het jaarplan begroot: 2015 Projecten: Communicatie Support Implementatie sharepointomgeving Doorontwikkelen sharepoint
Project cao Bijeenkomsten Ondersteuning directies
Project actieteams “nieuwe stijl” Begeleiding actieteams
Werkvelden Financiën - Innovatiebudget - Experimenten
in begroting: ICT consultancy projecten sbttl
€ 50.000,€ 12.500,€ 62.500,-
scholing en opleiding scholing en opleiding sbttl
€ 1.000,€ 1.000,€ 2.000,-
scholing en opleiding sbttl
€ 3.000,€ 3.000,-
projecten projecten sbttl
€ 100.000,€ 100.000,€ 200.000,-
2016
2017
2018
€ 20.000,-
€ 10.000,-
€ 10.000,-
€ 20.000,-
€ 10.000,-
€ 10.000,-
€ 150.000,€ 150.000,€ 300.000,-
€ 150.000,€ 150.000,€ 300.000,-
€ 150.000,€ 150.000,€ 300.000,-
Voor het experimenten- en innovatiebudget wordt jaarlijks een bedrag gereserveerd van 1% van de totale baten. De kaders waaraan de aanvraag voor (een deel van) het budget moeten nog nader geformuleerd worden. Voor 2015 is de verwachting dat pas in de loop van het jaar een beroep gedaan wordt op dit budget, zodat nog niet het gehele bedrag is meegenomen in de begroting.
HRM Begeleiding starters Onderzoek verminderen werkdruk Beleidsontwikkeling
42
salariskosten ov.kosten IPB ov.kosten IPB sbttl
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
€ 13.500,€ 10.000,€ 10.000,€ 33.500,-
€ 13.500,€ 10.000,-
€ 13.500,€ 10.000,-
€ 13.500,-
€ 23.500,-
€ 23.500,-
€ 13.500,-
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
15:01
Pagina 43
2015 Projecten: Onderwijs en kwaliteit Bestuurlijke borging kwaliteit Eindtoets Begeleidingstrajecten Audit/Collegiale ondersteuning
Onderwijsinnovatie en ICT Trainingen medewerkers (I-coach en teams) Leren en ontwikkelen Akke en Demi Opleiding schoolleider IB-begeleiding begeleiding netwerk
in begroting: projecten projecten projecten sbttl
€ 20.000,pm € 20.000,€ 40.000,-
2016
2017
2018
€ 20.000,€ 10.000,€ 30.000,-
€ 20.000,-
€ 20.000,-
€ 20.000,-
€ 20.000,-
scholing en opleiding sbttl
€ 15.000,€ 15.000,-
scholing en opleiding projecten projecten sbttl
€ 60.000,€ 95.000,€ 10.000,€ 165.000,-
€ 60.000,-
€ 60.000,-
€ 60.000,€ 50.000,-
€ 60.000,-
€ 60.000,-
€ 110.000,-
salariskosten diverse kosten communicatieplan communicatieplan sbttl
€ 70.000,€ 7.500,€ 10.000,€ 7.500,€ 95.000,-
€ 70.000,-
€ 70.000,-
€ 70.000,-
€ 70.000,-
€ 70.000,-
€ 70.000,-
€ 10.000,€ 5.000,€ 10.000,-
€ 5.000,-
€ 25.000,€ 5.000,€ 10.000,-
Opleiden in de school Projectinkomsten subsidie Organisatie Inrichten staf Kindcentrum Uitrol logo Publieke website
Overige (niet in jaarplan) RIE/ Tevredenheidsonderzoeken Gemeentelijke overleggen 360gr feedback 90gr feedback
projecten projecten ov.kosten IPB ov.kosten IPB sbttl
€ 5.000,€ 5.000,€ 10.000,€ 626.000,-
€ 25.000,-
€ 5.000,€ 10.000,-
€ 518.500,-
€ 493.500,-
€ 40.000,€ 563.500,-
De tevredenheidsonderzoeken onder ouders/leerlingen en medewerkers wordt 1x per 4 jaar gehouden (laatste keer 2014), de RIE wordt ook iedere 4 jaar gedaan, 2 jaar na de tevredenheidsonderzoeken.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
43
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
15:03
Pagina 44
