Beplantings plan voor Blauwstad

Page 1

Maki Ryu, Madeleine Frelier & Rutger van Baren

Groenstructuur voor Het Wold

GradaĆ&#x;es Het Wold

Bron: maque e Blauwestad, projectbureau Blauwestad


Colofoon Opdrachtgever:

Van Hall - Larenstein 3e jaars planrealisa e

Opdrachtnemer:

M2R Groen & Water advies

Projectleiders:

Maki Ryu, Madeleine Frelier & Rutger van Baren

Datum:

13 april 2012

2


Inhoudsopgave VOORWOORD

4

1. INLEIDING

5

2. INVENTARISATIE BODEM, WATER EN WIND

6

2.1 Oorspronkelijk bodem en grondwater

6

2.2 Huidige bodem

8

2.3 Poten eel natuurlijke vegeta e

10

2.4 Waterpeilen en waterbeheer

12

2.5 Windrich ng

14

2.6 Bewoningsgeschiedenis

16

3. INVENTARISATIE BELEID EN ONTWERP

18

3.1 Beleidsplannen

18

3.2 Groen in de Blauwestad

20

3.3 Groen in masterplan Het Wold

24

4. ANALYSE NATUUR, HISTORIE EN FUNCTIES

28

4.1 Regionale en lokale flora en fauna

28

4.2 Historische groen in en rondom dorpen

32

4.3 Sociaal-ruimtelijke analyse

34

4.4 Ruimtelijke analyse

36

5. VISIE OP GROENSTRUCTUUR HET WOLD

38

6. STAALKAARTEN GROEN

48

6.1 Staalkaart rand kavel aan rijweg

50

6.2 Staalkaart rand kavel aan Reiderdiep

54

6.3 Staalkaart rand kavel aan openbaar groen

58

6.4 Staalkaart tussenstuk kavels langs Reiderdiep

62

6.5 Staalkaart tussenstuk kavels langs openbare groen

68

6.6 Staalkaart struik en bomenweide openbaar groen

72

BIJLAGE

70

1: bronnen 2: beplan ngstekening 3: lijst met plantmaterialen 4: eindbeelden van groen

3


VOORWOORD

In het kader van de major planrealisa e onderdeel beplan ngen en het groenstructuurplan voor Het Wold, is er een inventarisa e, een analyse en visie gemaakt op de groenstructuur voor de nieuwe woonwijk Het Wold in de Blauwestad. Om te komen tot een duidelijke en logische visie zijn drie stappen genomen. Ten eerste hee er een inventarisa e plaatsgevonden van de bodem, water en windsitua e ter plekke. Ook is er gekeken naar bestaande beleids- en masterplannen voor het gehele gebied de Blauwestad en de nieuwe woonwijk Het Wold. Ten tweede hee er een analyse plaatsgevonden van de omliggende natuur, historie en mogelijke func es. Aan de hand van de conclusies uit de inventarisa e en analyse is de visie opgesteld. Door eerst breder te kijken naar allerlei mogelijke factoren in de context en vervolgens weer in te zoomen op het specifieke gebied Het Wold hopen we een zo compleet mogelijk beeld te geven. De toekomstverwach ngen zijn op dit moment heel anders dan de oorspronkelijke plannen uit 2006 en eerder. De visie in deze inventarisa e dient als leidraad voor het uitwerken van het groenstructuurplan. In het groenstructuurplan moet de sfeer, structuur, soortkeuze, inrich ng, het beheer en eindbeeld duidelijk worden. Deze onderdelen worden daarom ook kort aanges pt in de visie met enkele sfeerbeelden ter illustra e. Wij wensen de lezer veel leesplezier. Maki Ryu, Madeleine Frelier & Rutger van Baren M2R Groen & Water advies 4


1. INLEIDING

Blauwstad

Figuur 1

Er is een gebiedsontwikkeling geweest van de Blauwestad waarbij een meer van 800 hectare (Oldambtmeer), 350 hectare natuurgebied, recrea eve voorzieningen, waterberging, vijf woongebieden De Wei, Het Park, Het Riet, Het Dorp en Het Wold voor ongeveer 1500 woningen in de gemeente Oldambt zijn gerealiseerd (zie figuren hiernaast voor de ligging). Hiervoor was het gebied van het Oldambtmeer en de omliggende nieuwe wijken in gebruik als landbouwgrond. In deze inventarisa e, analyse en visie gaan wij specifiek in op het gebied Het Wold zoals hiernaast aangegeven.

Deze inventarisa e, analyse en visie de groenstructuur zal verder gaan over de inrich ng en realisa e van het groen van het deelgebied Het Wold waar 80 kavels Bron: dingemansarchitectuur.nl worden gerealiseerd voor woningen en Ligging gebied Oldambt en Blauwestad in Groningen drie openbare parken met een oppervlakte van totaal circa 76 hectare. De kavels hebben een oppervlakte van totaal circa 40 hectare, een kavel is gemiddeld 0,5 hectare groot. Hiernaast ligt het Reiderwolde, een natuurgebied. De inventarisa e is breed opgezet en kijkt ook naar mogelijk belangrijk omgevingsfactoren. De analyse focust al meer op het gebied Het Wold. De visie gaat puur Beerta over de kavelinrich ng en de randen met het openbare gebied. Doel van de inventarisa e, analyse en visiebepaling is om heldere uitgangspunten te formuleren voor de inrich ng en het onderhoud van het groen. Het defini eve groenstructuurplan zal vervolgens als basis dienen voor de realisa e (bestek, werkplan, uitvoeringstekeningen). In de visie moet duidelijk worden wat de sfeer, structuur, Bron: blauwestad.nl soortkeuze, inrich ng, het beheer en Ligging Het Wold in de Blauwestad eindbeeld zijn. Het Wold

Winschoten

Figuur 2

5


2. INVENTARISATIE BODEM, WATER EN WIND 2.1. OORSPRONKELIJKE BODEM EN GRONDWATER

6

Figuur 3

Bodemkaart van omgeving Blauwe stad (contouren Blauwestad aangegeven) bron: bodemkaart van Nederland, blad 8 Nieuweschans 1:50.000


LEGENDA

De bodem rond het Oldambtmeer verschilt sterk van de omliggende bodems volgens bodemkaart van 1985. In de omgeving is sprake van kalkrijke of kalkarme poldervaaggronden. Terwijl vlakbij en onder het Oldambtmeer er enkele bijzondere verhogingen van potklei liggen. Deze liggen hoger in het landschap en zijn hierdoor minder vaak door de zee overspoeld. In het Wold ligt er een laag potklei onder een laag van zand- of moerige gronden. Te zien is dat op hogere delen in de bovengrond veel zand (podzolgronden Hn21 en Hn23) te vinden is. Op de lager gelegen delen liggen moerige eerdgronden (vWz en kWz). Alhoewel, door de agrarische ontwikkeling is structuur van bodem sterk veranderd (zie volgende pagina). In toekomst krijgt Reiderdiep, een nieuwe watergang, het Reiderwold en Het Wold , natuurgebied met woonwijk, een nieuw eigen peilbeheer. Daardoor zal het grondwaterniveau veranderen. Voor Het Wold is de grondwaterstand hieronder als indica e weergegeven. Het komt uit tussen grondwatertrap III*, V* en VI. Deze grondwaterniveau’s hebben overeenkomsten met de grondsoorten. Zand hee een laag grondwaterniveau (VI) en op de moerige gronden is er een hoog grondwaterniveau (V* en III*). Bewortelbare diepte is 40 cm voor het na e gebied en in het droge deel 40-70 of 80 cm. Er zijn twee delen: 1) podzolgronden: droog en arm gebied, 2) eerdgronden: nat en rijk gebied. Bodem en grondwaterniveau zal blijven veranderen door de bouwwerkzaamheden.

7


2.2. HUIDIGE BODEM

8

Figuur 4

Huidige bodem situa e


Door de agrarische ac viteiten in de historie, is de bodem sterk veranderd. Het noordelijke deel bevat veel zand, het zuidwestenlijke deel teelaarde en in het middelste deel is er zowel zand als teelaarde. Door een vergelijking met een oude bodem kaart uit 1985 blijkt er weinig overeenkomst te zijn tussen de huidige en de oude situa e. Kernpunten zijn: 1.

Bodem boven 0.75m bestaat uit teelaard of zand, gedeeltelijk klei,

2.

Drie delen:

In het noorden zand;

In het midden teelaarde op zand;

In het zuidwesten teelaarde.

3.

Onder deze grond ligt overal potklei, dit laat nauwelijks water door en is voor planten niet doordringbaar.

9


2.3. POTENTIEEL NATUURLIJKE VEGETATIE

LEGENDA

Figuur 5 10

Poten eel Natuurijk Vegeta e en huidig gronden


Bron: maps.google.nl

Bron: maps.google.nl

Figuur 6 Voorbeeld Ruigt-Elzenbos, Weerribben in Ossenzijl

Figuur 7 Voorbeeld Voch g Berken-Wintereikenbos, Starnumasbos Ruigahuizen

De Poten eel Natuurlijk Vegeta e (PNV) kan bepaald worden door naar de bodem en grondwaterniveau‘s te kijken. Volgens de oude bodemkaart van 1985 zijn er drie mogelijke PNV‘s in Het Wold. Voor het droge deel met polzolgrond Voch g Berken Wintereikenbos en voor de na e deel met moerige grond, Ruigt-Elzenbos (GWT V) en Elzen-Eikenbos (GWT III). In de bestaande situa e bestaat de bodem uit teelaarde, zand en klei. De PNV is daardoor niet meer van toepassing. Ook door bemes ng is de bodem dusdanig veranderd dat de PNV niet meer geld. De boom- en struiksoorten uit de PNV‘s hebben echter nog wel een goede kans om hier te groeien.

Dus zijn er drie PNV‘s: Voch g Berken zomereikenbos, Ruigt-Elzenbos, ElzenEikenbos Door de verandering van bodem, is PNV slechts indica ef, maar gee toch de kansrijke soorten aan in het gebied. Hieronder in de tabel staan de verschillende PNV‘s met mogelijke soorten weergegeven.

