1
Deel 6 Ruimtegebruik en synthese
Inhoud 1. Landbouwlandschappen 2. Industrielandschappen 3. Toeristische landschappen Synthese Voor extra oefenmateriaal: www.aardrijkskunde.wikispaces.com
2 1. LANDBOUWLANDSCHAPPEN 1. Landschapselementen bepalen een landbouwlandschap Welke landschapselementen zijn typisch voor een landbouwlandschap? zie excursie p. ....... -
-
-
-
-
-
2. Een landbouwlandschap beschrijven naar functies
Er bestaan verschillende soorten landbouwbedrijven. - veeteeltbedrijven
- akkerbouwbedrijven: veevoedergewassen, voedselgewassen (zoals aardappelen en granen) en nijverheidsgewassen (zoals suikerbieten, bestemd voor de industrie)
- gemengde bedrijven: veeteelt en akkerbouw
- tuinbouwbedrijven: sierteelt (= ............... .........................................) , groenteteelt en fruitteelt
3 3. Bepalende factoren voor de keuze van de bedrijfstypes akkers-weiden bodem gebouwen bedrijfstype
landbouwbedrijf materiaal marktsituatie vakkennis
4. De landbouwkaart van Oost-Vlaanderen zie figuur 1 p.8 •
Welke landbouwtype overweegt in de streek rond Sint-Niklaas?
•
In het noorden van het Waasland overweegt een andere landbouwvorm. Welke?
Geef een verklaring.
Het Vlaams Informatiecentrum over Land- en Tuinbouw (www.vilt.be) omschrijft de landbouw in het Waasland als volgt ... “Het Waasland: (Sint Niklaas/Beveren) in het Noordoosten van de provincie zijn er de vruchtbare Schelde-polders en zandgronden; in het midden en het zuiden zijn er zowel gemengde veeteeltbedrijven als gespecialiseerde tuinbouw- en varkensbedrijven (Sint-Gillis-Waas).”
Doelstellingen landbouwlandschappen • • •
typische landschapselementen voor landbouwlandschappen opsommen; bepalende factoren voor de keuze van het bedrijfstype; verschillende bedrijfstypes opsommen;
• •
verschillende bedrijfstypes herkennen op terrein, foto en kaart; kaart van de Oost-Vlaamse landbouw aflezen.
4 2. INDUSTRIELANDSCHAPPEN 1. Landschapselementen bepalen een industrielandschap Welke landschapselementen zijn typisch voor een industrielandschap? zie excursie p. ....... -
-
-
-
-
-
2. Een industrielandschap beschrijven naar functies
Er bestaan verschillende soorten industrie: De verschillende industrietakken en hun landschapskenmerken. STAALINDUSTRIE - Hoogovens om ijzererts te smelten tot ruwijzer. - In de cokesoven worden vette steenkolen verbrand. De kolen worden geblust met water. PETROCHEMIE - Distilleertorens om aardolie op te warmen. ELEKTRISCHE CENTRALE - Elektriciteit wordt geproduceerd door het opwarmen van water tot stoom. Hierbij kunnen verschillende energiebronnen gebruikt worden: steenkool, aardolie, aardgas, kernenergie. HIGHTECHBEDRIJVEN - Industrieterreinen in ‘schoendoosfabrieken’. Wat er precies gemaakt wordt, is moeilijk te achterhalen. - Enkele industrietakken: robotica, telecommunicatie, biotechnologie, ruimtevaart, microtechnologie,...
5 3. Producerende bedrijven of fabrieken Grondstoffen uit landbouw of mijnbouw leveren producten die niet altijd rechtstreeks bruikbaar zijn (vb. klei en vlas). Deze producten worden in de basisindustrie verwerkt tot halffabrikaten (vb. baksteen en linnen).. De verwerkende industrie maakt maakt van deze halfafgewerkte producten eindproducten. (vb. huis en kleding) Vul de volgende tabel aan. grondstoffen uit mijnbouw landbouw
basisindustrie
.......................... ..........................
spinnerij: draad weverij: linnen suikerrafinaderij
..........................
halffabrikaat
verwerkende industrie textielindustrie confectie........................... industrie voedingsindustrie suiker suikerwaren ikerwarenfabriek
eindproduct
..............................
..............................
