ISSO-info_43_small

Page 1

nummer

43

j u n i 2010

Verrassingen en mooie woorden bij afscheid van ISSO-directeur Jaap Hogeling De grote belangstelling tijdens het afscheidsseminar van ISSO-directeur Jaap Hogeling tekent de enorme kring van relaties die hij in de afgelopen 30 jaar heeft opgebouwd. Op 1 februari 2010 heeft Hogeling zijn functie als directeur van ISSO overgedragen aan Rob van Bergen en op 8 april jongstleden vond daarom een officieel afscheid plaats met een seminar. Toch betekent dit niet dat hij volledig van het podium verdwijnt. Jaap Hogeling blijft voor ISSO actief binnen internationale projecten en voor de installatiebranche als directeur van KBI.

• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • 3 5 5 6 6 7 8 8 9

10 10 11

12 12 13 14

16 17 17

20

ISSO-info nummer 43 Verrast over de enorme breedte waarop ISSO actief is ISSO is ISO 9001 gecertificeerd ISSO bouwt nieuw informatiesysteem Impressie ISSO-docentendag 19 maart 2010 Marktverkennend onderzoek naar kwaliteitsborging PV-systemen Uitreiking procescertificaten Ventilatie Herzien: ISSO-publicatie 36 Grondleidingen voor termo-transport Checklist ‘Hotspots’ in waterleidingen ISSO start Leergang Ventilatie Binnenmilieuprofiel woningen Nieuwe ISSO-uitgaven Duurzaam Beheer en Onderhoud ISSO-leergang Warmtepompen levert eerste geslaagde kandidaten op! Energie-efficiënt verlichten Controle van kwaliteitsverklaringen Zorgplicht-Legionella.nl geprofessionaliseerd ISSO Instructie regeltechniek Ontwikkeling en evaluatie EPA-examens Instructiebijeenkomsten ISSO I S S O i n f o 4 3

Jaap Hogeling (rechts) introduceert Rob van Bergen Voor de vele aanwezigen op het seminar, zo

seminar was voor een internationale relatie,

bleek wel uit hun toespraken of uit de infor-

de Deense professor Bjarne Olesen verbon-

mele gesprekken, is het belangrijk dat Jaap

den aan het International Centre for Indoor

Hogeling zijn kennis voorlopig blijft uitdra-

Environment and Energy van de Technische

gen en delen. Iemand die meer dan 30 jaar

Universiteit van Denemarken. Hogeling en

als boegbeeld van hét kenniscentrum van de

Olesen ontmoetten elkaar 30 jaar geleden

installatiewereld fungeerde, moet niet van

en sindsdien is er niet alleen een hele nauwe

de één op de andere dag het toneel verlaten.

samenwerking tussen twee techneuten, maar

Als manager internationale projecten blijft hij

ook een persoonlijke vriendschap ontstaan.

daarom aan diverse internationale normalisa-

Olesen wenste Hogeling toe dat hij zeker

tietrajecten werken. De regelgeving rondom

zijn internationale werk nog een tijdje zal

de Europese energieprestatierichtlijnen is

voortzetten, omdat er nog veel normalisatie

daarbij zijn voornaamste werkterrein.

nodig is op hun beider werkterrein; namelijk het spanningveld tussen energiebesparing

Deense vriend

enerzijds en het zorgen voor een goed en

Voor het ‘afscheidsseminar’, dat plaatsvond

productief binnenklimaat anderzijds. Hij

in De Heerlickheijd in Ermelo, waren veel

prees de inspanningen van Hogeling om in

relaties van Jaap Hogeling en van ISSO

ons land, naast het Energielabel, ook een

uitgenodigd. Hogeling zelf was, onwetend

Binnenmilieulabel tot stand te brengen. Nu

over wat hem te wachten stond, naar De

dit certificaat in ons land er lijkt te komen,

Heerlickheijd gebracht en was na afloop ook

vindt Olesen dat Hogeling dit trucje nu ook

bijzonder blij en zelfs geëmotioneerd door

in Europa voor elkaar moet boksen. “En daar

de mooie woorden die op deze middag tot

hebben we zeker nog drie jaar voor nodig.”

hem waren gericht. De opening van het 1

j u n i 2 010


Afrikaanse gast Een andere internationale gast die Jaap Hogeling kwam toespreken was dr. Joyce Malombe. Ook deze, van oorsprong Keniaanse dame ontmoette Hogeling tijdens een van zijn vele internationale conferenties, en zij is in de achterliggende jaren een persoonlijke vriendin van hem en zijn vrouw geworden. Malombe sprak de aanwezigen toe, ook in haar rol als speciale VN-medewerkster, over de snelle verstedelijking wereldwijd. Dit leidt op veel plaatsen tot enorme krottenwijken waar van moderne installatietechniek geen enkele sprake is. Zo sterven er jaarlijks 2,7 miljoen mensen door CO-vergiftiging als gevolg van het stoken en koken op biomassa. Dat zijn meer mensen dan alle sterfgevallen door malaria en tuberculose samen. Ook zij hoopt vurig dat Jaap zijn internationale inspanningen nog maar lang mag volhouden.

Hogere productiviteit Naast de internationale gasten kon men op het seminar luisteren naar een lezing van

lezing over duurzaam ondernemen, waarbij

van de MKK-structuur, maar ook de ontzet-

Paul Roelofsen, adviseur Binnenmilieu &

hij zijn eigen bedrijf als voorbeeld stelde.

tend lastige wijze waarop die in de publica-

Bouwfysica bij Grontmij TM. Hij vertelde over

Unica heeft sinds enkele jaren radicale stap-

ties wordt doorgevoerd, onder de aandacht

het belang van een goed binnenmilieu voor

pen in deze richting gezet. Dat deed De

hebben gebracht. Dat doe ik hier dan ook

de arbeidsproductiviteit. Volgens hem heeft

Lange allereerst door in het eigen bedrijf de

maar, al besef ik goed dat we juist op mijn

een facilitymanager twee topprioriteiten:

mensen ervan te overtuigen. Vervolgens is

vakgebied, de Sanitaire Technieken, die MKK-

kostenbeheersing en productiviteit. Om

men de boodschap ook naar relaties gaan

structuur zo lang mogelijk buiten de deur

beide zaken te optimaliseren zouden deze

uitdragen. “Wij gebruikten daarvoor geen

hebben willen houden. Maar ook wij gaan nu

beheerders nadrukkelijker moeten kijken

fraai geformuleerde beleidsstukken, maar

toch overstag.”

naar het samenspel tussen de aspecten licht,

ik ben, met enkele collega’s, vrijwel letterlijk

geluid, thermisch binnenklimaat en de rein-

op de zeepkist geklommen en ben mensen

Bart Chabot als uitsmijter

heid van de lucht. De prestatie van mensen

via toespraken persoonlijk gaan overtuigen.

De uitsmijter – het waren er feitelijk twee –

in een gebouw wordt veel meer door slechte

Duurzaamheid is geen hype maar een uit-

bestond uit een ludieke film en een lezing

omstandigheden beïnvloed dan we nu met

gangspunt voor onze bedrijfsvoering.” De

van schrijver/cabaretier Bart Chabot. De film,

zijn allen beseffen, zo was de strekking van

Lange gaf diverse voorbeelden van projecten

met de titel Breaking News, was gemaakt

zijn verhaal. Een ventilatievoud van 30 m3/h,

waarin Unica de focus op duurzaamheid

door het personeel van ISSO. Zij gebruikten

dat nu vaak wordt gehanteerd, is echt een

ook in de praktijk heeft gebracht. In diverse

allerlei nieuwsprogramma’s en actualiteiten-

absolute ondergrens. Eigenlijk zouden we

projecten gaat het erom om partnerships te

rubrieken om in beeld te brengen hoe groot

deze niet als ontwerpnorm moeten aanhou-

sluiten, zo vertelde De Lange. Juist dan komt

de schok wereldwijd is nu Jaap Hogeling bij

den. Ook is het in veel gebouwen vaak te

duurzame ontwikkeling echt van de grond.

ISSO als directeur terugtreedt. Daarna mocht

warm, wat duidelijk tot prestatieverlies leidt.

“Wie kan delen, kan ook vermenigvuldigen”,

Bart Chabot, van wie Jaap Hogeling een grote

Koeling is dan geen overbodige luxe. In feite,

zo luidde zijn afsluiting.

fan is, op zijn eigen, onnavolgbare wijze de

zo zei Roelofsen, overstijgt de winst door een

Vervolgens mocht Will Scheffer, als lid van de

hoofdpersoon van de dag toespreken. Hij

hogere productiviteit vrijwel altijd de extra

Raad van Begeleiding, het belang van ISSO,

had zich verdiept in het leven van Hogeling

investeringen voor een optimaal binnen­

de ISSO-publicaties, en de ontwikkeling van

en trok daarbij enkele bijzondere parallellen

klimaat.

deze publicaties voor de sector nog maar

naar zijn eigen belevingswereld. Uiteindelijk,

eens aanstippen. Hij deed dat, tamelijk over-

zo moest Bart Chabot erkennen, is hij dusda-

Duurzaam ondernemen

vallen door de plotselinge ziekte van Egbert

nig door het werk van Hogeling gefascineerd

Laurens de Lange, directeur van de Unica

Wagenaar, op zijn eigen wijze, maar met

geraakt, dat Chabot op zijn beurt nu ook een

Installatiegroep, verzorgde eveneens een

verve. “Egbert zou ongetwijfeld het belang

groot fan van Jaap Hogeling is.

I S S O i n f o 4 3

2

j u n i 2 010


Wisseling van de wacht in directie van kennisinstituut ISSO

“Verrast over de enorme breedte waarop ISSO actief is” Sinds 1 februari 2010 is Rob van Bergen de nieuwe directeur van Kennisinstituut ISSO. Jaap Hogeling, die sinds 1979 directeur was, verdwijnt nog niet van het toneel bij ISSO, maar hij draagt de dagelijkse leiding van het bureau wel meteen aan Van Bergen over. Voor deze voormalige adviseur en coördinerend projectleider bij de Rijksgebouwendienst is ISSO een prachtige uitdaging en een nieuwe stap in een sector die hem enorm boeit. “Natuurlijk kende ik ISSO, maar dan vanuit de

gaten te houden en overal mijn voelsprieten

praktijk en vooral van de ISSO-publicaties die

uit te steken. Dit kennisinstituut moet niet

wij intensief gebruikten bij zowel het advies-

alleen zorgen dat wij de sector van actuele

bureau als ook de Rijksgebouwendienst waar

kennisproducten voorzien, maar we moeten

ik hiervoor werkte. Als gebruiker van de ken-

ook anticiperen – en soms heel snel – op

nisproducten heb je natuurlijk wel een beeld

trends en ontwikkelingen zodra die voor de

van ISSO, maar dat is toch beperkt omdat je

sector van belang zijn of zullen gaan worden.”

de organisatie die voor de producten verantwoordelijk is niet echt kent. Desondanks had

Natuurkundige in advieswereld

ISSO voor mij wel een zodanig profiel dat ik,

Na zijn studie natuurkunde aan de TU in Delft

bij het zien van de advertentie, meteen wist

had Rob van Bergen niet meteen een beroep

dat ik op deze functie wilde reageren”, vertelt

voor ogen waar zijn absolute voorkeur naar

Rob van Bergen.

uitging. “Natuurkunde vond ik op school een mooi vak en ik ben het ook om die reden

gepakt. Daar ben ik uiteindelijk doorgegroeid

Draagvlak creëren

gaan studeren. Tijdens mijn studie kwam ik

tot coördinerend projectleider, wat inhoudt

In de eerste gesprekken bleek dat de ver-

er wel achter dat er in mij geen onderzoeker

dat ik alle disciplines die bij nieuwbouw of

wachtingen die Van Bergen had van het ken-

schuilt. Toen ik begin jaren negentig afstu-

renovatie van een gebouw aan de orde zijn,

nisinstituut meer dan reëel waren. “Sterker

deerde, ben ik daarom gaan solliciteren bij

moet coördineren. Zo had ik onder meer de

nog, ik was echt verrast over de enorme

ingenieursbureaus waar ik met de praktijk

renovatie van het voormalige ministerie van

breedte waarop ISSO actief is. En dan niet

in aanraking kon komen. Het was op dat

onderwijs onder mijn hoede.”