A.1 Kengetallen personele bezetting en leerlingenaantallen Personele bezetting in FTE (excl. vervangingskosten eigen risico) Management/Directie Onderwijzend personeel Overige medewerkers * prognose De afname van FTE’s laat zich niet verklaren door de afname van het totaal aantal leerlingen van de SKO. De formatie op de scholen wordt echter passend gemaakt binnen de financiële ruimte, gebaseerd op het aantal leerlingen van de betreffende school. Individuele scholen die met krimp te maken krijgen hebben taakstellingen voor afvloeiing, De groei bij andere scholen geeft niet voldoende ruimte om de totale formatie op peil te houden. Deze groeischolen kunnen met een beperktere uitbreiding van de formatie deze groei opvangen. Omdat SKO intern de T-systematiek hanteert, zullen scholen met krimp eerder moeten ingrijpen. Bovendien is de financiële impact van Passend Onderwijs, zo het zich nu laat aanzien, behoorlijk. De meerjarenbegrotingen van de vier Samenwerkingsverbanden geven vooralsnog minder financiële ruimte, afgezet tegen de huidige Aantal leerlingen Leerlingen 4 tm 7 jaar Leerlingen 8 jaar en ouder Totaal SKO
44
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
2014 43.76 347.43 36.27
2015* 41.42 335.73 37.69
2016* 41.83 323.92 31.09
2017* 41.83 318.17 29.77
LGF financiering. De personeelsbezetting wordt jaarlijks aangepast aan de werkelijke situatie en beschikbare middelen. Door de grote geografische spreiding van de SKO zijn er gebieden met krimp (Veluwe en Gemeente Dronten) en groei (Almere, Lelystad en Harderwijk). Wanneer de bouwvolumes in groeisteden als Almere en Lelystad de komende jaren niet toenemen, gaan de leerlingenaantallen verder afnemen. Wanneer de economie zich herstelt zullen wellicht de komende jaren nog nieuwe scholen gesticht kunnen worden in met name Almere en Lelystad. Door gebruik te maken van prognosemodellen, zoals het Scenariomodel Primair Onderwijs, te koppelen met de dagelijkse schoolpraktijk worden de ontwikkelingen in leerlingaantallen nauwkeurig gevolgd.
01-102014 3.498 3.379 6.877
01-102015 3.498 3.380 6.878
01-102016 3.449 3.364 6.813
01-102017 3.357 3.394 6.751
SKO jaarverslag 2014 def
25-06-2015
12:37
Pagina 45
Meerjarenbalans (x € 1.000,-)
2014
Balans x € 1000
31-12-14
*31-12-2015
*31-12-2016
*31-12-2017
4.555 1.907 6.702
5.034 1.907 4.699
5.025 1.907 5.319
5.025 1.907 5.607
13.164
11.640
12.251
12.539
7.702 1.707 3.755
6.995 1.765 2.880
7.371 2.000 2.880
7.659 2.000 2.880
Totaal passiva
13.164
11.640
12.251
12.539
Kapitalisatiefactor Current Ratio Solvabiliteit
40,3% 2,29 58,5%
35,0% 2,29 60,1%
37,0% 2,51 60,2%
38,3% 2,61 61,1%
31-12-14 6.647 -371 6.276
31-12-15 6.701 -796 5.905
31-12-16 4.699 376 5.075
31-12-17 5.319 288 5.607
678 603
718 -727
777 235
760 pm
7.557
5.896
6.087
6.367
-856
-1.197
-768
-760
6.701
4.699
5.319
5.607
MVA Vlottende activa Liquide middelen Totaal activa Eigen Vermogen Voorzieningen Kortlopende schulden
Liquiditeitsprognose (x € 1.000,-) Beginstand liquide middelen af/bij: exploitatieresultaat Aanpassingen voor: afschrijvingen mutatie voorzieningen/overig kasstroom uit operationele activiteiten af: investeringen Eindstand liquide middelen
2015*
2016*
2017*
In dit perspectief blijven de kengetallen binnen de normen.
