Vizine - januari - februari - maart 2020

Page 1

Spannend in de slaapkamer BREEK DE REGELS:

WAAROM PRATEN OVER MENSTRUATIE ZO BELANGRIJK IS

Pot it like it’s hot januari  februari  maart verschijnt 4x per jaar


Tijdens de aardbeiweek komt tante Roza op bezoek Zijn alle vrouwen van adel? Als we de reclamefilmpjes voor maandverband mogen geloven hebben we immers blauw bloed. Vreemd dat er anno 2020 nog steeds een taboe op menstruatie bestaat. Dat blijkt onder meer uit al die eufemismen voor maandstonden. Niet alleen bij ons, maar wereldwijd. ‘Erdbeerwoche’, ‘Sharkweek’, ‘tante Roza is op bezoek’: je kan het zo gek niet bedenken. Een onderzoek bij vrouwen uit 190 landen verzamelde maar liefst 5.000 termen. En dat terwijl dit toch de normaalste zaak ter wereld is. “Andere mensen nemen een goed bad maar ik vind een paar goede slagen even ontspannend”: zo getuigt iemand in deze Vizine. Ook BDSM zit nog in de taboesfeer. Zelfs zorgverleners weten nauwelijks hoe ze ermee moeten omgaan. Toch zou bijna de helft van de Belgen het wel eens uitgeprobeerd hebben. Psycholoogseksuoloog Jantien Seeuws schreef er haar masterproef over. Vizine ging bij haar en enkele leden van studenten­ vereniging Kajira op de koffie. Het werd een boeiend gesprek over seksualiteit en pijn, maar meer nog over vertrouwen, identiteit en vooroordelen. Tegen vooroordelen en discriminerende culturele regels moeten vrouwen zowat overal opboksen. Dr. Arzoo Bahramand kan ervan meespreken. Zij was aan de slag als gynaecologe bij een ngo in Afghanistan. Haar inzet voor vrouwenrechten, o.a. op het vlak van anticonceptie, kwam haar duur te staan. Na een aanslag op haar leven vluchtte ze met haar gezin naar ons land. Ze werkt nu in Gent als IVF-arts in de Vrouwenkliniek. Nog steeds vol vuur en engagement. Een voorbeeld!

Karin Jiroflée voorzitter VIVA-SVV

facebook.com/vivasvv.be

2

www.viva-svv.be

www.viva-svv.be

viva.svv

viva.svv

januari  februari  maart


In dit nummer 02 Edito: Tijdens de aardbeiweek komt tante Roza op bezoek 04 Pot it like it’s hot 08 Breek de regels: Waarom praten over menstruatie zo belangrijk is 10 Help mijn kind is een ... 12 Interview: Arzoo Bahramand 15 Nuttige apps 16 Spannend in de slaapkamer 21 Christel doet al jaren vrijwilligerswerk 23 Recept: Gratin van wintergroenten

04

10

16

Vizine: Magazine van VIVA-SVV vzw Nummer 72: Jaargang 20 Contact: Sint-Jansstraat 32-38, 1000 Brussel, 02 515 04 10 e-mail: info@viva-svv.be V.U.: Karin Van Mossevelde Redactie: Sara Van den Broeck, Ann Dewalque, Karla Celis, Lien Willaert, Sarah Brancart, Celine Heijkants, Karin Jiroflée Coördinatie en eindredactie: Sarah Brancart Vormgeving en illustraties: Kevin Hensels Druk: Bredero Graphics

Vizine

3


LIFESTYLE

4

januari  februari  maart


Pot it

like it’s hot Plantenwinkels zijn overal in opmars. Ook op Instagram vind je tal van accounts vol met de mooiste foto’s van planten, en tips over hun verzorging. Wij spraken met iemand die zo’n account beheert: Ian Komac. Ian is 23, houdt van reizen, fotografie én van kamerplanten. Momenteel is hij communicatie­ medewerker bij het Agentschap Natuur en Bos en de trotse eigenaar van @plant.bxl, een Instagram­ account over planten. Vanwaar de voorliefde voor planten? “Ik was op zoek naar een hobby. Ik zag meer en meer Instagram­ accounts over kamerplanten en die trokken mijn aandacht. Op een bepaald moment nam ik me voor dat ik het ook weleens wou proberen. Het startte heel klein, maar is daarna wat uit de hand gelopen. Omdat ik niet wou dat mensen die mijn persoonlijk account volgden maar daarom niet echt in planten geïnteresseerd zijn, overspoeld werden met plantenfoto’s, heb ik een ander account aangemaakt zodat geïnteresseerden me daar kunnen volgen.” Volgen jullie, met een plantenaccount, elkaar? “Ja, er is een online community met mensen die er ook heel veel mee bezig zijn. Ik krijg zo heel veel feedback en tips, het is wel leuk om daar andere mensen mee te leren kennen. Die mensen wonen vaak in andere landen, en hebben heel andere problemen met hun planten en hun omgeving om rekening mee te houden. Sommigen wonen bijvoorbeeld in een tropisch klimaat waar alle planten die het hier zo moeilijk hebben, gewoon in de tuin staan. Dat is dan iets waar iedereen hier heel jaloers op is.” Vizine

5


Heb je een lievelingsplant? Zo ja, waarom is dat je favoriete plant? “Dat is een Anthurium Clarinervium. Vooral de speciale, grote bladeren vind ik heel mooi. Die stijl van planten spreekt me aan. Ze zijn niet zo makkelijk te verkrijgen, dus de zoektocht is ook heel spannend. Maar uiteindelijk is de gezondheid van de plant het belangrijkst. Een Pothos die op bijna elk kantoor staat vind ik even tof, als die goed groeit en elke week een nieuw blad krijgt. Dan heb ik dat eigenlijk liever dan een speciale plant die het maar half overleeft.” Besteed je veel tijd aan de verzorging van je planten? “Nee, eigenlijk niet. Ik denk dat het nogal een misverstand is dat je heel veel met je planten moet bezig zijn. De meeste mensen vermoorden hun planten door ze veel te veel water te geven, dan rotten de wortels en is er geen redden meer aan. Ik check mijn planten gewoon regelmatig, ik geef alleen water als de planten het echt nodig hebben. Eigenlijk is er niet zoveel onderhoud aan, je moet gewoon leren je planten te lezen en hun signalen te herkennen.” Zijn er nog typische fouten die mensen kunnen maken bij het verzorgen van hun planten? “Mensen kijken soms niet naar de hoeveelheid licht die een plant nodig heeft. Soms lees je artikels over planten die in een bad­ kamer zonder licht kunnen leven, maar eigenlijk bestaat dat niet. Alle planten hebben een vorm van natuurlijk licht nodig. Er zijn planten die heel lang zullen overleven zonder zonlicht, maar het zal hun geen goed doen.” “Het menselijke oog past zich al heel snel aan aan de lichtsterkte. Dus wij gaan helemaal niet zo snel doorhebben of er ergens veel of weinig licht is. In je huis moet je kijken naar welke kant je ramen zijn georiënteerd, op basis daarvan moet je beoordelen hoever je je planten van het raam kan zetten. In het noordoosten

heb je enkel ’s ochtends wat licht, dus ook al heb je aan die kant hele grote ramen, zet je er best geen planten die veel licht nodig hebben. In het zuiden moet je ook niet al je planten aan het raam zetten, want dan zullen ze verbranden. Een dun wit gordijn voor je raam zal wel de harde stralen wegnemen, dus dat vergrootglaseffect heb je dan niet. Achter je gordijn zal je veel meer planten kunnen plaatsen, dan rechtstreeks achter het glas.” De pannenkoekenplant was een tijdje heel populair. Komt er volgens jou een nieuwe plant die die populariteit zal evenaren? “Goh, er zijn heel veel mensen die grote fan zijn van de hoya’s (wasbloem). Dat zijn dan weer plantjes die wel wat extra ver­ zorging nodig hebben, maar ze geven mooie bloemen en scheiden een lekkere geur af. Ze hangen ook heel mooi. Ik heb er zelf eentje maar die doet het op dit moment niet zo goed, en ik weet nog niet precies waaraan dat ligt. Het is dus ook voor mij een constante leercurve.” Zijn er andere planten die jij ook moeilijk te onderhouden vindt? “Varens! Daar heb ik echt geen geluk mee. Ze zeggen altijd dat die weinig licht en heel veel water nodig hebben, maar om de een of andere reden verliezen mijn varens altijd blaadjes en zie ik ze stilletjesaan doodgaan. Ik denk dat het eerder te maken heeft met de luchtvochtigheid. Daarmee ben ik aan het experimenteren. Ik heb nu een luchtbevochtiger gekocht, dat werkt behalve voor gezonde lucht ook goed voor kamerplanten. Want de meeste planten die wij als kamerplanten zien, zijn eigenlijk tropische planten die gewend zijn om eerder in vochtige omstandig­heden te leven. Dus hoe dichter dat je de natuurlijke omgeving van een plant kan nabootsen in je huis, hoe beter die in leven zullen blijven en zullen groeien.”

