Ordenieuws, nummer 3, augustus 2009

Page 1

5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

INHOUD

12:14

Pagina 1

4 Orde verwerpt ordinaire bezuinigingen van minister Klink

8 Interview ‘De Jonge Orde zorgt voor jou’ 14 Oprichting Vereniging Medische Staf GGZ Oost Brabant 15 Doorvertaling CAO Z 2009-2011 naar AMS 16 Soap dreigde rondom arbeidstijden aios 18 Werken aan medische professionaliteit Dertiende jaargang • augustus 2009 • nummer

3

ORDE BOOS OVER AANGEKONDIGDE MAATREGELEN NZA KIJK VOOR HET LAATSTE NIEUWS OP WWW.ORDE.NL

JUBILERENDE BELANGENBEHARTIGER VO OR AIOS STER KER EN GROTER

‘De Jonge Orde zorgt voor jou!’


And now for something completely different

FlexMedic Medisch Specialist? Medisch Specialist? Wij regelen voor u Wij regelen voor u wat u wilt wat u wilt flexibiliteit flexibiliteit ontwikkeling ontwikkeling

Medische Organisatie? Medische Organisatie? Wij regelen voor uw huis Wij regelen voor uw huis continuiteit continuiteit flexibiliteit flexibiliteit kwaliteit kwaliteit

www.flexmedic.nl www.flexmedic.nl 1_1_stA4_fc_A.indd 1

1000-20-9000-3131 OvMS ordenieuws 2009/#3

30-06-2009 13:28:24

Kleur: fc


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:14

Pagina 3

COLOFON

PAGINA 3

PAGINA 7

PAGINA 15

Ordenieuws is

Orde verwerpt ordinaire bezuiniging van minister Klink

Jubilerende belangenbehartiger voor aios sterker en groter.

Oprichting Vereniging Medische Staf GGZ Oost Brabant.

een uitgave van de Orde van Medisch

Vernieuwende voorstellen voor het Opleidingsfonds, een doorbraak in de afspraken over de onregelmatigheidstoeslag en een volhardende opstelling rond de werktijdenafspraken: De Jonge Orde timmert aan de weg.

Specialisten en verschijnt in een oplage van 11.000 exemplaren

Reageren?

of e-mail naar communicatie@orde.nl

Redactie Afdeling Communicatie en Informatie

Foto: Hadewych Veys

Bel naar (030) 28 23 672

3

Na maanden discussie over de hoogte van de ‘overschrijding’ heeft minister Klink nu besloten de medisch specialisten een structurele taakstelling van € 375 miljoen op te leggen.

Op dinsdag 23 juni 2009 hebben de medisch specialisten binnen GGZ Oost Brabant formeel ingestemd met de oprichting van een medische staf.

Redactie-adres Postbus 20057 (030) 28 23 672

Druk en advertentieacquisitie Elma Multimedia BV Broek op Langedijk (0226) 33 16 00

Hoofdredactioneel Voor u ligt het derde Ordenieuws van dit onrustige jaar. Een jaar waarin Den Haag hard aan de poorten van de medisch-specialistische zorg rammelt, terwijl u die zorg zo goed mogelijk probeert te blijven leveren.

www.elma.nl

Medewerkers aan dit nummer René Verleg Rob van Es

Vormgeving Berkhout Grafische Ontwerpen, BNO Harmelen Overnemen van de

Dat het onrustig is geldt niet alleen voor de medisch specialisten, maar ook de aios. Het interview in dit nummer is dan ook gehouden met de vertegenwoordigers van uw toekomstige collegae, de aios. De Jonge Orde bestaat bijna tien jaar. In die periode is De Jonge Orde gegroeid van een kleine actieclub naar een grote vereniging. Een vereniging met een duidelijk gezicht en toegevoegde waarde voor de aios en voor de Orde. In dit Ordenieuws is er uitgebreid aandacht voor punten die De Jonge Orde heeft binnengehaald.

inhoud, geheel of gedeeltelijk, is toegestaan mits met bronvermelding.

ISSN: 1572-252X Kijk voor het laatste nieuws op www.orde.nl

Foto cover: René Verleg

De voorzitter schetst in zijn column het probleem van perceptie en realiteit. Hiervan ondervinden wij steeds meer last. Als bureau zijn we voortdurend druk doende om onder meer de perceptie in Den Haag te laten aansluiten op de realiteit. Het is bijvoorbeeld met ondersteuning van de Orde gelukt om tot de oprichting van een vereniging medische staf GGZ Oost Brabant te komen. Een belangrijke stap, omdat hierdoor de medisch specialisten beter worden georganiseerd en als een volwassener gesprekspartner

Dr. B.J. Heesen, arts, MBA directeur Orde van Medisch Specialisten

voor de raad van bestuur kunnen dienen. Voor de medisch specialisten moet het hierdoor gemakkelijker worden om de geleverde zorg en de kwaliteit daarvan te verantwoorden. Kortom een goed georganiseerde medische staf is een zegen voor de omgeving waarin deze opereert. De Orde is samen met de ziekenhuizen en verpleegkundigen actief in het patiëntveiligheidsprogramma ’Voorkom schade, werk veilig’. Een programma, dat veel vraagt van de koepels, maar nog veel meer van de mensen in het veld. Ook hier geldt van perceptie (Tweede Kamer: zeer slechte onveilige zorg) naar realiteit (goede veilige zorg in Nederland). Omdat wij ons als professionals nou eenmaal graag steeds verder verbeteren, kan het altijd beter. Het patiëntveiligheidsprogramma is hier een instrument voor. Door in tien thema’s aan veiligheid te werken, maak je veiligheid bespreekbaar op de werkvloer. Daardoor alleen kan de zorg al beter worden. Met het Ordenieuws willen wij u als bureau op de hoogte houden over waarmee wij bezig zijn. Mocht u vragen of opmerkingen hebben dan horen wij dat heel graag. Wij hebben uw denkkracht en input hard nodig. Dr. Bart J. Heesen, arts, MBA directeur

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

3502 LB Utrecht


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:14

Pagina 4

ACTUEEL

4

Orde verwerpt ordinaire bezuiniging van minister Klink Na maanden discussie over de hoogte van de ‘overschrijding’ heeft minister Klink nu besloten de medisch specialisten een structurele taakstelling van € 375 miljoen op te leggen. Maandag 6 juli 2009 heeft de minister op grond van de Wet marktordening gezondheidszorg twee aanwijzingen aan de NZa gegeven: een over de medischspecialistische zorg 2010 en een over de indexering. Daarnaast heeft de minister de gezamenlijke verklaring over het normatief uurtarief per 1 januari 2010 opgezegd. De € 375 miljoen moeten structureel worden ingeleverd. Te nemen maatregelen zijn herijking van de ondersteunerscompensatie, herijking van de normtijden en een niet nader aangeduide neerwaartse bijstelling van de tarieven. Een week na de aanwijzing zijn de maatregelen al uitgewerkt: de gemiddelde korting komt volgens de NZa op 20%. Het bestuur van de Orde heeft direct boos gereageerd. Het ministerie blijkt een onbetrouwbare partij te zijn en de NZa gedraagt zich niet als zelfstandig bestuursorgaan door de niet onderbouwde ‘overschrijding’ voor zoete koek te slikken. Volgens de Orde beroept de minister zich ten onrechte op de economische crisis om een onjuiste bezuinigingsmaatregel door te voeren. Een bezuinigingsmaatregel die de Orde met alle haar ten dienste staande (waaronder juridische) middelen zal bestrijden.

Misbruik van de crisis Uit het onderzoek door Mazars in

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

Ledenvergadering Orde De Algemene Ledenvergadering van de Orde op donderdag 2 juli 2009 werd door Kamer Vrij Beroep voorzitter Janko de Jonge en algemeen voorzitter Willem van der Ham bijgepraat over het ‘gezwabber met cijfers’ door VWS en de strategie van de Orde. In afstemming met de wetenschappelijke verenigingen is er steeds voor gekozen in gesprek te blijven. Dit heeft in elk geval opgeleverd dat het bedrag dat door VWS werd genoemd, naar beneden is bijgesteld. Vanuit de zaal werden vooral zorgen uitgesproken over de publieke opinie, die zich snel tegen de medisch specialisten kan keren. Benadrukt werd dat tot nu is gekozen voor een terughoudend mediabeleid en dat dat ook heeft opgeleverd dat er niet veel verkeerde berichten zijn verschenen. En hoewel de materie moeilijk is uit te leggen, vindt onze boodschap dat er eerst duidelijkheid moet komen over de cijfers tot nu toe goed gehoor. Het wordt echter lastiger nu minister Klink de crisis inbrengt: tegenover de voorspelling dat de werkloosheid tot 10% zal stijgen, is het moeilijk tegengas geven over specialisteninkomens.

opdracht van de Orde blijkt dat de omzetgroei vrijwel geheel wordt veroorzaakt door de omzetgroei van ondersteunende specialismen. Vanaf 2010 zal dit worden gecorrigeerd. Dit heeft tot gevolg dat de totale omzet met ongeveer € 180 miljoen vermindert. De Orde verwachtte dat hiermee alle problemen waren opgelost en dat met VWS tot een akkoord kon worden gekomen. Maar nu blijkt dat VWS vasthoudt aan een niet onderbouwde korting op het budget van 10%, ingeboekt bij het tot stand komen van het onderbouwd normatief uurtarief, nog voor er sprake was van een crisis. Voor dit begrotingsprobleem van VWS kunnen de medisch specialisten niet verantwoordelijk worden gehouden. Medisch specialisten zijn best bereid een bijdrage te leveren aan het begrotingsprobleem van minister Klink, maar niet disproportioneel en alleen op basis van overeenstemming over de cijfers. Het kan niet zo zijn dat vooral medisch specialisten moeten opdraaien voor de rode cijfers van het ministerie van VWS, terwijl van een valide cijfermatige onderbouwing geen sprake is. En het kan al helemaal niet dat de minister het nodig acht de na lang onderhandelen tot stand gekomen gezamenlijke verklaring van zijn voorganger met de Orde over het normatief uurtarief per 1 januari 2010 op te zeggen.

Aanwijzing medisch-specialistische zorg 2010 De eerste aanwijzing betreft het besluit de medisch specialisten vrij beroepsbeoefenaren een structurele taakstelling van € 375 miljoen op te leggen. De NZa heeft de opdracht de tarieven met ingang van 2010 neerwaarts bij te stellen inmiddels uitgewerkt. De gemiddelde korting komt volgens de NZa op 20%, terwijl de NZa zelf eerder 8% had becijferd.

Aanwijzing indexering De tweede aanwijzing behelst het besluit van de minister om de indexering van het inkomensbestanddeel net als voor andere vrij beroepsbeoefenaren voor 2009 op 1,75% vast te stellen en voor 2010 op 0%. De Orde heeft geen problemen met deze maatregel omdat medisch specialisten in verband met de economische crisis zeker bereid zijn een bijdrage te leveren. Voor beide aanwijzingen heeft de minister het nodig geacht de gezamenlijke verklaring over het normatief uurtarief op te zeggen.