alleen qua onderwerpen waarvoor de mede-

moment echter een moeilijke tijd op de

werkers kennisproducten en –diensten

arbeidsmarkt, maar ik had het geluk dat ik in

Horizon verleggen

ontwikkelen, maar ook als het gaat om het

1993 bij installatieadviesbureau Huisman &

“In 2006 kreeg ik de mogelijkheid om bin-

werkveld en de processen waarin ISSO een

Van Muijen in dienst kon treden. Daar heb ik

nen de Rijksgebouwendienst mijn horizon

rol speelt en die uiteindelijk tot de diverse

het vak van installatieadviseur vanaf de basis

te verleggen, waardoor ik me nadrukkelijk

producten en diensten leiden. Het werken

geleerd. Ik kwam helemaal blanco binnen en

met de energiebesparingsprogramma’s

met bijvoorbeeld de vele Kontaktgroepen,

heb zo ongeveer alle afdelingen doorlopen.

van de overheid ben gaan bezighouden.

die altijd weer met een zo breed mogelijk

Ik heb bij TVVL een opleiding luchtbehande-

Dit kwam voort uit de energieambities van

draagvlak vanuit de sector moeten werken,

ling gevolgd en ik heb de HIT-opleiding in

het kabinet en het omvangrijke beleids-

vind ik erg bijzonder. Ook de uitdaging om

Den Bosch gedaan. Uiteindelijk deed ik alle

programma Schoon en Zuinig dat door het

voor elk project financiering te vinden, is een

voorkomende werkzaamheden op het werk-

kabinet werd ontwikkeld. Ik heb daarvoor

spannend onderdeel van het werk bij ISSO.

tuigbouwkundig vakgebied. In mijn laatste

een programma opgezet dat over alle afde-

Daarnaast zijn wij, als geen ander, permanent

zes jaar bij Huisman & Van Muijen werkte ik

lingen van de Rijksgebouwendienst werd

bezig om draagvlak voor allerlei actuele

als adviseur en was zowel technisch inhou-

uitgerold; dus zowel bij de ontwikkelaars als

ontwikkelingen te zoeken. De ene keer gaat

delijk als financieel verantwoordelijk voor

ook bij de beheerders van alle diensten. Na

het over energiebesparing, dan weer over

projecten bij onze relaties.”

de ontwikkeling daarvan, is er een program-

veiligheid, vervolgens over binnenmilieu of

“Na tien jaar met veel plezier bij dit bureau

madirecteur aangesteld die de continuïteit

legionella. Natuurlijk zit het inhoudelijke werk te hebben gewerkt, was het tijd voor iets

van het programma waarborgt. Zelf ben ik

hoofdzakelijk bij de projectcoördinatoren van

nieuws. Toen in 2003 de kans zich voor-

op dat moment bij de unit brandveiligheids-

ISSO, maar als directeur heb ik wel de taak

deed om adviseur Klimaattechniek bij de

adviseurs van de Rijksgebouwendienst als

om het hele en vooral brede speelveld in de

Rijksgebouwendienst te worden, heb ik deze

leidinggevende aangesteld. De belangrijkste

I S S O i n f o 4 3

3

j u n i 2 010


taak van deze afdeling is het adviseren bij

al hadden opgesteld en die hier in de wet- en

aan nieuwe diensten of dat de markt wil dat

het brandveilig maken van de totale gebou-

regelgeving vastligt. De komende jaren staan

wij bepaalde diensten verder uitbouwen. De

wenvoorraad. Belangrijke aanleiding was

er echter nog veel nieuwe ontwikkelingen als

digitalisering van kennis neemt bijvoorbeeld

de afschuwelijke brand op Schiphol. Op

het gaat om internationale normalisering op

nog altijd sterk toe, maar ook de kennisover-

dit programma zat erg veel politieke druk,

stapel, waarin ik natuurlijk zo veel mogelijk

dracht door cursussen en opleidingen zit in

maar je merkt dat die toch weer langzaam

ook de Nederlandse belangen zal behartigen.

de lift. Wellicht dat we dit type activiteiten

wegebt zodra de tijd na de ramp verstrijkt.

Dat doe ik het beste via ISSO en namens de

nog iets zullen uitbouwen. Maar dat zal niet

Desondanks lagen er technisch zeer uitda-

Nederlandse installatiesector. Daarnaast blijf

spectaculair zijn”, denkt Van Bergen.

gende vraagstukken op tafel. Hoe maak je

ik directeur van de Stichting KBI en vervul

Ook Hogeling voorziet geen sterke groei van

bijvoorbeeld een oude koepelgevangenis

daar mijn rol bij het beheer en het tot stand

het bureau, dat in de achterliggende jaren

brandveilig op nieuwbouwniveau. Want dit

brengen van nieuwe Beoordelingsrichtlijnen

gestadig is gegroeid naar een omvang van

is de eis die het parlement de dienst heeft

voor onze sector. Kortom, ik verdwijn zeker

ruim 20 medewerkers en dat nu vrijwel op

gesteld. Dit zijn geen projecten die je even in

niet van het toneel, maar zal hier intern wel

alle installatiedisciplines actief is. “We moeten

een jaartje oplost. Het hele programma loopt

meer een bijrol vervullen.”

niet alleen kijken naar welke kennisproduc-

ook nog door tot 2018. Maar de eerste dead-

ten we allemaal kunnen ontwikkelen. Het is

lines die in dit programma waren gesteld,

Juiste keuzes maken

belangrijker om te kijken naar de hoeveelheid

hebben we in de afgelopen jaren in elk geval

In de komende jaren voorzien Van Bergen en

en de diversiteit van de kennis die de markt-

gehaald.”

Hogeling nog wel een beperkte groei voor

partijen in de branche kunnen opnemen. Er

ISSO, al moet de buitenwereld niet verwach-

is gewoon een grens aan de investeringen in

“Prima kandidaat”

ten dat het kennisinstituut stormachtig zal

kennis die de bedrijven zich kunnen veroorlo-

Volgens Jaap Hogeling is het voor ISSO een

groeien. “Op dit moment zijn we, zo vind ik,

ven. Dat mogen wij niet uit het oog verliezen.

belangrijk voordeel dat de nieuwe directeur

op alle vakgebieden redelijk tot zeer goed

Daarom is het vooral van belang om de juiste

zowel in de praktijk als installatieadviseur als

gepositioneerd. De terreinen waarop we

keuzes te maken in de ontwikkeling van ken-

ook als opdrachtgever voor de installatiewe-

momenteel kennisproducten ontwikkelen,

nisproducten. Dat zal de komende jaren één

reld heeft gewerkt. “Het aanstellen van de

beslaan zo ongeveer de hele installatiesec-

van de belangrijkste taken zijn voor Rob van

nieuwe directeur is een taak van het bestuur

tor, waarbij de ene discipline van oudsher

Bergen, het bestuur van ISSO en het team van

van ISSO. Daar heb ik als directeur geen rol

breder wordt afgedekt dan de andere. Maar

medewerkers. Maar ik heb er alle vertrouwen

in. Maar ik wil best zeggen dat ik verheugd

ik verwacht niet dat we ineens nog hele

in dat hen dit goed afgaat.”

was toen ik het profiel van Rob onder ogen

andere disciplines moeten gaan bestrijken.

kreeg, nadat hij door het bestuur als nieuwe

Wel kan ik me voorstellen dat er behoefte is

directeur werd voorgedragen. Ik denk dat hij voor deze organisatie een uitstekende rol zal vervullen. Zeker in de huidige marktom-

Kwaliteit van werken geborgd door ISO 9001

standigheden heeft ISSO behoefte aan een leidinggevende die breed georiënteerd is en de vele facetten van de installatiesector kan overzien en zich snel eigen kan maken. Ik heb er alle vertrouwen in dat Rob dat zal lukken.” Zelf blijft Hogeling bij ISSO actief, maar dan vooral in zijn rol binnen internationale projecten. “De laatste jaren was ik al steeds vaker actief in internationale normalisatietrajecten. Vooral op het gebied van de Europese energieprestatie richtlijn, de EPBD, heb ik namens de Nederlandse installatie- en bouwsector veel input geleverd. Ik ben ook voorzitter van deze Europese normcommissie CEN TC 371 Program committee on EPBD en lid van de ISO-JWG waar de coördinatie op ISO niveau plaatsvindt. Mede hierdoor zijn de NENenergieprestatienorm en de daarvan afgeleide ISSO-publicaties 75 en 82 in grote lijnen gelijk aan de werkwijze die we in Nederland I S S O i n f o 4 3

Ongeveer de eerste handeling die de nieuwe directeur van ISSO, Rob van Bergen, mocht verrichten, was het in ontvangst nemen van het ISO 9001 certificaat. Op 4 februari, tijdens de vakbeurs VSK reikte een vertegenwoordiger van KEMA Quality, de onafhankelijke organisatie die de certificering van ISSO verzorgde, het certificaat uit aan Jaap Hogeling. Op zijn beurt droeg Hogeling het certificaat meteen weer over aan zijn opvolger, die aan het begin van die week officieel bij ISSO in dienst trad. “Het implementeren van de ISO 9001 is één ding”, zegt Hogeling. “Het bewaken van deze gecertificeerde werkwijze is weer iets anders. Maar ik verwacht dat dit bij Rob in goede handen is.” “Een belangrijk voordeel is dat de mensen bij ISSO over het algemeen gewend zijn om gestructureerd te werken”, zegt Van Bergen. “Bij een ISO-certificering is dat een belangrijk uitgangspunt. Tegelijk beseffen wij heel goed dat de markt van ons steeds meer snelheid vraagt. De realisatie van publicaties en andere producten duurde vijf à tien jaar terug gemiddeld twee keer zo lang als nu. Daarom moeten we juist nu die gestructureerde werkwijze toepassen en bewaken, om de kwaliteit te houden op het hoge niveau dat de markt van ons gewend is.” 4

j u n i 2 010


ISSO is ISO 9001 gecertificeerd Om onze kwaliteit te borgen en deze uit te

KEMA Quality bedient sinds jaren een groot

kunnen dragen hebben wij besloten onze

aantal klanten uit de installatiesector en was

werkprocessen te laten certificeren. ISSO

vereerd ook hét kennisinstituut voor deze

heeft daarvoor de certificerende instelling

sector te kunnen certificeren. Volgens KEMA

KEMA Quality benaderd om deze audit als

trof de auditor een stabiele organisatie aan

onafhankelijke partij uit te voeren. Deze audit

die haar zaken op orde heeft, maar tegelij-

is succesvol verlopen en ISSO is dan ook sinds

kertijd open staat voor continue verbetering.

technische kennis en eenduidigheid. In de

1 februari jl. ISO 9001 gecertificeerd.

ISSO heeft volgens KEMA aangetoond dat ze

oprichtingsjaren waren de activiteiten vooral

de eisen van de norm begrijpt. En dat is de

gericht op de verwarmingstechnische instal-

Uitreiking tijdens VSK

essentie: niet alleen aan de norm voldoen

laties. Daarna is het werkgebied uitgebreid

De heer Hendriks, manager business line

tijdens de momentopname die audit heet,

met luchtbehandeling, water en gas, energie-

Systeemcertificatie van KEMA Quality heeft

maar deze werkelijk begrijpen en volledig

besparing, (binnen)milieu en elektro & ICT.

het certificaat tijdens de VSK-beurs uitgereikt

geïmplementeerd hebben in de organisatie.

Via normstellende publicaties en een brede

aan Jaap Hogeling, oud-directeur van ISSO,

vorm van kennisoverdracht is die inhaalslag

die vervolgens het certificaat heeft overge-

Quality for Quality

gemaakt. De taken van ISSO liggen nu meer

dragen aan zijn opvolger Rob van Bergen.

ISSO staat als kennisinstituut garant voor

op het gebied van duurzaamheid en inno-

hoogwaardige kwalitatieve richtlijnen. In

vaties. Door de hoeveelheid en diversiteit

Stabiele organisatie

1974 is ISSO opgericht door de branche-

van activiteiten is ISSO gegroeid naar een

KEMA Quality is onlangs onderdeel gaan uit-

organisaties in de installatiesector om de

middelgrote organisatie. ISSO is trots dat ze

maken van DEKRA, een internationaal bedrijf

kennisprocessen te versnellen. Er was in die

de kwaliteit van haar werkprocessen nu kan

actief in testen, inspecteren en certificeren.

tijd in de installatiesector een achterstand in

uitdragen middels het ISO 9001-certificaat.

ISSO bouwt met Windex nieuw informatiesysteem In navolging van de ISO 9001certificatie heeft ISSO besloten haar informatiesystemen te herzien en deze zo in te richten dat ze optimaal aansluiten bij haar bedrijfsprocessen. Dit moet leiden tot een efficiëntere werkwijze en service naar de relaties. Op dit moment werkt ISSO al met meerdere modules van het softwarepakket Windex om de klanten- en verkoopadministratie te faciliteren. Gezien de goede samenwerking van de afgelopen jaren en een sterk nieuw product heeft ISSO besloten een groot deel van haar informatiesystemen te integreren in de nieuwe oplossing van Windex: Windex Communication Centre.

