ISSO-publicatie 42
Sprinklerinstallaties Integraal voortbrengingsproces
ISBN: 978-90-5044-221-3
INHOUDSOPGAVE Samenvatting
7
Afkortingen
1
2
3
11
Begrippenlijst
13
Inleiding
15
1.1
Doelstelling en doelgroep
15
1.2
Opbouw van de publicatie
15
1.3
Ontwerpproces
15
1.4
Kwaliteitsniveau
21
1.5
Gebruik publicatie
21
Achtergrond van de sprinklerinstallatie
23
2.1
Wat is een sprinklerinstallatie?
23
2.2
Hoe werkt de sprinklerinstallatie?
23
2.3
Soorten sprinklerinstallaties
23
2.3.1
23
Natte sprinklerinstallaties
2.3.2
Droge sprinklerinstallaties
23
2.3.3
Afwisselende sprinklerinstallaties
24
2.3.4
Gecommandeerde sprinklerinstallaties (pre-action- en delugesystemen)
24
2.4
Wat kan een sprinklerinstallatie wel en wat niet?
25
2.5
De sprinklerinstallatie door de jaren
26
2.6
Watermist
29
2.7
Waarom een sprinklerinstallatie?
31
2.8
Het doel van de sprinklerinstallatie
31
2.8.1
Inleiding
31
2.8.2
De beheersende sprinklerinstallatie
31
2.8.3
De onderdrukkende sprinklerinstallatie
32
2.8.4
De sprinklerinstallatie als gelijkwaardige voorziening in de zin van het Bouwbesluit
33
2.8.5
De sprinklerinstallatie voor hoge gebouwen
33
2.8.6
De woningsprinklerinstallatie
33
2.8.7
Het Life Safety Concept
33
2.8.8
De sprinklerinstallatie voor de beveiliging van consumentenvuurwerk
33
2.8.9
De installatie voor zich zeer snel ontwikkelende branden en beveiliging tegen brandoverslag
34
Wetgeving, voorschriften en procedures bij het tot stand komen van een sprinklerinstallatie
35
3.1
Tot standkoming van de regelgeving
35
3.2
Wetgeving
35
3.3
Voorschriften
36
3.4
ISSO-publicatie 42
9
Symbolenlijst
3.3.1
Inleiding
36
3.3.2
Europese Sprinklervoorschriften
36
3.3.3
Amerikaanse Sprinklervoorschriften
37
Procedures bij het tot stand komen van de sprinklerinstallatie
3
37
Sprinklerinstallaties
4
5
Programmafase
41
4.1
Beslissing tot het installeren van een sprinklerinstallatie
41
4.2
Uitgangspunten
42
4.3
Keuze voorschriften
42
4.4
Bepalen soort sprinklerinstallatie
42
4.5
Bepalen primaire kenmerken
44
4.5.1
Gevarenklasse
44
4.5.2
Watervoorziening(en)
49
4.5.3
Systeembeschikbaarheid
53
4.5.4
Omvang van de beveiliging
53
4.6
Sprinklermeldinstallatie
55
4.7
Kostenraming
55
4.8
Uitgangspuntendocument sprinklerinstallaties
61
5.1
Algemeen
61
5.2
Structuur sprinklerhoofdleidingnet
62
5.3
Structuur sprinklerleidingnet
62
5.4
Leidingen en verbindingstechnieken
64
5.4.1
Leidingen
64
5.4.2
Verbindingstechnieken
66
5.5
5.6
5.7
Bepaal alarmkleppen
68
5.5.1
Algemeen
68
5.5.2