Orde bestempelt ministerie als onbetrouwbare partij

Standpunt en inspanningen Orde Het Ordebestuur, daarin gesteund door de wetenschappelijke verenigingen, heeft zich steeds op het standpunt gesteld: eerst duidelijkheid over de cijfers, dan de oorzaken achterhalen en dan zo nodig maatregelen nemen. Het Ordebestuur heeft herhaaldelijk om een onderbouwing gevraagd van de verschillende cijfers, die steeds uit Den Haag te horen waren over de vermeende overschrijding. Tot op heden is er geen deugdelijke onderbouwing geleverd, ook niet in de definitieve aanwijzing. Wel heeft de Orde het bedrag van de ‘overschrijding’ naar beneden kunnen laten bijstellen door het ministerie te wijzen op rekenfouten in de correcties op


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:14

Pagina 5

ACTUEEL

VWS-cijfers Eind juni leken de Orde en de minister het snel eens te kunnen worden. Uit een nieuw staatje van VWS met nieuwe summiere CVZgegevens kon een omzetstijging worden afgeleid, die overeenkomt met de in opdracht van de Orde door Mazars onderzochte omzetontwikkelingen. Mazars berekende een omzetstijging van € 180 miljoen waarvan na toegestane volumegroei en inflatiecorrectie een ‘overschrijding’ overblijft van € 80 miljoen. VWS ontkent dat uit hun nieuwe cijfers zou blijken dat de omzetten van in algemene ziekenhuizen werkende specialisten met € 186 miljoen zijn gestegen.

Maatregelen Herijking ondersteunerscompensatie Ondersteuners zijn vanaf 2005 gecompenseerd voor onder- en overdekking van hun activiteiten. De compensatiefactor is berekend voor geleverd werk dat ten onrechte niet is gekoppeld aan een DBC. De compensatie moet zo worden gelezen dat een factor van 1,3 betekent dat 30% van de verrichtingen ten onrechte niet aan een DBCprofiel is gekoppeld. Dit betekent dat de honorariumcomponent dan tot 130% wordt verhoogd. De ondersteunerscompensaties zijn voor 4 van de 6 ondersteunende medisch specialismen nog steeds gebaseerd op gegevens uit 2002, toen er veel minder en minder goed werd geregistreerd. De compensatie moet daarom per specialisme worden herijkt op basis van de meeste recente productiegegevens. Dit hebben de Orde en de wetenschappelijke verenigingen van de ondersteunende specialismen de afgelopen jaren al herhaaldelijk aangegeven. Het was dan ook geen verrassing dat uit het onafhankelijk accountantsonderzoek van Mazars in opdracht van de Orde bleek dat de gemiddelde omzetstijging van € 180 miljoen nagenoeg geheel wordt veroorzaakt door foutieve compensatiefactoren voor de ondersteunende specialismen.

NZa slikt ‘overschrijding’ voor zoete koek

Het ministerie van VWS blijkt nu vast te houden aan de bezuiniging van 10%, die op voorhand was ingeboekt bij de invoering van het normatief uurtarief, lang voor er sprake was van de economische crisis. Toen bleek dat de budgetoverschrijding geen € 630 miljoen was en ook geen € 461 miljoen, zoals later werd gesteld, maar fors minder, wil het ministerie alsnog € 375 miljoen binnen te halen. Naar de mening van de Orde misbruikt de minister in dit verband de economische crisis en blijkt het ministerie een onbetrouwbare contractpartij te zijn.

Onder druk van de geruchten over grote omzetstijgingen heeft VWS begin dit jaar opdracht gegeven aan DBC Onderhoud om de ondersteunerscompensatiefactoren opnieuw te berekenen. De afgelopen maanden zijn de betreffende wetenschappelijke verenigingen hiermee druk doende geweest. De verenigingen hebben ingestemd met de te volgen methodiek en kregen de gelegenheid om de berekeningen te controleren. Dat leverde hier en daar nog wel andere inzichten op. Inmiddels heeft DBC Onderhoud haar rapportage aan-

Compensatiefactoren 2009 – 2010 (uit rapportage van DBC-Onderhoud) • Radiologie: van 1,49 naar 1,14 • Nucleaire geneeskunde: van 2,28 naar 1,20 • Artsen klinische chemie: van 1,32 naar 1,28 • Medische microbiologie: van 2,99 naar 1,31 • Pathologie: van 2,40 naar 1,27 • Anesthesiologie: van 0,90 naar 0,77 De compensatiefactoren van de artsen klinische chemie en van de anesthesiologen waren al op basis van door de beroepsgroep aangereikte recentere data berekend.

5

geboden aan de NZa. De NZa heeft vervolgens becijferd dat de nieuw berekende factoren een reductie opleveren van € 150 miljoen.

Herijking normtijden In mei had minister Klink Capgemini al ingeschakeld om de normtijden van de poortspecialismen opnieuw rond te rekenen. Op 9 juni 2009 ontvingen de Orde en de wetenschappelijke verenigingen brieven van de NZa, waarin werd verzocht binnen één week de TBOprofielen respectievelijk de rapportage van het capaciteitsonderzoek aan te leveren. Als hieraan niet werd voldaan, kon er een zeer forse bestuurlijke boete worden opgelegd. Onder zwaar protest heeft het Ordebestuur dus de TBO-profielen moeten verstrekken. Het bestuur heeft de wetenschappelijke verenigingen geadviseerd eveneens onder zwaar protest de rapportage van het capaciteitsonderzoek aan te leveren. Het bestuur, daarin gesteund door de beroepsbelangencommissies, wilde eerst weten of er na herijking van de ondersteunerscompensatie nog sprake is van een ‘overschrijding’. Daarnaast is expliciet bezwaar gemaakt tegen hergebruik van de te oude data. Extra productiviteit wordt door deze herijking door de medisch specialisten zelf betaald. Dit betekent het failliet van de door de minister zelf geïntroduceerde prestatiebekostiging/marktwerking. Bovendien is er sprake van willekeur: de ondersteunende specialismen worden door het krappe tijdpad niet doorgerekend. Voor het zuiver herijken van de normtijden moet volgens de Orde een geheel nieuw onderzoek plaats-

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

ZBC-kosten en medisch specialisten met een dienstverband. Om duidelijkheid te krijgen over de omzetontwikkelingen heeft de Orde een eigen onderzoek laten doen door het onafhankelijk accountantsbureau Mazars. Hier had de minister geen boodschap aan. Ten slotte heeft het bestuur ook nog het voorstel gedaan om samen met de minister een onafhankelijke derde opdracht te geven alle cijfers op hun waarde te beoordelen. Ook dit voorstel is afgewezen door de minister, waarop het Ordebestuur dit onderzoek nu zelf laat doen. De verwachting is dat de rapportage eind augustus wordt opgeleverd.


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:14

Pagina 6

ACTUEEL

6

vinden, niet alleen naar de productieverandering maar ook naar de capaciteit en de tijdsbesteding van alle medische specialismen. En dit beleid wordt door alle wetenschappelijke verenigingen gesteund.Ondanks alle bezwaren van de Orde en de wetenschappelijke verenigingen heeft de rondrekening inmiddels plaatsgevonden. Capgemini heeft de definitieve rapportage van de rondrekening 2007 aan de wetenschappelijke verenigingen en aan de NZa gezonden. Geconstateerd kan worden dat bij diverse specialismen forse aanpassingen zijn doorgevoerd ten opzichte van de conceptrapportage van Capgemini. Deze wijzigingen hebben plaatsgevonden nadat de juiste aantallen medisch specialisten (waaronder waarnemers en/of chefs de clinique) in de maatschappen van het cohort, zijn aangeleverd. Zie de tabel op deze pagina. Deze maatregel levert volgens de NZa € 30,5 miljoen op.

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

Generieke maatregelen In de aanwijzing aan de NZa zegt minister Klink niets specifieks over generieke maatregelen. De NZa heeft echter besloten in aanvulling op de andere twee maatregelen een generieke korting van 11% op te leggen. Consequenties De maatregelen van de NZa hebben draconische gevolgen voor de omzetten van medisch specialisten. Hieronder vindt u een overzicht met percentages per maatregel en een getotaliseerd gemiddeld effect voor de poortspecialismen. De percentages zijn geen optelsom, maar een vermenigvuldiging van de percentages, bijvoorbeeld urologie: 100% – (0,895 x 0,89 x 100%) = 80%: afslag 20% (afgerond). Voor de ondersteunende specialismen is geen totaal beeld mogelijk omdat dit sterk afhankelijk is van de lokale situatie.

Juridische stappen In overleg met de advocaat van de Orde is bekeken welke juridische

stappen kunnen worden gezet om de maatregelen van minister Klink te bestrijden. Naar verwachting zal de NZa voor 1 oktober 2009 met de nieuwe tariefsbeschikkingen komen.

Anesthesiologie Radiologie Nucleaire geneeskunde Klinische chemie Medische microbiologie Pathologie Psychiatrie (PAAZ) Revalidatie Radiotherapie Anesth.(Pijnbestrijding) Urologie Thoraxchirurgie Neurologie Neurochirurgie Kindergeneeskunde Dermatologie Reumatologie Cardiologie Klinische Geriatrie KNO Orthopaedie Interne geneeskunde Allergologie Heelkunde Longziekten MDL Plastische chirurgie Oogheelkunde Gynaecologie

Effect Herijking Compensatiefactor* Alleen in A-segment –30% –29% –60% –28% –53% –55%

Tegen deze beschikkingen zal de Orde stellig bezwaar maken. Daarnaast wordt nog besproken of ook andere maatregelen mogelijk zijn. ■ Effect Herijking normtijden niet herijkt niet herijkt niet herijkt niet herijkt niet herijkt niet herijkt niet herijkt niet herijkt niet herijkt +6% –10,5% –3,2% 0,0% 0,0% 0,0% –8,4% 0,0% 0,0% –24,5% 0,0% –10,0% +5,3% 0,0% –3,0% –5,6% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0%

Generieke korting –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11% –11%

Totaal effect (geen optelsom, zie tekst) Lokaal afhankelijk van productie voor derden en productie in A- en B-segment –11% –11% –11% –5,7% –20% –14% –11% –11% –11% –18,5% –11% –11% –32,8% –11% –20% –6,3% –11% –13,7% –15,1% –11% –11% –11% –11%

*Bron: DBC-Onderhoud. Dit betreft een voorlopige schatting van DBC-Onderhoud. Het betreft het effect van de nieuwe compensatiefactoren op het DBC-ondersteunerhonorarium voor alleen de tarieven in het A-segment. Later in het jaar komt DBC-Onderhoud met een verantwoordingsdocument met definitieve prognoses van het effect per 2010. De Orde is niet verantwoordelijk voor de gepresenteerde cijfers van NZa en DBC-Onderhoud.