SharePoint is een platform van Microsoft dat

worden afgehandeld binnen het kantoor. Het

dient als raamwerk voor het opzetten van

duurzame karakter van ISSO heeft een grote

een website voor uitwisseling van informatie

rol gespeeld bij de keuze voor een digitaal

en online samenwerking binnen een groep

documentsysteem: door alle documentatie

of organisatie, zoals dat vaak op een intranet

digitaal af te gaan handelen zal er significant

gebeurt. Gezien de werkwijze van ISSO, met

minder geprint hoeven te worden!

kontakt- en projectgroepen, sluit deze opzet goed aan bij de organisatie.

Een ander belangrijk pluspunt van het gebruik van de SharePoint-technologie is dat

Compleet archief gedigitaliseerd

er extra servicemogelijkheden zijn voor de bestuurs-, kontakt- en projectgroepleden van

Het nieuwe informatiesysteem biedt ISSO ook ISSO. Het complete systeem is ingericht om de mogelijkheid om haar papieren archief

informatie te kunnen delen en bevat inter-

volledig te digitaliseren. Het complete archief

actieve elementen. Daardoor kan ISSO haar

van ISSO, dat sinds haar oprichting in 1974

bestuurs-, kontakt- en projectgroepleden op

is opgebouwd, zal de komende tijd worden

een betere manier informeren over ontwik-

gedigitaliseerd. Wanneer documentatie uit

kelingen en kan ISSO deze leden betrekken in

afgesloten projecten beschikbaar moet zijn

haar processen. Een goed voorbeeld hiervan

voor een lopend project zal dit eenvoudig

is de hierboven beschreven functionaliteit

mogelijk worden door deze opslagmethode.

met betrekking tot het beschikbaar stellen

Daarnaast geeft het digitaliseren met de

van gearchiveerde stukken die relevant zijn

Windex Communication Centre is een

OCR-technologie de mogelijkheid om de

voor lopende projecten.

volledig klantspecifiek in te richten web-

documenten volledig doorzoekbaar te

based oplossing die gebruikmaakt van

maken. Naast het archief zullen alle inkomen-

de SharePoint-technologie van Microsoft.

de en uitgaande poststukken volledig digitaal operationeel zijn.

I S S O i n f o 4 3

5

Naar verwachting zal het systeem eind 2010

j u n i 2 010


Impressie ISSO-docentendag 19 maart 2010 Op 19 maart, de landelijke ISSO-docentendag, zijn docenten en praktijkopleiders installatietechniek (W en E) uit het HBO, MBO en VMBO maar ook docenten van beroepsgerichte cursussen installatietechniek geïnformeerd over de laatste ontwikkelingen binnen het vakgebied. De presentaties werden verzorgd door de medewerkers van ISSO en zijn gekoppeld aan de aandachtsgebieden van ISSO.

Vervolg Na afloop van de docentendag hebben enkele mensen uit het onderwijsveld zich aangemeld om in een werkgroep mee te denken over een vervolg. Vooralsnog gaat ISSO dit op twee manieren benaderen: 1 Voor de korte termijn: Inventariseren van

De volgende onderwerpen kwamen o.a. aan

geïnformeerd willen worden. Daarbij is ook

de huidige ISSO-producten en diensten die

de orde:

de behoefte uitgesproken om voor een vol-

gebruikt (kunnen) worden in de verschil-

Gezond binnenklimaat, wet- en regelgeving in

gende keer het aantal onderwerpen enigszins lende opleidingsniveaus en vaststellen met

relatie tot luchtbehandeling, Energielabel en

beperkt te houden zodat er dieper en prakti-

elkaar waar nog verder behoefte aan is in het

energiebesparing, nieuwe richtlijnen legionel-

scher op kan worden ingegaan.

onderwijs;

lapreventie en ontwerp binnenriolering, instal-

Met name de ISSO-publicaties (ISSO-digitaal)

2 Voor de lange termijn: opzetten structurele

latieconcepten verwarming en koeling, Power

en ISSO-kleintjes hebben in het onderwijs

aanpak ontwikkeling ISSO-producten en

Quality, energiezuinige verlichting, duurzaam

een toegevoegde waarde omdat de onder-

diensten t.b.v. het onderwijsveld, bijv. in een

Beheer en Onderhoud, kwaliteitsborging

wijsdeelnemers er na afloop van hun studie

brainstorm ook met beleidsmakers onder-

Zonne-energie en betonkernactivering.

in de dagelijkse praktijk mee gaan werken.

wijs zoals de scholen, OTIB, Ministerie van

De docenten zien de ISSO-publicaties vooral

Onderwijs, Agentschap NL e.d.

Uitkomsten

als ondersteunende bron naast het beschik-

Uit de discussie en ontvangen evaluaties

bare lesmateriaal van educatieve uitgeverijen. Meer informatie

blijkt dat de aanwezigen de docenten-

Overigens ziet men graag een (nog) actievere

Voor het vervolgtraject worden de aange-

dag graag jaarlijks terug zien komen. Het

rol voor ISSO bij de ontwikkeling van instal-

melde belangstellenden nader geïnformeerd.

gebruik van ISSO-producten en diensten

latietechnisch lesmateriaal dat de brug slaat

Voor vragen kunt u contact opnemen met

wordt door het onderwijsveld als positief

tussen de leerdoelen en bijvoorbeeld een

Kees Arkesteijn, k.arkesteijn@isso.nl, of Marco

ervaren en graag zou men daar verder over

ISSO-publicatie.

Hofman, m.hofman@isso.nl.

Marktverkennend onderzoek naar kwaliteitsborging PV-systemen De markt voor zonnestroom maakt op het moment een enorme groei door. Mede vanwege deze groei is er bij bedrijven een toegenomen behoefte ontstaan om zich te kunnen onderscheiden ten opzichte van de concurrentie. Een belangrijk aspect in het onderscheid is de transparantie in de geleverde kwaliteit van de producten of diensten en waarborging van deze kwaliteit. De marktpartijen waarbij dit speelt zijn onder andere investeerders, installateurs, aanbieders van onderdelen, etc.

en/of producten. Daarnaast speelt momenteel

van zonnestroomsystemen. Het doel van

de implementatie van de nieuwe EU-richtlijn

het onderzoek is het inhoud geven aan het

Hernieuwbare Energie een belangrijke rol.

begrip ‘PV-systeemcertificatie’ en het richting

Binnen deze richtlijn moeten alle installa­teurs

geven aan de ontwikkeling van een derge-

van duurzame energie gecertificeerd zijn. Dit

lijk systeem op basis van een overzicht van

speelt ook voor zonnestroom. Een eerste plan marktwensen en opties. hiervoor moet voor juni 2010 beschikbaar zijn.

In een tweetal workshops met vertegenwoordigers van de markt - aanbod, vraag

Marktverkennend onderzoek

en intermediairs - en de overheid zijn de

Kwaliteitsborging kan op vele niveaus - hard-

wensen ten aanzien van de kwaliteitsbor-

ware, ontwerp en installatiekwaliteit - gebeu-

ging geïnventariseerd. Op basis van deze

ren en het is momenteel nog onduidelijk

workshops en een inventarisatie naar kwali-

welke behoefte er precies bestaat en hoe

teitssystemen in andere landen zijn aanbe-

deze invulling moet gaan krijgen in de vorm

velingen geformuleerd waarmee de kwali-

van een certificering. ISSO heeft, samen

teitsborging verder kan worden uitgewerkt.

met Holland Solar, van Agentschap NL de

Voor meer informatie over dit project kunt

Vanuit de vraagkant (afnemers) bestaat ook

opdracht ontvangen voor het verrichten

u terecht bij de projectcoördinator André

grote behoefte aan transparantie wat betreft

van een marktverkennend onderzoek naar

Derksen, a.derksen@isso.nl.

de kwaliteit van de aangeboden diensten

de mogelijkheden van kwaliteitsborging

I S S O i n f o 4 3

6

j u n i 2 010


Uitreiking procescertificaten Ventilatie BRL6000-10 en BRL8010 De afgelopen tijd is ventilatie van woningen vaak in het nieuws gekomen doordat gebruikers gezondheidsklachten kregen. Boosdoener bleek een gebrekkige ventilatie-installatie, slechte inregeling en onvoldoende kennis over juist gebruik. De noodzaak om deze problemen aan te pakken is breed erkend. Een van de manieren om kwaliteit inzichtelijk te maken is procescertificatie. Tijdens de VSK beurs 2010 in Utrecht zijn de

bedrijf heeft gemaakt wat is afgesproken. Bij

eerste procescertificaten conform BRL6000-

een bestaande ventilatievoorziening worden

10 en BRL8010 uitgereikt. Deze beoordelings-

alleen de prestaties beoordeeld. Daarnaast

richtlijnen (BRL) dragen bij aan verhoging van

wordt gecontroleerd of het systeem goed

Bink Software BV Voor installatietechniek, bouwfysica en bouwbesluit­berekeningen Dordrecht

www.binksoftware.nl Installatiebedrijf

de kwaliteit en gezond gebruik van ventilatie- is te onderhouden en of de bewoners juist systemen van woningen in Nederland.

Kwekel BV

zijn geïnstrueerd. De beoordeling kan men

's Hertogenbosch

ook toepassen op al dan niet onder certiDe drie bedrijven die als eerste een certifi-

ficatie - op basis van deel 10 van BRL6000

caat in ontvangst mochten nemen voor de

- uitgevoerde ventilatievoorzieningen. Mocht

BRL6000-10 zijn Bonarius Techniek, Schouten

er uiteindelijk iets niet kloppen, dan heeft

Techniek en Installatiebedrijf Velegro. De

de bewoner een objectief bewijs in handen

BRL8010-certificaten zijn in ontvangst geno-

waarmee hij zijn recht kan halen.

www.kwekel.nl

Euro-index Meetinstrumenten, kalibraties en C.V.-componenten Capelle a/d IJssel

men door Installcheck, ACVV, JH Milvort en Invent Advies.

BRL8010 onderscheidt twee typen van beoordeling:

BRL6000-10 ‘Ontwerpen en installeren van ventilatievoorzieningen van woningen’

1) Een opleveringsbeoordeling (voor nieuwe

Deze BRL bevat de certificeringsregeling op

voorziening voldoet aan de eisen die aan de

grond waarvan installatiebedrijven een KOMO-

levering gesteld werden, en;

INSTAL-certificaat kunnen verkrijgen. Het instal-

2) Een prestatiebeoordeling (voor nieuwe en

latiebedrijf levert aan de klant een ventilatiesy-

bestaande ventilatievoorzieningen), waarbij

steem op waarbij het ontwerp, de uitwerking

de gecertificeerde ‘ventilatieprestatiebeoor-

en de realisatie van het ventilatiesysteem in de

delaar’ alleen de prestaties van de ventilatie-

woning(en) conform eenduidige kwaliteitseisen

voorziening beoordeelt.

- Bouwbesluit, NEN-normen, ISSO-publicaties -

De opleveringsbeoordeling is altijd inclusief

zijn uitgevoerd. Een gebruikshandleiding met

een prestatiebeoordeling.

ventilatievoorzieningen), waarbij de gecertificeerde ‘ventilatieprestatiebeoordelaar’

www.euro-index.nl

beoordeelt in hoeverre de op te leveren

KEMA business & technische concultancy operationele diensten metingen & inspecties testen & certificatie

www.kema.com Meer informatie

o.a. informatie over het dagelijks gebruik, het onderhoud en hoe te handelen bij storingen

Het voortbrengingsproces van de installatie

Voor meer vragen over ventilatie in woningen

is onderdeel van het opleverprotocol.

in de bouwketen is onderverdeeld in 5 fasen.

en certificatie kunt u contact opnemen met

Onderstaande tabel verduidelijkt de positio-

KBI. De certificatieregelingen BRL6000-10 en

nering van certificatie:

BRL8010 zijn te bestellen via de ISSO-winkel.