* Raming
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
45
SKO jaarverslag 2014 def
24-06-2015
15:09
Pagina 46
In 2015 en ook nog in 2016 wordt een deel van de incidentele middelen uit het herfstakkoord 2013 besteed aan met name i-coaches om de visie op ICT en de implementatie van een SharePoint omgeving te stimuleren. Zij worden gefaciliteerd in tijd en scholing. Bovendien wordt het hoogbegaafdenconcept op de Agnietenschool in Elburg financieel ondersteund. De mutaties in de materiële vaste activa zijn gebaseerd op de meerjaren investeringsbegrotingen en de daarbij behorende afschrijvingslasten. Vanaf 1-1-2015 is het buitenonderhoud overgeheveld worden naar het bestuur. Daarom zal vanaf 1-1-2015 een voorziening voor dit buitenonderhoud gevormd worden. Met het bedrag dat aan de lumpsum wordt toegevoegd en het bedrag uit de motie van Haersma-Buma, zal de voorziening worden opgebouwd. De eerste MOP laat zien dat deze gelden in de eerste jaren volledig nodig zijn om een redelijke voorziening op te bouwen om aan komende onderhoudsverplichtingen te kunnen voldoen. Er zullen geen extra middelen beschikbaar zijn om toe te voegen aan de jaarlijkse materiele instandhouding van de schoolexploitatie. De voorziening buitenonderhoud wordt bovenschools gevormd en beheerd. De onderhoudsvoorziening voor onderhoud binnenkant is toereikend. Deze is gebaseerd op een deugdelijke MOP. De dotatie aan deze voorziening is afgestemd op de benodigde onttrekkingen. De personele voorzieningen zullen jaarlijks worden bezien. De WGA-voorziening is
46
Staat/Raming van Baten en Lasten (x €1000) BATEN Rijksbijdrage
2014
2015*
30.188
31.310
31.367
2016*
31.190
2017*
252
193
144
114
Overige overheidsbijdrage en susidies Overige baten
940
457
405
379
31.380
31.960
31.916
31.683
26.056
26.369
25.588
25.490
678
718
777
759
Huisvestingslasten
1.974
2.669
2.376
2.364
Overige lasten
3.093
3.060
2.859
2.841
31.801
32.816
31.600
31.454
-421
-856
316
229
50
60
60
60
-371
-796
376
289
TOTAAL BATEN LASTEN Personeelslasten Afschrijvingen
TOTAAL LASTEN
Saldo baten en lasten Saldo financiele bedrijfsvoering Saldo buitengewone baten en lasten TOTAAL RESULTAAT Incidentele baten en lasten in totaal resultaat * Raming afhankelijk van de instroom in de WGA. Daarbij zal in 2015 nog een beslissing worden genomen over het eigenrisicodragerschap in relatie tot het WGA-flex deel. Deze zal dan gaan over volledig eigenrisicodrager WGA-vast en WGA-flex of weer volledig verzekerd via het UWV. In de meerjarenramingen is vooralsnog uitgegaan van volledig eigenrisicodragerschap.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
In de meerjarenbegroting zijn de volgende aannames gemaakt. De baten zijn voorzichtig ingeschat. Er is een voorzichtige indexatie meegenomen. Op basis van concept meerjarenbegrotingen van de Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs is een voorzichtige aanname gemaakt van de baten waarvoor de zorg op scholen moet
worden ingericht. De financiële consequenties van Passend Onderwijs worden duidelijker maar zijn niet volledig bekend. Van de 4 samenwerkingsverbanden krijgen er 3 te maken met een negatieve vereffening. De meerjarenbegrotingen van de samenwerkingsverbanden worden ook verder uitgewerkt. De eerdere aannames blijken achterhaald. De middelen die rechtstreeks naar de
SKO jaarverslag 2014 final
29-06-2015
10:58
scholen toekomen zijn lager dan in eerste instantie verwacht. In 2015 en 2016 zal nog een deel van de middelen uit het herfstakkoord 2013 worden ingezet voor de verdere ontwikkeling van een Sharepoint omgeving voor de gehele organisatie en verder aanpassing en uitrol van de website en logo. De baten uit de prestatiebox zijn meegenomen, maar worden in de lasten verantwoord. Per saldo zal dit geen invloed hebben op het resultaat. Naar verwachting nemen de leerlingaantallen geleidelijk af. Medewerkers hebben een bestuursaanstelling en zullen bij afvloeiing op de ene school geplaatst worden in vacatures op een andere school. Toch zal in totaliteit het personeelsbestand moeten krimpen en wel voor 2016: 13 fte en voor 2017: 6 fte. Dit zal voornamelijk door natuurlijk verloop en een flexibele schil worden opgevangen. In deze meerjarenbegroting zijn de lasten niet geïndexeerd. In de personele lasten worden wel de periodieke verhogingen, maar geen CAO-verhogingen meegenomen. Jaarlijks moet wel rekening gehouden moeten worden met een algehele kostenstijging van de overige uitgaven van 1,5 tot 2% (de baten zijn ook niet geïndexeerd). De materiele bekostiging is hierop ook niet geïndexeerd. SKO breidt haar activiteiten op het gebied van centrale inkoop uit. Gezamenlijkheid lijkt financiële voordelen op te leveren. In 2012 is gestart met het gezamenlijk
Pagina 47
inkopen van afvalinzameling. Dit krijgt zijn beslag in 2013. Ook wordt in 2014 het aanbestedingstraject voor schoonmaak uitgezet. Aangezien het aandeel materiële kosten in het geheel maar ongeveer 15% van de totale lasten bedraagt is het effect beperkt. Ten aanzien van de personele lasten zal tevens gekeken worden naar een efficiëntere en effectievere inzet van personeel. De risico’s in de meerjarenbegroting zijn de aannames m.b.t. Passend Onderwijs en de bijstelling van de normen voor bekostiging. Ook het leerlingaantal is van cruciaal belang. Nu reeds blijkt dat door de economische recessie er minder kinderen worden geboren. Over 4 jaar betekent dit minder instroom. Hierop zal tijdig geanticipeerd moeten worden. Het blijft onzeker in dit economisch en politieke klimaat wat verder de gevolgen zijn voor het Primair Onderwijs. De meerjarenbegrotingen zullen jaarlijks worden aangescherpt met de dan bekende ontwikkelingen. De opgenomen taakstellingen voor 2015 tot en met 2017 zullen, indien noodzakelijk, worden aangepast.
