publicatie
50
ke nnisinstituut voor de install atiesec tor
Ontwerptechnische kwaliteitseisen en richtlijnen voor
warmwaterverwarmingsinstallaties
ISSO-publicatie 50
Ontwerptechnische kwaliteitseisen en richtlijnen voor warmwaterverwarmingsinstallaties Met hoge en/of lage temperaturen in bestaande- en nieuwbouwwoningen
ISBN: 978-90-5044-162-9
INHOUDSOPGAVE Samenvatting
7
Symbolenlijst
1
2
9
Grafische symbolen
11
Begrippenlijst
13
Inleiding
19
1.1
De MKK-structuur
19
1.2
Verwarmen van woningen
19
1.3
Doelstelling
19
1.4
Toepassingsgebied installaties in nieuwbouw en renovatie
19
1.5
Ontwerpfilosofie
20
1.6
Kwaliteitsniveau van de installatie
20
1.7
De opzet van de MKK-structuur
20
1.8
Leeswijzer
22
1.9
Samenhang met andere publicaties
23
MKK-Matrix
25
2.1
Overzicht ingevulde cellen
25
2.2
Celinhoud en specificatiebladen
26
2.3
Relatieschema
29
Literatuurlijst
35
Specificatiebladen
47
I.
Programmafase
47
I.0-1
Uitgangspunten
47
I.0-2
Randvoorwaarden
49
I.0-3
Programma van eisen
51
I.3-1
Binnenluchtkwaliteit
53
I.3-2
Thermisch comfort
56
I.3-3
Geluid van buiten
60
I.3-4
Geluid van installaties
61
I.3-5
Luchtdoorlatendheid
64
I.3-6
Thermische isolatie
67
I.3-7
Energiezuinigheid
69
I.3-8
Ontwerptemperatuurniveaus
71
I.3-9
Systeemkeuze warmteopwekkers-ventilatie-warmtapwater
74
I.3-11
Installatieconcept
76
I.3-12
Opstelling warmteopwekker
77
I.3-13
Installatietechnische kwaliteit bij renovatie
79
I.3-14
Haalbaarheid
81
I.4-1
Ontwerpbinnentemperatuur
84
I.4-2
Tocht door koudeval
86
I.4-3
Geluid van installaties
89
I.4-4
Luchtdoorlatendheid
93
I.4-5
EPC en EPA
95
I.4-6
Indicatie warmteverlies per vertrek en aansluitwaarde
98
I.4-7
Ontwerptemperatuurniveaus
101
I.4-8
Warmteafgifte radiatoren
104
I.4-9
Warmteafgifte wandconvectoren
106
ISSO-publicatie 50
3
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
I.4-10
Warmteafgifte vloerverwarming
108
I.4-11
Warmteafgifte wandverwarming
110
I.4-12
Warmteafgifte luchtverwarming
111
I.4-14
Opstelling warmteopwekker
112
I.4-15
Relatie verwarming-ventilatie
115
I.4-16
Relatie verwarming-warmtapwater
118
I.4-17
Van HT naar LT bij renovatie
121
I.4-18
Resterende technische levensduur
123
I.4-19
Regeling ruimte- en watertemperatuur
125
I.8-1
Documenteren programmafase
127
I.8-2
Vraagspecificatie installatieconcept en kwaliteit
128
I.8-3
Vraagspecificatie bouwkundige randvoorwaarden
130
I.8-4
Vraagspecificatie warmteverliesberekening
131
II.
Ontwerpfase
133
II.0-1
Ontwerpfasen
133
II.3-1
Warmteverliesberekening
134
II.3-2
Radiatoren
136
II.3-3
Convectoren
140
II.3-4
Vloer- en wandverwarming
145
II.3-5
Luchtverwarming (indirect gestookt)
150
II.3-6
Vermogen opwekker(s)
151
II.3-7
Gasgestookte ketel
153
II.3-8
Warmtepomp
157
II.3-9
Warmtelevering
159
II.3-10
Warmte/kracht-koppeling
162
II.3-11
Thermische zonne-energie
166
II.3-12
Hydraulische schakeling
168
II.3-13
Regeling, besturing en beveiliging
171
II.3-14
Opstelling warmteopwekker
174
II.3-15
Buizen - Leidingen
179
II.3-16
Afsluiters
183
II.3-17
Pompen
189
II.3-18
Filters
191
II.3-19
Gesloten expansievaten
192
II.3-20
Expansievoorzieningen
194
II.3-21
Vul-, aftap- en ontluchtingskranen
196
II.3-22
Leidingisolatie
197
II.3-23
Gasleiding
199
II.3-24
Elektriciteitsvoorziening
200
II.3-25
Corrosiewering
201
II.3-26
Condensaatafvoer
203
II.4-1
Berekening gesloten expansievat
204
II.4-2
Berekening expansievoorzieningen
207
II.4-3
Temperatuurdaling in leidingen
210
II.4-4
Berekening veiligheidsklep voor druk
215
II.4-5
Leidingdiameters
216
II.4-7
Belastingduurkromme
222
II.4-8
Automatisering
226
II.4-9
Opstelling warmteopwekker
227
II.8-1
Documenteren ontwerpfase
235
ISSO-publicatie 50
4
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
II.8-2
Vraagspecificatieblad kwaliteit
237
II.8-3
Vraagspecificatieblad en bouwkundige randvoorwaarden
238
II.8-4
Ontwerpgegevens warmtegebruikers
239
II.8-5
Gekozen componenten
240
II.8-6
Volumestromen en drukverliezen
241
II.8-7
Warmtegebruikers
242
II.8-8
Warmteopwekker
244
II.8-9
Componenten
246
III.
Uitwerkingsfase
249
III.8-1
Documenteren uitwerkingsfase
249
IV.
