BNK quarterly (20/12/2017) - Data maken uw leven beter

Page 1

Quarterly Duo-gesprek ‘We mogen trots zijn op de nieuwe Europese GDPR-standaard’

Business Jonge bedrijven vinden nieuwe businessmodellen dankzij slimme data

PERSPECTIVES ON BANKING

Data maken uw leven beter Debat over de onbegrensde mogelijkheden van de datagedreven economie Een initiatief van BNP Paribas Fortis in samenwerking met Tijd Connect.


4 Essay ‘Europa moet grip krijgen op de pizzabodem’

6

De terminologie van data

16 Steven Van Belleghem: ‘Meer data, dubbele winst’

18 Hoe slimme data elke business transformeren

28 Öykü Isik en Jo Coutuer: ‘We mogen trots zijn op de nieuwe Europese standaard’

Colofon Een initiatief van BNP Paribas Fortis in samenwerking met Tijd Connect. Coördinatie: Alexia Mangelinckx. Lay-out: Christine Dubois, Marise De Maeyer. Foto’s: Frank Toussaint tenzij anders vermeld. VU: WalterTorfs, Warandeberg 3, 1000 Brussel.

Tijd Connect biedt bedrijven, organisaties en overheden toegang tot het netwerk van De Tijd. Om hun visie, ideeën en oplossingen te delen met de De Tijd-community. De betrokken partner is zelf verantwoordelijk voor de inhoud.

CONNECT


Debat ‘Leren omgaan met de nieuwe rijkdom’

Peter Hinssen, techondernemer en digitaal expert

B NK situering B NK is een crossmediaal contentplatform over maatschappelijk verantwoord en modern bankieren. Door te informeren wil B NK het debat en de dialoog aangaan met opmerkelijke, vernieuwende en concrete verhalen. Deze editie is gepubliceerd op 21 december 2017. www.tijd.be/bnk

Scherpgesteld

8

Ik was een van de eerste gebruikers van de MagicBands in Disneyworld: een armband waarmee je je hotelkamer opent, het park betreedt en alles tijdens je verblijf betaalt. Gemiddeld spenderen bezoekers 17 procent meer met een MagicBand. Prettig voor Disney. Maar ook voor de bezoeker: de MagicBand doet klantentevredenheid stijgen. Want je wordt gevolgd. En als je besluit naar Space Mountain te gaan, krijg je een waarschuwing: wacht even, daar is net veel volk. Disney capteert veel data. Maar geeft meteen toegevoegde waarde aan de klant. En dan wordt privacy een nondiscussie. Als je waarde creëert, als je klant een positief gevoel krijgt van data, is er geen vuiltje aan de lucht. Nieuwe digitale spelers zitten op een schat van informatie. Maar drie partijen weten wellicht nog meer over de consument: utilitybedrijven, mobiele operatoren en banken. Die laatste hebben misschien wel de meeste informatie over de consument en hoe die zijn leven en aankopen organiseert. Veel van die info zou ook bijzonder relevant zijn voor de gebruiker. Geef ik eigenlijk te veel geld uit aan mijn gsm-provider? Ben ik onderverzekerd? Kan ik beter overschakelen naar een nieuwe elektriciteitsmaatschappij? Dat weet mijn bank allemaal. Maar zegt ze me dat ook? Nee. Banken hebben te veel schrik. Ze verschuilen zich achter de ‘het mag niet’ van de regulator. Daarom moet er een nieuwe manier van denken komen over wat mag en wat niet mag. Autoriteiten die zeggen wat kan en niet kan op de financiële markten evolueren heel traag. Maar nieuwe spelers wachten niet op hun uitspraak, denk maar aan Uber. Ze buigen de regels om, worden wel eens op de vingers getikt, en doen dan rustig voort. En dan krijg je een absurde situatie: de traditionele spelers, die we als consument vertrouwen en die wél bang zijn van de regulator, zijn haast niet meer concurrentieel. Nochtans, de bank die clever omspringt met relevante info: dat wordt de winnaar van de disruptie. Daarvoor heb je vertrouwen nodig. Je moet aantonen dat je het vertrouwen van je klant waard bent. En laat ons eerlijk zijn: na de bankencrisis hebben we ons niet massaal afgewend van de banken. Ze spelen nog altijd een centrale rol. Daar kan een bank nog veel meer mee doen. Alles moet een paar niveaus hoger. Investeren in technologie, in mensen die datascience beheersen. Banken zijn aan het upskillen, dat wel, maar ze moeten nadenken over wat ze vooral willen. Willen ze als bank beter worden? Of willen ze voor de klant het verschil maken? De nieuwe Europese regelgeving GDPR hoort nog bij een defensieve strategie: hoe zorg ik dat ik niets fout doe? Maar eigenlijk moet je verder kijken. De belangrijkste vraag is: hoe blijf ik relevant? Dáár draait alles rond. GDPR is het begin van een discussie. Een eerste versie van een manier om na te denken over data. Want daar gaat het nog over welke data waar verzameld en bewaard worden. Maar GDPR gaat niet over de analyse, de algoritmes, de intelligentie en de inzichten: over wat met data gedaan wordt. Die discussie, die een pak verder gaat, moet dringend opgestart worden.


‘Europa moet grip krijgen op de pizzabodem’ Wil van der Aalst


I Data I

Na de hype rond big data, dreigt nu de Data Science Winter: een weerstand tegen data, waardoor we de voordelen niet meer gaan gebruiken. Hoe voorkomen we dat? Niet door wetgeving, denkt professor Wil van der Aalst. Maar door ‘groene data’ te stimuleren.

et het initiatief Responsible Data Science willen we geld en aandacht verzamelen voor positieve, technologische dataoplossingen. Want zoals je vervuilend verkeer niet bestrijdt door te stoppen met rijden, maar door schonere technologie - zo willen wij consumenten beschermen tegen datavervuiling. Door ‘groene data’ te promoten. Groene data slaan op vier gebieden Fairness, Accuracy, Confidentiality en Transparency of kortweg FACT.

M

Overvleugeld door de VS

© Belga

Kijk naar de huidige situatie op internet. Spotify is het enige Europese bedrijf dat data van enige waarde of omvang genereert. Google, Facebook: het zijn allemaal Amerikaanse bedrijven. Ook oosterse overheden – China op kop – zijn veel actiever om een stuk van die koek te pakken te krijgen. Maar wat doet Europa tegen de Amerikaanse dominantie? Weinig. Europa lijkt te accepteren dat het overvleugeld wordt door Amerikaanse bedrijven. Ik vergelijk datagedreven oplossingen wel eens met een pizza. En dan kun je zeggen dat Europa zich bezighoudt met de pizzatoppings: een projectje in healthcare, een ander projectje in smart, ... Maar telkens gaan we ervan uit dat de pizzabodem wel uit de VS zal komen. Gevolg? Weinig tot geen controle over de basis. In de top tien van meest geciteerde ICT-wetenschappers, een lijst die Google automatisch update, staan uitsluitend Amerikaanse onderzoekers. Amerikanen zijn niet slimmer dan Europeanen. Maar ze werken wel in een klimaat dat beter wordt ondersteund. Hier wordt te weinig en verkeerd geïnvesteerd. Bovendien zijn we een open samenleving. Zodra ergens een idee opborrelt dat significant kan worden, is het voor Amerikaanse bedrijven erg makkelijk om dat bedrijfje over te nemen. We moeten een ecosysteem creëren dat voor doorbraken kan zorgen. Denk aan Larry Page and Sergey Brin, de oprichters van Google, die promotieonderzoek op Stanford deden toen ze hun bedrijf begonnen. Daarom moeten we een onderzoekklimaat hebben, waarin goeie ideeën genoeg geld kunnen verzamelen om te groeien, en niet meteen overgenomen worden.

I5I

Overheid als beschermer Want wat is het gevaar? We worden een soort toppingeconomie. We zoeken niches op en zijn te weinig bezig met de basis. De oplossing ligt niet in slappe wetgeving. Europa wil burgers beschermen. Maar als de overheid die actieve rol van beschermer wil opnemen, moet ze vat krijgen op de pizzabodem, en niet alleen op de toppings. Alles gaat vandaag zo snel: het is onmogelijk om dingen te reguleren met een wet – ze holt voortdurend achter de feiten aan. Je moet, net zoals in het verkeer, niet de mobiliteit tegenhouden, wel de vervuiling. In de wet is die scheiding niet altijd duidelijk. Ze doet niet nadenken over positieve technologische oplossingen. Beleidsmakers weten onvoldoende wat de mogelijkheden zijn. Terwijl we net investeringen nodig hebben, op infrastructuurniveau, om bedrijven te creëren die kunnen meespelen. Je moet de macht van Facebook en Google niet beteugelen door wetgeving. Maar door alternatieven te zoeken, en die moeten van nieuwe bedrijven komen.

Wil van der Aalst, Hoogleraar Technische Universiteit Eindhoven

JE MOET DE MACHT VAN FACEBOOK EN GOOGLE NIET BETEUGELEN DOOR WETGEVING. Wil van der Aalst


l Data l

De terminologie van data Data is de toekomst, daar kunnen we niet omheen. Nieuwe fenomenen gaan echter ook vaak gepaard met ongewone woorden en begrippen. Deze snelcursus maakt u vlot vertrouwd met de voornaamste terminologie van data.

Behavioural analytics

Artificiële intelligentie

Behavioural analytics is een techniek die inzichten tracht te verwerven in de menselijke gedragingen. ‘Dat gebeurt door het verzamelen en de analyse van specifieke data van consumenten’, weet professor Philippe Baecke, dataexpert aan de Vlerick Business School. ‘Denk bijvoorbeeld aan geografische, demografische en transactionele gegevens.’ Banken en verzekeraars gebruiken deze methode vandaag al om beter en proactief in te spelen op de noden van hun klanten.

Kunstmatige of artificiële intelligentie wil met complexe algoritmes menselijk gedrag evenaren of zelfs overstijgen. Steeds meer financiële spelers, zoals banken en verzekeraars, gebruiken deze wetenschap om operationele en routinetaken over te nemen van hun medewerkers, waardoor die zich kunnen toeleggen op een betere en persoonlijke dienstverlening. .

Big data

Datamining ‘Datamining is een analytische methode die statistische verbanden probeert af te leiden uit grote hoeveelheden data, om zo tot betere klanteninzichten te komen’, weet professor Philippe Baecke van Vlerick Business School. ‘Het resultaat? Een zelflerende database met revolutionaire mogelijkheden. De techniek wordt gebruikt om klantenprofielen op te stellen, en ook om trends of handelingen van consumenten te voorspellen.’

