7 minute read
DENEMARKEN “Het is nog steeds hard ondernemen”
Denemarken
Plussen
Advertisement
+ Je vindt in Denemarken rust, ruimte, een hoge + + levensstandaard en een goed sociaal vangnet. Denen hebben een goede werk-privébalans. Gezondheidszorg en onderwijs zijn gratis (ook studeren + is gratis). De Deense taal lijkt op onze taal en ook de Deense + mentaliteit heeft veel weg van de Nederlandse mentaliteit. Denemarken staat op nummer 2 van de veiligste landen ter wereld.
Minnen
- Denemarken is een vrij duur land, maar net iets minder duur dan Noorwegen en Zwitserland. De hypotheek die je kunt afsluiten ligt vaak op 80 procent van het aankoopbedrag. Je betaalt er veel belasting.
2017
Thijs van Wesemael emigreerde van het Groningse land naar Denemarken.
tekst remon franssen
Hoe zag uw leven eruit voordat u emigreerde?
“Na mijn schooltijd heb ik een tijdje gewerkt op het gemengde boerenbedrijf van mijn ouders in Hornhuizen in Groningen. We verpachtten land voor het telen van aardappels en verbouwden zelf uien, bieten en graan. Daarnaast hielden we ons bezig met jongestieren-opfok en mijn ouders beheerden een windmolen voor eigen gebruik. We leverden ook stroom aan het openbare net. Ik heb nog drie maanden bij een boer in Denemarken gewerkt en ik ben een halfjaar in dienst geweest op een nieuw opgestart melkveebedrijf in Canada. Op een gegeven moment wilde ik samen met mijn vrouw Janneke een eigen bedrijf en mijn voorkeur ging uit naar het buitenland.”
Waarom heeft u het roer omgegooid?
“Thuis in Hornhuizen het bedrijf overnemen zou betekenen dat mijn broers en zussen minder bedeeld zouden worden. Dat wilden we niet, en voor veel minder geld konden we een melkveebedrijf in Denemarken kopen.”
Waarom heeft u voor Denemarken gekozen?
“Daar waren voldoende mogelijkheden en het was toen financieel mogelijk, omdat je weinig eigen kapitaal hoefde in te brengen bij het kopen van een bestaand bedrijf. Ik heb ook in Duitsland rondgekeken, maar daar lagen de prijzen een stuk hoger en waren de bedrijven ouderwetser. In Denemarken zijn de boerderijen meer up-to-date.”
Hoe is het leven in Denemarken?
“In 2004 kochten we een boerderij in Padborg, in het zuiden van Denemarken, net over de grens bij Flensburg in Duitsland. Het bedrijf omvatte 50 hectaren land en 70 koeien met een melkproductie van 712.000 liter melk. Het was een biologisch bedrijf, maar dat hebben we
Boer in Padborg
snel omgebouwd naar een conventioneel bedrijf, omdat het economisch niet haalbaar was een biologische boerderij te runnen. We hebben in 2010 de stal verlengd zodat we plek hebben voor 220 koeien. Uiteindelijk hebben we een vergunning gekregen voor 200 koeien. Dat werd de basis voor ons nieuwe bedrijf. We moesten drie jaar wachten op de goedkeuring van de nieuwe milieuvergunning, de ambtenarij is ook hier stroperig. Ik doe het werk niet alleen, maar doe het allemaal samen met mijn vrouw. De melkproductie is nu opgeschroefd naar 1.800.000 liter per jaar! Om vier uur ’s ochtends begint bij ons de werkdag en zo tegen zevenen zijn we klaar met melken en gaan we ontbijten met onze drie jongens van 6, 8 en 10 jaar. Daarna brengt Janneke de kinderen naar school. Dat vinden we prettig, want dan ontmoet je ook andere ouders, kunnen we speelafspraakjes maken voor de kinderen en houden we contact met de school. De dag wordt gevuld met alle voorkomende werkzaamheden die een boerenbedrijf met zich meebrengt: het voeren en insemineren van de koeien, klauwen bekappen, de stal uitmesten, landwerk en ga zo maar door. Een groot gedeelte van het landwerk doen we zelf: mest rijden, kunstmest strooien en het land klaarmaken voor de maïsproductie, dat we gebruiken als veevoer voor onze zwartbont koeien. Daarnaast verbouwen we gras, dat we inkuilen voor een voedzame wintervoorraad. De dagelijkse verzorging van het vee vult de rest van de dag. Veel tijd gaat zitten in de grote hoeveelheid administratie. Ik vind dit eerlijk gezegd een doorn in het oog: het wordt je moeilijk gemaakt om gewoon boer te kunnen zijn. Om vier uur ’s middags gaan we de koeien weer melken, rond zeven uur zijn we daarmee klaar. Onze zonen zijn ondertussen om half drie thuisgebracht met de schoolbus en ’s avonds is het tijd voor het gezin en genieten we van een gezamenlijke maaltijd. Onze kinderen helpen ook mee op het bedrijf, het is een echt familiebedrijf, want personeel hebben we niet in dienst.”