Realisatiefase
250
IV.3-1
Materiaal en montage
250
IV.3-2
Corrosiewering
251
IV.3-3
Warmtetransportmedium (water)
254
IV.3-4
Vullen, afpersen en verwarmen
256
IV.3-5
Inregelen volumestromen
258
IV.3-6
Beproeven
259
IV.3-7
Luchttemperatuurfluctuatie
260
IV.8-1
Documenteren realisatie
261
Bijlage A
Vaststellen van het technische kwaliteitsniveau van een bestaande warmwaterverwarmingsinstallatie in woningen 263
Bijlage B
ISSO-publicatie 50
A.1
Inleiding
263
A.2
Methode
263
A.3
Schematisch overzicht inventarisatie installatie
264
A.4
Steekproefnemingen
265
Schema's
268
5
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
ISSO-publicatie 50
6
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
SAMENVATTING Deze publicatie geeft een eenduidig pakket van minimale ontwerptechnische kwaliteitseisen voor goed functionerende warmwaterverwarmingsinstallaties in woningen en woongebouwen. Het pakket is van toepassing voor verwarmingsinstallaties die op hoge ontwerptemperatuur of op lage ontwerptemperatuur functioneren. Aan de hand van een globaal ontwerp- en relatieschema wordt duidelijk aangegeven waar keuzen moeten worden gemaakt, welke factoren daarbij een rol spelen en deze elkaar be誰nvloeden. Tevens wordt in het schema door verwijzing naar specificatiebladen naar specifieke informatie verwezen. De in de vorm van specificatiebladen uitgewerkte ontwerptechnische kwaliteitseisen en richtlijnen zijn gepresenteerd in de structuur van het Model Kwaliteitsbeheersing Klimaatinstallaties (MKK), zodat in iedere fase van het voortbrengingsproces van een verwarmingsinstallatie duidelijk is aan welke specificaties moet worden voldaan en welke informatie beschikbaar moet zijn om het voortbrengingsproces te doorlopen.
ISSO-publicatie 50
7
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
ISSO-publicatie 50
8
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
SYMBOLENLIJST C
Constante
[-]
D
Buitendiameter van leiding
[cm]
E
Elasticiteitsmodulus
[kN/cm2]
f
Uitwijking van expansiebocht
[cm]
F
Axiale kracht in leiding
[kN]
g
Versnelling van de zwaartekracht (= 9,91)
[m/s2]
I
Oppervlaktetraagheidsmoment van leiding
[cm4]
K
Constante
[-]
L
Lengte van expansiebocht
[cm]
p0
Voordruk (overdruk) van het expansievat
[bar]
pk
Vuldruk (overdruk) van het expansievat in koude toestand
[bar]
pmax
Druk (overdruk) van het expansievat op het moment dat het veiligheidsventiel zich opent
[bar]
pveiligheid
Afblaasdruk (overdruk) van het veiligheidsventiel
[bar]
Δphyst
Hysterese in het veiligheidsventiel (= 0,5)
[bar]
Δpstroming
Stromingsdrukverlies/winst van het expansievat tot het veiligheidsventiel
[bar]
x
Veiligheidsfactor volgens NEN 3028 (= 0,1)
[-]
Vinstallatie
Totale waterinhoud van de installatie
[liter]
Vi
Inhoud van het expansievat
[liter]
α
Lineaire uitzettingscoëfficiënt van de leiding
[1/K]
ε
Expansiecoëfficiënt van het verwarmingswater
[-]
η
Nuttig effect van het expansievat
[-]
θ0
Temperatuur van de lucht in het expansievat in koude toestand (= 20)
[°C]
θmax
Maximale temperatuur van de lucht in het expansievat in warmte toestand (= 40)
[°C]
θ2
Aanvoertemperatuur warmtewisselaar of uitgaande temperatuur van een warmteop- [°C] wekker
θ3
Retourtemperatuur van een warmtewisselaar of de ingaande temperatuur van een warmteopwekker
[°C]
ρaanvoerwater,max Soortelijke massa van verwarmingswater bij de maximaal optredende aanvoertemperatuur
[kg/m3]
ρkoudwater
Soortelijke massa van koud water (=1000)
[kg/m3]
ρretourwater,max
Soortelijke massa van verwarmingswater bij de maximaal optredende retourtemperatuur
[kg/m3]
σb,toel.
Toelaatbare buigspanning in de leiding
[kN/cm2]
ISSO-publicatie 50
9
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
ISSO-publicatie 50
10
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
GRAFISCHE SYMBOLEN
Algemeen grafisch symbool voor warmtegebruikers, zijnde radiatoren, convectoren, wandverwarming, buis-vloerverwarming of een andere warmtewisselaar
Radiator Convector Circulatiepomp
Veiligheidsventiel
Handbediende afsluiter of inregelafsluiter zonder meetvoorziening
Inregelafsluiter met meetvoorziening voor druk- en drukverschil
Tweewegthermosstatische regelafsluiter
Tweewegregelafsluiter met servomotor
Driewegthermosstatische regelafsluiter
Driewegregelafsluiter met servomotor
Algemeen grafisch symbool voor een warmteopwekker zijnde een warmwaterketel, condensor van een warmtepomp, warmtewisselaar, etc. Gasgestookte ketel
Expansievat
Algemene aanduiding voor druk- of temperatuur
ISSO-publicatie 50
11
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
Overstorttrechter
Glijdende ondersteuning
Vaste ondersteuning
Kracht
ISSO-publicatie 50
12
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
BEGRIPPENLIJST In deze ISSO-publicatie worden de volgende begrippen gehanteerd:
Indirect gestookte luchtverwarming Centrale verwarming door middel van verwarmde lucht die wordt verwarmd door warmwater.
Aanvoertemperatuur Temperatuur van het verwarmingsmedium bij uittreden uit een warmteopwekker of warmteopwekkermoduul.
Centrale verwarming Installatie voor ruimteverwarming waarbij centraal opgewekte warmte in meer dan één ruimte wordt afgegeven.