Ian geeft nog enkele algemene tips Ben je op zoek naar een makkelijk te onderhouden plant, dan raad ik de sanseveria aan. Daar moet je echt heel weinig aan doen, die overleven alles. Het enige dat je daarmee fout kan doen, is de plant te veel water geven. Eigenlijk is het meer dan voldoende om er 1 keer per maand naar te kijken. • Kies altijd voor een pot met een gat vanonder zodat het water weg kan. Als dat niet het geval is, zet je plant dan eerst in een plastic potje en dan pas in de keramieken pot. • Een terracotta pot neemt een deel van het vocht op. Dus planten in een terracotta pot moet je wat vaker water geven dan bij een keramieken of plastic pot. • Meng je potgrond met perliet. Dat zijn kleine lichte korreltjes die je gewoon kan kopen in grote hoeveelheden in een tuincentrum of AVEVE. Meestal is potgrond veel te zwaar en houdt het te veel vocht vast. Die zorgt ervoor dat de grond luchtig blijft en water makkelijk weg kan. • Laat je niet ontmoedigen als je fouten maakt en een plant laat doodgaan. Het is echt een leuke hobby, het is een manier om voor iets anders te zorgen en iets anders te zien groeien. Al is het niet altijd even succesvol, gewoon blijven proberen en dan zal je het na een tijdje wel leren.

6

januari  februari  maart


Eerste hulp bij

plantenongevallen Sara: “Ik ben fan van hangplanten. Maar ik heb altijd hetzelfde probleem. In de lengte groeien ze goed, bovenaan ziet de aarde er altijd dor en droog uit. Geen mooi zicht. Moet ik mij hier zorgen om maken? Of kan ik het op één of andere manier oplossen?” Ian: “Dat is eigenlijk de natuurlijke gang van die plantjes. Je doet niks fout als het er vanboven zo uitziet. Het enige dat je daar echt aan kan doen is stekjes nemen. Je kan je plant af en toe een snoeibeurt geven en die stekjes dan in water steken, dat gaat bij die erwtenplant heel makkelijk. Eenmaal dat die worteltjes hebben, maak je kleine gaatjes in de aarde in je pot, en dan steek je de stekjes er gewoon bij. Wanneer je stukjes afknipt, gaat er meer energie naar het bovenste stuk van de plant, en je hebt nieuwe stekjes die de bovenkant sowieso opvullen. Wat je ook nog zou kunnen doen is zorgen dat er licht van bovenaf komt, want de meeste mensen zetten zo’n plant helemaal bovenop een schap en dan kan er niet meer zoveel licht aan de bovenkant komen.” Veerle: “Het 4de Chinees lantaarnplantje dat naar de knoppen is … Het hangt in de slaapkamer aan een raam op het oosten. Ik geef, denk ik, niet veel water. Ik hou het potje steeds rechtstreeks onder de kraan en laat het nadien uitlekken. De strengen zijn dor en dun, de bladeren vallen uit en verkleuren. De plant groeit amper, terwijl ik van iedereen hoor dat het zo’n makkelijk plantje is …” Ian: “Als het plantje echt dicht tegen het raam hangt, zou het licht geen probleem mogen zijn. Ze hebben wel echt heel erg weinig water nodig. Als je het plantje rechtstreeks onder de kraan houdt, geef je het te veel water, zelfs als je het nadien laat uitlekken. Dat plantje heeft zoals aardappeltjes kleine knollen onder de grond, die heel snel kunnen rotten bij een overvloed aan water. Als de bladeren zacht worden, hebben ze water nodig. Als je een nieuwe gezonde plant koopt, zijn die blaadjes redelijk hard als je erop duwt. Pas als ze zacht en dun worden, geef ik ze een klein beetje water en ik maak nooit de volledige grond vochtig. Na een dag zie ik die blaadjes terug voller worden, dan is dat weer goed voor een hele lange periode.”

Ann: “Mijn aloë vera lijkt het al 2 jaar goed te doen, maar onlangs stierf er langs de onderkant toch een blad af. Ben ik dan toch verkeerd bezig, maar reageert de plant er traag op?” Ian: “Dat betekent niet per se dat er iets mis is. Als de rest gezond is, en de plant goed groeit, is er niet altijd een probleem. Dat is nu eenmaal de circle of life van een plant. Dat is vaak ook een probleem: mensen zien een bruin blad aan hun plant en denken dat ze iets fout doen en dingen moeten veranderen, maar vaak is dat niet het geval. Dan schakelen mensen ineens op safety modus en gaan ze te veel water geven, of stoppen ze met water geven. Daardoor creëren ze problemen die er eigenlijk niet waren. Ik zou nu dus gewoon afwachten, en pas aanpassingen doen als er meerdere bladeren bruin worden of afvallen.” Sara Van den Broeck en Ann Dewalque Vizine

7


GEZONDHEID

Breek

de

regels waarom praten over menstruatie zo belangrijk is

Het is je eind vorig jaar misschien opgevallen op Facebook of in je Twitterfeed: allerlei vrouwen deelden plots verhalen over menstruatie. Dat was niet toevallig. Een jonge Britse studente, Amika George, heeft eind september 2019 de hashtag #FreePeriodStories gelanceerd, met de oproep aan meisjes en vrouwen om hun gênantste, grappigste, pijnlijkste of meest aandoenlijke menstruatie-ervaring te delen. Haar doel? Het stigma dat er nog steeds rond hangt te doorbreken. Een vloedgolf aan verhalen overspoelde daarop de sociale media. Vreemd dat zo’n initiatief anno 2020 nog nodig is, zou je denken. En toch: hoewel de helft van de wereldbevolking ongeveer 40 jaar lang maandelijks ongesteld is, rust er zowat overal nog een groot taboe op. Dat las je in de verhalen die massaal gedeeld werden: vrouwen smokkelen maandverband mee in de mouw van hun trui als ze naar het toilet gaan, of schamen zich blijkbaar dood als een tampon uit hun handtas valt. Ze wikkelen angstvallig een jas rond hun middel als ze een ‘lekje’ gespot hebben. Blijven thuis van het werk met ‘hoofdpijn’, omdat ze niet durven vertellen dat ze eigenlijk last hebben van verlammend pijnlijke buikkrampen. Stappen de supermarkt buiten met een fles fruitsap en koeken die ze niet nodig hebben, omdat alléén een doos tampons kopen echt too obvious is. Of wat dacht je van het bizarre taalgebruik dat we hanteren om aan te geven dat het ‘die tijd van de maand’ is? Een onderzoek van cyclus tracking app Clue uit 2016 bij vrouwen uit 190 landen, verzamelde niet minder dan 5000 eufemismen voor maandstonden! 8

januari  februari  maart

In het Nederlands kennen we ‘de rode vlag hangt uit’, ‘de Russen zijn in het land’ of ‘tante Roza is op bezoek’. Duitstaligen noemen het dan weer Erdbeerwoche of ‘aardbeiweek’, in het Engels heeft men het wel eens over shark week of ‘haaienweek’, en de Denen gebruiken det Røde Hav of ‘de Rode Zee’. Heel creatief allemaal, maar de vraag blijft toch waarom dit allemaal nodig is. Waarom gebruiken we, bijna overal ter wereld, codewoorden voor iets dat zo natuurlijk, veelvoorkomend en perfect normaal is? Onreinheid en menotoxines Het taboe op menstruatie en de bijhorende eufemismen zijn niet nieuw: we vinden ze al terug in sommige van de oudste teksten die we kennen. In de Bijbel staat bijvoorbeeld geschreven dat alles dat in contact komt met het lichaam van een vrouw in ‘menstruele onreinheid’, eveneens onrein wordt tot de avond daarna (Leviticus 15:19-24). De Koran raadt een man aan afstand te houden van zijn vrouw tijdens haar menstruatie (Koran 2:222) en ongestelde moslima’s mogen volgens sommigen het heilige boek niet aanraken. Bepaalde orthodox joodse stromingen verbieden vrouwen enig fysiek contact te hebben met anderen tijdens én een week na hun menstruatie. Ook de eerste Latijnse encyclopedie, de ‘Naturalis Historia’ uit 77 n.C., windt er geen doekjes om: aanraking door een ongestelde vrouw maakt wijn zuur, etenswaren rot en messen bot. Bij contact met menstruatiebloed valt het fruit van de bomen, sterven bijenkorven af en worden honden op slag dol. Dat klinkt misschien wel grappig, maar deze theorie zinderde nog erg lang na. In 1920 publiceerde de toen erg populaire