Algemeen Overleg Tweede Kamer Het Algemeen Overleg in de Tweede Kamer op woensdag 1 juli 2009 over de budgettaire maatregelen werd door een aantal bestuursleden en bureaumedewerkers van de Orde bijgewoond. Ook daarin noemde de minister al dat de ombuiging via herijking ondersteuningscompensatie, normtijden en wellicht een deel generiek zal moeten gebeuren. • Diverse fracties vroegen om terughalen van de overschrijding over de jaren 2008/2009. De minister meldde dat dit was uitgezocht, maar juridisch niet mogelijk schijnt te zijn. De minister gaf wel aan dat het de medisch specialisten zou sieren als ze het teveel ontvangen deel zouden terugstorten… • Op de vraag of het ministerie had zitten slapen bij de eerdere oproep van de Orde om de ondersteunerscompensatie te herijken, gaf de minister geen antwoord. Net zo min als op de vraag waarom de nieuwe ondersteunerscompensatie niet direct kon worden ingevoerd. • Enkele politieke partijen hielden als vanouds een pleidooi voor het in dienstverband nemen van alle medisch specialisten als dé oplossing voor alle problemen. De minister blijkt hiervan geen groot voorstander te zijn vanwege een te verwachten lagere productiviteit. • Terugkerend item in de besprekingen in de Tweede Kamer is de positie van de medisch specialist in het ziekenhuis, vooral de relatie met de raad van bestuur. De algemene teneur onder de fracties is dat de raad van bestuur eindverantwoordelijk moet zijn. Medisch specialisten moeten ondergeschikt zijn aan de raad van bestuur. In het Algemeen Overleg werd geconcludeerd dat hierover verder wordt gesproken in het najaar als ‘good governance’ op de agenda staat. ■


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:14

Pagina 7

VRIJ BEROEP

GGZ Nederland spant kort geding aan Ook in de GGZ heeft het ministerie van VWS een korting opgelegd: 3,5% vanaf 2010. Dit komt neer op een structureel bedrag van € 119 miljoen.

7

Half juni 2009 is deze bezuiniging aangekondigd. Een onderbouwing van deze ‘noodzakelijke budgettaire maatregel’ is door VWS niet gegeven. GGZ Nederland heeft vervolgens besloten een kort geding aan te spannen tegen de minister.

Te laag inschatten geraamde groei 2008 De invoering van het DBC-systeem in de GGZ, de problemen met de ICT en de bevoorschotting hebben de sector reeds verzwakt. Uit analyses blijkt ook nog eens dat bepaalde deelgebieden van de GGZ (bijvoorbeeld kinder- en jeugdpsychiatrie) niet ‘uitkomen’ met de huidige DBC GGZ-tarieven. Daarnaast speelt dat de vermeende overschrijding deels door het ministerie zelf wordt veroorzaakt door het veel te laag inschatten van de geraamde groei in 2008.

Beleidsvoornemens vanaf 2010

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

Gezien deze commotie is er in het laatste bestuurlijk overleg amper gesproken over de beleidsvoornemens GGZ vanaf 2010. Door het ministerie is aangegeven dat gezien de invoering van de tariefmaatregel de invoering van een bandbreedtetarief voor 2010 een brug te ver is, voor 2011 wordt dit wel overwogen. Ook de invoering van een B-segment voor de GGZ is vooralsnog opgeschort. 2010 zal gebruikt worden om een en ander nader vorm te geven. ■


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:14

Pagina 8

INTERVIEW J U B I L E R E N D E B E L A N G E N B E H A RTI G E R VO O R A I O S STE R K E R E N G ROTE R

8

‘De Jonge Orde zorgt voor jou’ Vernieuwende voorstellen voor het Opleidingsfonds, een doorbraak in de afspraken over de onregelmatigheidstoeslag en een volhardende opstelling rond de werktijdenafspraken: De Jonge Orde timmert aan de weg. Dat deden de georganiseerde aios al langer, maar hun inzet wordt steeds gestructureerder en effectiever. Voor die inzet wordt De Jonge Orde beloond. Ten tijde van de oprichting van De Jonge Orde in 2000 waren er ongeveer 250 leden. Dat zijn er op dit moment tegen de 1300: een groei van 300%. “Wij willen nu binnen een paar jaar doorgroeien naar 2.000 leden. Dan is 40% van de aios lid van De Jonge Orde”.

recht van De Jonge Orde”. “De kwestie van de onregelmatigheidstoeslag was voor mij destijds reden om lid te worden van De Jonge Orde”, zegt Winkel. Met zijn werk en opleiding, een partner en drie kinderen heeft hij het zonder overdrijven razend druk. Toch pakt hij het voorzitterschap uit overtuiging op. “Ik vind dat als ik ergens over zeur, zoals over de onregelmatigheidstoeslag, ik ook zelf constructief mee moet werken aan een oplossing. Daarbij is de steun van mijn partner hiervoor onontbeerlijk!”

Dat zegt Léon Winkel, aios kinderEnkele honderden euro’s per geneeskunde, die eind juni werd maand extra benoemd tot de nieuwe voorzitter Léon Winkel en Esther Verstraete van De Jonge Orde. De 36-jarige vormen op dit moment met de overige aios kindergeneeskunde (werkzaam bestuursleden een hecht werkend in het Erasmus MC-Sophia) wijst er team achter een reeks initiatieven op dat de gestage versterking van van De Jonge Orde. Verstraete: “Ik Meer vrijheid in kiezen van het ledental indrukwekkend is: denk dat onze verdienste is dat we differentiatiestages “Elk jaar neemt 20% van Het Opleidingsfonds, de onze leden weer afscheid. subsidie vanuit VWS De meesten blijven dan lid waaruit de opleidingen van de Orde van Medisch van de aios worden Specialisten. De doorbetaald is bedoeld als rugstroom is dus groot en zakje. Echter tot op heden De Jonge Orde en de Orde van Medisch Specialisten daarom is het van belang is hier in de praktijk weinig lijken in naam veel op elkaar. Dat is destijds bewust om ons permanent op het van te merken. De subsidie gedaan. Toch is De Jonge Orde een volledige zelfstandige aantrekken van nieuwe kan oplopen tot een bedrag vereniging met een eigen bestuur en een eigen algemene leden te richten. Dat gaat van 154.400 euro per aios ledenvergadering. Het ontstaan van De Jonge Orde ons kennelijk goed af”. per jaar. Het ministerie – tien jaar geleden – had alles te maken met het gevoel van VWS wordt steeds van aios onvoldoende betrokken te zijn bij hun eigen Opvallend is dat veel aios toekomst. Dat leidde ertoe dat aios via een eigen vereni- kritischer bij het toekennen pas aan het eind van hun van deze gelden en lanceert ging zelf de belangenbehartiging van de aios ter hand opleiding lid worden van vragen als ‘Hoe zit het met gingen nemen. Zo is De Jonge Orde zelfstandig betrokDe Jonge Orde. Bestuursde kwaliteit van de opleiken bij de CAO UMC en de CAO Ziekenhuizen. lid Esther Verstraete, aios dingen?’ en ‘Hoe wordt Dat heeft tot verfrissing geleid. Met het 10-jarig jubileneurologie: “We gaan het geld precies gebruikt?’ um is De Jonge Orde volwassen geworden. Dat wil niet daarom ons best doen om Verstraete: “Terechte zeggen dat De Jonge Orde nu een bezadigde club is. aios in een eerder stadium vragen. Wij proberen die Wèl dat heel gestructureerd en weloverwogen wordt te overtuigen van het duidelijkheid te scheppen gewerkt aan beleid dat de positie van de aios steeds belang van lidmaatschap.” sterker maakt. Zelfbewust en zelfstandig dus en met en tegelijkertijd de positie Winkel:“We proberen de van de aios in het opleivertegenwoordigingen waar dat zinvol is. Bijvoorbeeld jonge generatie aios te dingstraject sterker te in de verschillende Kamers van de Orde en in de Raad bereiken via ons forum in maken”. voor Wetenschap, Opleiding en Kwaliteit. samenwerking met aios.nl, Dat gaat nu gebeuren via zijn aanwezig op de KNMG de zogeheten ‘Etalagepilot’ van het steeds meer zichtbare resultaten Carrièredag en laten via juniorenBOLS. Verstraete zit in de werkboeken. Wat we nu bijvoorbeeld verenigingen weten dat – ook als je hebben bereikt met de onregelmatig- groep die zich bezig houdt met de net in opleiding bent – het lidpraktische invulling hiervan. Dit heidstoeslag voor de UMC’s is heel maatschap van De Jonge Orde concreet. Het zijn resultaten die voor project moet meer keuzevrijheid een verstandige keus is. Nieuw is gaan realiseren voor de aios in het aios direct merkbaar zijn in hun in dit verband de komst van een laatste halve tot twee jaar van de portemonnee. In sommige gevallen buiten-gewoon lidmaatschap voor opleiding waarin de differentiatiestaenkele honderden euro’s per maand anios”. extra. Dat onderstreept het bestaans- ges aan bod komen. Het stelt de

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

Wat heeft De Jonge Orde met die andere Orde?


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:14

Pagina 9

INTERVIEW

48 uur of een compromis? De Jonge Orde heeft zich meer en meer ontwikkeld van een one-issue partij naar een groep die op professionele wijze verschillende issues tegelijkertijd oppakt. Zoals het Europese arbeidstijdenbesluit. Het Europese Commissie is daarover duidelijk. Per 1 augustus 2009 gaat de afspraak in dat aios maximaal 48 uur in de week mogen werken. Dat is inclusief de zogeheten ‘uren doorgebracht in aanwezigheid’. Zeg maar ‘de slaapuren’. Een overgangsregeling van 52 uur is mogelijk, mits de sociale partners en het ziekenhuis daar goede afspraken over maken. De NVZ vereniging van ziekenhuizen (NVZ) en de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) zijn voorstander van een overgangsregeling. De Jonge Orde was bereid om met de NFU en de NVZ over de overgangsregeling te praten. Dan moest er echter wel een reëel plan liggen met goede en duidelijke randvoorwaarden. Inmiddels is hierover overeenstemming. Verstraete: “Aios zijn bereid hard te

9

“Hoe het 10-jarig bestaan precies wordt gevierd, is nog even geheim. Een tipje van de sluier kan al wel worden opgelicht: de instelling van een prijs voor de beste opleider.

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

aios in staat om lacunes in zijn of haar opleiding aan te vullen doordat de aios het subspecialisme kan kiezen waar hij of zij de meeste interesse in heeft. Verstraete: “Je bent hierdoor als aios niet meer gebonden aan de subspecialismen die in je eigen kliniek worden aangeboden. Meer transparantie dus en – wel zo belangrijk – een marktprikkel in opleidingsland. Het ziekenhuis dat onderscheidende stages aanbiedt, trekt immers aios aan. En dat zijn dan ook nog eens voor een ziekenhuis de meest waardevolle aios, want deze categorie is dus al bijna medisch specialist”. Meer transparantie in het Opleidingsfonds is om nog een reden dringend gewenst. Winkel: “In 2008 maakten we kennis met het fenomeen ‘boventallige’ aios. Er waren aios aangenomen voor wie geen subsidie beschikbaar was. Daardoor moesten zij naar andere klinieken doorstromen waar nog een pot ongebruikte subsidie stond. Dit mag dus nooit meer voorkomen”.


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 10

INTERVIEW zorgt ervoor dat in het verleden opgebouwde kennis en ervaring behouden blijft.