I6I

Big data is een verzamelnaam voor de exponentieel groeiende hoeveelheid consumentengegevens. ‘Die komen van bronnen zoals e-mails, websites, social media en sensoren via het internet der dingen’, zegt Baecke. ‘Recentelijk is nieuwe technologie ontwikkeld die in staat is om deze data almaar beter te verzamelen en te analyseren.’ Op die manier krijgen financiële spelers een beter zicht op de gewoontes van consumenten, maar ook op hun behoeftes.


l Data l

PSD2

Cookies Cookies zijn kleine databestandjes die op een computer opgeslagen worden bij het bezoeken van webpagina’s. Ze willen vooral het gebruiksgemak verhogen: door een websitebezoeker met behulp van een cookie te identificeren, hoeft die bijvoorbeeld niet iedere keer dezelfde gegevens in te voeren als hij inlogt. De wetgeving eist wel dat hij daarover vooraf zijn toestemming geeft

PSD2 is een afkorting van de tweede Payment Services Directive. Deze Europese richtlijn is in het leven geroepen om nieuwe spelers toe te laten in de wereld van betaaloplossingen. Deze liberalisering van de betaalmarkt leidt tot nieuwe opportuniteiten en mogelijkheden. PSD2 verplicht banken om in 2018 een platform te voorzien dat derde partijen toegang verleent tot hun bankrekeningen. Daarbij moet ook de nodige aandacht gaan naar beveiliging en gebruiksvriendelijkheid.

Smart data ‘Smart data is op dit moment een nog wat vage term’, stelt Philippe Baecke van de Vlerick Business School. ‘De term wil vooral duidelijk maken dat het niet alleen belangrijk is om grote hoeveelheden gegevens - dus big data - te verzamelen, maar dat het ook essentieel is om hieruit nuttige data te filteren, die je kunt gebruiken om slimme beslissingen te nemen.’

GDPR GDPR - voluit General Data Protection Regulation is een geheel van regels die de gegevens van Europese burgers beter moeten beschermen. De nieuwe wetgeving stelt dat banken en verzekeraars, net zoals andere organisaties, vanaf mei 2018 moeten aantonen welke persoonsgegevens ze verzamelen, hoe ze die gebruiken, waar ze die bewaren en hoe ze beveiligd zijn. Op eenvoudig verzoek moeten klantendata overgedragen of gewist worden. Er geldt ook een meldingsplicht voor datalekken.

Biometrie Biometrie gebruikt meetbare fysieke, psychologische of gedragseigenschappen om personen te identificeren. Een bekende biometrische methode is de DNA-test, maar ook de herkenning van een vingerafdruk, iris, stem of gelaat wordt steeds populairder. Banken gebruiken deze technologie al om klanten makkelijk en veilig toegang te verlenen tot hun mobilebanking-app.

I7I

Deep learning Deep learning is een vorm van artificiële intelligentie die het menselijke intellect benadert. De techniek bevat allerlei algoritmes die in staat zijn om het onderliggende systeem - bijvoorbeeld een computer of een robot - autonoom nieuwe vaardigheden aan te leren. De werking is gebaseerd op die van het menselijke brein, en is niet onderworpen aan theoretische beperkingen. De mogelijkheden zijn ongezien.


l Data l

Leren omgaan met nieuwe rijkdom Nooit eerder lieten we zoveel digitale sporen achter. Daardoor ontstaat een waaier aan ongeziene mogelijkheden voor zowel consumenten, ondernemingen als overheden. Met die nieuwe rijkdom moeten we wel leren omgaan.

De nieuwe digitale economie laat zich niet vooruit stuwen door steenkool, staal of elektriciteit, maar door een massa data. Daarmee stroomlijnen ondernemingen hun processen, komt de gebruiksvriendelijkheid voor de klant op het voorplan en kan de overheid beleidsbeslissingen beter afstemmen op burgers en ondernemingen. Dat allemaal brengt ook nieuwe uitdagingen mee. ‘We moeten ons niet laten drijven door data, we moeten er ons wel op baseren’, zo klinkt het tijdens een panelgesprek over de mogelijkheden van data. Rond de tafel zitten Michael Anseeuw (general manager Retail Banking BNP Paribas Fortis), Olivier Delangre (CEO van Amoobi), PierreNicolas Schwab (oprichter agentschap IntoTheMinds, Head of

ORGANISATIES MOGEN ZICH NIET LATEN LEIDEN DOOR INFORMATIE, ZE MOETEN ER ZICH WEL OP BASEREN. Barbara Van Den Haute, Agentschap Informatie Vlaanderen

I8I


l Data l

Vlnr: Michael Anseeuw (BNP Paribas Fortis), Olivier Delangre (Amoobi), Toon Vanagt (data.be), Pierre-Nicolas Schwab (IntoTheMinds), Barbara Van Den Haute (Agentschap Informatie Vlaanderen)

Big Data bij de RTBF), Toon Vanagt (CEO data.be) en Barbara Van Den Haute (administrateur-generaal bij het Agentschap Informatie Vlaanderen). De aandacht voor grootschalige dataanalyses valt niet uit de lucht. Welke evoluties hebben dit mogelijk gemaakt? Schwab: ‘Door de combinatie van evoluties zijn de mogelijkheden van big data de voorbije jaren in een stroomversnelling geraakt. Om te beginnen zijn we op veel grotere schaal verbonden met internet. Kijk maar eens naar de manier waarop we onze smartphone gebruiken of het aantal mensen dat al een smartwatch draagt. Daardoor is de beschikbaarheid van gegevens sterk toegenomen. Tegelijkertijd is de kostprijs sterk verlaagd om al die gegevens op te slaan en te analyseren.’ Anseeuw: ‘De mobiele toestellen hebben een fundamentele verschuiving mogelijk gemaakt. Want data-analyse is niet nieuw, al was dat vroeger een statisch gegeven. Door de mobiele technologie evolueren we naar databeheer in realtime. Daardoor kunnen ondernemingen hun klanten niet alleen beter begrijpen, maar kunnen ze ook anticiperen op bepaalde noden. Dat brengt totaal nieuwe opportuniteiten. De grootste uitdaging? Leren om te gaan met de rijkdom die dat creëert.’ Vanagt: ‘We kopen ook gewoonweg steeds vaker toestellen met de impliciete toestemming dat onze gebruikersgegevens terugvloeien naar de producent. Daar zijn we ons nog altijd onvoldoende van bewust. Vergelijk het met een auto: die houdt via tal van sensoren ook allerlei gegevens bij. Een deel daarvan zien we zelf op het dashboard. Maar heel veel van die gegevens zijn niet meteen zichtbaar, hoewel ze ook heel bruikbaar zijn. Dat brengt ons meteen ook bij het spanningsveld dat nog hangt rond big data. Zijn we bereid om die gegevens te delen met de autoconstructeur, zodat die veiligere >


l Data l

> wagens kan produceren? En willen we ook gegevens delen als we daar zelf voordeel uit halen, bijvoorbeeld zodat de wagen ons helpt om zuiniger te rijden of kortere routes te vinden?’ Voor welke concrete problemen of uitdagingen bieden data-analyses een oplossing? Delangre: ‘De klant beter begrijpen en de interne bedrijfsprocessen daar beter op afstemmen – dat was aanvankelijk de opzet van big data. Door de grote beschikbaarheid van gegevens evolueren we naar een situatie waarin manuele handelingen en beslissingen overbodig worden. Zo kruipt er in de retailsector heel veel tijd in het stockbeheer, wat meestal gebeurt door een individu die zelf de winkelrekken controleert. Met een doorgedreven data-analyse is het intussen perfect mogelijk om automatisch te detecteren dat een product niet meer in de winkelrekken ligt. Je kunt er zelfs op anticiperen dat een product uitverkocht zal raken. Zulke mogelijkheden ontstaan in tal van sectoren.’ Van Den Haute: ‘Voor elke sector geldt dat informatie gedreven werken processen onzichtbaar maakt, wat uiteindelijk het comfort voor de klant sterk verbetert. Dat is voor een overheid niet anders. Data geven een beter zicht op de noden van burgers en ondernemingen. Zo kan een overheid beleidsbeslissingen veel beter op hen toespitsen, beslissingen beter evalueren en die eventueel ook bijsturen om de relevantie te verhogen.’ Zijn data de heilige graal die al onze problemen kunnen oplossen? Schwab: ‘Dat is jammer genoeg wat de meeste bedrijven denken. Alsof gegevens verzamelen en enkele algoritmen ontwikkelen magische oplossingen uit de hoed tovert. Dat is niet zo.

JAMMER GENOEG DENKEN DE MEESTE BEDRIJVEN DAT GEGEVENS VERZAMELEN EN ALGORITMEN ONTWIKKELEN MAGISCHE OPLOSSINGEN UIT DE HOED TOVERT. Pierre-Nicolas Schwab, IntoTheMinds

Olivier Delangre

Veel bedrijven stappen in de valkuil dat ze hun gegevens beschouwen als een opperste waarheid. Daarbij vergeten ze dat grootschalige data-analyse ons in staat stelt om correlaties te vinden die soms statistisch representatief zijn, maar niet om oorzakelijke verbanden te leggen.’ ‘Uiteindelijk is het een kwantitatieve methode zoals alle andere. Het enige verschil is dat big data abstractie maken van de econometrische modellen van het verleden. Bovendien zijn die gegevens de voorbije jaren vooral gebruikt voor commerciële doeleinden. Het moment is aangebroken om data ook te gebruiken voor nobelere doeleinden, bijvoorbeeld om burgers beter te informeren of om van consumenten meer betrokken burgers te maken.’ Van Den Haute: ‘Organisaties mogen zich niet laten leiden door informatie, ze moeten er zich wel op baseren. Zeker voor de commerciële sector is dat een evenwicht om zorgvuldig te bewaken. Voor de publieke sector ligt dat nog iets anders, want die is nog onvoldoende informatie gedreven en heeft nog een weg af te leggen. Zo worden er nog altijd heel veel rechten en plichten toegekend op basis van binaire criteria. De burger moet zijn gegevens invullen, de overheid controleert ze en vanuit de overheid komt dan een antwoord. Nochtans kan gegevensdeling dat omslachtige proces sterk vereenvoudigen, met zo goed als automatische processen die met veel mindere frictie alles voor de burger in orde brengen.’