Amerikaanse arts Bela Schick een artikel waarin hij concludeerde dat vrouwen tijdens hun menstruatie giftige stoffen of ‘menotoxines’ afscheiden via de huid. Hij beweerde dat die ervoor zouden zorgen dat bloemen verwelken, brooddeeg niet rijst en mayonaise schift. Nog tot diep in de jaren ’60 geloofden we daarom ook hier in Europa dat een menstruerende vrouw weg moest blijven uit de keuken. Vrouwen elders ter wereld worden soms nog altijd geweerd uit het publieke, religieuze of spirituele leven als ze ongesteld zijn. Het geloof in het menotoxine-fabeltje mag dan (bijna) verdwenen zijn, de gevolgen van het taboe zijn tot vandaag nog steeds verstrekkend. Meisjes internaliseren het sociale stigma al op jonge leeftijd, en durven vaak uit schaamte niet de juiste vragen te stellen aan hun ouders, huisarts of gynaecoloog. Heel wat vrouwen hebben last van onregelmatige, pijnlijke of erg bloederige maandstonden, maar praten er niet (genoeg) over. Dat kan ervoor zorgen dat ernstige problemen laat of nooit gedetecteerd worden, zoals in meerdere van de #FreePeriodStories te lezen valt. Een vrouw beschrijft bijvoorbeeld dat ze decennialang extreme pijn ervaarde tijdens haar menstruatie, maar altijd te horen kreeg dat die pijn ‘normaal’ was. Ze werd uiteindelijk onvruchtbaar omdat ze pas veel te laat gediagnosticeerd werd met endometriose. De menstruele hygiëne-industrie Geen betere bron van informatie over de evolutie van het maatschappelijke taboe op menstruatie dan de beelden en boodschappen in reclame voor fem care producten. De eerste geprinte advertenties hiervoor verschenen in de jaren ’20 en de belofte van discretie stond toen al voorop. Lange tijd werd er trouwens met geen woord gerept over menstruatie in die reclame: je moest het, zeg maar, tussen de regels door lezen. Merken gingen er ook prat op dat hun producten in effen bruine dozen verpakt zaten, die niks zouden verraden over de inhoud. Tot vandaag gebruiken de meeste producenten van tampons en maandverband nog steeds dezelfde verbloemende termen als ‘onzichtbaar’ en ‘discreet’. Daarmee lijken ze te suggereren dat je ongesteldheid iets ongewoons, vies en schaamtelijk is, en absoluut geheim moet blijven. Het hoeft niet te verbazen dat in het puriteinse Amerika televisiereclame voor menstruatieproducten tot 1972 verboden was, en het duurde daarna nog tot 1985 (!) voor het Engelse woord period voor het eerst werd uitgesproken in een tv-spotje voor Tampax. Ook in onze moderne reclame is het nog altijd een no go om iets te tonen dat op echt menstruatiebloed lijkt. Want wat dacht je van het mysterieuze helderblauwe goedje dat in tv-spotjes uit een maatbeker op maandverband wordt gegoten, om het absorptievermogen ervan aan te tonen? (Even ter zijde: als jouw menstruatiebloed blauw is, raden we je aan zo snel mogelijk je arts te contacteren!) Eerlijk is eerlijk: comfortabel maandverband en tampons zijn voor veel vrouwen essentieel geweest voor een betere levenskwaliteit tijdens de menstruatie. Zo’n producten maken het ons mogelijk deel te blijven nemen aan het publieke leven, te gaan werken en aan sport te doen. Maar de menstruele hygiëne-industrie houdt via haar reclameboodschappen ook al heel lang het taboe mee in stand.

Gelukkig lijkt daar nu stilaan verandering in te komen: fem care merk Libresse toonde in 2017 voor het eerst écht menstruatiebloed in een tv-spot. De reacties waren uiteenlopend. Velen schoten in een kramp, maar de gedurfde, normdoorbrekende video heeft in elk geval eindelijk het gesprek geopend en een groter bewustzijn gecreëerd. Alle schaamte voorbij Het is 2020, exact een eeuw na het verschijnen van het schadelijke ‘menotoxine’-artikel. Hoog tijd dus om dit taboe voor eens en voor altijd te doorbreken. Moeten we nu gaan rondvertellen dat we ongesteld zijn tegen iedereen die het horen wil? Moeten onze maandstonden een publieke aangelegenheid worden, waar iedereen haar of zijn zegje over kan doen? Helemaal niet. Maar we hebben het wél gehad met het eeuwenoude discours waarin menstruatie(bloed) wordt afgeschilderd als iets vuil en abnormaal. We moeten het niet langer accepteren dat onze volstrekt menselijke, emotionele reacties weggezet worden met boutades als ‘het is die tijd van de maand, zeker’. En we moeten zeker niet aanvaarden dat we tegelijkertijd zélf niet openlijk kunnen praten over menstruatie en de daar bij horende sporadische ongemakken, wanneer we dat nodig hebben. We gaan er niet flauw over doen: je regels hebben is geen pretje. Het varieert van enigszins vervelend tot ronduit pijnlijk. Maar een regelmatige cyclus is meestal ook een teken van een gezond functionerend voortplantingssysteem. Menstruatie in al die complexiteit zou vlotjes en zonder gêne bespreekbaar moeten kunnen zijn, op een normale toon, onder vrouwen én mannen. Toegang tot correcte informatie begint bij bespreekbaarheid. Dus daag jezelf uit: noem de dingen bij hun juiste naam, en praat erover met je zorgverlener, je partner, je vriend(inn)en en je kinderen. Alle schaamte voorbij. Het zal ons allemaal ten goede komen. Tijd om het taboe rond menstruatie te doorbreken! Daarom starten wij een online blogreeks over het thema. We zijn op zoek naar openhartige bloggers die op onverbloemde manier willen schrijven over menstruatie. Een paar ideeën: • Test een alternatief uit voor wegwerp-maandverband en tampons: de menstruatiecup, -slip, -sponsje of wasbaar maandverband … • wist-je-datjes die mannen moeten horen over menstruatie; • jouw ervaring met een cyclus-tracking app; • wat je zelf had willen weten toen je voor het eerst menstrueerde. Interesse? Stuur een bericht naar lien.willaert@viva-svv.be waarin je jezelf voorstelt en vertelt waarover je graag wilt schrijven. Lees andere blogberichten op www.viva-svv.be.

Lien Willaert Vizine

9


TABOE

Help,

mijn kind

is een … Wat als je niet blij bent met het geslacht van je baby? Geslachtsteleurstelling of gender disappointment, komt wel vaker voor en zorgt voor schaamte en schuld­ gevoelens bij de ouders.

“Ach, als het maar gezond is” of “Wees blij dat je überhaupt kinderen kan krijgen” … Het zijn opmerkingen die ouders wel eens te horen krijgen als ze durven zeggen dat ze misschien liever een baby van het ander geslacht hadden gekregen. Op sociale media zijn de reacties vaak echt grof. Zulke mensen zouden geen kinderen mogen krijgen, stelletje idioten, egoïsten … Achter het scherm kennen mensen geen grenzen. Maar geslachtsteleurstelling is soms het gevolg van een (traumatische) gebeurtenis in het eigen leven. Vrouwen die misbruikt zijn, hebben vaak liever een jongen. De angst dat een dochter hetzelfde zou meemaken is te groot. Of vrouwen die een slechte of totaal geen band hebben met hun moeder willen net graag wél een dochter om het anders te doen, om goed te maken wat ze zelf niet hadden. Ook mannen hebben soms een voorkeur. Ludovic (52) wilde enkel dochters. Hij is zachtaardig en introvert en vond de jon-

10

januari  februari  maart

gens op school druk, hard en gemeen. Hij was dan ook heel blij dat zijn dochterwens in vervulling ging en geeft grif toe dat de teleurstelling immens was geweest, moest hij een zoon op de wereld gezet hebben. Pas toen hij pluspapa werd van jongens, heeft hij zijn beeld bijgesteld. Vaak is de teleurstelling snel voorbij en bijna over bij het verlaten van de dokterspraktijk, soms is het (mede-)oorzaak van een post­ natale depressie. Na de geboorte van een kind wint de liefde het meestal van het verdriet. Toch kan het verdriet voor het gemis van wat niet is perfect naast het geluk voor het nieuwe kindje dat wel is, bestaan. Dat de schaamte groot is, mocht ik zelf ondervinden. Het was niet gemakkelijk om mensen te vinden die openlijk wilden getuigen over dit onderwerp. Meer nog, ik voelde zelf schroom om mensen uit mijn eigen vriendenkring aan te spreken, zelfs degenen waarvan ik zeker wist dat ze teleurgesteld wa-


ongeboren kind. En zo niet, zou ik haar wel echt graag kunnen zien? De angsten waren zo groot dat ik niet meer kon praten en alleen maar huilde.” “Met behulp van een goede therapeut en de steun van mijn lieve partner, ben ik eruit geraakt. Ik durfde benoemen wat ik voelde en vond vertrouwen in mezelf als moeder. Natuurlijk zie ik mijn dochter graag, natuurlijk had ik graag een jongen gekregen maar die 2 gevoelens staan naast elkaar en dat is helemaal goed.” Geslacht zelf kiezen? Een kleine speurtocht op het internet maakt duidelijk dat veel mensen stiekem toch een voorkeur hebben. Slimme bedrijven spelen hier op in en proberen je portefeuille lichter te maken. Gekke diëten, kruidendrankjes of de manier waarop en wanneer je seks hebt zouden invloed hebben op het geslacht van je toekomstige baby. Denk eraan: wetenschappelijk onderzoek is niet hetzelfde als wetenschappelijk bewezen!