10 Tastbare voordelen Buiten alle belangenbehartigende activiteiten is De Jonge Orde ook gewoon een organisatie waarvan je per direct concreet voordeel van kunt hebben. Neem nu de speciaal voor De Jonge Orde ontwikkelde arbeidsongeschiktheidsverzekering die automatisch doorloopt als je de stap van aios naar medisch specialist vrij beroepsbeoefenaar maakt. Of neem de lease-auto die je met aantrekkelijke korting via De Jonge Orde kunt bestellen. Zo’n arbeidsongeschiktheidsverzekering en zo’n betaalbare lease-auto zijn alleen al goede redenen om lid van De Jonge Orde te worden. Maar de ‘core-business’ van De Jonge Orde ligt toch vooral in de werken en productie te leveren, maar De Jonge Orde een vereniging geworden om uiterst serieus te goede en op aios toegespitste belanwel als dit een zeker leerrendement nemen. De Jonge Orde zit anno genbehartiging en dienstverlening. oplevert zoals efficiënt werken en 2009 bij alle relevante partijen aan Bijvoorbeeld als het gaat om indiviprioriteiten stellen. Wij zijn voortafel. Winkel: “We maken naam en duele juridische dienstverlening. stander van duidelijke afspraken Verstraete: “Als je een proover werkuren”. bleem hebt met je opleiDe Jonge Orde heeft der, is het gewoon lastig meegewerkt aan het laten om je eigen belangen goed ontwikkelen van speciale Een lidmaatschap van De Jonge Orde kost slechts te behartigen. Leden van software waarmee werk€ 125,00 per jaar inclusief arbeidsrechtelijke onderDe Jonge Orde kunnen roosters van aios kunnen steuning. Dat is al extreem laag. Maar het kan nog gebruik maken van de worden getoetst aan de goedkoper. Als het lidmaatschap via het brutosalaris ondersteuning door een gemaakte afspraken voor wordt verrekend (of achteraf via de belastingdienst) jurist die zich specifiek de arbeidstijden. dan hoeft een aios nog maar netto € 72,50 per jaar bezig houdt met problemen Verstraete: “Aios kunnen te betalen. van aios.” hun roosters insturen, dan Voor dat geld heeft een aios een dubbel lidmaatschap, controleren wij ze. want een aios is meteen ook lid van de Orde. Daarvoor Veranderingen in de regel- krijgt een aios onder meer Ordenieuws en wekelijks Prijs voor beste opleider geving bespreken wij zelf Medisch Contact in de bus. Hoe het 10-jarig bestaan met het softwarebedrijf precies wordt gevierd, is zijn een gesprekspartner met wie Dehora, waar overigens ook de nog even geheim. Een tipje van de Arbeidsinspectie mee samen werkt.” rekening wordt gehouden. Bij caosluier kan al wel worden opgelicht: onderhandelingen zetten we onze de instelling van een prijs voor de eigen onderhandelaar in die beste opleider. Winkel: “De medisch Bij iedereen aan tafel specifiek onze belangen vertegenspecialist is soms negatief in het Voor het komend jaar staat het woordigt. De Jonge Orde is er immers nieuws. Maar het zijn vooral mensen nieuwe thema van de 10-jarige De vóór en dóór aios”. Jonge Orde inmiddels startklaar: die hun ziel en zaligheid in dit werk De Jonge Orde grossiert in specifieke leggen, bijvoorbeeld als opleider. ‘De Jonge Orde zorgt voor jou’ vak- en dossierkennis. Nieuw is in wordt het thema. Winkel licht toe: De Jonge Orde stelt een prijs in dit verband dat opgebouwde kennis “Wij als aios zorgen voor patiënten voor de beste opleider. Aios kunnen uit het verleden wordt geconsolien De Jonge Orde zorgt voor aios. kandidaten nomineren. Het bestuur deerd door een Raad van Advies. Of het nu om financiële zaken, van De Jonge Orde en de LVAG Die bestaat uit mensen die voorheen toetst de voordrachten en maakt arbeidsvoorwaardelijke kwesties of in het bestuur van De Jonge Orde het Opleidingsfonds gaat”. een keuze”. ■ zaten. Ruggespraak met deze raad In de tien jaar van haar bestaan is

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

Vakbond met laagste tarief


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 11

COLUMN

Perceptie en realiteit Toevallig las ik laatst een stukje in de krant over een wetenschappelijk onderzoek dat aantoont dat veel mensen zelfs een prettige verrassing niet op waarde weten te schatten, wanneer ze niet verwachten verrast te worden. Zo bleek dat een aangeboden blokje kaas, dat in werkelijkheid uit kunstig vormgeven marsepein bestond, zelfs door marsepeinliefhebbers als vies werd beoordeeld, simpelweg omdat het niet aan de gewekte verwachting voldeed. Ineens werd mij duidelijk waarom onze visie op de budgetoverschrijdingen in de huidige discussie met minister Klink zo slecht gehoord wordt: een heersende, al dan niet terechte, perceptie overstemt altijd de realiteit.

Wij hadden nieuwe cijfers van VWS, die aantonen dat het gelijk eigenlijk meer aan onze kant ligt. Wij concludeerden, op basis van accountantscijfers, dat de overschrijding eigenlijk € 80 miljoen was, vooral veroorzaakt door de ondersteuners en dat een herijking van de ondersteunerscompensatie circa € 180 miljoen zou opleveren, slechts € 6 miljoen minder dan de door VWS herberekende overschrijding van ons toegestane budget. Een normaal mens zou dan denken dat het probleem is opgelost. Hoera en laten we ons nu maar weer gaan bezig houden met zaken die er werkelijk toe doen, zoals de kwaliteit van de zorg.

Dus wanneer Klink in gezelschap van collega Bos luidkeels verkondigt dat de medisch specialisten hun budgetten met ongeveer een half miljard euro hebben overschreden, appelleren ze hiermee aan het (spook)beeld van de medisch specialist als ‘gretig graaiende grootverdiener’ dat nog altijd rondwaart. Indien hun inkomens net als de bonussen en andere vergoedingen van bankiers en bestuurders van bedrijven aangepakt gaan worden, staat de bevolking applaudisserend aan de zijlijn, zeker wanneer de economische crisis er ook nog eens aan de haren wordt bijgesleept. We moeten nu eenmaal allemaal offers brengen, nietwaar?

Maar nee, opeens toverde VWS een Konijntje Nooitgezien uit de hoge hoed: een extra bezuiniging van € 189 miljoen. Men heeft namelijk in 2008 berekend dat de invoering van het uurtarief een bezuiniging van 10% opleverde en die is ingeboekt. Samen met de overschrijding van € 186 miljoen is dat € 375 miljoen. Deze berekeningswijze berust echter geheel op aannames die voor rekening van VWS komen. Wij herkennen ons hier totaal niet in en zullen bij de rechter ons gelijk halen.

Als we kijken naar de gemiddelde, niet in dienstverband werkende medisch specialist, zien we inkomens die niet veel afwijken van de tot canon van de inkomenspolitiek verheven Balkenende-norm

W.G.J.M. van der Ham algemeen voorzitter Orde van Medisch Specialisten

De Orde en de wetenschappelijke verenigingen zijn het met elkaar eens dat we een geheel nieuwe berekening van de normtijden van de DBC’s en van de capaciteit aan medisch specialisten uiterst urgent vinden, iets dat de minister nu eindelijk ook actueel acht. Let wel: een nieuwe vaststelling van de normtijden op basis van de actuele situatie en geen herijking van de te oude normtijden en capaciteit.

Je zou dus denken dat wij met hoogst realistische oplossingen komen, die door de politiek met open armen ontvangen zouden worden. Niets is echter minder waar. De minster is doof gebleven voor onze argumenten en heeft de cijferknoop doorgehakt. De perceptie wordt werkelijkheid. Wellicht moeten we dan maar iemand als Hans Klok inhuren, die weet hoe je een illusie werkelijkheid kunt laten lijken en dus ook wel goede adviezen zal hebben voor het omgekeerde. ■

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

Dit is dus de perceptie, maar wat is de realiteit? Op de eerste plaats zien we de verwarring van het budget met het inkomen van de specialist. Ook de ministers werken hier volop aan mee, terwijl je van hen mag verwachten dat ze beter weten. De meeste mensen beseffen nog steeds niet dat een medisch specialist vrij beroepsbeoefenaar een ondernemer is, met alle bijbehorende lasten. De budgetten zijn dus de bedrijfsomzetten, waarop eerst alle kosten als secretariaat, verzekeringen, pensioen, beroepskosten, enz. in mindering moeten worden gebracht, waarna het reële inkomen voor belasting resteert. En als we dan naar de gemiddelde, niet in dienstverband werkende medisch specialist kijken, zien we inkomens die niet veel afwijken van de tot canon van de inkomenspolitiek verheven Balkenende-norm. Maar ja, met nuances scoor je niet zo lekker.

11


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 12

VRIJ BEROEP

12

Invoering Wet Personenvennootschappen niet vóór 1 januari 2010 Tot op heden is nog steeds niet duidelijk wanneer de nieuwe Wet Personen- vennootschappen zal worden ingevoerd. In ieder geval is zeker dat dit niet vóór 1 januari 2010 zal zijn. De Orde zal u via Ordenieuws en de website op de hoogte blijven houden van de actuele stand van zaken. Zodra de Wet Personenvennootschappen daadwerkelijk in werking is getreden gaat de maatschap automatisch over in een openbare vennootschap. U moet dan nog wel een keuze maken tussen de soort vennootschap. Er zal een overgangtermijn zijn van 6 maanden.

Soort vennootschap De Wet Personenvennootschappen kent drie soorten vennootschappen: - Openbare Vennootschap (OV) - Openbare Vennootschap met rechtspersoonlijkheid (OVR) - Stille Vennootschap (SV).

Onder een openbare vennootschap (OV) wordt verstaan: ‘De vennootschap tot het gezamenlijk uitoefenen van een beroep of bedrijf, die op een voor derden duidelijk kenbare wijze naar buiten optreedt onder een door haar als zodanig gevoerde naam’. Hier worden dus een drietal criteria genoemd, waaraan moet worden voldaan wil er sprake zijn van een openbare vennootschap, te weten: 1. het gezamenlijk uitoefenen van een beroep of bedrijf, 2. op een duidelijk kenbare wijze naar buiten toe optreden,

Ontwikkeling keten-DBC’s (COPD, diabetes, CVR, hartfalen)

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

In april 2009 heeft de NZa het visiedocument ‘functionele bekostiging vier niet complexe chronische zorgvormen’ gepresenteerd. De minister is van plan om vanaf 2010 voor COPD, diabetes, cardiovasculair risicomanagement en hartfalen functionele bekostiging in te voeren. Dit om de door de minister gewenste substitutie van dure ziekenhuiszorg naar eerstelijnszorg te bewerkstelligen. In reactie hierop heeft de Orde – in samenspraak met de betrokken wetenschappelijke verenigingen – aangegeven dat de Orde voorstander is van ketenzorg maar geen voorstander is van keten-DBC’s zoals die nu zijn geformuleerd in het visiedocument. Het visiedocument is volledig geschreven vanuit het oogpunt van de eerste lijn en het is totaal onduidelijk waar de afbakening ligt tussen de zorg geleverd in de eerste lijn en de zorg geleverd in de tweede lijn.

Daarnaast zou volgens het document de medisch specialist onderaannemer worden van de huisarts bij de genoemde zorgaandoeningen. Ook de indicatoren behorend bij deze zorgaandoeningen leken in eerste instantie gebaseerd op de standaarden vanuit de eerste lijn. Vanuit Zichtbare Zorg worden nu met spoed indicatoren ontwikkeld (voor zover deze nog niet aanwezig waren).