I 10 I


l Data l

WE MOETEN OOK NIEUW EN INTERESSANT WERK CREËREN VOOR MENSEN DIE VANDAAG MANUELE TAKEN UITVOEREN. Toon Vanagt, data.be

Zijn consumenten intussen al helemaal klaar om de mogelijkheden van data volledig te omarmen? Anseeuw: ‘Er leven in onze maatschappij mensen met een fundamenteel verschillende visie over wat er met hun gegevens al dan niet mag gebeuren. De ene groep verwacht dat een bank hun gegevens op dezelfde manier beschermt als hun geld. De andere groep wil hun data zelfs ter beschikking stellen van andere partijen, zolang ze daar zelf iets voor terugkrijgen. Bovendien is er nog een hele grote groep van mensen die geen benul hebben van big data, maar die wel zullen evolueren naar een van beide kampen. Het is een grote uitdaging om die twee extremen met elkaar te verzoenen.’

Michael Anseeuw

Toon Vanagt

Vanagt: ‘Niet alleen de overheid heeft nog een lange weg af te leggen. Dat geldt voor iedereen. Zowel in de private als de publieke sector zijn er heel veel processen die we om historische redenen nog manueel verwerken. Het vergt zowel changemanagement als cultuurmanagement om dat te veranderen. Bovendien moeten organisaties ook nieuw en interessant werk creëren voor de mensen die vandaag de manuele taken uitvoeren. Dat gebeurt niet van de ene dag op de andere.’

I 11 I

In de loop van volgend jaar gaat de Europese GDPR-privacywetgeving van kracht. Kan die de transparantie verhogen en zo bij een deel van de bevolking het wantrouwen tegenover het dataverhaal wegnemen? Schwab: ‘De nieuwe wetgeving verandert niets fundamenteels voor Belgische ondernemingen. Er is wel een nieuw boetesysteem, maar in ons land bestaat er sinds 1992 al een privacywetgeving. Als bedrijven die goed naleven, hebben ze niets om zich zorgen over te maken. En wat transparantie betreft: dat is uiteraard ontzettend belangrijk. Maar transparantie kan niet zonder educatie, dat zijn twee kanten van dezelfde medaille. Het probleem met GDPR is dat we denken dat die automatisch meer transparantie zal creëren. Maar vraag aan de man in de straat naar de nieuwe wet: niemand heeft daar al van gehoord. De transparantie zal niet toenemen als we alles niet eerst goed uitleggen.’ Delangre: ‘De nieuwe Europese regels zouden het bewustzijn toch moeten verhogen over wat er met onze data gebeurt. Neem nu de retailsector: die gebruikt heel veel gegevens,

>


l Data l

> waarbij een groot deel volledig ontsnapt aan de aandacht van de consument en waarbij er niet altijd een voordeel is voor de klant. Het kan zeker geen kwaad om dat nog eens op scherp te zetten. Het is ook de verantwoordelijkheid van iedereen die big data gebruikt om uit te leggen waarom gegevens worden gebruikt en wat hun positieve impact is. ‘Want die is er zeker. In de retailsector moesten data vroeger vooral leiden naar meer producten verkopen. Dat is aan het veranderen. Zo krijgen we nu zelf vooral heel veel vragen om de wachttijden aan de kassa te meten en tools te ontwikkelen om die te verkorten. Daar wint een winkelier in eerste instantie niets bij, maar zulke dingen creëren voor de klant wel een hele positieve impact.’

Pierre-Nicolas Schwab Anseeuw: ‘De Europese data-aanpak verschilt natuurlijk heel erg van die in de Verenigde Staten en heeft nog een lange weg af te leggen in vergelijking met de evoluties in Azië. De Chinese consument is bereid al zijn data op te offeren in ruil voor eender welk voordeel. Bij ons zal dat nooit gebeuren. Je mag nooit de impact onderschatten van de cultuur die heerst in een economie en een maatschappij.’ Van Den Haute: ‘Een cultuur creëer je voor een stuk natuurlijk zelf. In het kader van GDPR zet de Vlaamse overheid heel hard in op transparantie. Burgers en ondernemingen krijgen inzage in de gegevens die we over hen hebben. En niet op een hele ontoegankelijke manier waarbij alles verstopt zit in onbegrijpelijke codes, maar wel door het gebruiksgemak centraal te stellen. Dat is toch al een verdienste van de nieuwe regelgeving. Daarmee leggen we bovendien overal in Europa de lat op dezelfde lijn.’ In hoeverre gaapt er een kloof tussen de technologische mogelijkheden om data te gebruiken en de juridische beperkingen? Vanagt: ‘Die kloof is er zeker. In bedrijven heerst

DE CHINESE CONSUMENT OFFERT AL ZIJN DATA OP IN RUIL VOOR EENDER WELK VOORDEEL. DAT ZAL BIJ ONS NOOIT GEBEUREN. Michael Anseeuw, BNP Paribas Fortis

er een groot spanningsveld tussen de marketingafdeling die allerlei projecten wil opzetten, de datawetenschappers die de oplossingen ontwikkelen en de compliance-afdeling die vanwege juridische argumenten op de rem staat. Daardoor springen grote ondernemingen – waaronder ook de banken – heel conservatief om met de data waarover ze beschikken. Ze willen in de eerste plaats boetes en het risico op reputatieschade vermijden.’ Anseeuw: ‘Het is eigen aan een nieuwe evolutie dat mensen zich in eerste instantie conservatief opstellen. Niemand wil fouten maken. Daardoor hebben juridische argumenten vandaag soms meer impact dan de technologische, bij de beslissing om bepaalde toepassingen al dan niet uit te rollen.’ Van Den Haute: ‘Bij de overheid is dat niet anders. Alles krijgt een sterk juridische invulling. Door alles heel strikt te interpreteren, missen we soms opportuniteiten om kwalitatief hoogstaand beleid te voeren ten aanzien van burgers en bedrijven. En natuurlijk is het heel terecht dat een overheid niet zomaar gegevens waarover ze beschikt voor het ene doel kan hergebruiken voor een ander doel. Denk maar aan de fiscale gegevens die kunnen dienen voor de toekenning van studietoelagen. Daar bestaat een heel specifiek systeem van machtigingen voor. Maar dat is een zwaar en juridisch proces. Daardoor missen we kansen, want de nadruk ligt meer op juridische en technische veiligheid dan op gebruiksgemak.’ Hoe groot is de stap van grootschalig databeheer naar artificiële intelligentie? Anseeuw: ‘Data, artificiële intelligentie en robotica zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Daarmee wordt het in principe mogelijk voor een bank om te herkennen dat een klant meer betaalt voor zijn energiefactuur dan andere klanten met een

I 12 I


Barbara Van Den Haute

Philippe De Backer © Photonews

3 VRAGEN AAN PHILIPPE DE BACKER, STAATSSECRETARIS SOCIALE-FRAUDEBESTRIJDING EN PRIVACY Helpt grootschalige data-analyse tegen sociale fraude? ‘Absoluut. Vandaag gebruiken we data al om concrete risicoprofielen te ontwikkelen. Daarmee kunnen inspecteurs gerichter controles uitvoeren. Daarom legt het actieplan tegen sociale fraude ook op dat de selectie van controles voor ten minste 10 procent moet gebeuren met technieken zoals datamining en datamatching. Door software los te laten op databanken – zoals die van de RSZ, RVA en RSVZ – is het ook veel makkelijker om complexe constructies bloot te leggen die bedrijven gebruiken om sociale bijdragen te ontwijken. Data-analyse vergroot de pakkans. We zijn daarin trouwens Europese koplopers. Tal van Europese landen komen kijken hoe wij dat aanpakken.’

vergelijkbaar profiel. Op basis van realtime data zou een bank ook vooraf de kredietwaardigheid van haar klanten kunnen inschatten: daardoor moet niets meer gebeuren op het moment dat de klant nood heeft aan een lening, terwijl de bank ook veel sneller klanten kan waarschuwen wanneer er betalingsproblemen dreigen.’ ‘En net zoals Facebook een tijdslijn heeft met al jouw activiteiten, zullen banken een even gebruiksvriendelijk overzicht kunnen bieden van al jouw transacties. En uiteraard moet de klant daar allemaal zijn toestemming voor geven. Maar dergelijke nieuwigheden zullen een wezenlijk onderdeel vormen van de interactie tussen banken en hun klanten. Artificiële intelligentie en machinelearning zullen dat nog naar een hoger niveau tillen.’ ll

I 13 I

25 mei 2018 is D-Day voor de Europese privacywetgeving GDPR. Brengt die ingrijpende veranderingen mee? ‘Tegenover onze Belgische privacywetgeving is het een evolutie en geen revolutie. De aanpassingen zijn beperkt voor bedrijven die de Belgische wet altijd hebben nageleefd. Ze moeten zich niet gek laten maken door advocaten die een centje willen verdienen. De nieuwe Europese regels zijn vooral een opportuniteit om in kaart te brengen over welke gegevens bedrijven allemaal beschikken, of ze die correct bewaren en of ze daar voldoende uithalen. En dat heeft niet alleen te maken met kostenefficiëntie. Het concept van privacy draait in de digitale economie van de 21ste eeuw rond vertrouwen. Als klanten een onderneming vertrouwen met hun data, dan zullen ze ook genoeg vertrouwen hebben om er een product of dienst te kopen.’ Data zijn een wereldwijd gegeven dat we aanpakken met lokale wetgevingen. Is dat wel houdbaar? ‘GDPR is geen richtlijn, die alle lidstaten moeten omzetten in een lokale wetgeving en wat ruimte zou laten voor interpretatie. Het is een verordening, waardoor overal in Europa ook echt exact dezelfde regels gelden. Dat vermijdt de fragmentering door lokale wetgevingen. Je ziet nu al dat alle grote multinationals die ook actief willen zijn in Europa zich schikken naar de Europese regels, ook voor hun activiteiten buiten Europa. Bovendien zetten ze hun leveranciers ertoe aan om hetzelfde te doen. Dat creëert een cascade-effect, waardoor GDPR uitgroeit tot de wereldwijde standaard.’


l Data l

Hoe wordt u beter van data? De ware kracht van gegevensverzameling zit in de schaal: door persoonlijke data te delen en te combineren met de gegevens van anderen raken we allemaal sneller op onze bestemming.

Iedereen maakt gebruik van een slimme navigatie-app in de wagen.

50° 38’ 28” NB, 4° 40’ 05” OL 50° 51’ 52” NB, 4° 20’ 53” OL 51° 02' 18'' NB, 3° 42' 46” OL

Met uw gps-sporen en die van andere bestuurders blijft de kaart correct en altijd up-to-date. Zo rijdt u nooit meer verloren.