PNV

VochƟg Berken Wintereikenbos

Ruigt-Elzenbos

Elzen-Eikenbos

zeer frequent

Fagus sylva ca

Alnus glu nosa

Quercus robur

ma g

Ilex aquifolium

Flaxinus excelsior

Alnus glu nosa

(verspreid)

Quercus petraea

Salix cinerea

Betula pubescens

Quercus robur

Poplus tremula

Sorbus aucuparia

Sorbus aucparia Rhamnus frangula (struik)

weinig

Betula pubescens

Betula pubescens

Betula pendula

Populus tremula

Salix alba

Ilex aquifolium

Crataegus monogyna (struik)

Crataegus monogyna (struik)

Salix cinerea (struik)

Rhamnus frangula (struik)

Ribes nigrum (struik)

Randen

Prunus padus Corylus avellana (struik) Crataegus monogyna (struik) Viburnum opulus (struik)

Pioniersoort

Corylus avellana (struik)

Bron: Bosplantsoen; bomen en struiken in bos en landschap

11


2.4. WATERPEILEN EN WATERBEHEER

12

Figuur 8

Waterpeil en Waterbeheer in het Wold


Bron:ANP

LEGENDA

Noorden strijdt tegen het water ANP | Gepubliceerd op 04 januari 2012, 19:49

Het Oldambtmeer speelt een belangrijke rol bij waterrecrea e en waterberging in de regio. Bij hoge waterstanden wordt water ingelaten naar het Oldambtmeer en s jgt het peil tot -0.15 m NAP. Daarvoor is de verbinding met het Winschoterdiep zeer belangrijk (zie teven krantear kel hiernaast). In nieuwe situa e vormen Oldambtmeer, Blauwediep en Reiderdiep samen één waterpeil. Het nieuwe waterpeil wordt op een laag zomer- en winterpeil gehouden met een verschil van 0,20 meter. Begin voorjaar wordt het peil opgezet tot -0,45 m NAP en gedurende de zomer zakt het peil uit. In najaar wordt het peil verlaagt tot -0,65 m NAP. Omdat het Oldambtmeer een bergingsgebied is wordt het peil redelijk constant gehouden. Het Oldambtmeer is berekend op circa eens in de 30 jaar een peils jging tot - 0,15 m NAP.

GRONINGEN - Vooral in het Noorden staan de medewerkers van de waterschappen op scherp om het wassende water te lijf te gaan. Op meerdere plaatsen zijn landbouw- en natuurgebieden door de waterschappen onder water gezet en draaien alle gemalen en pompen op volle toeren. Er dreigt flinke wateroverlast om het vele regenwater van de laatste dagen op te vangen. Bovendien gaat het donderdag opnieuw flink regenen. Veel dijken worden extra in de gaten gehouden. Bij sommige waterschappen draaien de zandzakmachines alvast op volle toeren. De waterschappen verwachten dat de wateroverlast de komende dagen gaat toenemen. Op veel plaatsen is de grond verzadigd, waardoor het water nergens naar toe kan en het waterpeil in sloten en kanalen verder sƟjgt. Bovendien draait de wind van zuidwest naar noordwest. Spuien op de Waddenzee is dan erg lasƟg. De gemalen en pompen voeren het regenwater af naar zee en het IJsselmeer.

Het peilgebied van het natuurgebied het Reiderwolde is gescheiden van het peilgebied van de bestaande polder. In het Reiderwolde geldt een precies omgekeerd peilbeheer als in de landbouwgebieden (zomer laag / winter hoog). Het Reiderwolde krijgt een nieuw peilbeheer met een zomerpeil van -1,80 m NAP en een winterpeil van -1,30 m NAP. 13


2.6. WINDRICHTING

(

)

Statistieken gebaseerd op waarnemingen van 12/2009 - 12/2011 dagelijks van 7u tot 7pm lokale tijd. Maand van het jaar

Jan

Feb

Mrt

Apr

Mei

Jun

Jul

Aug

Sep

Oct

Nov

Dec

Som

01

02

03

04

05

06

07

08

09

10

11

12

1-12

43

47

54 29

31

37

44

45

11

11

11

9

9

10

10

11

Overheersende windrichting Wind waarschijnlijkheid > = 4 Beaufort (%) gemiddelde Windsnelheid (Knots) gemiddelde luchttemperatuur (째C) Selecteer maand (Help)

39

11

53

12

35

10

55

12

42

10

2

4

8

13

14

18

20

19

16

12

7

6

11

Jan

Feb

Mrt

Apr

Mei

Jun

Jul

Aug

Sep

Oct

Nov

Dec

Jaar

Windrichting verdeling (%)

Figuur 9

Windrich ng

bron: www.windfinder.com (Voorspellings loca es Nieuwe Beetra)

14


De meest voorkomende wind rich ng in het Wold komt uit het zuidwesten. Dit blijkt uit data van wind waarnemingen van het dichtstbijzijnde weersta on Nieuwe Beerta. Het hele jaar door blij de windsnelheid 9-12 knopen (3-4 Beaufort, ca. 5-6 m/s). Hierdoor zullen golven ontstaan en twijgen al jd bewegen. Volgens de data is er de grootste kans op sterke wind in het voorjaar. In deze regio is er al jd rela ef sterke wind. Daarom moet er bij het beplan ngplan het rekening hiermee houden worden. Bij de aanplant wijze moet hierbij rekening gehouden worden. De bomen zullen op termijn ook gebruikt moeten worden als windbreker voor recrea e en woningen.

Bron: h p://www.turby.nl/99-grfx/content-main-02/ kaart-pot_windsnelheid.JPG

15


2.6.BEWONINGSGESCHIEDENIS

Bron: Bodemkaart van Nederland, blad 7 Oost groningen, Blad 8 Nieuweschans, 1986.

Figuur 10 Bedijkingen

Bron: maps.google.nl

16

Figuur 11 Luch oto met bedijkingen


Bron:www.groningerarchieven.nl

De vroegste bewoners waren nomaden, rond 3500 tot 1800 voor christus trokken zij hier langs zand- en keileemgronden. Bij Finsterwolde zijn hiervan bewijzen teruggevonden. Later trokken de bewoners van de droge hoge zandgronden uit de rich ng van Drenthe (Winschoten) meer noordelijk waar ze in de vruchtbare zeekleigronden gingen wonen, vanaf 700 voor christus. Later werden deze gebieden opnieuw overspoeld door de zee waardoor bewoners weer moesten vertrekken. Er zijn weinig terpen gevonden rond de Blauwestad. Na de romeinse jd (800 tot 1000 na christus) werden de zeekleigronden gebruikt voor veeteelt. Alleen op de hoger gelegen delen zoals het Reiderwold kon er akkerbouw plaatsvinden. De veengronden werden ook geschikt gemaakt voor landbouw. Rondom de Blauwestad zijn veel voormalige veengronden die gebruikt moeten zijn voor akkerbouw. Veel gebieden begroeiden daarna weer met bos. Rond de late middeleeuwen werden zeedijken aangelegd, waardoor het achterland beter beschermd kon worden en ook de landbouw beter kon plaatsvinden (zie figuur). Zo werden Midwolda en Scheemda rond 1626 beschermd door een dijk en is de Oostwolderpolder rond 1769 ontstaan. De laatste en noordelijkste polder (Carel Coenraadpolder) was in 1924 gereed. Ondanks dat men in de late middeleeuwen begonnen is met het aanleggen van dijken zijn de dorpen zoals Oostwold en Finsterwolde nog regelma g overstroomd. De gebieden ten noorden van de Blauwestad werden ook niet dichtbevolkt. Slechts langs de opgeworpen dijken werden veel bedrijven geves gd. Midwolda en Oostwold zijn pas ontstaan in de 15e en 16e eeuw. Men denkt dat het grootste

deel van het gebied rondom de Blauwestad met bos bedekt is geweest. ‘Wold’ kan duiden op bos. Zoals nu nog het Midwolderbos. De boerderijen in het gebied Oldambt, waaronder de dorpen FInsterwolde, Midwolda, Beerta en Oostwold, zijn van een specifiek soort. De boerderijen hebben een smalle kop en worden naar achteren toe steeds breder voor de schuren. De verkaveling is langwerpig en in slagen. Dit is goed te zien op de historische militaire kaart van 1855.

Figuur 12 Historisch militaire kaart 1855 17


3. INVENTARISATIE BELEID EN ONTWERP 3.1. BELEIDSPLANNEN

De gebiedsontwikkeling van de Blauwestad behelst een meer van 800 hectare (Oldambtmeer), 350 hectare natuurgebied die een verbinding vormt tussen bestaande natuurgebieden, recrea eve voorzieningen, waterberging, vijf woongebieden: De Wei, Het Park, Het Riet, Het Dorp en Het Wold. Totaal zijn er 1500 woningen in de Blauwestad gepland. Met deze omvorming van een groot aantal hectares landbouwgrond naar een gebied voor recrea e, woningbouw, waterberging en natuurontwikkeling is getracht een sociale en economische impuls aan de omgeving van Oldambt te geven. Om de bestemmingsplannen rond te krijgen zijn vooraf streekplannen en milieueffectrapportages gemaakt. In 1998 is er een eerste bestemmingsplan gekomen wat betre de Blauwestad, na diverse aanpassingen is het bestemmingsplan in 2002 goedgekeurd door de Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen. Het huidige beleid is vastgesteld voor de periode 2009 tot en met 2013 in het provinciaal omgevingsplan (POP).De

belangrijkste doelstelling van het POP is duurzame ontwikkeling, waarmee wordt bedoeld dat er voldoende werkgelegenheid én een voor mens en natuur lee aar Groningen moet zijn. Er zijn een aantal uitgangspunten opgesteld die bij deze doelstelling horen: •

Duurzaamheid en duurzame leefomgeving. De op male balans tussen lee aarheid, milieu en economische groei. Aandacht voor (duurzame) energie, het klimaat en water.

Bescherming van de bijzondere karakteris eken van het Groninger landschap.

Lee aarheid in de stad én op het pla eland. Concentra e van wonen en werken in de stedelijke gebieden en zorgen voor voldoende voorzieningen in de dorpen.

LEGENDA

Figuur 13 Provinciaal omgevingsplan –natuur 18


Gezien de economische achteruitgang en het niet behalen van de doelstellingen is er een nieuwe visie ontwikkeld op het gebied rondom het Oldambtmeer. Deze visie is in oktober 2010 vastgesteld door de Gedeputeerde Staten. De kern hiervan is dat de landschappen voor andere func es dan wonen geschikt gemaakt moeten worden. Bijvoorbeeld voor recrea ewoningen of een camping. In 2009 hee de Noordelijke Rekenkamer de opdracht gekregen om een evalua e te maken van het project de Blauwestad. Hierin werd vooral gekeken naar het resultaat van de gebiedsontwikkeling, vitalisering van het gebied en het creÍren van economische ac viteit. Er is in het evalua erapport duidelijk aangegeven dat de provincie aan een wensbeeld hebben vastgehouden zonder naar de werkelijkheid te kijken. FinanciÍle risico’s zijn niet voldoende afgedekt en worden nu gedragen door de provincie. Er is onvoldoende markt geweest voor de soort kavels die zijn gerealiseerd. Rond het

Oldambtmeer liggen diverse ecologische hoofdstrutuur(EHS) water en natuurgebieden. Er wordt gezocht naar robuuste verbindingszones zodat de EHS gebieden die al bestaan verbonden raken. Er moet een verbinding komen tussen de EHS gebieden Ennemaborg en het Midwolderbos, het natuurontwikkelingsgebied tussen Oostwold en Finsterwolde en de Tjamme. Dit kan door een ecobrug of een ecotunnel onder de Veenweg te leggen. Er mogen ecologische verbindingskunstwerken worden aangelegd. Alle gronden die niet in gebruik wordt genomen door bebouwing, wegen en water en openbare ruimte moet in gebruik worden genomen door natuur.