4. Dienstverlenende bedrijven Welke dienstverlenende bedrijven komen er ook in een bedrijventerrein voor?
Niklaas 5. Industriekaart van Sint-Niklaas In Sint-Niklaas Niklaas hebben we de volgende industrieterreinen (bron: www.sint-niklaas.be niklaas.be)
1. Entrepotstraat 4.Europark-Zuid 6.Industriepark-Noord
Bedrijven in industrieparken te Sint-Niklaas Sint 2.Europark Europark-Noord 3.Europark Europark-Oost 5.Hoogkamerstraat Hoogkamerstraat - Hoge Heirweg - Eigenlostraat 7.Industriepark Industriepark-West 8.Oostjachtpark Oostjachtpark
- Plaats de juiste nummers op de topografische kaart (figuur 2, p. 9). - Welke invloed heeft de toenemende industrialisering (en het daarbij horende dichte verkeersnetwerk) rkeersnetwerk) op het landschap?
Doelstellingen industrielandschappen • • • • • • • •
typische landschapselementen voor industrielandschappen opsommen; drie rie fasen in industriële verwerking weergeven verschillende bedrijfstypes opsommen en omschrijven; dienstverlenende bedrijven in een bedrijventerrein opsommen; invloed van verkeer op het landschap omschrijven; verschillende bedrijfstypes herkennen op terrein en foto; topokaart 1/20000 (industrie in Sint-Niklaas) Sint lezen; voorbeelden geven van de drie fasen in de industriële industri verwerking.
6 3. TOERISTISCHE LANDSCHAPPEN 1. Recreatie en toerisme Recreatie
toerisme
Een vorm van vrijetijdsbesteding die zich afspeelt ... in onze eigen woonomgeving
buiten de eigen of nabije woonomgeving en dit meestal voor een langere periode
vb.
vb.
2. Recreatieve en toeristische aantrekkingsfactoren Hoe onderzoek je een recreatiegebied of een toeristische bestemming? Deze lijst kan verder aangevuld worden. 1. Toeristische aantrekkingsfactoren a. van natuurlijke oorsprong
b. van menselijke oorsprong - ontspanningsmogelijkheden - attracties - bevolking - geschiedkundige elementen - culturele elementen - religieuze elementen
Elementen zon, sneeuw, zee, gezonde lucht, strand, duinen, bossen, riviertjes, plattelandslandschap, heidelandschap, berglandschap ... wandelen, joggen, zwemmen, hengelen, varen, surfen, bergsporten, skiën, ... pretpark, dierentuin, schaatsbaan, zwembad, sporthal, skipiste, ... gastvrij, folklore, gastronomie, typische huizenbouw,... kasteel, abdij, ruïne, stadskern, oude binnenstad, ... museum, theater, bioscoop, ... bedevaartsoord, processie, ...
2. Bereikbaarheid voor toeristen
met de trein, autobus, wagen, vliegtuig, schip, fiets.
3. Toeristische voorzieningen
hotel, hoeve, kampeerterrein, jeugdherberg, vakantieclub, restaurant, cafetaria, supermarkten, ...
3. Toerisme in de eigen leefruimte Los onderstaande vragen op met behulp van figuur 3 en figuur 4. (p.10 en 11) 1. Noem vier toeristische aantrekkingsfactoren uit het centrum van Sint-Niklaas. -
-
-
-
7 2. Welke vormen van toerisme tref je aan in het recreatiepark ‘De Ster’ (volgens de topokaart)?
3. Wat kan je gaan bekijken ten zuiden van Hollebeek (Temse)?
Uitbreiding: toeristische brochure “Het Waasland, krijg de smaak van onze cultuur te pakken” 4. Zoek drie toeristische bestemmingen uit jouw eigen leefomgeving en omschrijf kort wat het aantrekkelijk maakt voor het toerisme Toeristische bestemming 1.
aantrekkingsfactoren
2. 3.
4. Belang van natuurlandschappen Welk belang hecht jij aan natuurlandschappen?
Hoe kunnen we natuurlandschappen beschermen?
Doelstellingen toeristische landschappen • •
onderscheid tussen toerisme en recreatie verklaren; toeristische factoren opsommen;
• • • •
een toeristisch landschap onderzoeken; aantrekkingsfactoren herkennen in het landschap, foto en kaart; topokaart 1/100 000 (toerisme in het Waasland) lezen; belang van natuurreservaten verwoorden.