ren over het geslacht van hun kind. Uiteindelijk vond ik 2 vrouwen en een man die wilden getuigen maar enkel onder een schuilnaam. Het taboe blijft een taboe. Eva (35): “Toen de gynaecoloog me vertelde dat ik zwanger was van een jongen, moest ik echt op mijn lip bijten om niet te wenen. Ik had al een jongen, mijn partner wilde maar 2 kinderen, dus een dochter krijgen zat er niet meer in.” “Onderweg naar huis liep ik een vriendin tegen het lijf die vroeg hoe het met me ging. Ik ben onmiddellijk hartverscheurend beginnen wenen en heb met horten en stoten verteld dat ik wéér een jongen kreeg en ik zo graag een meisje wilde.” “Zij heeft heel goed gereageerd op mijn verhaal en veroordeelde me niet. We zijn intussen 4 jaar later, maar telkens ik haar zie, schaam ik me nog. Misschien denkt ze wel dat ik mijn zoon niet graag zie …”

Laure (42): “Ik wilde echt geen dochters. Echt niet. Ik heb een typisch mannelijk beroep en ik lever nog elke dag een strijd om stand te houden in een hoofdzakelijk mannelijke omgeving.” “Al van jongs af aan vond ik dat jongens boeiendere dingen deden en het gemakkelijker hadden. In de jeugdbeweging deden zij coole avonturentochten terwijl wij dansjes mochten doen. Jongens mochten vuil worden, wij moesten vooral mooi zijn. Jongens mochten later uitgaan, reden op brommers en waren onafhankelijk, wij moesten vooral voorzichtig zijn.” “Voor mijn kind wilde ik een onafhankelijk leven vol boeiende avonturen. Natuurlijk kreeg uitgerekend ik een dochter. De teleurstelling was erg groot maar ik durfde tegen niemand te vertellen wat ik voelde. Na de bevalling kreeg ik een postnatale depressie. Ik was zo bang dat ik mijn teleurstelling had overgedragen op mijn

Echt kiezen kan alleen met een IVFbehandeling met embryoscreening. In België is deze techniek alleen toegestaan bij een ernstige geslachtsgebonden genetische aandoening. Zonder genetische indicatie geldt dit verbod in de meeste Europese landen. In de Verenigde Staten of dichter bij huis in Cyprus, is IVF met embryo­ screening zonder medische noodzaak wel toegestaan. Er reizen ieder jaar dan ook best wat Europeanen de wereld rond om hun gezinsdroom te realiseren. Een voorwaarde: een goedgevulde portefeuille. In Japan ontwikkelden onderzoekers een methode waarbij vóór de bevruchting het geslacht wordt bepaald. Vrouwelijke eicellen bevatten enkel een X-chromosoom, het sperma van een man bestaat zowel uit X- als Y-chromosomen. Een zaadcel met een X-chromosoom leidt tot de geboorte van een meisje, een Y-chromosoom tot een jongetje. Door de zaadcellen van elkaar te scheiden, geven deze onderzoekers een garantie van 90% op een jongen en 80% op een meisje. Let wel, deze testen gebeurden tot nog toe enkel op muizen en runderen. Karla Celis Vizine

11


INTERVIEW

© Fred Debrock

Arzoo

Bahramand

“Ik heb altijd al het gevoel gehad dat ik, als vrouw, andere vrouwen moest helpen. Veel vrouwen in Afghanistan hebben geen toegang tot juiste informatie over hun eigen gezondheid. Dat gaat in tegen mijn rechtvaardigheidsgevoel. Omdat ik wél de kans heb gekregen om te studeren, vind ik het ook een stuk mijn verantwoordelijkheid om iets te doen aan de situatie van die vrouwen.” Aan het woord is dr. Arzoo Bahramand. We ontmoeten haar in het UZ Gent, waar ze sinds 2017 aan de slag is als fertiliteitsarts op de afdeling Reproductieve Geneeskunde. Arzoo heeft een weg afgelegd die getuigt van een enorme veerkracht. De rode draad doorheen het verhaal is haar missie om vrouwen te informeren over reproductieve rechten en gezondheid. Arzoo had in Afghanistan een rijk gevuld leven voor ze in 2010 naar België vluchtte: ze was er bijna afgestudeerd als gynaecologe, woonde in een mooi 12

januari  februari  maart

huis met haar 4 kinderen en haar man, Homayan, ook arts. Ze werkte op de afdeling verloskunde in het Public Health Hospital in Jalalabad, in het oosten van het land. Daar kwam ze in contact met de grote gezondheidsuitdagingen waar vrouwen voor staan. “Uit een UNICEF-rapport bleek dat Afghanistan op vlak van moeder- en kindersterfte helemaal onderaan de lijst bungelde. Het Ministerie van Gezondheid heeft toen 3 grote acties gelanceerd. Ten eerste: bevallingen moesten begeleid worden door getrainde professionals. Ten tweede: er moest mogelijkheid zijn tot prenatale consultaties in gemakkelijk bereikbare en toegankelijke gezondheidscentra. En tot slot: promotie van het gebruik van anticonceptie om de tijd tussen 2 opeenvolgende zwangerschappen, het zogenaamde child interval, te rekken.”


“In het ziekenhuis waar ik werkte, werd in 2006 een lokale afdeling van de ngo Afghan Family Guidance Association (AFGA) opgestart, om vrouwen te informeren over anticonceptie. De meeste vrouwen daar zijn niet geschoold, hebben nog nooit van de pil of het condoom gehoord, en krijgen het ene kind na het andere. Ik heb heel veel patiënten gezien die nog een baby hadden, een kindje van anderhalf jaar, en meteen weer zwanger waren. Dat is uiteraard erg nefast voor hun gezondheid en de gezondheid van de kinderen.”

“In Afghanistan zijn een aantal mensen van mening dat anticonceptie ‘tegen de islam’ is. Sommigen dachten dat ik wou voor­ komen dat vrouwen nog kinderen krijgen. Terwijl ik net altijd met mijn patiënten besprak dat ze samen met hun partner mochten kiezen hoeveel kinderen ze wilden, maar dat een goede planning wel belangrijk was. Na een zwangerschap en borstvoeding heeft je lichaam tijd nodig om te herstellen. Volgens mij is dat helemaal niet tegen de islam, het is simpelweg de juiste informatie. Ook in de Koran vind je daar trouwens bewijs voor.”

In de voormiddag deed Arzoo consultaties voor AFGA, in de namiddag werkte ze op het verloskwartier, en ’s avonds kluste ze nog bij in de privépraktijk van haar tante, een professor in de gynaecologie. De patiënten die in het ziekenhuis op consultatie kwamen, konden soms ook geholpen worden via de werking van de ngo.

Ongeveer 4 jaar na haar start bij AFGA, begon Arzoo verontrustende dreigtelefoons te krijgen. Die maakten eerst niet veel indruk, tot ze op zekere dag op het nippertje aan de dood ontsnapte bij een aanslag. Ze kreeg later over de telefoon te horen dat ze er de volgende keer niet zo gemakkelijk vanaf zou komen. Toen bleek dat de politie hen niet wilde beschermen, namen Arzoo en haar man het moeilijke besluit om samen met hun 4 kinderen – de jongste pas 5 maanden oud – Afghanistan te ontvluchten.

“Via AFGA hadden we naast anticonceptie ook andere medicijnen ter beschikking, zoals pijnstillers, antibiotica en vitaminepillen. Dus als een patiënt bijvoorbeeld een urineweginfectie had, konden we dat gratis behandelen, en ondertussen ook anticonceptie aanbieden. Het was iets extra voor die vrouwen die ook met andere problematieken bij ons kwamen. Daardoor kreeg ik ook een goede band met mijn patiënten. Meer vrouwen uit de regio begonnen ons op te zoeken. Ze vertelden ook steeds vaker over hun gezinssituatie en problemen thuis.” Baas over eigen lichaam De situatie voor vrouwen op het platteland was ronduit schrijnend. Arzoo moest er vaak tegen de heersende culturele regels en wetten opboksen, om patiënten te mogen helpen. Oudere vrouwen zijn vreemd genoeg vaak zelf de hoeders van die strenge normen. Arzoo haalt het voorbeeld aan van een patiënte die een levensreddende keizersnede nodig had, waarvoor ze toestemming van de echtgenoot of de schoonfamilie moest vragen. Dat is de wet in Afghanistan. “Ik moest haar dringend opereren; zij en haar baby zouden het anders niet halen. Maar sommige mensen zijn van mening dat een keizersnede een soort van schande is, en dat die vrouw later nooit meer hard zou kunnen werken. Daarom wilde haar schoonmoeder het niet toelaten.” Gelukkig liep het in dit geval toch goed af. “We hadden de handtekening van de man nodig voor de operatie, maar mannen en vrouwen moeten in aparte ruimtes verblijven. Dus ik deed een grote hoofddoek om en vroeg tegen de regels in aan de bewaker of ik met de man mocht gaan praten – het belang van de patiënt is op zo’n moment het enige dat telt voor mij. Van het ogenblik dat ik op die man begon in te praten, zei hij dat hij niet wist dat de levens van zijn vrouw en kind in gevaar waren. Hij heeft meteen het document ondertekend. Uiteindelijk gaat het gewoon over correcte informatie.” Arzoo’s inzet om vrouwen te helpen, de normen te doorbreken en de genderongelijkheid aan te klagen, werd niet door iedereen geapprecieerd. Vooral het informeren over anticonceptie via de ngo viel niet overal in goede aarde.