Aansluitwaarde Door de warmteopwekker(s) af te geven ontwerpverwarmingsvermogen aan de installatie ten behoeve van verwarming.
Centrale-verwarmingsketel (CV-ketel) Stooktoestel voor het verwarmen van een verwarmingsmedium voor verwarmingsdoeleinden.
Actieve moduul Deel van een hydraulische schakeling (moduul) met een drukverschil over de aanvoer en retour voor het transport van het water buiten dit deel van de schakeling, zie ISSO-publicatie 44 of ISSO-publicatie 46 voor installaties in woningen.
Convector Warmtegebruiker waarbij warmte onder invloed van natuurlijke luchtstromingen nagenoeg geheel convectief aan een ruimte wordt afgegeven. CV-ketel Warmteopwekker bestemd voor het verwarmen van water tot een temperatuur lager dan 100°C, waarvan bij in werking treden van de beveiliging een watertemperatuur van ten hoogste 110°C kan optreden.
Basisverwarming Warmtegebruiker, bijvoorbeeld vloerverwarming, geschikt voor het compenseren van het warmteverlies van een vertrek door transmissie of het onderhouden van een constante vloertemperatuur.
Distributiemoduul Verbinding tussen de warmtegebruikermodulen en de warmteopwekkermodu(u)l(en).
Belasting Aan een verbrandingstoestel per tijdseenheid toegevoegde hoeveelheid brandstof.
Distributiesysteem Aanvoer- en retourleidingen, tussen de warmtegebruikers en warmteopwekkers. Het distributiesysteem kan zijn uitgevoerd als tweepijpssysteem, eenpijpssysteem of Tichelmannsysteem (reverse flow system) en is een onderdeel van een warmteopwekker- of warmtegebruikermoduul, zie ISSO-publicatie 44.
Binnencondities Ontwerpbinnentemperatuur, luchtsnelheid en vochtigheid. Binnenoppervlaktetemperatuurfactor (fRi) Factor die wordt berekend bij toepassing van de ter plaatse voorgeschreven waarde van de overgangsweerstand Ri, met behulp van de formule (zie NEN 2778).
Drukexpansievat Expansievat dat niet in open verbinding staat met de atmosfeer, waarin een gaskussen, al dan niet gescheiden van de vloeistof, ten gevolge van de volumeverandering van de vloeistof kan worden bewogen.
fRi = (θsi - θe) / (θi - θe)
Energieprestatiecoëfficiënt (EPC) Maat voor de energetische eigenschappen van een gebouw of een gedeelte van een gebouw inclusief de gebouwinstallaties bij een bepaald gebruikersgedrag, in overeenstemming met NEN 5128.
waarin: θsi
=
binnenoppervlaktetemperatuur
[°C]
θe
=
buitenluchttemperatuur
[°C]
θi
=
binnenluchttemperatuur
[°C] Expansievat Reservoir voor het opnemen van het door temperatuurverhoging uitzettende volume van het verwarmingswater.
Binnenoppervlaktetemperatuurfactor (genormeerd) Binnenoppervlaktetemperatuurfactor, berekend ter plaatse van de laagste binnenoppervlaktetemperatuur bij toepassing van de voorgeschreven randtemperaturen
Geluiddrukniveau 10 maal de 10-logaritme van de verhouding tussen het kwadraat van de geluiddruk en het kwadraat van de referentiegeluiddruk (2.10-5 N/m2).
Buitencondities Ontwerpbuitenluchttemperatuur, relatieve vochtigheid en windsnelheid.
ISSO-publicatie 50
13
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
Geluiddrukniveau (A-gewogen) Geluiddrukniveau in een ruimte dat volgens een bepaalde wijze is gemeten waarbij tot op zekere hoogte rekening is gehouden met de eigenschappen van het menselijk gehoororgaan.
Leefzone Dat deel van een verblijfsgebied waarin wordt voldaan aan de gestelde ontwerpcriteria, dat zich volgens NEN 1087 bevindt binnen: 1,0 m vanaf de buitengevel; 0,2 m vanaf de binnenwanden die het verblijfsgebied omgrenzen; 1,8 m vanaf de vloer.
Gesloten toestel Stooktoestel waarbij de lucht voor de verbranding rechtstreeks van buiten in een gesloten verbrandingsruimte stroomt en de verbrandingsgassen door een gesloten afvoersysteem rechtstreeks naar buiten wordt afgevoerd.
Luchtdoorlatendheid Eigenschap van een uitwendige scheidingsconstructie van een gebouw of gedeelte daarvan lucht door te laten indien over de scheidingsconstructie een luchtdrukverschil bestaat.
Hoge-temperatuurverwarming Definitie volgens NEN 5128:2004.
Luchtnaverwarmer In luchtkanaal opgenomen warmtegebruiker.
Hoofdverwarming Warmtegebruiker die het grootste deel van de warmtebehoefte in een vertrek compenseert.
Luchtsnelheid (relatieve) Luchtsnelheid ten opzichte van een bewegend persoon.
Inbouwpomp Circulatiepomp die in een leidingnet is gemonteerd.
Luchtvolumestroom Hoeveelheid lucht die per tijdseenheid wordt toe- of afgevoerd.
Infiltratie Lucht die een woning of woongebouw binnenkomt door naden, kieren en andere lekken in een bouwkundige omhulling ten gevolge van (wind)druk- en temperatuurverschillen.
Mechanische ventilatie Ventilatie die met een of meer ventilator(en) tot stand wordt gebracht.
Inwendige scheidingsconstructie Constructie die de scheiding vormt tussen twee voor mensen toegankelijke besloten ruimten van een gebouw, waaronder begrepen de op die constructie aansluitende delen van andere constructies, voor zover dat nodig is voor de bepaling van kenmerkende eigenschappen van een inwendige scheidingsconstructie.