Natte alarmklep
68
5.5.3
Droge alarmklep
70
5.5.4
Delugeklep
71
5.5.5
Pre-actionsysteem
71
5.5.6
Staartklep
73
Primaire appendages
73
5.6.1
Afsluiters
73
5.6.2
Keerkleppen
74
5.6.3
Debietmeter
75
Bepaal sprinklers
75
5.7.1
Doorlaat
75
5.7.2
Thermisch element
76
5.7.3
Spreidplaat
79
5.7.4
Sproeivlak sprinkler
81
5.7.5
Bijzondere sprinklers
81
5.7.6
Afwerking van de sprinkler
82
5.8
Hydraulische berekeningen
83
5.9
Capaciteit van de watervoorziening
84
5.9.1
Globale opbrengst van de watervoorziening
84
5.9.2
Globale netto-inhoud van de beperkte watervoorraad
85
5.10
ISSO-publicatie 42
59
Ontwerpfase
Bepaal sprinklerpompen
85
5.10.1 Algemeen
85
5.10.2 Pompcapaciteit
85
5.10.3 Opstelling sprinklerpompen
86
5.11
Sprinklermeldcentrale
87
5.12
Informatie bouwpartners en coรถrdinatie met andere installaties
87
4
Sprinklerinstallaties
6
7
8
Uitwerkingsfase
89
6.1
Algemeen
89
6.2
Aanstellen installateur
89
6.3
Detailontwerp door sprinklerinstallateur
89
6.4
Toetsing van het ontwerp
91
7.1
Algemeen
91
7.2
Leggen grondleiding
92
7.3
Installeren sprinklerleidingnet
92
7.4
Installeren alarmkleppen, pompen en sprinklermeldinstallatie
92
7.5
Inbedrijfstelling
92
7.6
Controle pompcapaciteit, meld- en stuurfuncties
92
7.7
Samenstelling gebruikershandboek
92
7.8
Certificatie
92
Beheerfase
93
8.1
Algemeen
93
8.2
Opstellen beheer- en onderhoudsplan
93
8.2.1
93
8.3 9
89
Realisatiefase
Onderdelen van het beheer- en onderhoudsplan
Legionella
94
MKK-structuur
95
9.1
Opzet MKK
95
9.1.1
95
Fases
9.1.2
Kwaliteitbeheeraspecten
96
9.1.3
Matrix
97
9.2
Overzicht ingevulde cellen
98
9.3
Celinhoud en specificatiebladen
98
9.4
Opbouw specificatiebladen
101
Specificatiebladen
103
I.
Programmafase
103
I.0-1
Programma van eisen
103
I.0-2
Randvoorwaarden
104
I.2-1
Uitwisseling van informatie
105
I.3-1
Eisen sprinklerinstallatie
109
I.3-2
Indeling in gevarenklassen
111
I.3-3
Watervoorziening
112
I.3-4
Systeembeschikbaarheid
113
I.4-1
Overzicht middelen programmafase
114
I.8-1
Rapportage
118
II.
Ontwerpfase
119
II.0-1
Algemeen
119
II.2-1
Uitwisseling informatie
120
II.3-1
Ontwerpen leidingnet
122
II.4-1
Overzicht middelen ontwerpfase
123
II.8-1
Rapportage
124
III.
Uitwerkingsfase
125
III.2-1
Uitwisseling informatie
125
III.3-1
Eisen sprinklermeldinstallatie
126
ISSO-publicatie 42
5
Sprinklerinstallaties
IV.
Realisatiefase
127
IV.2-1
Uitwisseling informatie
127
IV.3-2
Montage- en installatietechnische eisen
128
IV.4-1
gevaarlijke stoffen
129
IV.8-1
Gebruikershandboek
130
V.