LEGENDA

Figuur 14 Provinciaal omgevingsplan - natuurbescherming 19


3.2. GROEN IN DE BLAUWESTAD

Met de aanleg van Blauwestad hee de natuur in een enorme impuls gekregen. Naast het meer van 800 hectare is er ook 350 hectare natuurgebied bijgekomen. De nieuwe natuurgebieden worden verbonden met de huidige natuurgebieden. Er ontstaat hierdoor een natuurgebied van bijna 2000 hectare. Door de tegenvallende verkoop resultaten van de kavels is er een ontwikkelingsvisie opgesteld in 2010. Hierin is per woongebied vastgesteld wat de problemen zijn. Ook worden er concrete voostellen gedaan met betrekking tot de inrich ng. De uitgangspunten van de originele beeldkwaliteitplannen worden behouden. Wel wordt er meer ingezet op recrea e en toerisme. Hierna worden de groene onderdelen uit de beeldkwaliteitplannen uiteengezet waarna de conclusies van de ontwikkelingsvisie volgen. Bron: beeldkwaliteitplan Het Riet

Figuur 16 Het Riet

Bron: beeldkwaliteitplan Het Wold

Figuur 15 Overzicht woongebieden Blauwestad 20


Het Riet

De Wei

Het Riet bestaat uit 3 verschillende organische gevormde eilandengroepen in het noordoosten van de Blauwestad. Op de eilanden loopt één centrale weg waar een zijde berken worden aangeplant. De kavels liggen aan beide zijden van de weg. Ze liggen dus allen aan het water. Er wordt riet aangeplant langs de randen van de eilanden. Het overgrote deel van de grond op Het Riet wordt uitgegeven. Het beeld van het groen op de eilanden wordt dus hoofdzakelijk bepaald door de privé tuinen.

De Wei bestaat uit langwerpige eilanden langs brede kanalen in het midden van de Blauwestad. Op de kopse kant worden wilgen aangeplant die hier tevens als windscherm moeten dienen. Verder worden meerdere rijen met knotwilgen aangeplant langs woonstraten.

De verkoop van de kavels op de zuidelijke eilanden verloopt redelijk deze worden dan ook verder ontwikkeld. De middelste en noordelijke eilanden worden voorlopig uit de verkoop gehaald. Op de middelste eilanden wordt een doorgaand fietspad aangelegd. Hierdoor komt er ook ruimte voor verschillende recrea eve ac viteiten te ontwikkelen. Gedacht kan worden aan picknickplaatsen, avonturenbos en bloemrijk grasland. De noordelijke eilanden worden gevormd tot weidegebied of natuurlandschap dit zal ook toegankelijk worden voor natuuren vaar recreanten.

Het grootste gedeelte van de verkoop van De Wei verloopt goed en zal dus verder worden ontwikkeld als woongebied. Het overige gedeelte zal pas na 2019 in de verkoop gaan. Dit zal jdelijk worden ingericht voor recreanten door ondermeer beplan ngen, graslanden en picknickplaatsen te realiseren.

Bron: beeldkwaliteitplan De Wei

Figuur 17 De Wei 21


Bron: beeldkwaliteitplan De Wei

Figuur 19 Het Dorp

Het park

Het dorp

Het Park bestaat uit een centraal gelegen park waaromheen villa’s gesitueerd zijn. In de groene ruimte worden groepen met bomen aangeplant. Het gaat hier vooral om bomen die in het najaar verkleuren zoals de Amerikaanse eik en de gewone esdoorn. De bewoners van de villa’s krijgen bij de aankoop van hun kavel een boom. Er is keuze uit onder andere schietwilg, Canadese populier, zwarte populier of gewone esdoorn. De plaats van de boom is naar keuze van de bewoners zelf. Het is de bedoeling zo het parklandschap nog meer te benadrukken.

Het dorp ligt tussen Het Park en Het Riet in. Het oorspronkelijke idee was om hier een dorpssfeer te creëren. De ontwikkeling van de kavels is echter naar de lange termijn verschoven. Dit omdat het teveel zou gaan concurreren met de omliggende dorpen.

De verkoop van Het Park verloopt slecht. Dit doordat ondermeer het parklandschap niet aanwezig is. In het gedeelte waar al wel woningen zijn verkocht gaat de kavelverkoop door. Hier wordt er met de bewoners naar een oplossing gezocht om de parksfeer te verhogen. In het overige gedeelte wordt het stedenbouwkundig plan totaal herzien. Deze kavels zullen jdelijk worden ingericht als strand, trapveldje of vliegerveldje.

Het HavenkwarƟer Het Havenkwar er is de nieuwe naam van Het Dorp. Doordat er al genoeg aanbod is voor wonen in een dorp is er naar een nieuwe invulling van het gebied gezocht. In overleg met bewoners van de Blauwestad is naar voren gekomen dat de er behoe e is aan een levendig centrum. Op korte termijn wordt een haven met horecavoorzieningen gerealiseerd. Verder komen er kinderspeelplaatsen en ruimte voor evenementen. De overige gedeelten worden pas op lange termijn ontwikkeld tot woningbouw en zal tot die jd als natuurgebied fungeren.

Bron: beeldkwaliteitplan Het Park

22

Figuur 18 Het park


Het Wold Het Wold is een bosrijk woongebied en zal bestaan uit grote kavels van gemiddeld 5000m2. Het is gelegen in het oosten van de Blauwestad tussen het natuurgebied Reiderwolde en het Reiderdiep. In de volgende paragraaf zal verder worden ingegaan op het groen in Het Wold. De verkoop van de kavels in Het Wold gaat slecht, er is tot op heden slechts ĂŠĂŠn kavel verkocht. Er worden slechts een paar kavels in de verkoop gedaan, deze liggen in de directe omgeving van de verkochte kavel. Om mensen naar Het Wold te trekken moet het aantrekkelijk worden gemaakt voor recreanten. De fietsverbinding in Het Wold zal worden aangesloten het fietspadennetwerk in de omgeving. Ook het gebied om te vormen tot natuurgebied zal hieraan bijdragen. In de tussen jd moet het inrich ngsplan eventueel worden herzien.

Bron: beeldkwaliteitplan Het Wold

Figuur 20 Maque e Het Wold 23


3.3. GROEN IN MASTERPLAN HET WOLD

Bron: Beeldkwaliteitplan Het Wold

Figuur 21 Kavel na uitkappen bouwzone

Bron: Beeldkwaliteitplan Het Wold

Figuur 22 Kavelindeling 24


Het defini ef ontwerp is in 2007 afgerond door ontwerpbureau deZwarteHond. Hierbij werd voorzien in de verkoop van ongeveer 80 kavels. Hierbij is sprake van brede groenstroken tussen de kavels onderling en tussen de kavels en het openbare gebied. Er zijn ha-ha’s aangelegd, een verdiepte sloot die aan een kant recht is, als een scheiding tussen het natuurgebied en het woongebied. Nadat de woongebieden zijn opgehoogd en de wegen zijn aangelegd wordt er een mix van inheemse bomen en struiken aangeplant. Nadat de kavels zijn uitgegeven worden de zones waar gebouwd mag worden uitgekapt. Het eindbeeld na 20 jaar is een woonwijk midden in een bos met hoge natuurwaarde.

Aan de achterkant van de kavel in de natuurzone ligt de natuurbouwzone. Hierin mag bijvoorbeeld een tuinhuisje worden gebouwd. Als de achterkant van de kavel aan het Reiderdiep grenst mag er een deel worden uitgegraven voor een insteekhaven. Hier mag ook een boothuis naast worden gebouwd. Ook voor de natuurbouwzone geld dat er rekening moet worden gehouden met de natuur en zo min mogelijk bomen mogen worden gekapt.

De bouw zone ligt in het midden van de kavel, de natuurzone ligt daaromheen. In de natuurzone mag alleen natuurontwikkeling plaatsvinden. Schuurtjes , hekweken en andere bouwwerken zijn hier niet toegestaan. Het is van belang het beeld in de verschillende natuurzones in Het Wold gelijk te houden. Om hiervoor zorg te dragen wordt het beheer collec ef geregeld. Deze zorgt er ook voor dat de natuurwaarden hoog blijven om zo een zo goed mogelijk onderkomen voor de flora en fauna te bieden. Er zijn twee uitzonderingen met betrekking tot bouwen in de natuurzone. Tussen de weg en de bouwzone mag een inrit worden aangelegd. Deze moet echter zo worden aangelegd dat er zo min mogelijk bomen en struiken voor hoeven worden gekapt.

25


Bron: Beeldkwaliteitplan Het Wold

Figuur 23 Doorsnede kavel

26


Conclusies masterplan het wold Het plan is om eerst heel Het Wold aan te planten met bomen en struiken en de bouwzones later te kappen. Hierdoor word er veel geld uit gegeven aan bomen die een paar jaar later weer gekapt worden. Een voorstel zou kunnen zijn om de bouwzone of niet of gedeeltelijk in te planten. Hierdoor zou je het zelfde eect kunnen bereiken maar wordt er wel geld uitgespaard. De bedoeling is om de bouwzone via een precies matenplan uit te kappen. Dit zal er voor zorgen dat de rand tussen de bouwkavel en de natuurzone erg hard is. Het zou veel natuurlijker en beter voor de flora en fauna zijn om de grens veel minder hard te maken. Dit kan bijvoorbeeld door in gedeeltes van de bouwzone bomen te laten groeien en delen van de natuurzone open te laten.

Er wordt niet duidelijk wat er gebeurd als een kavel niet verkocht wordt. Als de bouwzone wel al gekapt zou worden moet er goed beheer op komen op te zorgen dat de bouwzone niet gelijk weer vol groeit. Dan moet een paar jaar later als het wel verkocht is het weer worden uitgekapt. Een andere mogelijkheid is om het niet te kappen en het bos maar te laten groeien. Hierdoor zullen de kosten voor het kappen echter toenemen en zullen de kronen nog pla er lijken als het eenmaal is uitgekapt.

Door de bouwzone eerste te beplanten is er een kans dat de rand tussen de bouw- en natuurzone nog harder wordt. De kronen van de bomen zullen rela ef dicht op elkaar staan. Hierdoor hebben de kronen veel minder ruimte om te groeien. De kronen van de bomen aan de kant van de bouwzone zullen dus vlakker zijn dan normaal.

27


4. ANALYSE NATUUR, HISTORIE EN FUNCTIES 4.1. REGIONALE EN LOKALE FLORA EN FAUNA

Oostwolderpolder: grauwe kiekendief

Midwolderbos: reeën, vingerhelmbloem

De Tjamme: Schotse hooglanders

Midwolderplassen: moeraslantaarn

Beesterplas: reeën

28


LEGENDA 1.