“Elke vrouw heeft recht op correcte gezondheidsinformatie” Een nieuwe start Arzoo en haar gezin vonden elkaar na een lange, loodzware reis – ze raakten elkaar kwijt onderweg – in 2011 terug in Gent. Daar begon voor hen een nieuw beproeving: ze moesten hun weg vinden in een onbekende stad, een vreemd land, met een onbegrijpelijke taal en een andere cultuur. De artsendiploma’s van Arzoo en haar man werden bovendien niet erkend. Toch bleven ze niet bij de pakken zitten. Arzoo besloot, met volle ondersteuning van haar man, haar droom na te jagen. Homayan werkte in een nachtwinkel om de familie te onderhouden, terwijl Arzoo vroedkunde begon te studeren. Geen sinecure: terug gaan studeren, in het Nederlands. Ze dacht soms aan opgeven, maar Arzoo zette door met de steun van haar gezin, en binnen de 3 jaar haalde ze haar diploma. De Stad Gent verkoos haar tot Student van het Jaar, en Arzoo werd het gezicht van de Refugee Walk, een campagne van Vluchtelingenwerk Vlaanderen. In het najaar van 2016 waagde ze opnieuw haar kans op diplomagelijkschakeling. Deze keer met succes. Niet veel later, in maart 2017, ging Arzoo aan de slag als IVF-arts in de Vrouwenkliniek in Gent. “Het was altijd mijn droom om als gynaecoloog te werken. Ondanks de omstandigheden in Afghanistan, de schrijnende armoede en de slechte gezondheidstoestand van vrouwen, blijft de geboorte van een kind een heel bijzondere en positieve gebeurtenis. Jammer genoeg kan ik nu niet verder die weg op. Maar ik ben wel ontzettend blij om te kunnen werken als een fertiliteits­ arts. De beleving als arts is helemaal anders, maar het is ook een enorm interessante wereld.”

Vizine

13


“Ik ben heel blij dat het onderwijs hier verplicht is, voor jongens én meisjes.”

“Het grootste verschil met vroeger is de relatie tussen arts en patiënt. Mijn patiënten hier zijn geschoolde mensen, met goede toegang tot informatie. Ze durven vragen te stellen over hun medicatie, over de verschillende opties. Het is fijn om met zo’n goed geïnformeerde doelgroep te werken, dat vind ik enorm uit­dagend. Soms moet ik zeggen dat ik iets moet opzoeken om hun vragen correct te kunnen beantwoorden, of dat ik het met een collega zal bespreken. Eerlijkheid vind ik een heel belangrijke eigenschap als arts.” “We lichten onze patiënten stap voor stap en in detail in over hun traject. We proberen alles zo goed mogelijk uit te leggen: hoe gebeurt IVF en ICSI? Wat is de kwaliteit van een embryo? Hoe werkt een terugplaatsing? We spenderen er veel tijd aan. En ik vind nog altijd, zoals vroeger in Afghanistan, dat het mijn patiënten hun volste recht is om correcte en volledige informatie krijgen.” Eens activist, altijd activist Voor de vrouwen in de Afghaanse gemeenschap in Gent is Arzoo een vertrouwenspersoon en rolmodel. Ze wijst hen, net zoals vroeger in haar moederland, op hun reproductieve rechten en informeert hen over anticonceptie. Ook hier is dat met de nodige drempels. “We komen uit dezelfde cultuur dus ik begrijp hun situatie: ze durven hun eigen mening niet te geven. Dat is hoe ze opgevoed zijn. En de mannen staan onder druk van de familie, van de gemeenschap. Ik focus daarom vooral op het belang van de opvoeding en de scholing van hun kinderen. Ik ben heel blij dat het onderwijs hier verplicht is, voor jongens én meisjes. Misschien zal de situatie voor die kinderen later helemaal anders zijn.” 14

januari  februari  maart

Nog elke dag bijleren Voor zichzelf legt Arzoo de lat nog steeds erg hoog. Alle vrije tijd gaat naar haar gezin en naar studeren. Op de fertiliteitsafdeling van het UZ komen immers bijna uitsluitende complexe problematieken voor. “In de laatste 9 jaar heb ik mijzelf echt weggecijferd. Ik begrijp dat dat niet goed is, maar ik wil zo snel mogelijk alles over mijn vakgebied leren. Ik werk heel hard, en toch heb ik nog steeds het gevoel dat ik altijd een stukje achterblijf. Vlot communiceren, bijvoorbeeld een telefonisch gesprek voeren waarin ik slecht nieuws moet brengen, blijft altijd moeilijk. En ik mag nog zoveel positieve reacties krijgen van patiënten, als er iemand een negatieve opmerking maakt, is het die die het blijft hangen. Ik moet echt leren aanvaarden dat het onmogelijk is iedereen tevreden te stellen.” Als we Arzoo tot slot vragen naar wie zij opkijkt, en wie voor haar inspirerende vrouwen zijn, moet ze geen seconde nadenken. “Mijn moeder en mijn tante in Afghanistan. En hier: professor Petra De Sutter. Ik vind het een ongelooflijk privilege om met haar te mogen samenwerken. Mijn collega’s en ik leren nog elke dag bij. Ze is een enorm intelligente, maar vooral ook een vriendelijke en heel geëngageerde vrouw.” “Toen het in een gesprek onder collega’s over de verkiezingen ging, zei ik dat ik politiek haat. Professor De Sutter vroeg waarom en ik legde uit dat in Afghanistan politiek gelijk stond met corruptie en problemen. Maar als ik zie dat hier in België mensen als professor De Sutter in de politiek stappen, geeft mij dat echt hoop voor de toekomst.” Lien Willaert


GETIPT

Nuttige apps

Om het nieuwe jaar goed te starten, zetten wij enkele handige apps op een rij. Misschien maken ze het nieuwe jaar af en toe net dat tikkeltje gemakkelijker.

TOO GOOD TO GO

Een app gebruiken en terwijl de wereld verbeteren. Met ‘Too good to go’ kan het! Deze app is ontworpen om voedselverspilling tegen te gaan. Voor een kleine prijs (vaak tot 70% korting) koop je op het einde van de dag restjes in supermarkten of restaurants. Wat je meekrijgt, is telkens een verrassing. Dat maakt de app niet voor iedereen even geschikt. Maar als je ervoor open staat, is het een leuke manier om nieuwe dingen uit te proberen. Daarnaast probeert ‘Too good to go’ ook de afvalberg te beperken. Ga je een maaltijd ophalen, dan neem je je eigen potje of zakje mee. Een nadeel is dat het ophalen gebeurt rond sluitingstijd. Bij restaurants is dit al snel 21 à 22 uur. Dit kan je oplossen door een bestelling te plaatsen bij bijvoorbeeld bakkers of supermarkten of bij hotels die overschotjes van het ontbijt online zetten. In steden is er vaak een ruim aanbod. Bakker, kaas- of viswinkel, sushirestaurant, broodjesbar, IKEA … Onlangs kwam ik zelfs een bloemenwinkel tegen. Daar krijg je uiteraard geen eten mee naar huis, maar ook bij hen belanden de onverkochte bloemen in de vuilnisbak. Zonde natuurlijk. Voor sommige regio’s vind je op Facebook ‘Too good to go’-groepen. Daar kan je vragen stellen of je ervaring delen. En door de foto’s krijg je alvast een sneak peak van wat er zoal wordt meegegeven op bepaalde locaties.

CLUE

Om met de deur in huis te vallen: we zijn fan van Clue! Deze cyclus-tracking app, met meer dan 12 miljoen gebruikers wereldwijd, helpt je patronen te herkennen in je menstruele cyclus. Omdat het algoritme van de app bijleert van de data die je toevoegt, wordt Clue elke maand accurater in het voorspellen van bijvoorbeeld de start en duur van je menstruatie, je vruchtbare periode en wanneer je eventueel PMS-symptomen kunt verwachten. Je kunt heel gemakkelijk verschillende tracking-opties in- of uitschakelen, en krijgt na een paar maanden al inzicht in hoe allerlei gezondheidssymptomen mogelijks aan je cyclus gelinkt zijn. Clue gaat er prat op dat hun werking gestoeld is op wetenschap, en biedt ook nog eens een enorme online ‘encyclopedie’ aan van blogartikels over reproductieve gezondheid. De app gebruikt inclusief beeld- en taalgebruik en noemt zich ‘anti-fluff ’: een hippe, gebruiksvriendelijke interface en een mooi design zonder roze, bloempjes of vlindertjes. Niet onbelangrijk: je data worden door Clue niét gedeeld voor commerciële doeleinden; enkel voor wetenschappelijk onderzoek naar de gezondheid van vrouwen aan 3 universiteiten (Oxford, Stanford en Columbia University). Dat kunnen we alleen maar aanmoedigen. Een absolute aanrader!