40,00 L | 42,34 EUR 42,00 L | 44,46 EUR 44,50 L | 47,10 EUR

Aan de benzinepomp registreert de app hoeveel u betaalt per liter. Eén database verzamelt alle brandstofprijzen. De app leidt u naar het goedkoopste tankstation in de buurt.

I 14 I

02/12/2018 | 47KM 03/12/2018 | 24KM 04/12/2018 | 48KM

U deelt uw reisdata met uw verzekeringsagent. Zo krijgt u een verzekeringsformule op maat, waarbij u alleen betaalt voor reëel gereden kilometers.


l Data l

De app synchroniseert actuele verkeersinformatie. Is er een ongeval gebeurd? Of staat u in een file die nog niet bekend is? Dan stuurt de app de gegevens door.

De app deelt de verzamelde data met de overheid. Zo kan een rechtvaardige verkeersbelasting worden berekend en afgestemd op het gebruik.

Experts analyseren de data en zoeken patronen. Zij geven advies in mobiliteitsvraagstukken.

02/12/2018 | E40 | 41,75 KM 03/12/2017 | N8 | 32,33 KM

E40 | 99,36 KM/U E17 | 75,36 KM/U E19 | 99,36 KM/U

De app weet perfect welke trajecten u samen met vrienden of collega’s aflegt. U zou een carpoolalternatief kunnen krijgen wanneer uw auto naar de garage moet voor onderhoud.

U krijgt een alternatieve route voorgesteld om obstakels te vermijden. De app adviseert u wanneer u moet vertrekken, om op tijd te komen bij die belangrijke vergadering in uw agenda.

07:00

I 15 I


l Data l

‘Meer data, dubbele winst’ Bedrijven kiezen nog al te vaak de verkeerde focus bij het gebruik van data, vindt technologie-expert Steven Van Belleghem. ‘Efficiëntiewinsten? Ja, maar finaal ligt de grootst mogelijke winst wel bij een verbetering van de klantenervaring.’

Drie jaar geleden legde u in dit magazine al de vinger op de wonde: bij de meeste bedrijven zijn de data niet gekoppeld, iedereen zit op een eigen eilandje met data. Hoe schat u de situatie vandaag in, heeft het bedrijfsleven vooruitgang geboekt? Steven Van Belleghem: ‘Ik vrees dat er nog altijd heel wat werk aan de winkel is, al is het bewustzijn wel veranderd. Toen was de mindset nog vooral: ‘we proberen zoveel mogelijk geld te verdienen met big data’. Vandaag beseffen bedrijven dat ze die data vooral moeten inzetten om hun dienstverlening naar de klant te verbeteren. Indirect levert dat voor zo’n bedrijf dan uiteraard ook wel winst op.’

BEDRIJVEN BESEFFEN VANDAAG DAT ZE DATA MOETEN INZETTEN OM HUN DIENSTVERLENING TE VERBETEREN. Steven Van Belleghem, technologie-expert

I 16 I

‘Heel wat bedrijven zijn nu concreet op zoek naar geschikte datamanagementplatformen, of ze zijn hun eigen infrastructuur aan het aanpassen. Alleen: het moet verder gaan dat dat. Bedrijven moeten ook echt investeren om dat datagebruik concreet in hun business te implementeren.’ Wie zal er finaal het meest gebaat zijn bij het ‘nuttige’ gebruik van al die data: het bedrijf of de klant? ‘Allebei, en dat is het goede nieuws. Data zullen veel meer achter de schermen worden ingezet, om een heel aantal processen efficiënter te maken. Bedrijven kunnen nu hun repetitieve processen in kaart brengen en die automatiseren, onder meer dankzij het almaar groeiende potentieel van artificiële intelligentie. Als consument merk je daar in eerste instantie weinig van. Maar deze evolutie leidt stilaan wel tot een steeds meer gepersonaliseerde dienstverlening. Een gigantisch warenhuis als De Bijenkorf stuurt vandaag dagelijks enkele tienduizenden mails uit naar klanten: die zijn stuk voor stuk ver-


l Data l

ZOLANG BEDRIJVEN EEN GOEDE DIENSTVERLENING BIEDEN, IS PRIVACY BLIJKBAAR NIET ECHT EEN ISSUE. Steven Van Belleghem, technologie-expert

Hebben we daar als consument enige macht in? ‘Absoluut. Een bedrijf als Facebook beseft heel goed dat het al zijn waarde uit die schat aan gebruikersdata haalt: dat is hun reden van bestaan én hun bron van inkomsten. Als wij dat bedrijf als consument de rug toekeren, kunnen ze de boeken sluiten. Ik denk dat we moeten evolueren naar een scenario waarbij je als consument ook controle hebt over je eigen data, en desnoods die kraan kunt dichtdraaien voor bepaalde bedrijven. Maar de groep van consumenten die daar bewust mee bezig is, blijft voorlopig echt een kleine niche.’

schillend, in functie van het klantenprofiel. Op langere termijn wordt ook het bedrijf zelf daar beter van, omdat klanten relevante aanbiedingen toegestuurd krijgen en dus sneller tot aankopen overgaan.’

van om die bedrijven zoveel persoonlijke data ter beschikking te stellen. Zolang bedrijven een goede dienstverlening bieden, is privacy dus blijkbaar niet echt een issue.’

Drie jaar geleden zei u ook: ‘Consumenten liggen niet echt wakker van hun privacy, maar dat kan snel veranderen als er ergens een groot data-incident voorvalt’. Intussen zijn er wel al een aantal incidenten geweest, maar ik heb niet het gevoel dat die de consument fundamenteel veranderd hebben? ‘Nee, dat is zo. De dominantie van een handvol technologiegiganten is alleen maar toegenomen. En de meerderheid van de consumenten ziet daar blijkbaar geen graten in. Zowat 80 procent van de tijd die we online op onze smartphone spenderen, zitten we bij Apple, Facebook of Amazon. De consument vindt blijkbaar dat die bedrijven vrij klantgericht zijn, dat de technologie goed werkt en dat hij daar weinig problemen mee ondervindt. En dus maakt hij er, minstens in zijn gedrag, ook helemaal geen probleem

Moeten we ons dan toch geen zorgen maken over de enorme centralisatie van data bij een heel beperkt aantal spelers, waar zelfs de overheid nog amper impact op heeft? ‘Ik vrees dat de voorsprong van dat handvol dominante spelers de komende jaren alleen maar zal toenemen. Ze zijn doorgaans gewoon ook sneller dan de overheden, en dat zullen we niet veranderen door hier en daar met monsterboetes te zwaaien. Ik zie dan ook veel meer heil in overleg dan in regulering van bovenaf.’ ‘Laat ons dus samen met het bedrijfsleven aan tafel gaan zitten en bekijken welke ethische vragen dat massale gebruik van data opwerpt. En hoe we dan samen aan oplossingen kunnen werken. We zitten vandaag nog te veel in een wij-zijdiscours.’

I 17 I

Volgend jaar komt er nogal wat nieuwe wetgeving op ons af, om het gebruik van data door bedrijven strikter te reguleren. Beseft het bedrijfsleven al voldoende wat de impact daarvan kan zijn? ‘Ik merk toch flink wat bezorgdheid bij de grote bedrijven hier in Europa. Ze vrezen dat ze te veel aan banden zullen worden gelegd door de wetgever. Ik volg die bezorgdheid ook wel: artificiële intelligentie (AI) kan bedrijven heel veel doen besparen én tegelijk helpen om klantgerichter te worden, maar AI is onmogelijk zonder heel veel data. We moeten beseffen dat we in een heel nieuw tijdperk zijn beland, en dat het niet de bedoeling kan zijn dat nieuwe regelgeving het concurrentievermogen van onze bedrijven ondergraaft. Vraag maar eens aan bedrijven zoals Bol.com of Coolblue hoe hard de strijd met Amazon nu al is.’ Hoe kan de banksector beter worden als het op het gebruik van data aankomt? ‘De benadering van klanten zou veel individueler kunnen, vandaag werken banken doorgaans nog altijd met behoorlijk brede segmenten. Alle banken hebben nu wel al leuke apps, maar ze zouden nog sterker moeten inzetten op een one-buttoninterface, ook en vooral voor de wat meer complexe producten en diensten.’ ll

Steven Van Belleghem, Customers the day after tomorrow.


Kristof Mertens

Matthias Dobbelaere-Welvaert

© Sofie Van Hoof

© Dries Luyten

l Data l

Hoe slimme data elke business transformeren De slimme verwerking van data zet businessmodellen almaar vaker op z’n kop. Ook in sectoren waar u dit als buitenstaander het minste zou verwachten.

atamanagement voor de pluimveesector: het groeiverhaal van Porphyrio illustreert perfect hoe groot de impact van slimme data en artificiële intelligentie vandaag al is, in de meest

D

uiteenlopende sectoren. Het verhaal van Kristof Mertens, CEO van Porphyrio, geeft ook aan dat bedrijven die vandaag zwaar inzetten op die dataverwerking vaak nieuwe businessmodellen zien ontstaan.

VROEGER HAD EEN PLUIMVEEKWEKER 10.000 KIPPEN, VANDAAG 50.000. Kristof Mertens, Porphyrio

I 18 I

‘Dit bedrijf zag in 2013 het levenslicht, als een spin-off van de KULeuven. Het idee? Met de juiste data in de cloud heb je alle elementen in handen om het lastige productieproces in de pluimveeteelt beter te sturen’, vertelt Kristof Mertens. ‘Bij dat proces zijn nogal wat actoren betrokken, gaande van de kippenboer over de dierenarts en het veevoederbedrijf tot het geneticabedrijf dat de jonge dieren op de markt brengt. Al die actoren leveren brokjes informatie aan die bijzonder relevant zijn als je het volledige kweek- en productieproces wilt optimaliseren.’


l Data l

DIT SOORT CHATBOTS KAN NOG MAAR EEN BEPERKT AANTAL JURIDISCHE VRAGEN AAN. Matthias Dobbelaere-Welvaert, deJuristen

Olivier Ysewijn

‘Datzelfde verhaal geldt ook voor de productie van eieren, met bedrijven die gespecialiseerd zijn in de opfok van legkippen, met broederijen en met bedrijven die de eieren zelf in de handel brengen. De voorbije jaren is er zwaar geïnvesteerd in technologische ‘hardware’ in al die processen. Met resultaat: enkele decennia geleden kon één pluimveekweker 10.000 kippen managen, vandaag kan hij er 50.000 aan.’ ‘Al die hardware krijgt almaar vaker sensoren, en levert dus ook een schat aan interessante gegevens op. Het is onze corebusiness om die data op te halen, in de cloud te zetten en alle schakels in het productieproces met elkaar te verbinden. Zo kunnen we het rendement in de sector gigantisch opdrijven en de inefficiënties zoveel mogelijk uitbannen. Vandaag bereiken we met onze technologie al 70 tot 80 procent van de pluimveehouders in België. En ook in het buitenland is het potentieel enorm. Want daar staat de automatisering nog maar in de kinderschoenen.’