Beheerfase
131
V.2-1
Uitwisseling informatie
131
V.3-1
Onderhoud
132
V.4-1
Beheer- en onderhoudsplan
133
V.4-2
Gevaarlijke stoffen
134
V.8-1
Logboek
135
Bijlage A
Publicatie beheersbaarheid van brand 2007, maatregelenpakket IV
137
Bijlage B
NEN-EN 12845 + A2
138
Bijlage C
FM Global
145
Bijlage D
Nominale K-factoren van sprinklers
161
Bijlage E
Aanspreektemperaturen van sprinklers
162
Bijlage F
Bijlage 1 Uit memorandum 60
163
Literatuurlijst
ISSO-publicatie 42
166
6
Sprinklerinstallaties
SAMENVATTING De sprinklerinstallatie wordt beschouwd als de meest universele en betrouwbare automatische blusinstallatie die er bestaat. De installatie is relatief eenvoudig. Om de betrouwbaarheid en goede werking in geval van brand te garanderen, wordt de installatie omgeven door een netwerk van voorschriften en bepalingen. In Noord-Amerika worden de voorschriften veelvuldig aangepast aan wijzigende omstandigheden en nieuwe inzichten om de stand van de techniek te weerspiegelen. In Europa is dit niet altijd het geval. Deze publicatie belicht de sprinklerinstallatie in het algemeen, plus de wetgeving, voorschriften en procedures bij het tot stand komen van de sprinklerinstallatie. In aparte stappen zijn de programmafase, ontwerpfase, uitwerkingsfase, realisatiefase en beheerfase beschreven en in specificatiebladen nader uitgewerkt. In bijlage A wordt Maatregelenpakket IV uit de publicatie Beheersbaarheid van Brand gegeven. In de bijlagen B en C wordt de classificatie van goederen uiteengezet. Bijlagen D en E betreffen specifieke eigenschappen van sprinklers. Bijlage F geeft een standaard PvE voor vuurwerkopslag conform Memorandum 60.
ISSO-publicatie 42
7
Sprinklerinstallaties
ISSO-publicatie 42
8
Sprinklerinstallaties
AFKORTINGEN ADD
Actual Delivered Density
BdB
Basisdocument Brandveiligheid
BIO
Bouwkundig Installatietechnisch Organisatorisch
BMC
Brandmeldcentrale
BRE
Building Research Establishment (VK)
BvS
Bureau voor Sprinklerbeveiliging
CEN
Comité Européen de Normalisation (België)
CCV
Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid
CCVD
Centraal College van Deskundigen
CEA
Comité Européen des Assurances (Frankrijk)
CMDA
Control Mode Density Area
CMSA
Control Mode Specific Application
CPVC
Chlorinated Poly Vinyl Chloride
ECTFE
Ethyleen Chloro Tri Fluor Ethyleen
EC
Extended Coverage
EH
Extra Hazard
EFSN
European Fire Sprinkler Network (VK)
EPDM
Ethyleen Propyleen Dieen Monomeer
ESFR
Earl Suppression Fast Response
ETFE
Ethyleen Tetra Fluor Ethyleen
FEP
Fluorinated Ethyleen Propileen
FM
Factory Mutual (VS)
FOC
Fire Offices' Committee (VK)
FPA
Fire Protection Association (VK)
FR
Fast Response
HH
High Hazard
HHP
High Hazard Process
HHS
High Hazard Storage
IBB
Integrale Brandveiligheid Bouwwerken
IBC
Intermediate Bulk Container
IP
Inspectieplan
IPB
Integraal Plan Brandbeveiliging
ISO
International Standardization Organization (Zwitserland)
LD
Large Drop
LH
Light Hazard
LPC
Loss Prevention Council (VK)
LPCB
Loss Prevention Certification Board ( VK en Nederland)
MIC
Microbiologically Influenced Corrosion
MJC
Multiple Jet Control
NEN
Nederlands Normalisatie Instituut
NFPA
National Fire Protection Assosiation (VS)
NOVB
Nederlandse Organisatie voor Brandveiligheid
NPT
National Pipe Taper
ISSO-publicatie 42
9
Sprinklerinstallaties
NPSH
Net Positive Suction Head
NRS
Non Rising Stem
NVBR
Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding
OH
Ordinary Hazard
OS&Y
Outside Stem & Yoke
PAC
Particuliere Alarmcentrale
PCTFE
PolyCloroTriFluoroEthylene
PE
PolyEthyleen
PIV
Post Indicator Valve
PPSU
PolyPhenylSUlfone
PTFE