Vizine

15


TABOE

16

januari  februari  maart


Spannend in de

slaapkamer

BDSM. Vier letters voor een hele mond vol: bondage en discipline, dominantie en submissie, sadisme en masochisme. Bijna de helft van de Belgen probeerde het minstens één keer uit. Zo’n 12 procent kruipt regelmatig in de rol van meester of slaaf en voor bijna 8 procent is het een deel van hun identiteit’, vertelt psycholoogseksuoloog Jantien Seeuws die haar masterproef schreef over het onderwerp. “Mensen hebben vaak een heel verkeerd beeld van wat BDSM is. Ze zien het als iets marginaals en pervers en zien al makkelijk scenario’s voor zich in donkere kelders met latex broeken en zweepjes. Terwijl het veel meer is dan dat. Het is een vorm van seksu-aliteit die heel intens kan zijn. Die pijnprikkels zijn niet voor iedereen weggelegd, maar als je het wel fijn vindt en je doet het op een veilige manier, met wederzijdse instemming, dan kan dat voor zo’n koppel erg verbindend zijn. In de media gaat het vooral ook vaak over het fysieke, terwijl het mentale aspect en de overgave aan iemand die je volledig vertrouwt vaak ook minstens even belangrijk is voor hen.” “Voor mijn studies wist ik er zelf weinig over. En om eerlijk te zijn werd er in de opleidingen psychologie en seksuologie ook weinig over gedoceerd. Het is pas toen ik voor het studentenmagazine van de UGent een artikel schreef over Kajira (studentenvereniging voor studenten met een voorkeur voor BDSM, n.v.d.r.), dat ik er me meer ging in verdiepen.” Veel onwetendheid “Ik heb toen beslist om voor mijn masterproef onderzoek te doen naar BDSM in Vlaan-deren. Ik sprak met meer dan 100 liefhebbers van BDSM. Daaruit bleek dat het voor de meesten een stuk van hun geaardheid is. Het bepaalt mee met wie ze relaties aangaan en hoe ze die vormgeven. Het bleek nog altijd een groot taboe te zijn. BDSM-liefhebbers met een sociale job of in een hooggeplaatste functie durven er nauwelijks voor uitko-men. Ook zorgverleners weten er vaak te weinig over en al helemaal niet hoe ze ermee moeten omgaan als een patiënt of cliënt daarover spreekt. In mijn laatste onderzoek voor mijn studie seksuologie peilde ik bij hen naar hun kennis en attitudes ten opzichte van BDSM-aspecten. Daarna kregen ze een vorming over BDSM en achteraf moesten ze dezelfde vragenlijst opnieuw invullen. Daaruit bleek dat zorgverleners die rond de 30% scoorden op de kennisvragen ineens scores behaalden van 70-80%.” Vizine

17


“De manier waaop het er in Fifty Shades aan toegaat, is niet altijd ideaal omdat het een heel clichématig beeld geeft van BDSM.”

“Dat wijst erop dat educatie zeer belangrijk is. Ik krijg vaak vragen van hulpverleners die vastzitten of die niet goed weten wat te doen met een bepaalde hulpvraag van een cliënt of patiënt. Aan de hand van een aantal vragen kunnen zij een soort checklist overlopen om te kijken of er wel sprake is van een veilige, verantwoorde en vrijwillige BDSM-beleving. Zo krijgen ze meteen een goed zicht op wat BDSM betekent voor de cliënt of patiënt en wordt dit thema meer bespreekbaar binnen de consultatieruimte. “Ik denk dat je het thema ook bij een groter publiek onder de aandacht kan brengen door meer lezingen, vormingen of bijvoorbeeld wetenschapsfestivals te organiseren. Die hoeven niet per se over BDSM alleen te gaan, maar over verschijningsvormen van liefde en seksualiteit in het algemeen.” Niet enkel zakenmannen in kostuum “In 2017 werd er een prevalentiestudie gedaan naar BDSM in België. Daaruit bleek dat ongeveer de helft al eens een keer iets van BDSM gedaan had, 12,5% het op regelmatige basis beleeft en 7,6% het zelfs voelt als een deel van hun identiteit. Toch zullen slechts weinigen hier openlijk over spreken. Misschien hoeft dit ook niet, uiteindelijk behoort seksualiteit tot de privésfeer, maar één specifieke groep liefhebbers blijft dan wel enkele clichés en de beperkte beeldvorming rond BDSM in stand houden. ” “Liefhebbers van BDSM komen nochtans uit alle lagen van de bevolking. Er is dus niet één type liefhebber en het heeft niet te maken met hoe assertief of introvert je in het dagelijkse leven bent. Het cliché van de zakenman of -vrouw die in de slaapkamer de touwtjes uit handen geeft, kan evengoed omgekeerd. Wat wel opvalt in onderzoeken is dat vrouwen net iets vaker de onderdanige positie zouden innemen en kiezen voor een dominante partner.” “Ideaal is natuurlijk dat het zich afspeelt tussen koppels met een liefdesband. Maar als je single bent en niet meteen iemand vindt 18

januari  februari  maart

met complementaire gevoelens, dan kan je ook kiezen voor een spelrelatie. Dat is dan een beetje zoals friends with benefits, waarbij je dan een goeie band hebt met iemand die er ook van houdt en samen wensen en grenzen verkent.” Vanilleseks “Koppels met een BDSM-voorkeur praten vooraf vaak veel beter met elkaar dan koppels die houden van vanilleseks (gewone seks, n.v.d.r.). Je begint niet zomaar aan BDSM, maar je geeft voor, tijdens en na op afgesproken manieren duidelijke grenzen aan. De belangrijkste regels zijn veiligheid, verantwoordelijkheid en vrijwilligheid. Deze laatste voorwaarde is zeer belangrijk, want zonder die instemming zit je in een context van geweld of misbruik. En dat heeft niets meer met BDSM te maken. Voor iemand die niets met BDSM heeft kan vanille de beste smaak zijn die er is, en dat is ok. Het woord heeft geen waarde-oordeel. Maar ook omgekeerd hoeft er geen waarde-oordeel te zijn voor wie graag andere smaken verkent.” Fifty Shades of Grey “Op een aantal vlakken is de Fifty Shades-hype een paar jaar geleden wel goed geweest. In die zin dat het veel mensen, vooral vrouwen dan, heeft gewezen op het feit dat er nog iets anders kan, dat je mag fantaseren en het recht hebt om te experimenteren, ook na 20 jaar huwelijk.” “Maar de manier waarop het er in Fifty Shades aan toegaat, is niet altijd ideaal omdat het een heel clichématig beeld geeft van BDSM. Het lijkt af en toe zelfs op stalking en misbruik. De gelijkenis met wat BDSM echt is, is soms te ver zoek. Er is ook te weinig duiding. Al kunnen de boeken en films mensen dus wel doen stilstaan bij hun intimiteit en seksualiteit, en dat is op zich wél waardevol. Bewustwording van wat BDSM écht kan betekenen voor iemand is belangrijk opdat we afraken van het idee dat het enkel iets voor freaks is.”


mensen had jarenlang roofdieren gehad en gebruikte die kooien nu voor commerciële BDSM. Dit fascineerde mij enorm, waardoor ik op internet verder ging opzoeken. Een paar jaar later toen ik verder het net afschuimde, las ik over Kajira. Na het middelbaar trok ik naar Gent op kot en controleerde ik of Kajira nog bestond.” Wat is Kajira juist en sinds wanneer ben je lid? Lore: “Ik ben lid sinds 2018. Na een jaar als lid, zit ik nu in het presidium als vice-preses. Kajira heeft een hele positieve invloed op mijn leven. Ik leerde veel en kreeg er een hechte vriendengroep bij.” “Met de studentenvereniging hebben we eigenlijk 2 ‘grote doelen’. We willen gelijkgezinden een veilige plek bieden en informatie verschaffen aan de hand van praatavonden en workshops. Zo organiseren we 1 à 2 bondageworkshops per jaar. Hier leren we basisknopen en nog belangrijker, alles over veiligheid. We doen ook ‘normale’ activiteiten zoals bowlen, spelletjesavonden een cantus. We zijn geen seksclub en ook geen datingclub, we zijn gewoon een bende studenten met een kinky kantje.”

Wij spraken met 3 studenten van de Gentse studentenver­eniging Kajira over wat hun BDSM-voorkeur voor hen betekent. Van waar je interesse in BDSM? Wiesje: “Een aantal jaren geleden introduceerde mijn ex-lief een aantal kinky handelingen in de slaapkamer. Ik had er nooit eerder aan gedacht om zo’n dingen uit te proberen, maar was onmiddellijk verkocht.” “Het is iets dat, zoals bij velen, is gegroeid. De interesse en de vonk was er snel, maar ik ging niet meteen over tot de zwaardere en extremere handelingen. Mijn interesse wordt constant breder, naarmate ik meer ervaring opdoe.” D.E.: “Ik ben altijd wel geïnteresseerd geweest in wat ruwere seks. Door het kijken naar porno leerde ik BDSM kennen. Al durfde ik er in het begin niet echt over praten. Ik had noch de leeftijd noch de personen rond mij om hiermee te experimenteren. Het is pas door het verschijnen van de ’50 Shades of Grey’-boeken dat ik me normaler ging voelen. Via fetlife (wat een beetje de kinky Facebook is) heb ik heel wat mensen leren kennen en zo steeds dieper in de verlangens terecht gekomen om te beseffen dat BDSM echt wel iets is dat ik wil. Een jaar geleden had ik voor het eerst een BDSM-date. Ik had toen nooit kunnen denken dat ik nu in een 24 op 7 relatie zou zitten, wat wil zeggen dat ik constant onderhevig ben aan mijn partner.” Lore: “Als ik terugdenk aan mijn kindertijd, dan besef ik dat het altijd al aanwezig is geweest. Zo kreeg ik bijvoorbeeld vaak een aangenaam gevoel wanneer we spelletjes als ‘politie vangt boeven’ speelden en ik werd gevangen. Toen ik 11/12 jaar was, kwam ik tijdens het zappen uit op een reportage van Jambers. Hij bezocht mensen die hij jaren geleden had geïnterviewd. Een van die