9.2 Interne risicobeheersings- en controlesysteem Goed bestuur zorgt voor een optimale inzet van mensen en middelen en maakt dat onderwijskwaliteit, opbrengsten, goed werkgeverschap en ouderparticipatie in het handelen centraal staan. Daarbij moet aandacht zijn voor risico’s en
risicobeheersing. Risico’s kunnen namelijk de verwezenlijking van de door het bestuur gestelde doelen bedreigen. Hoewel er volop aandacht is voor de omgeving en risicomanagement is het in de praktijk niet eenvoudig om tot een praktische invulling te komen. In de “Code Goed bestuur” zijn dan ook de volgende artikelen opgenomen: - Artikel 8: Het schoolbestuur en het intern toezichtsorgaan dragen er zorg voor dat de organisatie zo is ingericht dat deze het vermogen heeft zich aan te passen aan een wijzigende omgeving - Artikel 15: Het schoolbestuur onderzoekt periodiek en op gestructureerde wijze welke onzeker factoren het realiseren van zijn strategisch beleid en doelen in de weg kunnen staan. De administratieve organisatie, de interne controle en het risicobeheersings- en controlesysteem zijn beoordeeld door de accountant. De bevindingen hebben niet geleid tot aanpassing van de administratieve organisatie. Zij gaven een bevestiging van de aandachtspunten die al door de organisatie bij de risicoinventarisatie waren onderkend.
Risicomanagement bij de SKO SKO voert sedert 2013 risicomanagement met behulp van het instrument van de POraad. Het risicomanagement wordt ingebed in de Planning en Control cyclus. Iedere 4 jaar wordt een volledig risicoscan gedaan, die tevens als input zal dienen voor de daaropvolgende strategische planperiode.
Risicomanagement bestaat uit het op een gestructureerde wijze identificeren, analyseren en beheersen van risico’s. Het gaat daarbij vooral om risico’s die de verwezenlijking van strategische doelen kunnen belemmeren. Een risico definiëren we als: de kans dat een bepaalde gebeurtenis zich voordoet x de ernst van de gevolgen van die gebeurtenis (impact). Het aantal risico’s is groot, maar niet elk risico is even belangrijk. Er zijn namelijk veel goed voorspelbare risico’s, die weliswaar de financiële prestaties van de SKO kunnen verstoren, maar afgedekt zijn in de meerjarenbegroting. Naast een instrument dat helpt bij het identificeren van risico’s, bij het aanbrengen van prioriteiten en bij het beoordelen van de toereikendheid van getroffen beheersingsmaatregelen, is ook de organisatiestructuur en de cultuur van wezenlijk belang bij het welslagen van risicomanagement. Het moet er voor zorgen dat er maatregelen worden getroffen die de kans van optreden of de gevolgen van risico’s op een gewenste wijze beïnvloeden. Risicomanagement is een continu proces. Niet alleen vanwege de wettelijke plicht een risico-inventarisatie te maken en te beschrijven, maar ook vanwege het opzetten van een deugdelijke meerjarenplanning is het van belang om de specifieke risico’s van de SKO te kennen en waar mogelijk te beperken, te verzekeren, te vermijden of als het niet anders kan te accepteren. Met het instrument van de PO-raad scannen we periodiek de diverse
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
47
SKO jaarverslag 2014 final
29-06-2015
11:00
domeinen ( Onderwijs en Identiteit, Personeel, Organisatie, PR &Communicatie, Huisvesting en Financiën) waar risico’s kunnen ontstaan. De scan heeft tot doel het in kaart brengen van risico’s en ze te beoordelen op kans en impact. Daarna wordt bepaald welke beheersmaatregelen zijn genomen en of de risico’s daarmee adequaat zijn afgedekt en welke niet of onvoldoende. Niet alle risico’s hebben ook financiële gevolgen, maar ook voor risico’s met financiële gevolgen geldt dat de effecten daarvan om beheersmaatregelen vragen en dat er (extra) financiële buffers aangehouden dienen te worden. Daarmee ontstaat tevens een onderbouwing van de hoogte van het kapitaal. De omvang van de niet adequaat afgedekte risico’s kan van invloed zijn op het niveau van het benodigde kapitaal (weerstandsvermogen). De mate waarin dit niveau is bereikt heeft gevolgen voor de (meerjaren) begroting. In oktober 2014 is de risico-inventarisatie uit 2013 herzien. De risico’s die urgent en niet adequaat waren afgedekt in de eerste inventarisatie zijn besproken en geëvalueerd met het College van Bestuur en stafmedewerkers. Deze risico’s met benodigde acties waren ook opgenomen in het plan van aanpak 2013-2014. Daar waar risico’s nog onvoldoende afgedekt zijn, zijn deze benoemd en in een plan van aanpak 2014-2015 opgenomen. Het risicomanagement is besproken in de vergadering met de Raad van Toezicht in december 2014. Daarbij is tevens gebruik gemaakt van het toetsingskader van de PO-Raad voor wat betreft het aanhouden
48
Pagina 48
van (extra) reserves. Het plan van aanpak 2014-2015 is aan het eind van deze paragraaf opgenomen (B2). Het instrument heeft op gestructureerde wijze duidelijk gemaakt dat SKO een behoorlijk risicobeheersingsapparaat heeft, maar op onderdelen van de PDCA-cyclus aanscherping nodig heeft.