Ennemaborg; bestaand natuurgebied/ landgoed van S ch ng het Groninger Landschap

2.

Midwolderbos; bestaand natuurgebied van S ch ng het Groninger Landschap

3.

Uitbreiding Midwolderbos; nieuw natuurgebied van S ch ng het Groninger Landschap

4.

Midwolderplas; bestaand natuurgebied van S ch ng het Groninger Landschap

5.

Reiderwolde (plangebied); nieuw te ontwikkelen natuurgebied

6.

De Beertsterplas; bestaand natuurgebied van Staatsbosbeheer

7.

De Tjamme; bestaand natuurgebied van Staatsbosbeheer

8.

De Kromme Elleboog; bestaand natuurgebied van Staatsbosbeheer

9.

Meerland; bestaand natuurgebied Staatsbosbeheer/S ch ng het Groninger Landschap

Bron: maps.google.nl

Figuur 28 Grote kiekendief in Oostwolderpolder

Bron: Inrich ngsplan Reiderwolde, EHS-gebied in de zuidoosthoek van de Ring Blauwe Stad

Bron: maps.google.nl

Bron: maps.google.nl

Figuur 25 ReeĂŤn in Midwolder bos

Figuur 27 Schotse hooglanders in De Tjamme

Bron: maps.google.nl

Bron: maps.google.nl

Figuur 24 Moeraslantaarn Midwolderplassen

Figuur 26 Vingerhelmbloem in Midwolderbos 29


De Blauwestad komt bijna geheel over het oude landschap heen te liggen. Alleen aan de rand liggen bestaande natuurgebieden. Op kaart worden de bestaande natuurgebieden aangegeven. Ook in de Blauwestad zal een nieuwe natuurgebied ontstaan, het Reiderwold. Rond de Blauwestad liggen het natuurgebied De Tjamme, landbouwgebied de Oostwolderpolder, landgoed Ennemaborgh met daarin het Midwolderbos en de Midwolderplassen, natuurgebied de Beersterplas en Beerta Noordbos. Het Reiderwold zal de natuurgebieden Midwolderplassen/Midwolderbos met de natuurgebieden Beerta Noordbos en De Tjamme gaan verbinden.

met het Midwolderbos, de tuinen rondom het landhuis en de Midwolderplassen. Rond het landhuis staan oude lindes en beuken. Het Midwolderbos is aangeplant met zomereiken, essen en beuken. Rond de Midwolderplassen zijn na e en moerasach ge omstandigheden. Een groep uitgeze e konikspaarden zorgt voor de begrazing in het Midwolderbos en rondom de Midwolderplassen. Naast de wilde paarden zijn er ook regelma g reeën en ander klein wild. Enkele zeldzame plantensoorten zijn er gevonden zoals vingerhelmbloem en de moeraslantaarn.

Ten oosten van de Blauwestad liggen de natuurgebieden de Beersterplas en het Beerta Noorderbos. De Beesterplas is een zandwinplas voor de A7. Rond de Beersterplas Natuurgebied de Tjamme bestaat uit een is veel klein wild gespot: reeën, hazen en bos en een open moerassig grasland. In het konijnen. Er zijn meidoornhagen aangelegd en natuurgebied komen veel vogelsoorten voor: houtwallen. Uiteraard groeien langs de plas buizerds, zwanen, lepelaars, grote zilverreiger, ook riet en wilgen. grauwe gans, enzovoort. Ook wel reeën en vossen zijn waargenomen. Er zijn schotse Tot slot, er is een zeer afwisselend beeld Hooglanders in het gebied uitgezet. In het is rondom de Blauwestad aan flora en fauna. een plas-dras gebied kunnen allerlei soorten Het landschap in de landbouwgebieden vogels, amfibieën en waterplanten leven. is open en weids. Er zijn weinig of geen bomenrijen of hagen. Slechts rond de Ten noorden van de Blauwestad is ligt de boerderijen staan enkele bomen. Er zijn Oostwolderpolder. Het is een open en weids weinig bijzondere planten en diersoorten landbouwgebied. Er zijn weinig of geen te vinden. In de vele natuurgebieden bomenlanen, houtwallen of bomenrijen rondom de Blauwestad is het landschap aangeplant. Slechts rond boerenerfen is meer besloten door de bossen, houtwallen opgaande beplan ng te vinden. In de polder en oeverbeplan ng. Er zijn zeldzame komen uiteraard weidevogels voor zoals plantsoorten gevonden. Er lopen grote grazers de grauwe kiekendief en de buizerd. Vanuit zoals konikspaarden en schotse Hooglanders. de omliggende bossen maken ook klein wild zoals reeën, hazen en konijnen gebruik van het gebied. Omdat het grotendeels voor landbouw in gebruik is zijn er weinig waarnemingen gedaan van bijzonder planten. Het landgoed Ennemaborgh is zeer gevarieerd 30


31


4.2. HISTORISCHE GROEN IN EN RONDOM DORPEN

32

Bron: maps.google.nl

Bron: maps.google.nl

Figuur 30 Heerenboerderij in Beerta

Figuur 32 Kerk van Beerta met bomen

Bron: maps.google.nl

Bron: maps.google.nl

Figuur 29 Daglonershuisje in Finsterwolde

Figuur 31 Staatbeeld Finsterwolde


Kenmerkend voor de Slingertuinen zijn de onverwachte doorkijkjes. De gevel van boerderij of villa spiegelt in het water en lijkt daardoor vanaf de weg nog voornamer. De uitgegraven vijvergrond is opgeworpen tot een „bergje“, dat het nutsgedeelte van de tuin en een deel van het bedrijf aan het oog onƩrekt. In het zacht glooiende gazon staan bijzondere soorten parkbomen. Zorgvuldig aangelegde slingerpaden en perken met bloeiende heesters ... versterken het perspecƟef. Hier komen bruggetjes ...pas echt tot hun recht. Bron: www.slingertuinen.nl

Bron: maps.google.nl

Figuur 33 Slingertuin bij herenboerderij in Finsterwolde

Binnen de Blauwestad zijn de een aantal wijken gepland: De Wei, Het Park, Het Riet en Het Wold. Interessant is om te kijken hoe de keuze voor beplan ng binnen de wijken afwijkt van de historische beplan ng rond de boerderijen in de dorpen er omheen, Beerta, Finsterwolde, Oostwold en Midwolda. Beerta, Finsterwolde, Oostwold en Midwolda zijn van oorsprong veenontginningsnederze ngen. Later had het land rondom de dorpen vooral een agrarische func e. De boeren die enorm van de opbrengsten konden profiteren hebben dan ook veel grote villa’s laten aanleggen met bijbehorende slingertuinen. Een slingertuin is een teken van welvaart. In de tuin zijn hoogteverschillen en slingerende paden, waterpar jen en borders

aangelegd in de Engelse landschapss jl. Een voorbeeld van een ontwerper hiervan was L.P. Roodbaard (1782-1851). Hiermee spiegelde de tuineigenaren zich aan de aristocra sche levenswijze en de buitens van rijke aristocraten. Opvallend is ook de overeenkomst met de huidige plannen voor Het Wold. Ook hier zijn rijkere eigenaren gewenst die een terrein willen kopen van minimaal een halve hectare. In bijvoorbeeld de wijk Het Park is wel aan meer luxe uitstraling gerefereerd bij de inrich ng van de par culiere en het openbare terrein. De mogelijkheid bestaat dat de ontwerpers van deZwarteHond hebben willen refereren aan het wonen in bos zoals dat in Laren of Bloemendaal gebeurt. Deze referen e staat dan weer los van de historische tuininrich ng zoals in omliggende dorpen te zien is. Opvallend is ook dat het huidige straatbeeld in de dorpen rondom de Blauwestad erg kaal is. Dit komt waarschijnlijk om dat de landarbeiders niet hebben kunnen profiteren van de landbouw en dus ook minder grote tuinen hebben aangelegd. Het huidige straatbeeld wordt bepaald door beplan ng op par culiere grondstukken. Rondom de herenboerderijen staan veel monumentale bomen.

Bron: www.roodbaardsrijkdom.nl

Figuur 34 Ontwerp tuin Ekestein, L.P. Roodbaard 33


4.3. SOCIAAL-RUIMTELIJKE ANALYSE

34

Figuur 36 Uniciteit Het Wold

Figuur 38 Func es rond Het Wold

Figuur 35 Herkenbaarheid en randen

Figuur 37 Onderscheidend


Gewenste gebruikersgroepen van het openbaar groen in Het Wold zijn: 1) bewoners, gezinnen, echtparen, kinderen, 2) bezoekers, jongeren, ouderen, wandelaars, sporters, strandgangers.

Interne omgevingsfactoren, onderscheidend Het park hee niet een erg afwijkende vorm ten opzichte van de kavels. Het openbaar groen, de parken liggen echter wel middenin de kavelblokken.

Gebruiksmomenten - Gedurende het weekend, gedurende de zomer.

Interne omgevingsfactoren, persoonlijke binding - Er is nog geen historie in van deze groene openbare plekken. Er staan ook geen historische gebouwen in het gebied die een persoonlijke binding tot stand kunnen brengen.

Een plek moet aantrekkingskracht hebben voor bovenstaande groepen om veel gebruikt te gaan worden. Aan de hand van Kevin Lynch worden hieronder een aantal punten besproken.

Leesbaarheid, randen - Er moet nog een inrich ng komen van het park. Mogelijk kunnen voet- en fietspaden gebruikt worden om scherpe randen te vormen.

Uniciteit - Voor bewoners van t Wold en Beerta zijn er nergens zo dichtbij mogelijkheden om te gaan zwemmen. Ook zijn er nergens zo dichtbij sportvoorzieningen. Leesbaarheid, knooppunten - De sportvoorzieningen zoals ze nu midden in FuncƟes - Rond Het Wold zijn weinig func es, het park gepland staan kunnen een echte alleen wonen en recreëren. Er zijn geen aanleiding tot ontmoeten gaan vormen in het winkels, scholen, kerken of horeca aanwezig. openbaar groen van Het Wold. Dit maakt het gebied saai. Op hooguit twee jds ppen op een dag zal het druk zijn op de Conclusies sociaal- ruimtelijke analyse - Er zijn weinig po n ele gebruikers, weinig wegen: ochtends en avonds. poten ële gebruiksmomenten, mogelijke Bereikbaarheid - De woningen maar ook unieke plek door nieuwe spor aciliteiten, de sportvoorzieningen en het strandje zijn niet goed bereikbaar, belangrijk om routes slecht bereikbaar. In veel gevallen is er slechts duidelijk herkenbaar aan te leggen en zoveel eenrich ngsverkeer mogelijk. Er zijn geen mogelijk op elkaar aansluitend, leesbaarheid doorgaande routes waardoor er onverwachte en herkenbaarheid van het openbaar groen bezoekers in het gebied zouden kunnen kan vergroot worden door vormgeving van komen. het groen. Dit kan door het afwijkend vorm te Interne omgevingsfactoren, herkenbaarheid geven dan de kavels. De kavels zijn erg dicht Er is geen duidelijk afscheiding en donker, het openbaar groen kan dan wat tussen het park en de daarin liggende lichter en luch ger worden vormgegeven, sportvoorzieningen en het strandje met de eventueel met strakke vormen. bebouwing. De kavels liggen net als het park midden in het groen. Er is geen een duidelijke rand.