Innovatieve chatbot Een behoorlijk innovatief voorbeeld van slimme data in de juridische sector, is de chatbot Lee & Ally, die het juridische

advieskantoor deJuristen enkele maanden geleden lanceerde. Het is een soort online juridische adviseur, die dag en nacht beschikbaar is en die elke dag wat slimmer wordt dankzij de nieuwe data waarmee hij constant gevoed wordt. ‘Wij geloven heel erg in het potentieel van artificiële intelligentie, zeker in een sector die doorgaans eerder conservatief tewerk gaat’, geeft jurist Matthias Dobbelaere-Welvaert aan, managing partner van deJuristen. ‘Toegegeven, dit soort chatbots kan nog maar een relatief beperkt aantal juridische vragen aan, daarom zitten we voorlopig nog in een bètafase. Wellicht volgt midden volgend jaar de echte lancering.’ Met de juridische chatbot mikken deJuristen vooral op starters en kmo’s, die vaak geen duizenden euro’s hebben voor gespecialiseerd én dus duur juridisch advies. ‘Als nichekantoor schommelt ons uurtarief toch al snel richting de 200 euro’, klinkt het. ‘Een abonnement op Lee & Ally kost maar 99 euro per maand, inclusief extra menselijke support indien nodig.’ ‘Het financiële aspect is dus een niet onbelangrijke troef, maar ik zie het breder dan dat. Ik merk ook een groeiend ongenoegen bij heel wat jonge advocaten. Zij beseffen dat we vandaag naar een nieuwe wereld evolueren waarin technologie centraal staat. Maar tegelijk stellen ze vast dat daar in hun branche veel te weinig op ingespeeld wordt.’

Slimme laadpalen Heel wat start-ups uit de elektromobiliteit spelen voluit in op de meerwaarde van slimme dataregistratie in de uitbouw van hun business. Een van die bedrijven is Blue Corner, dat al enkele jaren aan de weg timmert met een netwerk van slimme laadpalen. ‘Met oplossingen op

I 19 I

maat van bedrijven en particulieren, maar net zo goed voor winkelcentra, hotels of openbare parkings’, legt CEO Olivier Ysewijn uit. ‘Daarvoor ontwikkelen we zowel de hardware, de laadpalen zelf zeg maar, als de software. En het is vooral daar dat slimme data om het hoekje komen gluren.’ Want elke Blue Corner-laadpaal – en dat zijn er intussen al ruim 700 - is geconnecteerd met een centraal platform. Zo kunnen de laadgegevens van elke gebruiker nauwkeurig bijgehouden en gefactureerd worden. ‘Meestal werken we via abonnementen, maar ook occasionele oplaadbeurten via sms of app zijn mogelijk. Die centrale registratie is belangrijk voor gebruikers die met een bedrijfswagen rijden en thuis opladen: zo kunnen zij laadbeurten achteraf verrekenen met hun werkgever. Of voor bedrijven, die zo de elektriciteit die ze verbruikten voor hun wagenpark exact berekend zien, bijvoorbeeld om in te brengen in hun analytische boekhouding.’ ‘Stilaan evolueren we naar smartchargingsystemen, waarbij we bijvoorbeeld de hoeveelheid beschikbare energie op een bepaalde plaats in realtime monitoren, en daarmee rekening houden als een groot aantal wagens tegelijk wil opladen. Dat laadgedrag kunnen wij dan op elk moment op afstand aansturen.’ ‘Binnenkort zullen we bovendien ook de batterijen van elektrische wagens inzetten als opslagplaats voor een lokaal smart grid, zowel voor particulieren als op bedrijfsniveau. Daarbij zullen elektrische wagens dus niet langer alleen stroom van het net halen, maar zelf ook stroom opnieuw op het net zetten, als dat nodig is.’ ll


l Data l

Doe iets met uw data Data verzamelen - dat lukt in de meeste bedrijven. Maar die data ook centraliseren, optimaliseren, interpreteren en er kortom iets nuttig mee doen? Vijf jonge bedrijven vonden het gat in de markt.

HET EINDE VAN DE PAPIEREN ONKOSTENNOTA Niets vervelender dan de verwerking van altijd maar terugkerende papieren bonnetjes en onkostennota’s. Het Mechelse bedrijf Xpenditure, dat ook al kantoren heeft in Amsterdam, Londen, New York en Sao Paulo, ontwikkelde een digitaal systeem op basis van volledig geautomatiseerde processen, dat definitief komaf moet maken met btw-bonnetjes en eindeloze Excel-bestanden. Bonnetjes en tickets worden gescand, uitgaven worden in realtime goedgekeurd en vervolgens gerapporteerd en geëxporteerd naar de boekhouding van het bedrijf. Dat er nood was aan dit soort technologie bewijst de snelle groei van Xpenditure: het Mechelse bedrijf telt intussen ruim 250 werknemers en bedient vandaag al kmo’s en zelfstandigen in ruim 60 landen.

Problemen aanpakken alvorens ze opduiken oen Trendminer in 2013 uit de startblokken schoot, zat niemand te wachten op analytics’, blikt Bert Baeck terug. ‘Vandaag is dat wel even anders: de voorbije drie jaar zijn we jaarlijks met 100 procent gegroeid. Wij focussen ons op industriële processen in een aantal grote sectoren, zoals de chemie, de olieen gasindustrie en de farmaceutische sector. Heel wat industriële bedrijven zitten op een berg data die ze de voorbije tien tot vijftien jaar hebben verzameld in hun fabrieken en productie-eenheden. Zij hebben daar nooit veel mee gedaan, maar wij connecteren die data nu met onze zoekmachine.’ ‘Aanvankelijk focusten we ons vooral op het doorzoekbaar maken van de data op basis van patroonherkenning: zijn bepaalde problemen al eerder voorgekomen? Geleidelijk aan zagen we het

‘T

I 20 I

een stuk breder en deden we ook aan diagnostiek: we verklaren wat nu precies aan de grondslag ligt van een bepaald probleem. Onder meer op basis van machine learning en van zelflerende algoritmes.’ ‘Vandaag gaan we nog een stap verder, en helpen we bedrijven bij het voorspellen van problemen en onregelmatigheden, met dank aan de gigantische hoeveelheden data die we intussen tot onze beschikking hebben. Dat kan gaan over het uitvallen van machines tot kwaliteitsproblemen in het productieproces. We helpen onze klanten dus hun processen te optimaliseren door de aandacht te trekken op onregelmatigheden. En het gaat hard: van de wereldwijde top vijftig uit de chemische sector mogen wij al 45 procent van de bedrijven tot onze klanten rekenen.’ ll


l Data l

DATAMONITORING HAALT UW ENERGIEFACTUUR NAAR BENEDEN

© Corbis

Hoe data ook uw bedrijfsgebouw slim aansturen oderne kantoorgebouwen zitten anno 2017 tjokvol data, met dank aan de slimme energiemeters en de meest uiteenlopende sensoren. De Waalse startup Opinum ontwikkelde een performant platform dat niet alleen zoveel mogelijk data verzamelt, maar er vervolgens ook bedrijfsgebouwen beter mee kan aansturen. ‘Dankzij al die data maken we die gebouwen in een volgende fase ook een stuk zuiniger’, legt medeoprichter Loïc Bar uit. ‘Onze klanten zijn vooral openbare besturen en grote nutsbedrijven, die zelf ook op een schat aan data zitten en er alle belang bij hebben om hun energieverbruik strenger op te volgen. De prijzen staan onder druk door de toegenomen concurrentie en ook de almaar strengere milieuwetgeving doet een duit in het zakje. Tegelijk zijn het ook de eindklanten van die grote nutsbedrijven of energieleveranciers die mee profiteren van die nieuwe inzichten, omdat ze zo geld kunnen besparen.’ Waar zat dan precies het gat in de markt? ‘Veel van die data waren enkele jaren geleden ook al beschikbaar, maar ze

M

zaten meestal op verschillende plaatsen of in verschillende bestanden in de bedrijven. Dankzij ons platform, kunnen we alles nu veel beter centraliseren en optimaliseren. Dat platform verbetert nog elke dag, dankzij de gegevens waarmee het gevoed wordt.’ Opinum bestaat nog maar drie jaar, maar telt al 18 medewerkers. Het einde van die snelle groei lijkt niet in zicht. ‘We zitten voorlopig alleen in België en in enkele buurlanden, maar analisten verwachten dat deze markt binnen nu en drie jaar met factor zeven kan groeien’, aldus Loïc Bar. ll

MET SLIMME DATAMONITORING KAN EEN GEZIN AL VLUG 250 EURO PER JAAR BESPAREN. I 21 I

Energieprijzen vergelijken en monitoren: het blijft een vaak vervelend klusje. Het nog piepjonge June Energy wil daar komaf mee maken, dankzij een slimme meterlezer, een app en een onlineplatform. Drie maanden lang brengt de slimme lezer uw verbruik heel nauwkeurig in kaart, waarna de dienstverlener op zoek gaat naar de beste energiedeals in functie van uw verbruikersprofiel. Daarvoor monitort June dag en nacht alle prijsschommelingen. Bovendien handelt het bedrijf achteraf ook de papiermolen af van de klanten die van leverancier veranderen. Particuliere gebruikers die met June in zee gaan betalen 4,99 euro per maand. Mét prijsgarantie: na een jaar berekent het bedrijf de gerealiseerde besparing. Wie niet minstens 60 euro heeft bespaard, of de prijs van een jaarabonnement, krijgt het verschil terugbetaald. June maakt zich sterk dat de slimme datamonitoring een doorsneegezin al vlug een besparing van 250 euro per jaar kan opleveren.