BRL8010 ‘Beoordelen van ventilatievoorzieningen van woningen (Ventilatieprestatiekeuring)’ Deze BRL biedt (installatie)bedrijven de mogelijkheid om de kwaliteit van gerealiseerde ventilatievoorzieningen van woningen onder certificatie te beoordelen. Hierbij kan het gaan om nieuwe ventilatievoorzieningen, maar ook om bestaande. Bij een nieuwe voorziening kan worden beoordeeld of het I S S O i n f o 4 3

Fasen in de keten Certificatie-instrumenten I. Programmafase BRL6000-10 (KOMO-INSTAL) II. Ontwerpfase BRL6000-10 (KOMO-INSTAL) III. Uitwerkingsfase BRL6000-10 (KOMO-INSTAL) IV. Realisatiefase BRL6000-10 (KOMO-INSTAL) V. Beheerfase 7

BRL8010 BRL8010

j u n i 2 010


Herzien: ISSO-publicatie 36 ‘Standaard vraagspecificatie voor installaties in gebouwen’ De eerste uitgave van ISSO-publicatie 36 ‘Standaard vraagspecificatie ontstaat voor het ontwerpproces. Deze systevoor installaties in gebouwen’ is verschenen in 1995. Het werd dus hoog matische aanpak kan extra inspanning, tijd en tijd voor een herziene versie. Deze versie is nu beschikbaar. daardoor geld besparen. De vraagspecificatie is opgebouwd uit twee

Programma van Eisen

delen: het administratieve deel en het techni-

Een ontwerper van technische installaties,

de uitgangspunten willen toetsen die zijn overeengekomen tussen opdrachtgever, gebruiker en partners van het bouwproces. Kwaliteit is immers datgene leveren wat wordt gevraagd. Het aangewezen communicatiemiddel hierbij is een Programma van Eisen (PVE). De standaard vraagspecificatie bestaat uit nalooplijsten die het overleg met opdrachtgever en overige bouwpartners structureren. Dit ter voorbereiding van het uiteindelijk op te stellen PVE. Het gaat hierbij niet alleen om het opstellen van een PVE maar ook om het vastleggen van alle afspra-

sche deel.

publicatie

Met nadruk wordt opgemerkt dat invulling

36

KE NNISINSTITUUT VOOR DE INSTALL ATIESEC TOR

het kader van kwaliteitszorg of -borging,

S TAN DA AR D V R A AGS PECI FI C AT I E VO O R I N S TALL AT I E S I N G E B O U W E N

zowel adviseur als installateur, zal mede in

van de vraagspecificatie uitgaat van de eigen deskundigheid op het gebied van de betreffende installaties. Hoewel naar een zekere volledigheid is gestreefd, is het niet uit te sluiten dat de gebruiker behoefte heeft aan aanvullingen. Mocht dat het geval zijn dan verneemt ISSO dat graag. Voor de indeling/codering van de onderwerpen sluit deze ISSO-publicatie aan bij de

STANDAARD VRAAGSPECIFICATIE VOOR INSTALLATIES IN GEBOUWEN

NL-SfB-codering die uitgaat van de functies die de onderdelen van gebouwen moeten vervullen.

ken of aandachtspunten die voor de installa-

ISSO-publicatie 36 kost € 50,- en is te

teur of andere partners van belang zijn.

bestellen via de ISSO-winkel. Op isso-digitaal.nl is er een digitale versie van

Systematische aanpak

afspraken nog niet duidelijk zijn.

deze publicatie beschikbaar. De lijsten in de

De lijsten kunnen worden gebruikt tijdens de

De standaard vraagspecificatie is een hulp-

digitale versie zijn invulbaar. Meer informatie

voorbereidende gesprekken. Ook kan men

middel om een PVE samen te stellen, zowel

over de digitale versie van ISSO-publicatie 36

met de lijsten een door derden opgesteld

voor installaties in de woningbouw als in de

vindt u op www.isso.nl.

PVE op volledigheid toetsen en nagaan welke

utiliteitsbouw, waardoor een hechte basis

Grondleidingen voor warmte- en koudetransport De huidige ISSO-publicatie 7 ‘Grondleidingen voor warmtetransport’ (1979) beschrijft de noodzakelijke voorwaarden en richtlijnen voor een betrouwbare aanleg van grondleidingen voor warmtetransport. Tevens worden een aantal mogelijke uitvoeringswijzen, constructies en isolatiesystemen behandeld. Deze publicatie beperkt zich in hoofdzaak tot de toepassing van metalen grondleidingen voor warmtetransport en het daarbij optredende gevaar van corrosie aan de buitenzijde.

nieken is een uitbreiding en actualisering van de ISSO-publicatie 7 daarom op zijn plaats. Met behulp van financiering van onder andere OTIB, Stichting Warmtenetwerk en UnetoVNI wordt de publicatie in de komende maanden gerealiseerd. De werkzaamheden worden begeleid door ISSO-kontaktgroep 98. In deze kontaktgroep hebben professioneel belanghebbenden bij leidingnetsystemen zit-

Door het streven naar energiebesparing en

wordt de warmte duurzaam opgewekt. Ook

ting zoals adviseurs, aannemers, installateurs,

de reductie van de CO2-emissie zien we de

zien we meer initiatieven tot het aanleggen

toeleveranciers, opdrachtgevers en branche-

afgelopen jaren weer meer centrale warm-

van koudenetten. Samen met de ontwikke-

organisaties. De publicatie is naar verwach-

teopwekking verschijnen. In veel gevallen

ling van nieuwe materialen en installatietech-

ting in 2011 gereed.

I S S O i n f o 4 3

8

j u n i 2 010


Gebruikers tevreden over checklist

Checklist ‘Hotspots’ een van de wapens tegen legionellagroei in waterleidingen In de eerste jaren na de ramp van Bovenkarspel, meer dan 10 jaar geleden, was men van mening dat het risico van legionellagroei vooral zat in de warmtapwaterinstallatie. Voortschrijdend inzicht en vele legionellabesmette installaties later moeten we constateren dat meer dan de helft van de besmettingen ontstaat in de drinkwaterinstallatie, dus in het ‘koude’ water. In oude woningen lopen de drinkwaterleidingen en cv-leidingen in de meeste gevallen ver van elkaar en is er meestal geen sprake van onbedoelde opwarming van drinkwater. In de nieuwbouw worden cv- en drinkwaterleidingen beide weggewerkt in de dekvloer en komen samen in de opstelruimte van de combiketel.

Checklist “hotspots”

in waterleidingen

In de afgelopen 20 jaar is het centraalver-

groter. Bij lagere temperaturen ontstaat vaak

deelsysteem in cv-installaties om diverse

de minder gevaarlijke legionella (Anisa).

redenen heel populair geworden. In de buurt

Uneto-VNI, in de persoon van Eric van der

van de verdeler-verzamelaar is er sprake

Blom, heeft het voortouw genomen om extra

van een enorm cluster van leidingen, zowel

aandacht te vestigen op onbedoelde opwar-

bovengronds als in de dekvloer. Deze con-

ming van waterleidingen. De brancheorgani-

den onder de gebruikers.

centratie leidt tot hoge temperaturen in de

satie heeft het ontwikkelen van de checklist

Daarnaast is recent meer informatie beschik-

opstelruimte en hoge vloertemperaturen.

‘Hotspots in waterleidingen’ daarom mede

baar gekomen over het tegengaan van onbe-

Als de drinkwaterleidingen ook nog eens

gefinancierd.

doelde opwarming van waterleidingen in

pal naast de cv-leidingen worden ingestort ontstaan situaties waarbij uit de koudwater-

Uitgebreide richtlijnen ter voorkoming van ongewenste opwarming van waterleidingen

woningen en gebouwen. Deze informatie is Plaatsen waar ongewenste opwarming van oC

ook opgenomen in deze checklist.

optreedt, noemt De checklist bevat daarnaast extra situa-

kraan lauw water stroomt, wat om diverse

leidingwater tot boven 25

redenen onplezierig is. Er ontstaat een ideale

men ‘hotspots’. De checklist ‘Hotspots in

tietekeningen en voorbeelden. Daardoor

situatie voor de legionellabacterie om zich te

waterleidingen’ is een zeer nuttig hulpmiddel

wordt het bepalen van de vereiste afstand

ontwikkelen in biofilm. De temperatuur van

voor alle partijen in de bouwkolom - archi-

tussen waterleidingen en warme leidingen,

oC.

tecten, adviseurs, aannemers en installateurs

die in dezelfde vloer liggen, eenvoudiger. Er

Bij die temperatuur is de kans op uitgroei van

- die betrokken behoren te zijn bij het voor-

wordt in geval van situaties die afwijken van

de gevaarlijke soort legionella (Pneumophila)

komen van deze hotspots. Om concentraties

de standaardsituaties aangegeven hoe men

van waterleidingen en cv-leidingen te voor-

daarmee om moet gaan.

komen moet in een vroeg stadium al worden

De ISSO-publicaties over legionellapreventie

nagedacht over het creëren van koele stroken

in leidingwater worden eind 2010 algeheel

in de vloeren, of het kiezen voor laagtem-

herzien mede in verband met de nieuwe

peratuur-vloerverwarming met een tussen­

Drinkwaterwetgeving, die naar verwachting

isolatielaag. De onderlinge afstanden tussen

in januari 2011 in werking treedt. ISSO en

cv- en waterleidingen zijn afhankelijk van

Uneto-VNI zijn van mening dat hierop niet

veel factoren en kunnen in de checklist in

kon worden gewacht en dat eenduidige

diverse handige tabellen worden afgelezen

informatie over het tegengaan van hotspots

per situatie.

eerder bij de brede doelgroep beschikbaar

het drinkwater loopt soms wel op tot 35

moet zijn. De inhoud van deze checklist De checklist is uitgebracht als een afzonder-

wordt in de herziening van de afzonderlijke

lijke uitgave omdat de informatie over dit

ISSO-publicaties verwerkt.

onderwerp in de diverse ISSO-publicaties over legionellapreventie onderling verschilt.

De checklist is gratis te downloaden van

Concentratie van water- en cv-leidingen bij de

Dit is het gevolg van de verschillende publi-

www.isso.nl en is tevens te bestellen als

verdeler-verzamelaar

catiedatums. Dit kan leiden tot misverstan-

boekwerkje via de ISSO-winkel.

I S S O i n f o 4 3

9

j u n i 2 010


Binnenmilieuprofiel woningen, stand van zaken Onlangs is ISSO-publicatie 82.4 ‘Bepalingsmethode Binnenmilieuprofiel Woningen’ verschenen. Deze publicatie is bedoeld voor diegenen die beroepsmatig een Binnenmilieuprofiel voor woningen opstellen, bijvoorbeeld EPA-adviseurs.

EPA-Maatwerk+ software Binnenmilieuprofiel De software voor het genereren van het maatwerkadvies wordt uitgebreid met het Binnenmilieuprofiel (EPA-Maatwerk+). Op dit

Inzicht in binnenmilieukwaliteit

verwachten binnenmilieukwaliteit, een en ander als aanvulling op het Energielabel. In de methode voor het Binnenmilieuprofiel staan het gebouw en de installaties centraal. Bewonersafhankelijke factoren, zoals inrichting en gebruik, worden buiten beschouwing gelaten.

Stoplichtscore Op het Binnenmilieuprofiel wordt een

moment is de software in ontwikkeling en zal

publicatie

naar verwachting in 2010 beschikbaar zijn.

82.4

KE NNISINSTITUUT VOOR DE INSTALL ATIESEC TOR

gever (eigenaar of bewoner) inzicht in de te

B E PALI N GSM E T H O D E B I N N E N M I LI EU PR O FI E L WO N I N G E N - E N E R G I E PR E S TAT I E ADV I E S

Het Binnenmilieuprofiel geeft de opdracht-

Instructie Voor het maken van een Binnenmilieuprofiel voor woningen moet de adviseur de instructie ‘Binnenmilieuprofiel woningen’ BEPALINGSMETHODE

BINNENMILIEUPROFIEL WONINGEN ENERGIEPRESTATIE ADVIES

met succes afgerond hebben. In de instructie komt het thema binnenmilieu aan de orde op basis van ISSO-publicatie 82.4, het Binnenmilieuprofiel, de opnamemethode en het gebruik van de software. De instructie is op dit moment in ontwikkeling. Na het

woning middels een horizontale ‘stoplicht-

gereedkomen van EPA-maatwerk+-software

score’ - groen, oranje, rood - beoordeeld op

Deze ISSO-publicatie beschrijft onder andere

acht verschillende binnenmilieuaspecten:

het volgende:

luchtverversing, vocht en schimmel, verbran-

• de opbouw van het Binnenmilieuprofiel;

Meer informatie

dingsgassen, thermisch comfort winter, over-

• de relatie tussen het Binnenmilieuprofiel en

ISSO-publicatie 82.4 kost € 85,00 (ex. BTW).

verhitting zomer, installatiegeluid, geluidisolatie en daglichttoetreding. Op de achterzijde van het Binnenmilieuprofiel wordt, afhankelijk van de scores, een aantal standaardad-

kan de instructie meteen van start kan gaan.

De publicatie is te bestellen via de ISSO -

het Energielabel; • de opnamemethode waarmee de scores op

Winkel op www.isso.nl. Via deze website kunt

het Binnenmilieuprofiel bepaald worden;

u tevens uw belangstelling kenbaar maken

• een aantal standaard binnenmilieu verbe-

voor de instructie. De publicatie is ook digi-

viezen gegeven om het binnenmilieu in een

terende maatregelen die men in woningen

woning te verbeteren.

met een binnenmilieuprobleem kan nemen.

taal verkrijgbaar via www.isso-digitaal.nl.

