1 minute read
Ik ging wandelen met Gaston en ik kwam tegen...
In zijn deuropening treffen Gastonneke en ik een wereldautoriteit op vlak van zonnecellen: UHasseltprofessor Dirk Vanderzande. In een castingbureau zou hij er onmiddellijk uitgepikt worden als ‘de geniale prof’, bedenk ik. Met zijn grijze baard, donkere bril en okerkleurige ribfluwelen broek oogt hij als een prototype.
‘Dag professor, hoe gaat het met u sinds uw pensioen enkele maanden geleden? Of ‘emeritaat’ heet dat als professor, zeker?’
‘Ik ben fijn aan het koken met de kruiden uit mijn tuin’, antwoordt hij meteen welwillend.
Ik wijs op een berg kiezeltjes in de voortuin en zeg: ‘En uwe berg, daar is ook nog werk aan.’ De professor knikt en lacht. Zou ik op die berg wijzen omdat ikzelf nooit-niets-nul heb uitgevonden?
Iets van: ‘bepaalde methodes om plastic geleiders te maken worden de Vanderzande- route genoemd, maar mijn oprit is toch maar fijn gegritseld’?
De professor geeft nog 2 uur per week college en begeleidt nog 3 doctoraatsstudenten. Over 3 jaar zal hij ‘uitgebold’ zijn, zegt hij zelf. Dan zie ik de elektronische kaart die aan zijn broek hangt. ‘Als ik de verkeerde broek aantrek, mag ik niet binnen’, glimlacht hij, als hij mijn blik ziet.
‘Ik ga daar een foto van maken voor in de Godskesgazet’, zeg ik. Dat vindt hij goed.
De professor is altijd bezig geweest met nieuwe typen zonnecellen te maken, flinterdunne zonnecellen. Hij focuste als scheikundige op het bedenken van nieuwe materialen. Hij heeft de basis gelegd van de organische zonnecellen, die niet werken met silicium, maar met polymeren en sinds 14 jaar ook met het mineraal perovskiet. Die laatste soorten zonnecellen zijn nog dunner, plooibaarder en goedkoper. De professor heeft onder andere zonnecellen voor ogen die in grote glaspartijen worden verwerkt, ‘bouwgeïntegreerd’ noemt hij het. Er zijn voorbeelden van, maar het is nog niet in productie. Voor perovskieten zit dat er zeker wel aan te komen. Groepen fysici en ingenieurs zijn daarmee bezig, het is een heel proces om een nieuwe technologie te ontwikkelen.
Ik ben zeker niet thuis in deze materie, maar kan wel volgen wat de professor vertelt. Dat is ook een kunst: iets helder kunnen uitleggen aan een leek.
Zijn verhaal stemt me even positief. Er wordt gewerkt aan een mooie toekomst, door mensen als hij. Uit Godsheide. Bescheiden, vriendelijke mensen als Dirk Vanderzande. Dat zeg ik hem ook.
Gaston is nogal onnozel aan het blaffen nu, hij heeft zo zijn momenten, en Dirks vrouw, Huguette, komt eens kijken.
Ik vraag haar meteen om mee op de foto staan, zonder aarzelen tilt ze Gaston op, houdt hem glunderend tegen zich aan zegt: ‘Ik zaag al 6 jaar voor een puppy, een zwarte retriever. Wie er eentje te veel heeft mag die naar mij brengen, zet dat maar in je column.’ De professor lacht.