Wiesje: “Ik kwam Kajira eigenlijk heel toevallig tegen online. Aangezien mijn ex in mindere mate geïnteresseerd was in BDSM dan ik, vond ik het geen slecht idee om met andere gelijkgestemden te praten en zo mijn horizon te verbreden. Het is voor mij enorm fijn om informatie en ervaringen te kunnen delen. Zo voel ik me minder alleen of ‘raar’. Ik ontmoet er nieuwe mensen en ontdek nieuwe dingen. Het is een veilige omgeving waar je volledig jezelf kunt zijn.” D.E.: “Ik ben pas lid sinds begin dit jaar. Ik vond het moeilijk om ermee naar buiten te komen, maar ben nu wel heel blij omdat ik daar echt mezelf kan zijn. Iedereen is open minded dus je kan er spreken over alles wat je denkt. Ik heb ook mijn dominant daar leren kennen en ben dus heel blij dat ik die stap heb durven zetten.” Wat vind je fijn aan BDSM? Wiesje: “Dat is niet zo’n makkelijke vraag om op te antwoorden. Waarom vinden we knuffels, zoenen, dansen ... fijn? Het geeft me een goed gevoel, het maakt me geil en doet mij verlangen. En het kan misschien soms heel gewelddadig lijken, maar BDSM is eigenlijk heel intiem. En die intimiteit is enorm fijn. Het is een uitlaatklep en een bron van intimiteit en liefde. Ik denk niet dat ik nog zonder zou kunnen.” D.E.: “Het is een soort van vluchtroute op sommige dagen, andere mensen nemen een goed bad maar ik vind een paar goede slagen even ontspannend. Ik vind het vooral prettig omdat ik mijn Dominant ook 100% vertrouw in wat hij doet. Dat komt natuurlijk niet zomaar na 1 keer samen spelen, maar dat groeit door een goede communicatie en respect voor elkaar. Wanneer ik samen ben met mijn Dominant dan kan ik even al mijn zorgen kwijt, even leven in het moment en enkel denken aan wat hij precies van me verlangt.”

Vizine

19


Lore: “Voor mij gaat het om de controle mogen loslaten op een gecontroleerde manier en tegelijk een intiem moment beleven met mijn partner. Dat is voor mezelf heel bevrijdend. Ik stel me heel kwetsbaar op en moet veel vertrouwen hebben in mijn partner. We ervaren dit als iets heel intiems. Intimiteit is veel meer dan enkel en alleen seks.” Weet je omgeving het? Wiesje: “De meeste van mijn vrienden weten het en zijn er helemaal ok mee. Voor mijn familie verberg ik het wel.” D.E.: “Ik ben nog niet zo lang open over mijn ervaringen maar door Kajira is dit sterk vooruit gegaan, daarom dat ik nu ook in het bestuur ben gestapt, het heeft voor mij zoveel betekend dat ik ervoor wil zorgen dat andere hetzelfde kunnen ervaren.” “Ik zal niet vaak aan andere mensen vertellen dat ik aan BDSM doe maar in open kringen bijvoorbeeld in een spelletje never have I ever kan ik het niet laten om toch maar eerlijk te antwoorden.” Lore: “Bijna al mijn vrienden weten het, en mijn ouders weten het ook. De reacties waren positiever dan ik had verwacht. Je moet natuurlijk weten in welke setting je je out, maar over het algemeen verberg ik het niet. Wanneer ik het vertel, brengt het zelfs soms interessante gesprekken op gang.” Wat betekent het voor jou? Wiesje: “Voor mij is het enorm belangrijk. Het is een uitlaatklep en een bron van intimiteit en liefde. Ik denk niet dat ik nog zonder zou kunnen.” D.E.: “Het is een groot deel van mijn leven, ik ben altijd onderdanig aan mijn partner. Toch blijft het een wederzijdse beïnvloeding. Wat sommige mensen niet altijd zien is dat er wel zeker nog rekening met me wordt gehouden. Kan ik die dag iets niet zo goed aan, bijvoorbeeld te harde pijn dan hoef ik dit maar gewoon aan te geven of heeft mijn Dominant het al lang gezien. Dit was in vorige relaties niet altijd het geval.” 20 januari  februari  maart

Wat is het grootste vooroordeel over BDSM volgens jou? Wiesje: “Het wordt vaak als misbruik gezien, en dat is echt hele­ maal fout. De belangrijkste regel binnen de community is consent. Er wordt altijd op voorhand besproken wat wel en niet mag en waar de grenzen liggen. Ik voel me altijd enorm veilig wanneer ik aan BDSM doe, en dat is iets die veel mensen niet beseffen.” D.E.: “Een van het grootste vooroordelen is dat mensen die aan BDSM doen raar zijn, Onze voorliefde voor BDSM verandert niets aan wie we zijn.” Lore: “Er bestaan veel vooroordelen. Eéntje waarvan mijn tenen gaan krullen is dat mensen die BDSM beoefenen een slechte jeugd hebben gehad of labiel zijn. Ik heb een fantastische jeugd gehad en ben over het algemeen heel tevreden over mijn leven. Toevallig heb ik ook een interesse in BDSM. Zo ken ik nog wel meerdere mensen.” Tot slot: wat vond je van de Fifty Shades of Grey-trilogie? Wiesje: “Ik heb ze niet gelezen omdat ik vanuit de community veel negatieve reviews heb gehoord. De boeken liggen blijkbaar veel dichter bij misbruik dan bij BDSM.” D.E.: “Ik vind de films op zich wel goed om het thema bespreekbaar en sociaal aanvaard te maken. Maar ik heb het er moeilijk mee dat de regels niet goed in beeld werden gebracht.” Lore: “Niet veel kinksters zullen de boekenreeks als hun favoriet benoemen. Er kloppen veel dingen namelijk niet in. Was Christian Grey niet zo rijk en sexy was de film zeker geflopt.” Sarah Brancart


VRIJWILLIGERS

Christel doet al jaren vrijwilligerswerk. Wij spraken met haar in het kader van de Week van de Vrijwilliger. Waarom ben je gestart met vrijwilligerswerk en wat doe je ? “Ik heb het van thuis uit meegekregen. Mijn moeder startte in 1969 met vrijwilligerswerk toen we in Kontich zijn komen wonen. Toen ik 14 jaar oud was, startte ik als hulpmonitor bij de Rode Valken. Vanaf 18 jaar oud, ging ik als vrijwilliger aan de slag bij VIVA-SVV en werd bestuurslid bij sp.a Kontich.” “Bij VIVA–SVV ben ik secretaris, maak het afdelingsblaadje en zorg ik voor de Facebookberichten. Daarnaast begeleid ik ook activiteiten voor de hobbygroep, zit ik in de raad van bestuur voor de Provincie Antwerpen en ga ik mee op het provinciale crea-weekend als lesgever.” Wat is het mooiste dat je al als vrijwilliger hebt meegemaakt? “Het hele gebeuren rond de ‘Warmste Week’ was erg fijn. Zo heb ik een wandel-fotozoektocht georganiseerd. De deelnemers moesten op een uitgestippelde route foto’s herkennen. Per foto kregen de wandelaars bovendien ook een vraag. Hierbij waren 20 vragen gericht op kinderen en 30 vragen voor volwassenen. De tocht zelf was opgedeeld in 2 lussen van ongeveer 3 kilometer zodat ouderen en/of kinderen de tocht eventueel met een tussenpauze konden lopen. Ze kregen hiervoor 2 maanden de tijd. De tocht zorgde voor een mooie opbrengst, we mochten meer dan 950 euro in ontvangst nemen. Dat gaf veel vol­ doening.” “Dat mensen een mooie ervaring hebben, is voor mij ontzettend waardevol. Bovendien kreeg ik van enkele echte ‘locals’ te horen dat ze erg veel hadden bijgeleerd over hun geboortedorp. Een succes dus!” “De crea-groep voelt als een echte vrienden­groep. Hier leren we elk weekend een nieuwe creatieve techniek aan zoals bijvoorbeeld leren werken met Powertex, klei, vilt, mozaïek enzovoort. Ook het maken van kleine tasjes met een vlechttechniek en het maken van juwelen komt aan bod. Naast het feit dat het leren van nieuwe technieken erg fijn is, vooral werken met Powertex, voelt de crea-groep echt als een vriendengroep. Iedereen is heel enthousiast. Dat is steeds erg leuk en ik ben er erg dankbaar voor.” Welke plaats heeft vrijwilligerswerk in jouw leven? “Vrijwilligerswerk is voor mij een manier van thuiskomen. Ik ben alleenstaand en ik heb geen kinderen. Ik geef les in het buitengewoon onderwijs en vrijwilligerswerk bij VIVA-SVV geeft me de kans om eens met volledig andere personen in contact te komen. Wat heel erg fijn is. Bovendien geeft het me de kans om ook eens andere/nieuwe creatieve dingen te proberen. Soms probeer ik ook eens iets nieuw thuis en verwerk ik dit dan zelf in mijn vrijwilligerstaken. Die wisselwerking is erg fijn.”

