4 minute read
“Wij waren superwelkom”
Cees Baan Hofman uit Stadspolders ging in oktober voor de tweede keer in 2024 met zijn vriend Cor naar Oekraïne. Ze gingen om er op persoonlijke titel hulp te geven. Hoe was dat?”
“Mijn vriend Cor uit Hellevoetsluis heeft contact met een vrouw uit het stadje Haisyn in Oekraïne. Zij is nu met pensioen. In haar werkzame leven was ze universitair docente. Het pensioen dat ze nu ontvangt is zo laag dat je daar niet van kunt leven. Vanwege de armoede moet ze bij haar zoon wonen in een kleine oude flat. Door haar verhalen kregen Cor en ik, beiden met pensioen, de wens om iets concreets voor Oekraïne te gaan doen. Het stadje Haisyn (25000 inwoners), ruim 500 km vanaf de Poolse grens is nooit gebombardeerd geweest, maar lijdt toch veel onder de gevolgen van de oorlog.”
“Zeer indrukwekkend was dat bij binnenkomst in het stadje een hele lange rij vlaggen wapperde met bij elke vlag een grote foto van iemand die omgekomen is in de oorlog. Dat zijn er nu al meer dan 1000! Elke familie heeft of kent iemand die gesneuveld is. Zichtbaar is ook dat er weinig mannen in de stad aanwezig zijn. Ook zijn er veel mensen, vooral mannen, die gewond teruggekeerd zijn en bijvoorbeeld ledematen hebben verloren. Sommigen zijn nog steeds strijdlustig, maar anderen zijn passief en depressief. Duidelijk is dat er armoede is. Er is voldoende te koop, maar de mensen hebben er geen geld voor. Familie van gesneuvelden krijgen een lage uitkering waarvan ze niet kunnen leven. Al het geld van de overheid gaat naar de oorlog. Regelmatig ging het luchtalarm af, maar niemand reageerde erop. Wij merkten ook niets. We hebben ons geen moment onveilig gevoeld.”
Wat hebben jullie gedaan? “We wilden steun bieden en bemoedigen. We hadden veel pakjes met stroopwafels bij ons die we met een kaartje met een bemoedigende Oekraïnse tekst uitdeelden. De meeste stroopwafels zijn met speciaal transport naar militairen aan het front gegaan. En ook naar gewonde militairen en naar mensen die getroffen zijn door de oorlog. Dat werd enorm gewaardeerd. Ook hadden we via familie en vrienden geld ingezameld. Mensen willen heel graag hun verhaal vertellen en willen dat die verhalen in het Westen gehoord worden. Soms konden we Engels spreken, maar heel vaak verliepen gesprekken via Google Translate. De mensen in Oekraïne voelen zich langzamerhand vergeten en in de steek gelaten door het Westen. Via de vriendin van Cor kwamen we in contact met de voorganger van een lokale kerk. Die heeft voor ons mensen geselecteerd die het meest steun nodig hebben. Sommigen hebben we een envelop met een geldbedrag gegeven. Maar voor een weduwe met drie kinderen hebben we bijvoorbeeld hout gekocht, want ze had wel een houtkachel, maar geen geld om hout te kopen. We hebben ook een aantal dieselkachels aangeschaft voor militairen aan het front. In een andere stad (Vinnitsa) hebben we een ziekenhuis met gewonde militairen bezocht. Dat was zeer aangrijpend. Je ziet daadwerkelijk hoe de oorlog mensen lichamelijk en geestelijk kapot maakt.”
Hoe verder? “Nu ik daar geweest ben laat het me niet meer los. Wat we daar gedaan hebben is maar een druppel op een gloeiende plaat, maar toch konden we een aantal mensen ondersteunen en bemoedigen. Oekraïne vangt zelf ook veel vluchtelingen op. De meesten hebben alles achtergelaten, ze hebben geen werk of inkomen en via de kerken of voedselbanken ontvangen ze wat ondersteuning. Die kerken en voedselbanken hebben ook geld nodig om te kunnen uitdelen. We willen in het voorjaar weer naar Oekraïne gaan. Iemand gaat binnenkort een website voor ons bouwen, zodat we in de komende maanden gemakkelijker en breder geld kunnen inzamelen. We willen het klein en persoonlijk houden en staan ervoor in dat 100 procent van wat we inzamelen bij mensen in Oekraïne terechtkomt die het nodig hebben. De reis en het verblijf betalen we sowieso zelf. Op het platteland hebben veel mensen een groentetuin, maar de grond moet ook bewerkt worden. Door de afwezigheid van mannen blijft het zware werk liggen. Ze hebben ons gevraagd of wij voor een freesmachine kunnen zorgen voor het zware grondwerk en ook voor een kloofmachine om hout te kloven. Ook zoeken we contact met meerdere kerken om via hen adressen te krijgen van mensen die steun hard nodig hebben.”
Wilt u contact met Cees Baan Hofman, dan kan dat via het e-mailadres van De Polderkrant: depolderkrant@gmail.com Meer info? www.steunaanoekraine.nl
Arie Kuperus