ISSO start ontwikkeling Leergang Ventilatie Er wordt volop geïnnoveerd in de markt voor woningventilatie. Producenten en leveranciers zijn erbij gebaat dat deze nieuwe systemen en producten vervolgens op een juiste manier worden geselecteerd en geïnstalleerd wat uiteindelijk tevreden eindgebruikers oplevert. Om dit laatste te bewerkstelligen dienen installerende bedrijven, werkzaam in de sector woningventilatie, de juiste kennis en vaardigheden in huis te hebben om de juiste selectie, berekening en montage van ventilatiesystemen te kunnen uitvoeren. Daarnaast worden beheer en onderhoud steeds belangrijk door meer en omvangrijkere systemen.

geïntroduceerd met een aantal korte instructiebijeenkomsten op basis van het zakboekje ‘ISSO-kleintje Ventilatie’. Maar hiermee zijn medewerkers van installatiebedrijven nog niet opgeleid. Opleiden is een aansluitende activiteit en het is van belang de installatiesector, maar ook aanpalende partijen van voldoende informatie te voorzien en de doeners daadwerkelijk te trainen.

Uit de praktijk is gebleken dat installerende

Daarom is ISSO in samenwerking met de

partijen moeite hebben de wetgeving en

installatiesector in 2008 gestart met het

Met en voor marktpartijen

de geldende richtlijnen goed op te volgen;

‘Actieplan: Gezonde ventilatie in woningen’.

ISSO is daarom gestart met de ontwikkeling

blijkbaar is men hiervan onvoldoende op de

Het plan pakt deze kennis- en vaardigheids-

van een Leergang Ventilatie, zodat er geen

hoogte. Ook blijkt dat gebruikers te weinig

leemte aan door het ontwikkelen van een

gaten vallen tussen het ontwikkelproces

kennis hebben van het belang en de goede

aantal kennisproducten en richtlijnen. Deze

van richtlijnen en kennisproducten en het

werking van ventilatie.

nieuwe kennisproducten zijn inmiddels

daadwerkelijk ‘opgeleid en vaardig zijn’ om

I S S O i n f o 4 3

10

j u n i 2 010


Elke module bestaat minimaal uit de volgen-

Module

de producten:

Basis ventilatietechniek

Module

Instructieboek ISSO 61

Instructieboek ISSO 62

ISSO 91

Instructieboek ISSO 62 ISSO 92

ISSO 91

Module Beheren/ onderhoud ventilatiesystemen

• eindtermdocumenten met helder gedefinieerde doelgroepen, ingedeeld naar niveau en per (bouw)discipline; • ISSO-instructieboeken behorende bij de modulen en passend binnen de opgestelde

Instructieboek ISSO 63

‘OTIB-onderwijsmatrix duurzame technologie’, tevens afgestemd op de recent ontwikkelde en opgeleverde ISSO-publicaties; • opgaven en casussen voor schriftelijke

ISSO 92

examens; • een sluitend en werkend examentraject,

Toets

Examen

Basiskennis ventilatiewoningen

Ontwerpen ventilatiesystemen

Examen Monteren/ installeren ventilatiesystemen

waarmee door de markt uitgevoerde oplei-

Examen Beheren/ onderhoud ventilatiesystemen

dingstrajecten kunnen worden afgesloten, resulterend in een getuigschrift (basismoduul) en/of erkend certificaat (specifieke modulen). De specifieke modulen zijn erop gericht dat deze voor wat betreft het vakbekwaamheidsdeel aansluiten op beschikbare procescertifica­

Getuigschrift

Processcertificatie

Leergang ventilatiesystemen woningen en woongebouwen

Ontwerpen ventilatiesystemen

Module Monteren/ installeren ventilatiesystemen

Certificaat

Certificaat

Certificaat

tie-instrumenten zoals BRL6000-10 ‘Ontwerp en installeren ventilatievoorzieningen wonin-

I. Bechikt over kennis en vakbekwaamheid

Procescertificatie BRL 6000-10

Procescertificatie BRL 8010

gen’ en BRL8010 ‘Ventilatieprestatiekeuring’. Onlangs is gestart met de beschrijving van de eindtermen, de ontwikkeling van instructieboeken en examens vinden in de tweede helft

II.Zorgt voor bekendheid met opstellen handboek / ervaring met procesmatige kwaliteitsbewaking

van 2010 plaats. Uitvoering van het opleidingstraject zal naar verwachting vanaf begin 2011 kunnen plaatsvinden. Voor meer informatie over dit project kunt u contact opnemen met

ventilatieproducten in de praktijk te kunnen ontwerpen en installeren. Zowel in situaties in de nieuwbouw als in de opkomende vervangingsmarkt in de bestaande woningvoorraad. De ontwikkeling van de leergang wordt onder-

Marco Hofman, m.hofman@isso.nl.

Nieuwe ISSO-uitgaven Onderstaande uitgaven zijn (binnenkort) beschikbaar.

steund door belangrijke partijen in de installatiesector zoals Uneto-VNI, Agentschap NL,

Publicaties:

ISSO, OTIB, en de leveranciers van ventilatie­

ISSO-publicatie 36 ‘Standaard vraagspecificatie voor installaties in gebouwen’

systemen verenigd in de FME/VLA.

ISSO-publicatie 82.4 ‘Binnenmilieuprofiel Woningen’

ISSO ontwikkelt met deze organisaties en

ISSO-publicatie 90 ‘Energie-efficiënte verlichting in en rondom gebouwen’

afgevaardigden van marktpartijen een leer-

ISSO-publicatie 94 ‘Regeltechniek voor klimaatinstallaties en warmtapwaterbereiding’

gang ter ondersteuning van een opleidings-

ISSO-publicatie 100 'Hoe duurzaam zijn bestaande gebouwen'

en uitvoeringstraject dat vrij is in te vullen

ISSO-publicatie 104 'Stappenplan hoe duurzaam beheer en onderhoud te realiseren'

door bijv. opleidingsinstituten/marktpartijen.

ISSO-publicatie 106 'Functionele inspectie methode duurzaam beheer en onderhoud

Voor de leergang worden 4 modulen

Overig:

ontwikkeld:

Handboek ‘Zonnestraling en Zontoetreding’ (HBz)

1 basismodule;

Instructieboek ‘ElektroMechanisch Onderhoud, module 3; Reductoren’ (IBemord)

2 module ontwerpen;

Kleintje Meetmethoden Verlichting

bestaande gebouwen'

3 module monteren en installeren; 4 module beheer en onderhoud. I S S O i n f o 4 3

Meer informatie over de publicaties vindt u in de ISSO-winkel op www.isso.nl. 11

j u n i 2 010


Duurzaam Beheer en Onderhoud Het programma Duurzaam Beheer en Onderhoud is ontstaan nadat uit onderzoek bleek dat de (klimaat)installaties in 70 procent van de gebouwen in Nederland niet functioneerden zoals was beoogd. Naar aanleiding van deze constatering is bij een groot aantal gebouwen en opdrachtgevers meer praktisch onderzoek verricht naar de aard en oorzaak hiervan. Dit heeft geleid tot aanbevelingen om te komen tot verbeteringen. De aard en oorzaak van de problemen waren zeer divers; van problemen van organisatorische aard tot functionele mankementen met een technische oorsprong. Daarnaast hebben veel beheerders het gevoel dat zij geen ‘grip’ heb­ben op de (binnenmilieu)prestaties van de gebouwen.

en een goed ervaren comfort door gebruikers. Met andere woorden: de controle herwinnen op het binnenmilieu en het borgen van een optimale energie-efficiënte.

ISSO-publicatie 106 ‘Functionele inspectiemethode Duurzaam Beheer en Onderhoud bestaande gebouwen’ ISSO-publicatie 106 beschrijft de methode van de functionele inspectie van bestaande gebouwen volgens de Quick Scan methode.

De publicatiereeks Duurzaam Beheer en

Met ISSO-publicatie 106 heeft een voor

Onderhoud van ISSO beschrijft de methode

Duurzaam Beheer en Onderhoud opgeleide

waarop de gebouwen en organisaties in het

adviseur/inspecteur een handleiding om

kader van dit onderzoek zijn benaderd. Het

den uit de praktijk.

invulling te kunnen geven aan de inspectie.

gaat om onderzoeken die zijn uitgevoerd

De aanpak volgens Duurzaam Beheer en

Deze inspectiemethode past binnen een

bij gebouwen van of die in gebruik zijn door

Onderhoud wordt op hoofdlijnen omschre-

retrocommissioningsproces.

diverse grote vastgoedorganisaties. Duurzaam

ven. Daarbij worden de prestatieverbeterin-

Beheer en Onderhoud kan als een praktische

gen voor People, Profit & Planet toegelicht en

invulling worden gezien van retrocommissio-

onderbouwd.

Platform Duurzaam Beheer en Onderhoud Er zijn veel partijen betrokken in het veran-

ning zoals door de TVVL wordt beschreven.

deringsproces naar duurzaam beheer. Om de

zijn nagenoeg gereed en komen na de zomer

ISSO-publicatie 104 ‘Stappenplan hoe duurzaam beheer en onderhoud te realiseren’

beschikbaar:

Deze publicatie is bedoeld als stappenplan

dat gebouwen daadwerkelijk duurzaam

om de huidige situatie te inventariseren en te

beheerd worden heeft ISSO het Platform

ISSO-publicatie 100 ‘Hoe duurzaam zijn bestaande gebouwen’

verbeteren. Voor veel facilitair managers en

Duurzaam Beheer en Onderhoud opgericht.

beheerders is deze publicatie hèt instrument

Het Platform bestaat uit deelnemers van

om zelf een check uit te voeren en om er ach-

brancheorganisaties en zal optreden als

Deze publicatie schetst de situatie: gebouwen

ter te komen wat de stand van zaken is als het intermediair tussen de partijen en als centrale

functioneren veelal niet naar behoren en

gaat om Duurzaam Beheer en Onderhoud in

kenniscentrum.

gebruiken meer energie dan nodig. Dit wordt

hun gebouw. Dit stappenplan beschrijft een

Opleidingen, onderwijs en communicatie

geïllustreerd met voor de doelgroep, gebrui-

gestructureerd proces voor goed functione-

naar de betrokkenen zullen een spil zijn in

kers en organisaties, aansprekende voorbeel-

rende installaties, effectief duurzaam beheer

het Platform Duurzaam Beheer.

De eerste drie publicaties uit de totale serie

gebouweigenaren en technische aanbieders bij elkaar te brengen en zo te organiseren

ISSO-leergang Warmtepompen levert eerste geslaagde kandidaten op! Met de toenemende vraag naar duurzaam verwarmen en koelen groeit ook de vraag naar warmtepompen. Om de kennisbehoefte op het gebied van het ontwerpen en installeren van warmtepompsystemen adequaat in te vullen, heeft ISSO, in opdracht van OTIB, de leergang Warmtepompen gerealiseerd. Aansluitend op deze leergang zijn CITO-examens ontwikkeld. I S S O i n f o 4 3

Op 15 december 2009 hebben de eerste exa-

men installatiebedrijven dat men beschikt

mens in Utrecht plaatsgevonden. In het nieu-

over voldoende vakbekwaamheid.

we jaar zijn de resultaten door CITO bekend gemaakt. Een groot deel van de kandidaten

Volgende CITO-examen

heeft het examen met goed gevolg afgelegd:

Meer informatie over de examens kunt u vin-

70 procent van de kandidaten is geslaagd!

den op de website van CITO (www.cito.nl). De volgende gelegenheid om examen te doen

SEI-erkenning

is woensdag 30 juni. U kunt zich hiervoor

De kandidaten die een examen met een

aanmelden via de aanmeldingsformulieren

voldoende hebben afgerond, hebben direct

op de website van CITO, via de link ‘Examens

het recht om SEI-erkenning te verkrijgen. Via

bedrijven, overheden, particulieren’. Voor elk

deze erkenningsregeling tonen de opgeno-

examen bedraagt het examengeld € 275,-.

12

j u n i 2 010


Energiezuin

Verlichting voor: Zorgsectoriige nstellingen

Energie-efficiënt verlichten Zoals in Info 40 vermeld is, heeft ISSO in opdracht van Agentschap NL - het vroegere SenterNovem - en Uneto-VNI een publicatie ontwikkeld voor energie-efficiënt verlichten in en rondom gebouwen. Inmiddels is het definitieve concept van deze publicatie gereed om ter goedkeuring aan te bieden aan de Raad van Begeleiding van ISSO. ISSO-publicatie 90 is bedoeld om duidelijkheid en inzicht te geven in de mogelijkheden voor energie-efficiënte verlichting. De uitgave is gericht op organisaties en personen die verantwoordelijk zijn voor de keuze, het advies, het ontwerpen, het realiseren en het onderhouden van de kunstverlichting in utiliteitsgebouwen.