Budgetbeheer en financiële buffers bij de SKO Budgetbeheer verwijst naar de capaciteit om tegenvallers op korte en middellange termijn op te kunnen vangen en de rol die financiële buffers daarbij spelen. Goede liquiditeitsbegrotingen en meerjarige exploitatie- en investeringsbegrotingen zijn van groot belang. Zij maken duidelijk welke invloed investeringen en exploitatieresultaten hebben op de liquiditeitspositie. Maar de aanwezigheid van financiële buffers mag er niet toe leiden dat de beheersing van risico’s niet ter hand wordt genomen. Het aanleggen van buffers is alleen te rechtvaardigen voor risico’s die: • Niet op andere manieren beheersbaar zijn • Niet of onvoldoende voorzien kunnen worden • Een duidelijke financiële impact hebben Het gaat dan om: 1. Grote fluctuaties in leerlingenaantallen 2. Financiële gevolgen van arbeidsconflicten 3. Instabiliteit in de bekostiging 4. Onvolledige indexatie van de bekostiging 5. Restrisico’s ( voortkomend uit een
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
deugdelijke risico-inventarisatie) waarbij voor de eerste vier risico’s alle moeite gedaan moet worden om de kans van optreden en de gevolgen direct of indirect te beïnvloeden De omvang van de bufferliquiditeit moet passen bij het risicoprofiel. De Commissie Don heeft normen bepaald voor de benodigde bufferliquiditeit. Dit bedrag kan worden verhoogd of verlaagd als de genoemde 5 risico’s een duidelijk andere omvang hebben. Men spreekt van een toereikend beheersingsniveau wanneer een schoolbestuur voor meer dan 60% van de middelgrote en urgente risico’s adequate beheersingsmaatregelen heeft getroffen. In dat geval kan volstaan worden met een door de commissie Don geadviseerde bufferliquiditeit. Het instrument van de PO-Raad geeft inzicht in het integraal risicoprofiel van de SKO. Op basis van de scan blijkt dat wij 62% van de urgente en middelgrote risico’s adequaat hebben afgedekt. Volgens de normering van het instrument scoren we daarmee voldoende (= >60%). Op basis van de scan blijkt ook dat wij 100% van de urgente en middelgrote risico’s met een financiële impact op korte termijn (<1 jaar) adequaat hebben afgedekt (N= >60%).
Algemene conclusie: De SKO organisatie beschikt over een goed stelsel van operationele beheersingsmaatregelen en voert een goed risicomanagement. De organisatie beheerst de relevante middelgrote en urgente risico’s die op korte termijn zouden kunnen leiden tot tegenvallers in de exploitatie. Voor het bepalen van de omvang van de bufferliquiditeit kunnen we daarmee de waarden hanteren die het toetsingskader hanteert (gelet op omvang organisatie).
