QVCMJDBUJF
,& / / *4* /45*5665 700 3 %& * /45"-- "5* &4&$ 50 3
-FHJPOFMMBQSFWFOUJF JO LMJNBBUJOTUBMMBUJFT
Publicatie 55.3
Legionellapreventie in klimaatinstallaties
ISBN: 978-90-5044-160-5
INHOUDSOPGAVE
1
2
3
4
5
Publicatie 55.3
Samenvatting
5
Summary
5
Begrippenlijst
7
Inleiding
11
1.1
Aanleiding
11
1.2
Doel en toepassingskader
11
1.3
Opzet van de publicatie
11
Verantwoordelijkheden en wetgeving
13
2.1
Algemeen 2.1.1 Omschrijving verantwoordelijkheid 2.1.2 Organisatie
13 13 15
2.2
Uitbesteding van onderhoud
17
Koeltorens
19
3.1
Algemeen 3.1.1 Overzicht natte koeltorens 3.1.2 Risicofactoren bij natte koeltorens 3.1.3 Watervoorbehandeling en waterbehandeling
19 19 20 21
3.2
Ontwerpaspecten m.b.t. legionella 3.2.1 BAT/BREF voor industriĂŤle koelsystemen 3.2.2 Locatie van koeltorens 3.2.3 Legionellaveilige installatiealternatieven
23 24 24 24
3.3
Besturingsaspecten m.b.t. legionella 3.3.1 Borging Legionellaveilige werking koelinstallatie en stilstandsmanagement 3.3.2 Borging werking waterbehandeling en spuiregeling
24 24 25
3.4
Onderhoudsaspecten m.b.t. legionella 3.4.1 Algemeen 3.4.2 Inbedrijfstelling 3.4.3 Werking 3.4.4 Beheer en Onderhoud
27 27 27 28 28
3.5
Controle op legionella 3.5.1 Algemeen 3.5.2 Frequentie 3.5.3 Monstername
28 28 29 29
3.6
Maatregelen bij te hoge concentratie legionella
30
Risico-inventarisatie en -evaluatie koeltorens
33
4.1
Stappenplan legionella-beheersing koeltorens
33
4.2
Componentenbladen
34
4.3
Rapportage koeltoren 4.3.1 Algemeen 4.3.2 Inhoud rapportage Legionellapreventie koeltorens
46 46 46
Luchtbehandelingsinstallaties
49
5.1
Algemeen 5.1.1 Overzicht luchtbehandelingssystemen met bevochtiging en directe bevochtigingssystemen 5.1.2 Waterbehandeling
49
5.2
Ontwerpaspecten m.b.t. legionella 5.2.1 Algemeen 5.2.2 Legionellaveilige uitvoeringen
55 55 56
5.3
Besturingsaspecten m.b.t. legionella 5.3.1 Borging Legionellaveilige werking luchtbevochtigingsinstallatie 5.3.2 Stilstandsmanagement
57 57 58
5.4
Onderhoudsaspecten m.b.t. legionella 5.4.1 Algemeen 5.4.2 Inbedrijfstelling
58 58 58
3
50 53
Legionellapreventie in klimaatinstallaties
5.4.3 5.4.4
6
Werking Beheer en onderhoud
59 59
5.5
Controle op legionella 5.5.1 Algemeen 5.5.2 Frequentie 5.5.3 Monstername
60 60 60 60
5.6
Maatregelen bij te hoge concentratie legionella
61
Risico-inventarisatie en -evaluatie luchtbehandelingsinstallaties
63
6.1
Stappenplan legionellabeheersing luchtbehandeling
63
6.2
Componentenbladen
63
6.3
Rapportage luchtbevochtiging 6.3.1 Algemeen 6.3.2 Inhoud rapportage Legionellapreventie luchtbevochtiging
72 72 72
Bijlage A
LegionellabacteriĂŤn
75
Bijlage B
Wetgeving, normen, richtlijnen
78
Bijlage C
Procedures m.b.t. veilig werken aan klimaatinstallaties
79
Bijlage D
Model volgprotocol bij te hoge concentratie legionellabacterien
81
Bijlage E
Besteksteksten over legionellaveilige installaties
82
Bijlage F
Onderhoudsschema koeltorens
84
Bijlage G
Lijst met mogelijke maatregelen bij koeltorens
85
Bijlage H
Onderhoudsschema luchtbevochtiging
90
Bijlage I
Lijst met mogelijke maatregelen bij luchtbevochtiging
92
Bijlage J
Waterbehandelingsmethoden
97
Bijlage K
Reiniging en desinfectie
101
Bijlage L
Procedure toelating biocide bij het ctgb
102
Bijlage M
Afweging droge of natte koeling
104
Bijlage N
Literatuurlijst
105
Publicatie 55.3
4
Legionellapreventie in klimaatinstallaties
SAMENVATTING
SUMMARY