Energiezuin

ige Verlichting voor: onderwijsin stellingen

gestructureerd een ontwerptraject doorlo-

90

KE NNISINSTITUUT VOOR DE INSTALL ATIESEC TOR

ENERGIEZUINIGE VERLICHTING UTILITEITSBOUW

publicatie

pen. Daarom is een gedegen en goed doordacht stappenplan een wezenlijk onderdeel van het ontwerpproces. Een goed ontwerp is bovendien afgestemd op een bijpassend onderhoudsconcept.

Energiezuin

Verlichting voor: kantoorgigeeb ouwen

Om meer inzicht te krijgen in de mogelijkheden voor energie-efficiënte verlichting in bestaande gebouwen is een aantal interessante voorbeelden opgenomen. De publi-

Energie-efficiënte verlichting in en rondom gebouwen

catie is verder voorzien van een uitgebreide appendix met ontwerpaspecten, een uitgebreide lijst van begrippen en diverse aanvullende toelichtingen.

Energiezuin ige

IndustriegeVebrlichting voor: ouwen

Milieubelasting beperken De publicatie besteedt veel aandacht aan de

Kunstverlichting vraagt elektrische energie.

beschikbare middelen voor energie-efficiënte Om het milieu minder te belasten is het kunstverlichting en aspecten die een rol

belangrijk om het energiegebruik zo beperkt

spelen bij het ontwerp. Het goed toepassen

mogelijk te houden. Dit kan in de eerste

van schakel- en regelsystemen kan in som-

plaats door zo energie-efficiënt mogelijke

mige situaties ook voor de EPN-beoordeling

lampen en armaturen toe te passen. Hierdoor

voordelig zijn. Daarnaast worden ook aspec-

blijft ook de CO2-emissie zo gering mogelijk

ten besproken die van invloed kunnen zijn

en daarmee de belasting voor het milieu.

op productiviteit, alertheid, welbevinden

Deze kan ook worden beperkt door toepas-

en mogelijk ook op de gezondheid van de

sing van duurzame materialen. Alle genoem-

gebruikers van utiliteitsgebouwen.

de aspecten zijn belangrijke uitgangspunten

De toepassing van energie-efficiënte ver-

bij het ontwerp van de verlichting.

Energiezuin ige Verlichting

Detailhande l

voor:

lichting is niet alleen goed voor het milieu, maar brengt in veel gevallen ook lagere

Naast de publicatie heeft ISSO voor verschil-

energie- en onderhoudskosten met zich

lende doelgroepen een aantal brochures

mee. Vanzelfsprekend wordt ook aandacht

gemaakt. Deze brochures hebben als doel

besteed aan het Duurzaam Inkopen door de

gebouweigenaren bewust te maken van de

De ISSO-publicatie en de bro-

Overheid.

besparingsmogelijkheden met betrekking tot

chures zijn tot stand gekomen in het kader

verlichtingsinstallaties. De doelgroepen die

van de Taskforce Verlichting, met financiële

Stappenplan

aan bod komen zijn: kantoren, detailhandel,

steun van het Ministerie van VROM en in

Praktisch van aard is het stappenplan voor

industrie, onderwijs en zorg. De brochures

samenwerking met de NSVV, Uneto-VNI en

nieuwbouw en renovatie. Met behulp hiervan zijn aan te vragen bij Agentschap NL of bij

Agentschap NL. De ISSO-publicatie 90 is

kunnen de bij een project betrokken partners

medio 2010 beschikbaar.

I S S O i n f o 4 3

Postbus 51. 13

j u n i 2 010


Controle van kwaliteitsverklaringen en gelijkwaardigheidsverklaringen In het kader van overheidsbeleid Schoon en Zuinig en het daarmee samenhangende convenant nieuwbouw met bouwpartijen Lenteakkoord - worden vergaande besparingsdoelstellingen voor de nieuwbouw nagestreefd. Voor de bestaande bouw is ook een convenant - Meer met Minder - afgesloten. Voor nieuwbouw is in 2011 een volgende aanscherping, met 25 procent, van de EPC-eisen in de bouwregelgeving voor de woningbouw voorzien. De eisen voor utiliteitsgebouwen zijn per 1 januari aangescherpt. Daarnaast is het instrumentarium voor de bestaande bouw flink uitgebreid. Door de introductie van het energielabel en daaraan gekoppeld beleid, wordt getracht energiebesparing een extra impuls te geven.

rekenprocedures, dan krijgt men te maken met een vanuit NEN Normcommissie 351 074 Klimaatbeheersing van gebouwen af te vaardigen Deskundigencollege. In beide situaties wordt gecontroleerd of het College de juiste procedure heeft gevolgd, er is dus geen inhoudelijke check.

Gecontroleerde kwaliteitsverklaringen Een gecontroleerde kwaliteitsverklaring is een kwaliteitsverklaring die door het College Verklaringsbeoordeling positief is beoordeeld.

De hier bedoelde verklaringen zijn verklarin-

Het College geeft aan met welke rekenwaarde

gen van producten/systemen die van invloed

er in de betreffende rekenmethodiek moet

zijn op de te berekenen EPC in geval van

worden gerekend. Een erkende kwaliteitsver-

nieuwbouw of de te berekenen EI in geval

klaring met de juiste rekenwaarde voor de

van bestaande bouw. Er worden dus geen

betreffende bepalingsmethodiek zal even-

verklaringen gecontroleerd die betrekking

eens door het College worden behandeld,

hebben op constructieve technieken en

maar kan een verkorte procedure doorlopen.

brandveiligheid.

Bestaande bouw

Gecontroleerde Gelijkwaardigheidsverklaring

Het bovenstaande draagt bij aan het ont-

Om de verklaringen te kunnen beoordelen

Een gecontroleerde Gelijkwaardigheidsver足kla足

wikkelen en toepassen van innovaties. De

is er een onafhankelijk College opgericht,

ring is een gelijkwaardigheidsver足klaring

innovaties zijn (nog) niet gewaardeerd in de

bestaande uit een aantal deskundigen. Dit

die door het College Verklarings足beoordelingen

rekenmethodiek voor de EPC en het energie-

College beoordeelt in eerste instantie alle

positief is beoordeeld t.o.v. de genoemde

label. Bij de EPC-berekeningen wordt via het

bestaande gelijkwaardigheidsverklaringen en

toetsingsdocumenten en gelet op de bij

Bouwbesluit al jaren de mogelijkheid gebo-

kwaliteitsverklaringen. De beoordeling vindt

die beoordeling aangegeven toepassings-

den de toepassing van innovaties alsnog te

plaats aan de hand van opgestelde spelregels

beperkingen. Het College geeft aan met

waarderen via gelijkwaardigheidsverklarin-

en criteria. Tevens zal het College nieuwe

welke rekenwaarde er in de betreffende

gen. De laatste jaren is het aantal verklarin-

aanvragen behandelen.

rekenmethodiek moet worden gerekend. De

gen behoorlijk opgelopen, waarbij in een

Het College rapporteert ten aanzien van het

gecontroleerde gelijkwaardigheidsverklaring

groot aantal gevallen de onderbouwing van

Energielabel aan het Centraal College van

moet gebaseerd zijn op bewijsmateriaal. Het

de verklaringen ontbreekt.

Deskundigen (CCvD) van KBI. Ten aanzien van

bewijsmateriaal dient te zijn onderbouwd met

de EPC-berekening rapporteert het College

transparante gegevens. Als het producteigen-

Nieuwbouw

aan de normcommissie NEN 351 074. In zowel

schappen betreft kan, als transparante onder-

Om meer vat te krijgen op de verklaringen is,

het CCvD als de normcommissie zijn de

bouwing, gebruik worden gemaakt van labo-

in opdracht van Agentschap NL, ten behoe-

marktpartijen vertegenwoordigd.

ratoriummetingen. Indien het een product

ve van de Energielabelsystematiek voor

of systeem betreft waarbij interactie en het

bestaande bouw en de EPC-berekeningen

Indien fabrikanten en/of leveranciers het niet

gedrag in het geding is, moeten praktijkme-

voor nieuwbouw in samenwerking door NEN

eens zijn met de beslissing van het College

tingen zijn uitgevoerd. Deze praktijkmeting

en ISSO een beoordelingssystematiek ontwik- met betrekking tot het Energielabel kunnen

dient voldoende lang te zijn en tevens moet

keld. Deze moet leiden tot gecontroleerde

zij een beroep indienen bij het CCvD. Als het

er een vergelijkbare referentiesituatie onder

kwaliteitsverklaringen en gecontroleerde

gaat om gelijkwaardigheid t.o.v. de binnen

dezelfde omstandigheden gemeten worden.

gelijkwaardigheidsverklaringen. Deze verkla-

NEN 5128 (Woningbouw) dan wel NEN 2916

Uit de metingen moet blijken hoeveel beter

ringen worden opgenomen in een databank

(Utiliteitsbouw) voor specifieke onderdelen

de nieuwe techniek wat betreft energetische

die iedereen kan raadplegen.

te hanteren forfaitaire rekenwaarden of

prestatie presteert dan de referentietechniek.

I S S O i n f o 4 3

14

j u n i 2 010


Aanvraag voor de beoordeling van een systeem/product of rekenwijze die niet genoemd is in de NEN 2916 of NEN 5128 of een aanvraag van een systeem/product waarin in de NEN 2916, NEN 5128, ISSO 75.1 of ISSO 82.1 een forfaitaire rekenwaarden is gegeven.

Betreft het een eigenschap waar overeenkomstig toetsingskader de forfaitaire rekenwaarde kan worden vervangen door een

ja

rekenwaarde afgeleid volgens een norm1 (Europees of Nationaal) waarmee de eigenschappen van het product die nodig

Product dient behandeld te worden conform procedure ‘Kwaliteitsverklaring’.

zijn voor de EPC-berekening of Energielabel bepaald kunnen worden.

nee Product dient behandeld te worden conform procedure ‘Gelijkwaardigheidsverklaring’

1

norm die door de Nederlandse regelgeving is aangewezen.

In de Energielabel methodiek is het niet

leerde kwaliteitsverklaring of gelijkwaardig-

Helpdesk

mogelijk om gebruik te maken van gecontro- heidsverklaring al dan niet geaccepteerd

Om gemeenten wegwijs te maken in de

leerde gelijkwaardigheidsverklaringen. Deze

wordt. Dit is haar eigen verantwoordelijk-

systematiek van gecontroleerde verklaringen

gelijkwaardigheidsverklaringen zijn alleen

heid. De databank ondersteunt in dit geval

en om vragen over verklaringen te beant-

van toepassing op de NEN 2916 en NEN 5128.

de gemeenten.

woorden is per 1 mei 2010 een helpdesk

De betreffende fabrikant/leverancier moet

Bij het opstellen van een Energielabel voor

‘Verklaringen’ actief. Vragen met betrekking

de aanvraag indienen. Het College neemt

bestaande bouw moet, volgens de ‘Regeling

tot de gecontroleerde verklaringen kunnen

geen aanvragen van andere partijen in

Energieprestatie Gebouwen’ van VROM,

gemaild worden aan verklaringen@isso.nl.

behandeling.

gebruikgemaakt worden van de in de ISSO-

Binnen enkele dagen na het stellen van de

publicaties 75 en 82 beschreven methoden.

vraag kan de gemeente dan een antwoord

Status van de verklaringen

Met deze methoden is het mogelijk gebruik

verwachten.

Bij nieuwbouw moeten gemeenten met

te maken van gelijkwaardige technieken,

In overleg met BWT en IWB verzorgt ISSO in

betrekking tot bouwvergunningen EPC-

onder de voorwaarde dat deze zijn opgeno-

de loop van 2010 ook een aantal presentaties

berekeningen beoordelen. Een onderdeel

men in de database gecontroleerde verkla-

over de systematiek van gecontroleerde ver-

daarvan is de waardering van gelijkwaar-

ringen.

klaring.

dige technieken. Hierbij kan de gemeente

Meer informatie over de ‘gecontroleerde

gebruikmaken van de databank gecon-

De databank met gecontroleerde gelijkwaar-

kwaliteitsverklaringen’ en ‘gecontroleerde

troleerde gelijkwaardigheidsverklaringen

digheidsverklaringen en gecontroleerde kwa-

gelijkwaardigheidsverklaringen’ is te vinden

en kwaliteitsverklaringen. De gemeente

liteitsverklaringen is te vinden op de website

op www.isso.nl.

bepaalt uiteindelijk zelf of de gecontro-

van ISSO: www.isso.nl/actueel/informatie-epa.