35


4.4. RUIMTELIJKE ANALYSE

Figuur 39 Ruimtelijke analyse kavel Het Wold 36


Het groen op het kavel omringt de bebouwing in zijn geheel. Het wordt ĂŠĂŠn ruimte zonder zichtlijnen op het openbaar groen of rich ng het water. Ook rich ng de weg is er een gesloten muur van groen. Dit kan doorbroken worden door onder de bomen minder struiken te planten. Het komt ook meer overeen met het omliggende landschap als er rond de kavels wat meer openheid ontstaat tenopzichte van het beeldkwaliteteitsplan zoals dat nu door deZwarteHond geschetst is. Als het beeld wat meer open is gaat het meer lijken op de slingertuinen in de dorpen rondom Het Wold. Tevens wordt het contact met het water rondom verbeterd. De verwachte bewoners, of andere gebruiksgroepen, hebben een voorkeur voor wonen aan het water. Als het water niet goed zichtbaar is, vervalt die verbinding.

LEGENDA Water Weg Massa - bomen/struiken Zichtlijn Ruimte

37


5. VISIE OP GROENSTRUCTUUR HET WOLD

De conclusies uit de voorgaande hoofdstukken hebben geleid tot een visie op de groenstructuur voor Het Wold. Deze visie lichten we in dit hoofdstuk in woord en beeld toe. De visie zal in een later stadium leiden tot een defini ef model voor de groenstructuur van Het Wold. De inventarisa e en analyse brengen naar onze mening vier belangrijke kenmerken naar voren: lagere economische verwach ngen, goed waterbeheer, ruimtelijke opbouw, natuur in de lokale omgeving. Deze kenmerken worden hier toegelicht waarbij ook de nodige consequen es voor het uiteindelijke groenstructuurplan worden getrokken. Uit de beleidsinventarisa e blijkt dat de veranderde economische situa e er voor hee gezorgd dat er minder vraag naar het dure segment woningen is. Ook is geconstateerd dat deze vraag er eigenlijk nooit zo sterk is geweest. Uitgangspunten voor het een goed ontwerp van het groenstructuurplan moeten zijn dat als er geen woningontwikkeling gaat plaatsvinden er minder wateropvang nodig is in de haha’s. Er kan meer water blijven staan op de kavels zelf. Er blij uiteraard wel een kans op woningbouw bestaan, hier moet ook rekening mee gehouden worden. Rijwegen blijven nodig om het gebied te ontsluiten. Niet alleen voor woningen maar ook voor mogelijke andere toekoms ge func es. Omdat er weinig woningen gebouwd zullen worden naar verwach ng zal er ook geen gezamenlijk beheer door de eigenaarvereniging plaatsvinden.

38

Dit hee twee implica es voor het groenstructuurplan: •

Geen sterk zichtbare grenzen trekken tussen de woonkavels met behulp van groen, laat de grenzen open zodat func ewijziging en / of andere indeling van het gebied mogelijk blij ;

Zorg voor goedkoop beheer van het groen omdat zeer onzeker is wanneer woningbouw of andere func es in het gebied gerealiseerd gaan worden.

Uit de inventarisa e van de bodem- en grondwatersitua e blijkt hoe groot het belang is van goed waterbeheer. Er zit veel potklei in de ondergrond waardoor het water niet goed kan infiltreren. Door de bodemdaling is overlast door water steeds meer te verwachten zoals recente gebeurtenissen weer laten zien. Waterberging is een belangrijke func e van het gebied zoals alle beleidsplannen aangeven. Bovendien hee het Reiderwolde een eigen waterbeheer. Hier kan Het Wold als mogelijk woonwijk goed op aansluiten. De waterkwaliteit verbeterd door gebruik te maken van natuurlijke groene filtermethodes. Regenwater hoe niet meer te worden afgevoerd via het hwa-riool.


Wij trekken hieruit de volgende conclusies voor het groenstructuurplan: •

Creëer op de kavels ruimte voor waterberging aan de randen, niet op de toekoms ge delen van de kavels waar gebouwd gaat worden. Zo kan het regenwater vast gehouden worden en verdampen;

Maak de oevers geschikt voor het filteren van water. Het afgevoerde water zal hierdoor worden gezuiverd en de waterkwaliteit blij op maal;

Rondom de poelen en greppels voor waterberging op de kavels worden na e zones gecreerd zodat er een grotere diversiteit aan flora en fauna kan ontstaan.

Rondom poelen en greppels voor water berging worden na e omgevingen gerecreëerd voor diversiteit van flora en fauna.

Uit de ruimtelijke analyse blijkt dat in het huidige masterplan de grens tussen privaat en openbaar niet goed gedefinieerd is en dat niet nodig is om een sterke grens te hebben tussen openbaar gebied en private kavels. Om de sport- en zwemgelegenheden onder de aandacht te brengen van de bezoeker en bewoner is het van belang om hier wel een afwijkende vormgeving aan te geven. Zo kan de bezoeker zich makkelijker oriënteren en de punten ook makkelijker herkennen als iets bijzonders. De verbinding tussen het openbaar gebied en de kavels mag sterker worden. Er mogen meer zichtlijnen komen rich ng het water, de kavels onderling en het openbaar gebied. Dit sluit ook beter aan op de beplan ngsstructuur in de

omliggende dorpen. Een lijnstructuur langs de rijwegen kan echter wel een rich nggevend element vormen. Ook kan een lijnstructuur bescherming bieden tegen de wind, die hier in het gebied vrij krach g is. Hier is vaak sprake van monumentale bomen, groepjes bomen maar niet van een laanstructuur. De volgende conclusies voor het groenstructuurplan willen wij hanteren: •

Maak het landschap meer doorzich g. De afstanden tussen de beplan ng mag groter zijn zodat er meer zichtlijnen komen alle rich ngen op;

Zorg voor dichte aanplant langs de rijwegen zodat hiermee een rich nggevend element wordt gecreëerd en er tegelijker jd ook bescherming is tegen de wind;

Zorg dat de bomen kunnen uitgroeien tot solitaire monumentale bomen. De individuele boom moet herkenbaar worden in het landschap. Boomkronen moeten zich niet aaneenrijgen tot een laan;

Leg rond sport- en zwemgelegenheid voldoende herkenbare groenstructuren aan in de vorm van strakke en herkenbare lijnen.

39


De analyse van de bodem- en grondwatersitua e bracht ook inzicht in de poten eel natuurlijke vegeta e. Het staat niet vast dat deze specifieke vegeta e ook daadwerkelijk tot stand komt. De bodemstructuur is over de loop van de jaren sterk veranderd. Door de bouwwerkzaamheden zal de bodemstructuur nog meer veranderen. Het vasthouden aan inheemse en streekeigen bomen en struiken zorgt echter voor een mogelijke op male groei. Een keuze voor inheemse en streekeigen soorten zorgt bovendien voor meer verbinding met het omliggende landschap. Hieruit trekken wij de volgende consequen es voor het groenstructuurplan:

Al deze punten samengevat is onze visie dat:

40

Kies voor kansrijke inheemse en streekeigen soorten bomen en struiken die passen bij de PNV: Voch g Berken – Wintereikenbos, Ruigt-Elzenbos en Elzen-Eikenbos; hierbij wordt gedacht aan bijvoorbeeld Fagus sylva ca, Alnus glu nosa en Quercus robur.

Er zo min mogelijk moet worden aangeplant zodat er niet gedund hoe te worden;

Spontane ontwikkeling van boom- en struiksoorten voorrang moet hebben op aanplant;

Alleen aan de randen van de kavels aangeplant moet worden;

De maat van de aan te planten boom- en struiksoorten klein moet zijn;

De ruimte meer open gehouden moet worden zodat monumentale solitaire bomen zichtbaar worden;

Het landschap ingericht moet worden als een open weide met bomen;

Er ruimte moet zijn op de kavels voor waterberging en waterafvoer rich ng het Reiderdiep. De randen van het perceel zijn hiervoor geschikt zodat er nog steeds voldoende droge grond is om op te bouwen.


41


Dichte boslijn Monumentale bomen Struiklijn

Openbaar Groen Recrea eve gelegenheid

Figuur 40 Hoofdopzet visie op groenstructuur 42


Figuur 41 Visie op dichtheid beplan ng groenstructuur 43


Figuur 42 Basisopzet kavel

Figuur 43 Basisopzet kavel : groen en water

Figuur 44 Afwateringsprincipe 44


A

B Figuur 46 Doorsneden kavels

doorsnede A

doorsnede B

Figuur 45 Visie op groenstructuur kavels 45


46

Figuur 47 Vogelvlucht groenstructuur kavels


Figuur 48 Details van kavels 47


6. STAALKAART GROEN

In dit hoofdstuk worden de staalkaarten beschreven. In een staalkaart wordt uitgelegd wat de verwachte sfeer en functie is, wat de benodigde eisen zijn, hoe de grondsoorten zijn, welk sortiment waar wordt toegepast en hoe het moet worden aangelegd en beheerd. Met behulp van tekeningen wordt ook de verwachte aanzichten over de loop van de jaren weergegeven. Referentiebeelden zijn hierop een aanvulling. Zij geven het door ons gewenste beeld weer. Het projectgebied bestaat uit woonkavels (zone A tot en met E) en openbare ruimte (zone F tot en met I). Er is onderscheid gemaakt in twee soorten woonkavels: of langs de watergang het Reiderdiep of langs het openbaar groen. Elk kavel heeft vier randen. De randen liggen ofwel aan het Reiderdiep, ofwel aan het openbaar groen ofwel aan een ander kavel. Deze verschillende typen rand worden verschillend ingevuld.