PolyTetraFluorEtheen (handelsnaam van DuPont is Teflon)
PVC
PolyVinylChloride
PVDC
PolyVinyliDenChlorid (handelsnaam van Dow Chemical is Saran)
PVDF
PolyVinyli DeneFluoride
PvE
Programma van Eisen
PVF
PoluVinylFluoride
QR
Quick Response
RAL
Kleursysteem (ReichsAusschuss f端r Lieferbedingungen und G端tesicherung)
RBAC
Regionale Brandweer Alarm Centrale
RDD
Required Delivered Density
RTI
Response Time Index
RvA
Raad voor Accreditatie
RVS
Roestvaststaal
SAN
StyreenAlcrylNitril
SBR
StyreenButadieen Rubber
SIN
Sprinkler Identification Number
SMC
Sprinklermeldcentrale
SR
Standard Response
SVM
Schuimvormend Middel
UPD
Uitgangspuntendocument
UL
Underwriters Laboratories (VS)
VAS
Voorschriften voor Automatische Sprinklerinstallaties
VBB
Vastopgestelde Brandbeheersings- en Brandblussystemen
VdS
Verband der Schadenversicherer (Duitsland)
VROM
Volkshuisvesting Ruimtelijk Ordening en Milieu
VSI
Vereniging van Sprinklerinstallateurs
VS
Verenigde Staten van Amerika
VK
Verenigd Koninkrijk
WBDBO
Weerstand tegen Brand Overslag en Brand Doorslag
ISSO-publicatie 42
10
Sprinklerinstallaties
SYMBOLENLIJST am
maximum sproeivlak, het maximum oppervlak waarover wordt verondersteld dat in geval van brand gelijktijdig sprinklers zullen openen
[m2]
C
constante van Hazen/Willams in de gelijknamige formule die algemeen wordt gebruikt voor leidingverliesberekeningen voor sprinklerinstallaties
[-]
d
gemiddelde inwendige diameter van een leiding
[mm]
f
correctiefactor
[-]
h
hoogte
[m]
K
factor die het verband aangeeft tussen de druk en de opbrengst van een sprinkler. [dm3/min./bar1/2] Pas op: er bestaan verschillende K-faktoren bij gebruik in verschillende eenhedenstelsels
MS
minimum sproeitijd
[min.]
p
druk, in afwijking van het SI-eenhedenstelsel, maar wel toegestaan, wordt als eenheid van druk in sprinklerinstallaties meestal de bar gebruikt
[bar]
pf
drukverlies per m1 leiding
[bar]
pg
globale druk
[bar]
psp
minimum druk op de sprinkler
[bar]
pw
drukverlies in het leidingnet
[bar]
Pst
statisch hoogteverschil is gelijk aan 0,098 Δh
[bar]
Q
debiet
[dm3/min.]
Qg
globaal vereiste opbrengst van een watervoorziening
[dm3/min.]
Qst
minimum debiet per stellingsprinkler
[dm3/min.]
RTI
response time index, een indicatie voor de aanspreeksnelheid van sprinklers. Pas op: er bestaan verschillende RTI-waarden bij gebruik in verschillende eenhedenstelsels
[(m·s)1/2]
So
ontwerp sproeidichtheid
[dm3/min./m2]
X
te benoemen aantal
[-]
Hoewel de bar geen SI-eenheid is, is deze wel toegestaan en wordt deze in berekeningen van sprinklerinstallaties algemeen gehanteerd.
ISSO-publicatie 42
11
Sprinklerinstallaties
ISSO-publicatie 42
12
Sprinklerinstallaties
BEGRIPPENLIJST Alarmklep Inrichting die bij het openen van een of meerdere sprinklers een alarm genereert.
Gridsysteem (Gridconfiguratie) Leidingstelsel waarin het water naar elke sprinkler via meer dan één route stroomt.
Alarmbeproevingsafsluiter Afsluiter om de alarmbel en/of drukschakelaar van de alarmklep te kunnen beproeven.
Hangende sprinkler Sprinkler die is geconstrueerd om 'hangend' onder de sprinklerleiding te worden gemonteerd en waarvan de sproeier het water naar beneden richt.
Concealed sprinkler In het plafond ingebouwde sprinkler door een afdekplaatje aan het oog onttrokken. Bij temperatuurstijging komt het plaatje los en valt naar beneden waarna de sprinkler normaal zijn werk kan doen.
Hulppomp Zie jockeypomp. Jockeypomp Pomp met beperkte capaciteit die automatisch start en stopt om de installatie op druk te houden.
Beheersende sprinklerinstallatie Sprinklerinstallatie met als primaire doelstelling het onder controle brengen van een brand.