SKO jaarverslag 2014 final
29-06-2015
11:01
Pagina 49
Het ingevulde toetsingskader levert voor de SKO het navolgende beeld op:
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
49
SKO jaarverslag 2014 final
29-06-2015
11:02
Benodigd en beschikbaar kapitaal Uit het overzicht “benodigd en beschikbaar kapitaal” lijkt de kapitaalbehoefte groter te zijn dat het beschikbare kapitaal (€ 333k). Hierbij wordt het private vermogen van € 1 mio buitenbeschouwing gelaten. De vervangingswaarde van de Materiele Vaste Activa is gesteld op 37% van de totale baten. Dit is gebaseerd op het onderzoek naar de vermogenspositie van het primair onderwijs van PWC uit 2008. In het berekeningsmodel wordt daarom uitgegaan van een vervangingswaarde van € 11.442.824, tenzij een goed uitgewerkte MJP andere uitgangspunten onderschrijft. Per 31-12-2014 is de totale aanschafwaarde van de Materiele Vaste Activa van SKO € 7,4 mio. Op grond hiervan is er momenteel geen sprake van een kapitaalbehoefte en zal dit vooralsnog geen consequenties hebben voor de meerjarenbegroting. We werken aan het verkrijgen van een beter (meerjaren) inzicht over de (toekomstige) opbouw van de materiele vaste activa. Pas vanaf 2006 is er een activaregistratie opgezet, waarbij de reeds aanwezige activa tegen een bepaalde waarde zijn opgenomen. Deze is dan ook niet volledig en geeft niet de werkelijke aanschaf/vervangingswaarde weer. Voor de transactiefunctie wordt een bedrag ter hoogte van de kortlopende schulden meegenomen. De kortlopende schulden op balansdatum bestaan hoofdzakelijk uit de afdracht aan de belastingdienst over december, overige premies en de reservering vakantiegeld.
50
Pagina 50
Dit zijn maandelijks c.q. jaarlijks terugkerende posten en zullen bij een sluitende begroting en daarbij behorende realisatie niet kunnen leiden tot een (onverwachte) kapitaalbehoefte.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
Conclusie: op grond van de risicoanalyse en de aanwezige financiële buffers is het beschikbare kapitaal van SKO toereikend. De kengetallen vallen binnen de gestelde signaleringsgrenzen.
SKO jaarverslag 2014 final
29-06-2015
11:03
9.3 Rapportage Raad van Toezicht Governance Code De Raad van Toezicht hanteert voor het toezicht de Code Goed Bestuur Primair Onderwijs, vastgesteld door de Algemene Ledenvergadering van de PO Raad. De code is een leidraad voor het invullen van Governance en geeft algemene uitgangspunten en specifieke voorschriften voor het schoolbestuur en voor het interne toezicht. Naast de Code Goed Bestuur zijn de statuten van de stichting en de (wettelijke) voorschriften van de overheid belangrijk bronnen voor het invullen van de toezichthoudende rol. De Code Goed Bestuur heeft het verhogen van de onderwijskwaliteit als primaire doel en hecht daarbij aan een duidelijke scheiding tussen bestuur en toezicht. De Code Goed Bestuur is principle based en hanteert de volgende belangrijke uitgangspunten: I. Professionele ruimte: binnen een onderwijsorganisatie dient ruimte gegeven te worden aan de autonomie van de professionals, in casu de onderwijsgevenden. II. Verantwoording en dialoog: de verschillende organen en functionarissen binnen een onderwijsorganisaties dienen zich tegenover elkaar en tegenover de maatschappelijke omgeving te verantwoorden omtrent hun keuzes en met anderen in dialoog willen gaan over die keuzes.
Pagina 51
III. Strategische koers: een bevoegd gezag moet doordachte en gedragen doelstellingen voor ogen hebben en die systematisch nastreven. IV. Transparantie: de organisatie moet zowel intern als extern open willen zijn en haar handelswijze willen toelichten. V. Integriteit: schoolbestuurders en intern toezichthouders dienen eerlijk en oprecht te functioneren, zonder (bijvoorbeeld financieel) eigenbelang. VI. Onafhankelijkheid: schoolbestuurders en intern toezichthouders moeten hun taken en bevoegdheden kunnen uitoefenen gericht op het belang van het bevoegd gezag, en dus zonder te worden beïnvloed door belangen die zij wellicht uit andere hoofde zouden willen behartigen. De Raad van Toezicht heeft in het verslagjaar in aparte sessies, zowel met als zonder het College van Bestuur, gesproken over haar functioneren en het relevante toezichtkader. De besproken uitgangspunten moeten nog definitief worden vastgesteld. Door de Raad is inmiddels besloten het model voor een toezichtskader van de PO-Raad over te nemen en het daarbij op onderdelen toe te snijden op de specifieke positie van het SKO als katholiek onderwijs. Samenstelling en vergoeding De Raad van Toezicht bestaat uit een zestal leden welke geselecteerd worden vanuit hun specifieke functie. Vijf zijn actief als bestuurder, controller, ondernemer of adviseur en één is gepensioneerd
ambtenaar / oud politicus. De commissies van de Raad van Toezicht bestaan uit twee leden van de Raad van Toezicht, bij voorkeur zonder dubbelfunctie. Voor de vergoeding van de leden van de Raad van Toezicht wordt sinds 2013 aangesloten bij het raamwerk van de Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen (VTOI). Bijeenkomsten en commissies De Raad van Toezicht en het College van Bestuur zijn zes keer in gezamenlijke vergadering bijeen geweest. Voorafgaande aan deze bijeenkomsten heeft de Raad van Toezicht een vooroverleg om een aantal zaken te bespreken zonder het College van Bestuur en inhoudelijk bepaalde vergaderpunten af te stemmen. Binnen de Raad van Toezicht zijn drie commissies actief, die jaarlijks en aantal keren bijeen komen. In de commissies worden specifieke onderwerpen meer inhoudelijk en operationeel besproken dan in een vergadering van de Raad van Toezicht. In de vergaderingen van de commissies zijn één of meer leden van de staf en het College van Bestuur aanwezig. De Onderwijscommissie van de Raad van Toezicht is toehoorder bij het gesprek van het College van Bestuur met de Onderwijsinspectie.