48

Er zijn op deze manier vijf verschillende zones binnen de kavels vastgesteld: Zone A: rand kavel aan rijwegen Zone B: rand kavel aan Reiderdiep Zone C: rand kavel aan openbaar groen Zone D: tussenstuk kavels langs Reiderdiep Zone E: tussenstuk kavels langs openbaar groen In het openbaar groen worden vier verschillende zones vastgesteld: Zone F: struikweide openbaar groen Zone G: bomenweide openbaar groen Zone H: kleine poel Zone I: grote poel


Zone A: rand kavel aan rijwegen Zone B: rand kavel aan Reiderdiep Zone C: langs openbaar groen Zone D: tussenstuk kavels langs Reiderdiep Zone E: tussenstuk kavels langs openbare groen Zone F: struikweide openbaar groen Zone G: bomenweide openbaar groen Zone H: kleine poel Zone I: grote poel

Figuur 49 Overzichtskaart 49


6.1 Staalkaart Zone A: Rand kavel aan rijwegen

Figuur 50 Overzichtskaart

Sfeer en functie

Aankomende over de weg ervaart de bezoeker hier een dicht bos. Er staan monumentale bomen langs de kant van de weg gecombineerd met 2e grootte bomen en struiken. Door de dichte beplanting heerst er een rustige en stille sfeer. Letterlijk want de beplanting dient tevens als windkering. Door het vele groen worden de wegen gemakkelijke gezien in het landschap, ook van veraf. De vormgeving van het groen aan de voorkant van de kavels richting de weg geven de kavels allure. Eisen Tenminste één boom per kavel groeit uit tot een monumentale solitaire boom. De overige bomen en struiken zijn hieraan ondergeschikt. Bomen en struiken krijgen voldoende ruimte om uit te groeien tot hun volwassen grootte. De plantafstand vindt op eindbeeld plaats. Om de geplante bomen geen concurrentie te laten ondervinden moet er jaarlijks onderhoud plaatsvinden. Grondsoort Er zijn diverse grondsoorten van oorsprong in het gebied aanwezig, teelaarde, klei en zand. Omdat veel kavels nog worden opgehoogd met grond uit het te graven Reiderdiep is er van te voren niet bekend wat de grondkwaliteit per kavel 50

is. Uitgangspunt is dat voor het planten onderzocht wordt of er aanvullende bemesting moet plaatsvinden. Sortiment planten, struiken en bomen Omdat de grondkwaliteit niet van te voren bekend is en dus de soorten uit de potentieel natuurlijke vegetatie niet automatisch kan worden toegepast is gekozen voor een breed assortiment van inheemse soorten. Aanleg Voorbereiding: grondonderzoek ten behoeve van verbetering grond waar nodig, de grond wordt gefreesd en geëgaliseerd voor beplanting, bomen van de 1e grootte een plantgat van 0.80 x0.80 x 0.80 meter, bomen van 2e grootte een plantgat van 0.60 x 0.60 x 0.60 meter, struiken een plantgat van 0.20 x 0.20 x 0.20 meter, bomen krijgen een boompaal met boomband en een beluchtingssysteem, in het eerste jaar wordt 12 x in het groeiseizoen water gegeven. Beheer & onderhoud Het grasland zal in de eerste 5 á 10 jaar het beeld overheersen. Daarna zullen de bomen het beeld overnemen. In de eerste 5 a 10 jaar kan het beheer hierop worden aangepast zodat een afwisselend kruidachtige vegetatie ontstaat. Uitgaan-


de van voedselrijke omstandigheden (klei en teelaarde, er zijn ook kavels met zandgrond) moet er in de eerste 5 jaar 3 x jaar gemaaid worden (half mei, half juni en september) waarbij het maaisel te drogen ligt en vervolgens wordt afgevoerd. Het

Sortiment

Plantafstand

gras wordt ten laagste op 5 cm gemaaid. Tot ongeveer 1 meter van de voet van de boom wordt niet machinaal gemaaid maar handmatig.

Leverantiemaat

Kwaliteit met kluit, tenminste

Fagus sylvatica

Wildverband, afstand

atropunicea

tot andere bomen

Liriodendron

min 15 m, afstand tot 16-18

tulipifera

rand zone min 7.5 en

Quercus robur

max 10 m

2x verplant, onbeschadigd, ziektevrij, geen verdroging, doorgaande spil, 1e gesteltak op 1.80 m

Menging

2x verplant, onbesch-

Prunus avium

tussen bomen min 6

adigd, ziektevrij, geen

Sorbus aucuparia

en max 10 m, afstand

10-12

tot rand min 4 m

verdroging, door-

Viburnum opulus

tussen struiken min 5 60/80

Quercus r. 50% voor heel project gebied (niet meer als

en max 10 m Kruidenmengsel Totaal

beworteld advanta - hooibeheer

1 st. per

€ 75 -

kavel

€ 100

twee dezelfde bomen naast elkaar) Prunus a. 1 st. -

Sorbus a. 4 st.

gaande spil, 1e gestel-

meerstammig, goed

stuk

Liriodendron t. 25%

€ 30 € 40

per 0.1ha

tak op 1.50 m Wildverband, afstand

Prijs per

Fagus s. 25%

met kluit, tenminste Wildverband, afstand

Aantal

-

-

6 st. per 0.1ha

€6-€8

0.65 kg per € 24 per 0.1ha

kg

gemiddeld € 275 per kavel € 365 51


Prunus avium ( of Sorbus aucuparia) Sorbus aucuparia ( of Prunus avium) Viburnum opulus

Fagus sylvatica atropunicea (of Liriodendron tulipifera, Quercus robur)

10

Sorbus aucuparia ( of Prunus avium) Viburnum opulus

5

0

Figuur 51 Aanzicht aanplant 1:300

15

10

5

0

Figuur 52 Aanzicht 20 jaar 1:300

20

15

10

5

0

Figuur 53 Aanzicht 50 jaar 1:300 52


Bron: De aanleg van nieuwe bossen

Figuur 54 Referentie eindbeeld 53


6.2 Staalkaart Zone B: Rand kavel aan Reiderdiep

Figuur 55 Overzichtskaart

Sfeer en functie Vanaf het kavel heeft de bewoner vrij zicht op het Reiderdiep. Ook vanaf het water is de bebouwing goed te zien. Er is mogelijk een aanlegsteiger met boothuis. Er staat één monumentale boom die het huis (en mogelijk boothuis) in perspectief plaatsen. Vanaf de bebouwing kan men over het weidse Groningse landschap kijken. Een rietkraag vormt de overgang naar het water. Eisen Per kavel moet er tenminste één boom uitgroeien tot een monumentale boom. Indien het kavel niet verkocht wordt mag ook spontane opslag van elzen en wilgen voor komen. Er moet rond de monumentale boom en langs de rietkraag jaarlijks onderhoud plaatsvinden. Grondsoort

voren bekend is en dus de soorten uit de potentieel natuurlijke vegetatie niet automatisch kan worden toegepast is gekozen voor een breed assortiment van inheemse soorten. Aanleg Voorbereiding: grondonderzoek ten behoeve van verbetering grond waar nodig, de grond wordt gefreesd en geëgaliseerd voor beplanting, bomen van de 1e grootte een plantgat van 0.80 x0.80 x 0.80 meter, bomen krijgen een boompaal met boomband en een beluchtingssysteem, in het eerste jaar wordt 12 x in het groeiseizoen water gegeven. De rietgroei wordt bevorderd met het neerleggen van rietzaden uit andere delen van de Blauwe Stad. Beheer & onderhoud

Indien het kavel verkocht wordt zal er jaarlijks onderhoud plaatsvinden om Er zijn diverse grondsoorten van oorspontane opslag van houtige gewassen te sprong in het gebied aanwezig, teelaarde, voorkomen. Indien het kavel niet verklei en zand. De oevers zullen bestaan uit kocht wordt zal alleen jaarlijks onderhoud de ter plekke aanwezige grond en een plaatsvinden rond de boom van de eerste ophoging van grond. Uitgangspunt is dat grootte. Tot ongeveer 1 meter van de voor het planten onderzocht wordt of er voet van de boom wordt niet machinaal aanvullende bemesting moet plaatsvingemaaid maar handmatig. Er vindt in den. beide gevallen jaarlijks onderhoud plaats Sortiment planten, struiken en bomen aan de rietkraag om dichtgroeien met houtige gewassen te voorkomen. Omdat de grondkwaliteit niet van te 54


Sortiment

Aesculus Hippocastanum Salix sepulcralis chysocoma Tilia x europaea ‘Koningslinde’

Plantafstand

Leverantiemaat

Kwaliteit met kluit, tenmin-

Wildverband, afstand

ste 2x verplant,

tussen bomen min 30

onbeschadigd,

en max 60 m, afstand

16-18

ziektevrij, geen

tot rand zone min 7.5,

verdroging, door-

max 10 m,

gaande spil, 1e gesteltak op 1.80 m

Grasmengsel

-

-

Phragmites australis

-

-

Totaal

advanta - Parken 1 maaisel uit blauwe stad

Menging

Aantal

Prijs per stuk

Aesculus h. 25% Salix s.c. 50% Tilia e.

25%

voor heel project

1 st. per

€ 75 -

gebied

kavel

€ 100

0.02 kg /

€ 8.5 per

0.1ha

kg

(niet meer als twee dezelfde bomen naast elkaar) -

0.2 kg / 0.1 ha

-

gemiddeld €75 per kavel € 100

Verwachte soorten met spontane groei Alnus glutinosa Salix aurita Salix cinerea Salix viminalis 55


Salix sepulcralis chysocoma (of Aesculus Hippocastanum of Tilia x europaea ‘Koningslinde’)

10

5

0

Figuur 56 Aanzicht aanplant 1:300 15

Alnus gultinosa

Alnus gultinosa

Salix aurita, cinerea of viminalis

Alnus gultinosa Salix aurita, cinerea of viminalis

10

5

Phragmites australis 0

Figuur 57 Aanzicht 20 jaar 1:300

25

20

15

10

5

0

Figuur 58 Aanzicht 50 jaar 1:300 56


Figuur 59 Referentie eindbeeld 57


6.3 Staalkaart zone C: rand kavel langs openbaar groen

Figuur 60 Overzichtskaart

Sfeer en functie Bij de kavels richting het openbaar groen is er een meer besloten sfeer. Een dichte struiken laag voorkomt doorzichten. Hier kan klein wild zoals reeĂŤn, hazen, konijnen vanuit het openbaar groen een schuilplek vinden.

hoeve van verbetering grond waar nodig, de grond wordt gefreesd en geĂŤgaliseerd voor beplanting, struiken krijgen een plantgat van 0.20 x 0.20 x 0.20 m. Beheer & onderhoud

Indien het kavel verkocht wordt zal er jaarlijks onderhoud plaatsvinden om spontane opslag van houtige gewassen te Eisen voorkomen. Indien het kavel niet verkocht Per kavel moeten er tussen de 18 en 20 wordt zal er geen jaarlijks onderhoud stuks struiken komen. De struiken moeten plaatsvinden. Spontane opslag van hoofdkunnen uitgroeien tot een hun volwassen zakelijk berken zal hier dan ook getoleerd grootte. Her en der wat spontane opslag worden. van berken en eventueel wilgen wordt hier getolereerd. Grondsoort Er zijn diverse grondsoorten van oorsprong in het gebied aanwezig, teelaarde, klei en zand. Uitgangspunt is dat voor het planten onderzocht wordt of er aanvullende bemesting moet plaatsvinden. Sortiment planten, struiken en bomen Omdat de grondkwaliteit niet van te voren bekend is en dus de soorten uit de potentieel natuurlijke vegetatie niet automatisch kan worden toegepast is gekozen voor een breed assortiment van inheemse soorten. Aanleg Voorbereiding: grondonderzoek ten be58