ISSO zoekt een technisch projectcoördinator E/ICT Voor meer informatie kijk op www.isso.nl I S S O i n f o 4 3

15

j u n i 2 010


Website Zorgplicht-Legionella.nl geprofessionaliseerd Aantal gebruikers

Eind 2006 is de website www.zorgplichtlegionella.nl in werking gesteld. In 2008 werd de 1000-ste gebruiker, het vastgoedbedrijf

reinigd water. Vandaar dat dit element ook is meegenomen. Als een inspecteur van het

Horeca 1% Overig 7% Sport 2%

waterbedrijf langskomt kijkt deze zeker naar

Kropa v.o.f. te Rotterdam in het zonnetje

zowel legionellaveiligheid als beveiligingen

gezet. In de periode daarna is het aantal gebruikers ruimschoots verdubbeld en is de website door diverse doelgroepen meer dan 70.000 keer gebruikt. Het was tijd om de

tegen terugstroming.

Installateurs 31%

Installatie- en beheersmaat­ regelen voor elk soort gebouw

Gebouwbeheer privaat 19%

website verder te professionaliseren, zodat

Met de website kan men voor een willekeurig

Overheid anders 12%

die toegankelijker en gebruiksvriendelijker is

gebouw op eenvoudige wijze een lijst van maatregelen legionellapreventie en terug-

en ook voor ISSO eenvoudiger te beheren.

stroombeveiliging genereren en printen voor

Adviesbureaus 20%

Gebruik van de website De gebruikers zijn over het algemeen profes-

DvD 2% Waterbedrijven 1%

een installatie. Het gaat hierbij om gebouw-

Aantal keren bezocht

sionals uit veel verschillende branches. De cirkeldiagrammen tonen een overzicht van

de installateur, beheerder en gebruiker van Rgd 3%

Horeca 1% Sport 1%

categorieën die vallen onder de Zorgplicht in het Waterleidingbesluit (artikel 4.1 en 14). Ook

Overig 6%

de verschillende soorten gebruikers en hun bezoekgedrag.

levert de database de normen en richtlijnen die van toepassing zijn voor dat gebouw. Men kan ook, buiten de gebouwmoduul om,

De website was destijds het initiatief van het Landelijk Overleg Platform Legionellapreventie. Dat initiatief was een

Gebouwbeheer privaat 17%

direct de risico’s en maatregelen per tappunt

Installateurs 34%

inzien evenals informatie over normen of andere richtlijnen.

Overheid anders 8%

reactie op de vele vragen die er waren over de wettelijke verplichtingen ten aanzien van collectieve leidingwaterinstallaties die vanaf 2004 plotseling niet meer onder de specifieke legionellawetgeving vielen.

Vrij toegankelijk

DvD 2%

De website is vrij toegankelijk voor iedereen

Rgd 4%

en er is geen gebruikersnaam of wachtwoord

Adviesbureaus 18%

meer nodig. Bij de eerste keer wordt wel

Waterbedrijven 9%

vrijblijvend gevraagd of de gebruiker enige

De vragen betroffen installaties in woonge-

Gebruiksintensiteit

bouwen, scholen, sportgebouwen, kantoren met douches, brandweerkazernes en dergelijke. Gebouwen waarin sprake kan zijn van

van de website door verschillende doelgroe-

Overig 7% Horeca 7%

een collectieve leidingwaterinstallatie met aerosolvormende tappunten. Ook kwamen

gegevens wil intypen, zodat ISSO het gebruik pen kan benutten.

Installateurs 11%

Sport 5%

Adviesbureaus 20%

de website te adverteren. Geïnteresseerden

er vragen over gebruikers in de kwetsbare groep (ouderen, rokers e.d.). Rijksgebouwendienst en Dienst Vastgoed Defensie hebben de handschoen opgepakt en hebben ISSO de eerste versie van de internetapplicatie laten ontwikkelen. In het kader van het actieplan ‘Veilige leidingwaterinstal-

Er is een mogelijkheid voor bedrijven om op kunnen zich aanmelden bij Anneli van

Gebouwbeheer privaat 9% Waterbedrijven 26%

Overheid anders 6%

Kleven, a.vankleven@isso.nl. Bezoekgedrag van verschillende soorten

DvD 10% Rgd 11%

gebruikers Homepage van de website

laties’ heeft ook OTIB en ook Uneto-VNI een bijdrage geleverd aan het beheer en tussentijdse optimalisatie van de website.

Ook beveiliging tegen terugstroming Het veilig beheren van een leidingwaterinstallatie bestaat niet alleen uit legionellapreventie, maar nadrukkelijk ook uit het beveiligen tegen terugstroming van veront I S S O i n f o 4 3

16

j u n i 2 010


ISSO Instructie regeltechniek voor klimaatinstallaties Onder druk van energiebesparing is het deellastgedrag van klimaatinstallaties steeds belangrijker geworden. Dit betekent voor een installatieontwerper dat hij/zij naast de ontwerpsituatie ook rekening moet houden met de verschillende deellastsituaties en het dynamisch gedrag van een installatie. Bij het uitwerken van de verschillende deellastsituaties van een klimaatinstallatie met een automatische werking, speelt de regeltechniek een belangrijke rol. Om deze reden is ISSO-publicatie 94 ‘Regeltechniek voor klimaatinstallaties’ ontwikkeld. Tevens zal ISSO op basis van ISSO-publicatie 94 een instructiebijeenkomst organiseren.

De instructie over ISSO publicatie 94 is als volgt opgebouwd: • toelichting van de theorie en de vijf stappen in ISSO publicatie 94 • voorbeeld 1: Regeling van een vertrektemperatuur • voorbeeld 2: Volgorde regeling luchtverwarmer, warmtewiel en luchtkoeler • voorbeeld 3: Regeling vertrektemperatuur met een tijdproportionele regelaar en thermische motor

ISSO-publicatie 94 dwingt de installatieont-

werper na te denken over de automatische

5 bepalen van de parameters van de rege-

b) moeilijkheidgraad

• voorbeeld 4: regeling voor het laden van een WKO-installatie met warmtepomp

werking van een installatie. ISSO-publicatie

laar, hierbij wordt gebruik gemaakt van

94 begint waar de standaard boeken over

praktische instelregels voor zowel conti-

De voorbeelden laten duidelijk zien hoe de

nue regelaars als discrete regelaars;

installatieontwerper de verschillende stappen

regeltechniek ophouden. Via een aantal concrete stappen wordt de regelkring bepaald

6 bepalen van de regeldiagrammen, hierbij

in ISSO-publicatie 94 moet toepassen.

en uitgewerkt.

wordt duidelijk wat het gevolg is voor het

De te volgen stappen in ISSO-publicatie 94

regelbereik als regelsignalen uit de rege-

Voor wie?

zijn:

laar elkaar overlappen.

Installatieontwerper, meet- en regeltechnicus.

1 bepalen van het te regelen proces en de Bij het toepassen van ISSO-publicatie 94

Locatie en data

2 de te volgen regelstrategie, hierbij wordt

wordt duidelijk dat de benodigde gegevens

De instructie vindt plaats in oktober en

duidelijk welke processen wel of niet in

voor de automatische werking van een kli-

november, verspreid over Nederland.

volgorde kunnen worden geregeld;

maatinstallatie door de installatieontwerper

stoorinvloeden;

moeten worden bepaald. De huidige praktijk

Aanmelden

regelen proces geeft als resultaat wat de

laat nog te vaak zien dat de benodigde gege-

Via www.isso.nl kunt u zich aanmelden.

invloed is van het ontwerp op het dyna-

vens voor de automatische werking van een

misch gedrag van de geregelde grootheid;

klimaatinstallatie door de automatiseerder in

a) overdrachtkarakteristiek (regelbereik en

het softwareprogramma worden ingevuld.

3 het bepalen van de kenmerken van het te

overdrachtsfactor)

Ontwikkeling, opzet en evaluatie van de EPA-examens In december 2007 is er op initiatief van KBI

te garanderen. Tijdens dit overleg werden de

opleidingsinstituten kunnen gebruiken om

een overleg geweest tussen een groot aan-

volgende afspraken gemaakt:

de cursisten voor te bereiden op de uitein-

tal marktpartijen over de invoering van een

• de eindtoets wordt als verplichting in de

delijke toets.

landelijke eindtoets voor de EPA-adviseur. Aanwezig bij dit overleg waren VROM, de

BRL9500 opgenomen. • als de examenkandidaat geen voldoende

Certificerende Instellingen, de afnemers van

haalt voor de eindtoets dan kan hij/zij dus

de Energielabels, de brancheorganisaties van

niet meer zelfstandig werken aan het tot

de EPA-adviseurs, de opleidingsinstituten, ISSO en KBI. Een aantal opleidingsinstituten had in

stand komen van het Energielabel. • de verplichte eindtoets gaat zowel gelden

2007 al een eigen ontwikkelde toets en een

voor de EPA-adviseur als voor degene die

aantal opleiders had op dat moment helemaal

het gebouw zelfstandig opneemt.

geen toets. Tijdens dit overleg werd bevestigd dat er een landelijke eindtoets moest komen om de kwaliteit van de personen die betrokken zijn bij het opstellen van het Energielabel I S S O i n f o 4 3

• de eerder door KBI ontwikkelde eindtermen worden gebruikt bij het opstellen van de landelijke eindtoets. • er wordt een proeftoets ontwikkeld die de 17

• bij de ontwikkeling van de toets en het afnemen van de toets zal samenwerking worden gezocht met CITO. • er wordt een examencommissie samengesteld, waarin alle belanghebbenden zijn vertegenwoordigd. • er komt een werkgroep die de vragen ontwikkelt, aan deze werkgroep zullen één of meerdere opleidingsinstituten deelnemen. • als eerste wordt de landelijke toets ontwikkeld voor de EPA-adviseur woningbouw, vervolgens voor de EPA-adviseur Utiliteits­ j u n i 2 010


onderdelen:

- indien nodig - ook eindtoetsen voor maat-

Opzet examen EPA-opnemer en EPA-adviseur Woningen

werkadvisering worden ontwikkeld.

Op verzoek van een aantal marktpartijen

• Toets 2: het indelen van een gebouw in

gebouwen en in een later stadium zullen er

werd er onderscheid gemaakt tussen een

• Toets 1: meerkeuzetoets energiesectoren

Examencommissie

EPA-opnemer en een EPA-adviseur. Voor de

• Toets 3: het opnemen van een gebouw

In opdracht van het Agentschap NL - toen

EPA-opnemer is toets 1 verplicht, de EPA-

• Toets 4: opnamegegevens vertalen naar

nog SenterNovem - werd door KBI in samen-

adviseur moet voor zowel toets 1 en toets 2

werking met ISSO en CITO begonnen met

een voldoende scoren. De gediplomeerde

de ontwikkeling van het examen. De markt-

EPA-opnemer mag alleen een woning opne-

Toets 1 meerkeuzetoets

partijen werden uitgenodigd voor de exa-

men en werkt onder de verantwoordelijkheid

Toets 1 bestaat uit een aantal meerkeuze-

mencommissie. Hieraan werd door een groot

van een EPA-adviseur. Het landelijk examen

vragen die betrekking hebben op algemene

aantal marktpartijen gehoor gegeven.

voor de EPA-adviseur Woningen bestaat uit

kennis rondom het energielabel en het opne-

de volgende onderdelen:

men van een gebouw. De vragen worden

Aan de ontwikkeling van de examens EPA-

• Toets 1a: meerkeuzetoets

gemaakt op basis van eindtermen. Het aantal

opnemer en EPA-adviseur Woningen hebben

• Toets 1b: opnemen aan de hand van een

vragen per eindterm wordt bepaald door de

de volgende organisaties deelgenomen: Agentschap NL namens het Ministerie van VROM, KBI, ISSO, de Woonbond, Bouwend

casus

een softwareprogramma

toetsmatrijs.