KANKER SLIMMER BEHANDELEN DANKZIJ VERZAMELDE EXPERTISE Waarom geen data inzetten in de strijd tegen kanker? De Waalse start-up OncoDNA begon in 2012 als een bedrijfje dat vooral wilde inzetten op een zeer gepersonaliseerde behandeling van kankerpatiënten. Dit voorjaar stelde het een gloednieuw platform voor, OncoKDM, dat data en onderzoeksresultaten van kankerspecialisten en behandelingscentra uit de hele wereld verzamelt. Daarnaast worden mogelijke behandelingen naar voren geschoven. Die gepersonaliseerde behandelingen worden uitgetekend op basis van de slimme combinatie van diagnosetools, kennisdatabanken en medicatietherapieën. OncoSHARE brengt vandaag dan weer de grootste onlinegemeenschap samen in het kankerdomein, met meer dan 10.000 gebruikers. Gaande van oncologen over patiënten tot mensen uit de omgeving van die patiënten. OncoDNA werkt intussen ook al samen met meer dan 3.000 oncologen en een honderdtal instellingen in meer dan 50 landen. Eind 2016 telde het team van OncoDNA 35 medewerkers, en dit aantal groeit snel aan.


l Data l

‘Een dokter wil geen administratie doen, maar patiënten helpen’ Als grootschalige databeheerder bezit de Belgische overheid veel gegevens waarmee ze het leven van haar burgers kan vergemakkelijken. Die databanken ontsluiten, zeker naar privéspelers, vraagt wel garanties dat de privacy niet in het gevaar komt.

ls iemand in België een goed zicht heeft op wat de overheid aan data bijhoudt, en wat ze daar allemaal mee kan doen, dan is het wel Frank Robben. Hij is de oprichter van de Kruispuntbank Sociale Zekerheid, topman van het eHealth-platform, en gedelegeerd bestuurder van Smals, een non-profit ICT-dienstenorganisatie voor openbare instellingen. ‘De overheid organiseert twee grote vormen van gegevensuitwisseling’, legt Robben uit. ‘De eerste heeft betrekking op de eigenlijke open data. Daar gaat het om anonieme en geaggregeerde gegevens die kunnen worden gebruikt voor onderzoek en beleidsondersteuning. Dat kan bijvoorbeeld zijn om te achterhalen wat de leeftijdspiramide is in een bepaalde gemeente, of hoeveel leefloners daar wonen. De tweede vorm betreft de echte persoonsgegevens. Dat zijn bijvoorbeeld de data die

A

U HEBT VANDAAG THUIS TOCH OOK GEEN APARTE BRIEVENBUS VOOR DE OVERHEID? Frank Robben, Kruispuntbank Sociale Zekerheid

I 22 I

een dokter van wacht kan raadplegen. Die moeten natuurlijk goed beveiligd zijn. Het is niet de bedoeling dat uw werkgever weet welke ziektes u allemaal hebt.’

Privacy De aandacht voor die beveiliging neemt alleen maar toe. Zo wordt komend voorjaar de Europese privacywetgeving van kracht (GDPR) die de uitwisseling van klantengegevens streng inperkt. ‘De nieuwe normen zijn afgestemd op de Facebooks en Googles van deze wereld, en zijn zeker niet min’, legt Robben uit. ‘Het gevolg is wel dat kleine organisaties daar mee worstelen. Wij raden hen aan om zich nauwgezet aan de volgende principes te houden: weet voor welke doeleinden je gegevens gebruikt, zie er op toe dat ze legitiem zijn, houd ze niet meer en langer bij dan nodig, en zorg dat de gegevens goed beveiligd zijn, zeker als je die ter beschikking stelt van anderen.’ De gezondheidssector heeft daar al heel wat ervaring mee, merkt Robben op. eHealth levert sinds 2009 de basisdiensten voor een veilige


l Data l

‘ONZE OPEN DATA KUNNEN 1.500 JOBS CREËREN’

Frank Robben

verzending van gezondheidsgegevens tussen twee partijen, zonder dat het zelf toegang heeft tot deze gegevens. Alleen al vorig jaar ging het om 8 miljard transacties, zoals elektronische voorschriften, verwijsbrieven en consultaties van onderzoeken. De voordelen zijn groot, benadrukt Robben. ‘Niet alleen voor de patiënt en de kwaliteit van de zorg, maar ook voor de zorgverstrekkers. Wat heeft een dokter uiteindelijk het liefst? Dat hij telkens tien minuten verspeelt aan inloggen op platformen om de resultaten van een bloedonderzoek en een scan te raadplegen? Of dat hij alles in één minuut op dezelfde plaats terugvindt? Voeg ook nog eens kunstmatige intelligentie aan die systemen toe en je krijgt

© Emy Elleboog

Ook regionaal stimuleren overheden de mogelijkheden van open data. Zo lanceerde Brussel in maart vorig jaar met opendatastore.brussels de eerste gewestelijke portaalsite voor open data. Iedereen kan er gratis vrij beschikbare gegevens van de overheid raadplegen en gebruiken. Dat past in de strategie om van Brussel een Smart City te maken, aldus de Brusselse staatssecretaris voor Digitalisering Bianca Debaets (CD&V). ‘Sinds de lancering zijn er al 130 datasets beschikbaar, en dat aantal zit in stijgende lijn’, verklaart ze. ‘De meest geraadpleegde datasets zijn die van Brussel Mobiliteit, de administratie die zich bezighoudt met mobiliteit, verkeersveiligheid en openbare werken.’

een nog betere zorg. Als je een bepaald medicijn het voorschrijft, verschijnt dan bijvoorbeeld een pop-up dat een patiënt allergisch is voor een van de stoffen.’

Eén postbus De uitwisseling van gegevens moet ook leiden tot een groter gebruiksgemak. Alexander De Croo, minister van Digitale Agenda (Open VLD), wil werk maken van een persoonlijke elektronische brievenbus voor alle burgers en bedrijven. Zo kunnen zij op één centrale en beveiligde plek al hun digitale communicatie ontvangen en beheren. Denk bijvoorbeeld aan loonbrieven, attesten, facturen en contracten.

I 23 I

De ambitie van het project? Bedrijven en start-ups aansporen om te innoveren en nieuwe diensten te ontwikkelen. ‘Open data zijn erg belangrijk voor techstart-ups’, geeft Debaets aan. ‘Het ontgint ook een groot economisch potentieel. Technologiefederatie Agoria berekende dat een Brussels opendatabeleid 1.500 jobs en een omzet van 180 miljoen euro kan genereren.’ Het Brussels Gewest ondersteunt ook hackathons die organisaties stimuleren om creatief aan de slag te gaan met de beschikbare gegevens. ‘Een concreet resultaat daarvan is het beschikbaar maken van de locaties in Brussel waar zich een defibrillator bevindt’, illustreert staatssecretaris Bianca Debaets.

Vandaag zijn er al verschillende digitale initiatieven die data ontsluiten, zoals My Minfin voor fiscale attesten, My Pension voor pensioengegevens en My Career voor een loopbaanoverzicht. De nieuwe eBox moet de ontsluiting mogelijk maken vanop één elektronische plaats, en zo zorgen voor ‘minder rompslomp, minder gedoe, en minder tijdverlies’, aldus De Croo. ‘U hebt vandaag bij u thuis toch ook geen aparte brievenbus voor de overheid?’, vraagt Robben. ‘Met een elektronische brievenbus willen we diezelfde ervaring bieden. Daar vindt u zoveel mogelijk documenten en gegevens, zowel uit een mailbox als uit databanken. Om succesvol te zijn, moeten alle gegevensverstrekkers daarvoor met een stukje software hun achterliggende systemen voor elkaar ontsluiten, als ze daar natuurlijk van elkaar de toestemming voor krijgen. De gebruiker kiest trouwens zelf via welk kanaal hij toegang tot zijn eBox wil hebben. Dat kan de frontoffice zijn van documentbeheerders als Doccle en Zoomit, een ziekenfonds, of zelfs de overheid.’ ll


l Data l

Banken moeten binnenkort onder Europese druk klantengegevens delen met externe partijen als de klant daar om vraagt. Die grotere openheid biedt ook kansen om met beter databeheer zelf meer waarde te creëren voor de klant.

Data-uitwisseling zorgt voor nieuwe en betere bancaire diensten oor de toekomst van bankieren is er misschien niets meer cruciaal dan de Application Programming Interface (API)’, klinkt het in een recent rapport van consultancybedrijf Capgemini. Nerdy? Zeker, maar dat maakt het niet minder belangrijk. ‘API’s werken achter de schermen. Het zijn specificaties over hoe softwaretoepassingen met elkaar moeten omgaan’, aldus Capgemini. ‘Maar ze worden snel de vaandeldragers die banken moeten helpen om sterkere, meer dynamische banden op te bouwen met klanten.’ Die API’s zijn op verschillende manieren

‘V

essentieel voor banken die niet willen achterblijven in de oude economie. Ze helpen bijvoorbeeld om legacysystemen te ontsluiten. Die ‘erfenis-programmatuur’ is vaak lang geleden geschreven, en was er niet op bedacht om informatie te laten doorstromen tussen de softwaresystemen in de bank, iets wat in het digitale tijdperk cruciaal is. ‘Beeld je in dat de legacysystemen nu met elkaar verbonden zijn met pijpen en leidingen, om de data te exploiteren’, verklaart Michael Anseeuw, general manager retailbanking bij BNP Paribas Fortis. ‘Met API’s kun je die fysieke verbindingen weglaten, doordat ze nu

DE KLANT VERWACHT DAT WE ZIJN DATA BESCHERMEN ZOALS WE ZIJN GELD BESCHERMEN. Michael Anseeuw, BNP Paribas Fortis

I 24 I

© Shutterstock

verbonden zijn via de cloud. Een beetje zoals wifi internetkabels vervangt.’

Beter anticiperen Wat kunnen banken doen met het beter databeheer dat daaruit voortvloeit? ‘In de eerste fase moeten we in onze dienstverlening beter anticiperen wat een klant nodig heeft, en wat hij verwacht’, aldus Anseeuw. ‘Zo maak je zijn leven gemakkelijker door hem niet lastig te vallen voor gegevens die je al ergens hebt. Of kan je een dienst als personal-financemanagement aanbieden, waarbij de klant automatisch spaart op maat van zijn profiel. Een ander voorbeeld is het proactief aanbieden van kredietlijnen aan ondernemingen.’ Ook voor gegevensuitwisseling met de buitenwereld zijn API’s belangrijk. De Europese betaalrichtlijn PSD2, die vanaf begin volgend jaar in nationale wetgeving omgezet moet zijn, dwingt banken tot meer openheid. Als de klant dat toestaat, krijgen derde partijen dan toegang tot


© Shutterstock

rekeninginformatie en betaalgegevens. Zo kunnen fintech- en technologiebedrijven met een betaalvergunning diensten aanbieden die voorheen alleen banken mochten leveren.