8 Figuur 1: Landbouw in Oost-Vlaanderen Vlaanderen
9 figuur 2: topokaart 1/20000
industrieterreinen in Sint-Niklaas
10 figuur 3: topokaart 1/100000
toerisme in het Waasland
11 figuur 4
legende topokaart 1/100 000 (toerisme in het Waasland)
12 SYNTHESE 1. Synthesekaart van het natuurlijk landschap (figuur 1)
Tussen welke natuurlijke elementen is er een opvallende relatie? - tussen reliĂŤf en oppervlaktegesteenten:
- tussen reliĂŤf en rivieren:
- tussen oppervlaktegesteenten en bossen:
13 2. Synthesekaart van het landelijk landschap (figuur 2) Topokaart 1/100 000 van de schoolomgeving
Menselijke elementen Wegen Industrie E17 N70 N16 industrie en N41 bedrijvenzones: Spoorwegen paars
Landbouw
akkers, weiden serres
Bewoning aaneengesloten gegroepeerd verspreid
14 Tussen welke menselijke elementen is er een opvallende relatie? - tussen verkeerswegen, industrie en bevolking:
Aan de hand van de determineertabel determineertabel kunnen we soorten landschappen onderscheiden. Beoordeel de landschappen.
3. Synthese ruimtegebruik De ruimte in onze omgeving wordt voor veel verschillende doeleinden gebruikt. Om ruimteconflicten te vermijden en om ons milieu leefbaar te houden, doet doet de overheid aan ruimtelijke ordening. Die ordening gebeurt door het opstellen van structuurplannen. Een structuurplan legt dus de bestemming van de ruimte voor de komende jaren vast. Ons leefmilieu goed leefbaar houden Zo zou het moeten zijn, maar de altijd maar grotere vraag naar ruimte voor allerlei doeleinden leidt soms tot ruimteconflicten. In figuur 5 en 6 (p. 18-19) zie je het structuurplan en een overzicht van de deelzones. Uit de samenvatting van het structuurplan Vlaanderen: 1. Drie gemengde stadsuitbreidingen: stadsuitb de Clementwijk als een dicht woongebied in een parkachtige omgeving, de stadsuitbreiding De Winningen (ontginningsgebied SVK) als een gemengde ontwikkeling van bedrijventerreinen, woningen en randstedelijk groen, en de stadsuitbreiding Bellestraat – Zonneken met verschillende woningtypes in een dichte, compacte structuur.
15 2. Vernieuwing ernieuwing en kleinschalige inbreiding van bestaande woonwijken voorzien: Watermolenwijk, de Clementwijk, het binnengebied Vijfstraten en de verkaveling Hertjen.
de
3. Op drie plaatsen worden randstedelijke groenvoorzieningen ingeplant, die zorgen voor een geleidelijke overgang tussen de stad en de open ruimte: de vroegere ontginningsputten langs de spoorweg, de omgeving van het stedelijk sportcentrum Puyenbeke en het bufferbekken op de Klapperbeek aan Vijfstraten. 4. Er wordt ruimte voorzien voor bijkomende industrie. In bijkomende tabel zie je de locaties. Het inplanten van nieuwe bedrijventerreinen lokt dikwijls wrevel uit bij de lokale bevolking.
Synthesekaart Sint-Niklaas: Niklaas: menselijke elementen (zie figuur 3 p. 16)) - Kleur de volgende gebieden in en kleur ook de legende: bedrijventerreinenen industrie: paars handel en diensten: blauw bossen: donkergroen recreatiegebieden: lichtgroen - De puntlijntjes jntjes geven de scheiding aan tussen drie bebouwingsvormen. Kleur het gebied met aaneengesloten bebouwing rood, met gegroepeerde bebouwing: oranje. Kleur niet waar je al paars, blauw, donkergroen of lichtgroen kleurde. - Het gebied met de open ruimte komt overeen met landbouwgebied. Kleur dit geel. - Zet een A in twee eerder jonge bedrijventerreinen. Waarom denk je dat dit nieuwe bedrijventerreinen zijn?
4. Aardrijkskundige streken (= geografische streken) Aardrijkskundige streken onderscheiden zich door menselijke en natuurlijke elementen. De verhouding tussen deze landschapselementen bepalen het eigen karakter (=eigenheid) van je milieu. - Aardrijkskundige streken in BelgiĂŤ Benoem met behulp van de atlaskaart atlaska 10B de geografische streken op figuur ur 4 (p. 17). - Aardrijkskundige streken in de eigen leefruimte (fig 2, p. 11): schrijf de namen in de juiste kader.
Doelstellingen - begrippen ruimtelijke ordening, structuurplan (gewestplan), ruimteconflict, geografische streek; - verband leggen tussen de natuurlijke elementen van het eigen milieu, tussen de menselijke elementen van het eigen milieu, tussen de menselijke elementen van het eigen milieu; - op kaart, foto, terrein conflictlijnen aangeven tussen ruimtegebruiken; - op kaart de geografische streken van BelgiĂŤ Bel benoemen.
16 Figuur 3: Synthesekaart Sint-Niklaas
17 figuur 4: geografische streken van BelgiĂŤ
18 figuur 5: structuurplan
19 figuur 6: deelgebieden