Om besmetting met LegionellabacteriĂŤn te voorkomen heeft de overheid regels gesteld ten aanzien van koeltorens, luchtbevochtigers en andere systemen die water in aerosolvorm in de lucht kunnen brengen. Deze regels zijn vastgelegd in het Arbo-besluit 4.87a en b voor situaties waarin vooral werknemers met deze aerosolen in aanraking kunnen komen. Dit geeft voldoende houvast voor luchtbevochtigers en andere inpandige sproeisystemen. Het incident met de koeltoren in Amsterdam in 2006, waarbij drie doden te betreuren waren ten gevolge van Legionellabesmetting legde pijnlijk bloot dat de Arbo-wetgeving niet effectief was voor natte koeltorens waarbij vooral publiek in de omgeving van een koeltoren besmet kon worden. In een overleg in 2007 tussen de ministeries van VROM, VWS en SZW is met betrekking tot koeltorens vastgesteld dat met alleen de arbeidsomstandighedenwetgeving "de veiligheid van de omgeving" onvoldoende geborgd is. De consequentie is dat aanvullende maatregelen ter bescherming van de omgeving noodzakelijk zijn. Er is voor gekozen om aansluiting te zoeken bij bestaande regelgeving in de Wet milieubeheer (Wm). In de loop van 2009 zal het Activiteitenbesluit zijn aangevuld met een meldplicht voor nieuwe natte koeltorens en nadere preventieve voorschriften. Deze regels vertonen veel overeenkomst met de betreffende regels in het Arbobesluit en de ArboBeleidsregels 4.87a en b. Na afloop van dit overleg heeft het ministerie van VROM de gemeenten per brief gewezen op hun verantwoordelijkheid bij Legionellapreventie bij koeltorens en hen gevraagd om alle koeltorens binnen hun gemeentegrenzen in kaart te brengen en toezicht te gaan houden op het beheer ervan. In ISSO-publicatie 55.3 worden de Arbo-Beleidsregels Legionellapreventie en Arbo-informatieblad nr. 32 vertaald naar praktijkrichtlijnen voor het Legionellaveilig ontwerpen, uitvoeren en beheren van natte koeltoren- en luchtbevochtigingssystemen, die worden gevoed met leidingwater. Daarbij wordt zeer gedetailleerd ingegaan op de systemen en de verschillende soorten die op de markt zijn.
In order to prevent infections with the Legionella bacteria, the Dutch government has drawn up regulations with respect to cooling towers, air humidifiers and other systems that bring aerosols in the air. These regulations are laid down in the "Arbo-besluit" 4.87-a and -b for situations in which mainly employees can get in touch with these aerosols. This gives enough hold on for air humidifiers and other spraying systems in buildings. The incident with the cooling towers in Amsterdam in 2006, in which three people died due to infection with Legionella, clearly demonstrated that the "Arbo" regulations were not effective for wet cooling towers that could infect mainly public in the neighbourhood of a cooling tower. In a meeting in 2007 between the departments "VROM, VWS and SZW" is determined that with regard to cooling towers the "Arbo-legislation" is not giving enough guarantees for protection of the public in the surroundings. They concluded that additional measures are necessary and choose to seek for connection with existing regulations in the "Wet milieubeheer (Wm)". During the year 2009 the "Activiteitenbesluit" will be completed with an obligation to report new wet cooling towers and other precautionary regulations. These regulations show a lot of similarity with the concerning rules in the "Arbo-besluit" and the "Arbo" policy rules 4.87a en b. After this meeting the ministry of "VROM" has sent a letter to the municipalities to attend them on their responsibility for Legionella prevention at cooling towers and asked them to make a stock taking of all the cooling towers within their borders and check their management and maintenance. In ISSO-publication 55.3 the abovementioned rules and the "Arbo information guideline nr. 32" are translated to practical guidelines for the Legionella safe design, installation and maintenance of cooling towers and air humidification systems that are fed with drinking water. In addition the author gives very detailed information about these systems and the types that are available on the Dutch market.