Samenwerken Banken kunnen die gegevensuitwisseling als een bedreiging zien voor hun verdienmodellen. Of ze zien die als een kans om hun dienstverlening te verruimen en zichzelf een centrale rol toe te dichten in een nieuw financieel ecosysteem. Als traditionele spelers hebben ze daarvoor het geld, de schaalgrootte en het vertrouwen van hun klanten. Dat zijn troeven die de fintechbedrijven missen, maar die gooien dan weer hun nieuwe systemen, innovaties en wendbaarheid in de strijd. Een samenwerking helpt beide partijen vooruit. ‘Met API’s kunnen banken sneller en goedkoper innovatieve ideeën aanbieden aan hun klanten zonder dat ze een eigen IT-infrastructuur op poten moeten zetten’, stipt Capgemini aan. En dat zien banken ook in. Uit een rondvraag van de consultant blijkt dat 91 procent van de banken samenwerkingen plant met fintechs.

Expliciete toestemming Banken kunnen via open banking ook hun eigen data verrijken met externe gegevens, en daarmee nieuwe diensten ontwikkelen. ‘Zo kunnen we klanten bijvoorbeeld alternatieve elektriciteits-

I 25 I

MET API’S KUNNEN BANKEN SNELLER EN GOEDKOPER INNOVATIEVE IDEEËN AANBIEDEN. Michael Anseeuw, BNP Paribas Fortis

leveranciers voorstellen omdat onze dataanalyse leert dat dit goedkoper of beter zal uitkomen’, illustreert Anseeuw. ‘De klant blijft wel de baas van zijn eigen data. Dus zullen we dergelijke diensten alleen aanbieden als hij ons daar expliciet de toestemming voor geeft. De klant verwacht dat we zijn data beschermen zoals we zijn geld beschermen. En dat we zijn data ter beschikking stellen aan derde partijen als hij daar zijn toelating voor geeft, net zoals we geld overschrijven naar een andere rekening als hij ons daar de opdracht voor geeft.’ Dat zet het spotlicht op het belang van privacy. Vanaf mei 2018 is de Europese privacywetgeving (GDPR) van kracht. De richtlijn moet er voor zorgen dat klanten goed weten waarvoor hun


‘OP SOCIALE MEDIA GAAT IJDELHEID BOVEN PRIVACY, BIJ BANKEN NIET’ Banken moeten steeds meer techbedrijven naast zich dulden als leveranciers van betaaldiensten. Dat gaat niet alleen over sociale netwerken als Facebook, maar ook om het Chinese Tencent, dat vooral bekend is van de all-in-oneapp WeChat. Techondernemer Peter Hinssen mocht al ondervinden hoe belangrijk die app is in het dagelijkse leven van de Chinezen. ‘Ik ging een ijsje kopen bij een Häagen-Dazs in Shenzhen, en haalde mijn kredietkaart boven’, schreef hij enkele maanden geleden in zijn column in De Tijd. ‘Ze hebben mij daar gewoon uitgelachen. Betalen met plastic in China is alsof ik met geiten of kamelen probeer te betalen.’ Is het niet lastig concurreren voor westerse banken met dergelijke bedrijven? ‘In China zijn mensen zo gefocust op dingen die hun efficiëntie verhogen of waarmee ze zich op een of andere manier onderscheiden, dat ze er geen enkel probleem mee hebben om daarvoor hun data te delen’, verklaarde Aziëspecialist Medha Samant van Fidelity onlangs. ‘Dat is dankbaar voor bedrijven die zo een schat van informatie krijgen om hun producten te verbeteren. In het Westen is er meer schroom als het op privacy aankomt.’ Dat erkent Michael Anseeuw, general manager retailbanking bij BNP Paribas Fortis. ‘Bedrijven als Tencent en Alibaba, dat het digitale betaalplatform Alipay heeft, gaan uit van de impliciete toestemming van de klant om zijn gegevens te gebruiken. In Europa moet daarvoor een expliciete toestemming zijn.’ De Europese bevolking is verdeeld over de grenzen van privacy en databeheer, merkt hij op. ‘Sommige mensen zijn bereid om hun data in te ruilen voor een ander voordeel, anderen willen hun data volledig beschermd zien, ongeacht welk voordeel ze in ruil krijgen. Dat geeft een spreidstand over hoe je met die data moet omgaan. Als je voor iedereen goed wil doen, moeten beide groepen van klanten je vertrouwen, en kunnen rekenen op discretie.’ Daar hebben banken een stevige voet voor op sociale media, meent Anseeuw. ‘Het gedrag van de klant geeft de doorslag. Op sociale media gaat ijdelheid boven privacy, wat niet geldt voor bancaire dienstverlening. Daar willen mensen de facto minder gegevens naar buiten brengen.’

© Shutterstock

gegevens gebruikt worden, en garanderen dat die niet gedeeld worden zonder hun toestemming. Financiële spelers die zich niet aan die regels houden, kunnen pittige boetes verwachten boven op flink wat imagoschade. Uit de Capgemini-rondvraag blijkt dat driekwart van de banken en fintechspelers privacy-issues als een van de grootse uitdagingen zien. ‘Het wordt steeds noodzakelijker voor de industrie om ervoor te zorgen dat de verschillende stakeholders met elkaar kunnen werken, geholpen door gemeenschappelijke API-standaarden’, aldus de consultant. Dat is logisch. Slecht beveiligde API’s kunnen de deur openzetten naar datadiefstal en cyberaanvallen. ll

BETALEN MET PLASTIC IS IN CHINA ALSOF JE MET GEITEN EN KAMELEN PROBEERT TE BETALEN. Peter Hinssen, techondernemer

I 26 I


l Data l

Vertrouw uw beleggingen toe aan een robot Dankzij data-analyse kan een robotadviseur een voor iedereen perfect aangepaste beleggingsportefeuille samenstellen. En deze revolutie is nog maar net begonnen.

en robotadviseur is een platform dat uit verschillende motoren bestaat’, zegt Geoffroy de Schrevel, CEO van Gambit, dat software ontwikkelt voor beleggingsadvies. ‘Een van de motoren verwerkt de gegevens van de klant, de tweede bouwt de portefeuille uit en optimaliseert die en de derde analyseert de verhouding tussen risico en prestatie.’ Die platformen werden de voorbije jaren uitsluitend gebruikt door financieel adviseurs, maar zijn nu ook toegankelijk voor het grote publiek. Dat is voortdurend op zoek naar meer mobiliteit, onmiddellijke respons, zelfstandigheid en transparantie. ‘Roboadvising staat nog in de kinderschoenen: in de Verenigde Staten is het nog maar goed voor circa 10 miljard dollar. In Europa, waar de markt meer gefragmenteerd is, is dat wellicht nog minder’, benadrukt Nicolas Bindels, medeoprichter van Swanest, een start-up die geautomatiseerd advies aan particulieren verleent. ‘Deze markt zal in 2018 nog niet uit haar voegen barsten, maar de ontwikkeling, die stilaan op gang komt, lijkt niet meer te stuiten.’ Op middellange termijn zullen robotadviseurs het grootste deel van de markt in handen hebben. ‘Net zoals in de fotowereld zilver moest plaatsmaken voor het digitale, gaat ook de financiële industrie grondig veranderen’, voegt Geoffroy de Schrevel eraan toe. ‘De meeste mensen denken dat vertrouwen alleen mogelijk is via een menselijke interface. Maar dat klopt niet. 40 procent van de millennials ziet er geen graten in om via volledig digitale tools te beleggen, zo blijkt uit recent onderzoek van de Franse bank Natixis.’

‘E

voelens die beslissingen vaak ondermijnen’, zegt Geoffroy de Schrevel. ‘Maar net zoals in de formule 1 zijn er mensen nodig om de motoren te bouwen, af te stellen en te onderhouden. Het beroep gaat dus veranderen.’ En met haar vereisten rond transparantie levert de Europese GDPR-verordening volgens de twee experts een kader dat de grote banken verplicht om hun aanbod te vereenvoudigen en op termijn het publiek meer vertrouwen zal geven. Tegelijk versterkt de ontwikkeling van artificial intelligence de mutatie van de sector nog meer. Nicolas Bindels: ‘De robotadviseurs van de bank bieden de belegger uit de tien typeportefeuilles alleen die portefeuille aan die bij zijn profiel past. Ons platform helpt hem zijn portefeuille samen te stellen of zijn beleggingsstrategie toe te passen op zijn bestaande beleggingen. Artificiële intelligentie gaat die logica nog versterken. Al blijven sommige mensen de voorkeur geven aan een persoonlijk gesprek.’ ll

Gevoelens En hoe zit het met de rol van de mens? ‘Robots verwerken veel meer gegevens. Ze houden ook geen rekening met ge-

I 27 I


l Data l

‘Trots zijn op deze nieuwe Europese standaard’ Eind mei 2018 wordt de fel besproken European General Data Protection Regulation (GDPR) van kracht. Die nieuwe data- en privacywetgeving veroorzaakt nogal wat onrust in het bedrijfsleven. Toch zien Jo Coutuer, chief data officer bij BNP Paribas Fortis en Öykü Isik, hoogleraar Data Privacy aan Vlerick Business School, vooral voordelen: ‘Privacy by design wordt de nieuwe standaard, en dat is een goede zaak.’