Maximum sproeivlak Voor ontwerpdoeleinden veronderstelde maximale oppervlakte (in m2) waarin sprinklers in geval van brand in werking treden.
Beperkte watervoorraad Watervoorraad opgeslagen in een bassin, tank of reservoir met beperkte inhoud.
Minimum sproeidichtheid De minimum hoeveelheid water die per tijdseenheid en per oppervlakte-eenheid uit de sprinklers moet treden als alle sprinklers in het maximale sproeivlak in werking zijn (in dm3/m2·min.).
Cut Off-sprinkler Sprinkler die een deur of raam beveiligt tussen twee gebieden waarvan slechts één gebied wordt beveiligd door sprinklers. Delugesysteem Watersproeisysteem waarbij een groep open sprinklers gelijktijdig in werking wordt gesteld nadat een separaat branddetectiesysteem een afsluiter heeft opengestuurd.
Minimum sproeitijd De minimale tijd dat alle sprinklers in het maximum sproeivlak gelijktijdig in werking moeten kunnen zijn. Natte sprinklerinstallatie Sprinklerinstallatie waarvan het gehele leidingnet met water is gevuld en waarbij door het openen van één sprinkler zonder vertraging water uittreedt.
Droge sprinkler Sprinkler aangesloten op een leidingstuk dat aan het uiteinde is afgesloten door een klepje. Door het activeren van het thermisch element van de sprinkler opent het klepje en stroomt water in het leidingstuk en vervolgens uit de sprinkler. Er bestaan droge hangende, droge staande- en droge horizontale sprinklers.
Onbeperkte watervoorraad Natuurlijke watervoorraad die feitelijk onbeperkt is zoals een rivier, kanaal of meer. Onderdrukkende sprinklerinstallatie Sprinklerinstallatie die het onderdrukken van een brand tot doel heeft.
Droge sprinklerinstallatie Sprinklerinstallatie waarvan het leidingnet tot aan de alarmklep met water is gevuld en na de alarmklep met lucht onder druk. Bij het openen van één sprinkler moet eerst de lucht afblazen waarna met vertraging water uittreedt.
Open sprinkler Sprinkler zonder warmtegevoelig afsluitelement. Pendent sprinkler Zie hangende sprinkler.
Drukverhogingpomp Automatische pomp die aan een sprinklerinstallatie water levert, afkomstig van een hooggelegen reservoir of openbare waterleiding.
Quick Response sprinkler Een snel aansprekende sprinkler met een lage Response Time Index.
ESFR-sprinkler Early Suppression Fast Response sprinkler; een sprinkler om een brand te onderdrukken.
ISSO-publicatie 42
13
Sprinklerinstallaties
Pre-actionsysteem Sprinklerinstallatie waarbij er pas water uit de sprinkler treedt nadat zowel een sprinkler is geopend als een separaat branddetectiesysteem een afsluiter heeft opengestuurd. Stellingsprinkler Sprinkler ge誰nstalleerd in een stelling voor opslag van goederen die door een afschermplaat beveiligd is tegen nathouden door water uit hoger gelegen sprinklers. Response Time Index Een indicatie voor de aanspreeksnelheid van sprinklers. Snelontluchter Inrichting om het openen van een droge alarmklep te bespoedigen door de luchtdruk in het leidingnet versneld af te laten nadat een sprinkler is geactiveerd. Snelopener Inrichting om het snel openen van de droge alarmklep te bewerkstelligen nadat een sprinkler is geactiveerd. Special Response sprinkler Een sprinkler met een aanspreeksnelheid tussen die van de quick response en standard response in. Staande sprinkler Sprinkler die is geconstrueerd om 'staande' op een sprinklerleiding te worden gemonteerd, waardoor de sproeier het water naar boven richt. Standard Response sprinkler Een sprinkler met een normale aanspreektijd. Sprinkler Sproeier met een warmtegevoelig afsluitelement dat opent om water te verspreiden voor brandbestrijding. Upright sprinkler Zie staande sprinkler.
ISSO-publicatie 42
14
Sprinklerinstallaties