De door de Raad van Toezicht ingestelde commissies zijn een aantal keren bijeen geweest. Hierna volgt een niet limitatieve opsomming van de besproken thema´s:
• De auditcommissie heeft de jaarrekening 2013, het jaarverslag 2013, het concept accountantsverslag, de begrotingswijziging 2014 en de begroting 2015 besproken met het College van Bestuur, de controller en de accountant en daarover advies uitgebracht aan de Raad van Toezicht. De adviezen van de auditcommissie zijn overgenomen door de Raad van Toezicht en vervolgens door het College van Bestuur verwerkt in de jaarstukken en begrotingen. • De onderwijscommissie heeft overleg met het College van Bestuur en leden van de staf over de onderwijskwaliteit op de scholen in brede zin. De Onderwijscommissie heeft de Raad van Toezicht geadviseerd over de bevindingen uit de jaarlijkse bestuursrapportage onderwijsopbrengsten en het bestuursgesprek met de Onderwijsinspectie. De commissieleden zijn toehoorder van het bestuursgesprek. In de commissie is ook gesproken over diverse onderwerpen zoals de inzet van incidentele middelen voor de scholing van i-coaches. • De remuneratiecommissie heeft het jaarlijkse functioneringsgesprek met de leden van het College van Bestuur gevoerd en daarover gerapporteerd aan de Raad van Toezicht. In een zorgvuldig proces is de nieuwe CAO Bestuurders PO geïmplementeerd.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
51
SKO jaarverslag 2014 final
29-06-2015
11:04
Verder hebben leden van de Raad van Toezicht een GMR vergadering bezocht en deelgenomen aan het stakeholdersgesprek met de wethouders onderwijs van de grote gemeenten uit het werkgebied van de SKO. Samen met het College van Bestuur zijn twee vestigingen van de Alfons Ariens te Harderwijk bezocht en hebben er open gesprekken met de directie en nagenoeg het complete onderwijsteam plaatsgevonden. Daarnaast is door de Raad van Toezicht of door leden van de Raad een aantal activiteiten verricht uiteenlopend van het bijwonen van de SKO onderwijsdag in Almere, bijeenkomsten van het Onderwijsbureau Meppel en bijeenkomsten van de Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen (VTOI). Strategisch Beleidsplan 2015 – 2018 Kinderen laten leren Om voeling te houden met stakeholders hebben leden van de Raad van Toezicht deelgenomen aan de zogenaamde summits die ter voorbereiding op het strategisch beleidsplan zijn georganiseerd. Tevens zijn er bijeenkomsten geweest om de uitkomsten van de summits te vertalen naar beleidspunten in verschillende samenstellingen. Aan alle summits en evaluatiebijeenkomsten werd deelgenomen door leden van de Raad van Toezicht in verschillende samenstelling. De andere deelnemers aan de strategiebijeenkomsten waren naast diverse adviseurs en het College van
52
Pagina 52
Bestuur: leerlingen, ouders, leerkrachten en directeuren waarbij alle scholen evenredig met twee per groep (indien mogelijk) vertegenwoordigd waren. Toezichthouder en adviseur De bijeenkomsten van de Raad van Toezicht en het College van Bestuur hebben doorgaans de volgende inhoud: • Bespreking van een inhoudelijk thema met presentaties van het College van Bestuur, stafadviseurs, externe deskundigen en/of directieleden en medewerkers van de scholen; • Voorgenomen besluiten van het College van Bestuur ter goedkeuring; • Bespreking van (bestuurs)rapportages. Inhoudelijke thema's Het nieuwe strategisch beleidsplan 20152018 is als thema meerdere keren aan de orde geweest. Zo zijn de sterkte/zwakte analyse van de SKO en de kansen en bedreigingen voor de SKO besproken. Tevens is met inbreng van een extern deskundige beraadslaagd over maatschappelijke trends, de betekenis daarvan voor het onderwijs en over de noodzaak van vernieuwingen. Ook heeft de Raad van Toezicht kennis genomen van de resultaten van de tevredenheidsonderzoeken die begin 2014 bij ouders, leerlingen en medewerkers zijn afgenomen en van de resultaten van de summits. Vervolgens is in tweede termijn het strategisch beleidsplan in een conceptversie in detail besproken en becommentarieerd. De Raad van Toezicht heeft zich ook met