Moduul Deel van een hydraulische schakeling te onderscheiden naar: Warmtegebruikermodulen; Distributiemoduul; Warmteopwekkermodulen. Zie ISSO-publicatie 44 'Ontwerp van hydraulische schakelingen voor verwarmen'.
Installatietechnisch Definitief Ontwerp (DO) Definitieve opzet en dimensionering van een werktuigkundige en/of een elektrotechnische gebouwinstallatie.
Natuurlijke ventilatie Ventilatie via aangepaste voorzieningen in een uitwendige scheidingsconstructie die tot stand komt door invloed van wind en/of temperatuurverschillen tussen de lucht buiten en de lucht binnen.
Installatietechnisch Voorontwerp (VO) Hoofdopzet en voorlopige dimensionering van een werktuigkundige en/of een elektrotechnische gebouwinstallatie.
Nominaal vermogen Aan de centrale verwarming afgegeven vermogen van de opwekker, volgens opgave van de fabrikant/leverancier.
Koudebrug Deel van een constructie waar de binnenoppervlaktetemperatuur lager is dan op overige constructiedelen en/of op de aansluitende constructie bij gelijke randtemperatuur en overgangsweerstanden voor zowel het binnen- als het buitenoppervlak.
Nominale belasting Belasting waarvoor een warmteopwekker volgens opgave van de fabrikant is bestemd. Ontwerpbinnentemperatuur Resulterende temperatuur, die gelijk is aan het algebraïsch gemiddelde van de luchttemperatuur en het gewogen gemiddelde van de binnenoppervlaktetemperaturen van de omringende vlakken.
Koudeval Neerwaarts gerichte convectieve luchtstroming langs een raam of wand. Lage-temperatuurverwarming Definitie volgens NEN 5128:2004.
ISSO-publicatie 50
14
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
Ontwerpcondities De gekozen binnen- en buitencondities die dienen als basis voor het ontwerp van een centrale verwarming.
Randtemperatuur Temperatuur van een isotherm vlak dat grenst aan het rekendetail.
Ontwerpvermogen Vereist verwarmingsvermogen onder ontwerpcondities dat een opwekker afgeeft aan de centrale verwarming.
Renovatie Definitie volgens EPBD Retourtemperatuur Temperatuur van het verwarmingsmedium bij het intreden in de warmteopwekkermoduul of warmteopwekker.
Opstellingsruimte Elke niet als stookruimte aan te merken ruimte, waarin een stooktoestel is opgesteld (bijvoorbeeld werkplaats, bedrijfsruimte, sporthal, keuken, zolder, kast).
Serieschakeling Hydraulisch in serie schakelen van de warmtegebruikermodulen en warmteopwekkermodulen of het hydraulisch in serie schakelen van warmtegebruikers of warmteopwekkers.
Opwarmtijd Tijd benodigd om een ontwerpbinnentemperatuur na een periode van temperatuurverlaging op de gewenste waarde te brengen inclusief de vertragingstijd ten gevolge van de warmtecapaciteit van de installatie.
Specifieke opwarmtoeslag Opwarmtoeslag per vierkante meter accumulerende oppervlakte van een vertrek.
Opwarmtoeslag Vermogen waarmee de som van het transmissie- en ventilatiewarmteverlies moet worden vermeerderd om aan de gewenste opwarmtijd te voldoen.
Spuicapaciteit Volumestroom die onder bepaalde omstandigheden moet kunnen worden bereikt om sterk verontreinigde lucht snel te kunnen afvoeren door middel van beweegbare constructie-onderdelen in een uitwendige scheidingsconstructie.
Parallelschakeling Verbinding tussen warmtegebruikers en warmteopwekkers, waarbij de warmtegebruikers (nagenoeg) dezelfde aanvoertemperatuur ontvangen en de warmteopwekkers (nagenoeg) dezelfde retourtemperatuur.
Stooklijn Verband tussen de buitentemperatuur en de aanvoertemperatuur.
Passieve moduul Deel van een hydraulische schakeling (moduul) zonder drukverschil over de aanvoer en retour voor het transport van het water buiten dit deel van de schakeling, zie ISSO-publicatie 44.
Stookruimte Ruimte bestemd voor het opstellen van een of meerdere stooktoestellen. Stooktoestel Warmteopwekker (bijvoorbeeld cv-ketel) waarbij door middel van verbranding van brandstof warmte aan het verwarmingsmedium van de centrale verwarming wordt toegevoerd.
PMV (Predicted Mean Vote) Rekengrootheid die de gemiddelde waarde voorspelt van de waardering van een grote groep personen die een uitspraak doen over de thermische gewaarwording van hun omgeving aan de hand van een 7-puntsschaal, lopend van -3 tot 3.
Stralingsasymmetrie Verschil tussen de vlakstralingstemperatuur van twee tegenovergestelde zijden van een klein vlak.
Programma van Eisen Document waarin behoeften, eisen en wensen en verwachtingen van een opdrachtgever en de gebruikers zijn verwoord. Het dient als communicatiemiddel tussen opdrachtgever, gebruikers en ontwerpende partijen, via een samenhangend geheel van activiteiten, gericht op het eenduidig en volledig verzamelen, bewerken, evalueren en overdragen van informatie op basis van uitgangspunten en voorwaarden.
Stralingstemperatuur (gemiddelde) Uniforme temperatuur van een denkbeeldige omsloten ruimte waarin de stralingsuitwisseling tussen een menselijk lichaam en zijn omgeving gelijk is aan de stralingsuitwisseling in de werkelijke situatie. Stralingsverwarming Verwarming waarbij de warmteoverdracht van de warmtegebruikers hoofdzakelijk door straling plaatsvindt.
PPD (Predicted Percentage of Dissatisfied) Voorspeld percentage ontevreden personen onder een grote groep personen, die zich ten aanzien van het algemene comfort onbehaaglijk voelen.
TemperatuurgradiĂŤnt (verticaal) Verschil in luchttemperatuur tussen twee boven elkaar gelegen punten. (Bijvoorbeeld bij zittende personen: tussen 0,1 m en 1,1 m boven de vloer).