Sortiment

Plantafstand

Leverantie-maat

Kwaliteit

Aantal

Prijs per stuk

Cornus mas Cornus mas Crataegus monogyna

Wildverband, afstand tussen struiken min 3

60/80

en max 8 m

meerstammig, goed beworteld

12 st. Crataegus mo-

€ 6-€8

nogyna 8 st. per 0.1ha

Phragmites australis

-

-

Grasmengsel

maaisel uit blauwe stad

0.2 kg / 0.1ha

-

advanta - Parken 1

0.02 kg / 0.1ha

€ 8.5 per kg

gemiddeld per

Totaal

kavel

€ 120 - € 160

Verwachte soorten met spontane groei Betula pubesces

-

-

-

-

-

59


10

Cornus mas + Crataegus monogyna 5

0

Figuur 61 Aanzicht aanplant 1:300

Betula pubescens

Phragmites australis

Betula pubescens

15

Phragmites australis 10

5

0

Figuur 62 Aanzicht 10 jaar 1:300

20

15

10

5

0

Figuur 63 Aanzicht 20 jaar 1:300 60


Figuur 64 Referentie eindbeeld Bron: De aanleg van nieuwe bossen (beneden)

61


6.4 Staalkaart zone D: tussenstuk kavels langs Reiderdiep

Figuur 65 Overzichtskaart

Sfeer en functie Tussen de kavels die liggen aan het Reiderdiep is er een transparante sfeer. Bomen van de tweede grootte en kruidenvegetatie bepalen het beeld. De sobere inrichting tussen de kavels geeft ruimte om poelen te graven waarmee een natte verbinding naar het Reiderdiep ontstaat. De poelen hebben een natuurlijke uitstraling met grillige vormen. De rietkragen komen ook langs de poelen zodat ook hier weer een doorgaande lijn mee ontstaat. Bewoners leven hier langs en tussen het water. Bovendien kunnen bezoekers van buiten het gebied hier door deze zone richting het Reiderdiep wandelen. Eisen Per kavel moeten er tussen de twee en drie bomen komen van de tweede grootte. Er moeten tussen de twee en drie poelen komen met een oppervlakte van tenminste 25 m2. De poelen hebben een grillige vorm en oevers waarvan de steilte verschilt. Er komt een natuurlijk ogend wandelpad gebogen langs de poelen richting het Reiderdiep met een breedt van 1.5 m. Grondsoort

de ter plekke aanwezige grond en een ophoging van grond. Uitgangspunt is dat voor het planten onderzocht wordt of er aanvullende bemesting moet plaatsvinden. Sortiment planten, struiken en bomen Uitgangspunt in het sortiment is de potentieel natuurlijke vegetatie. Omdat de grond verstoord wordt en opgehoogd met grond uit het Reiderdiep is de kwaliteit hiervan van te voren niet bekend. Om aan te sluiten bij het natte karakter wordt gekozen voor een populieren soort. Aanleg Voorbereiding: grondonderzoek ten behoeve van verbetering grond waar nodig, de grond wordt gefreesd en geĂŤgaliseerd voor beplanting, bomen van de 2e grootte een plantgat van 0.60 x 0.60 x 0.60 meter, bomen krijgen een boompaal met boomband en een beluchtingssysteem, in het eerste jaar wordt 12 x in het groeiseizoen water gegeven. De rietgroei wordt bevorderd met het neerleggen van rietzoden uit andere delen van de BlauweStad. Beheer & onderhoud

Indien het kavel verkocht wordt zal er Er zijn diverse grondsoorten van oorjaarlijks onderhoud plaatsvinden om sprong in het gebied aanwezig, teelaarde, spontane opslag van houtige gewassen te klei en zand. De oevers zullen bestaan uit 62


voorkomen. Indien het kavel niet verkocht wordt zal geen jaarlijks onderhoud plaatsvinden. De spontane opslag zal een dichte begroeing van wilgen, elzen en berken ten gevolg hebben.

Sortiment

Plantafstand

Leverantie-maat

Populus tremula

en max 30 m, afstand

16-18

-

Grasmengsel

-

€ 75 - € 100

2 st. per kavel

€6-€8

maaisel uit blauwe stad

0.2 kg / 0.1 ha

-

advanta - Parken 1

0.02 kg / 0.1 ha

€ 8.5 per kg

gesteltak op 1.50 m 60/80

en max 10 m Phragmites australis

2 st. per kavel

ziektevrij, geen verdroging, doorgaande spil, 1e

Wildverband, afstand tussen struiken min 5

Prijs per stuk

verplant, onbeschadigd,

tot rand zone min 8 m

Viburnum opulus

Aantal

met kluit, tenminste 2x

Wildverband, afstand tussen bomen min 10

Kwaliteit

-

meerstammig, goed beworteld

gemiddeld per € 160 -

Totaal

kavel € 220

Verwachte soorten met spontane groei Alnus glutinosa Betula pubesces Salix aurita

-

-

-

-

-

Salix cinerea Salix viminalis

63


Populus tremula

Viburnum oplus

10

Populus tremula

5

0

Figuur 66 Aanzicht aanplant 1:300 Betula pubesces

Betula pubesces

Betula pubesces 15

Salix aurita, cinerea of viminalis Phragmites australis

Phragmites australis

10

5

0

Figuur 67 Aanzicht 20 jaar 1:300 25

20

15

10

5

0

Figuur 68 Aanzicht 50 jaar 1:300 64


Figuur 69 Betula pubescens (links) Populus tremula (rechts) Bron: Bosplantsoen, bomen en struiken in bos en landschap (rechts)

Figuur 70 Spontane groei aan poel 65


Populus tremula

Populus tremula

Salix aurita, cinerea of viminalis

Salix aurita, cinerea of viminalis Betula pubesces

Betula pubesces

Betula pubesces

Betula pubesces Populus tremula Populus tremula

Salix aurita, cinerea of viminalis

Populus tremula

Phragmites australis

Figuur 71 Bovenaanzicht 20 jaar (links) en 50 jaar (rechts) 66

Salix aurita, cinerea of viminalis

Populus tremula

Phragmites australis


Figuur 72 riet aan poel

Figuur 73 poel tussen beplanting Bron: De aanleg van nieuwe bossen

67


6.5 Staalkaart zone E: tussenstuk kavels langs openbaar groen

Figuur 74 Overzichtskaart

Sfeer en functie Tussen de kavels die liggen aan het openbaar groen is er een iets minder transparante sfeer dan tussen de kavels aan het Reiderdiep. Bomen van de tweede grootte, struiken en kruidenvegetatie bepalen hier het beeld. Er is ook hier ruimte voor poelen. Hiermee wordt het water opgevangen en zo nodig afgevoerd richting een afvoersloot achter het kavel gelegen in het openbaar gebied. De poelen hebben een natuurlijke uitstraling met grillige vormen. De kavels liggen over het algemeen wat hoger dan die direct aan het Reiderdiep, omgang met water staat echter ook hier voor. Eisen Per kavel moeten er tussen de drie en vijf struiken komen, tussen de vijf en zes bomen van de tweede grootte en drie tot vier kleine poelen met een minimum oppervlakte van 25 m2. De poelen hebben een grillige vorm en oevers waarvan de steilte verschilt. Grondsoort Er zijn diverse grondsoorten van oorsprong in het gebied aanwezig, teelaarde, klei en zand. De oevers zullen bestaan uit de ter plekke aanwezige grond en een ophoging van grond. Uitgangspunt is dat voor het planten onderzocht wordt of er 68

aanvullende bemesting moet plaatsvinden. Sortiment planten, struiken en bomen Uitgangspunt in het sortiment is de potentieel natuurlijke vegetatie. Omdat de grond verstoord wordt en opgehoogd met grond uit het Reiderdiep is de kwaliteit hiervan van te voren niet bekend. Om ook de kosten beperkt te houden is voor twee soorten gekozen die binnen de pnv vallen. Aanleg Voorbereiding: grondonderzoek ten behoeve van verbetering grond waar nodig, de grond wordt gefreesd en geĂŤgaliseerd voor beplanting, bomen van de 2e grootte een plantgat van 0.60 x 0.60 x 0.60 meter, bomen krijgen een boompaal met boomband en een beluchtingssysteem, in het eerste jaar wordt 12 x in het groeiseizoen water gegeven. Struiken krijgen een plantgat van 0.20 x 0.20 x 0.20 m. De rietgroei wordt bevorderd met het neerleggen van rietzoden uit andere delen van de BlauweStad. Beheer & onderhoud Indien het kavel verkocht wordt zal er jaarlijks onderhoud plaatsvinden om spontane opslag van houtige gewassen te voorkomen. Indien het kavel niet verkocht wordt zal geen jaarlijks onderhoud


plaatsvinden. De spontane opslag zal een dichte begroeing van wilgen en berken ten gevolg hebben.

Sortiment

Plantafstand

Leverantiemaat

met kluit, tenminste 2x

Wildverband, afstand Sorbus aucuparia

tussen bomen min 8 en

Prunus avium

max 15 m, afstand tot

verplant, onbeschadigd, 10-12

Phragmites australis Grasmengsel

Wildverband, afstand min 5 en max 10

ziektevrij, geen verdroging, doorgaande spil, 1e

rand zone min 5 m

Viburnum opulus

Kwaliteit

gesteltak op 1.50 m 60/80

meerstammig, goed beworteld

Menging één soort in een zijde van een kavel, dezelfde soort aan de gren van kavel -

-

-

maaisel uit blauwe stad

-

-

-

advanta - Parken 1

-

Aantal

Prijs per stuk

Sorbus a. 3 st. Prunus a. 4 stu.