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
inschakeling van een extern deskundige laten informeren over de gevolgen en risico's van de doordecentralisatie “onderhoud buitenkant” van de gemeente naar de schoolbesturen per 1 januari 2015. Goedkeuring van bestuursbesluiten De Raad van Toezicht heeft, op basis van de adviezen van de auditcommissie de toelichting van de accountant op de jaarrekening, de accountantsverklaring en de management letter, goedkeuring verleend aan de jaarrekening 2013. Verder is goedkeuring verleend aan: • Het besluit tot een éénmalige investering in de oprichting van een Leonardogroep in de Agnietenschool. • De vaststelling van het nieuwe beeldmerk van de SKO Flevoland en Veluwe met als pay-off 'Ontwerpers van onderwijs'. • De oprichting van de stichting SKO Kinderopvang en het onderbrengen van de in de KBS St. Franciscus gehuisveste peuterspeelzaal De Boomhut in deze stichting. • Additionele investeringen gericht op het verbeteren van kwaliteit in brede zin. • De vaststelling van het strategisch beleidsplan Kinderen laten leren 20152018. • De vaststelling van de begroting 2015. Rapportages De Raad van Toezicht monitort de doelrealisatie van de SKO en de ontwikkelingen in de organisatie aan de hand van diverse bestuursrapportages. Tevens heeft de Raad inzage in de
verslagen van onder meer de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad en het Directieberaad. Leden van de Raad van Toezicht wonen incidenteel een bijeenkomst van de GMR bij en nemen deel aan het bestuursgesprek met de inspectie. Hierdoor wordt duidelijk of het College van Bestuur voldoende grip op de organisatie heeft en hoe constructief het overlegklimaat in de organisatie is. De Raad van Toezicht ontvangt van het College van Bestuur de volgende rapportages: • Kwartaalrapportages financiën, waarin informatie wordt gegeven over de ontwikkeling van leerlingenaantallen en de daarmee verband houdende verwachte groeitellingen, de personele bezetting en de realisatie ten opzichte van het budget op bestuurs- en schoolniveau met een top 5 in positieve en negatieve zin. • Een bestuursrapportage HRM met informatie over het HRM-beleid en personele kengetallen. • Een bestuursrapportage huisvesting, met de status van onder meer onderhoudsactiviteiten aan schoolgebouwen. • Voortgangsrapportages over het lopende strategisch beleidsplan en een rapportage evaluatie jaarplan 2014. • In elke vergadering met het College van Bestuur krijgen kwaliteitsaspecten de aandacht, onder meer door het volgen van interne verslagen en inspectierapportages. Daarnaast
SKO jaarverslag 2014 final
29-06-2015
11:06
Pagina 53
ontvangt de Raad van Toezicht een bestuursrapportage onderwijsopbrengsten. Het gaat erom duurzame resultaten te realiseren, waarbij de SKO als instelling het middel is om dat resultaat te bereiken. • Bestuursrapportages incidentele informatie waarin het College van Bestuur informatie en signaleringen geeft over diverse interne en externe ontwikkelingen en gebeurtenissen op het gebied van personeel, financiën, materiële zaken, onderwijs en organisatie. Risicomanagement De Raad van Toezicht heeft de risicoscan van strategische en operationele risico's en het daarop gebaseerde plan van aanpak besproken. Tevens heeft de Raad van Toezicht zich laten informeren over de risico's die verbonden zijn aan de participatie van de SKO in diverse samenwerkingsverbanden en stichtingen.
SCHOLENGROEP KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2014
53
SKO jaarverslag 2014 final
29-06-2015
11:07
Pagina 54
SKO cover
24-06-2015
16:24
Pagina 4
SKO cover
24-06-2015
16:27
Pagina 1
Flevoland en Veluwe O N T W E R P E R S VA N O N D E R W I J S
Scholengroep Katholiek Onderwijs Flevoland en Veluwe Meentweg 14, 8224 BP Lelystad T (0320) 225 040 www.skofv.nl