Radiator Warmtegebruiker waarbij warmte zowel convectief als door straling aan een ruimte wordt afgegeven.
ISSO-publicatie 50
15
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
Tocht Ongewenste lokale afkoeling van een lichaam veroorzaakt door luchtstroming.
Vlakstralingstemperatuur Uniforme temperatuur van een ruimte waarvoor de invallende straling op een zijde van een klein vlak dezelfde is als in de reële, niet uniforme omgeving. De vlakstralingstemperatuur is een grootheid die de straling beschrijft in één richting.
Toerenregeling Voorziening voor het kunnen variëren van het aantal omwentelingen per tijdseenheid van een pomp of een ventilator, bijvoorbeeld om een drukverschil constant te houden.
Vloerverwarming Stralingsverwarming waarbij de warmtegebruiker bestaat uit een verwarmde vloer van het vertrek.
Transmissiewarmteverlies Algebraïsche som van warmtetransporten via de scheidingsconstructie van een vertrek.
Vollastrendement Rendement van een warmteopwekker bij nominale belasting.
Uitwendige scheidingsconstructie De constructie die de scheiding vormt tussen een voor mensen toegankelijke besloten ruimte van een gebouw en de buitenlucht, grond of water, waaronder begrepen de op die constructie aansluitende delen van andere constructies, voor zover dat nodig is voor de bepaling van kenmerkende eigenschappen van de uitwendige scheidingsconstructie.
Voordruk Minimaal vereiste inwendige (over)druk in Bar. Vuldruk Minimaal vereiste inwendige (over)druk in koude toestand in Bar. Wandverwarming Stralingsverwarming waarbij de warmtegebruiker bestaat uit een of meer wanden van het vertrek.
Ventilatie Alle lucht die aan een woning of woongebouw wordt toegevoerd door middel van bewust aangebrachte regelbare mechanische of bouwkundige voorzieningen.
Warmtebehoefte Benodigde hoeveelheid verwarmingsvermogen voor het op de ingestelde temperatuur houden van een verwarmde ruimte(n) door een centrale verwarming.
Ventilatiewarmteverlies Warmteverlies ten gevolge van infiltratie en/of ventilatie.
Warmtebron Leverancier van verwarmingsvermogen die door een warmtepomp op een bruikbaar temperatuurniveau wordt gebracht, zie voor eigenschappen en toepassing warmtebron ISSO-publicatie 80.
Verblijfsgebied Besloten ruimte, bestaande uit één of meer met elkaar in verbinding staande , op dezelfde bouwlaag gelegen, afzonderlijke verblijfsruimten en andere ruimten, anders dan een toilet- of badruimte, technische ruimte, gemeenschappelijke verkeersruimte of meterruimte.
Warmtegebruiker Warmtewisselaar voor verwarming of warmtapwaterbereiding.
Verblijfsruimte Besloten ruimte voor het verblijven van mensen. In artikel 44 van het Bouwbesluit worden voorwaarden genoemd waaraan een verblijfsruimte moet voldoen. In lid 2 van dit artikel staat: 'Een verblijfsruimte moet een vloeroppervlakte hebben van ten minste 5 m2, waarvan de breedt ten minste 1,8 m en de hoogte boven de oppervlakte ten minste 2,4 m is.
Warmtegebruikermoduul Hydraulische subschakeling waarin de warmtegebruiker(s) zijn opgenomen. Warmte-kracht Combinatie van elektriciteitsproductie en warmteproductie. Warmteopwekker Toestel ten behoeve van opwekken van warmte.
Verwarming Proces van actieve warmtetoevoer ten behoeve van temperatuurregeling.
Warmteopwekkermoduul Hydraulische subschakeling waarin de warmteopwekkers zijn opgenomen.
Verwarmingsmedium Het in een centrale verwarming toegepaste warmtetransportmedium (meestal water).
Warmteopwekkingsrendement Fractie van aan een warmteopwekker toegevoerde hoeveelheid primaire energie die aan het verwarmingsmedium wordt afgegeven.
Verwarmingsvermogen Per tijdseenheid aan het verwarmingsmedium afgegeven hoeveelheid energie.
ISSO-publicatie 50
16
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
Warmtepomp Warmteopwekker die warmte van een (onbruikbaar) laag temperatuurniveau op een (bruikbaar) hoger temperatuurniveau brengt. Warmwaterverwarmingsinstallatie Centrale verwarming met warm water als verwarmingsmedium. Werkzame massa Maat voor de bouwmassa die effectief warmte kan accumuleren (veelal aangeduid als specifiek werkzame massa (SWM) in kg/m2.
ISSO-publicatie 50
17
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
ISSO-publicatie 50
18
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
1
INLEIDING
1.1 DE MKK-STRUCTUUR MKK staat voor ‘Model Kwaliteitsbeheersing Klimaatinstallaties’. Dit model kan worden gevat in een matrix met als eerste regel de fasen van een proces, in dit geval het proces van voortbrenging van een warmwaterverwarmingsinstallatie. In de eerste kolom van de matrix zijn de aspecten opgenomen om het proces te kunnen beheersen.
passen van LTV bij aan een lager energiegebruik en een lagere EPC-waarde volgens NEN 5128. Het ontbreken van eenduidig geformuleerde ontwerptechnische kwaliteitseisen is mede oorzaak van een trage introductie van deze nieuwe technieken en het soms suboptimaal functioneren van installaties Deze ISSO-publicatie specificeert redelijkerwijs te stellen ontwerptechnische kwaliteitseisen en richtlijnen voor warmwaterverwarminginstallaties voor nieuwbouwprojecten, alsmede renovatie- en vervangingsprojecten.
Een groot voordeel van de zaken opschrijven volgens het MKK is dat de juiste informatie op het juiste moment beschikbaar is. Voorwaarde is dat de lezer de moeite neemt om de opzet en de structuur te doorgronden.