Publicatie 55.3
5
Legionellapreventie in klimaatinstallaties
Publicatie 55.3
6
Legionellapreventie in klimaatinstallaties
BEGRIPPENLIJST
wachting in 2008 opgenomen in de Nederlandse emisssie Richtlijn lucht (NeR).
Aërosolen In lucht vernevelde waterdeeltjes met een diameter van 1 tot 10 micrometer en een te verwaarlozen valsnelheid.
Chelaten Chelaten (complexvormers) zijn organische stoffen die kationen kunnen binden. De functie van de chelaten is het wegvangen van calcium-ionen of metaalionen en het verwijderen van neerslagen van calcium- of metaalverbindingen.
Aërosolfilter Een filter dat een groot deel van de aërosolen in de luchtstroom afvangt.
Chloorbleekloog Natriumhypochloriet (NaOCl). Een oxiderende biocide die gebruikt wordt bij desinfectie en reiniging.
Aftappunt Punt waar water van het systeem wordt afgetapt om al het water uit de installatie te verwijderen.
Collectief leidingnet (leidingwater) Leidingen, fittingen en toestellen, tijdelijk, maar anders dan ten behoeve van bevoorrading, of permanent aangesloten op het distributienet van een waterleidingbedrijf of van een collectieve watervoorziening, met behulp waarvan leidingwater aan derden ter beschikking wordt gesteld. Voorbeelden: Het leidingnet in woongebouwen, kantoren, scholen, ziekenhuizen, hotels, enz.; Het leidingnet op en in industriële complexen, voor zover dit leidingwater betreft.
Afzettingsinhibitor Chemische stof die wordt gebruikt om afzetting van calciumzouten tegen te gaan of te vertragen. Airconditioning Een vorm van luchtbehandeling waarbij de temperatuur, de vochtigheid en de zuiverheid van de lucht in een ruimte worden geregeld, zodat het gewenste klimaat binnen de betreffende ruimte kan worden gerealiseerd. Alg Plantaardig organisme dat licht nodig heeft om te groeien. Algen worden vaak aangetroffen op plekken waar direct zon- of ander licht komt.
Ctgb College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (voorheen CTB). Het Ctgb is een zelfstandig bestuursorgaan dat beslissingen neemt op basis van beleid van vijf betrokken departementen: Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM), Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en Verkeer en Waterstaat (VenW). Het Ctgb legt verantwoording af aan de beleidsverantwoordelijke bewindslieden, die hiertoe een Commissie van toezicht hebben ingesteld. Het Ctgb oordeelt over de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden op basis van Europees geharmoniseerde wet- en regelgeving. (Zie bijlage L)
Arbo-coördinator Zie preventiemedewerker. Bacterie Microscopisch klein, eencellig (soms meercellig) organisme. Bassin Een bak waarin het te versproeien water wordt opgevangen. BAT Best Available Techniques, ofwel de beste beschikbare technieken (BBT).
Desinfecteren Het op zodanige wijze behandelen van het water dat Legionellabacteriën en eventuele andere aanwezige micro-organismen uit het water en zo mogelijk ook aan de oppervlakte van alle watervoerende onderdelen (biofilm) gedood of verwijderd worden. Bij plaatselijke desinfectie wordt uitsluitend het voorbijstromende water gedesinfecteerd; Correctieve desinfectie betreft desinfectie van (delen van) een installatie nadat biofilm en/of (hoge) concentraties van Legionella zijn aangetroffen; Preventieve desinfectie betreft periodieke of continue desinfectie van (delen van) een installatie teneinde aanhechting en groei van Legionella te voorkomen en eventueel aanwezige Legionella en biofilm te doden.