Geen voorstander van keten-DBC’s De Orde is dus geen voorstander van ketenDBC’s en plaatst procedureel ook haar kanttekeningen bij het traject van ministerie en NZa. Het definitieve visiedocument volgt in december 2009, maar de voorbereiding voor de beleidsregels (immers invoeringsdatum 2010) is reeds in volle gang. Tenslotte heeft de minister recentelijk aangegeven dat COPD in 2010 géén deel zal uitmaken van het B-segment. De vraag is hoe deze keuze van de minister zich verhoudt met het voornemen om keten-DBC’s te ontwikkelen. ■

3. onder een gemeenschappelijk gevoerde naam. Een openbare vennootschap kan rechtspersoonlijkheid (OVR) verwerven. Onder een stille vennootschap (SV) wordt verstaan: ‘De vennootschap, die niet openbaar is’. Er wordt niet voldaan aan alle hiervoor genoemde criteria. Een stille vennootschap kan geen rechtspersoonlijkheid verwerven. Daartoe moet eerst omzetting naar een openbare vennootschap plaatsvinden. Of uw maatschap straks een stille vennootschap of een openbare vennootschap of een openbare vennootschap met rechtspersoonlijkheid wordt hangt dus af van hoe er wordt omgegaan met bovengenoemde elementen. Sommige maatschappen profileren zich nu al op een heel duidelijke wijze naar buiten, bijvoorbeeld als ‘Chirurgenmaatschap X’, waarbij het volgende is bepaald in het maatschapscontract: ‘De maatschap treedt naar buiten onder de naam: maatschap X’. Afhankelijk van de wijze van profilering kan worden beargumenteerd dat een dergelijke maatschap zich als openbare vennootschap kwalificeert.

Advies Zodra duidelijk is wanneer de Wet Personenvennootschappen in werking zal treden, adviseren wij u tijdig te kiezen tussen de soort vennootschap, zoals hier aangegeven, en dan over te gaan tot een gewijzigde inschrijving in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel. Voor meer informatie kunt u bellen met de Infodesk, tel: (030) 28 23 666 of mail: infodesk@orde.nl ■


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 13

VRIJ BEROEP

Inschrijving in Handelsregister Declaratie op basis van van de Kamer van Koophandel DOT per 2011 vóór 31 december 2009

Het was oorspronkelijk de bedoeling, dat de periode van eerste inschrijving in het Handelsregister voor een groot deel parallel zou lopen met de overgangsperiode van de invoering van de nieuwe Wet Personenvennootschappen. Dat is nu helaas niet het geval. Dan zouden de meeste medisch specialisten vrij beroepsbeoefenaren, leden van een maatschap, immers direct hebben kunnen kiezen voor een - openbare vennootschap met rechtspersoonlijkheid (OVR) > inschrijving van de OVR òf - openbare vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid (OV) > inschrijving van de OV òf - stille vennootschap (SV) > inschrijving van iedere medisch specialist in persoon. De Orde is doende modellen met toelichtingen voor de OVR, OV en SV op te stellen. De Kamer Vrij Beroep zal, zodra er echt duidelijkheid is over de Wet Personenvennootschappen, daarover voor de leden informatiebijeenkomsten houden in de regio.

Medisch specialisten vrij beroepsbeoefenaren, die nu samenwerken in een ‘stille maatschap’ en dus niet onder een gemeenschappelijke naam naar buiten treden en handelen, moeten zich in persoon inschrijven in het Handelsregister. Voor medisch specialisten vrij beroepsbeoefenaren, die wel samenwerken onder een gemeenschappelijke naam (openbare maatschap) en zich óók als zodanig profileren geldt dat slechts één (1) inschrijving van het samenwerkingsverband (openbare maatschap) in het Handelsregister nodig is, ongeacht het aantal medisch specialisten. Wordt een maatschap nu ingeschreven, dan geeft dat een indicatie dat onder gemeenschappelijke naam naar buiten wordt getreden. Het kan natuurlijk zo zijn dat u besluit om zich nu als openbare maatschap in te schrijven en dat zich onverhoopt ná 1 januari 2010 omstandigheden voordoen als gevolg waarvan u besluit als solist verder te gaan. In dat geval moet u (opnieuw) een formulier invullen, de wijzigingen doorgeven aan de Kamer van Koophandel en zich dan als persoon inschrijven.

Advies Aangezien nu nog steeds niet bekend is of invoering van de Wet Personenvennootschappen per 1 januari 2010 daadwerkelijk zal plaatsvinden, adviseren wij u om in ieder geval vóór 31 december 2009 te voldoen aan de verplichting tot inschrijving in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel.

Verplichte inschrijving voor wie? De meeste maatschappen dan wel een of meer leden van maatschappen hebben inmiddels van de Kamer van Koophandel een brief ontvangen over de inschrijving in het Handelsregister.

Voor meer informatie kunt u bellen met de Infodesk, tel: (030) 28 23 666 of mail: infodesk@orde.nl ■

De afgelopen maanden heeft de Orde, samen met de wetenschappelijke verenigingen, gewerkt aan de verdere doorontwikkeling van DBC’s op weg naar transparantie (DOT).

Op 1 juli is er gestart met de registratie van de nieuwe zorgactiviteiten. Deze nieuwe zorgactiviteiten vormen de basis voor de registratie, validatie en declaratie van de huidige DBC’s. Daarnaast worden op basis van de nieuwe zorgactiviteiten DOT-producten afgeleid. Deze nieuwe DOT-producten worden in een testomgeving, het zogeheten DOT-lab, geanalyseerd. Op basis van de analyses moet inzicht verkregen worden in de consequenties van de overstap van het DBC-systeem naar DOT. De analyses zullen zowel medisch inhoudelijk als financieel van aard zijn.

Nieuwe registratieregels Bij DOT horen tevens nieuwe registratieregels. Deze registratieregels zijn in concept opgeleverd en voorgelegd aan de wetenschappelijke verenigingen. Een onderdeel van de nieuwe registratieregels is de zogeheten diagnose combinatietabel. Op deze lijst is door de wetenschappelijke verenigingen aangegeven welke diagnoses parallel mogen voorkomen. Deze lijst zal ingebouwd worden in de diverse ICT-modules van de ziekenhuizen. Doordat deze lijst met de zorgverzekeraars is afgestemd, worden in de toekomst discussies zoals recentelijk over de COPE-controles vermeden. De impact van de registratieregels wordt eveneens geanalyseerd in het DOT-lab. Mocht daar aanleiding toe zijn dan kunnen de registratieregels nog worden bijgesteld.

Grouper De uitgevoerde activiteiten en verrichtingen worden – binnen het DOT-systeem – aangeleverd aan een zogeheten grouper. Deze grouper (die zich buiten de ziekenhuismuren bevindt) leidt het zorgproduct af en stuurt het product retour naar de zorgaanbieders. De zorgaanbieder kan het afgeleide product vervolgens declareren. Per juli 2009 worden ook de eerste (technische) testen gedaan tussen ziekenhuis en grouper.

Herallocatie normtijden Voor het najaar van 2009 staat in het kader van DOT de herallocatie normtijden op het programma. In de zomerperiode krijgen de wetenschappelijke verenigingen ter voorbereiding een documentatieset. In de documentatieset bevinden zich bijvoorbeeld de specialismeoverstijgende producten en de zogenoemde ‘expertproducten’. In september 2009 wordt via een kick-off-bijeenkomst nadere uitleg gegeven over de herallocatie. De wetenschappelijke verenigingen worden via de reguliere kanalen (mailings, bijeenkomsten) nader geïnformeerd. ■

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

De nieuwe Handelsregisterwet is per 1 juli 2008 in werking getreden. Vóór 31 december 2009 moet iedere medisch specialist vrij beroepsbeoefenaar of ieder samenwerkingsverband van medisch specialisten vrij beroepsbeoefenaren zijn ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel in de regio van vestiging.

13


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 14

DIENSTVERBAND

14

Werkgroep Medische Staf (v.l.n.r.): Ruud Schmidt, Henk Hanegraaf, Marcel Vonk, Katie Dermout, Henk Kruithof, Evelyn van Bussel, Adriaan Taselaar, Peter Vermeulen. (Guido Wetzer, Jacques van Hoof, Frank Hertenberg, Loek Geominy en Remy Roest ontbreken)

Oprichting Vereniging Medische Staf GGZ Oost Brabant Op dinsdag 23 juni 2009 hebben de medisch specialisten binnen GGZ Oost Brabant (GGZ OB) formeel ingestemd met de oprichting van een medische staf. Vanuit de verschillende locaties van de GGZ-instelling heeft een werkgroep van tien leden hier bijna 2 jaar aan gewerkt.

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

gaan uitwerken voor het opzetten De medisch specialisten van GGZ van een vereniging medische staf. OB willen meer sturingsmogelijkMet de vereniging zijn de medische heden en verantwoordelijkheid bij professionals (arthet scheppen en onderhouden van ‘Als medische staf, samen sen) georganiseerd en kunnen zij de randvoorwaarmet de raad van bestuur overleggen met de den voor het priwerken aan de kwaliteit van raad van bestuur maire proces en onze psychiatrische zorg’ over bevordering de keuzes van van kwalitatief GGZ OB. In oktogoede medisch-specialistische zorg ber 2008 was door de medisch specien de functionele belangen van de alisten van GGZ OB al besloten dat de werkgroep de reglementen mocht leden behartigen. De verwachting is

Bij GGZ Oost Brabant willen medisch specialisten invloed op het beleid, een duidelijkere stem en ‘IN THE LEAD’ zijn.

dat op deze wijze de medische professionals plezieriger, professioneler en meer betrokken kunnen werken binnen GGZ Oost Brabant, waardoor ook de patiënt en de organisatie er beter van worden.

Reglementen In de door de medische staf goedgekeurde reglementen staan de bevoegdheden, taken, activiteiten en verplichtingen van de medische staf omschreven, waardoor onder meer het gezamenlijk met de raad van bestuur optreden richting zorgverzekeraars mogelijk is. Belangrijk is dat alle medisch specialisten en andere op min of meer rechtstreekse wijze bij de medische hulpverlening betrokken medici lid zijn van de medische staf en gebonden kunnen worden door besluiten van de medische staf (voor zover dat hun arbeidsvoorwaarden niet raakt). Ook zijn de leden gehouden contributie te betalen, waar de leden overigens zelf over kunnen stemmen. De medische staf in oprichting heeft zich door de Orde laten ondersteunen in de opzet naar de medische staf. ■


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 15

DIENSTVERBAND

Doorvertaling CAO Z Akkoord plan 2009-2011 naar AMS van aanpak werktijden aios met NVZ Op 18 juni jl. hebben de werknemersorganisaties en de NVZ vereniging van ziekenhuizen definitief de nieuwe CAO Ziekenhuizen 2009-2011 vastgesteld. Inmiddels is begin juli tussen de Orde van Medisch Specialisten, de LAD en de NVZ een principeakkoord doorvertaling CAO Ziekenhuizen naar de Arbeidsvoorwaardenregeling medisch specialisten in dienstverband (AMS) ondertekend. Dit betekent voor de AMS:

15

Op een zakelijke en constructieve wijze heeft overleg plaatsgevonden tussen NVZ en werknemersorganisaties, waaronder De Jonge Orde, over een plan van aanpak in het kader van de vermindering van de arbeidsduur van aios.

Salaris • Verhoging per 1 juli 2009 met 1% • Verhoging per 1 juli 2010 met 1%

Doorvertaling eindejaaruitkering naar salarisschaal • Verhoging per 1 januari 2010 met 1,4% • Verhoging per 1 januari 2011 met 0,5%

Op 8 juli 2009 bereikten de onderhandelingspartijen een akkoord. Daarmee wordt de gemiddelde arbeidsduur van aios in algemene ziekenhuizen op 1 augustus 2009 verlaagd van 56 naar 52 uur. Op 1 augustus 2011 wordt dit verder verlaagd naar 48 uur.