1.3 DOELSTELLING Het doel van deze publicatie is het verstrekken van kwaliteitseisen die noodzakelijk zijn voor installateurs, woningbeheerders, architecten, adviseurs en toeleveranciers, bij de formulering van het programma van eisen, het ontwerp, de uitvoering, het gebruik en het onderhoud van een verwarmingsinstallatie. Het eenduidig geformuleerde pakket van specificaties heeft tot doel om praktische uitvoerbare kwaliteitseisen en richtlijnen te bieden als leidraad voor goed functionerende lage- en hogetemperatuur warmwaterverwarmingsinstallaties.Ten behoeve van bouwkundige aannemers zijn bouwkundige randvoorwaarden gegeven.
1.2 VERWARMEN VAN WONINGEN Woningen kunnen pas een aantrekkelijke leefomgeving vormen als zij tenminste tegemoet komen aan eisen van gezondheid, bruikbaarheid en comfort. Om dit mogelijk te maken worden ze o.a. voorzien van water toe- en afvoer, verwarming en ventilatie. De hiervoor benodigde installaties dienen tevens veilig en energiezuinig te zijn. Bij deze gebouwinstallaties wordt in toenemende mate belang gehecht aan een zo laag mogelijk energiegebruik. De Nederlandse overheid heeft zeer ambitieuze doelstellingen geformuleerd voor zowel energiebesparing als voor de inzet van duurzame energie. Om deze doelstellingen te kunnen realiseren is het nodig dat energiebesparende technieken worden toegepast, zoals bijvoorbeeld HR-ketels, zonneenergie en warmtepompen. Energiebesparende technieken vertonen zonder uitzondering de eigenschap dat zij het hoogste rendement hebben indien zij worden gekoppeld aan afgiftesystemen (warmtegebruikers) met zo laag mogelijke temperaturen. Combinatie van deze systemen met traditionele warmtegebruikers die op een temperatuurtraject van 90/70 °C zijn gedimensioneerd behalen niet hun hoogste opwekkingsrendement of combinaties zijn technisch niet toepasbaar. Hierdoor is afstemming van opwekkingsbron en afgiftesysteem een cruciaal ontwerpgegeven. Lagere watertemperaturen leiden tot grotere verwarmde oppervlakken (VO’s) bij radiatoren en convectoren en sluit goed aan bij de ontwerptemperaturen van vloer- en wandverwarming. Daar staat tegenover dat een groot deel van de energiebesparing in woningen wordt bereikt door maatregelen die de warmtevraag verminderen, zoals isolatie en warmteterugwinning. Dit resulteert in een verkleining van de benodigde VO’s, waardoor uiteindelijk de benodigde afmetingen binnen de perken blijven.
De kwaliteitseisen en richtlijnen worden gepresenteerd in de stuctuur van het Model Kwaliteitsbeheersing Klimaatinstallaties (MKK), waardoor in iedere fase duidelijk is welke eisen van toepassing zijn. Tevens kan per fase vastgelegd worden of de installatie op onderdelen moet voldoen aan basiskwaliteitseisen of aanvullende, hogere kwaliteitseisen. Alle relevante informatie wordt per projectfase aangeboden onder verwijzing naar relevante bronnen, zoals regelgeving, normen, richtlijnen, rekenmethoden, meetmethoden en ondersteundende literatuur. 1.4
TOEPASSINGSGEBIED INSTALLATIES IN NIEUWBOUW EN RENOVATIE Deze publicatie beperkt zich tot warmwaterverwarmingsinstallaties en is toepasbaar voor nieuwbouwen renovatie-projecten. In de programma- en ontwerpfase is steeds een onderscheid gemaakt tussen nieuwbouw en renovatie. Tevens wordt ingegaan op sloop en hergebruik van installaties afhankelijk van de geschatte resteren levensduur. De volgende warmtegebruikers komen aan de orde: Radiatoren; Convectoren; Vloerverwarming; Wandverwarming; Bij luchtverwarmingssystemen wordt de systeemgrens zodanig gelegd dat alleen die aspecten worden beschouwd die betrekking hebben op de warmteopwekking en distributie van het warmwater in het primaire circuit.
Ontwerpen op lagere ontwerptemperatuurniveaus (LTV-systemen) leidt ertoe dat warmteopwekkers hun hoogste opwekkingsrendement behalen zoals HRketels, warmtepompen en zonne-boilerinstallaties. Er wordt ook een betere benutting van stadsverwarmingssystemen verkregen. Daarnaast draagt het toe-
ISSO-publicatie 50
19
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
De volgende warmte-opwekkers komen aan de orde: Ketels; Warmtepompen; Warmtelevering (stadsverwarming); Warmte-kracht installaties; Thermische zonlichtsystemen.
wachten van een verwarmingsinstallatie. De wettelijke eisen en de kwaliteitseisen zijn dus altijd van toepassing. Tevens is er een extra kwaliteitsniveau, waarin ‘aanvullende kwaliteitseisen’ worden genoemd. Dit zal op punten beter zijn dan wettelijk is vereist, en tevens beter dan het basiskwaliteitsniveau. Wanneer de privaatrechtelijke richtlijnen van de aanvullende kwaliteitseisen op de installatie van toepassing worden verklaard, leidt dat tot een verwarmingssysteem van een hoger kwaliteitsniveau, dat voor de gebruiker een meerwaarde heeft op de gespecificeerde gebieden.
Voor het specifieke ontwerp van vloer- en wandverwarming wordt verwezen naar ISSO-publicatie 49 en voor het specifieke ontwerp van luchtverwarmingsinstallaties wordt verwezen naar ISSO-publicatie 58, waarin het luchtzijdige deel de luchtverwarming uitvoerig behandelt. Warmtapwaterinstallaties vallen grotendeels buiten het bestek van de publikatie, en komen alleen aan de orde wanneer voor de warmteopwekking voor de ruimteverwarming gebruik gemaakt wordt van dezelfde opwekker als voor het warmtapwater. De systeemgrens ligt bij de warmte-opwekkingsinstallatie.