Biocide Een stof die micro-organismen doodt. Biofilm Populatie van micro-organismen in een matrix van slijm, die aan het inwendige oppervlak van een installatiegedeelte gehecht is. Biofouling Vervuiling door groei en ophoping van micro-organismen in een biofilm. BREF (Cooling) Best Available Techniques REFerence document. Dit is het referentiedocument van de Europese Commissie voor industriële koelsystemen. Dit wordt naar ver-
Publicatie 55.3
7
Legionellapreventie in klimaatinstallaties
Dispergeren Dispergeren is het zeer fijn verdelen van vaste deeltjes in water.
bracht bij de zogenoemde "preventiemedewerker" (voorheen Arbo-coördinator). Legionellabacterie Bacterie behorende tot het geslacht Legionella. Een aërobe bacterie die in water wordt aangetroffen. Het geslacht Legionella behoort tot de familie Legionellaceae, die vele soorten kent. Ze worden zowel in natuurlijke als in technische waterkwaliteiten aangetroffen.
Distributieleiding (drinkwater) Het hoofdleidingnet van het waterleidingbedrijf. Dode leiding Leidinggedeelte waarin geen doorstroming met leidingwater plaatsvindt doordat bijvoorbeeld op het uiteinde van dit leidinggedeelte geen tappunten zijn aangesloten (die gebruikt worden).
Legionellose Legionellose is een infectie aan de luchtwegen en longen die veroorzaakt wordt door de bacterie Legionella. Er bestaan twee vormen van de ziekte: de Legionellalongontsteking (Legionellapneunomie, of Veteranenziekte) en de minder ernstig verlopende Legionellagriep (Pontiac fever). Een Legionella-longontsteking begint met lichte koorts, spierpijn en zich niet lekker voelen. Na enkele dagen ontstaat een longontsteking met hoge koorts (boven de 39°C ) en koude rillingen. Vaak zijn mensen verward. Als men niet tijdig de juiste geneesmiddelen toedient is de sterftekans circa 10%. Bij een Legionellagriep treden kort na de besmetting griepachtige verschijnselen op, snel oplopende koorts, spierpijn, hoofdpijn en hoest. Legionellagriep gaat vanzelf weer over.
Drinkwater Leidingwater, bestemd of mede bestemd om te drinken. Druppelvanger Een rooster dat mechanisch waterdruppels verwijdert uit de luchtstroom. Gevaarlijk toestel Toestel dat naar zijn aard nadelige gevolgen voor de kwaliteit van het leidingwater kan opleveren. Hot spot Plaats waar het leidingwater kan opwarmen tot boven 25 °C.
Leidingwater Water met een zodanige kwaliteit dat het veilig kan worden geconsumeerd en kan worden gebruikt voor huishoudelijke doeleinden. Leidingwater kan uiteraard ook worden gebruikt als voeding van koeltorens, bevochtigers en fonteinen. Direct na de terugstroombeveiliging in de aftakking naar de koeltoren, bevochtiger of fontein spreekt men van proceswater.
Indikken Het proces waarbij als gevolg van verdamping van puur water in de koeltoren of luchtbehandelingskast de achterblijvende zouten in het water, concentreren ofwel indikken. Koelpakket Dat gedeelte van een koeltoren waar het oppervlak aanwezig is waar water en lucht met elkaar in contact komen om water te verdampen en als gevolg daarvan het water te koelen, meestal in de vorm van een platenpakket.
Leidingwaterinstallatie Installatie, bestaande uit leidingen, fittingen, waterbehandelingstoestellen en andersoortige toestellen waarmee leidingwater wordt afgenomen. Met een leidingwaterinstallatie wordt bedoeld een collectieve watervoorziening, collectief leidingnet en/of een woninginstallatie.
Koeltoren Een inrichting waarin een vloeibaar medium wordt afgekoeld door middel van een luchtstroom waarin (sproei)water wordt verdampt.
Leveringspunt Punt waar leidingwater vanuit het distributienet van het waterleiding- of energiedistributiebedrijf of vanuit een collectieve watervoorziening geleverd wordt aan het collectieve leidingnet van het perceel.