Nieuwe wetgeving per 1 augustus 2011 • Per 1 september 2009 wordt een eenmalige uitkering gegeven van 0,3% van 12 maal het in augustus 2009 geldende maandsalaris. • Per 1 december 2009 wordt een eenmalige uitkering gegeven van 1% van 12 maal het op 1 december geldende maandsalaris. Deze uitkering is een compensatie voor de CAO-afspraak om de eindejaaruitkering in 2009 te verhogen en wordt in 2010 structureel in de salarisschaal verwerkt.

Pensioenpremie Met ingang van 1 juli 2009 wordt de verdeling pensioenpremie gewijzigd in 50% werkgever en 50% werknemer (was 48% werkgever en 52% werknemer).

Levensloopregeling Per 1 januari 2010 vervalt de werkgeversbijdrage van 0,5% in de levensloopregeling.

Levensfasebeleid De discussie over levensfasebeleid in de CAO was langdurig en uiterst gecompliceerd. AMS-partijen hebben afgesproken om voor de doorvertaling van deze CAO-afspraken meer tijd te nemen. Op dit moment is het niet duidelijk of doorvertaling wel is gewenst, dan wel of bestaande afspraken rondom het ouderenbeleid in de AMS zouden moeten worden gecontinueerd. De achterban van de Orde kan zich tot en met maandag 10 augustus 2009 over het principe-akkoord doorvertaling CAO Z 2009-2011 naar AMS uitspreken. Het volledige principe-akkoord doorvertaling CAO Z 20092011 naar AMS staat op www.orde.nl. ■

In tegenstelling tot de NFU is met de NVZ geen discussie gevoerd over de inactieve uren en de betaling daarvan (zie pag. 16). Dit omdat de bestaande arbeidstijd, gemiddeld 48 uur, voldoet aan de nieuwe wetgeving per 1 augustus 2011.

Aantal aanvullende afspraken Ten opzichte van de NFU-afspraken is met de NVZ een aantal aanvullende afspraken gemaakt. Deze hebben betrekking op: - Pilots om ervaring op te doen met de Working Time Evaluator. Dit instrument wordt nu al door De Jonge Orde gratis aan leden ter beschikking gesteld om roosters te controleren. - Knelpunteninventarisatie die voor 1 augustus 2010 moet zijn afgerond. - Afspraak dat uren tussen de 48 en 52 uur alleen inactieve uren mogen zijn. - Om te voorkomen dat parttimers extra op aanwezigheidsdiensten worden ingezet, wordt hun inzet gelimiteerd op basis van het percentage dienstverband. Op basis van deze afspraken heeft De Unie Zorg en Welzijn, waarbij De Jonge Orde is aangesloten, haar goedkeuring gegeven aan deze afspraken. ■

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

Eenmalige uitkeringen


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 16

DE JONGE ORDE P L A N VA N A A N PA K U I T E I N D E L I J K T O T S TA N D G E K O M E N

16

Soap dreigde rondom arbeidstijden aios In 2006 was duidelijk dat op 1 augustus 2011 de arbeidstijd voor aios wettelijk gesteld zou worden op 48 uur per week, inclusief slaapuren. Dit als gevolg van Europese wetgeving en daarop aansluitende uitspraken van het Europees Hof. Tussen 2006 en 2011 is een overgangsmaatregel mogelijk. Binnen die overgangsmaatregel is bepaald dat de lidstaten voor 1 augustus 2009 een aanvraag bij Brussel moeten indienen om gebruik te mogen blijven maken van die overgangsmaatregel. Wordt die aanvraag niet ingediend dan wordt de werkweek per 1 augustus 2009 automatisch bepaald op 48 uur. Wordt de aanvraag wel ingediend en gehonoreerd dan mag de werkweek tot 1 augustus 2011 52 uur per week bedragen, inclusief slaapuren.

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

In december 2008 dienden NVZ en NFU gezamenlijk bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een aanvraag in. Dit zonder daarover de sociale partners, waaronder De Jonge Orde, te informeren. Het ministerie van SZW bleek echter niet bereid die aanvraag direct in positieve zin te beantwoorden. De Nederlandse Federatie van UMC’s (NFU) en de NVZ vereniging van ziekenhuizen (NVZ) kregen als reactie dat zij met sociale partners een deugdelijk plan van aanpak dienden te maken om de werkweek

van 48 uur, inclusief de zogenaamde slaapuren, met ingang van 1 augustus 2011 te realiseren. Mocht dit deugdelijk plan er niet komen of mocht daarover geen overeenstemming bestaan, dan zou de minister van SZW de aanvraag van NVZ en NFU niet ondersteunen. Dan zou per 1 augustus 2009 de gemiddeld 48urige werkweek voor aios een feit zijn.

Teleurstellend overleg met NFU Begin juni 2009 heeft hierover een eerste overleg plaatsgevonden met de NFU. Een uitermate teleurstellend overleg. De door de NFU voorgelegde concept notitie zat vol met vage aannames, zaken die nog onderzocht moesten worden en ging niet verder dan inspanningverplichtingen. Er was geen deugdelijk plan zoals door de minister van SZW was aangegeven. Op deze concept notitie zijn amendementen aangebracht voor nader overleg met de NFU. De relevante amendementen werden door de NFU van tafel geveegd als volstrekt onrealistisch. De NFU was alleen maar bereid om enkele technische wijzigingen in de concept notitie te aanvaarden. De NFU wenste op geen enkele wijze inhoudelijk overleg te voeren over de amendementen en stelde vast dat het overleg daarmee was beëindigd.

Verbazing Groot was dan ook de verbazing toen uit een brief van de NFU aan de minister van SZW bleek, dat niet de

NFU maar de centrales het overleg zouden hebben beëindigd. Ondanks allerlei gekissebis tussen de partijen heeft op 2 juni 2009 een gesprek plaatsgevonden om te bezien of het alsnog mogelijk was tot een akkoord te komen. Struikelpunt bleef echter de wijze waarop straks de 48-urige werkweek gestalte dient te krijgen. Ongeacht wat de centrales indienden, de NFU bleef alles afwijzen. Door de centrales werd voorgesteld om in 2011 de werktijden van aios in de UMC’s gelijk te trekken met die van de algemene ziekenhuizen. Daar had de NFU uiteraard oren naar, echter het mocht absoluut niets extra’s kosten. Met andere woorden de aios zouden op grond van de cao een werkweek van 46 uur behouden en de gewerkte uren tussen 46 en 48 zouden voor rekening van de aios blijven. Als de centrales niet akkoord zouden gaan met de voorstellen van de NFU, dan zou de NFU vanaf 2011 de zogenaamde opt-out regeling, die nu is uitgesloten in de cao, gaan toepassen. Daarbij is het mogelijk om individuele aios een contract aan te bieden van gemiddeld 60 uur per week, waarbij het zelfs mogelijk is om binnen dat gemiddelde een werkweek van 78 uur te realiseren.

Akkoord met tegenzin De druk op de onderhandelaars voor aios werd vergroot toen bleek dat de NFU twee centrales, die niet bij de onderhandelingen waren betrokken omdat zij geen aios vertegenwoordigen, bereid vond om de door de NFU aangeboden overeenkomst wel te tekenen. Na intensief overleg met de centrale Abvakabo en druk op de NFU, bleek het uiteindelijk mogelijk een tekst op te nemen die De Jonge Orde perspectief biedt om in de komende cao-onderhandelingen afspraken te maken over een 48-urige werkweek voor aios met de daarbij behorende betaling, dan wel over een honorering voor de zogenaamde inactieve uren. Met tegenzin, zeker gelet op het door de NFU gevoerde proces, heeft het bestuur van De Jonge Orde vastgesteld met dit akkoord te kunnen leven. ■


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 17

DE JONGE ORDE

Folder Opleidingsfonds voor aios

17

Bij het AIOS Meldpunt! van De Jonge Orde komen veel vragen binnen over het Opleidingsfonds. De Jonge Orde heeft daarom hierover een folder gemaakt. • Wat is het Opleidingsfonds? • Waarom is het Opleidingsfonds gekomen? • Wat is er veranderd door de komst van het Opleidingsfonds? • Wat zijn de problemen rondom het Opleidingsfonds? • Welke kansen zijn er voor aios met de komst van het Opleidingsfonds ontstaan? • Wat is de invloed van aios op toekomstige ontwikkelingen?

Aios kunnen de folder downloaden op www.dejongeorde.nl. Het kan natuurlijk voorkomen dat deze brochure geen antwoord geeft op jouw vraag. Als je lid bent van De Jonge Orde kun je jouw specifieke vraag voorleggen aan het AIOS Meldpunt!, onder telefoonnummer (030) 28 23 652 of via dejongeorde@orde.nl. ■

Al deze vragen worden in deze folder beantwoord.

Meld je aan op www.dejongeorde.nl

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

LANDELIJKE AIOSDAG VOOR AANKOMEND MEDISC H SPEC IALISTEN DOMUS MEDICA, UTRECHT ZATERDAG 14 NOVEMBER 2009


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 18

KWALITEIT Sinds april loopt de KNMG-campagne ‘Artsen van Nu’ met als doel artsen bewuster te maken van hun professionele verantwoordelijkheden. Simpel gezegd: de eed van Hippocrates in een modern jasje. Vijf thema’s staan centraal in deze campagne: DESKUNDIG - VERANTWOORDELIJK - BETROUWBAAR - TRANSPARANT - TOETSBAAR In dit deel van Ordenieuws laten we u een aantal projecten zien, die aangeven dat er door medisch specialisten continu hard wordt gewerkt aan het verbeteren van de medische professionaliteit. www.artsenvannu.nl

18

WERKEN AAN MEDISCHE PROFESSIONALITEIT DESKUNDIG Artsen van Nu zijn deskundig Artsen zijn medisch deskundig, werken veilig en leveren in het belang van de patiënt de beste kwaliteit van zorg. Artsen gebruiken al hun kennis, vaardigheden en beoordelingsvermogen om de gezondheid van hun patiënten te beschermen en te herstellen. Artsen komen in overleg met de patiënt tot een juiste belangenafweging.

E-learning maakt nascholing laagdrempeliger Zorgprocessen worden steeds complexer en daarbij ook steeds vaker multidisciplinair. Een makkelijke toegang tot (steeds veranderende) en multidisciplinaire richtlijnen wordt daarbij steeds belangrijker.

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

E-learning krijgt hierbij, als hulpmiddel bij het up-to-date houden van de medisch specialistische kennis, steeds meer aandacht. Terecht, want medisch specialisten actualiseren hun kennis op een moment dat het hen uitkomt. Dit komt ten goede aan de implementatie van richtlijnen en daarmee ook ten goede aan de doelen waarvoor richtlijnen worden gemaakt: het verbeteren van kwaliteit en doelmatigheid, de inter-doktervariatie terugdringen door evidence-based te werken en het transparanter maken van handelen. Twee voorbeeldprojecten uit het veld: • De Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) wil de kinderartsen ondersteunen bij het implementeren van een patiëntveiligheid managementsysteem (PVMS) in de dagelijkse kinderpraktijk. In 2006 werd reeds een gevalideerde complicatieregistratie ontwikkeld. Nu zullen de elementen vrijwillig incidentmelden, analyse methode (PRISMA,

SIRE en HFMEA), protocollair werken en teamresource management worden ontwikkeld in de vorm van een e-learning module patiëntveiligheid. Hiermee wordt de aanwezige kennis over patiëntveiligheid voor iedereen makkelijk bereikbaar en kunnen de elementen van het PVMS worden geïmplementeerd op de eigen afdeling. • De Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA), de Nederlandse Vereniging voor Neurologie (NVN) en de Nederlandse Orthopaedische Vereniging (NOV) werken gezamenlijk aan een digitaal Richtlijn Educatie Programma (REP). Dit programma kan in principe gekoppeld worden aan elke richtlijn. Deze ‘richtlijntoets’ zet medisch specialisten periodiek aan kennis te nemen van de inhoud van een richtlijn door de deelnemer systematisch en artsvriendelijk de inhoud van de richtlijn te laten doorlopen. Onjuiste beantwoording leidt tot aanbieding van de relevante juiste onderbouwende tekst. Een ‘richtlijntoets’ kan een aantal accreditatiepunten opleveren en legt daarmee expliciet een koppeling tussen de ontwikkeling van richtlijnen en geaccrediteerde nascholing.

Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten

Deze kwaliteitsprojecten worden gefinancierd door de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten.

E-learningmodules VMS veiligheidsprogramma Het VMS veiligheidsprogramma heeft als doel de patiëntveiligheid in de ziekenhuizen te verbeteren door de vermijdbare onbedoelde schade met 50% te reduceren. Met tien inhoudelijke thema’s en bijbehorende conferenties en ondersteunend materiaal worden deelnemende ziekenhuizen voorzien van concrete handvatten om toe te passen in de praktijk. Het VMS veiligheidsprogramma heeft vier e-learningmodules patiënveiligheid ontwikkeld voor iedereen die met patiëntveiligheid aan de slag gaat (medisch specialisten, leidinggevenden, verpleegkundigen en kwaliteitsfunctionarissen). 1 Introductie Patiëntveiligheid: Wat houdt het begrip ‘Patiëntveiligheid’ precies in? 2 PRISMA: Hoe analyseert u systematisch incidenten die op afdelingen gemeld worden? Wat zijn de basisoorzaken en hoe benoemt u geschikte verbeteracties? 3 Prospectieve Risico-inventarisatie: Dit is een onderdeel van een veiligheidsmanagementsysteem (VMS). Hoe analyseert u processen in een multidisciplinair team? Hoe neemt u risico’s weg ter bevordering van patiëntveiligheid? 4 Continu Verbeteren: Hoe kunt u systematisch verbeteren? Deze module kan worden gezien als een vervolg op PRISMA en de prospectieve risicoinventarisatie. Maar kan ook als afzonderlijke module gedaan worden. Meer informatie: www.vmszorg.nl


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 19

KWALITEIT TRANSPARANT Artsen van Nu zijn transparant Artsen maken hun prestaties en kwaliteit expliciet. Het is voor artsen vanzelfsprekend dat zij laten zien hoe zij zorginhoudelijk handelen ten opzichte van de professionele standaard en ten opzichte van collega’s. Artsen maken de kwaliteit van zorg zichtbaar en vergelijkbaar. Het systematisch bewaken en verbeteren van de kwaliteit van zorg zijn onderdelen van de werkzaamheden. Artsen nemen daar verantwoordelijkheid voor en geven er gestalte aan.

gewijs geïnterviewd om ideeën te inventariseren waarmee het visitatiemodel aangescherpt en verbeterd kan worden. Dat gaat zowel om verenigingen die werken met het vernieuwde model (2005) als verenigingen die met het oorspronkelijke model of met tussenvormen werken. Op basis van deze resultaten zal de commissie een advies formuleren aan de Raad. De visitatiecommissie bestaat uit leden namens negen wetenschappelijke verenigingen: de NVVH, NVKNO, NOG, NVALT, NVVC, NVVP, NVvP, NVVR en NVA .

van verantwoorde zorg. De belangrijkste bevindingen waren dat het vastleggen en overdragen van informatie meer gestandaardiseerd plaats zou moeten vinden en dat communicatie en samenwerking onvoldoende gestructureerd is. Hierna heeft de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie samen met de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde, de NVZ vereniging van ziekenhuizen, en de Orde het initiatief genomen tot de ontwikkeling van een multidisciplinaire richtlijn betreffende dit pre-operatieve proces. Deze richtlijn wordt binnenkort definitief.

19

Peroperatieve traject

Het ter beschikking stellen van (delen van) het visitatierapport aan derden is sinds enige tijd onderwerp van discussie in de Raad voor Wetenschap Opleiding en Kwaliteit van de Orde.

In de Raad zijn alle wetenschappelijke verenigingen vertegenwoordigd. Recent heeft de Raad besloten tot het instellen van een visitatiecommissie, die als taakopdracht heeft gekregen om voor 1 september a.s. aan de Raad te adviseren over de volgende onderwerpen: • ‘Openbaarheid’ van conclusies en aanbevelingen van kwaliteitsvisitaties Moeten delen van het visitatierapport ter beschikking gesteld worden aan derden? • Uniformering van conclusies en aanbevelingen In hoeverre kunnen we meer uniformering brengen in de gradaties van adviezen die er gehanteerd worden door de verschillende verenigingen. • Uniformering van het judicium Welke consequenties hebben de verschillende ‘soorten’ adviezen? • Combineren van kwaliteitsvisitatie en NIAZ-accreditatie In 2008 is er een pilot geweest in het Bronovo ziekenhuis in Den Haag waarbij de visitaties van de NVOG, NOV en NIV zijn gecombineerd met de NIAZ accreditatie. Deze pilot wordt geëvalueerd met de betrokken specialismen, waarna een advies volgt over eventuele vervolgactiviteiten. • Actualisatie van het visitatiemodel Alle verenigingen worden hierbij groeps-

Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten

Deze kwaliteitsprojecten worden gefinancierd door de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten.

VERANTWOORDELIJK Artsen van Nu zijn verantwoordelijk Artsen van nu zijn verantwoordelijk voor de zorg die patiënten wordt geboden. Daarom moet duidelijk zijn wie, wanneer, waarvoor verantwoordelijk is. Dit vergt een actieve houding als het gaat om continuïteit van samenwerken, afstemmen, informatie uitwisselen en communiceren. Artsen delen en verdelen verantwoordelijkheden en tonen medisch leiderschap. Artsen werken goed samen met andere zorgprofessionals.

Veiligheid voorop in het operatief traject

Een jaar later verscheen het tweede deel van het TOP-rapport over het peroperatieve gedeelte van het traject. De conclusies waren vergelijkbaar met het eerste rapport (communicatie, samenwerking, overdracht). Op initiatief van de NVA werd gestart met de ontwikkeling van de vervolgrichtlijn: het Peroperatieve Traject. Deze richtlijn borduurt voort op de preoperatieve (veiligheid, overdracht, verantwoordelijkheden), maar besteedt daarnaast expliciet aandacht aan het veilig gebruik van apparatuur en aan infectiepreventie en luchtbeheersing. Deze richtlijnontwikkeling wordt mede ondersteund door de afdeling Ondersteuning Professionele Kwaliteit van de Orde. Beide richtlijnen definiëren in de loop van het operatief proces ‘stopmomenten’, waarop gecontroleerd wordt of de patiënt veilig verder kan in het traject. Ook beschrijven de richtlijnen hoe de informatiestroom moet lopen en waar de eindverantwoordelijkheden liggen.

Implementatie Naar aanleiding van het verschijnen van deelrapporten van het onderzoek Toezicht Operatief Proces (TOP) van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) ging het veld aan de slag met specifieke richtlijnen voor het operatief traject. In deze richtlijnen ligt de nadruk niet op inhoudelijke details, maar juist op de veiligheid van het proces, de overdrachtsmomenten en de verantwoordelijkheden. In 2007 verscheen het eerste IGZ-deelrapport over het pre-operatieve traject, toegespitst op communicatie en overdracht, belangrijke voorwaarden voor het verlenen

Het succes van een richtlijn staat of valt met de implementatie. Binnen het traject worden indicatoren ontwikkeld waarmee gemonitord kan worden of er volgens de richtlijn gewerkt wordt en wat het effect daarvan is. Na de zomervakantie wordt in een klein aantal ziekenhuizen door middel van een praktijktest getoetst of deze indicatoren werkbaar zijn. Op basis hiervan wordt een ‘nalevingsplan’ opgesteld, dat concrete adviezen en handvatten biedt voor implementatie. ■

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

Gedeeltelijk openbaar maken visitatierapport


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 20

KNMG

20

Regiobijeenkomsten Meldcode Kindermishandeling groot succes ‘De KNMG en haar federatiepartners komen naar u toe’. Met deze slogan gaf de KNMG begin 2009 de aftrap voor haar regionale nascholingsbijeenkomsten over de vernieuwde Meldcode Kindermishandeling. In totaal werden acht bijeenkomsten georganiseerd die door ruim 1000 artsen werden bezocht. Samen Het was de eerste keer dat ‘KNMG landelijk’ in samenwerking met de Orde, LHV, LAD en de KNMGdistricten nascholingsbijeenkomsten organiseerde. De avonden werden ingeleid door een jurist, een kinderarts of huisarts met kindermishandeling als aandachtsgebied en een vertrouwensarts of maatschappelijk werker van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK). Daarna was er ruim tijd voor vragen en discussie, onder leiding van de voorzitter van de KNMG of van één van de federatiepartners.

Belang van regie De discussie verliep tijdens iedere bijeenkomst anders. Toch waren er een paar gemeenschappelijke

thema’s. Zo werd steevast gewezen op het belang van regie bij de aanpak van kindermishandeling. In de vele beleidsinitiatieven van de kant van de overheid op het gebied van kindermishandeling dreigt met name de zo belangrijke regie op casusnivo tussen wal en schip te raken. Ook waren er veel vragen over de plannen van minister Rouvoet voor een wettelijk verplichte Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Aandachtspunt daarbij is dat huiselijk geweld en kindermishandeling niet volledig overlappen. Uiteraard wel als kinderen (direct of indirect als getuige) het slachtoffer zijn van huiselijk geweld, maar niet als het om huiselijk geweld gaat tussen uitsluitend volwassenen. Als het slachtoffer dan weloverwogen toestemming weigert voor het doen van een melding, is een terughoudender aanpak gewenst dan wanneer huiselijk geweld kinderen treft.

Ordenieuws • juli 2009 • nummer 3

Diversiteit deelnemers De opzet bleek een succesformule: de nascholingsbijeenkomsten werden uitstekend bezocht en de diversiteit was groot. Er waren kinderartsen, jeugdartsen, huisartsen, psychiaters, artsen spoedeisende hulp, gynaecologen, forensisch artsen, aios en geneeskundestudenten. Ook was er iedere avond wel een zogenaamde RAAK-coördinator aanwezig: functionarissen die de regionale aanpak kindermishandeling moeten gaan coördineren.

Evaluatie Uit de evaluatie blijkt dat artsen vooral behoefte hebben aan uitdieping van de juridische aspecten, bespreking van casuïstiek en prak-

tische tips voor het signaleren en herkennen van kindermishandeling en het bespreekbaar maken met de ouders. Het format van de avonden sloot daar goed op aan, maar verdere deskundigheidsbevordering is nodig. De KNMG zal blijven stimuleren dat in de (vervolg)opleidingen en in de bij- en nascholing van artsen meer aandacht wordt besteed aan het thema kindermishandeling.