1.7 DE OPZET VAN DE MKK-STRUCTUUR Voor het structureren van de informatie is gebruik gemaakt van het Model Kwaliteitsbeheersing Klimaatinstallaties, de zogenaamde MKK-structuur. Het MKK (Model Kwaliteitsbeheersing Klimaatinstallaties) is een instrument voor het beheersen van het voortbrengingsproces van klimaatinstallaties binnen het bouwproces. Het toepassen hiervan betekent het geven van informatie met betrekking tot de verwarminginstallatie, in de betreffende fase van het bouwproces aan de betrokken partijen waarmee onderbouwde beslissingen kunnen worden genomen. Het hanteren van de MKK-structuur sluit aan bij procescertificering volgens EN 45011.
In paragraaf 1.9 is in een schema is de samenhang tussen diverse publicatie weergegeven. 1.5 ONTWERPFILOSOFIE In deze publicatie zijn eisen en bijbehorende middelen in apart specificatiebladen behandeld. Kwaliteitseisen brengen soms hun eigen dilemma’s met zich mee maar worden in de MKK-structuur los van elkaar behandeld. Het kan dus voorkomen dat op een zeker moment een dilemma ontstaat voor wat betreft de keuze tussen twee kwaliteitsaspecten, bijvoorbeeld comfort en onderhoud. Bij een energiezuinig ontwerp moet het zijn dat een warmte-afgiftesysteem op LTV wordt ontworpen tenzij hiervoor zwaarwegende argumenten zijn om hiervan af te wijken. Het is aan de installatieontwerper om waar mogelijk in overleg met de opdrachtgever op basis van een gekozen ontwerpfilosofie of installatieconcept knopen door te hakken. Geeft comfort de doorslag of weegt een onderhoudsarme installatie zwaarder? In specificatieblad I.0-2 is aangegeven dat communicatie over ontwerpfilosofie en conceptkeuze uitkomst moet bieden. Klachten over het functioneren van de installaties worden meestal veroorzaakt door een voor de opdrachtgever nadelige eigenschap die van tevoren te voorspellen was maar onbesproken is gebleven. Daarom wordt in de MKK-structuur een handvat gegeven om per fase het niveau van de kwaliteit van de installatie vast te leggen en als uitgangspunt voor de volgende fase te hanteren.
In de MKK-structuur wordt het realisatieproces verdeeld in 5 fasen. I Programmafase In de programmafase worden de eisen, wensen en verwachtingen met betrekking tot het verwarmingssysteem geïnventariseerd en randvoorwaarden geformuleerd. II Ontwerpfase In de ontwerpfase worden de voorzieningen voor de verwarming van de woning door installatiedeskundige en architect uitgewerkt. Er vindt terugkoppeling met de uitgangspunten uit de programmafase plaats. Daarna wordt in deze fase het systeemomtwerp tot in detail uitgewerkt en worden de afonderlijke componenten gedimensioneerd. III Uitwerking In de uitwerkingsfase worden aan de hand van de ontwerpspecificaties de definitieve componenten gekozen en wordt het ontwerp in bestekstekst vertaald. IV Uitvoering In de uitvoeringsfase wordt de installatie gerealiseerd.
1.6 KWALITEITSNIVEAU VAN DE INSTALLATIE In de gehele publicatie is onderscheid gemaakt naar drie niveaus van eisen. Allereerst is het niveau van de wettelijke eisen gegeven. Dat alle installaties categorisch aan deze eisen dienen te voldoen behoeft geen betoog.Daarnaast is een basiskwaliteitsniveau gedefinieerd dat ‘kwaliteitseisen’ wordt genoemd. Dit zijn privaatrechtelijke eisen die aan de installatie worden gesteld om een goedwerkende installatie te realiseren. Het is een basiskwaliteitsniveau dat men mag ver-
ISSO-publicatie 50
V Beheerfase In de beheerfase wordt de woning in gebruik genomen. Onderhoudsvoorschriften en instructie van bewoners zijn aspecten die in de beheerfase van belang zijn. In elke fase spelen 10 kwaliteitsbeheersaspecten een rol.
20
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
0. Algemeen Hierin wordt de doelstelling van de betreffende bouwfase omschreven. Naast een algemene omschrijving van de doelen worden de uitgangspunten, aandachtspunten en (interne) randvoorwaarden nader uitgewerkt. Tevens wordt een ontwerpfilosofie gedefiniëerd door de priotiteit van verschillende ontwerpaspecten (comfort, energiegebruik, kosten) aan te geven.
De verschillende fasen en beheersaspecten worden in de zogenaamde MKK-matrix gepresenteerd. Vanuit de cellen van de MKK-matrix wordt verwezen naar een hulpmatrix, waarin is aangegeven welke onderwerpen en deelonderwerpen worden behandeld. Via de cellen van de hulpmatrix wordt doorverwezen naar specificatie-bladen waarin de deelonderwerpen zijn uitgewerkt.