€ 75 € 100

per kavel 4 per kavel 0.2 kg / 0.1 ha

€6-€8 -

0.02 kg /

€ 8.5 per

0.1ha

kg

gemiddeld € 550 -

Totaal

per kavel € 730

Verwachte soorten met spontane groei Betula pubesces

-

-

-

-

-

69


10

Viburnum oplus

Sorbus aucuparia (of Prunus avium)

Viburnum oplus

Sorbus aucuparia (of Prunus avium)

Sorbus aucuparia (of Prunus avium) 5

0

Figuur 75 Aanzicht aanplant 1:300 Betula pubesces

Betula pubesces

15

10

Phragmites australis 5

0

Figuur 76 Aanzicht 20 jaar 1:300

20

15

10

5

0

Figuur 77 Aanzicht 50 jaar 1:300 70


Figuur 78 Sorbus aucuparia (links) Prunus avium (rechts) Bron: Bosplantsoen, bomen en struiken in bos en landschap

Figuur 79 spontane groei Bron: De aanleg van nieuwe bossen

71


6.6 Staalkaart zone F en G: struik en bomenweide openbaar groen G F Figuur 80 Overzichtskaart

Sfeer en functie Het openbaar groen in het Wold heeft met name een functie als verbinding tussen de kavels en het natuurgebied het Reiderwold. Daarnaast vervult het een functie als doorgangsgebied voor bewoners en bezoekers. Zij moeten zich er voldoende veilig kunnen voelen en het ook herkennen en gebruiken als openbaar recreatieterrein. De sfeer is aan de randen (ongeveer 30 meter) van het openbaar groen wat beslotener met struiken en een hoge kruidenlaag. Daarbinnen is het een vrij open gebied met her en der een boom. Zo hebben bezoekers van het openbaar groen goed overzicht. Eisen In in het midden van het openbaar groen staan ongeveer 4.2 boom per hectare van de 2e grootte. Daaronder wordt een grasmengsel gezaaid dat kort gehouden wordt ten behoeve van recreatie, circa 5 cm. Grondsoort Er zijn diverse grondsoorten van oorsprong in het gebied aanwezig, teelaarde, klei en zand. Uitgangspunt is dat voor het planten onderzocht wordt of er aanvullende bemesting moet plaatsvinden. Sortiment planten, struiken en bomen Omdat de grondkwaliteit niet van te 72

voren bekend is en dus de soorten uit de potentieel natuurlijke vegetatie niet automatisch kan worden toegepast is gekozen voor een breed assortiment van inheemse soorten. Aanleg Voorbereiding: grondonderzoek ten behoeve van verbetering grond waar nodig, de grond wordt gefreesd en geĂŤgaliseerd voor beplanting, bomen van de tweede grootte krijgen een plantgat van 0.60 x 0.60 x 0.60 m. Beheer & onderhoud Het grasland zal in de eerste jaren het beeld overheersen. Pas na een aantal jaren zullen de bomen en struiken groot genoeg zijn om de aandacht te trekken. Aan de rand is naast enkele struiken een kruidenrijke vegetatie gewenst. Er zijn in het gebied arme en rijke gronden. Bij een rijke grond is het uitgangspunt dat in de 1e vijf jaar 3 x jaar gemaaid wordt. Het wordt in twee gangen gemaaid en het droge hooi wordt afgevoerd. Daarna kan het 1 x per seizoen worden gemaaid worden. De kruidenvegetatie aan de rand wordt ten laagste tot 5 cm gemaaid, bij voorkeur tot 8 cm. Het gras in het midden van het openbaar groen wordt 4 x groeiseizoen gemaaid en mag ten hoogste 7 cm worden. Tot ongeveer 1 meter van de


voet van de boom wordt niet machinaal gemaaid maar handmatig.

Sortiment

Plantafstand

Leverantie-maat

Kwaliteit

Aantal

Prijs per stuk

131 st.

€6-€8

539 st.

€6-€8

wildverband, afstand tussen planten min 10 Rhamnus frangula

en max 20 m, afstand

60/80

van greppel min 8 max

meerstammig, goed beworteld

15 m wildverband, afstand tussen planten min 3 Salix aurita

en max 5 m, afstand

60/80

van greppel min 0 max

meerstammig, goed beworteld

2m met kluit, tenminste 2x verplant, onbeschSorbus aucuparia

afstand tussen planten min 30 en max 70 m

10-12

adigd, ziektevrij, geen verdroging, doorgaande

61 st.

€ 75 € 100

spil, 1e gesteltak op 1.50 m Grasmengsel Totaal

advanta - hooibeheer advanta - Parken 1

53kg

€ 24 per kg

1343kg

€ 8.5 per kg

heel gebied

€ 21.280 € 24.150 73


10

Salix aurita

Rhamnus frangula Salix aurita

Rhamnus frangula

Rhamnus frangula Salix aurita

5

0

Figuur 81 Aanzicht aanplant 1:300

10

5

0

Figuur 82 Aanzicht 10 jaar 1:300

10

5

0

Figuur 83 Aanzicht 20 jaar 1:300 74


Figuur 84 rand van woonkavels

Figuur 85 uitzicht openbare groen 75


6.7 Staalkaart zone H en I: kleine en grote poel I

H

Figuur 86 Overzichtskaart

Sfeer en functie De grote en kleine poelen in het openbaar groen van het Wold hebben zowel een recreatieve functie als een natuurfunctie. Langs de poelen moet kunnen worden gevist. Er moet ook voldoende zicht op het water blijven bestaan gezien vanaf de wandelpaden. De poelen zijn daarnaast een stapsteen voor kleine waterdieren en amfibieĂŤn. Tussen de natte natuur in het natuurgebied het Reiderwold en het Reiderdiep kunnen dieren gebruik maken van de poelen. Met flauwe oevers waarop verschillende soorten oeverbegroeing een plek hebben wordt hieraan tegemoet gekomen. Een bosje bij ieder poel met verschillende bomen en struiken maakt het beeld afwisselend. Eisen De rand van de poelen moet open gehouden worden door het niet te laten dichtgroeien met houtige gewassen. Verder is het belangrijk dat bezoekers dicht bij de poel kunnen komen, bijvoorbeeld met een kleine aanlegsteiger waardoor er in de grote poelen gevist kan worden. De bomen moeten dicht aan de rand van de poel gezet worden zodat de poel gedeeltelijk in de schaduw ligt. De waterkwaliteit moet goed zijn. Er moeten geen bronnen in de buurt van de poel zijn van 76

nutriĂŤnten. Bomen, struiken en kruidenvegetatie rondom de poel mag niet worden bemest. Grondsoort Er zijn diverse grondsoorten van oorsprong in het gebied aanwezig, teelaarde, klei en zand. Uitgangspunt is dat hier geen aanvullende bemesting voor de bomen en struiken plaatsvindt omdat de poelen anders te veel voedingsstoffen gaan bevatten. Sortiment planten, struiken en bomen Er is bij het assortiment gekozen voor soorten die van nature in het gebied voorkomen. Verder zal de oevervegetatie spontaan opkomen en dus volledig zijn aangepast aan de bodem en de voedselrijkdom van het water in de poel. Aanleg Nadat de poel is gegraven worden de bomen en struiken aangeplant zonder aanvullende bemesting. Bomen van de eerste grote krijgen een plantgat van 0.80 x 0.80 x 0.80 m, bomen van de tweede grootte krijgen een plantgat van 0.60 x 0.60 x 0.60 m en struiken een plantgat van 0.20 x 0.20 x 0.20 m. Vanuit de BlauweStad wordt maaisel verdeeld over de oevers in het eerste jaar. De oevervegetatie wordt geacht spontaan op te komen.


Beheer & onderhoud

in twee zones die om en om worden gemaaid. Verder zullen de poelen om Al in het eerste jaar nadat de poel is aanverlanding tegen te gaan om de twee á gelegd zullen de oevers gemaaid moeten drie jaar geschoond moeten worden. Ook worden om opslag van houtige beplanting hierbij wordt telkens maar de helft van de tegen te gaan. Er wordt minimaal 2 x per poel meegenomen zodat de andere helft jaar gemaaid tot dat de oevervegetatie geschikt blijft voor fauna en flora. Het aaneengesloten is. De oevervegetatie schonen gebeurt in het najaar met een wordt in de navolgende jaren ieder jaar maai- harkcombinatie. De vrijkomende aan in de wintermaanden gemaaid. De bagger wordt afgevoerd. oevers worden daarbij onderverdeeld Sortiment

Plantafstand

Leverantiemaat

Kwaliteit

Aantal

Prijs per stuk

8 st. per grote wildverband, afstand tusSalix aurita

sen planten min 2 en max 3m, afstand van rand poel

poel (ver60/80

meerstammig, goed be-

spreid in twee

worteld

groepen), 6 st.

min 0 en max 3 m,

€6-€8

per kleine poel (totaal 92) met kluit, tenminste 2x

Salix sepulcralis chyso-

afstand van rand poel min

coma

3 en max 5m

16-18

verplant, onbeschadigd,

1 st. per grote

ziektevrij, geen verdroging,

poel

doorgaande spil, 1e gestel-

(totaal 4)

€ 75 € 100

tak op 1.80 m

Sorbus aucuparia

Phragmites australis totaal

afstand van Salix sepul-

met kluit, tenminste 2x

craris min 30m, afstand

verplant, onbeschadigd,

tussen Sobus min 10 m,

10-12

ziektevrij, geen verdroging,

afstand van rand poel min

doorgaande spil, 1e gestel-

3 en max 10m

tak op 1.50 m -

maaisel uit blauwe stad

3 st. per grote poel, 2 st. per

€ 75 -

kleine poel

€ 100

(totaal 32) 42 kg

€ 3.250 € 4.360 77


10

Sorbus aucuparia

Salix aurita

Salix sepulcralis chysocoma

5

0

Figuur 87 Aanzicht aanplant 1:300

15

10

Phragmites australis

5

0

Figuur 88 Aanzicht 20 jaar 1:300

25

20

15

10

5

0

Figuur 89 Aanzicht 50 jaar 1:300 78


Figuur 90 Sorbus aucuparia Bron: Bosplantsoen, bomen en struiken in bos en landschap

Figuur 91 grote poel 79


BIJLAGE I BRONNEN

Websites www.blauwestad.nl nl.wikipedia.org www.blauwestad.nl www.groningerlandschap.nl maps.google.nl www.dvhn.nl (dagblad van het noorden) www.groningerarchieven.nl www.roodbaardsrijkdom.nl www.slingertuinen.nl Rapporten - boeken Noordelijke Rekenkamer (2010). Eindrapport Blauwestad. Assen: Noordelijke Rekenkamer. Provincie Groningen, Gemeente Oldambt (2010). Ontwikkelingsvisie ‘Blauwestad in het Oldambt’. DeZwarteHond (2007). Het Wold: Definitief Ontwerp. Rotterdam: DeZwarteHond. DeZwarteHond (2008). Beeldkwaliteitsplan Het Wold. Rotterdam: DeZwarteHond. DeZwarteHond (2007). Beeldkwaliteitsplan De Wei. Rotterdam: DeZwarteHond. DeZwarteHond (2006). Beeldkwaliteitsplan Het riet. Rotterdam: DeZwarteHond. DeZwarteHond (2006). Beeldkwaliteitsplan Het Park. Rotterdam: DeZwarteHond. IPC Groene Ruimte (2010). Bosplantsoen: bomen en struiken in bos en landschap. IPC, Arnhem. Jansen P. en et al (2009). De aanleg van nieuwe bossen. Matrijs, Utrecht. Dienst Landelijk gebied (2006). Inrichtingsplan Reiderwolde, EHSgebied in de zuidoosthoek van de Ring Blauwe Stad. DLG, Groningen. Lynch, K. (1960). The Image of the City. MIT Press, Cambridge MA. Kaarten. Bodemkaart van Nederland, blad 8 Nieuweschans 1:50.000 (1986) Historische militaire kaart 1:50.000 (1851-1855) Topografische kaart 1:25.000 (z.d.)

80


81


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.