E-learning Geconcludeerd mag worden dat de regionale nascholingsbijeenkomsten een goede bijdrage hebben geleverd aan de implementatie van de Meldcode Kindermishandeling in de praktijk. Een andere implementatieactiviteit betreft de E-learning Meldcode Kindermishandeling: een geaccrediteerde online nascholingsmodule die met steun van het ministerie van VWS door KNMG en Medisch Contact samen kon worden ontwikkeld. De E-learning bestaat uit twee films: een over het toepassen van de Meldcode in de huisartsenzorg en een over de toepassing in de volwassenenpsychiatrie. De films zijn voorzien van toetsvragen en antwoorden en van een online dossier over kindermishandeling. De E-learning is gratis te volgen op www.medischcontact.tv. Inmiddels hebben ruim 750 artsen de E-learning gedaan.

Palliatieve sedatie Als vervolg op deze bijeenkomsten en voor de Campagne ‘Artsen van NU’ trekt de KNMG dit najaar het land in met de vernieuwde richtlijn palliatieve sedatie. ■


5591_Ordenieuws_3_corr:Ordenieuws

23-07-2009

12:15

Pagina 21

LEDENSERVICE W O E N S D A G 7 O K TO B E R 2 0 0 9

Rode Hoed symposium ‘Medisch Specialistische Zorg 2010’ De stelselherziening met gefaseerde overgang van budgettering naar prestatiebekostiging vraagt van ziekenhuizen een ondernemende instelling. Zekerheden uit het verleden bestaan niet meer en in de complexe overgangsfase is sprake van twee financieringsystemen naast elkaar. Meer dan voorheen moet worden gewerkt met risico’s en dat is merkbaar. Een toenemend aantal ziekenhuizen blijkt in deze systematiek niet langer bestuurbaar vanuit het oude (veelal stichting) model en nieuwe eigenaren (private investeerders en coöperaties) dienen zich aan. Aan de hand van casuïstiek en analyses zal tijdens het Rode Hoed symposium dit jaar aandacht besteed worden aan deze nieuwe ontwikkelingen met name ook aan de implicaties voor de kwaliteit van de medischspecialistische zorg. Sprekers zullen o.a. zijn dr. A. Klink, mr. R.H.L.M. van Boxtel van Zorgverzekeraars Nederland, prof. dr. G. van der Wal, Inspecteur Generaal Gezondheidszorg, W.G.J.M. van der Ham, voorzitter van de Orde. Leden van de Orde en/of VvAA betalen tot 1 september: 595 euro, vanaf 1 september: 645 euro. Kijk voor meer informatie op www.mediforum.nl

21

Goed functioneren: wat doet u eraan? Steeds vaker verschijnen er in de media berichten over problemen binnen ziekenhuizen, praktijken en andere zorginstellingen. Artsen die hun verantwoordelijkheid ontlopen, artsen die disfunctioneren, artsen die elkaar niet op fouten aanspreken, artsen die zich niet open en toetsbaar opstellen… met alle gevolgen van dien. Verschillende instanties ontplooien activiteiten om de kwaliteit van de zorg te verbeteren, het vertrouwen van patiënten te winnen en de veiligheid van patiënten te bewaken of te bevorderen. Zo lanceerde de Orde haar modelreglement ‘mogelijk disfunctionerend medisch specialist’ en startte de KNMG de campagne ‘Artsen van Nu’. Wat kunt u eraan doen? Het samenspel van het medisch inhoudelijk handelen, de houding van de medisch specialist én de organisatie van de beroepsuitoefening bepalen de professionele kwaliteit. Aspecten van de kwaliteit van de beroepsuitoefening hebben betrekking op: • het product, ook wel het medischtechnisch handelen Is het handelen doeltreffend, deskundig, efficiënt, veilig en zorgvuldig? • het proces, ook wel de houding van de medicus Is de houding vriendelijk, respectvol, vertrouwensvol, coöperatief en bereidwillig qua informatieverstrekking en verantwoordelijkheid? • de voorwaarden, ook wel de organisatie Is continuïteit en beschikbaarheid door de organisatie gewaarborgd? Biedt deze integrale zorg? De Orde is al een aantal jaar bezig om de evaluatiegesprekken op vrijwillige basis in te voeren met als doel dit verplicht te maken per 2012. Ongeveer de helft van de medisch specialisten voert momenteel al dit soort gesprekken. Doet u dat ook? Het voeren van evaluatiegesprekken is niet altijd gemakkelijk. Emoties spelen vaak een grote rol. Ga deze uitdaging niet uit de weg, want in deze gesprekken staat verbetering centraal.

Leidinggevende en medewerker bespreken samen de huidige werksituatie om knelpunten op te sporen. Voor de geconstateerde problemen bedenken ze samen oplossingen. Dit met als doel het functioneren van de werknemer te verbeteren, maar ook de onderlinge samenwerking in de toekomst beter te laten verlopen. Het is een gelijkwaardig gesprek waarbij sprake is van tweerichtingsverkeer. Toch kan het voorkomen dat u niet slaagt in gelijkwaardigheid of tweerichtingsverkeer. U kunt bijvoorbeeld overkomen als een ‘direct’ persoon of u kunt anderen duidelijk zeggen wat u denkt van de situatie. U merkt dat u dan niet iedereen meekrijgt en dat uw gedrag soms weerstand oproept. Hoe kunt u dat veranderen? Daarvoor bestaan diverse trainingen. Bent u bij Movir verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid, dan is het goed om te weten dat u ook contact op kunt nemen met ICAS. De counselors en coaches van ICAS brengen u graag dichter bij antwoorden op vraagstukken. Ook kunnen zij u helpen bij het benutten van ongebruikte mogelijkheden en het verder ontwikkelen van vaardigheden. Zij kunnen u telefonisch of online kosteloos begeleiden bij het vinden van een aanpak die voor u werkt.

www.movir.nl


ASKLEPIOS SEARCH

Intermediair voor medisch specialisten Persoonlijk en betrokken T 070-3520237 E brun@asklepiossearch.nl W www.asklepiossearch.nl

1_1_stA4_zw_A.indd 1

1000-20-9000-3154 OvMS Ordenieuws 2009/#3

Kleur: FullColor

30-06-2009 13:34:36


Retourprovisie is voor ons vanzelfsprekend! Arbeidsongeschiktheidsverzekering AOV Aan iedere AOV relatie geven wij onze verdiensten op deze verzekering, die oplopen tot 20% van elke premie, retour. Dit onder inhouding van €250,- per jaar. Dat is van toepassing op een nieuw te sluiten AOV, maar geldt evenzeer als u uw huidige AOV via ons laat administreren. Het is de meest gunstige regeling die er is.

Overlijdensrisicoverzekering ORV Premies voor risicoverzekeringen zijn de afgelopen periode enorm gedaald. Daarnaast adviseren wij uitsluitend producten zonder verborgen beloningen, en rekenen eenmalig een bescheiden bedrag van €495,- voor het tot stand brengen van een verzekering. Dat is heel goed nieuws als u nu een risicoverzekering wilt afsluiten, maar het is in heel veel gevallen voor mensen met een bestaande risicoverzekering tevens een heel mooie gelegenheid om te besparen. Onderneem zelf actie, uw maatschappij doet dat niet voor u.

Hypotheken tegen vaste vergoeding of op uurbasis Voor het afsluiten van een hypotheek bent u nooit meer kwijt dan €2.500,- in het full service concept. Dat wil betekenen dat u veel bespaart bij hypotheken van €250.000,- of meer. Geeft u de voorkeur aan doe-het-zelven op hypotheekgebied? Dan kunnen we u begeleiden tegen een vast tarief per uur, en u behoeden tegen alle gevaren die er op de loer liggen.

Koestraat 1 - 8051 GT Hattem - Telefoon (038) 44 333 05 Kijk voor meer informatie op: www.medfind.nl

MedFind0002_Adv_210x297.indd 1 1_1_stA4_fc_A.indd 1

1000-20-9000-3139 OvMS Ordenieuws 2009/3

Kleur: fc

19-06-2009 13:30:17 13:48:03 30-06-2009


2 ORDE adv. CC Prismant mei

2009.qxp

12-5-2009

13:30

Pagina 1

Kliniek op orde? Management of Variability Program; innovatief en bewezen effectief

Een goede organisatie van de kliniek is essentieel om kwalitatief hoogstaande, patiëntgerichte en doelmatige zorg te

n n n n n n n

Meer productie Minder fouten Minder opnamestops Minder overplaatsingen Betere OK- en bedbezetting Betere doorstroom Meer evenwichtige werkdruk

Meer stabiliteit leidt niet alleen tot meer doelmatigheid en hogere productie, maar ook tot betere zorg en patiënttevredenheid.

leveren. Toch ervaren veel ziekenhuizen problemen. De kliniek ligt regelmatig vol, doorstroom vanuit de SEH stagneert en er zijn

Management of Variability Program

onbedoeld veel overplaatsingen. Het personeel is, als gevolg

Het Management of Variability Program is een bewezen

hiervan, continu bezig met 'brandjes blussen' en ervaart een

effectieve methode gericht op het reduceren van variabiliteit in

hoge werkdruk. De patiënt ondergaat dit 'lijdzaam' en uiteindelijk

patiëntprocessen. Het programma is wereldwijd in meer dan 300

is de geboden zorg niet van het gewenste niveau.

ziekenhuizen toegepast en heeft geleid tot aansprekende resultaten. Kenmerkend voor de methode is de onderliggende evidence, de focus op kennisontwikkeling en de resultaatgerichte

Wat is de oorzaak? Het Institute for Healthcare Improvement en Boston

aanpak. De integrale benadering waarbij een ziekenhuis wordt

University concluderen op basis van meer dan 10 jaar weten-

gezien als een systeem maakt de methode uniek, en voorkomt

schappelijk onderzoek dat variabiliteit, fluctuaties in vraag en

suboptimalisatie.

aanbod, dé belangrijkste oorzaak is. Als gevolg hiervan ontbreekt de grip op het patiëntenproces en is men niet in staat tot adequaat capaciteitsmanagement. Is dit inherent aan de zorg? Nee!

Wilt u meer weten? Wilt u meer weten over het programma en de mogelijkheden. Kijk dan op www.cczorgadviseurs.nl of neem contact

Praktijkstudies tonen aan dat 60% tot 70% van deze variabiliteit

op met Marcel de Jong, T 0348 - 493 000 of via e-mail:

georganiseerde variabiliteit is. Het anders organiseren van de

info@cczorgadviseurs.nl

zorg kan de stabiliteit van patiëntprocessen aanzienlijk vergroten.

CC Zorgadviseurs, partner van Prismant en Walvis ConsultingGroep.

CC Zorgadviseurs, Beneluxlaan 2c, 3446 AH Woerden, T 0348 - 493 000

Prismant, Postbus 85200, 3508 AE Utrecht, T 030 - 2345 678

E info@cczorgadviseurs.nl, www.cczorgadviseurs.nl

E prismant@prismant.nl, www.prismant.nl

Marcel de Jong, Partner Zorglogistiek bij CC Zorgadviseurs/Prismant: "Het reduceren van variabiliteit leidt tot spectaculaire resultaten op het gebied van kwaliteit, veiligheid, doelmatigheid én patiënttevredenheid."

1_1_stA4_fc_G.indd 1

1000-20-8000-8607 OvMS Ordenieuws 2009/3

Kleur: fc

30-06-2009 13:31:41


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.