Kolonievormende eenheid (kve of Eng CFU) Letterlijk: kolonievormende eenheid. Het aantal kolonievormende eenheden per volume (zowel per liter als per milliliter gegeven), zoals bepaald in een analyse door middel van een kweektechniek.
Microfiltratie Filtratie die berust op fysische scheiding waarbij de poriegrootte van membranen de mate van verwijdering van zwevende stoffen, troebelheid en micro-organismen bepaalt. Stoffen groter dan de poriegrootte worden verwijderd. De poriën van een microfiltratiemembraan zijn van ordegrootte 0,1 - 10 μm. Bacteriën en virussen kunnen volledig worden verwijderd.
Legionella pneumophila De bacterie die legionellose veroorzaakt. Legionellacoördinator De medewerker die binnen de organisatie belast is met de coördinatie van alle procedures en activiteiten met betrekking tot Legionellapreventie. Tegenwoordig is deze taak in het kader van de Arbowet onderge-
Publicatie 55.3
8
Legionellapreventie in klimaatinstallaties
Micro-organisme Een microscopisch klein organisme, zoals algen, bacteriën, gisten, schimmels en virussen.
Pasteurisatie Een methode om micro-organismen door middel van verhitting te doden.
Monsterpunt Punt in de installatie waar een representatief monster van het recirculerende water kan worden genomen om dit te analyseren.
Perceel Elk roerend of onroerend goed, gedeelte of samenstel daarvan, dat een leveringspunt heeft of zal hebben ten behoeve waarvan levering van leidingwater geschiedt of zal geschieden.
Nanofiltratie Een specifieke vorm van membraanfiltratie waarbij deeltjes groter dan 0,001 - 0,01 μm worden uitgefilterd.
Permeaat Permeaat is het gezuiverde water dat vrijkomt bij omgekeerde osmose (RO). De andere vloeistof die vrijkomt, is een geconcentreerde oplossing (concentraat).
Niet-oxiderende biocide Een biocide waarvan de werking niet op oxidatie berust. Niet-oxiderende biociden verstoren het metabolisme van de cel en/of de celstructuur.
Preventiemedewerker Een preventiemedewerker is een eigen werknemer die de werkgever helpt bij de dagelijkse veiligheid en gezondheid en arbeidsomstandigheden binnen een bedrijf, (voorheen vaak aangeduid als ‘arbo-coördinator’). Elke werkgever moet ten minste één werknemer aanwijzen voor deze taak. De preventiemedewerker houdt zich bezig met de veiligheid en gezondheid op de werkvloer. Hij of zij moet dus kennis hebben van de arbo-risico’s binnen het bedrijf. De risico-inventarisatie en -evaluatie van het bedrijf en het bijbehorende plan van aanpak vormen de basis voor wat de preventiemedewerker moet weten.
NeR Nederlandse emissieRichtlijn lucht. Het doel van de NeR is ten eerste het harmoniseren van de milieuvergunningen met betrekking tot emissies naar de lucht en ten tweede het verschaffen van informatie over de stand der techniek op het gebied van emissiebeperking. De NeR is bedoeld voor eenieder die hierbij is betrokken, zoals gemeenten en provincies, maar ook bedrijven, adviesbureaus en particulieren. De NeR is vastgesteld door de gezamenlijke overheden - provincies, gemeenten en rijk - met de industrie in een adviserende rol. De NeR heeft geen formele wettelijke status, maar wordt wel gebruikt als richtlijn voor de vergunningverlening. Eventueel afwijken van de NeR is mogelijk, het moet dan wel adequaat worden gemotiveerd. De NeR stelt algemene eisen aan emissieconcentraties, die overeenkomen met de stand van de techniek van emissiebeperking. Daarnaast zijn er uitzonderingsbepalingen voor specifieke activiteiten of bedrijfstakken. Deze worden in de NeR aangeduid als bijzondere regelingen. De concentratie-eisen zijn gegeven per (chemische) stof of per klasse van stoffen (bron: InfoMil).