Mist u dingen van Nederland?
“Frikandellen speciaal! Haha, dat is het eerste waar ik aan denk. We zijn al twaalf jaar weg uit Nederland, en we zijn ervan overtuigd dat als we terug zouden gaan veel dingen weg zullen blijken te zijn: alles verwatert en het leven loopt voor iedereen gewoon door. Ik heb wel nog goed contact met een oude schoolkameraad. Dan is WhatsApp echt een uitkomst. En natuurlijk spreek ik mijn ouders nog regelmatig, die zijn ook een paar keer hier op bezoek geweest. Na ruim vier uur rijden ben je er. De laatste keer dat wij in Nederland waren is ondertussen alweer anderhalf jaar geleden.”
Wilt u definitief in Denemarken blijven?
“Aanvankelijk wilde ik dat wel, maar nu ben ik niet meer zo zeker van mijn zaak. De economische situatie is bij de boeren op het moment slecht. Ik heb er al veel zien komen en ook net zo veel weer zien gaan. Veel bedrijven zijn failliet gegaan en sommige boeren waren zo wanhopig dat ze zelfmoord hebben gepleegd. Dat is allemaal heel tragisch en daar word je niet vrolijk van. Je kon hier twaalf jaar geleden een boerenbedrijf kopen met weinig eigen kapitaal, geld lenen was heel gemakkelijk en zo ontstonden enorme bedrijven met veel personeel en dito kosten. Er werd te weinig gelet op groei en continuïteit en men ging er vanzelfsprekend vanuit dat een groter bedrijf efficiënter is. Dat is niet zo. Het werk moet wel worden gedaan en het personeel moet wel worden betaald. Toen de inkomsten stokten en de salarissen moesten worden uitbetaald, was het einde verhaal voor veel ondernemingen. Sommige bedrijven waren zo groot dat de boer meer manager was dan boer. Daar gaat het ook fout. Bij ons ligt de situatie
gelukkig iets gunstiger: wij hebben geen personeel. Dat scheelt een slok op een borrel. Hoewel we in andere jaren winst hebben gemaakt, draaien we dit jaar verlies: onze kostprijs van een liter melk is 28 eurocent en de verkoopprijs is 20 eurocent. We hopen natuurlijk dat het de komende jaren weer wat beter gaat worden. Gelukkig hebben we een buffer uit voorgaande seizoenen en de bank staat nog steeds achter ons. Ik weet niet wat de toekomst brengt, maar voorlopig gaan we gewoon door.” n
Hoe is het nu, anno 2022? “Het is nog steeds hard ondernemen”
Thijs: “Het gaat hier wel goed. We zitten hier inmiddels achttien jaar en nog steeds op dezelfde plek. De gevolgen van de economische crisis van 2008 merk je hier als boer nog steeds wel. De situatie is af en toe best moeilijk. De melkprijzen zijn wel weer gestegen, maar de kosten van bijvoorbeeld stroom, monteurs en krachtvoer zijn ook toegenomen. Het is nog steeds hard ondernemen en telkens weer zoeken naar goedkopere oplossingen om winst te kunnen blijven maken. Wel hebben we vorig jaar een buurbedrijf kunnen opkopen waardoor we nu meer grond in de buurt hebben. Ik ben nog steeds blij dat we hier zitten, ook omdat er in Nederland voor boeren weer allerlei nieuwe regels komen rondom bijvoorbeeld stikstof en fosfaat. Hier in Denemarken is meer ruimte om boer te zijn. Het aantal agrarische bedrijven groeit nog steeds. Wel is het boeren hier anders: je wordt keihard afgerekend op het economisch resultaat. Als je een halfjaar verlies maakt, heb je de bank al op de stoep staan en moet er een verbeterplan komen. Gaat het dan niet snel beter, dan moet je de boel te koop zetten. In Nederland blijven banken over het algemeen veel langer achter je staan. Gelukkig hebben wij de afgelopen jaren best redelijk gedraaid. Al met al zou ik onze emigratie nog steeds een succes noemen, al hebben we best wat tegenslagen gehad. Tegen boeren die naar Denemarken willen emigreren zou ik zeggen: laat je goed informeren door boeren die hier zitten. En voor iedereen die wil emigreren geldt: je moet de taal spreken, dat geldt ook als je naar Spanje, Portugal of Frankrijk emigreert. Als je de taal niet spreekt, wordt het echt heel moeilijk. Specifiek voor Denemarken is het goed om je te realiseren dat de cultuur anders is, ook al ligt het best dicht bij Nederland. Er heerst hier meer een ons-kentons cultuur. Als ik de buurman een keer help, wil hij per se iets terugdoen.” n