• Toets 2: opnamegegevens vertalen naar een softwareprogramma

Toets 2 indelen van het gebouw in energiesectoren

Nederland, Uneto-VNI, Avepa, Kiwa, F&B, Kader en CITO. Naast de examencommissie is

Toets 1a meerkeuzetoets

Bij toets 2 krijgt de kandidaat een gesche-

er ook een werkgroep opgericht, deze werk-

Toets 1 bestaat uit een aantal meerkeuze-

matiseerd gebouw met een aantal verschil-

groep bestaat uit Kader, F&B, CITO en ISSO.

vragen die betrekking hebben op algemene

lende gebruiksfuncties. Het gebouw wordt

Aan de examens EPA-adviseur Utiliteits­

kennis rondom het energielabel en het opne-

op verschillende wijzen geklimatiseerd. Bij

gebouwen werkten de volgende organisaties

men van een woning. De vragen worden

dit onderdeel wordt nagegaan of de kandi-

mee: Agentschap NL namens het Ministerie

gemaakt op basis van eindtermen. Het aantal

daat het gebouw op de juiste wijze indeelt in

van VROM, KBI, ISSO, de Rijksgebouwendienst, vragen per eindterm wordt bepaald door de ING Real Estate Investment Management,

energiesectoren.

toetsmatrijs. Toets 3 opnemen van een gebouw

Bouwend Nederland, Uneto-VNI, Avepa, Fedec (toen nog Ovea), Kiwa, F&B, Kader,

Toets 1b opnemen aan de hand van een

Toets 3 bestaat uit het opnemen van een

Meijer Energie- en Milieu en CITO. Ook hier

casus

gedeelte van een gebouw en de vertaling

is er naast de examencommissie een werk-

Bij toets 1b krijgt de kandidaat een beschrij-

van de gebouwgegevens naar het standaard

groep in het leven geroepen. Deze werk-

ving van een woning en een standaard opna-

opnameformulier uit de ISSO 75.1. Van een

groep bestaat uit Meijer Energie- en Milieu,

meformulier uit ISSO 82.1. De beschrijving

gedeelte van het gebouw dat moet worden

Builddesk, CITO en ISSO.

bevat tekeningen en foto’s. Aan de hand van

opgenomen is de indeling in energiesectoren

deze informatie moet de kandidaat het opna-

gegeven, dit is immers in het vorige onder-

meformulier invullen.

deel getoetst.

zijn alle vragen door de examencommissies

Toets 2 opnamegegevens vertalen naar een

Toets 4 opnamegegevens vertalen naar

beoordeeld en goed- of afgekeurd. Alle door

softwareprogramma

een softwareprogramma

de examencommissie goedgekeurde vragen

Bij dit onderdeel wordt nagegaan of de gege- D onderdeel wordt nagegaan of de gegevens

zijn in de examens opgenomen.

vens van het opnameformulier op de juiste

van het opnameformulier op de juiste wijze

De ervaringen die waren opgedaan bij de

wijze vertaald worden naar het software-

vertaald worden naar het softwarepakket.

eerder ontwikkelde landelijke toets voor de

pakket. Het project wordt ingevoerd op de

Het project wordt ingevoerd op de compu-

woningbouw werden bij de examens EPA-

computer. Bij de beoordeling van het project

ter. Bij de beoordeling van het project wordt

adviseur Utiliteitsgebouwen meegenomen in

wordt niet alleen gekeken of de energie-

niet alleen gekeken of de energie-index en

het ontwikkelingstraject.

index en de energieklasse goed is, maar ook

de energieklasse goed is, maar ook of de pri-

Naast de beoordeling van de examens heb-

of de primaire hoeveelheid energie en de

maire hoeveelheid energie goed is.

ben de examencommissies de eerder opge-

bijhorende deelposten goed zijn.

De werkgroepen hebben alle vragen van de landelijk examens ontwikkeld. Vervolgens

De EPA-adviseur moet voor alle onderdelen

stelde eindtermen kritisch beoordeeld, een

een voldoende halen. De adviseur krijgt

steld. De examencommissies werkten onder

Opzet examen EPA-adviseur Utiliteitsgebouwen

de verantwoordelijkheid van het Centraal

Het landelijk examen voor de EPA-adviseur

kwaamheid.

College van Deskundige van KBI.

Utiliteitsgebouwen bestaat uit de volgende

toetsmatrijs en het examenreglement opge-

I S S O i n f o 4 3

18

als hij/zij geslaagd is een bewijs van vakbe-

j u n i 2 010


Uit onderstaande tabel blijkt dat het sco-

Examenresultaten

ringspercentage voor toets 2 het hoogst (88 procent) is en voor toets 1 het laagst (70

EPA-opnemer en EPA-adviseur Woningen

procent). Het bovenstaande overzicht geeft geen inzicht hoeveel kandidaten voor alle

examen Aanmeldingen Aanwezig Aantal geslaagden 1e keer Herexamen. totaal Onderdeel 1 2237 2130 1022 214 1236 Onderdeel 2 1623 1392 932 122 1054

toetsen zijn geslaagd. Er zijn nogal wat kandidaten die een onvoldoende scoren voor één of twee toetsen. Het percentage van de kandidaten dat voor alle toetsen een voldoende scoort is 65 procent. 66 procent van de kandidaten die examen doen, heeft ook

Pilotexamen

hoge totaalscore deze betreffende vraag

een opleiding gevolgd bij een opleidingsin-

Om het examen te testen is er in februari

goed hebben. De resultaten van deze analyse

stituut. Van de kandidaten die een opleiding

2009 een pilotexamen georganiseerd. Aan

worden in de examencommissies besproken.

hebben gevolgd, slaagt ongeveer 70 procent.

dit pilotexamen nam een aantal prominente

Commissies kunnen op basis van deze resul-

34 procent van de examenkandidaten heeft

EPA-adviseurs deel. De toetsen 2, 3 en 4 wer-

taten besluiten om vragen te laten vervallen

geen opleiding gedaan. Hiervan slaagt 60

den achtereenvolgens door alle aanwezigen

of om vragen aan te passen. Ook de overige

procent. De kandidaten die met het examen

EPA-adviseurs gemaakt. Na elke toets werd

toetsen worden na elk examen geanaly-

meedoen hebben vooral een bouwkundige

de betreffende toets uitgebreid geëvalu-

seerd. Resultaten van deze analyses worden

(24 procent) of installatietechnische (63

eerd. De opmerkingen en suggesties die zijn

besproken in de examencommissie. Op basis

procent) achtergrond. Verder komen we kan-

gedaan tijdens het pilotexamen zijn terug-

van deze analyses worden de examens aan-

didaten tegen met als achtergrond bedrijfs-

gekoppeld naar de examencommissie en ver-

gepast.

kunde, procestechnologie, logistiek, facilitair,

volgens verwerkt in de definitieve examens.

mechatronisch, elektrotechniek, luchtvaart

Het proefexamen was in maart 2009 gereed

Bovenstaande tabel toont het aantal aanmel-

en milieutechniek.

en is vervolgens op de website van CITO

dingen, het aantal aanwezigen en de scores

Het slagingspercentage bedraagt 50 procent

geplaatst. Examenkandidaten en opleidings-

per onderdeel. Uit deze tabel blijkt dat het

bij de kandidaten met een bouwkundige

instituten kunnen dit proefexamen gebruiken

scoringspercentage voor onderdeel 1 58 pro-

achtergrond. Het slagingspercentage van

als voorbereiding op het examen.

cent is en voor toets 2 is het scoringspercen-

de kandidaten met een installatietechnische

tage 76 procent. Wat verder opvalt is dat er

achtergrond bedraagt 70 procent

Examens

een aantal kandidaten is dat zich wel opgeeft

Het Centraal College van Deskundigen heeft

voor het examen maar vervolgens niet op

in 2008 aangegeven dat iedere EPA-opnemer

het examen verschijnt. Voor onderdeel 2 is

EPA-adviseur Utiliteitsgebouwen

en EPA-adviseur Woningen voor 1 november

dit 14 procent. Opvallend is het slagingsper-

2008 in het bezit moet zijn van het bewijs

centage van 60 procent voor onderdeel 1.

Onderdeel

geslaagden

van vakbekwaamheid. Voor de EPA-adviseurs

Deze score wordt veroorzaakt doordat een

1: Meerkeuze

70 procent

Utiliteitsgebouwen werd de datum 1 novem-

groot aantal van de personen die zich op het

ber 2009 vastgesteld. Inmiddels hebben zich

Energielabel hebben gestort, niet de juiste

2: Indelen sectoren

88 procent

voor het onderdeel EPA-opnemer Woningen

achtergrond hadden. Zo valt bij onderdeel

3: Gebouw opnemen

81 procent

2237 en voor onderdeel EPA-adviseur

1 ‘Meerkeuzevragen’ op dat een aantal kan-

Woningen 1623 kandidaten aangemeld. Voor

didaten niks van de achtergrond van het

4: Invoeren in de software 73 procent

EPA-adviseur Utiliteitsgebouwen hebben

Energielabel weet en tevens niet kan omgaan

246 kandidaten examen gedaan. Op verzoek

met de criteria voor representativiteit.

van een aantal gediplomeerde EPA-adviseurs

In de casus van onderdeel 1 worden veel fou-

worden alle geslaagden vermeld op de web-

ten gemaakt bij het soort ventilatiesysteem.

site van KBI en zijn er pasjes verstrekt.

Ook opvallend is dat een aantal kandidaten bij lokale verwarming de thermische schil om

Evaluatie examens

de woonkamer legt.

De examenresultaten worden continu door

Bij onderdeel 2 worden veel onnodige fouten

CITO in samenwerking met ISSO geanaly­

gemaakt. Een aantal kandidaten kan de rap-

seerd. Zo wordt bij elke vraag van toets 1 ‘de

portage van de deelposten niet vinden en

meerkeuzevragen’ bepaald hoeveel kandi-

een andere fout is dat men vergeet om de

daten de betreffende vraag goed hebben

gebruiksoppervlakte in te vullen.

beantwoord en hoeveel kandidaten met een I S S O i n f o 4 3

19

j u n i 2 010


Co lo fo n ISSO Info is een uitgave van

Instructiebijeenkomsten ISSO 2010 Energie & Milieu Datum 14 september 2010 23 september 2010 16 september 2010 27 sept, 4 en 8 okt.

Locatie ISSO Rotterdam ISSO Rotterdam ISSO Rotterdam ISSO Rotterdam

Veilige Leidingwaterinstallaties 7 oktober 2010

ISSO Rotterdam

Verwarming & Koeling Ontwerp en realisatie van verticale bodemwarmtewisselaars 13 oktober 2010 Meer comfort en rendement met inregelen 20 oktober 2010 Warmteverliesberekening Utiliteit ISSO 53 27 oktober 2010 Warmteverliesberekening Bedrijfsgebouwen ISSO 57 3 november 2010 Individuele warmtepompen in Woningen 29 oktober 2010 Instructie Regeltechniek 14 oktober 2010 Instructie Regeltechniek 28 oktober 2010 Instructie Regeltechniek 4 november 2010 Instructie Regeltechniek 9 november 2010

ISSO Rotterdam ISSO Rotterdam ISSO Rotterdam ISSO Rotterdam ISSO Rotterdam ISSO Rotterdam Zwolle Eindhoven Regio Utrecht

ISSO Rotterdam ISSO Rotterdam

Elektrotechniek

Via www.isso.nl kunt u zich aanmelden voor de bovenstaande instructies

I S S O i n f o 4 3

Woerden Eindhoven Woerden

3014 DB Rotterdam 3000 AN Rotterdam Tel.

010 - 206 59 69 010 - 213 03 84

E-mail

info@isso.nl

www.isso.nl

Internet

Wat is ISSO ISSO, het kennisinstituut van de installatiesector, houdt zich bezig met het identificeren van kennisvragen binnen de installatiesector, het ontsluiten en toegankelijk maken van deze kennis in de vorm van praktische ISSO-publicaties en het bevorderen van het gebruik van ISSO publicaties als normstellende richtlijnen.

Op 29 april 1974 werd ISSO

opgericht door de volgende organisaties: TVVL Nederlandse Technische Vereniging voor Installaties in Gebouwen Uneto -Vni Ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel PIT Stichting Promotie Installatietechniek

3, 10, 17 en 23 sep. 7, 14, 21 en 28 okt. 4, 11, 18 en 25 nov.

(Weenapointgebouw B)

Fax

9 september 26 oktober 2010

Bezoekadres Kruisplein 25

Postadres Postbus 577

Luchtbehandeling

Power Quality Power Quality Power Quality

Water & Gas

Kleintje Ventilatie Binnenklimaat Scholen

k e n n isi n stit u u t voor d e i n sta l l ati e s e ctor

Instructie Energielabel Woningen EP Maatwerk Woningen Energielabel Utiliteit EP Maatwerk Utiliteit

20

in een later stadium traden de volgende organisaties toe:

ONRI Organisatie van Nederlandse Raadgevende Ingenieursbureaus Vabi Vereniging voor Automatisering in de Bouw en Installatietechniek

Vormgeving

Redactie

Stijlmeesters P.P.H. 't Lam

A.B. van Kleven-Pijpers

Stijlmeesters

De uitgever kan niet aansprakelijk worden gesteld voor persoonlijke of materiĂŤle schade, veroorzaakt door onjuistheden in de redactionele kolommen.

j u n i 2 010


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.