Reinigen Het verwijderen van bezinksel, sediment en (kalk)afzetting van de (oppervlakte van) watervoerende onderdelen van (delen van) een leidingwaterinstallatie. Relevante Hoeveelheden Inadembare Aërosolen Een kwalitatieve omschrijving van de situatie waarin een dusdanige hoeveelheid aërosolen vrijkomt dat mensen geïnfecteerd kunnen worden met Legionella als dat in het water aanwezig zou zijn. Afgekort RHIA. Pontiac fever Een minder ernstige vorm van de legionairsziekte, veroorzaakt door Legionella.
Omgekeerde osmose Het omgekeerde osmoseproces gebruikt een semipermeabel membraan om opgeloste vaste stoffen, organische stoffen, pyrogenen, submicron colloidale materie, virussen en bacteriën van water te scheiden. Het proces wordt "omgekeerd" genoemd, omdat er druk nodig is om het water door het membraan te persen, de onzuiverheden achterlatend. Deeltjes groter dan 0,001 worden uitgefilterd.
ppm Parts per million. Maat voor opgeloste deeltjes stof per miljoen deeltjes oplosmiddel. Voor water gelijk aan getalswaarde in mg/l. Risicobeoordeling Het identificeren en beoordelen van de kans op blootstelling aan Legionella en het vastleggen van de vereiste voorzorgsmaatregelen.
Oxiderende biocide Een stof die een organische stof kan oxideren, bijvoorbeeld algen, bacteriën, enzymen of proteïnen, waardoor micro-organismen worden gedood. De meest gebruikte oxiderende biociden bevatten chloor of broom (halogenen) die door hydrolyse hypochloor- of hypobroomzuur vrijmaken. Een uitzondering vormt chloordioxide, een gas waarbij geen hydrolyse optreedt, maar dat op dezelfde wijze werkt.
Publicatie 55.3
RI&E Risico-Inventarisatie en Evaluatie conform de Arbowet. M.b.t Legionellapreventie: Het identificeren en beoordelen van de kans op blootstelling aan Legionella bij verblijf in de nabijheid van een vernevelingssysteem, zoals een koeltoren, luchtbevochtiger, of fontein.
9
Legionellapreventie in klimaatinstallaties
Ultrafiltratie Filtratie die berust op fysische scheiding waarbij de poriegrootte van membranen de mate van verwijdering van zwevende stoffen, troebelheid en micro-organismen bepaalt. Stoffen groter dan de poriegrootte worden verwijderd. De poriën van een ultrafiltratiemembraan hebben een ordegrootte van 0,001 - 0,1 μm. Bacteriën en virussen kunnen volledig worden verwijderd.
Sediment Bezinksel of afzetting uit het water. Slib Modderachtige afzetting in een waterbassin Spoelen Bij het spoelen wordt het water in een leiding ververst. Spui Percentage van het circulerende water dat wordt geloosd om de concentratie zouten en andere verontreinigingen onder een bepaalde waarde te houden en het water te verversen. Spuipunt Plaats in de installatie waar het ingedikte recirculatiewater wordt gespuid naar een afvoer. Stagnatie De situatie dat het water stopt met stromen, waardoor het blootstaat aan microbiologische groei. Suppletie Water dat wordt toegevoegd aan het vernevelings- of sproeisysteem om de spui- en verdampings- en andere waterverliezen te compenseren. Suspensie Een mengsel van twee stoffen waarvan de ene stof in zeer kleine deeltjes is gemengd met de andere stof en het mengsel zich niet snel laat scheiden. Over het algemeen betreft het een vaste stof die is gesuspendeerd in een vloeistof. Tappunt Plaats waar het leidingwater beschikbaar komt voor gebruik. Tenside Tensiden zijn oppervlakte-actieve stoffen waarmee vetten en vetachtige stoffen worden opgelost. Vet lost niet op in water, maar met behulp van een tenside worden de vetdeeltjes toch verwijderd. Toezichthouder Een toezichthouder is een door de overheid aangesteld instituut dat toeziet op naleving van wet- en regelgeving door organisaties: Proceswaterinstallaties: de Arbeidsinspectie; Leidingwaterinstallaties: VROM-inspectie; Waterinstallaties bij evenementen: de gemeente, ondersteund door de GGD.