1. Organisatie Hierin worden taken en verantwoordelijkheden omschreven. 2. Communicatie Hierin worden de uitgangspunten en voorwaarden voor een efficiënte informatie-uitwisseling tussen de betrokkenen vastgelegd. 3. Eisen Hierin worden de eisen, voorwaarden en voorschriften vastgelegd. Er is een onderscheid gemaakt tussen de externe (wettelijke) eisen, kwaliteitseisen (waaraan de installatie minimaal moet voldoen), en aanvullende kwaliteitseisen. De aanvullende kwaliteitseisen betreffen bijvoorbeeld comfort of regelbaarheid. De aanvullende kwaliteitseisen kunnen door de opdrachtgever gespecificeerd worden wanneer een hogere installatiekwaliteit dan het basisniveau gewenst is. 4. Middelen Hierin zijn berekeningsmethoden, standaard uitvoeringsprotocollen, checklijsten, meetinstrumenten, normen en literatuurverwijzingen, opgenomen. 5. Inkoop Hierin wordt bijvoorbeeld het inschakelen van externe expertise geregeld. Bij woningbouw komt dit zelden voor; er wordt derhalve in deze publicatie niet nader op in gegaan. 6. Tijd Hierin wordt zowel de objectplanning als de procesplanning bewaakt. Dit valt buiten het bestek van deze publicatie. 7. Financiën Hierin worden zowel de object-kosten (investeringskosten, exploitatiekosten) als de proceskosten (advieskosten e.d.) bewaakt. Deze publicatie beperkt zich tot een vergelijking van de life-cycle-costs van verschillende installatievarianten. 8. Documentatie Hierin wordt in de vorm van documenten de output van de betreffende procesfase vastgelegd. Deze documenten dienen tevens als input voor de volgende fase. 9. Ervaringen Hierin wordt het voortbrengingsproces van de installatie aan het eind van de betreffende fase in het bouwproces geëvalueerd. Dit valt buiten het bestek van deze publicatie.
ISSO-publicatie 50
21
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
AT21
Afb. 1.1 De opzet van de MKK-structuur 1.8 LEESWIJZER Deze publicatie behandelt zowel nieuwbouw als renovatie-projecten. In beide gevallen verloopt het ontwerpen, installeren en ingebruiknemen van een verwarmingssysteem voor woningen volgens een itererend en optimaliserend proces, waarbij zonodig een terugkoppeling naar uitgangspunten en eisen wordt gemaakt. Deze voortbrengingsprocessen worden in de vorm van een stroomschema ook grafisch weergegeven. Het stroomschema kan gebruikt worden als leeswijzer voor de publicatie. In het stroomschema zijn de onderwerpen aangegeven die beschouwd dienen te worden bij de voortbrenging van het verwarmingssysteem. Per onderwerp wordt verwezen naar deelonderwerpen en per deelonderwerp is een verwijzing naar de betreffende specificatiebladen opgenomen. Tevens
ISSO-publicatie 50
zijn eventuele terugkoppel- en controlemomenten aangegeven. Naast het stroomschema kan ook de MKK-matrix in combinatie met het specificatiebladenoverzicht als leeswijzer dienst doen. Verwijzingen Op de specificatiebeladen zijn ook verwijzingen opgenomen. Zo verwijzen specificatiebladen in beheersacpect “eisen” naar specificatiebladen in beheersaspect “middelen” en omgekeerd, zodat direkt duidelijk wordt welke maatregelen nodig zijn om aan de gestelde eisen te voldoen. De verzamelde gegevens in een fase worden gedefinieerd in vraagspecificatiebladen onder beheersaspect rapportage. Hierin is de informatie verzameld die als uitgangspunt voor een vervolgfase moet worden gehanteerd. De eisen en
22
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties
middelen verwijzen naar het betreffende vraagspecificatieblad en omgekeerd.
naar de vraagspecificatiebladen (kwaliteitsaspect ‘rapportage’) gaan en van daar uit eventueel benodigde specificatiebladen vinden
Ingangen Door de verwijzingenstructuur is het mogelijk om de publikatie op verschillende manieren te gebruiken. De volgende ingangen worden onderscheiden: 1. Inhoudsopgave; 2. Stroomschema’s; 3. MKK hoofdmatrix; 4. Overzicht specificatiebladen; 5. Vraagspecificatiebladen.
1.9 SAMENHANG MET ANDERE PUBLICATIES ISSO-publicatie 50 is in eerste instantie bedoeld als contractdocument tussen opdrachtgever en uitvoerende partijen, zodat vastligt met welke kwaliteitseisen een warmwaterverwarmingsinstallatie wordt gerealiseerd. Tevens zijn in ISSO-publicatie 50 documentatievoorbeelden (vraagspecificatienladen) en richtlijnen gegeven die als voorbeeld dienen op welke wijze de partijen gegevens vastleggen en met elkaar communiceren. In de Afb. 1.2 is de relatie met de direct in ISSO-publicatie 50 aangewezen andere ISSO-publicaties. De van toepassing zijnde NEN en EN-NEN normen worden in de ISSO-publicaties aangewezen.
De publikatie kan door de overzichtelijke rangschikking van eisen en middelen en de literatuurverwijzingen een functie als naslagwerk en bij kennisoverdracht vervullen. Daarnaast kan de ervaren installatiedeskundige direkt Kwaliteitseisen voorwarmwaterverwarmingsinstallaties
KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
ISSO-Publicatie 50
Vloer/wand
ISSO-Publicatie 46
Hydraulische schakelingen groot
Hydraulische schakelingen klein
Functioneel ontwerp
Inregelen volumestromen
ISSO-Publicatie 51
Warmteverlies
ISSO-Publicatie 76 KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
Radiatoren
ISSO-Publicatie 72 KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
ISSO-Publicatie 69 KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
ISSO-Publicatie 66 KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
AT20
ISSO-Publicatie 44
Warmtebronnen voor warmtepomp
KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
Leidingnet berekening
ISSO-Publicatie 73
Warmtepompen
KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
ISSO-Publicatie 18
KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
Publicaties die als middel (bepalingsmethode) worden ingezet en via ISSO 50 worden aangestuurd.
ISSO-Publicatie 72 KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
ISSO-Publicatie 49
KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR
Afgifte, opwekking en bronsystemen warmwaterverwarmingsinstallaties opgezet in de MKK-structuur. De eisen worden opgenomen in ISSO 50
Eisen
Montage
Afb. 1.2 Verband tussen ISSO-publicatie 50 en de andere direct verwante ISSO-publicaties waarnaar wordt verwezen
ISSO-publicatie 50
23
Kwaliteitseisen voor warmwaterverwarmingsinstallaties