Wat heb je geleerd uit je engagement en hoe heb je dit geleerd? “Naast de positieve zaken, heb ik ook geleerd dat je niet voor iedereen goed kan doen. Ik vind het erg belangrijk om iedereen op een positieve, vriendelijke manier te benaderen. Jammer genoeg doet niet iedereen dat. Zo blijven er steeds vooroordelen bestaan tegen personen met een andere huidskleur, vrouwen enzovoort. Hier verzet ik me tegen en probeer ik hen met concrete cijfers de realiteit te tonen. Een vriendelijke, open houding is belangrijk.” Welke boodschap heb je voor mensen die er aan denken om vrijwilligerswerk te doen? “Mensen moeten het aanbod goed bekijken en zich goed laten informeren over wat een vrijwilligerstaak inhoudt en hoeveel tijd je hiervoor moet vrijmaken. Je moet zo goed mogelijk proberen in te schatten waar je aan begint. Sommige mensen onderschatten het belang of de tijd die ze moeten investeren in vrijwilligerswerk en stoppen dan snel. Dat is moeilijk voor de rest van het vrijwilligers­ team. Een goede en realistische inschatting van je mogelijkheden en tijd zijn dus erg belangrijk. Het beste is te kijken wat je graag wil doen en waar je voldoening van hebt om dan rustig te starten. Opbouwen/uitbreiden kan altijd nog! Neem in het begin niet te veel hooi op je vork. Doe taken die je graag doet en waar je voldoening uit haalt. Probeer in je groep de minder leuke taken te verdelen of maak er een beurtrol van. Neem daarnaast ook tijd voor jezelf en durf ‘neen’ te zeggen als het allemaal wat veel wordt. Ik probeer nu ook minstens 1 dag in mijn agenda vrij te houden voor mezelf. Je moet uiteraard ook goed voor jezelf blijven zorgen. Dat deed ik vroeger niet altijd genoeg.” Celine Heijkants

Van 29 februari tot 8 maart 2020 is het Week van de Vrijwilliger. Lieve vrijwilligers, We kunnen het niet genoeg zeggen: we vinden het zo fijn dat jullie er zijn! Veel vrouwen voelen zich dankzij jullie engagement beter in hun vel. Jullie vormen een lichtpuntje in een samenleving waar velen zich soms eenzaam, gestresseerd en buitengesloten voelen. Elke dag geven jullie het beste van jezelf, en zetten zich belangeloos in voor anderen. Jullie zijn, één voor één, allemaal echte sterren! Onze sterren! Een welgemeende dankjewel voor alles wat jullie doen!

Vizine

21


“Hoge

tandartskosten kon ik missen als kiespijn.”

Geen zorgen meer over hoge tandkosten Eva: “Als alleenstaande mama van twee pubers is het soms rekenen om de eindjes aan elkaar te knopen. Ik schrok me dan ook een hoedje toen onze tandarts mij 3 jaar geleden vertelde dat Floris moest beugelen. Dat prijskaartje had ik niet verwacht. Gelukkig raadde een vriendin me DentaPlan aan. Voor een kleine maandelijkse premie kon ik rekenen op een flinke tussenkomst in de kosten.”

“Zonder DentaPlan moest ik 5000 euro ophoesten. Een onmogelijke opdracht.” “Een jaartje later was ook Seppe aan de beurt. Zonder DentaPlan zou ik om en bij 5000 euro kwijt geweest zijn voor mijn twee jongens. Nu betaal ik een goede 20 euro per maand en voor dat bedrag ben ik zelf ook verzekerd.” “Binnenkort is Seppe net als zijn broer beugelvrij, maar DentaPlan hou ik! Nu Floris en Seppe rondlopen met een mooie glimlach, erger ik me meer en meer aan de staat van mijn eigen gebit. Voor ik DentaPlan had, heb ik jarenlang bespaard op tandartsbezoeken met alle gevolgen van dien. Ik twijfelde ook of iemand met mijn voorgeschiedenis wel recht zou hebben op een tandverzekering. Gelukkig speelde dat geen rol bij DentaPlan waardoor ik voor mijn 2 kronen op een terugbetaling van wel 1091 euro kon rekenen. Mocht ik in de toekomst nog implantaten nodig hebben, dan hoef ik me alvast geen zorgen meer te maken. Zo wordt mijn droom van een stralend wit gebit wel ooit realiteit.”

Bereken nu je premie of sluit aan op:

Eva (45)

DentaPlan

Lage premies, hoge terugbetalingen Lage premies

Voor alle leeftijden. Volwassenen zijn verzekerd vanaf 7 euro per maand. Kinderen vanaf 1,42 euro. Van 0 tot 3 jaar gratis.

Hoge terugbetalingen

Voor je beugel, tandimplantaten en andere tandzorgen. Tot 1309,26 euro per jaar per persoon.

Iedereen kan zich verzekeren

DentaPlan sluit niemand uit op basis van medische voorgeschiedenis.

Gratis vanaf het 3de kind

Al 2 kinderen verzekerd bij DentaPlan? Dan is je 3de kind gratis.

Geen leeftijdsbeperking

Ouder dan 65 jaar? Ook dan kan je aansluiten bij DentaPlan.

Al een tandverzekering? Stap makkelijk over. Je blijft verzekerd en we nemen je opgebouwde rechten over.

www.dentaplan.be

DentaPlan is een verzekering van de VMOB SOHO, verzekeringsmaatschappij toegelaten onder het nr. 350/01 om de tak 2 “ziekte” uit te oefenen. DentaPlan is onderworpen aan het Belgisch recht. De algemene voorwaarden en gedetailleerde informatie over DentaPlan zijn terug te vinden op onze website www.socmut.be/DentaPlan. Indien u een klacht wenst te formuleren, kan u zich wenden tot de VMOB SOHO, SintJansstraat 32-38, 1000 Brussel, via e-mail klachten.VMOBSOHO@socmut.be of bij de Ombudsman van de Verzekeringen, De Meeûssquare 35, 1000 Brussel, e-mail info@ombudsman.as.


Vanaf .* .p 169 euro p

KUSTPROMOTIE 2020

• 2 nachten halfpension met ontbijtbuffet • Halfpension • Gratis gebruik van het zwembad • Minigolf inbegrepen.

Winterpromotie kame r à 50% - 242 p.p.* 14 febr.-30 maart 2020

Domein Westhoek nodigt je uit voor een heerlijk verblijf aan zee met het gezin of onder vrienden. (Sluitingsperiode: 5 jan.-13 febr.2020)

• 4 nachten met ontbijtbuffet • Halfpension

Wij bieden u 91 moderne kamers en 36 appartementen die uitgerust zijn met alle modern comfort. *standaardkamer

Domein Westhoek vzw

Centrum voor sociaal toerisme Noordzeedreef 6-8, 8670 Oostduinkerke Tel 058 22 41 00 - Fax 058 22 41 99 info@domein-westhoek.be www.domein-westhoek.be

Grwatininter-

van groenten

Ingrediënten (4 personen)

• aardappelen: 4 • rammenas: 2 • zoete aardappel: 1 • (grote) pastinaak: 1

Stappen

• Schil de aardappel, zoete aardappel en pastinaak. Snij ze in schijfjes, eventueel met een mandoline. Was de rammenas goed en snij ook in schijfjes.

• ui: 1 • geraspte kaas: 100 g • bloem: 50 g

• Zet een grote pot met een bodem water op het vuur en breng het aan de kook. Blancheer daarna één voor één de groenten beetgaar in 5-10 minuten. Bewaar het kookvocht.

• boter: 50 g

• Snipper ondertussen de ui fijn en bak deze glazig in een hete pan met de boter. Voeg de bloem toe en roer tot je een gladde, droge roux krijgt. Giet er eerst de melk bij en voeg daarna beetje bij beetje het kookvocht van de groenten erbij. Voeg kookvocht toe tot je saus de gewenste dikte krijgt. Breng op smaak met nootmuskaat, peper en zout. Haal de pan van het vuur en roer er de helft van de kaas onder.

• nootmuskaat

• Laat de groenten goed uitlekken en dep ze eventueel droog. Leg ze daarna in laagjes in een ingevette ovenschaal. Verdeel tussen alle laagjes een beetje kaassaus. Eindig met een laag kaassaus en strooi daar de resterende kaas over. • Zet de ovenschaal in een voorverwarmde oven op 200°C. Bak het geheel nog 15-20 minuten tot je een mooie kaaskorst krijgt.

• melk(scheut) • peper • zout

Tip! Lekker met een frisse salade bij.

Vizine 23


Voor het eerst naar de tandarts

Kindjes vanaf 2 jaar gaan het best 2 keer per jaar op controle. Maak vandaag nog een afspraak. Meer tips voor gezonde melktanden: www.toonjetandjes.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.