Publicatie 55.3
10
Legionellapreventie in klimaatinstallaties
1
INLEIDING
1.1
AANLEIDING
1.2
DOEL EN TOEPASSINGSKADER
1.3
OPZET VAN DE PUBLICATIE
De doelstelling van ISSO-publicatie 55.3 is tweeledig: 1. Het vertalen van de Arbo-Beleidsregels Legionellapreventie en AI-blad nr. 32 naar praktische documenten voor Legionellaveilig ontwerp, uitvoering en beheer van bovengenoemde systemen; 2. Het vastleggen van de kennis en snel/makkelijk toegankelijk maken van de kennis omtrent Legionellapreventie in betreffende systemen.
In 1999 vond de Legionella-uitbraak plaats in Bovenkarspel, met ca. 30 doden en 200 zieken tot gevolg. Als reactie daarop zijn onderzoeken gedaan, is wetgeving uitgebreid en zijn normen en technische richtlijnen ontwikkeld om deze wetgeving uit te kunnen voeren. Medio 2001 is het eindrapport "Omvang en preventie van vermeerdering van Legionella in koeltorens en luchtbehandelingsapparatuur" van KIWA opgeleverd. In 2002 is het project "Legionella 2002" uitgevoerd. In dit project is geïnventariseerd welke en hoeveel systemen voor koeltorens en luchtbevochtiging in Nederland aanwezig zijn en hoe zij worden beheerd, toegespitst op Legionellapreventie. Begin 2003 is, op basis van de Arbo-wet, artikel 5 en het Arbo-besluit artikel 4.85 en 4.87, door het ministerie van Sociale Zaken de Beleidsregel 4.87 geformuleerd. Deze Beleidsregel betreft Legionellapreventie in proceswater van: 1. Natte koeltorens; 2. Luchtbehandelingsinstallaties met waterbevochtigers; 3. Nooddouches; 4. Andere proceswaterinstallaties die water in aerosolvorming kunnen brengen; 5. Installaties aan boord van schepen.
In de publicatie is met opzet het onderwerp "verantwoordelijkheden en wetgeving" vooraan gezet, omdat de juiste invulling hiervan de belangrijkste voorwaarde is om tot doeltreffend Legionellaveilig beheer te komen. Vervolgens worden voor Koeltorens, Luchtbehandelingsinstallaties alle aspecten met betrekking tot Legionellaveiligheid behandeld, gevolgd door een gestructureerde aanpak van de Risico-inventarisatie & Evaluatie, die vergelijkbaar is met de aanpak in ISSOpublicaties 55.1 en 55.2 (Analyse van de deelcomponenten). Daarna volgen enkele bijlagen met achtergronden en praktische informatie.
Daarnaast is in december 2004 AI-blad-32 verschenen waarin de beleidsregel wordt toegelicht. Het AI-blad is een instrument dat aangeeft hoe inspecteurs, werkgevers en werknemers in de praktijk kunnen omgaan met de Beleidsregel. De landelijke richtlijnen met betrekking tot Legionellapreventie in leidingwater liggen sinds maart 2005 vast in ISSO-publicaties 55.1 en 55.2. Leidingwaterinstallaties aan boord van schepen kunnen conform ISSO 55.1 en 55.2 worden behandeld. In de installatiesector is behoefte gesignaleerd aan nadere uitwerking van Legionellapreventie bij de volgende gebouwgebonden systemen: Natte koeltorens (gevoed met leidingwater); Luchtbehandelingsinstallaties met waterbevochtigers; (Binnenfonteinen). Vandaar dat UNETO-VNI en VROM-Rijksgebouwendienst in 2006 gezamenlijk het initiatief hebben genomen tot het laten ontwikkelen van ISSO-publicatie 55.3. Inmiddels zijn in januari 2007 de Arbowet en het Arbobesluit aangepast. Op basis daarvan zijn beleidsregels Legionellapreventie 4.87a en b geformuleerd. 4.87a betreft natte koeltorens en 4.87b betreft de overige aerosolvormende installaties, zoals luchtbevochtigers, sproei-inrichtingen e.d. Het ligt in de bedoeling dat de Beleidsregels Legionellapreventie in ieder geval tot 2010 van kracht blijven. In deze publicatie zijn de gewijzigde wetgeving en Beleidsregels meegenomen.
Publicatie 55.3
11
Legionellapreventie in klimaatinstallaties