In een minimumscenario moeten bedrijven hun dataverwerking tegen medio volgend jaar aanpassen aan die nieuwe Europese regelgeving: gaapt er dan nog een diepe kloof tussen die puur wettelijke verplichting en het echt slimme gebruik van data? Jo Coutuer: ‘Ik zie dat niet zo scherp. Ik denk dat GDPR een goede zaak is voor ons allemaal, en ik zie die nieuwe regelgeving vooral als een soort leidraad en hulpmiddel voor bedrijven. Ik ben ervan overtuigd dat slim datagebruik een win-winsituatie oplevert voor de bank – of andere bedrijven - én de consument.’ ‘De nieuwe regelgeving vat goed samen wat dat slimme gebruik van data inhoudt en betekent, terwijl ‘slim’ tot nog toe door iedereen anders werd geïnterpreteerd en ingevuld. Er ligt nu eindelijk een soort van benchmark op tafel. Maar heel eerlijk: banken waren daar al veel langer sterk mee bezig, onze sector besefte heel goed dat het respect voor privacy extreem belangrijk is.’ Öykü Isik: ‘Wie slim omgaat met data, bouwt op langere termijn ook een sterker merk op. GDPR focust natuurlijk in

IK DENK DAT OP TERMIJN VOORAL DE VS HIERDOOR TEGEN EEN COMPETITIEF NADEEL ZULLEN AANKIJKEN. Öykü Isik, Vlerick Business School

I 28 I

eerste instantie op een grotere transparantie en op de bescherming van de privacy van de gebruiker of klant, maar daar ligt nu net een mooie kans voor het bedrijfsleven. Bedrijven die daar correct mee omgaan, zullen automatisch ethisch, open en transparant omgaan met de data van hun klanten.’ Respect voor de privacy als een soort van competitief voordeel: gaat dat niet volledig in tegen het idee als zou die privacy voor de jongere generatie helemaal geen issue meer zijn? Öykü Isik: ‘Ik ben daar helemaal niet van overtuigd. De millennials vinden het heel belangrijk dat ze zich ook voldoende kunnen vereenzelvigen met de merken of bedrijven waarvan ze fan of klant zijn. Het respect voor de privacy maakt in belangrijke mate deel uit van het imago van die merken. Uit mijn onderzoek bleek dat de jongere generatie daar ook een soort van prijs op kleeft: ik bezorg jullie mijn data, en dus verwacht ik iets in ruil. Het moet in hun ogen vooral een eerlijke deal zijn. In die zin hebben bedrijven er dus belang bij om heel zorgvuldig en respectvol met die data om te gaan.’ Jo Coutuer: ‘Vroeger ging het voornamelijk over het product of de dienst die een bedrijf aanleverde versus de gebruikservaring die daartegenover stond. In de toekomst zullen ook ethiek en transparantie een almaar grotere rol spelen in de perceptie van een bedrijf door de klant.’


De overgrote meerderheid van de consumenten heeft vandaag geen flauw idee van de aard en omvang van de data die ze ter beschikking stellen van bedrijven: kan GDPR daar iets aan veranderen? Öykü Isik: ‘Ik vermoed dat GDPR daar niet meteen voor een revolutie zal zorgen, maar onrechtstreeks kan de nieuwe regelgeving toch wel iets veranderen. Als steeds meer bedrijven, zoals ook banken, nu veel tijd en energie investeren in de bewustmaking van de consument, dan kan er op termijn toch een zeker bewustzijn groeien.’ Jo Coutuer: ‘Dat is een perfecte illustratie van hoe en waar politici een echte toegevoegde waarde kunnen hebben. Deze nieuwe wetgeving zet de toon, en schept daarmee ook nieuwe kansen. Als Europese Unie bepalen wij hier en nu een nieuwe standaard.’ Kunnen ook banken een rol spelen in die bewustmaking van het grote publiek? Jo Coutuer: ‘Dat zal de facto het geval zijn. In eerste instantie omdat wij heel veel mensen bereiken en dus een grote impact hebben. In de tweede plaats leggen banken, precies door hun activiteiten, de lat al hoog: onze regels en normen rond privacy en dataverwerking zijn behoorlijk streng, en daarmee stellen we dus ook een soort benchmark in voor bedrijven uit andere sectoren.’

Öykü Isik, Vlerick Business School en Jo Coutuer, BNP Paribas Fortis

I 29 I

Consumenten kunnen voortaan ook het recht opeisen om online ‘vergeten’ te worden: is dit - gezien de enorme hoeveelheid data die de voorbije jaren al vergaard werd - geen gigantische uitdaging voor de meeste bedrijven?

>


l Data l

EEN AANTAL WERELDSPELERS ZIJN HUN INTERNE AANPAK AAN HET VERANDEREN, OMDAT ZE HUN EUROPESE KLANTEN NIET WILLEN VERLIEZEN. Jo Coutuer, BNP Paribas Fortis

Öykü Isik

Jo Coutuer

>

Jo Coutuer: ‘Het lijkt mij eenvoudiger om meer transparantie te bereiken rond dataverwerking en privacy dan om mensen zomaar te vergeten. We moeten daarbij inderdaad afrekenen met haast vijftig jaar computergeschiedenis, en dat doe je niet in een vingerknip. We moeten dus heel goed nadenken hoe we zoiets by design kunnen doen, als we nieuwe systemen invoeren. En hoe we het op termijn ook in de bestaande systemen introduceren. Maar daar zal dus nog wel wat tijd overgaan.’ Öykü Isik: ‘Dat is een belangrijk principe: privacy by design. Het moet het nieuwe uitgangspunt worden, en dit vraagt een stevige mentaliteitswijziging. De deadline voor de invoering van GDPR ligt er nu, maar niemand zal tegen dan honderd procent klaar zijn, net door die zware erfenis uit het verleden. Is dat een groot probleem? Ik denk het niet: alle bedrijven en organisaties moeten tegen dan wel een soort roadmap uittekenen die hen op weg zet.’ Jo Coutuer: ‘Grote bedrijven zijn de tanker nu aan het keren, maar de schepen zullen wellicht ook nog enkele keren hun koers moeten bijsturen, door aanpassingen in de wetgeving.’ Moeten we ons in Europa zorgen maken over het concurrentiële nadeel van de strenge GDPR-regelgeving tegenover de VS of Aziatische economische grootmachten? Öykü Isik: ‘De mindset van Amerikaanse bedrijven rond privacy is heel anders dan de Europese, maar dat is historisch zo gegroeid. Ik zie het eerder omgekeerd: ik denk dat op termijn

I 30 I

vooral de VS hierdoor tegen een competitief nadeel zullen aankijken. Want zij moeten dan een veel langere weg afleggen om die nieuwe Europese standaard, die in mijn ogen absoluut de juiste is, te bereiken.’ Jo Coutuer: ‘Ook ik denk dat we als Europa trots kunnen zijn om hierover een soort moreel kompas te hebben, waarmee de consument een betere bescherming krijgt. Bovendien moet ook een Chinees bedrijf dat zakendoet met Europese klanten voortaan deze regelgeving respecteren. Het maakt dus niet uit waar een bedrijf precies gevestigd is. Wat natuurlijk wel klopt, is dat een aandeelhouder van pakweg het Chinese AliBaba beter af is met zijn Chinese klanten – waarvoor ze die strikte data- en privacynormen niet moeten respecteren - dan met Europese klanten.’ Gelooft u dan dat Europa met deze nieuwe regelgeving het pad kan effenen voor een wereldwijde omslag? Jo Coutuer: ‘Ik ken een aantal wereldspelers die hun interne aanpak aan het veranderen zijn, omdat ze hun Europese klanten niet willen verliezen. Of die trend zich breder zal doorzetten, is natuurlijk koffiedikkijken, maar misschien wordt het op termijn wel goedkoper om je te richten naar de hoogste standaard. Vergelijk het met de almaar strengere milieuwetgeving: vandaag wordt het stilaan een kostenfactor om niét aan die strenge normen te voldoen.’ Öykü Isik: ‘Ik zit op dezelfde golflengte. Onderzoek heeft al aangetoond dat competitieve voordelen op termijn haast altijd breder ingang vinden, waarna ze finaal een soort van verplichting worden.’ ll


Data, de nieuwe olie Zoals olie het nieuwe goud was, lijken data vandaag de nieuwe olie. Als data op de juiste manier ontgonnen en geraffineerd worden – dus niet alleen en masse verzamelen, maar vooral genereus delen en scherp analyseren – zijn de mogelijkheden haast eindeloos. Extra doeltreffende geneesmiddelen, veiligere en vlottere mobiliteit, slimmer en zuiniger beheer van kostbare grondstoffen als water, … De inzichten die data opleveren, doen de baanbrekende innovaties al als paddenstoelen uit de grond schieten. Als we erin slagen data nog beter te lezen en te vertalen naar concrete oplossingen, staan we nog maar aan de vooravond van de hele data-revolutie. Ook de overheid beschikt al decennia over een ware goudmijn aan data. Zelfs als ze maar mondjesmaat die data bundelt en benut, wint ze al aan efficiëntie. Zo kan ze de beperkte beschikbare middelen veel beter inzetten. Datamining is al een belangrijk wapen in de strijd tegen fiscale en sociale fraude, en het wint alleen maar aan belang. Data kunnen ambtenaren ook verlossen van vervelende, repetitieve administratieve taken zodat ze hun tijd nuttiger, productiever én boeiender kunnen besteden. Bedrijven kunnen dankzij data klantvriendelijker werken. Als ze weten wat onze noden en wensen zijn, of zelfs die van mensen die op ons lijken, kunnen ze ons veel beter van dienst zijn. Goed voor hen, goed voor ons. Al blijft het telkens weer een beetje schrikken als blijkt dat bedrijven exact weten welk paar schoenen we de vorige dag gekocht hebben of naar welk concert we gingen. Het is daar dat het addertje onder het gras schuilt. Met name bij de privacy, de mate waarin we met zijn allen aanvaarden dat bedrijven en overheid bij ons binnen kijken. Voor een bank is dat uiteraard extra delicaat. Zeker in België, waar geldzaken in de meeste gezinnen halve staatsgeheimen zijn. Tech-reuzen als Facebook, Google en Amazon vormen zo’n beetje de Heilige Drievuldigheid als het over data gaat. Ze weten wat je deelt, wat je zoekt en wat je koopt. Maar er rijzen steeds meer vragen over de bijzonder schimmige algoritmes waarmee ze data verzamelen. Vooral dan over wat de grote tech-reuzen precies met die data doen. Andere bedrijven en sectoren volgen ongetwijfeld. Europa nam al het voortouw met GDPR, meer regels en andere landen volgen. Ook in die zin zijn data de nieuwe olie. Een fantastische bron van welvaart, groei en vooruitgang maar ook één met valkuilen en gevaren. Van luchtvervuiling tot olierampen en klimaatopwarming. Ook bij data komt het erop aan een gezond evenwicht te vinden tussen opportuniteiten en bedreigingen. Het komt erop aan die tijdig te detecteren en aan te pakken, zonder een rem te zetten op de revolutionaire oplossingen die door data mogelijk worden. || Peter De Keyzer, managing partner Growth Inc.


IN EEN WERELD IN VERANDERING,

V.U.: W. Torfs, BNP Paribas Fortis NV, Warandeberg 3, 1000 Brussel, RPR Brussel, BTW BE 0403.199.702. FSMA nr. 25.879A.

ONTSTAAT MEERWAARDE WAAR IDEEËN, MENSEN EN MIDDELEN ELKAAR ONTMOETEN.

INNOVATIEVE IDEEËN MOGELIJK MAKEN, DAT IS WAAR BNP PARIBAS FORTIS VOOR STAAT. De bank voor een wereld in verandering


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.